CALAMITEITENBESTRIJDINGSPLAN HOOGWATER

‘Handboek Calamiteitenzorgsysteem’ Waterschap De Dommel

CALAMITEITENBESTRIJDINGSPLAN HOOGWATER WATERSCHAP DE DOMMEL

Onderdeel van het Handboek Calamiteitenzorgsysteem Proces Calamiteitenzorg (CZ) Procesmanager Auteur Betrokkenen

: Jo van de Griend : Dries van Roosmalen (Adviseur crisisbeheersing) : Leden werkgroep Calamiteitenzorg

Zaaknummer Documentnummer

: Z32078 : I31783

Versie Datum Status Vastgesteld door In gebruik vanaf

: 4.0.0 : 23 november 2015 : Definitief : Dagelijks bestuur, 8 december 2015 : 1 januari 2016

Calamiteitenbestrijdingsplan Hoogwater, versie 4.0.0

1


Versie- en wijzigingenbeheer Wijzigingen in dit plan leiden tot een nieuw versienummer. De meest actuele versie is beschikbaar via intranet, Ibabs (‘gedeelde folder’ Calamiteitenzorg) en voor derden via www.dommel.nl. Mutaties en besluitvorming Versienummer

Beschrijving van de wijzigingen en besluitvormingsprocedure

Datum

1.0.0 2.0.0 3.0.0 4.0.0

Definitieve versie Definitieve versie Definitieve versie Definitieve versie

2004 2008 2012 2016

Aanpassingen: Tekstueel Functiebenamingen (o.a. regio- en gebiedsbeheerders, adviseur crisisbeheersing) Figuur organisatiestructuur bij calamiteiten De volgorde van de paragrafen van meetpunten is aangepast, naar de volgorde van nummering in TMX. Toevoegingen: Proces ‘Water- en scheepvaartzorg (veiligheidsregio’s) WCPI / CPI Landelijk draaiboek Hoogwater en overstromingen (paragraaf 6.2) Wettelijke rol en gebruiksverplichting waterschappen informatie KNMI bij maatschappij ontwrichtende calamiteiten (paragraaf 5.1) Meetpunt Kanaalstraat (t.b.v. voorwaarschuwing Van Abbemuseum) Aangepaste regeling Crevecoeur Risico (regionale) keringen Eindhovens kanaal als risico (op basis van ‘overlopen’ van het kanaal in Eindhoven in 2012) Beschrijving bevoegdheden inzet waterbergingsgebieden en schaderegeling opgenomen Vervallen: “Coördinatiefase 0” vervallen: verantwoordelijkheid reguliere bedrijfsvoering RWOT en RWBT (vervangen door proces Water- en scheepvaartzorg) Detailbeschrijvingen waterbergingsgebieden  beschikbaar in Beheer- en onderhoudsrichtlijnen (BOR’s) reguliere organisatie


2


INHOUDSOPGAVE

1

Inleiding .............................................................................................................................. 5

2

Kaders ................................................................................................................................. 6

3

Coördinatiefase en opschaling ........................................................................................ 7

4

Netwerk bestrijdingsmaatregelen .................................................................................... 8 4.1 4.2

5

Ondersteuning bij hoogwater......................................................................................... 10 5.1 5.2

6

Intern......................................................................................................................... 8 Extern ....................................................................................................................... 8

Water Kennis Centrum (WKC) ............................................................................... 10 Middelen ................................................................................................................. 11

Bijzondere risico’s, gevolgen en te nemen maatregelen ............................................ 12 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8 6.9 6.10 6.11 6.12 6.13 6.14 6.15 6.16 6.17 6.18 6.19 6.20 6.21 6.22 6.23 6.24 6.25 6.26 6.27 6.28

Specifieke aandachtspunten .................................................................................. 12 Landelijk Draaiboek Hoogwater en overstromingen .............................................. 13 Hoogwater Maas (landelijke / regionale alarmering) ............................................. 17 Uitvraag WMCN-LCO............................................................................................. 18 Overzicht risicovolle locaties (lokale alarmering) .................................................. 19 Overzicht waterpeilen in relatie tot coördinatiefasen ............................................. 20 0006 Gemaal Heibloemdijk - Oisterwijk ................................................................. 21 0022 Stuw III – Esch (Haaren) ............................................................................... 22 0023 Stuw verdeelwerk - Eindhoven ..................................................................... 22 0025 Stuw Beerze Brinksdijk - Oisterwijk .............................................................. 23 0026 Collsche watermolen - Eindhoven ................................................................ 24 0034 Stuw Lunetten - Vught .................................................................................. 25 0038 Stuw Smalwater – Boxtel .............................................................................. 27 0043 De Volmolen - Valkenswaard ....................................................................... 28 0049 Opwettense watermolen - Nuenen ............................................................... 29 0050 Geldropse watermolen - Geldrop.................................................................. 29 0052 ADM - Borkel & Schaft .................................................................................. 30 0057 Spoordonkse watermolen – Spoordonk (Oirschot) ...................................... 31 0074 Vughterstuw – ‘s-Hertogenbosch.................................................................. 32 0075 Stuw Kleine Beerze - Duizel (Eersel) ........................................................... 38 0076 Hambrug – St. Oedenrode ............................................................................ 39 0077 Strijper Aa – Soerendonk (Cranendonk) ...................................................... 40 0078 Gender Pegbroeken - Veldhoven ................................................................. 40 0105 Sterksels kanaal De Pan – Sterksel (Heeze-Leende) .................................. 41 0118 Stuw Waterhoef – Moergestel (Oisterwijk) ................................................... 42 0223 Dommel van Abbemuseum - Eindhoven ...................................................... 43 Eindhovens kanaal ................................................................................................. 44 Noodoverlaat Ekkersrijt / Duitse duiker - Son ........................................................ 44

7

Waterkeringen .................................................................................................................. 45

8

Waterbergingsgebieden .................................................................................................. 47


3


8.1 8.2 8.3 8.4 9

De gebieden ........................................................................................................... 47 Bevoegdheden inzet gebieden .............................................................................. 49 Beheer- en onderhoudsrichtlijnen (BOR) / inzetprotocollen .................................. 49 Schaderegeling bij inzet gebieden ......................................................................... 49

Dynamisch waterbeheer: samenwerkingskaart afvoer kanalen ................................ 50

10 Afstemming afvalwaterketen .......................................................................................... 51 Bijlage A

Afkortingenlijst ................................................................................................... 52

Bijlage B Verzendlijst ........................................................................................................... 53 Bijlage C Checklist handreiking nafase overstromingen ................................................ 54 Bijlage D Regeling Crevecoeur 2013.................................................................................. 55 Bijlage E Samenwerkingskaart Dynamisch Waterbeheer ............................................... 56


4


1

Inleiding Handboek Calamiteitenzorgsysteem Dit door het dagelijks bestuur van Waterschap De Dommel vastgestelde Calamiteitenbestrijdingsplan Hoogwater1, maakt onderdeel uit van het ‘Handboek Calamiteitenzorgsysteem’ van waterschap. Het plan is afgestemd op relevante plannen van netwerkpartners, zoals de veiligheidsregio’s. Doel Het plan geeft een nadere (multidisciplinair relevante) uitwerking van de handelswijze bij het risico ‘hoogwater’ zoals dat in het Calamiteitenplan is benoemd. Monodisciplinaire detailmaatregelen zijn beschreven binnen de reguliere processen (bijv. in kunstwerkenboeken en beheeren onderhoudsrichtlijnen (BOR’s) van waterbergingsgebieden) en maken geen deel uit van het ‘Handboek Calamiteitenzorgsysteem’. Leeswijzer Hoofdstuk 2 beschrijft de kaders van dit calamiteitenbestrijdingsplan. Vervolgens wordt in hoofdstuk 3 ingezoomd op de procedures van melding, alarmering en opschaling in relatie tot verstoringen in het kwantiteitsbeheer van oppervlaktewateren. Het in- en externe netwerk wordt kort beschreven in het volgende hoofdstuk, waarna in hoofdstuk 5 wordt ingegaan op algehele ondersteuning bij de calamiteitenbestrijding. Hoofdstuk 6 geeft inzicht in bijzondere risico’s en risicolocaties. Hoofdstuk 7 gaat in op de risico’s met betrekking tot de waterkeringen, terwijl hoofdstuk 8 de inzet van (gestuurde) waterbergingsgebieden beschrijft. Hoofdstuk 9 beschrijft in het bijzonder de (inhoudelijke) samenwerking tussen de betrokken waterbeheerders. Als laatste wordt in hoofdstuk 10 kort ingegaan op de mogelijke interactie met de waterketen (afvalwaterzuiveringsproces). In dit Calamiteitenplan wordt veelvuldig verwezen naar allerlei supplementen en werkwijzers. Deze zijn voor de interne organisatie te vinden op dommelstroom/calamiteitenzorgsysteem en in de gedeelde folder ‘Calamiteitenzorgsysteem’ in Ibabs. Contactgegevens van mensen en organisaties zijn (omwille van privacy gevoelige informatie), opgenomen in het supplement ‘Informatiegids’, dat enkel voor de eigen organisatie beschikbaar is.

1

Het algemeen bestuur van Waterschap De Dommel heeft hiertoe in de vergadering van 25 november 2015 mandaat verleend aan het dagelijks bestuur.


5


2

Kaders Het calamiteitenbestrijdingsplan bevat geen concrete oplossingen voor ieder knelpunt van een calamiteit. Het geeft kaders en spelregels en biedt houvast voor correct, praktisch en succesvol handelen bij een ernstige gebeurtenis, waarbij coördinatie van de bestrijdingsmaatregelen noodzakelijk is. Improvisatie speelt hierbij altijd een grote rol. Die ruimte moet er altijd zijn. Uiteindelijk vormen het gezonde verstand en de kennis en vaardigheden die binnen het waterschap of zijn netwerk aanwezig zijn de belangrijkste middelen voor een succesvolle bestrijding.

In dit calamiteitenbestrijdingsplan wordt veelvuldig verwezen naar personen, diensten en partners, zonder dat daarbij de concrete contactgegevens genoemd zijn. Al deze gegevens zijn opgenomen in de ‘Informatiegids’, zodat aanpassing van het calamiteitenbestrijdingsplan als gevolg van regelmatige wijzigingen in die gegevens niet nodig is.


6


3

Coördinatiefase en opschaling Voor een uitgebreide beschrijving van de wijze van melden, alarmeren en opschalen wordt verwezen naar het Calamiteitenplan. Daarin zijn ook de algemene taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden bij de diverse coördinatiefasen beschreven. In dit hoofdstuk wordt op hoofdlijnen de coördinatiestructuur bij hoogwater/wateroverlast genoemd en enkele bijzonderheden met betrekking tot melding en alarmeren.

Figuur 1: crisisorganisatie in perspectief van de samenwerking in de waterkolom en met de veiligheidsregio's (GRIP). De getoonde structuur gaat vooral over de gezamenlijke beeld, oordeel en (in beperkte mate) besluitvorming. Voor uitgebreidere toelichting op de interne organisatiestructuur en samenwerking met partners wordt verwezen naar het Calamiteitenplan.

Coördinatiefase 1

(Lokale) wateroverlast, (dreiging van) hoogwater of defecte peil regulerende kunstwerken , waarbij behoefte is aan veldcoördinatie.

Coördinatiefase 2

(Bovenlokale) ernstige wateroverlast of hoogwater, waarbij sterke behoefte is aan coördinatie, of waarbij zowel watersysteem als waterketen betrokken zijn. Mogelijke risico’s voor de volksgezondheid, bedrijvigheid en dergelijke.

Coördinatiefase 3

Het gaat om calamiteiten met een groot (bestuurlijk) effectgebied, binnen één gemeente en/of waterbeheerder en/of waarbij zowel watersysteem als waterketen in gezamenlijkheid moeten optreden.

Coördinatiefase 4

Het gaat om dezelfde calamiteiten als bij coördinatiefase 3, maar meerdere gemeenten en/of waterbeheerders zijn betrokken.

Nazorg en evaluatie Nadat de calamiteit (al dan niet trapsgewijs) is afgeschaald, vindt nazorg plaats conform het Calamiteitenplan en wordt de calamiteit geëvalueerd. In bijlage C is een checklist uit de ‘Handreiking nafase bij een grootschalige overstroming’ opgenomen.


7


4

Netwerk bestrijdingsmaatregelen In dit hoofdstuk is het belangrijkste netwerk weergegeven dat, in meer of mindere mate, betrokken is bij de bestrijdingsmaatregelen van hoogwater in het oppervlaktewater. Voor een volledig netwerk en de typen netwerken, een methode voor de netwerkanalyse wordt verwezen naar hoofdstuk 4 van het Calamiteitenplan. Voor contactgegevens wordt verwezen naar de Informatiegids.

4.1

Intern Het intern waterschapnetwerk bestaat naast de processen en vakgroepen die in de calamiteitenteams vertegenwoordigd zijn (zie hoofdstuk 7 Calamiteitenplan), uit overige processen, vakgroepen en individuele medewerkers die diverse maatregelen treffen of ondersteuning beiden. Veelal gaat het om: Betrokken proces/afdeling

Functies

Rol in bestrijding

Beheer en onderhoud watersysteem Communicatie

Planners en werkvoorbereiders

Aansturen van veldmedewerkers

Communicatiemedewerkers

Frontoffice en facility management Monitoring waterbeleid

Algehele ondersteuning Medewerkers meetnetten waterkwaliteit ARBO-adviseur

Uitvoeren communicatieactiviteiten ter ondersteuning communicatieadviseurs Gebouwenbeheer, receptiebezetting, catering Uitvoeren kwantiteitsmetingen

P&O

4.2

Bijzonderheden

Vertegenwoordigd in WKC

Ondersteunen in borgen ARBO-omstandigheden

Extern Bij een hoogwater(dreiging) krijgt het waterschap te maken met een uitgebreid extern netwerk. Hieronder zijn de belangrijkste partners uit het netwerk voor de bestrijding schematisch in kaart gebracht. Netwerkpartner Ministerie Veiligheid en Justitie

Ministerie Infrastructuur en Milieu

Ministerie Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Ministerie Defensie

Bijzonderheden  Nationaal Crisis Centrum (NCC),  Landelijk Operationeel Coördinatie centrum (LOCC)  Openbaar Ministerie (OM)  Inspectie Veiligheid en Justitie (IVJ) LCO: Landelijke coördinatiecommissie overstromingsdreiging (op basis van het ‘Landelijk Draaiboek Hoogwater en Overstromingen’: LDHO) Directie Zuid Regionaal Militair Commando Zuid: verleent bijstand (via aanvraag LOCC / Officier Veiligheidsregio (ROT)). In de Catalogus ‘Nationale Operaties’ is concreet aangegeven waaruit de bijstand bestaat.


8


Provincie Noord-Brabant Rijksinstituut voor Volksgezondheid en milieu (RIVM)

Milieuklachten centrale, CdK Adviesrol

Rijkswaterstaat: Waterkamer Vuilwaterwacht Water Crisis Managementcentrum Nederland (WCMN) Dienstkring waterwegen

Zie ook WATAK-akkoorden Landelijk informatiecentrum binnenwateren Waterverontreiniging kanalen Landelijke Coördinatiecommissie Milieuverontreiniging Water (LCM)

Veiligheidsregio’s: Brabant-Noord Midden- en West Brabant Brabant-Zuidoost Politie Brandweer GHOR

CoPI, ROT, GBT, RBT (coördinatie bij ramp/crisis) CoPI, ROT, GBT, RBT (coördinatie bij ramp/crisis) CoPI, ROT, GBT, RBT (coördinatie bij ramp/crisis) Adviseur Gevaarlijke Stoffen Geneeskundig Adviseur gevaarlijke Stoffen

Waterschappen: Aa en Maas Brabantse Delta Peel en Maasvallei AQUON Unie van Waterschappen

Gemeenschappelijk laboratorium voor metingen en analyses t.b.v. landelijke beeldvorming hoogwater waterschappen

Omgevingsdienst Brabant-Noord Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant Omgevingsdienst Midden- en WestBrabant

Alphen-Chaam Baarle-Nassau Bergeijk Best Bladel Boxtel Cranendonk Eersel Eindhoven Geldrop-Mierlo Goirle Haaren

Omgevingsdiensten Gemeenten en provincies hebben toezicht en handhaving soms aan omgevingsdiensten uitbesteed. Gemeenten en provincies hebben toezicht en handhaving soms aan omgevingsdiensten uitbesteed. Gemeenten en provincies hebben toezicht en handhaving soms aan omgevingsdiensten uitbesteed.

Gemeenten Heeze-Leende Helmond ’s-Hertogenbosch Heusden Hilvarenbeek Laarbeek Loon op Zand Nuenen Oirschot Oisterwijk Reusel de Mierden Schijndel

Sint-Michielsgestel Sint-Oedenrode Someren Son en Breugel Tilburg Udenhout Valkenswaard Veghel Veldhoven Vught Waalre Waalwijk

2

België NV de Scheepvaart Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij Provincie Antwerpen Dienst Waterbeleid Provincie Limburg

Vlaamse Landmaatschappij Vlaamse Milieumaatschappij Watering De Dommelvallei

2

De waterschappen in België zijn geen uitvoerende organisaties zoals de Nederlandse waterschappen. Het zijn overlegorganen waarin de waterbeheerders (VMM, provincie, gemeenten, wateringen maar ook de Vlaamse Landmaatschappij) met elkaar om tafel gaan.


9


5

Ondersteuning bij hoogwater Bestrijding van hoogwater vormt één van de omvangrijkere incidenten bij Waterschap De Dommel.

5.1

Water Kennis Centrum (WKC) Het proces Monitoring waterbeleid verzamelt (meet)gegevens. Belangrijkste taak is het continueren van de aanlevering van data over waterkwantiteit vanuit Rijkswaterstaat (Water Management Centrum Nederland: WMCN) en het KNMI aan de kwantiteitsadviseurs in het WKC (hydrologen). Het WKC (hydrologen) adviseert vervolgens over gevolgen voor het watersysteem (de ontwikkeling van een hoogwater, risicobeelden). Ook wordt aangegeven welke maatregelen het meest effectief zullen zijn. De gegevens zijn onder andere afkomstig van:  Eigen veldwaarnemingen;  Het geautomatiseerde ‘Telemetriesysteem TMX’ (zie ook het supplement ‘Procesbeschrijvingen: Waterbeheer, waterkwantiteit’), het BOS en een dashboard;  (Voor)waarschuwingsberichten (hoogwaterberichtgeving) van Rijkswaterstaat (WMCN, in het bijzonder de Landelijke Coördinatiecommissie Overstromingsdreiging: LCO);  Het KNMI (per 1 januari 2016 zijn crisisbeheersingsorganisaties, waaronder de waterschappen, wettelijk verplicht (op taken meteorologie en seismologie) om de informatie van het KNMI te gebruiken, in geval van maatschappij ontwrichtende situaties (veelal vanaf GRIP 3 situaties) of calamiteiten waarbij het weer een belangrijke rol speelt. Nadere advisering vindt plaats op basis van kennis, maar ook:  Praktijkervaringen uit het verleden (archieven en persoonlijke ervaringen);  Hydraulische modelberekeningen op basis van het Beslissing Ondersteunend Systeem (BOS). De hydraulische berekeningen vinden plaats, samen3 met hydrologisch adviseurs van de betrokken waterpartners. Dit betreft hoogwaters behorende bij een hoogwatersituatie op de Maas, maar ook bovenstrooms bij afvoer over de kanalen in beheer bij Rijkswaterstaat. In dat geval geven de hydrologen de verwachting door over de ontwikkeling van de waterstanden van de Maas (bron: Rijkswaterstaat). Bij het bereiken van coördinatiefase 1 geven de hydrologen 1 keer per dag een advies over:  De neerslagverwachting voor de komende dagen (inclusief bandbreedte);  Het tijdstip waarop de maximale waterstand wordt bereikt;  Het tijdstip waarop de waterstand wordt bereikt waarbij een faseovergang plaatsvindt;

3

Afspraak hierbij is dat de (vertegenwoordigers van de) hydrologen daadwerkelijk bij elkaar in een ad hoc te bespreken kantoorruimte zitten, zodat snelle afstemming kan plaatsvinden en ze altijd een onderlinge collegiale toets van de berekeningen uitvoeren.


10




De verwachte tijdsduur tussen de waterstanden behorende bij een fase (vooralsnog alleen voor regio Den Bosch);  Het inzetten van de bergingsgebieden conform en/of afwijkend van het calamiteitenbestrijdingsplan en/of de BOR’s waterberging (zie ook hoofdstuk 8). De communicatiemomenten worden afgestemd op de overleggen van de calamiteitenteams in de verschillende coördinatiefasen:  Coördinatiefase 1: minimaal 1x per dag een advies;  Coördinatiefase 2 of hoger: minimaal 2x per dag een advies 5.2

Middelen Voor de bestrijding van hoogwater zijn diverse middelen beschikbaar. Hierbij kan gedacht worden aan zandzakken, (nood)pompen en dergelijke. Voor een overzicht van deze middelen en de locatie(s) waar deze beschikbaar zijn, wordt verwezen naar het supplement ‘Facilitaire voorzieningen’. Met name voor de inzet van mens en materieel in het veld, spelen naast het WAT ook de planners en werkvoorbereiders een belangrijke rol in de coördinatie van de inzet. Waakvlam contracten Daarnaast beschikt het waterschap over een aantal afspraken met (waakvlam)aannemers, op wie 24 uur per dag een beroep gedaan kan worden en zijn afspraken gemaakt met een gemeenschappelijk waterschapslaboratorium voor monstername en analyses. Noodpompen Rijkswaterstaat Rijkswaterstaat (ministerie van Infrastructuur en Milieu) beschikt over mobiele noodpompen met grote capaciteit. Onder voorwaarden (onder andere (dreigende) maatschappelijke ontwrichting), kunnen deze desgewenst voor het waterschap ingezet worden. Hoe de procedures en processen met betrekking tot de inzet van de pompen eruit ziet, is opgenomen in het ‘Handboek inzet noodpompen nationaal en internationaal’ van het DCC-IenM (Rijkswaterstaat).


11


6

Bijzondere risico’s, gevolgen en te nemen maatregelen In het kader van calamiteitenbestrijding zijn een aantal veel voorkomende risicolocaties (meetpunten) van hoogwater beschreven. Per meetpunt worden aandachtspunten en maatregelen op hoofdlijnen beschreven, veelal gekoppeld aan specifieke functionarissen in de aanloop naar eventuele opschaling. In geval van opschaling vindt coördinatie daarop plaats vanuit de calamiteitenteams en krijgen een aantal functionarissen een beperktere rol (bijvoorbeeld piketmedewerker en piketmanager, overige functionarissen maken vanaf dat moment veelal onderdeel uit van de calamiteitenteams).

6.1

Specifieke aandachtspunten 

  





Bij dijkbewaking en mogelijke inzet van bergingsgebieden of overstromingsvlakten: o terreinbeheerders zo vroeg als mogelijk, doch ten minste 24 uur vooraf, inlichten over het mogelijk vollopen / inzetten van gebieden, zodat ze voorbereidingen kunnen treffen om vee tijdig te (laten) evacueren; o gemeente(n)/veiligheidsregio’s zo mogelijk minimaal 4 dagen vooraf inlichten, zodat zij tijdig voorbereidende noodmaatregelen (bijv. evacuatiecapaciteit) kunnen regelen, ook als de kans op daadwerkelijke inzet minimaal is; Zo nodig opstellen van een monitoringsplan (meetnet) na afloop van de calamiteit om de lange termijn effecten te kunnen monitoren; Adviseren (aan gemandateerd bestuurder) om zo nodig een vaar-, vis-, en/of wandelverbod (onderhoudspaden) in te stellen in geval van gevaarlijke situaties; Als de watergraaf op eigen gezag, gelet op de noodzaak daartoe, tot onmiddellijk stilleggen is overgegaan, dient deze vorm van bestuursdwang achteraf nog wel bekrachtigd te worden door een besluit namens het bestuur. Ook wordt Gedeputeerde Staten van de Provincie in. Indien voor de bestrijding van de calamiteit een grote hoeveelheid personeel nodig is, dan kan de WAT-voorzitter (via de piketmanager) of de WOT-voorzitter aan de hrmanagers/procesmanagers een verzoek doen om de beschikbaarheid te borgen in aflossingsschema’s; Veel meetpunten (zie volgende paragrafen) hebben een relatie met beheeren onderhoudsrichtlijnen van de waterbergingsgebieden (zie ook hoofdstuk 8). Deze BOR’s worden betrokken in de te nemen maatregelen.


12


6.2

Landelijk Draaiboek Hoogwater en overstromingen De betrokken organisaties De Landelijke Coördinatiecommissie Overstromingsdreiging (LCO), onderdeel van het Watermanagement Centrum van Nederland (WMCN), is verantwoordelijk voor het opstellen van een landelijk waterbeeld bij (dreigende) bovenregionale overstroming. De mate van betrokkenheid van de LCO, hangt af van de mate van het landelijke alarmeringsniveau. In geval van (dreigend) hoogwater / overstromingen van regionaal en/of landelijk niveau, vindt er afstemming plaats tussen diverse betrokken partijen. In veel gevallen is dan landelijke regie nodig en vindt landelijke communicatie plaats (naast de lokale en regionale structuren die onveranderd blijven). In het Landelijk Draaiboek Hoogwater en overstromingen (LDHO) van het ministerie van Infrastructuur en Milieu is de informatievoorziening beschreven tussen de verschillende betrokken organisaties, het gaat om:

Het LCO informeert de veiligheidsregio’s over het landelijk waterbeeld. Het behoort tot de taken van het waterschap, om de veiligheidsregio(‘s) te helpen bij de interpretatie van dit waterbeeld. De UvW (Unie van Waterschappen) heeft een rol in het coördineren van de communicatie vanuit de waterschappen. Het LCO en de UvW stemmen de samenwerking af. Het WOT van het waterschap coördineert de uitgaande informatie / communicatiestrategie richting LCO / UvW. Het WKC / proces communicatie kunnen vervolgens de daadwerkelijke informatie verstrekken. In uitzonderlijke gevallen worden de waterschappen (door middel van een via de UvW aan te wijzen vertegenwoordigende dijkgraaf) gevraagd deel te nemen aan de ‘coördinatiegroep’ van Infrastructuur en Milieu, waarin tevens de Directeurengeneraal van Rijkswaterstaat zitting hebben.


13


Op landelijk niveau worden verschillende onderstaande tabel zijn deze kort toegelicht.

dreigingsniveaus

gehanteerd

in

Beschrijving van de problematiek bij de verschillende kleurcodes bij een (dreigende) crisis als gevolg van een teveel aan water. Bron: LDHO 2015.

De navolgende tabellen uit het LDHO geven meer inzicht in de rol die de diverse organisaties ten aanzien van informatie uitwisseling hebben. Ook voor de waterschappen is dit beschreven.


14


Landelijke Coördinatiecommissie Overstromingsdreiging Watermanagement Centrum Nederland (WMCN)

(LCO)

/

KNMI

Rijkswaterstaat


15


Waterschappen / Unie van waterschappen

DCC IenM

Veiligheidsregio’s

Gemeenten


16


6.3

Hoogwater Maas (landelijke / regionale alarmering) In onderstaande tabel is het alarmeringsniveau weergegeven in relatie tot kritische waterstanden op de diverse meetpunten. Het meetpunt St. Pieter (Maas) betreft het alarmeringspunt dat van invloed is op het regionale watersysteem van Waterschap De Dommel. Rijkswaterstaat informeert de waterschappen over het bereiken van de alarmeringswaarden.

Bron: Landelijk draaiboek hoogwater en overstromingen


17


6.4

Uitvraag WMCN-LCO


18


6.5

Overzicht risicovolle locaties (lokale alarmering) In onderstaande figuur staan de meetpunten hoogwater die in de volgende paragrafen worden uitgewerkt naar te nemen maatregelen.


19


6.6

Overzicht waterpeilen in relatie tot coördinatiefasen In onderstaand schema is een overzicht gegeven van de coördinatiefasen bij verschillende waterpeilen (in meters ten opzichte van + NAP), per TMX(hoogwater)meetpunt. Deze zijn in de volgende paragrafen verder uitgewerkt, aanvullend op de genoemde taken in paragraaf 6.1 en zoals genoemd in het Calamiteitenplan. Opschaling vindt niet per definitie trapsgewijs plaatsvindt. Op basis van de behoefte aan coördinatie, het netwerk en andere belangen, in overleg tussen piketmedewerker en piketmanager het coördinatieniveau wordt bepaald.

Meetpunt Nr. 0006 0022 0023

Naam Gemaal Heibloemdijk (bovenstrooms) Stuw III (bovenstrooms)

0076 0077

Stuw Verdeelwerk (bovenstrooms) Stuw Beerze Brinksdijk (bovenstrooms) Collsche watermolen (bovenstrooms) Stuw Lunetten Stuw Smalwater (bovenstrooms) De Volmolen (bovenstrooms) Opwettense watermolen Geldropse watermolen Kleine Dommel ADM Borkel & Schaft Spoordonkse watermolen (Beerze bovenstrooms) Vughterstuw (bovenstrooms) Stuw Kleine Beerze Duizel (bovenstrooms) Hambrug (bovenstrooms) Strijper Aa

0078 0105

Gender Pegbroeken Sterksels kanaal – De Pan

0118

Stuw Waterhoef (bovenstrooms)

0223

Dommel van Abbemuseum (bovenstrooms brug Stratumseind) Eindhovens kanaal (Meetpunt Waterschap Aa en Maas) Noodoverlaat Ekkersrijt / Duitse duiker (geen TMX-meetpunt)

0025 0026 0034 0038 0043 0049 0050 0052 0057 0074 0075

N.v.t. N.v.t.

Plaats (gemeente) Oisterwijk

Waterpeil gekoppeld aan coördinatiefase

4

n.v.t. 8.70

1 8.85

2 -

3 -

4 -

Esch (Haaren) Eindhoven

-

-

4.60

-

-

16.45

-

-

-

-

Oisterwijk

9.30

-

9.80

-

-

Eindhoven

15.90

16.10

-

-

-

Vught Boxtel

3.40 6.80

3.60 6.90

3.80 7.15

-

-

Valkenswaard Nuenen Geldrop

15.10 17.45

19.10 15.20 -

-

-

-

Borkel & Schaft Spoordonk (Oirschot) ’s-Hertogenbosch Eersel

27.50 12.20

-

12.30

-

-

3.20 27.90

3.40 -

4.00 28.00

-

4.80 -

St. Oedenrode Soerendonk (Cranendonk) Veldhoven Sterksel (Heeze-Leende) Moergestel (Oisterwijk) Eindhoven

9.00 28.60

9.20 28.75

9.50 -

-

-

20.00 26.20

26.50

-

-

-

9.60

-

9.70

-

-

14.90

-

-

-

-

17.08

-

-

-

-

Helmond Son

4

Het betreft uitgangspunten voor de standaard coördinatiefasen op basis van vooraf voorziene scenario’s / risico’s. Juist omdat iedere situatie anders is, is het mogelijk dat in de praktijk soms een andere opschaling wordt toegepast.


20


6.7

0006 Gemaal Heibloemdijk - Oisterwijk Meetpunt 0006 Gemaal Heibloemdijk bovenstrooms (Spoordonk) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 8.70 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties -

Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en deze opdracht de situatie nauwlettend te volgen. Geeft de planner/werkvoorbereider opdracht om een extra pomp te reserveren als zeer snelle peilstijging wordt verwacht. Geeft gebiedsbeheerder opdracht om het kroosrek schoon te houden. Verzoekt (via piketmanager) bij verwachte peilstijging naar 9.05 m +NAP aan de piketmanager om op te schalen.

Aandachtspunten Bij mogelijke inzet van bergingsgebieden of overstromingsvlakten: er zij twee sensoren voor alarmering aanwezig (1 boven- en 1 benedenstrooms het kroosrek). Enkel sensor bovenstrooms is actief bij alarmering. Meetpunt 0006 Gemaal Heibloemdijk bovenstrooms (Spoordonk) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder WAT-voorzitter

: 8.85 m +NAP : 1 (verhoogde waakzaamheid) : WCPI, WAT Uit te voeren acties - Geeft de gebiedsbeheerder instructies over te nemen maatregelen, zodra de automatische werking van de pomp niet functioneert. - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Verzoekt, via de piketmanager, aan de hr-managers/procesmanagers om de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen ( aflossingsschema’s).


21


6.8

0022 Stuw III – Esch (Haaren) Meetpunt Stuw III Esch, ES01-3 (0022) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s)

: 4.60 m + NAP : 2 (beperkte dijkbewaking: 1x/24 uur) : WCPI, WAT, WOT

Coördinator acties Regiobeheerder

Uit te voeren acties

WAT-voorzitter

-

WOT-voorzitter

-

Liaison ROT

-

-

Waarschuwt gebiedsbeheerder, schat samen in of verdere peilstijging te verwachten is en geeft deze de opdracht om: - de stuwputjes bij de Runsdijk, spoorwegovergang en Van Oirschot dicht te zetten; - de overloop van De Langspier dicht te zetten; - de schuiven bij het Essche loopje en de Gasthuisbrug dicht te zetten. Geeft de regiobeheerder de opdracht om: - 2 pompen van 325 m³/uur in gereedheid te (laten) brengen voor verplaatsing naar Spankerstraat en Gasthuisbrug; - 2 pompen van 250 m³/uur te (laten) reserveren bij leveranciers als noodvoorziening in het geval de eigen pompen onvoldoende capaciteit leveren; - de kades langs de Essche Stroom over de volle lengte te (laten) controleren: 1x / 24 uur. Informeert de Beheerder van de Langspier (Boxtel). Adviseert (via de gemeenschappelijke meldkamer), de veiligheidsregio omtrent opschaling naar GRIP 2 (ROT), voor coördinatie op regionale voorlichting. Zorgt voor de concrete afstemming in een evt. ROT.

Meetpunt Stuw III Esch, ES01-3 (0022) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

6.9

: 4.75 m + NAP : 2 (uitgebreide dijkbewaking: 1x/8 uur) : WCPI, WAT, WOT Uit te voeren acties -

Geeft de regiobeheerder de opdracht om de kades langs de Essche Stroom over de volle lengte te (laten) controleren: 1x / 8 uur.

0023 Stuw verdeelwerk - Eindhoven Meetpunt 0023 Verdeelwerk Eindhoven bovenstrooms Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 16.45 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft deze opdracht de situatie nauwlettend te volgen en: - het (automatisch) kroosrek en het verdeelwerk in de Dommel te controleren; - handmatig de stuw verder te laten zakken dan op automaat kan; - stuw Blaarthem handmatig op de laagste stand te zetten voor maximale afvoer naar het Beatrixkanaal ( Wilhelminakanaal).


22


6.10

0025 Stuw Beerze Brinksdijk - Oisterwijk Meetpunt 0025 Stuw Beerze Brinksdijk - Balsvoort bovenstrooms (Oisterwijk) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 9.30 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft hem opdracht de situatie nauwlettend te volgen. - Verzoekt bij verwachte peilstijging naar 9.80 m +NAP (via piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen.

Aandachtspunten Bij een peil van 9.20 m +NAP moet de vistrap worden dichtgezet. Meetpunt 0025 Stuw Beerze Brinksdijk - Balsvoort (Oisterwijk) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

WOT-voorzitter

: 9.80 m + NAP : 2 (beperkte dijkbewaking 1x/24 u, mogelijke inundatie Logtse Velden) : WCPI, WAT, WOT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Geeft planner/werkvoorbereider opdracht een roosterschema op te stellen voor beperkte dijkbewaking. Minimaal 1 x / 24 uur alle kades laten inspecteren en risicovolle situaties direct te melden. - Informeert WOT-voorzitter bij verwachte inundatie. - Bij (verwachte) inundatie zo nodig preventief de gemeente Boxtel informeren en, na afstemming met de gemeente en veiligheidsregio de bewoners van de Van Salmstraat. - Informeert zo nodig Gemeenschappelijke meldkamer van Veiligheidsregio Brabant-Noord. - Aan de hr-managers/procesmanagers verzoeken de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen (aflossingsschema’s).


23


6.11

0026 Collsche watermolen - Eindhoven Meetpunt 0026 Collse watermolen bovenstrooms Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

Piketmedewerker

: 15.90 m +NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en geeft de gebiedsbeheerder opdracht de (zo nodig ter plaatse van de molens) situatie nauwlettend te volgen. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is. - Informeert zo nodig de beheerders van de watermolens (gemeenten Eindhoven en Nuenen (voorwaarschuwing)). - Bereidt een advies voor met betrekking tot de mogelijke noodzaak om de Collseweg af te sluiten bij een verwachte peilstijging naar 15.60 m + NAP (benedenstrooms)  indien advies ‘afsluiten’, dan gemeenten verzoeken tot afsluiting over te gaan. - Informeert preventief de Gemeenschappelijke meldkamer van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost en: - geeft aan dat gemeente Eindhoven en Nuenen rechtstreeks op de hoogte zijn gebracht; - vraagt welke informatie de meldkamer wil (blijven) ontvangen. - Verzoekt bij verwachte peilstijging naar 16.10 m + NAP (bovenstrooms) aan de piketmanager om op te schalen.

Aandachtspunten Het waterpeil moet volgens het molenpeilbesluit 15.76 m +NAP zijn. Meetpunt 0026 Collse watermolen Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

: 16.10 m + NAP : 1 (verhoogde waakzaamheid) : WCPI, WAT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om de situatie te analyseren op betekenis voor het regionale systeem. - Geeft de regiobeheerder de opdracht om te beoordelen of inzet van onderhoud nodig wordt. - Informeert de beheerder van de Collse watermolen en stemt de verdere ontwikkelingen en acties af. - Informeert zo nodig de Gemeenschappelijke meldkamer van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost, naar gelang de gemaakte afspraken. - Stelt vast of de Collseweg moet worden afgesloten en zo ja, dan neemt hij daartoe contact op met gemeenten Eindhoven en Nuenen met het verzoek tot afsluiting over te gaan. - Verzoekt, via de piketmanager, aan de hr-managers/procesmanagers om de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen ( aflossingsschema’s).

Aandachtspunten - Mogelijke vervolgacties: - de schuiven bij de Venbergse en Dommelsche watermolen trekken; - alert zijn bij de Volmolen en situatie monitoren (schoepen kunnen vanwege doorvoercapaciteit blijven zitten).


24


6.12

0034 Stuw Lunetten - Vught Meetpunt Stuw Lunetten (0034) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder


-

-

Geeft opdracht aan het WKC om TMX-systeem regelmatig te controleren om te bepalen of de waterstand in het vak tussen het Drongelens Kanaal (Vossenveld) en de IJzeren Man (Gonsalves) zakt of stijgt. Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om de volgende kunstwerken op werking te controleren: - de 2 schotten bij de IJzeren Man (Gonzalves); - de 2 afsluiters van de Broekleij aan het Drongelens kanaal; - de afsluiter van de Reutsedijk nabij de Isabellakazerne; - terugslagklep rioolgemaal Kamdijklaan; Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om de 2 terugslagkleppen in de Broekleij nabij het Drongelens kanaal omlaag te zetten. Geeft de planner/werkvoorbereider opdracht om de volgende in gereedheid te brengen pompen te laten controleren: - 2 x 1.000 m³/uur, locatie Vosseveld; - 1 x 325 m³/uur locatie Reutsedijk (Isabellakazerne); - 1 x 325 m³/uur locatie aspergekweker Verhoeven en; - zo nodig alvast extra pompcapaciteit bij leveranciers te reserveren.

Aandachtspunten Bij mogelijke inzet van bergingsgebieden of overstromingsvlakten inlichten van de NS en/of RIB (Rail Infra Beheer) ten behoeve van het matigen van de snelheid van de treinen op het traject dat door het Helvoirtsche Broek gaat. Meetpunt Stuw Lunetten (0034) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 3.60 m +NAP : 1 (verhoogde waakzaamheid) : WCPI, WAT Uit te voeren acties -

WAT-voorzitter

-

-

Verzoekt (via de piketmedewerker) om op te schalen en de piketmanager een WAT-voorzitter te laten aanwijzen. Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om: - 1 schuif bij de Reutsedijk (Isabella kazerne) te sluiten (de schuiven mogen pas dicht als het water uit het Drongelens kanaal terugstroomt!); - te beoordelen of de schotten bij Gonzalves wellicht eerder moeten worden geplaatst dan bij 3.80 m +NAP. Geeft opdracht aan het WKC om een advies te geven over de verwachte ontwikkelingen in de waterstanden van de Broekleij en het Drongelens kanaal. Geeft de regiobeheerder opdracht om: - de gecontroleerde pompen ter plaatse in gereedheid te (laten) brengen; - de pomp (met vlotter) nabij de Reutsedijk (Isabellakazerne) in werking te (laten) stellen, zodra de schuif dicht gaat dient. - De schotten voor het afsluiten van de Broekleij nabij de IJzeren Man (Gonsalves) klaar te (laten) leggen voor gebruik (plaatsing vanaf 3.80 m +NAP).


25


-

Informeert (via de piketmanager) preventief PI Nieuw Vosseveld over de ontwikkelingen en acties van het waterschap. Vraagt naar concrete contactgegevens voor de komende periode. Indien uitgebreidere afstemming nodig is, dan piketmanager adviseren op te schalen naar coördinatiefase 2, zodat het WOT de communicatie kan verzorgen.

Meetpunt Stuw Lunetten (0034) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 3.80 m +NAP : 2 (mogelijke inundatie) : WCPI, WAT, WOT Uit te voeren acties -

-

WAT-voorzitter

-

-

WOT-voorzitter

-

Liaison ROT

-

Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om: - de 2 schuiven bij het Drongelens kanaal ter hoogte van de Broekleij te sluiten (de schuiven mogen pas dicht als het water uit het Drongelens kanaal terugstroomt!); - de vloeddeuren in de dijk van het Drongelens kanaal te sluiten, afhankelijk van de terugstroming: ZL38, ZL 42, ZL 44, ZL45 en ZL46; - schuif ZL 38 (Verhoeven) dicht te zetten; - meerdere schuiven langs Drongelens Kanaal af te sluiten zodra water terug begint te stromen; - stuw Verbindingsloop te controleren bij inzet Helvoirtsche Broek; - gemaal Rijksweg te controleren; - de gemalen spoorbaan stop te zetten. Geeft de planner/werkvoorbereider opdracht om: - 3 pompen Vosseveld en aspergekweker Verhoeven te (laten) plaatsen en, nadat de vloeddeuren en schuif zijn gesloten, in werking te stellen; - De schotten voor het afsluiten van de Broekleij nabij de IJzeren Man (Gonsalves) te (laten) plaatsen, waardoor het Helvoirtsche Broek inundeert. Verzoekt gemeente Vught om de afwatering van de IJzeren man af te sluiten. Geeft opdracht aan het WKC om een advies te geven over de verwachte ontwikkelingen in de waterstanden van de Broekleij en het Drongelens kanaal. Stemt met regelmaat af met Waterschap Aa en Maas over het sluiten van de vloeddeuren in de dijk van het Drongelens kanaal, afhankelijk van de terugstroming: ZL38, ZL 42, ZL 44, ZL45 en ZL46. Adviseert (via de gemeenschappelijke meldkamer), de veiligheidsregio omtrent opschaling naar GRIP 2 (ROT), voor coördinatie op regionale voorlichting. Borgt een juiste naleving van de beslisboom / BOR voor de inzet van het waterbergingsgebied Helvoirtsche Broek. Informeert preventie PI Nieuw Vosseveld over de ontwikkelingen en acties van het waterschap. Zorgt voor de concrete afstemming in een eventueel ROT.


26


6.13

0038 Stuw Smalwater – Boxtel Meetpunt 0038 Stuw Smalwater – Salmstraat (Boxtel) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 6.80 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft deze opdracht de situatie nauwlettend te volgen. - Geeft planner/werkvoorbereider opdracht een roosterschema op te stellen voor beperkte dijkbewaking. Minimaal 1 x / 24 uur alle kades laten inspecteren en risicovolle situaties direct te melden. - Verzoekt bij verwachte peilstijging naar 6.90 m + NAP (via piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen.

Meetpunt 0038 Stuw Smalwater – Salmstraat (Boxtel) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

: 6.90 m + NAP : 1 (beperkte dijkbewaking 1x/24 uur) : WCPI, WAT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het proces WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Geeft de planner/werkvoorbereider opdracht om een roosterschema op te stellen voor beperkte dijkbewaking. Minimaal 1x/24 uur alle kades laten inspecteren en risicovolle situaties direct te melden. - Informeert piketmanager indien verwachting is dat inundatie gaat optreden en verzoekt om op te schalen. - Aan de hr-managers/procesmanagers verzoeken de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen (aflossingsschema’s).

Meetpunt 0038 Stuw Smalwater – Salmstraat (Boxtel) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

WOT-voorzitter

: 7.15 m + NAP : 2 (dijkbewaking 1x/8 uur) : WCPI, WAT, WOT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om te analyseren op gevolgen voor stroomgebied van Beneden Dommel en Zandleij. - Geeft planner/werkvoorbereider opdracht om een roosterschema op te stellen voor dijkbewaking. Minimaal 1 x / 8 uur alle kades laten inspecteren en risicovolle situaties direct te melden. - Bij (verwachte) inundatie preventief de gemeente Boxtel informeren. - Informeert zo nodig Gemeenschappelijke meldkamer van Veiligheidsregio Brabant-Noord. - Na afstemming met gemeente en veiligheidsregio (preventief) informeren van bewoners van de Van Salmstraat.


27


6.14

0043 De Volmolen - Valkenswaard Meetpunt 0043 De Volmolen bovenstrooms Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

WAT-voorzitter

: 19.10 m + NAP : 1 (verhoogde waakzaamheid) : WCPI, WAT Uit te voeren acties - Verzoekt (via piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen. - Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht alert te zijn en na te gaan waardoor de peilstijging is opgetreden (veel aanvoer, vervuiling stuw). - Stemt af met de beheerder van de Volmolen, die ter plaatse de situatie opneemt. - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren - Verzoekt, via de piketmanager, aan de hr-managers/procesmanagers om de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen ( aflossingsschema’s).

Aandachtspunten Bij een peil van 18.95 m +NAP gaat de stuw in de ‘ontlastkoker’ zakken. Meetpunt 0043 De Volmolen bovenstrooms Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

: 19.20 m + NAP : 1 (verhoogde waakzaamheid) : WAT Uit te voeren acties - Geeft de planner/werkvoorbereider de opdracht om te bepalen of inzet van onderhoud nodig wordt. - Beoordeelt het effect voor het benedenstroomse waterschapgebied en laat daar zo nodig via een regiobeheerder de dagelijkse coördinatie/afstemming organiseren. - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en een analyse voor het regionaal systeem te maken. - Laat zo nodig via de piketmanager verder opschalen.


28


6.15

0049 Opwettense watermolen - Nuenen Meetpunt 0049 Opwettense watermolen bovenstrooms Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 15.10 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft deze opdracht de situatie nauwlettend te volgen en: - zo nodig ter plaatse van de molen de situatie nauwlettend te volgen; - na te gaan waardoor de peilstijging is opgetreden (veel aanvoer, of vervuiling bij stuw). - Stemt af met de beheerder van de molen, die de situatie ter plaatse opneemt en alert is. - Verzoekt bij verwachte peilstijging naar 15.20 m +NAP (via de piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen.

Aandachtspunten - Het waterpeil volgens het molenpeilbesluit is jaarrond 14.40 m. - De drempel van het restaurant zit dicht op het normale waterpeil. Bij een geringe stijging, kan het water het restaurant (de keuken) inlopen. Op basis van verwachtingen vroegtijdig het restaurant waarschuwen. Meetpunt 0049 Opwettense watermolen bovenstrooms Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder WAT-voorzitter

6.16

: 15.20 m + NAP : 1 (verhoogde waakzaamheid) : WCPI, WAT Uit te voeren acties - Stemt af met de beheerder van de molen, die de schuiven bij de molen optrekt. - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Verzoekt, via de piketmanager, aan de hr-managers/procesmanagers om de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen (aflossingsschema’s).

0050 Geldropse watermolen - Geldrop Meetpunt 0050 Kleine Dommel Geldropse Watermolen Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 17.45 m +NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft (in beginsel) aan de planner opdracht, vanaf het moment dat het waterpeil een hoogte van 17.60 m +NAP heeft bereikt en de verwachting is dat deze verder zal doorstijgen, het afgesloten deel van de syfon te verwijderen.


29


6.17

0052 ADM - Borkel & Schaft Meetpunt 0052 Borkel - Schaft Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 27.50 m +NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft deze de opdracht de situatie (zo nodig ter plaatse van de molens) nauwlettend te volgen. - Informeert zo nodig de beheerders van de Venbergse watermolen, Dommelse watermolen en Volmolen.

Aandachtspunten - Waterpeilen volgens molenpeilbesluit voor Venbergse watermolen: zomerpeil 24.58 m + NAP en winterpeil 24.78 m +NAP. - Waterpeilen volgens molenpeilbesluit voor Dommelse watermolen: zomerpeil 22.85 m + NAP en winterpeil 23.00 m +NAP. - Voor Volmolen geldt dat bij 18.95 m + NAP de stuw in de ontlastkoker gaat zakken. Meetpunt 0052 Borkel - Schaft Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s)

: 27.60 m +NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen

Coördinator acties


Regiobeheerder

- Geeft opdracht aan het WKC om de situatie te analyseren op betekenis voor het regionale systeem. - Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om ter plekke de situatie bij Volmolen, Venbergse watermolen en Dommelsche watermolen te bekijken. - Informeert zo nodig de beheerders van de watermolens. - Geeft de planner/werkvoorbereider de opdracht om te beoordelen of inzet van onderhoud nodig wordt. - Beoordeelt de inzetbehoefte van Taamvenhoeve. - Beoordeelt de verdere ontwikkeling.

Aandachtspunten - Mogelijke vervolgacties: - de schuiven bij de Venbergse en Dommelsche watermolen trekken; - alert zijn bij de Volmolen en situatie monitoren (schoepen kunnen vanwege doorvoercapaciteit blijven zitten).


30


6.18

0057 Spoordonkse watermolen – Spoordonk (Oirschot) Meetpunt 0057 Spoordonkse watermolen bovenstrooms (Spoordonk) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 12.20 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de kantonnier in of verdere stijging te verwachten is en geeft hem opdracht de situatie nauwlettend te volgen. - Geeft uitvoerder opdracht om een roosterschema op te stellen voor beperkte dijkbewaking. Minimaal 1 x / 24 uur alle kades laten inspecteren en risicovolle situaties direct te melden. - Verzoekt bij verwachte peilstijging naar 12.30 m +NAP (via piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen.

Aandachtspunten Vaste overlaat achter eiland bij watermolen is 12.00 m + NAP. Bij verwachte peilstijging eventueel meer spuien via watermolen of via spindel in aflaatwerk. Kadehoogte is plusminus 12.51 m + NAP. Meetpunt 0057 Spoordonkse watermolen bovenstrooms (Spoordonk) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

WOT-voorzitter

: 12.30 m + NAP : 2 (uitgebreide dijkbewaking 1x/3 uur) : WCPI, WAT, WOT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Geeft planner/werkvoorbereider opdracht om een roosterschema op te stellen voor dijkbewaking. Minimaal 1 x / 6 uur de kade inspecteren vanaf de watermolen tot de A58. - Aan de hr-managers/procesmanagers verzoeken de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen (aflossingsschema’s). - Adviseert zo nodig aan secretarisdirecteur om bestuurlijk de gemeente Oisterwijk te informeren. - Informeert zo nodig Gemeenschappelijke meldkamer van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost.


31


6.19

0074 Vughterstuw – ‘s-Hertogenbosch Meetpunt Vughterstuw bovenstrooms (0074) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 3.20 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Informeren contactpersoon hoogwater Gemeente Vught, dat de schuiven bij Klein Gent dicht gaan; - Informeren contactpersoon beheerder Brabants Landschap, dat de schuiven bij Haanwijk dicht gaan; - Geeft de gebiedsbeheerder opdracht om ter plaatse de situatie op te nemen en terug te koppelen; - controleren of de 2 schuiven bij Haanwijk dicht staan; - bij verwachte peilstijging naar 3.40 m + NAP  om de schuif bij Klein Gent dicht te zetten (boven 3.20 m + NAP zijn de schuiven niet meer te bereiken). - de werking van gemaal en aanvoerleiding Bossche Broek te controleren (tenzij de werking recentelijk al is gecontroleerd); - Geeft de planner/werkvoorbereider opdracht om: - (bij dichtzetten schuif) Klein Gent een pomp te plaatsen van 325 m³/uur; - minimaal 1 / 24 uur de kades te laten inspecteren en geconstateerde gebreken op te lossen; - Bij WKC opvragen van verwachte peilontwikkeling en dit blijven doen, zolang verdere peilstijging aan de orde is. Tevens vragen om een analyse en rapportage (advies), indien de verwachting is dat het peil stijgt tot > 3.40 m +NAP; - Regio- en gebiedsbeheerders verzoeken zich voor te bereiden op het treffen van anticiperende maatregelen en preventieve toetsing te doen op het functioneren van alle relevante kunstwerken. - Planner/werkvoorbereider opdracht verstrekken om (zo nodig) verloven in te trekken en een roosterschema voor verhoogde waakzaamheid en kade-inspectie op te stellen (in koppels van 2 veldwerkers gehele lengte van kades nalopen).

Meetpunt Vughterstuw bovenstrooms (0074) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

WAT-voorzitter

: 3.40 m + NAP : 1 (beperkte dijkbewaking: 1x/24 uur) : WCPI / WAT Uit te voeren acties - Geeft de gebiedsbeheerder opdracht om ter plaatse de situatie nogmaals op te nemen en terug te koppelen en: - schuif bij De Heun dicht te zetten en stuw om te zetten; - zo nodig een extra check te doen op de werking van de Vughterstuw. - Coördineert de afstemming tussen eventuele WCPI’s (per beheersgebied) en zorgt voor een totaalbeeld in het WAT. - Geeft de regiobeheerder opdracht om de eerste voorbereidingen te (laten) treffen om bij verwachte (aanzienlijke) peilstijging: - een kraan en oplegger te reserveren voor inlaat noord; - een kraan en oplegger te reserveren voor inlaat zuid; - de (nood)pompen in gereedheid te brengen voor transport en plaatsing en zo nodig bij leveranciers extra pompcapaciteit te reserveren; - Geeft het WKC opdracht om:


32


-

elke 4 uur een overzicht van waterstanden en afvoeren te leveren; een (systeem)analyse te maken en te beoordelen of stijging boven 3.40 m + NAP aan de orde komt; - een rapportage over de verwachting aan te leveren, gebaseerd op scenario’s 4, 8, 24 en 48 uur (met een bandbreedte van waarschijnlijkheid en kans van optreden); - Verzoekt aan de piketmanager om: - met de gemeenschappelijke meldkamers van de betrokken veiligheidsregio’s af te stemmen (o.a. GRIP-opschaling). Verzoekt om verdere contactgegevens voor operationele afstemming; - de betrokken gemeenten (minimaal Boxtel, Haaren, ’sHertogenbosch, Sint-Michielsgestel en Vught) te informeren over de verwachtingen. Verzoekt om verdere contactgegevens voor operationele afstemming; - af te stemmen met partners in de waterkolom om een gezamenlijk waterbeeld en maatregelenpakket op te stellen, vanaf een waterpeil van 3.80 m + NAP, ter voorbereiding op een mogelijke GRIPopschaling; - Brabants Landschap, Staatsbosbeheer, Stichting Das en Boom en Wildbeheereenheden te informeren. - bij verwachte peilstijging naar 4.00 m + NAP verder op te schalen. Meetpunt Vughterstuw bovenstrooms (0074) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

WAT-voorzitter

Piketmanager

: 3.90 m + NAP : 1 (beperkte dijkbewaking: 1x/24 uur) : WCPI / WAT Uit te voeren acties - Geeft de gebiedsbeheerder opdracht om: - de schuiven bij Volmeer/Schuilenburg in de Essche Stroom dicht te zetten; - de schuiven bij kasteel Maurick (Vught) dicht te zetten; - aan- en afslagpeilen van gemalen in parallelsloten langs de Dommel en Essche Stroom te verhogen voor voldoende tegendruk van de dijken. - Geeft de regiobeheerder opdracht om een pomp bij Kasteel Maurick te (laten) plaatsen en activeren, van minimaal 325 m³/uur (afhankelijk van het weer, zo nodig 2 pompen plaatsen). - Bereidt bij een verwachte peilstijging naar 4.00 m + NAP, een eventuele verdere interne opschaling voor en: o Legt contact leggen met de veiligheidsregio met het advies op te schalen naar GRIP 2 (ROT); o Laat via de secretaris-directeur een liaison (Algemeen Commandant) voor het ROT aanwijzen.

Meetpunt Vughterstuw bovenstrooms (0074) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

WAT-voorzitter

: 4.00 m + NAP : 2 (uitgebreide dijkbewaking: 1x/8 uur) : WCPI / WAT / WOT Uit te voeren acties - Geeft (na toestemming van de WAT-voorzitter in verband met afstemming door WOT-voorzitter met collega waterbeheerders), de gebiedsbeheerder opdracht om de schuiven bij de A2 te sluiten; - Geeft WKC opdracht om: - elke 3 uur een overzicht van waterstanden en afvoeren aan te leveren;


33


-

-

-

WOT-voorzitter

-

-

-

-

-

WBTvoorzitter

-

Communicatieadviseur Liaison ROT

-

een rapportage over de verwachting aan te leveren, gebaseerd op scenario’s 4, 8, 24 en 48 uur (met een bandbreedte van waarschijnlijkheid en kans van optreden); - te onderzoeken in hoeverre op termijn extra pompcapaciteit nodig is, bij een verwachte peilstijging naar 4.80 m + NAP, om overvloedig water vanuit Dungense polder naar Zuid-Willemsvaart (ter hoogte van de Meerse Plas) te kunnen verpompen; Levert (met behulp van een GIV-adviseur) een overzicht aan de WOTvoorzitter met de meest actuele NAW-gegevens van grondeigenaren en gebruikers in het Bossche Broek; Geeft de regiobeheerder opdracht om: - (zo nodig via procesmanagers / HR-managers) opdracht om (zo nodig) verloven in te (laten) trekken en een roosterschema op te stellen voor beperkte dijkbewaking. Minimaal 1 x / 8 uur alle kades laten inspecteren en geconstateerde risico’s direct laten terugmelden (in koppels van 2 veldwerkers gehele lengte van kades nalopen). - zo nodig alvast extra pompcapaciteit te laten reserveren. Adviseert de secretarisdirecteur over: - de noodzaak tot ontruimen en afsluiten van het Bossche Broek; - de noodzaak tot instellen coördinatiefase 3 of 4; Stemt af met partners in de waterkolom, ten behoeve van een eenduidig waterbeeld en –advies, ter voorbereiding op regionale afstemming in de veiligheidsregio; Verzoekt Veiligheidsregio Brabant-Noord via de liaison ROT: - om toegangswegen van het Bossche Broek af te sluiten voor onbevoegden; - voorbereidende maatregelen te treffen voor de eventuele evacuatie van het Bossche Broek (inwonenden, overige personen, aanwezigen bij modelvliegtuigclub en de haven Zuiderplas en vee); Legt contact met Staatsbosbeheer, Brabants Landschap, Stichting Das en Boom en Wildbeheereenheden om assistentie te verlenen bij het veilig stellen van vluchtend wild en dassen; Informeert huurder van het ‘oude gemaal Bossche Broek’ (mevr. Vermeulen) en dhr. Spooren i.v.m. bijenkasten; Bekijkt noodzaak van eventueel in te stellen vaar-, vis- en.of wandelverbod als gevolg van gevaarlijke waterstanden en laat deze na bestuurlijke consultatie instellen. Stemt af met HID Rijkswaterstaat en dijkgraaf Waterschap Aa en Maas over de ontwikkelingen; Stemt af met voorzitter Veiligheidsregio Brabant-Noord en burgemeesters van de gemeenten ’s-Hertogenbosch, Haaren, Boxtel, Sint-Michielsgestel en Vught over de ontwikkelingen. Stemt zo nodig af met sectie ‘voorlichting’ van de veiligheidsregio’s en communicatie van collega waterbeheerders. Neemt deel aan het eventuele ROT en stemt daarmee het waterbeeld en –advies af.

Aandachtspunten - Bij (dreiging) van eventuele inzet van Bossche Broek, de beheerder van het Heempark ’sHertogenbosch waarschuwen (gelegen in de Zuiderplas). Meetpunt Vughterstuw bovenstrooms (0074) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 4.30 m + NAP : 2 (uitgebreide dijkbewaking: 1x/8 uur) : WCPI / WAT / WOT Uit te voeren acties - Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om: - de situatie bij de fietstunnel van Vught naar het Bossche Broek te


34


beoordelen; na opdracht van het WAT (na goedkeuring WOT i.v.m. afstemming gemeente) na wegafsluiting van de tunnel door gemeente de schotbalken te laten plaatsen in de fietstunnel. Geeft de regiobeheerder de opdracht om: - (na besluitvorming WOT) bij verwachte peilstijging naar 4.90 m + NAP, één of twee diepladers met kraan in gereedheid te (laten) brengen voor eventueel transport naar het gemaal Bossche Broek Noord; - eventueel een tweede pomp naar boerderij Van den Besselaar, Oud Herlaer 1, 5271 TT Sint-Michielsgestel te (laten) brengen (voor inlaat BB Zuid); - ook kan worden bepaald dat gelet op de omstandigheden één of beide diepladers direct gedirigeerd worden naar de locatie en in gereedheid worden gebracht voor het graafwerk. Verzoekt via de liaison ROT aan de veiligheidsregio/gemeente af te stemmen over het door de gemeente afsluiten van de tunnel voor verkeer, als kaden van het Bossche Broek niet overtuigend voldoende stabiel zijn. Stemt af binnen ROT, op basis van het waterbeeld, over noodzakelijke voorbereidingen voor inundatie Bossche Broek. Geeft relevante maatregelen van het waterschap door aan het ROT (zoals geplaatste schotbalken in de fietstunnel) -

WAT-voorzitter

-

WOT-voorzitter

-

Liaison ROT

-

Meetpunt Vughterstuw bovenstrooms (0074) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s)

: 4.50 m + NAP : 2 (uitgebreide dijkbewaking: 1x/8 uur) : WCPI / WAT / WOT

Inundatie Bossche Broek en polders Essche Stroom kunnen plaatsvinden. Coördinator acties Regiobeheerder

WAT-voorzitter

WOT-voorzitter

Uit te voeren acties - Geeft de gebiedsbeheerder opdracht tot het sluiten van de schuiven om de dassentunnels onder de A2 af te sluiten en informeert Rijkswaterstaat hierover. - Geeft de regiobeheerder de opdracht om (na besluitvorming WOT): - definitief één of twee diepladers stand-by te (laten) houden voor directe werkzaamheden bij de inlaatplaatsen. - Bij een verwachte peilstijging naar 4.80 m +NAP zo nodig een pomp te (laten) plaatsen bij de Zuid-Willemsvaart (ter hoogte van de Meerse Plas (Den Dungen). - Te (laten) controleren of er voldoende zandzakken en zand aanwezig zijn om bij Van de Besselaar (Oud Herlaer te Sint-Michielsgestel), uitsparingen in de kade van de Dommel te kunnen dichtzetten. - Checkt of alles in gereedheid is om bij een peil van 4.80 m + NAP daadwerkelijk gereed is om het Bossche Broek te inunderen, tenzij verwachte peilstijging beneden dit peil blijft. - Borgt een juiste naleving van de beslisboom / BOR voor de inzet van het waterbergingsgebied Helvoirtsche Broek. - Bewaakt dat Staatsbosbeheer, Brabants Landschap, Stichting Das en Boom en Wildbeheereenheden worden gewaarschuwd voor assistentie tijdens inundatie bij vangen wild.

Aandachtspunten - Zowel Regiobeheerder, gebiedsbeheerder als Van de Besselaar hebben sleutels van de toegangspaaltjes. - De evenaars liggen in het centrale loods bij de rwzi te Boxtel.


35


Meetpunt Vughterstuw bovenstrooms (0074) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s)

: 4.80 m + NAP : 4 (inzet Bossche Broek) : WCPI, WAT, WOT, WBT

Inundatie Bossche Broek. Coördinator acties WAT-voorzitter

WOT-voorzitter

WBTvoorzitter

Liaison ROT

Liaison RBT

Uit te voeren acties - Geeft de regiobeheerder opdracht om: - (na besluitvorming in het WBT  WOT) alles in gereedheid te (laten) brengen om de compartimenten bij de inlaatplaatsen te laten vrijgraven  directe telefonische terugkoppeling aan WAT-voorzitter  WOTvoorzitter; - bij Van de Besselaar (Oud Herlaer te Sint-Michielsgestel) de uitsparingen in de kade van de Dommel dicht te (laten) zetten vóór daadwerkelijke inzet Bossche Broek. - Checkt laatste keer of alles in gereedheid is gebracht om het Bossche Broek daadwerkelijk in te zetten. - Verzoekt Staatsbosbeheer, Brabants Landschap, Stichting Das en Boom en Wildbeheereenheden om assistentie tijdens inundatie bij vangen wild. - Borgt bestuurlijke afstemming met netwerkpartners en stemt zo nodig het waterbeeld- en advies vooraf af met collega waterbestuurders, voorafgaand aan een eventueel RBT. - Bepaalt wie de rol van liaison RBT en RWBT (binnen het proces ‘Wateren Scheepvaartzorg’) op zich neemt. - Geeft duiding aan het waterbeeld en –advies (o.a. effecten van het inzetten van het gebied, duur, ‘bewaken en beveiligen’ van het gebied e.d.). - Borgt operationele afstemming met netwerkpartners en stemt zo nodig het waterbeeld- en advies vooraf af met collega waterbeheerders, voorafgaand aan eventueel ROT (de watersystemen van Rijkswaterstaat, Waterschap Aa en Maas en De Dommel hebben invloed op elkaar). - Adviseert veiligheidsregio (zo nodig) om op te schalen naar GRIP 4 voor regionale, bestuurlijke afstemming (aan de inzet van Bossche Broek zitten bestuurlijke dilemma’s). Inzet op basis van verwachtingen kent een mate van onzekerheid: o mogelijke schades (compensatie grondeigenaren / bebouwing, schade aan inlaatwerk). o hoe het gebied zal reageren (Het Bossche Broek is na inrichting nog nooit ingezet  mogelijke risico’s); - Stemt op basis van het waterbeeld af binnen RBT over inundatie Bossche Broek.

Meetpunt Vughterstuw bovenstrooms (0074) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

: 4.90 m + NAP : 4 (inunderen Bossche Broek) : WCPI, WAT, WOT, WBT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan de regiobeheerder (na signaal WOT-voorzitter) om: - ter plaatse de graafwerkzaamheden te (laten) starten (een instructievideo ligt in de calamiteitenkast op het hoofdkantoor) en ter plaatse de werkzaamheden te coördineren. Maar ook te bewaken dat kraanmachinist en overige aanwezigen ter plaatse met een boot bij het inlaatwerk worden opgehaald; - de gebiedsbeheerder de schuiven bij de A2 (verbindingen tussen


36


WOT-voorzitter

-

-

-

WBTvoorzitter

-

Secretaris directeur

-

Bossche Broek Noord en Zuid) te laten sluiten en te controleren op functioneren; - de gebiedsbeheerder het gemaal Bossche Broek uit te zetten en de pomp bij de Meerse plas te installeren; - de gebiedsbeheerder de situatie rond Den Dungen intensief te laten monitoren. - ingesloten wild zo mogelijk met een boot weg te laten halen en de samenwerking met Staatsbosbeheer, Brabants Landschap, Stichting Das en Boom en Wildbeheereenheden ter plaatse te coördineren. Geeft proces Frontoffice en Facility management opdracht voor te bereiden op langdurige inzet van medewerkers (catering, inrichten rustruimtes e.d.). Nadat het WAT (met advies van het WKC over de verwachtingen dat het peil verder door stijgt tot boven 4.90 m + NAP en het berekende aantal compartimenten die uitgegraven moeten worden), het WOT heeft geadviseerd, vraagt de WOT-voorzitter toestemming aan het WBT om daadwerkelijk te gaan inunderen. Op basis van beslisboom wordt beoordeeld of wordt toestemming gevraagd voor de inlaat Noord en Zuid. De WOT-voorzitter geeft via het WAT opdracht, na toestemming van het WBT, om de afgraving daadwerkelijk te verrichten. Neemt namens het WBT het besluit daadwerkelijk te inunderen, na afstemming met de liaison in het RBT en ROT (via de WOTvoorzitter). Borgt dat de hele organisatie actief is en de hoogste prioriteit geeft aan eventuele bijdrage in de bestrijding. Geeft het proces P&O opdracht te ondersteunen bij het inroosteren van medewerkers en controle op de ARBO-omstandigheden (o.a. tijdige rust).

Aandachtspunten Door opstuwing is het peil bij het inlaatpunt Bossche Broek Zuid ongeveer 5.05 m + NAP. Bij dit peil overstroomt de Venweg en een huis en worden diverse huizen nabij de Venweg bedreigd: noodmaatregelen moeten tijdig getroffen worden. In 1995 zijn ook zandzakken langs de Venweg gelegd door de brandweer Sint-Michielsgestel om te voorkomen dat de huizen overstroomden. De liaison ROT brengt dit zo nodig in bij het ROT. Meetpunt Vughterstuw bovenstrooms (0074) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s)

: 5.20 m + NAP : 4 (ramp, geinundeerd) : WCPI, WAT, WOT, WBT

Polders rond Halder (Sint-Michielsgestel) en de Essche Stroom inunderen. Coördinator acties Liaison ROT

Uit te voeren acties -

Borgt via de WOT-voorzitter, dat eventuele “bevelen” vanuit de regionale rampenbestrijding door het waterschap worden opgepakt en uitgezet.


37


6.20

0075 Stuw Kleine Beerze - Duizel (Eersel) Meetpunt 0075 Stuw Kleine Beerze Duizel bovenstrooms Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 27.90 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft deze opdracht de situatie nauwlettend te volgen. - Geeft, bij verwachte peilstijging, zo nodig opdracht aan een GIV-adviseur om actuele NAW-gegevens van bedrijven te gaan verzamelen. - Verzoekt bij verwachte peilstijging naar 28.00 m + NAP (via de piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen.

Aandachtspunten Ter plaatse van het industrieterrein kan mogelijk wateroverlast optreden als gevolg van problemen met de waterafvoer. Meetpunt 0075 Stuw Kleine Beerze Duizel bovenstrooms Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

WOT-voorzitter

: 28.00 m + NAP : 2 (mogelijke inundatie) : WCPI, WAT, WOT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Informeert WOT-voorzitter indien verwachting is dat inundatie gaat optreden. - Bij (verwachte) inundatie zo nodig preventief de bedrijven (o.a. Reny en Agio) en gemeente Eersel (hoofd gemeentewerken) informeren. - Aan de hr-managers/procesmanagers verzoeken de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen (aflossingsschema’s). - Informeert zo nodig Gemeenschappelijke meldkamer van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost.


38


6.21

0076 Hambrug – St. Oedenrode Meetpunt Stuw Hambrug bovenstrooms (0076) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder


-

Piketmedewerker

-

Waarschuwt gebiedsbeheerder en schat samen met hem in of verdere peilstijging te verwachten is. Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om: - extra alert te zijn en de situatie nauwlettend te volgen; - het krooshek en pomp aan de Corridor te Sint-Oedenrode te controleren; - de schuif dicht te zetten; Geeft bij verwachte peilstijging naar 9.50 m + NAP opdracht aan planner/werkvoorbereider om alvast een noodpomp met een pompcapaciteit van 300 m³/uur in gereedheid te brengen. Adviseert de piketmanager om alvast voorbereid te zijn op het formeren van een WAT en WOT.

Meetpunt Stuw Hambrug bovenstrooms (0076) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s)

: 9.20 m + NAP : 1 (waakzaamheid) : WCPI, WAT

Coördinator acties Regiobeheerder


WAT-voorzitter

-

-

Verzoekt (via de piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen. Verzoekt, via de piketmanager, aan de hr-managers/procesmanagers om de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen ( aflossingsschema’s).

Meetpunt Stuw Hambrug bovenstrooms (0076) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 9.50 m + NAP : 2 (permanente dijkbewaking 1x/8 u) : WCPI, WAT, WOT Uit te voeren acties -

-

WAT-voorzitter WOT-voorzitter

-

Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om: - de schuif dicht te zetten van de watergang nabij de Corridor (ter ontwatering van het kerkhof); - bij de Lindendijk te Sint-Oedenrode de schuif dicht te zetten; - extra controles van de hoogwatervoorzieningen uit te voeren; - de VOPO-pomp nabij de Neul uit te zetten; - de werking van diverse VOPO-pompen langs de Dommel in SintOedenrode te monitoren. Geeft de planner/werkvoorbereider opdracht om bij de Lindendijk een noodpomp te plaatsen met een pompcapaciteit van 300 m³/uur. Geeft de planner/werkvoorbereider de opdracht om een schema op te stellen voor dijkbewaking (koppels van 2 personen) over de volle lengte, 1x / 8 uur. Adviseert aan piketmanager op te schalen naar coördinatiefase 2. Borgt de communicatie naar partners en burgers.


39


-

Liaison ROT

6.22

-

Adviseert de veiligheidsregio omtrent opschaling naar GRIP 2 (ROT), voor coördinatie op regionale voorlichting en ontruimen parkeerterrein en sportvelden. Zorgt voor de concrete afstemming in een evt. ROT.

0077 Strijper Aa – Soerendonk (Cranendonk) Meetpunt 0077 Strijper Aa Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 28.60 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft deze opdracht de situatie nauwlettend te volgen en de automatische stuwen GA 42-3 t/m 42-9 op functioneren te controleren (voorkomen zakken). - Verzoekt bij verwachte peilstijging (via piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen.

Meetpunt 0077 Strijper Aa Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

6.23

: 28.75 m +NAP : 1 (verhoogde waakzaamheid) : WCPI, WAT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Verzoekt, via de piketmanager, aan de hr-managers/procesmanagers om de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen (aflossingsschema’s).

0078 Gender Pegbroeken - Veldhoven Meetpunt 0078 Gender Pegbroeken Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 20.00 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft deze opdracht de situatie nauwlettend te volgen en: - stuw Gender te controleren op functioneren bij het Beatrixkanaal en het controleren van de kroosrekken bovenstrooms de stuw; - stuw Akerendam te controleren op drijfvuil; - kroosrek kiosk Veldhoven te controleren op drijfvuil. - Geeft alvast een voorwaarschuwing aan gemeente Veldhoven indien verdere peilstijging wordt verwacht.


40


Meetpunt 0078 Gender Pegbroeken Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

6.24

: 20.15 m +NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Geeft de planner/werkvoorbereider de opdracht om te bepalen of inzet van onderhoud nodig wordt. - Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om de situatie nabij de sportvelden te beoordelen. - Stemt op basis van de beoordeling van de situatie nabij de sportvelden af met gemeente Veldhoven in verband met het mogelijk onderlopen.

0105 Sterksels kanaal De Pan – Sterksel (Heeze-Leende) Meetpunt 0105 Sterksels kanaal – De Pan Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 26.20 m +NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft deze opdracht de situatie nauwlettend te volgen en na te gaan waardoor de peilstijging is opgetreden (veel aanvoer, of vervuiling stuw). - Verzoekt bij verwachte peilstijging naar 26.50 m +NAP (via de piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen.

Meetpunt 0105 Sterksels kanaal – De Pan Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

WAT-voorzitter

: 26.50 m +NAP : 1 (verhoogde waakzaamheid) : WCPI, WAT Uit te voeren acties - Geeft de gebiedsbeheerder de opdracht om: - ter plaatse de stuwen te inspecteren en omlaag te zetten; - stuwen te bedienen (KD 15-1 t/m 15-4 worden gestreken). - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Verzoekt, via de piketmanager, aan de hr-managers/procesmanagers om de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen ( aflossingsschema’s).


41


6.25

0118 Stuw Waterhoef – Moergestel (Oisterwijk) Meetpunt 0118 Reusel stuw Waterhoef bovenstrooms (Moergestel) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 9.60 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren. - Schat samen met de gebiedsbeheerder in of verdere stijging te verwachten is en geeft deze opdracht de situatie nauwlettend te volgen. - Geeft planner/werkvoorbereider opdracht om een roosterschema op te stellen voor beperkte dijkbewaking. Minimaal 1 x / 24 uur alle kades laten inspecteren en risicovolle situaties direct te melden. - Verzoekt bij verwachte peilstijging naar 9.70 m + NAP (via piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen.

Aandachtspunten Het betreft de woonkern van Moergestel. Meetpunt 0118 Reusel stuw Waterhoef bovenstrooms (Moergestel) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

WOT-voorzitter

: 9.70 m + NAP : 2 (uitgebreide dijkbewaking 1x/8 uur) : WCPI, WAT, WOT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Geeft de planner/werkvoorbereider opdracht om een roosterschema op te stellen voor beperkte dijkbewaking. Minimaal 1 x / 8 uur de kade inspecteren vanaf de Waterhoef tot de A58. - Informeert zo nodig Gemeenschappelijke meldkamer van Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. - Aan de hr-managers/procesmanagers verzoeken de beschikbaarheid van voldoende inzetbaar personeel te borgen (aflossingsschema’s). - Adviseert zo nodig aan secretarisdirecteur om bestuurlijk de gemeente Oisterwijk te informeren.

Meetpunt 0118 Reusel stuw Waterhoef bovenstrooms (Moergestel) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

WOT-voorzitter

: 9.80 m +NAP : 2 (uitgebreide dijkbewaking 1x/3 uur) : WCPI, WAT, WOT Uit te voeren acties - Geeft planner/werkvoorbereider opdracht om een roosterschema op te stellen voor beperkte dijkbewaking. Minimaal 1 x / 3 uur de kade inspecteren vanaf de Waterhoef tot de A58. - Adviseert zo nodig aan secretarisdirecteur om bestuurlijk de gemeente Oisterwijk te informeren.


42


6.26

0223 Dommel van Abbemuseum - Eindhoven Meetpunt 0223 Bovenstrooms brug Stratumseind Eindhoven (Van Abbemuseum) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 14,90 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan WKC om te onderzoeken of de verwachting is dat het peil verder zal stijgen. - Geeft opdracht aan de gebiedsbeheerder om de situatie nauwlettend in de gaten te houden.

Aandachtspunten - Het optreden van een peil van 15.00 m +NAP betekend niet automatisch dat er een doorstijging zal plaatsvinden. - Als gevolg van een hevige stortbui, kan het Dommelpeil in korte tijd zeer sterk stijgen. Daardoor krijgen ook de beheerders van het Van Abbemuseum rechtstreeks een automatische smsalarmering. - Zodra het de beheerder een alarmering krijgt, dient deze zelf contact met het waterschap op te nemen. - De beheerders van het museum zijn zelf verantwoordelijk voor het tijdig inlichten van de gemeente. - De beheerders van het museum zijn zelf verantwoordelijk voor het treffen van eventuele noodmaatregelen op basis van een eigen beleidsplan. - In de afspraak met het museum (zaak Z15658, brief O28390 en U31668), is nadrukkelijk opgenomen dat geen rechten aan de alarmering kunnen worden ontleend, dus ook niet wat betreft eventuele schade indien het systeem een keer niet/te laat heeft gealarmeerd. Meetpunt 0223 Bovenstrooms brug Stratumseind Eindhoven (Van Abbemuseum) Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 15,00 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Informeert zo nodig het proces Communicatie. - Verzoekt zo nodig (via de piketmedewerker) aan de piketmanager om op te schalen (met name bij verwachting langduriger hoogwater en/of schades aan (de collectie van) het museum.


43


6.27

Eindhovens kanaal Eindhovens kanaal Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties Regiobeheerder

: 18,62 m + NAP : reguliere bedrijfsvoering : reguliere processen Uit te voeren acties - Geeft, nadat deze door Waterschap Aa en Maas / sluiswachter gemeente Helmond is geïnformeerd, gebiedsbeheerder opdracht om de situatie in Eindhoven nauwlettend te volgen.

Aandachtspunten - Het Eindhovens kanaal vormt een bijzonder risico. In het beheer van het Eindhovens Kanaal (beoogd als regionale kering) zijn 5 partijen betrokken: WS De Dommel, WS Aa en Maas, Gemeente Eindhoven, Gemeente Helmond en Rijkswaterstaat. - De gemeente Eindhoven is eigenaar van het gehele traject en voert het reguliere beheer en onderhoud uit. - Waterschap Aa en Maas en Waterschap De Dommel zijn formeel verantwoordelijk voor het peilbeheer (en waterkwaliteit) op het Eindhovens Kanaal. - Het peil in het traject dat binnen het beheersgebied van Waterschap De Dommel valt, wordt bepaald (gestuurd) door de gemeente Helmond. Sluiswachters van de gemeente bedienen de sluizen 8 en 9 en verzorgen daarmee in praktische zin het peilbeheer van het Eindhovens kanaal.

- Bij het inlaatpunt vanuit het Eindhovens kanaal in de wijk Brandevoort (Helmond) is een peilwaarschuwing ingesteld die de beheerders bij Waterschap Aa en Maas informeert en vraagt actie te ondernemen richting sluiswachters (op basis van een bellijst worden diverse betrokkenen vervolgens geïnformeerd en kunnen zij zo nodig maatregelen treffen). Eindhovens kanaal Waterpeil Coördinatiefase Coördinatieteam(s) Coördinator acties WAT-voorzitter

: 18,67 m + NAP :1 : WCPI, WAT Uit te voeren acties - Geeft opdracht aan het WKC om actuele meetgegevens en verwachtingen aan te leveren en te analyseren op gevolgen voor het regionale watersysteem. - Coördineert de afstemming met de betrokken partijen. - Verzoekt zo nodig aan de piketmanager om verder op te schalen.

Aandachtspunten - Water stroomt uit het Eindhovens kanaal de stad Eindhoven in.

6.28

Noodoverlaat Ekkersrijt / Duitse duiker - Son In de Ekkersrijt zit een spindelschuif, de zogenaamde Duitse duiker, die fungeert als noodoverlaat. Dit is een duiker voorzien van een spindelschuif in combinatie met schotbalken. Met behulp van deze schuif kan de Ekkersrijt worden ontlast. Er stroomt dan water af naar het Beatrixkanaal. Er bestaan geen harde afspraken omtrent de bediening van deze schuif. De schuif is zo afgesteld dat er afstroming plaatsvindt bij een peil van 17.08 m +NAP (dit is een locatie zonder TMX meetpunt). Indien er meer water moet afstromen kan de schotbalk worden verwijderd, waardoor reeds afstroming plaatsvindt bij een peil van 16.88 m +NAP. In principe is de schuif dicht en wordt deze enkel geopend wanneer er veel water wordt verwacht in de zomermaanden. In de wintermaanden (september t/m april) staat de schuif open.


44


7

Waterkeringen In het beheersgebied van Waterschap De Dommel liggen een aantal ‘regionale keringen’ (vastgelegd in de ‘Verordening water’ van de provincie Noord-Brabant). Hiervan voldoet een aantal nog niet aan de normering (zie rode lijnen in onderstaand kaartje). Gedeputeerde Staten heeft uitstel verleend voor het op orde brengen van de regionale keringen. Uiterlijk eind 2020 voldoen deze alsnog aan de (nieuwe) norm. Op diverse plaatsen binnen het waterschap zijn overstromingsberekeningen beschikbaar die horen bij de keringen die nog niet aan de norm voldoen. Hieruit kan worden opgemaakt wat de concrete risico’s zijn. Dit geeft richting aan de mogelijke maatregelen tijdens een calamiteit van het waterschap, maar ook de afstemming met de crisisbeheersingspartners. Het is tijdens een hoogwatersituatie niet altijd mogelijk om bij deze keringen afdoende maatregelen te treffen om risico’s geheel weg te nemen. Binnen het proces Beheren watersysteem wordt geïnventariseerd welke maatregelen mogelijk zijn om het risico zo veel mogelijk te beperken. Daar waar desondanks substantiële risico’s dreigen op te treden zal bestuurlijk worden opgeschaald. Indien tijdens een hoogwater sprake is van dreiging van een doorbraak of overstroming van de keringen, zullen via de calamiteitenteams zo nodig technische noodmaatregelen getroffen worden (leggen zandzakken, plaatsen pompen, nooddijken en dergelijke). Ook vindt dan afstemming plaats met de gemeenten en veiligheidsregio’s. Kritische locaties worden nauwlettend in de gaten gehouden. De meest recente stand van zaken met betrekking tot de keringen is in het beheerregister opgenomen, het proces Beheren watersysteem voert hierop de regie.


45



46


8

Waterbergingsgebieden

8.1

De gebieden Waterschap De Dommel beschikt over diverse (gestuurde) waterbergingsgebieden (zie onderstaande figuur). Deze kunnen ten tijde van hoogwater worden ingezet als sturingsmiddel om gewenste peilen te behouden / bereiken en overlast te voorkomen. De inzet van waterbergingsgebieden gaat gepaard met diverse maatregelen, maar ook is er bijvoorbeeld afstemming met partners nodig.


47

Bossche Broek Noord

VR BN ’s-Hertogenbosch, Vught, Sint-Michielsgestel

Bossche Broek Zuid

VR BN ’s-Hertogenbosch, Vught, Sint-Michielsgestel

Helvoirts Broek Noord

VR BN Haaren

Helvoirts Broek Zuid

VR BN Haaren

De Ruiting

VR BN Haaren VR MWB VR BZO Oirschot Oisterwijk VR MWB VR BZO Oirschot Oisterwijk VR MWB Goirle

Logtse Baan

Logtse Velden

Vosreyt / Beekse Dijk West Baest

VR BZO Oirschot

De Vloeder Zuid

VR MWB Goirle VR BZO Eersel

Waterschap De Dommel, Staatsbosbeheer, gem. ’sHertogenbosch, particuliere grondeigenaren Waterschap De Dommel, Staatsbosbeheer, Brabants Landschap, gem. Sint-Michielsgestel, particuliere grondeigenaren Waterschap De Dommel, Brabants Landschap, particuliere grondeigenaren, bedrijven, BBL Waterschap De Dommel, Brabants Landschap, particuliere grondeigenaren, bedrijven, BBL Waterschap De Dommel

Opmerkingen / Specifieke aandachtspunten

26.898,00

62,12 (26%)

0

48,38 (21%)

16,53 (7%)

108,48 (46%)

Max. waterpeil wordt bepaald door max. peil Vughterstuw

299,00

4,90

3.778.181

51.580,50

129,40 (43%)

52,50 (18%)

0,10 (0,03 %)

1,10 (0,4%)

114,90 (38%)

Max. waterpeil wordt bepaald door max. peil Vughterstuw

96,00

4,85

827.985

15.884,70

38,70 (41%)

55,80 (58%)

4,85

560.840

27.441,30

82,20 (69%)

0,04 (0,04 %) 0,50 (0,4%)

0

119,00

0,10 (0,10 %) 3,80 (3%)

0

32,40 (27%

4,90

5,35

18.818

416,19

0

0

0

4,45 (95%)

Waterschap De Dommel, Natuurmonumenten

56,86

10,25

475.126

5.807,10

0,25 (5%) 7,27 (13%)

3,58 (6%)

2,12 (4%)

0

43,81 (77%)

Max. stuwpeil moet nog vastgesteld worden

Waterschap De Dommel, Natuurmonumenten

74,93

10,25

871.693

6.091,50

1,96 (2%)

51,68 (69%)

0,19 (1%)

0

21,32 (28%)

Max. stuwpeil moet nog vastgesteld worden

Waterschap De Dommel, Brabants Landschap

15,30

13,18

48.861

2.986,85

8,20 (54%)

0,10

0

0,06 (0,4%)

6,70 (44%)

Waterschap De Dommel, Brabants Landschap, Natuurmonumenten, particulieren Waterschap De Dommel, Brabants Landschap Waterschap De Dommel, gemeente Eersel

42,00

12,75

143.380

7.040,39

18,80 (45%)

(1%) 14,50 (34%)

1,70 (4%)

0

7,10 (17%)

13,60

14,40

70.761

1.009,20

26,85

4.335

n.t.b.

0,10 (1%) 0

0

1,31

0,40 (3%) 0

0,10 (1%) 0

0

0

0

9,40 (100%)

0

0

0

0

5,00 (44%) 0

0

0,20 (2%) 0

n.t.b.

5,60 (50%) 7,00 (92%) n.t.b.

n.t.b.

n.t.b.

Nadere uitwerking volgt

n.t.b.

n.t.b.

n.t.b.

n.t.b.

Nadere uitwerking volgt

Waterschap De Dommel

10,00

20,90

20.878

719.10

De Rummeling

VR BZO Cranendonck

Waterschap De Dommel

n.t.b.

26,17

48.400

2.343,00

Tongelreep Noord

VR BZO Valkenswaard VR BZO Valkenswaard VR MWB Oisterwijk Hilvarenbeek VR MWB Oisterwijk Hilvarenbeek

Waterschap De Dommel, Brabants Landschap Waterschap De Dommel,

11,30

-

-

548,57

7,60

22,85

44.861

n.t.b.

?

10,40

361.970

n.t.b.

?

13,15

594.194

n.t.b.

n.t.b.

Diessens Broek (Hilver Zuid)

Natuur (ha.)

4.899.077

VR BZO Oirschot

Moergestels Broek (Hilver Noord)

Bebouwd gebied (ha.)

4,90

Westelbeers Broek

Tongelreep Oost

Water (ha.)

235,90

12,80 (95%) 1,12 (100% ) 9,40 (100% ) 7,60 (100% ) 0,50 (4%) 0,60 (8%) n.t.b.

Duizel

Bos (ha.)

Agrarisch gebied (ha.)

Verwacht schadebedrag bij maximale inzet (€, uitgangspunt 100% claim vanuit landbouw, ca. 30% claim vanuit natuur)

Bergend vermogen m3

Max. waterpeil in bergingsgebied (m + NAP)

Oppervlakte ha.

Eigendom/beheer/ onderhoud

BOR Bergings-gebied

Veiligheidsregio, gemeente en (invloed op gemeenten)


Waterschap De Dommel, Staatsbosbeheer, Brabants Landschap, Natuurmonumenten Waterschap De Dommel, Staatsbosbeheer, Brabants Landschap, Natuurmonumenten

0

0

Let op: max. waterpeil varieert afhankelijk van watergang (zie BOR). Niet gestuurd bergingsgebied Max. waterpeil afhankelijk van stuw, gebied kan 14,50 aan.

Kadehoogte centrale geul Westelbeers Broek is 20,7

Is nog niet gestuurd bergingsgebied

Bovenstaande tabel is nog niet volledig. Met de ontwikkeling van de BOR’s, praktijkervaringen, nieuwe projecten en dergelijke, zullen in de loop der tijd meer gegevens beschikbaar komen en in volgende actualisaties worden verwerkt. Mogelijk dat in de BOR’s zelf (waar bovenstaande gegevens uit volgen) al een actueler beeld beschikbaar is.


48


8.2

Bevoegdheden inzet gebieden De inzet van een waterbergingsgebied is erg complex met betrekking tot de (bestuurlijke) bevoegdheden. Kort samengevat komt het op de volgende afweging neer:  Indien het betreffende bergingsgebied ook ruimtelijk als waterbergingsgebied is bestemd, dan is in beginsel het waterschap bevoegd tot het nemen van een besluit om het gebied in te gaan zetten (in het bestrijdingsplan staat dan wie concreet welke actie moet uitvoeren).  Indien in een waterbergingsgebied mensen en of dieren (vee) aanwezig is, bebouwing gelegen, dan betekent het dat inzet ervan alleen mogelijk is na evacuatie: het geven van een evacuatiebevel gaat het functioneel bestuur van de watergraaf te buiten en ligt bij de gemeente (bergingsgebied binnen één gemeentegrens), of veiligheidsregio (bergingsgebied binnen meerdere gemeenten de). Al heel snel zal sprake zijn van samenloop van bevoegdheden. Op dat moment is afstemming tussen de verschillende bevoegde gezagen noodzakelijk. De vraag wie beslist wanneer welk waterbergingsgebied wordt ingezet is lastig te beantwoorden, want dat is afhankelijk van de omstandigheden. Ook dan geldt dat bij samenloop van bevoegdheden dat de verschillende bevoegde gezagen moeten afstemmen. Ook indien het een bergingsgebied betreft waarbij geen besluit van functioneel bestuur nodig is, dan nog worden de betreffende gemeente/veiligheidsregio altijd tijdig (dus vooraf) geïnformeerd over het voornemen tot inzet van waterbergingsgebieden en vindt afstemming van noodzakelijke acties plaats (in verband met de communicatieve aspecten: burgervoorlichting en evacueren van mens en dier, afzetten van wegen en dergelijke).

8.3

Beheer- en onderhoudsrichtlijnen (BOR) / inzetprotocollen Voor de gestuurde waterbergingsgebieden zijn Beheer- en Onderhoud Richtlijnen (BOR’s) opgesteld. Deze worden binnen het proces Beheren en onderhoud watersysteem beheerd en centraal via Decos ontsloten (zaaktype ‘Beheer en Onderhouds richtlijn BOR opstellen’). In de BOR’s is informatie opgenomen over het beheer en onderhoud van de gebieden, de inzetprotocollen, schaderegelingen, feitelijke gegevens etc. Zodra de inzet van een waterbergingsgebied mogelijk aan de orde komt, dient een BOR betrokken te worden in het bestrijdingsproces.

8.4

Schaderegeling bij inzet gebieden Voor de inzet van waterbergingsgebieden, kunnen ‘gedupeerden’ (onder voorwaarden) aanspraak maken op een schaderegeling. Deze regeling is op de website van het waterschap beschikbaar. Na ontvangst van een verzoek tot schadevergoeding, wordt het verzoek beoordeeld en wordt een vergoeding af- of toegewezen. In de diverse BOR’s voor de inzet van waterbergingsgebieden is de regeling verwerkt.


49


9

Dynamisch waterbeheer: samenwerkingskaart afvoer kanalen De waterbeheerders in Brabant werken samen aan een zo optimaal mogelijke verdeling van de waterafvoer ten tijde van hoogwater. De maatschappelijk minst belastende oplossingen / maatregelen staan hierbij centraal. Daartoe is een ‘Samenwerkingskaart’ opgesteld. Deze is in bijlage E opgenomen. Belangrijk bij de uitvoering van de afspraken van genoemde kaart, is tijdige afstemming tussen de betrokken waterbeheerders. De piketmanager (opschaling tot en met coördinatiefase 1) of de WOT-voorzitter spelen hierin een centrale rol. Maar ook de hydrologen / het WKC.


50


10

Afstemming afvalwaterketen In geval van hoogwater hebben afvalwaterketen en watersysteem mogelijk afhankelijkheden van elkaar. Gedacht kan worden aan:  negatieve overstorten (water vanuit oppervlaktewater terug het rioolstelsel in);  extra buffercapaciteiten op rioolwaterzuiveringsinstallaties voor het bergen van water;  mogelijke overstorten van ongezuiverd afvalwater op oppervlaktewater. Bij iedere situatie waarbij hoogwater mogelijk van invloed is op het afvalwaterzuiveringsproces en vice versa, dient afstemming tussen de meest betrokken opzichter en de betreffende procesoperator A plaats te vinden. Daarbij worden afspraken gemaakt om elkaar blijvend op de hoogte te houden van de ontwikkelingen en zo nodig passende maatregelen te nemen. Zo nodig wordt de procesoperator uitgenodigd deel te nemen in een WAT, om op die manier geïnformeerd te blijven. Buiten kantoortijden vindt de afstemming in begin plaats tussen de dienstdoende piketmedewerker en de dienstdoende procesoperator 24uurs.


51


Bijlage A

Afkortingenlijst

• • • • • • • • • • •

BBN BBZ BOR BOS CBP CoPI CP CPI CZS DB DCC-IenM

• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •

DG GBT GHOR GIV GRIP HID HoWaBo IOOV KNMI LCO LDHO LOCC NAP NAW NCC NS OM PHO ABBZ RBT RIB ROT RWZI TMX UvW WAT WBT WCPI WKC WMCN WOT

Bossche Broek Noord Bossche Broek Zuid Beheer- en Onderhoudsrichtlijn Beslissing Ondersteunend Systeem Calamiteitenbestrijdingsplan Commando Plaats Incident Calamiteitenplan Coördinator Plaats Incident Calamiteitenzorgsysteem Dagelijks bestuur Departementaal Coördinatie Centrum van het ministerie van Infrastructuur en Milieu Directeur-generaal Gemeentelijk Beleidsteam Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen Geografische Informatievoorziening Gecoördineerde regionale incident bestrijdingsprocedure Hoofdingenieur-directeur Hoogwater Den Bosch Inspectie Openbare Orde en Veiligheid Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut Landelijke coördinatiecommissie overstromingsdreiging Landelijk Draaiboek Hoogwater en Overstromingen Landelijk Operationeel Coördinatie Centrum Normaal Amsterdams Peil Naam, adres, woonplaats Nationaal Crisis Centrum Nederlandse Spoorwegen Openbaar Ministerie Portefeuillehoudersoverleg Algemeen Beleid en Bestuurlijke Zaken Regionaal Beleidsteam Rail Infra Beheer Regionaal Operationeel Team rioolwaterzuiveringsinstallatie Telemetrie Monitoringssysteem Unie van Waterschappen Waterschap Actie Team Waterschap Beleid Team Waterschap Coördinatieteam Plaats Incident Waterkenniscentrum Water Management Centrum Nederland Waterschap Operationeel Team


52


Bijlage B

Verzendlijst

INTERN: Voor waterschapsmedewerkers en de leden van het dagelijks bestuur is het calamiteitenplan digitaal ontsloten via Decos, Intranet, IBABS en calamiteitenlaptops. In de calamiteitenkasten zijn analoge versies opgenomen.

EXTERN: Voor alle externe relaties, burgers en bedrijven is het calamiteitenplan digitaal ontsloten via www.dommel.nl. De partijen in onderstaande tabel worden hierover geïnformeerd. Algemeen bestuur van Waterschap De Dommel Brabant Water Defensie Regionaal Militair Commando Zuid Departementaal Coördinatie centrum Gemeenschappelijke Meldkamer Veiligheidsregio Brabant-Noord Gemeenschappelijke Meldkamer Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost Gemeenschappelijke Meldkamer Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Veiligheidsregio Brabant-Noord Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Vlaamse Milieumaatschappij (België) Watering De Dommelvallei (België) Gemeente ’s-Hertogenbosch Gemeente Alphen-Chaam Gemeente Baarle-Nassau Gemeente Bergeijk Gemeente Best Gemeente Bladel Gemeente Boxtel Gemeente Cranendonk Gemeente Eersel Gemeente Eindhoven Gemeente Geldrop-Mierlo Gemeente Goirle Gemeente Haaren Gemeente Heeze-Leende Gemeente Helmond Gemeente Heusden Gemeente Hilvarenbeek


Landelijk Operationeel Coördinatie centrum Landelijke coördinatiecommissie overstromingsdreiging Nationaal Crisis Centrum Provincie Noord-Brabant, CdK Provincie Noord-Brabant, GS Rijkswaterstaat Zuid-Nederland Unie van Waterschappen Waterschap Aa en Maas Waterschap Brabantse Delta Waterschap Peel en Maasvallei Waterschapsbedrijf Limburg Provincie Limburg (België) Gemeente Laarbeek Gemeente Loon op Zand Gemeente Nuenen Gemeente Oirschot Gemeente Oisterwijk Gemeente Reusel de Mierden Gemeente Schijndel Gemeente Sint-Michielsgestel Gemeente Sint-Oedenrode Gemeente Someren Gemeente Son en Breugel Gemeente Tilburg Gemeente Valkenswaard Gemeente Veghel Gemeente Veldhoven Gemeente Vught Gemeente Waalre

53


Bijlage C

Checklist handreiking nafase overstromingen

Bron: ‘Handreiking nafase bij een grootschalige overstroming’, HKV Lijn in water, COT en Stichting Impact, juli 2008.

In de handreiking (zaakdossier Z9524 en documentnr. O14820) is per thema een verdere uitsplitsing van de checklist opgenomen.


54


Bijlage D

Regeling Crevecoeur 2013

Spuisluis Crevecoeur (in beheer bij Waterschap Aa en Maas) kan automatisch of handmatig worden bediend. Gewenst/uitgangspunt is om de automatische sturing zo lang mogelijk te handhaven en alleen in uiterste noodgevallen over te gaan op handmatige bediening. Er zijn 3 regelingen: 1. Streefpeilregeling: gebruikt om het Dieze-peil op streefpeil te houden (2,20 m+NAP); 2. NAP +2,50-regeling: gebruikt om bij een Dieze-peil hoger dan 2,50 m+NAP gecontroleerd, indien het Maaspeil dat toelaat, dit met maximaal met 20 cm/dag te laten zakken; 3. Gelijkwaterregeling: gebruikt om bij nagenoeg gelijke waterstanden op de Maas en Dieze er voor te zorgen dat er geen Maaswater naar de Dieze kan stromen. Ook als Maaspeil hoger is dan het Diezepeil is deze regeling van kracht. Dan is Crevecoeur gesloten. 1) 2e Gelijkwaterregeling Om tegemoet te komen aan de wens om tijdens een hoogwatersituatie eerder (en langer) te kunnen spuien is er naast de bestaande gelijkwaterregeling een 2e automatische gelijkwaterregeling. Deze wordt handmatig geactiveerd. De besturing blijft automatisch. Als deze actief is wordt er al gespuid bij een peilverschil DiezeMaas van 5 cm. Indien de 2e regeling niet wordt geactiveerd blijft te allen tijde de 1e gelijkwaterregeling gelden/van kracht. Wanneer Bij een peil van 4.00 m+NAP Vughterstuw Bovenstrooms (Waterschap Aa en Maas opschaling fase 1.0: WAT actief  bij Waterschap De Dommel is dan al een WOT actief (coördinatiefase 2)), is het uitgangspunt dat de 2e gelijkwaterregeling wordt geactiveerd met een opdracht van het WAT aan de beheerders van Crevecoeur. Hiervan kan worden afgeweken als: - de metingen van het peil nabij Crevecoeur en Maas onbetrouwbaar zijn - de verwachting van het peil Maas onduidelijk is - de aanvoer vanaf de Dieze (Aa en Dommel samen) onvoldoende is - onvoorziene situaties (o.a. storingen) Tijdens een dergelijke situatie zal er reeds afstemming zijn tussen de hydrologen van De Dommel en Aa en Maas en zullen zij (in gezamenlijkheid) de calamiteitenorganisaties informeren. Bevoegdheden Dit is een operationele keuze, hiervoor is géén toestemming van het WOT, WBT of RBT benodigd. Ter kennisname wordt het WOT geïnformeerd. Acties -

-

Bij het inschakelen of bij het juist niet in schakelen (afwijking van de hierboven beschreven standaard procedure) van de 2e gelijkwaterregeling worden geïnformeerd: - Waterschap de Dommel (WAT-voorzitter, Adviseur crisisbeheersing)*; - Beheerder van Sluis Engelen (Rijkswaterstaat, in de nabije toekomst de Gemeente ’s Hertogenbosch)*. In ieder geval elke 24 uur wordt bekeken of de 2e regeling nog van kracht dient te zijn.

Overig Daarnaast kan Waterschap De Dommel op ieder moment verzoeken de 2e gelijkwaterregeling eerder in te stellen of juist te beëindigen. Hiervoor dient dan contact te worden opgenomen tijdens kantooruren met de voorzitter WAT en buiten kantooruren of bij afwezigheid voorzitter WAT met de Centrale Wacht Aa en Maas (06-54984315). * actuele contactgegevens zijn opgenomen in het bestrijdingsplan wateroverlast en watertekort op het portaal https://portaal.aaenmaas.nl/organisatie/calamiteiten/SitePages/Soort%20calamiteit.aspx WAT: Waterschaps Actie Team WOT: Waterschaps Operationeel Team WBT: Waterschaps Beleidsteam RBT: Regionaal Beleidsteam

In de bestaande sturing Crevecoeur is opgenomen dat na een hoogwater op de Maas het Diezepeil gecontroleerd met maximaal 20 cm / 24 uur mag zakken. De reden hiervoor is dat “verzadigde” dijklichamen en kades bij een snelle daling mogelijk zouden kunnen gaan afschuiven of breken/barsten. In bepaalde situaties (afhankelijk van omstandigheden, op voorhand niet vast te stellen) is het mogelijk om hiervan af te wijken. Hiervoor zal dan op het hoogste niveau (RBT) een keuze op basis van advies inclusief een risicobeoordeling moeten worden gemaakt. Calamiteitenbestrijdingsplan Hoogwater, versie 4.0.0

55


Bijlage E

Samenwerkingskaart Dynamisch Waterbeheer

Samenwerkingskaart waterafvoer Brabantse Kanalen 2014 In aanvulling op afspraken in het waterakkoord MLNBK 1994 Normaal Bijzondere Calamiteitenorgani beheer omstandighe satie: den Coördinatienivo 1 Afstemming & besluitvorming inzet reguliere maatregelen én indien nodig advisering inzet aanvullende maatregelen Bereikbaarheid:

Ws de Dommel

tel. 0411-618618

Ws Aa en Maas

Uitgangspunt: Aanvoer op kanalenstelsel - afvoer van kanalenstelsel = 0 Reguliere maatregelen bij wateraanvoer vanuit regionale watersysteem vanaf T1

Aanvullende maatregelen bij wateraanvoer vanuit regionale watersysteem tot T10

Bijdrage aan piekreduc tie

Indicatie Extra aanvullende inzetkost maatregelen bij en wateraanvoer vanuit regionale watersysteem tussen T10 en T100

Ws Aa en Maas aanvoer op grote pand > 26 m3/s Ws de Dommel aanvoer op grote pand < 25 m3/s Ws Brabantse Delta aanvoer op pand sluis II-I Wilhelminakan aal > 10 m3/s

Ws Aa en Maas aanvoer op grote pand > 26 en < 46,5 m3/s Ws de Dommel aanvoer op grote pand = 25

Ws Aa en Maas aanvoer op grote pand > 46,5 en < 56 m3/s

Ws Brabantse Delta aanvoer op pand sluis II-I Wilhelminakanaal > 10 m3/s

Ws Brabantse Delta aanvoer op pand sluis II-I Wilhelminakanaal > 10 en < 15 m3/s

Bijdrage aan piekreduc tie

d.d. 2-6-2014 Indicatie inzetkoste n

Calamiteitenorgani satie: Coördinatienivo 2 en hoger Besluitvorming inzet aanvullende maatregelen

Inzetkosten Bereikbaarheid: stremmen scheepvaar t excl kosten Ws de Dommel verladers en vervolgsch ade tel. 0411-618618

Ws de Dommel aanvoer op grote pand > 25 en < 33 m3/s

Ws Aa en Maas

tel. 0654984315/0736156666 Ws Brabantse Delta

tel. 0654984315/0736156666 Ws Brabantse Delta

tel. 0652398094/0765641000

tel. 0652398094/0765641000

Rijkswaterstaat tel. 0800-0341 (Nautisch Centrum)

Maatregelen in willekeurige volgorde


Maatregelen in willekeurige volgorde (zwart inzetbaar, groenmaatregel mogelijk

m3/s

€

Maatregelen in willekeurige volgorde (zwart inzetbaar,groen maatregel mogelijk inzetbaar,roodmaatrege

56

m3/s

€

Rijkswaterstaat tel. 0800-0341 (Nautisch Centrum)

‘Handboek Calamiteitenzorgsysteem’ Waterschap De Dommel inzetbaar,roodmaatr egel niet inzetbaar)

Ws Aa en Maas aanvoer grote pand < 26 m3/s

Verwachting Ws Aa en Maas aanvoer grote pand > 26 m3/s

Initiatief afstemming: Centrale wacht Ws Aa en Maas

Voorspuien regionale watersystemen .

A) Reductie aanvoer ws Aa en Maas; antciperen op inzet bergingsgebied Groene Peelvallei

3

zomer tot 130.000 winter tot 17.000

Afstemming met: Piket manager Ws de Dommel en Calamiteitencoördina tor NAT Rijkswaterstaat

Water vasthouden regionale watersystemen .

D) Reductie aanvoer ws Aa en Maas; antciperen op inzet bergingsgebied Diesdonk

7


Benutten restcapaciteit ws de Dommel spuiwerken Wilhelminakan aal 1)

E) Ws Aa en Maas extra afvoer van kanalenstelsel door inzet extra capaciteit aflaatwerk Schabbert tot 16 m3/s.

0-8


Afvoer via Schabbert < 8 m3/s en aflaatwerken ZuidWillemsvaart < 18 m3/s

Ws de Dommel aanvoer grote pand < 25 m3/s

Verwachting Ws de Dommel aanvoer grote pand > 25 m3/s

l niet inzetbaar)

Initiatief afstemming: Piket manager Ws de Dommel



A) Reductie aanvoer ws Aa en Maas; antciperen op inzet waterbergingsgebied Groene Peelvallei

3


B) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen 6,5,4 C) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen 6,5,4,Schijndel. F) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen IV, III en II Wilhelminakanaal H) Reductie aanvoer ws de Dommel op kanalenstelsel; extra water doorvoeren via de Dommel in Eindhoven. J) Reductie aanvoer ws de Dommel; antciperen op inzet waterbergingsgebieden Valkenswaard (gereed 2015) en Run (nog geen besluitvorming) I) Reductie waterafvoer ws Aa en Maas, anticiperen op inzet waterbergingsgebied Bakelse Beemden (gereed 2015) B) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen 6,5,4

57

4

50.000

10

200.000

8

100.000

0-?

0

7

410.000 winter

3


4

50.000

initiatief besluitvorming: Ws Aa en Maas voorzitter calamiteitenteam

besluitvorming met: Ws de Dommel en Rijkswaterstaat voorzitters calamiteitenteam

initiatief besluitvorming: Ws de Dommel voorzitter calamiteitenteam

‘Handboek Calamiteitenzorgsysteem’ Waterschap De Dommel Afstemming met: Centrale wacht Ws Aa en Maas, coördinatiewacht Ws Brabantse Delta en Calamiteitencoördina tor NAT Rijkswaterstaat

Afvoer via aflaatwerken Wilhelminaka naal < 25 m3/s

Aanvoer grote pand < 51 m3/s

Afvoer via Schabbert < 8 m3/s en aflaatwerken ZuidWillemsvaart

Verwachting aanvoer grote pand > 51 m3/s


D) Reductie aanvoer ws Aa en Maas; antciperen op inzet waterbergingsgebied Diesdonk.

7


Benutten restcapaciteit ws Aa en Maas spuiwerken ZuidWillemsvaart


0-8


Initiatief afstemming: Calamiteitencoördina tor NAT Rijkswaterstaat



3


Afstemming met: Centrale wacht Ws Aa en Maas en piketmanager Ws de Dommel



7



C) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen 6,5,4,Schijndel. F) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen IV, III en II Wilhelminakanaal G) Anticiperen spuien door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluis I Wilhelminakanaal H) Reductie aanvoer ws de Dommel op kanalenstelsel; extra water doorvoeren via de Dommel in Eindhoven. J) Reductie aanvoer ws de Dommel; antciperen op inzet waterbergingsgebieden Valkenswaard (gereed 2015) en Run (nog geen besluitvorming) I) Reductie waterafvoer ws Aa en Maas, anticiperen op inzet waterbergingsgebied Bakelse Beemden (gereed 2015) C) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen 6,5,4,Schijndel. F) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen IV, III en II

58

10

200.000

8

100.000

10?

130.000 ?

0-?

0

7

410.000 winter

3


10

200.000

8

100.000

besluitvorming met: Ws Aa en Maas, Ws Brabantse Delta en Rijkswaterstaat voorzitters calamiteitenteam

initiatief besluitvorming: Rijkswaterstaat voorzitter calamiteitenteam

‘Handboek Calamiteitenzorgsysteem’ Waterschap De Dommel < 18 m3/s en/of aflaatwerken Wilhelminaka naal < 25 m3/s

Aanvoer ws Brabantse Delta Wilhelminaka naal pand sluis I - sluis II < 10 m3/s

Wilhelminakanaal

Verwachting aanvoer ws Brabantse Delta Wilhelminakan aal pand sluis I - sluis II > 10 m3/s


0-8


H) Reductie aanvoer ws de Dommel op kanalenstelsel; extra water doorvoeren via de Dommel in Eindhoven. I) Reductie waterafvoer ws Aa en Maas, anticiperen op inzet waterbergingsgebied Bakelse Beemden (gereed 2015)

0-?

0

3


Initiatief afstemming: Voorspuien Coördinatiewacht Ws regionale Brabantse Delta watersystemen .

Afstemming met: Centrale wacht Ws Aa en Maas en piket manager Ws de Dommel, Calamiteitencoördina tor NAT Rijkswaterstaat


Benutten restcapaciteit ws Aa en Maas spuiwerken ZuidWillemsvaart Onbelemmerd Verwachting Initiatief afstemming: Voorspuien e afvoer ws afvoercapacite Calamiteitencoördina regionale Aa en Maas it ws Aa en tor NAT watersystemen aflaatwerk Maas Rijkswaterstaat of . Poeldonk aflaatwerk centrale wacht Ws



3


J) Reductie aanvoer ws de Dommel; antciperen op inzet waterbergingsgebieden Valkenswaard (gereed 2015) en Run (nog geen besluitvorming)

7

410.000 winter

besluitvorming met: Ws Aa en Maas en de Dommel voorzitters calamiteitenteam

B) Anticiperen spuien door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen 6,5,4 ZuidWillemsvaart C) Anticiperen spuien door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming sluizen 6,5,4,Schijndel Zuid-Willemsvaart.

4

50.000

initiatief besluitvorming: Ws Brabantse Delta voorzitter calamiteitenteam

10

200.000

besluitvorming met: Ws Aa en Maas, de Dommel, Rijkswaterstaat voorzitters calamiteitenteam

8

100.000

initiatief besluitvorming: Rijkswaterstaat of Ws Aa en Maas voorzitters

F) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankon diging scheepvaartstremming

59

‘Handboek Calamiteitenzorgsysteem’ Waterschap De Dommel (ZuidWillemsvaart)

Afvoer via aflaatwerk Poeldonk ≤ 21 m3/s

Poeldonk (ZuidWillemsvaart) < dan benodigde capaciteit

Aa en Maas

Afstemming met: Centrale wacht Ws Aa en Maas en piketmanager Ws de Dommel, Calamiteitencoördina tor NAT Rijkswaterstaat

sluizen IV, III en II Wilhelminakanaal



7


Benutten restcapaciteit ws de Dommel spuiwerken Wilhelminakan aal1)


0-8


H) Reductie aanvoer ws de Dommel op kanalenstelsel; extra water doorvoeren via de Dommel in Eindhoven. I) Reductie waterafvoer ws Aa en Maas, anticiperen op inzet waterbergingsge bied Bakelse Beemden (gereed 2015)

0-?

0

3

zomer tot 130.00 0 winter tot 17.000

Disclaimer: De afspraken op deze kaart zijn in aanvulling op het Waterakkoord Midden-Limburgse en NoordBrabantse Kanalen uit 1994. De waterbeheerders zijn verantwoordelijk voor het water uit het regionale watersysteem (wettelijk aansprakelijk). Als er bij inzet van maatregelen sprake is van inzetkosten komen deze voor rekening van de belanghebbende waterbeheerder. Voor een bui die minder vaak dan eens in de 100 voorkomt bevat deze afsprakenkaart onvoloende maatregelen. Calamiteitenbestrijdingsplan Hoogwater, versie 4.0.0

J) Reductie aanvoer ws de Dommel; antciperen op inzet waterbergingsgebieden Valkenswaard (gereed 2015) en Run (nog geen besluitvorming)

calamiteitenteam

7

410.000 winter

besluitvorming met: Ws Aa en Maas en de Dommel voorzitters calamiteitenteam

1) Afspraak ws Aa en Maas en Dommel maart 2013: In overleg met ws de Dommel en Rijkswaterstaat kan ws Aa en Maas in een frequent voorkomende situatie gebruik maken van de restcapaciteit van de spuiwerken langs de sluizen in het Wilhelminakanaal totdat ws de Dommel zelf gebruik wil maken deze capaciteit. De afspraak is gemaakt ondervoorbehoud van nog te maken afspraken over het verrekenen van kosten beheer & onderhoud. In een situatie die eens in 100 voorkomt maakt ws Aa en Maas geen aanspraak op doorvoercapaciteit van het Wilhelminakanaal.

60


Overzichtkaart maatregelen waterafvoer Brabantse Kanalen 2014


61


Maatregelen A) Reductie aanvoer ws Aa en Maas; antciperen op inzet bergingsgebied Groene Peelvallei

Toelichting op inzetbaarheid De actuele omstandigheden zijn bepalend voor de inzetkosten.

B) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankondiging scheepvaartstremming sluizen 6,5,4

Het economisch belang van het kanaal traject tussen Vegel en het Beaxtrixkanaal wordt groter na de uitvoering van verbetermaatregelen.

C) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankondiging scheepvaartstremming sluizen 6,5,4,Schijndel.

Het economisch belang van de haven in Veghel is groot. Tijdige communiceren is van groot belang!

D) Reductie aanvoer ws Aa en Maas; antciperen op inzet bergingsgebied Diesdonk

De actuele omstandigheden zijn bepalend voor de inzetkosten.


De actuele omstandigheden zijn bepalend voor de inzetkosten.

F) Anticiperen waterafvoer door sluiskolken/vooraankondiging scheepvaartstremming sluizen IV, III en II Wilhelminakanaal

Het economisch belang wordt groter door de kanaalverbreding tot Tilburg. Tijdig communiceren is van groot belang!

G) Anticiperen spuien door sluiskolken/vooraankondiging scheepvaartstremming sluis I Wilhelminakanaal

Studie naar de inzetkosten voor de inzet van sluis I heeft nog niet plaatsgevonden.

H) Reductie aanvoer ws de Dommel op kanalenstelsel; extra water doorvoeren via de Dommel in Eindhoven.

Afhankelijk van de actuele omstandigheden kan tot het benutten van eventuele restcapaciteit van de Dommel in Eindhoven worden besloten. Bestuurlijk is besloten max 2 m3/s Dommelwater door de stad te voeren.

I) Reductie waterafvoer ws Aa en Maas, anticiperen op inzet waterbergingsgebied Bakelse Beemden

Inrichting waterberging is in 2015 gereed.

J) Reductie aanvoer ws De Dommel; anticiperen op inzet waterbergingsgebieden Valkenswaard en Run

Inrichting waterberging Valkenswaard is in 2015 gereed. Besluitvorming waterberging is Run afhankelijk van klimaatscenario's.


62

CALAMITEITENBESTRIJDINGSPLAN HOOGWATER

Recommend Documents