Jaargang 3 • nummer 6 • juli 2014
C 0 0 M 100 Y 0 K 0
NAAM
PAY OFF
C 50 M 0 Y 100 K 0
C 100 M 0 Y 75 K 0
C 50 M 100 Y 0 K 0
C 75 M 100 Y 0 K 0
Aandacht voor goede stageplekken
C 75 M 75 Y 0 K 0
C 100 M 60 Y 0 K 0
Terugblik op het eerste schooljaar
Leren met zin!
C 100 M 25 Y 0 K 0
C 100 M0 Y 75 K 0
OpenLeerCentrum is populaire plek
C 5 M0 Y 1 K 0
Directeur Bart Lippens:
‘Extra aandacht voor goede stageplekken’ De belangrijkste taak van Het Waterland is leerlingen voor te bereiden op een plek in de maatschappij. De school speelt in op ontwikkelingen in de samenleving. Leerlingen gaan naar buiten, bezoeken bedrijven en instellingen, volgen een sollicitatietraining en krijgen voorlichting over stage en werk. Daarmee sluit de school zoveel mogelijk aan op de keuzes van de leerlingen. “Want”, zo legt directeur Bart Lippens uit, “praktijkonderwijs is van oorsprong eindonderwijs. Als leerlingen onze school verlaten, gaan ze vooral aan het werk als assistent/medewerker in een bepaalde beroepsgroep. Die zijn overigens voor onze economie heel belangrijk. Waar zouden we zijn zonder fietsenmakers, kapsters, hoveniers, schilders, winkelmedewerkers, hulpen in de huishouding, noem maar op. Veel van onze leerlingen stromen via stage door naar arbeid. Het vinden van een goede stageplek is essentieel. Door de huidige economische crisis wordt dat steeds lastiger, maar dankzij jarenlange goede contacten lukt dat nog steeds.” Bart Lippens onderstreept het belang van goede stageplekken. “Op 1 augustus verdwijnt de AKA opleiding. Het wordt voor onze leerlingen lastiger om naar een niveau 2 opleiding in het mbo door te stromen. Het vinden van een geschikte stageplek in combinatie met een goede begeleiding vanuit school door de coaches en het stagebureau, vergroot de kans op werk. Dat
is het komend schooljaar een uiterst belangrijk aandachtspunt. Leren in de praktijk en het aanbieden van branchecursussen zijn van belang om onze leerlingen verantwoord toe te leiden naar arbeid. Tijdens interne en externe stages leren ze de werknemersvaardigheden die later bij een werkgever vereist zijn.”
Via het Individueel Ontwikkelings Plan (IOP) wordt de voortgang van de leerling op de voet gevolgd. Het IOP wordt drie keer per jaar met ouders en leerling besproken. Bart Lippens: ”Daarnaast willen we in het derde leerjaar leerlingen de mogelijkheid geven twee keer een richting te kiezen en daar extra onderwijs in te krijgen. Dat vergroot de kans dat ze aan het eind van het derde leerjaar de juiste keuze maken voor de definitieve richting die ze in het vierde en vijfde leerjaar zullen volgen. We doen ons uiterste best antwoord te geven op de veranderende eisen van de arbeidsmarkt. Dat wordt gelukkig gewaardeerd door ouders en leerlingen. Uit recent onderzoek bleek dat ouders ons met een 7.6 en leerlingen met een 7.3 beoordeelden. Zowel ouders als leerlingen blijken positief over de uitstraling, de werkwijze en het prettige pedagogische klimaat.”
Vakanties en vrije dagen schooljaar 2014-2015 Leidens Ontzet
03-10-2014
Herfstvakantie
18-10-2014 t/m 26-10-2014
Kerstvakantie
20-12-2014 t/m 04-01-2015
Voorjaarsvakantie
21-02-2015 t/m 01-03-2015
Pasen
03-04-2015 t/m 06-04-2015
Koningsdag
27-04-2015
Meivakantie
02-05-2015 t/m 17-05-2015 (incl. Hemelvaart)
Pinksteren
25-05-2015
Zomervakantie
11-07-2015 t/m 23-08-2015
De data van de studiedagen worden bij de aanvang van het schooljaar in de kalender op de website geplaatst. De eerste schooldag voor de leerlingen is dinsdag 2 september. De leerlingen halen die dag hun rooster op. In de zomervakantie krijgen alle leerlingen hierover een brief thuis gestuurd.
‘Ik voel mij thuis op deze school’
De terugblik
Het eerste schooljaar zit er bijna op voor Chydo van Tongeren (12) en Gio Cave (14). Tijd voor een terugblik. Hoe was het eerste jaar op Het Waterland? Wat viel er mee en wat viel er tegen? Wat waren de leukste vakken en wat hebben ze geleerd? Aan verhalen geen gebrek.
Chydo: “Ik heb de spierziekte SMA. Ik wilde heel graag naar een gewone school, naar Het Waterland dus. Ik heb nog even proefgedraaid op een mytylschool. Dat vond ik helemaal niets. Na een paar uur ben ik al opgestapt. Ik vond Het Waterland veel leuker, vooral omdat ik van praktische dingen houd. Het was trouwens best moeilijk om voor mij een gewone school te vinden. Ik heb extra begeleiding nodig omdat ik bepaalde dingen niet zelfstandig kan. Daarom zijn óf mijn vader óf de beste vriendin van mijn moeder overdag op school om mij bij te staan. In groep 8 vind je jezelf groot, op een middelbare school moet je weer helemaal opnieuw beginnen. De leerlingen uit mijn klas stonden vanaf de eerste dag voor mij klaar. Ik hoefde niets te vragen. Als ik iets niet kan dragen, doet iemand uit mijn klas dat. Ik voelde me meteen op mijn gemak. Toen ik negen maanden was, werd er SMA bij mij geconstateerd. Ik weet niet beter. Ik ben
evengoed heel blij met Het Waterland. In september ga ik lekker naar de tweede klas.”
‘Veel nieuwe vrienden gemaakt’ Gio: “Ik ben vrij nuchter. Voor mij is een school een school. Of je nu één of zeven leraren hebt. Daarom was het voor mij geen grote overgang. Op mijn vorige school zeiden ze dat Het Waterland echt iets voor mij was. Dat klopt wel. Het gaat heel erg goed. Verder zit ik in een leuke klas. We nemen het voor elkaar op, we hebben zelden of nooit ruzie. En als er iets is, wordt het snel uitgepraat. Ik heb op deze school veel nieuwe vrienden gemaakt. Ik voel me hier thuis. Gym vind ik het leukste vak. Ik zit op rugby, ik houd van sport. Mijn grote wens is later met rugby mijn geld te verdienen, of met American football. Maar misschien krijg ik wel een baan in de game industrie. Rugby en gamen, dat is mijn leven.”
Even terug op Het Waterland Tom van der Waal (15) emigreerde vorig jaar met zijn ouders en zijn zusje naar Amerika. Hij woont nu in Atlanta in de staat Georgia. Begin juni was hij voor een week terug in Nederland. Wat doe je dan? Dan vraag je aan je oude school of je een paar dagen met je vroegere klasgenoten mee mag doen. Gewoon weer zoals vanouds de lessen volgen op Het Waterland. En natuurlijk iedereen vertellen over je nieuwe vaderland Amerika. Het Waterland in Leiden of Kennesaw Mountain Highschool in Atlanta. Wat zijn de meest opvallende verschillen? “Het valt eigenlijk wel mee. Het is iets moeilijker, maar ik volg wel op onderdelen een aangepast programma. Ik heb me goed voorbereid, op Het Waterland oefende ik elke woensdagmiddag Engels. Ik spreek het nu aardig. Een grappig verschil is dat hier iedereen op de fiets komt, maar dat ik in Atlanta nog geen fiets
heb gezien. Leerlingen komen met de auto of ze worden gebracht door ouders of andere familieleden. Verder is er op een high school veel aandacht voor sport. Ik ben gevraagd voor het American football team van de school. Het betekent dat ik elke dag van half vier tot minstens half zeven train of wedstrijden speel. Om half acht begint de school, om half vier zijn de lessen afgelopen en dan
sta ik tot zeker zeven uur op het veld. Dat zijn lange dagen. American football is erg leuk. Ik ben gestart in de verdediging, nu ben ik aanvaller. Ik moet de bal naar voren schoppen, er achteraan rennen en scoren. Het is heel leuk nu even terug op deze school te zijn. Ik heb met mijn klasgenoten van Het Waterland veel contact via Facebook en Skype. Ik heb hier echt een geweldige tijd gehad.”
Proeve van Bekwaamheid Kevin Bredero is een van de leerlingen die zijn schooltijd op Het Waterland afsloot met een Proeve van Bekwaamheid. Kevin haalde een mooie voldoende, waarmee hij aantoonde dat hij gekwalificeerd is om de arbeidsmarkt te betreden. Wat Kevin precies gaat doen, is nog niet zeker. School en UWV zijn momenteel op zoek naar een geschikte baan. Bijvoorbeeld werken in een gamewinkel. Want dat zou Kevin het liefst doen. Kevin Bredero liep vanaf begin dit jaar stage bij McDonalds. Daar legde hij ook zijn Proeve van Bekwaamheid af. “Ik moest de friteuse netjes reinigen. Dat ging prima. De Proeve van Bekwaamheid is een onderdeel van alles wat ik op school heb geleerd en in de praktijk kan toepassen. Ik heb nu vijf
jaar op Het Waterland gezeten. Ik ben aan de ene kant blij dat ik van school ga. Maar aan de andere kant heb ik het reuze naar mijn zin gehad. En ik heb veel geleerd, zoals Engels en rekenen. Met die twee vakken had ik erg veel moeite. Daar ben ik echt een stuk beter in geworden. Ik heb ook geleerd hoe ik met geld moet omgaan. Vroeger gaf ik al mijn geld meteen uit. Ik ben nu wat zuiniger, weet dat ik de volgende dag ook boodschappen moet kunnen doen. Ik hoop dat ik snel een baan heb. Ik ben er echt aan toe.”
‘We hebben het reuze naar ons zin’
De dag van... Demi Holswilder (16) en Karlijn Braxhoven (16) willen na school werken in de zorgsector. Daarom volgen deze twee leerlingen uit het vierde leerjaar de richting zorg en welzijn. Karlijn wil naar het mbo doorstromen, Demi wil na school direct aan het werk. Het vierde leerjaar staat in het teken van de externe stage. Demi loopt twee dagen en Karlijn drie dagen in de week stage in een zorgcentrum. Daar leren ze om te gaan met dementerende ouderen. Maar vandaag is het donderdag, een schooldag. De Dag Van Demi en Karlijn.
8.30 uur: ‘Coachgesprek over onze stage. Dan vertellen we wat goed en niet goed gaat. Mevrouw Van de Made helpt ons als iets niet klopt.’ 9.15 uur: ‘Dit is ons leesuurtje. We kunnen uit verschillende boeken kiezen. De een leest een boek over dansen, de ander over problemen bij jongeren.’ 10.00 uur: ‘Rekenen. Er wordt op school best veel aandacht aan rekenen besteed. Rekenen is natuurlijk belangrijk. Zeker als je later in een winkel gaat werken. We krijgen er twee uur in de week les in.’ 10.45 uur: ‘Pauze. Even lekker met vriendinnen kletsen.’ 11.00 uur: ‘Zelfstandig werken. We hebben dan de tijd om dingen af te maken en te werken aan ons stageverslag of werkstuk.’ 11.45 uur: ‘Factor E. Zo wordt dit uur genoemd. Het gaat vooral over de toekomst. Wat kun
je, wat wil je, hoe zorg je dat het gebeurt? Wij willen bijvoorbeeld in de ouderenzorg werken. Tijdens dit uur bespreken we hoe je dat aanpakt. Als je thuis met je armen over elkaar gaat zitten, krijg je natuurlijk nooit werk.’ 12.30 uur: ’De grote pauze. We hebben een mooie kantine waar ze lekkere dingen verkopen. En verder gaan we weer even gezellig kletsen met elkaar.’ 13.00-14.30 uur: ‘Praktijkles. Het zijn soms heel eenvoudige dingen die we leren, zoals het netjes opvouwen van hand- en theedoeken. Het zijn meestal
leuke, afwisselende lessen.’ 14.30 uur: ‘Lekker naar huis. We hebben vijftien leerlingen in de klas. Omdat leerlingen op verschillende dagen stage lopen hebben we meestal met een klein groepje les. We hebben het reuze naar ons zin op school. Er zitten veel aardige kinderen in onze klas. Naast school hebben we nog een bijbaantje om extra geld te verdienen. We werken bij supermarkt Dirk. Demi (links) en Karlijn krijgen les in het netjes en strak vouwen van hand- en theedoeken.
‘Er is meer dan alleen Justin Bieber of voetbal’
OpenLeerCentrum populaire plek Kinderen die boeken ontdekken, die plotseling fanatieke lezers worden. Ilone Bosman, sinds vier jaar coördinator van het OpenLeerCentrum (OLC) op Het Waterland, vertelt enthousiast over leerlingen en hun honger naar kennis. Want daar is het OLC voor bedoeld. Het is een rustige plek voor leerlingen om te studeren, te werken aan opdrachten achter de computer en te zoeken naar informatie. Een plek waar ze zelfstandig of in groepjes kunnen werken. Ilone Bosman werkt al twaalf jaar op Het Waterland. Als ondersteuner vertolkte ze een rol op de achtergrond, als coördinator van het OLC staat ze vier dagen in de week midden tussen de leerlingen. “Als ondersteuner had ik al veel contact met leerlingen. Natuurlijk op een andere manier dan een docent. Het contact is vaak wat individueler. Ik probeer voor de leerlingen de buitenwereld naar binnen te brengen, ze te laten zien wat er om hun heen gebeurt, dat er meer is dan alleen Justin Bieber of voetbal. Coördinator van het OLC is ontzettend leuk werk. Ik krijg er veel voor terug. Ik help leerlingen met plezier en zorg
dat ze trots zijn op hun werk. Ik ben heel blij dat de school budget blijft vrijmaken voor onze bibliotheek. Via Google krijgen de leerlingen over een onderwerp zo veel informatie te zien, dat ze het overzicht kwijtraken. In een boek kunnen ze rustig en geconcentreerd bladeren. Dat is prettig.”
Trots Werken vanuit de interesse van de leerlingen, dat is het doel van Ilone Bosman. Bovendien stimuleert ze leerlingen om te lezen. Want lezen vergroot de woordenschat. Hoe meer woorden kinderen tot hun beschikking hebben, hoe beter ze
de leerstof en informatie over andere onderwerpen begrijpen, waardoor ze zich beter kunnen uiten. Daarom is ze zo trots op de drie leerlingen die dankzij haar het lezen hebben ontdekt. Die de boeken ‘Leven van een Loser’ verslinden en onderling afspraken maken wie wanneer een bepaald deel mag lezen. “Er zijn zo veel boeken die aansluiten bij de belevingswereld van kinderen. Ik ben helemaal blij als een leerling tegen mij zegt: ‘juf, wat was het een prachtig boek’. Laatst had ik een jongen die meer wilde weten over de Titanic. Ik heb hem eerst op weg geholpen, hem een boek over het onderwerp uit onze bibliotheek gegeven. Hij is helemaal gegrepen door het onderwerp en heeft een hele goede presentatie hierover gemaakt. Thuis bouwt hij het schip op schaal na, hij is een boek aan het lezen over twee broers die op de Titanic zaten en hij heeft de film gekocht. Dat is zo geweldig om te horen en te zien. Ik leer kinderen hun tijd goed te benutten. Gamen kan best leuk zijn, maar ik vind het een beetje zonde van hun tijd. ”
Kwaliteit voor de klas
‘Ik vond het meteen super’ In augustus zit Marja Hansen 40 jaar in het onderwijs. Het eerste jaar had ze in groep 3 van een reguliere basisschool in De Meern 34 leerlingen in de klas. Vervolgens verhuisde ze met haar man mee naar Leiden. Hij werd leerkracht van een school voor leerlingen met leer- en opvoedingsproblemen. Marja liep een ochtend mee op de Lidwinaschool, een school voor praktijkonderwijs voor meisjes. “Ik vond het meteen super.” 40 Jaar in het onderwijs, waarvan 39 jaar praktijkonderwijs en dan nog zo enthousiast en gedreven vertellen over haar vak en vooral over de kinderen. Dat is maar weinig generatiegenoten in het onderwijs gegeven. Marja zegt nooit de behoefte te hebben gehad over te stappen naar een andere vorm van middelbaar onderwijs. “Zuster Edith was het hoofd van de Lidwinaschool. Ze zei dat ik even rond moest kijken. Ik ben een paar klassen binnengestapt, maakte een praatje met enkele docenten tot Zuster Edith op mij toestapte en vroeg wat het ging worden. Om twaalf uur startte een vergadering. Als ik ja zei, kon ik direct beginnen. Natuurlijk zei ik ja. Dit zijn kinderen die hun gevoelens en emoties uiten. Ik heb een klik met deze zogenaamd moeilijke leerlingen. Ik heb ze nooit moeilijk gevonden.”
Koken Marja behoort tot het type leraren ‘streng maar rechtvaardig’. Duidelijke regels en niet alleen maar lanterfanten. De handen uit de mouwen en aan het werk. “Ik houd van structuur en duidelijkheid. Ik vind het een uitdaging leerlingen op theoretisch gebied stappen vooruit te laten zetten. Bijvoorbeeld met rekenen en taal. Ik heb met twee collega’s de leerlijnen
rekenen en spelling op Het Waterland geïntroduceerd. De effecten zijn nu al zichtbaar bij de drempeltoets waarbij de voortgang van een leerling wordt gemeten. Ze scoren beter. Naast de theoretische lessen geef ik koken. Dat is natuurlijk een echt praktijkvak. Het is heerlijk om te doen. Kinderen vinden afwisseling tussen theorie en praktijk aangenaam, net als docenten trouwens.”
Ervaring Dat haar laatste onderwijsjaren zijn aangebroken, beseft Marja terdege. “Ik sta bepaald niet te popelen om te stoppen met lesgeven. Ik sta nog steeds met veel plezier voor de klas. Door mijn ervaring kan ik bepaalde zaken beter beoordelen. Jongere collega’s vragen wel eens om advies als ze ergens mee zitten.
Ik weet inmiddels vrij snel of het wel of niet gaat lukken met een leerling. Bovendien is het een genot om les te geven in het nieuwe gebouw van Het Waterland. De faciliteiten zijn uitstekend en onze leerlingen hebben de ruimte. Ze zijn er zuinig op. Kijk maar rond. Allemaal witte muren en er zit geen krasje op. Dat is heel prettig werken. Maar ik heb altijd wel gezorgd voor een leven naast het onderwijs. Ik tennis, ik loop hard en ik golf. Dat houdt me fit. En je moet fit zijn om goed les te kunnen geven. Het is een vak dat veel van je vraagt.”
‘Ouders zijn echte experts’
Leerlingen stapjes vooruit dankzij intensieve begeleiding “Bij begeleiding draait het om de driehoek ouders-leerling-school, met de coach als spin in het web.” Aldus Gijs Hueting, die met Willem Sluik de begeleiding op Het Waterland coördineert. “De begeleiding van leerlingen is de laatste tientallen jaren duidelijk verbeterd”, zegt Hueting. “Professionals bepaalden vroeger wat goed voor het kind was. Dat is verleden tijd. De zorg heeft deze verandering ook doorgemaakt. Daar wordt nu veel beter geluisterd naar de cliënt en de familie. In het onderwijs leeft het besef dat ouders ook experts zijn. Zij zien hun kinderen elke dag en weten wat er in ze omgaat. Iedere ouder heeft het beste voor met zijn kind. Dat is belangrijk elke keer als we samen bespreken wat de beste vorm van begeleiding voor het kind is. Ouders zijn volwaardig partner in het proces. Voor elke leerling op Het Waterland wordt een ontwikkelingsperspectief opgesteld, waarin wordt beschreven waar een leerling staat en waar de leerling naartoe werkt. Om dat doel te bereiken moeten ouders, school en leerling gezamenlijk optrekken.”
Groepjes vormen Het Waterland telt in vergelijking met andere vormen van voortgezet onderwijs relatief veel leerlingen die begeleiding nodig hebben. Sociaalemotionele begeleiding bijvoorbeeld, voor leerlingen die thuis of op school problemen hebben. Het Waterland heeft een maatschappelijk werkster die leerlingen trainingen aanbiedt over soms alledaagse dingen als vriendschap en hoe je met elkaar omgaat. Verder voert ze individuele
gesprekken. De begeleiding bij vakken als Nederlands en rekenen is steeds meer op maat. Hueting: “Voor alle leerlingen worden groepjes gevormd, waarbij ze ingedeeld worden op gelijk niveau. Dat werkt uitstekend. Leerlingen geven zelf ook steeds meer aan dat ze behoefte hebben aan extra ondersteuning bij rekenen bijvoorbeeld.”
Antwoorden Het zorgteam, bestaande uit de orthopedagoog, de zorgcoördinator en de maatschappelijk werkster, vergadert elke twee weken over de verschillende groepen (klassen) op Het Waterland. Dan worden onder meer de leerlingen besproken die vormen van extra ondersteuning nodig hebben. “Wat is er aan de hand, wat moet er gebeuren, wie gaat dat doen en wanneer? Het zijn vragen waarop we een antwoord willen vinden. Bovendien onderzoeken we of we het zelf kunnen oplossen of dat hulp van een externe partij nodig is. In dat geval leg ik het contact zowel met de
COLOFON Deze nieuwsbrief is een uitgave van Het Waterland in Leiden Reacties:
[email protected] Redactie: Joke Schreurs, Martine Beijer en Bart Lippens (Het Waterland) en De Coalitie (Haarlem) Fotografie: Michel Labrie en Martine Beijer Het Waterland Boerhaavelaan 345 2334 EM Leiden 071-5163636 www.hetwaterland.nl Deze nieuwsbrief kunt u downloaden via www.hetwaterland.nl/nieuwsbrief Vormgeving en druk: GBU grafisch compleet www.gbu.nl
externe expert als met de ouders. De ouders en hun kind moeten de hulp natuurlijk wel zien zitten. Nogmaals, als we wat willen bereiken, moeten we het gezamenlijk doen.”