BELGISCH CENTRUM VOOR ARBITRAGE EN MEDIATIE
BESLISSING VAN DE DERDE BESLISSER ZILVERFONDS / BVBA DACOWE Zaak nr. 44152 Referentienummer CEPINA: zilverfonds.be
1.
De Partijen
1.1.
De Klager:
ZILVERFONDS, met zetel te 1040 Brussel, Kunstlaan 30 Vertegenwoordigd door : De heer Jean-Pierre ARNOLDI, gedelegeerd bestuurder
1.2.
De Domeinnaamhouder: BVBA DACOWE met zetel te 1970 Affligem, Domentstraat 91 Vertegenwoordigd door : De heer Michaël WILLEMS, zaakvoerder
2.
Domeinnaam Domeinnaam: geregistreerd op:
www.zilverfonds.be, zilverfonds.be 14 december 2000
Hierna te noemen "de domeinnaam". 3.
Procedurele voorgeschiedenis
3.1.
Op 24.11.08 dient Klager bij CEPINA een volledig ingevuld klachtenformulier in, verzegeld van bijlagen.
3.2.
Op 16.12.08 communiceert de Domeinnaamhouder een antwoordformulier dat op 17.12.08 door CEPINA wordt ontvangen.
CEPINA – VERENIGING ZONDER WINSTOOGMERK Stuiversstraat 8 – 1000 Brussel Telefoon: +32-2-515.08.35 Fax: +32-2-515.08.75 E-mail:
[email protected] Site: http://www.cepina.be FORTIS BANK: 210-0076085-89 KBC: 430-0169391-20 BBL: 310-0720414-81
3.3.
Bij fax dd. 18.12.08 werd de Derde Beslisser gecontacteerd door CEPINA met het verzoek de onafhankelijkheidsverklaring in te vullen en terug te sturen.
3.4.
Op 19.12.08 maakt de Derde Beslisser de onafhankelijkheidsverklaring over aan CEPINA.
3.5.
Bij aangetekende zending dd. 22.12.08 brengt de dossierverantwoordelijke van CEPINA de Klager en de Domeinnaamhouder op de hoogte van de aanstelling van de Derde Beslisser. Partijen worden in kennis gesteld van het feit dat de debatten in principe worden gesloten op 29.12.08 en dat de Derde Beslisser zijn beslissing moet overmaken aan CEPINA vòòr middernacht op 12.01.09.
3.6.
Op 23.12.08 deelt de Klager mee dat hij een verzoek indient tot wederwoord op het antwoord van de Domeinnaamhouder. Rekeninghoudend met de eindejaarsperiode legt de Derde Beslisser een nieuwe kalender vast, met name een termijn van wederantwoord tot en met 23.01.09 voor de Klager en, indien gewenst, een repliektermijn tot en met 06.02.09 voor de Domeinnaamhouder. De beslissingsdatum werd geplaatst op 20.02.09 om uiterlijk 24 uur.
3.7.
Bij mail dd. 18.02.09 werden partijen op de hoogte gesteld van uitzonderlijke omstandigheden, zoals voorzien in artikel 15.2 van CEPINA Domeinnaamreglement, als gevolg van een periode van volledige werkonbekwaamheid Derde Beslisser. De beslissingsdatum werd verlegd naar 13.03.09.
3.8.
Vervolgens werd de termijn voor het nemen van de beslissing verlengd tot 20.03.09, zoals bij mail dd. 16.03.09 aan partijen meegedeeld.
3.9.
Geen der partijen heeft omtrent het verloop van de procedure opmerkingen geformuleerd.
4.
Feitelijke gegevens
Uit de studie van het dossier weerhoudt de Derde Beslisser de volgende relevante feiten : 4.1.
De Klager is een openbare instelling van openbaar nut, met rechtspersoonlijkheid, opgericht bij Wet van 05.09.01 tot waarborging van een voortdurende vermindering van de overheidsschuld en tot oprichting van een Zilverfonds (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 14.09.01).
4.2.
Volgens artikel 12 van deze Wet wordt een openbare instelling met rechtspersoonlijkheid opgericht, met de naam “Zilverfonds” en met zetel gevestigd in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad. Volgens artikel 13 van dezelfde Wet wordt het Zilverfonds ingediend in de categorie B van artikel 1 van de Wet van 16.03.1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut en staat het Zilverfonds onder het gezamenlijk toezicht van de Minister van Financiën en de Minister van Begroting.
4.3.
De oprichting in 2001 werd voorafgegaan door diverse persmededelingen omtrent de oprichting van een Zilverfonds binnen de Sociale Zekerheid.
4.4.
Op 14.12.00 laat de heer Michaël WILLEMS namens de BVBA DACOWE de domeinnaam www.zilverfonds.be registeren.
4.5.
Bij mail dd. 07.01.02 richt de Domeinnaamhouder tot de heer VANDE LANOTTE via een emailadres
[email protected] (het e-mailadres van de persoonlijke website van politicus
2
Johan VANDE LANOTTE) het verzoek om van gedachten te wisselen omtrent de commerciële uitbating van de domeinnaam www.zilverfonds.be. 4.6.
Bij mailcorrespondentie dd. 20.05.02 van de zaakvoerder van de Domeinnaamhouder met de heer José NYS bij het Ministerie van Financiën en de heer VANDE LANOTTE deelde de Domeinnaamhouder mee dat het geplande internetproject rond www.zilverfonds.be geen prioriteit meer is voor zijn onderneming en stelt bereid te zijn om hetzij het eeuwigdurend gebruik, hetzij de eigendomsrechten over te dragen een geïnteresseerde partij.
4.7.
Bij mailcorrespondentie dd. 29.09.02 tussen dezelfde personen formuleert de zaakvoerder van de Domeinnaamhouder een voorstel tot een maandelijkse gebruiksvergoeding van 500,00 EUR, éénzijdig verlengbaar door de Overheid en eventueel aangevuld met een aankoopoptie nà vijf of tien jaar.
4.8.
De correspondentie tussen partijen ligt vervolgens bijna vijf jaar stil tot de zaakvoerder van de Domeinnaamhouder bij mail dd. 29.08.07 aan de heer José NYS van het Ministerie van Financiën laat weten dat de huurprijs 250,00 EUR per maand bedraagt, steeds éénzijdig verlengbaar door de Overheid.
4.9.
Bij brief dd. 11.10.07 deelde de gedelegeerd bestuurder van de Klager aan de Domeinnaamhouder mee dat de Raad van Bestuur van het Zilverfonds heeft beslist niet in te gaan op het onrealistisch voorstel om de domeinnaam ter beschikking te stellen tegen de maandelijkse vergoeding van 250,00 EUR. Uiteindelijk doet de gedelegeerd bestuurder van de Klager een laatste voorstel om de domeinnaam zilverfonds.be vrijwillig over te dragen tegen een vergoeding van kosten en taksen ter grootte van 750,00 EUR, bij gebrek waaraan wordt aangekondigd dat de CEPINA-procedure zou worden opgestart.
4.10.
Bij brief dd. 08.11.08 antwoordt de Domeinnaamhouder dat zij niet wenste in te gaan op het voorstel.
5.
Standpunt van de partijen
5.1.
Standpunt van de Klager
De Klager verzoekt de Derde Beslisser om de overdracht te bevelen van de betwiste domeinnaam en beroept zich op volgende gronden : A. Artikel 10, b), 1, i van de algemene voorwaarden voor domeinregistratie binnen het .bedomein : identiek of overeenstemmend met de vennootschapsnaam of maatschappelijke benaming van de Klager. De Klager stelt dat de naam van de openbare instelling Zilverfonds reeds in de pers werd meegedeeld vòòr de registratie door de Domeinnaamhouder. Aan de benaming werd ruchtbaarheid gegeven door diverse persmededelingen waarbij de oprichting van een dergelijk fonds werd aangekondigd. De Klager stelt dat de burgers die zich wensen te informeren omtrent de vergrijzingsproblematiek en de rol van het Zilverfonds momenteel via een zoekopdracht bij Google uitkomen bij de domeinnaam waar de vermelding wordt aangebracht “hier komt de website van het zilverfonds.be”. Dit sticht verwarring. Doordat de Domeinnaamhouder op de eigen website www.dacowe.com een link plaatst naar de domeinnaam zilverfonds.be, vergroot dit het verwarringstichtend effect.
3
De Klager stelt dat de naam hem bij Wet van 05.09.01 tot waarborging van een voortdurende vermindering van de overheidsschuld en tot oprichting van het Zilverfonds werd toegekend en dat deze benaming ook werd toegevoegd in artikel 1 van de Wet van 16.03.54 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut onder de categorie be. B. Artikel 10, b), 1, ii van de algemene voorwaarden voor domeinregistratie binnen het .bedomein : geen rechten of legitieme belangen in hoofde van de Domeinnaamhouder. De Klager beweert dat de licentienemer geen rechten of legitieme belangen kan laten gelden op de domeinnaam zilverfonds.be aangezien de Domeinnaamhouder gespecialiseerd is in webdesign voor kleine en middelgrote ondernemingen, zijn diensten aanbiedt van aanvraag van domeinnamen, analyse en ontwikkeling van websites, webhosting, analytische informatie met betrekking tot de website, onderhoud van websites, enz. De Federale Overheid had reeds een voorontwerp van Wet tot oprichting van het Zilverfonds goedgekeurd bij Ministerraad dd. 01.12.00 en het is pas op 14.12.00 dat de Domeinnaamhouder deze naam als domeinnaam heeft geregistreerd. De Federale Overheid is daardoor te beschouwen als de natuurlijke houder van de domeinnaam. Op het ogenblik van de registratie door de Domeinnaamhouder bestond er geen recht op de domeinnaam of een legitiem belang tussen een naam, een merk of een handelsbenaming, dan wel enige activiteit van de Domeinnaamhouder met de domeinnaam. Het feit dat de domeinnaam spontaan ter commercialisering werd aangeboden, is terzake volgens de Klager veelzeggend. C. Artikel 10, b), 1, iii van de algemene voorwaarden voor domeinregistratie binnen het .bedomein : gebruik of registratie ter kwader trouw De Domeinnaamhouder profileert zich als een professioneel aangaande de aanvraag van domeinnamen en de analyse en ontwikkeling van websites, zodat hij minstens moet verondersteld worden de mogelijke nadelige gevolgen voor de Federale Overheid te onderkennen van de registratie van deze domeinnaam. Daarbij valt op dat de registratie dateert van nà de Ministerraad dd. 01.12.00 waarop het voorontwerp van Wet tot oprichting van het Zilverfonds werd goedgekeurd.
5.2.
Standpunt van de Domeinnaamhouder
De Domeinnaamhouder vraagt de vordering van de Klager af te wijzen om volgende redenen. A. Artikel 10, b), 1, i van de algemene voorwaarden voor domeinregistratie binnen het .bedomein : identiek of overeenstemmend met de vennootschapsnaam of maatschappelijke benaming van de Klager. De Domeinnaamhouder stelt op het ogenblik van de registratie van de domeinnaam vooral actief te zijn geweest in de informatica in ruimste zin van het woord en in die periode meerdere domeinnamen te hebben geregistreerd om nadien eventuele projecten rond te bouwen. Daarbij zou de Domeinnaamhouder gehandeld hebben als een goede huisvader/zaakvoerder. Pas bij publicatie van de Wet tot oprichting van het Zilverfonds, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad dd. 14.12.01, zou de Domeinnaamhouder kennis gekregen hebben van het bestaan van de Klager.
4
Op 07.01.02 heeft de Domeinnaamhouder de hand gereikt aan de Klager om samen een internetproject op te starten. Getroffen door de ICT-crisis heeft de Domeinnaamhouder op 20.05.02 aan de Klager gemeld dat het internetproject voorlopig werd uitgesteld. De Domeinnaamhouder erkent dat de domeinnaam identiek is aan de naam van Klager, maar dat dit volledig buiten de wil van de Domeinnaamhouder om is. Het is slechts na opzoekingswerk dat de Domeinnaamhouder zou gevonden hebben dat de Klager een openbare instelling met rechtspersoonlijkheid “zou kunnen” zijn. Hoe dan ook heeft de Domeinnaamhouder de domeinnaam geregistreerd één jaar vòòr de oprichting van de Klager en heeft hij zich steeds positief opgesteld ten opzichte van de Klager. Indien het voor de Klager zo evident was dat hij de burgers zou informeren via de website zilverfonds.be begrijpt de Domeinnaamhouder niet waarom zeven jaar werd gewacht om de overdracht te vragen. B. Artikel 10, b), 1, ii van de algemene voorwaarden voor domeinregistratie binnen het .bedomein : geen rechten of legitieme belangen in hoofde van de Domeinnaamhouder. Aangezien de Domeinnaamhouder webdesigns aanbiedt voor kleine en middelgrote ondernemingen en zich bezighoudt met het opstarten van een informatieve website rond generische domeinnamen, verklaart de Domeinnaamhouder naast vele andere domeinnamen de domeinnaam Zilverfonds te hebben vastgelegd. Dit gebeurde dus op een ogenblik dat de Klager dus nog niet bestond. Voor de Domeinnaamhouder zou het volstaan dat er een minimale band met de domeinnaam aanwezig is in haar hoofde. Gezien webdesign en het opzetten van generische websites op dat moment een belangrijke activiteit van haar was, is de registratie gebeurd met rechten en legitieme belangen. C. Artikel 10, b), 1, iii van de algemene voorwaarden voor domeinregistratie binnen het .bedomein : gebruik of registratie ter kwader trouw Op het ogenblik van de registratie kon de Domeinnaamhouder onmogelijk nadelige gevolgen voor derden onderkennen, in het bijzonder niet voor de Federale Overheid. De Domeinnaamhouder kon toch onmogelijk een wetgeving inzake vergrijzing voorzien in 2000, terwijl de oprichting van de Klager pas in 2001 geschiedde. De Domeinnaamhouder ontkent niet dat hij de domeinnaam ter commercialisering heeft aangeboden aan de Klager, maar meent dat met die houding niets mis is.
6.
Discussie en bevindingen
Overeenkomstig artikel 15.1 van het CEPINA-reglement voor de beslechting van geschillen inzake domeinnamen oordeelt de Derde beslisser met in achtneming van de Beleidslijnen en het CEPINAreglement voor de beslechting van geschillen inzake domeinnamen.
5
Overeenkomstig artikel 10, b, 1 van de Algemene Voorwaarden voor domeinnaamregistratie binnen het ".be"-domein beheerd door DNS BE moet de Klager aantonen dat: •
"de domeinnaam van de Domeinnaamhouder identiek is aan of overeenstemt zodanig dat hij verwarring kan scheppen met een merk, een handelsnaam, een maatschappelijke benaming of vennootschapsnaam, een geografische aanduiding, een benaming van oorsprong, een herkomstaanduiding, een persoonsnaam of een benaming van een geografische entiteit waarop de klager rechten kan doen gelden; en
•
de Domeinnaamhouder geen rechten of legitieme belangen kan laten gelden voor de domeinnaam; en
•
de domeinnaam van de Domeinnaamhouder te kwader trouw geregistreerd is of te kwader trouw gebruikt wordt."
Deze voorwaarden dienen cumulatief te zijn vervuld voordat de Klager enige maatregel tot overdracht van de Derde Beslisser kan bekomen. 6.1.
Identiek aan of overeenstemmend met de maatschappelijke benaming van de Klager
6.1.1. In eerste instantie dient de Klager te stellen en te bewijzen dat de naam waarop hij zich beroept, in casu Zilverfonds, gekwalificeerd moet worden en dus rechtsbescherming kan genieten als een merk, handelsnaam, een maatschappelijke benaming of vennootschapsnaam, een geografische aanduiding, een benaming van oorsprong, een herkomstaanduiding, een persoonsnaam of een benaming van een geografische entiteit. Klager verwijst daartoe naar de Wet van 5 september 2001 tot waarborging van een voortdurende vermindering van de overheidsschuld en tot oprichting van het Zilverfonds. Art. 36 van deze Wet bepaalt dat het woord “zilverfonds” wordt ingevoegd in de lijst van art.1 van de Wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut. Het artikel 12 van de Wet van 5 september 2001 bevestigt dat aan de openbare instelling de ‘naam’ van Zilverfonds wordt toegekend.
6.1.2. De ‘naam’ Zilverfonds is geen merk, geen geografische aanduiding, geen benaming van oorsprong, herkomstaanduiding of benaming van een geografische entiteit. Volgens de Algemene Voorwaarden volstaat het echter dat er sprake is van identiteit of overeenstemming van de domeinnaam met een handelsnaam, maatschappelijke benaming of vennootschapsnaam dan wel persoonsnaam. De handelsnaam wordt gedefinieerd als “de naam waaronder de handelsonderneming, die wordt geleid door een fysieke persoon of een rechtspersoon, gekend is of geëxploiteerd wordt. Onder die naam drijft een handelaar zijn handel en neemt hij aan het handelsverkeer deel. De handelsnaam dient in de eerste plaats om de handelsactiviteit van een onderneming te onderscheiden van die van andere ondernemingen” (P. MAEYAERT, De bescherming van de handelsnaam en de vennootschapsnaam in België, Larcier, 2006, p. 3 nr. 3).
6
De vennootschapsnaam, die ook wel de maatschappelijke benaming of statutaire naam wordt genoemd, is de naam “waarmee een rechtspersoon wordt geïdentificeerd en waaronder een rechtspersoon zich bij haar oprichting of bij een statutaire naamswijziging individualiseert in haar juridische bestaan” (P. MAEYAERT, o.c., p. 3 nr. 2). Deze definities worden toegepast vanuit een commercieel kader. De tekens opgesomd in art.10,b),1,i van de Algemene Voorwaarden dienen niet strikt vanuit een zuiver commerciële benadering te worden geïnterpreteerd. Op geen enkele wijze wordt bepaald dat de Algemene Voorwaarden van de geschillenregeling niet van toepassing zouden kunnen zijn op overheidsinstellingen. Een openbare instelling met rechtspersoonlijkheid is weliswaar geen commerciële onderneming, het is niettemin een instelling met rechtspersoonlijkheid die zich jegens het publiek kenbaar maakt onder de benaming Zilverfonds. Onder deze naam kan zij rechtsvorderingen instellen en kan zij in rechte aangesproken worden. Het publiek neemt de naam waar als een teken dat deze instelling onderscheidt van een Federale overheidsdienst, van een andere openbare instelling of van NV’s van Publiek recht. Mutatis mutandis kan de ratio legis voor de bescherming van een handelsnaam of vennootschapsnaam dus ook worden toegepast op namen van openbare instellingen. Het toepassingsgebied van domeinnaambetwistingen beoogt immers een zo breed mogelijke waaier aan wederrechtelijke domeinnaamregistraties te bestrijden, zij het via een procedure weg dan wel via geschillenregeling. Deze stelling vindt bevestiging in de Parlementaire voorbereidingen van de Wet van 26 juni 2003 op de wederrechtelijke registratie van domeinnamen evenals in de gewijzigde Algemene Voorwaarden van DNS.
6.1.3. Aanvankelijk voorzagen de Algemene Voorwaarden enkel in de mogelijkheid voor de merkhouder om op te treden tegen de wederrechtelijke registratie van een domeinnaam. In de persvoorstelling van 30 oktober 2001 van het DNS, werd de uitbreiding van de actiemogelijkheden als volgt voorgesteld (eigen onderlijning): Alternatieve geschillenregeling voor .BE domeinnamen wordt gevoelig uitgebreid - België zorgt voor primeur binnen de gemeenschap van Top Level Domeinen
Leuven, 30 oktober 2001. DNS pakt uit met een nieuwe versie van de algemene voorwaarden voor domeinnaam registratie. Deze voorwaarden zijn van toepassing voor iedereen die houder is van een .BE domeinnaam. De belangrijkste wijziging betreft de uitbreiding van de bestaande alternatieve geschillenbeslechtingsprocedure. Bij sommige juridische conflicten omtrent .BE domeinnamen hoefde men reeds niet noodzakelijk beroep te doen op de gewone rechtscolleges. DNS BE heeft bij de liberalisering eind vorig jaar voorzien in een alternatieve procedure voor de regeling van domeinnaamgeschillen. Deze procedure is uitgewerkt door Cepina (het Belgisch Centrum voor Arbitrage en Mediatie) dat zich hierbij heeft gebaseerd op de aanbevelingen van het WIPO (World Intellectual Property Organisation) en bestaande procedures voor .com. Zoals in al deze voorbeelden, was het tot nog toe ook voor het .be domein enkel mogelijk op deze procedure een beroep te doen indien het conflict handelde over een merknaam. Binnenkort zal het voor een gedupeerde dus ook mogelijk zijn om gebruik te maken van deze procedure in tal van andere gevallen. Voorzien zijn onder meer : conflicten over persoonsnamen, handels- en vennootschapsnamen, geografische omschrijvingen en andere.
7
Deze uitbreiding is een primeur van formaat. Alhoewel ook op internationaal vlak wordt gewerkt aan een uitbreiding, is België het eerste land dat voor zijn nationaal Top Level Domein een zo ruim dekkende alternatieve geschillenregeling heeft uitgewerkt. Guy Keutgen, voorzitter van Cepina stelt : "Het was voor ons belangrijk in een eerste fase ervaring te kunnen opdoen met domeinnaam conflicten in een domein dat vrij goed gekend is, namelijk dat van de merknamen. Door deze uitbreiding zal het beslissingstraject ongetwijfeld complexer worden. Wij zijn echter klaar voor deze nieuwe uitdaging.". Marc Van Wesemael, algemeen directeur van DNS : "De meeste conflicten waren tot nog toe niet echt gekoppeld aan een gedeponeerd merk. Al deze mensen zullen nu ook binnenkort beroep kunnen doen op deze snelle procedure met competente beslissers. Wij zijn steeds voorstander geweest van een zo breed mogelijk toepassingsgebied van de alternatieve procedure en zijn bijgevolg zeer verheugd dat Cepina samen met ons deze belangrijke stap heeft genomen. Hierdoor zijn wij het eerste Top Level Domain registratiekantoor om een dusdanig ruime procedure aan te bieden."
De bedoeling van de alternatieve geschillenprocedure inzake domeinnamen, beoogde dus zich open te stellen voor een breed toepassingsgebied. Onder meer de termen handelsnaam en vennootschapsnaam werden dus – naast persoonsnamen –als voorbeeld aangehaald, zonder uitdrukkelijke uitsluiting van andere gevallen. Zo kan het inroepen van een naam van een openbare instelling voldoen aan de ratio legis van de geschillenregeling inzake be.-domeinnamen.
6.1.4. Intussen heeft de wetgever naast de alternatieve geschillenregeling ook een gelijkaardige gerechtelijke overdrachtsregeling via de rechtbanken uitgewerkt. De voorbereidende werkzaamheden van Kamer en Senaat bevatten de bevestiging dat de procedures inzake overdracht van domeinnamen niet beperkt dienen te worden tot enkel de commerciële wereld. Bovendien wordt in deze werkzaamheden telkens verwezen naar de term “natuurlijke bezitter” of “natuurlijke houder” van een benaming: Parl. St. Senaat, 2002-2003, 2-1519/2 (eigen onderlijning): “Surfend op de golven van het groeiende internet registreren sommige kwaadwilligen lijsten met namen als domeinnamen om ze nadien, tegen een fikse prijs, weer te verkopen aan de « natuurlijke » bezitter van de naam in kwestie wanneer deze een eigen website wenst te creëren. Deze praktijk, name grabbing of cybersquatting, betreft de wederrechtelijke registratie van een domeinnaam die met name staat voor een merk, een handelsnaam, een bedrijfsnaam en zelfs een familienaam die aan iemand anders toebehoort.
Cybersquatting is een specifiek begrip van het internet en raakt aan verschillende rechtsgebieden : het intellectuele recht, de wetten op de handelsvennootschappen, de wet op de handelspraktijken, het burgerlijk recht, enz. De problematiek van de domeinnamen is dus een eigen problematiek, sui generis, en derhalve is een bijzondere wet terzake nodig. De doelstelling van het wetsontwerp is de wederrechtelijk registratie van domeinnamen te sanctioneren, zowel op commercieel als op burgerrechtelijk vlak. Daartoe voorziet de wet in een specifieke vordering tot staking, waardoor iedereen die het slachtoffer wordt van een cybersquatter de domeinnaam waarop hij aanspraak mag maken, kan terugkrijgen. Het eerste belangrijke aspect van het wetsontwerp is dat iedere « natuurlijke » houder van een domeinnaam (zowel handelaars als niet-handelaars) erdoor beschermd wordt. De vordering tot staking wordt immers niet alleen ingesteld wanneer schade wordt toegebracht aan een merk of een handelsnaam in de praktijk het vaakst voorkomend maar ook wanneer schade wordt toegebracht aan een geslachtsnaam, een naam van een vereniging, een naam van een stad, een politieke partij, enz.”
Ook de naam van een vereniging, al dan niet met rechtspersoonlijkheid, kan dus als een teken worden beschouwd dat aanleiding geeft om op te treden tegen een registratie van een domeinnaam die met de naam van deze vereniging overeenstemt.
8
6.1.5. Ook het recht op een persoonsnaam kan voldoende zijn volgens de Algemene Voorwaarden. De persoonsnaam is de naam van een natuurlijke of rechtspersoon die bij de geboorte of oprichting aan die persoon wordt gegeven. Klager kreeg als rechtspersoon bij de oprichting de naam ‘Zilverfonds’ mee. Ook die naam geeft Klager het recht om zich in toepassing van art. 10, b), 1, i van de Algemene Voorwaarden te verzetten tegen een domeinnaam die identiek is aan of overeenstemt met die naam. 6.1.6. De derde beslisser is dan ook van oordeel dat de Klager stelt en bewijst dat hij rechten kan doen gelden op de naam die hij als Openbare Instelling bij de oprichting ervan heeft meegekregen. 6.1.7. Bij de beoordeling van het identieke of overeenstemmende karakter van de domeinnaam met de naam Zilverfonds, dient volgens een constante rechtspraak geen rekening te worden gehouden met de suffix “.be” (zie in die zin Cepnia beslissingen nr : 4002, 4003, 4019, 4021, 4025, 4030, 4031, 4033, 4034, 4035, 4038, 4039, 4042, 4052, 4053, 4054, 4056, 4059, 4060, 4061, 4067, 4068,4076, 4088, 4094, 4095). De domeinnaam is dan ook identiek aan de naam van de Openbare instelling. Aan de eerste voorwaarde is dan ook voldaan.
6.2.
Rechten en legitieme belangen
6.2.1. De Klager is van oordeel dat de oprichting van een Zilverfonds in diverse persmededelingen van de overheid is aan bod gekomen in 2000. Zo is er de persmededeling van 10 mei 2000 waarin de bevoegde Minister pleit voor de oprichting van een Zilverfonds. De keuze voor deze benaming wordt als volgt verantwoord: “het stelt de financiering van de extra kosten voor de ‘zilveren generatie’ veilig en het ‘verzilvert’ de inspanningen die in het verleden gebeurd zijn” Het is pas op 01 december 2001 dat de Ministerraad het voorontwerp van Wet goedkeurde met betrekking tot “het Zilverfonds”. Deze goedkeuring maakte het voorwerp uit van persmededelingen. De registratie van de domeinnaam dateert van 14 dagen na deze beslissing. Op dat ogenblik bestond er volgens Klager in hoofde van de Domeinnaamhouder geen recht noch legitiem belang op de domeinnaam.
9
6.2.2. Artikel 10.b) 3 van de Algemene Voorwaarden staat de Domeinnaamhouder toe zijn rechten of legitieme belangen op de Domeinnaam te laten blijken uit onder meer de volgende omstandigheden. a) voordat de domeinnaamhouder kennis kreeg van het geschil gebruikte hij de domeinnaam of een naam die overeenstemt met de domeinnaam om te goeder trouw producten of diensten aan te bieden, of heeft hiervoor aantoonbare voorbereidingen getroffen. De Domeinnaamhouder is van oordeel dat er in zijn hoofde slechts een minimale band hoeft aanwezig te zijn met de geregistreerde domeinnamen. Volgens de Domeinnaamhouder is deze minimale band in casu aanwezig aangezien webdesign en het opzetten van generische websites op dat moment een activiteit was van de Domeinnaamhouder en de Klager op het ogenblik van registratie niet bestond. Uit de correspondentie die de Domeinnaamhouder heeft gevoerd met politicus VANDE LANOTTE of met het Ministerie van Financiën, laat de Domeinnaamhouder geenszins enige band met de Domeinnaam blijken. Uit de communicatie blijkt alleen dat de Domeinnaamhouder bevestigt de domeinnaamregistratie te hebben gerealiseerd, dat zij deze wenst te commercialiseren en daaromtrent eigen ideeën heeft, maar de Overheid meteen uitnodigt om op de domeinnaam een project mee te helpen opzetten. Het feit dat de Domeinnaamhouder zich richt tot politicus VANDE LANOTTE en deze politicus in zijn hoedanigheid van Minister van Begroting in 2000 precies de pleitbezorger was van de oprichting van het Zilverfonds, in combinatie met het feit dat de Domeinnaamhouder amper enkele weken nà registratie van de domeinnaam reeds toenadering zoekt met de Overheid, kan niet in overeenstemming worden gebracht met de bewering van de Domeinnaamhouder dat hij op het ogenblik van de registratie geen kennis had van minstens het initiatief tot het oprichten van een Zilverfonds. De Domeinnaamhouder gebruikte de domeinnaam voorafgaand aan de klacht niet als commerciële of niet-commerciële website. De enige activiteit die met de domeinnaam werd ondernomen, bestaat er in het zoekresultaat zilverfonds.be te optimaliseren en daaraan de melding toe te voegen “hier komt de website van : zilverfonds.be”. De Domeinnaamhouder meldde zelf in mei 2002 dat het internetproject niet langer een prioriteit is voor haar onderneming (zie mail dd. 20.05.02 van Michaël WILLEMS aan
[email protected]). Nadien, nog steeds in 2002, meldde de Domeinnaamhouder dat het exclusieve gebruik van de domeinnaam ter beschikking staat van elke geïnteresseerde partner (zie mail van Michaël WILLEMS dd. 29.09.02). De Domeinnaamhouder legt geen enkel bewijsstuk voor waaruit blijkt dat op de domeinnaam een website werd ontwikkeld en dat die website enige activiteit vertoonde. De bewering van de Domeinnaamhouder dat zij de registratie heeft uitgevoerd gezien webdesign en het opzetten van generische websites een belangrijke activiteit was van haar onderneming, wordt met betrekking tot de specifieke domeinnaam niet bewezen en evenmin aannemelijk gemaakt. Dat zij de intentie had om een online- project te starten met de domeinnaam, wordt niet bewezen en evenmin aannemelijk gemaakt. De loutere bewering van een intentie tot een project (zie CEPINA 44085, Media Office v. M EGUIRON, 31 juli 2006) kan daarbij niet als voldoende bewijs worden aanvaard.
10
Van enig concreet plan of van een aantoonbare voorbereiding die werd getroffen, wordt geen bewijs voorgelegd. De vaststellingen van de Klager leren dat de domeinnaam niet gebruikt wordt dan tenzij om deze op de eigen website van de Domeinnaamhouder aan te bieden aan geïnteresseerde partners. De Domeinnaamhouder bewijst dus niet dat zij er een legitiem belang bij had om de betwiste domeinnaam te registreren en te gebruiken (CEPINA 44103, FARROW & BALL v. DAWIDOWICZ, 13 juli 2007). b) de domeinnaamhouder is als individu, onderneming of andere organisatie algemeen bekend onder de domeinnaam zelf al heeft hij geen merkrechten bekomen. De Domeinnaamhouder bewijst niet dat zij onder de naam “Zilverfonds” algemeen bekend is. De Domeinnaamhouder beschikt ook niet over een merk, handelsnaam, vennootschapsnaam, persoonsnaam die in verband staat met de domeinnaam. Dit betekent niet dat de Domeinnaamhouder per definitie geen recht of legitiem belang zou kunnen laten gelden. Dit dient dan wel te worden beoordeeld in het licht van de feitelijke omstandigheden zoals het reële gebruik van de domeinnaam door de Domeinnaamhouder en de activiteit van de Domeinnaamhouder (CEPINA 44084, , Belgisch Instituut voor Normalisatie vzw v. Willy De Belder, 9 augustus 2006). Het reële gebruik van de domeinnaam werd reeds hoger uiteengezet en vastgesteld. Er wordt niet bewezen dat de domeinnaam op enige wijze verband houdt met de handelsactiviteiten van de Domeinnaamhouder. Het is overigens niet omdat een partij actief is op het vlak van ontwikkelen van websites, dat zij daarom automatisch een recht of legitiem belang kan laten gelden om zomaar meerdere domeinnamen te laten registreren. c) de domeinnaamhouder maakt op een legitieme en niet-commerciële of op een eerlijke wijze gebruik van de domeinnaam zonder uit winstbejag consumenten aan te trekken op misleidende wijze of het betrokken merk, handelsnaam, maatschappelijke benaming of vennootschapsnaam, geografische aanduiding, benaming van oorsprong, herkomstaanduiding, persoonsnaam of benaming van een geografische entiteit te bekladden. Hoger werd reeds vastgesteld dat de Domeinnaamhouder niet bewijst dat zij de domeinnaam sinds de registratie ervan heeft gebruikt. Het staat evenwel vast dat op de startpagina van de domeinnaam de vermelding wordt aangebracht “hier komt de website van: zilverfonds.be”. Op basis daarvan wordt de site ook als zoekresultaat via Google teruggevonden en aan het publiek meegedeeld. Op deze wijze wordt een nietsvermoedende burger in de waan gelaten dat de site van het Zilverfonds nog steeds niet gerealiseerd werd. Dit is misleidend. Met de door haar voorgelegde stukken bewijst de Domeinnaamhouder ook geen enkel ander gebruik dat een legitiem belang kan rechtvaardigen. Uit al deze redenen volgt dan ook dat aan de tweede voorwaarde is voldaan.
11
6.3.
Registratie te kwader trouw
De Klager dient te bewijzen dat de Domeinnaamhouder de domeinnaam te kwader trouw heeft geregistreerd of gebruikt. Volgens art.10.b).2 kan het bewijs dat een domeinnaam te kwader trouw werd geregistreerd of gebruikt, onder meer worden aangetoond door de volgende omstandigheden:
-
de feiten tonen aan dat de domeinnaam werd geregistreerd of verworven hoofdzakelijk om hem te verkopen, verhuren of om op een andere wijze over te dragen aan de klager die houder is van het overeenstemmende merk, handelsnaam, maatschappelijke benaming of vennootschapsnaam, geografische aanduiding, benaming van oorsprong, herkomstaanduiding, persoonsnaam of benaming van een geografische entiteit of desgevallend aan een concurrent van de klager over te dragen, en dit voor een prijs die de kosten verbonden aan de verwerving van de domeinnaam overschrijdt;
-
de domeinnaam is geregistreerd om de klager die houder is van een merk, handelsnaam, maatschappelijke benaming of vennootschapsnaam, geografische aanduiding, benaming van oorsprong, herkomstaanduiding, persoonsnaam of benaming van een geografische entiteit te beletten deze te gebruiken en de domeinnaamhouder doet dit regelmatig;
-
de domeinnaam is hoofdzakelijk geregistreerd om handelsactiviteiten van een concurrent te verstoren;
-
de domeinnaam is bewust gebruikt om met het oog op het behalen van een commercieel voordeel Internet gebruikers naar een website van de domeinnaamhouder of naar een andere plaats on-line te lokken steunend op de verwarring die omtrent een merk, handelsnaam, maatschappelijke benaming of vennootschapsnaam, geografische aanduiding, benaming van oorsprong, herkomstaanduiding, persoonsnaam of benaming van een geografische entiteit waarvan de klager houder is, kan ontstaan nopens de oorsprong, sponsoring, verbondenheid of goedkeuring van de website of andere on-line plaats van de domeinnaamhouder of van producten of diensten op zijn website of andere on-line plaats;
-
de domeinnaamhouder heeft een of meerdere persoonsna(a)m(en) geregistreerd zonder dat er een aantoonbare band bestaat tussen de domeinnaamhouder en de geregistreerde domeinnaam.
6.3.1. (registratie) Op het ogenblik van de registratie van de domeinnaam was Klager nog niet opgericht. Er bestonden enkel voorstellen om tot oprichting over te gaan en die voorstellen werden in de media voldoende weergegeven zodat een normaal oplettende burger niet kan stellen volstrekt onwetend te zijn over het initiatief tot het oprichten van een Zilverfonds. Uit het loutere feit van de registratie van de domeinnaam afleiden dat deze te kwader trouw gebeurde, is voorbarig. Domeinnaamhouder geeft evenwel zelf te kennen dat hij in 2000 de domeinnaam heeft “vastgelegd” en dit “naast vele andere domeinnamen”. Welke band de domeinnaamhouder met die overige domeinnamen zou hebben, wordt niet toegelicht. Feit is, zo blijkt uit de correspondentie van domeinnaamhouder per mail, dat de site na registratie quasi onmiddellijk wordt aangeboden aan de Minister die het initiatief nam tot de oprichting van het Zilverfonds
12
en dit om te worden verhuurd. Later, wanneer geen positieve reactie volgt, werd meegedeeld dat het gebruiksrecht op de domeinnaam wordt ter beschikking gesteld van “een geïnteresseerde gebruiker”. De Derde Beslisser is dan ook van oordeel dat er bewijs voorligt van registratie te kwader trouw. 6.3.2. (gebruik) De Derde Beslisser onderzocht alle feitelijke omstandigheden, waaronder in het bijzonder de hiernavolgende, om te besluiten dat er sprake is van een gebruik te kwader trouw. Het is voor de Derde Beslisser immers duidelijk dat de Domeinnaamhouder het gebruik van de domeinnaam door de Klager blokkeert (en verder tracht te blokkeren) waardoor de activiteiten van de Klager verstoord kunnen worden. Deze omstandigheden zijn de volgende: i)
de hoedanigheid van professional van de Domeinnaamhouder De Domeinnaamhouder is een professional in de branche en weet of dient te weten dat het blokkeren van een gebruik van een domeinnaam als een gebruik te kwader trouw kan worden beschouwd (CEPINA 4019, Verfaillie Bauwens BVBA v. Stichting Juridische Eigendom Domeinen, 29.10.02; CEPINA 44041, Belgische Staat van Domein Service BV, 11.12.03). De Domeinnaamhouder stelde aan de Klager ook niet voor om de domeinnaam over te dragen tegen vergoeding van de out of pocket cost.
ii)
het te koop aanbieden van de site en de verantwoording daarvan Dat er geen winstbejag zou zijn in hoofde van de Domeinnaamhouder wordt door deze niet overtuigend tegengesproken. Het enkel voorhouden dat hijij ten tijde van de registratie niet kon vermoeden dat een Zilverfonds zou worden opgericht, is hiervoor niet voldoende.
Om deze redenen is de Derde Beslisser dan ook van oordeel dat aan de derde voorwaarde is voldaan in die zin dat de Domeinnaamhouder een gebruik te kwader trouw kan worden verweten.
7.
Beslissing
Dienvolgens, beslist de Derde beslisser overeenkomstig artikel 10, e van de Algemene voorwaarden voor domeinnaamregistratie binnen het ".be"-domein beheerd door DNS BE tot de overdracht van de domeinnaamregistratie voor de domeinnaam "domeinnaam" naar de klager
Gent, 20 maart 2003. --------------------------Stephane CRIEL De Derde Beslisser
13