Business plan. Stichting Werkkring. Alkmaar 1 augustus 2005

Business plan Stichting Werkkring 2005 – 2009

Alkmaar 1 augustus 2005

INHOUDSOPGAVE Inleiding Wat is Werkkring? Missie en doelstellingen De organisatie De uitdaging

-

-

-

A. Koers en ambitie.

-

13

B. Doelen en resultaten.

-

14

C. Condities.

-

15

D. Kwaliteit en flexibiliteit

-

16

Doel 4 – Samenwerking op het gebied van werving en selectie Doel 5 – Begeleiden en opleiden van personeel Doel 6 – Scholing van (aankomende) leidinggevenden

Doel 7 – Risicofonds bij ontslag Doel 8 – Sociaal statuut Doel 9 – Preventie bij ziekteverzuim Doel 10 – Facilitaire samenwerking

Doel 11 – Implementatie FUWA-VO 2002 Doel 12 – Competentie ontwikkelingsinstrumenten Doel 13 – Interne audit en visitatie

Begroting 2005

Businessplan 2005 – 2009 Stichting Werkkring

2

6

-

9

-

13

-

17

9 9 11 12

Beleidsplan 2005 – 2009 Doel 1 – Openstelling voor Openbaar en AB-onderwijs Doel 2 – Samenwerkingstraject Doel 3 – Samenwerking op het gebied van onderwijs

6 6 8

Uitgangspositie 2005 Uitkomst evaluatie 2004 Wat hebben we gerealiseerd? Wat willen we bereiken? Enkele conclusies

3

3 3 4 5

Beleidskader Wat wil het ministerie van OC&W bereiken? Welke rol is er daarbij voor de besturen? Het Integraal Personeelsbeleid

-

Alkmaar, 1 augustus 2005

INLEIDING Wat is Werkkring? De Stichting Werkkring, opgericht in 1997, is een federatief samenwerkingsverband van 7 schoolbesturen voor het voortgezet onderwijs in Noord Holland. Het oorspronkelijke doel van Werkkring was spreiding van het wachtgelderrisico. Bij het radicaal omslaan van de arbeidsmarkt voor onderwijspersoneel van ruimte naar schaarste heeft Werkkring zijn doel gewijzigd en verbreed naar het bevorderen van mobiliteit en het werven van personeel. In 2002 hebben de aangesloten scholen hun krachten gebundeld om samen te werken aan de ontwikkeling van modern Integraal Personeelsbeleid (IPB). De besturen vormen een scholengroep van 19 scholen met 46 vestigingen van rooms-katholieke, protestants-christelijke, interconfessionele en algemeen bijzondere signatuur. Missie en doelstelling De missie en doelstelling worden – geparafraseerd – in de statuten verwoord als: Het op dynamische wijze in stand houden en versterken van de positie van het confessioneel voortgezet onderwijs in Noord-Holland, te bevorderen door samenwerking tussen participanten, met name – doch niet uitsluitend – op het gebied van personeelsbeleid. Kern van de missie vormen de overtuigingen dat goed, aan een onderwijsvisie gerelateerd personeelsbeleid wezenlijk is voor het (voort)bestaan van goede scholen en dat naast de eigen inzet van de afzonderlijke scholen, samenwerking noodzakelijk is om een dergelijk professioneel personeelsbeleid op te zetten. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen heeft scholen in het voortgezet onderwijs tot 2005 de tijd gegeven Integraal Personeelsbeleid (IPB) in te voeren. Werkkring heeft zich tot doel gesteld de theoretische en praktische kennis op het gebied van Integraal Personeelsbeleid te bevorderen bij de deelnemende scholen. Daarnaast zal Werkkring de invoering van Integraal Personeelsbeleid (IPB) op de deelnemende scholen aanmoedigen. Het oprichten en instandhouden van één of meer opleidingsscholen is één van de speerpunten. Samenwerking is de as waar Werkkring om draait... Het bestuur heeft inmiddels besloten het samenwerkingsverband open te stellen voor scholen van openbare signatuur en hoopt zich op korte termijn te doen uitbreiden met scholengroepen uit de regio Noord Kennemerland en ’t Gooi, alsmede uit de regio Alkmaar en Schagen.


3


De organisatie

Werkkring kent een Bestuur dat bestaat uit zoveel leden als dat er bestuursdeelnemers zijn en een onafhankelijke voorzitter. De omzet bedraagt € 372.000 (2005), het exploitatieresultaat (2004, in % baten) is 1,4. Het totale aantal fte’s op de deelnemende scholen is 2447. Voor de voorbereiding en uitvoering van het beleid wordt het bestuur ondersteund door een kleine staf: een directeur en een secretariaatsmedewerker. De Raad van Advies verzekert het bestuur van goed advies en draagvlak evenals het vergroten van het netwerk, draagvlak en naamsbekendheid voor Werkkring. De Raad bestaat uit vertegenwoordigers uit het onderwijs, het bedrijfsleven en de politiek die met hun inhoudelijke kennis, maatschappelijke positie en relevant netwerk een belangrijke bijdrage leveren. Elke afzonderlijke Werkkringschool kent positieve en negatieve leerervaringen. Het bestuur streeft ernaar om deze ervaringen Werkkring-breed toegankelijk te maken voor andere scholen. De netwerkorganisatie van Werkkring dient als platform om ervaringen uit te wisselen en ideeën op te doen. Het accent van de netwerken is gericht op Integraal Personeelsbeleid. Door middel van conferenties, seminars, schoolbezoeken, informatiemarkten, virtuele netwerken en ronde tafel gesprekken krijgen de netwerkbijeenkomsten vorm. Naast de netwerkorganisatie bestaat de projectorganisatie. Jaarlijks worden, na een inventarisatieronde onder de deelnemers, een aantal projecten op het gebied van Integraal personeelsbeleid uitgeschreven onder de scholen. Scholen zijn vrij al dan niet daarin te participeren. Elk project bevat één of meerdere onderdelen van Integraal Personeelsbeleid (Bijvoorbeeld: de Wet op de Ondernemingsraad, competentiemanagement, ontwikkelen van een sollicitatiecode, het instandhouden van een opleidingsschool, verzuimbeleid, scholing of persoonlijk ontwikkelingsplan). Businessplan 2005 – 2009 Stichting Werkkring

4


Elk project heeft een eigen begroting. De inschrijvingskosten zijn afhankelijk van de participatiegraad. De uitdaging Vanaf de start heeft Werkkring de voortdurende spanning gekend tussen: ‘we willen alleen energie in de samenwerking steken als die wat oplevert’, en ‘samenwerking levert alleen wat op als je er energie in steekt’. Deze spanning is nog steeds voelbaar, ook al zijn de aangesloten besturen zich steeds meer gaan gedragen als maatschappelijke ondernemingen die met visie en lef en ondernemerschap een normaal ondernemersrisico durven te nemen. Door op de ingeslagen weg voort te gaan, in het besef dat samenwerking alleen tot positieve resultaten leidt in een klimaat van wederzijds respect en elkaar ruimte te bieden voor eigen ontplooiing, hopen we dat die spanning zich goeddeels zal opheffen. Het verder en breder investeren in een kansrijke samenwerking binnen een veranderende maatschappij die ons steeds weer voor nieuwe vragen en dilemma’s stelt, is de uitdaging die voor ons ligt.


5


BELEIDSKADER Onderwijsorganisaties worden vaak uitgedaagd. Ze moeten niet alleen inspelen op maatschappelijke veranderingen en zich daaraan aanpassen, maar zich ook bezighouden met de implementatie van nieuwe weten regelgeving. Daarnaast is ook de onderwijsarbeidsmarkt voor het voortgezet onderwijs de afgelopen jaren ingrijpend veranderd. Hoewel onderwijsinstellingen steeds vaker de verantwoordelijkheid hebben genomen voor een goed werving- en personeelsbeleid is naar de mening van de Minister de positie van de onderwijsinstellingen nog onvoldoende verankerd. Daardoor dreigen ze volgens haar onvoldoende te kunnen meebewegen met conjuncturele schommelingen en/of beleidswijzigingen. De bij Werkkring aangesloten scholen hebben bewezen hiertoe in staat te zijn en uitdagingen aan te kunnen gaan. Daarbij hebben zij de kwaliteit van het onderwijs in stand weten te houden. Maar ook van de Werkkringscholen zal de nota ‘Een goed werkende onderwijsarbeidsmarkt – beleidsplan onderwijspersoneel’ een verdere inspanning vragen om invulling te geven aan een grotere autonomie. We realiseren ons echter tegelijkertijd dat verandering van de omstandigheden nieuwe kansen biedt. Wat wil het ministerie van OC&W bereiken? Onderwijsinstellingen moeten professionele arbeidsorganisaties worden, die: zelfstandig en vernieuwend opereren; een eigen invulling geven aan integraal personeelsbeleid, gebaseerd op een visie op de onderwijskundige inrichting en met oog voor de toekomst; in dat kader een aandeel nemen in het opleiden van onderwijspersoneel; het personeel in staat stellen te voldoen aan bekwaamheidseisen en die ook te onderhouden, en daarvoor beschikken over kwaliteitsinstrumenten. Daarvoor is het nodig dat diezelfde onderwijsinstellingen de handen inéén slaan met collega’s in de regio.Ook is samenwerking met andere partijen in de regio van belang om vraag en aanbod in de regio zoveel mogelijk in evenwicht te brengen. Welke rol is er daarbij voor de besturen? 1. Onderwijsinstellingen zijn zelf verantwoordelijk voor hun personeels- en wervingsbeleid. Dit beleid is gebaseerd op een eigen visie op de onderwijsinrichting. De koppeling tussen het onderwijskundige beleid en het personeelsbeleid komt nog onvoldoende tot stand volgens OC&W. Om die reden worden de scholen verplicht om in 2007 een meerjarige personeelsplanning en een plan van aanpak te hebben dat gericht is op de personeelsvoorziening op de lange termijn, gebaseerd op een visie op de onderwijskundige inrichting. Ook worden een aantal onderwijsinstellingen uitgenodigd om te participeren in een ontwikkelproject.


6


2. Onderwijsinstellingen worden gestimuleerd in regionaal verband samen te werken met opleidingen, gemeenten, arbeidsmarktorganisaties en bedrijfsleven om gezamenlijk tot een betere match van vraag en aanbod te komen. 3. Omdat opleiden “in de school” wordt versterkt, zullen de opleidingen goede afspraken met de scholen moeten maken over de wederzijdse verantwoordelijkheidsverdeling. Opleiden in de school is niet alleen een kwaliteitsimpuls voor de opleiding van personeel maar ook voor de school als geheel. Opleiden in de school stelt bovendien eisen aan de onderwijsinstelling: die zal naast een leeromgeving voor leerlingen ook een leeromgeving voor nieuw en zittend personeel moeten bieden. In 2007 dient iedere school een infrastructuur voor opleiden en begeleiden in de school te hebben, als onderdeel van het IPB. Bovendien dient elke school in 2007 afspraken te hebben met de opleidingen voor onderwijspersoneel over taak- en verantwoordelijkheidsverdeling bij opleiden in de school. Voor de scholen die nog geen gebruik maakten van de huidige stimuleringsmaatregelen zal er een tweede tranche komen. 4. Scholen die een verderstrekkende ambitie hebben en structureel zelf een deel van de opleiding van onderwijspersoneel ter hand nemen, kunnen een tegemoetkoming van de overheid tegemoet zien. Per 2006 zullen er criteria zijn vastgesteld waaraan onderwijsinstellingen moeten voldoen die als leerbedrijf willen worden erkend. Ook zal er per die datum een bekostigingssystematiek zijn voor erkende leerbedrijven. 5. De onderwijsinstellingen zullen zich in de komende jaren moeten voorbereiden op de periode vanaf 2008 waarin zich grotere spanningen op de arbeidsmarkt zullen voordoen. Hiervoor zijn kwalitatieve maatregelen nodig. Het kan daarbij bijvoorbeeld gaan om gezamenlijke initiatieven op het terrein van opleiden in de school en competentiegericht opleiden, functiedifferentiatie, meerjarige personeelsplanning, bekwaamheidsdossiers en persoonlijke ontwikkelingsplannen. 6. Met de wet BIO dienen onderwijsinstellingen in het schoolplan/kwaliteitszorgverslag aan te geven welke maatregelen en instrumenten ze inzetten om de bekwaamheid van het personeel te onderhouden.Het resultaat daarvan moet de onderwijsinstelling vastleggen in een bekwaamheidsdossier voor elk personeelslid (2007). OC&W nodigt een aantal onderwijsinstellingen uit om: de bekwaamheidseisen te vertalen in het personeelsbeleid; afspraken te maken met opleidingen over de daarbij passende opleiding en scholing; de resultaten van opleiding en scholing vast te leggen in een bekwaamheidsdossier.


7


Het Integraal Personeels Beleid. De uiteindelijke doelen van IPB zijn dat, vanuit de per school vastgestelde organisatiedoelen, een samenhangend personeelsbeleid is geformuleerd, inclusief de concrete uitvoering daarvan. Dit beleid omvat de volgende onderdelen: een integrale visie op de plaats en positie van personeelsbeleid; personeelsbeleid in relatie tot onderwijsvisie en onderwijskundig management; professionele ontwikkeling van medewerkers en leiding op basis van competenties; een functionering- en beoordelingsgesprekkensysteem op basis van competenties; taak- en functieverdeling op instellings- en individueel niveau (functiebouwwerk); een wervings- en selectiebeleid en assessment; beleid met betrekking tot de realisatie van scholing en personeelsbegeleiding; loopbaan- en mobiliteitsbeleid; competentiebeloningsbeleid, waaronder functiedifferentiatie. Integraal personeelsbeleid is gericht op de toekomst van onze scholen én op de toekomst onze werknemers. Dit betekent: professionele ontwikkeling van het personeel in overeenstemming met de koers van de verschillende scholen. Wat dat voor ons inhoudt, beslissen we zelf. Uiteraard in goed overleg. De nadruk bij integraal personeelsbeleid ligt op het investeren in mensen. Dat betekent dat we geld uitgeven voor gezonde werkomstandigheden en voor professionele ontwikkeling van het personeel. Investeren in mensen is op onze school meer dan alleen geld uitgeven. Wij investeren in een goede werksfeer. Wij investeren in geïnspireerde werknemers. Daarnaast realiseren wij ons ten volle dat de koers we die we als scholen willen varen in het bereiken van onze onderwijsdoelen helder, herkenbaar en haalbaar voor onze medewerkers moet zijn, en voldoende ondersteund moet worden in de sfeer van de materiële voorzieningen. Dat betekent dat we onderling gebruik moeten kunnen en willen maken van de onderwijsexpertise die op de diverse Werkkringscholen en binnen andere onderwijsinstellingen is opgebouwd. Het betekent ook dat we moeten zoeken naar mogelijkheden om de schaalgrootte voor wat betreft facilitaire voorzieningen financieel te benutten. °° ONDERWIJSVISIE VERANDEREN

(SOP)

In schema: KWALITEIT EN FLEXIBILITEIT

KOERS EN AMBITIE EVALUATIE, BEOORDELEN EN BIJSTELLEN BELEID

ORGANISATIE- EN COMPETENTIEONTWIKKELING

PESONEELSBEHEER EN PERSONEELSZORG: - P&O ondersteuning - CAO & overheidsregels - Arbo- en verzuimbeleid

PERSONEELSINSTRUMENTEN: - Werving en selectie - gesprekscyclus+/scholing - beloning/arbeidsvoorw.

INTERN

FACILTAIRE VOORZIENING

EXTERN

CONDITIES

DOELEN EN RESULTATEN BEHEERSEN


8


UITGANGSPOSITIE 2005 Uitkomst evaluatie 2004 Op 9 september 2004 heeft het bestuur een evaluatie gepleegd van de doelstellingen en activiteiten van Werkkring over de periode 2001 – 2005, evenals een herbeoordeling van enkele in het Businessplan 2001 geformuleerde ‘sterktes’ en ‘zwaktes’ van Werkkring. De uitkomst hiervan laat zich beknopt als volgt schetsen: Wat hebben we gerealiseerd? ¾ Over de doelstellingen

De samenwerking wordt over het algemeen als minder vrijblijvend ervaren. Wel zijn twee kanttekeningen op hun plaats: o Er bestaat een verschil in visie tussen de deelnemers over Intergraal Personeelsbeleid (zie verderop) en de te volgen route van veranderingen. o Het ontbreekt vaak aan ‘leidende coalities’ vanuit het bestuur. Blijkbaar wordt Werkkring soms te weinig uitgedragen binnen de eigen organisaties.

Er wordt zeker in de grotere scholengroepen te weinig draagvlak op de werkvloer ervaren. o Hierbij moet wel de kanttekening gemaakt worden dat niet eenduidig is wat als werkvloer moet worden beschouwd.

De aanstelling van een directeur Werkkring als procesmanager is niet volledig tot wasdom gekomen. Hiervoor worden oorzaken genoemd als tijdgebrek, onvoldoende commitment op schoolniveau en het grote aantal taken. De directeur heeft hiervoor enkele aanbevelingen gedaan: o Ontwikkelen van gedeelde toekomstvisie en ‘leidende coalities’ vanuit bestuur. o Rol van directeur duidelijker als procesbegeleider, met nadruk op taak als coach. o Uitbreiden baanomvang directeur of de mogelijkheid voor het inhuren van externe deskundigen bij de voorbereiding van projecten. o Minder rigide hanteren tweedeling netwerk-/ projectorganisatie. Voorbereiden projecten uit structurele middelen, daarna deelnamefinanciering. o Wijze van werken met projecten niet uitsluitend volgens SMARTformat formuleren.

Er is nog geen sprake van een gedeelde visie op IPB. o De vraag kan gesteld worden of er wellicht alleen op het niveau van uitgangspunten van IPB overeenstemming zou moeten zijn, en op het niveau van onderdelen van IPB/beleidsterreinen de scholen hun eigen keuzes maken. Eigenheid in schoolcultuur en schoolorganisatie kan tot


9


diversiteit in operationalisering van doelstellingen op het gebied van IPB leiden.

De wens en noodzaak om op termijn de Stichting Werkkring bevoegd gezag van de aangesloten scholen te laten worden wordt in het algemeen niet als wenselijk gezien. o Centrale behartiging op bovenregionaal niveau wordt voorlopig als meest wenselijk beschouwd.

¾ Over de ‘sterktes’ en ‘zwaktes’ STERK

De positieve grondhouding faciliteert nog steeds consolidatie van de bestaande samenwerking. De positieve grondhouding faciliteert nog in redelijke mate de intensivering van de bestaande samenwerking. Het is twijfelachtig of Werkkring haar voorsprong op het gebied van kennisoverdracht en netwerkvorming op het gebied van personeelsbeleid heeft behouden.

ZWAK Er dreigt nog steeds stagnatie als: de deelnemers blijven steken in welwillende vrijblijvendheid en onvoldoende bereid zijn zich te committeren en investeringen te doen; als aansprekende successen te lang uitblijven, waardoor opgebouwd krediet verspeeld wordt; er te eenzijdig gefocussed wordt op kosten/baten analyses en visie, vertrouwen en strategie genegeerd worden; het ‘complex IPB’ niet tot ‘behapbare’ elementen wordt herleid, en er geen keuze wordt gemaakt over het toekomstbeeld van Werkkring als samenwerkingsverband of eens een provinciaal schoolbestuur. ¾ Over het functioneren van Werkkring

Werkkring functioneert over het algemeen goed als netwerkorganisatie én projectorganisatie.


10


Wat willen we bereiken? De inventarisatie van wat we als Werkkringscholen gezamenlijk zouden willen bereiken levert het volgende beeld op: A.

Personeelsbeleid: 1. Instroom Een meerderheid is voor uitbreiding van de gezamenlijke werving en selectie en wil zelfs een gemeenschappelijk wervings- en selectiebureau voor de Werkkringscholen. Ook is er draagvlak voor het maken van afspraken en het vaststellen van procedures t.b.v. de interne mobiliteit. 2. Doorstroom ‘opleiden in de school’. Voor de projectgroep “opleiden in de school” zien de bestuursleden een taak weggelegd als het gaat om het ontwikkelen van begeleidings- en opleidingsinstrumenten op schoolniveau. Ook zou de projectgroep moeten komen tot verdergaande afspraken met opleidingsinstituten op het gebied van begeleiden en opleiden. ‘scholing’ Delen van scholingsresultaten Gezamenlijke scholingstrajecten opzetten. 3. Uitstroom Extern jobrotation programma

B.

Onderwijsbeleid: Uitwisselen van ideeën en instrumenten, netwerken Partnerships Uitwisseling van personeel Afdelingen inrichten met innovatief onderwijs Onderzoeksopdrachten verstrekken

C.

Facilitaire beleid: Onderzoeken of we een eigen “vervangingsfonds” moeten opzetten. Samen verzekeringen afsluiten op het gebied van p&o Mantelcontract met één Arbo-dienst Samen ICT inkopen

D.

Kwaliteitsbeleid: Competentiedossier Kweekvijver Competentie ontwikkelingsinstrumenten Interne audit en visitatie Uitwisselingsronden


11


Enkele conclusies: De evaluatie levert voor ons in ieder geval een tweetal directe conclusies op: 1. de ambitie te komen tot een uitbreiding van de netwerken, het belangrijkste netwerk in Noord-Holland te worden, en 2. te komen tot een gemeenschappelijk gefinancierde voorbereiding van projecten. Daarna betalen wanneer je meedoet. Daarnaast mogen we uit de evaluatie afleiden dat – bewust of onbewust – het leidende beginsel in deze jaren is geweest: “Al doende leren we en stellen we bij.” Er is hier en daar al een begin. Onze scholen hebben een taakbeleid en daarnaast een wervings- en selectiebeleid. We hebben introductie- en begeleidingsbeleid; nascholingsbeleid; arbobeleid; ziekteverzuimbeleid; beleid rond functioneringsgesprekken en formatiebeleid. En we proberen voortdurend de kwaliteit daarvan te verbeteren. Met de schoolbesturen die deelnemen in Stichting Werkkring is afgesproken om, waar mogelijk, gezamenlijk integraal personeelsbeleid te ontwikkelen. We werken aan optimalisering van 'arbeidsvoorwaarden', 'professionele ontwikkeling', 'opleiden in de school' en 'invoering FUWA-VO'. En verder heeft deze afspraak, vertaald naar de 4 domeinen van IPB, de volgende betekenis: KOERS EN AMBITIE

We gaan de komende jaren beleid verbeteren, aanscherpen, ontwikkelen en (her)formuleren en vooral: zo goed mogelijk uitvoeren. Werkkring zal zich daarbij via haar confessionele identiteit profileren op een krappe arbeidsmarkt. We willen door gekwalificeerd personeel krijgen en een sterk personeelsbeleid tot stand brengen. DOELEN EN RESULATEN

Door ontwikkeling van instrumenten, zoals werving en selectie, de gesprekken met het personeel, training, ontwikkeling en loopbaanbegeleiding, beloning en arbeidsvoorwaarden proberen we resultaten te boeken ten dienste van de schoolontwikkeling en het welzijn van het personeel. CONDITIES

Hiervoor zijn wel de juiste omstandigheden nodig. Deze worden ons deels geleverd door de CAO en allerhande wettelijke regelingen, maar ook door ons Arbo- en verzuimbeleid, en de inzet en ontwikkeling van onze personeelsfunctie. KWALITEIT EN FLEXIBILITEIT

IPB blijft gewoon mensenwerk. Het wordt gerealiseerd in het dagelijkse handelen van ieder personeelslid op onze scholen. Iedereen heeft daar zo zijn eigen verantwoordelijkheid in. Het behoeft geen betoog dat voortdurende bijstelling en verbetering zorgt voor een verbetering van de kwaliteit van IPB, maar tegelijkertijd ook vraagt om flexibiliteit van de mensen die in school werken. In de volgende paragraaf zullen we bovenstaande vertalen in termen van doelstellingen, acties, termijnen en resultaatnormen voor de komende vier jaar.


12


BELEIDSPLAN 2005 – 2009 KOERS EN AMBITIE Doel 1 Zichtbaar door Gerealiseerd Norm Acties 2005

Openstelling voor Openbaar en AB-onderwijs Uitbreiding bestuur 1 augustus 2006 Maximaal 50% schoolbesturen van Openbare of AB-denominatie Uitbreiding met kandidaatleden regio Alkmaar Vaststellen ambities bestuur m.b.t. uitbreiding voor beleidsperiode Oriënterende gesprekken met andere potentiële kandidaatleden

Doel 2 Zichtbaar door

Samenwerkingstraject Overlegtraject in de tijd dat moet leiden tot beslismomenten over de samenwerkingsvorm in de vorm van door alle partijen ondertekend convenant. 1 augustus 2005 Heldere afspraken tot 2010 Overleggroep uit bestuur maakt voorstel Voorstel wordt op bestuurlijk niveau besproken Convenant wordt door de besturen getekend

Gerealiseerd Norm Acties 2005



Acties 2006-2008

Samenwerking op het gebied van onderwijs Samenwerkingsverband met VU – Onderwijscentrum en/of andere instelling voor Hoger Onderwijs. Ontwerpen van projecten waarmee in de klas gestalte wordt gegeven aan de gewenste, vernieuwde lespraktijk. Uitwisseling van opgebouwde onderwijskundige en/of vakdidactische expertise tussen Werkkringscholen op vakgebieden d.m.v. detachering. Organisatie van uitwisselingsbijeenkomsten of ‘vlootschouw’ rond innovatieprojecten en mogelijke vorming van netwerken. 1 augustus 2008 25% van de scholen heeft één of meer projecten gestart en er is ervaring opgedaan met detachering o.g.v. onderwijsexpertise. Kennismakingsbijeenkomst over de ‘community of learners’ . Rekrutering scholen die belangstellig tonen voor een pilotproject. Oriëntatie van scholen op mogelijke onderwijskundige concepten en/of aanvullingen op hun eigen ideeën Scholen ontwerpen projecten waarmee in de klas gestalte wordt gegeven aan de gewenste, vernieuwde lespraktijk Er wordt een conferentie georganiseerd waarin de scholen hun voorbeelden van good-practice aan de collega’s laten zien. Er zal een inventarisatie gemaakt worden van uitwisselbare onderwijs- en innovatieprojecten.


13


DOELEN EN RESULTATEN Doel 4 Zichtbaar door

Gerealiseerd Norm Acties 2005 - 2006

Acties 2006-2008 Doel 5 Zichtbaar door

Gerealiseerd Norm

Acties 2005

Acties 2006 - 2007

Doel 6 Zichtbaar door Gerealiseerd Norm Acties 2005 Acties 2006 - 2008

Samenwerking op het gebied van werving en selectie Gezamenlijke advertentiecampagne Gezamenlijk werving- en selectiebureau Afspraken en procedures ten aanzien van Werkkringinterne mobiliteit Jobrotation programma 1 augustus 2008 80% van de besturen participeert in de gezamenlijk werving- en selectie en heeft op schoolniveau een procedure voor Werkkringinterne mobiliteit. Omvang van advertentiecampagne en mate van identiteitsprofilering vaststellen Inventarisatie en verslaggeving van de werking van gezamenlijke werving- en selectiebureaus van andere samenwerkende schoolbesturen zoals ‘Ruim Baan’ Kaderregeling en –procedure ontwerpen voor Werkkringinterne mobiliteit Kaders vaststellen voor het jobrotationprogramma Opzetten gezamenlijk werving- en selectiebureau Werkkringinterne mobiliteit bevorderen op de scholen Opzetten van een jobrotationprogramma Begeleiden en opleiden van personeel Instrumenten voor het begeleiden en opleiden van personeel op schoolniveau Kader voor Werkring-kwaliteitstandaard (inclusief samenwerkingsmodel met opleidingsinstituten) 1 augustus 2007 80% van de scholen heeft een begeleidings- en opleidingssysteem voor studenten en beginnend docenten 50% van de scholen hanteert de Werkkring-kwaliteitstandaard Werkkring heeft tenminste 3(?) gecertificeerde leerbedrijven Inventarisatie van de huidige begeleidings- en opleidingsinstrumenten in de Werkkringscholen Verspreiden van de inventarisatie onder de Werkkringscholen Beschrijven van de Werkkring-kwaliteitstandaard Voorbereiden certificatie leerbedrijven Werkring-kwaliteitstandaard presenteren op scholen Trainingsprogramma opzetten voor het toepassen van het Werkkringkwaliteitstandaard Realisatie toekenning certificatie leerbedrijven. Scholing voor (aankomende) leidinggevenden Trainingen voor (midden)managers en organisatie kweekvijverprojecten. Organiseren van jobrotation programma’s voor leidinggevenden binnen Werkkring. Jobrotation: 1 augustus 2006 Opzetten trainingen en kweekvijver: al gerealiseerd. Tweejaarlijks start een nieuwe training en een nieuw kweekvijvertraject. Vormen werkgroep die jobrotation voor leidinggevenden gaat onderzoeken en opzetten voor de Werkkring scholen. Starten nieuwe trainingen


14


CONDITIES Doel 7 Zichtbaar door Gerealiseerd Norm Acties 2005

Risicofonds ontslag Fonds ter dekking van extreme risico’s bij ontslag van personeel 1 augustus 2006 Deelneming van 80% van de besturen aan het fonds Samenwerkingsovereenkomst opstellen en ondertekenen ten behoeve van de dekking van extreme risico’s bij ontslag


Sociaal statuut Door ondertekening van participatieovereenkomsten door deelnemende bevoegde gezagen. 1 augustus 2005 Deelneming van 80% van het personeelsbestand van de Werkkringscholen aan het sociaal statuut. NB: Herschrijven naar Sociaal Convenant indien nog zinvol na nieuwe CAO


Doel 9 Zichtbaar door Gerealiseerd Norm Acties 2005

Acties 2006 - 2008 Doel 10 Zichtbaar door Gerealiseerd Norm Acties 2005 Acties 2006 - 2007

Preventie bij ziekteverzuim Onderzoek IVA – Universiteit van Tilburg naar ‘Werkdruk of werkdrukte’ Project(en) m.b.t. leeftijdsbewust personeelsbeleid 1 augustus 2007 40% respons doelgroepen i.v.m. werkdrukenquête Najaarconferentie Schoolbijeenkomsten over tabellenboeken Slotconferentie over top-10 problemen Ontwerpen actieprogramma ‘Werkdruk’ Najaarsconferentie over ‘Leeftijdsbewust personeelsbeleid’ Uitvoeren actieprogramma ‘Werkdruk’ Ontwikkelen projecten ‘leeftijdsbewust personeelsbeleid Facilitaire samenwerking Aantal mantelcontracten op het terrein van verzekeringen + ICT 1 augustus 2007 Deelneming van 80% van de besturen aan de mantelcontracten Haalbaarheidsonderzoeken starten Onderhandelingsgroep samenstellen


15


KWALITEIT EN FLEXIBILITEIT Doel 11 Zichtbaar door Gerealiseerd Norm Acties 2006 - 2007 Doel 12 Zichtbaar door Gerealiseerd Norm Acties 2005 Acties 2006 - 2007 Doel 13 Zichtbaar door Gerealiseerd Norm Acties 2006 - 2008

Implementatie FUWA-VO 2002 Uitwisseling functieboeken Afstemming functiebouwwerken onderwijsfuncties m.b.t. functiedifferentiatie 1 augustus 2007 50% van de besturen hanteren Werkkringmodel voor functiedifferentiatie Follow-up bijeenkomst(en) Inventarisatie verschilpunten Ontwikkelen Werkkringmodel functiedifferentiatie Competentiebeleid Bekwaamheidsdossiers Feedbackinstrument competentieontwikkeling Instrument voor samenstellen POP 1 augustus 2007 80% van de scholen hanteert een feedbackinstrument en een instrument voor POP Inventarisatie stand van zaken m.b.t. competentieontwikkeling Introductie zelfbouwpakket POP Organiseren regionale bijeenkomsten. Ontwikkelen actieplan Interne audit en visitatie Instrument voor kwaliteitszorg Visitatiestructuur Werkkringscholen 1 augustus 2008 80% van de scholen hanteert een instrument van kwaliteitszorg Inventarisatie stand van zaken kwaliteitszorg Ontwikkelen actieplan en voorstel visitatiestructuur Werkkring


16


BEGROTING 2005 Budget 2005

TOELICHTING OP DE EXPLOITATIE

Budget 2004

Werkelijk 2004

Opbrengsten Bijdrage deelnemers Vergoeding Vervangingsfonds Bijdrage deelnemers werkdrukonderzoek Totaal baten

217.80087.54626.454331.800-

158.355158.355-

190.971190.971-

Personeelskosten Bestuursleden Directie Bestuursassistentie Secretariële ondersteuning Dienstreizen Totaal personeelskosten

36.000 15.000 5.000 2.500 58.500

16.005 32.500 20.400 1.450 5.000 75.355

33.470 14.233 3.437 2.174 53.314

Kernactiviteiten Werkkring Werving/advertentie Website Scholing Conferentiekosten Project opleiden in de school Project werkdrukonderzoek Project POP Totaal kernactiviteiten

56.000 10.000 15.000 55.000 114.000 6.800 256.800

7.500 55.000 62.500

65.232 1.875 21.438 37.248 125.793

Algemene kosten Administratiekosten Accountant Kopieerkosten/drukwerk Advieskosten Public Relations Overige kosten

4.000 1.000 1.000 3.000 4.500 3.000

4.000 1.000 3.000 2.500 10.000

4.000 1.000 2.467 2.083

Totaal algemene kosten

16.500

20.500

9.550

Totaal lasten

273.300

83.000

135.343

Totaal resultaat

-

-

2.314-

Financiële exploitatie Rente inkomsten bank Bankkosten

-

-

46767

Totaal resultaat financiële exploitatie

-

-

400-

TOTAAL RESULTAAT

-

-

2.714-


17


Business plan. Stichting Werkkring. Alkmaar 1 augustus 2005

Recommend Documents