Brussel, 19 januari 2005 041208_Advies_reguleringsmanagement
Aanbeveling Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Inhoud Inhoud .................................................................................................................................... 2 1.
Samenvatting .............................................................................................................. 3
2.
Aanleiding en situering............................................................................................... 7
3. 3.1. 3.2. 3.3. 3.4.
De structurele uitbouw van het reguleringsmanagement ......................................... 9 Belang van goede regelgeving ...................................................................................... 9 Reguleringsmanagement ............................................................................................ 10 Belang van de structurele uitbouw van het reguleringsmanagement ........................... 11 Korte evaluatie van de structurele uitbouw van het reguleringsmanagement in Vlaanderen ................................................................................................................. 12 Aanbevelingen van de SERV ...................................................................................... 14 Operationalisering van reguleringsimpactanalyse .................................................. 14 Verbetering van de planning en transparantie van het regelgevingsproces ............ 15 Vergroting van de rol van doelgroepen en adviesraden.......................................... 16 Versterking van de capaciteit om goede regelgeving te maken .............................. 19 Intensifiëring van de samenwerking met e-government.......................................... 22 Besluit......................................................................................................................... 24
3.5. 3.5.1 3.5.2 3.5.3 3.5.4 3.5.5 3.6.
4. Actieplan reguleringsmanagement .......................................................................... 25 4.1. Herziening van het werken met actieplannen en voortgangsrapporten ........................ 25 4.1.1 Rollend actieplan ................................................................................................... 25 4.1.2 Scorebord .............................................................................................................. 26 4.1.3 Actieplannen per beleidsdomein ............................................................................ 27 4.1.4 Naast bottom up ook top down............................................................................... 27 4.2. Prioritaire projecten voor het nieuwe actieplan ............................................................ 28 4.2.1 Voer uit wat al gepland was ................................................................................... 29 4.2.2 Voer uit wat beloofd was........................................................................................ 30 4.2.3 Vul prioritaire leemtes op ....................................................................................... 31 4.2.4 Voorstellen voor reguleringsimpactevaluatie .......................................................... 33 Referentielijst....................................................................................................................... 34 5.
Bijlagen: projectvoorstellen ..................................................................................... 35
2
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
1. Samenvatting Situering Op 17 december 2004 keurde de Vlaamse regering de instructies voor de opmaak van het actieplan reguleringsmanagement 2005 goed. De beleidsdomeinen moeten tegen 1 februari 2005 vereenvoudigingsvoorstellen formuleren. Beleidsdomeinen die kiezen voor de opmaak van een eigen actieplan krijgen daarvoor tijd tot 1 maart 2005. Tegen 31 maart 2005 worden alle voorstellen gebundeld in een door de Vlaamse regering goedgekeurd nieuw actieplan reguleringsmanagement. De SERV formuleert in deze aanbeveling pro-actief en op eigen initiatief een reeks voorstellen voor het nieuwe actieplan van de Vlaamse regering. Wel vroeg de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Buitenlands beleid, Media en Toerisme intussen de SERV op 17 januari 2005 om “de voorstellen van het middenveld te bundelen en te bezorgen aan de Kenniscel Wetsmatiging”. De voorstellen in deze aanbeveling hebben zowel betrekking op structurele initiatieven als op vereenvoudigingsprojecten. Vereenvoudigingsprojecten maken concrete resultaten zichtbaar op het terrein. Structurele ingrepen in het regelgevingsproces en de organisatie ervan moeten zorgen voor meer betekenisvolle en blijvende verbeteringen van de wetgevingskwaliteit. De SERV gaat ervan uit dat de Vlaamse regering terdege met die voorstellen rekening houdt. De verbetering van de kwaliteit van de Vlaamse regelgeving kan immers niet alleen ‘aanbodgedreven’ gebeuren, via een bevraging van de diverse administraties, maar moet ook en vooral vanuit de vraagzijde plaatsvinden, vanuit wat er leeft bij de doelgroepen van het beleid. Structurele maatregelen Vlaanderen heeft volgens de SERV op zeer korte termijn een goede basis gelegd voor een performant reguleringsmanagement. Dat was ook nodig. Vlaanderen liep immers achter op het vlak van capaciteiten en werkwijzen om goede regelgeving te maken. De klemtoon moet volgens de raad dan ook liggen bij de consolidatie, volgehouden toepassing en verfijning van de noodzakelijke hervormingen waartoe reeds werd beslist. De belangrijkste structurele maatregelen voor 2005 zijn volgens de SERV: 1. De operationalisering van reguleringsimpactanalyse (RIA). De SERV vraagt dat de nieuwe Vlaamse regering prioritair werk maakt van de verdere operationalisering van RIA in Vlaanderen in overeenstemming met de internationale beste praktijken. 2. De verbetering van de planning en transparantie van het regelgevingsproces. De SERV vraagt de invoering op korte termijn van een regelgevingsagenda en het selectief gebruik van ‘witboeken’ voor belangrijke nieuwe regelgeving.
3
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
3. De vergroting van de rol van doelgroepen en adviesraden. De SERV vraagt dat raadpleging van doelgroepen en adviesraden wordt gezien als een onmisbaar instrument voor de bevordering van de regelgevingskwaliteit, en dringt aan op een betere planning en coördinatie en voldoende ruime adviestermijnen. De SERV vraagt tevens dat de rol van doelgroepen en adviesraden wordt versterkt bij de voorbereiding van de Vlaamse inbreng rond belangrijke Europese en internationale regelgeving in opmaak. 4. De versterking van de capaciteit om goede regelgeving te maken. De SERV vraagt dat de capaciteit om goede regelgeving te maken wordt versterkt, zowel bij individuele ambtenaren en medewerkers als op het niveau van organisaties (concreet: een afdeling, VOI, administratie of departement), van netwerken, van de Vlaamse overheid (incl. Vlaams Parlement) en van de ‘civil society’. 5. De intensifiëring van de samenwerking met e-government. De SERV vraagt dat, vooral voor het verminderen van administratieve lasten, de samenwerking tussen reguleringsmanagement en e-government wordt versterkt. De SERV meent dat daarnaast ook een belangrijke cultuurverandering zal moeten plaatsvinden, wil het reguleringsmanagement daadwerkelijk en structureel de kwaliteit van de Vlaamse regelgeving kunnen verbeteren. Dit hoort uiteraard ook een zorg van het Vlaamse Parlement te zijn. Dat vergt politiek leiderschap, zowel in de Vlaamse regering als in het Vlaams parlement. Actieplan reguleringsmanagement De SERV waardeert dat ook in de nieuwe regeerperiode zal worden gewerkt met actieplannen en voortgangsrapporten reguleringsmanagement. Niettemin dringen zich enkele bijsturingen op, naarmate het reguleringsmanagement groeit. - De SERV meent dat de verslaggeving over de voortgang van het reguleringsmanagement best anders wordt georganiseerd nu er steeds meer beleidsdomeinen terzake actief zijn en diverse projecten worden opgestart. Concreet stelt de SERV voor om de verslaggeving te ontdubbelen in enerzijds een website met projectfiches en anderzijds een boordtabel met beleidsindicatoren. Een samenvatting van die informatie kan in een jaarlijks voortgangsrapport voor het Vlaams parlement en het brede publiek worden opgenomen. - De SERV is voorstander van de aangekondigde evolutie van centrale actieplannen naar actieplannen per beleidsdomein. Maar ook bij actieplannen per beleidsdomein blijft een centrale aansturing, coördinatie en ondersteuning essentieel, zowel om generieke problemen aan te pakken als om beleidsdomeinoverschrijdende projecten te detecteren en uit te voeren. Verder zijn volgens de SERV richtlijnen noodzakelijk om ervoor te zorgen dat de departementele actieplannen een voldoende hoog ambitieniveau en kwaliteitsniveau halen. - De SERV stelt voor om de huidige bottom-up aanpak aan te vullen met een aanpak waarbij regelgeving meer horizontaal wordt doorgelicht aan de hand van duidelijke criteria of
4
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
volgens een welomschreven methodiek, eventueel uitgevoerd door een of meer tijdelijke, onafhankelijke commissies of een task force met een beperkt aantal experten. Correcte uitvoering van het lopende actieplan en eerder beloofde projecten Voor de SERV is de correcte uitvoering van de vele vroeger aangekondigde projecten van groot belang. Momenteel is immers slechts 1 op 3 projecten van het vorige actieplan reguleringsmanagement afgerond. Bovendien zijn niet alle resultaten van de uitgevoerde projecten even betekenisvol. Voor de SERV is het daarbij ook van belang dat beter wordt nagegaan waarom sommige projecten niet correct werden uitgevoerd zoals gepland, en waarom sommige projecten niet de verhoopte resultaten hebben opgeleverd. Het heeft immers geen zin een hele reeks nieuwe projecten te lanceren als ze door dezelfde oorzaken en mechanismen niet kunnen worden afgerond of niet tot de gewenste effecten leiden. Verder herneemt de SERV in dit advies de voorstellen die hij voor het vorige actieplan reguleringsmanagement formuleerde, en die nog niet werden opgestart of beëindigd. Voor die projecten werd immers beloofd dat ze in een volgend actieplan zouden worden opgenomen. Dat werd bevestigd naar aanleiding van de ondernemingsconferentie van december 2003. Nieuwe projecten voor het actieplan Ondanks de vele projecten die in het kader van het reguleringsmanagement werden opgestart, is het duidelijk dat vandaag lang niet alle problemen worden aangepakt. Er kunnen belangrijke leemtes worden vastgesteld die een dringende aanpak rechtvaardigen. De prioritaire projecten die de SERV in dit advies naar voor schuift, zijn enerzijds geselecteerd op het feit dat het concrete projecten zijn, die binnen een relatief korte periode een belangrijke verbetering met zich mee kunnen brengen. Anderzijds heeft de SERV ook gemeend bredere thema’s te moeten aangeven waardoor meerdere problemen tegelijk kunnen worden aangepakt in plaats van regelgeving per regelgeving te vereenvoudigen. Die thema’s zijn: - stroomlijning informatie en gegevensverstrekking - automatische toekenning - betaling - evaluatie van informatieverplichtingen – vermijden dubbele gegevensopvraging - codificatie Per ‘cluster’ worden in het advies slechts enkele voorbeelden van projecten gegeven die de problematiek illustreren. Uiteraard zijn binnen elke cluster nog vele andere projecten mogelijk. De SERV onderstreept dat, naast de in dit advies geformuleerde voorstellen, de sociale partners momenteel ook over een reeks andere onderwerpen in de SERV het debat voeren, onder meer in het kader van de werkgelegenheidsconferentie, de werkgroep fiscaliteit, VESOC, aangekondigde adviesvragen, enz. De SERV zal bijgevolg ook in andere adviezen, standpunten en aanbevelingen voorstellen voor de verbetering van de kwaliteit van de regelgeving formuleren. De raad vraagt dat ook die worden meegenomen bij de voorbereiding van een nieuw actieplan.
5
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Reguleringsimpactevaluatie In de beleidsnota bestuurszaken 2004-2009 is voorzien dat de Vlaamse regering, op advies van de strategische adviesraden, een deel van de bestaande wetgeving zal aanduiden waarvoor een reguleringsimpactevaluatie (RIE) moet gebeuren. De SERV gaat er dan ook vanuit dat hij om advies zal worden gevraagd over de voorstellen van de regering terzake. Naar aanleiding daarvan zal de SERV indien nodig ook eigen voorstellen formuleren. In elk geval vraagt de raad dat die selectie prioritair thema’s bevat van groot sociaal-economisch belang. SERV als actieve partner De SERV heeft in belangrijke mate mee aan de basis gelegen van de uitbouw in Vlaanderen van het reguleringsmanagement. Goede regelgeving is volgens de SERV immers van groot belang. Wetgeving is en blijft niet alleen een essentieel instrument om sociaal-economische en andere maatschappelijke doelstellingen te realiseren. De kwaliteit van het overheidsbestuur, en van de reglementering in het bijzonder, wordt bovendien een steeds belangrijker determinant voor het concurrentievermogen, het aantrekken van buitenlandse investeringen en de economische groei op langere termijn. Ook in de nieuwe regeerperiode wil de SERV een actieve partner zijn voor het Vlaamse reguleringsmanagement. Wanneer, zoals gesteld in de beleidsnotabestuurszaken, bij de samenstelling van het nieuwe actieplan reguleringsmanagement voorrang wordt gegeven aan projecten met impact op burgers of ondernemingen, bekleedt de SERV uiteraard een bijzondere positie, zowel naar werkenden, werkzoekenden als naar bedrijven.
6
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
2. Aanleiding en situering In uitvoering van het regeerakkoord en van de beleidsnota bestuurszaken 2004-2009 keurde de Vlaamse regering op 17 december 2004 de instructies voor de opmaak van het actieplan reguleringsmanagement 2005 goed. De beleidsdomeinen moeten tegen 1 februari 2005 vereenvoudigingsvoorstellen formuleren. Beleidsdomeinen die kiezen voor de opmaak van een eigen actieplan krijgen daarvoor tijd tot 1 maart 2005. Tegen 31 maart 2005 worden alle voorstellen gebundeld in een door de Vlaamse regering goedgekeurd nieuw actieplan reguleringsmanagement. Bij het formuleren van de voorstellen moeten de beleidsdomeinen zich baseren op vijf bronnen: het Vlaams regeerakkoord, het meldpunt voor administratieve lasten (Kafka), de vereenvoudigingsvoorstellen die voortvloeien uit de toepassing van de compensatieregeling, voorstellen vanuit de adviesraden, belangengroepen, ondernemingen en organisaties, burgers… en ideeën van de administratie of de vakminister. De SERV formuleert in deze aanbeveling pro-actief en op eigen initiatief een reeks voorstellen voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement van de Vlaamse regering. Over die voorstellen vond op 15 december 2004 een overleg plaats met het hoofd van de Kenniscel Wetsmatiging, de projectleider e-government en vertegenwoordigers van het kabinet van de bevoegde minister. Wel vroeg de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme intussen de SERV op 17 januari 2005 om de “voorstellen van het middenveld te bundelen en te bezorgen aan de Kenniscel Wetsmatiging”. De SERV gaat ervan uit dat de Vlaamse regering terdege met de voorstellen in deze aanbeveling rekening houdt. De verbetering van de kwaliteit van de Vlaamse regelgeving kan immers niet alleen ‘aanbodgedreven’ gebeuren, via een bevraging van de diverse administraties, maar moet ook en vooral vanuit de vraagzijde plaatsvinden, vanuit wat er leeft bij de doelgroepen van het beleid. Wanneer, zoals gesteld in de beleidsnota, bij de samenstelling van het actieplan voorrang wordt gegeven aan projecten met impact op burgers of ondernemingen, bekleedt de SERV uiteraard een bijzondere positie, zowel naar werkenden, werkzoekenden als naar bedrijven. Het nieuwe actieplan reguleringsmanagement zal, zoals in het verleden, zowel structurele initiatieven als concrete vereenvoudigingsprojecten bevatten. De beleidsnota stelt terecht: “Beide instrumenten zijn nodig. Structurele initiatieven garanderen een aanpak in de diepte, terwijl concrete vereenvoudigingsprojecten op korte termijn resultaten tastbaar maken op het terrein”. Aansluitend bij die voorgenomen structuur, bevat het voorliggend advies twee onderdelen. In een eerste deel wordt ingegaan op de structurele uitbouw van het Vlaamse regule-
7
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
ringsmanagement. In een tweede deel formuleert de SERV een reeks prioritaire projectvoorstellen.
8
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
3. De structurele uitbouw van het reguleringsmanagement 3.1. Belang van goede regelgeving Wetgeving is en blijft een essentieel instrument om sociaal-economische en andere maatschappelijke doelstellingen te realiseren. Die doelstellingen kunnen echter alleen op een goede manier worden gerealiseerd als ook de bijbehorende regelgeving van goede kwaliteit is. Maar vandaag heeft veel wetgeving ongewenste of onbedoelde neveneffecten. Er wordt veel gereglementeerd met weinig samenhang, er zijn veel administratieve formaliteiten en procedures, regelgeving blijkt niet te werken, is niet uitvoerbaar of handhaafbaar en moet kort na haar uitvaardiging alweer gewijzigd worden, nalevingskosten voor burgers, ondernemingen of lokale besturen zijn hoger dan noodzakelijk, enz. De kwaliteit van het overheidsbestuur, en van de reglementering in het bijzonder, wordt bovendien een steeds belangrijker determinant voor het concurrentievermogen, het aantrekken van buitenlandse investeringen en de economische groei op langere termijn (naast macroeconomische stabiliteit en technologische innovatie). Dat heeft ook te maken met de globalisering van de economie en de economische en monetaire eenmaking in Europa, die het macro-economisch instrumentarium van landen om economische activiteiten aan te trekken hebben verkleind. Bovendien is de kwaliteit van de regelgeving een belangrijke factor voor het stimuleren van innovatie. Samengevat is goede regelgeving dus van groot belang om een breed palet van sociaaleconomische doelstellingen te kunnen realiseren, om onnodige kosten, lasten en negatieve sociaal-economische effecten te vermijden, en om het concurrentievermogen van Vlaanderen en de aantrekkingskracht voor buitenlandse investeringen op langere termijn veilig te stellen. Daarom is goede regelgeving ook voor de SERV een prioriteit. De SERV is dan ook al een hele tijd actief rond ‘goede regelgeving’. De SERV heeft in belangrijke mate mee aan de basis gelegen van de uitbouw van het reguleringsmanagement in Vlaanderen1. Ook nadien werden de Vlaamse sociale partners omwille van hun ervaring en expertise regelmatig betrokken. Zo formuleerde de SERV in 2003 op vraag van de toenmalige minister-president een reeks prioritaire projectvoorstellen voor het actieplan reguleringsmanagement 2003-2004 en werd op eigen initiatief geadviseerd over de invoering in Vlaanderen van reguleringsimpactanalyse (RIA). Gezien het sociaal-economisch belang, wil de SERV ook
1
SERV (1997); SERV (1998).
9
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
in de nieuwe regeerperiode een actieve partner zijn in de uitbouw van het reguleringsmanagement in Vlaanderen.
3.2. Reguleringsmanagement De verbetering van de kwaliteit van de wetgeving staat al lang op de politieke agenda, maar de laatste jaren is de maatschappelijke en politieke relevantie van dat thema alleen toegenomen. Getuigen daarvan zijn een reeks belangrijke beslissingen van de Vlaamse regering, de federale overheid en de Europese Raad en Commissie. Ook het Vlaamse regeerakkoord van juli 2004 legt een grote klemtoon op kwaliteitsvolle regelgeving en vereenvoudiging. Tegelijk kunnen zowel in Vlaanderen als federaal en in Europa belangrijke inhoudelijke verschuivingen in de beleidsaanpak worden vastgesteld. Het discours verschuift duidelijk van ‘deregulering’ (‘minder regels en minder overheid’) naar ‘reguleringsmanagement’ (‘beter reguleren en betere regelgeving maken’), en van een projectaanpak (ex post, ad hoc, instrumenteel) naar ‘governance’ (klemtoon op processen, structuren, organisatie, transparantie, verantwoording, …). Reguleringsmanagement is kort gezegd het beleid gericht op beter reguleren en betere regelgeving maken. Het kan volgens de SERV worden omschreven als het geheel van organisatorische, instrumentele, procesmatige en institutionele beleidsmaatregelen bedoeld om de efficientie, transparantie en verantwoording van de regelgeving te verbeteren. Reguleringsmanagement is inderdaad niet hetzelfde als deregulering. Deregulering wil de rol van de overheid terugdringen door een programma van bezuinigingen op directe overheidsuitgaven en overdrachten, privatiseringen en afschaffing van belemmerende regels en beperkingen voor het bedrijfsleven. Reguleringsmanagement daarentegen is gericht op betere regelgeving (het ontwikkelen van meer efficiënte en doeltreffende regelgeving), en op beter reguleren (het beter oplossen van maatschappelijke vragen en problemen, waarbij regelgeving wordt gezien als één van de mogelijke opties naast andere)2. Reguleringsmanagement is neutraal ten opzichte van de omvang van de overheid. Anders dan bij deregulering, ligt bij reguleringsmanagement de klemtoon niet op volume maar op kwaliteit van wetgeving, niet op problemen veroorzaakt in het verleden maar op betere reglementering in de toekomst, niet op de output van het regelgevingsproces (de wettekst zelf) maar op de inputs en de systeemkenmerken van het wetgevingsproces.
2
Dat neemt niet weg dat in vele landen het reguleringsmanagement is gegroeid vanuit een dereguleringsoperatie, en vooral vanuit de frustratie over de beperkte resultaten van dergelijke operatie. Van daaruit groeide het besef dat een intelligenter programma nodig was, hetgeen heeft geleid tot een nieuw en meer geavanceerd programma van ‘better regulation’.
10
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Reguleringsmanagement kent een internationale dynamiek die nauw samenhangt met ‘good governance’. In tal van landen hebben de afgelopen jaren hervormingen plaatsgevonden die moeten zorgen voor regelgeving van betere kwaliteit. In Europa speelt de Europese Commissie een actieve rol in zowel het promoten van reguleringsmanagement bij de lidstaten als het implementeren daarvan in de eigen werking. Vooral op dat laatste vlak zijn er de voorbije jaren grote sprongen voorwaarts gemaakt door de activiteiten van de Commissie inzake (a) het vereenvoudigen en verbeteren van de bestaande regelgeving, (b) het bevorderen van consultatie, dialoog en participatie en (c) de invoering van een systeem van impactanalyse.
3.3. Belang van de structurele uitbouw van het reguleringsmanagement Anders dan in het verleden, wil reguleringsmanagement de wetgeving niet zozeer vereenvoudigen en verbeteren door vereenvoudigingscommissies of een veelvoud aan vereenvoudigingsprojecten. Zulke commissies en projecten zijn wellicht nodig om snel zichtbare resultaten te boeken, maar toch is die aanpak op langere termijn niet effectief. Vooral omdat in vereenvoudigingsprojecten enkel aandacht uitgaat naar bestaande regelgeving. Die kunnen inderdaad sneller tot zichtbare resultaten leiden, maar nog belangrijker is het bewaken dat de nieuwe regelgeving aan hoge kwaliteitsnormen voldoet. Ten tweede is de invalshoek van vereenvoudigingsprojecten meestal beperkt. Ze bekijken de administratieve lasten. Of de juridisch-technische samenhang. Of de uitvoerbaarheid. Maar dat betekent dat andere aspecten die ook mee de kwaliteit van de wet bepalen niét worden bekeken, en dat die problemen blijven bestaan. Ten derde slagen vereenvoudigingsprojecten of vereenvoudigingscommissies er nooit in structureel dingen te wijzigen. Daarvoor moet het regelgevingsproces zelf heringericht worden, en zijn organisatorische en instrumentele aanpassingen vereist. Zonder die aanpassingen blijft het met veel vereenvoudigingsprojecten uiteindelijk toch wat ‘aanmodderen in de marge’. Dat betekent dat de enorme hoeveelheid nieuwe regels, en vooral de gebrekkige kwaliteit ervan, dieperliggende oorzaken kent die niet door een of andere commissie en zelfs niet door duizend vereenvoudigingsprojecten kunnen worden opgelost. De noodzakelijke structurele verbetering van de kwaliteit van de wetgeving is enkel mogelijk door ingrepen in de manier waarop de regelgeving tot stand komt. Die ingrepen moeten ervoor zorgen dat de aandacht voor de kwaliteit van de wetgeving een permanente, gedeelde zorg is in alle fasen van het regelgevingsproces. Er zijn dus structurele maatregelen nodig die zorgen voor een blijvende verbetering van de wetgevingskwaliteit, met aandacht voor de integrale kwaliteit van de regelgeving (dus niet alleen voor de kwantiteit of de juridische kwaliteit), voor de systematische evaluatie van be-
11
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
staande regelgeving én regelgeving in opmaak (dus niet alleen ex post) en voor organisatorische en structurele hervormingen (dus niet alleen voor vereenvoudigingsprojecten en handleidingen). Dat is volgens de SERV de werkelijke missie van het reguleringsmanagement, ook in Vlaanderen. Dat structurele maatregelen nodig zijn, mag uiteraard geen excuus zijn om niet ook concreet via projecten de kwaliteit van de bestaande regelgeving te verbeteren en administratieve lasten weg te werken.
3.4. Korte evaluatie van de structurele uitbouw van het reguleringsmanagement in Vlaanderen De start van het reguleringsmanagement kan worden gelegd bij de beslissing van de Vlaamse regering van 25 juli 2000 tot goedkeuring van een "algemeen kader voor de vereenvoudiging van wetgeving, procedures en regels”3. In overeenstemming met de beste praktijken in andere landen werd een "cel Reguleringsmanagement" opgericht, intussen herdoopt tot “Kenniscel Wetsmatiging”. Die kenniscel werd operationeel eind 2002, en is sindsdien de draaischijf voor de verdere uitbouw en implementatie van het reguleringsmanagement in Vlaanderen. Er werden in die periode zowel concrete vereenvoudigingsprojecten als structurele initiatieven opgezet om de kwaliteit van de Vlaamse regelgeving te verbeteren. Die werden vanaf 2002 opgenomen in jaarlijkse actieplannen, waarover jaarlijks werd gerapporteerd in een voortgangsrapport. Aanvankelijk werd het Vlaamse reguleringsmanagement uitgebouwd langs drie inhoudelijke sporen. Administratieve lastenverlaging (ALV) is het grondig aanpassen en herschrijven van administratieve processen, procedures en formulieren met het oog op de vereenvoudiging daarvan voor de doelgroepen. Juridisch-technische vereenvoudiging (JTV) is het beter ordenen van wetgeving, het uitwieden van dubbele, overbodige of verouderde regels, het herschrijven van inconsistente regels enz. om de hoeveelheid regelgeving te verminderen en ze transparanter en eenvormiger te maken. Reguleringsimpactanalyse (RIA) is het verbeteren van de kwaliteit van de regelgeving door op systematische wijze voor een nieuwe regel vooraf de noodzaak, mogelijke opties en effecten te analyseren, zodat zowel de onderbouwing als de consultatie en de motivering van regelgeving verbetert. Die inhoudelijke sporen volstaan evenwel niet. Er is meer nodig dan een reeks technieken, instrumenten en handleidingen. Zij moeten worden aangevuld en ondersteund door de ontwikkeling van een structureel reguleringsbeleid ('reguleren van de regelgevers') en de bijbeho3
Dat algemeen kader was vrijwel volledig gebaseerd op de principes en resultaten van een onderzoek van de SERV, gepubliceerd als bijlage bij het SERV-aanbeveling uit 1998 “voorstellen voor de evaluatie van de milieureglementering”, op zijn beurt geïnspireerd door de internationale beste praktijken zoals verzameld door de OESO.
12
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
rende managementcapaciteiten en -instanties, die belast worden met het promoten van de kwaliteit van de regelgeving, het initiëren van veranderingen en hervormingen, en het coördineren van de activiteiten. Daartoe behoren ook veranderingen in de organisatiestructuur en het procesverloop van regelgeving binnen de Vlaamse administratie en het politieke beleidsniveau, en maatregelen voor de versterking van een politiek, ambtelijk en maatschappelijk draagvlak. Ook hier werden de voorbije jaren een aantal initiatieven genomen, waaronder de goedkeuring door de Vlaamse regering van ‘kenmerken van goede regelgeving’, de opname van ‘wetsmatiging’ als generieke doelstelling voor alle leidende ambtenaren, de opmaak van een leidraad reguleringsmanagament voor leidende ambtenaren, de integratie van reguleringsmanagament in de werking van Interne Audit, de invoering van de lichte reguleringsimpactanalyse, de invoering van de ‘compensatieregel administratieve lasten’, enz. Vlaanderen heeft volgens de SERV op zeer korte termijn een goede basis gelegd voor een performant reguleringsmanagement in overeenstemming met de internationale beste praktijken. Dat was ook nodig. België en Vlaanderen liepen achter op het vlak van institutionele vernieuwing gericht op betere regelgeving. De capaciteit en werkwijzen om goede regelgeving te maken moesten sterk verbeteren. De voorbije twee jaar werden heel wat maatregelen en voorstellen uitgewerkt, zowel binnen de Vlaamse administratie als daarbuiten4. Het regeerakkoord van juli 2004 bevestigt de wil van de Vlaamse regering om verder te werken aan de uitbouw van een volwaardig reguleringsmanagement in Vlaanderen. Maar de weg is nog lang. Het reguleringsmanagement heeft immers nog maar weinig zichtbaar en voelbaar resultaat opgeleverd. De meerderheid van de maatregelen moeten nog worden ingevoerd en toegepast, en ook nadien zal het wellicht enige tijd duren vooraleer de structurele ingrepen van het reguleringsmanagement merkbaar verschil maken. Maar er is geen andere weg. Vooral via structurele ingrepen is volgens de SERV een betekenisvolle en blijvende verbetering van de wetgevingskwaliteit mogelijk. In feite begint dus nu pas het echte werk: het verkrijgen van een breder draagvlak en steun voor die maatregelen en voorstellen die op tafel liggen, en die vervolgens uitvoeren. Daarvoor is politiek leiderschap en een sterke betrokkenheid van het middenveld nodig, en een langere periode van consolidatie, volgehouden toepassing en verfijning van de noodzakelijke hervormingen.
4
Zie onder meer CORDOVA-NOVION e.a. (2004), VAN HUMBEECK (2004), POPELIER e.a. (2004), GOETEYN
e.a. (2004), STEURS e.a. (2004).
13
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
3.5. Aanbevelingen van de SERV De belangrijkste prioriteiten voor 2005 in de structurele uitbouw van het reguleringsmanagement zijn volgens de SERV: 1. Operationalisering van reguleringsimpactanalyse (RIA). 2. Verbetering van de planning en transparantie van het regelgevingsproces. 3. Vergroting van de rol van doelgroepen en adviesraden. 4. Versterking van de capaciteit om goede regelgeving te maken. 5. Intensifiëring van de samenwerking met e-government. 3.5.1
Operationalisering van reguleringsimpactanalyse
Nog te vaak blijkt achteraf, nadat de regelgeving al is goedgekeurd, dat ze niet werkt, dat de doelstellingen niet worden gehaald, dat de kosten te hoog zijn, dat ze niet uitvoerbaar is, dat er onbedoelde neveneffecten zijn enz. Vandaag zijn er op ambtelijk niveau5 inderdaad geen mechanismen in het Vlaamse regelgevingsproces die regelgevers aansporen om alternatieven voor traditionele regelgeving (communicatie, benchmarking, convenanten, …) in een vroeg stadium te overwegen. Geen instrumenten die de maatschappelijke kosten-baten verhouding bewaken, ongewenste negatieve effecten vermijden en onnodige kosten en lasten tegengaan. Geen voorzieningen die vooraf de uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid inschatten6. De enige controlemechanismen op ambtelijk niveau betreffen de impact op de overheid zelf (budgettair, personeel, lokale besturen)7. Reguleringsimpactanalyse of RIA wil die problemen vermijden door een betere voorbereiding en onderbouwing, zodat regelgeving ontstaat die noodzakelijk, doeltreffend, doelmatig, afgewogen, uitvoerbaar en handhaafbaar is. Een RIA is een gestructureerde analyse van de beoogde doelstellingen en van de verwachte positieve en negatieve effecten van een voorgenomen regelgeving in vergelijking met alternatieven. RIA is daarnaast ook een belangrijk instrument in de communicatie tussen overheid en burger en bij de motivering van regelgeving. Het verhoogt de transparantie van het regelge-
In de praktijk spelen adviesraden hier ook een belangrijk rol, maar hun advies wordt niet altijd gevraagd, het advies komt soms te laat en termijnen zijn vaak te kort. 6 Voor de volledigheid wordt vermeld dat de doelmatigheidsanalyse die de Inspectie van Financiën vereist(e) een aantal van deze aspecten behandelt. Die doelmatigheidsanalyse wordt echter in de meeste beleidsdomeinen niet langer toegepast. 7 Vlaanderen bevindt zich dus in de merkwaardige situatie dat in het regelgevingsproces de kosten voor de overheid wel moeten worden ingeschat, en niet de dikwijls veel hogere kosten voor de bedrijven, gezinnen en organisaties die de regelgeving moeten naleven. 5
14
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
vingsproces en geeft meer inzicht in de beweegredenen voor een bepaalde regelgeving. RIA is ten derde ook een instrument voor beleidsafstemming. Vandaag wordt regelgeving vaak voorbereid binnen één administratie of departement, waarbij vooral wordt gekeken naar de effecten voor de eigen bevoegdheden, terwijl er vaak belangrijke effecten zijn op andere overheidsdoelstellingen. RIA wil expliciet over de grenzen van beleidsdomeinen kijken en nagaan wat de positieve en negatieve effecten zijn op andere beleidsdomeinen. Met de goedkeuring door de Vlaamse regering op 4 juni 2004 en 17 december 2004 van de invoering van RIA vanaf 1 januari 2005 is een belangrijke stap gezet. De SERV vraagt dat de nieuwe Vlaamse regering prioritair werk maakt van de verdere operationalisering van RIA in Vlaanderen in overeenstemming met de internationale beste praktijken8. De opgemaakte RIA’s moeten volgens de SERV in elk geval openbaar worden gemaakt (bijvoorbeeld op de centrale website www.wetsmatiging.be en op departementele webpagina’s) en wanneer beschikbaar steeds worden toegevoegd aan het regelgevingsdossier dat aan adviesraden en aan het Vlaams parlement wordt overgemaakt. 3.5.2
Verbetering van de planning en transparantie van het regelgevingsproces
In Vlaanderen is het regelgevingsproces ondoorzichtig en ‘gesloten’, zelfs voor ambtenaren. Op dit ogenblik heeft niemand in Vlaanderen een volledig zicht op de regelgeving die op een bepaald ogenblik in opmaak is. Dat bemoeilijkt uiteraard de planning en afstemming. Bovendien blijkt uit tal van buitenlandse voorbeelden dat transparantie van het regelgevingsproces een belangrijke (en goedkope) hefboom is voor de verbetering van de kwaliteit van de regelgeving. Meer informatie over de regelgeving die gepland en in opmaak is draagt bij tot de openheid van de democratische besluitvorming. Het laat de betrokken actoren toe om kennis te nemen van ontwerpregelgeving en vroegtijdig eventuele suggesties voor verbetering te formuleren. Voor beleidsmakers en ministeries vergroten de mogelijkheden voor integratie en coördinatie van het beleid. Twee instrumenten zijn volgens de SERV prioritair om de transparantie te vergroten: een regelgevingsagenda en het selectief gebruik van ‘witboeken’ voor belangrijke nieuwe regelgeving. Een regelgevingsagenda heeft tot doel informatie te bundelen en publiek te verspreiden over de door de verschillende ministers/ministeries geplande nieuwe regelgeving of aanpassingen
8
Zie hierover tevens SERV. Aanbeveling over de Consultatienota Reguleringsimpactanalyse. Brussel, SERV, 21 april 2004.
15
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
aan bestaande regelgeving. Die loutere inventarisatie en registratie van regelgeving in opmaak kan een aanleiding of startpunt zijn voor een echte coördinatie en programmering van regelgeving in opmaak, maar heeft ook vele andere voordelen9. De lijst zou regelmatig moeten worden geactualiseerd en zou best worden gekoppeld aan een meerjarenprogrammering, die samengaat met de termijn van een legislatuur. ‘Witboeken’ zijn conceptnota’s die selectief worden gebruikt voor belangrijke nieuwe regelgeving, op basis waarvan reeds tijdens de conceptfase het politieke en maatschappelijke overleg over de wenselijkheid en inhoud van de nieuwe regelgeving kan gebeuren. Zij kunnen vermijden dat consultatie- en overlegprocessen over belangrijke nieuwe regelgeving (ook politieke binnen de regering) pas starten wanneer er een juridische, regelgevende ontwerptekst is, hetgeen niet altijd efficiënt is. Het werken met witboeken is ingeburgerd in de Europese Unie en landen zoals het Verenigd Koninkrijk. Ook in Vlaanderen werd en wordt soms gewerkt met witboeken, al worden ze niet altijd als dusdanig herkend of benoemd. Dat was bijvoorbeeld het geval bij de voorbereiding van het decreet integraal waterbeleid, en op dit moment wordt de ‘witboek-procedure’ door de Minister van Leefmilieu gevolgd voor de omzetting van de Europese richtlijn betreffende milieuaansprakelijkheid. Dergelijke initiatieven verdienen ondersteuning en navolging, en zouden naar aanleiding van de opmaak van het actieplan 2005 gepromoot kunnen worden. Beide maatregelen (regelgevingsagenda en witboeken) zijn opgenomen in het regeerakkoord, en verdienen volgens de SERV een uitvoering op korte termijn. 3.5.3
Vergroting van de rol van doelgroepen en adviesraden
De voordelen van een goede consultatie van belanghebbenden tijdens het regelgevingsproces zijn velerlei. Het verzekert dat alle relevante belangen in de besluitvorming aan de orde komen. Het bevordert de totstandkoming van een maatschappelijke consensus, waardoor een draagvlak voor de uitvoering ontstaat en de naleving verbetert. Het laat toe de kennis en informatie die bij de betrokkenen aanwezig is te benutten. Het kan tot slot leiden tot een betere verstandhouding en samenwerking tussen overheid en doelgroepen. Vandaag worden adviesraden en doelgroepen, met inbegrip van lokale overheden, niet altijd geconsulteerd. Zo zijn de strategische adviesraden bevoegd voor advisering over decreten strategische uitvoeringsbesluiten. De Vlaamse regering bepaalt echter zelf wanneer een besluit strategisch is, wat zou kunnen leiden tot een uitholling van de adviesbevoegdheid van de raden. Het middenveld dient daarom betrokken te worden bij de afbakening tussen strategi9
Een regelgevingsagenda vergroot ook de mogelijkheden voor afstemming, stroomlijning en samenwerking, en kan helpen om flessenhalzen te vermijden bij de opmaak, advisering en besluitvorming van ontwerpregelgeving.
16
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
sche en niet-strategische uitvoeringsbesluiten. Bovendien kan de Vlaamse regering ook advies vragen inzake niet-strategische uitvoeringsbesluiten. Dit is van belang omdat het vaak de middenveldorganisaties zijn die de uitvoering op het terrein moeten waarmaken. Sommige wetgeving in Vlaanderen komt dus tot stand zonder enige vorm van transparante raadpleging van de betrokkenen die de wetgeving uiteindelijk moeten uitvoeren en naleven. Dat is rekening houdend met de principes van reguleringsmanagement en ‘good governance’ niet langer toelaatbaar. Naast de afwezigheid van transparante consultaties wordt de raadpleging van doelgroepen en adviesraden die vandaag wel gebeurt (voor een groot aantal decreten en in mindere mate voor besluiten) soms louter bekeken als een vertragende stap in de besluitvorming, terwijl die volgens de SERV moeten worden gezien als een onmisbaar instrument voor de bevordering van de regelgevingskwaliteit. Het probleem voor die regelgeving zit dus zowel in het gebrek aan raadpleging, als in de gebrekkige randvoorwaarden waarbinnen die raadpleging plaatsvindt. Doelgroepen en adviesraden worden dikwijls geconfronteerd met zeer korte adviestermijnen (enkel dagen, en ook voor zeer ingrijpende regelgeving zelden meer dan één maand) en zijn periodiek overbelast door het gebrek aan planning van de regelgevingsagenda. Soms komt die consultatie ook te laat in het regelgevingsproces. Het zwaartepunt van de inhoudelijke voorbereiding en de politieke discussie ligt immers vóór de eerste principiële goedkeuring door de Vlaamse regering. Nadien is het politiek moeilijk of zelfs onmogelijk om nog fundamentele wijzigingen aan te brengen, waardoor te weinig met de adviezen rekening kan worden gehouden. Betrekken van het middenveld in een vroeg stadium De SERV vindt het daarom belangrijk dat het middenveld in een vroeg stadium van het regelgevingsproces wordt betrokken. In de eerste plaats denkt de SERV hierbij aan de strategische adviesraden. Een concreet aanknopingspunt vormt de RIA. Wat de SERV betreft, is de raad van oordeel dat hij zowel in zijn hoedanigheid van overlegorgaan als van strategisch adviesorgaan ex ante betrokken dient te worden bij de uitwerking van RIA’s. Die taak strookt met het opzet om aan de strategische adviesraden een ruime opdracht toe te kennen in het kader van een optimale beleidsvoorbereiding. De SERV is van oordeel dat de sociale partners zowel door hun expertise en knowhow als hun kennis op het terrein belangrijke kwalitatieve en kwantitatieve informatie kunnen aanleveren voor de inschatting van de directe en indirecte effecten en de afweging van maatschappelijke doelstellingen. De SERV is van oordeel dat dit uitgangspunt niet haaks staat op de doelstellingen om het beslissingsproces vlot te laten verlopen. De SERV is zich ervan bewust dat snelheid en flexibiliteit twee essentiële karakteristieken van het RIA-systeem zijn. Door op een snelle en efficiënte wijze de nodige input aan te leveren voor een RIA wil de raad inspelen op deze sterke troeven van het systeem.
17
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Toetspanels Een ander mechanisme dat vooral in het kader van de vermindering van administratieve lasten wordt gebruikt, betreft de oprichting van toetspanels voor bedrijven en werknemers in de schoot van de SERV, zoals voorzien in de slottekst van de ondernemingsconferentie. De SERV stelt vast dat in de beleidsnota bestuurszaken 2004-2009 opnieuw sprake is van de oprichting van Toetspanels. De SERV wijst evenwel op de beperkte resultaten ervan in andere landen. Die hebben er in Denemarken, waar het meest uitgewerkte systeem bestond, zelfs toe geleid dat de Toetspanels naar verluidt zeer recent werden afgeschaft. Volgens de SERV is het efficiënter om de formele raadpleging van adviesraden te versterken (zie hierna). Als er nieuwe feiten of argumenten zijn om toch Toetspanels op te richten, kunnen die uiteraard in overweging worden genomen. De SERV vraagt dat daarover op korte termijn met hem wordt overlegd. Formele raadpleging van adviesraden Wat de formele raadpleging van adviesraden over voorontwerpen van decreet en ontwerpen van besluit betreft, dringt de SERV aan op een betere planning en coördinatie (cf. supra, regelgevingsagenda) zodat dubbele procedures en overbelasting worden vermeden. Verder moeten voldoende ruime adviestermijnen worden verzekerd en zou op een of andere wijze gemotiveerd verslag moeten worden gegeven van de redenen waarom er al dan niet met de adviezen is rekening gehouden. De SERV vraagt dat die aandachtspunten worden meegenomen bij de geplande hertekening en stroomlijning van het regelgevingsproces in het kader van reguleringsmanagement en e-government (e-regeren). Europese en internationale regelgeving in opmaak Tot slot meent de SERV dat de rol van doelgroepen en adviesraden ook moet worden versterkt bij de voorbereiding van de Vlaamse inbreng rond belangrijke Europese en internationale regelgeving (VN, UNECE, …) in opmaak. Dat kan volgens de SERV best worden gekoppeld aan de invoering van een systeem van reguleringsimpactanalyse voor ontwerpen van Europese richtlijnen en internationale regelgeving met een mogelijk belangrijke impact op Vlaanderen. Dergelijke RIA’s moeten de Vlaamse onderhandelaars in staat stellen om beter onderbouwd en geïnformeerd deel te nemen aan de Europese en internationale besluitvorming. De SERV vraagt dat hij betrokken wordt bij zowel de selectie als de uitvoering van RIA’s over belangrijke ontwerpen van Europese richtlijnen en internationale regelgeving met een mogelijk belangrijke impact op Vlaanderen. In dat verband waardeert de SERV dat de Vlaamse regering in zijn standpunt van 1 oktober 2004 over het voorstel van de Europese richtlijn betreffende diensten op de interne markt, op
18
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
advies van de SERV10, reeds heeft gesteld dat het “noodzakelijk is dat om de precieze gevolgen van deze richtlijn voor de nationale en regionale regulering van de diverse sectoren in te schatten, een verdere en meer doorgedreven impactanalyse wordt gevoerd door zowel de Europese Commissie als door de individuele lidstaten of de daarvan deel uitmakende regio’s met wetgevende bevoegdheid, die zich op het aangewezen niveau bevinden voor zulke doorgedreven impactanalyses”. De Vlaamse regering heeft daarin ook aangekondigd dat de Vlaamse overheid een reguleringsimpactanalyse zal uitvoeren over het voorstel, binnen de inhoudelijke krijtlijnen die de Vlaamse regering op 4 juni 2004 over RIA heeft goedgekeurd. De SERV ondersteunt dat uiteraard11, en herhaalt zijn vraag naar betrokkenheid en regelmatig en tijdig overleg in VESOC. 3.5.4
Versterking van de capaciteit om goede regelgeving te maken
De invoering van nieuwe instrumenten, werkwijzen en procedures volstaat niet. Er is ook capaciteit nodig om ze concreet uit te werken, in te voeren, toe te passen, te ondersteunen, te coördineren, te stimuleren, te controleren, te evalueren, enz. Die capaciteit moet in Vlaanderen nog voor een groot deel worden opgebouwd. Voor een deel zal dit moeten gebeuren via ‘learning by doing’, maar voor een deel vergt dat ook specifieke maatregelen en voorzieningen. Volgens de SERV moet de capaciteitsopbouw in Vlaanderen op vijf niveaus gebeuren: individueel en op het niveau van organisaties, netwerken, de overheid en ‘Vlaanderen’. Dat betekent dat verschillende diensten en instanties een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid hebben (zie tabel).
Aanbeveling van 14 juli 2004 over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de raad betreffende diensten op de interne markt. 11 In zijn aanbeveling van 14 juli 2004 stelde de SERV “Om de precieze gevolgen van de kaderrichtlijn voor de nationale en regionale regulering van de diverse sectoren in te schatten, is een zware reguleringsimpactanalyse het instrument bij uitstek. (…). De impactanalyse van de Europese Commissie zelf is te beperkt en moet door de lidstaten worden aangevuld. Voor Vlaanderen lijkt een RIA (reguleringsimpactanalayse - zware versie) aangewezen”. 10
19
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Individueel niveau De prestatie van individuen in hun functie vormt de basis van het succes van elke actie of beleidsmaatregel. Die prestatie wordt beïnvloed door de middelen die ter beschikking worden gesteld, maar ook door de regels, procedures en praktijken die worden gehanteerd bij aanwerving, opleiding en evaluatie. Op dit niveau zijn volgens de SERV de aanduiding van gespecialiseerde wetgevingsambtenaren en intensieve vormingsprogramma’s voor die ambtenaren (wetgevingsbeleid, RIA, formulieren, legistiek, …) prioritair. Wetgevingsambtenaren zijn voor de SERV ambtenaren die de uitwerking van (goede) regelgeving als essentieel resultaatgebied hebben. Capaciteitsniveau Individueel Organisatie
-
Overheid
-
Maatschappij
-
Netwerk
Prioriteiten voor Vlaanderen Gespecialiseerde wetgevingsambtenaren Intensieve vormingsprogramma’s Centrale, interdisciplinaire cel reguleringsmanagement per entiteit (kan zijn: afdeling, VOI, administratie, departement) Indicatoren reguleringsmanagement Cellen reguleringsmanagement Register regelgeving in opmaak Samenwerking kenniscel reguleringsmanagement met e-government, Interne Audit, … Reguleringsmanagement in Vlaams Parlement Reguleringsmanagement voor onafhankelijke reguleringsinstanties Betrokkenheid en interactie stimuleren tussen burgers, bedrijven, instellingen, middenveldorganisaties, adviesraden, universiteiten, advocatuur, enz. inzake goede regelgeving
Organisatieniveau Het functioneren van organisaties (concreet: een afdeling, VOI, administratie of departement) is eveneens van groot belang, en wordt bepaald door de financiële en personele middelen, en door de regels, procedures en praktijken die worden gehanteerd voor het structureren van de interactie tussen individuen in de organisatie. In Vlaanderen is de opmaak van regelgeving versnipperd over een zeer groot aantal personen, waardoor opleiding, coördinatie en overleg worden bemoeilijkt. Centrale departementele juridische diensten bestaan niet overal en zijn meestal niet sterk uitgebouwd of hebben zeer uiteenlopende taken. Een goed reguleringsmanagement brengt bovendien heel aantal nieuwe taken met zich mee, die best centraal binnen een beleidsdomein worden opgepakt. Daarom is, zoals in vele andere landen, binnen elke relevante entiteit een centrale cel wenselijk die ‘goede regelgeving’ als een unieke focus heeft12. Dat laat toe om de nodige deskundigheid en ervaring uit te bouwen en regelgeving binnen elk beleidsdomein professioneel aan te pakken. Die cel wordt, gelet op het takenpakket, best multidisciplinair samengesteld en niet alleen uit juristen, en dient uiteraard zeer nauw
12
In een aantal beleidsdomeinen zoals leefmilieu en onderwijs is dat reeds voorzien in de toekomstige BBBstructuur.
20
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
samen te werken met collega’s van de beleidsafdelingen. Voor de opvolging van het wetgevingsbeleid op organisatieniveau zouden indicatoren moeten worden uitgewerkt. Netwerk niveau Beleidsmaatregelen en –acties vergen meestal samenwerking of partnership van verschillende mensen en organisaties, van netwerken. De efficiëntie van die netwerken hangt af van de regels, procedures en praktijken die worden gehanteerd voor het structureren van de interactie tussen organisaties. In Vlaanderen bestaat weinig structurele samenwerking tussen overheidsdiensten en -departementen bij de opmaak van regelgeving, waardoor mogelijkheden voor het bevorderen van de samenhang en voor een betere structurering van de wetgeving worden gemist. Daardoor is er ook weinig capaciteit om over afdelingen, administraties en departementen heen dwarsverbanden tussen regelgeving te ontdekken en bij de redactie van nieuwe regelgeving de noodzakelijke samenwerking op te zetten. Ook hier kunnen de reeds vermelde centrale cellen binnen elke entiteit een onvervangbare rol spelen, naast nieuwe mechanismen voor het organiseren van samenwerking en informatie-uitwisseling over de departementen heen. De officiële procedure voor de verspreiding van ontwerpregelgeving binnen de Vlaamse overheid is vandaag immers archaïsch en inefficiënt13. Ze wordt dan ook omzeild14. De SERV suggereert dan ook de invoering van een register regelgeving in opmaak dat alle relevante informatie over toekomstige regelgeving, met inbegrip van de ontwerpteksten zelf, via ICT-kanalen beschikbaar stelt van alle andere overheidsdiensten. Overheidsniveau De acties van individuen, organisaties en netwerken van organisaties zijn ingebed in een ruimere context, die bestaat uit de instituties, regels, procedures en praktijken (‘public governance’) die in grote mate het vermogen van een land bepalen om goed beleid en goede regelgeving op een specifiek terrein te ontwerpen, uit te voeren en op te volgen. Hier beantwoordt Vlaanderen met de oprichting van een centrale cel reguleringsmanagement met een breed takenpakket aan de internationale beste praktijken. De andere prioriteiten liggen hier op de integratie van de aandacht voor reguleringsmanagement in andere centrale of horizontale diensten zoals de cel juridische dienstverlening, Interne Audit en e-government, en in de samenwerking met het federale niveau en de andere gewesten. Daarnaast is er volgens de 13 14
Zie de omzendbrief VR 95/33 van 20 juni 1995 en het huishoudelijk reglement van de Vlaamse regering. De verspreiding van die documenten gebeurt bovendien op papier, niet elektronisch. Vanuit de praktijk kan worden vastgesteld dat er behoefte bestaat aan een betere toegang tot regelgeving in opmaak. Zo contacteren personen en instanties, met inbegrip van Vlaamse ambtenaren (!), niet zelden adviesraden zoals de SERV om snel en efficiënt op te hoogte te geraken van nieuwe ontwerpregelgeving. Organisaties zoals de MiNa-raad en de VREG spelen actief in op deze vraag door op hun website de teksten van ontwerpregelgeving ter beschikking te stellen van het brede publiek. In de realiteit wordt ontwerpregelgeving, formeel ‘vertrouwelijke informatie’ in opmaak verspreid op informele wijze door de politieke en administratieve overheden zelf, of door de adviesinstanties aan hun leden-organisaties en derden (bv. in het kader van hoorzittingen), en van daaruit opnieuw aan andere actoren. In een aantal gevallen wordt regelgeving in opmaak zelfs actief verspreid door adviesinstanties en andere organisaties (cf. de website van de MiNa-Raad, van de VREG, …).
21
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
SERV behoefte aan de uitbouw van een vorm van reguleringsmanagement of breed opgezet wetgevingsbeleid binnen onafhankelijke reguleringsinstanties (type VREG) en binnen het Vlaams Parlement. De recente opmaak van een (legistiek-juridische) handleiding voor de opmaak van voorstellen van decreet kan daarin maar een eerste stap zijn. Maatschappelijk niveau De publieke sector functioneert in een nog bredere culturele, economische en sociale omgeving. De maatschappelijke normen, waarden, kennis en praktijken bepalen grotendeels de maatschappelijke haalbaarheid en aanvaarding van een beleid of regelgeving, en de manier waarop de ‘civil society’ zich opstelt. Hier hebben zowel de SERV als vele andere instanties en organisaties een eigen verantwoordelijkheid en rol om ‘goede regelgeving’ te promoten en te bevorderen: burgers, bedrijven, instellingen, middenveldorganisaties, adviesraden, universiteiten, advocatuur, enz. Zij moeten daar echter ook toe in staat worden gesteld, aangesproken en gestimuleerd. Een periodiek ‘Kafka’ meldpunt volstaat daartoe uiteraard niet. 3.5.5
Intensifiëring van de samenwerking met e-government
Vooral voor het verminderen van administratieve lasten is samenwerking tussen reguleringsmanagement en e-government van wezenlijk belang15. Die samenwerking moet volgens de SERV worden versterkt. Het Vlaams regeerakkoord stelt terzake dat de investeringen in e-government zullen worden voortgezet en dat deze hefboom zal worden gebruikt om procedures te vereenvoudigen. “We verhinderen dat de verschillende organisatie-entiteiten binnen de Vlaamse overheid informatie-eilanden worden en maken intern sluitende afspraken zodat de burgers of de bedrijven niet steeds opnieuw dezelfde gegevens moeten bezorgen.” (…) “We bouwen een goed systeem uit voor informatie-uitwisseling en samenwerking tussen de verschillende overheden (lokale en Vlaamse overheid) en overheidsdiensten. Op die manier volstaat voor ondernemingen, verenigingen en burgers een eenmalige aangifte van gegevens.” Momenteel staan heel wat initiatieven in de steigers, waaronder projecten inzake: - Authentification Control Management (elektronische identificatie) - Het Verrijkt PersonenRegister (VPR, betreft de ontsluiting van de nodige personengegevens uit alle mogelijke officiële bronnen (met als belangrijkste bron het netwerk van de
15
Ook codificatieprojecten die op grote schaal worden georganiseerd, vereisen dat maximaal gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheden die de moderne informatietechnologie biedt. Zonder die IT-ondersteuning wordt de operatie veel duurder, vergroot de kans op fouten en is het veel moeilijker de voortgang van het proces te monitoren. Verder is samenwerking met e-governement van belang bij maatregelen voor het vergroten van de transparantie van het regelgevingsproces, waaronder het register regelgeving in opmaak en de regelgevingsagenda.
22
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
-
-
sociale zekerheid), verrijkt met eigen personengegevens en met beheersgegevens o.a. om beveiliging te kunnen waarborgen). De Vlaamse Kruispuntbank Ondernemingen (VKBO, betreft een koppeling met de federale KBO, aangevuld met de gegevens waarover de Vlaamse overheid beschikt inzake bedrijven zoals vergunningen, economische steunmaatregelen…) Informatie-architectuur (afspraken over en harmonisatie van begrippen en definities) Departementale projecten (E-regeren, Studietoelagen, Elektronische aanbesteding, Milieu Management Informatie Systeem, …)
Volgens de SERV zijn voor heel wat bestaande administratieve lasten inderdaad pas échte doorbraken op het vlak van vereenvoudiging en vermindering mogelijk wanneer de fundamenten voor "back-office"-gegevensuitwisselingen zijn gelegd. De huidige inspanningen daarvoor zouden moeten worden versterkt zodat het principe, overeengekomen in het kader van de ondernemingsconferentie, dat dezelfde informatie maar één keer aan de overheid moet worden bezorgd zo spoedig mogelijk in praktijk kan worden gebracht. In elk geval aanvaardt de SERV niet dat interessante opportuniteiten om vandaag administratieve lasten te verlagen zouden worden uitgesteld omwille van eventuele vertragingen in de uitvoering van egovernment projecten. Volgens de SERV is dan ook een nauwe samenwerking tussen e-government en reguleringsmanagement wenselijk. Bovendien is ook hier samenwerking met zowel het federale niveau als met lokale overheden van groot belang. Om die samenwerking en het draagvlak ervoor te versterken, suggereert de SERV dat ook in e-government zou worden gewerkt met periodieke actieplannen en voortgangsrapporten zodat alle betrokkenen, inclusief de adviesraden en het Vlaams parlement, worden geïnformeerd en betrokken bij het Vlaamse e-governmentbeleid. Naast een centrale Vlaamse databank van ondernemingen, gelinkt aan de federale Kruispuntbank Ondernemingen, vermeldt de SERV als andere prioriteiten op het vlak van het centraliseren van gegevens: - Een centrale vergunningendatabank, die de reeds bestaande databank-initiatieven bundelt en verder uitbouwt, in samenwerking met gemeenten en provincies; - Een milieu-informatiedatabank, die de milieu-informatie die ondernemingen aan de gemeentelijke, provinciale en gewestelijke overheden moet bezorgen integreert in een overkoepelende databank; - Een geïntegreerde databank van ruimtelijke synthesekaarten. Die moet alle afbakeningen en regelgeving met ruimtelijke gevolgen van de verschillende ruimtebehoevende beleidsdomeinen (milieu, natuur, landschap, landbouw, economie, … ) in één centrale databank samen brengen. - Een virtueel uniek loket om allerhande administratieve verplichtingen waarmee ondernemers, landbouwers e.a. geconfronteerd worden snel en efficiënt af te handelen. Vandaag
23
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
blijven initiatieven vaak beperkt tot een fragmentaire aanpak (bv. enkel sommige deelaspecten van leefmilieu, enkel sommige deelaspecten van ruimtelijke ordening, ….) op één enkel niveau (bv. enkel het Vlaamse niveau).
3.6. Besluit Hiervoor heeft de SERV de volgens hem belangrijkste prioriteiten in de structurele uitbouw van het reguleringsmanagement in 2005 aangegeven. De SERV beklemtoont evenwel dat de noodzakelijke structurele ingrepen in de manier waarop de Vlaamse regelgeving tot stand komt alleen effectief zijn in de mate dat die maatregelen ook correct en niet louter formeel worden nageleefd. Enkele voorbeelden uit het recente verleden zijn op dat vlak niet bemoedigend: Het legistiek en taaladvies wordt verplicht door de omzendbrief wetgevingstechniek, maar werd lang niet altijd gevraagd16. Adviesraden werden regelmatig bij hoogdringendheid om advies gevraagd, zonder dat die hoogdringendheid terecht was. De Vlaamse regering beslist regelmatig “de minister te machtigen advies te vragen aan (naam van de bevoegde adviesraden)” en tegelijk “te machtigen advies te vragen aan de Raad van State, voor zover de opmerkingen van de adviesraden geen aanleiding hebben gegeven tot aanpassingen van de ontwerpteksten”. Hierdoor vallen, om de procedure te verkorten, de 1e en 2e principiële goedkeuring samen, en worden de adviesraden de facto buitenspel gezet. Zeker in die gevallen gaat het immers om een pro forma procedurestap die wordt gezet omdat hij verplicht is, niet omdat men geïnteresseerd is in de resultaten van de consultatie en werkelijk bereid is ermee rekening te houden Verschillende voorontwerpen van decreet die werden voorbereid door de administratie of op een kabinet werden uiteindelijk niet ingediend als voorontwerp van decreet maar als voorstel van decreet om de procedure te omzeilen17. Programmadecreten worden, ook door de nieuwe Vlaamse regering, gebruikt om allerlei zaken die niets met de begroting te maken hebben via een spoedprocedure bij adviesraden en in het Vlaams parlement te regelen. De SERV meent dan ook dat er een belangrijke cultuurverandering zal moeten plaatsvinden, wil het reguleringsmanagement daadwerkelijk en structureel de kwaliteit van de Vlaamse regelgeving kunnen verbeteren. Dit hoort uiteraard ook een zorg van het Vlaamse Parlement te zijn. Dat vergt, opnieuw , politiek leiderschap, zowel in de Vlaamse regering als in het Vlaams parlement.
In 2003 werd 57% van alle decreten en besluiten in een of andere versie voorgelegd aan de Kanselarij voor legistiek en taalkundig nazicht. In 2002 bedroeg het percentage 58%. M.a.w. 2 op 5 decreten of besluiten kregen geen legistiek en taalkundig advies. 17 De website www.ondernemingsconferentie.be is daar heel eerlijk in. 16
24
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
4. Actieplan reguleringsmanagement 4.1. Herziening van het werken met actieplannen en voortgangsrapporten De SERV waardeert dat ook in de nieuwe regeerperiode zal worden gewerkt met actieplannen en voortgangsrapporten reguleringsmanagement. Ze zijn noodzakelijk om de inspanningen voor de verbetering van de kwaliteit van de Vlaamse regelgeving te vergroten, te coördineren en meer zichtbaar te maken. De actieplannen hebben volgens de SERV twee functies. Ten eerste gaat het om een plan, d.w.z. een openbaar document met een samenhangend en geordend geheel van acties, die in een bepaalde tijdsperiode nodig zijn om de geformuleerde beleidsdoelstellingen te realiseren. Ten tweede gaat het om een proces, d.w.z. de organisatie van interacties en leerprocessen bij talrijke actoren zodat de aandacht, inzichten en inspanningen voor betere regelgeving blijven toenemen. Niettemin dringen zich enkele bijsturingen op, naarmate het reguleringsmanagement groeit. Een aantal daarvan is reeds gepland door de nieuwe Vlaamse regering. 4.1.1
Rollend actieplan
Een eerste bijsturing is dat tijdens deze regeerperiode in plaats van jaarlijkse actieplannen zou worden geopteerd voor een permanent rollend actieplan. Dat betekent dat op elk moment nieuwe projecten en initiatieven kunnen worden toegevoegd en andere accenten kunnen worden gelegd als dat noodzakelijk of wenselijk is. De SERV meent dat het inderdaad mogelijk moet zijn om tussentijdse bijsturingen te doen. Maar aan de andere kant houdt het ‘rollend’ karakter van het actieplan het gevaar in dat de waarde van de actieplannen zelf wordt bedreigd. Die waarde ligt in de selectie van prioriteiten waaraan mensen en middelen worden toegekend, de coördinatie van maatregelen, het creëren van voorspelbaarheid en continuïteit, enz. Die voordelen vervallen wanneer projecten al te gemakkelijk kunnen worden stopgezet of steeds nieuwe prioriteiten bovenop de reeds bestaande kunnen worden toegevoegd. Er is dan immers geen goede afweging, afstemming en allocatie van middelen meer mogelijk. Bovendien ligt een andere belangrijke meerwaarde van de actieplannen zoals gezegd in het opmaakproces zelf. Ook de voordelen van beleidsinteractie en betrokkenheid, het creëeren van politiek draagvlak enz. gaan verloren wanneer via een apart circuit tussentijdse aanpassingen kunnen plaatsvinden. De SERV heeft bijgevolg de indruk dat de nadelen, gevaren of ongewenste neveneffecten van een permanent rollend actieplan misschien niet voldoende in overweging werden genomen. Het lijkt er namelijk op dat er helemaal geen actieplan meer zal zijn, maar eerder een permanente inventaris van lopende projecten. Dat kan niet de bedoeling zijn.
25
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
De SERV meent daarom dat in de eerste plaats grote zorg moet worden besteed aan de opmaak van het actieplan zelf, eerder dan aan het vergroten van de flexibiliteit door de mogelijkheid van tussentijdse bijsturingen. Naarmate het opmaakproces beter verloopt, en het actieplan goed onderbouwd en overlegd is, zal immers de nood aan tussentijdse aanpassingen kleiner zijn. Verder suggereert de SERV dat wezenlijke aanpassingen en nieuwe oriëntaties in elk geval via een formele aanpassing van het actieplan gebeuren, zodat er betere waarborgen zijn voor inspraak en openbaarheid. 4.1.2
Scorebord
Een tweede bijsturing is dat niet alleen jaarlijks door middel van een voortgangsrapport aan de Vlaamse Regering en aan het Vlaams Parlement gerapporteerd zal worden, maar dat de vorderingen binnen elk beleidsdomein ook zullen worden bijgehouden op een ‘scorebord’. Ook de SERV meent dat de verslaggeving over de voortgang van het reguleringsmanagement best anders wordt georganiseerd nu er steeds meer beleidsdomeinen terzake actief zijn en diverse projecten worden opgestart. Met name wijst de SERV op de beperktheden van een voortgangsrapport zoals dat vandaag bestaat. Als verslaggevend instrument lopen voortgangsrapporten altijd achter op de praktijk. Een voortgangsrapport wil een inzicht geven in de stand van zaken van de diverse projecten, maar tegen de tijd dat die informatie is centraal verzameld en verwerkt en is goedgekeurd door de Vlaamse regering, is ze gedateerd. Een voortgangsrapport met een gedetailleerd overzicht van de uitvoering van de diverse projecten is bovendien niet noodzakelijk gebruiksvriendelijk. Zeker wanneer het aantal projecten verder toeneemt, riskeert een voortgangsrapport een dik en ontoegankelijk document te worden. Volgens de SERV is een regelmatige, goede verslaggeving van de voortgang van het reguleringsmanagement belangrijk en moet de informatievoorziening die vandaag bestaat minstens behouden blijven, maar moet die op een andere manier worden georganiseerd dan via jaarlijkse voortgangsrapporten. Concreet stelt de SERV voor om de verslaggeving te ontdubbelen in enerzijds een website met projectfiches en anderzijds een boordtabel met beleidsindicatoren. Met name denkt de SERV aan een website waar de projectverantwoordelijken regelmatig over de ontwikkelingen van hun projecten kunnen rapporteren. Die website moet volledig, publiek toegankelijk, up-to-date, gebruiksvriendelijk en goed doorzoekbaar zijn, en linken bevatten naar andere belangrijke (bv. departementele) websites. Voor de boordtabel denkt de SERV aan een goed gekozen set indicatoren, zowel op niveau van de beleidsdomeinen als voor de Vlaamse overheid in zijn geheel, waarmee de voortgang van het beleid overzichtelijk kan worden weergegeven en opgevolgd. De SERV stelt verder voor dat een samenvatting van die informatie wordt opgenomen in een jaarlijks voortgangsrapport reguleringsmanagement voor het Vlaams parlement en het brede publiek.
26
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Het voortgangsrapport wordt aldus louter aanvullend. Concrete projectinformatie wordt ‘real time’ beschikbaar gesteld via een website en essentiële managementenindicatoren en – informatie worden opgenomen in de boordtabel. 4.1.3
Actieplannen per beleidsdomein
Een derde bijsturing betreft de aangekondigde evolutie tijdens deze regeerperiode van centrale actieplannen naar actieplannen per beleidsdomein. Het is de bedoeling dat tegen het einde van de regeerperiode elk beleidsdomein haar eigen actieplan reguleringsmanagement heeft. De SERV ondersteunt dit voornemen. Het reguleringsmanagement kan immers alleen slagen als de aandacht voor de kwaliteit van de regelgeving structureel verankerd wordt binnen elk afzonderlijk beleidsdomein en de huidige projectsgewijze aanpak wordt aangevuld en geleidelijk vervangen door een echt wetgevingsbeleid in de beleidsdomeinen. De SERV vraagt dan ook dat de nodige incentives worden voorzien om de departementen daartoe aan te sporen. Ook bij actieplannen per beleidsdomein blijft een centrale aansturing, coördinatie en ondersteuning essentieel, zowel om generieke problemen aan te pakken als om beleidsdomeinoverschrijdende projecten te detecteren en uit te voeren. De praktijk leert immers dat door het werken op de dwarsverbanden tussen beleidsdomeinen de grootste verbeteringen en administratieve vereenvoudigingen mogelijk zijn. De SERV meent bovendien dat, ook wanneer alle beleidsdomeinen beschikken over een eigen actieplan reguleringsmanagement, er weldegelijk ruimte blijft voor een actieplan reguleringsmanagement op niveau van de Vlaamse overheid, al zal dat er wellicht helemaal anders uitzien dan vandaag. Verder zijn volgens de SERV richtlijnen of verspreiding van goede praktijken noodzakelijk om ervoor te zorgen dat de departementele actieplannen een voldoende hoog ambitieniveau en kwaliteitsniveau halen. Dat betekent niet alleen dat inhoudelijke kwaliteitscriteria worden uitgewerkt of instrumenten ter beschikking worden gesteld om de selectie van prioritaire projecten te objectiveren (bv. nulmeting administratieve lasten), maar ook en vooral dat het opmaakproces wordt uitgetekend zodat bij de opmaak van de departementele actieplannen genoeg ruimte wordt voorzien voor inbreng en interactie met doelgroepen en andere beleidsdomeinen. 4.1.4
Naast bottom up ook top down
Een vierde en laatste bijsturing betreft de vraag of de huidige bottom up aanpak met vereenvoudigingsprojecten voorgesteld door doelgroepen en administraties niet moet worden aangevuld met een top down aanpak, waarbij regelgeving wordt doorgelicht aan de hand van duidelijke criteria of volgens een welomschreven methodiek, eventueel uitgevoerd door een of meer
27
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
tijdelijke, onafhankelijke commissies of een task force met een beperkt aantal experten. Daarmee zijn in andere landen goede ervaringen opgedaan18. Een voorbeeld is dat de bedoelde task force zou kunnen worden belast met de horizontale doorlichting van regelgeving vanuit een specifieke invalshoek (bv. doorlichting op het aspect bevordering van/belemmering voor de technologische innovatie, horizontale doorlichting van alle regelgeving (milieu, natuur, ruimte, wonen, …) bestemd voor een welbepaalde doelgroep, enz.). In de beleidsnota bestuurszaken is die horizontale aanpak vanuit een welbepaalde doelgroep al voorzien voor landbouwers. In het kader van het milieu-innovatieplatform is een doorlichting van de bestaande milieureglementering gepland waarbij de positieve en negatieve invloed op de technologische innovatie zal worden onderzocht. De SERV vraagt dat soortgelijke initiatieven worden geïnventariseerd, ondersteund en verder ontwikkeld. De SERV beveelt daarom aan om in het volgende actieplan ook een reeks projecten op te nemen die niet vertrekken van een specifiek probleem in een specifiek stuk regelgeving, maar die vertrekken van het perspectief van een doelgroep en de knelpunten waarmee die doelgroep te maken heeft. Die ‘clusteraanpak’ heeft in andere landen bewezen zeer succesvol te kunnen zijn, omdat die beter toelaat opportuniteiten voor fundamentele vereenvoudigingen te ontdekken en hervormingen te groeperen in een coherent pakket.
4.2. Prioritaire projecten voor het nieuwe actieplan In de beleidsnota bestuurszaken 2004-2009 werd gesteld dat “in het actieplan volgende projecten - naast andere – worden opgenomen: harmonisatie van de rechten van voorkoop, algemeen decreet bestuursrecht, integratie van bouw- en milieuvergunning, de éénmalige perceelsregistratie, vereenvoudiging van het mestdecreet, de oprichting van het toetsenpanel voor bedrijven, enz”. Verder stelde de beleidsnota dat projecten betrekking kunnen hebben op (1) administratieve lastenverlaging, (2) vereenvoudiging van administratieve procedures of (3) juridisch-technische vereenvoudiging (bijv. coördinatie en codificatie). Volgens de SERV moeten in het actieplan echter ook de projecten inzake regelgevingsimpactevaluatie (RIE) worden opgenomen, zoals trouwens voorzien in de instructies die de Vlaamse regering goedkeurde op 17 december 2004. Dan is meteen ook de openbaarheid, opvolging en rapportering over die projecten verzekerd (cf. supra). Over regelgevingsimpactevaluatie is in de beleidsnota tevens voorzien dat de Vlaamse regering, op advies van de strategische adviesraden, een deel van de bestaande wetgeving zal aanduiden waarvoor een dergelijke evaluatie moet gebeuren.
18
Bv. De Nederlandse Evaluatiecommissie Wet Milieubeheer. Zie meer algemeen Cordova en Jacobs (2004).
28
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Wat het nieuwe actieplan betreft, heeft de SERV zijn voorstellen in vier groepen ingedeeld: Uitvoering van wat al gepland was of lopende is Uitvoering van wat beloofd was maar nog niet opgestart werd Opvulling van prioritaire leemtes Voorstellen voor reguleringsimpactevaluaties 4.2.1
Voer uit wat al gepland was
Het actieplan 2003-2004 bevatte 91 projecten. Op het moment van de opmaak van het voortgangsrapport 2003-2004, midden 2004, was slechts een beperkt aantal daarvan (32 of ongeveer 1 op 3) uitgevoerd. Andere waren nog lopend. Nog andere zijn stilgelegd of geschrapt. Volgens de planning opgenomen in het actieplan 2003-2004 had ongeveer 2 op 3 projecten afgerond moeten zijn tegen midden 2004. Bovendien zijn niet alle resultaten van de uitgevoerde projecten even betekenisvol en zijn volgens de SERV in het voortgangsrapport 20032004 een aantal projecten onterecht als uitgevoerd bestempeld (bv. G10, G12, …). Voor de SERV is het belangrijk dat beter wordt nagegaan waarom sommige projecten niet correct werden uitgevoerd zoals gepland, en waarom sommige projecten niet de verhoopte resultaten hebben opgeleverd. Het heeft immers geen zin een hele reeks nieuwe projecten te lanceren als ze door dezelfde oorzaken en mechanismen niet kunnen worden afgerond of niet tot de gewenste effecten leiden. Dat is zeker niet alleen een kwestie van tekort aan mensen en middelen. Het heeft volgens de SERV vaak ook te maken met prioriteiten, met gebrekkig projectmanagement, met onvoldoende samenwerking tussen overheidsdiensten, met decretale aanpassingen die eerst nog nodig zijn, met een te brede focus van projecten (met name de neiging om naar aanleiding van vereenvoudigingsprojecten meteen ook belangrijke inhoudelijke vernieuwingen door te voeren, die vervolgens op weerstand of discussie stuiten waardoor het volledige project mislukt), enz. De SERV vraagt dan ook dat maatregelen worden genomen om de vastgestelde problemen bij de uitvoering van projecten aan te pakken. In elk geval suggereert de SERV dat projecten uit het actieplan zich zoveel mogelijk beperken tot werkelijke administratieve vereenvoudigingen en codificaties van de regelgeving, zonder die operatie onnodig te verzwaren met belangrijke inhoudelijke vernieuwingen. Voor dergelijke projecten waarbij de wijzigingen aan de regelgeving inhoudelijk neutraal zijn, en waarbij decretale aanpassingen nodig zijn, suggereert de SERV bovendien dat die aanpassingen ter vermindering van de administratieve lasten en vereenvoudiging van de regelgeving jaarlijks kunnen worden gebundeld in één vereenvoudigingsdecreet dat vervolgens de normale goedkeuringsprocedure doorloopt. Naar analogie met het Europese niveau, zouden voor de goedkeuring van dat decreet, gezien het inhoudelij-
29
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
ke neutrale karakter, afspraken kunnen worden gemaakt met het Vlaams parlement met het oog op een snelle behandeling. In het licht van het voorgaande pleit de SERV voor de activering, correcte uitvoering en afronding van de nog niet afgeronde projecten van het actieplan reguleringsmanagement 2003200419. 4.2.2
Voer uit wat beloofd was
Op 21 mei 2003 formuleerde de SERV op vraag van de toenmalige minister-president een reeks projectvoorstellen voor het actieplan reguleringsmanagement 2003-2004. De minister engageerde zich om de voorstellen die in consensus werden geformuleerd, een verzekerde behandeling door de Vlaamse regering te zullen geven. De SERV-voorstellen werden vervolgens besproken met de verschillende beleidsdomeinen, die een motivering opmaakten waarom bepaalde voorstellen van de SERV al dan niet werden weerhouden. In opvolging van die vergadering heeft een werkgroep van de SERV op 16 september 2003 zijn reactie op die motivering schriftelijk bezorgd. Die reactie heeft aanleiding gegeven tot enkele aanpassingen in de motivering van de administratie, die uiteindelijk als bijlage 3 werd opgenomen bij de nota aan de Vlaamse regering over het actieplan reguleringsmanagement 2003-200420. Sommige SERV-voorstellen werden opgenomen in het actieplan 2003-200421. Voor een aantal andere bleek dat de administratie de vraag van de SERV ondersteunde, maar dat andere lopende prioriteiten niet toelieten om daarop toen in te gaan. Voor die projecten werd aangekondigd dat ze in een volgend actieplan zouden worden opgenomen. Dat werd bevestigd naar aanleiding van de ondernemingsconferentie van december 2003. Op de website ter opvolging van de ondernemingsconferentie is bij het project “Vereenvoudiging: SERV-voorstellen” opgenomen dat “de voorstellen hernomen worden in de voorbereiding van het volgende actieplan reguleringsmanagement 2004-2005”. De SERV gaat er dan ook vanuit dat ze nu wel kunnen worden meegenomen in het nieuwe actieplan, en dat de nog niet afgeronde projecten daadwerkelijk worden voortgezet en op korte termijn worden afgerond. Daarom herneemt de SERV volgende prioritaire projectvoorstellen van mei 2003 die nog niet tot tastbare resultaten hebben geleid (voor de nadere omschrijving, zie bijlage 1): Opgemerkt wordt dat niet alleen in het kader van het actieplan reguleringsmanagement projecten werden opgestart die uitdrukkelijk beogen de regelgeving te vereenvoudigen en de administratieve lasten te verminderen, maar ook in het kader van de ondernemingsconferentie. Ook hier geldt dat lang niet alle projecten vandaag zijn afgerond. 20 VR/2003/24.10/DOC.1040, bijlage 3. 21 coördinatie en deregulering omzendbrieven bijzondere jeugdbijstand, vereenvoudiging administratie bij opleidingscheques voor werkgevers, procedure Herplaatsingsfonds, eenmaking stedenbouwkundige vergunning en milieuvergunning, coördinatie van de wetgeving in het buitengebied. 19
30
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
4.2.3
Uitwerken van een eenvormig model inzake projectsubsidiëring welzijn. Afstemmen regelgeving Vlaamse Zorgverzekering met met de sectorale regelgeving in de gehandicapten- en ouderenzorg. Onderzoek naar het verbeteringspotentieel voor procedures in het kader van ESF. Vereenvoudiging loonkosttegemoetkomingen. Trajectbegeleiding deeltijds onderwijs. Eenmaking stedenbouwkundige vergunning en milieuvergunning. Coördinatie van de wetgeving in het buitengebied. Coördinatie en deregulering omzendbrieven. Volledige herziening en vereenvoudiging van het Mestdecreet. Vereenvoudiging dossiersamenstelling bij milieuvergunningsaanvragen en meldingen. Afhandelingstermijnen vergunningsprocedures. Herevaluatie verbods- en afstandsregels Vlarem. Vlarem I-indeling in rubrieken vereenvoudigen. Vul prioritaire leemtes op
Ondanks de vele projecten die in het kader van het reguleringsmanagement werden opgestart, is het duidelijk dat vandaag lang niet alle problemen worden aangepakt. Dat kan ook niet. De beperkte middelen nopen tot het leggen van prioriteiten, maar die kunnen volgens de SERV niet beperkt blijven tot de lopende of geplande projecten. Er kunnen immers belangrijke leemtes worden vastgesteld die een dringende aanpak rechtvaardigen. Op basis van de eigen bevindingen van de organisaties vertegenwoordigd in de SERV, formuleert de SERV hierna een lijst van nieuwe prioritaire projectvoorstellen. De lijst is bewust beperkt gehouden. Er bestaan veel meer opportuniteiten dan hierna vermeld om de bestaande regelgeving te verbeteren. De prioritaire projecten die de SERV naar voor schuift, zijn enerzijds geselecteerd op het feit dat het concrete projecten zijn, die binnen een relatief korte periode een belangrijke verbetering met zich mee kunnen brengen. Anderzijds heeft de SERV ook gemeend bredere thema’s te moeten aangeven waardoor meerdere problemen tegelijk kunnen worden aangepakt in plaats van regelgeving per regelgeving te vereenvoudigen. Die thema’s kunnen worden vergeleken met een maatregel zoals de afschaffing van de eensluidend verklaring, waarmee in één keer voor alle toepassingen een gewone kopie normaliter volstaat, in plaats van in elk vereenvoudigingsproject te gaan nakijken of er in de betreffende reglementering een eensluidend verklaring voorkomt om die vervolgens te schrappen.
31
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Per ‘cluster’ worden hierna slechts enkele voorbeelden van projecten gegeven die de problematiek illustreren. Uiteraard zijn binnen elke cluster nog vele andere projecten mogelijk. Tot slot onderstreept de SERV dat naast de hieronder geformuleerde voorstellen de sociale partners momenteel ook over een reeks andere onderwerpen in de SERV het debat voeren, onder meer in het kader van de werkgelegenheidsconferentie, de werkgroep fiscaliteit, VESOC, aangekondigde adviesvragen (bv. over trajectbegeleiding deeltijds onderwijs), enz. Bovendien werkt de SERV-Sectorcommissie Toerisme aan een specifiek advies met vereenvoudigingsvoorstellen. De SERV zal bijgevolg ook in andere adviezen, standpunten en aanbevelingen voorstellen voor de verbetering van de kwaliteit van de regelgeving formuleren. De Raad vraagt dat ook die worden meegenomen bij de voorbereiding van een nieuw actieplan. De voorgestelde prioritaire nieuwe projecten zijn (voor de nadere omschrijving zie bijlage 2) : Cluster stroomlijning informatie en gegevensverstrekking
Automatische ning-betaling
toeken-
Evaluatie van informatieverplichtingen - vermijden van dubbele gegevensopvraging codificatie
Voorbeelden - Afstemming en vereenvoudiging van REG-subsidies - Eén loket voor afhandeling en informatie inzake steunmaatregelen in de welzijns- en gezondheidszorg - Vermijden dubbele gegevensopvraging Vlaams-federaal bij de aanmoedigingspremie - Vermijden dubbele gegevensopvraging bij de startbaankaart - Vermijden dubbele gegevensopvraging voor de premie bij tewerkstelling van mindervaliden - Informatie over gemeentebelastingen - … - Automatische toekenning verminderingen onroerende voorheffing - Automatische toekenning studietoelagen onderwijs - Domiciliëring Vlaamse belastingen - … - Administratieve lastenvermindering animatiefunctie rusthuizen - Administratieve lastenvermindering decreet op bejaardenvoorzieningen - Invoering van de één-kopie regel - … - Opmaak van procedureregels - Codificatie van de energiewetgeving - Codificatie van het decreet integraal waterbeleid, het drinkwaterdecreet en de wet van 1971 betreffende oppervlaktewateren - …
32
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
4.2.4
Voorstellen voor reguleringsimpactevaluatie
In de beleidsnota bestuurszaken 2004-2009 is voorzien dat de Vlaamse regering, op advies van de strategische adviesraden, een deel van de bestaande wetgeving zal aanduiden waarvoor een reguleringsimpactevaluatie (RIE) moet gebeuren. De SERV gaat er dan ook vanuit dat hij om advies zal worden gevraagd over de voorstellen van de regering terzake. Naar aanleiding daarvan zal de SERV indien nodig ook eigen voorstellen formuleren. In elk geval vraagt de Raad dat die selectie prioritair thema’s bevat van groot sociaal-economisch belang. Verder vraagt de SERV, zoals voorzien in de Gids ‘Wegwijs in Reguleringsimpactanalyse22, dat de doelgroepen nauw bij de uitvoering van dergelijke RIE’s worden betrokken.
22
www.wetsmatiging.be
33
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
Referentielijst SERV. Aanbeveling van over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de raad betreffende diensten op de interne markt. Brussel, SERV, 14 juli 2004. SERV. Aanbeveling over de Consultatienota Reguleringsimpactanalyse. Brussel, SERV, 21 april 2004. SERV. Prioritaire projectvoorstellen ingediend door de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen in het kader van het “Actieplan Reguleringsmanagement 2003-2004, Brussel, SERV, 21 mei 2003. SERV. Voorstellen voor uitbouw van een evaluatiesysteem Vlaamse milieuregelgeving, Brussel, SERV, 1998. SERV. Advies in hoofdlijnen over het voorontwerp van decreet milieubeleid : illustratie vanuit het milieurecht en de reeds in wetgeving omgezette onderdelen aan algemene beginselen van behoorlijke regelgeving, Brussel, SERV, 1997. CORDOVA-NOVION, Cordova en Scott JACOBS (2004). Regulatory Management and Administrative Simplification in Belgium and Flanders. Brussel, Kenniscel Wetsmatiging. GOETEYN, Helena, Luc LAVRYSEN en Carole BILLIET (2004). Strategische aanbevelingen voor het wetgevingsbeleid: het wetgevingsbeleid in België en andere landen. Antwerpen, Steunpunt Milieubeleidswetenschappen. POPELIER, Patricia, Peter VAN HUMBEECK, e.a. (2004). Gezocht: Vlaamse politici voor betere regelgeving. Memorandum voor de aantredende Vlaamse regering. In verkorte versie gepubliceerd in De Standaard van 9 juni 2004 onder de titel: “Prof. zkt. pol. om betere wetten te maken”. STEURS, Geert, Katrien ROMMENS en Etienne RUMMENS (2004). Blauwdruk Integraal Reguleringsmanagement. Eindrapport. Brussel, Kenniscel Wetsmatiging. VAN HUMBEECK, Peter (2004). Betere Vlaamse regelgeving: voorstellen voor een slagvaardig beleid. In Tijdschrift voor Wetgeving, 2004, nr. 8.
34
Bijdrage voor het nieuwe actieplan reguleringsmanagement
5. Bijlagen: projectvoorstellen Zie afzonderlijk document.
35
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
5. Bijlage: Fiches SERV-projectvoorstellen reguleringsmanagement 5.1. Hernomen projectvoorstellen 2003 Titel van het voorgestelde project Uitwerken van een eenvormig model inzake projectsubsidiëring welzijn
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Organisaties en voorzieningen in de social-profitsector kunnen, naast gereglementeerde subsidies, ook allerlei project-toelagen krijgen vanwege de Vlaamse Gemeenschap. Door het ontbreken van een regelgevend kader, hanteert ieder departement, bestuur, afdeling, enz. binnen de Vlaamse Gemeenschap uiteenlopende en (soms grondig) verschillende procedures en richtlijnen i.v.m.: aanvraag van projecten, vorm en inhoud van de projectovereenkomsten, voorschottenregeling, uitbetalingen, afrekening enz. Zo zijn er bijvoorbeeld uiteenlopende “modellen” inzake financieel verslag en verantwoording van de uitgaven. Het ontbreken van een regelgevend kader leidt tot veel rechtsonzekerheid in hoofde van de projectuitvoerders en desgevallend betwistingen achteraf bij de afrekening. Organisaties en voorzieningen die veel met dergelijke projecten worden geconfronteerd krijgen te maken met een veelheid aan uiteenlopende procedures en richtlijnen. Dit leidt tot administratieve overlast en onnodige complicaties.
Doelstelling of oplossingsrichting De bedoeling van het project is het uitwerken van een “model” inzake projectsubsidiëring dat eenvorming is (voor de hele Vlaamse Gemeenschap, incl. de IVA’s, EVA’s, VOI’s, …), rechtszeker (gestoeld op de nodige regelgeving), transparant en eenvoudig.
1
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Afstemmen regelgeving Vlaamse Zorgverzekering met de sectorale regelgeving in de gehandicapten- en ouderenzorg
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving De huidige regelgeving Vlaamse Zorgverzekering is naar begrippenkader niet in analogie met gerelateerde regelgeving in de gehandicaptenzorg en ouderenzorg, wat veel verwarring en onduidelijkheid veroorzaakt. Concrete voorbeelden zijn: -
De definiëring ‘thuismilieu’ krijgt in de zorgverzekering een totaal andere invulling dan in een aantal welzijnssectoren (beschut wonen, begeleid wonen,…).
-
De BEL-profielschaal wordt zowel gebruikt binnen de diensten voor gezinszorg als binnen de Vlaamse Zorgverzekering, maar met andere richtlijnen.
-
De zwaar zorgbehoevendheid kan binnen de Vlaamse Zorgverzekering worden aangetoond aan de hand van verscheidene attesten, die evenwel niet eenzelfde graad van zorgbehoevendheid wijzen, bijv. is het best mogelijk dat iemand een B-forfait haalt in de thuisverpleging, maar met een BEL-score helemaal niet aan 35 BEL geraakt, zoals vereist binnen de zorgverzekering.
-
In de regelgeving Vlaamse Zorgverzekering wordt enkel gesproken over het ‘hebben van een PAB’, terwijl de praktijk uitwijst een onderscheid dient gemaakt tussen bijv. in aanmerking komen voor PAB en daadwerkelijk een PAB-tussenkomst genieten.
Doelstelling of oplossingsrichting Uniformisering van de regelgeving in de welzijnsector.
2
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Onderzoek naar het verbeteringspotentieel voor procedures in het kader van ESF
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Het ESF-gebeuren is één van de terreinen waar er de meeste problemen worden gesignaleerd op het vlak van de administratieve complexiteit. Volgens de SERV zijn er twee belangrijke knelpunten/ Enerzijds is er de ontstentenis van een uniek loket dat kan instaan voor de kanalisatie van de subsidiestromen (een coherent financieringssysteem) en de afhandeling van de dossiers. VDAB, ESF en andere vormen van publieke financiering lopen door elkaar. Deze problematiek vergt een globale aanpak om tot een coherente financiering te komen. Anderzijds is er de administratieve ballast in hoofde van de promotoren. Vaak moeten voor eenzelfde project complexe aanvraagprocedures worden doorlopen bij diverse financieringskanalen en dit jaar na jaar, met telkens ook de onzekerheid qua financiering en continuering als gevolg daarvan. Ook na goedkeuring van het project is er een zware administratieve last naar elk van de promotoren.
Doelstelling of oplossingsrichting De beschreven knelpunten (uniek loket, administratieve vereenvoudiging) kunnen niet door een enkele actor verholpen worden, maar vergen een gecoördineerde aanpak van de Vlaamse regering. Binnen die globale aanpak kan bekeken worden hoe in het bijzonder ook de projecten met gedeeltelijke inbreng van Welzijn een oplossing kunnen krijgen. Een voorbeeld is de opleiding van polyvalent verzorgende die georganiseerd wordt in samenwerking met VDAB, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en het Europees Sociaal Fonds. Er kan bovendien niet alleen op korte termijn worden nagedacht, maar ook de volgende programmeringperiode kan worden voorbereid. Met name kunnen verschillende sporen worden gevolgd, waaronder een onderzoek naar de meer flexibelere procedures in de buurlanden, een inventarisatie van de manieren waarop de verschillende subsidiestromen voor werkervaringsprojecten kunnen worden vereenvoudigd, het toepassing van het loketprincipe in andere zwaartepunten dan zwaartepunt 4, het hanteren van meer realistische betalingstermijnen op het vlak van salderingstermijnen, een saldering met forfaitaire bedragen in plaats van reële kosten (in onderhandeling met de Europese Commissie), een efficiënter voorschotsysteem, een inhoudelijke, administratief-technische en financiële afstemming voor de andere instrumenten (opleiding/begeleiding enerzijds, trajectbegeleiding anderzijds), zoals die al bereikt werd tussen ESF en werkervaring, vereenvoudiging van het informaticasysteem, enz.
3
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Vereenvoudiging loonkosttegemoetkomingen
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Het Vlaamse gewest is bevoegd voor tussenkomsten in de loonkost in het normaal economisch circuit in het kader van de bevoegdheid van het tewerkstellingsbeleid. Er worden meerdere types van tegemoetkomingen gebruikt: CAO nr. 26 (voor gehandicapten);VIP (Vlaamse inschakelingspremie) voor gehandicapten, volgens het Vlaams akkoord uit te breiden tot nieuwe categorieën van arbeidsgehandicapten; VDABtegemoetkomingen voor moeilijk te plaatsen werklozen; WEP-privé; Invoegafdelingen, enz. Die versnippering zorgt voor een ondoorzichtige regelgeving.
Doelstelling of oplossingsrichting De doelstelling bestaat erin het geheel aan regelgeving in het kader van het doelgroepengericht tewerkstellingsbeleid om te vormen tot een inzichtelijk en begrijpelijk integraal systeem, zonder dat dit afbreuk mag doen aan de doelgroepinspanningen. Vandaag staat de meerwaarde uit de projecten (bv. de invoegafdelingen) immers niet in verhouding staat tot de complexiteit van de regelgeving. Dit betekent niet dat gepleit wordt voor de afschaffing van bijvoorbeeld het systeem van de invoegafdelingen, wel voor de integratie ervan in een globaal overzichtelijk geheel, en dit binnen de krijtlijnen die uitgetekend worden binnen VESOC.
4
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Trajectbegeleiding deeltijds onderwijs
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving De SERV heeft in zijn aanbeveling van 10 juli 2002 over het alternerend leren een reeks knelpunten aangegeven en voorstellen geformuleerd. Vandaag gebeurt de trajectbegeleiding in het deeltijds beroepsonderwijs door de trajectbegeleiders, maar zijn o.m. ook betrokken de leraren, de tewerkstellingsbegeleider, de sectorconsulenten, de CLB,… Binnen de VIZO-leertijd staan voor de begeleiding in : de leersecretaris, de leertijdverantwoordelijke in het Centrum, de pedagogische adviseurs van VIZO, de CLB,… De middelen voor trajectbegeleiding in het Deeltijds Beroepssecundair Onderwijs komen uit diverse financieringskanalen : VESOC-middelen, ESF, werkingsmiddelen van de centra, sectorconvenants, eventueel ook extra-inbreng sectoren. Deze middelen moeten ook nog te veel voor administratie worden ingezet.
Doelstelling of oplossingsrichting Er is nood aan een geïntegreerd en vereenvoudigd model. Terzake kan worden verwezen naar de platformtekst “alternerend leren – volwaardig leren” van 28 augustus 2003. Die bevat een engagementen van diverse actoren om te komen tot een actieplan voor de versterking van alternerend leren. Een van de prioritaire maatregelen betreft de vereenvoudiging van het systeem van alternerend leren. De SERV zal hierover op korte termijn zelf concrete voorstellen formuleren.
5
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Eenmaking stedenbouwkundige vergunning en milieuvergunning
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Het is wenselijk is om de milieuvergunning en de bouwvergunning beter te integreren. Momenteel zijn beide vergunningen weliswaar aan elkaar gekoppeld maar de aparte vergunningsprocedures blijven voor extra administratieve rompslomp en vertragingen in de uitvoering zorgen. In de huidige milieuvergunningsaanvraag worden daarenboven reeds in veel gevallen ruimtelijke aspecten mee geëvalueerd, waarbij soms enkel de ruimtelijke context aanleiding geeft tot de weigering van een milieuvergunning. Anderzijds kunnen via beide vergunningen nog tegenstrijdige voorwaarden worden opgelegd. Tijdens de vorige legislatuur werd een voorontwerp van decreet uitgewerkt voor een ‘beperkte integratie’ in afwachting van een meer ‘volledige integratie’. De ‘beperkte integratie’, namelijk het introduceren de geïntegreerde vergunning voor welbepaalde categorieën van activiteiten en inrichtingen die momenteel zowel een milieu- als stedenbouwkundige vergunning nodig hebben maar waarvan de stedenbouwkundige impact beperkt is, werd echter niet meer behandeld door het Vlaams parlement en de werkzaamheden voor de meer ‘volledige integratie’ moeten opnieuw worden opgestart, zoals voorzien in het regeerakkoord.
Doelstelling of oplossingsrichting Één enkele vergunningsprocedure waarbij de ruimtelijke context en de leefmilieu-impact bekeken worden. Dan is het niet langer nodig om voor een project, nieuw bedrijf of bedrijfsuitbreiding twee afzonderlijke dossiers in te dienen bij twee overheden, twee afzonderlijke openbare onderzoeken te moeten doorlopen, en vervolgens te moeten wachten op twee beslissingen. Daarnaast moet ook de integratie met de socio-economische vergunning overwogen worden, temeer omdat de socio-economische vergunning, of althans de beoordeling ervan, ontegensprekelijk een (zwaar doorwegend) ruimtelijk luik omvat.
6
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Coördinatie van de wetgeving in het buitengebied
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving In het buitengebied hebben (kunnen) gronden vele overdrukken gekregen (krijgen), waarbij al dan niet strenge en elkaar overlappende regels opgelegd worden. De mensen die leven en werken in het buitengebied hebben daardoor de grootste moeite om te weten welke wetgeving op hun stuk grond van toepassing is, voor welke handeling of activiteit ze een vergunning moeten vragen en welke vergunning ze dan moeten aanvragen. Zelfs ambtenaren die processen-verbaal opmaken voor zogenaamde overtredingen, vergissen zich soms omdat ze niet op de hoogte zijn van alle wetgeving. Wetgeving overlapt en de uitvoering ervan geeft aanleiding tot rechtsonzekerheid omdat de reglementering niet op mekaar afgestemd is. In het vorige actieplan reguleringsmanagement was een project opgenomen: “onderzoek naar de impact van andere sectoren op de wetgeving en de processen inzake ruimtelijke ordening. Voorstellen tot aanpassing van de wetgeving of de processen”. Dat project heeft evenwel grote vertraging opgelopen.
Doelstelling of oplossingsrichting Het project zou een antwoord moeten geven op vragen zoals: hoe kan de overheid de burgers duidelijk maken welke openbare erfdienstbaarheden er op hun grond rusten? Moet er ook een loket buitengebied komen? Hoe kan de overheid hen duidelijk maken waarvoor ze een vergunning nodig hebben en hoe worden hun rechten op beroep bij een onafhankelijke instantie gewaarborgd? Hoe kan er rechtszekerheid komen? Hoe kunnen de verschillende wetgevingen in het buitengebied op mekaar afgestemd worden? Hoe kunnen de voorkooprechten, aankoopplichten van de overheid en vergoedingsrechten best worden gecoördineerd? Hoe kunnen de socio-economische gevolgen van planningen en het opleggen van erfdienstbaarheden in het buitengebied gecompenseerd worden? Hoe kan de bestemming volgens de plannen van ruimtelijke ordening gewaarborgd worden ?
7
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Coördinatie en deregulering omzendbrieven
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Omzendbrieven worden te onpas gebruikt om een beleidsmaterie te reguleren, terwijl de omzendbrief de iure een interpretatieve waarde heeft. Bovendien worden de omzendbrieven vaak niet aangepast aan de gewijzigde basiswetgeving of –reglementering. Daardoor is het niet meer duidelijk welke omzendbrieven nog van kracht zijn, welke omzendbrieven een gevolg zijn van welke wetgeving (en of die wetten en decreten nog gelden) en hoe deze omzendbrieven dienen geïnterpreteerd te worden gezien de gewijzigde wetgeving. Hierdoor wordt het geheel een onontwarbaar kluwen. Uiteraard komt dit de transparantie van de regelgeving en de rechtszekerheid niet ten goede. In het vorige actieplan was terzake o.a. een project opgenomen voor de coördinatie van de omzendbrieven Bijzondere Jeugdbijstand. Meer soortgelijke projecten zijn noodzakelijk. Bovendien zorgt een aantal omzendbrieven voor heel wat administratief en tijdrovend werk doordat er allerhande procedures in worden omschreven. Ook hier kan heel wat gedereguleerd worden. Een voorbeeld is de omzendbrief van 31 januari 1995 betreffende de subsidie van jongeren die begeleid zelfstandig wonen. Het invullen van het modelformulier 1/1 is zeer moeilijk voor jongeren in een zeer problematische situatie die vaak met heel wat zaken niet in orde zijn.
Doelstelling of oplossingsrichting Coördinatie, codificatie en administratieve lastenvermindering van omzendbrieven.
8
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Herziening en vereenvoudiging van de Mestregelgeving
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Het mestdecreet heeft sinds de invoering ervan in 1991 al heel wat wijzigingen ondergaan. Ook de bijbehorende uitvoeringsbesluiten werden veelvuldig gewijzigd. Daardoor is de regelgeving vandaag zeer ondoorzichtig geworden. Bovendien zijn er knelpunten op het vlak van onder meer aangiften, formulieren, en registers, de lange-afstand-transportregeling, de mestverwerkingsplicht en de verwijzing naar data die in het verleden liggen.
Doelstelling of oplossingsrichting Volledige herziening en vereenvoudiging van het mestdecreet en de bijbehorende uitvoeringsbesluiten.
9
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Vereenvoudiging dossiersamenstelling bij milieuvergunningsaanvragen en meldingen
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Nu moet men steeds alle vroegere vergunningen, kopieën van statuten, wijzigingen statuten, …. enz. toevoegen bij elke nieuwe milieuvergunningsaanvraag, mededeling kleine verandering of melding. Dit leidt tot nodeloze papierbergen. Het milieuvergunningsaanvraagformulier is bovendien niet gebruiksvriendelijk en verouderd. De initiatieven die tijdens de voorbije legislatuur zijn genomen (integrale voorwaarden, MRI-project, herziening van het aanvraagformulier, …) hebben daarin weinig of geen verandering gebracht. De SERV heeft over deze problematiek in 1998 in een aanbeveling op eigen initiatief een reeks concrete voorstellen geformuleerd die nog steeds wachten op implementatie.
Doelstelling of oplossingsrichting Naast de resultaten die op langere termijn kunnen worden verwacht van de projecten die werden opgezet (integrale voorwaarden, MRI) is het wenselijk dat op vele kortere termijn resultaat wordt geboekt op het vlak van de administratieve vereenvoudiging van de milieuvergunningsaanvraag, mededeling, kleine verandering of melding.
10
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Afhandelingstermijnen vergunningsprocedures
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving De termijn waarbinnen een vergunning bekomen wordt, is een belangrijke concurrentiële factor bij het aantrekken van investeringen. De redelijkheid van deze termijn in Vlaanderen is momenteel niet gewaarborgd. Bestaande termijnen zouden waar mogelijk moeten worden ingekort en meer dwingend gemaakt worden, zodat ze ook beter nageleefd worden door de adviserende instanties en de politieke overheden. Het decreet tot wijziging van de regelgeving betreffende het overmaken van milieu-informatie en de stilzwijgende vergunning heeft de stilzwijgende vergunningsbeslissing in beroep opgeheven. Er staan echter nog beslissingstermijnen in het milieuvergunningdecreet maar het decreet zelf voorziet geen sanctie meer in hoofde van de overheid bij overschrijding van die termijnen.
Doelstelling of oplossingsrichting Het is noodzakelijk dat de overheid een bewakings- en controlesysteem opzet. Bovendien is een benchmarking met onze belangrijkste handelspartners wenselijk betreffende de milieuvergunning, de bouwvergunning, het milieueffectenrapport en het veiligheidsrapport. De problematiek rond de afhandelingtermijnen moet immers niet alleen beschouwd worden tegen de achtergrond van de vergunningen, maar heeft ook betrekking op de MER, VR, … Dat moet samen met een evaluatie van de procedures waar mogelijk leiden tot een inkorting van procedurestappen en tot beter gerespecteerde proceduretermijnen.
11
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Herevaluatie verbods- en afstandsregels Vlarem
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving De verbods- en afstandsregels uit Vlarem zijn meer dan 10 jaar oud en ondertussen achterhaald door technologische en maatschappelijke ontwikkelingen. De verbods- en afstandsregels waren immers vooral ingegeven vanuit de bekommernis voor stof, geluids- en geurhinder. Precies op deze domeinen zijn de beschikbare en betaalbare technieken voor hinderpreventie sterk geëvolueerd. Daarnaast staan de verbods- en afstandsregels een daadwerkelijke uitvoering van de verwevingsvisie vervat in het RSV in de weg. Vooral de verweving tussen wonen en werken wordt hierdoor sterk bemoeilijkt. Ook de huidige leegstand en verwaarlozing van bedrijfsgebouwen in steden en randstedelijke gebieden heeft niet zelden mee te maken met de verbods- en afstandsregels. De procedure “individuele afwijkingsaanvragen” is hiervoor geen oplossing. Het gaat immers om een zeer complexe procedure die een gespecialiseerde verantwoording vergt vanwege de aanvrager. Bovendien is de overheid niet gebonden aan enige termijn om te beslissen. De opmaak van integrale voorwaarden zal evenmin veel oplossen, omdat de integrale voorwaarden zullen gelden voor klasse II-ondernemingen en gedeeltelijk klasse III-ondernemingen, terwijl heel wat verbods- en afstandsregels van toepassing zijn op klasse I-ondernemingen. Ook de ruimtelijke ordening (o.a. RUP’s) biedt geen afdoende oplossing.
Doelstelling of oplossingsrichting Evaluatie en herziening van de verbods- en afstandsregels uit Vlarem
12
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Vlarem I-indeling in rubrieken vereenvoudigen
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Voor de toepassing van de milieureglementering worden bedrijfsactiviteiten ingedeeld in meerdere rubrieken omdat Vlarem I verschillende criteria gebruikt, vermogen (kW), tonnage, volume, oplosmiddelenverbruik, … Die reglementering is op sommige plaatsen verouderd door technologische ontwikkelingen (bv. indeling van spuitcabines naargelang de aanwezigheid van een actief koolfilter). De indeling is bovendien administratief complex en weinig transparant. Voor bedrijven wordt het risico ook groter dat ongewild Vlaremrubrieken vergeten worden bij milieuvergunningsaanvragen, uiteraard met alle gevolgen vandien. Er bestaat dan ook behoefte om de indeling van de rubrieken in Vlarem I te vereenvoudigen en een maximale onderlinge afstemming na te streven zodat het probleem van de meervoudige rubricering wordt vermeden. Een illustratie vormt de rubriek 9 Dieren – Subrubrieken 9.3 tot en met 9.7 : Staanplaatsen in plaats van aantal dieren. In de indelingslijst stond voor 1999 in de Rubrieken Dieren : “Stallen ….waarin (soort dieren) gehouden en gefokt worden gelegen…….van meer dan … (aantal en soort dieren)….” Het aantal dieren was doorslaggevend. Bij de wijziging van de indelingslijst in 1999 werd bepaald onder de rubriek dieren : “Stallen …..met plaatsen voor meer dan….(aantal en soort dieren)”. Daarna kwam de nutriëntenhalte : er mogen zeker niet meer dieren gehouden worden dan de nutriëntenhalte en dan de vergunning. Het feit dat van “plaatsen” gesproken wordt in plaats van “aantal dieren” geeft problemen bij de hernieuwing van een milieuvergunning. Als stallen meer plaatsen hebben dan het aantal dieren dat oorspronkelijk in de vergunning werd vermeld, is deze stal in overtreding. Gezien de nutriëntenhalte bestaat kan in de indelingslijst van VLAREM I opnieuw sprake zijn van aantal dieren in plaats van staanplaatsen.
Doelstelling of oplossingsrichting Administratieve lastenverlaging en juridisch-technische vereenvoudiging door de herziening van de Vlarem-I indelingslijst
13
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
5.2. Stroomlijning informatie en gegevensverstrekking
Titel van het voorgestelde project Afstemming en vereenvoudiging van REG-subsidies
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving De laatste jaren is een veelvoud aan subsidieregelingen inzake rationeel energiegebruik (REG) en hernieuwbare energiebronnen ontstaan, voor verschillende doelgroepen en verschillende technologieën, zowel op Vlaams als op federaal en lokaal niveau en via de netbeheerders (openbare dienstverplichtingen). Dit heeft geleid tot een onoverzichtelijk geheel waarin de beoogde doelgroepen hun weg nauwelijks vinden. Bovendien worden sommige doelgroepen niet of te weinig bereikt, bijvoorbeeld de lagere inkomensklasse die niet over een eigen woning beschikt, kleine KMO’s, enz.
Doelstelling of oplossingsrichting Het project omvat het doorlichten, vereenvoudigen, bundelen en doeltreffender maken van alle stimulerende regelgeving inzake REG (en hernieuwbare energiebronnen). Daarbij moeten ook de administratieve procedures voor de aanvraag van de subsidies worden bekeken. Daarbij is bijzondere specifieke aandacht vereist voor specifieke groepen zoals de ongeveer 300 000 slecht geïsoleerde huurwoningen, kleine KMO’s, …
14
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Eén loket voor afhandeling en informatie inzake steunmaatregelen in de welzijns- en gezondheidszorg
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Er bestaan tal van kortingen en voordelen voor ouderen en gehandicapten. Het is echter in vele gevallen onmogelijk om over deze steunmaatregelen juiste en volledige informatie te verkrijgen. De informatie wordt dan vaak nog versnipperd over verschillende overheidsdiensten, zowel op Vlaams, op federaal als op lokaal niveau. Om in orde te zijn met de regelgeving bij het verkrijgen van bepaalde tegemoetkomingen, moeten dezelfde gegevens vaak herhaalde keren doorgestuurd worden naar verschillende instanties.
Doelstelling of oplossingsrichting -
Automatische toekenning van voordelen door samenwerkingsakkoord tussen overheidsdiensten
-
Oprichting van een loket via lokaal sociaal beleid dat alle informatie m.b.t. welzijnsmateries kan verstrekken, ook informatie die van andere overheden dan de Vlaamse moet komen. Dit loket kan ook de administratieve procedures voor het verkrijgen van dergelijke voordelen afhandelen en centraliseren.
-
Een centrale databank waar de registratie van de gegevens gebeurt en die geraadpleegd kan worden door de relevante overheidsdiensten
15
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Administratieve lasten aanmoedigingspremies
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving De werknemer die federaal een aanvraag heeft gedaan voor een RVA-uitkering moet een afzonderlijke aanvraag indienen, met o.a. bijbehorende attesten van de RVA, voor het bekomen van een Vlaamse aanmoedigingspremie. Minstens zou de dubbele aanvraagprocedure (federaal-Vlaams) moeten kunnen worden vervangen door één aanvraagprocedure-formulier die back office apart wordt behandeld door Vlaamse en federale overheid.
Doelstelling of oplossingsrichting Vermijden van dubbele gegevensopvraging Vlaams-federaal bij toekenning van aanmoedigingspremies.
16
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Administratieve lasten aanvraag startbaankaart
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Voor de aanvraag van de startbaankaart moet men bij de RVA zijn. Maar eerst moet de werknemer naar de VDAB om zich in te schrijven als werkzoekende. Ook hier zou de dubbele procedure (federaal-Vlaams) moeten kunnen worden vervangen door één aanvraagprocedureformulier die back office apart wordt behandeld door Vlaamse en federale overheid.
Doelstelling of oplossingsrichting Vermijden van dubbele gegevensopvraging Vlaams-federaal bij de aanvraag van een startbaankaart. De VDAB zou ook de startbaankaarten kunnen aanleveren. Dan moet de werknemers/werkgever maar naar één instantie gaan (en vergeet de werknemer intussen niet om zich in te schrijven als werkzoekende !). De VDAB moet dan die gegevens wellicht doorgeven aan de RSZ, eventueel via de RVA.
17
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Administratieve lasten premies bij tewerkstelling van mindervaliden
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Bij de aanvraag van een premies bij tewerkstelling van mindervaliden (CAO nr. 26 en de inschakelingspremie) zijn de gegevens die de werkgever op een specifiek document bestemd voor het VFSIPH moet invullen, perfect beschikbaar bij de RSZ via de DMFA.
Doelstelling of oplossingsrichting Vermijden van dubbele gegevensopvraging bij de aanvraag van premies voor de tewerkstelling van mindervaliden.
18
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Inventarisatie van de gemeentebelastingen
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Met de website www.mementofiscalcommunal.be, zette het Waalse Gewest een eerste belangrijke stap naar administratieve vereenvoudiging door naast 30 modelreglementen, alle belastingen van de 262 gemeenten in Wallonië publiek beschikbaar te stellen. Ook het Brussels hoofdstedelijk gewest deed terzake een initiatief (http://services.irisnet.be). Vlaanderen dient vooralsnog dergelijke inventaris te ontberen.
Doelstelling of oplossingsrichting Inventarisatie en publicatie van gemeentebelastingen. Aangezien op het Vlaamse niveau nog steeds geen (publiek toegankelijke en bijgewerkte) inventaris bestaat van gemeentebelastingen, ontbreekt ook een algemeen overzicht dat noodzakelijk lijkt om tot beleidsbeslissingen over te gaan. Een gemeentelijk register met opgave van de modelreglementen waarvan gebruik gemaakt wordt en de tarieven maakt een heldere analyse mogelijk. Naar Waals voorbeeld, de aanmoediging van door de VVSG en het Vlaamse gewest goedgekeurde modelreglementen (eenvormige belastingreglementen). Minder juridische betwistingen en meer rechtszekerheid moeten hiervan het gevolg zijn.
19
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
5.3. Automatische toekenning-betaling
Titel van het voorgestelde project Automatische toekenning verminderingen onroerende voorheffing
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Aanvragen voor verminderingen onroerende voorheffing stoelen op gegevens die bij de overheid normaliter voorhanden zijn. Gevolg van het feit dat een actieve aanvraag moet gebeuren is een administratieve complexiteit enerzijds en anderzijds ook dat heel wat doelgroepen hun recht op die aftrekken niet laten gelden. Voor elke doelgroep waarvoor een automatische toekenning geregeld is, moeten de gegevens bij de overheid beschikbaar zijn.
Doelstelling of oplossingsrichting Automatische toekenning van verminderingen onroerende voorheffing wanneer die kan worden verleend op basis van informatie die reeds beschikbaar is bij de overheid.
20
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Automatische toekenning studietoelagen onderwijs
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Reeds lang wordt het probleem gesteld dat een belangrijk aandeel van de studenten/gezinnen die recht hebben op een studietoelage hun recht niet laten gelden, omwille van een gebrekkige vertrouwdheid met hun rechten en/of de administratieve complexiteit van de aanvraagprocedure. Nochtans beschikt de overheid voor veel van de in aanmerking komende jongeren of gezinnen over alle informatie om de studietoelage automatisch toe te kennen. Dit probleem wordt ook beleidsmatig erkend. Zie oriënterende beleidsnota Onderwijs: "Er zal worden gezocht naar mogelijkheden om de studietoelage of studiefinanciering automatisch toe te kennen".
Doelstelling of oplossingsrichting Automatische toekenning studietoelagen op basis van inzameling van gegevens over onderwijs- en inkomenssituatie door administratie zelf. Daarbij moet wel in specifieke (eenvoudige) oplossingen worden voorzien voor gezinnen zonder fiscale aangifte.
21
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Domiciliëring Vlaamse belastingen
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Gezinnen en bedrijven worden doorheen het jaar geconfronteerd met de vraag tot betaling van specifieke Vlaamse belastingen (bv. onroerende voorheffing). De bijbehorende administratieve rompslomp kan voor een deel worden vermeden wanneer burgers en bedrijven domiciliëringsopdracht kunnen verlenen. Dit zou ook het probleem ondervangen dat belastingen niet tijdig worden betaald, hetzij door onachtzaamheid van de belastingbetaler, hetzij door langdurig verblijf buitenhuis.
Doelstelling of oplossingsrichting Invoering voor de Vlaamse belastingen van de mogelijkheid om de jaarlijkse betaling te domicïliëren.
22
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
5.4. Evaluatie van informatieverplichtingen
Titel van het voorgestelde project Administratieve lastenvermindering animatiefunctie rusthuizen
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Binnen de rusthuizen moet er een animator in dienst zijn voor de dagbesteding van haar bewoners. Hiertoe dient de Raad van beheer of het OCMW van het rustoord een visie neer te leggen en hoewel deze zelden of nooit wijzigt, moet deze elk jaar worden opgestuurd. Daarnaast zijn er tal van andere elementen zoals de RSZ-staten die door de administratie rechtstreeks gecontroleerd kunnen worden.
Doelstelling of oplossingsrichting Administratieve lastenvermindering animatiefunctie rusthuizen.
23
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Administratieve vereenvoudiging regelgeving bejaardenvoorzieningen
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Nu worden tal van gegevens en documenten opgevraagd waarvan niet steeds duidelijk is wat daar mee gebeurt op het niveau van de administratie. Enkele louter exemplarische voorbeelden zijn: Het KB van 12 maart 1979 betreffende veiligheidsnormen waaraan rustoorden voor bejaarden moeten voldoen. In artikel 7.1.2. van dit KB wordt bepaald dat van elk proces-verbaal van keuringen, bezoeken en controles een exemplaar blijft in het bezit van de directie, een exemplaar wordt opgestuurd naar de bevoegde Vlaamse minister, en een exemplaar wordt overgemaakt aan de burgemeester. In de praktijk blijkt dat de ingestuurde verslagen geklasseerd worden en dat initiatiefnemers die dergelijke documenten niet insturen hierop niet worden gewezen (aangezien het aan de bevoegde brandweerdiensten is om de naleving van veiligheidsvoorschriften te beoordelen). Het Besluit van de Vlaamse regering van 10 juli 1985 tot vaststelling van rechtspleging voor erkenning en sluiting van serviceflatgebouwen, woningcomplexen met dienstverlening en rusthuizen. Artikel 2 bepaalt dat om ontvankelijk te zijn, de erkenningsaanvraag vergezeld moet zijn van een hele reeks stukken en bijlagen. Artikel 6 bepaalt dat elke wijziging onmiddellijk moet worden medegedeeld. De vraag is of dat wel altijd nodig is. Bovendien gaat meestal om gegevens die de overheid al heeft of eenvoudig via andere diensten kan bekomen. - Het Besluit van de Vlaamse regering van 25 januari 1989 betreffende boekhouding, jaarrekening en rekeningenstelsel voor de serviceflatgebouwen, woningscomplexen met dienstverlening en rusthuizen. Artikel 4 van dit besluit bepaalt dat het rekeningstelsel van de voorziening voldoet aan de minimumindeling van het rekeningstelsel, zoals weergegeven in bijlage A van dit besluit. De bijlage A bevat echter een heleboel anomalieën ten aanzien van het KB 12 september 1983 houdende de minimumindeling van het algemeen rekeningstelsel. Hierdoor dienen voorzieningen telkens een conversie te doen in functie van de verplichtingen die hen zowel in het kader van het bejaardendecreet, de vennootschapswetgeving, de wet betreffende de vereniging zonder winstoogmerk of de nieuwe openbare begroting worden opgelegd.
Doelstelling of oplossingsrichting Administratieve vereenvoudiging regelgeving bejaardenvoorzieningen
24
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Invoering van de één kopie-regel
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving Vandaag moet in tal van regelgeving meerdere exemplaren van één document aan de overheid worden overgemaakt. Verder moet dikwijls informatie worden bezorgd die de overheid al heeft of die elders vrij beschikbaar is (bv. vroegere vergunningen, kopieën van statuten, … ).
Doelstelling of oplossingsrichting -
Inventarisatie en heroverweging van alle regels waar meerdere exemplaren van één document aan de overheid moeten worden overgemaakt met het oog op de vervanging ervan door de verplichting om nog slechts één kopie te bezorgen.
-
Invoering van elektronische formulieren en webformulieren.
-
Inventarisatie en heroverweging van alle regels die verplichten om informatie over te maken die de overheid al heeft of die elders vrij beschikbaar is (bv. vroegere vergunningen, kopieën van statuten, … ) vanuit het streven dat één kopie van één document slechts éénmaal moet worden overgemaakt.
25
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
5.5. Codificatie
Titel van het voorgestelde project Opmaak van procedureregels, die de uiteenlopende bepalingen in procedures harmoniseren
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving De regelgeving die procedures uitschrijft bevat vaak uiteenlopende aanduidingen van termijnen en termijnberekeningen, vaak soms zelfs binnen één decreet of besluit. Een harmonisering kan hier een belangrijke juridisch-technische vereenvoudiging inhouden.
Doelstelling of oplossingsrichting Voor de aanduiding van termijn en termijnberekeningen kan worden gedacht aan de volgende richtlijnen, eventueel op te nemen in een handleiding of in een omzendbrief: • Gebruik geen relatieve tijdsaanduidingen zoals "dadelijk" en "onmiddellijk". Zorg ervoor dat de aanvangsdatum en de einddatum van de verschillende procedure-etappes duidelijk zijn. Gebruik bij het invoeren van een tijdsaanduiding uitsluitend termijnen. • Bepaal alle termijnen in dagen, en niet in weken of maanden. Het is niet nodig te spreken van kalenderdagen. • Zorg voor een uniforme berekeningswijze van de dies a quo (aanvangsdatum) en de dies ad quem (einddatum). • Bereken de verschillende termijnen in het kader van eenzelfde procedure vanaf één vaste dies a quo. In langere procedures kan er per aanleg (eerste aanleg, beroep) één dies a quo worden gebruikt. • Bereken termijnen met een precieze dies ad quem. • Gebruik gesanctioneerde procedure-etappes.
26
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Codificatie van de volledige energiewetgeving (decreten en besluiten)
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving De Vlaamse energiewetgeving is de voorbije jaren op zeer korte tijd tot stand gekomen. Als gevolg van de tijdsdruk door de omzettingstermijn van de Europese regelgeving, werd die wetgeving gefaseerd uitgewerkt. Het gevolg is dat die regelgeving nu versnipperd is over een groot aantal uitvoeringsbesluiten, en dat de decretale regels al heel dikwijls werden aangepast. Hierdoor bestaan er goede kansen voor een betere stroomlijning en betere onderlinge inhoudelijke afstemming van de energiewetgeving, en voor het uitwieden van dubbele en intussen overbodig geworden bepalingen. Dit project was al opgenomen in het actieplan reguleringsmanagement 2002, maar heeft nog niet tot resultaten geleid. Verder is hier een inventarisatie en doorlichting van de administratieve lasten aangewezen, onder meer inzake energieplanning en -studies. Er zou niet alleen naar de administratieve lasten vervat in decreten en besluiten moeten worden gekeken, maar ook naar de vermindering van en afstemming met de administratieve formaliteiten die door de VREG worden opgelegd aan de marktpartijen.
Doelstelling of oplossingsrichting Codificatie van de regelgeving in de energiesector. Integratie van de decreten, decreetswijzigingen en uitvoeringsbesluiten in één decreet resp. één uitvoeringsbesluit. Dubbele bepalingen en regels die niet langer van toepassing zijn door de volledige vrijmaking van de Vlaamse elektriciteits- en gasmarkt vanaf 1 juli 2003 kunnen daarbij worden geschrapt. Administratieve lasten, ook die opgelegd door de VREG, moeten worden onderzocht en waar mogelijk verminderd.
27
Ontwerpadvies reguleringsmanagement – bijlage projectfiches
Titel van het voorgestelde project Codificatie van het decreet integraal waterbeleid, het drinkwaterdecreet en de wet van 1971 betreffende oppervlaktewateren
Beleidsdomein Bestuurszaken Buitenlands beleid Cultuur Economie Energie
Financiën&Begroting Jeugd Landbouw&Visserij Leefmilieu&Natuur Media
Mobiliteit Onderwijs Ruimtelijke Ordening Sport Toerisme
Volksgezondheid Welzijn Werkgelegenheid Wetenschap&Innovatie Woonbeleid
Doelgroep van het project Landbouwsector Industrie Handel en Diensten
Werknemers Werkzoekenden Gezinnen
Non-profitorganisaties Overheid
Spoor Administratieve lastenvermindering
Juridisch-technische vereenvoudiging
Reguleringsimpactanalyse
Juridisch-technische vereenvoudiging Verouderde regels Inconsistente regels Duplicatieve regels Te gedetailleerde regels Complexe terminologie Complexe procedures Complexe inhoudelijke verplichtingen Overbodige uitzonderingsbepalingen Onvoldoende gestructureerde regelgeving Andere juridisch-technische complexiteit
Reguleringsimpactanalyse Onvoldoende doeltreffende regels Beter alternatief beschikbaar Ongewenste economische effecten Ongewenste sociale effecten Ongewenste milieu effecten Gebrekkige uitvoerbaarheid Gebrekkige handhaafbaarheid Andere reden voor impactanalyse
Probleemgebied Administratieve lastenvermindering onnodige opvraging van gegevens dubbele opvraging van gegevens opvraging van gegevens bij te veel actoren te frequente opvraging van gegevens onvoldoende onderling afgestemde opvraging onvoldoende e-governmentapplicaties ingewikkelde formulieren overmatig aantal exemplaren omslachtige procedures te lange proceduretermijnen Andere administratieve lasten
Probleemomschrijving De 'water'-wetgeving is vandaag versnipperd over verschillende decreten en uitvoeringsbesluiten, onder meer het decreet integraal waterbeleid, het drinkwaterdecreet en de wet van 1971 betreffende oppervlaktewateren. Daardoor moeten doelgroepen en overheden, om bepaalde regels te kennen, de bepalingen van die verschillende decreten samen lezen. Dat maakt de regelgeving ontoegankelijk en complex. Door een groepering is ook een betere inhoudelijke afstemming mogelijk, waardoor wellicht ook de administratieve lasten kunnen dalen. Op dit moment is een grondige herziening van de regelgeving in de watersector gaande. De mogelijkheden van codificatie en administratieve lastenverlaging moeten daarbij worden benut.
Doelstelling of oplossingsrichting Codificatie van de regelgeving in de watersector.
28