broekpoort Provincie Vlaams-Brabant
ruimtelijk uitvoeringsplan
Stad VILVOORDE
RUP_23088_214_00011_00001_sv
BIJLAGE II – STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN
1 02 0-RUP_23088_214_00011_00001_BIJL II - sv-20130308.docx versie : 08 03 2013
ALGEMENE BEPALINGEN De navolgende algemene bepalingen zijn van toepassing voor zover er geen andersluidende bepalingen zijn opgenomen in de artikels ressorterend onder de bijzondere bepalingen
bijlage II : stedenbouwkundige voorschriften RUP Broekpoort
2
OPENBARE BESTEMMINGEN Binnen alle bestemmingszones zijn openbare bestemmingen toegelaten. NUTSVOORZIENINGEN Kleinschalige voorzieningen (elektriciteitskabines, elektriciteitspalen, straatmeubilair, straatverlichting, beveiligingscamera‟s, masten, ...) zijn toegelaten in het volledige plangebied. Ze worden maximaal geïntegreerd in de omgeving. De buitenverlichting wordt zo aangelegd dat de veiligheid en het veiligheidsgevoel gegarandeerd wordt. De aard van de verlichting sluit aan met de schaal van de aanleg van de ruimte. Zonnepanelen worden bevestigd aan gebouwen en geïntegreerd in architectuur van het gebouw. De aan te leggen ondergrondse nutsleidingen (aardgas, elektriciteit, telefonie, kabel, ...) worden zoveel mogelijk gebundeld op een gemakkelijk bereikbare plaats. De veiligheidsvoorschriften aangaande ondergrondse hoogspanningsleidingen en ondergrondse hoogspanningskabels, dienen te worden nageleefd en te worden gerespecteerd bij elk initiatief in het plangebied. WATERHUISHOUDING Aanleg van een volledig gescheiden systeem voor de afvoer van oppervlakte- en afvalwater binnen de zone is verplicht. Regenwaters van verhardingen waar mogelijke bezoedeling voorkomt ondergaan eerst de nodige filtering overeenkomstig de vigerende wetgeving. Vuile waters worden in afvalwaterriool geloosd. PUBLICITEIT Publiciteit kan beperkt worden toegelaten op voorwaarde dat deze betrekking heeft op de ter plaatse uitgeoefende activiteiten en voor zover er een esthetisch evenwicht kan worden aangetoond met zowel de architectuur als de omgeving. ARCHEOLOGISCH PATRIMONIUM Het decreet houdende Bescherming van het Archeologisch Patrimonium van 30 juni 1993 en latere wijzigingen is van toepassing. Bij elk initiatief moet in het beginstadium van de planvorming een archeologische terreinprospectie worden uitgevoerd. Op basis van de resultaten van dit vooronderzoek zal de bevoegde administratie uitmaken of er een archeologische opgraving noodzakelijk en gerechtvaardigd is. Er wordt advies gevraagd aan de bevoegde instantie.
bijlage II : stedenbouwkundige voorschriften RUP Broekpoort
3
BIJZONDERE BEPALINGEN
bijlage II : stedenbouwkundige voorschriften RUP Broekpoort
4
verordenende stedenbouwkundige voorschriften
toelichting bij de verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Artikel 1.- ZONE voor PUBLIEKE WEGEN
Dit gebied behoort tot de bestemmingscategorie “lijninfrastructuur” svid -- RUP_23088_214_00011_00001_001
Bestemming Deze zone is bestemd voor het verkeer en de hierbij noodzakelijke infrastructuur en parkeergelegenheden, voetpaden, nutsvoorzieningen, groenaanleg en straatmeubilair. De aanleg of werken van heraanleg in deze zone moeten de totstandkoming van een kwalitatief hoogwaardige publieke ruimte beogen. Inrichting De inrichting van de openbare wegenis gebeurt i.f.v. de gewenste verkeersfunctie en verblijfsfunctie
De verweving van de verschillende verkeers- en verblijfsfuncties dient in het ontwerp van (her)aanleg en/of uitbreiding te worden meegenomen. Met kwalitatief hoogwaardige publieke ruimte wordt bedoeld dat men de nodige aandacht geeft aan de kwaliteit van: materiaalgebruik samenhang van de inrichting gebruiks- en verblijfswaarde duurzaamheid
Artikel 2.- ZONE voor WEGEN intern gebruik
Dit gebied behoort tot de bestemmingscategorie “Woongebied” svid -- RUP_23088_214_00011_00001_002 Deze zone is bestemd voor het intern ontsluitingsverkeer, en de hierbij noodzakelijke infrastructuur en parkeergelegenheden, voetpaden, nutsvoorzieningen, groenaanleg en straatmeubilair. De aanleg of werken van heraanleg in deze zone moeten de totstandkoming van een kwalitatief hoogwaardige publieke ruimte beogen. Inrichting De inrichting van de openbare wegenis gebeurt i.f.v. de gewenste verkeersfunctie en verblijfsfunctie. Deze zone kan voor maximaal 60% verhard worden.
De verweving van de verschillende verkeers- en verblijfsfuncties dient in het ontwerp van (her)aanleg en/of uitbreiding te worden meegenomen. Met kwalitatief hoogwaardige publieke ruimte wordt bedoeld dat men de nodige aandacht geeft aan de kwaliteit van: materiaalgebruik samenhang van de inrichting gebruiks- en verblijfswaarde duurzaamheid relatie met de aanwezige groenstructuur in de onmiddellijke omgeving
bijlage II : stedenbouwkundige voorschriften RUP Broekpoort
5
verordenende stedenbouwkundige voorschriften
toelichting bij de verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Artikel 3.- ZONE voor WONEN
Dit gebied behoort tot de bestemmingscategorie “Woongebied” svid -- RUP_23088_214_00011_00001_003 Bestemming Het gebied is bestemd voor wonen en aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen. Onder aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen worden verstaan: handel, horeca, bedrijven, kantoren en diensten, openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen, openbare groene ruimten en openbare verharde ruimten, socioculturele voorzieningen en recreatieve voorzieningen. De aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen zijn toegelaten voor zover deze verenigbaar zijn met de hoofdfunctie wonen.
De betrokken werken, handelingen en wijzigingen kunnen worden toegelaten ongeacht het publiek- of privaatrechtelijk statuut van de initiatiefnemer of het al dan niet aanwezig zijn van winstoogmerk. In deze zone kan gezocht worden naar een verantwoorde (architecturale) binding tussen de aangrenzende zone(s) en publieke ruimte
Woontypologie Enkel grondgebonden ééngezinswoningen zijn toegelaten. Onderbrekingen van de gesloten bebouwing is niet toegelaten. Bouwlagen Een bouwlaag is een nuttig te gebruiken bovengrondse verdieping. De hoogte van een bouwlaag wordt gemeten tussen vloer en plafond van elke verdieping. Een bovengrondse verdieping is een verdieping waarvan de vloer zich maximaal 1,50 meter onder het maaiveld bevindt, gemeten vanaf het laagste peil van het maaiveldniveau grenzend aan het gebouw. Bouwlagen die hoger zijn dan 4,50m worden gerekend als meerdere bouwlagen, te rekenen als veelvoud van 2,25 meter. Aantal bouwlagen : 2. Dakstructuren | vormen Moderne dakstructuren in kwalitatieve materialen zijn toegelaten voor zover deze architecturaal worden geïntegreerd.
Bouwdiepte minimum : 8 m maximaal :15 m op het gelijkvloers en 13 m op de verdieping
Bouwlijn (voorgevel) valt samen met de rooilijn (huidige grens tussen openbaar en privédomein).
bijlage II : stedenbouwkundige voorschriften RUP Broekpoort
6
verordenende stedenbouwkundige voorschriften
toelichting bij de verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Artikel 4.- TUINZONE
Dit gebied behoort tot de bestemmingscategorie “Woongebied” svid -- RUP_23088_214_00011_00001_004 Bestemming Het gebied is bestemd voor de inrichting van tuinen behorend bij de grondgebonden woningen. Constructies en aanverwante inrichtingen die tot de normale uitrusting van een tuin behoren zijn toegelaten.
De doelstelling is om deze ruimte als tuin in te richten zodat deze een meerwaarde is bij de woonfunctie.
Minimaal 50% dient onverhard te blijven en effectief met groen te worden ingericht.
Stedelijke tuinen kunnen kleiner zijn van oppervlakte, maar dragen bij tot de woon- en leefkwaliteit.
Overgangsbepalingen
De verblijfsfunctie van de niet-bebouwde ruimte dient voldoende in acht te worden genomen. Overheersing van tuinconstructies dient te worden vermeden.
Aan bestaande niet verkrotte constructies afwijkend van de normale tuinuitrusting kunnen enkel onderhoudswerken worden uitgevoerd. Indien het hoofdgebouw zich gedeeltelijk in deze zone bevindt, niet verkrot is kunnen verbouwingen worden toegelaten alsook stabiliteitswerken voor zover de totale bouwdiepte van het gebouw de 18 m niet overschrijdt.
Artikel 5.- ZONE voor zorginfrastructuur
Dit gebied behoort tot de bestemmingscategorie “wonen” svid -- RUP_23088_214_00011_00001_005 Bestemming Het gebied is bestemd voor initiatieven in de zorgsector. De volgende activiteiten en voorzieningen zijn eveneens toegelaten: Recreatieve voorzieningen, als nevenbestemming aan de activiteiten in de zorgsector. Zorghotel, als nevenbestemming aan de activiteiten in de zorgsector. Auditoriumruimte en opleidingslokalen, als nevenbestemming aan de activiteiten in de zorgsector. Personeelsvoorzieningen. Kinderopvang. Technische voorzieningen Infrastructuren. Bouwhoogte De maximale bouwhoogte bedraagt 15 m. Alle bouwlagen mogen tevens de bestemming woonlaag hebben. Technische constructies van maximaal 2m zijn toegelaten buiten de maximale bouwhoogte voor zover deze minimaal 2m van de dakrand zijn verwijderd.
Doelstelling : binnen een redelijke afstand van het stadscentrum bejaarde zorgbehoevende medeburgers in een aangepaste leefomgeving huisvesten. Mogelijkheden om gerelateerde activiteiten te voorzien moet zorgen voor de nodige flexibiliteit.
Er wordt compact gewerkt, maar toch met de doelstellling om aan de reële behoefte te voldoen.
bijlage II : stedenbouwkundige voorschriften RUP Broekpoort
7
verordenende stedenbouwkundige voorschriften Dakvorm De dakvorm is vrij. Ondergrondse verdiepingen Ondergrondse of halfondergrondse verdiepingen zijn toegelaten. Hierin kunnen naast bergruimten, technische installaties, enz. ook parkings, alsmede fietsenbergingen worden ingericht. Niet-bebouwde ruimte De niet-bebouwde ruimte wordt ingericht volgens de voorschriften van artikel 5. De niet-bebouwde ruimte bedraagt ten minste 40% van deze bestemmingszone.
toelichting bij de verordenende stedenbouwkundige voorschriften Bouwhoogte wordt beperkt tot de afstand tot de aangrenzende privatieve perceelsgrenzen.
Een hedendaagse architectuur wordt nagestreefd. Naast de mogelijkheden om oppervlakte parkeren in te richten in de zone „Wegen voor intern gebruik‟, dit voor kort bezoekersparkeren, wordt de optie weerhouden om zo veel ondergronds te gaan, zodat de ruimte niet gedomineerd wordt door verharding met daaraan gekoppeld auto‟s. Totale oppervlakte zal door de footprint van ontworpen gebouw niet worden ingenomen en derhalve de „restruimtes‟ binnen de zone dienen aan te sluiten op de aangrenzende bestemmingszones qua inrichting.
Artikel 6.- Groene verblijfsruimte
Dit gebied behoort tot de bestemmingscategorie “wonen” svid -- RUP_23088_214_00011_00001_006 Bestemming Deze zone is bestemd om ingericht te worden als groene verblijfsruimte. Wandelpaden en verblijfsaccommodatie, zoals banken en tafels, zijn toegelaten. Recreatieve elementen zijn toegelaten voor zover deze afgestemd zijn op de zorgsector.
In wisselwerking tot de activiteiten binnen de zone voor zorginfrastructuur wordt deze ruimte ingeschakeld, zowel voor bewoners, bezoekers als personeel.
Infrastructuur bestemd voor brandweer en nooddiensten zijn eveneens toegelaten, maar dienen verzonken te worden aangelegd. Hierbij kunnen elementen worden geplaatst die de juiste ligging aanduiden. Inrichtingsprincipes Alle bomen, heesters en hagen zijn streekeigen. Er dient voldoende diversiteit te worden voorzien, zoals hoogstam, struiken, e.d.m. zodat een monofunctionele grasvlakte wordt vermeden. De beplanting wordt gerealiseerd ten laatste tijdens het plantseizoen volgend op de beëindiging van de ruwbouw, met deze verstande dat het gebouw winddicht is en de gevels zijn afgewerkt.
bijlage II : stedenbouwkundige voorschriften RUP Broekpoort
8
verordenende stedenbouwkundige voorschriften
toelichting bij de verordenende stedenbouwkundige voorschriften
OVERDRUK Artikel 7.- Gebied voor gemengde activiteiten
Dit gebied behoort tot de bestemmingscategorie “bedrijvigheid” svid -- RUP_23088_214_00011_00001_007 Bestemming De bestemming wonen hoeft niet de hoofdbestemming te vormen. Ze wordt gelijkgesteld aan de wonen verwante bestemmingen, m.n. handel, horeca, bedrijven, kantoren en diensten, openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen, openbare groene ruimten en openbare verharde ruimten, socioculturele voorzieningen en recreatieve voorzieningen. Met deze verstande dat deze bestemmingen verenigbaar dienen te zijn met het wonen.
Verweven en geïntegreerde activiteiten zijn te weerhouden in een stedelijk weefsel, met voldoende aandacht naar draagkracht en verenigbaarheid.
Niet toegelaten activiteiten afvalstoffenverwerkingen en/of opslag schroot verwerking en/of opslag stallen en/of verhandelen van autowrakken carrosseriewerkzaamheden, waaronder spuitcabines Bouwhoogte Een bouwlaag is een nuttig te gebruiken bovengrondse verdieping. De hoogte van een bouwlaag wordt gemeten tussen vloer en plafond van elke verdieping. Een bovengrondse verdieping is een verdieping waarvan de vloer zich maximaal 1,50 meter onder het maaiveld bevindt, gemeten vanaf het laagste peil van het maaiveldniveau grenzend aan het gebouw. Bouwlagen die hoger zijn dan 4,50m worden gerekend als meerdere bouwlagen, te rekenen als veelvoud van 2,25 meter.
Een homogeen straatgabariet wordt nagestreefd. Mogelijkse beperkte accenten (door gebruik te maken van bouwlagen net onder de 4,50m) zijn aanvaardbaar in het straatbeeld.
Aantal bouwlagen : wonen : maximum 2 andere bestemmingen : maximum 1 Bouwdiepte : steeds te rekenen vanaf de rooilijn bestemming wonen gelijkvloers maximum 15 m verdieping maximum 12 m minimum diepte : 8 m andere bestemmingen volledige perimeter van de overdrukzone Inrichting en verschijningsvorm Er wordt gewerkt met hedendaagse architectuur.
Scheidingsmuren dienen op een degelijke wijze te worden afgewerkt.
bijlage II : stedenbouwkundige voorschriften RUP Broekpoort
9