gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
Oosterweelverbinding
Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften
Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap
1
gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
Oosterweelverbinding
de ontwerpers
James Van Casteren
Veerle Van Hassel
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van houdende de definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oosterweelverbinding.
de minister-president van de Vlaamse regering
de Vlaams minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening
Yves Leterme
Dirk Van Mechelen
2
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Artikel 1: gebied voor wegeninfrastructuur
Dit gebied is bestemd voor wegeninfrastructuur en aanhorigheden. In dit gebied zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren en de aanpassing van deze wegeninfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn alle werken, handelingen, en wijzigingen in functie van de ruimtelijke inpassing, geluids - en visuele buffering van de infrastructuur, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer toegelaten. Gronden die niet voor de inrichting of het functioneren van de wegeninfrastructuur gebruikt worden, worden op een kwaliteitsvolle manier geïntegreerd in de omgeving In dit gebied zijn eveneens toegelaten: -
alle handelingen, werken en wijzigingen i.f.v. tolheffing en verkeershandhaving;
-
voor zover in overeenstemming met of aangewezen in de passende beoordeling, alle werken, handelingen, en wijzigingen in functie van het behoud, de vervanging of de ontwikkeling van natuurwaarden in de speciale beschermingszone voor kwetsbare vogelsoorten, andere diersoorten of planten of van het beperken van de milieu-impact;
-
voor zover in overeenstemming met of aangewezen in de watertoets, alle werken, handelingen en wijzigingen in functie van de optimalisatie van de waterhuishouding, het beheersen van de waterproblematiek en het voorkomen van wateroverlast toegelaten voor zover de technieken van de natuurtechnische milieubouw gehanteerd worden.
3
Artikel 2: gebied voor ongelijkvloerse wegeninfrastructuur overdruk
2.1. In het gebied, aangeduid met deze overdruk, zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren en de aanpassing van een tunnel en voor de aanleg van een viaduct en aanhorigheden. Daarnaast zijn werken, handelingen en wijzigingen in functie van de ruimtelijke inpassing, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren en leidingen toegelaten. Voor zover de aanleg, het functioneren en de aanpassing van de tunnel en het viaduct niet in het gedrang wordt gebracht, is de in grondkleur aangegeven bestemming van de bestaande verordenende plannen van aanleg, de ruimtelijke uitvoeringsplannen of het onderhavig ruimtelijk uitvoeringsplan eveneens van toepassing. In dit gebied zijn eveneens toegelaten: -
voor zover in overeenstemming met of aangewezen in de passende beoordeling, alle werken, handelingen, en wijzigingen in functie van het behoud, de vervanging of de ontwikkeling van natuurwaarden in de speciale beschermingszone voor kwetsbare vogelsoorten, andere diersoorten of planten of van het beperken van de milieu-impact;
-
voor zover in overeenstemming met of aangewezen in de watertoets, alle werken, handelingen en wijzigingen in functie van de optimalisatie van de waterhuishouding, het beheersen van de waterproblematiek en het voorkomen van wateroverlast toegelaten voor zover de technieken van de natuurtechnische milieubouw gehanteerd worden.
2.2. Oosterweeltunnel In het gebied voor ongelijkvloerse infrastructuur gereserveerd voor de Oosterweeltunnel zijn de werken, handelingen en wijzigingen toegelaten: -
voor de realisatie van de tunnel en de daarbijhorende kunstwerken,
-
voor de beveiliging, de exploitatie en het onderhoud van de tunnel,
-
in functie van de waterkering,
-
voor de bouw van een bovengronds dienstgebouw aan beide tunnelmonden,
-
voor de aansluiting op het (bestaande) wegennet,
-
de aanleg van verharding voor het bereikbaar maken van het dienstgebouw, de aansluiting op de openbare weg en het stationeren van de dienstvoertuigen, De herstelwerken aan het habitatrichtlijngebied Schelde- en Durme-estuarium als gevolg van de tijdelijke verstoring gedurende de aanleg van de tunnel dienen binnen het jaar volgend op de beëindiging van de werken aan de tunnel uitgevoerd te worden. Het herstel dient te gebeuren door de heraanleg van het schor (Weel van Farnese). De aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning voor de aanleg van de tunnel bevat de nodige informatie over de toepassing van deze inrichtingsbepalingen. 2.3 Oosterweelviaduct In het gebied voor ongelijkvloerse infrastructuur gereserveerd voor het Oosterweelviaduct zijn de werken, handelingen en wijzigingen toegelaten: voor de realisatie van het viaduct en de daarbijhorende kunstwerken, voor de beveiliging, de exploitatie en het onderhoud van het viaduct, voor de aansluiting op het (bestaande) wegennet.
4
Artikel 3: natuurgebied
3.1. Het gebied is bestemd voor de instandhouding, de ontwikkeling en het herstel van de natuur, het natuurlijk milieu en de landschapswaarden. Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de instandhouding, het herstel en de ontwikkeling van de natuur, het natuurlijk milieu en landschapswaarden zijn toegelaten. Voor zover de ruimtelijk-ecologische draagkracht van het gebied niet overschreden wordt, zijn volgende werken, handelingen en wijzigingen eveneens toegelaten: 1° het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur gericht op het al dan niet toegankelijk maken van het gebied, natuur- en milieueducatie of recreatief medegebruik, waaronder het aanleggen, inrichten of uitrusten van paden voor niet-gemotoriseerd verkeer; 2° het herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande openbare wegen en nutsleidingen. Bestaande openbare wegen en nutsleidingen kunnen verplaatst worden voor zover dit noodzakelijk is voor de kwaliteit van het leefmilieu, het herstel en de ontwikkeling van de natuur en het natuurlijke milieu, de openbare veiligheid of de volksgezondheid. 3° alle werken, handelingen en wijzigingen in functie van de optimalisatie van de waterhuishouding, het beheersen van de waterproblematiek en het voorkomen van wateroverlast voor zover de technieken van de natuurtechnische milieubouw gehanteerd worden, 3.2. Middenvijver In dit gebied zijn alle werken, handelingen en wijzigingen voor de aanleg, het onderhoud, het beheer en de exploitatie van de aanwezige collectoren eveneens toegelaten. Bovengrondse constructies en de aanleg van verhardingen zijn toegelaten in functie van het onderhoud, het beheer en de exploitatie van deze aanwezige collectoren. 3.3.
overdruk Het gebied aangeduid in overdruk maakt deel uit van een grote eenheid natuur en is een onderdeel van het Vlaams Ecologisch Netwerk, in de zin van het decreet Natuurbehoud.
5
Artikel 4: groengebied
Het gebied is bestemd als groengebied. Binnen dit groengebied zijn parkbeheer- en -ontwikkeling, landschapsbeheer en -ontwikkeling, natuurbeheer en -ontwikkeling, bosbeheer en -ontwikkeling, waterbeheer, zachte laagdynamische recreatie en socio-cultureel medegebruik nevengeschikte functies. Werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de verschillende nevengeschikte functies zijn toegelaten voor zover de ruimtelijke samenhang in het gebied, de historische, horticulturele, landschappelijke en natuurlijke waarden in het gebied bewaard blijven en de sociale functie niet geschaad wordt. Behoudens verdere bepalingen zijn alle vormen van bebouwing of constructies uitgesloten. Volgende werken, handelingen en wijzigingen zijn eveneens toegelaten: 1° het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur gericht op het al dan niet toegankelijk maken van het gebied voor natuur- en milieueducatie, recreatie en socio-cultureel medegebruik, waaronder het aanleggen, inrichten of uitrusten van paden voor niet-gemotoriseerd verkeer en sanitaire gebouwen of schuilplaatsen, van één bouwlaag, met een oppervlakte van ten hoogste 100 m², met uitsluiting van elke verblijfsaccommodatie. De sanitaire gebouwen en schuilplaatsen dienen aan te sluiten op de bestaande bebouwing ter hoogte van de Charles De Costerlaan. Er mag geen bijkomende wegenis voor gemotoriseerd verkeer worden aangelegd om deze sanitaire gebouwen en schuilplaatsen te ontsluiten; 2° het herstellen, heraanleggen of verplaatsen van bestaande openbare wegen en nutsleidingen; 3° het aanleggen of uitrusten van een parkeerruimte van maximum 400 m² ten behoeve van de recreatieve voorzieningen. Deze parkeerruimte moet worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen, moet geïntegreerd worden in het landschap en dient aan te sluiten op de Charles De Costerlaan; 4° werken, handelingen en wijzigingen voor de aanleg, het onderhoud, het beheer en de exploitatie van het bestaande pompstation en collectoren. Bovengrondse constructies, uitbreidingen van het bestaande pompstation en de aanleg van verhardingen zijn toegelaten in functie van het onderhoud, het beheer en de exploitatie van het pompstation en collectoren; 5° werken, handelingen en wijzigingen in functie van de optimalisatie van de waterhuishouding, het beheersen van de waterproblematiek en het voorkomen van wateroverlast toegelaten voor zover de technieken van de natuurtechnische milieubouw gehanteerd worden.
6
Artikel 5: werfzone overdruk
5.1. Werfzones zijn tijdelijk - gedurende de aanleg van de wegeninfrastructuur - bestemd voor de inrichting, de voorbereiding en de realisatie van alle noodzakelijke werken in het kader van de aanleg van de wegeninfrastructuur, evenals de stockage van materialen, grondstoffen en tijdelijke grondoverschotten en de werfuitrusting voor het personeel. In dit gebied zijn gedurende de aanleg van de wegeninfrastructuur alle werken, handelingen en wijzigingen voor de inrichting, de exploitatie en de beveiliging van de werfzones toegelaten. Na de realisatie van de (ongelijkvloerse) wegeninfras tructuur, is de in grondkleur aangegeven bestemming van de bestaande verordenende plannen van aanleg, de ruimtelijke uitvoeringsplannen of het onderhavig ruimtelijk uitvoeringsplan van toepassing en kunnen de nodige werken en maatregelen uitgevoerd worden om deze grondbestemming te realiseren en moeten de nodige werken en maatregelen uitgevoerd worden om de verstoorde aanwezige natuurwaarden te herstellen. De aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning voor de aanleg van de (ongelijkvloerse) wegeninfrastructuur bevat de nodige informatie over de toepassing van deze inrichtingsbepalingen. De herstelwerken aan het habitatrichtlijngebied Schelde- en Durme-estuarium als gevolg van de tijdelijke verstoring gedurende de aanleg van de tunnel dienen binnen het jaar volgend op de beëindiging van de werken aan de tunnel uitgevoerd te worden. Het herstel dient te gebeuren door de heraanleg van het schor (Weel van Farnese). De aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning voor de aanleg van de tunnel bevat de nodige informatie over de toepassing van deze inrichtingsbepalingen. In dit gebied zijn eveneens toegelaten: alle werken, handelingen en wijzigingen in functie van ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, het verplaatsen en bundelen van nutsleidingen; -
voor zover in overeenstemming met of aangewezen in de passende beoordeling, alle werken, handelingen, en wijzigingen in functie van het behoud, de vervanging of de ontwikkeling van natuurwaarden in de speciale beschermingszone voor kwetsbare vogelsoorten, andere diersoorten of planten of van het beperken van de milieu-impact;
-
voor zover in overeenstemming met of aangewezen in de watertoets, alle werken, handelingen en wijzigingen in functie van de optimalisatie van de waterhuishouding, het beheersen van de waterproblematiek en het voorkomen van wateroverlast toegelaten voor zover de technieken van de natuurtechnische milieubouw gehanteerd worden.
5.2. Werfzone t.h.v. Sint-Annabos Alle werken, handelingen en wijzigingen noodzakelijk voor de tijdelijke stockage, behandeling en berging van de species afkomstig van baggerwerken in functie van de aanleg van de tunnel, de inrichting, de exploitatie en de beveiliging van de aan deze werken gerelateerde werfzones zijn toegelaten.
7
overdruk
Artikel 6: leidingstrook
6.1 In het gebied, aangeduid met deze overdruk, zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, de exploitatie en wijzigingen van ondergrondse transportleidingen en hun aanhorigheden. Nieuwe leidingen worden gerealiseerd in functie van het optimaal ruimtegebruik van de leidingstrook. De aanvragen voor vergunningen voor een transportleiding en aanhorigheden worden beoordeeld rekening houdend met de in grondkleur aangegeven bestemming. De in grondkleur aangegeven bestemming is van toepassing voor zover de aanleg, de exploitatie en wijzigingen van de leidingen en hun aanhorigheden niet in het gedrang worden gebracht.
overdruk
6.2 Leidingstrook in Sint-Annabos en ten zuiden van Blokkersdijk De transportleidingen in de leidingenstrook door Sint-Annabos en de zuiden van Blokkersdijk worden aangelegd op een minimum diepte van 8 meter.
8
Artikel 7: Enkelvoudige leiding symbolische aanduiding in overdruk
In het gebied, aangeduid met deze overdruk, zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, de exploitatie en de wijzigingen van een ondergrondse transportleiding en haar aanhorigheden. De aanvragen voor vergunningen voor een transportleiding en aanhorigheden worden beoordeeld rekening houdend met de in grondkleur aangegeven bestemming. De in grondkleur aangegeven bestemming is van toepassing voor zover de aanleg, de exploitatie en wijzigingen van de enkelvoudige leiding en haar aanhorigheden niet in het gedrang worden gebracht.
9
Artikel 8: Hoogspanningsleiding symbolische aanduiding in overdruk
In het gebied, aangeduid met de overdruk hoogspanningsleiding, zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, de exploitatie en de wijzigingen van een hoogspanningsleiding en haar aanhorigheden. De aanvragen voor vergunningen voor een hoogspanningsleiding en aanhorigheden worden beoordeeld rekening houdend met de in grondkleur aangegeven bestemming. De in grondkleur aangegeven bestemming is van toepassing voor zover de aanleg, de exploitatie en wijzigingen van de hoogspanningsleiding niet in het gedrang worden gebracht.
10
Artikel 9: reservatiegebied voor hoogspanningsleiding overdruk
In het gebied, aangeduid met de overdruk reservatiegebied voor hoogspanningsleiding, zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor het verleggen van de bestaande hoogspanningsleiding en haar aanhorigheden. De aanvragen voor vergunningen voor een hoogspanningsleiding en aanhorigheden worden beoordeeld rekening houdend met de in grondkleur aangegeven bestemming. De in grondkleur aangegeven bestemming is van toepassing voor zover de aanleg, de exploitatie en wijzigingen van de hoogspanningsleiding niet in het gedrang worden gebracht.
11
Artikel 10: op te heffen reservatie- en erfdienstbaarheidsgebied
De bestaande reservatie- en erfdienstbaarheidsgebieden worden opgeheven. De in grondkleur aangegeven bestemmingen van de bestaande verordenende plannen van aanleg, de ruimtelijke uitvoeringsplannen of het onderhavig ruimtelijk uitvoeringsplan blijven van toepassing.
12
Artikel 11: op te heffen bestaande hoofdverkeersweg en op te heffen bestaande autosnelweg De bestaande hoofdverkeerswegen en autosnelwegen worden opgeheven. De in grondkleur aangegeven bestemmingen van de bestaande verordenende plannen van aanleg, de ruimtelijke uitvoeringsplannen of het onderhavig ruimtelijk uitvoeringsplan blijven van toepassing.
13
Artikel 12: op te heffen leidingstraat
De bestaande leidingstraten worden opgeheven. De in grondkleur aangegeven bestemmingen van de bestaande verordenende plannen van aanleg, de ruimtelijke uitvoeringsplannen of het onderhavig ruimtelijk uitvoeringsplan blijven van toepassing.
14