Broedvogeltellingen in de Parkendriehoek in Dordrecht in 2015 Overkamppark, Landgoed Dordwijk en Dubbelmondepark en een vergelijking met eerdere inventarisaties
Sander Terlouw
Grauwe Vliegenvanger - Foto Hans Gebuis
Natuur- en Vogelwacht Biesbosch www.vogelwacht.eu Noorderelsweg 4a – 3329 KH – Dordrecht
Vogelwerkgroep Biesbosch www.vwgbiesbosch.org
2
Inhoudsopgave Inleiding ................................................................................................................................................... 4 Werkwijze ................................................................................................................................................ 4 Het weer in het broedseizoen van 2015 ................................................................................................. 5 Korte gebiedsbeschrijving ....................................................................................................................... 6 Overkamppark ..................................................................................................................................... 6 Landgoed Dordwijk.............................................................................................................................. 7 Dubbelmondepark............................................................................................................................... 8 Resultaten ............................................................................................................................................... 9 Algemeen............................................................................................................................................. 9 Kolonie Blauwe reiger ....................................................................................................................... 12 Vergelijking voorgaande tellingen ..................................................................................................... 12 Bijlage I Vergelijking aantallen territoria Overkamppark 1990-2015.................................................... 16 Bijlage II Vergelijking aantallen territoria Dordwijk 1990-2015 ............................................................ 17 Bijlage III Vergelijking aantallen territoria Dubbelmondepark 1990-2015 ........................................... 18 Bijlage IV Territoriumkaarten Parkendriehoek 2015............................................................................. 19
3
Inleiding In het voorjaar en de zomer van 2015 heeft de Stichting Natuur- en Vogelwacht Biesbosch een broedvogelkartering uitgevoerd in het Overkamppark, Landgoed Dordwijk en het Dubbelmondepark, ook wel de Parkendriehoek van Dordrecht genaamd. De Parkendriehoek is een belangrijke groene oase in de stad Dordrecht. In totaal behelst het een aanzienlijke oppervlakte (42,2 ha) centraal gelegen in Dordrecht. Het ligt tevens op een noord-zuid georiënteerde verbindingszone door de stad (Dordwijkzone).
In de jaren negentig van de vorige eeuw zijn hier eveneens broedvogelkarteringen uitgevoerd door de Natuur- en Vogelwacht Biesbosch (toen nog Natuur- en Vogelwacht Dordrecht). Om te kijken of en hoe de broedvogelbevolking van deze Parkendriehoek is veranderd in de afgelopen 25 jaar, zijn in 2015 deze gebieden wederom geïnventariseerd.
Werkwijze De broedvogels zijn gekarteerd volgens de uitgebreide territoriumkartering BMP-A (alle soorten), conform de richtlijnen van de Handleiding Sovon Broedvogelonderzoek (van Dijk & Boele 20111). In totaal zijn er vijf bezoekronden uitgevoerd, allen te voet. De inventarisaties startten allen ruim een half uur voor zonsopgang en eindigden ongeveer 2 uur na zonsopkomst. Onderstaand zijn de data van de bezoekronden weergegeven:
13 april 26 april 8 mei 24 mei 7 juni
Door (weers)omstandigheden lukte het niet om nog een extra telling eind maart en eind juni uit te voeren. Desondanks is niet de verwachting dat dit veel invloed heeft gehad op de resultaten. Door het slechte weer eind maart kwam de zang laat op gang, wat ook terug te zien is in de tellingen van broedvogelkarteringen in de Biesbosch in 2015. Verder zijn er niet veel extra soorten in een bosgebied als de Parkendriehoek te verwachten eind juni. Zo is er geen/nauwelijks geschikt biotoop voor Bosrietzanger (ook nooit waargenomen de afgelopen vijf jaar in deze gebieden), en is ook de Boomvalk niet aanwezig dit jaar.
De tellingen zijn uitgevoerd door de zeer ervaren tellers Michel Kapoen en Sander Terlouw. De inventarisatiegegevens zijn of direct in het veld ingevoerd met de mobiele app ‘Obsmapp’, waarna ze na afloop zijn geüpload naar het autoclusteringsprogramma van Sovon, of zijn in het veld op papier
1
Van Dijk A.J. & Boele A. 2011. Handleiding Sovon Broedvogelonderzoek. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen.
4
gezet en later ingevoerd in het autoclusteringsprogramma van Sovon. De territoriumkaarten per soort zijn via datzelfde programma gegenereerd, waarna de tellers de resultaten hebben gecontroleerd op juistheid. Hierna is een enkele fout gecorrigeerd. Een voorbeeld hiervan is de aanwezigheid van één enkel Sperwerterritorium (nestvondst) in de gehele Parkendriehoek. Deze soort werd in alle drie de onderzoeksgebieden territoriaal waargenomen, waardoor het autoclusteringsprogramma hier meerdere territoria van maakte. Het programma clustert namelijk per gebied, en niet over gebieden heen. In werkelijkheid is dit echter maar één territorium. Hier zijn de gegevens dus op aangepast.
Het weer in het broedseizoen van 2015 Het weer is van invloed op de zang- en baltsintensiteit van vogels. Daarnaast heeft het invloed op de waarneembaarheid van de vogels voor de inventarisator. Met name harde wind en neerslag zijn ongunstig. Daarnaast zijn lage temperaturen ook niet bevorderlijk voor de activiteit van vogels. Ongunstig weer tijdens het broedseizoen resulteert vaak ook in slechte broedresultaten. Veel jongen sterven dan bijvoorbeeld als ze net uit het ei zijn, waardoor de volwassen vogels daarna minder actief zijn. Er hoeft immers geen voer aangevoerd te worden, wat de waarneemkans van de vogels vermindert. Hieronder is een korte beschrijving opgenomen van het weer in het broedseizoen aan de hand van de maandoverzichten van het KNMI (www.knmi.nl). Gemiddeld was het weer in het broedseizoen van 2015 vrij koel, zonnig en droog met op verschillende dagen extreem weer.
De temperatuur in het voorjaar was vrij koel, met name mei was flink koeler dan gemiddeld. In totaal waren er in maart, april en mei slechts vijf warme dagen (maximumtemperatuur boven de 20 °C), tegen veertien normaal. Slechts één dag was het zomers, met een temperatuur boven de 25 graden. De laatste dagen van maart kende stormachtig weer, met op meerdere dagen windsnelheden boven de 100 km per uur. Het was verder relatief zonnig en droog. Juni was gemiddeld, maar wel een maand van uitersten. Enkele dagen met tropische temperaturen werden afgewisseld door koele en sombere dagen, met op meerdere nachten ook nog vorst aan de grond.
Op de dagen dat de inventarisaties plaatsvonden was het steeds goed weer: weinig wind, droog en relatief warm.
5
Korte gebiedsbeschrijving De Parkendriehoek bevindt zich midden in de stad Dordrecht. Het gebied ligt ten zuiden van de Randweg N3, ten noorden van de Overkampweg en ten westen van de bebouwing van Dubbeldam. Onder de wegen door zijn de afgelopen jaren faunapassages aangelegd: naar het zuiden toe, naar het in 2007 gerealiseerde park Stevenshof, en naar het noorden toe, naar het Raamkilplantsoen. Het gebied is in totaal 42,2 hectare groot.
Afbeelding 1:
De ligging van de Parkendriehoek in Dordrecht (inzet) en de detailligging van de drie parken die in 2015 op broedvogels zijn onderzocht.
Overkamppark Het Overkamppark is in 1975 aangelegd op voormalig landbouwgrond in een nieuwe Engelse landschapsstijl. Het park kent slingerende paden, waterpartijen met deels natuurlijke oevers en kleine hoogteverschillen. Een klein stukje oud bos van Dordwijk werd ook in het park opgenomen. Een poel, een vleermuistoren, insectenwand en een nestwand voor ijsvogels zijn in 2012-2013 op advies van de Natuur- en Vogelwacht Biesbosch aan het park toegevoegd. In 2010 is het park aan de zuidoostkant uitgebreid met een kleine twee hectare (voormalig terrein van ‘de Vlaming’). Daar is een flinke waterpartij gerealiseerd met een eilandje, struweel en een stukje rietoever. In het park bevindt zich nog een monumentale boerderij met koetshuis en twee Oostenrijkse blokhuizen. Het Overkamppark is openbaar toegankelijk, goed ontsloten en bijna geheel hondenlosloopterrein. In totaal is het onderzochte gebied 14,5 hectare groot. 6
Afbeelding 2:
Zuidkant van het Overkamppark. Links de Overkampweg, rechts het park. De vijvers kennen natuurvriendelijke oevers en daardoor een hogere biodiversiteit. De IJsvogel foerageert hier ook graag. Foto Ronald van Jeveren.
Landgoed Dordwijk Landgoed Dordwijk werd rond 1635 als buitenplaats aangelegd. Halverwege de 19e eeuw is het omgevormd tot een park in de Engelse landschapsstijl. Bijna alle waterpartijen kennen daarom geen natuurlijke oevers. Op het landgoed bevinden zich; een kasteelboerderij (1725), een Oranjerie (1861), een tuinmanswoning (1861), huize Dordwijk (1852), villa Sorghvliet (1891) en enkele schuren. Ook is er een groentetuin waar groenten, fruit en kruiden worden verbouwd. Een stukje van het landgoed herbergt een hertenkamp met damherten. Het is de best bewaarde buitenplaats van Dordrecht. Van 1976 tot 1995 was Dordwijk een natuurreservaat en werd het beheerd door Staatsbosbeheer. Tegenwoordig is het eigendom van Stichting Dordwijk en ligt het in verval geraakte landgoed er weer prachtig bij. Het landgoed kent ook een bijzondere (stinzen)flora. Landgoed Dordwijk is niet openbaar toegankelijk en ook verboden voor honden. Wel kan het landgoed onder begeleiding bezocht worden en worden er geregeld excursies gehouden. In totaal is het onderzochte gebied 16,2 hectare groot.
7
Afbeelding 3:
Kenmerkend beeld van open gebied in Landgoed Dordwijk in de Engelse landschapsstijl. Enkele statige gebouwen, oude, monumentale bomen afgewisseld met struweel, gazon en slingerpaden. Foto Ronald van Jeveren.
Dubbelmondepark Het Dubbelmondepark is eveneens in 1975 aangelegd en grenst aan de noordrand van Landgoed Dordwijk. Het is een bosachtig park, met waterpartijen met deels natuurlijke oevers en fiets- en wandelpaden met grasstroken aan de randen. Het Dubbelmondepark wordt redelijk extensief onderhouden. Het grootste deel van het park wordt sinds 1994 jaarrond door (twee) Schotse Hooglanders begraasd. In dat jaar is ook een ecologische herinrichting uitgevoerd. Het Dubbelmondepark is openbaar toegankelijk, goed ontsloten en bijna geheel hondenlosloopterrein. In totaal is het onderzochte gebied 11,5 hectare groot.
8
Resultaten Algemeen In totaal werden in het gehele onderzoeksgebied 394 territoria vastgesteld, verdeeld over 41 soorten. Daarbij gaat het in het Overkamppark om 130 territoria van 32 verschillende soorten. Op Landgoed Dordwijk om 178 territoria van 34 soorten en in het Dubbelmondepark 86 territoria van 23 soorten (zie tabel 1). De talrijkste soorten waren Winterkoning (70 territoria), Koolmees (34 territoria), Merel (28 territoria), Houtduif (25 territoria) en Tjiftjaf en Zwartkop (elk 23 territoria).
Van de aangetroffen soorten staan er twee op de Rode Lijst van bedreigde vogelsoorten (Sovon & Vogelbescherming 20042). De Groene specht (3 territoria) staat als kwetsbaar geclassificeerd. De Grauwe vliegenvanger (1 territorium) als ‘gevoelig’.
Afbeelding 4:
De Groene specht staat op de Rode Lijst als kwetsbaar. De soort voelt zich thuis in de Parkendriehoek. Er werden in 2015 drie territoria vastgesteld. Foto Hans Gebuis.
De dichtheid van de territoria was het hoogst op Landgoed Dordwijk met 10,99 territoria per hectare, gevolgd door het Overkamppark met 8,97 territoria per hectare en tot slot het Dubbelmondepark met 7,48 territoria per hectare. Dat Landgoed Dordwijk er op deze manier uitspringt, is niet verwonderlijk. Het is het oudste park, met een grote gelaagdheid en structuur in vegetatie en tevens 2
Hustings F., Borggreve C., van Turnhout C. & Thissen J. 2004. Basisrapport voor de Rode Lijst Vogels volgens Nederlandse en IUCN-criteria. Sovononderzoeksrapport 2004/13. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.
9
verboden voor honden. Het kent honderd jaar oude bomen met veel ondergroei, struweel, graslanden en waterpartijen. Daar kunnen de nu 40 jaar oude parken van Dubbelmonde en Overkamp niet tegenop. De ouderdom van Landgoed Dordwijk komt ook goed tot uiting in de soorten die er broeden, met enkele typische soorten van oude bossen zoals: Appelvink, Boomklever, Bosuil, Grauwe Vliegenvanger, Holenduif, Kauw en twee spechtensoorten.
Opvallend is wel de lage score van Landgoed Dordwijk in vergelijking met Dubbelmondepark en Overkamppark van soorten gebonden aan water. Dus de eendensoorten en rietsoorten. Landgoed Dordwijk scoort hier aanmerkelijk lager dan de andere twee parken. Dit is ongetwijfeld een gevolg van de inrichting in de Engelse landschapsstijl van het landgoed. Kenmerkend daarvoor zijn de kronkelige waterpartijen met een strakke scheiding tussen land en water. Natuurlijke oevers zijn nauwelijks aanwezig, wat de mogelijkheid tot broeden voor de genoemde soorten bemoeilijkt. In het Dubbelmondepark en Overkamppark is de laatste jaren juist geïnvesteerd in natuurvriendelijke oevers, en dat betaalt zich uit.
Een opvallende broedvogel dit jaar is de IJsvogel. Deze soort broedde in het Overkamppark in een wortelkluit van een recent, op advies van de Natuur- en Vogelwacht, omgetrokken populier. De IJsvogel werd vooral gezien in het Overkamppark en foeragerend in het Dubbelmondepark. In mindere mate foerageert de soort op Landgoed Dordwijk, omdat de sloten daar minder (jonge) vis bevatten door minder watervegetatie en meer verzuring door bladafval in de sloten.
Afbeelding 5:
De komst van een broedpaar IJsvogels is een beloning voor de meer natuurlijke inrichting van het Overkamppark en Dubbelmondepark de laatste jaren. Het omtrekken van een populier zorgde voor een wortelkluit waarin de soort kon broeden en de inrichting van natuurvriendelijke oevers zorgde voor meer vis en jachtmogelijkheden voor deze soort. Foto Hans Gebuis.
10
Tabel 1: Aantal territoria per soort in 2015 voor het totale onderzochte gebied, en per deelgebied.
Overkamppark Landgoed Dordwijk Dubbelmondepark Totaal Appelvink 2 2 Blauwe Reiger 1 12 13 Boomklever 1 4 5 Boomkruiper 7 5 1 13 Bosuil 1 1 Buizerd 1 1 Ekster 1 1 3 5 Fuut 1 1 2 Gaai 1 2 1 4 Grasmus 1 1 Grauwe Gans 1 1 2 Grauwe Vliegenvanger 1 1 Groene Specht 1 2 3 Groenling 1 1 2 Grote Bonte Specht 2 5 2 9 Heggenmus 3 2 5 Holenduif 5 5 Houtduif 4 13 8 25 IJsvogel 1 1 Kauw 3 10 2 15 Kleine Karekiet 4 4 Knobbelzwaan 1 1 Koolmees 11 15 8 34 Meerkoet 5 3 6 14 Merel 11 10 7 28 Nijlgans 1 1 2 Pimpelmees 6 8 4 18 Putter 1 1 Roodborst 3 5 2 10 Sperwer 1 1 Staartmees 1 1 1 3 Tjiftjaf 9 9 5 23 Tuinfluiter 1 2 3 Turkse Tortel 1 1 Vink 3 6 2 11 Waterhoen 3 1 4 8 Wilde Eend 5 2 3 10 Winterkoning 25 29 16 70 Zanglijster 3 6 9 Zwarte Kraai 2 1 2 5 Zwartkop 8 10 5 23 Totaal aantal territoria 130 178 86 394 Totaal aantal soorten 32 34 23 41 Aantal territoria/hectare 8,97 10,99 7,48 9,34
11
Kolonie Blauwe reiger Het gebied herbergt een kolonie Blauwe reigers (13 bewoonde nesten in 2015). De soort broedt voornamelijk op Landgoed Dordwijk, maar sinds enkele jaren zit er ook één nest nabij de voormalige boerderij Overkamp. De kolonie wordt al lange tijd gevolgd, waardoor een lange tijdreeks kan worden gemaakt van de ontwikkeling van de Blauwe reigerpopulatie in de Parkendriehoek. In Vogelwerkgroep Avifauna West-Nederland (1981)3 wordt voor 1976 voor deze kolonie 3-5 nesten gemeld. Gebuis et al. (1992) meldt voor 1978 25 en 1979 21 nesten. Vanaf dan wordt de kolonie (bijna) jaarlijks geteld. Op enkele jaren na is hiermee een bijna 40 jaar lange reeks van deze kolonie beschikbaar. De kolonie kende zijn hoogtijdagen vanaf halverwege de jaren ’80 tot halverwege jaren ’90 van de vorige eeuw. In die tijd besloot Staatsbosbeheer reigers die zich buiten de clusterbomen probeerden te vestigen te verstoren zodat de kolonie beperkt bleef tot een compact clubje bomen. Dit om te voorkomen dat veel meer oude karakteristieke bomen op het landgoed door de reigerguano in kwaliteit zouden inboeten. Vanaf halverwege jaren negentig zette een gestage daling in die, ondanks een enkele opleving, ook vandaag de dag nog steeds doorzet. 70
60
50
40
30
20
10
?
?
? ?
?
?
?
?
1975 1976 1977 1978 1979 1980 1981 1982 1983 1984 1985 1986 1987 1988 1989 1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015
0
Afbeelding 6:
Verloop van het aantal nesten van de Blauwe reiger in de Parkendriehoek in Dordrecht (voornamelijk Landgoed Dordwijk). In de jaren met een ? is er niet geteld.
Vergelijking voorgaande tellingen De verschillende deelgebieden zijn vanaf 1990 niet allemaal in hetzelfde jaar geïnventariseerd. Alleen in 1990, 1996 en 2015 zijn de drie gebieden integraal gekarteerd. De resultaten voor de gehele parkendriehoek van die jaren worden vergeleken in tabel 2. Wat opvalt, is dat soorten van oud(er) bos flink toegenomen zijn zoals: Appelvink, Boomklever, Boomkruiper en Grote bonte specht. Ook de Winterkoning is anno 2015 flink talrijker dan die in 1990 was. Soorten van jong struweel daarentegen
3
Vogelwerkgroep Avifauna West-Nederland, 1981, Randstad en broedvogels, Tilburg.
12
zijn afgenomen (bijv. Heggenmus) of zelfs verdwenen (Fitis). verdwenen. Enkele vogels gebonden aan water(kanten) hebben zich recent gevestigd zoals: Grauwe gans, IJsvogel, Kleine karekiet en Fuut.
Afbeelding 7:
Soorten van ouder bos zijn toegenomen de afgelopen 25 jaar, zoals deze Grote bonte specht, waarvan in totaal in 2015 in de Parkendriehoek 9 territoria werden vastgesteld. Foto Hans Gebuis.
Soorten die een binding hebben met landelijk gebied zijn afgenomen of verdwenen zoals: Kneu, Spotvogel, Boerenzwaluw, Spreeuw, Torenvalk, Witte kwikstaart en Zomertortel. Dit heeft voor een aanzienlijk deel te maken met de veranderde omgeving van de Parkendriehoek (verdere verstedelijking, intensivering landbouw). Opvallend is verder dat de Huismus tegenwoordig ook niet meer in de Parkendriehoek tot broeden komt.
In totaal zijn er in deze drie jaren gezamenlijk 54 verschillende soorten vastgesteld. Het aantal soorten per jaar is iets toegenomen, maar de dichtheid is afgenomen. Dit is voor een flink deel te wijten aan slechts vier soorten: Blauwe reiger, Merel, Zanglijster en Spreeuw. Voor de Spreeuw is eerder een verklaring gegeven. Ook de Blauwe reiger is reeds besproken. Waarom de afname van Merel en Zanglijst zo groot is, is niet geheel duidelijk. Een combinatie van biotoopverandering, voedselvoorziening en predatie ligt voor de hand.
13
In Bijlage I, II en III zijn de resultaten van alle ooit uitgevoerde broedvogelkarteringen voor het Overkamppark, Landgoed Dordwijk en het Dubbelmondepark te vinden. Van het Overkamppark zijn van drie jaren gegevens beschikbaar (1990, 1996, 2015). Van Landgoed Dordwijk zijn er van vier jaren gegevens bekend (1990, 1996, 1997, 2015) en van het Dubbelmondepark zijn in zeven verschillende jaren broedvogelkarteringen uitgevoerd (1990, 1994, 1995, 1996, 1997, 1998 en 2015).
Tabel 2: Aantal territoria per soort in 1990, 1996 en 2015 voor het totale onderzochte gebied: de Parkendriehoek. Die zijn alle jaren waarin alle gebieden tegelijkertijd zijn onderzocht.
Totaal 1990 1996 2015 Appelvink 0 0 2 Blauwe Reiger 66 25 13 Boerenzwaluw 2 0 0 Boomklever 0 1 5 Boomkruiper 4 10 13 Boomvalk 0 1 0 Bosuil 1 1 1 Buizerd 0 0 1 Ekster 0 4 5 Fitis 11 8 0 Fuut 0 0 2 Gaai 1 1 4 Grasmus 0 0 1 Grauwe Gans 0 0 2 Grauwe Vliegenvanger 3 3 1 Groene Specht 0 1 3 Groenling 15 6 2 Grote Bonte Specht 1 6 9 Grote Lijster 0 1 0 Heggenmus 13 9 5 Holenduif 2 8 5 Houtduif 26 59 25 Huismus 25 20 0 IJsvogel 0 0 1 Kauw 12 13 15 Kleine Karekiet 0 0 4 Kneu 6 0 0 Aantal soorten 37 38 41 Aantal territoria 512 501 394 Aantal territoria/hectare 12,13 11,87 9,34
Knobbelzwaan Koekoek Koolmees Meerkoet Merel Nijlgans Pimpelmees Putter Roodborst Sperwer Spotvogel Spreeuw Staartmees Tjiftjaf Torenvalk Tuinfluiter Turkse Tortel Vink Waterhoen Wielewaal Wilde Eend Winterkoning Witte Kwikstaart Zanglijster Zomertortel Zwarte Kraai Zwartkop
1990 1996 2015 0 0 1 1 2 0 22 29 34 12 12 14 68 40 28 0 0 2 11 9 18 0 0 1 7 11 10 0 1 1 8 1 0 46 11 0 1 4 3 23 37 23 1 0 0 3 6 3 0 1 1 10 16 11 7 15 8 1 0 0 24 17 10 30 47 70 2 0 0 24 33 9 1 0 0 3 7 5 19 25 23
14
Afbeelding 8:
De winterkoning is de laatste 25 jaar flink toegenomen in de Parkendriehoek en was in 2015 met 70 territoria de meest algemene broedvogel. Foto Hans Gebuis.
15
Bijlage I Vergelijking aantallen territoria Overkamppark 1990-2015 OVERKAMPPARK Blauwe Reiger Boomklever Boomkruiper Buizerd Ekster Fitis Fuut Gaai Grasmus Grauwe Gans Groene Specht Groenling Grote Bonte Specht Heggenmus Houtduif Huismus IJsvogel Kauw Kleine Karekiet Koekoek Koolmees Meerkoet Merel Pimpelmees Roodborst Sperwer Spotvogel Spreeuw Staartmees Tjiftjaf Tuinfluiter Turkse Tortel Vink Waterhoen Wilde Eend Winterkoning Zanglijster Zwarte Kraai Zwartkop Aantal soorten Aantal territoria Aantal territoria/hectare
1990 0 0 2 0 0 3 0 0 0 0 0 4 0 3 11 6 0 0 0 0 7 4 22 3 0 0 4 15 0 9 1 0 4 3 5 9 8 2 7 21 132 9,10
1996 0 0 1 0 2 3 0 0 0 0 0 2 1 6 16 20 0 0 0 1 10 6 25 6 5 0 0 5 1 10 2 1 5 5 5 13 9 2 9 26 171 11,79
2015 1 1 7 1 1 0 1 1 1 1 1 0 2 3 4 0 1 3 4 0 11 5 11 6 3 1 0 0 1 9 1 0 3 3 5 25 3 2 8 32 131 9,03
16
Bijlage II Vergelijking aantallen territoria Dordwijk 1990-2015 LANDGOED DORDWIJK Appelvink Blauwe Reiger Boerenzwaluw Boomklever Boomkruiper Boomvalk Bosuil Ekster Fitis Gaai Grauwe Vliegenvanger Groene Specht Groenling Grote Bonte Specht Grote Lijster Heggenmus Holenduif Houtduif Huismus Kauw Knobbelzwaan Koekoek Koolmees Meerkoet Merel Nijlgans Pimpelmees Putter Roodborst Sperwer Spotvogel Spreeuw Staartmees Tjiftjaf Torenvalk Tuinfluiter Turkse Tortel Vink Waterhoen Wielewaal Wilde Eend Winterkoning Witte Kwikstaart Zanglijster Zwarte Kraai Zwartkop Aantal soorten Aantal territoria Aantal territoria/hectare
1990 0 66 2 0 2 0 1 0 4 1 3 0 3 1 0 4 1 9 15 9 0 1 10 5 12 0 5 0 5 0 0 18 1 4 1 0 0 3 3 1 5 14 2 6 1 3 33 221 13,64
1996 0 25 0 1 8 1 1 0 1 1 3 1 4 5 1 0 7 33 0 12 0 1 13 1 0 0 0 0 0 1 1 6 2 16 0 2 0 7 6 0 6 25 0 19 3 11 31 224 13,83
1997 0 44 0 1 8 0 1 0 0 1 2 1 5 3 1 9 6 29 0 12 0 1 13 4 22 0 0 0 8 1 0 2 2 17 0 0 0 6 5 0 6 25 0 14 2 12 30 263 16,23
2015 2 12 0 4 5 0 1 1 0 2 1 2 1 5 0 2 5 13 0 10 1 0 15 3 10 1 8 1 5 0 0 0 1 9 0 2 1 6 1 0 2 29 0 6 1 10 34 178 10,99
17
Bijlage III Vergelijking aantallen territoria Dubbelmondepark 19902015 DUBBELMONDEPARK Boomkruiper Ekster Fitis Fuut Gaai Grauwe Gans Groenling Grote Bonte Specht Heggenmus Holenduif Houtduif Huismus Kauw Kneu Koekoek Koolmees Meerkoet Merel Nijlgans Pimpelmees Roodborst Sperwer Spotvogel Spreeuw Staartmees Tjiftjaf Tuinfluiter Vink Waterhoen Wilde Eend Winterkoning Zanglijster Zomertortel Zwarte Kraai Zwartkop Aantal soorten Aantal territoria Aantal territoria/hectare
1990 0 0 4 0 0 0 8 0 6 1 6 4 3 6 0 5 3 34 0 3 2 0 4 13 0 10 2 3 1 14 7 10 1 0 9 24 159 13,83
1994 2 2 4 0 0 0 0 0 3 0 8 0 0 0 0 6 6 15 0 2 5 0 0 0 1 10 3 4 4 5 9 7 0 2 7 20 105 9,13
1995 1 2 5 0 1 0 0 0 3 0 7 0 0 0 0 6 5 17 0 2 6 1 0 0 1 9 2 4 4 8 10 5 0 2 8 22 109 9,48
1996 1 2 4 0 0 0 0 0 3 1 10 0 1 0 0 6 5 15 0 3 6 0 0 0 1 11 2 4 4 6 9 5 0 2 5 22 106 9,22
1997 1 2 3 0 0 0 0 0 3 1 13 0 1 0 0 6 4 14 0 4 6 0 0 0 1 9 3 3 4 7 11 3 0 2 6 22 107 9,30
1998 1 3 2 0 0 0 0 1 2 0 10 0 1 0 1 6 5 15 0 4 6 1 0 0 1 14 2 3 2 7 9 2 0 2 7 24 107 9,30
2015 1 3 0 1 1 1 1 2 0 0 8 0 2 0 0 8 6 7 1 4 2 0 0 0 1 5 0 2 4 3 16 0 0 2 5 23 86 7,48
18
Bijlage IV Territoriumkaarten Parkendriehoek 2015
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60