bouwbedrijf M.J. de Nijs en zonen BV Sociaal Jaarverslag 2014
Voorwoord Het gezicht van de bouwnijverheid verandert. De Nijs verandert mee, onder meer met een nieuw gezicht in de directie: Mike Coffeng kwam ons in december 2014 versterken. Dat is een belangrijke stap. Een trendbreuk, want Coffeng is het eerste directielid bij De Nijs met een andere achternaam. Mike zal de komende jaren mede zijn inkleuring geven aan De Nijs. Stapsgewijs neemt hij taken over van Ton de Nijs die in september 2015 vijfenzestig hoopt te worden. In 2014 hebben we veel mooie werken opgeleverd die het gezicht van buurten, dorpen en steden bepalen. De Eendrachtsparkbuurt, Oostpoort, CZAN kavel M1 en De Hallen in Amsterdam en De Ontmoeting in Amstelveen zijn voor ons het meest gezichtsbepalend. Met het realiseren van deze projecten laten we een stempel achter. We veranderen niet alleen het gezicht van de locatie zelf, maar ook van de omgeving.
Gezichtsbepalende werken De Hallen in Amsterdam West kregen met heel veel liefde, kwaliteit en vakmanschap een nieuwe toekomst. Bij De Ontmoeting hebben we laten zien op een grootschalige manier een woonconcept neer te kunnen zetten. Dat concept ontwikkelden we in samenwerking met Stichting Zonnehuisgroep Amstelland. Het blijkt zodanig succesvol dat we op zoek zijn gegaan naar mogelijkheden om dit concept elders – al of niet gedeeltelijk – te herhalen. In de Eendrachtsparkbuurt realiseerden we voor woningcorporatie Stadgenoot een ontwerp van de Spaanse architect Joan Busquets: de Hasselaerhof. Het gebouw is fantastisch vormgegeven. Zoals de Hasselaerhof zullen er de komende jaren niet veel gebouwen meer gemaakt worden. In een bouwcombinatie met UBA Bouw hebben we in Amsterdam Oost een belangrijke locatie kunnen invullen waar winkelen en wonen prachtig samengaan: ook Oostpoort is vanaf de oplevering direct een succes!
Het Nieuwe Bouwen 2015 is een lustrumjaar. Bouwbedrijf M.J. de Nijs en Zonen BV bestaat 95 jaar! We hopen en verwachten dat we over vijf jaar kunnen zeggen dat we de magere jaren in de bouw goed overleefd hebben. Door hard te werken en door ons aan te passen aan de mogelijkheden. Gelukkig zitten daar ook nieuwe, veelbelovende mogelijkheden bij. Zo ontstaat het ‘Nieuwe Bouwen’. Het gezicht van De Nijs verandert ook in die zin. De aandacht in het bouwproces is verschoven naar de voorbereiding. Zo voorkomen we verderop in het uitvoeringstraject onnodige kosten en hobbels. Met BIM in voorbereiding en uitvoering en met LEAN-processen die de sfeer en de efficiency in het traject sterk verbeteren.
Het duurzame gezicht van De Nijs
DE FILMHALLEN, ZAAL 7 AMSTERDAM
Inhoud 3 Voorwoord 6 Robert Eujen oud-directeur van Altera Vastgoed ‘De Ontmoeting: uitgekiend met een ontwikkelende bouwer die oog heeft voor de wensen van onze klant’ 8 Kees Rijnboutt en Bart van der Vossen, architecten ‘De Nijs is zo’n bedrijf waar architecten van houden’ 10 Martin de waal, managementteam De Nijs ‘We hebben het gezicht van Oud West in no time veranderd’ 12 Directie ‘De nieuwe werkelijkheid vraagt om economisch verantwoorde verduurzaming’ 16 EBE Treffers, Bouwinvest Reim ‘We vinden elkaar in professionele zakelijkheid, vertrouwen en teamspirit’ 18 Kengetallen 20 Andre van Stigt, architect en initiatiefnemer De Hallen ‘Vertrouwen in elkaar en verbondenheid met het ambacht’ 22 Peter Kramer, directeur Vastgoed & Ontwikkeling bij Stadgenoot ‘Van timmerman tot aandeelhouder is iedereen aanspreekbaar’ 2
24 Gertrude van der Bijl, bedrijfsleider Oostpoort en Eendrachtsparkbuurt ‘Alsof Oostpoort er altijd al is geweest’ 26 Rob Duinmeijer, Rhoman Hillen en Lex Ransijn Jonge talenten groeien in een nieuwe rol 28 Willem Polle, particulier opdrachtgever ‘Goed terechtgekomen na een lange reis’ 30 René Moormann en René van den Berg, over FSC-hout ‘Bij het onderhoud van het certificaat is het hele bedrijf betrokken’ 32 Liesbeth Gort, directeur Forest Stewardship Council Nederland ‘Sociaal, ecologisch en economisch verantwoord bosbeheer’ 34 Jelle Beemsterboer, Wethouder Gemeente Schagen ‘De mensen hier houden van aanpakken. Die mentaliteit past goed bij de bouw’ 36 Ondernemingsraad ‘Alles in het werk stellen om veiligheids- en gezondheidsrisico’s te verminderen’ 38 Jubilarissen, bekende gezichten ‘Vroeger sloegen we de kozijnen met spijkers in elkaar’ 39 Colofon BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
Duurzaamheid is intussen de standaard geworden. Wat begon met een certificaat voor het verwerken van FSC-goedgekeurd hout is een lange lijst met certificaten geworden, waaronder ook Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen niveau 3. In dit verslag is daarom speciale aandacht voor het traject rond verwerking van FSC-gecertificeerd hout. In december 2014 werd De Nijs door de Gemeente Amsterdam speciaal genoemd als bouwpartner die het meest consequent met FSC-hout werkt. Begin 2015 grepen we met De Ontmoeting net naast de FSC-ketenaward. Consequent én efficiënt werken met FSC-gecertificeerd hout kan alleen als je intern één persoon verantwoordelijk maakt. Sandra van Delft – het gezicht van duurzaam hout binnen De Nijs - doet dat voortreffelijk. De verhalen van twee van haar collega’s en de directeur van FSC Nederland onderstrepen dat. Voor een jaarverslag is de fotografie gezichtsbepalend. We hebben daarom besloten de leden van onze directie op locaties te fotograferen waar nog gewerkt gaat worden. Medewerkers en architecten komen in beeld bij de opgeleverde werken waaraan ze hun bijdrage leverden. Opdrachtgevers en andere relaties gingen ‘thuis’ op de foto.
2014 De omzet 2014 is uitgekomen op € 178,8 miljoen ten opzichte van € 175,7 miljoen in 2013, ruim boven het gewenste doel van € 160 miljoen, maar dat is geen doel op zich. Het streven is er op gericht om projecten te realiseren met een optimale bezetting en voorbereiding en daardoor met het juiste rendement. Dat rendement staat nog steeds onder druk, desondanks hebben we 2014 evenals 2013 met een positief resultaat afgesloten. Een resultaat dat is behaald door de inzet van een ieder wat bijzonder wordt gewaardeerd. 2014 is ook een jaar geweest waarin we enkele complexe opgaven hebben kunnen oplossen. Door zorgvuldig in te spelen op vraagstellingen van onder meer bestaande relaties over werken die bij het gezicht van De Nijs passen zijn wij in staat geweest een goed gevulde orderportefeuille voor 2015 te realiseren. 2015 zal mede in het teken komen te staan om de diverse interne processen en procedures nog eens extra tegen het licht te houden en te zoeken naar verbeteringen en aanpassingen in welke vorm dan ook, SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
3
• Op ICT gebied is het informatieplatform ‘Docstream’ verder geïmplementeerd. De bestanden van alle werken worden hieronder opgeslagen en informatie kan worden gedeeld met opdrachtgevers, onderaannemers en adviseurs, maar ook intern. Creativiteit van ICT wordt dagelijks gevraagd. Of het nu om nieuwe keetaansluitingen gaat – glasvezel wordt pas na de oplevering aangelegd – zonder verbindingen of om samenwerkingscombinaties waar de systemen van 2 partijen aan elkaar moeten worden gekoppeld, uitdagingen zijn er genoeg. In 2014 is onze nieuwe website (incl. mobiele variant) operationeel geworden en zijn de extensies van emailadressen omgezet naar “.denijs”. ICT volgt technologische ontwikkelingen op de voet. Publiekelijk is bekend dat het probleem van de toekomst ‘de hoeveelheid’ data is die moet worden verstuurd. BIM bestanden zijn een voorbeeld van grote bestanden die wij willen versturen en waarvoor creatieve oplossingen worden gezocht. Zorgwekkend blijft de hoeveelheid SPAM, virussen en dergelijke. Diverse beveiligingssoftware is hiervoor geïnstalleerd en dient up-to-date te worden gehouden.
Tot slot Ook in 2014 zijn we erin geslaagd om de continuïteit van het bedrijf te waarborgen. Niet alleen in economische zin maar ook op de gebieden van eigendomsstructuur en aansturing op directieen managementniveau. Niels van Meekeren verving Dennis van Eeken als manager Projectontwikkeling. Vooralsnog lukt het prima om alle medewerkers aan het werk te houden. We zijn tegen de stroom in zelfs meer omzet gaan draaien. Daar moesten we wel allemaal heel hard voor werken, maar het betaalt zich uit in een positief bedrijfsresultaat en stijgend intern rendement, mede als gevolg van de nieuwe werkwijzen in LEAN en BIM. Een aangenaam toekomstgezicht. die de marge als geheel moeten verbeteren. Een uitdaging voor ons allen. Een aantal wetenswaardigheden, die mede het gezicht bepalen van De Nijs, over 2014 kunnen we kort samengevat noemen:
Met vriendelijke groet,
• veiligheid als ‘nummer 1’ agendapunt bij elke vergadering. ‘Je werkt veilig of je werkt niet!’. Van veiligheidsbewustwording gaan we naar veiligheidsbewustzijn. Nieuwe werkkleding op de bouwplaats en veiligheidshesjes, zodat wij herkenbaar op de bouwplaats zijn, zowel voor de kraanmachinist als de bezoeker. Een veiligheidscommissie die directie ongevraagd en gevraagd advies geeft op dit gebied en die een speciale veiligheidsfilm in voorbereiding heeft.
Winfred de Nijs Ton de Nijs Daniëlle de Nijs Mike Coffeng
Warmenhuizen, maart 2015
• een laag ziekteverzuimpercentage van 2,86% in 2014 ten opzichte van 2,96% in 2013. • uitbreiding van onze PAGO keuringen zoals in samenspraak met de ondernemingsraad is besloten. Vaste afspraken met fysiotherapeut en osteopaat in het kader van pro-actief beleid. • een vaste personeelsavond op de 1e ‘werk’ donderdag van het nieuwe jaar met een presentatie van de stand van zaken van De Nijs aan het begin van het nieuwe jaar en aangevuld met een speciaal onderwerp. In 2014 hadden wij advocate Mayke Goris die vanuit haar vakgebied en expertise ons nog een extra gewezen heeft op de te volgen procedures bij ongevallen. Deze bijeenkomst is opgenomen in ons vaste jaarprogramma evenals de introductiebijeenkomsten (2 maal) voor nieuwe medewerkers en middenkaderbijeenkomsten (3 maal). • een actief instroombeleid van leerlingen en stagiaires gericht op het verwachte uitstroombeleid (op termijn). Dit is best complex doordat het moment van uittreden door diverse regelgeving steeds moeilijker kan worden ingeschat. • veel aandacht voor cursussen en scholing. Het ‘nieuwe bouwen’ gaat het gezicht van De Nijs bepalen de komende jaren. We passen ook het opleidingsprogramma hier op aan. BIM en LEAN zijn hierin nieuwe begrippen. Jaarlijkse cursussen in het kader van permanente educatie als BHV, EHBO, VCA en Leermeester en specifieke cursussen op het gebied van veiligheid (o.a. Hijsveiligheid, Verplaatsen van Lasten, etc.) worden georganiseerd. • introductie van de F&B (functioneren en beoordelen) gesprekken met bouwplaats personeel om meer structuur te krijgen in het persoonlijk functioneren van onze medewerkers. • een volledige overgang, met een zeer korte voorbereidingstijd van maar één jaar, naar een nieuw geautomatiseerd systeem voor de financiële administratie, de projectadministratie en de salarisadministratie is in 2014 met succes gerealiseerd. In oktober 2014 was de administratie weer geheel bij en konden we, eerder dan gepland, verbetermogelijkheden van de nieuwe software gaan gebruiken. Een proces dat succesvol is verlopen door de uitzonderlijke inzet en het enthousiasme van het administratief personeel.
4
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
5
R Robert Eujen oud-directeur van Altera Vastgoed
De Ontmoeting in Amstelveen
‘De Ontmoeting: uitgekiend met een ontwikkelende bouwer die oog heeft voor de wensen van onze klant’
kende een zeer complex ontwikkeltraject. Alle betrokken partijen waren onmisbaar om de uiteindelijke oplevering van dit bijzondere
De heer Eujen was van begin tot eind betrokken bij het project. Altera Vastgoed nam in De Ontmoeting twee woongebouwen af met 113 woningen, bergingen en gebouwde parkeerplaatsen. De gebouwen staan bekend als ‘de edelstenen’.
ensemble mogelijk te maken. Tot
Beleggersvoordeel
2014 was Robert Eujen directeur
Wat bewoog Altera tot investeren in De Ontmoeting? Robert Eujen legt uit wat Altera Vastgoed NV is: “Altera belegt in de belangrijkste sectoren van de Nederlandse vastgoedbeleggingsmarkt, vooral namens pensioenfondsen. De vastgoedportefeuille is gesplitst in vier sectoren: woningen, winkels, kantoren en bedrijfsruimten. “ Voor een institutioneel belegger als Altera heeft De Ontmoeting veel voordelen”, aldus Eujen. Bijvoorbeeld vanwege de locatie: “Redelijk dicht bij het ‘Stadshart’, het centrale winkelcentrum van Amstelveen en op loopafstand van een ander middelgroot winkelcentrum, Groenhof. De Ontmoeting is zeer goed bereikbaar met auto en openbaar vervoer en er zijn diverse medische voorzieningen in de buurt, waaronder Ziekenhuis Amstelland.” In het object zijn mooie appartementen gebouwd met oppervlakten vanaf ongeveer 80 m2. “De meeste woningen die wij inkochten hebben een oppervlakte van 101 m2 en zijn voorzien van grote balkons.”
bij Altera Vastgoed. Inmiddels is hij met pensioen, maar hij blijft de aangewezen persoon om te vertellen over de samenwerking tussen Altera Vastgoed en De Nijs.
Jonge en oude gezichten Vroeger stond op deze locatie het Zonnehuiscomplex, een verzorgingshuis met aanleunwoningen. De Zonnehuisgroep nam het eerste initiatief voor De Ontmoeting. De doelgroep ‘senioren’ lag voor de hand. “Wij wilden dat breder zien, juist om die doelgroep ter wille te zijn. Senioren van nu willen gemengd wonen, met mensen van andere leeftijden om zich heen.” Zo is het gegaan. De meeste bewoners van nu vallen in de oorspronkelijke doelgroep, zonder dat er sprake is van seniorenflats. “Dat stigma wilden wij graag voorkomen en daarin zijn we geslaagd. We hebben, samen met De Nijs, een kwaliteit neergezet die deze doelgroep zelf opzoekt.” Altera raakte voor het eerst betrokken in de zomer van 2009. In 2010 kwamen de voorberei-
dingen op stoom en dat leidde in 2011 tot een aanbieding van De Nijs. “Wij konden ons eigen Programma van Eisen nog indienen. Dat is belangrijk, omdat we onze klant daardoor optimaal konden bedienen zonder dat sprake was van een meerprijs. Ook dat lukte, mede dankzij architectenbureau Rijnboutt dat zich perfect verplaatste in ons oogpunt.”
Resultaat telt De Ontmoeting is opgeleverd in 2014. Wat er staat is een mooi resultaat, architectonisch en als belegging. “Ik blijf het knap vinden dat De Nijs, ondanks de moeilijke tijd, in opdracht én met eigen ontwikkelingen voor stabiele werkgelegenheid blijft zorgen. Daar heb ik heel veel waardering voor.” Voor Altera geldt natuurlijk vooral het beleggingsresultaat. “Er staat een goed product, met voor deze omgeving zeer aantrekkelijke huurprijzen. Amstelveen is relatief duur en wij leveren in die markt een goede prijs/kwaliteitverhouding.” Het is een complexe operatie geweest. Zonnehuis zelf was natuurlijk betrokken en Eigen Haard nam een blok sociale huurwoningen af. “Dat zijn grotendeels dezelfde appartementen, maar dan met een ander afwerkingsniveau, een ander prijsniveau en alleen beschikbaar voor huurders die aan specifieke inkomenseisen voldoen en op de wachtlijst van de Gemeente staan. Met wachttijden van 8 jaar. We zien Eigen Haard dan ook niet als concurrent voor onze woningen, die je direct kon huren op de vrije markt.”
Logisch vervolg op eerdere ontmoetingen Robert Eujen kijkt terug op een prettige samenwerking. “Mijn eerste contact met De Nijs dateert uit 2003: project Jade in Heerhugowaard. Daar namen we appartementen af. De bouwplaats zag er steeds goed verzorgd uit. Een nette bouwer en ontwikkelaar. In 2007 zijn we betrokken geweest bij de ontwikkeling van een bedrijfsruimtecomplex in de oksel van de A2 en de A10 bij Amsterdam Zuidoost. Uiteindelijk heeft dit geleid tot levering van het bestaande complex door Altera aan De Nijs die het verder zelfstandig heeft uitontwikkeld en gerealiseerd. De Ontmoeting was voor mij een soort vervolg op die afspraken. Wij zien De Nijs als een partij die zegt waar ze voor staat. Korte lijnen en veel oog en oor voor wat de klant wil. Ook het nieuwe directielid Danielle de Nijs draagt de laatste jaren veel bij. Bijvoorbeeld bij juridisch ingewikkelde zaken rond grondposities.” Zelf hakte Robert af en toe met Winfred de Nijs knopen door als dat nodig was. “Ik kijk terug op een prima samenwerking vanuit de wil om samen iets moois te doen.” Voor Amstelveen noemt hij de realisatie van De Ontmoeting een positieve ontwikkeling. “Een soort ouderenenclave werd een verbinding tussen diverse wijken van de stad. Het is prachtig geworden. Als kwaliteitsimpuls voor de ouderenzorg in de regio, maar De Ontmoeting mag ook gezien worden. Een mooi ensemble voor Amstelveen!”
Samenwerken vanuit de wil om iets moois te maken
6
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
7
Beter rennen dan kruipen Datzelfde geldt voor De Bijenkorf in Utrecht, waar een collega-aannemer door de opdrachtgever de wacht werd aangezegd. De Nijs was bij de aanbesteding tweede in lijn. Bart: “Ze doen nu alsnog mee. Vanwege de goede relatie met ons, maar ook omdat ze niet kinderachtig zijn bij De Nijs.” De opdrachtgever in Utrecht is het Pensioenfonds voor de Metaal, namens hen MN. “Op 4 september 2014 beëindigden ze de opdracht met de vorige aannemer”, zegt Kees. “Het gebouw lag open, met de feestdagen op komst. We moesten maatregelen nemen om de gevel toonbaar te maken. De Nijs ging direct aan de slag: gevels erop, wind- en waterdicht gemaakt. Thijs leerde me ooit een spreekwoord: ‘Door je ellende kun je maar beter rennen dan kruipen.’ En zo is het. Ze waren op tijd klaar en MN en De Bijenkorf waren heel blij. In de loop van het jaar hopen we in Utrecht verder te gaan.”
Naar de beurs
bart van der vossen
‘De Nijs is zo’n bedrijf waar architecten van houden’
K
Kees Rijnboutt kent De Nijs al ruim 40 jaar. “Ome Piet de Nijs, de vader van Winfred en Dennys, heeft begin jaren zeventig mijn eigen huis gebouwd. De jonge uitvoerder heette Thijs, zo lang gaan we terug. Met de Kerst kregen we een pakketje met hagelslag, een klein flesje jenever, koekjes en zo. Niet overdreven, maar van een huiselijke gezelligheid. Dat hebben we erg gewaardeerd. Mijn vrouw heeft het er nog wel eens over.“ Kees leerde ze indertijd kennen via Joop van Stigt. “Die deed enorm veel met De Nijs, net als Aldo van Eyck. De relatie met de familie Van Stigt is dus nog ouder dan die met mij!” Later, in de jaren negentig, was Kees Rijnboutt als Rijksbouwmeester betrokken bij de bouw van de rechtbank in Groningen door De Nijs.
kees rijnboutt
Kees Rijnboutt en Bart van der Vossen architecten
De Ontmoeting, De Bijenkorf in Utrecht, winkelpanden aan de Nieuwendijk en het Damrak. De recente oogst van de samenwerking tussen De Nijs en architectenbureau Rijnboutt BV liegt er niet om. Projecten waarbij veel verschillende partijen meepraten. Dat in goede banen leiden is een specialiteit van
Frederik Vermeesch van Rijnboutt ontwierp prachtige, veelvormige betonelementen voor het winkelpand van Zara aan de Nieuwendijk. De kolossale elementen moesten met een tolerantie van letterlijk twee millimeter in de gevel gehesen worden. Echt een klus voor De Nijs, vindt Kees. ”De oude Beurspassage hebben we al verplaatst. Die is twee keer zo hoog geworden en oogt heel ruim en chique met een mooie schildering erin.” Bart vult aan: “We hebben Nieuwendijk en Damrak opgestart als één project. Het is een complex stedenbouwkundig proces, kenmerkend voor hoe wij werken. Er zijn diverse belanghebbenden. Bestuurders, bewoners, winkeliers, retailers en dergelijke. Een wolk aan partijen die we op één lijn moesten krijgen. Daar zijn we goed in, dus we worden vaak in een regiepositie gedwongen.” Goed onderzoeken, ook historisch, en zorgen dat iedereen zijn zegje kan doen. “Dán pas aan een definitief ontwerp gaan werken”, zegt Kees. “Dat is onze werkwijze. Niet neerploffen maar aan de voorkant van het proces zo veel mogelijk spiegelen en hobbels wegnemen. Ook wat dat betreft passen wij en De Nijs goed bij elkaar.” Daar is Bart het hartgrondig mee eens: “Commitment met de opgave. Wij hebben zelf ook trekjes van een familiebedrijf. Onze directie is van begin tot eind geëngageerd. Op dat vlak is de bedrijfscultuur vergelijkbaar. Hoe dan ook: zoek je vakmanschap voor een gecompliceerd project, dan kun je maar beter naar De Nijs. Het werk komt af, op tijd en binnen de afspraken.”
We moesten een wolk aan partijen op een lijn brengen
Kwaliteit en respect Bart van der Vossen loopt de huidige en recente projecten langs: “Bij De Ontmoeting, inmiddels opgeleverd, was De Nijs opdrachtgever. Bij De Bijenkorf in Utrecht en Damrak/Nieuwendijk in Amsterdam zijn ze aannemer. In Amsterdam raakten we samen betrokken via architectenselectie, in Utrecht hebben we De Nijs erbij gehaald om problemen in het project op te lossen.” “De Nijs is zo’n bedrijf waar architecten van houden en waarvan we hopen dat ze altijd op deze manier blijven bestaan”, zegt Kees. “Ze hebben ook ons kantoor aan het Barentszplein voor ons verbouwd. Vakmanschap van hoge kwaliteit en respect voor elkaar. Mensen werken er vaak langer dan vijfentwintig of veertig jaar. Dat zegt wel iets.” Bart viel iets bijzonders op toen de Raad van Commissarissen en de certificaathouders kwamen kijken op De Ontmoeting: “Veel van die certificaathouders werken in het bedrijf. In de directie, maar ook als uitvoerder of timmerman.”
Kraan op het dak Het succes van De Ontmoeting, met De Nijs als risicodragend ontwikkelaar, leidt volgens Bart tot onderzoek om tot nieuwe, vergelijkbare projecten te komen. “Ze zijn actiever geworden in het ontwikkelen van eigen werk. Ze bleven deeleigenaar in De Ontmoeting en onderzoeken nu of dat vaker mogelijk is.” In Amsterdam zijn in elk geval genoeg geschikte locaties. “In de praktijk doet De Nijs bij Pontsteiger in de Houthavens al iets vergelijkbaars, in samenwerking met Dura.” Dura en De Nijs werken ook samen in het project Damrak/Nieuwendijk. “Wij zijn door Bouwinvest uitgekozen om dat samen met de Amerikaanse architect Bob Stern te ontwerpen”, vertelt Kees. Het is een ingewikkelde, grote binnenstedelijke klus. “Nauwelijks werkruimte. Thijs de Nijs wilde daarom een kraan op het dak. ‘Ik heb geen zin om daar te rommelen’, zei hij. Het moet meteen goed. Het grote voordeel is dat je veel vrijer bent in je bewegingen. Ook bij de Nederlandsche Bank staat inmiddels een kraan op het dak.”
Rijnboutt.
8
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
9
het convenant Social Return met de gemeente Amsterdam liepen er veel leerlingen rond. Elk betrokken bedrijf had de verplichting leerlingen in te zetten. Het bleek niet gemakkelijk al die leerlingen in Amsterdam zelf te vinden. Met wat aanvulling van buiten de stad is het toch een succes geworden.
Ambitie vervuld De Nijs legde zich contractueel vast voor een onderhoudsverplichting van tien jaar en een huurverplichting van één van de Hallen. In die hal werd een ambitie van De Nijs vervuld. “Het is een plek waar diverse ambachtelijke opleidingen de markt ontmoeten. Bijvoorbeeld een spijkerbroekgerelateerde opleiding als het Denim Lab en de kappersopleiding Kinki Academy.”
Verdiend De Hallen genereren nogal wat prijzen. André van Stigt kreeg in 2014 de IJ-prijs voor zijn oeuvre in herontwikkeling en de ontwikkelingsmaatschappij TROM ontving de Geurt Brinkgreve Bokaal 2014 voor bijzondere herbestemming van een gebouw. Martin is daar allerminst verbaasd over: “André én De Hallen verdienen dat. Het gezicht van Oud West is in no time ongelooflijk in zijn voordeel veranderd!”
Parisienzaal FilmHallen
M Martin de waal
-
managementteam De Nijs
Op 7 februari 2015 vond de feestelijke opening van De Hallen plaats. Voor een grote groep medewerkers
‘We hebben het gezicht van Oud West in no time veranderd’ “Toen we aan de uitvoering begonnen, was het plan al duidelijk. Investeerders en huurders waren bekend, de huurovereenkomsten getekend. Dan heb je een vliegwiel. Dat maakte dat investeerders het wilden doen.” Het bouwen begon met een parkeergarage, gedeeltelijk onder een bestaand gebouw: aangetast door tijd, lekkage, graffiti, uitwoning en dergelijke. “Dat is ruwbouwtechnisch een heel complexe klus.”
Nijs Cleaning Service “In het begin waren we vooral aan het schoonmaken. De Gemeente had alle Hallen ontruimd. Het was een chaos. Krakers hadden van alles aan afval en huisraad achtergelaten. Dat moest er eerst uit voor wij konden beginnen. Met reinigen dus: eerst alle kappen schoon stralen om zicht te krijgen op het werk. Die kappen zijn monumentaal, met een spantconstructie naar het idee van de Franse ingenieur Polonceau. De Hallen zijn het enige publiek openbare gebouw in Amsterdam dat die spanten nog heeft, denk ik.”
van De Nijs zat een periode van
Zwaar glas
ruim twee jaar hard werken erop.
De daken werden gecontroleerd en gerepareerd, alle lichtstraten vernieuwd. “Eigenlijk is het complete dak akoestisch verbeterd. Dat is vooral belangrijk in de filmzalen. En andersom, dat de buurt geen geluidsoverlast heeft bij feestjes en evenementen.” De beglazing en het dak werden om die reden verzwaard. “Daarbij houd je rekening met de monumentale status, want die bepaalt hoe je met zo’n gebouw omgaat. Gelukkig is architect André van Stigt daar uitzonderlijk goed in.”
De uitvoering startte eind januari 2013, ook toen met een feestelijke open dag. Martin de Waal trok het project.
Twee jaar geleden leverde bouwbedrijf De Nijs een bijzonder architectonisch kunstwerk op: filmmuseum EYE aan het IJ, tegenover station Amsterdam Centraal. “Het ‘oude’ filmmuseum in het Vondelpark werd gesloten en voor zover mogelijk verplaatst naar EYE. Dat lukte niet met de zogenaamde ‘Parisienzaal’, een interieur uit de in 1987 gesloten bioscoop Cinema Parisien aan de Nieuwendijk.” Het interieur werd opgeslagen in de hoop dat zich een gegadigde zou aandienen. Die gegadigde kwam er. Architect André van Stigt was ooit betrokken bij de verplaatsing van het art déco interieur van de Nieuwendijk naar het Vondelpark. “Hij vond het zonde dat dit unieke stukje UNESCO werelderfgoed stof stond te vergaren. André maakte zaal 7 van de FilmHallen passend voor het art-deco interieur van Parisien.” Filmmuseum EYE schonk vervolgens het interieur aan stichting TROM. Zaal 7 van de FilmHallen heet nu ‘Parisienzaal’.
Casco opleveren
Alle kozijnen zijn vernieuwd, dat was een enorme klus voor onze timmerfabriek!
Hetzelfde gebeurde met muren, funderingen en leidingenwerk. “Tegelijkertijd zijn we begonnen met het graven van de parkeerkelder. In de Bibliotheek is het hele verhaal mooi inzichtelijk gemaakt in een fototentoonstelling.” De Hallen waren in het verleden niet geschikt voor kantoorgebruik. Er kwamen nieuwe leidingen in kokers in de wanden. Goten werden vervangen, net als zink- en loodwerk. “Alle kozijnen zijn vernieuwd, dat was een enorme klus voor onze timmerfabriek! Toen hadden we een casco. Dat was in principe de opdracht.”
Specifiek sociaal Nu kwam de invulling. “Die hebben we vervolgens ook uitgevoerd. Toen we de huurders gericht konden gaan helpen, kwamen ze met specifieke wensen.” Negen filmzalen, twee beeldstudio’s, een hotel en een compleet kinderdagverblijf. Een Foodhal en een ambachtshal. Op basis van
10
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
11
Verantwoord verduurzamen Energieverbruik beperken vraagt veel inzet van alle medewerkers op kantoor, in de timmerfabriek en op de diverse bouwlocaties. “Geen onnodige verlichting en verwarming aan als er niemand is. Computers en printers uit bij vertrek. Zo zijn onze mensen ook individueel met MVO bezig.” Dat wil de directie graag faciliteren. De komende jaren wordt het hoofdkantoor aan de Oudewal in Warmenhuizen aangepast en uitgebreid. De architect die dat namens bureau LEVS gaat doen is Jurriaan van Stigt, zoon van Joop en broer van André. “We willen de energie die we steken in Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen terug laten komen in het nieuwe kantoor”, zegt Winfred. “Ook dat hoort bij onze inzet om een plekje te stijgen op de MVO-ladder. We zijn bewust bezig om – uit een gelimiteerd budget – op een economisch verantwoorde manier te verduurzamen en zo mede vorm te geven aan het toekomstige gezicht van de bouwnijverheid.”
Bouwnijverheid verandert van gezicht
d Winfred de Nijs Ton de Nijs Daniëlle de Nijs Mike Coffeng directie
Duurzaamheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid gaan bij M.J. de Nijs en Zonen BV hand in hand met modern procesmanagement en gedegen projectvoorbereiding. In een veranderende wereld bouwen we samen met onze opdrachtgevers, co-makers en andere relaties aan een leefbare toekomst voor de
‘De nieuwe werkelijkheid vraagt om economisch verantwoorde verduurzaming’
Het gezicht van de bouwnijverheid verandert ook door overheidsmaatregelen. Woningcorporaties zijn meer met beheer bezig en plegen minder nieuwbouw. De Nijs krijgt verhoudingsgewijs vaker te maken met institutionele en particuliere beleggers. “Die weg hebben we gevonden en die bewandelen we ook. Zo is bijvoorbeeld Bouwinvest een belangrijke opdrachtgever geworden. Voor hen mogen we nu – al dan niet in bouwcombinaties – enkele zeer mooie projecten realiseren.” Ook particuliere investeerders zorgen voor werk. “Zo bouwen we voor Hoorne Vastgoed (VOMAR) project Katharina, waar wonen en winkelen samengaan en hebben we diverse centra in onderhoud en beheer. De mix - het gezicht van onze portefeuille – verandert, maar we zijn en blijven duidelijk op de goede weg.”
Voor een personeelsavond, begin 2015, nodigde algemeen directeur Winfred de Nijs een bijzonder gezelschap uit: ‘Ocean Sole’ maakt prachtige kunst- en gebruiksvoorwerpen van afgedankte plastic en rubber teenslippers. Dit veel gedragen schoeisel is één van de meest weggegooide artikelen ter wereld en maakt een belangrijk deel uit van de plastic soep in de oceanen. “Ocean Sole doet drie belangrijke dingen”, vertelt Winfred: “Die soep minder snel laten groeien, prachtige kunstwerken maken en de wereld – ook de medewerkers van De Nijs die avond – bewust maken van de risico’s die we lopen als we niet duurzaam denken en werken.”
Andere vraag, ander antwoord
De keten positief beïnvloeden Duurzaamheid kun je bij De Nijs op verschillende niveaus bereiken, aldus Daniëlle de Nijs. “We willen een stap hoger op de MVO-ladder: naar niveau 4. Dat betekent niet alleen zélf Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, maar ook zo veel mogelijk de keten beïnvloeden. We zijn erover in gesprek met al onze relaties. Van opdrachtgever tot co-maker en van architect tot leverancier. Verder brengen we onze ‘CO2-footprint’ in kaart. Daarbij letten we vooral op energieverbruik in het algemeen en het brandstofverbruik van ons wagenpark in het bijzonder. We rijden tegenwoordig minder kilometers met meer auto’s.” Het afgelopen jaar zijn er meer auto’s bijgekomen die op biogas rijden en twee elektrische auto’s. Ook de nieuwe vergaderlocatie aan het Amsterdamse Delflandplein scheelt een heleboel kilometers. “Voor onszelf en voor onze relaties die vroeger op en neer naar Warmenhuizen reden. Als ik nu twee afspraken in Amsterdam heb, ben ik daar de hele dag.”
stad, het dorp en hun bewoners. Aan de directietafel worden beslissingen genomen die het beleid en het gezicht van De Nijs bepalen. Uitvoering van dat beleid ligt in de handen van de medewerkers. Die zijn van oudsher nauw betrokken bij het familiebedrijf. Nu wordt ook hun betrokkenheid bij ‘het Nieuwe Bouwen’ en ‘Maatschap-
BIM is heel snel onderdeel van het bouwproces geworden
Die goede weg is beter te bewandelen met behulp van moderne technieken en processen. “Onze rol in het proces verandert. Voorheen kwam hier bijvoorbeeld een woningcorporatie met een bestek en tekeningen en moesten we een mooie prijs maken. Nu komt een institutioneel belegger met een basisplan. Als ontwikkelende aannemer zijn we dan vanaf het eerste begin van het proces betrokken. We bouwen niet meer altijd en alleen wat gevraagd wordt; we ontwikkelen naar de wensen van de klant en van de klant achter de klant; bewoners en ondernemers. Een andere rol, waar we snel ingegroeid zijn en waarvoor we de mensen en de ervaring in huis hebben. “ Intussen moeten we ons goed blijven voorbereiden op de toekomst. “Crisis is er niet meer, maar wel een nieuwe wekelijkheid die een andere benadering vraagt dan de periode dat de bomen tot in de hemel groeiden.“
BIM en LEAN “We bereiden alle nieuwe projecten voor in BIM, vult Daniëlle aan. “Ook daardoor wijzigt onze rol in het proces. Onderaannemers zijn co-makers en ketenpartners geworden. We betrekken hen zo vroeg mogelijk om hun kennis en expertise optimaal te benutten. Ook door ‘LEAN’ te werken. Opdrachtgevers willen zo snel mogelijk rendement uit hun geld en wij willen graag veel bouwen. Een korter bouwtraject is dus voor alle betrokken partijen goed!” Alle bouwprojecten van De Nijs gaan sinds 2014 LEAN, er van uitgaande dat alle gegevens bij de start bouw bekend zijn. “Dat is wel een voorwaarde. Aan die voorwaarde voldoen we steeds beter en vaker. Door LEAN te werken verbeter je ook de samenwerking en het plezier op de werkvloer; een prettige bijkomstigheid.” Dat geldt niet alleen op de bouwplaats, maar ook op kantoor en in de timmerfabriek: hoe kunnen we onze processen versimpelen en efficiënter maken en inpassen in ons beleid rond MVO? “Dat is in de timmerfabriek al gebeurd. De medewerkers van de timmerfabriek gaan nu zelf op LEAN-training. Zo hopen we hen te inspireren zelf verder te gaan met deze efficiencyslag.“
Portefeuille 2014-2015
pelijk Verantwoord Ondernemen’
Naast De Hallen, de Ontmoeting, Oostpoort en de Eendrachtsparkbuurt leverde De Nijs in 2014 nog meer werken op, vertelt Ton de Nijs. “In Amsterdam Noord, naast het CCN, verrees de M1toren en in de Houthavens leverden we de Brede School op. In februari 2015 volgt de oplevering van het Westfriesgasthuis te Hoorn.” Intussen wordt gewerkt aan een groot aantal projecten in Amsterdam en de regio: “We zijn gestart met Katharina aan de Amsterdamse Czaar Peterstraat en met een project op Mosveld in Amsterdam Noord; een winkelcentrum met 53 appartementen
gevraagd.
12
De klant van die bouwnijverheid, constateren we, trekt naar de Randstad. De verstedelijking zet door. Vooral in en om de steden komen steeds meer mensen. Die willen alle voorzieningen op korte afstand. In deze ontwikkeling liggen kansen voor De Nijs, maar het baart ook zorgen, aldus Winfred. “In de kop van Noord-Holland zal minder interesse zijn. Aan de andere kant: éénmaal gesetteld zal een deel van de stedelingen weer naar het platteland trekken op zoek naar rust. Voor ons is het vooral belangrijk dergelijke bewegingen in de gaten te houden om te weten waar we straks onze medewerkers moeten werven.”
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
13
Pontsteiger wordt een van de eyecatchers in Amsterdam voor de komende jaren. Een zeer markant gebouw
erboven. Verder wordt er onder meer gebouwd op het Stadionplein aan 100 appartementen en een ondergrondse parkeergarage met commerciële ruimte. In Den Helder werken we aan stadsschouwburg De Kampanje. Deze metamorfose van een bestaand gebouw is gestart in 2014. Het hoogste punt is al bereikt.”
Eyecatcher Pontsteiger In 2015 begint de Nijs in bouwcombinatie met Dura Vermeer aan het project Pontsteiger. Een belangrijk project. Mede onder druk van nieuwe regelgeving rond Schiphol, ingaande februari 2015, ging de voorbereiding van het Pontsteigerproject in een snelkookpan zodat ruim voor de peildatum een omgevingsvergunning kon worden aangevraagd. Die was op tijd onherroepelijk; zonder bezwaar. “Bouwinvest neemt een groot aantal woningen af in Pontsteiger. Het wordt één van de eyecatchers in Amsterdam voor de komende jaren. Een zeer markant gebouw. Eind 2017 hopen we het op te leveren. Eerst 300 woningen voor Bouwinvest en dan de koopwoningen op de 18e tot 26e verdieping.” Er komt meer interessant werk aan, zegt Ton. “Bijvoorbeeld de nieuwe JT-bioscoop in Alkmaar en een project aan de Cruquiuskade in Amsterdam. Allerlei uitdagende projecten waar we nog jaren mee bezig zullen zijn. Vooralsnog zien we de toekomst positief in.” Ook de Nijs Castricum is druk aan het werk. Bijvoorbeeld met scholen, waaronder de American School in Wassenaar en de British School in Voorschoten. Verder zijn er particuliere nieuwbouwprojecten en veel onderhoud en beheer. De Timmerfabriek is en blijft volop in bedrijf. 2014 was een heel druk jaar met onder meer werk voor het Westfriesgasthuis, de Brede School Houthavens en het Elseviergebouw.
bewerkstelligen dat onze medewerkers zich echt van de veiligheidsrisico’s bewust zijn. Hij geeft een voorbeeld: “Er is er iemand op een leuning gaan zitten. Dat mag niet, maar de tien collega ‘s om hem heen zeggen er niets van. Een week later ben ik bij de marathon van Rotterdam. Een kind gaat op een leuning zitten. Moeder trekt haar er meteen van af. “ Het loopt allemaal al heel goed, maar je moet altijd blijven zoeken naar verbeterpunten. “Waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt. Dat is nou eenmaal zo. Maar je moet niet steeds dezelfde fouten maken. Van iedere fout moet je leren.”
Trots en dynamiek Ook bij verschillende opdrachtgevers is hij al op bezoek geweest. “De mensen die ik heb gesproken, zijn heel enthousiast over de kwaliteit die we leveren en de weg ernaar toe. Ons vakmanschap en onze betrouwbaarheid worden gewaardeerd. Dat vertrouwen moeten we vasthouden en onze opdrachtgevers optimaal bedienen. Altijd de contractafspraken in beeld houdend natuurlijk. Maar de opdrachtgever is wel onze broodheer, of dat nou een particuliere villa-eigenaar is of een grote belegger als Altera Vastgoed.” Alle lopende projecten hebben inmiddels zijn aandacht. “De rest pak ik nu stuk voor stuk over van Ton de Nijs. Belangrijkste is dat duidelijk is welk project ik doe en welke nog niet. Anders is het voor de bedrijfsleiders geen werken. “ Medio 2015 zit hij op ongeveer 15 projecten. De Nijs Castricum telt hij daarbij als één project. “Ook dat is één van mijn aandachtsgebieden. Ik wil helpen het grote bouwbedrijf en de mensen van De Nijs Castricum optimaal van elkaars kennis en vaardigheden gebruik te laten maken. Natuurlijk is particuliere bouw iets heel anders, maar we kunnen veel van elkaar leren en elkaars kennis gebruiken.“ Al met al is hij trots te horen bij een dynamisch bedrijf als De Nijs. “Er gebeurt altijd wel wat. Soms moeten we snel bij elkaar komen - al is het op zaterdagochtend - om spijkers met koppen te slaan. Zo ging het ook rond de Kerst. Op de zaterdag erna zaten de bedrijfsleiders allemaal om één uur bij de telefoon in afwachting van de uitkomsten van een directieoverleg. Komt er vorst? Moet er met mensen geschoven worden? We wilden kunnen anticiperen op iedere mogelijke verandering tijdens de Kerstdagen. Die instelling, ook bij de bedrijfsleiders en heel veel mensen op de bouwplaats, maakt het mogelijk om resultaatgericht en met korte lijnen te blijven werken. Die inzet van iedereen is heel belangrijk. Daardoor is de Nijs in Noord-Holland, en vooral in Groot Amsterdam, echt een merknaam geworden. Iedereen weet over welk bedrijf je het hebt.”
Nieuw gezicht in directie Ton bereikt in september 2015 de voorheen pensioengerechtigde leeftijd van vijfenzestig jaar. Zijn opvolger, Mike Coffeng, is in december 2014 begonnen als directielid bij De Nijs. Dat betekent niet dat Ton nu meteen kan of wil stoppen met werken. “Na de bouwvak probeer ik wel wat te minderen. Of dat er daadwerkelijk in zit, moeten we nog zien.” Een wisseling van de wacht is het in ieder geval nog niet. “Mike neemt het buitengebeuren over, zeker de werken die net begonnen zijn en nog moeten beginnen. Bij complexe werken die al een heel eind op stoom zijn, blijf ik betrokken. Binnen leid ik het Bedrijfsbureau, de calculatie en de inkoop en proberen we nieuwe werken binnen te halen. Dat blijft goed gaan, maar een oud wielerspreekwoord zegt: ‘De prijzen liggen op de meet’.” Mike Coffeng zit begin 2015 nog midden in zijn kennismakingsperiode. “Ik ben eerst maar eens letterlijk kennis gaan maken met zo veel mogelijk mensen. Want in die mensen zit het kapitaal van De Nijs.” Hij leerde een enthousiaste groep mensen kennen. “Wat ik vooral heerlijk vind zijn de korte lijnen. Dat geeft zo veel duidelijkheid en snelheid! En: afspraak is afspraak, dat moet dan wel.”
Blijven verbeteren Natuurlijk zijn er ook verbeterpunten. Vaak zaken die al goed lopen, maar waar nog risico’s te elimineren zijn of efficiency verbeterd kan worden. “Een belangrijke slag die we maken is de beweging naar het voortraject. Een mooi voorbeeld daarvan is het project Pontsteiger. Daar gaat het zoals het hoort. Alles is vanaf het begin in het BIM-model ingevoerd en de co-makers zijn al in een vroeg stadium betrokken. Die voorbereiding is fantastisch. Veel staat al vast, terwijl het project nog loopt tot 2017!” Hij ziet die beweging naar het voortraject als een echte verbetering in de bouw. “En BIM is in korte tijd onderdeel van het bouwproces geworden. We hebben zelfs een BIM-manager in dienst die dat verder helpt uitrollen (zie interview met Lex Ransijn elders in dit verslag, red).
Door LEAN te werken, verbeter je ook de samenwerking en het plezier op de werkvloer; een prettige bijkomstigheid
Ook op het gebied van veiligheid kun je altijd blijven verbeteren, aldus Coffeng. “Naast schoenen en helmen zijn nu ook veiligheidshesjes verplicht. Dan ben je te zien in het donker. We willen
14
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
15
e
EBE treffers bouwinvest reim
‘We vinden elkaar in professionele zakelijkheid, vertrouwen en teamspirit’
In meerdere projecten werkt De
Beleggingsstrategie Nederland
Nijs samen met Bouwinvest, een
Bouwinvest belegt in heel Nederland, geconcentreerd in zogenaamd ‘kernregio’s’: stedelijke agglomeraties waarvan Amsterdam een van de belangrijkste is. “In die regio’s hebben we ook onze eigen ontwikkelingen van voornamelijk vrije sector huurwoningen. Daarnaast verwerven wij in toenemende mate turnkeyprojecten, onder meer voor ons grootste fonds, het Woningfonds. Daarbij werken we vaak samen met ontwikkelende bouwers en andere strategische partners. Niet geheel toevalligerwijs verwerven, ontwikkelen en realiseren we de afgelopen jaren steeds meer aansprekende projecten met De Nijs en Dura Vermeer in deze regio.”
gespecialiseerde vermogensbeheerder voor institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen. In goed Engels heet dat ‘Real Estate Investment Management’ (REIM). De achtergrond van Bouwinvest ligt in
Transformatie Eenhoorngebied
de pensioenen voor de bouwsector
Binnen Amsterdam, waar Bouwinvest in 2014 de grootste vastgoedinvesteerder was, hebben bepaalde deelgebieden de aandacht, aldus Treffers. “Gebieden waarin we geloven en waar we bezit opbouwen voor de verschillende fondsen; het Woning-, Winkel-, Hotel- en Kantorenfonds en ook het recent opgerichte Zorgfonds. Het Eenhoorngebied in Amsterdam is zo’n deelgebied. Dat hebben we de afgelopen tien jaar, samen met de gemeente en enkele woningcorporaties, getransformeerd van bedrijventerrein tot levendig woon-werkgebied. Voor diverse doelgroepen en ten behoeve van onze fondsen creëerden we een afgewogen mix van nieuwbouw en herontwikkeling.” Denk daarbij aan hotel Casa400, appartementengebouw De Heelmeesters, studentenwoningen in De Feniks (samen met DUWO) en 130 startersappartementen in Het Baken. De nieuwste aanwinst in het Eenhoorngebied is het herontwikkelde Valina-kantoor aan de Wibautstraat. De bedrijfsenclave van toen is nu een bruisende stadswijk. “Op die manier beïnvloeden we het stadsgezicht. We hebben in die buurt veel gerealiseerd. In de zin van bouwen en opleveren, maar ook in de zin van ‘voor elkaar krijgen’.”
(bpfBOUW). “Sinds 2010 zijn we een zelfstandige organisatie”, vertelt Ebe Treffers. ”Ook andere institutionele beleggers kunnen investeren in onze Nederlandse sectorfondsen. Wereldwijd hebben we, zowel direct als indirect, ruim zes miljard euro belegd in vastgoed.” Treffers is Regiomanager Acquisitie & Ontwikkeling, waarbij Noord-Holland en de Amsterdamse regio zijn belangrijkste aandachtsgebieden vormen.
Olympisch Kwartier Zelf ontwikkelen is voor Bouwinvest een bruikbaar middel. Geen doel op zich. “We betrekken onze partners vroegtijdig, zodat we kennis kunnen bundelen om te zorgen dat er een goed beleggingsproduct komt te staan.” Dat gebeurt ook in een ander deelgebied: het Olympisch Kwartier. “Daar begonnen we met behoud en renovatie van het Olympisch Stadion. Een uniek monument, waar we eigenaar zijn van de commerciële ruimtes en de parkeergarage. En de bouw van ruim 400 vrije sector huurappartementen, destijds deels door De Nijs gerealiseerd. Eveneens een mooie belegging van Bouwinvest.” Heel recent is de aankoop van de te herontwikkelen Citroëngarages afgerond. “En op dit moment realiseren we het Noordgebouw Stadionplein met 100 vrije sector huurwoningen, een tweelaags parkeergarage en ongeveer 4.500 m2 winkels. Dit project is na aanbesteding in aanbouw genomen door De Nijs.”
Pontsteiger: Poort van de Stad Het Eenhoorngebied en het Olympisch Kwartier zijn ‘poorten’ die toegang geven tot de stad. Dat geldt ook voor de IJ-oevers. Bouwinvest investeert grootschalig in verschillende deelgebieden en gebouwen langs het IJ. Honderden vrije sector huurwoningen op het Java- en Borneo-eiland en recent enkele beeldbepalende projecten als het Aitana Hotel op het IJdock, de huurwoningprojecten De Halve Maen en Statendam op Overhoeks en Pontsteiger in de Houthavens. Pontsteiger, een ontwikkeling en bouwproject van De Nijs en Dura Vermeer, wordt een voor Amsterdamse begrippen imposant bouwwerk qua volume en hoogte: 90 meter. “Het Pontsteigergebouw wordt een markant landmark in de vorm van een poort, naar ontwerp van architectenbureau Arons en Gelauff. Echt een eyecatcher! De komst van zoveel hoogwaardige koopappartementen en vrije sector huurwoningen op zo’n markante plek is niet alleen een aanwinst voor onze beleggingsportefeuille, maar ook voor de Houthaven en voor de hele stad.”
Nieuwe samenwerkingsvormen “We proberen bij voorkeur grootschalige binnenstedelijke projecten te verwerven, liefst in samenwerking met betrouwbare ontwikkel- en bouwpartners. Pontsteiger is een goed voorbeeld van dergelijke samenwerking. Gedwongen door omstandigheden moesten we daar in een zeer kort tijdsbestek, samen met De Nijs en Dura, een optimaal huur- en koopprogramma voorbereiden. Daarin zijn we geslaagd door ons gezamenlijk en vroegtijdig te committeren. Het geeft vertrouwen voor toekomstige samenwerking op andere projecten.“
16
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
Ontwikkelen is voor ons geen doel, wel een bruikbaar middel Inbreiding aan Damrak en Nieuwendijk Er zijn delen van Amsterdam waar het beter is bestaande gebouwen in een nieuwe functie terug te geven aan de stad. Voorbeeld daarvan is het winkelgebied rond Damrak en Nieuwendijk. “Daar realiseren we met De Nijs en Dura één van de grootste retail-herontwikkelingen van de afgelopen tien jaar. Zowel aan het Damrak als aan de Nieuwendijk leveren we dit jaar hoogwaardig herontwikkelde gebouwen op die veel bijdragen aan het stadsgezicht.” Het gaat om inbreiding in de stedelijke situatie. Het ontwerp van het project Damrak/Nieuwendijk is gebaseerd op de historische gebouwen van onder meer Berlage, waardoor het stadsgezicht in ere hersteld wordt. “Een prachtige resultaat van architectenbureaus Rijnboutt en Robert Stern (RAMSA), waarbij de verbindende passage verplaatst en verhoogd wordt.”
De kracht van De Nijs Volgens Ebe Treffers is De Nijs een echt familiebedrijf waar het motto ‘afspraak is afspraak’ geldt. Een bouwbedrijf dat bereid is om te ondernemen, scherp aan de wind te varen en risicodragend betrokken te zijn binnen projecten. Een bedrijf dat, net als Bouwinvest, erg actief is in Amsterdam. “De Nijs is een specialist in binnenstedelijk bouwen, op lastige locaties. Damrak/ Nieuwendijk is een prachtig voorbeeld van een grootschalige bouwopgave tussen en boven het winkelend publiek. “ De samenwerking tussen Bouwinvest en De Nijs ontstaat in veel gevallen door bouwaanbestedingen of tenders waarbij ze elkaar vinden als samenwerkingspartners en waarbij partijen op basis van hun zakelijke belangen en rolverdeling optimaal kunnen samenwerken. “Hierbij spelen naast economische motieven en professionele zakelijkheid ook zaken als vertrouwen en teamspirit een belangrijke rol. Het is niet voor niets dat Bouwinvest en De Nijs al zo lang prettig samenwerken.”
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
17
Kengetallen
DIENSTVERBAND Mannen Vrouwen Onbepaalde Tijd Bepaalde Tijd
227 23
17 3 DIENSTJAREN (gem 14,56 jr.) Totaal 250 20 0 jaar 16 1 jaar 26 Jubilarissen 2014 2 jaar 8 3 - 4 jaar 19 25 jaar 2 5 - 9 jaar 69 40 jaar 2 10 - 14 jaar 26 15 - 19 jaar 20 20 - 24 jaar 23 PARTTIME / FULLTIME Mannen Vrouwen 25 - 29 jaar 19 30 - 39 jaar 35 Parttimers 24 14 40 + 9 Fulltimers 226 6
Gevolgde CAO cursussen zijn o.a. Gevolgde UTA cursussen zijn o.a. Hijsveiligheid Bewuste bouwers Werken met autolaadkraan VCA vol (basis en herhaling) Voorman/assistent uitvoerder kleinschalige proj. KOB - HBO Gebruik heftruck Excel/ Outlook Verplaatsen van lasten Revit Solibri Model Checks Solibri Model Checks Bewuste bouwers Storingtechnicus elektro F&B gepsrekken voeren Leanbouwen Leermeester (basiscursus) F&B gesprekken voeren F&B gesprekken voeren Effectief beinvloeden BHV / EHBO (herhaling) BHV / EHBO (herhaling) VCA (basis en herhaling) Naviworks
Totaal 250 20 Totaal 270
LEEFTIJDSOPBOUW Bouwplaats UTA medewerkers medewerkers
ZIEKTEVERZUIM 2011 2012 2013 2014 OPLEIDINGEN 2011 2012 2013 2014 Percentage 3,54 3,35 2,95 2,86 Personen (BOUW + UTA) 166 139 116 135 Meldingen (aantal) 209 210 227 186 Cursusdagen 362 360 311 298 Melding (medewerkers) 53,88% 51,41% 57,08% 47,01% Cursuskosten (€) 109.592 133.489 164.283 161.948 Ziektedagen 2.229 2.159 1.954 2.020 2014 IN DIENST PER 31-12 BOUW-cao Project BOUW-cao Timmerfabriek Stagiaires UTA UTA-cao
2011
2012
2013
110 107 116 22 23 26 14 17 23 111 118 124
2014
in dienst
118 26 17 126
4 0 13 16
uit dienst 2 0 19 14
Totaal (incl. stagiaires) 257 265 289 287 33 35
18
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
15 - 19 20 - 24 25 - 29 30 - 34 35 - 39 40 - 44 45 - 49 50 - 54 55 - 59 60 - 67
0 13 17 18 9 5 20 20 23 19
1 2 9 19 16 15 16 29 10 9
Man Vrouw
0 15 26 35 23 17 33 42 32 27
1 0 0 2 2 3 3 7 1 1
Totaal 144 126 250 20 Gem.Leeftijd 43,97
Leeftijdsopbouw Bouwplaats medewerkers 20 - 24 25 - 29 30 - 34 35 - 39 40 - 44 45 - 49 50 - 54 55 - 59 60 - 66
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
Leeftijdsopbouw UTA medewerkers 15 - 19 20 - 24 25 - 29 30 - 34 35 - 39 40 - 44 45 - 49 50 - 54 55 - 59 60 - 66 19
‘Vertrouwen in elkaar en verbondenheid met het ambacht’
A
Andre van Stigt architect en initiatiefnemer De Hallen
De oplevering in 2014 van De Hallen in Amsterdam West vormde het sluitstuk van een decennialang herontwikkelingstraject. Zonder de initiatieven van Eisse Kalk en André van Stigt was er nu waarschijnlijk nog steeds niets gebeurd. Zij brachten de ‘vitale coalitie’ bij elkaar die aan de
“Ooit kwam mediatycoon Harry de Winter met een plan om het verloederde Hallencomplex opnieuw te ontwikkelen. Zijn initiatief stuitte op veel weerstand in de buurt. Dat gold ook voor de latere plannen van onder meer Bouwfonds en Lingotto.” Uit een klankbordgroep met Eisse en André ontstond uiteindelijk - in 2010 - de Tramremise Ontwikkelingsmaatschappij TROM. “De buurt was van meet af aan betrokken. Dat leidde tot haalbare plannen met een breed draagvlak.” Bouwers Strukton en De Nijs werden er in een vroeg stadium bij gehaald om een duidelijk en onomstreden bestek te garanderen. De keuze viel op De Nijs omdat André de ervaring had dat De Nijs kon helpen het sociale aspect te versterken.
de praktijk dingen oplost. Gebaseerd op gedegen bouwvoorbereiding, heel anders dan een van afstand betrokken belegger. Ik ben hier zelf al een jaar lang twintig uur per week aanwezig.“
Werkend hart van West Delen van De Hallen zijn al sinds april 2014 in bedrijf. In februari 2015 werd het complex officieel overgedragen. André zit in het bestuur en in de Raad van Toezicht zit onder anderen Jan Doets, commissaris bij de Nijs. “De Hallen zijn op een moderne manier het werkend hart van West geworden. Zo’n 200 arbeidsplaatsen en geschat zo’n twee miljoen bezoekers op jaarbasis.” De Bibliotheek, de FilmHallen en de Foodhallen zijn nu al een succes en het Tv-programma ‘Podium Witteman’ zendt het komend half jaar uit vanuit het complex.
In de prijzen Dat hij net niet werd uitverkoren tot Amsterdammer van het jaar 2014, vindt runner-up André geen ramp. “Het gaat om de waardering voor ons werk; voor alle betrokken partijen. Dan is nominatie al erkenning. Bovendien: ik ben alleen maar het gezicht van de vitale coalitie die De Hallen herontwikkelde. Het enige bijzondere dat ik gedaan heb is dat ik de juiste partners bij elkaar heb gebracht.”
Uitvalsbasis Social Return “Met De Nijs en Strukton zat ik al in een werkgroep die kijkt naar het onderhoud en beheer van monumentale Amsterdamse gebouwen als het Concertgebouw en bijvoorbeeld het Hallencomplex. Het idee was vakmanschap over te dragen aan leerlingen volgens het oude leermeester/ gezel systeem bij het werk aan deze belangrijke monumenten. In het kader van ‘Social Return’ heeft De Nijs een overeenkomst gesloten met de gemeente Amsterdam. Daaruit volgt een verplichting om een vastgelegd percentage van het werk door leerlingen te laten uitvoeren. De Hallen bleek niet alleen een geschikt project daarvoor, maar ook de ideale uitvalsbasis voor het bedienen van de stad. In de praktijk doen we het onderhoud en beheer nog steeds van hieruit.”
Intensieve betrokkenheid Na 15 jaar alleen maar ruzie kostte de uiteindelijke planvoorbereiding en financiering bij elkaar ongeveer een jaar. Naast Triodos Bank en het Nationaal Renovatie Fonds investeerde M.J. de Nijs en Zonen BV twee miljoen euro in de Hallen. Een groep familieleden De Nijs nam privé een aandeel, vertelt Van Stigt. “Ook mijn bureau participeert voor 1,7 miljoen en ikzelf privé voor 7 ton. We blijven tot zeker 8 jaar na oplevering in dit project aan elkaar gebonden. Dat doe je alleen als je vertrouwen hebt in een project en in de mensen waarmee je het uitvoert.” De Nijs en Strukton zijn de komende tien jaar verantwoordelijk voor het onderhoud en beheer van het vernieuwde complex. Rode draad blijft daarbij de verbondenheid met het ambacht. “Kennis overdragen aan een nieuwe generatie. We werken met elkaar als partijen waarmee je in
Overigens kon Van Stigt in 2014 wel andere prijzen in ontvangst nemen, waaronder de IJ-prijs van de gemeente Amsterdam. Een oeuvreprijs voor verbondenheid met de stad, sociaal ondernemen, verantwoordelijkheid nemen om oplossingen te vinden en niet in ideeën blijven hangen. De Geurt Brinkgreve Bokaal 2014 voor ‘het beste initiatief op het gebied van herontwikkeling of renovatie van erfgoed’ werd toegekend aan De Hallen als project, vertegenwoordigd door stichting TROM.
Boost voor West De herontwikkeling van De Hallen geeft de omliggende wijken een boost in waardeontwikkeling. Ook die woongebieden worden nu aangepakt: “Toen duidelijk werd dat De Hallen herontwikkeld zouden worden, werd de buurt meteen populairder. Wij waren ruim binnen de planning klaar, maar het werk aan de buurt hieromheen heeft negen maanden vertraging. Dit jaar gaan ze ook de naastliggende Ten Katemarkt herprofileren, dus het blijft helaas nog even rommelig in de buurt.” Gelukkig komt daar heel veel voor terug. “Het is al veel drukker dan we durfden hopen bij de verschillende maatschappelijke en economische functies in De Hallen: sterke functies die elkaar en de wijde omgeving versterken.” Een initiatief om trots op te zijn. “Ik hoop dat dit op meer plekken in de stad gaat gebeuren! “
basis stond van het succes van de nieuwe Hallen. De Nijs maakte met trots deel uit van die coalitie. Architect Van Stigt geeft een overzicht van een trage start en een flitsende finish.
Ik wilde De Nijs er bij om het sociale aspect te versterken 20
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
21
Oplossingsgerichte genen Als je op de ouderwetse manier een project ontwikkelt, verzorgt de aannemer vooral de uitvoering. “De opdrachtgever weet wat mooi is en levert een ontwerp. Dan gaat de oplossingsgerichtheid en creativiteit van een bedrijf als De Nijs spelen. Problemen zijn uitdagingen. Afspraak is afspraak, deal is deal. Ze komen nooit terug op een afspraak. Als het hun probleem is, schuiven ze het niet op jou af. Ze zien nooit iets over het hoofd. Ze lossen op. Zo kun je veel gemakkelijker samen aan de slag om – in termen van wielrenner Thijs de Nijs – heelhuids de eindstreep te halen. Geen wij/zij maar elkaar motiveren om het nog beter en flexibeler te doen.” Met Winfred de Nijs is dat nu precies hetzelfde, zegt hij. “Niets ontgaat hem, alles weet hij, altijd geïnteresseerd. Dat maakt hen zo uniek. Het zit in de genen. En intussen blijven ze met beide benen op de vloer. Ook op de werkvloer. Ze komen regelmatig op ieder werk. Zo blijven ze betrokken.”
Het Nieuwe Ontwikkelen Stadgenoot wil snel en goed bouwen zonder overbodige kosten. “Ons verhaal op dit moment is dat we de aannemer steeds meer aan de voorkant betrekken. Het Nieuwe Ontwikkelen: starten met degene die het moet bouwen en gaande het traject ook de esthetische kwaliteit vergroten. Je haalt meteen de kennis en kunde in huis die je nodig hebt. Aannemer, architect en adviseurs zijn van meet af aan aanwezig. De doorlooptijden worden daardoor dramatisch korter. Van soms wel zeven tot af en toe nog maar twee jaar!” De projectleiders en –managers van Stadgenoot zijn meer projectregisseurs geworden, aldus Peter. “Wij houden onze rol naar de overheid en als opdrachtgever het doel onze klanten te bedienen van het juiste product en ze daar inspraak in te geven. Dat is een cirkel waarin alle betrokken partijen moeten meedraaien. Onze mensen regisseren dat.”
Nu en straks
P Peter Kramer
directeur Vastgoed & Ontwikkeling bij Stadgenoot Hoe typeer je De Nijs? Peter Kramer doet graag een poging. “Ze zijn heel goed, maar daar blijven ze nuchter onder. Met beide de voeten op de grond. Van timmerman tot aandeelhouder is iedereen aanspreekbaar. En problemen worden zonder veel
Oostpoort en de Hasselaerhof zijn opgeleverd in 2014. “Ik vind de Hasselaerhof een belangrijke toevoeging aan de herstructurering van Nieuw West. Het werk lag daar even helemaal stil als gevolg van de crisis, maar Stadgenoot heeft het lef gehad de nieuwbouw van de Hasselaerhof tóch door te zetten. Daar zijn we nu heel blij om! Een megaproject als Oostpoort zullen we niet snel meer oppakken in de nabije toekomst, maar ook dat is een succes. De stiel van ‘Vastgoed & Ontwikkeling’ is nu: herstructureringen afmaken en eenheden toevoegen voor jonge stedelingen. Doen waarvoor we als ‘woningbouwvereniging’ ooit zijn opgericht. Iets moois, goeds en betaalbaars maken voor klanten die bij hun huisvesting een steuntje in de rug kunnen gebruiken.”
Herstructureringen afmaken en eenheden toevoegen voor jonge stedelingen
‘Van timmerman tot aandeelhouder is iedereen aanspreekbaar’ Woningcorporatie Stadgenoot ontstond begin deze eeuw uit een fusie tussen de Algemene Woningbouw Vereniging en Het Oosten. “Nu hebben we zo’n 33.000 wooneenheden in onderhoud en beheer. Daarnaast bezitten we maatschappelijk en bedrijfsmatig vastgoed.” Peter Kramer is directeur Vastgoed & Ontwikkeling. Hij geeft leiding aan de projectontwikkeling en aan het in stand houden van het bezit door contract- en planmatig onderhoud. Verder vallen het beheer van de commerciële portefeuille en de verkoop van woningen onder zijn verantwoordelijkheid. Zo’n vier jaar geleden leverde De Nijs aan de Amsterdamse Sarphatistraat het ‘nieuwe’ hoofdkantoor van Stadgenoot op: een herontwikkeling van een vroeger politiebureau. In de voormalige legeropslag ernaast houdt onder meer Vastgoed & Ontwikkeling kantoor.
omhaal opgelost. Kozijn kapot? Achter in de kofferbak en morgen heb je weer een nieuwe. “
22
Oostpoort en Eendrachtsparkbuurt Stadgenoot en De Nijs werkten al eerder samen in de ontwikkeling van een daklozencentrum met HVO Querido, maar intensieve samenwerking met De Nijs begon voor Peter met de renovatie van het kantoor aan de Sarphatistraat. Later volgden Oostpoort en het nieuwbouwcomplex Hasselaerhof in de Eendrachtsparkbuurt in Nieuw West. “Oostpoort deden we met drie partners: Ymere, Bouwfonds en Stadgenoot. De Nijs heeft in combinatie met UBA een groot deel van de bouw gedaan, inclusief een enorme parkeerkelder. Intussen was er samenwerking in de Hasselaerhof, ontworpen door de Spaanse architect Busquets.“
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
23
‘Alsof Oostpoort er altijd al is geweest’ In Amsterdam Oost, langs de Linnaeusstraat, achter de Hema en het vroegere politiebureau, ligt bij het Sportfondsenbad het vroegere Oostergasfabrieksterrein, gesaneerd door de Gemeente. De afgelopen jaren verrees daar een complete nieuwe wijk, gebaseerd op een stedenbouwkundig plan van Sjoerd Soeters. De Nijs realiseerde in een bouwcombinatie met UBA een deel van Oostpoort.
e
Gertrude van der Bijl bedrijfsleider Oostpoort en Eendrachtsparkbuurt
Bedrijfsleider Gertrude van der Bijl leverde in 2014 twee gezichtsbepa-
Horeca, winkelen, wonen Oostpoort is nu een winkelcentrum met straatjes, geïnspireerd op de Kalverstraat. “Elke keer dat je door die meanderende straatjes loopt, zie je iets nieuws. Je wordt telkens verrast”, zegt Gertrude. “Aan de zuidkant, langs de Ringvaart, zit veel horeca. Achter het oude politiebureautje is een plein gecreëerd, met daaraan de nieuwe ingang van het zwembad. Het vroegere politiebureau is nu ook horeca, met een terras aan het plein.” Boven het winkelcentrum liggen ruim 300 woningen. Dat zijn grotendeels koopwoningen, met daarnaast 20 WIBO-woningen (Wonen In Beschermde Omgeving) van Ymere en een blok sociale huurwoningen van Stadgenoot.
Snelle acceptatie Toen de bouwers in september 2011 begonnen met de uitvoering, was de omvang van het gebied een uitdaging. “Bovendien waren er drie deelgebieden van verschillende architecten. West, midden en Oost. Met steeds andere geveldetails en dergelijke. Heel divers! Alles goed af te stemmen was voor ons in de bouwcombinatie met UBA een hele klus, maar het is gelukt. Inclusief binnentuinen in de blokken en een ondergrondse parkeergarage met ongeveer 850 plekken.” Gertrude vindt het heel mooi geworden en ze is niet de enige: “Toen we de bouwhekken weghaalden, was het direct heel druk. De mensen in de buurt maken er veel gebruik van, alsof Oostpoort er altijd al is geweest. Het was ook snel verhuurd. De meeste winkelpanden waren bij de opening al gevuld. Zo konden ze op 26 maart 2014 in één keer het hele winkelcentrum openen. Dat gebeurde feestelijk met onder meer een optreden van Ali B.”
lende projecten in Amsterdam op:
Hasselaerhof, Eendrachtsparkbuurt
Oostpoort en Hasselaerhof. Anno
In de Eendrachtsparkbuurt in Amsterdam West bouwde De Nijs een complex met 173 huurwoningen voor woningcorporatie Stadgenoot. “Het complex, de ‘Hasselaerhof’, is ontworpen door de Spaanse architect Joan Busquets. Hij is vooraf een aantal keren komen kijken hoe wij hier wonen.” Het ontwerp waar Busquets uiteindelijk mee op de proppen kwam, was opvallend en uitdagend: met veel niveauverschillen, binnentuinen in de drie blokken en onder één daarvan een half verdiepte parkeergarage.
2015 bestiert ze een bouwput op het Stadionplein. Zij vertelt wat de opgeleverde projecten mooi, bijzonder en uitdagend maakt.
Opvallend en uitdagend ontwerp met veel niveauverschillen, binnentuinen en een half verdiepte parkeergarage
Esplanade met piepschuim De genoemde niveauverschillen vormden een rode draad door het werk. Aan de Noordzijde van de Hasselaerhof kwam een ‘esplanade’: een verzamelplek voor de bewoners, een ontmoetingsplaats. “Van daaruit loop je een parkje in waar ook een speelplaats is. De esplanade ligt twee meter hoger dan de rest van de omgeving. Dat is een behoorlijke uitdaging voor de bouwers, zeker waar het om installaties gaat.” Je moet best wel wat voorstellingsvermogen hebben om voor je te zien op wat voor hoogte bepaalde zaken moeten komen. “Vlak voor de bouw ontdekten we dat die berg grond onder de esplanade een enorme druk uitoefende op onze fundering. We kwamen daar pas achter toen we al wilden gaan heien, dus moesten we snel een oplossing bedenken en uitvoeren. In overleg met de Gemeente besloten we een deel van de grond te vervangen door piepschuim. Zo namen we een belangrijk deel van de zijwaartse druk weg.” De Hasselaerhof is opgeleverd in juni 2014. Stadgenoot nam de sociale huurwoningen over. Van de overige woningen ging een deel in de verkoop. Die verkoop verloopt voorspoedig. 24
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
25
“Een paar jaar later kwam de ambitie om door te groeien naar de functie van bedrijfsleider. Dat heb ik tijdens een functioneringsgesprek aangegeven. Op CCN ben ik langzaam in die functie gaan groeien begonnen, te beginnen met Kavel M1 als junior projectleider. Met Dirk Vet als mentor is een traject opgestart waardoor ik doorgroei in de functie van bedrijfsleider. Nu werk ik als zelfstandig projectleider op de Makroon in Amsterdam Centrum. “ “Later dit jaar hoop ik voor het eerst zelfstandig als bedrijfsleider aan de gang te gaan. In feite krijg ik er dan gewoon projecten bij, want dat is het grootste verschil tussen een projectleider en een bedrijfsleider bij De Nijs. Een projectleider heeft één project en een bedrijfsleider meerdere tegelijkertijd.” “De stage indertijd ging via school. De Nijs stond op een lijst van mogelijke werkgevers. Ik ben begonnen bij Concertgebouw Haarlem. Het klikte direct: je bent bij De Nijs geen nummer. De directie weet wie je bent en spreekt je direct bij je naam aan. Een warm welkom! Ik heb zelf verder geen familie hier in het bedrijf, maar ik was direct thuis!” RHOMAN HILLEN
r
Rob Duinmeijer, Rhoman Hillen en Lex Ransijn
Lex Ransijn, BIM-manager Lex trekt binnen De Nijs alles wat te maken heeft met het virtuele bouwen (Bouwwerk Informatie Model, BIM): de nieuwe standaard in de projectvoorbereiding die het mogelijk maakt een gebouw virtueel al neer te zetten met alle relevante informatie erin van architecten, constructeurs, installateurs, installatieadviseurs, leveranciers, onderaannemers en nutsbedrijven. “Ik heb HTS Bouwkunde; afgestudeerd op bouwmanagement. Tijdens mijn studie woonde ik in Amsterdam. Ik zocht een stageplek waar ik op de fiets heen kon. Ik vond De Nijs. Daar kreeg ik in 2004 een stageplaats als werkvoorbereider. Toen ik in 2006 afstudeerde, werd ik gebeld of ik als werkvoorbereider mijn voormalige stageproject wilde afronden. Dat heb ik natuurlijk gedaan.” “Ik had op de stage op de MTS al eens 3D getekend. Bij mijn eerste project bleek dat nodig voor een complex detail, maar de juiste programmatuur zat niet in de computer. Toen heb ik het thuis in mijn studentenversie van Autocad uitgewerkt en meegenomen naar de keet om te bespreken met collega’s.”
Jonge talenten groeien in een nieuwe rol Rob Duinmeijer, werkvoorbereider/projectleider Rob komt uit Egmond-Binnen en bezocht de HTS in Amsterdam, waar hij in 2007 afstudeerde in Bouwmanagement. Vervolgens ging hij twee jaar naar Australië. “Daar heb ik mijn vrouw ontmoet. We zijn getrouwd en teruggekomen naar Nederland. In juni 2009 startte ik bij M.J. De Nijs, waar ik tijdens mijn studie twee keer een half jaar stage had gelopen. Ze belden of ik interesse had in een baan. Ik wilde graag ervaring opdoen en ik heb altijd mijn weg kunnen vinden bij De Nijs. Mooie projecten, ruime keuze. En leuke collega’s.” “Nu ben ik werkvoorbereider bij De Nijs Castricum. In 2012 ging een collega in de VUT en maakte ik de overstap naar de particuliere bouw. We zijn snel gegroeid. Mijn voorganger deed het alleen, dat zou nu niet meer kunnen. De functie is de afgelopen jaren veranderd. Minder specifieke werkvoorbereiding, meer de nadruk op begeleiding op de werken zelf. Dezelfde taken, maar anders verdeeld. Grotendeels word ik nu als projectleider ingezet. Dan houd ik me ook bezig met bijvoorbeeld financiën, planningen en personeelsinzet.”
LEX RANSIJN
“Het volgende project was de Hermitage. Daar was ik voornamelijk bezig alle constructieonderdelen in een bestaand gebouw 2D in te meten en de maatvoering te coördineren naar een 3D staalmodel.” “Toen filmmuseum EYE op ons pad kwam, móest er wel in 3D gewerkt worden. In dat gebouw is geen rechte hoek te vinden, dus alles moest voor iedereen vooraf duidelijk inzichtelijk zijn. Het ontwerp was gedeeltelijk in 3D en wij werkten, tot aan de staalconstructeur toe, alles verder virtueel uit. Ik verzorgde de eindcontrole. Daarvoor moesten we alle onderling uitwisselbare modellen op elkaar afstemmen. Een soort voorloper van hoe wij nu BIM toepassen op alle projecten.” “De Nijs zocht een ‘kartrekker’ voor BIM. Er werd een stuurgroep opgericht waar Rhoman en ik nog steeds in zitten, met alle afdelingshoofden. Ik wilde deze functie graag, want dit is waar in het bouwproces nog de grootste efficiencyslag in gemaakt moet worden. Als BIM-manager begeleid ik van alles wat te maken heeft met BIM-implementatie en het werken met virtuele bouwmodellen.”
“Ik wil nog jaren blijven werken bij De Nijs. Ook in een andere functie, maar of er mogelijkheid tot verdere groei is, wachten we af. Er valt in ieder geval nog een hoop te leren. De bouw vernieuwt voortdurend.” “Ik wissel graag binnen en buiten af. Nu is het ongeveer fiftyfifty. Dat is voor mij ideaal. Het vraagt soms wel veel; je bent in het weekend ook beschikbaar en thuis is de eerste geboren. Ik moet werk en privé dus goed op elkaar afstemmen. Het is het allemaal waard!” ROB DUINMEIJER
Rhoman Hillen, projectleider Rhoman groeit naar de functie van bedrijfsleider in de uitvoering. Hij liep stage bij De Nijs. Na zijn afstuderen stuurde hij een open sollicitatie. Tijdens het gesprek zei Thijs de Nijs: ‘Het is niet zo’n goede tijd. Kom een jaartje kijken en dan zien we wel.’ Dat is nu elf jaar geleden. “Ik studeerde HBO Bouwtechniek in Amsterdam en stroomde in als leerling werkvoorbereider, assistent van Mehmet Badadi op Hageveld in Heemstede. Na een jaar zei bedrijfsleider Lia Sibbel dat ik het zelfstandig moest proberen. Dus naar de zandvlakten van IJburg, met Ton de Swart als uitvoerder. Die heeft me verder opgevoed.”
26
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
27
w Willem Polle particulier opdrachtgever
‘Goed terechtgekomen na een lange reis’ “We hebben twee dochters en twee zoons. Bij de oudste zoon was van jongs af aan duidelijk dat hij boer zou worden. Na de Middelbare Landbouwschool kwam hij thuis werken.” Het bedrijf groeide en Polle kocht een boerderij verderop in de polder. “Een paar maanden later kwam onze buurman aan de deur. Die ging naar Canada. Toen hebben we zijn boerderij gekocht en die andere weer van de hand gedaan.”
Het nieuwe woonhuis staat naast de oude boerderij. Willem Polle kijkt uit over het weiland en begint zijn verhaal. Een
geschiedenis die hem na dertig jaar terugbracht vlakbij zijn eerste boerenbedrijf.
Aanneming Willems schoonzoon werkte bij Deurwaarder. Er was al een bouwbedrijf uit Schoorl langs geweest om te vragen of ze het huis mochten bouwen. “Mijn schoonzoon zei: ‘Deurwaarder wil ook een prijsopgave doen.’ Helaas ging Deurwaarder failliet. Mijn schoonzoon is calculator. Hij liep een week zonder werk toen hij aanklopte bij De Nijs. Daar kon hij dezelfde week nog beginnen. Hij ging er nog op vooruit ook! “ Al snel bleek dat De Nijs het huis wilde bouwen. Winfred de Nijs kende de familie Polle al. “Die hebben we ooit een perceel grond verkocht. Ik had hem toen twintig gulden ‘zegengeld’ gegeven. Dat vond hij zo mooi dat hij het geld heeft laten inlijsten.” De prijsopgave van De Nijs Castricum was goed. “Castricum doet de particuliere bouw van De Nijs. Ik had een goed gesprek met bedrijfsleider Michiel. Architect Jan Kramer, die ook De Beemster had gedaan en met wie we al tien jaar contact hadden over de bouwvergunning, kon aan de slag.”
Wieringermeer en De Beemster De Provincie wilde het land hebben voor natuur en bood Polle een boerderij met vierenvijftig hectare grond aan in de Wieringermeer. “Een lot uit de loterij. Mijn zoon ging er heen en wij bleven hier wonen. Zijn broer toonde ook interesse in het vak, dus we gingen weer boeren en groeiden snel weer uit ons jasje. Toen zijn we verhuisd naar De Beemster. Daar is een nieuw bedrijf gebouwd. Eerst de stal en later het woonhuis: in een dag tijd in elkaar gezet van prefab elementen.” De boerderij in Schoorl stond te koop. De provincie wilde de schuren en stallen weg hebben. “Wij wilden een bouwvergunning op de locatie waar we nu wonen. Dat lag gevoelig, maar als we verkochten onder voorwaarde dat de stallen werden gesloopt, was er een deal.”
Rechtszaken De koop werd gesloten. De nieuwe eigenaar weigerde één schuur weg te halen. Hij ontdekte dat de gemeente had verzuimd de agrarische bestemming van de grond af te halen en ging een beetje boeren. “Onze advocaat zei: ‘je bent geen agrariër, je bent een hobbyboer’. Er is zelfs een mediator bij geweest. We spraken af dat de schuur deels kon blijven en dat de agrarische bestemming definitief zou verdwijnen. Er werden handen geschud, maar de buurman tekende niet. We waren tien jaar in rechtszaken verwikkeld. Uiteindelijk kregen we gelijk bij de Raad van State.”
Bergen Intussen kwam er een boerderij te koop in Bergen. “We verkochten ‘De Beemster’ en gingen naar Bergen met onze jongste zoon. Hier in Schoorl lag nog een perceel waar we ooit iets voor onszelf wilden bouwen. Even hebben we getwijfeld over een mooi huis verderop dat te koop kwam, maar de bank vond het een beter idee om hier te bouwen; net als onze kinderen.”
Bestemmingsplan Er mocht maar een kleine woning op het perceel. “Dat vond ik zonde, zo’n klein huisje op een grote lap grond. Bij Ruimtelijke Ordening maakte iemand bezwaar dat het te klein was. Bovendien was de wethouder niet vergeten dat er fouten waren gemaakt met het achterlaten van de agrarische bestemming. Hij besloot ons te steunen. Het bestemmingsplan kon gewijzigd worden, waardoor we toch wat groter konden bouwen.” Het was een slappe tijd bij de aannemers, dus De Nijs wilde snel beginnen. “Er moesten vijftien populieren gerooid worden. Terwijl de rooivergunning nog verleend moest worden, was er al geheid – door een kennis uit De Beemster - en werd de fundering gestort. Vervolgens heeft De Nijs deze mooie woning neergezet. De eerste steen is gelegd op de verjaardag van mijn vrouw, door de twee jongste kleinkinderen. We zijn heel trots en tevreden.”
Uitvoering De samenwerking met De Nijs verliep soepel. “Alles bij elkaar heeft de bouw ruim een half jaar geduurd. De Nijs was al voor de bouwvak klaar, vervolgens deden de schilders en installateurs hun werk.” In oktober trokken de Polles in hun nieuwe woning, met een fantastisch uitzicht over de landerijen. “Nu ben ik bezig de grond om het huis klaar te maken. Afgelopen week kwam Winfred de Nijs op bezoek. Dat was leuk; ook voor hem.” Over familiebedrijven gesproken: de schoonvader van Willems zoon heeft de bestrating gelegd. Zelf voerde Willem de grond aan.
Oud worden Hij gaat nog iedere dag naar de boerderij van zijn zoon om koeien te melken. “En ik heb een Fries Paard als hobby. Die kan ik hier mooi laten lopen. Onze dochters wonen in Warmenhuizen en zijn heel blij dat we weer dichtbij zijn. We hopen hier oud te worden. Vroeg of laat komt er nog een mooie schuur bij. Daar zijn we nu voor aan het sparen. Dolblij dat we zo terechtgekomen zijn na die lange reis.”
Alles bij elkaar heeft de bouw maar een half jaar geduurd
28
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
29
r
René Moormann en René van den Berg
over FSC-hout
‘Bij het onderhoud van het certificaat is het hele bedrijf betrokken’ Het gaat vooral om hout voor kozijnen, deuren, bekisting en dergelijke. “De Nijs gebruikt daarvoor alleen nog duurzaam hout met het FSC-certificaat”, vertelt René Moormann. “Het gaat zelfs zo ver, dat De Nijs Projectontwikkeling enige jaren geleden een convenant heeft afgesloten met de FSC-organisatie. Daarin staat dat De Nijs in eigen ontwikkelingen exclusief gebruik maakt van gecertificeerd duurzaam hout.”
Iedereen doet mee
René van den Berg is bedrijfsleider in de Timmerfabriek van De Nijs. René Moormann is KAM-functionaris. Dat staat voor Kwaliteit, Arbo en Milieu. Uit hoofde van hun functies zijn ze betrokken bij de logistiek en administratie rond
In december hebben we daar een prijs van de gemeente Amsterdam voor ontvangen.” meldt collega Van den Berg. “Winfred vroeg ons om daar uit te leggen waarom we het zo goed doen. Dat komt doordat alles centraal geregeld is. Er is iemand die het hele plaatje ziet!” Een andere prijs ging aan onze neus voorbij. Met ‘De Ontmoeting’ werd De Nijs tweede bij de uitreiking van de FSC Ketenaward 2014. “We kwamen twee stemmen tekort. Maar nominatie voor zoiets is ook al mooi.”
FSC-hout: de inkoop en verwer-
Lange adem voor duurzaamheid
king van houten bouwmaterialen
“Hout ís een mooi product”, vult Moormann aan. “Het bepaalt vaak het aangezicht van een gebouw. We verwerken het in bijna alle projecten. Het FSC-certificaat is vijf jaar geldig en is intussen al een keer verlengd. Tussendoor vinden audits plaats: iemand komt kijken of we alles wel goed doen en jaarlijks leveren we een complete boekhouding aan van wat we aan FSC-hout hebben gebruikt.” De Nijs wil een groene bouwer zijn. Al jaren is er veel aandacht voor duurzaamheid, milieueisen en dergelijke. “Winfred de Nijs speelt daarin een leidende rol. Hij heeft zich altijd persoonlijk ingezet voor groen en duurzaam. Winfred gelooft in de lange adem. Certificering FSC lag dus voor de hand. Die was in 2009 een feit. Toen liepen we, ook later met het convenant, nog voorop. Inmiddels sluiten – gelukkig – steeds meer bedrijven zich aan bij FSC en andere groene certificeerders.”
en het begeleiden en controleren daarvan.
Kozijnen lopen via de timmerfabriek, maar trappen worden vaak uitbesteed. René van den Berg: “De bedrijfsleider en de werkvoorbereider moeten bewaken dat die trap ook daadwerkelijk onder FSC besteld wordt. Dat is inmiddels gemeengoed geworden. FSC heeft altijd de voorkeur bij De Nijs. Dat zie je bij de houtleveranciers ook. Voorheen moest je er om vragen, maar tegenwoordig hebben ze het meeste in FSC op voorraad. Dat was vijf jaar geleden nog niet zo. Echt een doorbraak!” Een voordeel is dat alle losse houtwaren via de timmerfabriek lopen. “Wij hebben de expertise over hout en plaatmateriaal. “ Er zijn tegenwoordig zo veel verschillende producten in de handel, daar moet je experts op hebben. “Maar”, waarschuwt René van den Berg, ”FSC is niet alleen een zaak van de timmerfabriek. Het hele bedrijf is betrokken. Iedereen moet zich er voor inzetten. Wij zijn niet de voortrekkers, de bouwplaats moet de initiatieven nemen: stukken aanleveren. Wij ondersteunen en monitoren het traject.”
De lat ligt hoog
Chain of Custody Wil je als bedrijf producten onder FSC-certificaat leveren, dan moet je een aparte houtboekhouding voeren met interne facturen, aan het eind van het werk opgesteld op basis van de bestellijst. Daarachter moeten facturen van leveranciers zitten, afleverbonnen waarop FSC is genoemd en orderbevestigingen in het contract. “De CoC-code - Chain of Custody”, zegt René van den Berg. “Daar is alles om te doen. Het moet traceerbaar zijn waar het hout uiteindelijk vandaan is gekomen en onder welke omstandigheden het is gekapt, vervoerd, opgeslagen en verwerkt.” René MOORMAN
Herkenbaar tot op de bouwplaats
René van den Berg
30
De Nijs wil continu het interne FSC-traject verder verbeteren. René van den Berg geeft een samenvatting van dat traject: “Als De Nijs een opdracht krijgt of de uitvoering van een ontwikkeling begint, houdt de timmerfabriek een startgesprek met de bedrijfsleider en de werkvoorbereiding. Eén van de besproken onderwerpen is altijd FSC. We bepalen op die manier vooraf welke artikelen wij onder FSC-certificaat gaan leveren. Alles wordt benoemd en op een lijst gezet, soms twee A4 vol met producten. Trappen, kozijnen, maar ook kleinere onderdelen. Tijdens de uitvoering wordt die lijst bewaakt. Niet alleen door ons, maar ook op de bouw.” De lijst gaat naar de afdeling inkoop, die het FSC-hout centraal inkoopt. “Dat hout is herkenbaar aan stempels en nummering”, zegt René Moormann. “Het wordt vervolgens geleverd aan de timmerfabriek. Daar wordt het opgeslagen, verwerkt en doorgeleverd naar de bouwplaats, voorzien van een FSC-sticker. Totdat het wordt ingemetseld, blijft het herkenbaar als gecertificeerd FSC-hout.”
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
De bouw draagt een steentje bij door de gevraagde gegevens aan te leveren. Dat is heel belangrijk. “En lastig, want iedereen heeft het druk. Toch is het nu echt onderdeel van het werkproces. Daar is nog verbetering in mogelijk. Niet zo heel vreemd trouwens, als je bekijkt hoe snel het de afgelopen vijf jaar gegaan is.”
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
31
‘Sociaal, ecologisch en economisch verantwoord bosbeheer’ Een deel van Liesbeths taak bestaat uit het bekend maken van wat FSC doet en bedrijven overhalen om mee te doen. Daarmee is ze goed op weg, want inmiddels zijn er in Nederland zo’n 300 partnerorganisaties: bosbeheerders, houtleveranciers, bouwers en hun opdrachtgevers, waaronder overheden. “Zo verduurzamen we stapsgewijs de hele keten. Daarnaast werken we ook aan sectorgerichte marktontwikkeling, bijvoorbeeld door bouwmarkten te benaderen.”
l
Liesbeth Gort directeur Forest Stewardship Council Nederland
Liesbeth Gort, afgestudeerd geograaf, is sinds 2012 directeur van FSC Nederland. Met veel plezier, vertelt ze. FSC Nederland is één van de 53 afdelingen van een wereldwijd opererende organisatie
Bijzondere relatie De Nijs sloot zich in 2010 definitief aan bij FSC. “Ze ontvingen al een certificaat in 2006”, benadrukt Liesbeth. “Inmiddels gebruiken ze alleen nog FSC-hout. Daarnaast sporen ze hun opdrachtgevers, onderaannemers en leveranciers aan tot het gebruik van FSC-hout.” Dat is ook afgesproken in het ‘Bouw- en Houtconvenant’ dat FSC afsloot met 19 bouw- en houtbedrijven die zo veel mogelijk duurzaam hout toepassen en toeleveren. “Binnen dat convenant hebben we een paar grote partijen, onder wie De Nijs. De bedrijven onderling hebben afgesproken dat ze elkaar kunnen aanspreken op afwijkingen van de afspraken. Ook dat is winst.”
Wij geven vaak projecten van De Nijs als voorbeeld van wat voor moois er met hout kan
Voortrekkersrol
Planet
De overheid wil vanaf 2015 alleen nog maar duurzame grondstoffen inkopen. “Wij hebben een promotiefilmpje gemaakt om de mogelijkheden daarvan te laten zien. Bij de productie van dat filmpje speelde De Nijs een voortrekkersrol. Het filmpje is te zien op onze website www.goedhoutproject.nl . En eigenlijk is De Nijs altijd al een koploper geweest. Als die zeggen dat ze meedoen, gebeurt dat met volle overgave. Helder en duidelijk; dat is kenmerkend voor dit bedrijf.”
Hoe dat werkt, verantwoord bosbeheer? “Je hebt een stuk bos. Dat verdeel je in 30 jaarvakken. Per jaar worden in één van die vakken de bomen gemerkt die gekapt kunnen worden. Er worden gemiddeld maar een aantal bomen per hectare geselecteerd, het is echt selectieve kap. Vervolgens krijgt die jaarsector weer 30 jaar de tijd om zich te herstellen, al of niet geholpen met jonge aanplant.” Dat is lange termijn denken en dat past bij De Nijs. “De term ‘duurzaamheid’ komt niet voor niets oorspronkelijk uit de bosbouw”, vult Liesbeth aan. “Naast de bossen die we exploiteren zijn er ook stukken bos met hoge waarde vanwege bepaalde diersoorten en planten die er leven. Daar blijf je van af, net als van bosgebieden met een hoge historische of landschappelijke waarde.”
Ambassadeurs in Warmenhuizen “We zijn heel blij dat ze het product hout zo veel en zo zichtbaar gebruiken. In essentie is hout – als het uit een duurzaam beheerd bos komt – de meest duurzame grondstof die je kunt bedenken.” De Nijs kiest vaak voor mooie tropische houtsoorten. Dat is goed, want zo wordt duidelijk dat ook tropisch hardhout duurzaam kan zijn, als het bos maar goed beheerd wordt. “Sterker nog: het bos in kwestie krijgt op die manier ook meer waarde. En vanwege die waarde zal het niet meer gekapt worden voor andere doeleinden. Indirect vertelt De Nijs dus met haar projecten ons verhaal. Mede daardoor verwijzen wij automatisch vaak naar hun projecten als voorbeeld van wat voor moois er met hout kan. “
die duurzaam hout promoot. Op de website omschrijven ze zich als een ‘breed gedragen netwerkorganisatie met als doel het be-
People Als het bij De Nijs over Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen gaat, hanteren we de deelgebieden people, planet en profit; mensen, milieu en bedrijfsresultaat. Of sociaal, ecologisch en economisch. Hoe FSC naar het milieu kijkt is helder. Hoe zit het met de mensen? Liesbeth Gort vergelijkt het met een bouwbedrijf: “Er is een veiligheidscomponent. Wat op de bouwplaats geldt, geldt in onze bossen, ook als die in Afrika liggen. Daarnaast is de sociale component belangrijk. Niet alleen goed zorgen voor de planten en dieren, maar ook voor de mensen. De ‘communities’ die in het bos leven en werken. We steunen ontwikkelingsprojecten voor huisvesting, onderwijs en dergelijke.”
Profit
vorderen van sociaal, ecologisch
Er is wel degelijk ook een economisch belang. Hout verkopen. Daarnaast wordt er gewerkt aan het ontwikkelen van ‘eco system services’, bijvoorbeeld CO2 compensatie. “En je kunt een bos ook meerwaarde geven door andere zaken dan hout te gebruiken, bijvoorbeeld rubber. Ook is het van belang te weten dat 75% van al het zoete water in de wereld uit bosgebieden komt. Kortom: de kunst is de bossen optimaal te exploiteren zonder schade aan te richten. Integendeel, we proberen ze te verbeteren.”
en economisch verantwoord bosbeheer wereldwijd’. Van dat netwerk maakt ook M.J. de Nijs en Zonen actief deel uit.
Nederland is een vraagland. “Wij zitten aan het einde van de keten. De Nederlandse bedrijven die samen met ons hun verantwoordelijkheid nemen, stimuleren verantwoord bosbeheer en helpen bij de ontwikkeling van andere partijen in de keten, waar ook ter wereld...”
Goede cijfers FSC, het oudste internationale duurzaamheidskeurmerk, bestaat in 2015 twintig jaar. De laatste vijf jaar is de toepassing van duurzaam hout relatief verdubbeld. “En in 15 jaar tijd is het gebruik van FSC-hout in Nederland vertienvoudigd! 40 procent van het hout in Nederland is nu FSC-hout. Dat is te danken aan partijen als De Nijs.” En de groei is er nog niet uit. Zo verwacht de Gemeente Amsterdam, ook convenantpartner van FSC Nederland, van bouwers in de stad dat ze alleen nog maar FSC-hout gebruiken en werken met FSC-gecertificeerde aannemers.” Daarmee zijn ze bij M.J. de Nijs en Zonen BV aan het goed adres.
32
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
33
J
wél promoten. De mensheid moet offers brengen om de verlichting, de PC en de televisie aan de praat te houden. Wélke offers, dat is een keuze: nucleair afval, doden in een Chinese kolenmijn, aardbevingen in Groningen of windmolens die niet iedereen even mooi vindt. Voor mij is die keuze wel duidelijk, we moeten toe naar een duurzame energievoorziening.”
Jelle Beemsterboer
Gemeente maakt werk van woningbouw
Wethouder Gemeente Schagen
De dertig jaar jonge Jelle Beemsterboer is wethouder in Schagen sinds mei 2014. Eerder was hij gemeenteraadslid. Jelle woont, met uitzondering van drie jaar studie in Amsterdam, al zijn hele leven in Tuitjenhorn. Samen met zijn vriendin kocht hij zijn ouderlijk huis, waar ze nu wonen met hun in september 2014 geboren zoon Jan
‘De mensen hier houden van aanpakken. Die mentaliteit past goed bij de bouw’ De wethouder is en blijft een man van de regio: “Mijn vrienden en familie wonen hier. Je kent elkaar van kinds af en trekt al die tijd met elkaar op. Dat is voor mij heel belangrijk.” Op zijn achttiende kwam Jelle in het jongerenbestuur van het CDA. Met 21 was hij Gemeenteraadslid in Harenkarspel, gekozen op basis van voorkeursstemmen. Dat had veel te maken met de concrete politieke thema’s waarop hij focust. In 2010 was hij lijsttrekker bij de Gemeenteraadsverkiezingen, evenals in 2012 bij de fusie met de gemeente Schagen. “We zijn nu de grootste partij in de Raad en vormen een coalitie met PvdA en VVD.”
Wat goed is voor De Nijs, is goed voor de werkgelegenheid en het verenigingsleven in de gemeente
De Gemeente Schagen heeft de bouw van 2.400 woningen op stapel staan in diverse projecten, maar zoveel wordt er niet meer gebouwd. De markt werkte de laatste jaren niet mee, het was een lastige tijd. “We hebben inmiddels, in het kader van de ‘ladder van duurzame verstedelijking’ regionale afspraken gemaakt over de bouw van 950 woningen vóór 2020. We zijn nu bezig een deel van de lopende projecten stop te zetten en andere juist te versnellen en aan te passen aan de markt. Want we willen ze straks wél alle 950 gebouwd hebben. Ook De Nijs is daarbij betrokken.”
Werkersmentaliteit De markt trekt weer wat aan. “Daar moeten we op inspelen. Zorgen dat bij de groeiende vraag ook voldoende aanbod komt.” Voor een paar bedrijven komt die voorzichtige groei te laat: “Het faillissement van bouwbedrijf Deurwaarder doet de gemeente pijn. Nog steeds. Juist daarom zijn we enorm blij dat er nog bedrijven zijn als K. Dekker en De Nijs en een aantal kleinere bouwpartijen in de gemeente. Bouwnijverheid is hier nog steeds een belangrijke branche, vooral in en rond Warmenhuizen. “ Bij die bouwnijverheid past een bepaalde mentaliteit: “Vroeger ging je op je vijftiende bollen pellen. Dat aanpakken zit er hier wel in. Daar staan we om bekend en daar varen werkgevers wel bij!”
Bescheidenheid De Nijs draagt ook op andere manieren bij aan het gezicht van de Gemeente Schagen, aldus Jelle. “Dat is wezenlijk aan dit soort familiebedrijven. Veel mensen verdienen er hun brood, maar ze sponsoren ook het culturele leven en het verenigingsleven, onder meer via sportverenigingen. De Warmenhuizers zijn trots op zo’n bedrijf, ook omdat het veel doet voor de gemeenschap. Wij zijn als gemeente af en toe wat bescheiden in het tonen van die trots. Eindhoven, Amsterdam en een regio als Limburg schreeuwen hun trots van de daken. Wij zijn er eigenlijk te bescheiden over dat we de grootste bollenstreek hebben, dat ruim de helft van de wereld vanuit Petten wordt voorzien van stralingsmedicijnen en dat de binnenstad van Schagen bruist als nooit tevoren: er is geen leegstand en we hebben prima horeca.” De wethouder ziet het als zijn taak af en toe wél aan de wereld te laten horen waar Schagen trots op is: “Bijvoorbeeld dat de mooiste moderne gebouwen in Amsterdam gemaakt zijn door mensen uit Warmenhuizen.” “We doen goed werk hier! Ik ben dankbaar voor wat M.J. de Nijs en Zonen, en vooral ook de wijde omgeving. We wensen ze veel verdere groei toe. Dat is goed voor de lokale economie, de werkgelegenheid én het verenigingsleven!”
Gescheiden arena’s Na de gemeentefusie bleef Jelle in eerste instantie aan als fractievoorzitter. Zijn vader was al wethouder in Schagen, ook toen Jelle fractievoorzitter was in Harenkarspel. “Die zocht vanaf het begin iets anders, want als vader en zoon actief zijn in dezelfde politieke arena, geeft dat vroeg of laat gedoe.“ Beemsterboer senior vond een baan als wethouder in Wormerland. “We hebben de periode dat we samen actief waren, kunnen beperken tot ongeveer een jaar.” Als wethouder is Jelle onder meer verantwoordelijk voor Ruimtelijke Ordening: bouwen en wonen, bedrijfsterreinen, agrarische gebieden en dergelijke. Als locoburgemeester zet hij zich vooral in voor de jeugd: bijvoorbeeld Sinterklaas ontvangen of het openen van huttendorpen, waarbij De Nijs een faciliterende rol speelt. En als de burgemeester afwezig is, neemt Jelle Beemsterboer haar handhavingstaken waar.
Maatschappelijk Verantwoorde Overheid De Gemeentelijke overheid is een puur maatschappelijke partij. Ze ziet het als haar taak haar gebied op duurzame wijze te ontwikkelen. “Al het goede - niet alleen economisch, maar ook cultureel en landschappelijk - voor toekomstige generaties bewaren. De mooie dorpskernen goed onderhouden en zorgen dat de mensen in dit gebied kunnen blijven werken en een goede boterham verdienen. Bedrijven als De Nijs spelen daarin een doorslaggevende rol omdat ze voor veel werkgelegenheid zorgen. “
Schagen bewust van duurzaamheid “Duurzaamheid staat in Schagen hoog op de agenda. Zo hebben we laatst gezorgd dat alle scholen in de gemeente zonnepanelen krijgen. Je ziet het ook aan ons beleid rond windenergie. We zoeken locaties waar de overlast beperkt is, maar we willen deze duurzame energieopwekking 34
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
35
o
Ondernemingsraad De Ondernemingsraad is de stem en het gezicht van de medewerkers bij de directie van De Nijs. In 2014 passeerde een breed scala aan onderwerpen de revue tijdens de verschillende vergaderingen.
‘Alles in het werk stellen om veiligheids- en gezondheidsrisico’s te verminderen’ Meest in het oog springt uiteraard de presentatie van een nieuwe directeur: Mike Coffeng, het eerste directielid zonder De Nijs-bloed. Verder meldt voorzitter Peter Schilder dat 5 mei in 2015 een officiële vrije dag is. “Wij hebben gezorgd dat dat op de agenda kwam.“
Mensenwerk Er is meer: “Cursusbeleid bijvoorbeeld”, zegt Jan Petter. “De Nijs wil maatcursussen maken voor de medewerkers, zodat hetgene wat de medewerker leert ook echt direct en goed toepasbaar is binnen het bedrijf. Een mooi idee natuurlijk. Het duurt nog even voor alles rond is, want goede voorbereiding vergroot de slagingskans: dit onderwerp is nog volop in discussie.” Het cursusbeleid is onderdeel van de in 2014 behandelde cyclus van functionerings- en beoordelingsgesprekken en de weg daarnaartoe.
te maken. Onder meer in dit kader vinden aanpassingen plaats in het wagenpark. Zo wordt er proefgereden met elektrisch aangedreven auto’s. “De actieradius van die voertuigen is nog te beperkt”, aldus Peter. “Dit blijft een aandachtspunt, ook voor de OR.”
OR en Achterban De Ondernemingsraad vertegenwoordigt alle medewerkers, ook bij langdurige cao-onderhandelingen over lonen en werkomstandigheden. Helaas zijn er grenzen aan de input die de raadsleden krijgen van hun achterban, zegt Dirk. “Hoewel we altijd proberen een goede afspiegeling te zijn van de verschillende geledingen van het bedrijf, kan het zo maar gebeuren dat er drie OR-leden aan het werk zijn op één en hetzelfde project.” Ter plaatse worden die OR-leden regelmatig aangesproken en verloopt de communicatie tussen de Raad en de achterban zeer goed. “Mensen die niet direct samenwerken met een OR-lid”, beaamt Jan, “Zullen minder snel contact opnemen met de raad. Dat is jammer en daar blijven we aan werken. Want er is echt genoeg wat de mensen bezig houdt!”
Veiligheid Een terugkerend agendapunt is Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Veel belangrijke MVO-zaken kun je vangen onder de begrippen veiligheid, gezondheid, welzijn en milieu. Mark Wulf: “Veiligheid is een speerpunt, vooral op de bouwplaatsen. Al jaren is het dragen van helm en veiligheidsschoenen verplichte kost. Daar zijn nu de veiligheidshesjes bijgekomen.” Ook Toolboxbijeenkomsten moeten bijdragen aan de veiligheid. Op sommige werken zouden ze best vaker georganiseerd mogen worden, vertelt Peter. “Ze zijn heel belangrijk in het kader van het bewustzijn van veiligheidsrisico’s en het verminderen van die risico’s.” Aan het verkleinen van veiligheidsrisico’s wordt ook op andere manieren gewerkt, vertelt Mark. Ook bijna-ongevallen moeten altijd gerapporteerd worden, en dat gebeurt nu nog niet altijd. “Vaak kom je allemaal goed weg, maar had er iets veel ergers kunnen gebeuren. Ook dan is het goed te rapporteren, om ongevallen in de toekomst te helpen voorkomen.” Daarbij helpt ook het in te voeren ‘Bouwplaats Toegangscontrolesysteem’. Het is nog niet zo ver, want de ontwikkeling ervan heeft haken en ogen, maar in de toekomst worden de uitvoerders ontlast. Die moeten nu nog in de gaten houden of er geen onbevoegden door de bouwput lopen. Straks is dat dankzij een pasjessysteem geregeld.
Gezondheid en welzijn
Flexibiliteit is OK, maar je moet ook aan jezelf denken
De laatste jaren zijn AED’s uitgezet in alle bouwketen. Op ieder groter werk is nu een AED aanwezig waarmee het mogelijk is mensen te reanimeren. “Zo’n apparaat moet je natuurlijk wél kunnen bedienen”, zegt Dirk Smit. “We blijven er daarom aan werken dat er ook in de toekomst genoeg mensen zijn die een AED weten te hanteren.” Met regelmaat voert de Arbeidsinspectie inspecties uit op onze bouwplaatsen, aldus Sjaak van Zelm. “De conclusies van die inspecties komen in briefvorm bij de OR. Als er sprake is van onregelmatigheden, adviseren we de directie over wat er aan moet gebeuren.” Mark vertelt dat de OR een nieuwe trend heeft gesignaleerd: doorwerken tijdens vakantieperiodes. “Flexibiliteit is een groot goed, maar deze ontwikkeling krijgt telkens meer vat op het bedrijf. Steeds vaker verwacht de opdrachtgever die extra flexibiliteit.” Hoe los je dat op met het personeel op de bouwplaats? Sjaak: “Veel collega’s hebben kinderen en zijn gebonden aan schoolvakanties. Zaken als deze moeten goed geregeld worden met respect voor de rechten en behoeften van medewerkers. “ Hij is overigens blij dat er nog steeds genoeg werk is en dat De Nijs de malaise in de bouw sterk overleeft. “Veel bedrijven krimpen. Bij de Nijs blijft het middenkader groeien en komen de leerlingen nog steeds in dienst.” Daarnaast groeit de flexibele schil mee. “Het moet het bedrijf ook goed gaan”, vult Chris Bakker aan. “Anders hebben we straks allemaal een probleem. Maar door ontwikkelingen als deze rekt het elastiekje wel ver uit. Een aandachtspunt. “Solidair zijn met je werkgever is OK”, zegt Sjaak, “maar je moet ook de mogelijkheid houden om aan jezelf te denken!”
Gezondheid en Milieu Op het snijvlak van gezondheid en milieu bevindt zich de toenemende aandacht voor de lucht die we inademen op de bouwplaats en in de timmerfabriek. Chris vertelt dat er nieuwe boormachines zijn aangeschaft met ingebouwde stofzuigers. ”Ook wordt gesproken over stofzuigers op zaagtafels en dergelijke.” Terug naar Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen: eind 2013 ontving De Nijs het certificaat MVO niveau 3. Inmiddels werken we samen met onze relaties om de stap naar niveau 4 36
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
37
maakt: foto’s doorsturen, documenten ontvangen et cetera. In eerste instantie vond ik het maar niks, die smartphone. Nu zou ik er niet meer buiten kunnen. “ Het vak blijft hetzelfde, maar je hebt steeds betere hulpmiddelen en gereedschappen. “Ik hou van de afwisseling. Geen dag is hetzelfde.”
Pieter de Haas (52), 25 jaar in dienst
J
jubilarissen, Bekende gezichten Pieter de Ha as Tino Mekken John Hoekstra Stef Louter
Op z’n 27e kwam Pieter bij De Nijs. Na school zat hij bij Heddes Bouw, waar hij na een stage bleef hangen. Mooi werk, maar hij was gescout door een detacheringsbedrijf. “Ik ging op audiëntie bij de directie van De Nijs. Ze zaten er allemaal: Piet, Gerard, Jaap en Cor. Ze zochten een calculator, dus ik moest ze teleurstellen. Maar, zei ik, als je ooit een werkvoorbereider nodig hebt, kom ik graag.” En dat gebeurde. “Een jaar lang werkte ik op detacheringsbasis en vervolgens kwam ik in dienst.” Ook voor de werkvoorbereiders is veel veranderd. Bijvoorbeeld het versturen van informatie. “Het lijkt nog maar zo kort geleden dat je een tekening kopieerde, de kopie in een envelop stopte, met de hand een begeleidend briefje erbij schreef en het geheel op de post deed.” Later kwam de fax. Vervolgens de computer en e-mail. “Nu hebben we BIM. Alles gaat steeds sneller en gelukkig ook beter. De techniek is er, dan moet je hem ook in je voordeel gebruiken.”
Stef Louter (58), 40 jaar in dienst
‘Vroeger sloegen we de kozijnen met spijkers in elkaar’
Stef ging solliciteren bij Jaap de Nijs. Jaap vroeg: “Kun je een zaag vasthouden?” Stef dacht van wel. Jaap liet hem zien hoe je je vinger langs het zaagblad moet houden en Stef was aangenomen. Veertig jaar is hij actief in wat vroeger de werkplaats heette en nu de timmerfabriek. “Af en toe, als ik een balie of een tafel op maat heb gemaakt, ga ik de bouw in om te plaatsen.” Timmerman Stef maakt vaak bijzondere objecten. Nu timmert hij meterkasten voor het Elseviergebouw in Amsterdam en in het verleden bouwde hij samen met een collega de mobiele wielerbaan die heel Europa rondtrok langs de Zesdaagsesteden. “Jarenlang zijn die maat en ik meegereisd om de baan op te bouwen en voor onderhoud.” Of er veel veranderd is in die veertig jaar? Stef lacht: “Vroeger moesten we de kozijnen met spijkers in elkaar slaan. Daar hoef je nu niet meer om te komen. Alles gaat nu computergestuurd, met onzichtbare verbindingen. Ik denk dat er in 1974 nog helemaal geen computers waren bij De Nijs, ook niet op kantoor. Daar stonden typemachines. Heftrucks? We losten alles met de hand. Van Arbo had nog nooit iemand gehoord.”
Het gezicht van M.J. de Nijs wordt bepaald door een grote groep medewerkers die hun hele werkende leven trouw blijven aan het bedrijf. Ieder jaar vieren meerdere medewerkers hun 25- of 40- jarig jubileum. In 2014 waren dat Pieter de Haas, Tino Mekken, John Hoekstra en Stef Louter.
Tino Mekken (44), 25 jaar in dienst Tino’s vader werkte bij De Nijs. De negentienjarige Tino zat bij toenmalig opleidingsbedrijf SSP – nu Bouwmensen – maar wilde daar niet echt aarden. Hij kon aan de slag als machinaal houtbewerker in de timmerfabriek van De Nijs. Daar werkt hij nog steeds. In 25 jaar veranderde de wereld om hem heen. “Er kwam een nieuwe lijn in 2004. Die staat er al weer ruim tien jaar, maar het werkt nog steeds fantastisch. Verder is er steeds meer aandacht voor veiligheid en gezondheid.” Door de jaren heen heeft Tino veel dingen bijgeleerd. “Bijna alles wordt nu gestuurd door de computer. Zo worden de foutkansen verkleind en de efficiency vergroot.” Tino maakt nu veel houten onderdelen voor schouwburg De Kampanje in Den Helder en Katharina in Amsterdam. Af en toe gaan de medewerkers van de timmerfabriek op excursie om te zien hoe al dat hout dat langskwam, is verwerkt. “Onlangs, in november, zijn we nog wat opgeleverde projecten afgegaan: het ziekenhuis in Hoorn, de Gravenstraat, Damrak, Kraanspoor, Elsevier, Hiswa en de Waterschapsbuurt.”
Je schreef met de hand een begeleidend briefje en deed de tekeningen op de post
John Hoekstra (61), 40 jaar in dienst “De jaren vliegen om.” Vóór hij in 1974 in dienst kwam, werkte John zes jaar voor diverse bouwbedrijven. Bij de overgang van Jac. naar M.J. de Nijs in de jaren tachtig telden zijn dienstjaren gewoon door. John is nu dus 40 jaar in dienst. Hij werkt in de particuliere bouw. “Van fundering tot oplevering. Timmerwerk, stelwerk, bekisting, tot het leggen van dakplaten en –pannen toe.” Eind jaren zeventig werkte hij een paar jaar als uitvoerder. “Dat lag me niet. Ik nam het te veel mee naar huis. Later kreeg ik een dag in de week garantiewerk, klachtenafhandeling te doen. Dat doe ik inmiddels full time met een klein team. Heerlijk werk. Je bent bijna altijd welkom, want je komt een probleem oplossen. De meeste mensen zijn heel blij ons te zien.” Met zijn servicebusje vol gereedschappen komt John op alle werken. “Lange tijd was je afhankelijk van de vaste telefoon in de auto. Nu heb je een smartphone tot je beschikking die de lijnen korter
38
BOUWBEDRIJF M.J. DE NIJS EN ZONEN BV
Samenstelling Jochem Leeuwerke en Rob Klappe Tekst Vooijs tekst & productie, Amsterdam, Bert Vooijs Ontwerp en realisatie Tirza Teule grafisch ontwerp, Alkmaar Drukwerk Drukkerij Aeroprint, Ouderkerk aan de Amstel Fotografie Rob Verhagen, Alkmaar Architectuurfotografen.nl / Fedde de Weert SOCIAAL JAARVERSLAG 2014
39
Bouwbedrijf M.J. de Nijs en Zonen BV Oudewal 21, 1749 CA Warmenhuizen Postbus 1, 1749 ZG Warmenhuizen Telefoon 0226 - 39 70 00
[email protected] www.denijs.nl