Boeren tegen Armoede 2013 Het gewas in bloei
Korenveld met cipressen
Vincent van Gogh, 1889
Activiteitenverslag
Arnhem, Nederland, juni 2014 © Agriterra
Agriterra P.O. Box 158 6800 AD Arnhem Willemsplein 42 The Netherlands
T +31 26 44 55 445 F +31 26 44 55 978
[email protected] www.agriterra.org Rabobank Arnhem: 15 52 97 163
Stichting Agriterra HR 41 048542 Lid van AgriCord
Data AgriStudies™ Titel : Eindredactie : Uitgever : Nummer AgriStudies : Land : Categorie :
Boeren tegen Armoede 2013 – Het gewas in bloei Jur Schuurman Agriterra 6_53660 Nederland Draagvlakversterking
INHOUD VOORWOORD: ZICHTBAARHEID ................................................................................................ 1 I INLEIDING: INVESTERINGEN EN BOERENORGANISATIES ................................................................... 3 II RESULTATEN .................................................................................................................. 7 1 SAMEN STERK IN BEDRIJVIGHEID ........................................................................................ 8 2 BOERENGROEPEN: GEORGANISEERDE ONDERNEMERS ................................................................ 16 3 BELANGENBEHARTIGING: NIETS OVER ONS ZONDER ONS ............................................................ 27 4 ALGEMENE RESULTATEN ................................................................................................. 38 IMPACT ................................................................................................................... 39 STERKERE ORGANISATIES .............................................................................................. 42 EXTRA DOELSTELLINGEN ................................................................................................ 49 III ACTIVITEITEN ............................................................................................................... 53 1 ORGANISATIES ........................................................................................................... 53 2 PROJECTEN ............................................................................................................... 54 3 WERKBEZOEKEN ......................................................................................................... 54 4 PARTNERS ................................................................................................................ 57 IV AGRITERRA .................................................................................................................. 59 1 INTERNE ONTWIKKELINGEN ............................................................................................. 59 2 KWALITEIT: METEN IS WETEN........................................................................................... 60 3 PUBLICITEIT EN COMMUNICATIE ........................................................................................ 61 V FINANCIEEL VERSLAG ........................................................................................................ 65 1 FINANCIERING ............................................................................................................ 65 2 UITGAVEN ................................................................................................................ 67 VI HET ZAL ANDERS WORDEN ................................................................................................. 69 BIJLAGEN ..................................................................................................................... 73 BIJLAGE 1 BASISGROEPEN VOOR VERSTERKING LOKAAL ONDERNEMERSCHAP ........................................ 75 BIJLAGE 2 SPEECH VAN AFA-VERTEGENWOORDIGER BIJ WERELDBANK .............................................. 77 BIJLAGE 3 TABELLEN MONITORING & EVALUATIE PROTOCOL ......................................................... 81 BIJLAGE 4 PROJECTEN IN 2013 .......................................................................................... 85 BIJLAGE 5 ORGANISATIES IN 2013...................................................................................... 93 BIJLAGE 6 LEDENAANTALLEN 2010 - 2013 ............................................................................ 99 BIJLAGE 7 FINANCIAL HEALTH CHECKS 2011-2013................................................................ 101 BIJLAGE 8 STORIES 2013 .............................................................................................. 103 BIJLAGE 9 EVALUATIES IN 2013 ....................................................................................... 109 BIJLAGE 10 AGRITERRA: DE MENSEN .................................................................................. 111 BIJLAGE 11 VERMELDINGEN IN DE MEDIA ............................................................................. 113 BIJLAGE 12 OVERZICHT TABELLEN EN GRAFIEKEN ................................................................... 119
In memoriam Raúl del Águila en Tiny Aerts Zal 2012 voor altijd in Agriterra’s herinnering voortleven als het droevige jaar waarin onze collega Marjolijn Hondebrink is overleden, ook in 2013 en 2014 moesten we afscheid nemen van twee mensen die de zaak van de georganiseerde landbouw onschatbare diensten hebben bewezen. Op 13 februari overleed in Duitsland Raúl del Águila, voorman van de Peruaanse coöperatieve koffiesector. Hij heeft diverse organisaties in Peru en daarbuiten verrijkt met zijn kennis en ervaring en zeker ook met zijn warme persoonlijkheid en gevoel voor humor. Bij overlijden was hij voorzitter van Pachamama Coffee Farmers, de internationale coöperatie van kleine koffieboeren uit Latijns Amerika en Ethiopië.
En op 19 juni 2014 overleed een van de mensen die exemplarisch was voor Agriterra’s van-boer-tot-boerbenadering: Tiny Aerts, komkommerteler en voorzitter van de vakgroep glastuinbouw van de ZLTO. Tiny zette zich zeer actief in voor het werk van Agriterra. In 2013 was hij afgereisd naar Kenia en Cambodja om zijn collegatuinbouwers aldaar te adviseren, en voor de zomer van 2014 hadden we hem gestrikt voor een werkbezoek aan Indonesië. We zullen hem missen, als mens en ook als beoogd boegbeeld van de nieuwe koers die Agriterra inzet naar een werkwijze waarin advies een prominentere plaats gaat innemen.
Boeren tegen Armoede
Voorwoord: zichtbaarheid Ons land heeft een rijk verleden waarin de samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven (publiek-privaat) altijd een belangrijke rol heeft gespeeld. Het lijkt er op dat deze vorm van samenwerken aan verschraling onderhevig is. In allerlei takken van sport worden de scheidslijnen tussen publiek en privaat scherper getrokken. De overheid heeft de productschappen afgeschaft en wil keuringsdiensten voor vlees en plantaardig materiaal geheel onder verantwoordelijkheid brengen van de overheid (NVWA). Vanuit LTO zien we deze ontwikkeling met lede ogen aan; we zijn juist overtuigd van het belang van die samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven. Als afspraken worden gemaakt tussen werknemers, werkgevers in samenwerking met de overheid over onderwerpen als cao’s, keuringsinstellingen en bijvoorbeeld het nieuwe Europese Landbouwbeleid dan levert dat op de lange termijn allerlei voordelen op. Het is niet alleen efficiënter en goedkoper. Het heeft alles te maken met draagvlak voor beleid. Waarom zou je goed functionerende vormen van samenwerking afbreken en die als overheid zelf opnieuw optuigen? Er zijn genoeg voorbeelden te benoemen van hoe het mis gaat als de normale consultatiemechanismen tussen overheid en maatschappelijke organisaties niet (meer) goed werken. Gelukkig lukt het LTO meer dan eens om voorstellen en plannen weer (deels) terug te draaien. De ene keer lukt dat via de weg van goed overleg met ambtenaren en bewindslieden, de andere dwingt de Tweede Ethiopië: kennisoverdracht van boer tot boer via Kamer en het kabinet om Agriterra-werkbezoeken plannen bij te buigen. Maar in veel ontwikkelingslanden ligt dat anders. Hoewel boerenorganisaties daar sterker worden, hebben ze vooralsnog minder mogelijkheden om ervoor te zorgen dat ze betrokken worden bij overheidsbeleid. Ze kunnen hun positie nog niet opeisen, al is bekend dat de economie op het platteland vaak dé trekker is van de nationale economie. Ze worden klein gehouden omdat ze een bedreiging kunnen vormen voor mensen, die al jaren de dienst uitmaken. Maar het moet wel die kant op. En dat gebeurt. Met inzet van Nederlandse boeren en tuinders, vrijwel altijd gerekruteerd via de LTO-organisaties, steunt Agriterra de boerenorganisaties in Afrika, Azië, Oost-Europa en Latijns Amerika in hun strijd tegen armoede. Het gaat dan concreet om het delen van kennis en kunde om meer en beter produceren, te verwerken en af te zetten. Het belang van duurzaamheid wint overal terrein. Maar het gaat ook over kennis en kunde bij beleidsformulering en –onderhandelingen. Daarbij is de zichtbaarheid van de organisatie(s) fundamenteel. De reacties van LTO op de Nederlandse derogatiemaatregelen waren binnen de kortste keren breed
1
bekend, haalden de pers en dwongen de overheid tot uitleg en heroverweging. Zonder die zichtbaarheid lukt dat niet. Het mooie is dat ook de landbouworganisaties in ontwikkelingslanden daar steeds meer werk van maken: zichtbaar zijn. Agriterra draagt daar een belangrijk steentje aan bij: we ondersteunen de ambitie van de Ethiopische coöperaties om zichtbaarder te worden bij hun eigen overheid en geleidelijk aan te kunnen meepraten over wat ze nodig hebben (traditioneel denkt de overheid daar wel te weten wat iedereen nodig heeft), we helpen de Burundese CAPAD om in beeld te komen bij de ambassade in Bujumbura én bij minister Ploumen, en last but lot least zetten we het FACTinstrument in om de aanwezigheid van landbouworganisaties aan de relevante onderhandelingstafels succesvol te maken. U leest in dit verslag over allerlei trajecten om de sociale en economische positie van boeren in ontwikkelingslanden te versterken. Deskundige hulp en steun van Agriterra en Nederlandse boeren is mooi, maar uiteindelijk moeten de agrariërs op het platteland het zelf doen. Het mooie is dat dat ook gebeurt. Het afgelopen jaar liet een sterke toename zien van de aanwezigheid van onze zuidelijke zusterorganisaties op sociale media, en vooral op Twitter. Uit eigen ervaring weet ik hoeveel invloed een raak geplaatste tweet kan hebben op meningsvorming, kennis en discussies. En ik zie dat mijn collega’s in ontwikkelingslanden daar ook van overtuigd raken; u treft de bewijzen aan in dit verslag. Veel leesplezier!
Albert Jan Maat voorzitter LTO Nederland voorzitter Agriterra
2
Boeren tegen Armoede
I Inleiding: investeringen en boerenorganisaties 2014 is niet alleen het Jaar van de Gezinslandbouw maar ook dat van Landbouw en Voedselzekerheid in Afrika, uitgeroepen door de Afrikaanse unie. Met andere woorden: landbouw is ‘hot’, en is dat al enkele jaren. Dat is een goede zaak maar er liggen ook risico’s op de loer. Het grootste daarvan is wel het verheerlijken van de gezinslandbouw en, in het verlengde daarvan, de ‘kleine boer’, wie dat ook moge wezen. Alles wijst erop dat veel boeren in ontwikkelingslanden op een gegeven moment geen boer meer kunnen of willen zijn. Ontwikkeling is immers de verschuiving van het economisch zwaartepunt van de landbouw naar de industrie en de dienstensector. De hoogontwikkelde West-Europese landen hebben zonder uitzondering een agrarische beroepsbevolking die rond de 5%, soms zelfs minder, van het totaal omvat. Maar soms lijkt het wel alsof men niet wil dat het in andere landen niet diezelfde kant opgaat. Talloze programma’s en projecten hebben de kleine boer en diens ‘integratie in de keten’ en verbeterde markttoegang op het oog zonder dat de vraag wordt gesteld of die boer(in) niet beter wat verderop in die keten een plaats zou kunnen innemen: in de verwerking of de afzet. Daar wordt waarde toegevoegd, werkgelegenheid gecreëerd en een goed inkomen verdiend. Zoiets is niet makkelijk te realiseren, maar met al die programma’s die, hoe goed bedoeld ook, de boer bevestigen in zijn positie van boer op zijn per definitie onrendabele 0,3 hectare gebeurt dat niet en wordt de kleine boer in feite arm gehouden. Om dat te veranderen zijn investeringen nodig – in de landbouw, maar dan wel van dien aard dat die kwalitatieve sprong gemaakt wordt. Want in ieder geval is iedereen het erover eens dat er geïnvesteerd moet worden in de landbouw. Het ‘Tracking Development’-onderzoek van enkele jaren geleden bevestigde dat daarin de sleutel van ontwikkeling ligt; en voor wat betreft Afrika was dat tien jaar geleden eigenlijk al beleidsmatig onderkend toen de staatshoofden van dat werelddeel de Maputo-verklaring ondertekenden waarin zij zich verplichtten minimaal 10% van hun overheidsbudget aan landbouwontwikkeling te besteden. En hoewel er weliswaar geen deadline was afgesproken, overheerst tien jaar na dato toch teleurstelling als geconcludeerd moet worden dat niet meer dan zeven Afrikaanse staten dat percentage inmiddels hebben bereikt, waarvan vijf lid zijn van de WestAfrikaanse Economische Gemeenschap (ECOWAS): Burkina Faso, Guinée, Mali, Niger en Senegal. De andere twee zijn Ethiopië en Malawi1. “Maar hoe kan Agriterra nu zeggen dat de weg naar ontwikkeling die van vermindering van het aantal boeren is, en tegelijkertijd zeggen dat de investeringen in de landbouw teleurstellend laag zijn?”, zal de lezer(es) zich afvragen. Daar komt dus de aard van de investeringen om de hoek kijken. Want sluiten die aan bij de ambities van boeren en hun organisaties, dan is er zicht op ontwikkeling van een landbouw met minder boeren en meer mensen in ‘hogere’ schakels in de keten, een grotere gelijkheid tussen stad en platteland en een vermindering van het probleem van de massale migratie naar steden die die toevloed niet aankunnen. Hoe zit dat? Boerenorganisaties en -coöperaties willen niets liever dan hogerop in die keten komen. Ze willen zelf de verwerking, waardetoevoeging en afzet van hun producten in handen krijgen, daartoe coöperaties en andere ‘farmer-led’ bedrijven opzetten die daarop aansluiten en zich dus op het platteland of in kleine kernen bevinden, en daarmee werkgelegenheid en inkomsten creëren voor henzelf en hun streekgenoten. En aan die 1 Agricultural Policy and Public Finance in Africa Since Maputo: Monitoring and Assessment. Inter-réseaux food sovereignty brief No. 9, maart 2013.
Samenvatting
3
organisaties en hun leden zal het liggen. De FAO maakte dit jaar bekend dat van alle investeringen in de landbouw in ontwikkelingslanden de boeren zelf het leeuwendeel voor hun rekening nemen: “on-farm investment by farmers themselves (…) in agricultural capital stock is more than three times as large as other sources of investment combined” 2.
PROPAC INFOS @PROPACinfos Feb 10 FAO - Nouvelles: L'agriculture, moteur de croissance indispensable à l'Afrique fao.org/news/story/fr/ … http://www.
item/213158/ic ode/#.U vj mlHYXwD k.twi tter
Collapse
Reply Retweet Favorite More RETWEET1 6:49 AM - 10 Feb 2014 · Details Dan nog zijn die extra investerings-inspanningen nodig van overheid en bedrijfsleven. Maar als die inspanningen geen rekening houden met de ambities van boeren en hun organisaties om verder te komen, bestaat het risico dat de ontwikkeling zich beperkt tot enkele ‘islands of progress’, die, toegegeven, enige werkgelegenheid en inkomen voor sommigen creëren, in plaats van de ‘seas of change’ van geografisch gespreide en arbeidsintensieve ontwikkeling. Groei en transformatie vindt dan dus voor een groter deel plaats juist op het platteland en niet alleen bij de metropolen. Als voldoende aandacht wordt besteed aan agro-industriële investeringen dichtbij de gebieden waar landbouwproductie plaatsvindt, en die ook een zodanig technologisch profiel hebben dat er voldoende werkgelegenheid mee wordt gecreëerd om de uitstoot uit de landbouw op te vangen, al was het maar ten delen. Zo wordt meer welvaart gecreëerd op het platteland en in de nabije steden, in plaats van dat we nog meer concentratie van inkomens en toegang tot hulpbronnen zien in grootstedelijke centra en enclaves die niet aansluiten op de lokale landbouwproductie. Met andere woorden, de ruraal-urbane ongelijkheid wordt er ook mee verminderd. Vandaar de positieve effecten van plattelandsontwikkeling en investeringen in de landbouw op de inkomensverdeling tussen stad en platteland, tussen de economische sectoren en de vermindering van de migratie naar de steden. Kortom, er moet geïnvesteerd worden en vooral in de versterking van de agroindustrialisering en dienstverlening op het platteland. En laat dat nou net zijn waar Agriterra’s klanten (de landbouworganisaties en coöperaties in ontwikkelingslanden) op mikken. In Bolivia en Kenia lobbyen die organisaties actief om meer geld naar de landbouw te dirigeren. In Bolivia is daar al succes mee geboekt door CIOEC en in Kenia, waar die Maputo-10% nooit gehaald is, neemt de pressie van KENAFF toe (http://www.nation.co.ke/business/Lobby-calls-for-increased-funding-to-agriculture//996/2201142/-/4ct9it/-/index.html). Agriterra’s team belangenbehartiging staat ze met raad en daad terzijde en maakt er nu zelfs een programma (FACT-for-BUDGET) van om, althans in Kenia, die 10% terug op de agenda te kijken. Organisaties in Benin en Burundi brengen hun leden bijeen in groepen om op die manier het gezamenlijke ondernemerschap te versterken en middels bescheiden 2
Investing in agriculture for a better future. The state of food and agriculture. FAO, Rome, 2012 (pag. XIII). (http://www.fao.org/docrep/017/i3028e/i3028e.pdf)
4
Boeren tegen Armoede
investeringen meer greep te krijgen op de kwaliteit van de productie en dus de prijs (de aardappelboeren van de CAPAD in Burundi), of op de verkoop zelf door afspraken te maken voor ‘vente groupée’ van groenten en soja op plaatselijke markten in Benin (via de regionale bonden van de FUPRO). In Rwanda voegen aardappelboeren samen waarde toe aan hun product door er chips van te maken. Ons team lokaal ondernemerschap stelt de organisaties waar die groepen deel van uitmaken in staat om die activiteiten te stroomlijnen en deze zeer lokale investeringen te laten uitgroeien tot activiteiten met een zekere massa, die in landen als Cambodja en Tanzania daadwerkelijk tot hogere inkomens bij de boeren hebben geleid (zie de voorbeelden in Hoofdstuk II.2). Sommige boeren zijn al verder dan het groepsstadium en maken deel uit van coöperaties en andere door boeren gecontroleerde bedrijven die vooral willen... investeren in betere bedrijfsvoering, volumegroei en waardetoevoeging. Een veel voorkomend probleem is echter dat de kwaliteit van de bedrijfsplannen omhoog moet, willen deze bedrijven kans maken op de kapitaalmarkt. Met zijn ‘making cooperatives bankable’-programma biedt ons team boergenoteerde bedrijven begeleiding en ondersteuning aan coöperaties en bedrijven die de ambitie hebben om werkelijk een kwalitatieve en kwantitatieve sprong voorwaarts te maken. In bijvoorbeeld Peru en in Ethiopië zijn belangrijke successen geboekt op dit terrein (zie hoofdstuk II.1). Langs deze weg(en) probeert Agriterra de noodzakelijke transformatie van de economie in ontwikkelingslanden een duwtje in de rug te geven. Want om te beginnen is iedereen het daar wel over eens: ontwikkeling staat gelijk aan een dalend aandeel van de landbouw in zowel productie als werkgelegenheid, ten gunste van productievere sectoren. Paradoxaal genoeg betekent dat juist dat er in de landbouw geïnvesteerd moet worden en dat alleen daar ook de productiviteit kan toenemen: “one of development’s great paradoxes is that the quickest way to get out of agriculture is to raise agricultural productivity”3. Maar dat laatste gaat niet vanzelf. Zo dreigt het gevaar dat ondanks grote investeringen in de landbouw de kloof in productiviteit tussen de landbouw en andere sectoren heel breed blijft. En hoe komt zo’n proces van economische democratisering op gang? Niet vanzelf. Het zijn de belanghebbenden die, door zich te organiseren in belangenbehartigende bonden en coöperaties, beleid kunnen afdwingen dat in deze richting gaat en ook zelf een bijdrage kunnen leveren aan waarde-toevoegende investeringen. Zoals Peter Timmer in 2008 schreef: “We learn a lot about the possibilities for narrowing this (productivity – red.) gap during the process of structural transformation by comparing the historical experience of rapidly growing Asia with the rest of the world. (…) Making sure the poor are connected to both the structural transformation and to the policy initiatives designed to ameliorate the distributional consequences of rapid transformation has turned out to be a major challenge for policy makers over the past half century”.4 Van beleidsmakers weten we het niet, maar Agriterra is de uitdaging aangegaan. De ‘connection’ van de armen met het noodzakelijke beleid kan alleen als die mensen, in ons geval de boeren, zich organiseren en verstandig beleid afdwingen. Agriterra wil ze in dat proces bijstaan met advies en financiering; de resultaten van die ambitie leest u in dit verslag.
3
http://www.future-agricultures.org/blog/entry/african-agriculture-is-growing-but-is-ittransforming#.U0kPtqh_t8E 4 http://foodsecurity.stanford.edu/publications/the_structural_transformation_and_the_changing_role_of_ag riculture_in_economic_development/
Samenvatting
5
II Resultaten Dit is de derde voortgangsrapportage van het programma “Boeren tegen Armoede 2011-2014”. We hopen hierin op overtuigende wijze de toegevoegde waarde en onderlinge complementariteit te laten zien van de drie benaderingen waarmee Agriterra de rol van boeren en boerinnen en hun organisaties in ontwikkelingsprocessen wil versterken en zichtbaar maken. Boeren hebben behoefte aan economische bedrijvigheid (verwerking, afzet) waarover ze zelf controle hebben; dat is een van de beste manieren om hun inkomenspositie duurzaam te versterken zoals uit talloze onderzoeken naar de toegevoegde waarde van coöperaties blijkt. Soms is zo’n coöperatie nog een te hoog gegrepen stap, en in die situaties zijn het de lokale groepen van boeren en boerinnen met gedeelde belangen die, begeleid door ‘hun’ provinciale of nationale boerenorganisatie, stapsgewijze verbeteringen in gezamenlijke productie en afzet op groepsniveau realiseren, in aanloop naar de vorming van een meer formeler associatie of coöperatie. En willen deze twee werkwijzen ook succes op lange termijn succes hebben, dan dient de institutionele, beleidsmatige en wettelijke omgeving van de landbouw de goede voorwaarden daarvoor te scheppen; en dat kan en moet gerealiseerd worden door een goede belangenbehartiging van de kant van de ledenorganisaties (boerenorganisaties en coöperatieve unies) tegenover de overheid of andere ‘stakeholders’. Die drie benaderingen komen terug in evenzovele teams van Agriterra: boergenoteerde bedrijven, lokaal ondernemerschap en belangenbehartiging. In opeenvolgende paragrafen in dit hoofdstuk laten we zien welke resultaten zij in 2013 geboekt hebben. En ook zijn er algemene resultaten waar elk team op zijn eigen wijze aan kan bijdragen. We denken dan bijvoorbeeld aan de algemene vergroting van de representativiteit van de organisaties door de toename van hun ledenaantal. Een en ander is zichtbaar in de structuur van dit hoofdstuk. Na drie paragrafen die gewijd zijn aan de resultaten van de drie teams, bespreken we in paragraaf II.4 de ontwikkelingen op het terrein van innovatie. In paragraaf II.5 komen de algemene resultaten aan de orde, inclusief de stand van zaken betreffende de afspraken die met DGIS zijn gemaakt over specifieke aandachtspunten. Het onderhavige hoofdstuk is uiteraard het belangrijkste: het gaat over de resultaten. Dat neemt niet weg dat dit verslag niet volledig zou zijn zonder informatie over de uitgevoerde activiteiten die aan die resultaten ten grondslag lagen (Hoofdstuk III), algemene ontwikkelingen binnen Agriterra (IV), een financieel verslag (V) en uiteraard een slotbeschouwing (VI). Het verslag telt verder een ruime hoeveelheid bijlagen. Na een wat trage start in 2011 en een toegenomen elan in 2012, denken we dat we in 2013 belangrijke resultaten hebben geboekt die maken dat we kunnen spreken van een bloeiende advies- en financieringspraktijk bij Agriterra. Organisaties weten ons te vinden, zowel voor deskundige advisering bij de vraagstukken waar ze mee worstelen als voor de fondsen waarmee ze hun functioneren op een hoger plan kunnen brengen. We hopen dat de cijfers en voorbeelden die in de paragrafen hierna volgen de lezer overtuigen. Alvast een voorproefje, in termen van de drie benaderingen: In 2013 is in totaal EUR 7.246.358 aan leningen gemobiliseerd, waarvan 70% (5.056.516) voor werkkapitaal en 2.189.842 voor investeringen. Leningen zijn onder andere verstrekt door Stanbic (Uganda), Shared Interest (UK), Rootcapital (USA), Triodos, Oikocredit, Chase Bank Kenya, Agrobanco (Peru), Centenary Bank (Uganda), Commercial Bank of Ethiopia, Cooperative Bank of Oromia (Ethiopië). Het aantal groepen dat opgericht dan wel versterkt is ten behoeve van de bevorderingen van ‘ondernemerschap aan de basis’ is met 2000 gegroeid tot een totaal van ruim 7.500. Organisaties waar sprake is van veel groepen of een grote
Resultaten
7
toename zijn KENAFF (Kenia) en CAZ (Zambia). Vrijwel alle groepen hebben doelstellingen met betrekking tot productieverhoging en/of markttoegang. En met betrekking tot de taakstelling om via belangenbehartiging door boerenorganisaties meer zeggenschap te krijgen over (publieke) fondsen voor landbouwbeleid en -productie is het resultaat bijna EUR 36 miljoen. Het leeuwendeel van dit bedrag is door de Junta Nacional de Café in Peru uitonderhandeld met de overheid, als compensatie voor verlies door een koffieroestuitbraak.
1 Samen sterk in bedrijvigheid ‘Boergenoteerde bedrijven’ zijn bedrijven die door boeren aangestuurd/gecontroleerd worden. Het gaat vooral om coöperaties, die onvoldoende kennis, middelen en/of capaciteit in huis hebben om bedrijfsambities en expansieplannen te realiseren. Om voor samenwerking met Agriterra in aanmerking te komen, dienen deze klanten: • (potentieel) minimaal 1000 geregistreerde afnemers van hun diensten (= leden) te hebben, • een aantoonbaar trackrecord in business te hebben, en realistische groeiambities, • een financieringsvraag te hebben. Eenmaal bankabel en investeringsrijp bemiddelt Agriterra bij banken, investeerders en andere dienstverleners zodat de coöperatie haar investerings¬plannen kan uitvoeren. Ook bij de implementatie van die bedrijfsplannen doen klanten een beroep doen op begeleiding door Agripool en andere sectordeskundigen. De businesspropositie is dus: Agriterra levert technische assistentie en advisering om bestaande en potentiële boergenoteerde klanten bankabel te houden dan wel te maken. Het Nederlands agrarisch bedrijfsleven maakt gebruik van Agriterra-diensten voor de realisatie van zijn doelstellingen op terreinen als maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO), personeelsbeleid en marktverkenning. De doelstellingen voor 2013 Hoofdpunten uit het jaarplan: • In 2013 wordt de groep focuslanden bestaande uit Kenia, Oeganda, Ethiopië en Peru uitgebreid met Tanzania en Indonesië. ln deze landen zal minimaal 80% van de middelen en menskracht van het team worden besteed. •
In 2013 krijgt de samenwerking met zowel Triodosbank als Oikocredit zijn beslag. In aanloop naar een participatie door Agriterra in het nog op te richten Sustainable Trade Fund (te lanceren in september 2013) wordt alvast 2,5 miljoen Euro als renteloze achtergestelde lening bij Triodosbank uitgezet voor financiering van boergenoteerde klanten van Triodos.
•
De bijdragen van Agriterra aan Triodosbank en Oikocredit tellen in onze administratie niet mee als bijdrage aan het streefcijfer voor ‘mobilisatie van vreemd kapitaal door klanten’. Als de banken evenwel vanuit hun eigen middelen extra bedragen uitzetten bij Agriterra-klanten, dan geldt dat extra wel als zodanig. In 2013 zal zo financiering van minimaal 3 miljoen Euro worden gemobiliseerd, waarvan minimaal één miljoen voor klanten in Peru.
8
Boeren tegen Armoede
Tabel 1: Kerncijfers boergenoteerde bedrijven
Bedrijven: 2013 in cijfers Gemobiliseerd vreemd vermogen (EUR) Totaal aantal klanten Financiële bijdrage Aantal bereikte producenten Geformuleerde bankabele business plannen Gecreëerde werkgelegenheid Omzetgroei per lid
Plan
Realisatie
€ 3.000.000 50 € 6.930.123 165.580 15 120 (in vier jaar) 25% (in vier jaar)
€ 7.246.358 56 € 5.161.226 139.132 14 Onb. 100% (2010-2012)
Bron: statistieken team boergenoteerde bedrijven, www.agro-info.net
Resultaten 2013 stond in het teken van een uitbouw van landen en klantenportfolio en het versterken van het kennisnetwerk van Nederlandse bedrijven en organisaties. Maar bovenal zou de corebusiness van het team boergenoteerde bedrijven (making cooperatives bankable) tot uiting moeten komen in een sterke toename van gemobiliseerd vreemd vermogen ten behoeve van onze klanten. Op alle drie de aspecten zijn grote vorderingen gemaakt. Naast Kenia, Uganda, Ethiopië en Peru is het team in 2013 ook actief geworden in Tanzania en Indonesië. Zuivel (totaal 11 klanten in Kenia, Oeganda, Indonesië, Vietnam) en koffie & cacao (9 klanten in Peru, Oeganda en Tanzania) zijn de dominante sectoren gebleven. In 2013 waren er 46 gecontracteerde klanten waarbij in totaal 378.781 boeren en boerinnen zijn aangesloten. In 2013 is in totaal EUR 7.246.358 aan leningen gemobiliseerd, waarvan 70% (5.056.516) voor werkkapitaal en 2.189.842 voor investeringen. Leningen zijn onder andere verstrekt door Stanbic (Uganda), Shared Interest (UK), Rootcapital (USA), Triodos, Oikocredit, Chase Bank Kenya, Agrobanco (Peru), Centenary Bank (Uganda), Commercial Bank of Ethiopia, Cooperative Bank of Oromia (Ethiopië). Over de uitbreiding van het Nederlandse kennisnetwerk volgt verderop meer informatie. Voorbeelden van de voortgang Na ondertekening van een Memorandum of Understanding met de Federal Cooperative Agency in Ethiopië en een zeer succesvolle studietoer over coöperatieve bedrijfsmodellen in Nederland is de legaliteitskwestie die Agriterra in 2012 en begin 2013 achtervolgde in haar relatie met de overheid opgelost. In 2013 heeft het aantal klanten in Ethiopië een sterke groei doorgemaakt (nu 18 klanten). Met Rabo Development en de Cooperative Bank of Oromia (CBO) is een succesvol business planning training traject voor managers van coöperatie-unies en voor CBOmedewerkers uitgevoerd. Dit heeft o.a. geleid tot leningen voor werkkapitaal van drie coöperatieve unies ter waarde van EUR 640.000 voor opkoop van moutgerst, sesam en kikkererwten. Ook in Kenia wordt druk gebouwd. Met een lening van € 750.000 bouwt zuivelcoöperatie Mukurwe-ini een zuivelfabriek met een capaciteit van 100.000 liter per dag. Naar verwachting zal de fabriek in het tweede kwartaal van 2014 operationeel zijn. Agriterra heeft de organisatie geassisteerd bij het maken van het businessplan en aangezien continue aanvoer van kwaliteitsmelk een voorwaarde is voor het goed draaien van de fabriek gaat aandacht vooral uit naar versterken van de landbouwvoorlichtingsdiensten van de coöperatie. In Peru heeft Cepicafe de constructie van de panela-fabriek zo goed als afgerond met verschillende kredietlijnen van USD 400.000 van o.a. Shared Interest en CCA.
Resultaten
9
Voor de alpacacoöperatie Coopecan in Peru was 2013 een heel spannend jaar. De eigenaar van de fabriek waar zij haar wol liet verwerken wilde de fabriek van de hand doen en het was lange tijd onduidelijk wat mogelijke alternatieven zouden kunnen zijn. Met steun van Agriterra is een businessplan gemaakt op basis waarvan een lening is verkregen voor de aankoop van de bestaande fabriekslijn voor wassen en verwerking. De fabriekslijn is sinds januari in handen van de coöperatie en heeft een aanzuigende werking op ledenbijdragen. De fabriekshal is echter niet in eigendom en Coopecan verwacht in de loop van 2014 een stuk grond te kunnen kopen voor nieuwbouw. Coopecan heeft nu een exportmarktaandeel van 2%. 2013 was voor het team boergenoteerde bedrijven uitgeroepen tot Jaar van het Eigen Vermogen. In de adviestrajecten met klanten is specifiek aandacht gegeven aan het belang van een sterke kapitaalspositie, een belangrijke voorwaarde om vreemd vermogen te kunnen mobiliseren. Zo is bij Sol & Café (Peru) een flinke slag gemaakt in het kapitaliseren van de coöperatie en is het eigen vermogen verdubbeld tot € 920.000. Daardoor heeft men zelf een stuk grond kunnen kopen waarop nieuwe kantoren en magazijnen gebouwd gaan worden. Ook Raya Wakena heeft forse stappen gezet met de mobilisatie bij de leden van € 833.000 voor de bouw van de meelfabriek. Een goed voorbeeld van hoe eigen vermogen een hefboom kan zijn om bankabel(er) te worden is de Admas Unie in Ethiopië. Die wil zelf olie uit nigerzaden winnen. Zo kan de unie in plaats van zaden olie verkopen wat een hogere waarde heeft. Daarvoor moet Admas wel eerst een raffinaderij bouwen en dat kost geld. Het businessplan, opgesteld met assistentie van Agriterra, is goed en de bank in Ethiopië wil een lening verschaffen mits Admas zelf ook een deel van het eigen vermogen inlegt. Voor dat doel zijn aandelen uitgegeven onder de duizenden leden van Admas, dat daardoor eind 2013 zo’n € 92.000 aan ledenkapitaal heeft opgehaald bij haar leden, een indrukwekkend bedrag in zo’n korte tijd en uniek in de context van Ethiopië. Om te voldoen aan de eisen van de bank moet nog wat meer ledenkapitaal worden ingelegd, maar naar verwachting zal in 2014 begonnen worden met de bouw van de fabriek.
Peru: Oro Verde krijgt een prijs voor business-ontwikkeling
10
Dat onze klanten successen boeken, blijkt overigens niet alleen uit onze eigen verslaglegging. In 2013 zijn sommigen van hen wegens bijzondere verdiensten in het zonnetje gezet in eigen land of werelddeel. Zo heeft de Peruaanse koffie- en cacaocoöperatie Oro Verde (uitvoerig beschreven in ons vorige Activiteitenverslag, toen we met profetische pen ‘Het gaat goed met Oro Verde’ schreven) op 9 mei 2013 de eerste prijs voor de ontwikkeling van nieuwe business ontvangen uit handen van president Humala, in het
Boeren tegen Armoede
kader van de viering van de 70e verjaardag van het Ministerie van Landbouw5. In Afrika won onze klant NUCAFE voor ‘best farmer organisation6’, uitgereikt door AGRA, en als klap op de vuurpijl werd NUCAFE-directeur Joseph Nkandu benoemd tot ‘fellow-voor-het-leven’ bij Ashoka, een internationaal netwerk van sociale ondernemers7. Met andere woorden, onze klanten laten zich zien en krijgen erkenning voor hun werk. De weerbarstige realiteit Het werken met coöperaties heeft zo zijn uitdagingen en de realiteit is vaak weerbarstig. Dat maakt het werk soms moeizaam, maar ook boeiend. De relatiebeheerder spreekt Dik van de Koolwijk: “In december 2011 werd voor het eerst gesproken over een mogelijke fusie tussen Kiambaa Dairy en Ndumberi Dairy. Beide coöperaties zijn in hetzelfde gebied actief en toonden de ambitie om van het collectief verkopen van melk van hun leden de stap te zetten naar het verwerken van melk. Om redenen van economies of scale was een fusie een logische stap. Echter, toen men op het punt stond met het gezamenlijk actieplan aan de slag te gaan, trok Kiambaa zich terug. Zonder duidelijke reden. De externe evaluatie bracht veel informatie naar boven. Belangen van individuele bestuursleden speelden een rol, intern bestuur was soms zwak. Communicatie kon beter, en verwachtingen en twijfels konden en moesten duidelijker zijn. Toen de fusie van de baan was, zijn beide coöperaties doorgegaan om afzonderlijk een businessplan te schrijven voor een verwerkingsfabriek. In de gesprekken wilde men vooral naar de toekomst kijken. The past is the past, immers. Dat was wat mij betreft toch iets te gemakkelijk. Zonder de evaluatie over te doen, is het wel nodig om zaken te benoemen. Daarbij bleek nogmaals hoezeer een dergelijk traject gepaard gaat met vertrouwen en emoties. En vertrouwen om samen te werken is er nu onvoldoende. Het voelt als een gedwongen huwelijk, en dus zullen beide coöperaties afzonderlijk hun ambities nastreven.” http://www.agro-info.net/?menu=newsitems&view=newsitem&newsitem_id=58416 (21-11-2013)
Evaluator bezoekt Kiambaa-lid
5
http://www.minag.gob.pe/portal/notas-de-prensa/notas-de-prensa-2013/8931-presidente-ollantahumala-y-ministro-milton-von-hesse-distinguen-a-14-personalidades-del-sector-agrario 6 http://www.monitor.co.ug/Business/Ugandan-coffee-body-wins-African-award/-/688322/2100284//dgwr6wz/-/index.html 7 http://www.newvision.co.ug/news/652350-empowering-farmers-earns-nkandu-global-recognition.html
Resultaten
11
In Tanzania leek de samenwerking tussen Triodos en Agriterra te leiden tot een concrete deal middels de financiering met EUR 300.000 werkkapitaal voor opkoop van cashewnoten door onze klant, de jonge coöperatie MHQSP. De aanvraag was al goedgekeurd, echter vanwege een vertrouwensbreuk tussen bestuur en directeur besloot de coöperatie af te zien van de lening. Deze casus (die ook onderwerp van een evaluatie zal zijn in de loop van 2014) geeft aanleiding om nog meer dan voorheen ook de governance nadrukkelijk mee te nemen in onze dienstverlening. Een soortgelijke aanleiding zagen we in Kenia, waar het fusieplan tussen zuivelcoöperaties Kiambaa en Ndumberi is afgeblazen. Dit gebeurde op verzoek van het bestuur van Kiambaa vanwege een gebrek aan vertrouwen8. In Uganda verliep de samenwerking met zuivelklant UCCCU rond de bouw van een zuivelfabriek dermate moeizaam dat besloten is om onze ondersteuning stop te zetten. Onvoldoende progressie of verschil van inzicht over de te volgen strategie waren redenen om in 2013 met zo’n 10% van ons klantenbestand de samenwerking te beëindigen. Voorbeelden daarvan zijn: Divisoria, Consorcio de Cacao Amazónico (beiden Peru), TDCU (Tanzania) en Nama ACE (Uganda). Afgezien van de constructieve samenwerking in Peru waarbij Agriterra adviesdiensten levert aan coöperaties en Oikocredit coöperaties financiert, is het in 2013 niet van verdere samenwerking gekomen. De voorgenomen financiële deelname van Agriterra in Oikocredit is niet gerealiseerd omdat daar geen concrete vraag vanuit Oikocredit voor was. Met Triodos is in 2013 een overeenkomst getekend voor een bijdrage van Agriterra van 2,5 miljoen euro aan het Triodos Sustainable Trade Fund. Het is nog zoeken naar hoe de samenwerking toegevoegde waarde kan creëren, want vooralsnog heeft de Agriterra-bijdrage niet geleid tot een groter aandeel van boergenoteerde bedrijven in de portefeuille van het fonds. Van de € 25,4 M uitgezet in 2013, was 44,8% bestemd voor boergenoteerde bedrijven terwijl in 2012 dit nog 46,3% van € 20,3 M was. Oorzaak is dat uitgekeerde bedragen aan coöperaties significant lager lag, onder meer vanwege de lage prijs van koffie op de wereldmarkt en de problemen met koffieroest in met name Peru. De opzet van een financierings- en investeringsfonds ter grootte van 150 miljoen euro heeft door diverse oorzaken vertraging opgelopen. Eén voordeel is in ieder geval dat dit Triodos en Agriterra iets meer tijd geeft concrete afspraken gemaakt over verdere invulling van de samenwerking. Een gezamenlijke commerciële strategie is uitgewerkt, bedrijfsanalyse tools worden op elkaar afgestemd en gezamenlijk formats en tools worden ontwikkeld, o.a. voor cash flow projecties. Lancering van het nieuwe fonds wordt nu verwacht voor eind 2014. De inzet van Nederlandse bedrijven en kennis Het team boergenoteerde bedrijven is de link tussen de adviesvragen in ontwikkelingslanden en het kennisaanbod vanuit het Nederlandse agrarisch bedrijfsleven. Met de inzet van deskundigen uit het (coöperatief) bedrijfsleven zijn we in staat maatwerk in advisering te leveren. Inkoopcoöperatie Agrifirm en Agriterra hebben hun gezamenlijke ambities in oktober vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst. Via Agriterra stelt Agrifirm haar 8
Zie ook de evaluatie van (o.a.) dit fusieproces: Money in ideas. Evaluation mission: cooperation & results. Kiambaa Dairy Cooperative (Kenya). 18 to 27 July 2013. Jan van Weperen and Christine Plaisier, Arnhem, November 2013. Hieruit blijkt ook dat het fusie-idee wellicht teveel ‘gepushed’ is door Agriterra terwijl de geesten nog niet rijp waren.
12
Boeren tegen Armoede
kennis van onder andere ruwvoer, technologie, voeding, marketing/sales, HRM en management beschikbaar aan landbouworganisaties en –coöperaties in ontwikkelingslanden. In juni 2013 was, zoals eerder vermeld, een delegatie van 18 vertegenwoordigers van de coöperatieve sector uit Ethiopië te gast in Nederland voor een studiereis rond de moderne coöperatie. Coöperatieve bedrijven als Cosun, CZAV, Coforta en FrieslandCampina hebben samen met de NCR de studiereis tot een succes gemaakt. Mede naar aanleiding van dit bezoek wordt de Ethiopische wetgeving ten aanzien van coöperaties momenteel hervormd, oa gericht op meer ondernemersruimte voor de coöperaties. En dat is hard nodig. We herinneren de lezer aan wat we vorig jaar scheven over de ‘Ethiopische paradox’: “de Ethiopische overheid drukt een groot stempel op de coöperaties en sterke regulering maakt ondernemen voor unies en coöperaties, en daarmee ook onze dienstverlening, er niet makkelijker op.” In het kader van het Dairy Development Program van FrieslandCampina heeft Agriterra de werving, selectie, training en uitzending georganiseerd van Nederlandse melkveehouders voor praktische training en advisering van hun collega’s in ontwikkelingslanden. Het eerste jaar van dit Farmer2Farmer-programma samen met FrieslandCampina is uitstekend verlopen. Vier advies/trainingsmissies hebben plaatsgevonden: naar Thailand, Indonesië, Maleisië en Vietnam. Het programma wordt ook door FrieslandCampina als een groot succes beschouwd en men wil het programma graag uitbreiden naar andere landen. In het MVO-jaarverslag van FrieslandCampina over 2012 wordt uitgebreid aandacht geschonken aan de samenwerking met Agriterra. In september realiseerden Achmea, Plantion, CSV COVAS, AVEBE en Vitelia een coöperatie-adviesreis naar Peru. Het uitstekende programma van Coopecan maakte de bezoekers goed bekend met de ins and outs van de alpaca-keten van achteren naar voren leren kennen. De uitwisseling van kennis en ervaringen is zeer goed ontvangen door directie, bestuurders en leden van Coopecan. De delegatie heeft ook de oprichtingsbijeenkomst bijgewoond van de Peruaanse Federatie van Landbouwcoöperaties, die zich vooral zal richten op lobby voor de modernisering van de coöperatiewetgeving. In samenwerking met de NCR organiseerden we in juni de Summer School over Coöperaties. De training had de relatiebeheerders en financieel administratief medewerkers van de Agriterra-teams lokaal ondernemerschap en boergenoteerde bedrijven als cursisten. Interessante gastlezers van o.a. Flora Holland, Flynth en FrieslandCampina gaven het geheel extra cachet. Een groeiend aantal lokale Rabobanken wil graag samenwerken met Agriterra. Rabobank Noord-Drenthe is actief betrokken bij advisering van spaar- en krediet coöperaties in Kenia. Na een succesvolle missie van 1 van de agrarisch bedrijfsadviseurs geeft ook het management van de sectie agrarisch adviseurs van ABNAMRO aan graag de samenwerking met Agriterra verder te willen uitbouwen.
Indonesië: investeren in je koe of verkopen? Als je een melkveehouder bent in Indonesië, dan kun je met drie koeien een redelijk bestaan opbouwen. Maar wat als een van jouw koeien minder melk geeft? Wat doe je dan? Investeer je in je koe, zodat die meer melk zal geven? Of verkoop je jouw koe voor een mooie prijs aan het slachthuis? De Indonesische boer kiest veelal de tweede optie. Deze boeren hebben niets om op terug te vallen en kunnen dus niet langere tijd zonder inkomsten overbruggen. Tel daarbij de gunstige vleesprijzen in Indonesië en de keuze is vrij makkelijk gemaakt; verkopen die koe.
Resultaten
13
Dat dit niet altijd de beste oplossing is, blijkt pas later. Het gevolg is namelijk dat er geen opbrengsten meer komen uit de melk van de koe en dat de koe ook geen kalfje meer kan geven. Dubbel onhandig dus om je koe te verkopen. Toch is dat wat de boeren van zuivelcoöperaties Lembang en Pangalengan regelmatig doen. Agriterra werkt daarom samen met FrieslandCampina aan het verbeteren van de productie van zuivelboeren in de districten Lembang en Pangalengan. Tijdens een eerder onderzoek kwam naar voren dat de boeren geen tot weinig kennis hebben van financiële planning. Daardoor kunnen ze minder goed overzien wat investeren in een koe kan opleveren aan melk. Linda Veld, van FrieslandCampina, en Berend Jan Stoel, ex-melkveehouder, reisden daarom voor Agriterra naar de twee coöperaties om een tweedaagse training financiële planning te geven. Tijdens deze trainingen hebben ze medewerkers van de coöperatie en een aantal boeren de basisprincipes van een financiële administratie bijgebracht, zoals het opstellen van een kosten-baten analyse. Ze maakten samen met de deelnemers een berekening van de kosten van de koe en de opbrengst vanuit de verkoop van de melk. Dat was een echte eyeopener bij de leden. "Dit zijn vrij traditionele boeren" vertelt Berend Jan. "Ze hebben het vak van hun ouders geleerd en handelen daardoor vrijwel altijd op basis van gevoel en traditie. Ze hebben nooit geleerd hoe zij de kosten en opbrengsten van hun koe berekenen". Het belang van zo'n berekening komt duidelijk naar voren als de groep een casus behandelt over de kosten van krachtvoer. De zuivelcoöperatie levert krachtvoer voor een vaste prijs aan de boeren. Wereldwijd zijn grondstoffen echter duurder geworden. En daardoor moet de coöperatie een hogere prijs in rekening brengen om dezelfde hoeveelheid krachtvoer te kunnen leveren. Maar de boeren accepteren dit niet. De prijs van krachtvoer was voor hun altijd een gegeven. En bovendien blijft de prijs van de melk gelijk. De boeren weigeren dus een hogere prijs te betalen. Met als gevolg dat de coöperatie het krachtvoer aanlengt met goedkopere grondstoffen. De kwaliteit van het krachtvoer gaat daardoor achteruit, waardoor de melkproductie van de koeien daalt. De training biedt de boeren inzage in deze onderlinge verhoudingen. Aan de hand van verschillende voorbeelden, kunnen zij nu uitrekenen wat de meerwaarde zou zijn als zij wél een hogere prijs zouden betalen voor het krachtvoer. En dat was een hele openbaring. Voor de boeren betekent dit dat zij een andere werkwijze gaan hanteren. Vanaf nu moeten ze naast de opbrengst van de melk, ook bijhouden wat ze aan kosten maken. Om hen hierbij te assisteren, onderhouden de mensen van FrieslandCampina Indonesië regelmatig contact met hen. En natuurlijk moeten zij nu van alles uitrekenen. Maar dat is geen probleem, want de boeren hebben allemaal een smartphone. http://www.agro-info.net/?menu=newsitems&view=newsitem&newsitem_id=58340 (30-7-2013)
Geleerde lessen en uitdagingen De kern van de dienstverlening van het team bestaat uit hoogwaardige bedrijfsadvies aan boergenoteerde bedrijven; projectfinanciering speelt een steeds kleinere rol. In 2013 stond tegenover elke Euro aan projectfinanciering bijna 4 Euro voor advisering. In 2012 was dit nog 2,4. Dit heeft ook implicaties voor de relatie met onze klanten. Van beheerder en controleur van projectgelden schuift onze rol steeds meer op naar die van matchmaker tussen adviesvraag en –aanbod, maar zeker ook naar een functie als coach, adviseur en begeleider van verandertrajecten bij de klanten. De focus verschuift van het project naar de organisatie. Naast bedrijfsadvies is
14
Boeren tegen Armoede
verandermanagement daarom van groot belang om verandertrajecten bij klanten te kunnen faciliteren. De werkwijze: een voorbeeld uit Uganda Coöperaties bankable maken… hoe doe je dat? Wat is de rol van Agriterra in het versterken van coöperatieve ondernemingen zodat ze hun investeringskapitaal uit de markt halen en op die manier kunnen groeien en waarde kunnen toevoegen aan de producten van de leden? In 2011 was koffiecoöperatie ACPCU een van de eerste klanten van het team boergenoteerde bedrijven. Drie jaar later heeft de organisatie, na een traject van goede analyses, adviesreizen van Agripoolers en uiteraard goed management, de financiering ter waarde van US$ 1,2M rond voor een fabriek voor het sorteren, waarderen en verpakken van koffie voor de export. De bouw is in volle gang en naar verwachting is de fabriek vanaf juli 2014 operationeel. Zoals bij alle klanten is begonnen met een company assessment (een doorlichting van de organisatie), waarbij in 4 dagen kritisch is gekeken naar de investeringsvraag, de haalbaarheid, realiteit en capaciteit binnen de organisatie. Daaruit volgden specifieke activiteiten op het gebied van toevoer, markt, organisatie en economische activiteit, die bepalend zijn voor het succesvol behalen van de ambities. Na de company assessment volgde een haalbaarheidsstudie om te kijken of de investering binnen afzienbare tijd terug te verdienen zou zijn. Dit was het geval, al binnen 3 jaar met gelijkblijvende omzet. Er moest dan wel een hernieuwd businessplan komen met een goede beschrijving van de historie van het bedrijf en zijn management, realiseerbare prognoses en cash flow berekeningen. Dit is met behulp van Agripoolers en andere experts gerealiseerd. Hierna hebben we gekeken hoe de leden (nog) actiever konden worden door middel van participatieve technieken om ze meer te betrekken bij de onderneming, en hiermee meer koffie via de coöperatie te laten lopen. Ook is het management naar Nederland en Duitsland gekomen om bestaande kopers opnieuw te bezoeken, zichzelf weer in de kijker te zetten, nieuwe contracten te bespreken. De manager heeft bij twee financiële instellingen ge’pitched’ voor het verkrijgen van investeringskapitaal. Vervolgens is er een expert geweest die kritisch naar de interne controle heeft gekeken en een praktisch plan heeft opgesteld hoe deze significant te verbeteren. En tot slot heeft een HRM-deskundige kritisch gekeken naar het personeelsbeleid, om medewerkers te motiveren en nog beter te laten presteren, om key performance indicators vast te stellen en de organisatie klaar te maken voor de enorme stap die ze in 2014 gaan maken: namelijk het operationeel maken van de fabriek die meer waarde gaat toevoegen aan de producten en daarmee uiteraard een inkomensverhoging gaat genereren voor de leden. Gender Ten opzichte van 2012 is het aandeel van vrouwen in de projecten van klanten van het team boergenoteerde bedrijven stabiel gebleven op 26%. In 2013 is een traject gestart om structureel meer aandacht te geven aan de positie van vrouwen in coöperaties. Daaruit zijn de volgende concrete actiepunten gekomen: • Tijdens de company assessment specifiek aandacht geven aan het aandeel van vrouwen bij verschillende activiteiten in de keten en de waardering daarvoor (van productie tot verwerking). De company assessment dient dan ook een antwoord te geven op de vraag: Wat is het aandeel van vrouwen in de business? De inzichten daaruit moeten vervolgens waar relevant worden meegenomen.
Resultaten
15
•
•
Vrouw als resourcepersoon betrekken in het contact met klant. Naast een regulier contactpersoon (vaak directeur/manager) is het van belang om bijvoorbeeld het actieplan en de activiteiten die daaruit voortvloeien met de resourcepersoon te spiegelen aan belang/rol van vrouwen daarin. Claim successen! Succesvolle vrouwen in coöperaties als rolmodel. Laat horen/zien daar waar successen worden geboekt.
Actief sinds 2011 en uitgaande van een periode van 4 jaar die nodig zijn om een coöperatie bankabel en gefinancierd te krijgen beginnen de eerste resultaten van ons werk bij boergenoteerde bedrijven ook zichtbaar te worden in de jaarrekening van onze klanten. Dat is van belang want gecontroleerde jaarrekeningen zijn de belangrijkste bron van objectieve informatie over de bedrijfsprestaties van onze klanten. Op basis van een aantal bedrijfskundige kern-prestatie-indicatoren (KPI’s) wordt de ontwikkeling van onze klanten in kaart gebracht. De eerste bevindingen op basis van de jaarrekeningen van 2012 zijn in grote lijnen positief al is het nog te prematuur om hier conclusies uit te trekken. In het activiteitenverslag over 2014 zullen meer data beschikbaar zijn en zal bij dit onderwerp uitgebreid stil worden gestaan.
2 Boerengroepen: georganiseerde ondernemers Door samen te werken met collega-boeren en -boerinnen en andere partijen in de keten maak je je bedrijf sterk. Het team ‘Lokaal Ondernemerschap’ ondersteunt nationale en sub-nationale landbouworganisaties en coöperatieve unies/federaties in het bevorderen van samenwerking tussen hun leden op het gebied van productie, verkoop en het opzetten van (coöperatieve) bedrijfjes met als doel de aangesloten boerenbedrijven winstgevend te maken en de zeggenschap van leden te vergroten. En waarom werken met boerenorganisaties? Samenwerking van boeren kan ondersteund worden vanuit de regering, NGO’s en landbouworganisaties. In onze visie is de ondersteuning door landbouworganisaties en coöperaties te prefereren boven die van regeringen of NGO’s. Deze aanpak via landbouworganisaties is niet allen voordeliger, maar ook duurzamer en effectiever, omdat een landbouworganisatie kan rekenen op de inzet van (vrijwillige) bestuurders, model-boeren en groepsbegeleiders (promotoren). Hierdoor blijven de boeren hun ontwikkeling in eigen hand te houden. Het terugdringen van honger en armoede op het platteland begint bij goed georganiseerde en sterke landbouworganisaties. En die starten vanuit de basis, bij lokaal georganiseerde boeren. Aanpak We gaan uit van een participatieve aanpak die uitgewerkt is in de CORE-methode: COoperation for Rural Entrepreneurship. Het kenmerk van deze benadering is om samenwerking en ondernemerschap van lokale boeren en boerinnen (in groepen en coöperaties) te bevorderen via een netwerk van lokale begeleiders of promotoren (aangesteld binnen landbouworganisaties). De groepen boeren/boerinnen analyseren samen de mogelijkheden om hun productie en marktoegang te verbeteren en ontplooien daarvoor bedrijfsmatige initiatieven. Het accent ligt op zelfredzaamheid, eigen “Cooperation for Rural besparingen, uitwisseling van praktische kennis Entrepreneurship!” en het jaarlijks evalueren en bijstellen van eigen actieplannen. (“Samenwerking voor boerenondernemerschap!”) De CORE-benadering heeft als fundament de participatie en inbreng van de lokale boer en boerin. De lokale boer en boerin is als zelfstandig ondernemer enkel gebaat bij een vorm van ondersteuning die de eigen besluitvorming en ondernemerskwaliteiten ondersteunt en faciliteert. Tenslotte ligt het
16
Boeren tegen Armoede
initiatief (en risico) bij het starten van economische initiatieven bij henzelf. Participatie draagt bij aan het “ownership” van de economische initiatieven en juiste keuzes. Een participatieve benadering is tevens een middel om communicatie van onderop naar boven (ideeën van de boeren naar hogere geledingen van de organisatie) en informatie van de organisatie naar de leden te bevorderen. In 2013 heeft het CORE-team een reader laten opstellen, die als inleiding dient voor de handboeken en instrumenten die klanten, relatiebeheerders en Agripoolers kunnen gebruiken bij het inrichten van de begeleiding van boerengroepen en coöperaties. In die adviespraktijk heeft het team trainingen en workshops georganiseerd over financieel beheer (MANGO), coöperatievorming (MY.COOP) en boerenondernemerschap (PPP; ERI-manual). Daarnaast maken klanten en adviseurs vaak gebruik van inzichten en instrumenten ontleend aan de ketenanalyse. “Chain empowerment” is daarbij het sleutelwoord: door samen te werken (horizontale integratie) verkrijgen boeren een schaal- en marktvoordeel. Door gezamenlijke opslag, verkoop en verwerking (verticale integratie) wordt waarde toegevoegd (en inkomen) aan het primaire product. Bij onze klanten (landbouworganisaties) leggen we de nadruk op het belang van een goede planning, aansturing en begeleiding van de groepsleiders door regionale begeleiders (facilitatoren) van de landbouworganisatie. Dienstverlening vanuit de landbouworganisatie is planning, coördinatie, aansturing en begeleiding van lokale boerengroepen en coöperaties. Samenvattend wordt onze aanpak gekenmerkt door enkele sleutelelementen, te weten: • Bevordering van lokaal ondernemerschap is gebaat bij groepsvorming en samenwerking van boeren/boerinnen. Deze samenwerking leidt idealiter tot coöperatievorming. • Groepen en coöperaties worden op participatieve wijze ondersteund in hun werk en ook hun externe contacten vanuit de landbouworganisatie (onvermijdelijk gevolg van deze participatie is tevens een grotere invloed van leden op besluitvorming) • Deze samenwerking leidt tot gezamenlijke economische initiatieven waarvan de kosten en het risico gedragen worden door de boeren zelf. Het team heeft een lijst met voornaamste impact- en resultaatsindicatoren opgesteld. Onderstaande tabel vat de hoofdindicatoren samen. De indicatoren sluiten aan bij een meer uitgebreide lijst van relevante targets en “deliverables” (AgriCord), die op Agroinfo.net staan geregistreerd. De projectrapportages van de klant maken het mogelijk om per resultaatgebied de scores weer te geven. De consolidatie ervan geeft inzicht in het resultaat van de gezamenlijke klantinspanningen.
Resultaten
17
Tabel 2: Hoofindicatoren team ondernemerschap Resultaatgebied team ondernemerschap Groeps- en coöperatievorming
Productieverhoging
Toegang tot markten
Toegang tot krediet
Agricord deliverable
Target
Deliverable 05. Membership base
local groups established or strengthened (number)
Deliverable 05. Membership base
Primary coops established or strengthened (number)
Deliverable 14. Farmers access to inputs
Local groups/# farmers with access to inputs (number)
Deliverable 14. Farmers access to inputs
Local groups/# farmers in Farmer Field Schools (number)
Deliverable 14. Farmers access to inputs
Local groups/# farmers with access to extension services (number)
Deliverable 16. Marketing
local groups with trade contracts/deals (number)
Deliverable 16. Marketing
Local groups in agribusiness clusters (number)
Deliverable 13. Farmers' access to resources
local groups participating in saving & credit activities (number)
Deliverable 13. Farmers' access to resources
local groups with access to external credit/finance (number)
Om enkele voorbeelden van klantscores te noemen: 1. Groepsvorming- en versterking: CAZ-Zambia, de katoenorganisatie, heeft via haar netwerk van lokale organisaties en voorlichters een bereik van 1.704 lokale producentengroepen (“study circles”). 2.
KENAFF-Kenya organiseert producentengroepen (Common Interest Groups) in 90 ‘Producer Business Groups’ (pré-cooperaties) van maïs-, aardappel-, zuivel- en pluimveeproducenten.
3.
1.900 producenten groepen (> 20.000 producenten) maken melding van een verbeterde toegang tot inputs, voorlichting en landbouwkennis.
4.
KIDFA-Oeganda geeft aan dat er bij de aangesloten 240 producentengroepen sprake is van een verbeterde trade-capacity.
5.
CAPAD-Burundi heeft 200 aangesloten groepen die spaar- en kredietactiviteiten ontwikkelen, waarvan er in 2014 100 toegang verkregen tot externe financiers (lokale kredietinstellingen).
Resultaten Bij het klantenbestand van 41 boerenorganisaties realiseerden onze klanten in 2013 via onze projecten een bereik van 7.584 lokale groepen en 385 lokale coöperaties. Hoewel het aantal groepen dat bereikt wordt en vooruitgang boekt niet verward moet worden met het einddoel (versterkt ondernemerschap dat tot uiting komt in hogere productie en inkomens, iets dat onder andere nagegaan wordt via een ex-ante evaluatie bij de CAPAD in Burundi), is het een belangrijke indicator voor de reikwijdte en succes van onze aanpak: kunnen we hard maken dat het voor boeren beter is om georganiseerd te zijn in lokale groepen, die bediend worden door een provinciale of nationale organisatie? Intuïtief zal niemand ‘nee’ zeggen tegen die aanname (samen sta je sterk, immers), maar toetsing daarvan blijft noodzakelijk.
18
Boeren tegen Armoede
Tabel 3: Team ondernemerschap in getallen
Ondernemerschap: 2013 in cijfers Aantal nieuwe/versterkte groepen Groepen per klant-met-project (41) Totaal aantal klanten Bijdrage Agriterra Aantal bereikte producenten Aantal trainingen financieel management
Plan
Realisatie
6.750 165 40 € 6.949.945 203.327
7.584 185 43 € 6.631.548 181.541
2
4
Bron: statistieken team ondernemerschap, www.agro-info.net
Op de kerntaak heeft het team haar doelstelling eind 2013 bereikt. De onderstaande tabel geeft een overzicht van gepland en gerealiseerd bereik. Tabel 4: Aantal groepen bij klanten van team lokaal ondernemerschap Bereik # groepen
2011
2012
2013
2014
Plan team lokaal ondernemerschap (2010)
1.525
3.755
6.481
Realisatie team lokaal ondernemerschap*
3.144
5.583
7.584
687
659
730
5.038
7.224
8.314
Realisatie team belangenbehartiging Totaal
10.000
*: Inclusief TRIAS-klant Mviwamo (Tanzania) is het bereik 7.624
Interessanter dan het bereik in aantal lokale groepen, is de vraag op welke resultaatgebieden deze groepen werkzaam waren en resultaten boekten. Het antwoord weten we door bij de klanten na te gaan of de dienstverlening aan lokale boeren gericht was op productieverhoging, toegang tot markten of toegang tot krediet, of een combinatie van deze: overlap is dus mogelijk. In geval van coöperatievorming en bedrijfsmatige initiatieven ging het erom hoeveel groepen daarop aangesloten waren. Tabel 5: Aantal groepen bij klanten van team lokaal ondernemerschap (2013) • • • •
Bereik in aantal groepen Aantal groepen gericht op productieverhoging Aantal groepen gericht op marktoegang Aantal groepen gericht op toegang tot krediet Aantal groepen aangesloten bij een bedrijf/coöperatie
7.584
100% 6.976 4.827 1.869 1.382
92% 64% 25% 18%
Bron: agro-info.net en team ondernemerschap. Zie voor de specificatie bijlage 1
In bijna alle gevallen verleent onze klant diensten (of zijn de eigen activiteiten van de boerengroepen gericht) op productieverhoging. Ditzelfde geldt voor de klanten (14 in totaal) die als doelgroep bestaande coöperaties op lokaal niveau heeft. De inspanningen op het terrein van productieverhoging betreffen “study circles”, farmer field schools, demonstratievelden, voorlichting, training in verbeterde teelttechnieken en toegang tot landbouw-inputs. De landbouworganisatie organiseert of ondersteunt deze diensten. Ze kan tevens bemiddelen bij overheid en bedrijven, of zelf zorg dragen voor inputs, zaaizaad en voorlichting. Klanten scoren sterk op de deliverables verbeterde landbouwtechnieken (25.250 leden), gebruikmaking van voorlichting (23.726 leden) en betere inputs (11.908 leden, 1.882 groepen). Marktoegang is een resultaatgebied voor bijna twee derde van de boerengroepen. Hun inspanningen zijn in de eerste plaats gericht op het verkrijgen van inzicht in en kennis van de eigen marktomgeving. Uit trainingsbijeenkomsten en workshops blijkt dat marktinzicht en -analyse een uitermate belangrijk leerelement vormen, dat vooraf gaat aan de gewaskeuze en het gezamenlijke initiatief. De landbouworganisatie kan
Resultaten
19
een aantal diensten aanbieden, variërend van marktinformatie, onderhandelen bij contracten, kwaliteitscontrole (immateriële diensten) tot aan eigen opslag, verkoop en verwerking (coöperatieve unies of federaties). Resultaten blijken uit scores op verbeterde handelscapaciteit (1.062 groepen), afzetkanalen (215, oftewel gemiddeld 5 per klant) en verwerkingsinitiatieven (4389 leden). Indirect zijn opgerichte en versterkte primaire coöperaties In 2013 is de overdracht van een kredietfonds (385) even zovele marktkanalen. in de Filippijnen succesvol afgerond. Sinds Agriterra een EU-project in de Filippijnen had Toegang tot krediet is belangrijk afgerond in 2011, bestond er een voor alle boerengroepen, maar investeringsfaciliteit voor boerenorganisaties wordt expliciet als resultaatgebied van EUR 200.000. In 2012 heeft Agriterra na vermeld bij zo’n 25% van de een aanbestedingsprocedure een nieuwe groepen. Bij goed opgezette lokale fondsbeheerder geselecteerd en is het fonds groepen vormen eigen aan deze beheerder overgedragen. Bij de besparingen de eerste concrete uitgifte van leningen krijgen leden van activiteit. Deze besparingen Agriterra-klanten de voorkeur. hebben twee functies. In de eerste plaats versterken ze groepscohesie en solidariteit (“self-help groups”). De besparingen kunnen ook dienen als inleg bij een spaar- en kredietinstelling om op deze wijze leningen te verkrijgen. Naast het stimuleren van eigen besparingen, kan de klantorganisatie bemiddelen bij het helpen van leningen bij banken of SACCO’s. In Vietnam beschikt de QTCA over toegang tot een coöperatief ontwikkelingsfonds. Het ontbreekt de QTCA en haar lidorganisaties echter aan goede bedrijfsplannen. Agriterra heeft daarom trainingen georganiseerd (zie http://www.agroinfo.net/?menu=newsitems&view=newsitem&newsitem_id=58275 voor een verslag), en ook bemiddeld bij de ondersteuning van het fonds zelf door de Rabobank Foundation. Groepsvorming is geen doel op zich maar een stap op weg naar verdere structurering op een hoger niveau. Dit uit zich niet zelden (in 20% van de gevallen) in het oprichten van (pré-) coöperatieve structuren. Deze structuren kunnen de naam krijgen van coöperatie, “producer business groups”, “information centers” etc.. Deze clusters richten zich in de eerste plaats op de afzet van een gewas/product, maar kunnen gemakkelijk andere diensten combineren (aankoop inputs, financieel). Bij een aantal klanten bestaan er producentengroepen die aangesloten zijn bij coöperaties (CAPAD-Burundi, QTCA-Vietnam, FPO’s in China, Myanzi-Oeganda). De voordelen van onderlinge samenwerking in lokale groepen kunnen zo gecombineerd worden met de marktvoordelen van een grotere coöperatie, naast het bevorderen van zeggenschap en ledenbinding. Tabel 6: Klanten die primaire coöperaties opzetten en versterken Klanten die primaire coöperaties opzetten en versterken AEMS (China) APDIK (Congo DR) AVAM (Peru) CIOEC (Bolivia) CNAC (Burundi) CONFRAS (El Salvador) CTCF (Nepal) FCMN (Niger) FUCOPRI Niger) Ingabo (Rwanda) KENAFF (Kenia) Myanze ACE (Uganda) SYDIP (Congo) UNAG Chinandega (Nicaragua) YAFI (China) Totaal
20
Aantallen (pré)coöperaties
Aantal lokale groepen 5 32 15 5 18 10 73 35 37 6 90 25 7 24 3 385
100 (293 gepland) 43 187 315 286 784 86 30 1.831
Boeren tegen Armoede
Nepal: 287 nieuwe groepen in 12 maanden Bij de Small Farmers Agriculture Cooperative Federation (SFACF) in het Dhadingdistrict in Nepal is hard gewerkt om 287 nieuwe vrouwengroepen en 6 coöperaties op te richten. De voorzitter van SFACF, de heer Shiva Bdr. Bhandari, in gesprek met een vrouwengroep in Gumdi: “Do not think that everything has to come from the outside, the work should be done by yourself. We cannot satisfy all your demands, but we can give you skills to start and continue yourself. You have to try to get ahead by yourself, for you alone it is difficult but in a group you can get access to services quickly”.
De groepen en coöperaties bevinden zich nog in een initiële fase, maar de verwachtingen van de leden zijn hooggespannen. Shiva Shaky is groepsvoorzitter in Samjung en wijst op het belang van goede planning: "I am Shiva, I am 30 years old, married and I have got 2 sons and 1 daughter, in my group we are with 7 women. I participated already in several trainings- cooperative and leadership. I grow rice, millet, maize, carrot and vegetables. I would like to have a training about horticulture. In each meeting we discuss how we will manage the saved money but we do not yet have a plan as a group regarding other issues". http://www.agro-info.net/?menu=newsitems&view=newsitem&newsitem_id=58366 (29-8-2013)
Een aantal klanten ondersteunt (de oprichting van) primaire coöperaties, zonder dat er sprake hoeft te zijn van kleinere groepen op lokaal niveau (UNAG-Chinandega in Nicaragua, Sydip-Congo, FCMN-Niger). De landbouworganisatie heeft in deze gevallen de doelstelling om deze coöperaties te ondersteunen en te versterken. Tegelijkertijd worden de voorlichting en begeleiding aan boeren via deze coöperaties gekanaliseerd. In deze gevallen is het resultaat niet zichtbaar in aantal groepen, maar in dienstverlening van coöperaties aan grote aantallen boeren op het terrein van productie en vermarkting. In andere gevallen beschikken grotere coöperatieve klanten (Fucopri, QTCA) wel degelijk over groepsstructuren aan de basis, of hebben ze het plan opgevat om vanuit het oogpunt van ledenbinding en effectiviteit (FCMN) grotere coöperaties om te vormen tot kleinere. In het algemeen zijn vrouwen goed vertegenwoordigd in de groepen. Het vermoeden bestaat dat ´gender mainstreaming´ op een hoger niveau (dus bijvoorbeeld bij de besturen van de organisaties waartoe de groepen behoren) hierop van invloed is. Bij
Resultaten
21
KENAFF in Kenia is er bijvoorbeeld een quotaregeling bij de recrutering van bestuurders: voorzitter en vice-voorzitter mogen niet allebei man (of vrouw) zijn. Dit werkt positief door in projecten en in vrouwenvertegenwoordiging in het algemeen. Soortgelijke trends zien we in Oeganda (bij KIDFA). Activiteiten Voor de planning en realisatie van bestedingen wordt verwezen naar onderstaande tabel. Tabel 7: Bestedingen van het team lokaal ondernemerschap in 2013 Rubrieken Agripool Advieskosten Agriterra Consultants Events Lokale kosten AKV Totaal
Jaarplan
Realisatie
Realisatie in vergelijking met jaarplan
600.812 1.210.972
323.637 1.162.021
54% 96%
303.575 115.500 4.598.192 120.893 6.949.945
316.294 221.815 4.481.084 126.697 6.631.548
104% 192% 97% 105% 95,42%
Bron: Financiële Administratie
De uitgaven voor advieskosten en projecten zijn redelijk conform de planning. Bij de lokale kosten is ook de additionele financiering van projecten van Agri-agencies (Trias, AFDI en FERT) meegeteld (zie tabel 31 in Hoofdstuk V). Voor 2013 stonden er 89 werkbezoeken van Agripoolers (peer-to-peer-deskundigen) gepland. Daarvan zijn er slechts 47 gerealiseerd (53%). De lagere dan geplande realisatie is terug te voeren op een combinatie van factoren, zoals de te optimistische planning door relatiebeheerders, reorganisatieperikelen in de Nederlandse achterban, en het rekruteren van consultants (vaak lokaal) in plaats van een Agripooler (33 consultants missies tegenover 18 gepland). Dit is vatbaar voor verbetering, zeker als men in ogenschouw neemt hoe goed dit soort missies werken: Op weg naar ondernemerschap Mviwata, de nationale landbouworganisatie in Tanzania, richt zich onder andere op het stimuleren van ondernemerschap van haar leden. In drie regio’s is een initiatief gestart waarbij de aangesloten boerengroepen zich richten op de productieverhoging bij twee geselecteerde gewassen. Agronomisch adviseur Toon van Eijk en Mariëlle Beusmans van de Limburgse Land- en Tuinbouwbond (LLTB) reisden naar Tanzania om boerengroepen en medewerkers van Mviwata bij te staan in deze ambitie. Een greep uit hun bevindingen: De boerengroepen gaan zich richten op twee gewassen. Maar waarop is hun keuze voor bepaalde gewassen gebaseerd? Van Eijk: “pas als je precieze gegevens hebt, kan je beslissen wat de meest aantrekkelijke activiteit is voor een boerengroep. Die gegevens ontbreken nog vaak, terwijl ze fundamenteel zijn. Ondernemerschap gaat om harde data op grond waarvan je meer kan gaan verdienen.” Toon en Mariëlle bezochten een vrouwengroep die goed doorhad waar het om draait. “Zij verkochten champignons. Van zo’n goede kwaliteit en zo schoon, die zouden hier zo in de supermarkt kunnen liggen. Dat waren echte ondernemers. Het is goed voor de andere regio’s om te zien dat het zo kan.” De LLTB-ers zouden een volgende keer graag gerichter trainen: niet boeren én medewerkers maar alleen de laatsten, “zodat zij hun kennis door kunnen geven aan anderen. Dan train je echt specifiek de trainers en dat is veel efficiënter.” Zie verder: http://www.agro-info.net/?menu=newsitems&view=newsitem&newsitem_id=58410 Floris Jol - Agriterra nieuwsredactie
22
Boeren tegen Armoede
In het kader van study tours, uitwisselingsbezoeken en events (trainingen, workshops) hebben er 54 vliegreizen plaatsgevonden, waarvan 37 medewerkers of bestuurders van boerenorganisaties (klanten), 7 medewerkers van Agriterra en 10 overige deelnemers. Dit brengt het totaal aantal deelnemers aan werkbezoeken op 170. In totaal hebben er dus 84 (=47+37) boeren, medewerkers of bestuurders van landbouworganisaties (= peer-to-peer-deskundigen) deelgenomen aan een werkbezoek of event. In 2013 heeft Agriterra 15 trainingen/workshops georganiseerd voor klanten of voor meerdere klanten tegelijk. Er waren er 12 gepland. In Nicaragua (UNAG) en Burundi (CAPAD) bijvoorbeeld hebben internationale workshops plaatsgevonden waarbij de CORE-aanpak centraal stond en uitwisseling tussen klantorganisaties werd gefaciliteerd.
Anpe Perú @AnpePeru Mar 10 FAO ha constatado que la agricultura familiar produce más del 50% de los alimentos que se consumen en el mundo #SoberaniaAlimentaria Collapse Reply Retweet Favorite More
1
FAVORITE
Andere voorbeelden zijn: • Bij Mviwata (Tanzania) en IDRA (Zambia) hebben er trainingen plaatsgevonden over onze aanpak ter bevordering van lokaal ondernemerschap voor staf en voorlichters, waarbij gebruik gemaakt is van het ERI-handboek dat door TRIAS is ontwikkeld. • In 2013 hebben er vier MY.COOP trainingen plaatsgevonden: bij CAZ in Zambia, bij API in Indonesië, bij AOPEB (Bolivia) en AVAM (Peru). • In Vietnam heeft QTCA twee benchmark-workshops georganiseerd, waarbij staf en boeren getraind werden in het analyseren van bedrijfsgegevens en in het opstellen van actieplannen. • Scholing in financieel beheer vond plaats bij YAFI en AEMS in China en bij ANPE (Peru) en AOPEB (Bolivia). • UPDI (Congo) heeft de aardappeldagen voor klanten uit het Grote-Merengebied georganiseerd. Aan deze dagen nam ook een delegatie deel van de aardappelwerkgroep voor deze regio (ZLTO/LTO-Noord). Naast trainingen en events heeft het team drie study tours van klanten naar Nederland georganiseerd. Delegaties van AEMS, van AOPEB en van KENAFF bezochten LTO-organisaties, coöperaties, boeren en kennisinstellingen. Achterbanorganisaties Het team ondernemerschap doet het vaakst een beroep op leden en medewerkers van landbouworganisaties in Nederland (LTO-leden) voor adviesmissies, dit vanwege de boer-tot-boer benadering en de aard van onze klanten. Het (coöperatieve) agrarisch bedrijfsleven (HZPC/Agrico, De Groot & Slot, Rabobank, Greenery) is in nog mindere mate betrokken bij klantadvisering. Het voorbeeld van De Groot en Slot toont evenwel aan dat er zeker kansen zijn voor een grotere inzet en bemoeienis van het agrarische bedrijfsleven.
Resultaten
23
Geleerde lessen en uitdagingen De in 2012 geformuleerde uitdagingen betroffen de samenwerking van het team met het agrarische bedrijfsleven, de synergie met het team boergenoteerde bedrijven, de toegang tot krediet (fondsen) van de klanten, het M&E-systeem bij klanten en problemen van bestuur en beheer bij sommige organisaties. Ondanks resultaten die behaald zijn in samenwerking met het Nederlandse agrarische bedrijfsleven (zoals in Niger met het uienbedrijf De Groot en Slot) is er in dit opzicht (nog) geen sprake van een structureel verschijnsel. Wel blijken klanten in toenemende mate het belang in te zien van samenwerking met lokale bedrijven, zowel bij aankoop van landbouwbenodigdheden (“inputs”) als bij verkoop van landbouwproducten. Het blijft echter een uitdaging voor het team om het Nederlandse bedrijfsleven meer bij bevordering van lokaal ondernemerschap te betrekken. In 2013 is er in een voor aantal landen werk gemaakt van meer samenwerking met het team boergenoteerde bedrijven. In China heeft eind 2013 een gezamenlijke ‘scoping’ missie plaatsgevonden om de kansen en risico’s van een grotere Agriterrainzet in kaart te brengen. Gezien de getalsmatige verhoudingen in de wereldlandbouw, waarbij 350 miljoen van de 550 miljoen boerenbedrijven in China zitten, zou dat een relevante keuze zijn. In Oeganda hebben de twee teams samengewerkt bij het formuleren van een voorlichtings/trainingsproject voor zuivelboeren in het Zuidwesten. Voor Kenia is er een voorstel ingediend bij de World Trade Organisation, voor de financiering van een voorstel ter verbetering van fytosanitaire standaarden. Bij goedkeuring zullen zowel klanten van het team boergenoteerde bedrijven als van het team ondernemerschap hierin deelnemen. Bij toegang tot krediet maken we onderscheid tussen de toegang tot landbouwkrediet van boeren bij lokale instellingen en die van groepen/coöperaties voor het opstarten van bedrijfsmatige initiatieven. In het eerste geval hebben boeren/boerinnen het meest baat bij eigen besparingen en toegang tot kredietinstellingen. Daarnaast kunnen contractuele afspraken met afnemers helpen bij het verkrijgen van inputleningen. Beginnende bedrijfjes/coöperaties hebben baat bij goede bedrijfsplannen, eigen vermogen en verkoopzekerheden. Indien zij beschikken over voldoende werkkapitaal, lost dit tevens het geldprobleem van de leden op, omdat deze tijdig betaald worden voor hun levering. Een goed voorbeeld van deze benadering zien we in Cambodja (zie kader). Cambodjaanse boer profiteert van krediet via spaargroep Mr. Hout Dara is 33 jaar en woont en werkt in Salarean village, Basac commune, Svay Chrum district, Svay Rieng Province, Cambodja. Hij is lid van boerenorganisatie C-FAP. Na een poging om in de hoofdstad Phnom Penh een bestaan op te bouwen zijn hij en zijn gezin teruggekeerd naar het dorp. Hun verhaal: In 2010, he registered as a member of CFAP through CFA-BS (Basac Commune Farmers’ Association). As a member of the CFA-Basac, he got technical training on vegetable growing and chicken rearing provided by CFAP staff. Then he decided not to grow rice again in dry season, but instead to grow vegetables. He started growing a row of cucumber, which grew very well and fast, compared to rice. Mr Dara is member of a saving group within his farmers’ organisation (CFA-Basac). The organisation provided him with a loan in credit of US$ 225 to grow vegetables. With this money he started to grow vegetables, as well as to raise chickens.
24
Boeren tegen Armoede
In average, he earns about 30,000 KHR to 50,000KHR (US$7 to US$10) per day from his vegetable production in the harvest season. He also earns from chickenrearing about 100,000 KHR to 150,000KHR (US$25 to US$37). This makes his family’s living standard better than before. He says that chickens could give mutual and beneficial interaction with vegetables because he uses chicken manure as organic fertilizer for his vegetables. His organic vegetable sells well, with high prices compared to non-organic produce. He says he is happy now with his vegetable growing; not only for household consumption, but for sale to raise his household income. He runs his business together with his wife. She helps in harvesting and sells the vegetable to clients.
http://www.agro-info.net/?menu=newsitems&view=newsitem&newsitem_id=58274 (1-5-2013)
Eind 2012 zijn indicatoren opgesteld voor de registratie van klantresultaten op lokaal niveau. In 2013 hebben we deze indicatoren geïntegreerd in de projectformulering. Maar niet alle klanten hebben een functioneel monitoring-systeem. De uitdaging voor 2014 is om daar verder aan te werken, dit in samenwerking met de stafafdeling ondersteuning en kwaliteit van Agriterra. Voor ons team is daarbij een juiste benadering van het lokale boerengroepenniveau belangrijk. Als de samenwerkende boeren en boerinnen het belang inzien van gegevensregistratie (voor hun eigen bedrijfsvoering) kan er gebouwd worden aan een duurzaam (bottom-up) M&E systeem. In 2013 en 2014 organiseren we workshops met onze klanten om dit aspect te versterken. Let wel: het gaat er hierbij niet alleen om de gegevens ‘boven tafel’ te krijgen die Agriterra nodig heeft, maar ook om versterking van de organisaties als zodanig. Kernelement bij elke workshop is de uitdagende vraag: “hoe weten jullie (de landbouworganisaties) dat jullie het goed doen? Welke gegevens heb je (nodig) om dat aan te tonen?”. In 2013 is ons team bij een aantal klanten opgelopen tegen bestuurs- en beheersproblemen. Deze problemen noodzaken ons een extra inspanning te verrichten (training, advies- en controle) of in ernstige gevallen tot een exit-procedure. De lessen die we hieruit geleerd hebben zijn dat een continue trainingsinspanning m.b.t. financieel beheer wenselijk is, dat goed bestuur (“governance” een belangrijk onderdeel moet zijn van de adviseringsinspanningen en dat we bij klant-intake (nog) beter de sterktes, zwaktes en risicofactoren in kaart moeten brengen. Hiervoor gebruiken wij de financial health check en de profiling van Agriterra om goede analyses te maken en adviesdiensten in te zetten.
Resultaten
25
Minister Ploumen bezoekt boerencoöperatie in Burundi Minister Lilianne Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking was voor een vierdaags werkbezoek in het Grote Merengebied om inzicht te krijgen in de ontwikkelingen in de regio, de Nederlandse inspanningen en de economische kansen. De laatste stop van haar reis was Burundi. Hier bezocht ze een boerencoöperatie voor rijstproductie en -verwerking. Deze organisatie is één van de 72 leden van Capad, een federatie van landbouwcoöperaties. Sinds 2007 werkt Agriterra samen met Capad. Bij het veldbezoek van de minister waren niet alleen de leden, leiders en medewerkers van Capad aanwezig. Ook de Burundese minister van Landbouw en Veeteelt en de Nederlandse ambassadeur waren present, evenals ontwikkelingsorganisaties IFDC, Oxfam-Novib en Agriterra. De vrouwelijke voorzitter van de rijstcoöperatie en de voorzitter van Capad namen het welkom voor hun rekening. Vervolgens presenteerden de ontwikkelingsorganisaties zich aan de minister. Agriterra liet zien dat dankzij advies en financiële middelen van Agriterra Capad 17 van haar coöperaties kan ondersteunen bij verschillende activiteiten, bijvoorbeeld bij het verbeteren van de productie van aardappelen en de vermarkting ervan. Via Agriterra spelen Nederlandse aardappelboeren en het agrarisch bedrijfsleven hierbij ook een grote rol. Minister Ploumen op haar beurt benadrukte het belang van een betere landbouwproductie en productiviteit. Volgens Ploumen kan dit alleen gerealiseerd worden als boeren zich organiseren. Ze was dan ook zeer verheugd te zien dat vele Burundische boeren en boerinnen al verenigd zijn en samen werken aan de ontwikkeling van het platteland. Na de speeches, werd de minister rondgeleid door het magazijn en de verwerkingshal van de rijstcoöperatie en bezocht ze een rijstveld. De presentaties, gesprekken en veldbezoeken hebben de minister een goed beeld gegeven van de resultaten van het werk van Capad en van de verschillende internationale partners als Agriterra en IFDC. Bron: https://www.agriterra.org/nl/press/58207/minister-ploumen-bezoektboerencooeperatie-in-burundi?page=1, februari 2013
26
Boeren tegen Armoede
3 Belangenbehartiging: niets over ons zonder ons We beginnen met een bericht op agro-info.net van 16 januari 2013: Pyrethrum-boeren krijgen meer vrijheid Mainza Mugoya,beleidsmedewerker van de Eastern African Farmers Federation (EAFF) in Nairobi schreef: “After years of continuous lobby and advocacy work by the Pyrethrum Growers Association of Kenya (PGA), (…) the pyrethrum act of Kenya has been amended. President Mwai Kibaki signed into law a new Act that addressed some of the areas which PGA was advocating for. The main amendment is that the sector is now fully liberalized. This means that the Pyrethrum Board of Kenya, the government parastatal has no longer the monopoly in marketing and processing of pyrethrum in Kenya. Similar to other former government agricultural parastatals in Eastern Africa, the Board had presided over delayed payments to farmers and as a result, declining production and incomes for small holders. A lot of credit is due to PGA chairman Mr. Justus Monda, who is also the KENFAP Vice Chairman. Mr. Monda has worked tirelessly with some MPs from the pyrethrum growing districts in Kenya. He has appeared in parliament and in the media. Last year, he led a delegation to meet the President in Nakuru. This case presents a wonderful illustration of the power of farmer organizations and persistence in lobbying and advocacy.” Zie ook: http://www.businessdailyafrica.com/Repeal-of-law-on-pyrethrum-set-tobenefit-farmers/-/539546/1666642/-/item/0/-/6xrl1d/-/index.html http://www.agroinfo.net/?menu=newsitems&view=newsitem&newsitem_id=58183 Het belang van goede belangenbehartiging staat buiten kijf. Goed beleid zal moeten worden afgedwongen door de organisaties die er belang bij hebben. In het geval van Afrika is dat belang een hogere mate en kwaliteit van investeringen in de landbouw en het zijn de ledenorganisaties op het platteland, de boerenbonden en coöperaties, die de beleidsmakers in hun land moeten overtuigen van die noodzaak. Agriterra speelt daarop in met een in 2013 ingezet ‘FACT4budget”-traject: een lobby door boeren bij Afrikaanse overheden om hun in 2003 in Maputo gedane belofte (minimaal 10% van het overheidsbudget naar de landbouw) gestand te doen. Maar allereerst moet vermeld worden dat de FACT-handleiding af is. FACT staat voor Farmers’ Advocacy and Consultation Tool, en omvat een methode voor belangenbehartiging die gebaseerd is op ledenconsultaties en, het acronym zegt het al, op feiten. Een uitvoerige beschrijving staat in het Verslag van vorig jaar, en inmiddels is het document downloadable vanuit Agro-Info.net (http://www.agroinfo.net/?menu=documents&view=document&document_id=53421). Het document, de werkboeken en de facilitatorgidsen zijn beschikbaar in negen verschillende talen: Engels en Frans (eindversies) en Spaans, Arabisch, Bahasa Indonesia, Nepalees en Vietnamees (ongecontroleerde versies) en grotendeels af in het Swahili en Moldavisch. Vertalingen in Peuhl (West Afrika), Quetswa (Bolivia), Bangla (Bangladesh) en andere talen zijn in gang gezet. Alleen zo zullen boeren echt toegang kunnen krijgen tot deze methode.
Resultaten
27
We realiseren ons dat FACT zonder verdere begeleiding en training niet kan worden ingezet. Vandaar dat de relatiebeheerders in het team zelf aan de slag zijn gegaan als trainers/adviseurs en tevens, door inzet van de training van lokale trainers, toegang hebben tot een potentiële pool van FACT trainers in al de landen waar FACT is ingezet. Op deze manier moeten de boeren ook op lokaal niveau bereikt worden met FACT. Daarnaast zijn er vanuit de achterban in Nederland zo’n 16 Agripoolers beschikbaar die op enigerlei wijze ingezet willen en kunnen worden in belangenbehartiging. Hun praktische ervaring is van onschatbare waarde, zoals we in mei 2014 zagen bij een FACT-workshop in Indonesië waar Luc Groot, lobby-adviseur in Brussel voor LTO, zijn kennis op zowel de inhoud als de methodiek haarfijn wist aan te laten sluiten bij de kennis en ervaring van de boerenorganisaties uit Aziatische landen. FACT is nooit ’af’. Permanente verbetering is nodig in de vorm van zowel verbreding als verdieping. De verbreding waar we in 2013 met name aan gewerkt hebben is de ontwikkeling van de leiderschapsmodule. Verbreding kan ook door gebruik te maken van modules die door andere agri-agencies worden gebruikt, zoals de de ‘constructive engagement’-methode van Asiadhrra die getest is met de VNFU in Vietnam. Verdieping gaat vooral over kennis. Een summer school in september 2014 voor Agripoolers, FACT-trainers en FACT-gebruikers moet ertoe leiden dat FACT 2.0 in de steigers kan worden gezet. Belangenbehartiging: de doelstellingen voor 2013 Het team belangenbehartiging had zich voorgenomen de volgende kernsuccessen te behalen in 2013: • Uitrollen en consolideren van 8 ‘Farmers’ Advocacy Consultation Tool’ (FACT) trajecten bij minimaal 8 organisaties. • 16 lobbytrajecten bij de klanten die FACT-trajecten doorlopen. • Waarvan 9 lobbytrajecten resulteren in inbreken in programma’s. • Hiermee wordt totaal Euro 4.850.000 aan economisch voordeel voor de boeren en boerinnen behaald. • FACT training handleiding en veldhandboek voor FACT afgerond. Resultaten Het FACT-traject heeft de Moldavische landbouworganisatie NFFM ertoe aangezet om, na gesprekken met Agriterra en de minister van landbouw, toe te werken naar een nationale koepel voor boerenorganisaties. Het besluit hiertoe is in 2013 genomen door de drie nationale boerenorganisaties. Samen staan ze sterker! Ze hebben een lijst opgesteld van 10 eisen (bijvoorbeeld BTW-verlaging van 20 naar 8% om investeringen te stimuleren, een interventiefonds en extra landbouwsubsidies) en deze ingediend bij de overheid. Het resultaat van de daaropvolgende besprekingen met de overheid was een additionele landbouwsubsidie van 67 miljoen MDL (3,5 miljoen Euro) in 2013 en een toezegging van nog eens 110 miljoen MDL (5,3 miljoen Euro) voor 2014. De afname in BTW van 20% naar 8% is ook goedgekeurd hoewel IMF en de WB in eerste instantie tegenwerkten. Maar na interventie door de voorzitter van NFFM werd dit uiteindelijk ook door hen goedgekeurd. Minimaal 50% van de leden heeft profijt van deze belastingvermindering. Voorbeelden als dit zijn er meer: u vindt ze hieronder.
28
Boeren tegen Armoede
Tabel 8: de cijfers van het team belangenbehartiging
Belangenbehartiging: 2013 in cijfers Totaal aantal klanten Bereikte producenten Bijdrage Agriterra Lobbytrajecten Beleidsvoorstellen (inbreken) Economisch voordeel voor boeren gebruikmakend van FACT-trajecten FACT-trainingen handleiding FACT af Allianties met gelijkgestemde organisaties
Plan
realisatie
32 185.498 4.591.677 16 9
29 (incl. 2 van team 2 en 3 partners) 272.367 3.135.203 24 6
4.850.000
35.900.000 (zie tabel 8)
8 1 Geen planning
15 1 (11 talen) 3
Bron: statistieken team belangenbehartiging en www.agro-info.net
Trajecten ‘inbreken in programma’s’ In 2013 zijn er 15 workshops gehouden om deze benadering te introduceren. Begeleiding werd gegeven vanuit Agriterra samen met getrainde FACT trainers en de auteur van het FACT-pakket, Christian Gouët. Hieronder zijn details te vinden over de betrokken organisaties in het FACT-traject. Tabel 9: FACT-trajecten en resultaten in 2013 Organisatie CONAPAC-DR Congo
FOPAC-NK- DR Congo
Lofepaco-DR Congo
Farmers’ Voice: EU project met TRIAS, UNFFE en UCA (Uganda), EAFF en Kenaff (Kenya) en Mwivata (Tanzania) PFAG-Ghana
Resultaten
Lobbytraject code agricole, landwetgeving, CAADP investeringen in landbouw, infrastructuur voor landbouwontwikkeling bij overheid (campagne agricole 2013): 4 lobbytrajecten. Illegale belasting heffing, belastingvermindering, belasting op invoer inputs, landwet en landbouwwetgeving. Inbreken op landbouwfondsen t.b.v. pootgoed aardappelen en banaan : 6 lobbytrajecten Toegang land voor boerinnen, illegale belasting, inbreken lokale overheidsfondsen (verbetering rijstketen : 3 lobbytrajecten Naoogstverliezen en strategische voedselreserves: 2 lobbytrajecten
Aandacht voor falend beleid rond het “buffer stock”
Activiteiten
Resultaten (‘inbreken’ in (overheidsfondsen)
FACT-training (2 workshops) afgerond, in 11 provincies actief.
Voorstel voor verhoging landbouwbudget en betrokkenheid boerenorganisaties bij Minister ingediend.
FACT-traject is in 2012 afgerond (grote merengebied). Werk in uitvoering.
Euro 727.000 (inbreken landbouwfondsen)
FACT-traject in 2012 afgerond. Werk in uitvoering
Euro 363.500 (inbreken lokale overheidsfondsen: rijstketen)
FACT-traject in 2013 gestart met 1 regionale, 3 landelijke en 9 district FACT workshops en bijhorende coaching trajecten
Consultatiefase afgerond.
FACT-traject in 2013 gestart: 1e workshop en
29
Organisatie
PNOPPA-Benin
AFA- Azië en 6 leden
Pyrethrum Growers Association, Kenia KENAFF FACT4Budget NFFM, Moldavië
JNC, Peru
CIOEC en afdelingen (Bolivia)
RBM (West Afrika en 7 leden)
EAFF
Specific Union (Jordanië) Totaal
Lobbytraject programma (opslaan van voorraden om ze later te verkopen wanneer de vraag ernaar gestegen is): 1 lobbytraject. Toegang krijgen voor boeren tot het wereldbankfonds van 45 miljoen dollar voor landbouwontwikkeling in Benin: 1 lobbytraject Aantrekkelijk maken van platteland voor rurale jeugd om te blijven of te beginnen met boeren (agendapunt van Internationale jaar van familielandbouw): 1 lobbytraject Inbreken op lokale overheidsfondsen: vernieuwing plantmateriaal Pyrethrum : 1 lobbytraject Inbreken op lokale overheidsfondsen: 1 lobbytraject Toegang tot landbouwfondsen van overheid en bankleningen voor boeren: 2 lobbytrajecten Tegemoetkoming verlies door koffieroestuitbraak: 1 lobbytraject Wetgeving aanpassen wettelijk erkenning boerengroepen: directe subsidie aan boerengroepen op lokaal niveau Inbreken op fondsen CEDEAO voor veevoer
Non-Tariff barriers op OostAfrikaans Regionaal niveau Ondersteuning leden 1 FACT workshop met 5 leden) Gelijke betaling vrouwelijke werknemers in de landbouw Lobbytrajecten: 24
Activiteiten
Resultaten (‘inbreken’ in (overheidsfondsen)
pilot fase
FACT-traject in 2013 gestart: 1 workshop en pilot fase voor leden waaronder Synpa
In 2014 resultaat te verwachten
FACT-traject gestart in 2013: 1e workshop en pilotfase met leden Filippijnen, Indonesië, Vietnam, Laos en Cambodja FACT-traject na EAFF training (October 2013)
Project gestart in december 2013 (Inceptieworkshops) FACT-traject in 2013 afgerond (2e workshop) waarna institutionalisering FACT-traject in 2013 afgerond waarna institutionalisering 1 lopend lobbytraject
1 lopend lobbytraject (voorstel ingediend)
Euro 36.350
Euro 8,8 miljoen
Euro 26 miljoen
Binnen CEDEAO (west Afrikaanse Economische gemeenschap) akkoord om fondsen vrij te maken voor veevoer.
1 lopend traject (bezig met regionale studies)
1 workshop en pilotfase FACT-trainingen: 15. Aantal deelnemende organisaties: 44
35.926.850 (35,9 miljoen euro)
Het is de moeite waard om een paar van deze trajecten in meer detail te bespreken. Veehouders in West-Afrika organiseren zich West-Afrika heeft te maken met klimaatverandering, voedselcrises, verhoogde prijzen van voedsel en gewapende conflicten. Tegelijkertijd wordt de vraag naar vlees steeds groter en wordt toegang tot de groene zones steeds minder. Dit leidt tot een verplaatsing van bevolkingsgroepen en veestapels, verminderde toegang tot allerlei
30
Boeren tegen Armoede
diensten en dientengevolge een grotere kwetsbaarheid van reeds bestaande economieën. En hoewel de (nomadische) veehouderij een belangrijke economische functie heeft in West-Afrika (ze draagt, afhankelijk van het land, tot 44% bij aan het agrarisch BNP9), is er maar weinig aandacht vanuit de verschillende overheden om hierin te investeren. Het Réseau Bilital Maroobé (RBM) is een regionale koepel van rondtrekkende veehouders in West-Afrika, met lidorganisaties in zeven landen en een bereik van ongeveer 400.000 (voornamelijk rondtrekkende) veehouders. De lidorganisaties hebben zich per land gefedereerd in een “antenne”. Agriterra ondersteunt RBM sinds september 2008, en heeft het netwerk in 2012 laten kennismaken met FACT. Dit heeft tot het besluit geleid om de organisatie zo in te richten dat informatievoorziening die nodig is voor belangenbehartiging effectiever kan verlopen, ook tussen de landen. Zo heeft RBM de ervaringen in Niger gebruikt om Senegal en andere landen te ondersteunen in de lobby voor een nationale wetgeving ten gunste van rondtrekkende veehouders. Met deze ondersteuning heeft Senegal nu bijna hun eigen nationale wet die vastlegt wanneer en waar rondtrekkende veehouders hun vee kunnen laten grazen. RBM ondersteunt niet alleen haar leden uit de verschillende landen maar behartigt ook belangen op regionaal niveau, bij de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten (ECOWAS). ECOWAS’ landbouwbeleid voorziet in een reserveopbouw van voedsel om zo crisis te kunnen opvangen. Veeteelt was hier geen component van, maar in 2013 heeft de ECOWAS een akkoord voor samenwerking met RBM ondertekend ten gunste van veehouders in West Afrika. Een belangrijk aspect van dit akkoord betreft de toezegging om een reserve van veevoeder. RBM gaat in 2014 een actieplan voorleggen aan ECOWAS om deze reserve concreet vorm te geven, met als doel dat ECOWAS vervolgens fondsen voor de uitvoering zal toekennen. Belangenbehartiging voor en door boerinnen in Jordanië De Specific Union for Farmers Women in Jordanië werkt aan gelijkberechtiging. Zo streeft de Unie er naar om de lonen tussen vrouwelijke en mannelijke landarbeiders gelijker te trekken. Het komt nu voor dat mannelijke landarbeiders tot wel 4x zoveel aan dagloon verdienen als hun vrouwelijke collega’s. Door hieraan te werken hoopt de Specific Union ook op een ledentoename, vooral onder de landloze landarbeidsters. Dit heeft intussen geleid tot de aanwas van 183 nieuwe leden. De leden van de Specific Union zijn plattelandsvrouwen; zij kunnen individueel lid zijn of lid van een zogenaamde ladies’ society. Intussen zijn 11 ladies’ societies lid van de Specific Union. Het andere thema waarvoor de Specific Union zich inzet is landvererving door vrouwen. Door culturele omstandigheden wordt land bij de dood van een ouder meestal doorgegeven aan de zoon. Dit is in strijd met islamitisch recht, dat ook een gedeelte aan de dochter toekent. Nu is slechts 2,7% van het land in bezit van vrouwen. Door bewustwordingscampagnes wordt nu getracht meer bekendheid te geven aan dit fenomeen. De bevindingen op beide terreinen hebben geleid tot het opstellen van een petitie. Intussen zijn er al duizenden handtekeningen verzameld, van individuen, maar ook van organisaties. In 2014 wordt de petitie overhandigd aan koning Abdallah, tijdens een speciale gelegenheid. In het voortraject is er al contact gelegd met belangrijke leiders en ministeries; enige leden van de Jordaanse senaat hebben toegezegd dat ze achter de petitie staan. Ook zijn de media ingeschakeld door interviews op radio en tv, en informatie in electronische nieuwsbrieven. Doordat een tiental vrouwen van de Specific Union (samen met nog enige vrouwen uit Libanon, Egypte en Marokko) hebben deelgenomen aan een FACT-workshop, hebben 9 New challenges and opportunities for pastoralism in ACP countries. Brussels briefing no. 26 (22 februari 2012), http://brusselsbriefings.files.wordpress.com/2012/08/br26_pastoralism_programme-2.pdf
Resultaten
31
zij nog intensiever naar hun belangenbehartiging gekeken. De Specific Union is zich er bewust van geworden dat de leden niet alleen geïnformeerd, maar ook geconsulteerd moeten worden – en met resultaat! Inbreken in programma’s door PNOPPA in Benin Het Nationale platform van boerenorganisaties in Benin (PNOPPA: Plateforme Nationale des organisations paysannes et de producteurs agricoles) ijvert voor het beter toegankelijk maken van fondsen voor de boeren van zijn lidorganisaties, zoals FUPRO. Sinds enige jaren heeft de Wereldbank een fonds opgesteld ter ondersteuning van Agrarische Diversificatie, PADA genaamd. Dit fonds had weinig resultaat, tot PNOPPA in 2013 actief aan de slag ging om het beschikbaar te maken voor boeren die bezig waren met de productie van rijst, mais, visteelt, ananas en cashewnoten (gewassen waarvoor het fonds bedoeld is). Het PADA-fonds wil bijdragen aan het stimuleren van investeringen in deze sectoren. Het is gelukt om PNOPPA-vertegenwoordigers zitting te laten krijgen in de comités die besluiten over de toekenning van de fondsen. Aan het eind van 2013 waren er 670 bedrijfsplannen opgesteld. Echter, een groot deel voldeed niet aan de voorwaarden. Dit kwam ook omdat de voorlichters, ingesteld door de staat, vaak eenzelfde format gebruikten, waardoor een sterke ‘copy-paste’-indruk ontstond. Derhalve zijn er van de 670 voorstellen uiteindelijk 183 doorgegaan voor de tweede ronde. Om deze reden wil PNOPPA meer gebruik gaan maken van de medewerkers van de lidorganisaties. Om te zorgen dat meer businessplannen aan de gestelde voorwaarden voldoen, is intensievere begeleiding van de boeren nodig. Ook wil PNOPPA ervoor waken dat de fondsen niet alleen terechtkomen bij de rijke boeren. PNOPPA wil kijken hoe ook de kleinere boeren toch goed benaderd en begeleid kunnen worden. In 2013 heeft PNOPPA, tezamen met vier van zijn lidorganisaties (Fédération des Unions des PROducteurs, Groupement des Exploitations Agricoles, Fédération Nationale des Producteurs de Palmier à Huile en Synergie Paysanne) deelgenomen aan de eerste FACT-workshop. Daardoor is PNOPPA zich er bewuster van geworden dat het niet blijft bij het informeren van boerenleiders, maar dat belangenbehartiging verder moet gaan dan dat. En dat zeker moet zijn dat informatie (over het PADA-fonds) ook daadwerkelijk bij de leden terechtkomt. CONAPAC (Congo DR) De ondersteuning van CONAPAC in 2013 was gericht op versterking van de organisatiestructuur om haar lobbypositie tegenover de (nationale en lokale) overheid te versterken. CONAPAC heeft in 2013 zitting gehad in de belangrijke commissies zoals die m.b.t. de landbouwwet en de landwet, waarbinnen het de belangen van de kleine producent heeft kunnen behartigen. De vertegenwoordigers van de 11 provinciale afdelingen van CONAPAC zijn getraind in FACT. Dit heeft ertoe geleid dat CONAPAC een effectieve lobby heeft kunnen voeren om het landbouwbudget van zowel de lokale als de nationale overheid te verhogen waarbij nationale en regionale boerenorganisaties mede het beheer gaan voeren. Zo heeft een lid van CONAPAC (FOPAC Noord Kivu) ongeveer 1 miljoen toegewezen gekregen (beheer) voor de investering in pootgoed voor aardappel en plantmateriaal in de bananenketen.
32
Boeren tegen Armoede
De boerenleiders van CONAPAC bij de minister van landbouw waarbij een lobby gevoerd wordt om meer betrokkenheid van de boerenorganisatie bij het beheer en toewijzing van het landbouwbudget. (FACT4BUDGET)
CONAPAC heeft de afgelopen jaren erkenning gekregen van zowel ministerie als bij de verschillende nationale en internationale organisaties. Naast Agriterra is ook onze zusterorganisatie Trias (België) betrokken bij CONAPAC, in het bijzonder bij het opzetten van het financiële management. Farmers’ Voice in Oost-Afrika In augustus kondigden onze collega’s van het Belgische Trias aan (http://www.triasngo.be/nieuwsbericht/article/eu-enthousiast-over-lobbyprogrammain-oost-afrika/): “Met de steun van Agriterra en de EU (en) met een budget van 1,5 miljoen euro gaat Trias de komende twee jaar de lobbycapaciteiten versterken bij vier nationale boerenorganisaties in het oosten van Afrika. Deze organisaties tellen in totaal vijf miljoen leden, verspreid over Oeganda, Tanzania en Kenia. (….) Aspecten die bijzondere aandacht krijgen, zijn het inperken van naoogstverliezen en het uitbouwen van strategische voedselvoorraden. Beide thema's spelen een sleutelrol om de voedselzekerheid het hele jaar door te garanderen, aldus de woordvoerder van de Europese Commissie. Het instrument waarmee Trias aan de slag gaat voor het lobbyprogramma is de zogeheten Farmers' Advocacy Consultation Tool.” Wat zijn de voorlopige resultaten? • 13 voorbereidende FACT-workshops (april-augustus) om toekomstige facilitatoren bij de organisaties in de drie deelnemende landen te trainen; • in de tweede helft van 2013 zijn 453 boerengroepen in de drie landen geconsulteerd, met een totaal van 5.296 deelnemers, waarvan 2.787 boerinnen; • er is gewerkt aan de zichtbaarheid van het project, onder meer via persberichten en het ontwerp van een website (http://www.kenaff.org/node/28).
Resultaten
33
EAFF @EAFFinfo 1h President CAPAD, President EAFF and EALA Mp Hon. Sebalu. EAC co-op bill discussions in Burundi pic.twitter.com/om4xY5ZD1V
RETWEETS2 FAVORITE1 2:32 AM - 17 Mar 2014 from location · DetailsFlag media Maar de proof of the pudding is in the eating: de echte, aan de FACT-methode toe te schrijven lobbysuccessen moeten nog komen. Wat in elk geval al bereikt is, is dat er veel meer communicatie en overleg is zowel binnen de deelnemende boerenorganisaties, als tussen die organisaties onderling én tussen de organisaties en de overheden. In de woorden van Trias op agro-info.net (http://www.agroinfo.net/?menu=projects&view=project&project_id=25031): “The project has enhanced interaction between the farmer organisations and government officials (…). The government officials are highly appreciative of the farmers’ voice and its focus on food security. (…) There is increased ownership of the FACT process which will likely lead to increased citizens’ participation and demand for accountability from government. For example, KENFAP in Kenya has already scaled up utilisation of the FACT methodology across the organisation beyond the pilot areas.” Ongeplande resultaten Daarnaast zijn er dit jaar resultaten bereikt door de betrokken boerenorganisaties waar Agriterra’s langjarige ondersteuning een rol in heeft gespeeld maar de directe relatie met FACT (nog) niet bestaat. Een paar voorbeelden waaruit blijkt dat boerenorganisaties niet (meer) genegeerd kunnen worden.
34
Boeren tegen Armoede
•
•
AFA: Samen met La Via Campesina heeft AFA de MTCP2-call (Medium Term Cooperation Programme) gewonnen. Hiermee is een bedrag gemoeid van ruim 14 miljoen dollar (waarvan 7 miljoen dollar toegezegd door IFAD/EU). Het behelst een vijfjarig programma gericht op versterking van boerenorganisaties in 17 landen in Azie. In de recent uitgevoerde evaluatie van de 10 jarige samenwerking AFA-Agriterra (zie http://www.agroinfo.net/?menu=documents&view=document&document_id=53452) wordt gesteld dat het winnen van deze bid vooral heeft plaatsgevonden dankzij de jarenlange ondersteuning door Agriterra. In september 2013 vond een ‘Round Table’ over de toegang tot zadenmateriaal plaats in Addis Ababa waaraan een tiental landbouworganisaties deelnamen die via Agriterra zijn gerekruteerd. Zie verder hoofdstuk II.4.
De klantenportefeuille Het team heeft een speciale verantwoordelijkheid in het ‘verzelfstandigen van’ (lees: de samenwerking afronden met) van klanten, die niet of onvoldoende aansluiten bij de resultaten die we met ons programma willen bereiken of waar de klant zelfstandig, zonder Agriterra-steun, het werk kan voortzetten. In 2013 is afscheid genomen van 20 klanten: Land of regio Zuid-Oost-Azië Mexico Congo DR Costa Rica Mali Armenië India Kenia Niger Benin Tanzania Nepal Paraguay West-Afrika Bolivia Nicaragua Bron: team belangenbehartiging
Organisaties ACCU AMMOR ASALI, FOPAC-SK, UCOPIS CMC, CSF CRCR FAA-ULE FFA-AP KCPA MOORIBEN MIALEBOUNI, TIKONNA MVIWAMBO NEFSCUN ONAC ROPPA TUSOCO UNAG-Chontales
De huidige portefeuille vindt de lezer in bijlage 2. Afgezien van de ‘traditionele’ klanten zijn er enkele speciale gevallen die daar niet vermeld worden: • Vier organisaties die niet uit een ontwikkelingsland komen maar waar wel een projectrelatie mee bestaat; • en twee organisaties in ontwikkelingslanden waarmee een projectrelatie bestaat maar die formeel tot de portefeuille van een ander team behoren. Land
Organisatie
Nederland
LTO-Noord
Nederland Nederland Spanje
NAJK Agri-ProFocus World Rural Forum
Kenia Bolivia
KENAFF CIOEC
Resultaten
Project en volgnummer op agro-info.net Klimaatproject met CFAP (Cambodja) en UNFFE (Uganda) (5741) ‘Youth empowerment (6013) Agrihubs opbouwen (5687) Promotion of policies in favour of family farming in developing countries (6078) FACT-4-BUDGET (6037) Beleidsbeïnvloeding door OECAS (6146)
35
Samenwerking met derden IFAD Met de large grant agreement #1243, een financiering van EU/IFAD aan Agricord, heeft Agriterra in 2013 twee bijenhoudersverenigingen in Bosnië Herzegovina (SPUSK en UBA-RS) en de nationale koepel NFFM in Moldavië (mede) gefinancierd. De Armeense boerenorganisatie FAA-ULE hoort eigenlijk ook in dit pakket thuis maar vanwege financiële managementproblemen bij deze club is de samenwerking stopgezet. Het doel van het programma is om boerenorganisaties betere toegang tot de markt te laten krijgen. De Bosnische bijenhoudersverenigingen hebben in 2013 flinke stappen gezet om naamsbekendheid te krijgen. Door bijwonen van allerlei exhibities waar ze hun honingproducten konden etaleren hebben ze menige prijs binnen weten te slepen: ‘To position itself in the international market SPUSK has organised a number of fairs and study tours in the region (a.o. Turkey, Serbia, Bulgaria, Slovenia). Also international return visits of Slovenia, Servia and Turkey enhanced the visibility of Bosnian beekeepers. During the international honey quality evaluation event in Slovenia SPUSK received many medals. Out of 43 samples 12 were awarded with gold and 14 with silver medals’. Het is de verenigingen via goede lobby ook gelukt om toegang te krijgen tot de EUmarkt. De bijenhouders hebben zich door de Nederlandse Bijenhoudersvereniging laten bijscholen op fytosanitaire aspecten waaronder de bestrijding van de Varroamijt. De NBV heeft er tevens voor gezorgd dat een brochure hierover in het Bosnisch kon worden vertaald. NFFM in Moldavië heeft de fondsen van IFAD/EU gebruikt om contracten tussen de boerenondernemers en de supermarkten te faciliteren. Het resultaat: ‘93 contracts were established between producer groups and the market (supermarkets, processing plants, inputs suppliers) with the help of NFFM. This is 20% more than was foreseen. Out of these 14 contracts were signed with young farmers.’. LANDac Agriterra neemt ook deel in de IS-Academie ‘LANDac’ (www.landgovernance.org), een consortium van wetenschappers en praktijkmensen waarin de Universiteit Utrecht de leiding heeft. In 2013 hebben de activiteiten zich vooral in Oost-Afrika geconcentreerd. Niet alleen is het onderzoek naar de rol van boerenorganisaties in Oeganda (vooral UNFFE) bij de beleidsontwikkeling rond landeigendom afgerond, ook hebben twee Utrechtse studenten hun veldwerk gedaan in Tanzania onder de vleugels van een landbouworganisatie: MVIWATA, in het bijzonder de afdeling Arusha. Een paar conclusies: • In Oeganda is de invloed van de georganiseerde boerenbeweging op het onderwerp ‘land’ gering, met name omdat de communicatie tussen het centrale niveau van de boerenfederatie (UNFFE) en de provinciale ‘District Farmers’ Associations’ die lid zijn van UNFFE veel te wensen overlaat10. • In Tanzania spelen soortgelijke problemen. Net zoals in Oeganda geniet de nationale boerenorganisatie (MVIWATA) een grote mate van naamsbekendheid maar wordt deze positie niet ten volle benut. Externe communicatie is zwak en de stem van de ‘echte stakeholders’ dreigt ten onder te gaan in het verbale NGOgeweld; boerenorganisaties moeten hun verhaal beter ‘framen’ volgens een
10 ENHANCING TRANSPARENCY AND PARTICIPATION IN DECISION & POLICY MAKING ON LAND GOVERNANCE BY STRONG FARMERS’ REPRESENTATION. The case of Uganda and the Uganda National Farmers’ Federation (UNFFE). Stephen Bayite-Kasule and John Mwebe, LANDac-Agriterra-EAFF, juli 2013.
36
Boeren tegen Armoede
onderzoeker11. Ook kan MVIWATA zijn netwerkpotentieel beter benutten en problemen rond landeigendom op alle niveaus documenteren voor goede belangenbehartiging12. Deze aanbevelingen sluiten goed aan bij de FACT-filosofie: consultaties en feiten als grondslag voor lobby. Met andere woorden, het team belangenbehartiging zal naast een ‘FACT-for-budget’-traject ook onderzoeken of ‘FACT-for-land’ een haalbare optie is. Innovatie In 2013 is het innovatiebeleid van Agriterra verder ontwikkeld door het team belangenbehartiging met input van Erik Bakhuijs’ master-scriptie ‘The intermediary role of farmer organizations: Stimulating innovation in developing countries’. Hij heeft hiervoor 2 organisaties onderzocht, NFFM in Moldavië en JNC in Peru. Een ‘actormechanism matrix’ is ontwikkeld als richtlijn om te identificeren welke soort samenwerkingen met externe actoren relevant zijn voor boerenorganisaties in het stimuleren van innovatie onder de leden. Het resultaat van deze scriptie is interessant voor Agriterra’s ondersteuning van innovatie bij boerenorganisaties door alle teams. Hieronder enkele conclusies: ‘ … The use of the actor-mechanism matrix approach led to insights on functions of farmer organizations as intermediaries. The research also gives insights on the structure of intermediation. Especially the Peruvian case showed how two types of farmer organizations fulfilled the intermediary role together, by each bringing resources and support from different actor types to the farmer. A prominent finding is that farmer organizations do also contribute by stimulating the institutional environment in which farmers are active. It is argued that since such institutions are part of the broader innovation system, it is the role of intermediaries to make such institutions accessible and beneficial to their clients’.
Geleerde lessen en uitdagingen We schreven vorig jaar: ‘De noodzaak om de boerenleiders ook op andere terreinen te steunen blijft dus groot, en de uitdaging ligt in het vinden van geschikte organisaties en mensen in Nederland of andere ontwikkelde landen die zinvolle van-boer-tot-boeradvisering op dit vlak kunnen geven.’ Agriterra heeft daarom de lidorganisaties van LTO en de NAJK bezocht om kandidaten te polsen. Uiteindelijk heeft dit geleid tot de organisatie van de FACT-agripooldag in april 2014 waar 16 Agripoolers aan deelnamen en waarvan 10 inmiddels hebben aangegeven een actieve rol te willen vervullen. In 2014 zullen zij worden ingezet op verschillende lobbytrajecten bij de klanten. In 2013 is er een eerste opzet voor een training leiderschapsvaardigheden voor boerenorganisaties gemaakt (LEAD4FO). Het handboek bestaat uit een reader voor de deelnemers, een handleiding voor de deelnemers en een handleiding voor de trainers. In 2014 zullen deze modules verder uitgetest worden en kan het training handboek verder worden afgerond worden. Een andere geleerde les is het gebruik van voorbeelden en illustraties bij FACTtrainingen van FACT bij de klanten. Dit, en meer aandacht voor de context waarin de klanten opereren en hun langjarige ervaring met lobby, zijn verbeterpunten. De summer school FACT 2.0 in september 2014 zal hierop zijn gericht. 11
Political problems and political solutions: mobilizing social movement within Tanzania’s land control regimes. Murtah Read, in ´Development around the world: case studies 2013’ (Van Stipdonk, Kirigia and Read, eds.), Utrecht, 2014. 12 Smallholder farmers’ agency & opportunities for farmers’ networks in Tanzania. Policy brief, Karen Hudlet Vásquez, 2013.
Resultaten
37
Ook kunnen veel lessen getrokken worden uit de evaluatie van de samenwerking met de Aziatische federatie van boerenorganisaties AFA, die met betrokkenheid van de stafafdeling ondersteuning en kwaliteit is ondernomen13. Aan de ene kant heeft AFA zich een sterke positie verworven dankzij goed onderhouden contacten met donors en internationale instanties, alsmede een goed opgezet communicatiebeleid inclusief het gebruik van sociale media als twitter. Daardoor heeft de federatie aanwezigheid in
Asian Farmers (AFA) @AsianFarmers Mar 9 Congratulations to these "23 Women Changing Food," including Esther Penunia of AFA! #IWD2014 foodtank.com/news/2014/03/t … http://
wenty-three- women-changing-food
Collapse Reply Retweet Favorite More RETWEETS
3 FAVORITE1
3:06 AM - 9 Mar 2014 · Details allerlei internationale fora (zie bijvoorbeeld bijlage 2 voor de speech van AFA- en Pakisama-vertegenwoordiger Raúl Socrates Banzuela tijdens de Wereldbankvergadering van april 2013). Aan de andere kant liet de evaluatie ook enkele serieuze zwaktes zien. Problematisch is vooral dat de invloed van de lidorganisaties op de activiteiten en het beleid van het AFA-secretariaat, dat zeer autonoom opereert, gering is. Echte aansturing van de regionale koepel door de leden staat nog in de kinderschoenen, in tegenstelling tot de wijze waarop dit gaat in West-Afrika (ROPPA) of Europa (COPA). Taalproblemen liggen hier mede aan ten grondslag maar dat mag geen excuus zijn. Vandaar dat de evaluatoren maatregelen hebben voorgesteld zoals een projectfinanciering van AFA via de lidorganisaties (en niet meer rechtstreeks). Een en ander is besproken op de Algemene Vergadering van AFA op Bali, in mei 2014.
4 Algemene resultaten Toegang tot zaden Als er één onderwerp is geweest waarover boerenorganisaties tot nu toe te weinig te horen zijn geweest is het wel de toegang tot (betaalbare) zaden. Agriterra is in 2013 benaderd door het Access-to-Seeds-initiatief dat, analoog aan de Access-toMedicine-index die in de farmaceutische wereld veel prestige geniet, zal resulteren in een meetlat waarlangs diverse grote zadenbedrijven worden gelegd: doen ze voldoende om boeren, ook de minder kapitaalkrachtige onder hen, toegang te geven tot het door hen ontwikkelde zadenmateriaal? Diverse groepen stakeholders zijn geraadpleegd bij de ontwikkeling van de Index, en wat betreft de boeren heeft men daartoe Agriterra’s netwerk aangeboord. In september 2013 vond een ‘Round Table’ plaats in Addis Ababa waaraan een tiental landbouworganisaties deelnamen die via Agriterra zijn gerecruteerd:
13
Evaluation of the cooperation between the Asian Farmers Association for sustainable rural development (AFA) and Agriterra (2002-2012). 6 to 23 May 2013, Philippines. Mamadou Goïta and Klaas Johan Osinga. Arnhem, August 2013.
38
Boeren tegen Armoede
• • • • • • • • • •
Cooperative Alliance of Kenya (CAK) Association des Organisations Professionnelles Paysannes (Mali) Cooperative Farmers Union/ Vegetables and Fruit Growers Cooperative Union ltd. (Meki Batu) (Ethiopië) Uganda National Farmers Federation (UNFFE) Asociación de Organizaciones de Productores Ecológicos de Bolivia (AOPEB) Pyrethrum Growers Association/Kenfap (PGA), Kenia Pambansang Kilusan ng mga Samahang Magsasaka (Pakisama), Philippines Subodro Serikat Paguyuban Petani Qaryah Thayyibah (SPPQT), Indonesië Fédération des Coopératives Maraichères du Niger (FCMN) Unión Nacional de Agricultures y Ganaderos de Nicaragua (UNAG)
Uit het verslag blijkt dat er een levendige discussie is geweest, en dat er door de deelnemers vooral is benadrukt dat de zaadbedrijven kritisch gevolgd moeten worden op het punt van hun omgang met de autonomie die boeren wensen te behouden.
De resultaten zijn geïncorporeerd in de voorlopige index. Overigens blijft het niet daarbij wat betreft de inbreng van boeren: voorzitter Philip Kiriro van de OostAfrikaanse federatie van boerenorganisaties EAFF is lid van het Expert Review Committee van Access to Seeds. U ziet hem op de foto (staande, derde van links) ter gelegenheid van de eerste bijeenkomst van het comité, in Haarlem (http://accesstoseeds.org/first-meeting-expert-review-committee/). 1
Farmers’ perspective on bridging the gap between the smallholder farmers and leading seed companies. Report on the farmers’ round table of Addis Ababa, 23-24 September 2013. Access to Seeds, Haarlem, 2013. (http://accesstoseeds.org/assets/140121-ATSI-Report-Farmers-Round-Table-Ethiopia-2324-September-2013.pdf)
Impact Het uiteindelijke streven van onze klanten is dat zij, via hun versterking, kunnen bijdragen aan de verbetering van de economische positie van boeren en boerinnen, bijvoorbeeld via veranderingen in hun productiviteit, prijsstelling en externe factoren als wetgeving. We hebben dus ook in 2013 met de boerenorganisaties gewerkt op de punten die logischerwijs zouden moeten leiden tot inkomensverbetering voor hun leden. Zo zien we opnieuw een toename in het aantal leden dat toegang heeft tot betere inputs (van 20% aan het begin naar 35%). Maar dat niet alleen, ook werkten we eraan dat de leden vervolgens beter wisten wat ze met de inputs konden doen. We zien ook een toename in het aantal leden dat wordt getraind in verbetering van hun productiemethoden, zodat ze meer en beter kunnen produceren. Het aantal leden dat gebruik maakt van de voorlichtingsservices van de organisatie is in 2012 toegenomen van 12% naar 35%. Verder worden de boeren ook voorgelicht over
Resultaten
39
verwerkingsmethodes, zodat hun producten langer houdbaar zijn of hogere waarde hebben op de markt. Dit aandeel is gestegen van 28 naar 34. Al deze en andere cijfers zijn in Bijlage 3 te vinden. Maar leidt dit nu allemaal daadwerkelijk tot hogere inkomens voor de boeren en boerinnen, en ook nog dankzij onze benadering? Dé manier om die ‘attributievraag’ (maken we het verschil?) afdoende te beantwoorden is door een project te starten met een evaluatie waarbij de situatie vooraf goed in kaart wordt gebracht. Agriterra heeft dit proces in gang gezet bij de nationale landbouworganisatie CAPAD in Burundi (project 11cpad-5629 op www.agro-info.net). Met wetenschappelijke ondersteuning van het CIDIN (Universiteit van Nijmegen) en de Universiteit van Bujumbura wordt via de vergelijking van een interventiegroep en een controlegroep gekeken of bepaalde activiteiten in de verbetering van de aardappel- en groenteteelt tot resultaten leiden. Inmiddels zijn een baseline review14 en een tweede survey15 gerealiseerd. Het is nog te vroeg om conclusies te trekken (in mei 2014 vindt de derde en laatste ronde van gegevensverzameling plaats) maar in elk geval lijkt het erop dat de boeren in de interventiegroep (= leden van CAPAD) vanaf het begin al een betere inkomenssituatie hadden. Dat verschil hoeft geen beletsel te zijn voor de bestudering van de effecten van het project: het gaat immers om de difference within the difference. Op dit punt laat de tweede meting zien dat voor zover het aardappelboeren betreft (een speerpunt van het project) de CAPAD-leden er veel sneller op vooruitgaan dan hun nietgeorganiseerde buren. Met name de introductie van speciaal pootgoed door CAPAD maakt hier het verschil. Bij andere variabelen was echter geen verschil te ontdekken, of zelfs een iets betere ontwikkeling bij de controlegroep. Deze trends en de resultaten van de derde meting zullen nader bestudeerd worden in de kwalitatieve component van het onderzoek, vanaf juni 2014. Een soortgelijke evaluatie vindt plaats in Ethiopië in het kader van het door de Gates Foundation ondersteunde Cooperatives for Change-programma (C4C). De uitvoering van de evaluatie is belegd bij een Ethiopisch onderzoekbureau, dat in januari 2014 de baselinestudie heeft uitgevoerd16. We herinneren aan de hoofddoelstellingen van het project op impactniveau: • Inkomensstijging bij 42.000 boeren van US$ 150 in vier jaar. • Productiviteitsstijging bij dezelfde boeren met 25% over vier jaar. • Grotere vrouwenparticipatie in de 12 deelnemende coöperatieve unies. Een en ander moet bereikt worden via een intensief versterkingstraject met die coöperatieve unies (output) en de daaruit resulterende betere toegang tot markten (outcome). De resultaatketen:
14
Récolte des données de la situation de référence dans le cadre de l'étude d'évaluation d'impact des interventions de CAPAD. Roldán Muradián en Dik van de Koolwijk, april 2012. 15 Résultats préliminaires de la comparaison entre la situation de référence et la deuxième vague de collecte de données. CIDIN (Nijmegen)-CURDES (Bujumbura), januari 2014. 16 Cooperatives for Change (C4C): Value Chain Approach for Cooperative Development in Ethiopia. Baseline study report. Meskay business, Addis Ababa, April 2014.
40
Boeren tegen Armoede
Om te zien of deze keten werkt, wordt op drie momenten in de tijd de stand van zaken met betrekking tot deze parameters binnen de deelnemende unies (de interventiegroep) vergeleken met dezelfde parameters in unies die niet bij het project betrokken zijn (de controlegroep). Over dit laatste (de difference within the difference) kan de nu beschikbare baseline-studie natuurlijk niks zeggen, over het beginverschil van beide groepen wel. Paradoxaal genoeg blijkt dat, hoewel de C4C-boeren minder productief zijn dan de producenten in de controlegroep, hun gemiddelde inkomen wel hoger ligt. Dit wordt o.a. verklaard doordat ze veel betere dienstverlening ontvangen (van hun coöperatie). Ook hebben de deelnemende boeren meer areaal (2 hectare) dan de non-C4C-boeren (1,6 hectare), zodat zelfs met een lagere productiviteit hun inkomen nog steeds hoger kan liggen. Een ‘progress summary’ van het project vindt u op http://uploads.agroinfo.net/uploads/41/53/d6bc28825cc8c710870a46862f038ea9/C4CProgressReportQ12 014.pdf Maar ook zonder comparatieve evaluaties zijn er conclusies te trekken over inkomensen productiviteitsstijging op huishoudensniveau. in Hoofdstuk II.2 (lokaal ondernemerschap) zijn een paar voorbeelden hiervan te vinden. En ook hier noemen we er twee: Project: Posesionando y ampliando las ecoferias "Frutos de la Tierra" (ANPE-Peru), nummer 5786 op www.agro-info.net “Los resultados alcanzados en este año son bien importantes: Se han aumentado las ventas casi en un 200% conforme al primer año de por lo menos 600 familias eco feriantes que comercializan a través de las ecoferias.
Resultaten
41
Por ejemplo las familias en la feria de Aija que iniciaron con un ingreso por ventas por feria de S./ 260 ha incrementado a S./ 560 en el 2013. Y en el caso de Huancayo en donde se encuentra una de las ferias con más antigüedad y con más ecoferiantes las ventas por feria han pasado de S./789 a S./ 1450. En las otras ferias los aumentos también han sido importantes. Este aumento tiene directa relación con el aumento de la cartera de productos para la venta, han dado valor agregado a los productos, y el aumento de los consumidores debido a la certificación SPG.” Project: Improving the production and access to market in a collective way (SPPQTIndonesië), nummer 6015 op www.agro-info.net “A succesful programme is the cultivation of French beans, being a new crop in the Sumbing region introduced in 2012. This crop, a premium bean, that was developed through the partnership with the company of CV. Sari Bumi Lestari (BSL). The company provides the cultivation and post harvest training, and seeds and buys the products. This has increased the peasants’ income significantly. Less farmers than planned participated in this programme, 106 (against planned 300 farmers). The increased income gained the partnership of marketing with the vegetable export enterprise. The existence of marketing efforts on wet-land / medium agriculture (rice) and dry land (horticulture-vegetable) with aggregated marketing arrangements in agricultural cooperatives (GTP) at the community level, agricultural cooperatives (GTK) at the Region level and agricultural cooperatives at union level (KSU) resulted in the increased number of the guarantee of decent prices for peasants. The marketing of organic rice reached 6 tons per month or 72 tons per year and buyers increased from 5 to 11.” Outreach Een andere manier waarop Agriterra de impact van haar werk zichtbaar poogt te maken is de ‘outreach’: het aantal deelnemers aan de projecten. De outreach was in 2013 iets hoger dan gepland, maar behoorlijk lager dan in 2012. Er was een daling van bijna 650.000 naar ruim 600.000, die vooral te vinden is bij de projecten die met belangenbehartiging te maken hebben: daar ging de hoeveelheid deelnemers er in een jaar bijna 100.000 op achteruit (maar was wel beduidend hoger dan gepland). Het aandeel vrouwen in de outreach blijft stabiel op ruim 40%, vooral dankzij de projecten rond lokaal ondernemerschap. Tabel 10: Outreach 2013: geplande en gerealiseerde deelname van vrouwen per team Planning 2013
Boergenoteerde bedrijven Lokaal ondernemerschap Belangenbehartiging Totaal
Realisatie 2013 feitelijke waarvan outreach vrouwen
Real. 2012
geplande outreach
waarvan vrouwen
%
165.580
51.004
31
139.132
36.161
26
225.927
92.252
41
195.432
120.129
61
185.498 577.005
84.332 227.588
45 39
272.367 606.931
96.785 253.075
36 42
%
% 26 46 48 44
Sterkere organisaties Slaagt Agriterra erin haar klanten, de landbouworganisaties in ontwikkelingslanden, te versterken? In ieder geval zijn ze steeds zichtbaarder. Vooral op Twitter laten steeds meer organisaties zich gelden; voorbeelden daarvan treft u door het hele verslag aan.
42
Boeren tegen Armoede
PAKISAMA @PAKISAMA Mar 7 Photos: Caluya Trial Court releases leader of farmer organization on Semirara Island http://flic.kr/s/aHsjU3rMuv Hide details Reply Retweet Favorite More 12:06 AM - 7 Mar 2014 · Details Het nieuwe profiling-instrument is vrijwel gereed en wordt deze zomer toegepast, zodat de algemene versterkingsvraag – zoals gewoonlijk – aan het eind van de programmaperiode beantwoord kan worden. Sommige metingen zijn al gedaan en we een voorbeeld daarvan, waarbij de situatie van 2009 en die van nu met elkaar worden vergeleken, volgt hieronder. Figuur 1: Profiel van CFAP-Cambodja, 2009 en 2013
In afwachting van verdere metingen kunnen we wel wat zeggen over een (makkelijk meetbaar) hoofdcriterium voor organisatiesterkte: de representativiteit, ofwel de omvang. Immers, hoe groter het ledenaantal waarop een organisatie kan bogen, des te gemakkelijker zal het worden om krachtig op te treden in onderhandelingssituaties en om de leden schaalvoordelen te kunnen bieden17 – om de twee meest evidente voorbeelden te noemen. En omgekeerd: als een organisatie groeit, doen ze het kennelijk goed; anders zouden er geen leden bijkomen. In de eerste drie jaar van Agriterra’s programma 2011-2014 is het totale ledenaantal van zo’n 70 relevante klanten met ruim 25% gestegen. Bijlage 6 bevat de volledige lijst van die organisaties (71 in totaal), en een samenvatting van de trends op continentniveau vindt u in de volgende tabel.
17
Strength in numbers: effective forest producer organisations. AgriCord, FAO and Forest and Farm Facility, augustus 2012. (http://www.fao.org/docrep/016/ap452e/ap452e00.pdf)
Resultaten
43
Tabel 11: Absolute ledenaantallen, 2010-2013 Regio
Aantal leden 2010
Aantal leden 2013
Toename ledenaantal 2010-2013 (%)
Afrika (38 org)
4.401.245
5.593.618
+27,09%
Azië (14 org)
1.454.430
1.872.393
+28,74%
29.101
6.237
-78,57%
Oost-Europa (2 org) Latijns Amerika (15 org) Totaal: 69 organisaties
187.550
191.737
+2,23%
6.072.326
7.663.985
+26,21%
Bron: www.agro-info.net en bijlage 6
In sommige projecten waren er bovendien expliciete doelstellingen met betrekking tot ledentoename. De grootste membership drives vonden plaats bij de Zambiaanse katoentelersvereniging CAZ (15.000) en bij de kredietcoöperatie Cresol Baser in Brazilië (ruim 8000). De grafiek hieronder leert (opnieuw) dat de vrouwen een belangrijke bijdrage leveren aan de versterking van hun organisaties, door lid te worden en mee te doen. Figuur 2: Ledentoename als projectdoelstelling in 2013
Bron: www.agro-info.net
Competenties Binnen het Boeren tegen Armoede ’11-’14 programma zijn de essentiële competenties waarover een sterke boerenorganisaties moet beschikken, vervat in de zogenaamde ‘deliverables’. Bij elk van deze deliverables horen concrete doelstellingen (‘targets’). De complete lijst met doelstellingen per ‘deliverable’ staat in Bijlage 1. Een toelichting is op zijn plaats. Elke deliverable bestaat uit een aantal targets, en de combinatie van die target-scores leidt via een formule tot een score op de deliverable. In de rechterkolom staat per deliverable het aldus berekende verschil tussen de plannen voor het jaar en de realisatie. Is dat verschil positief (dus is de realisatie hoger uitgevallen dan de planning) dan is die cel groen gemaakt; anders oranje.
44
Boeren tegen Armoede
Tabel 12: Deliverables en verschil tussen planning en realisatie, 2011 en 2013 Del.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
12
13
14
15
16
17
2011 2013 Bron: www.agro-info.net en stafafdeling ondersteuning en kwaliteit
In 2012 waren er acht deliverables groen en acht oranje; een jaar eerder was die verhouding zeven-negen, dus was er al lichte vooruitgang, die het afgelopen jaar bevestigd is. In 2013 waren er elf van de zestien competenties waarop de doelstellingen waren gehaald. De andere vijf waren: Deliverable 3: The FO operates appropriate financial management systems to provide correct, timely and transparent financial information that guarantees accountability towards its members and donors. The farmer organisation management utilizes the financial reports for planning, control and decision-making. Deliverable 9: The farmers' organisation has analysed and decided on its strategic positions regarding policy issues in a participatory way. Deliverable 12: The policy positions of the farmers' organisation have been integrated in national strategy documents Deliverable 13: the farmers' organisation facilitates fair access to resources (such as land, rural credit and risk-management products) for individual members, for local farmer groups or for sub-national or national-level farmers' organisations Deliverable 17: the farmers' organisation has promoted transparent farmer-led rural enterprises with good potential for sustainability (agricultural inputs, marketing, processing and trading) Daarbij zijn die deliverables die in zowel 2011 als 2013 oranje kleurden uiteraard degenen die de meeste aandacht verlangen. Dat zijn er drie, die allemaal te maken hebben met de concrete resultaten die de organisatie boekt ten behoeve van haar leden: 12 (voorstellen opgenomen in wetgeving of overheidsbeleid), 13 (leden krijgen meer toegang tot hulpbronnen als land, krediet etc.) en 17 (oprichting of versterking van farmer-led bedrijven). Hoewel dit enerzijds de conclusie lijkt te bevestigen van Gouët en Leeuwis18 dat een organisatie niet altijd erin slaagt de toegenomen capaciteiten ook daadwerkelijk te benutten voor betere resultaten, moeten we niet uit het oog verliezen dat er wel degelijk resultaten zijn behaald: alleen minder dan gepland. Dit kan duiden op een te hoog ambitieniveau bij bepaalde doelstellingen. Binnen deze 17 deliverables is een aantal doelstellingen prioritair voor Agriterra. Daar zijn concrete doelstellingen op geformuleerd: • Financieel management (Deliverable 3) 90% of our 80 clients in 2014 operate appropriate financial management systems • Nieuwe/versterkte groepen (Deliverable 5) 40 client organisations have an active and representative membership, with well functioning local basic groups with increased membership, with an increase of 10.000 new groups. • Beleidsbeïnvloeding (Deliverable 12) 12 farmers organisations have policy proposals that were integrated in national strategy documents • Boergenoteerde bedrijven (Deliverable 17) 12 client organisations have promoted transparent farmer-led rural enterprises • Gender: with 60% of the clients (both strategic and others) we will deliver on the gender issues • For 10% out of a group of advisory clients we will deliver South-South missions.
18
Towards capitalising on capacities. Evaluation of Agriterra's programme on international co-operation between rural people's organisations (2001-2003). Christian Gouët en Cees Leeuwis, Wageningen, 2003.
Resultaten
45
De eerste drie (bedrijven, groepen, beleidsbeïnvloeding) worden in de respectievelijke paragrafen 1, 2 en 3 van hoofdstuk II behandeld. De andere drie bespreken we hieronder. Financieel management Agriterra volgt de ontwikkeling van het financieel management door het uitvoeren van zogenaamde ‘financial health checks’ bij de organisaties. In samenwerking met het Britse MANGO (www.mango.org.uk) is hiervoor een instrument ontwikkeld dat toegesneden is op boerenorganisaties. De organisatie krijgt een score op zes dimensies van financiële soliditeit. Samen bepalen die scores of het financieel management van de organisatie als hoog, gemiddeld of laag risico aangemerkt wordt. In 2010, 2011 en 2012 zijn er financial health checks uitgevoerd door Agriterra. In totaal zijn er 51 health checks uitgevoerd en in 3 gevallen is de organisatie geen klant (geworden). Agriterra volgt de ontwikkeling van het financieel management door het uitvoeren van zogenaamde ‘financial health checks’ bij de organisaties. In samenwerking met het Britse MANGO (www.mango.org.uk) is hiervoor een instrument ontwikkeld dat toegesneden is op boerenorganisaties. De organisatie krijgt een score op zes dimensies (zie tabel 14, hieronder) van financiële soliditeit. Samen bepalen die scores of de situatie van de organisatie als hoog, gemiddeld of laag risico aangemerkt wordt. De health check wordt niet gebruikt als een zelf-evaluatie instrument, het moet aangepast wordt door de relatiebeheerder voor elke organisatie, afhankelijk van wetten en regelgeving en andere specifieke elementen zoals die in het betreffende land gelden. Directe begunstigden van de controle zijn de staf en manager van de organisatie, maar ook de bestuursleden, de interne controle commissie en de financierende agriagency. De health check geeft een algemeen beeld van de stand van zaken van de organisatie en een beter inzicht in best practices en hiaten in het financieel beheer. De check helpt om inzicht in planning en controle te vergroten, en in het bijhouden en verbeteren van interne controlesystemen. Op basis van de uitkomst wordt een actieplan gemaakt met daarin de aanbevelingen voor verbeteringen van het financieel management. Activiteiten worden gepland en deze worden gemonitord, zowel door de organisatie en de agri-agency en geëvalueerd aan het einde van het projectjaar. In 2011, 2012 en 2013 zijn er in totaal 81 financial health checks uitgevoerd door Agriterra. In 6 gevallen is de organisatie geen klant (geworden). Tabel 13: Health checks uitgevoerd per werkterrein Team Boergenoteerde bedrijven
2011
2012
2013
Totaal
23
15
16
54 20
Ondernemerschap
4
8
8
Belangenbehartiging
1
2
4
7
28
25
28
81
Totaal
Bron: stafafdeling ondersteuning en kwaliteit
Van deze 81 organisaties zijn er 42 die een totale score hebben die valt binnen de zogenaamde ‘low risk’ score, 34 hebben een ‘medium risk’ score en 5 hebben een ‘high risk’ score. Vooral bij de groep met ‘medium risk’ en met ‘high risk’ vinden financieel management trainingen plaats (zie het kader hieronder) om hun prestaties te verbeteren. Opvallend is, dat vooral de financial sustainability een lage score heeft bij veel van de organisaties. Dit alles betekent dat het beoogde aantal van 72 klanten (90% van bij 80 klanten in 2014) met een goed financieel management ruimschoots is gehaald als we de medium risk en low risk bij elkaar optellen (42+34=76), maar dat
46
Boeren tegen Armoede
we nog veraf zijn van 90% van alle klanten van dit moment (141). In tabel 14 zijn de resultaten weergegeven van de financial health checks zoals die zijn uitgevoerd met de tool van Agriterra (in totaal 61). In totaal 12 health checks zijn uitgevoerd volgens de uitgebreidere Mango-check, en 5 health checks zijn uitgevoerd met behulp van de check van SNV en 3 met een vernieuwde health check, specifiek ontworpen voor coöperaties. Tabel 14: Financial health checks, 2013 Section
1 - Governance & Controls 2 - Planning & Budgeting 3 - Accounting Policy & Procedures 4 - Reporting & Monitoring 5 - Accounting Resources 6 - Financial Sustainability Subtotaal Score Eindscore overige health checks Eindscore
High Risk
Medium Risk
Low Risk
7
19 17 15 20 21 28 21 13 34
35
6 7 3 9 17 3
2 5
38 39 38 31 16 37
5 42
Bron: stafafdeling ondersteuning en kwaliteit.
Zie voor de volledige lijst van organisaties bijlage 7. Er is hoe dan ook nog veel te doen; voor 2014 staan er financial health checks gepland voor alle klanten, zodat aan het einde van het jaar duidelijk is hoeveel klanten er inderdaad een goed of redelijk goed financieel management hebben. How to budget? Training in Tanzania Rungwe Smallholder Tea Growers Association & Credit Cooperative Society Ltd. - Tanzania Background Within the next few years RSTGA Sacco wants to grow both in number of members and in number of loans granted. This goal was laid down recently in a strategic plan. In the Tanzanian culture there is relatively little budgeting experience. In order to achieve the above goals, good financial management is required. A course is given to train the Sacco staff in budgeting. The course In August 2013 André Klemans and Alex Danissen gave a course to the branch managers, the credit manager and a member of the board of directors of RSTGA Sacco regarding the preparation and monitoring of a budget. The object of the course was to learn to independently prepare a budget for the fourth quarter of 2013. Conclusion The strategic plan that was prepared earlier in the year must lead to concrete goals and activities. The financial translation of this plan is included in a budget. The budget is in fact a reflection of the proposed policy. It is important to compare the actual realization with the prepared budget. The explanation for any differences can provide new information in order to adjust the policy. This in its turn gives new input for the next budget. This process can be repeated time after time. By consistently preparing a budget, comparing it with the realization, monitoring and taking appropriate action, RSTGA Sacco will have a solid management tool with which it can adjust its policy in a way that the goals described in the strategic plan can be realized. The impact of this course will be seen in 2014 and 2015, when the SACCO actually realises its membership increase. Resultaten
47
Gender De deelname van vrouwen aan projecten bleef, zoals eerder gemeld, hoog: boven de 40%. Daarom streven we ernaar om met een meerderheid van de klanten te werken aan gender-issues. In de eerste twee jaar van het programma was 69% van onze klanten bewust bezig met het verbeteren van de positie van vrouwen, in die zin dat begrotingsposten hiervoor geoormerkt waren. In 2013 bleef dat aandeel nagenoeg gelijk met 67%. En evenals in voorgaande jaren kwam het uiteindelijke aandeel van gender-gerelateerde activiteiten in de bestedingen iets lager uit dan gepland: 31% in plaats van 35%, maar nog steeds hoven de 30% die we als ondergrens hanteren. Die ondergrens zou overigens ook wel 40% mogen zijn, aangezien dat volgens de FAO ongeveer het aandeel van vrouwen in de agrarische beroepsbevolking in ontwikkelingslanden is. wereldwijd is19 (én in onze outreach: zie tabel 9). In de tweet hieronder werd ten onrechte van 70% gesproken: het bleek dat dit percentage voor bepaalde landen werd gehaald, maar het gemiddelde is dus 43%.
ZeroHunger Challenge (@zerohunger) 07-11-13 19:12 60% world's hungry are women, despite being 70% of agri labor. See how @HungerProject counters #genderdiscrimination http://www.thp.org/learn_more/issues/gender_discrimination Agriterra is nog steeds van mening dat een actieve rol van vrouwen als lid van een groep of aandeelhouder in een coöperatie bijdraagt aan een goed (bedrijfs)resultaat.
PROPAC INFOS @PROPACinfos 19u Cesarie Kantarama Rwanda @EAFFinfo session4 Dimensions de genre au sein de la chaine de valeur agricole #PAFOBRIEF pic.twitter.com/Ik5boEPa53 Geretweet door Niek Thijssen
4 december 13 om 8:00 's ochtends · Details Media rapporteren Gerapporteerd (meer informatie)
19
http://www.fao.org/sofa/gender/home/en/
48
Boeren tegen Armoede
In de komende jaren gaat Agriterra de uitdaging aan deze aanname met feiten te onderbouwen. Een goed voorbeeld wordt gegeven door de ‘Index Coöperatie Vrouwen’ van de Nationale Coöperatieve Raad. Deze werd gepubliceerd in april 2013 en liet zien dat “bij de 40 grootste agribusiness coöperaties van de ledenbesturen maar 5,7% vrouw is” (www.cooperatie.nl, 17 april 2013). Hoewel de NCR-code voor coöperatieve ondernemingen geen streefgetal kent, is iedereen het erover eens dat 5,7% een te laag percentage is. Bij de 28 coöperatieve klanten van het team bedrijven was het gemiddelde in 2013 aanzienlijk hoger: 17%. Zuid-Zuid uitwisselingen Het aandeel Zuid-Zuid-missies als percentage van alle adviseringsmissies is 38%. Dit is ruim boven de gestelde norm van 10%, maar het komt wel neer op een daling met tien percentpunten ten opzichte van 2012. Voor meer details zie III.3 (Werkbezoeken).
Extra doelstellingen Naast de doelstellingen die Agriterra zelf heeft geformuleerd, en die we hierboven bespraken, heeft de subsidiegever nog een aantal punten naar voren gebracht waaraan aandacht moet worden besteed in de loop van het programma. We geven de stand van zaken kort weer voor deze punten. Ecologische duurzaamheid Het klimaatproject (nummer 5741 op www.agro-info.net) werd voortgezet. Het innovatiemodel, ontwikkeld door LTO-Noord samen met de WUR bij boeren in NoordNederland, staat hierbij centraal. Het model helpt boeren om beter voorbereid te zijn voor klimaatveranderingen en is ingezet bij 2 boerenorganisaties in Azië (CFAP in Cambodja) en Afrika (UNFFE in Oeganda). Beide organisaties hebben een voorstel gedaan over hoe ze dit model willen gebruiken om hun leden beter voor te bereiden voor klimaatveranderingen in hun omgeving. In Cambodja is dit gericht op beter benutting van regenwater voor irrigatiedoeleinden door vijvers aan te leggen. In Oeganda wil men betere contourlandbouw bedrijven met integratie van bomen en gewassen waardoor de waterhuishouding in de landbouw verbetert. De begeleiding vanuit LTO-Noord, door Peter Prins, vindt plaats zowel op afstand als door regelmatige werkbezoeken aan Oeganda en Cambodja. Lokale onderzoeksinstellingen en universiteiten zijn erbij betrokken zodat de resultaten ook verder kunnen worden gedeeld in de toekomst. In 2014 zal dit klimaatproject worden afgerond. Voedselzekerheid Alles waar Agriterra met haar klanten aan werkt heeft direct of indirect met voedselzekerheid te maken: armoedebestrijding is immers bijdragen aan voedselzekerheid. Daarmee kan dit hele verslag beschouwd worden als een rapportage over dit onderwerp. Maar er is ook specifieke inzet op dit terrein. Op Wereldvoedseldag hebben Agriterra, LTO Nederland, Vrouwen van NU, NAJK en de Nederlandse land- en tuinbouwcoöperaties (NCR) het startsein voor de ‘Coalitie voor voedselzekerheid’ gegeven op het Plein bij de Tweede Kamer in Den Haag. Van de wereldbevolking van 7 miljard lijden ongeveer 850 miljoen mensen dagelijks honger. “Daar móet wat aan gedaan worden, we mogen daar nooit in berusten”, zei Albert Jan Maat, voorzitter van LTO Nederland en van Agriterra. De aan de Coalitie verbonden partijen maken zich daarom sterk voor voedselzekerheid voor iedereen in 2030. Maar dan moet de boerenbevolking zich wel verenigen in organisaties om meer grip te krijgen op de productie en de afzet van hun producten. De leden van de coalitie volgen hierbij de ‘Agriterra/methode’ van versterking.
Resultaten
49
Binnen de Coalitie moet de boodschap nog wel sterker via de dragende organisaties verspreid worden. Ook bedrijven die niet tot de achterban behoren zouden trouwens kunnen toetreden en met Agriterra kunnen werken. De Coalitie overweegt deze stap te zetten, zolang maar duidelijk blijft dat het geen dragende organisaties zijn. 60% van de interventies vindt plaats in focuslanden Agriterra wil de richtlijn van DGIS volgen voor 60% uitgaven in de 15 focuslanden en 90% in de landen van het Private Sector Investeringsprogramma (PSI) 20. Van de 12,4 miljoen euro die werd uitgegeven in 2013 is een bedrag van 4,3 miljoen in de focuslanden besteed. Dit komt neer op een percentage van 35% en betekent een stijging ten opzichte van 2012 (30%). Agriterra was net als in 2012 in 11 van de 15 focuslanden actief. Alleen in Afghanistan, Palestina, Jemen en Mozambique ziet Agriterra óf geen mogelijkheden óf de situatie is daar dusdanig dat er vanuit veiligheidsoverwegingen en gezien het economische en politieke klimaat geen samenwerkingsverbanden geëxploreerd worden. De uitgaven in de PSI-landen vertonen ook een stijging ten opzichte van 2012. Terwijl er toen nog 62% besteed werd, was dat 80% in 2013. Alle drie de teams hebben daar een opmars gemaakt. Het team boergenoteerde bedrijven werkt zelfs bijna uitsluitend in de PSI-landen (95%). Een overzicht: Tabel 15: Percentages uitgaven in Focus en PSI landen, per team Totaal
Focus – 60%
%
PSI – 90%
%
Bedrijven
€ 2.660.361
€ 1.716.401
65%
€ 2.534.032
95%
Ondernemerschap
€ 6.631.548
€ 1.728.211
26%
€ 5.014.590
76%
Belangenbehartiging Totaal
€ 3.135.203
€ 896.881
29%
€ 2.408.479
77%
€ 12.427.112
€ 4.485.839
35%
€ 9.957.102
80%
Bron: agro-info.net Figuur 3: Verdeling van projectgeld over landen
Voor de volledigheid laten we ook nog de verdeling van de bestedingen binnen de groep van 11 Focuslanden zien:
20 Het aantal partnerlanden van de Nederlandse bilaterale ontwikkelingssamenwerking is 15 landen. De landenlijst van de private sector ontwikkeling (PSI) omvat 58 landen.
50
Boeren tegen Armoede
Tabel 16: Bestedingen in projecten in Focuslanden, per werkterrein, Land
Bedrijven
Bangladesh
Ondernemerschap
Belangenbehartiging
Totaal per land
35.372
32.848
68.220
Benin
285.446
169.067
454.513
Burundi
289.096
10.000
299.096
Ethiopia
546.379
546.379
Ghana
80.081
80.081
Indonesia
228.862
275.089
5.390
509.341
Kenya
556.841
353.389
225.752
1.135.983
Mali
184.966
67.136
252.102
Rwanda
110.213
29.728
139.941
276.879
833.620 4.341.493
Sudan Uganda
22.217
22.217
384.319
172.422
totaal Focus
1.716.401
1.728.211
896.881
Totaal PSI
2.534.032
5.014.590
2.408.479
9.957.102
totaal alle landen
2.660.361
6.631.548
3.135.203
12.427.112
% besteding in Focus-landen % besteding in PSI-landen
65%
26%
29%
35%
95%
76%
77%
80%
Bron: Exact
Garantiefaciliteit (non-grant funding) In 2012 heeft DGIS/DDE goedkeuring verleend aan Agriterra’s voornemen om via een garantiefaciliteit ook leningen uit te zetten. De aanloop vergde tijd, maar voor 2013 stond het bovenaan de lijst. In ons jaarplan schreven we dat Agriterra alvast 2,5 miljoen Euro zou uitzetten als renteloze achtergestelde lening bij Triodosbank voor financiering van boergenoteerde bedrijven in Triodos’ portefeuille. Ook wilden we aan Oikocredit een garantie afgeven voor financiering aan soortgelijke klanten, in het bijzonder voor lange-termijn leningen en voor lokale markten. De 2,5 miljoen voor Triodos zijn inderdaad beschikbaar gesteld voor het ‘Sustainable trade development fund’, zij het met nog niet geheel overtuigende resultaten (zie Hoofdstuk II.1). Dit had een opstapje naar een nieuw fonds moeten zijn, waarin Agriterra dan ook met een nog hoger bedrag, ook in 2013, zou deelnemen. Maar deze overgang is vertraagd. Het nieuwe fonds zou naast handelsfinanciering voor export ook lange termijn lening moet afgeven voor investeringen en niet alleen voor export maar ook voor coöperaties die leveren aan de binnenlandse markt. De juridische constructie leek echter te duur te worden en de zoektocht naar andere wegen kost tijd. Daarnaast leverde het goede contact dat Agriterra met IFC en Wereldbank had gelegd om een bodem in het fonds te leggen (dat verder vooral particuliere investeerders moet aantrekken) nog niks op. Triodos en de Wereldbank moeten wat dit betreft nog op één lijn komen. We verwaxchten nu de lancering in 2014 mee te maken. Voor 2014 betekent dit verder dat we doorgaan met Triodosbank in de begeleiding van coöperaties met technische assistentie en dat we onze inleg in het Trade-fonds nauwgezet zullen volgen. Wat betreft Oikocredit is het voornemen nog niet gerealiseerd omdat uiteindelijk de landen waarvoor Oikocredit nog geen garantie-dekking had, niet interessant waren voor Agriterra, terwijl zij andersom voor de landen die wel voor Agriterra van belang waren via andere wegen die dekking had verkregen.
Resultaten
51
III Activiteiten De resultaten uit het vorige hoofdstuk zijn tot stand gekomen dankzij onze activiteiten. En die kregen weer gestalte dankzij specifieke keuzes: met welke organisaties werken we? In wat voor projecten kunnen we hen ondersteunen? Wat voor werkbezoeken zijn nodig om de doelstellingen te bereiken? In dit hoofdstuk laten we zien hoe die keuzes uitpakten.
1 Organisaties In bijlage 3 vindt u (gegroepeerd per team) een lijst met álle Agriterra-klanten op 24 maart 2013 (in agro-info.net). Onderstaand een samenvatting: Tabel 17: Organisatie naar rechtsvorm per team, 2013 Rechtsvorm
Belangenbehartiging 15
Vereniging (Con)federatie
2
Coöperatie
2
5 36
Unie van coöperaties Privé onderneming
Ondernemerschap
Bedrijven
1
Totaal
30
50
1
3
10
48
9
9
7
8
Overig
1
2
Totaal
20
60
3 41
121
Bron: agro-info.net, maart 2014
In vergelijking met 2012 zijn er per saldo 10 klanten minder: de boergenoteerde bedrijven zijn toegenomen, maar daartegenover stond een dubbel zo grote afname van klanten die tot de belangenbehartigings-portefeuille behoorden. Overigens is het aantal klanten ook nog steeds hoger dan oorspronkelijk (bij aanvang van het programma) voorzien: 121 om 100. Dit verschil is kleiner dan een jaar geleden. De trend blijft dezelfde en wordt zelfs versterkt: de coöperaties zitten overwegend bij het team bedrijven, de verenigingen en federaties veel vaker bij de andere twee teams. Dat is conform het profiel van elk team. En over hoeveel mensen hebben we het nu eigenlijk als we de leden van al die organisaties optellen? Dan komen we, voor zover het organisaties betrof waarmee in 2013 ook daadwerkelijk een project of advisering is uitgevoerd, op de volgende getallen: Tabel 18: Klanten en leden, 2013 Klanten van Agriterra Klanten Agriterra met project: Waarvan nieuwe klanten: Leden alle klanten Agriterra (streefcijfer 2014: 9 miljoen)
Planning 2013
Realisatie 2013
Percentage
122
113
93%
23
23
100%
7.000.000
7.245.688
118%
Bron: teamplannen en agro-info.net
De afwijking ten opzichte van tabel 10 wordt veroorzaakt doordat in die laatste niet alle klanten zijn meegenomen, maar slechts de groep die ook in bijlage 6 voorkomt. Deze groep bestaat uit de organisaties die inde periode 2007-2010 aan de profiling meededen.
Activiteiten
53
2 Projecten In 2013 waren er, uitgezonderd ‘institutionele projecten’ (prospectie etc.) 153 projecten in uitvoering. In dat cijfer zijn ook de projecten die via Trias zijn uitbesteed meegenomen. De verdeling over teams en continenten (de volledige lijst staat in bijlage 2): Tabel 19: Projecten per regio en team (inclusief Trias) Afrika
Azië
(Oost-) Europa
Latijns Amerika
Totaal
Boergenoteerde bedrijven
32
8
0
11
51
Lokaal ondernemerschap
24
18
0
13
55
Belangenbehartiging
23 79
6 32
9 9
9 33
153
Team
Totaal
47
Bron: agro-info.net, 18 mei 2014. De lijst van projecten per team staat in Bijlage 2
In Oost-Europa wordt overheersend aan het versterken van de belangenbehartiging gewerkt. Voor het overige zijn er geen saillante verschillen wat betreft de drie werkterreinen. Zouden we uit bovenstaande tabel de 18 projecten wegdenken die door Trias worden uitgevoerd met Agriterra-fondsen21, dan zou het plaatje er als volgt uitzien: Tabel 20: Projecten per regio en team (exclusief Trias) Afrika
Azië
(Oost-) Europa
Latijns Amerika
Totaal
Boergenoteerde bedrijven
32
8
0
11
51
Lokaal ondernemerschap
22
17
0
7
46
Belangenbehartiging
19 73
6 31
9 9
4 22
135
Team
Totaal
38
Bron: agro-info.net, 18 mei 2014
Met Trias erbij is het aandeel projecten in Latijns Amerika beduidend hoger.
3 Werkbezoeken Voorbeeld van een Farmer2Farmer-missie: Marten Dijkstra en vier anderen naar Indonesië. Het verslag op internet: (http://www.agro-info.net/?menu=missions&view=mission&mission_id=25929#) The objective of the mission was to improve milk quality and to increase the milk production on the dairy farms. Our emphasis was on the quick-wins: improvements that have effect on a short term and are within the reach of local farmers. Regarding feed, in general there is a shortage of roughage, but more important a shortage of knowledge about the importance of roughage in the feed ration.
21
Zie voor een nadere toelichting Hoofdstuk V (Financieel Verslag) in het verslag van 2012.
54
Boeren tegen Armoede
Because of the shortage of roughage it is important to give priority to increase the milk production per cow and not to increase the number of cows on a farm. Our advice is to look for more roughage (renting land, buying grass, maize stalks or rice straw). And to give the cows concentrates according to their milk production. In this way the farmers can increase the milk production and also reduce feed related problems like ketosis, laminitis and acidosis. Such an improved feed ration can help to prevent hoof problems and to get a shorter calving interval, hence a higher milk production and more calves. Almost all the cows are milked by hand. We demonstrated a better milking technique (full hand milking). A lot of attention was paid to emphasize 'clean and dry'. With a clean and dry floor the hygiene can improve resulting in a lower TPC and less mastitis. So the milk quality can be improved considerably. To get a dryer and cleaner stable we emphasized the importance of stable renovation according to the example in some demo farms. There is a lack of attention for hoof care, only the cooperative KPSBU delivers hoof care services. A lot of the manure is not stored and used in a proper way resulting in spoiling minerals and harming the natural environment. It is a challenge to make the farmers aware of it and to look for practical solutions how the manure can be transported to the fields. Information, knowledge and suggested improvement points by the Dutch dairy farmers are accepted by the Indonesian dairy farmers more easily as they realize that the Dutch farmers face similar challenges. Indonesian farmers showed keenness to learn and to improve their businesses. Therefore the visit of the Dutch dairy farmers was a good boost.
In 2013 zijn 399 adviseurs op werkbezoek geweest in opdracht van Agriterra. Voor zover dit vanuit de drie werkterreinen gebeurde (waarbij het aantal afneemt tot 375), bespreken we hieronder een paar ontwikkelingen. Daaruit blijkt dat er vooral bij het werk met boergenoteerde bedrijven (coöperaties e.d.) meer werkbezoeken worden georganiseerd dan gepland: zowel over de gehele linie als met betrekking tot de subgroep van peer-to-peer-deskundigen (adviseurs vanuit de georganiseerde landbouw). Tabel 21: Alle adviseringsreizen (excl. de stafafdelingen), 2013 Team- plan
Realisatie
Realisatie tov plan
155
208
134%
Ondernemerschap
144
116
81%
Belangenbehartiging
105
51
49%
Totaal
404
375
93%
Bedrijven
Net zoals vorig jaar zijn deze aantallen overigens veel hoger dan wat Agriterra voor ogen had toen het FFP-programmadocument geschreven werd. Daar staan de oorspronkelijke gegevens over het aantal geplande missies. Uit de tabel hieronder blijkt, dat de realisatie van het totale aantal deelnemers aan werkbezoeken door de teams ruim daarboven zit.
Activiteiten
55
Tabel 22: Missies vergelijking FFP-plan (2010) met realisatie, 2013 Oorspronkelijk plan voor
Realisatie 2013
2013 Peer-to-peer
73
153
Agriterra-medewerkers
89
95
Consultants
48
151
220
399
Totaal
Bron: FFP document & agro-info.net
De 375 werkbezoeken in tabel 21 betekenen overigens een afname in absolute zin. In 2012 waren het er nog 386. En ook binnen de subgroep van peer-to-peerdeskundigen zien we een afname: werden er in 2012 nog 171 ingezet, in 2013 waren dat er 150. Tabel 23: Peer-to-peer adviseringsreizen per team, 2013 Team-plan
Realisatie
Realisatie tov plan
Bedrijven
86
81
94%
Ondernemerschap
89
47
53%
Belangenbehartiging
45
22
49%
220
150
68%
Totaal
Een en ander betekent ook dat het aandeel van peer-to-peer-adviseurs in het geheel niet toeneemt (zoals we wenselijk achten) maar zelfs licht afgenomen is. Figuur 4: Deelnemers aan werkbezoeken vanuit dragende organisaties
De meeste adviseringsmissies van peer-to-peer-deskundigen kwamen uit Nederland: 97. De achterbanorganisaties van Agriterra die hier vooral aan bijdroegen waren Flynth, FrieslandCampina en ZLTO. Tabel 24: Aantal ingezette Agripoolers per achterbanorganisatie, 2013
Organisatie 3VO ABAB ABN AMRO Team Oost Nederland
56
Ingezette Agripoolers 1 2 1
Boeren tegen Armoede
Organisatie
Ingezette Agripoolers
Agrifirm AVEBE COSUN CSV COVAS CZAV Flynth FrieslandCampina Hendrix LLTB LTO Noord MIAN NAJK Nautilus NBV Plantion Rabobank Assen en Noord-Drenthe Rabobank De Kempen-West Rusthoeve, Agrarisch Innovatie&Kenniscentrum Vitelia ZijActief Utrecht ZLTO
2 1 3 1 4 15 24 1 1 7 1 6 3 1 1 2 1 1 1 1 16
Totaal
97
Bron: analyse missies, februari 2013
Omdat er geen peer-to-peer-missies plaatsvonden vanuit andere ontwikkelde landen, zijn de andere peer-to-peer-werkbezoeken per definitie Zuid-Zuid. Dat zijn er dus 53, waarbij opvalt dat het percentage afneemt in vergelijking met vorige jaren. Tabel 25: Zuid-zuid uitwisseling ten opzichte van het totaal AgriPool Peer-to-peer-tickets Zuid-zuid tickets Zuid-zuid-aandeel tov totaal
Totaal aantal deelnemers 2011
Totaal aantal deelnemers 2012
Totaal aantal deelnemers 2013
107
182
150
49
88
53
46%
48%
35%
Bron: www.agro-info.net
Conclusie: er zijn drie trends gaande waar we onze zorgen bij hebben. Het totale aantal aan deskundigen die missies uitvoeren daalt; het aandeel peer-to-peerdeskundigen binnen dat totaal neemt ook af (en blijft ook achter bij de jaarplanning); en het aandeel Zuid-Zuid-werkbezoeken dáárbinnen wordt ook snel lager. De in 2014 in gang gezette professionalisering van de Agripool moet deze trends keren.
4 Partners AgriCord Zoals bekend vormen een tiental agrarische ontwikkelingsorganisaties samen de alliantie van agri-agencies AgriCord (www.agricord.org). Een van de vicevoorzitters is de directeur van Agriterra.
Activiteiten
57
Leden van AgriCords Raad van Advies • • • • • • •
AFA : Asian Farmers Association – Esther PENUNIA EAFF : East African Farmers Federation – Stephen MUCHIRI PROPAC : Plateforme des organisations paysannes d’Afrique Centrale – president, Gustave EWOLE ROPPA : Réseau des organisations paysannes et de producteurs de l’Afrique de l’Ouest – Ousseini OUEDRAOGO SACAU : Southern African Confed. of Agricultural Unions – Ishmail SUNGA UMAGRI : Union Maghrébine des Agriculteurs – Fatma BEN REJEB UNICAFES : União das Cooperativas da Agricultura Familiar e Economia Solidária – Genes DA FONSECA ROSA
Uiteraard heeft zo’n platform altijd als doel om de complementariteit te vergroten, anders gezegd: de overlap te verkleinen. Een bijdrage daaraan zal (moeten) worden geleverd door de uitvoering van het gezamenlijk 1-4-All-programma dat AgriCord namens de leden heeft voorgelegd aan DGIS. Het programma is goedgekeurd en heeft een looptijd van vier jaar (tot medio 2017). Prioriteit zal worden gegeven aan activiteiten die het niveau van één agri-agency overstijgen: dus zowel met projecten ter versterking van het netwerk als zodanig als door middel van gezamenlijke ondersteuning aan klantorganisaties. De projecten die uitvoeringen krijgen via dit programma zijn eenvoudig te vinden op www.agro-info.net door te zoeken op backdonorcontract ‘DGIS-AgriCord-14All’. IFAD Bovenvermelde uitgangspunten zijn ook gedeeld met, en geaccepteerd door, een belangrijke partner van AgriCord: het International Fund for Agricultural Development (IFAD) in Rome. Samen met andere agri-agencies geeft Agriterra uitvoering aan enkele programma’s die mede door IFAD zijn mogelijk gemaakt. Vermeldenswaard is met name het driejarenprogramma (2011-2013) “Strengthening capacities of Farmers’ Organisations in relation with IFAD country programs”. In dit kader zijn vijf projecten van Agriterra in Oost-Europa mede mogelijk gemaakt, alle onder verantwoordelijkheid van het team belangenbehartiging: twee in Moldavië met de NFFM, twee in BosniëHerzegowina met unies van bijenhouders en één in Armenië. Sommige van deze projecten en hun resultaten zijn besproken in Hoofdstuk II. Andere partners De relaties met andere samenwerkingspartners (Agri-ProFocus, LANDac, FrieslandCampina) worden beschreven op diverse plekken in Hoofdstuk II. Een uitzondering maken we, opnieuw, voor SNV, waarover onder andere te melden valt dat de gezamenlijk inzet bij de voorbereiding van het programma ‘Cooperatives for Change’ (kortweg: C4C) geleid heeft tot een toezegging van 3,5 miljoen dollar door de Gates Foundation. In dit programma wordt gestreefd naar verbetering van de marktpositie van 12 coöperatieve unies in sectoren als gerst, tarwe en oliezaden in Ethiopië. Het is de bedoeling 42.000 boeren te bereiken. Een en ander zal gevolgd worden via een evaluatie die op drie momenten een vergelijkende meting verricht: enerzijds onder coöperaties en boeren die deelnemen aan het programma, anderzijds onder diegenen die buiten het project vallen (de controlegroep). Het project is te vinden op www.agro-info.net (projectnummer 5963), en de resultaten van de ‘baseline’-studie staan in Hoofdstuk II.4.
58
Boeren tegen Armoede
IV Agriterra 1 Interne ontwikkelingen Het bestuur van Agriterra bestaat uit zeven leden en staat onder voorzitterschap van Albert Jan Maat, tevens voorzitter van LTO Nederland. Agriterra heeft 47 medewerkers (verdeeld over 41,24 f.t.e.) die onder leiding van directeur Kees Blokland staan. Zie bijlage 8 voor de namen van bestuursleden, medewerkers en adviesgroepleden. In 2013 waren er 22 vrijwilligers actief. Tabel 26: Financiële kengetallen van Agriterra, 2012 - 2013
Agriterra in Euro’s 2013 Balanstotaal Eigen vermogen Inkomsten Uitgaven Resultaat (toegevoegd aan reserves)
2012
€ 4.552.069 € 1.818.202 € 16.151.362 € 16.072.532
€ 2.992.398(1) € 1.657.157 € 13.631.978 € 13.272.472
€ 78.829
€ 359.506
Bron: Financieel verslag (jaarrekening) Agriterra (stafafdeling financiële administratie) (1) Dit balanstotaal wijkt af van het activiteitenverslag van 2012; op gezag van de externe accountant is het eindbedrag ca. EUR 150.000 hoger geworden.
Agriterra heeft het ISO 9001:2008-kwaliteitscertificaat. In 2013 werd een vervolg gegeven aan het zogeheten ‘gedragsveranderingstraject’. Doel hiervan is dat medewerkers, en in het bijzonder degenen met externe (klant-) contacten, een verdere professionalisering van hun aanpak realiseren, met aandacht voor klantgerichtheid en (eigen) initiatief. Het traject is in de loop van het jaar omgedoopt tot ‘persoonlijke en organisatie-ontwikkeling’ maar de inhoud bleef dezelfde: zorgen dat medewerkers (nog) beter worden in hun werk én in hun communicatie/presentatie dienaangaande. Een goede manier om dit te meten is het aandeel nieuwsberichten op internet (www.agro-info.net) van de relatiebeheerders, dus de mensen die direct werken met de organisaties in het Zuiden. We schreven vorig jaar al dat de relatiebeheerders daar veel zichtbaarder zijn geworden, en met betrokkenheid en (gepaste) trots nieuws brengen over de onderwerpen waar ze aan werken. Was in 2011 slechts 7% van de berichten op internet van hen afkomstig, in 2012 is dat aandeel gestegen tot maar liefst 45%. En in 2013 werd daar nog een schepje bovenop gedaan en steeg dat aandeel tot boven de helft: Tabel 27: Nieuwsberichten op agro-info.net, 2013 Team
Agriterra-nieuws
Overig
Totaal
bedrijven
12
1
13
17,6%
ondernemerschap
12
5
17
23,0%
5
4
9
12,2%
subtotaal
29
10
39
52,7%
Stafafdeling O&K
25
10
35
47,3%
Eindtotaal
54
20
74
belangenbehartiging
Agriterra
%
100%
59
2 Kwaliteit: meten is weten Agriterra’s kwaliteitsbeleid volgt dezelfde insteek als die we in ons werk hanteren: ‘willen weten hoe we ervoor staan’. Oftewel, beleid kunnen en willen maken op basis van feiten. Wat betreft onze procesnormen betekent dit dat we op een aantal terreinen periodieke metingen uitvoeren. De klanttevredenheid staat centraal binnen het kwaliteitskeurmerk dat Agriterra voert (ISO 9001:2008). Om die tevredenheid te meten voeren we onderzoeken uit onder onze klanten en personen die voor ons op werkbezoek gaan. De feedback uit deze onderzoeken wordt nauwkeurig bekeken, indien nodig teruggekoppeld aan de betrokkenen en mogelijke klachten of verbeterpunten worden opgepakt door de kwaliteitsmanager van Agriterra. Daarnaast zijn het periodieke onderzoek onder de medewerkers (eind 2014 is de volgende editie) en het zogenaamde ‘draagvlakonderzoek’ (2015) instrumenten waarmee we de vinger aan de pols houden van, respectievelijk, de tevredenheid onder het personeel en de naamsbekendheid en waardering onder de achterban. Deze onderwerpen zijn sinds de reorganisatie belegd bij de stafafdeling Ondersteuning en Kwaliteit. Tevredenheid met betrekking tot projecten In 2013 zijn 79 klanten waarvan het projectvoorstel gehonoreerd is, benaderd met een vragenlijst. Hiervan heeft slechts 56% (44 klanten) een ingevulde vragenlijst teruggestuurd. In 2012 was dit nog 70% en er is dus een sterke daling in de respons. In 2014 zullen klanten extra gestimuleerd worden om mee te doen aan de onderzoeken. De gemiddelde tevredenheidsscore is 89% en is ten opzichte van 2012 iets gedaald (92%). Men is over het algemeen heel positief over de kwaliteit van de feedback en de advisering op basis van het projectvoorstel. Wel zou er sneller gereageerd kunnen worden door Agriterra. Evenals in voorgaande jaren blijkt de bekendheid met het managementinformatiesysteem Agro-info.net laag. Dit heeft er ook mee te maken dat er een heel aantal nieuwe klanten in het klantportfolio opgenomen zijn. Daarnaast is niet iedereen even enthousiast over het systeem in het algemeen en de informatie die daarop te vinden is. De onbekendheid leidt er toe dat maar weinig klanten actief gebruik maken van de informatie die Agro-info.net biedt: een uitdaging die we in 2014 proberen het hoofd te bieden door een gehele ‘revamping’ van het projectvolgsysteem. Een van de onderdelen in de vragenlijst is een beoordeling op kwaliteiten die voor Agriterra erg belangrijk zijn. Gekeken is hoe vaak bij vijf kwaliteiten het hoogste cijfer (van 1 tot 5) is toegekend door de respondenten. Conclusie: de zorgvuldigheid behoeft duidelijk extra aandacht. Zeer Zeer Zeer Zeer Zeer
professioneel coöperatief zorgvuldig vriendelijk gecommitteerd
: : : : :
71% 68% 46% 71% 65%
Tevredenheid met werkbezoeken Het onderzoek rond de tevredenheid over de werkbezoeken is tweeledig: het richt zich op degenen die op bezoek gaan en op de tevredenheid van de klanten over de geboden diensten. Om met die laatsten te beginnen: in 2013 stuurden we de klanten 168 vragenlijsten. 94 van hen hebben hieraan gehoor gegeven, wat neerkomt op een respons van 56%. Dit is een stuk lager dan in 2012 (70%). Het wordt dit jaar opnieuw goed onder de aandacht gebracht van de klanten om in 2014 weer een grotere participatie te bewerkstellen. De gemiddelde tevredenheidsscore die de klanten aan de adviesdiensten geven is hoog: 81% (ook al is dit een daling ten opzichte van 2012, toen het 89% was).
60
Boeren tegen Armoede
Punten waarop verbetering mogelijk is: • De expertise van de deskundigen en hun sociaal en culturele gedrag passend in de context; • De relevantie van de aanbevelingen voor de problematieken van de klant; • De persoonlijke evaluatie; • De tijd waarbinnen men het verslag van het werkbezoek ontvangt. Verder zijn 162 deskundigen aangeschreven voor deelname aan het tevredenheidsonderzoek. Hiervan heeft 117 gereageerd (een respons van 72%). De gemiddelde tevredenheidsscore is 82%. Over het algemeen vinden de deskundigen dat de rapportagerichtlijnen en het contract duidelijker zouden kunnen zijn. Ook vinden ze dat er meer tijd nodig is voor de uitvoering van het programma tijdens het bezoek en dat er sneller gereageerd zou kunnen worden door relatiebeheerders bij de afhandeling van de missie.
3 Publiciteit en communicatie Steuntje in de rug Haar naam is Amal Ze is een vrouw van ergens in de veertig en woont in een dorp in Jordanië. Na haar scheiding is ze verhuisd en, samen met haar dochter, ingetrokken bij haar zus. Haar zwager speelt de baas over haar, zonder zijn toestemming mag ze nergens heen. En van haar ex heeft ze alleen maar last. Hij komt te pas en te onpas langs, geeft overal commentaar op, maar trekt nooit zijn portemonnee. Om in haar onderhoud en dat van haar dochter te voorzien, maakt ze thuis olijfolie en zeep. Ze zou haar producten graag in de stad verkopen, want haar dorpsgenoten nemen ze maar mondjesmaat af. Hoe ze dat voor elkaar moet krijgen? Ze heeft nog geen idee, maar ze is sinds kort lid van een organisatie die zich inzet voor vrouwen zoals zij. En Amal hoopt dat dit lidmaatschap haar uiteindelijk meer kansen en een betere toekomst zal opleveren. Mijn naam is Christien Ik ben een vrouw van ergens in de veertig en woon in een dorp in Gelderland. Na mijn scheiding heb ik een ander huis gekocht, waarin ik sindsdien samen met mijn dochter woon. Met mijn ex heb ik een goede verstandhouding. Hij valt me nooit lastig en komt zijn financiële verplichtingen keurig na. Om in mijn onderhoud en dat van mijn dochter te voorzien, ben ik vier jaar geleden gestart met TekstFontein. Mijn opdrachtgevers en cursisten komen uit alle windstreken. Hoe ik dat voor elkaar gekregen heb? Door de kansen die mij telkens weer geboden werden (en overigens nog steeds worden) met beide handen aan te nemen. Niet lang nadat ik was gestart als ondernemer, kwam ik in contact met Agriterra in Arnhem. Ik ben onder de indruk van wat men daar doet en wil graag iets meer doen dan af en toe een vertaling leveren. ‘Ken jij een project dat zich richt op vrouwelijke ondernemers?’ vroeg ik Anne Kluivers van Agriterra. ‘Jazeker,’ antwoordde ze, ‘we werken samen met de Specific Union for Farmer Women in Jordanië. Deze organisatie richt zich op economische versterking van boerinnen en hun dochters. Ook lobbyt de Specific Union om de positie van vrouwen te verbeteren.” Met ingang van 1 september 2013 ondersteunt TekstFontein de Specific Union for Farmer Women en geeft daarmee vrouwen als Amal een steuntje in de rug. Hoe? Door van elk verkocht exemplaar van ‘De koorddanser & andere verhalen’ (boek en e-boek) en van elke verkochte cursus 10% te doneren aan de Specific Union. http://tekstfontein.com/2013/08/30/steuntje-in-de-rug/, 30 augustus 2013 Agriterra
61
Agriterra is trots op haar werk en de resultaten die daarmee geboekt worden. Het eerder aangehaalde professionaliseringstraject houdt in dat de communicatie over die resultaten voor een groot deel ‘vanzelf’ dient te verlopen: het behoort tot het normale takenpakket van de medewerkers om intern en extern actief te communiceren over wat ze doen en bereiken. We zagen al dat er relatief steeds meer nieuwsberichten op agro-info.net ‘uit de lijn’ afkomstig zijn; en ook zijn de meeste relatiebeheerders inmiddels fervente twitteraars. Ook op ’corporate niveau’ wordt een actieve twitteraccount beheerd (@Agriterra heeft ruim 2000 volgers) en zorgen de communicatiespecialisten bij Agriterra dat de website up-to-date en informatief blijft. Ook het traject met de Internationale Federatie van Landbouwjournalisten (IFAJ, zie hieronder) moet in deze context gezien worden. Een en ander draagt er aan bij dat men ons weet te vinden voor berichtgeving over landbouw en ontwikkelingssamenwerking. Dat geldt voor de pers en andere openbare media: bijlage 11 is een overzicht van alle vermeldingen van Agriterra daarin. Bijna nog interessanter zijn de initiatieven die genomen worden door mensen, vaak in de agrarische achterban, die zich aangesproken voelen door ons werk en spontaan een artikel op hun eigen blog zetten of Agriterra kiezen als bestemming voor een fondswervingsactie. Zie de kaders hierboven en hieronder. Cow Valley steunt Agriterra’s werk in Niger SCHERPENZEEL - Zo'n vierhonderd bezoekers bezochten vrijdag de ”bijzonder succesvolle" editie van CowValley in de vernieuwde manege van De Willaerruiters. Grote winnaar van het evenement was de familie Van de Wind uit Woudenberg. De familie sleepte liefst drie prijzen in de wacht. (…) De prijzen werden uitgereikt door burgemeester Hans Colijn van Scherpenzeel, die zichtbaar genoot van de entourage. De verloting van een geldprijs werd gewonnen door Erik van Valkengoed, melkveehouder uit Leusden. De netto opbrengst voor Agriterra voor de graanbanken in Niger was ruim 1000 euro. De Woudenberger, 2-9-2013 http://dewoudenberger.nl/scripts/edoris/edoris.dll?tem=LN_TEXT_VIEW&doc_id=2537901& pageid=35701&utm_source=twitterfeed&utm_medium=twitter
Landbouwjournalistiek: Burkina Faso meets Canada Hoewel de driejarige samenwerking met de Internationale Federatie van Landbouwjournalisten (IFAJ), die gestalte kreeg in project 5567 (zie www.agroinfo.net) nog geëvalueerd moet worden (met als kernvraag: “hoe sluit een en ander aan op de voornaamste doelstellingen van Farmers Fighting Poverty?”), zijn de bevindingen van beide kanten toch zo positief dat er inmiddels een paar belangrijke stappen zijn gezet op weg naar intensieve(re) samenwerking. Zo is projectleider José van Gelder lid geworden van het IFAJ-bestuur en is het ‘global management’ van de IFAJ ondergebracht bij Agriterra. Zie verder www.ifaj.org. Ook in 2013 heeft de jaarlijkse ‘Master Class’ voor landbouwjournalisten uit ontwikkelingslanden plaatsgevonden (ditmaal in Buenos Aires) en hebben IFAJ en Agriterra een ‘exposure-for-development’ (E4D)-tour voor Westerse landbouwjournalisten georganiseerd. De bestemming was Oeganda, en de resultaten vindt u op http://www.ifaj.org/professional-development/media-tour-2013/articles-e4-d-media-tour-2013.html Beide activiteiten leiden tot een omvangrijke en constante productie van artikelen van de deelnemers in eigen media en op de website (het voornaamste nagestreefde resultaat). Een voorbeeld volgt hieronder, en past naadloos in de waargenomen trend dat de landbouw steeds meer van zich laten horen, via verschillende (sociale) media,
62
Boeren tegen Armoede
én in het streven van de IFAJ om landbouwjournalisten uit ontwikkelde en ontwikkelingslanden met elkaar te laten samenwerken. Making agriculture "cool" again Journalists form guild to help improve agriculture in Burkina Faso By Samantha Beattie, Canada Thursday, 01. August 2013 (www.ifaj.org) (…) Burkinabé journalist Inoussa Maiga is setting out to improve Burkina Faso’s agricultural communications. He initiated the formation of a guild, called the Burkinabé Association of Agricultural Journalists and Communicators (ABJCA), which was made official on May 18, 2013. He currently holds the position of General Secretary. “ABJCA promotes an open exchange of ideas among agriculturalists, communicators and journalists that will help us to improve our knowledge of local and national issues,” says Maiga. Maiga was introduced to the idea of forming a guild at the International Federation of Agricultural Journalists 2012 IFAJ Congress’ Master Class workshop, in Sweden. (…) “Partaking in the congress was an incredible experience, however my African colleagues and I noticed that there were too few African guilds involved in the IFAJ,” says Maiga. “In the Master Class, we were encouraged to form our own guilds and become IFAJ members, so when I returned home I shared the idea with others and we created a constitution that fits within our local context.” (…) Maiga says it’s important for Burkina Faso’s agricultural sector to clarify what being a farmer means. Currently, he says, it’s socially demeaning to be called a farmer -- even farmers themselves do not consider farming to be a profession, but rather an occupation for those without “real” employment. Maiga says that changing this stigma is essential to gain more rights for farmers – such as access to finance, agricultural inputs, extension programs, markets and land security – to encourage young people to enter the industry and improve the overall sector. “We want to make agriculture ‘cool’ again,” says Maiga. The people at ABCJA. From left to right: Francine Kanzie, Basidou Kinda, Inoussa Maiga, Gaousou Nabaloum, Omar Ouedraogo, Nourou-Dhine Salouka and Inoussa Ouedraogo. (photo courtesy of Inoussa Maiga)
Agriterra
63
Europarlementariër prijst werkwijze Agriterra Albert Jan Maat, voorzitter LTO Nederland en Agriterra, Kees Blokland, directeur van Agriterra, en Peter de Regt (NAJK) ontvingen in mei Thijs Berman, lid van het Europarlement namens de PvdA. Zij vertelden trots over de unieke werkwijze van Agriterra: samen met Nederlandse agrarisch ondernemers, coöperaties en het agrarisch bedrijfsleven bouwen aan een economische vooruitgang van het platteland in Afrika, Azië en Latijns Amerika. Uiteraard was een 'meet and greet' met een agrariër onderdeel van het programma. Wilco Nieuwenhuis, melkveehouder in Velp en actief voor Agriterra, leidde de heer Berman rond op de boerderij die hij samen met zijn vader runt. Wilco gaf hem een kijkje in de keuken van zijn 130 stuks melkvee tellende bedrijf en vertelde ondertussen over zijn ervaringen en wat het voor hem betekent om zijn kennis in te zetten voor collega's wereldwijd.
Berman, sinds 2004 lid van het Europees Parlement, is zeer enthousiast over de aanpak van Agriterra en de verhalen van ervaringsdeskundige boeren als Peter de Regt en Wilco Nieuwenhuis. Voor Berman, lid van de commissie ontwikkelingssamenwerking van het Europees Parlement, was dit een zeer waardevol bezoek in het kader van voedselzekerheid en de link naar sterke maatschappelijke organisaties in ontwikkelingslanden. Bovenal zijn dit soort ervaringen belangrijk om argumenten en discussies in Europa te kunnen staven met voorbeelden uit de praktijk. Bron: http://www.agro-info.net/?menu=newsitems&view=newsitem&newsitem_id=58280
64
Boeren tegen Armoede
V Financieel verslag 1 Financiering De belangrijkste financier van Agriterra in de periode 2011-2014 is DGIS. Het totale budget over deze periode is ruim 50 miljoen, terwijl daarnaast ruim 10 miljoen uit andere financieringsbronnen wordt verwacht, fondsen dus die via Agriterra’s rekening lopen. Om, als derde component van de totale projectenfinanciering, de verwachte bijdrage van de klanten te bepalen hebben we ons gebaseerd op hun bijdrage gedurende de periode 2007-2010, uitkomend op een totaal (voor het hele programma) van bijna EUR 14 miljoen. We moeten beginnen met een erratum. De situatie tot en met 2012 ziet er als volgt uit: Tabel 28. Financiering gepland en gerealiseerd tot en met 2012
1 2
Inkomensbronnen Boeren tegen Armoede
Volgens plan FFP
Begroting
2011-2014 (€)
2011-2014
2012
Core programma financiering Bijdrage andere donoren
Subtotaal
Realisatie
Realisatie %
2012
2011 + 2012
50.398.000
12.576.000
12.103.836
96%
20.204.158
10.083.000
2.013.000
1.461.772
73%
3.027.500
€ 60.481.000
€ 14.589.000
€ 13.565.608
93%
€ 23.231.658
13.846.993
3.461.748
7.559.461
218%
13.630.036
€ 74.327.993
€ 18.050.748
€ 21.125.069
117%
€ 36.861.694
Klanten bijdragen 3
(= 70% van realisatie 20072010), incl. derden
Totaal
Bron: Financieel jaarverslag Agriterra 2012 en agro-info.net
Bovenstaande cijfers bevatten een correctie ten opzichte van wat er in het Activiteitenverslag 2012 stond De realiseerde bijdrage van andere donoren werd toen op ruim 970.000 Euro gesteld, maar in september bleek dat een majeure correctie hierop noodzakelijk was: het was bijna een half miljoen meer. Omdat ook de bijdrage over 2011 iets hoger uitviel zat Agriterra na twee jaar uiteindelijk op schema (1+2+3+4 = 10 miljoen) met iets meer dan drie miljoen Euro uit bijdragen van andere donoren. Hoe ging dit verder in 2013? Volgens het oorspronkelijke plan had Agriterra toen 3 miljoen aan bijdragen van andere donoren voorzien, maar uit het jaarplan bleek al dat de verwachtingen getemperd waren, en de realisatie was uiteindelijk iets meer dan 2 miljoen: Tabel 29: Bijdrage andere donoren
Andere donoren
IFAJ
toegezegde
gerealiseerde
gerealiseerde
bijdrage
bijdrage
bijdrage
2013
2013
2011+2012+2013
20.000
FrieslandCampina Passage
20.000
Overige baten bijdrage derden
16.809
52.112
96.848
96.848
19.940
19.940
12.500
12.500
PSO (2011-2012) Subtotaal
Financieel verslag
6.850 40.000
146.097
188.250
65
Andere donoren
toegezegde
gerealiseerde
gerealiseerde
bijdrage
bijdrage
bijdrage
2013
2013
2011+2012+2013
EU Food Facility (2011)
0
0
734.239
53.500
53.500
374.655
0
0
959.660
500.000
385.299
385.299
PSO (2011-2012)
0
0
297.931
IFAD (2011-2012)
0
0
236.839
535.450
464.187
464.187
SNV-Agriterra C4C 2013-2016
138.246
124.875
124.875
IFAD #1234
182.770
136.805
136.805
EU-TRIAS DCI-FOOD/2012/310-634
96.403
65.501
65.501
DGIS-14ALL
11.913
15.565
15.565
0
0
101.052
800.000
697.033
697.033
0
0
-
2.318.282
1.942.765
4.728.210
€ 2.358.282
€ 2.088.862
€ 4.916.460
22.879
146.764
€ 2.111.741
€ 5.063.224
79.399
155.436
€ 2.191.140
€ 5.218.640
EU Paysans européens (2011-2012) AgriCord (Formin) (2012) DGD – TRIAS (RD2011) DGD – TRIAS PF 2011-2013
IFAD – Agricord / EU Africa
EKN (Dutch Embassy in Uganda) DGD-AgriCord RD 2012 LANDac Subtotaal Totaal andere donoren Ander inkomen (rente projecten 2011 -2014) Totaal
€ 2.358.282
Deskundigen/giften (2013)
Bron: Financieel jaarverslag Agriterra 2013
Let wel: bovenstaande tabel houdt geen rekening met eventuele bijdragen van derden aan FERT- en AFDI-projecten (zie tabel 31). Daarmee komt de totale financiering van het programma tot en met 2013 er als volgt uit te zien: Tabel 30: Financiering Boeren tegen Armoede: plan en realisatie, 2011-2013 Inkomensbronnen Boeren tegen Armoede
Volgens plan FFP
Begroting
Realisatie
2011-2014 (€)
2011-2014
2013
2013
50.398.000
17.885.000
13.960.708
78%
10.083.000
2.005.000
2.191.140
109%
5.218.640
€ 60.481.000
€ 19.890.000
€ 16.151.848
81%
€ 39.587.506
13.846.993
3.461.748
10.417.236
301%
24.047.272
€74.327.993
€ 23.351.748
€ 26.569.084
114%
€ 63.634.778
Realisatie %
1 2
Core programma financiering Bijdrage andere donoren
Subtotaal
3
Klantenbijdragen (doel: 70% van realisatie 2007-2010), incl. derden
Totaal
2011 t/m 2013 34.368.866
Bron: Financieel jaarverslag Agriterra 2013 & agro-info.net
66
Boeren tegen Armoede
2 Uitgaven De totale kosten in 2013 bedroegen dus € 16.151.848 Deze bestaan voornamelijk uit kosten binnen de projecten met boerenorganisaties (de drie teams). Daarnaast zijn kosten gemaakt op interne projecten van de teams (scoping) en de stafafdeling ondersteuning en kwaliteit. Daarbij gaat het om monitoring, evaluatie en
EAFF @EAFFinfo Mar 6 @EAFFinfo What is missing from Africa's coverage in Agriculture? What opportunities exist for Media and EAFF to collaborate? View conversation Reply Retweet Favorite More communicatie, verbetering van agro-info.net, ondersteuning van de achterban met EU-financiering en organisatie van de masterclass met de International Federation of Agricultural Journalists (IFAJ). Tabel 31: Financiering gepland en gerealiseerd in 2013 Begroting, en aandeel daarin
Realisatie t.o.v. begroting
Aandeel in totale uitgaven
AgriPool
1.080.000
5%
879.432
81%
5%
Adv Agriterra
4.352.633
22%
4.213.914
97%
26%
3.424.814
17%
3.757.335
110%
23%
456.579
49%
3% 6%
- Uren -
Kosten
Adv derden Events Sub-totaal special services Lokale kosten Sub-totaal special services en lokale kosten algemene kosten vergoedingen Subtotaal Bijdrage non-grant Totaal
927.820
5%
1.011.118
5%
955.052
94%
590.000
3%
557.416
94%
3%
7.033.751
35%
6.605.814
94%
41%
9.116.451
46%
6.852.442
75%
42%
16.150.202
81%
13.458.256
83%
83%
239.798
1%
193.592
81%
1%
16.390.000
82%
13.651.848
83%
85%
3.500.000
18%
2.500.000
71%
15%
100% 16.151.848
81%
100%
19.890.000
Bron: Financiële administratie
‘Events’ vinden over het algemeen plaats in de ontwikkelingslanden, mede georganiseerd door de boerenorganisaties. Tellen we deze events (ook ‘lokale kosten’) en de lokale projectkosten als zodanig bij elkaar op, dan zien we (in de uiterst rechtse kolom) dat ze samen 45% van de totale uitgaven vormen. Gevoegd bij de via de nongrant-faciliteit uitgezette fondsen komen de lokale kosten op 60% van alle kosten, hetzelfde als vorig jaar. De realisatie in 2013 eindigt op 81% van het totale budget, waarbij aangetekend zij dat Agriterra halverwege het jaar DGIS in kennis heeft gesteld van de waarschijnlijkheid dat de uitgaven uiteindelijk ongeveer drie miljoen lager zouden uitvallen dan begroot. Het is uiteindelijk 3,8 miljoen geworden. Van de ruim 16 miljoen Euro aan bestedingen is 1.039.800 via de al eerder aangehaalde samenwerking met Trias gekanaliseerd. De desbetreffende projecten
Financieel verslag
67
staan gemarkeerd in bijlage 2 van dit verslag. Daarnaast is nog eens 436.571,66 Euro bijgedragen aan een aantal activiteiten van onze Franse zusterorganisaties AFDI en FERT. Dit betrof de volgende projecten: Tabel 32: Projecten via AFDI en FERT, 2013 Project nr. op agro-info.net 5854 (AFDI)
Project
Organisatie
Renforcement du réseau pour contribuer à l'élaboration et le suivi des politiques agricoles Renforcer l’autonomie des OP Base dans la gestion des services visant l’augmentation de la production agricole dans le Sud Ouest Les acteurs de la filière riz du Mali renforcent leur structuration pour peser davantage sur les politiques agricoles La Fédération des paysans du Fouta Djallon renforce ses services à ses membres, en particulier son dispositif de conseil agricole Renforcement des capacités des leaders paysans et élus locaux pour la promotion de la sécurisation foncière des communautés de base Promotion de 4 filières porteuses par 9 OP régionales membres de Fifata Renforcement de la Fugcom pour le développement économique des filières maraichères dans la province du Bam. Structuration professionnelle autour de services économiques et de commercialisation de produits vivriers en contexte périurbain (Arusha et Kilimandjaro, Tanzanie)
5855 (AFDI)
5859 (AFDI)
5860 (AFDI)
5873 (AFDI)
5951 (FERT) 5954 (FERT)
5956 (FERT)
Land
SOA
Madagaskar
MdP
Madagaskar
PNPR Mali
Mali
FPFD
Guinée
CNCR
Senegal
Fifata
Madagaskar
Fugcom
Burkina Faso
FERT
Tanzania
Deze acht projecten (die verder niet zijn meegenomen in de statistieken in Hoofdstuk III.2 noch in bijlage 3; de rapportages staan uiteraard wel op www.agro-info.net) zijn administratief ondergebracht bij het team lokaal ondernemerschap, hetgeen verklaart dat dit team als enige in de buurt van volledige realisatie van het budget kwam: Tabel 33: Uitgaven, naar team Team
Totaal plan
Gerealiseerd
%
Boergenoteerde bedrijven
6.930.123
5.161.226
74,5
Lokaal ondernemerschap
6.949.945
6.631.548
95,4
Belangenbehartiging
4.591.677
3.135.203
68,3
18.471.744
14.927.977
80,8
1.418.256
1.144.467
80,7
19.890.000
16.072.444
80,8
Subtotaal Stafafdelingen en directie Totaal
In de begroting van ‘special services’ (advisering) ten opzichte van lokale kosten lag de verhouding bij de drie teams op 42-58%. Dat wil zeggen dat de nadruk nog steeds ligt op projectfinanciering, maar zoals al eerder aangestipt: een verschuiving is gaande. En dat blijkt al helemaal uit de uiteindelijke uitgaven, die laten zien dat de adviseringscomponent 44% van de bestedingen voor zijn rekening nam, in plaats van de geplande 42%. Tabel 34: Special services tov totaal (Alleen teams) Begroting
%
Uitgaven
% van totaal
Bedrijven
2.364.074
69%
2.130.760
80%
Ondernemerschap
2.230.859
32%
2.023.768
31%
1.719.309 6.314.242
37% 42%
1.316.439 5.470.966
42% 44%
Belangenbehartiging Totaal
68
Boeren tegen Armoede
VI Het zal anders worden Ondanks de ook dit jaar weer goede resultaten die wij, of liever gezegd: onze klanten, hebben geboekt – de cijfers en voorbeelden in Hoofdstuk II spreken voor zich moeten we tot onze spijt constateren dat Agriterra op sommige vlakken aan dynamiek heeft ingeboet. Het beste is dat te zien in Hoofdstuk III.3, waar we constateren dat de kwantitatieve trends in de werkbezoeken in twee opzichten tegenvallen: in vergelijking met het voorafgaande jaar (2012), en in vergelijking met de jaarplannen die de teams hadden. Zie voor details tabel 23. Voordat we ingaan op de betekenis van deze cijfers voor de ontwikkeling van Agriterra, is een nuancering op zijn plaats. De cijfers overstijgen namelijk (nog steeds) ruimschoots de verwachtingen die geformuleerd werden aan het begin van het programma, in het ‘vierjarenplan’. Daar gingen we uit van de volgende hoeveelheden22: Tabel 35: Quantified inputs for 2011-2014 2011
2012
2013
2014
AgriPool Experts
71
75
73
71
Missions Agriterra
94
92
89
87
Consultants Totaal
51
50
48
47
216
217
210
205
Beperken we ons tot 2013, dan zien we in Hoofdstuk III dat de werkelijke getallen een stuk hoger uitvielen: het totaal (399) was ongeveer het dubbele. Het aantal Agripooldeskundigen (153) ook, de werkbezoeken van medewerkers (95) liepen min of meer in de pas met het plan en de hoeveelheid werkbezoeken van consultants was zelfs drie keer zo hoog als we dachten in 2010. Kortom, hoewel de jaarplannen van de teams soms wat over-optimistisch waren, is in het algemeen gebleken dat Agriterra veel meer capaciteit heeft gemobiliseerd dan het zelf voorzag. De inzet van relatiebeheerders is een belangrijke oorzaak voor deze prestatie. Blijft echter staan dat, bij een stijgende begroting, de aantallen teruggelopen zijn tussen 2012 en 2013. Dat is niet in overeenstemming met wat Agriterra denkt dat de omgeving van haar gaat vragen, of sterker nog: al vraagt. In een discussiestuk van juni 2014 wordt dit nader geanalyseerd. De visie die Agriterra op de (ook nabije!) toekomst heeft is dat de organisatie zal veranderen van een ontwikkelingsorganisatie die vooral aan medefinanciering doet in een organisatie waarvan de kerntaak advies en adviesbemiddeling is. We citeren23: “Medefinanciering maakte het leeuwendeel van onze activiteiten uit en was gebaseerd op de vaststelling dat bij de doelgroep van landbouworganisaties de middelen vaak ontbraken om dingen in gang te zetten. (…) Deze realiteit is veranderd. (…) Onze opdracht om in te breken in de officiële ontwikkelingshulp ten behoeve van landbouworganisaties overzee begint daarmee achterhaald te raken. In de komende jaren gaan we onze inzet daarop verminderen. Zodra de landbouworganisaties zelf middelen kunnen aantrekken, is het niet meer van deze tijd om tussen hen en de bronnen (donoren, banken, bedrijven) te blijven staan. We hebben altijd een punt gemaakt van hun onderhandelingskracht, hun capaciteit om belangen te behartigen. Tegenwoordig hebben we een methode in de aanbieding om dit spel beter te spelen en met plannen en voorstellen naar voren te komen die stoelen op de inzichten en 22 23
Farmers Fighting Poverty grant application 2011-2014. Agriterra, Arnhem, 2010 (pag. 33).. Het zal anders worden. Agriterra, juni 2014.
Ter afsluiting
69
belangen van de leden en consistent zijn volgens de deskundigen. Daarmee kunnen de landbouworganisaties zelf inbreken in donorprogramma’s of programma’s van hun overheid, ze kunnen het investeringsbeleid van overheden, banken en bedrijven beïnvloeden.” Agriterra gaat haar klanten met raad en daad bijstaan om die rol te spelen, en om precies te zijn: met meer raad dan daad. Dat is de grote verandering: normaal zouden we als oplossing voor een probleem of als antwoord op een voorstel van een landbouworganisatie vaak een project in gang zetten, uit te voeren door die organisatie. Nu gaan we de nadruk leggen op advies en intensieve begeleiding. Zelfs al houden we vast aan onze combinatie van drie benaderingen (coöperaties bankabel maken, ondernemerschap bevorderen, belangenbehartiging), dan zal de insteek radikaal anders zijn. De notitie vervolgt: “Het verschil zit in de andere benadering van klanten en hun omgeving, en van de organisaties en bedrijven waar Agriterra in Nederland mee samenwerkt. De medewerkers van Agriterra zoeken klanten die openstaan voor advies en intensieve begeleiding. Het meest waarschijnlijk is dat dit de lagere niveaus van de algemene landbouworganisaties betreft, telersverenigingen, vakgroepen en grotere coöperaties. We gaan met hen in zee omdat we een authentieke vraag naar verbetering vinden. Daarvoor is de intake-beoordeling het belangrijke moment. (…) Voor (…) nieuwe activiteiten zal Agriterra vooral met landbouworganisaties werken die zoeken naar anderen dan donoren, dus naar echte belanghebbenden bij sterke organisaties. Wie zijn dat? Overheden die de ontwikkeling van het land willen bevorderen, maar vooral bedrijven en banken. Juist de aansluiting op belanghebbenden in de markt wordt zo de kern van ons opereren. Bij boergenoteerde bedrijven is dat al ingebakken in de strategie (make coops bankable), bij de andere aanpakken gaat dat nu in praktijk gebracht worden. Het betekent dat Agriterra in de internationalisering van bedrijven en initiatieven zoals de New Alliance for Food & Nutrition van de G-8 en de inzet van High-Level Panel on the Post-2015 Development Agenda van de VN vooral kansen ziet, zoals dat ook bleek uit de pitch voor TEDxBinnenhof. We zien daar een duidelijke rol voor onszelf om de bedrijven de aansluiting met de georganiseerde boeren te laten maken. We gaan meer en meer weg uit het NGO-circuit en werken alleen nog samen als het voor het resultaat nodig is.” Tot zover. Een en ander gaat natuurlijk niet vanzelf, en zeker niet omdat we begin 2015 klaar willen zijn voor deze nieuwe rol. Dat betekent dat Agriterra in 2014 – uiteraard – verder gaat met de uitvoering van het programma 2011-2014 om dat met goede resultaten af te sluiten, maar tegelijkertijd op diverse fronten veranderingsprocessen inzet die eraan moeten bijdragen dat we er op 1 januari aanstaande klaar voor zijn. Twee van die processen noemen we met name. In de eerste plaats vereisen de omvorming tot een advies(bemiddelings-)organisatie en de bijbehorende forse groei van het aantal werkbezoeken dat het bij elkaar brengen van adviesvraag en -aanbod op professionele wijze gebeurt en blijft gebeuren. Daarom is Agriterra in 2014 bezig met de vormgeving van een ‘Agripool-unit’, een werkeenheid die de werving, selectie en uitzending van deskundigen in goede en gestroomlijnde banen weet te leiden. Op die manier kunnen de relatiebeheerders zich veel meer concentreren op hun inhoudelijke taak: zelf advies geven, terms of reference voorbereiden, werkbezoekrapportages beoordelen. In de tweede plaats zullen ook andere kwaliteiten van medewerkers gevraagd worden dan tot nu toe. Omdat driemaal scheepsrecht is, citeren we nog maar een keer:
70
Boeren tegen Armoede
“Zo werken vereist andere eigenschappen dan voorheen, een andere instelling ten aanzien van het werk en een andere mentaliteit. Het is een houding van zelfstandigheid, durf, initiatief en creativiteit.(…) We hebben professionals nodig die ‘out of the box ' kunnen denken, kansen zien en ze kunnen grijpen. Het gaat om vaardigheden voor internationaal ondernemerschap. Werknemers die op een integrale wijze internationaal zaken doen kunnen analyseren. Ze kunnen denken en werken vanuit nieuwe zakenformules en nieuwe verdienmodellen. Ze kunnen op innovatieve wijze nieuwe partnerschappen ontwikkelen met binnen – en buitenlandse partijen, risicoanalyses uitvoeren en verbindend en netwerkend optreden.” De lezer zal zich afvragen hoe deze plannen nu te rijmen vallen met de dalende trend in aantallen adviesmissies waarmee we dit hoofdstuk begonnen. Is het dan wel realistisch om onszelf tot een adviesorganisatie te transformeren? Het antwoord ligt besloten in de verschillen per benadering. Als we in detail gaan kijken hoe bijvoorbeeld de ontwikkelingen binnen de drie teams verlopen, zien we dat de oude aanpak en projectmatige benaderingen van de teams lokaal ondernemerschap en bgelangenbehartiging zich minder lenen voor een actieve adviespraktijk. Deze komt wel uit de verf bij het team boergenoteerde bedrijven, dat daarmee een voorschot heeft genomen op een praktijk die algemeen zal worden binnen Agriterra. Het zal anders worden.
Ter afsluiting
71
BIJLAGEN 1
Basisgroepen voor versterking voor lokaal ondernemerschap
2
Speech van AFA-vertegenwoordiger bij Wereldbank
3
Tabellen Monitoring & Evaluatie Protocol
4
Projecten in 2013
5
Organisaties in 2013
6
Ledenaantallen 2010 - 2013
7
Financial Health Checks 2011-2013
8
Stories 2013
9
Evaluaties 2013
10
Agriterra: de mensen
11
Vermeldingen in de media
12
Overzicht tabellen en grafieken
73
Bijlage 1 Basisgroepen voor versterking lokaal ondernemerschap Regio
Zuid Azie Zuid Azie Zuid Amerika Zuid Amerika West Afrika West Afrika Grote Merengebied Zuidoost Azie Zuid Amerika Grote Merengebied Zuidelijk Afrika Zuidelijk Afrika Zuid Azie Zuid Amerika Grote Merengebied Centraal Amerika Zuid Azie West Afrika Zuidelijk Afrika Zuidoost Azie West Afrika West Afrika Zuid Azie Zuidelijk Afrika Grote Merengebied Oost Afrika Oost Afrika Zuidelijk Afrika Oost Afrika Zuid Azie Zuid Azie Zuidoost Azie Zuidoost Azie Zuid Azie Zuid Azie Zuidoost Azie Oost Afrika Grote Merengebied Oost Afrika Centraal Amerika Grote Merengebied Zuid Azie Totalen
Country
Organisatie
China Vietnam Peru Bolivia Mali Togo Congo Indonesia Peru Burundi Zambia Zambia Cambodia Bolivia Burundi El Salvador Nepal Niger Madagascar Philippines Niger Benin Bangladesh Zambia Rwanda Kenya Oeganda Tanzania Oeganda Nepal Vietnam Philippines Philippines Vietnam Nepal Indonesia Soedan Congo Oeganda Nicaragua Congo China
AEMS AGFU ANPE AOPEB AOPP APCR APDIK API AVAM CAPAD CAZ CDRA CFAP CIOEC CNAC Confras CTCF FCMN Fekritama FFF Fucopri FUPRO H.S.I. IDRA Ingabo Kenfap KIDFA Mviwata Myanzi ACE NACCFL NBCA Pakisama Pasaka QTCA SFACF SPPQT SSAPU Sydip UCA Unag-Chinan UPDI YAFI
Local outreach # farmers
# farmer groups (<30 farmers)
1.800 400 3.266 4.895 3.500 1.300
100 12 235 119 111 120 0 204 0 354 1.704 50 298 43 187 315 0 0 284 60 0 285 56 97 286 784 240 141 86 476 45 174 45 88 367 148 0 0 0 0 40 30
6.510 3.297 25.756 2.826 3.712 1.125 1.621 6.681 2.840 1.303 3.400 4.865 1.030 2.425 11.760 12.000 2.700 827 1.517 573
3.190 1.989 2.374
1.320
120.802
7.584
75
Bijlage 2 Speech van AFA-vertegenwoordiger bij Wereldbank AFA E-Bulletin [
[email protected]] maandag 22 april 2013 3:54 GAFSP CSO Asia alternate representative speech at the WB Annual Spring Meetings
Van: Verzonden: Onderwerp:
April 22nd, 2013
GAFSP CSO Asia alternate representative speech at the WB Annual Spring Meetings (The following is a speech delivered by GAFSP CSO Asia alternate representative Raul Socrates Banzuela during a session on Global Agriculture Food Security Program held at Rm c1-100 World Bank Complex, Main Building, Washington DC last April 19. The session was one of the 60 sessions being held, mostly initiated by CSOs, on the occasion of the Bank's Annual Spring Meetings. AFA is the support organization for the GAFSP CSO Asia representative.) Good afternoon friends and colleagues. I take this session as an opportunity to dialogue with our northern CSO counterparts and to our friends in IFC and WB Coordination Unit. I am Soc Banzuela, national coordinator of PAKISAMA, a national confederation of peasant organizations in the Philippines. We are a member of Asian Farmers Association (AFA), an Asian Confederation of 12 national farmers federations in ten countries in three regions of Asia, providing Secretariat services to the Asian CSO representative to the GAFSP Steering Committee, Dr. Saing Yang Koma. I sit as his Alternate and have attended four Steering Committee meetings, with two other CSO representatives one representing African farmers, ROPPA, and the other the Northern NGOs, Action Aid. I have conducted two missions in Bangladesh, three missions in Nepal, two missions in Mongolia, and one mission in Cambodia over the past two and a half years. Most of the projects funded by GAFSP in 14 countries, six of them are in Asia and the other eight are in Africa, are still in the start up stage and Bangladesh, one of the early grantees has just recruited and deployed its 700 project personnel to help enhance the production and income of some 350,000 farmers located in two regions. Thus, we cannot show you much yet in terms of outcomes. But what I would like to do this afternoon is to show you a 5-minute video on the possibilities of GAFSP. The video is about our 18-year experience on how we successfully engaged government in a food security project in the Philippines. The video will try to demonstrate the key issues we push in the GAFSP Board room and in our field missions. (video showing of PECUARIA). I have three points to make. Firstly, on project development. as shown in the video, we have been insisting in GAFSP three things: One, it is important for farmers to have control, access, and ownership of the basic food security endowments such as land, seeds, production capital, and agro-ecological production technology. Two, it is important to have access and control over the market.and three, it is important to have strong
77
cooperatives, farmers organizations, to be able to achieve the first and the second. These are possible in the GAFSP but project development is a key challenge. The GAFSP project framework document already has provisions allowing country proponents to include these components in their respective project proposals. But project development, as we all know, is in itself a battlefield. While country-led, very few proposals received so far from IDA countries have had the benefit of CSO input, thus, most of the projects that are eventually funded have no land tenure component and are not strong in ensuring agro-ecological approaches in enhancing production nor in building capacity of farmers' organizations to perform higher level intervention such as in marketing , post-harvest /agro-processing, value-addition and governance . GAFSP provides for multistakeholdership and encourages CSO participation in various levels and processes. A new call for proposal for public sector window has been opened and will close on June 5. But it has been quite a challenge to organize CSOs in IDA countries to engage their respective governments in coming out with proposals that would include the above-mentioned components.. We hope we can inform our CSO counterparts in IDA countries to do exactly this. And once the projects are funded in accordance with these themes, that we encourage them to actively participate in the implementation by insisting their participation in the national project steering committees, in monitoring and evaluation, and in providing technical assistance to farmers and their organizations. The second point I want to make is on GAFSP Governance. GAFSP I think provides one of the most innovative governance structures among the current global programs and has shown its commitment to multi-stakeholdership and inclusivity not only by including CSO participation at the highest policy making body such as the Steering Committee but by ensuring a tradition of consensus decision-making in Board processes, thanks to the previous and current leaderships. But there are elements that we agree must continue to undergo improvement such as the cohesion of the private and public sector windows, the loan and grant components, and CSO participation in the private sector window processes. Given the 14 funded projects and the forthcoming projects, what can be done to ensure the private sector window, providing concessional loans, will be able to build on the public sector window-funded projects and help build smallholders power not only in production arena but also in the market as well? These are exactly nd the themes we would like to discuss in our forthcoming meeting on the 22 of April. Laura has shown to us the direction of IFC, of working with an institution that supports farmers cooperatives producing fairlytraded agri-ecological products. To me this is already a big step at the right direction even as we CSO representatives hold the view that perhaps IFAD should be the one to handle the private sector window given its experience and commitment to working with agricultural cooperatives and that focus on production must address more the domestic food security needs of IDA countries. I believe we will be able to reach an arrangement acceptable to all stakeholders. The third and final point I want to make is about Synergy and Responsibility. GAFSP was born out of the 2008 global food crisis. The number of hungry people grew by 60 million people last year even while governments promised in 1996 World Food Summit to halve the 900 million figure of hungry people by 2015. This magnitude of hungry people in Sub-sahara and Asian countries, which are largely rural and female, is just so scandalous given we know that another third of the global population is obese and over-fed and that global budget for the war industry ridicules global budget for food security. GAFSP I believe, given the stakeholders involved, is in a unique position to make a big difference. GAFSP can provide the global standards and leadership in effectively waging war against hunger and poverty. But we barely raised five percent of the original 22 billion dollars original target for the facility. And the demand is so huge. We would need to continue to improve ourselves and find innovative ways to bring about greater synergy and cooperation among various stakeholders. I don't think this is a choice. It is an imperative. And I think CSOs, especially, northern NGOs, may just have to take greater leadership in continuing to remind and engage especially donor governments and multi-lateral institutions, who are key players in a funding facility such as GAFSP, to be like Spiderman, to exercise greater responsibility in proportion to their powers, to reach out to the hungriest and the poorest and to collectively facilitate their empower ment process leading to transformed lives and their societies.
78
Boeren tegen armoede
©2013 AFA | Room 206, No. 59 C. Salvador Street, Loyola Heights, 1108 Quezon City, Philippines Tel/Fax: +632-436-4640 | E-mail:
[email protected] | Website: www.asianfarmers.org
This email was sent to
[email protected]. To ensure that you continue receiving our emails, please add us to your address book or safe list. View this email on the web here. You can also forward to a friend. Unsubscribe
79
Bijlage 3 Tabellen Monitoring & Evaluatie Protocol M&E-protocol 2011-2012-2013-2014 Farmers Fighting Poverty - Agriterra (POP) - Activity DDE/22861
Deliverable 1: The farmers' organisation plans, implements and monitors policies and operations within a strategy agreed by its membership in a participatory manner. Strategic plan formulated
Baseline
Plan 2013
Bereikt 2013
Verschil (bereikt – planning)
n.v.t.
26
28
2
n.v.t.
9
11
2
n.v.t.
17
17
0
0
1
1
0
11%
100%
100%
0%
n.v.t.
64
46
-18
n.v.t.
3
2
-1
The operations are profitable
n.v.t.
4
3
-1
Audit is approved
n.v.t.
18
11
-7
The annual budget is approved by the board
n.v.t.
9
8
-1
An accounting handbook is available.
n.v.t.
6
5
-1
There are guidelines of cash control The head of financial administration is qualified and trained Financial report is standard agenda in Board Deliverable 4: The farmers' organisation is democratically governed and functions with the full participation of its informed members The general assembly is well documented
n.v.t.
3
2
-1
10
7
-3
n.v.t.
11
8
-3
n.v.t.
7
8
1
M&E procedures are implemented Deliverable 2: The farmers' organisation has adequate and sustainable resources (infrastructure, finance, human resources and others) and manages them appropriately. The staff is qualified for its work Deliverable 3: The FO operates appropriate financial management systems to provide correct, timely and transparent financial information that guarantees accountability towards its members and donors. The farmer organisation management utilizes the financial reports for planning, control and decision-making. There is a long-term financial plan?
n.v.t.
n.v.t.
5
5
0
n.v.t.
2
3
1
138
153
15
4401
9692
9387
-305
Primary coops established or strengthened
218
428
390
172
Total number of local groups established or strengthened through Agriterra's entrepreneurship approach
5935
6.481
7.584
1.103
There are democratic elections Deliverable 5: The farmers' organisation has an active and representative membership, mandated by wellfunctioning local basic groups with increased membership base. Total number of local groups established or strengthened
81
% of members satisfied with services Local groups are represented in Board % of local groups with good leadership (good quality groups) Deliverable 6: The farmers' organisation empowers youth, women and specific vulnerable farmers to participate and to exploit their economic and social potential. (% of FOs that does this) Groups in HIV education Programmes for specific groups Membership of specific categories (%) Deliverable 7: The farmers' organisation has positioned itself strategically in the external environment. It has built visibility for increased credibility and influence. Number of policy meetings that the organisations have participated in Deliverable 8: The FO has established formal institutional arrangements with relevant private, public and donor institutions Number of relations established with relevant organisations Number of meetings the farmers' organisation represents its members in Deliverable 9: The farmers' organisation has analysed and decided on its strategic positions regarding policy issues in a participatory way. Policy proposals have been developed with participation of members % of members satisfied with results of lobbying and advocacy Deliverable 10: The farmers' organisation has developed an exchange process and joint positions with national, regional and international organisations of family farmers and other actors Farmers' organisations are present in formal national meetings on food security The organisation is affiliated to higher levels Deliverable 12: The policy positions of the farmers' organisation have been integrated in national strategy documents Number of policy proposals of FO integrated in national governmental documents Deliverable 13: the farmers' organisation facilitates fair access to resources (such as land, rural credit and riskmanagement products) for individual members, for local farmer groups or for sub-national or national-level farmers' organisations
82
Verschil (bereikt – planning)
Plan 2013
Bereikt 2013
61% 1
65% 1
4%
52%
55%
3%
8%
9%
0
1 1
1 0
0 -1
2%
4%
9%
5%
17
49
110
61
17
49
110
61
13
135
142
7
10
19
20
1
3
116
122
6
0
6
5
-1
n.v.t.
9
9
0
33%
69%
53%
-16%
36
69
33
3
33
66
33
n.v.t.
3
3
0
2
5
3
-2
2
5
3
-2
33
29
-4
Baseline 45%
0%
0
Boeren tegen armoede
There is a business plan with targets for credit There is cooperation with financial service providers Number of groups participating in saving & credit activities Deliverable 14: the farmers' organisation facilitates or provides sustainable and timely access to adequate, cost-efficient inputs and new techniques for agricultural production and other incomegenerating activities. Local groups in Farmer Field Schools (number) Local groups with access to extension services (number) Local groups with access to inputs (number) % of members trained in improved farming techniques % of members using own extension services % of members participating in Farmer Field Schools % of members receiving improved inputs There are targets for agricultural production Deliverable 15: the farmers' organisation facilitates or provides integrated services for individual farmers or local farmer groups to achieve a sustainable increase in processing, decreased post-harvest losses and improved product quality % of members served by initiatives for processing improvements Deliverable 16: the farmers' organisation leads collective action to improve product marketing to increase the market power of family farmers and to achieve higher incomes There is a business plan to improve marketing A chain analysis for key product has been done Members with increased trade capacity through training Linkages with market outlet There is a system for access to market information Local groups with increased market volume (number) Local groups in agribusiness cluster (number) Local groups with trade contacts (number) Deliverable 17: the farmers' organisation has promoted transparent farmer-led rural enterprises with good potential for sustainability (agricultural inputs, marketing, processing and trading) There are targets for rural enterprise development
Baseline
Plan 2013
Bereikt 2013
Verschil (bereikt – planning)
n.v.t.
15
14
-1
n.v.t.
16
13
-3
766
1.962
1.694
-268
5,8535
6,289
0,4
900
1618
1816
198
100
150
566
416
900
1618
1882
264
4%
38%
35%
-3%
12%
32%
35%
3%
24%
32%
30%
-2%
20%
39%
35%
-4%
n.v.t.
7
6
-1
28%
34%
34%
0%
28%
34%
34%
0%
1.375
1.376
1
n.v.t.
24
19
-5
n.v.t.
17
17
0
740
959
1062
103
42
354
235
-119
n.v.t.
15
12
-3
n.v.t.
1
2
1
0
5
0
-5
0
0
29
29
29
26
-3
28
25
-3
n.v.t.
83
Share of female staff and leaders trained in skills and leadership in rural enterprise development Members satisfied with services in enterprise development Number of agreements with private sector The enterprise has a sustainable position in value chain (y/n) Rural enterprise is profitable
Specifieke Agriterra-targets Number of accesses gained to funds Acquisition of additional (to DGIS) programme funds Turnover growth in cooperatives (clients of team agribusiness) per member Bankable business plans Local groups established or strengthened Deliverable 17: strengthened transparent farmer-led rural enterprises with good potential for sustainability (agricultural inputs, marketing, processing and trading) Cross-cutting issue: In 60% of the projects (both strategic and others) we will deliver on the gender issues, in a way that the concerned POs apply practices to foster the social, economical and political empowerment of women in its polices and operations. Operationalised: percentage of all clients that have specific budget for gender
84
Baseline
Plan 2013
Bereikt 2013
Verschil (bereikt – planning)
23%
25%
27%
2%
34%
46%
44%
-2%
27
64
50
-14
n.v.t.
9
8
-1
n.v.t.
14
14
0
Plan 2011-2014
Realisatie 2011-2013
Voortgang (%)
3
5
166%
10.000.000
5.206.158
52%
25%
100% (t/m 2013)
24
39 (t/m 2013)
162%
10.000
7584
76%
24
n.d.
60%
67%
111%
Boeren tegen armoede
Bijlage 4 Projecten in 2013 Team boergenoteerde bedrijven: 56 projecten agro-info.net
Project name
13nira 13jati 13poda
6043 Capacity growth of coconut sugar cooperative 6041 Improving the flow of coconut sugar 6042 Contributing to the future of coffee from Sidikalang
13mcdc 13olpe 13palm
6035 Improved efficiency milk processing 6036 Lograr una estructura empresarial mas eficiente 6022 Mejorar Eficiencia en la Producción de Palmito Paving the way for stabile sesame marketing on local and international 6031 markets 6032 Mejorar el Desempeño Empresarial 6030 Towards a professional malt barley and wheat marketing organization 6017 Focusing on sales! 6024 Enhancing the malt barley and wheat marketing performance 6039 Development of the milk sector 6010 Profesionalizando la estructura empresarial 6014 Procesar y comercializar productos de cacao y panela 6005 Improving output marketing performance in chick pea and malt barley 6000 Planta procesadora para fibra de alpaca 6001 Hiring interim manager Mejorar la eficiencia en acopio, transformación y comercialización de 6004 Quinua 5988 Wheat processing plant for Raya Wakena 5989 Improving output marketing capacity: action plan Galema 2013 Dairy Development Program FrieslandCampina - Deployment of dairy 5975 farming experts 5983 Farmer-led oil refinery of niger seed
13set 13moun 13rkm 13kat 13duro 13at 13cov 13cep 13mel 13cpn 13lelb 13caba 13rfcu 13gal 13at 13afc
Organisation
Country
Nira Jatir PODA Meru Central Dairy Cooperative Union OLPESA APROPAL
Indonesia Indonesia Indonesia
SCFU Mountain Coffee RKMCU Katerera ACE DAFMOU Agriterra CAC Oro Verde CEPICAFE Melka COOPECAN LELBREN
Ethiopia Peru Ethiopia Uganda Ethiopia Indonesia Peru Peru Ethiopia Peru Kenya
COOPAIN Cabana Raya Wakena Galema
Peru Ethiopia Ethiopia
Agriterra ADMAS/Wolkite
World Ethiopia
Kenya Peru Peru
85
agro-info.net 12at 12nrac 12kpg
Project name
12rstg 12at 13aber 13bany 13moso
5963 Cooperatives for Change - a joint Agriterra & SNV program in Ethiopia 5930 Investment plans and cooperative development goes hand in hand 5964 Coffee sorting and coffee labelling Expanding services and increased membership in savings and credit 5965 facilities 5967 Scoping missions and company assessments agribusiness team 5973 Developing SMART strategic plan 5977 Getting acces to working capital for reviving the coffee business 5978 Increasing and diversify horticultural production
13muku 13kie
5980 Developing a dairy business case (2nd phase) 5981 Investing in sustainable supply of milk
13mfcs 13ndcs 13ever 12tse 12mer 12acp 12solc 12usam
5986 5991 5994 5926 5925 5917 5922 5923
12at 12kaja 12set 12kpsb 12kpbs
5911 5913 5897 5891 5892
12dan 12mhqf
5886 5823
86
Economies of scale for strong market position in dairy (2) Merging for economies of scale Cow herd expansion for growth in dairy production Optimizing the malt barley value chain Realizing Merkeb's business ambitions in wheat processing Ankole: preparing for setting up its own coffee factory Contar con propios almacenes y oficinas administrativas Increase and improve coffee production Making cooperatives bankable - Improving financial management of cooperatives Going for expansion! Sesame export: Setit action plan 2012 Improved milk cooperative New business opportunities for milk cooperative Action plan Dansha 2012: Facilitating access to input and export finance from local banks Towards a sound cooperative business
Organisation
Country
Agriterra NRACE KPG
Ethiopia Uganda Indonesia
RSTGA Agriterra Aberdare SACCO Banya Mosoriot Cooperative Mukurwe-ini Wakulima Dairy Ltd Kieni Mumberes Farmers Cooperative Society Ndumberi Dairy FCS Evergrowth TSEHAY Merkeb ACPCU Sol&Café Usambara
Tanzania World Kenya Uganda Kenya
Agriterra KAJARA SCFU KPSBU KPBS
World Uganda Ethiopia Indonesia Indonesia
DCFU MHQFP
Ethiopia Tanzania
Kenya Kenya Kenya Kenya Vietnam Ethiopia Ethiopia Uganda Peru Tanzania
Boeren tegen armoede
agro-info.net 11cost 11cape 12nysa 12at 11jn 11tul 11ucu 11nf 11kiam
Project name
5800 Algodón Pima Peruano - desarrollo en procesamiento y exportacion 5801 Plan de Negocios para Café Tostado y Molido 5812 Consolidating the growth of the SACCO and its expansion plans Development and Implementation of a Co-financing Facility for Agriterra's 5835 clients 5771 Una gestión financiera más saludable para cooperativas Peruanas 5707 Dairy in development 5721 2012: the year of getting operational! 5694 Mobilizing working capital to lift off future investment plans 5636 Action plan - Developing business plan on milk processing
Organisation
Country
COSTACH Café Perú NYSACCO
Peru Peru Uganda
Agriterra JNC Tulaga UCCCU NUCAFE KIAMBAA
World Peru Kenya Uganda Uganda Kenya
Team lokaal ondernemerschap: 60 projecten (inclusief 11 via Trias) agro-info.net 13kid 13hsi 13avam 13cfr 13ci 13nacc 13nacc 13cam 13cdra 12caz 13sspu 13mya
Project name
6050 Upscale mainstreaming of gender in sunflower value chain 6023 Strengthening the entrepreneurship of Producer organisations 6044 Cacaoteros de San Martin acceden a mercados especiales Desarrollo de un Sistema de Producción y Comercialización de Productos 6026 Alternativos 6040 OECAs mejoran su gestion comercial y acceden a las compras estatales Improving economic conditions through value chain enhancement and 6016 small farmers agricultural cooperatives 6034 Strengthen Agricultural Cooperatives and support commercial farmers Empowering of small farmers towards cooperative marketing and 6048 enterprising 6018 Enhancing Smallholder Commercialisation of Rice Farmers in Chinsali Value Addition and Entrepreneurship skills development for Cotton 5945 producers 5985 Triggering economic potential at payam level in South Sudan 5987 Market and information access for farmers
Organisation
Country
KIDFA HSI Verde Amazónico
Uganda Bangladesh Peru
CONFRAS CIOEC-Bolivia
El Salvador Bolivia
NACCFL NACCFL
Nepal Nepal
CFAP-Cambodia CDRA
Cambodia Zambia
CAZ SSAPU Myanzi
Zambia South Sudan Uganda
87
agro-info.net 13idra 13una 13at 13ctcf 13sq 12qtca 12sfac 12kid 12cnac 12ao 12fh 12apcr 12at 12mv 12pa 11aems 11yafi 12pk 11anpe 11aq 11fe 11cfr 11api
88
Project name
5990 Market linkage and improving extension services 5992 Desarrollo empresarial y comercial de las cooperativas 5998 Further development and enrollment of My.Coop grassroot entrepreneurship and capacity building of cooperatives and 5999 CTCF 6015 improving the production and access to market in a collective way Raising income for small holder producers through value chain 5901 development 5905 Improving production and market access in Dhading cooperatives 5915 Mainstreaming gender in the sunflower value chain in Kitgum district 5889 Renforcement du mouvement coopératif des caféiculteurs du Burundi inserción y permanencia de productores ecológicos en el mercado 5894 nacional e internacional Support program for Development of marketing activities of FFF 5822 biofarming clusters 5825 Mettre en pratique l'approche CASE Tools and instruments to promote grassroots entrepreneurship through 5852 farmers participation 5896 Strengthening entrepreneurship skills of producer groups Developing Sustainable Agro-Enterprise and Marketing For the Small 5900 Farmers in Mindanao Strengthening entrepreneurship of Farmers Professional Organizations 5780 (FPOs) in Yunnan Province, Menghai County 5792 Strenghtening the entrepreneurship of Walnut FPOs in Yunnan 5808 Building Agri-Based Social Enterprises in the Philippines 5786 posesionando y ampliando las ecoferias Frutos de la Tierra"" 5750 Produire de la semence en milieu paysan Renforcement participatif des initiatives économiques et des entreprises 5761 rurales 5633 Crédito y formación empresarial con pequeños productores/as 5757 Collective marketing in five districts of Indonesia
Organisation
Country
IDRA UNAG Chinandega Agriterra
Zambia Nicaragua World
CTCF SPPQT
Nepal Indonesia
QTCA SFACF KIDFA CNAC
Vietnam Nepal Uganda Burundi
AOPEB
Bolivia
FFF APCR
Philippines Togo
Agriterra Mviwata
World Tanzania
PASAKA
Philippines
AEMS-M YAFI PAKISAMA ANPE AOPP
China China Philippines Peru Mali
FEKRITAMA CONFRAS API
Madagascar El Salvador Indonesia
Boeren tegen armoede
agro-info.net 11pks
Project name
5712 Plan d'Action 2011 pour la filìère lait Renforcement économique des gacacas dans les filières maïs, ananas et 11in 5777 manioc 11agfu 5651 Setting up a provincial farmers' tourism center 10upc 5574 Cooperativism with Solidary Interaction Agro- and market services in the cereal and vegetables value 10hdfa 5579 chains in Hoima Consolidando un modelo socio-empresarial para pequeñas 10col 5581 queserías organizadas Consolidacion de un modelo Socio-empresarial alrededor de 10cou 5582 Turismo Comunitario Consolidando un modelo socio-empresarial para pequeños 10caa 5584 productores de papas. Estandarizar el proceso de la producción de cuyes con valor 10cuy 5586 agregado Organic farming and market consolidation through a stronger 10PDCI 5589 PDCI, Philippines 10crb 5591 Credit Cooperativism for Inclusion Agro- and market services in the maize and cassava value chains 10xmf 5592 in Masindi Credit facilities for market-oriented farmers groups in the maize 10msa 5594 and cassava value chains in Masindi Amélioration de la sécurité d'existence des membres de la 10ccma 5601 COCAMA 11cpad 5629 Plan d'action détaillé de la CAPAD pour l'année 2011-2014 11fy 5657 Développement des horticulteurs au Niger à travers les coopératives 11cidi 5663 Impact evaluation of Peoples' Participation Programme CIDIN assignment Renforcement des capacités des cooperatives des riziculteurs dans la 11fur 5672 production et la commercialisation du riz Promotion des activités économiques à la base dans les filières maïs et 11fu 5677 soya
Organisation APDIK
Country Congo, dem. rep. of
Ingabo AGFU UNICAFES-PR
Rwanda Vietnam Brazil
HODFA
Uganda
Colach
Ecuador
CORDTUCH
Ecuador
CONPAPA
Ecuador
Sr. Cuy
Ecuador
PDCI Cresol Baser
Philippines Brazil
Madfa
Uganda
Madfa Sacco Cocama CAPAD FCMN-NIYA CIDIN
Uganda Congo, dem. rep. of Burundi Niger Burundi
FUCOPRI
Niger
FUPRO
Benin
89
agro-info.net 11nbc 11kn 11bu 11sy 11af 10cam
Project name
Organisation
Country
5681 Mushroom value chain development in Ninh Binh 5701 Enhancement of Farmer Entrepeneurship for Development (EFED) Programme de renforcement du pouvoir économique des producteurs 5709 agricole à travers les filières agricoles ou chaînes des valeurs.
NBCA KENAFF (Kenfap)
5732 Programme d’appui à la dynamique entrepreneuriale coopérative La maîtrise du conseil agricole par les OP : un moyen efficace de 5645 prévention et de gestion des risques Strengthening of small farmers groups and improving their market 5611 access
SYDIP
Vietnam Kenya Congo, dem. rep. of Congo, dem. rep. of
AFDI
West africa
CFAP-Cambodia
Cambodia
UPDI
Team belangenbehartiging (50 projecten) (incl. 9 via Trias) agro-info.net 13wrf 13kn 13cam 13ua 13nj 13pno 13at
Project name
13ci 12at
promotion of policies in favour of family farming in developing countries FACT4BUDGET PROGRAMME Climate adaptive approach for food security Climate smart agriculture amongst our farmer members Youth empowerment Plaidoyer pour une implication effective d’accès aux fonds du PADA innovation : linking research with practise Ghanaian farmers advocate for better prices and increased access to 6006 markets CIOEC Bolivia presenta la propuesta reglementaria de la Ley de las 6007 OECAS 5928 South Sudan identification
12ufj
5916 Lobbying for the defense of the rights of women farmers
12sk
5924 Lobbying et Plaidoyer pour la securisation fonciere des petits producteurs FOPAC-SK
13pfag
90
6078 6037 6019 6002 6013 5993 5974
Organisation
Country
WRF KENAFF (Kenfap) CFAP-Cambodia UNFFE NAJK PNOPPA Agriterra
Spain Kenya Cambodia Uganda Netherlands Benin Netherlands
PFAG
Ghana
CIOEC-Bolivia Agriterra Specific union for farmer women in Jordan
Bolivia South Sudan
Jordan Congo, dem. rep. of
Boeren tegen armoede
agro-info.net
Project name Structuration de la Confederation Nationale de Producteurs Agricoles du Congo (CONAPAC) Promoting socio economic interests of Rwandan farmers in potato value chain 2012 Building farmers organisations from scratch in Bangladesh Improved linkages: transparency and participation in decision and policymaking on land governance
Organisation Trias
Country Congo, dem. rep. of
IMBARAGA Agriterra
Rwanda Bangladesh
EAFF
Uganda Bosnia and Herzegovina Bosnia and Herzegovina Mali Nepal
12iv
5908
12im 12at
5909 5920
12ef
5890
12uba
5821 Developing database and technical training for young beekeepers
UBA-RS
12spu 12ama 12ne
5820 Improving access to markets and representation of beekeepers 5810 Accès aux marchés et à la commercialisation des animaux sur pieds 5824 providing financial services to the poor access to markets and entrepreneurial skills supported by effective 5874 advocacy
SPUSK Amadane NEFSCUN
5888 Défense des intérêts économiques des producteurs agricoles Desarrollo rural posicionando la oferta de turismo comunitario en el 5717 mercado 5768 Coffee Cooperative Societies ICT Program Advocacy for government support to Sustainable Agriculture and Farmer 5715 Led Enterprises 5718 Linking member organisations to domestic and international markets 5789 Proceso de incidencia gremial JNC 5726 Increase Pyrethrum Productivity for improved farmers livelihoods Femmes Paysannes plus professionnelles avec un pouvoir economique et 5727 social elevé 5655 training material development for farmers organisations and cooperatives 5697 Fortalecimiento del mercado campesino 5653 Advocy and innovation; advisory services and missions 5575 En la busqueda de la sostenibilidad institucional 5576 MVIWATA-Manyara: The defender of the farmer is the farmer himself
FOPAC-NK
Moldova Congo, dem. rep. of
TUSOCO KCPA
Bolivia Kenya
AFA FAA-ULE JNC PGA
East-Asia Armenia Peru Kenya Congo, dem. rep. of World Nicaragua World Guatemala Tanzania
12fm 12ac 11tu 11kcg 11aa 11fau 11jn 11pga 11lo 11at 11un 11at 10apod 10mvmy
NFFM
LOFEPACO Agriterra UNAG Chontales Agriterra APODIP Mviwata-Manyara
91
agro-info.net 10guif
5578
10fpbg
5583
10cca
5585
10ref 10amp
5587 5588
10acdi
5590
Project name Guinea Fowl Production and Marketing for Rural Household Poverty Reduction Donner un rôle de dirigeant dans le développement rural aux unions et à la fédération Cooperativas Agropecuarias reencontrándose en una Estrategia de Desarrollo Económico Local Finanzas Populares y Solidarias mediante las Estructuras Financieras Locales Hacia una organización sostenible (AMPRO) Seguridad alimentaria y comercialización asegurado desde la organización comunitaria.
10rpm 11rbm 11cd 11csaz 11do
5599 5623 5640 5641 5687
Amélioration de la sécurité d'existence des membres de REPAM Programme pastoral regional Afrique de l'Ouest Enhancement in the livelihoods of farmers & rural women members Contribuer à l'amélioration de la sécurité alimentaire Agri hub support in Africa
11pr 11ef
5708 La relance économique des cooperatives primaires 5731 Eastern African capacity farmers' organisations in new phase Climate adaptive approaches to food security using experiences of Dutch 5741 farmers organisations IS-Academy on Land Governance for Equitable and Sustainable 5553 Development 5769 An entrepreneurial future ahead
11ltn 10at 11nj
92
Organisation
Country
GUIFFA
Ghana
FOP-BG
Guinea
CCA
El Salvador
REFICH AMPRO
Ecuador Honduras
ACDIJ
UCOPIS EAFF
Guatemala Congo, dem. rep. of Niger India Niger World Congo, dem. rep. of Kenya
LTO Noord
Netherlands
Agriterra NAJK
World Netherlands
Repam Réseau Billital Maroobé CKO CSAOCP Agri-ProFocus
Boeren tegen armoede
Bijlage 5 Organisaties in 2013 Team boergenoteerde bedrijven Organisatie Aberdare SACCO - Aberdare Saving and Credit Co-operative Society Limited ACPCU - Ankole Coffee Producer’s Cooperative Union Ltd ADMAS/Wolkite - ADMAS (Wolkite) Farmers Cooperative Union APROPAL - Asociación de Productores de Palmito Alianza Banya - Banyakole Kweterana Cooperative Union CAC Oro Verde - Cooperativa Agraria Cafetalera y de Servicios Oro Verde Ltda. Café Perú - Corporación de Productores Café Perú S.A.C. CEPICAFE - Central Piurana de Cafetaleros COOPAIN Cabana - Cooperativa Agroindustrial Cabana COOPECAN - Cooperativa de Producción y Servicios Especiales de los Productores de Camélidos Andinos Ltda. COSTACH - Cooperativa de Servicios Multiples Tallan-Chusis Ltda. DAFMOU - Duro Abaro Marketing Organization Union DCFU - Dansha Awararo Cooperative Farmers Union DFCU - Dida Farmers Cooperative Union Ltd
Land Kenya
Werkterrein local
Uganda
sub-national
Ethiopia
local
Peru
local
Uganda
local
Peru
local
Peru
sub-national
Peru Peru
sub-national local
Peru
sub-national
Peru
local
Ethiopia
local
Ethiopia
sub-national
Ethiopia
local
Evergrowth - Evergrowth Dairy Cooperative
Vietnam
local
Galema - Galema Cooperative Farmers Union Imenti - Imenti Co-operative Savings and Credit Society Ltd. Jatir - KSU Jatirogo KAJARA - KAJARA SACCO
Ethiopia
sub-national
Kenya
local
Indonesia Uganda
local
Katerera ACE - Katerera ACE
Uganda
local
KIAMBAA - Kiambaa Dairy Farmers Cooperative Society Ltd Kieni - Kieni Dairy Products Ltd.
Kenya
local
Kenya
local
Kigarama SACCO - Kigarama People’s Cooperative Saving & Credit Kitiri Dairy - Kitiri Farmers' Co-operative Society Ltd KPBS - Koperasi Peternak Bandung Selatan
Uganda
local
Kenya
local
Indonesia
local
KPG - Koperasi Permata Gayo
Indonesia
local
Rechtsvorm Cooperative society Cooperative Union Cooperative Union Association Cooperative society Cooperative society Private Company Association Cooperative society Cooperative society Cooperative society Cooperative society Cooperative society Cooperative Union Cooperative society Cooperative Union Cooperative society Cooperative society Cooperative society Cooperative society Private Company Cooperative society Cooperative society Cooperative society Cooperative society
93
Organisatie KPSBU - KPSBU Lembang
Land Indonesia
Werkterrein local
LELBREN - Lelbren Dairies Ltd
Kenya
local
Meba - Meki Batu Vegetable & Fruit Growers Cooperative Union Ltd Melka - Melka Awash Farmers’ Cooperative Union Merkeb - Merkeb Farmers Cooperatives Union Ltd Meru Central Dairy Co-operative Union Meru Central Dairy Co-operative Union MHQFP - Masasi High Quality Farmers' Products ltd Mosoriot Cooperative - Mosoriot Horticultural Crops Growers Co-operative Society Ltd Mountain Coffee - Asociación de Productores de Cafés Especiales Mountain Coffee Mukurwe-ini Wakulima Dairy Ltd Mukurwe-ini Wakulima Dairy Company Mumberes Farmers Cooperative Society Mumberes Farmers Cooperative Society Ltd mviwambi - MVIWAMBI NACE - NAMA Area Co-operative Enterprise Ltd Ndumberi Dairy FCS - Ndumberi Dairy Farmers Cooperative Society Nira - Koperasi Nira Satria NRACE - Nyakyera-Rukoni ACE
Ethiopia
sub-national
Ethiopia
sub-national
Ethiopia
sub-national
Kenya
sub-national
Tanzania
local
Kenya
local
Peru
local
Association
Kenya
local
Kenya
local
Tanzania Uganda
local local
Kenya
local
Private Company Cooperative society Trust Fund Cooperative society Cooperative society
Indonesia Uganda
local
NUCAFE - National Union of Coffee Agribusinesses and Farm Enterprises NYSACCO - Nyakyera SACCO
Uganda
national
Uganda
local
OLPESA - Oleaginosas del Perú S.A.
Peru
local
PODA - Petani Organik Dairi
Indonesia
local
Raya Wakena - Raya Wakena Farmers Cooperative Union RKMCU - Raya Kejewa Multipurpose Cooperative Union RSTGA - Rungwe Smallholder Tea Growers Asscociation SACCO SCFU - Setit Cooperative Farmers Union
Ethiopia
sub-national
Ethiopia
sub-national
Tanzania
local
Ethiopia
sub-national
Sol&Café - Cooperativa de Servicios Múltiples Sol & Café Ltda TDCU - Tanga Dairy Co-operative Union
Peru
local
Tanzania
sub-national
TSEHAY - Tsehay Multipurpose Farmer Union Ltd
Ethiopia
sub-national
94
Rechtsvorm Cooperative society Private Company Cooperative society Cooperative society Cooperative society Cooperative society Private Company Cooperative society
Cooperative society Association Cooperative society Private Company Cooperative society Cooperative Union Cooperative society Cooperative society Cooperative Union Cooperative society Cooperative Union Cooperative Union
Boeren tegen armoede
Tulaga - Tulaga Farmers Co-op Society LTD
Kenya
local
Cooperative society Cooperative Union Private Company Cooperative society Cooperative society Cooperative society
UCCCU - Uganda Crane Creameries Cooperative Union (UCCCU) UCCFS - Uganda Central Cooperative Financial Service Limited Usambara - Usambara co-operative union Ltd Wakulima SACCO - Wakulima Commercial SACCO Ltd. WAMCS - Wino Agricultural Marketing Cooperative Society
Uganda
sub-national
Uganda
national
Tanzania
local
Kenya
local
Tanzania
local
Land Vietnam Peru
Werkterrein sub-national national
Rechtsvorm Association Association
Bolivia
national
Association
Mali
national
Association
Togo
national
Association
Congo, dem. rep. of Indonesia
local
Association
national
Association
Burundi
national
Zambia Zambia Cambodia
national sub-national sub-national
Confederatio n Association Association Association
Bolivia
national
Association
Burundi
national
Association
El Salvador
national
Cooperative society
Nepal
national
Niger
national
Burkina Faso Philippine s Niger
national
Cooperative society Cooperative society Association
national
Association
national
Cooperative society
Team lokaal ondernemerschap Organisatie AGFU - An Giang Farmers Union ANPE - Asociación Nacional de Productores Ecológicos del Perú AOPEB - Asociación de Organizaciones de Productores Ecológicos de Bolivia AOPP - Association des Organisations Professionnelles Paysannes APCR - Association Paysanne pour la Communication des Ruraux APDIK - Association Paysanne pour le developpement integré au Sud-Kivu API - Aliansi Petani Indonesia (Indonesian Peasant Alliance) CAPAD - Confédération des producteurs agricoles pour le développement (CAPAD) CAZ - Cotton Association of Zambia CDRA - Chinsali District Rice Association CFAP-Cambodia - Cambodian Farmers Association Federation of Agricultural Producers CIOEC-Bolivia - Coordinadora de Integración de Organizaciones Económicas Campesinas Indígenas Originarias CNAC - Confédération Nationale des Associations des Caféiculteurs du Burundi CONFRAS - La Confederación de Federaciones de la Reforma Agraria Salvadoreña (CONFRAS) CTCF - Central Tea Cooperative Federation FCMN-NIYA - Fédération des Coopératives Maraichères du Niger FEPA/B - Fédération des professionnels agricoles du Burkina FFF - Federation of Free Farmers FUCOPRI - Fédération des Unions de Coopératives des Producteurs de RIZ
95
Organisatie FUPRO - Federation des Unions de Producteurs du Benin Helvetas Swiss Intercooperation
Land Benin
Werkterrein national
Rechtsvorm Association
Banglades h Zambia Rwanda Kenya
national
Foundation24
sub-national sub-national national
Association Association Association25
Uganda Tanzania
sub-national national
Myanzi - Myanzi Area Cooperative Enterprise Ltd NACCFL - Nepal Agriculture Cooperative Central Federation Limited NBCA - Ninh Binh Cooperative Alliance
Uganda
sub-national
Nepal
national
Vietnam
sub-national
PAKISAMA - Pambansang Kilusan ng mga Samahang Magsasaka PASAKA - PASAKA
Philippine s Philippine s Vietnam
national
Association Private entity Cooperative society Cooperative society Cooperative society Association
sub-national
Association
sub-national
Cooperative society
Nepal
sub-national
Indonesia
sub-national
Cooperative society Association
Congo, dem. rep. of Uganda
sub-national
Association
national
Nicaragua
sub-national
Cooperative society Association
Congo, dem. rep. of Benin
sub-national
Association
sub-national
Association
Benin
sub-national
Association
Benin Peru
sub-national sub-national
Association Association
IDRA - Isoka District Rice Association Ingabo - Ingabo KENFAP - Kenya National Federation of Agricultural Producers - KENFAP KIDFA - Kitgum District Farmers Association Mviwata - Mviwata
QTCA - Quang Tri’s Cooperative Alliance and Small and Medium Enterprise Association SFACF - Small Farmer Agriculture Cooperative Federation SPPQT - Serikat Paguyuban Petani Qaryah Thayyibah SYDIP - Syndicat de Defense des Interets Paysans UCA - Uganda Co-operative Alliance UNAG Chinandega - Union Nacional de Agricultores y Ganaderos - Chinandega UPDI - Union paysanne pour le Développement Intégral (voorheen UPDBu) URP Zou-Collines - Union Régionale des Producteurs Zou-Collines URPAL (jadis UPS) - Union Régionale des Producteurs de l'Atlantique et du Littorale URP - URP Mono Couffo Verde Amazónico - Asociación de Cooperativas Agrarias de la Amazonia Peruana
24 Geen landbouworganisatie, maar het voorlopige ‘bruggenhoofd’ van Agriterra in Bangladesh voor de opbouw van een programma aldaar. Zie projecten 5920 en 6023 op www.agro-info.net. 25 Ook het team belangenbehartiging voert een project uit met deze organisatie
96
Boeren tegen armoede
Team belangenbehartiging Organisatie AFA - Asian Farmers Association for Sustainable Rural Development Amadane - Fédération Régionale des Eleveurs Pasteurs Amadane CKO - Confederation of Kisan Organizations CONAPAC EAFF - Eastern Africa Farmers Federation FOPAC-NK - Fédération des organisations de producteurs agricoles du Congo au Nord/Kivu FUGPN - Mooriben - Fédération des Unions des Groupements Paysans du Niger IMBARAGA - IMBARAGA JNC - Junta Nacional de Café
Land Philippines
Werkterrein regional
Rechtsvorm Association
Mali
sub-national
Association
India
sub-national
Association
Congo DR Kenya
national regional
Federation Federation
Congo, dem. rep. of
sub-national
Association
Niger
sub-national
Association
Rwanda Peru
national national
LOFEPACO - Ligue des Organisations des Femmes Paysannes du Congo NFFM - NFFM - National Farmers Federation Moldova PFAG - Peasant Farmers Association of Ghana PGA - Pyrethrum Growers Association KENFAP PNOPPA - Plate-forme nationale des OPA du Bénin Réseau Billital Maroobé - Réseau des Organisations d'Eleveurs et Pasteurs du Sahel Specific union for farmer women in Jordan - Specific union for farmer women in Jordan SPUSK - Saveza peclara Unsko-sanskog kantona (Association of Beekeepers Una Sana Kanton) SSAPU - South Sudan Agricultural Producers Union Synergie Paysanne
Congo, dem. rep. of Moldova
local
Association Cooperative society Association
national
Association
Ghana
national
Association
Kenya
sub-national
Association
Benin
national
Association
Niger
regional
Association
Jordan
national
Association
Bosnia and Herzegovina
sub-national
Association
South Sudan
national
Association
Benin
national
UBA-RS - Union of Beekeepers Associations Republica Srpska UNFFE - Uganda National Farmers Federation
Bosnia and Herzegovina Uganda
sub-national
‘Organisation paysanne à vocation syndicale’ Association
national
Association
97
Bijlage 6 Ledenaantallen 2010 - 2013
Organisatie FCMN FUGPN CSA-OCP FUCOPRI CRCR-Sikasso FEKRITAMA KENFAP MVIWATA KCPA COOCENKI Imbaraga Ingabo SYDIP FOPAC-NK FOPAC SK Lofepaco UPDI FUPRO FEPA/B APDIK Tanga Dairy CU CNAC CAPAD UCA UCCCU ACPCU Ankole Coffee Kitgum DFA Myanzi ACE NUCAFE UNFFE Cotton Association Dida Farmers CU Tsehay MFU Banyakole Cooperative Union Aberdare Coop Merkeb Cooperative Tikonna Mialebouni Totaal Afrika C-FAP FFAAP SFACF NEFSCUN SPPQT
Niger Niger Niger Niger Mali Madagascar Kenya Tanzania Kenya Congo DR Rwanda Rwanda Congo DR Congo DR Congo DR Congo DR Congo DR Benin Burkina Faso Congo DR Tanzania Burundi Burundi Uganda Uganda Uganda Uganda Uganda Uganda Uganda Zambia Ethiopië Ethiopië
22.500 60.121 28.600 20.937 8.173 37.414 1.806.717 13.000 72.091 1.510 40.000 15.000 16.629 46.412 78.000 19.864 13.350 450.000
23.000 56.626 29.825 25.565 9.124 48.157 2.065.545 21.903 230.000 1.160 41.000 10.996 2.300 48.000 78.000 20.000 13.658 241.500
% toename aantal leden 20102013 2,22% -5,81% 4,28% 22,10% 11,64% 28,71% 14,33% 68,48% 219,04% -23,18% 2,50% -26,69% -86,17% 3,42% 0,00% 0,68% 2,31% -46,33%
241.339 2.563 3.000 127.029 20.150 175.780 16.500 6.004 4.320 3.028 150.000 500.000 152.000 20.270 37.473
241.261 3.658 4.000 104.918 17.514 500.000 18.000 8.500 6.133 5.222 150.000 1.000.000 210.000 21.536 41.359
-0,03% 42,72% 33,33% -17,41% -13,08% 184,45% 9,09% 41,57% 41,97% 72,46% 0,00% 100,00% 38,16% 6,25% 10,37%
Uganda Kenya Ethiopië Benin Benin
24.000 9.706 155.872 780 1.113 4.401.245
70.000 14.000 209.653 806 699 5.593.618
191,67% 44,24% 34,50% 3,33% -37,20% 27,09%
7.905 69.000 17.589 500.000 16.348
9.724 69.000 23.565 1.000.000 17.273
23,01% 0,00% 33,98% 100,00% 5,66%
Land
Cambodia India Nepal Nepal Indonesië
Aantal leden 2010
Aantal leden 2013
99
Organisatie
Land
API CKO Pasaka FFF SUWF QTCA AGFU NDFU Pakisama Totaal Azië
Indonesië India Filippijnen Filippijnen Jordanië Vietnam Vietnam Vietnam Filippijnen
NFFM FAA-ULE Totaal Oost Europa
Moldavië Armenië
CIOEC-B AMMOR CONFRAS AOPEB ONAC ANPE JNC CPC (Café) Sol y Café Coop Divisoria CSF CMC UNAG Chinandega UNAG Chontales TUSOCO Totaal Latijns Amerika
Bolivia Mexico El Salvador Bolivia Paraguay Peru Peru Peru Peru Peru Costa Rica Costa Rica Nicaragua Nicaragua Bolivia
Totaal
100
131.000 9.672 2.289 20.900 400 137.856 115.886 359.189 66.396 1.454.430
135.135 10.446 1.276 20.000 2.136 78.649 116.000 359.189 30.000 1.872.393
% toename aantal leden 20102013 3,16% 8,00% -44,26% -4,31% 434,00% -42,95% 0,10% 0,00% -54,82% 28,74%
28.137 964 29.101
5000 1237 6.237
-82,23% 28,32% -78,57%
7.210 8.500 6.971 65.000 11.142 12.000 51.000 3.295 1.047 650 12.661 700 5.000 1.500 874 187.550
8.750 5.343 6.971 65.000 11.600 14.000 52.000 6.211 754 720 12.158 700 5.000 1.500 1.030 191.737
21,36% -37,14% 0,00% 0,00% 4,11% 16,67% 1,96% 88,50% -27,98% 10,77% -3,97% 0,00% 0,00% 0,00% 17,85% 2,23%
6.072.326
7.663.985
26,21%
Aantal leden 2010
Aantal leden 2013
Boeren tegen armoed
Bijlage 7 Financial Health Checks 2011-2013 laag risico gemiddeld hoog risico Organisatie
Land
Aberdare ACPCU/Ankole Admas Ankole Anpe
Kenia Oeganda Ethiopië Uganda Peru
AOPEB API Banyakole Bayongbong CAC divisoria
Bolivia Indonesië Oeganda Indonesia Peru Peru Peru Zambia Peru Peru
CAC oro verde CAFE PERU CAZ CECVSI Cepicafe Cioec Coopain Cabana COOPECAN Copao Costach Dafmou/Duro Abaro
Bolivia Peru Peru Ivoorkust Peru
DCFU/Dansha DFCU Evergrowth
Ethiopië Ethiopië Ethiopië Vietnam
Gozamen Imenti Jatirogo Katerera ACE Kiambaa Kigerama Sacco Kitiri dairy
Ethiopië Kenya Indonesia Uganda Kenia Uganda Kenia
KPBS Pangalengan KPG-Permata Gayo
Indonesië Indonesia
KPSBU Lembang Lelbren Mace
Indonesië Kenia Uganda
Merkeb MHQFP Myanzi Sacco Nace
Ethiopië Tanzania Uganda Uganda Vietnam
Nam Dinh Fu
Risico 282 313 284 313 258 277 249 315 270 223 277 296 305 184 327 253 253 235 154 253 162 291 214 312 250 271 241 172 328 322 174 286 261 305 236 276 231 159 136 232 272
101
NDFU Ng'arua Millers NiraSatria Nucafe PFAG PNOPPA PODA
Vietnam Kenia Indonesia Uganda Ghana Benin Indonesia
Raya Wakena RSTGA Sacco Sol&Cafe SPPQT TDCU Tsehay Tulaga UCCCU
Ethiopië Tanzania Peru Indonesië Tanzania Ethiopië Kenia Uganda
Usambara Wakulima SACCO FOPAC NK Lofepako Melka Awash
Tanzania Kenya Congo Congo
Rudocia Meru Central dairy
Ethiopië Tanzania Kenia
272 73 207 299 173 185 158 228 277 275 320 212 247 294 289 258 311 263 239 257 266 271
Andere scoretabellen
Mountain coffee Olpesa
Peru Peru
Kieni UCCFS
Kenia Uganda
AEMS - Jingdong AEMS -Menghai Chinsale Ndumberi AGFU Confras CTCF Dhading FAA-ULE Specific Union Kathmandu Kidfa Fopac Makawanpur NFFM Ninh Binh QTCA UNAG Chinandega UNAG Chontales
China China Zambia
102
Kenia Vietnam El Salvador Nepal Nepal Armenia Jordan Nepal Uganda Congo Nepal Moldova Vietnam Vietnam Nicaragua Nicaragua
191 337 231 320 320 302 33 295 399 427 383 361 352 362 377 380 315 331 367 327 429 400 400
Boeren tegen armoede
Bijlage 8 Stories 2013 De meeste onderstaande verhalen staan ook op het internet. Ga naar www.agro-info.net, zoek het project op via het nummer en ga naar het tabblad ‘Relations’. Titel Hoe kijken boeren in Azië naar de Europese landbouw? Van koffieboer tot kopje koffie in beeld
Ethiopië: gezond boerenverstand werkt!
Good advice is half the battle
Fight for the rights of female farmers
Land
Project
Taal
Cambodia
11aa-5715
Dutch
Uganda
12acp-5917
Dutch
Ethiopia
12at-5963
Dutch
Moldova
12fm-5874
English
Jordan
12ufj-5916
English
Indonesia
11api-5757
English
A hopeful future
103
Titel An ambitious young farmer in Moldova
Raising pigs in Chinandega
Vrouwen dragen bij aan plattelandsontwikkeling
Eigen winkel door Women's Wing
Land
Project
Taal
Moldova
12fm-5874
English
Nicaragua
13una-5992
English
India
11ff-5685
Dutch
India
11ff-5685
Dutch
El Salvador
http://www.agroinfo.net/?menu=projects&view=project&project_id=24689
English
Vietnam
11ever-5793
Dutch
Cambodia
10cam-5611
English
Cambodia
10cam-5611
English
Credit for chicken
Boerende broers
Chicks for coins
Better income through vegetable growing and chicken raising in Cambodia
104
Boeren tegen armoede
Titel
Land
Project
Taal
Banana battle in China China
11aems-5780
English
Vietnam
11agfu-5651
English
Peru
11anpe-5786
Spanish
Peru
11anpe-5786
Spanish
Nepal
12sfac-5905
English
Peru
11anpe-5786
Spanish
Indonesia
11api-5757
English
Life changing restaurant
A poner en practica lo aprendido y seguir intercambiando conocimientos Conozco ahora nuevas técnicas para mejorar mi producción de queso 287 new small farmers groups have been established in 12 months in the district of Dhading A través del grupo logramos una venta más organizada Organic evolution
De bevolking van Tanzania is zeer gemotiveerd
Tanzania
Dutch
105
Titel
Land
Project
Taal
Farming for the future Cambodia
10cam-5611
English
Bolivia
12ao-5894
Spanish
Vietnam
5681
English
Uganda
13mya-5987
English
El Salvador
11cfr-5633
Spanish
Uganda
13mya-5987
English
Uganda
13ud-6012
English
Benin
5677
French
Formación MyCoop
Collective planning and selling of mushrooms in Vietnam Growing bananas not only for home consumption La crianza de pollos de engorde da ganacias
Training in integrated farming system
By recordkeeping you know if the business is profitable Témoignages de vente groupée, Les groupements de base stimulent le développement
106
Boeren tegen armoede
Titel Whether treasurer or farmer: keep track of the money! Less is more: fewer cashew trees and a bigger harvest! A story of a farmer in Cambodia
Anne increases rice production
Beekeeping is hard work, not an adventure
I think we’re doing a good job in Dhading (Nepal) The Tsehai Union Malt Barley case: Overpromise, under delivery Women be prepared
Land
Project
Taal
Tanzania
12mhqf-5823
English
Tanzania
12mhqf-5823
English
Cambodia
6048
English
Zambia
5990
English
Bosnia
5821
English
Nepal
5905
English
Ethiopië
5963
English
Uganda
5915
English
107
Titel Gender equality in the household and in the group Learing in a study curcle group
Full control over the land of her husband
Moldovan farmers have good use for Dutch tractors Training fish farmers on Java: better incomes and a snowball effect!
108
Land
Project
Taal
Uganda
5916
English
Zambia
5945
English
Zambia
5945
English
Moldova
5974
English
Indonesia
5757
English
Boeren tegen armoede
Bijlage 9 Evaluaties in 2013 Hieronder de in 2013 uitgevoerde project- en programma- evaluaties. •
Evaluation of the cooperation between the Asian Farmers Association for sustainable rural development (AFA) and Agriterra (2002-2012). 6 to 23 May 2013, Philippines. Mamadou Goïta and Klaas Johan Osinga. Arnhem, August 2013.
•
Money in ideas. Evaluation mission: cooperation & results. Kiambaa Dairy Cooperative (Kenya). 18 to 27 July 2013. Jan van Weperen and Christine Plaisier, Arnhem, November 2013.
•
Coopérative Centrale du Nord-Kivu (COOCENKI). Plan stratégique 2013-2017, y compris l’évaluation des résultats achevés dans la période 2008-2012. Amza Tahirou, Agriterra/VECO, 2013.
•
Évaluation de l'impact de l'intervention d’Agriterra-CAPAD pour améliorer les capacités entrepreneuriales des agriculteurs au Burundi. Résultats préliminaires de la comparaison entre la situation de référence et la deuxième vague de collecte de données. CIDIN-CURDES, januari 2014.
•
Cooperatives for Change (C4C): Value Chain Approach for Cooperative Development in Ethiopia. Baseline study report. Meskay business, Addis Ababa, April 2014.
109
Bijlage 10 Agriterra: de mensen bestuur – 7 leden voorzitter
Albert Jan Maat
directie directeur
Kees Blokland
stafafdeling ondersteuning en kwaliteit hoofd Kees Blokland medewerkers monitoring en evaluatie Ingrid Koedijk, José Levelink, † Marjolijn Hondebrink senior communicatieadviseur Jur Schuurman communicatiemedewerker Anne Kluivers communicatieassistent Yvonne van Maanen PHP-softwareontwikkelaar Vincent Ludden directiesecretaresse Annemarie Dresen secretarieel medewerkers Marieke Postma, Nicole Noonan stafafdeling financiële administratie hoofd Johan Bakhuijs financieel-administraief medewerkers Larisa Jahanfar, Susana Arias Herrero, Marian Peters medewerker monitoring en evaluatie Tineke Alons team boergenoteerde bedrijven teammanager relatiebeheerders
bedrijfseconomisch adviseurs
financieel-administratief medewerker secretarieel medewerker team lokaal ondernemerschap teammanager relatiebeheerders
financieel-administratief medewerkers secretarieel medewerkers team belangenbehartiging teammanager relatiebeheerders
Cees van Rij Mascha Middelbeek, Petra Zwart, Agnes Janszen, Dik van de Koolwijk Bas Prins (Peru), Rien Geuze (Kenia), Taco Hoekstra (Oeganda), Alex Danissen (Tanzania) Addis Wijkamp, Marjon van den Bos Ottolien Teering
Frank van Dorsten Géke Appeldoorn, Jan van den Berg, Jeannette van Rijsoort, Marly Boonman, Ninoska González Herrera, Carl Jansen, Bertken de Leede Kenny Terheijden Monique Jagt
financieel-administratief medewerkers secretarieel medewerker
Nellie van der Pasch Bertine Sian, Mariëlle Schreurs, Niek Thijssen Jan Vinck, Diana Moreta Corine Matthijssen
kwaliteitscoördinator preventiemedewerker vrijwilligerscoördinator stagecoördinator
Jur Schuurman Yvonne van Maanen Anne Kluivers Marly Boonman
111
Bestuur Agriterra heeft een bestuur op afstand dat wordt gevormd door de vier sectoren die Agriterra dragen. Dit zijn de LTO-organisaties, de plattelandsvrouwen verenigd in de Stichting Samenwerkende Vrouwenorganisaties (SSVO), de Nationale Coöperatieve Raad voor land- en tuinbouw (NCR) en het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK). Het bestuur bestaat uit zeven leden en staat onder voorzitterschap van Albert Jan Maat, tevens voorzitter van LTO Nederland. De • • • • • •
overige leden zijn: Ira Stam (SSVO) Martina Benschop-Jansen (SVVO) Ruud Galle (NCR) Kees Menkhorst (NCR) John Hilhorst (NAJK) Kees Coppens (LTO Nederland)
Adviesgroepen Vanuit de achterban zijn adviesgroepen opgericht met specifieke kennis voor de verschillende teams. Insteek is dat leden van de adviesgroep hun ervaring en expertise op het gebied van coöperaties en ondernemerschap delen met het team. Dit gebeurt door bespreking van dilemma’s en vraagstukken uit de praktijk. Daarnaast kan de adviesgroep gevraagd en ongevraagd advies geven aan de teams en aan het bestuur van Agriterra. De adviesgroep en het team komen drie keer per jaar bij elkaar. Adviesgroep Boergenoteerde bedrijven De groep was in 2013 als volgt samengesteld: • Berend Pastoor (LTO Noord) tot september 2013 • Corné de Louw (Rabobank Development) • Jan Breembroek (Flynth) • Jan Drenthen (FrieslandCampina) • Linda de Bie (NCR) Adviesgroep Ondernemerschap De adviesgroep was in 2013 als volgt samengesteld: • Hans Verwegen (The Greenery) • Louis Hooghiemstra (ZLTO) tot september 2013 • Ria Wilzing (OAJK en NAJK) tot april 2013, opgevolgd door Inge van SchieRameyer (NAJK) • Grieta Gootjes-Hoekstra (Vrouw&Bedrijf LLTB) • Peter van Arkel (LTO Noord) • Harry Arkesteijn (voorheen Rabobank Deventer), tot november 2013 Adviesgroep Belangenbehartiging De adviesgroep had tot eind 2013 de volgende samenstelling: • Noud Janssen (LLTB) • Carola Bruinink (NBvP, Vrouwen van nu) • Lobke van Oorschot (ZLTO) • Martin Wiersema (LTO NOORD) • Peter de Regt (NAJK)
112
Boeren tegen armoede
Bijlage 11 Vermeldingen in de media Datum
Waar
wat
5-1-2013 Nieuwe Oogst ZLTO
Hoe knipsel
28-1-2013 NCR Nieuwsbrief
Wim Rodenburg en Jacco Vooijs adviseren telers en cooperaties in Ethiopië Belangrijke rol voor bedrijven bij ontwikkelingswerk
28-1-2013 www.lto.nl
Bedrijfsleven nauwer betrekken bij ontwikkelingssamenwerking’
digitaal
28-1-2013 Nieuwe oogst.nu
Band bedrijven en ontwikkelingshulp hechter
digitaal
8-1-2013 www.agf.nl
2-2-2013 Nieuwe Oogst LLTB
Hulp moet noodzakelijker
digitaal digitaal
Net werken
knipsel Knipsel / digitaal
1-2-2013 Binder
Op het toneel van de grootmachten
Knipsel / digitaal
1-2-2013 Passage
Hengelhouding grootste verandering
knipsel / digitaal
2-2-2013 Nieuwe Oogst
De boer als spil in het bodembeheer
digitaal
feb-13 IFAJ News
2012 Master Class Experiences
digitaal
feb-13 IFAJ News
Cooperatives create opportunities for Kenyan farmers
digitaal
feb-13 Binder
Bron ..\Google-alerts digitaal 2013\HollandFarmersvisitAgriresearchStation, hansofindia12-2012.pdf Belangrijke rol voor bedrijven bij ontwikkelingssamenwerking S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\bedrijfsleven nauwer betrekken bij ontwikkelingssamenwerking lto.nl 28-012013.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\band bedrijven en ontwikkelingshulp hechter, NieuweOogst.nu, 28-01-2013.pdf ..\Google-alerts digitaal 2013\Netwerken, Binder februari 2013.pdf ..\Google-alerts digitaal 2013\Op het toneel van de grootmachten, Binder februari 2013.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\hengelhouding grootste verandering, Passage 02-2013.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\bodem en bemesting Ruben, Nieuwe Oogst 2-02-2013.pdf http://www.ifaj.org/news-blogs/ifajnewsletter/ifaj-news-february2013.html#c5121 http://www.ifaj.org/news-blogs/ifajnewsletter/ifaj-news-february2013.html#c5122
113
Datum
Waar
wat
Hoe
4-3-2013 Nieuwe oogst ZLTO
Chinezen leren aardappels telen
knipsel / digitaal
9-3-2013 Nieuwe Oogst LLTB
De bevolking is zeer gemotiveerd
knipsel
25-3-2013 Melknummer Fcampina
25-3-2013 Melknummer Fcampina 12-4-2013 Boerderij Flynth magazine voorjaar1-4-2013 zomer nr. 1
13-4-2013 Nieuwe Oogst, LTO Noord
1-4-2013 Ekoland nieuwsbrief april
15 melkveehouders geselecteerd voor Friesland Campina Twitterbericht in melknummer Friesland campina 25-03-2013 Georganiseerde boer is onmisbaar voor ontwikkeling in het buitenland Boeren tegen armoede
digitaal
digitaal
digitaal
Derde generatie in polder heeft er zin in digitaal Biologische koffie uit Peru gemakkelijker te vinden in nederlandse dan in Peruaanse supermarkt digitaal De georganiseerde boer zorgt voor ontwikkeling
digitaal
13-5-2013 www.capad.info
Busiga: les producteurs de la pomme de terre s'organisent
digitaal
Visite conjointe d’Agriterra et de NAJK à la FUPRO-Benin
digitaal
LTO Noord Salland actief op facebook, blog Agriterra
Knipsel / digitaal
18-5-2013 Nieuwe Oogst LTO Noord
114
S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\15 melkveehouders geselecteerd voor FRcampina, melknummer 25-03-2013.docx ..\Google-alerts digitaal 2013\~$itterbericht in melknummer Friesland campina 25-032013.docx
knipsel
22-4-2013 NCR Nieuwsbrief
1-5-2013 www.fupro.org
Bron S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\Chinezen leren aardappels telen, NieuweOogstZLTO 2-03-2013.pdf
http://online.sitefabriek.com/flynth/magazine _3/#/34/ S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\Derde generatie in polder heeft er zin in, LTO Noord 13-04-2013.pdf http://www.vwg.net/ekoland/pdf/Ekoland_04 -2013_Peruaanse%20bioboeren_pag2325_M%20Krol.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\NCR Nieuwsbrief 22, georganiseerde boer zorgt voor ontwikkeling.docx S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\Busiga,les producteursde la pomme de terre capadinfo13-05-2013.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\Visite conjointe d’Agriterra et de NAJK à la FUPRO-Benin05-2013.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\LTO Noord actief op facebook18-052013.pdf
Boeren tegen armoede
Datum
Waar
wat
Hoe
21-5-2013 www.thijsberman.nl
Bezoek aan Agriterra
digitaal
21-5-2013 www.melkvee.nl
Ontwikkelingshulp Agriterra praktisch digitaal
21-5-2013 www.ijzerlo.nl
Extra info Agriterra
22-5-2013 Boerderij Vandaag
Boer-tot-boer aanpak Agriterra boeit Berman Boer in ontwikkelingsland leert beter van boer dan van NGO
23-5-2013 de Stentor
Boerenontwikkelingshulp uit Voorst
27-5-2013 NCR Nieuwsbrief
Coöperatievorming Zuid-Soedan:een uitdaging
21-5-2013 www.lto.nl
31-5-2013 Boerderij Weekend
digitaal
digitaal knipsel knipsel
digitaal knipsel
1-6-2013 BNDR
Boeren lokaal organiseren Beninse jongeren motiveren voor de landbouw
8-6-2013 Nieuwe oogst LTO Noord
Kloof platteland en stad in Azié
knipsel
10-6-2013 NUzakelijk.nl 10-6-2013 NCR Nieuwsbrief 10-6-2013 NCR Nieuwsbrief
19-6-2013 Passage Magazine 3
'Melkpartnership' groeit verder in Kenia Agrimondiaal - ondernemende boeren tegen armoede Tanzaniaanse cashewcoöperatie zet stap voorwaarts in de keten Vrouwen hebben de toekomst (symposium afscheid Ineke Ludikhuize)
Bron S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\bezoek aan Agriterra door Thijs Berman21-05-2013.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\Ontwikkelingshulp Agriterra praktisch21-05-2013.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\Extra info Agriterra IJerlo.nl21-052013.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\boert ot boer aanpak Agriterra21-052013.pdf
digitaal
digitaal
S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\NCR Nieuwsbrief 27, cooperatievorming in Zuid-Sudan een uitdaging23-05-2013.docx S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\Beninse jongeren,BNDR06-2013.pdf S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\melkpartnership groeit verder,nuzakelijk10-06-2013.pdf
digitaal digitaal Knipsel / digitaal
S:\Prre Public Relations\Google-alerts digitaal 2013\vrouwen hebben de toekomst Passage07-2013.pdf
115
Datum
Waar
wat
Hoe
1-6-2013 www.najk.nl
Wat deed NAJK voor jou in juni?
digitaal
1-7-2013 www.lto.nl
Ghana
digitaal
2-7-2013 AgriHolland
Agriterra kon 135 boerenorganisaties ondersteunen in 2012
digitaal
4-7-2013 www.groentennieuws.nl
3000 boerengroepen gesignaleerd bij Agriterra
digitaal
8-7-2013 NCR Nieuwsbrief
Jaarresultaten Agriterra
digitaal
Bron ..\Google-alerts digitaal 2013\Nieuwsbrief NAJK, www.najk.nl.pdf ..\Google-alerts digitaal 2013\Ghana, LTO.nl 1-07-2013.pdf ..\Google-alerts digitaal 2013\Agriterra kon 135 boerenorganisaties ondersteunen in 2012 2-07-2013.pdf ..\Google-alerts digitaal 2013\3000 nieuwe boerengroepen gesignaleerd bij Agriterra,groentennieuws.nl4-7-2013.pdf ..\Google-alerts digitaal 2013\Jaarresultaten Agriterra NCR Nieuwsbrief8-7-2013.docx
digitaal
http://www.biojournaal.nl/nieuwsbericht_deta il.asp?id=13079
12-7-2013 www.agriholland.nl
wachtwoord opvragen Biologische boeren uit Peru en Bolivia
16-7-2013 www.biojournaal.nl 31-7-2013 Boerderij Vandaag
Kenia (column van de Hulsthof)
knipsel
Geen koffie bij de powerpoint Laat boeren zelf een mening hebben en maapraten
knipsel knipsel
Agriterra
knipsel
Zakelijk netwerken van de toekomst
knipsel
Boost voor biologische telres in Peru
knipsel
De leefkansen van mensen vergroten Betere aardappelen voor boeren Burundi
knipsel
20-8-2013 www.gaj.org.uk
Liz Wright's African win
digitaal
..\Google-alerts digitaal 2013\Liz Wright's African win,20-08-2013.mht
20-8-2013 www.gaj.org.uk
Second Africa tour for Chris
digitaal
..\Google-alerts digitaal 2013\Second Africa
1-8-2013 Bijenhouden 9-8-2013 Boerderij Weekend Nieuwe Oogst LLTB 10-8-2013 ZLTO Nieuwe Oogst LLTB 10-8-2013 ZLTO Nieuwe Oogst LLTB 10-8-2013 ZLTO Nieuwe Oogst LLTB 10-8-2013 ZLTO Nieuwe Oogst LLTB 10-8-2013 ZLTO
116
en en en en en
knipsel
Boeren tegen armoede
Datum
Waar
wat McCullough
Hoe
La mejor postal de Argentina
knipsel
La union hace la fuerza
knipsel knipsel
2-9-2013 woudenberger.nl
Het gaat vooral om vertrouwen Adviseurs helpen boeren in de hele wereld Vierhonderd bezoekers voor Cowvalley
6-9-2013 Boerderij
Rwandese landbouw
knipsel
Rwandese landbouw (2)
knipsel
aug-sept 13 CA&A aug-sept 13 CA&A dec-13 COSUN Context 1-9-2013 Media Planet
20-9-2013 Boerderij Vandaag
knipsel digitaal
15-10-2013 www.lto.nl
Coalitie voor voedselzekerheid van start op Wereldvoedseldag
digitaal
19-10-2013 Nieuwe Oogst
Wereldvoedseldag
knipsel
19-10-2013 Nieuwe Oogst LLTB
LTO in Coalitie Voedselzekerheid
knipsel
19-10-2013 Nieuwe Oogst ZLTO
LTO in Coalitie Voedselzekerheid
knipsel
19-10-2013 Nieuwe Oogst LTO Noord
LTO in Coalitie Voedselzekerheid Agrimondiaal blikt terug op 15 jaar Agriterra
knipsel digitaal
Vanuit eigen kracht opereren
knipsel
29-10-2013 www.lto.nl 2-11-2013 Nieuwe Oogst
4-11-2013 NCR Nieuwsbrief 4-11-2013 Agriholland
22-11-2013 www.frieslandcampina.com
Agrifirm en Agriterra leggen gezamenlijke ambities vast
Bron tour for Chris Mccullough20-08-2013.pdf
digitaal
Agrifirm en Agriterra leggen gezamelijke ambities vast
digitaal
FrieslandCampina Indonesië steunt Dairy Village Programme
digitaal
..\Google-alerts digitaal 2013\Coalitie voor voedselzekerheid van start op Wereldvoedseldag, LTO.nl15-10-2013.docx
http://www.lto.nl/actueel/nieuws/10833570/ Agrimondiaal-blikt-terug-op-15-jaar-Agriterra http://www.agriterra.org/nl/press/58400/agri firm-en-agriterra-leggen-gezamenlijkeambities-vast http://www.agriholland.nl/nieuws/artikel.html ?id=153430 https://agriterraindewolken.sharepoint.com/P rre%20Public%20Relations/Gedeelde%20%2 0documenten/Googlealerts%20digitaal%202013/FrieslandCampina
117
Datum
Waar
23-11-2013 NVLJ Netwerk
wat
Hoe
De burger bepaalt wat hij eet
knipsel
26-11-2013 www.bndestem.nl
Agriterra versterkt coöperatie en marketing in Indonesië Hulp vanuit West-Brabant voor Indonesische boeren
digitaal
30-11-2013 Nieuwe Oogst ZLTO
Gift ZLTO-leden aan Filippijnen
knipsel
NAJK partner in voedselzekerheid
knipsel
6-12-2013 Boerderij vandaag
Leerzame boerentrip naar Java
knipsel
6-12-2013 Boerderij vandaag
Tips voor Javaanse boeren
knipsel
7-12-2013 Nieuwe Oogst ZLTO
Kijken naar de mens achter 't bedrijf
knipsel
25-11-2013 www.agf.nl
dec-13 NAJK
118
digitaal
Bron %20%20FrieslandCampina%20Indonesië%20steu nt%20Dairy%20Village%20Programme%202 2-11-2013.pdf https://agriterraindewolken.sharepoint.com/P rre%20Public%20Relations/Gedeelde%20%2 0documenten/Googlealerts%20digitaal%202013/Agriterra%20vers terkt%20coöperatie%20en%20marketing%20 in%20IndonesiëAGF.nl25-11-2013.pdf
Boeren tegen armoede
Bijlage 12 Overzicht Tabellen en Grafieken TABEL 1: KERNCIJFERS BOERGENOTEERDE BEDRIJVEN ....................................................... 9 TABEL 2: HOOFINDICATOREN TEAM ONDERNEMERSCHAP....................................................18 TABEL 3: TEAM ONDERNEMERSCHAP IN GETALLEN ...........................................................19 TABEL 4: AANTAL GROEPEN BIJ KLANTEN VAN TEAM LOKAAL ONDERNEMERSCHAP .......................19 TABEL 5: AANTAL GROEPEN BIJ KLANTEN VAN TEAM LOKAAL ONDERNEMERSCHAP (2013) .............19 TABEL 6: KLANTEN DIE PRIMAIRE COÖPERATIES OPZETTEN EN VERSTERKEN .............................20 TABEL 7: BESTEDINGEN VAN HET TEAM LOKAAL ONDERNEMERSCHAP IN 2013 ..........................22 TABEL 8: DE CIJFERS VAN HET TEAM BELANGENBEHARTIGING ..............................................29 TABEL 9: FACT-TRAJECTEN EN RESULTATEN IN 2013 ......................................................29 TABEL 10: OUTREACH 2013: GEPLANDE EN GEREALISEERDE DEELNAME VAN VROUWEN PER TEAM ...42 TABEL 11: ABSOLUTE LEDENAANTALLEN, 2010-2013 .....................................................44 TABEL 12: DELIVERABLES EN VERSCHIL TUSSEN PLANNING EN REALISATIE, 2011 EN 2013 ..........45 TABEL 13: HEALTH CHECKS UITGEVOERD PER WERKTERREIN...............................................46 TABEL 14: FINANCIAL HEALTH CHECKS, 2013 ...............................................................47 TABEL 15: PERCENTAGES UITGAVEN IN FOCUS EN PSI LANDEN, PER TEAM ..............................50 TABEL 16: BESTEDINGEN IN PROJECTEN IN FOCUSLANDEN, PER WERKTERREIN, ........................51 TABEL 17: ORGANISATIE NAAR RECHTSVORM PER TEAM, 2013 ...........................................53 TABEL 18: KLANTEN EN LEDEN, 2013 ........................................................................53 TABEL 19: PROJECTEN PER REGIO EN TEAM (INCLUSIEF TRIAS) ...........................................54 TABEL 20: PROJECTEN PER REGIO EN TEAM (EXCLUSIEF TRIAS) ...........................................54 TABEL 21: ALLE ADVISERINGSREIZEN (EXCL. DE STAFAFDELINGEN), 2013 .............................55 TABEL 22: MISSIES VERGELIJKING FFP-PLAN (2010) MET REALISATIE, 2013 .........................56 TABEL 23: PEER-TO-PEER ADVISERINGSREIZEN PER TEAM, 2013.........................................56 TABEL 24: AANTAL INGEZETTE AGRIPOOLERS PER ACHTERBANORGANISATIE, 2013 ...................56 TABEL 25: ZUID-ZUID UITWISSELING TEN OPZICHTE VAN HET TOTAAL ...................................57 TABEL 26: FINANCIËLE KENGETALLEN VAN AGRITERRA, 2012 - 2013 ...................................59 TABEL 27: NIEUWSBERICHTEN OP AGRO-INFO.NET, 2013 .................................................59 TABEL 28. FINANCIERING GEPLAND EN GEREALISEERD TOT EN MET 2012 ...............................65 TABEL 29: BIJDRAGE ANDERE DONOREN ......................................................................65 TABEL 30: FINANCIERING BOEREN TEGEN ARMOEDE: PLAN EN REALISATIE, 2011-2013 .............66 TABEL 31: FINANCIERING GEPLAND EN GEREALISEERD IN 2013 ..........................................67 TABEL 32: PROJECTEN VIA AFDI EN FERT, 2013 ..........................................................68 TABEL 33: UITGAVEN, NAAR TEAM .............................................................................68 TABEL 34: SPECIAL SERVICES TOV TOTAAL (ALLEEN TEAMS) ..............................................68 TABEL 35: QUANTIFIED INPUTS FOR 2011-2014 ...........................................................69
FIGUUR 1: PROFIEL VAN CFAP-CAMBODJA, 2009 EN 2013 ..............................................43 FIGUUR 2: LEDENTOENAME ALS PROJECTDOELSTELLING IN 2013 .........................................44 FIGUUR 3: VERDELING VAN PROJECTGELD OVER LANDEN ...................................................50 FIGUUR 4: DEELNEMERS AAN WERKBEZOEKEN VANUIT DRAGENDE ORGANISATIES ......................56
119