BKWI Jaarverslag 2014
Inhoudsopgave
1
VOORWOORD .......................................................................................................................................... 3 1.1 PRESTATIE-‐INDICATOREN EN KERNCIJFERS ............................................................................................................... 4
2
DOELEN EN ACTIVITEITEN 2014 ................................................................................................................ 5 2.1 INLEIDING .......................................................................................................................................................... 5 2.2 PRIMAIRE/WETTELIJKE TAAK: GEGEVENSVERKEER WERK & INKOMEN .......................................................................... 5 2.3 AANVULLENDE OPDRACHTEN WERK & INKOMEN VAN HET MINISTERIE VAN SZW .......................................................... 7 2.4 OPDRACHTEN VAN EEN OF MEER KETENPARTNERS (SVB, UWV, VNG) TOT UITWISSELING VAN GEGEVENS MET NIET-‐SUWI-‐ PARTIJEN. ................................................................................................................................................................ 8 2.5 ADDITIONELE OPDRACHTEN DIVERSE OVERHEIDSORGANISATIES ................................................................................... 8
3
BEDRIJFSVOERING ................................................................................................................................... 9 3.1 MEDEDELING BEDRIJFSVOERING ............................................................................................................................ 9 3.2 FINANCIËLE VERANTWOORDING .......................................................................................................................... 10 3.3 KWALITEIT NIET-‐FINANCIËLE INFORMATIEVOORZIENING ........................................................................................... 11 3.4 DOELMATIGHEID .............................................................................................................................................. 11 3.5 RECHTMATIGHEID ............................................................................................................................................. 12 3.6 BEVINDINGEN INSPECTIE SZW ............................................................................................................................ 12
4 5
JAARREKENING ...................................................................................................................................... 14 OVERIGE GEGEVENS ...................................................................................................................................... 24
Bijlagen Bijlage 1: Lijst met afkortingen Bijlage 2: Voortgang speerpunten en doelen Jaarplan BKWI 2014
* Op verzoek van de Inspectie SZW zijn alle teksten die door de EDP-‐auditor zijn beoordeeld tussen asterisken (*) gezet. De overige teksten zijn door de Accountantsdienst UWV beoordeeld.
2
1
Voorwoord
Ook in 2014 waren de producten en diensten van BKWI onmisbaar in de keten van werk en inkomen: ruim 105 miljoen uitgewisselde berichten in het kader van Suwinet-Inkijk, bijna 50 miljoen berichten voor Suwinet-Inlezen tonen dat aan. Naast deze grote volumes was 2014 voor BKWI vooral een jaar waarin drie thema’s de boventoon voerden: privacybescherming, professionalisering en besturing. Privacybescherming Samen met de rest van de Suwiketen heeft BKWI aan de totstandkoming van het programmaplan Betrouwbaar Suwinet gewerkt. Dit programma is opgestart als reactie op een aantal rapporten van onafhankelijke adviseurs en toezichthouders, die onvolkomenheden rondom Suwinet hebben geconstateerd. Die onvolkomenheden gaan globaal over wet- en regelgeving, over techniek, over inrichting, over zorgvuldig gebruik en over transparante verantwoording. Deze opsomming maakt duidelijk dat het verbeterprogramma een gedeelde verantwoordelijkheid is van ketenpartijen en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In de loop van 2014 is begonnen met de activiteiten van de eerste werkgroepen die moeten leiden tot verdere concretisering van noodzakelijke maatregelen. BKWI treedt hierin op als deskundig opdrachtnemer. Professionalisering In 2014 heeft BKWI een aantal belangrijke stappen gezet om verder te professionaliseren. In de eerste plaats is in nauwe samenwerking met UWV gewerkt aan verbetering van de financiële processen, waardoor veel duidelijker en voorspelbaarder is geworden hoe de organisatie er financieel voor staat. In 2014 zijn eenmalig grote bezuinigingen doorgevoerd om conform afspraken met het ministerie van SZW een fundament te leggen voor een bestemmingsfonds waaruit in de toekomst vervangingsinvesteringen kunnen worden betaald. Daarnaast zijn voorbereidingen getroffen voor een interne reorganisatie die in 2015 zijn beslag zal krijgen. Belangrijkste doel hiervan is optimaal aan te sluiten op de veranderende omgeving, waardoor we de aan ons opgedragen taken op een hoog niveau kunnen uitvoeren. Vermeldenswaard is verder de Europese aanbesteding van de Centrale omgeving Suwinet (het rekencentrum). De procedure is met hulp van UWV-Inkoop zeer soepel doorlopen met een succesvolle gunning begin 2015 als gevolg. Deze uitkomst vormt een stevig fundament voor verdere verbetering van de ICT-dienstverlening de komende jaren. Besturing 2014 was het jaar waarin het Opdrachtgeverberaad Suwinet werd opgericht. In dit beraad zijn de wettelijke opdrachtgevers van de Gemeenschappelijke Elektronische Voorzieningen Suwi verenigd op bestuurlijk niveau. Door de inrichting van dit overleg zijn de Suwi-partijen beter dan voorheen in staat hun verantwoordelijkheid te nemen, en wordt op een natuurlijke manier cohesie bereikt in de aanpak van inhoudelijke thema’s, zoals het eerder genoemde programma rond privacy & beveiliging. Tot slot De dienstverlening is in 2014 van hoog niveau geweest. De met het ministerie en keten afgesproken normen zijn ruimschoots gehaald, en het klanttevredenheidsonderzoek laat een significante stijging van de waardering zien, die tot uitdrukking komt in het rapportcijfer 7,2. Decentrale beheerders waarderen de dienstverlening zelfs met een 7,8. Deze cijfers maken trots en rechtvaardigen een groot compliment aan alle medewerkers, die stuk voor stuk de effecten van de eerder genoemde interne bezuinigingen hebben gemerkt, en desondanks bijzondere inzet hebben getoond.
Voorjaar 2015, Bert Uffen Directeur BKWI
3
1.1 Prestatie-‐indicatoren en kerncijfers •
Prestatie-indicatoren Prestatie-indicator
Norm
2014
2013
Uitvoeren en coördineren technisch en functioneel beheer voorzieningen Suwinet Beschikbaarheid Suwinet Netwerk Applicatie(s)
99,5%
99,9%
99,9%
Suwinet gegevens binnen 6 sec.
95%
97,1%
94,5%
Goedkeurende auditverklaring beveiliging Suwinet
Ja
Ja
Ja
Klanttevredenheid eindgebruikers (even jaar)
7
7,2
-
52
59
Voorbereiden en beheren ketenafspraken Aantal afgehandelde wijzigingsverzoeken (Centraal Meldpunt Ketenwijzigingen) + tijdigheid van de afhandeling van de wijzigingsverzoeken Aantal afgehandelde beveiligingsincidenten + totaal aantal incidenten
100% tijdig afgehandeld
111
-
Actualisatie van de Suwi-standaarden
1 x per jaar
Conform norm
Conform norm
Klanttevredenheid Suwi-partijen (ieder oneven jaar)
7
-
7,6
5% van besteedbare uren
7,9% van besteedbare uren
n.v.t.
Goedkeurende accountantsverklaring
Ja
Ja
Ja
Benutting regulier budget
< 100%
89,9%
97,0%
Benutting project budget (ten behoeve van vervangingsinvesteringen)
< 100%
206,1%
104,0%
Rechtmatigheid
99%
92,4%
97,1%
Kengetallen
2014
2013
Aantal fte’s in vaste dienst (einde jaar)
52,9
53,6
Aantal fte’s op jaarcontract (einde jaar)
2
2
Aantal fte’s externe inhuur lijn (einde jaar)
3,1
1,4
Aantal releases
4
4
Aantal actieve gebruikers Suwinet-Inkijk (gemiddeld per
38.335
36.539
Aantal raadplegingen2 binnen Suwinet-Inkijk
30.412.634
31.167.254
Gemiddelde responsetijd BKWI
0,92 sec.
1,36 sec.
Aantal via Suwinet-Mail verzonden berichten
1.218.336
950.111
Innovatie Suwinet en keten werk en inkomen Uren besteed aan afgeronde activiteiten met een innovatief karakter (project vervanging broker) Financieel
• Kengetallen
maand)
1 Over 2014 zijn 11 beveiligingsincidenten geregistreerd. Naar aanleiding van het Heartbleed-virus zijn alle certificaten
vervangen. Enkele self-signed certificaten worden in 2015 vervangen. Ook zijn 48 minor beveiligingsincidenten geregistreerd en afgehandeld. 2 Onder een raadpleging wordt verstaan het raadplegen van een gegevenspagina. Een gegevenspagina kan uit meerdere berichten bestaan.
4
2
Doelen en activiteiten 2014
2.1 Inleiding UWV, SVB en de gemeenten werken samen om burgers en bedrijven beter van dienst te zijn op het terrein van werk en inkomen. Het gebruik van Suwinet ondersteunt de eenmalige uitvraag van gegevens door overheidspartijen, leidt tot een efficiëntere en effectievere dienstverlening door de Suwi-partijen en vergroot de kans om fraude te detecteren. De Suwi-partijen zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het in stand houden van de voorziening Suwinet. Om dit goed te organiseren en formaliseren hebben zij het Opdrachtgeverberaad Suwinet ingericht. Het Opdrachtgeverberaad Suwinet beoogt een duidelijke programmering van BKWI en het nakomen daarvan door alle betrokken partijen. Het Opdrachtgeverberaad Suwinet dient ook als platform voor urgente en relevante thema’s die Suwinet raken, zoals privacy en beveiliging. De dienstverlening voor de Suwiketen en de ontwikkeling van Suwinet blijft op deze manier beter geborgd. Daarnaast is UWV ingevolge het Besluit SUWI verantwoordelijk voor de inrichting en het beheer van Suwinet. Het feitelijke beheer van Suwinet ligt bij BKWI, een apart en herkenbaar organisatieonderdeel van UWV. BKWI is opdrachtnemer van het Opdrachtgeverberaad. De primaire taak van BKWI is om te zorgen voor de technische aansluiting van afnemers op de voorziening Suwinet en voor het functioneel beheer van het systeem. Naast het uitvoeren van deze primaire / wettelijke taak, kunnen het ministerie van SZW, de drie Suwi-partijen en ook overige partijen BKWI verzoeken om aanvullende taken uit te voeren. Dit is in 2014 in zeer beperkte mate gebeurd. Voorwaarde voor deze verzoeken is dat de opdrachtgevende partij zorgt voor additionele financiering. Om duidelijkheid te geven over de opdrachten voor BKWI zijn de activiteiten, capaciteit en financiering van BKWI in het Jaarverslag 2014 opgedeeld naar vier verschillende opdrachtlijnen, namelijk: 1. Primaire, wettelijke taken in opdracht van het ministerie van SZW. Hiervoor dient de jaarlijkse rijksbijdrage van het ministerie. 2. Aanvullende, specifieke opdrachten van het ministerie van SZW. Hiervoor verleent het ministerie additionele middelen. 3. Opdrachten van een of meer van onze ketenpartners (SVB, UWV, VNG) tot uitwisseling van gegevens met nietSuwi partijen. De opdrachtgever(s) zorgen voor financiering. 4. Opdrachten van derden. Eveneens additioneel gefinancierd door de opdrachtgever(s). In het Jaarplan BKWI 2014 zijn op zeer gedetaillieerde wijze speerpunten benoemd bij elk van deze opdrachtlijnen. In de rest van dit hoofdstuk zullen wij verslag doen van de voortgang op elk van deze opdrachtlijnen. In bijlage 2 is een gedetaillieerd overzicht opgenomen van alle speerpunten en de voortgang hierop.
2.2 Primaire/wettelijke taak: gegevensverkeer Werk & Inkomen
De primaire / wettelijke taak van BKWI is om de gegevensuitwisseling tussen UWV, SVB en de gemeenten te verzorgen. Deze taak kan opgedeeld worden in de volgende activiteiten: • Ontwikkelen, aanbieden en beheren van de gegevensdiensten van Suwinet. • Beheer van ketenbrede standaarden voor gegevens, architectuur, beheer en beveiliging van Suwinet. • Faciliteren van de ketensamenwerking, ketenadvies en ondersteuning van de dienstverlening door de ketenpartners. Het gebruik van Suwinet door de Suwi-partijen verandert continu. In 2014 heeft BKWI geconstateerd dat daar waar het opvragen van gegevens via Suwinet-Inkijk vanouds de bekendste service is, de Suwi-partijen in verband met de automatiseringsslagen die zij maken steeds meer behoefte hebben aan het direct opvragen van gegevens in hun primaire systemen. Hierbij wordt steeds meer gebruik gemaakt van Suwinet-Inlezen. Daarnaast merkt BKWI dat de Suwi-partijen ook meer mogelijkheden willen benutten om elkaar via meldingen gegevens te sturen. Zo wordt Suwinet-Meldingen gebruikt bij de overdracht van WWB-aanvragen van UWV naar gemeenten. In 2014 zijn voor Suwinet-Inkijk 105.955.907 berichten verstuurd. Dit betreft 30.412.634 opvragingen met gemiddeld 3,48 berichten per opvraging. Voor Suwinet-Inlezen zijn 49.414.035 berichten verstuurd.
2.2.1 Ontwikkeling en beheer van de gegevensdiensten van Suwinet in 2014 Suwinet-Inkijk Nieuwe wetgeving en meerdere reorganisaties bij Suwi-partijen en niet-Suwi-partijen hebben in 2014 tot diverse aanpassingen geleid in de systemen die BKWI namens de Suwi-partijen beheert. Deze aanpassingen zijn noodzakelijk om Suwinet-Inkijk goed aangesloten te houden op de werkprocessen van de aangesloten organisaties en zorgen ervoor dat UWV, SVB en gemeenten kunnen blijven beschikken over de klantgegevens die zij nodig hebben bij de uitvoering van hun wettelijke taken. Zo heeft BKWI in 2014 twee nieuwe overzichtspagina’s ontwikkeld die de SVB ondersteunen in de uitvoering van de Participatiewet. Ook heeft BKWI op verzoek van het ministerie van SZW en de Suwi-partijen de gegevenspagina ‘Kostendelersnorm DUO medebewoners’ ontwikkeld. Deze pagina’s zijn in januari 2015 beschikbaar gesteld aan gemeenten. In samenwerking met de Suwi-partijen heeft BKWI in 2014 verbeteringen aangebracht in de gebruikersrapportages Suwinet van de Gemeentelijke Sociale Diensten (GSD) en UWV. Ook is gestart met het vernieuwen van de gebruikersrapportages Suwinet van de SVB. Deze werkzaamheden worden in 2015 afgerond. Deze verbeteringen
5
ondersteunen de Suwi-partijen in de monitoring en sturing van het gebruik van Suwinet en stellen de Suwi-partijen nog beter in staat om misbruik te signaleren. Suwinet-Inlezen In samenwerking met de Suwi-partijen heeft BKWI de berichten die via Suwinet-Inlezen aan de Suwi-partijen worden geleverd omgezet in ‘berichten op maat’. Berichten op maat zijn berichten die uitsluitend die gegevens bevatten die nodig zijn om de afnemer van de gegevens in staat te stellen om zijn wettelijke taak uit te voeren. Ook als het bronbericht meer gegevens bevat zal de Suwi-broker die niet leveren: het bericht wordt op maat gemaakt. Ontsluiten van bronnen en aansluiten van nieuwe gebruikers Het afgelopen jaar lag de nadruk niet zozeer op het ontsluiten van nieuwe bronnen en partijen als wel op het verbeteren van de onderliggende processen. Zo zijn er grote stappen gezet in het Digi-compliant maken van BKWI. Suwinet en Diginetwerk zijn in 2014 voor de aangesloten partijen volledig onderling uitwisselbaar gemaakt. Het conformeren aan landelijke standaarden is nodig voor een efficiënte overheid (één netwerkaansluiting volstaat om met de hele overheid te kunnen communiceren). Suwinet-Meldingen BKWI heeft voor Suwinet-Meldingen een Store & Forward mechanisme geïmplementeerd. Deze technische verbetering draagt bij om Suwinet-Meldingen tot een veilige en betrouwbare voorziening te maken. Suwinet-Correctie en Suwinet Mijn gegevens De Suwi-partijen hebben in 2014 geen verzoeken gedaan aan BKWI om nieuwe terugmeldfunctionaliteiten te ontwikkelen. Wel zijn voorbereidende analyses gemaakt voor het compliant maken van de terugmeldvoorziening met de DigiMeldingenstandaard. Het conformeren aan landelijke standaarden is nodig voor een efficiënte overheid (één netwerkaansluiting volstaat om met de hele overheid te communiceren). Suwinet-Infrastructuur Alle verbindingen die BKWI via Diginetwerk legt zijn voorzien van het encryptie-protocol SSL. Diginetwerk wordt onder andere gebruikt om Inspectie SZW de benodigde toegang te geven tot de GeVS. Ook wordt Diginetwerk gebruikt voor het routeren van Bijstandwetaanvragen van werk.nl naar de afzonderlijke gemeenten. Daarnaast zijn dit jaar de verbindingen met Cocensus en met de GSD Rotterdam van SSL voorzien. Consensus is een samenwerkingsverband van GSD’s Haarlem en omstreken. Suwinet-Autorisatie *In 2014 heeft BKWI in overleg met de Suwipartijen de lay-out van het inlogscherm van Suwinet-Inkijk aangepast. Met de nieuwe lay-out wordt meer nadruk gelegd op de gebruikersvoorwaarden en de privacy gevoeligheid van de gegevens die worden getoond door middel van Suwinet-Inkijk.* De gebruikershandleiding voor de gebruikersbeheerders is hierop aangepast. *Voor de beheerders van de afnemers is naast de bestaande volledige beheerrol een nieuwe ‘lichte’ beheerrol ontwikkeld. Afnemers hebben nu de mogelijkheid om de rechten van hun beheerders te beperken tot slechts het resetten van wachtwoorden en het (de)blokkeren van accounts. Voor veel beheerders is dat voldoende.* *BKWI heeft UWV ondersteund bij het meer in lijn brengen van hun gebruikersadministratie aan hun organisatiestructuur. In 2014 is een begin gemaakt met het samenvoegen van de UWV- en WERKbedrijf-autorisaties.* Dit wordt in de eerste helft van 2015 afgerond. Ook hebben BKWI en UWV een plan opgesteld voor het koppelen van de autorisaties aan de medewerkers administratie van UWV. Hiermee wordt UWV in staat gesteld om een beter overzicht te creëren in haar autorisatiebeheer. Suwinet-Mail In 2014 heeft BKWI ervoor gezorgd dat Suwinet-Mail compatibel is met alle aan Diginetwerk deelnemende netwerken. Het resultaat is dat mailverkeer tussen alle aangesloten partijen via Diginetwerk verloopt. Het aantal via Suwinet-Mail verzonden berichten in 2014 bedroeg 1.218.336 berichten.
2.2.2 Beheer van ketenbrede standaarden
*Om het gegevensverkeer gestructureerd, betrouwbaar en veilig te laten verlopen heeft het ministerie van SZW standaarden voor gegevens, beveiliging, inrichting en beheer van Suwinet in de Suwi-regelgeving opgenomen3. BKWI beheert en ontwikkelt deze standaarden in opdracht van UWV, SVB en de gemeenten. Het gaat daarbij om de volgende onderwerpen: • Ketenarchitectuur en Suwi Gegevens Register • Privacy en beveiliging • Beheer ICT* Ketenarchitectuur en Suwi Gegevens Register *In 2014 heeft BKWI gewerkt aan versie 2.1 van de Ketenarchitectuur.* Deze zal naar verwachting in 2015 worden opgeleverd. Ook heeft BKWI in 2014 een nieuwe versie van het Suwi Gegevens Register opgeleverd. Het Opdrachtgeverberaad heeft versie 11.0 op 21 januari 2015 vastgesteld.
3
Art. 6.1 – 6.4 Regeling SUWI
6
Privacy en beveiliging *Ook in 2014 had privacy & beveiliging de volledige aandacht van de Suwi-partijen en BKWI.* *Naar aanleiding van de brief van 20 mei 2014 van de minister van SZW aan UWV om de door de Inspectie SZW geconstateerde tekortkomingen op het terrein van de privacy en beveiliging van Suwinet op te lossen, hebben de Suwipartijen samen met BKWI maatregelen benoemd om de geconstateerde problemen gecoördineerd aan te pakken. Deze maatregelen zijn beschreven in het Programmaplan ‘Borging veilige gegevensuitwisseling via Suwinet' en worden in 2015 gestructureerd opgepakt in de daarvoor opgerichte werkgroepen. BKWI heeft in deze werkgroepen zowel een adviserende als een uitvoerende rol.* De leden van de domeingroep privacy en beveiliging zijn gevraagd of de maatregelen die in het Programmaplan zijn opgenomen dekkend zijn om veilige gegevensuitwisseling via Suwinet te borgen. Hierop zijn geen knelpunten naar voren gekomen. *Gedurende de looptijd van het Programmaplan zijn de activiteiten van de domeingroep privacy en beveiliging opgeschort.* Het Rapport van het CBP wat in november 2014 formeel is vastgesteld met betrekking tot de bevindingen onderzoek toegang Suwinet voor niet-Suwi-partijen heeft geleid tot een viertal concrete maatregelen: 1. *UWV zorgt samen met BKWI voor een evaluatie en actualisering van het Beveiligingsplan BKWI. BKWI is gestart met het actualiseren van de baseline beveiliging. Op 23 oktober 2014 (besluitnummer 025/2014) heeft BKWI de baseline vastgesteld.* 2. *UWV zorgt samen met BKWI voor een evaluatie en actualisering van het Continuïteitsplan BKWI. In dit plan wordt ook de organisatorische uitwijk van BKWI vastgelegd. In juni 2014 is het continuïteitsplan opnieuw vastgesteld door het MT BKWI. Naast het bestaande in 2014 vastgestelde continuïteitsplan ontwikkelt BKWI een nieuw continuïteitplan. Hierin wordt niet alleen de organisatorische uitwijk nader uitgewerkt, maar ook wordt een relatie gelegd met de risicobereidheid, zijn de bedrijfsprocessen en diensten en de gevolgen van mogelijk manifest wordende risico's gekwalificeerd, wordt de relatie gelegd met de calamiteit-, ontruimings- en uitwijkplannen en zijn de crisisteams en de verantwoordelijkheden beschreven.* 3. UWV zorgt samen met BKWI voor de ontwikkeling en de vaststelling van een adequate procedure inzake beveiligingsincidenten. BKWI heeft een voorstel procedure beveiligingsincidenten opgesteld. Dit voorstel wordt momenteel afgestemd met SVB, VNG/KING en UWV. Na afstemming vindt vaststelling plaats in het Opdrachtgeverberaad. 4. UWV zorgt samen met BKWI voor de vaststelling van een gedocumenteerde procedurebeschrijving met betrekking tot de autorisatie van de gebruikersbeheerder van de afnemer. BKWI heeft een procedurebeschrijving met betrekking tot het toekennen van autorisaties aan de gebruikersbeheerder opgesteld. Dit voorstel wordt momenteel afgestemd met SVB, VNG/KING en UWV. Na afstemming vindt vaststelling plaats in en door het Opdrachtgeverberaad. ICT-Beheer *In 2014 is Keten SLA 9.0 opgeleverd en getekend door onder andere UWV, SVB, IB en BKWI. Ook is de bijbehorende Keten Dossier Afspraken & Procedures (Keten DAP v2.11), die een operationele uitwerking is van de GeVS Keten SLA opgeleverd. De GeVS Keten SLA is officieel vanaf 1 oktober 2014 geldend.* *De Domeingroep ICT-Beheer en de daaronder vallende werkgroepen zijn verantwoordelijk voor de advisering over ketenwijzigingen in relatie tot proces, techniek en tijd (Keten Change Advisory Board; CAB), afstemming over businesswensen en vertalen naar specificaties (Functioneel CAB) en afstemming en afhandeling van ketenbrede incidenten en problemen (KIPO). De mate waarin het KIPO ketenbreed incidenten en problemen kan signaleren en verhelpen is in 2014 toegenomen door de toetreding van vertegenwoordigers van de SVB en het Inlichtingenbureau. BKWI zal een voorstel doen voor het verbeteren van het keten brede proces voor wijzigingsbeheer, zodat bij het accepteren van wijzigingen wordt vastgelegd of aan wet- en regelgeving en aan de ketenstandaarden wordt voldaan.*
2.2.3 Ketenadvies en ondersteuning complementaire dienstverlening Ook in 2014 heeft BKWI op diverse manieren de Programmaraad ondersteund, onder andere door het leveren van de secretaris en het beheren van de site samenvoordeklant.nl (tot september 2014). Ook heeft BKWI huisvesting en bemensing voor het Programmaraadbureau geboden. De ondersteuning van de Programmaraad wordt gefinancierd door het ministerie van SZW. BKWI voert de financiële administratie. BKWI heeft in 2014 het wijzigingsbeleid voor de gezamenlijke ICT voor de Arbeidsmarktregio’s / Werkpleinen georganiseerd, door middel van het Centraal Meldpunt Ketenwijzigingen en de organisatie van het wijzigingsoverleg. Dit heeft geleid tot afspraken over ICT-wijzigingen ten behoeve van de releases van UWV. Het hiervoor relevante wijzigingsoverleg bestaat uit een aantal nieuwe overlegtafels, waaronder het Intergemeentelijk Prioriteiten Overleg (IGP, door KING), het Gezamenlijk Operationeel ICT-Overleg (GOIO) en het Gezamenlijk Business- en Beleidsoverleg (GBB).
2.3 Aanvullende opdrachten Werk & Inkomen van het ministerie van SZW
In 2014 heeft het ministerie van SZW BKWI verzocht om een aantal aanvullende opdrachten uit te voeren die niet vallen binnen de eerste opdrachtlijn van BKWI. Deze opdrachten zijn door het ministerie van SZW aanvullend gefinancierd. Recidiveregister In opdracht van het ministerie van SZW heeft het Inlichtingenbureau een onderzoek gedaan naar de huidige fraudepagina en wat er moet gebeuren om de huidige pagina optimaal te laten functioneren. Conclusie van het onderzoek is dat een goed werkende fraudepagina een significante inspanning vereist. In de praktijk blijken gemeenten ook zonder frauderegister goed in staat te zijn uitvoering te geven aan de recidiveregeling in de Fraudewet. BKWI heeft verder geen opdracht gekregen voor dit register en heeft daarom geen activiteiten ontplooid rondom het recidiveregister.
7
Interventieteams (IVT) *Op verzoek van het ministerie van SZW heeft BKWI in 2014 zorg gedragen voor het technisch beheer en de exploitatie van de IVT-applicatie.* Ook heeft BKWI functionele ondersteuning geboden aan de projectleiders van de IVT-projecten. Vanaf half december 2014 is het niet meer mogelijk om persoonsgegevens vanuit UWV voor in te vullen in de applicatie. Er komt - in overleg met UWV en opdrachtgever ministerie van SZW - geen alternatief voor deze functionaliteit. De eindgebruikers zijn hierover geïnformeerd via het ministerie van SZW. Kernkaart Werk en Bijstand *In 2014 heeft BKWI conform de afspraken met het ministerie van SZW alleen beheeractiviteiten voor de Kernkaart uitgevoerd.* Hiervoor zijn geen extra additionele projectgelden beschikbaar gesteld.
2.4 Opdrachten van een of meer ketenpartners (SVB, UWV, VNG) tot uitwisseling van gegevens met niet-‐Suwi-‐partijen BKWI ondersteunt de Suwi-partijen om te voldoen aan de leverplicht aan niet-Suwi-partijen (Opdrachtlijn 3). In opdracht van de Suwi-partijen worden onder andere CAK, CVZ, Inspectie SZW, RMC’s en IND via Suwinet van gegevens voorzien. Ook hebben de Suwi-partijen gegevens van andere uitvoerders nodig om hun wettelijke taken uit te voeren. Deze gegevensuitwisselingen kennen een wettelijke basis en vallen binnen de vigerende wet- en regelgeving. In 2013 is afgesproken dat deze activiteiten bekostigd worden door de Suwi-partijen zelf. In 2014 hebben de Suwi-partijen de financiering van deze activiteiten verzorgd (in totaal €125.000). UWV, SVB en VNG zijn met elkaar in gesprek om ook in 2015 te komen tot een eerlijke verdeling van de kosten. Voorop staat dat Opdrachtlijn 3 activiteiten waar geen financiering voor is, niet door BKWI zullen worden uitgevoerd. Bestaande gegevensleveringen Inmiddels zijn er 135 gemeenten die voor het leggen van derdenbeslag Suwinet-Inkijk gebruiken en 17 regio’s die voor de uitvoering van de RMC taak Suwinet gebruiken. BKWI is, op verzoek van hen, in gesprek met een aantal gemeenten over het gebruik van Suwinet-Inlezen voor het leggen van derdenbeslag. Proof of Concept (PoC) gegevenslevering aan de Belastingdienst via Suwinet-Inkijk BKWI heeft in 2014 operationele ondersteuning geleverd aan de PoC gegevenslevering aan de Belastingdienst via SuwinetInkijk. Hierbij heeft BKWI in 2014 twee keer een workshop gegeven bij de Belastingdienst over het gebruik van SuwinetInkijk en het gebruik van de rapportages. Besluitvorming over het vervolg moet nog plaatsvinden. Pilot Suwinet-International In afwachting van de ontwikkeling van een filter om de toegang tot gegevens door partijen in het buitenland te beperken, heeft UWV deze pilot half augustus 2014 stopgezet. UWV zal met het ministerie van SZW in overleg treden over de ontwikkeling van een filter. Suwinet-Bulk Het ministerie van SZW heeft aangegeven uitbreiding van Suwinet functionaliteiten onwenselijk te vinden. In afwachting van de herijking van wet- en regelgeving heeft UWV de ontwikkeling en implementatie van Suwinet-Bulk stopgezet.
2.5 Additionele opdrachten diverse overheidsorganisaties
BKWI voert ook werkzaamheden uit die niet primair in het kader van Werk en Inkomen zijn. Deze activiteiten staan hieronder beschreven. Ook is aangegeven op welke wijze de financiering is geregeld. Beheer Basiskoppelnetwerk In 2014 verzorgde BKWI in opdracht van Logius het beheer van het Basiskoppelnetwerk Publieke Sector (BKN). Het BKN koppelt de grote overheidsnetwerken en vormt hiermee de basis voor Diginetwerk. Logius betaalt BKWI voor dit beheer. VWS In 2014 zijn twee BKWI-medewerkers gedetacheerd bij het ministerie van VWS. Het gehele jaar een medewerker voor gemiddeld 1 dag per week en vanaf 1 september 2014 een medewerker voor 100%. Van de ontvangen vergoeding voor laatst genoemde medewerker heeft BKWI vervanging ingehuurd.
8
3
Bedrijfsvoering
3.1* Mededeling Bedrijfsvoering
Door diverse externe partijen4 zijn onderzoeken uitgevoerd die tot aandachtspunten leiden waarop BKWI vanuit haar verantwoordelijkheid voor een veilig Suwinet maatregelen zal treffen. Een aantal maatregelen is BKWI aan het realiseren, namelijk: • Het actualiseren van het interne beveiligingsbeleid. • Het verbeteren van het beveiligingsbewustzijn van alle medewerkers. • Het verbeteren van rapportagemogelijkheden om niet zorgvuldig gebruik van Suwinet te kunnen signaleren. • Het actualiseren van de interne procesbeschrijvingen. Een groot deel van de maatregelen zijn pas zinvol wanneer deze in samenhang door alle betrokken Suwi-partijen én het ministerie van SZW worden getroffen. Deze maatregelen zijn in 2014 opgenomen in het programmaplan ‘Borging veilige gegevensuitwisseling via Suwinet’. In het Programmaplan zijn ook maatregelen benoemd om de door de Inspectie SZW geconstateerde tekortkomingen op het terrein van de privacy en beveiliging van Suwinet op te lossen. De maatregelen richten zich onder andere op het limiteren van de toegang van medewerkers tot gegevens, het verbeteren van het loggen van het gebruik van gegevens ten behoeve van een snellere en meer gerichte controle achteraf en het bevorderen van het privacybewustzijn bij medewerkers. Deze maatregelen worden in 2015 gestructureerd opgepakt in de daarvoor opgerichte werkgroepen. Het Programmaplan is op 5 februari 2015 door het ministerie van SZW met de Tweede Kamer gedeeld. Conform Art. 6.4 Regeling Suwi heeft BKWI een onderzoek (hierna: EDP-audit) laten verrichten op de beveiliging van de gegevensuitwisseling via Suwinet. Vanaf 2014 heeft BKWI ook opdracht gegeven een EDP-audit te verrichten op de gegevensverwerking bij het BKWI in het kader van Art. 5.22 Regeling Suwi, de interne bedrijfsvoering en overige externe diensten die BKWI beheert, dit omvat tevens het Basis Koppelnet (BKN). Voor Art. 6.4 is het Suwinet-Normenkader toegepast, voor de overige onderwerpen de Baseline Informatiebeveiliging Rijksdienst (BIR). Deze twee EDP-audits geven een totaal beeld van de informatiehuishouding van BKWI, in opzet, bestaan en werking voor Art. 6.4 en Basiskoppelnet (BKN), en in opzet en bestaan voor Art. 5.22, de interne bedrijfsvoering en de overige externe diensten. Een aantal bevindingen die de auditor heeft gedaan kunnen alleen in nauwe samenwerking met de Suwipartijen verholpen worden. Zo wordt het mede door de voortschrijding van de techniek steeds nijpender het niveau van de bescherming van bijvoorbeeld Suwinet-Mail te verbeteren, het betrouwbaar identificeren van ketenpartijen (digitale handtekeningen) en het gebruik van beveiligde verbindingen tussen alle Suwinet partijen. BKWI zal het Opdrachtgeverberaad adviseren over de te ondernemen stappen. Beveiliging Suwinet Conform Art. 6.4 Regeling Suwi De Security Officer heeft in 2014 zijn controlerende taken uitgevoerd. BKWI heeft gedurende 2014 niet aan alle gestelde normen betreffende beveiliging voldaan. De status van de beveiliging van Suwinet is vergelijkbaar met 2013. In relatie tot Art. 6.4 betreffen de afwijkingen normen voor de volgende aandachtgebieden: risicoanalyses in het kader van informatiebeveiliging, continuïteitsbeheer, configuratiebeheer, wijzigingsbeheer en beheer van en controle op de logische toegangsbeveiliging. Daarnaast de aandachtgebieden van het hardenen van firewalls en toegangsbeveiligingssoftware. De details waarop materiële afwijkingen zijn geconstateerd zijn beschreven in de bijlage bij dit jaarverslag. BKWI heeft op 23 oktober 2014 het beveiligingsbeleid en beveiligingsplan opnieuw vastgesteld (besluitnummer 025/2014). BKWI zich heeft geconformeerd aan de Baseline Informatiebeveiliging Rijksdienst (BIR). In juni 2014 is het continuïteitsplan opnieuw vastgesteld door het MT BKWI. Naast het bestaande in 2014 vastgestelde continuïteitsplan ontwikkelt BKWI een nieuw continuïteitplan. Hierin wordt niet alleen de organisatorische uitwijk nader uitgewerkt, maar ook wordt een relatie gelegd met de risicobereidheid, zijn de bedrijfsprocessen en diensten en de gevolgen van mogelijk manifest wordende risico's gekwalificeerd, wordt de relatie gelegd met de calamiteit-, ontruimingsen uitwijkplannen en zijn de crisisteams en de verantwoordelijkheden beschreven. Een nieuwe Verantwoordingsrichtlijn en een nieuw normenkader zijn in 2014 niet tot stand gekomen. Het herijken van het normenkader en de verantwoordingsrichtlijn is in het ‘Programmaplan Borging veilige gegevensuitwisseling via Suwinet’ belegd in een werkgroep welk zich richt op de maatregel ‘Herijking normenkader en verantwoordingsrichtlijn Suwi in het licht van BIR/BIG’. De (ketenbrede) procedure rond logging, monitoring en rapportages is nog niet herschreven. Binnen dit (ketenbrede) proces hebben meerdere grote veranderingen plaatsgevonden, waaronder het genereren van nieuwe rapportages, zodat gekozen is de documentatie volledig te herschrijven. Deze werkzaamheden zullen in 2015 worden afgerond. Beveiliging van de gegevensverwerking (Art. 5.22), interne bedrijfsvoering en overige externe diensten BKWI heeft gedurende 2014 niet aan alle gestelde normen voldaan, wat in lijn is met de verwachtingen, omdat dit de eerste keer is dat BKWI een EDP-audit laat uitvoeren op deze onderwerpen.
4
Dit betreft de PIA Suwinet die ministerie van SZW heeft laten uitvoeren, het beveiligingsonderzoek bij gemeenten van de Inspectie SZW, en het onderzoek naar gegevenslevering van Suwi naar niet-Suwi van het College Bescherming Persoonsgegevens.
9
De normen waarop afwijkingen geconstateerd zijn betreffen de volgende aandachtsgebieden: het beveiligingsbeleid, het beleggen van verantwoordelijkheden, het beveiligen van apparatuur buiten het terrein, het beheersen van risico’s, het identificeren, classificeren, labelen en registreren van bedrijfsmiddelen, controle en beoordeling van de door externen geleverde diensten, het documenteren van afspraken met opdrachtgevers, systeemacceptatie, registratie van gebruikers, netwerkroutering, continuïteitsbeheer en beheer van technische kwetsbaarheden. De details waarop materiële afwijkingen zijn geconstateerd zijn beschreven in de bijlage bij dit jaarverslag. In 2015 zal BKWI zich inspannen om de geconstateerde tekortkomingen te verhelpen. Beheer Basiskoppelnetwerk (BKN) In de EDP-audit is het Basiskoppelnet als zelfstandig herkenbaar object van onderzoek benoemd. Hierbij zijn geen afwijkingen geconstateerd.*
3.2 Financiële verantwoording 3.2.1 Regulier Het budget voor 2014 is gesteld op € 8.201.000 en is beschikbaar voor de uitvoering van wettelijke (reguliere) taken. Naast personele-, huisvestings-, beheer- en automatiseringskosten, wordt van BKWI verwacht dat een deel van dit budget ingezet wordt voor innovatie (5%) en het adequaat op peil houden van software en hardware om de wettelijke taken te kunnen uitvoeren. Om de software en hardware op peil te houden moet BKWI vervangingen realiseren. Op basis van een eerste inschatting van de benodigde activiteiten heeft PBLQ HEC de kosten voor 2014 geschat op € 575.000. Nader onderzoek heeft uitgewezen dat aanvullende vervangingen noodzakelijk waren. De gerealiseerde kosten in 2014 zijn € 773.000. BKWI heeft de meerkosten opgevangen binnen zijn reguliere budget. Daarnaast had BKWI in 2014 de opdracht om zelf financiële ruimte te creëren om een bestemmingsfonds voor vervangingsinvesteringen te vullen. BKWI heeft verschillende acties ingezet waarmee het resultaat voor 2014 éénmalig hoger uitvalt dan normaal (€ 912.486). Zo heeft BKWI: Een groter beroep gedaan op de flexibiliteit en werkdruk van het vast personeel. Een besparing gerealiseerd op de interne ICT-projectkosten. Nadrukkelijker kosten doorbelast voor opdrachten aan Suwi-partijen. UWV heeft in het vierde kwartaal 2014 toegezegd onder voorwaarden van een juist en volledig Projectplan-, planning en verantwoording, zowel inhoudelijk als financieel, op basis van deze meerjaren-investeringsbegroting, financiële middelen beschikbaar te stellen, zodat BKWI mogelijkheden heeft om het bestemmingsfonds Vervangingsinvesteringsprojecten te vullen. Hierdoor zal BKWI over enkele jaren in staat zijn om zonder financiële steun van UWV, terugkerende vervangingen te bekostigen. De focus op forse besparingen was echter al ingezet op 1 januari 2014, wat een verklaring is voor het uiteindelijk behaalde resultaat.
3.2.2 Opdrachtlijn 2 In 2014 zijn geen additionele opdrachten ontvangen van het ministerie van SZW. BKWI is gevraagd om de Kernkaartactiviteiten in 2014 doorgang te laten vinden. Hiervoor is geen aanvullend budget ontvangen. Omdat de kosten gedragen zijn uit het regulier budget, wordt de Kernkaart Werk en Inkomen 2014 gezien als reguliere activiteit en wordt geen aparte verantwoording weergegeven in dit Jaarverslag.
3.2.3 Opdrachtlijn 3
In 2013 is afgesproken dat deze activiteiten bekostigd worden door de Suwi-partijen zelf. In 2014 hebben de Suwipartijen de financiering van deze activiteiten verzorgd (in totaal € 125.000).
3.2.4 Opdrachtlijn 4
In 2014 zijn twee BKWI-medewerkers gedetacheerd bij het ministerie van VWS. Het gehele jaar een medewerker voor gemiddeld 1 dag per week en vanaf 1 september 2014 een medewerker voor 100%. Van de ontvangen vergoeding voor laatst genoemde medewerker heeft BKWI vervanging ingehuurd. Onder opdrachtlijn 4 vallen ook de doorbelaste kosten Quanza/KPN aan Logius ten behoeve van het Basiskoppelnetwerk. De kosten voor Netwerk, inclusief Koppelpunt, zijn incl. de kosten die worden doorbelast aan Logius ten behoeve van het Basis Koppelnetwerk. Uitbreiding dienstverlening en eenmalige kosten hebben gezorgd voor hogere kosten Quanza en zijn door Logius vergoed.
3.2.5 Programmaraad
BKWI heeft een kassiersfunctie bekleed voor de activiteiten van de Programmaraad. In 2014 bestaan deze activiteiten naast de activiteiten van het Programmabureau uit 2 projecten. Het totale budget voor de Programmaraad bedroeg € 2.715.000 waarvan besteed € 2.224.492. In 2014 zijn in opdracht van de Programmaraad gelden overgeboekt naar partijen Cedris, Divosa en VNG. Het totaal aan overboekingen aan derden bedraagt € 1.232.224. Tevens heeft het ministerie van SZW goedkeuring gegeven voor projectplannen ter grootte van € 490.508. Dit bedrag is bestemd voor UWV projecten en overige projectkosten van het Programmabureau in 2015 gerelateerd aan de implementatie van de Participatiewet. Voor een verder specificatie van de bedragen wordt verwezen naar de tabel “Toelichting op de kosten Programmaraad op pagina 19 van de jaarrekening”.
10
3.2.6 Overige aspecten bedrijfsvoering
Financieel beheer In 2014 heeft BKWI een financieel beheer gevoerd met behulp van de financiële rapportages die door UWV worden geleverd. Het UWV wordt middels maandelijkse rapportages door BKWI geïnformeerd over de stand van zaken. Externe inhuur De kosten voor externe inhuur bedragen in 2014 voor BKWI in totaal € 223.412. De totale personeelskosten bedragen € 5.108.210. De kosten externe inhuur BKWI maken 4,6% (2013: 14,6%) uit van de totale personeelskosten minus de kosten externe inhuur. (De totale personeelskosten minus de externe inhuur bedragen € 5.108.210 - € 223.412 = € 4.884.798). De externe inhuur Programmaraad is zowel in 2014 als in 2013 voor de vergelijkbaarheid niet meegenomen. Sociaal beleid en HRM De medewerkers van BKWI zijn in dienst van UWV. Daarom zijn het sociaal beleid en alle personeelsvoorzieningen van UWV van toepassing op de medewerkers van BKWI. Aan het eind van 2014 bestond de vaste bezetting BKWI uit 52,9 fte’s (2013:55,6 fte’s). Ziekteverzuim In 2014 zijn vier medewerkers middellangdurig ziek (2 tot 3 maanden) geweest. Deze ziekmeldingen hadden geen relatie met het werk. Het gemiddeld ziekteverzuimpercentage was 2,83%. De meldingsfrequentie is 2,1 keer en de verzuimduur is 6,9 dagen. Gebruikmaking van voorzieningen UWV Met UWV zijn afspraken gemaakt over de ‘uitbesteding’ van HRM, kantoorautomatisering, kantoorartikelen, de financiële administratie en de accountantsdienst. Gemaakte kosten zijn onderling verrekend.
3.3 Kwaliteit niet-‐financiële informatievoorziening
In 2014 zijn op verschillende gebieden stappen gezet om te komen tot een betere totstandkoming van niet-financiële informatie. Onder andere door ingebruikname van de nieuwe rapportagetool en verdere ontwikkeling nieuwe broker. Deze items zijn verder beschreven in Bijlage 2. BKWI is van oordeel dat de niet-financiële informatievoorziening op een ordelijke, controleerbare en deugdelijke wijze tot stand is gekomen.
3.4 Doelmatigheid
BKWI hanteert als uitgangspunt voor doelmatigheid een afzetting van de productiegegevens van Suwinet-Inkijk tegen de kosten. Daarbij streven wij ernaar om de kosten per gebruiker en per opvraging zo laag mogelijk te houden.
Doelmatigheid
2014
2013
2012
381
346
366
38.335
36.539
39.734
30.412.634
31.167.254
28.411.024
1.218.336
950.111
937.505
99,9%
99,9%
99,7%
0,92 sec
1,36 sec
1,02 sec
11
11
13
1440
1177
1035
40
36
36
€ 1.360.963
€ 1.850.094
€ 1.776.273
Productie Aantal aangesloten organisaties Aantal actieve gebruikers SuwinetInkijk (gemiddeld per maand) Aantal raadplegingen binnen Suwinet-Inkijk Aantal via SuwinetMail verzonden berichten Kwaliteit Uptime BKWI infrastructuur Gemiddelde responsetijd BKWI Aantal gegevensbronnen Aantal rollen (soorten) eindgebruikers Aantal overzichtspagina’s Kosten Kosten infrastructuur hosting
11
€
364.438
€
533.114
€
608.491
Kosten personeel Suwidesk
€
491.427
€
493.496
€
454.644
Licentiekosten
€
8.639
€
37.410
€
125.848
Overige kosten 5%
€
78.381
€
86.679
€
90.381
Kosten infrastructuur verbindingen
€ 2.303.848
€ 3.000.793
€ 3.055.637
60
82
77
0,08
0,09
0,10
Kosten per gebruiker inkijk per jaar Kosten per opvraging/mail/melding
De toename van het aantal rollen wordt veroorzaakt door het splitsen van een aantal rollen. De stijging van het gebruik van Suwinet-Mail zet zich ook in 2014 voort. Kosten per gebruiker inkijk per jaar en kosten opvraging/e-mail/melding dalen ondanks minder berichten, respectievelijk door lagere kosten automatisering en door hoger aantal actieve eindgebruikers. Om kosten te besparen met betrekking tot infrastructuur en daardoor besparingsdoelstellingen te behalen in 2014, hebben onderhandelingen plaatsgevonden met de leverancier van het beheer van de Centrale Omgeving Suwinet (APG). Omdat duidelijk is geworden dat APG in de toekomst onder de kostprijs moet werken, om aan onze financiële wensen te kunnen voldoen, heeft APG in 2014 besloten niet tot een aanbieding over te gaan. Het contract is om deze reden opgezegd per 1 juli 2015, teneinde te voldoen aan de migratie-eisen welke gesteld zijn geworden aan de nieuwe leverancier. Daarnaast worden zoveel als mogelijk is bestaande contracten na einde looptijd ondergebracht onder de mantelovereenkomsten van het UWV. Hierdoor kunnen vaak kosten naar beneden worden bijgesteld.
3.5 Rechtmatigheid
BKWI hanteert de regels van de aanbestedingswet 2012. Het niet volledig voldoen aan de aanbestedingsregels heeft er toe geleid dat wij over 2014 een onrechtmatigheid aan inkopen onderkennen van € 650.900, hetgeen 7,6% is van de totale lasten van € 8.528.226. Om onrechtmatigheid tot een minimum te beperken en rekening houdend met de nieuwe aanbestedingswet (van kracht vanaf 1 april 2013), heeft BKWI in 2014 in goed overleg met afdeling Inkoop van UWV en geholpen door een contractenregister in beheer bij UWV, geprobeerd waar mogelijk aan te sluiten bij Europese aanbestedingen UWV. Er is nog niet voldoende aandacht om bestaande contracten onder te brengen onder bestaande mantelcontracten UWV. Eind 2014 zijn concrete afspraken gemaakt, om samen met afdeling Inkoop van UWV, zowel bestaande als nieuwe contracten in goed overleg langs de richtlijnen van afdeling Inkoop van UWV te leggen. Dit zal de rechtmatigheid ten goede komen. In enkele specifieke gevallen kunnen contracten niet ondergebracht worden, maar zal in goed overleg en afstemming met afdeling Inkoop van UWV gehandeld worden.
3.6 Bevindingen Inspectie SZW Nr. 1
Actiepunten Verbetering contractenregister BKWI conform aanbevelingen AD UWV.
2
Zichtbaar maken van procedures voor gebruik van UWV Marktplaats en de melding van gunning in Luxemburg bij externe inhuur personeel. Onrechtmatigheid tot een minimum beperken door in samenwerking met de afdeling Inkoop van UWV stappen te zetten, door aansluiting bij bestaande inkoopcontracten en nieuwe aanbestedingen van UWV, verbetering contractbeheer, e.d.
3
4
Normenkader doelmatigheid.
5
Normenkader niet financiële informatievoorziening.
6
Verbetermaatregelen ICT:
Stand van zaken BKWI is in 2014 gebruik gaan maken van een contractenregister welke in beheer is bij UWV. Met UWV Inkoop is afgesproken om waar mogelijk aan te sluiten bij Europese aanbestedingen UWV. Daar waar mogelijk worden bestaande BKWI-contracten ondergebracht in de bestaande mantelcontracten van UWV. Reeds in 2013 afgerond.
BKWI is in 2014 gebruik gaan maken van een contractenregister welke in beheer is bij UWV. Met UWV Inkoop is afgesproken om waar mogelijk aan te sluiten de bij Europese aanbestedingen UWV. Dit is in 2014 tot uiting gekomen in de Europese aanbesteding voor de hosting van de Centrale Omgeving GeVS welke UWV Inkoop heeft begeleid. Daar waar mogelijk worden bestaande BKWIcontracten ondergebracht in de bestaande mantelcontracten van UWV. Zoals in de VOZ rapportage gemeld is dit al in 2013 afgerond. Zoals in de VOZ rapportage gemeld is dit al in 2013 afgerond. *Het verbeteren is een continu proces.
12
•
Het op tijd oplossen van incidenten en wijzigingen;
•
Het vastleggen van risico’s, concrete beheersmaatregelen en afspraken over organisatorische uitwijk;
•
Afspraken met leveranciers niet in orde (SLA en fysieke beveiliging).
7
Het uitdragen van het beveiligingsbeleid binnen de organisatie.
8
Het samen met de ketenpartijen actualiseren van de Verantwoordingsrichtlijn EDP-audit beveiliging Suwinet v2.0
9
Het uitvoeren van een risicoanalyse om te bezien of huidige maatregelen zoals die zijn gedefinieerd in de Verantwoordingsrichtlijn nog voldoende zijn om de gegevensuitwisseling en –beveiliging te waarborgen. Daarna eventuele maatregelen implementeren.
10
Het afstemmen van de opdrachten van de externe EDP-auditor en de AD UWV.
11
Het beter op elkaar afstemmen van de bevindingen van de externe EDP-auditor, de AD UWV en de inhoud van het jaarverslag van BKWI zodat volledig wordt voldaan aan het Addendum op de Verantwoordingsrichtlijn.
12
Het aanvullen van het controledossier van de externe EDP-auditor met de onderbouwing van de samenhangende controlebenadering. Gezien het belang van het Suwinet is het gewenst om een keteneigenaar met doorzettingsmacht te benoemen. De inspectie verwacht dat het BKWI het initiatief hiervoor neemt in de richting van het ministerie van SZW.
13
BKWI stuurt strakker op het op tijd oplossen van incidenten en ook de wijzigingen wordt strikter bewaakt, waarbij opgemerkt dat door de migratie naar de rapportageomgeving Splunk de managementrapportages gedurende de tweede helft van 2014 ontbrak.* • Het continuïteitsplan wordt in overleg met UWV geactualiseerd, waarbij de aandachtsgebieden uit de audit en de onderkende risico’s die BKWI zelf in kaart heeft gebracht aan elkaar gekoppeld worden en hierop passende maatregelen worden geformuleerd. De Accountantsdienst van UWV heeft in 2014 een audit gedaan naar de continuïteit van Suwinet. De verbetervoorstellen van de accountantsdienst worden door BKWI verwerkt in het continuïteitsplan BKWI. De organisatorische en technische uitwijk zijn onderdeel van het continuïteitsplan BKWI. Na afstemming met UWV zal het continuïteitsplan BKWI in 2015 door de Raad van Bestuur UWV worden vastgesteld. • *Dit betreft een bevinding over de fysieke beveiliging van APG in 2012, welke reeds in 2013 is opgelost. In het kader van de EDPaudit over 2014 zijn alle leveranciers bezocht en aan de hand van het geldende normenkader geaudit, hierbij zijn geen materiële bevindingen gedaan.* *BKWI heeft in 2014 via verschillende gremia met de medewerkers gecommuniceerd over het belang van Privacy & Beveiliging en over het beveiligingsbeleid binnen de organisatie. Ook hebben alle BKWI-medewerkers een document ondertekend waarmee zij aangeven het beveiligingsbeleid van BKWI te kennen en te begrijpen.* *In overleg met de Suwipartijen en het ministerie van SZW is de actualisering van de Verantwoordingsrichtlijn opgenomen als maatregel in het 'Programmaplan Borging veilige gegevensuitwisseling via Suwinet'. De uitwerking van deze maatregel zal leiden tot een herijking van de verantwoordingsrichtlijn Suwi in het licht van BIR/BIG.* *Inzichten uit reeds eerder uitgevoerde onderzoeken, zoals onder ander in het rapport van het CBP, zijn in 2014 omgezet in concrete plannen om de risico’s te beheersen dan wel de elimineren. BKWI zal in 2015 een risicoanalyse uitvoeren ten behoeve van de informatiebeveiliging.* *Begin 2014 heeft de afstemming om de controles van de accountant en van de auditor op elkaar aan te laten sluiten plaatsgevonden. BKWI heeft haar opdracht aan PWC aangepast in afstemming met Accountantsdienst UWV.* *I-SZW, UWV en PWC hebben dit in 2014 besproken. I-SZW en UWV hebben een voorbereidend gesprek over dit thema gehad. In week 51 en in 2015 zijn genoemde partijen bijeengekomen en hebben betere afstemming nader uitgewerkt.* *Dit heeft PWC specifiek benoemd in de offerte.* •
Het Opdrachtgeverberaad Suwinet is in 2014 ingericht en fungeert als keteneigenaar met bedoelde doorzettingsmacht.
13
4
Jaarrekening
Inhoudsopgave Balans per 31 december 2014 Staat van baten en lasten over 2014 Kasstroomoverzicht 2014 Toelichting op de jaarrekening Algemeen Financiering van de activiteiten Algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening Grondslagen voor de waardering van Activa en Passiva Grondslagen voor de bepaling van het resultaat Toelichting op de balans Materiële vaste activa Overige vlottende activa Liquide middelen Voorziening gratificatie/jubilea Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige kortlopende schulden Niet in de balans opgenomen verplichtingen Niet in de balans opgenomen rechten inzake onderverhuur Toelichting op de staat van baten en lasten Baten Personeelskosten Overige bedrijfskosten Bestuurskosten Overige financiële baten Toelichting op de projecten Ondertekening Overige gegevens Controleverklaring Resultaatbestemming
15 15 16 16 16 16 17 17 17 18 18 18 18 19 19 19 20 20 20 21 21 22 23 23 23 23 24 24 24
Bijlage – verklaring EDP-auditor
25
14
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 – bedragen in euro’s (voor bestemming resultaat)
ACTIVA MATERIELE VASTE ACTIVA Computers & Software Overige bedrijfsmiddelen Totaal Vaste Activa VLOTTENDE ACTIVA Overige vlottende activa Liquide middelen Totaal Vlottende Activa TOTAAL ACTIVA
PASSIVA
31 december 2014
31 december 2013
105.246 148.651 253.897
83.479 96.346 179.825
516.630 1.819.364 2.335.994
936.668 383.913 1.320.581
2.589.891
1.500.406
31 december 2014
31 december 2013
EIGEN VERMOGEN Nog te bestemmen middelen Totaal Eigen Vermogen VOORZIENINGEN Voorziening gratificaties/jubilea Totaal Voorzieningen KORTLOPENDE SCHULDEN Crediteuren Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige kortlopende schulden Totaal Kortlopende Schulden
173.006 265.935 2.089.502 2.528.443
234.594 388.340 877.472 1.500.406
TOTAAL PASSIVA
2.589.891
1.500.406
STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2014 Baten Rijksbijdrage regulier Vervangingsinvestering Additionele projecten Bestemmingsfonds Overige baten #) Totaal baten Lasten Loonkosten eigen personeel Kosten extern personeel lijn 5 Kosten extern personeel projecten 6 Overige personeelskosten Totaal personeelskosten Afschrijvingskosten Huisvestingskosten 7 Automatiseringskosten Kantoorkosten Vervoerskosten Vervangingsinvesteringsprojecten 8 Overige beheerskosten Totaal overig beheer
61.448 61.448
Realisatie 2014
Begroting 2014
Realisatie 2013
8.201.000 375.000
8.201.000 575.000
859.400 9.435.400
567.000 9.343.000
8.228.000 431.250 482.934 173.069 678.168 9.993.421
4.650.091 128.549 94.863 234.707 5.108.210
4.590.000 200.000 310.000 5.100.000
4.460.364 429.075 270.739 308.277 5.468.455
105.735 724.984 1.938.421 302.144 106.150
150.000 775.000 2.064.000 50.000 156.000 575.000 473.000 4.243.000
146.984 742.224 2.680.643 330.465 137.964
242.582 3.420.016
96.406 4.134.686
5 2013: Kosten externe personeel projecten is verminderd met € 606.375 inhuur Programmaraad om uitgaven 2014 met 2013 te kunnen vergelijken. 6 2013: Overige personeelskosten zijn verminderd met totaal € 86.924 kosten Programmaraad om uitgaven 2014 met 2013 te kunnen vergelijken. 7 2013: Automatiseringskosten zijn verminderd met totaal € 569 kosten Programmaraad om uitgaven 2014 met 2013 te kunnen vergelijken. 8 2013: overige beheerskosten zijn verminderd met totaal € 55.649 kosten Programmaraad om uitgaven 2014 met 2013 te kunnen vergelijken. 15
Totaal lasten Saldo van baten en lasten Financiële baten en lasten Saldo baten en lasten (voor vrijval bestemmingsfonds) Resultaatbestemming Nog te bestemmen middelen
8.528.226
9.343.000
9.603.141
907.174 5.312
390.280 2.807
912.486
393.087
912.486
393.087
Saldo van baten en lasten 912.486 393.087 #) 2013: Overige baten is verminderd met € 749.517 doorbelasting kosten Programmaraad om opbrengsten 2014 met 2013 te kunnen vergelijken.
KASSTROOMOVERZICHT 2014 Saldo baten en lasten Afschrijvingen Mutatie kortlopende vorderingen Mutatie bestemmingsfondsen Mutatie voorzieningen Mutatie kortlopende schulden (exclusief te verrekenen Rijksbijdrage) Totaal kasstroom operationele activiteiten Kasstroom uit Investeringsactiviteiten Investeringen vaste activa Desinvesteringen vaste activa Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten Netto kasstroom Mutatie kassen Mutatie rekeningen courant bij ministerie van Financiën
2014
2013
912.486 103.722 420.036
393.087 146.984 -149.094
61.448 115.551 1.613.243
-612.279 -221.302
-177.792
-24.059
-177.792 1.435.451 -1.781
-24.059 -245.361 -324
1.433.670
-245.685
Rekeningen courant bij ministerie van Financiën per 1 januari Rekeningen courant bij ministerie van Financiën per 31 december
383.033
628.718
1.816.703
383.033
Mutatie rekeningen courant bij ministerie van Financiën
1.433.670
-245.685
TOELICHTING OP DE JAARREKENING ALGEMEEN Het Bureau Keteninformatisering Werk en Inkomen (BKWI) is een organisatieonderdeel van UWV dat zich uit hoofde van artikel 5.21 van het Besluit SUWI bezighoudt met de beheertaken op het gebied van de elektronische gegevensuitwisseling binnen de keten. Het bureau is sinds 1 januari 2002 operationeel en werkt in opdracht van het ministerie van SZW. Het bureau verleent diensten aan de SUWI-organisaties, die verenigd zijn in de Programmaraad. Het bureau heeft haar kantoor te Utrecht. De financiële verantwoording van BKWI is nader geregeld in de Wet Structuur Uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen d.d. 29 november 2001 (Wet SUWI). Op grond hiervan legt BKWI zelfstandig verantwoording af over haar activiteiten. BKWI is organisatorisch geplaatst binnen UWV. Dit betekent niet dat BKWI onder de aansturing van de Raad van Bestuur van UWV valt. De Raad van Bestuur van UWV is formeel verantwoordelijk, maar voert niet de dagelijkse leiding. FINANCIERING VAN DE ACTIVITEITEN De activiteiten van BKWI worden gefinancierd uit de volgende bronnen: 1. Rijksbijdrage regulier van het ministerie van SZW. 2. Overige baten. 3. Bestemmingsfonds. Ad 1
Rijksbijdrage regulier van het ministerie van SZW Op basis van artikel 45 lid 1 van de Wet SUWI komen de uitvoeringskosten van BKWI ten laste van de door het ministerie van SZW toegekende rijksbijdrage welke is gebaseerd op de door BKWI ingediende begroting. De bijdrage wordt ontvangen voor het uitvoeren van de wettelijke taken. De rijksbijdrage wordt geheel als bate verantwoord in het boekjaar waarop deze betrekking heeft.
Ad 2
Overige baten De overige baten bestaan uit vergoedingen voor onderhuur, detachering vanuit BKWI naar derden, werkzaamheden voor het Basiskoppelnetwerk en activiteiten in het kader van opdrachtlijn 3 en 4.
16
Ad 3
Bestemmingsfonds Het ministerie van SZW heeft een bestemmingsfonds toegekend voor het uitvoeren van vervangingsinvesteringsprojecten en het vormen van een egalisatiereserve.
ALGEMENE GRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN DE JAARREKENING De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de eisen zoals gesteld in de Wet SUWI artikel 49 en daar waar mogelijk in overeenstemming met Titel 9, Burgerlijk Wetboek 2. Tenzij anders vermeld, worden activa en passiva opgenomen voor de nominale waarde. De bedragen zijn opgenomen in euro’s, tenzij anders is vermeld. De jaarrekening van BKWI wijkt met name op het volgende onderdeel af van het Burgerlijk Wetboek 2, Titel 9 en de Richtlijnen voor de Jaarverslaglegging. Het afzonderlijk verantwoorden van bedrijfsonderdeel BKWI in plaats van het opnemen van de cijfers van BKWI in de jaarrekening van UWV. GRONDSLAGEN VOOR DE WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA Algemeen De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de betreffende grondslag voor de specifieke balanspost anders wordt vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Vergelijking met voorgaand jaar De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar, met uitzondering van de verplichting voor jubileumuitkeringen. Deze verplichting is in 2014 voor het eerst op de balans opgenomen. Tot en met 2013 werden de lasten welke voortvloeien uit de jubileumuitkeringen verantwoord in het jaar dat deze werden uitbetaald. BKWI vervult voor de Programmaraad de kassiersfunctie. Dit betekent dat de met de activiteiten van de Programmaraad samenhangende geldstromen niet worden verantwoord via de staat van baten en lasten. De in de vergelijkende cijfers over 2013 verantwoorde bedragen van de Programmaraad zijn hierop aangepast. ACTIVA Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van de verkrijgingsprijs. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. Vlottende activa Vorderingen Op de vorderingen worden noodzakelijk geachte voorzieningen voor oninbaarheid in mindering gebracht. Het risico op oninbaarheid wordt op basis van individuele vorderingsposten beoordeeld. PASSIVA Eigen Vermogen De bestemmingsfondsen zijn gevormd ter financiering van specifiek gedefinieerde doelen en/of projecten en mogen uitsluitend hiervoor worden aangewend. Fondsen mogen slechts worden herbestemd na goedkeuring door het ministerie van SZW. Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare en feitelijke verplichtingen waarvan het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling een uitstroom van geldmiddelen noodzakelijk is en waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt. De dotaties aan en vrijval van voorzieningen worden verwerkt in de staat van baten en lasten. GRONDSLAGEN VOOR DE BEPALING VAN HET RESULTAAT Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Opbrengsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en de lasten over het jaar. De baten worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn gerealiseerd. Voor een gedetailleerde beschrijving van de verantwoording van de baten wordt verwezen naar de toelichting bij de “financiering van de activiteiten”.
17
TOELICHTING OP DE BALANS Het verloop in het boekjaar is als volgt te specificeren.
Materiële vaste activa
Aanschafwaarde 1-1 Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde 1-1 Investeringen Desinvesteringen aanschafwaarde Afschrijvingen Desinvesteringen cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde 31-12 Aanschafwaarde 31-12 Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde 31-12 Afschrijvingspercentage
Computer en Software
Overige bedrijfsmiddelen
2014 Totaal
2013 Totaal
406.565 323.087 83.478
247.392 151.044 96.348
653.957 474.132 179.825
1.277.438 974.689 302.749
87.354
90.438
177.792
65.587
38.134
103.721
24.059 647.538 146.984 647.538
105.246
148.651
253.897
179.825
493.920 388.674 105.246 20%-33%
337.830 189.179 148.651 10%
831.750 577.853 253.897
653.958 474.133 179.825
De investeringen die in 2014 gedaan zijn betreffen de aanschaf van een aantal computers en laptops voor de kantoorautomatisering en een aantal bureaus. Naast vervanging, had deze aanschaf ook te maken met de interne verhuizing van 2 etages naar 1 etage.
Overige vlottende activa Vooruitbetaalde bedrijfskosten Nog te factureren Debiteuren Diverse vorderingen Totaal vlottende activa
31 december 2014
31 december 2013
140.945 115.000 255.502 5.183 516.630
167.466 371.426 391.246 6.530 936.668
De vooruitbetaalde bedrijfskosten hebben grotendeels betrekking op huur, abonnementen en licentiekosten. De abonnementen en licenties hebben veelal een looptijd van een jaar bij een verlengingsdatum afwijkend van 1 januari. De betalingen overschrijden in die gevallen de jaargrens. De vooruitbetaalde kosten zijn aanzienlijk afgenomen doordat het aantal abonnementen en contracten is verminderd in 2014 een trend welke in 2013 is ingezet. Nog te factureren bestaat uit het bedrag te betalen door UWV, incl. het aandeel VNG voor gegevensuitwisseling opdrachtlijn 3. Facturering over 2014 heeft voor de overige posten, zoals Inlichtingenbureau, Basiskoppelnetwerk, detacheringen, etc. eind 2014 plaatsgevonden. Daarnaast is er in het bedrag uitgaande debiteuren rekening gehouden met het niet kunnen innen van een tweetal facturen, waarvoor een voorziening is getroffen. Het bedrag van de voorziening bedraagt € 46.864.
Liquide middelen Banken Kassen Totaal liquide middelen
31 december 2014
31 december 2013
1.816.703 2.661 1.819.364
383.033 880 383.913
BKWI neemt verplicht deel aan het Geïntegreerd Middelen Beheer. Op een geblokkeerde bankrekening bij het ministerie van Financiën staat een bedrag van € 123.999. Dit betreft een bankgarantie voor de huur over een kwartaal voor de verhuurder. Het saldo liquide middelen is ten opzichte van december 2013 extreem hoog. Reden hiervoor is dat BKWI voor 2014 eenjarige bezuinigingen heeft doorgevoerd, om te voldoen aan de taakstelling van het ministerie van SZW om vervangingsinvesteringsprojecten vanaf 2015 zelf te bekostigen. Daarnaast wordt voor de Programmaraad de kassiersfunctie vervuld. Door het niet volledig benutten van de budgetten staat er een hoog saldo niet bestede gelden op de bankrekening van BKWI.
VOORZIENING GRATIFICATIE/JUBILEA Stand per 1 januari Dotatie tijdens het boekjaar Stand per 31 december
2014
2013
-61.448 61.448
----
Jubileumuitkeringen Tot en met 2013 werden de uitgaven van jubileumuitkeringen als last verantwoord in het jaar van uitbetaling. In 2014 is voor het eerst een voorziening hiervoor opgenomen, teneinde beter te voldoen aan de voorschriften op het gebied van de jaarverslaggeving. De voorziening is getroffen voor de kosten van jubileumuitkeringen bij het bereiken
18
van een dienstverband van 25 jaar en 40 jaar, en bij pensionering. Hierbij is rekening gehouden met de blijfkans. De voorziening is opgenomen tegen de nominale waarde. Met toekomstige loonstijgingen wordt geen rekening gehouden. Voor de jubileumgratificatie is op basis van een betrouwbare schatting een bedrag van € 61.448 opgenomen.
BELASTINGEN EN PREMIES SOCIALE VERZEKERINGN
2014
2013
205.540 5.371 55.024
194.426 6.083 187.831
265.935
388.340
31 december 2014
31 december 2013
912.486 144 7.541 490.508 66.066 92.079 98.553 112.500 305.539 4.086
393.087 943 --174.613 57.772 24.501 76.581 135.725 14.250
2.089.502
877.472
Af te dragen loonheffing Af te dragen BTW Te betalen pensioenpremie/premies sociale verzekeringen Totaal belastingen en premies sociale verzekeringen
OVERIGE KORTLOPENDE SCHULDEN Te verrekenen Rijksbijdrage Nog te betalen Personeelskosten Rekening Courant UWV Nog af te rekenen Programmaraad Overige personeelskosten Extern personeel Huisvestingskosten Advies- en accountantskosten Automatiserings- en projectkosten Diversen Totaal overige kortlopende schulden Toelichting ‘Nog af te rekenen Programmaraad’ Project
Kostenplaats
Externe inhuur
Eigen pers.
Kant. kosten
Overige
Kosten totaal
Budget
Verschil
P38011
354.624
25.967
1.244
28.811
410.646
547.000
136.354
P38018
112.712
5.355
6.257
25.676
150.000
150.000
0
P38020
235.879
28.708
140.977
26.058
431.622
785.776
354.154
Subtotaal
703.215
60.030
148.478
80.545
992.268
1.482.776
490.508
Directe betalingen aan derden voor project P-wet: DIVOSA
P38020
488.681
488.681
Cedris
P38020
273.115
273.115
Programma bureau Programma bureau Werkzoeken -denbest. Participatiewet
VNG
Totaal
P38020
470.428
470.428
Subtotaal
1.232.224
1.232.224
1.232.224
0
2.224.492
2.715.000
490.508
1.935.439
60.030
148.498
80.545
Naar Balans
490.508
BKWI heeft een kassiersfunctie bekleed voor de activiteiten van de Programmaraad. De activiteiten hebben in 2014 naast activiteiten van het Programmabureau bestaan uit 2 projecten. Het totale budget bedroeg € 2.715.000, waarvan besteed in 2014 € 2.224.492. Het nog te besteden bedrag van € 490.508 betreft onder andere UWV projecten en overige projectkosten Programmabureau en Participatiewet. In 2014 zijn in opdracht van de Programmaraad gelden overgeboekt naar partijen Cedris, Divosa en VNG. Het totaal aan overboekingen aan derden bedraagt € 1.232.224. Tevens is goedkeuring verkregen voor projectplannen ter grootte van € 490.508, waarvoor het besluit door het ministerie van SZW is genomen om dit bedrag niet als bestemmingsfonds op te nemen, maar als ‘overige kortlopende schuld’.
19
De kortlopende schulden zijn ten opzichte van 2013 met circa € 1,2 mln. gestegen. Dit wordt met name veroorzaakt door het eenmalige hoge resultaat en de nog niet bestede gelden voor de Programmaraad.
Niet in de balans opgenomen verplichtingen Huurverplichting Dienstverleningscontract APG tot 1/7/2015 Dienstverleningscontract Schuberg Philis vanaf 23/2/2015 tot 22/2/2018 Netwerkverbindingen KPN (looptijd contract t/m 31/12/2017
1 jaar
2-5 jaar
>5 jaar
Totaal
468.000 375.000 455.550
468.000 1.518.500
936.000 375.000 1.974.050
323.000
646.000
969.000
Huurverplichting BKWI heeft vanaf 1 februari 2007 samen met het Inlichtingenbureau een pand in Utrecht gehuurd. Het totaal van deze verplichting voor BKWI bedraagt € 2.340.000 en heeft betrekking op de jaren 2012-2017. Het huurcontract eindigt op 31 januari 2017. Dienstverleningscontract BKWI heeft een dienstverleningscontract met APG/CIS ter waarde van € 1.100.000 per jaar. Het contract loop tot 1 juli 2015. De restverplichting vanaf 31 december 2014 bedraagt circa € 375.000. Vanaf 23 februari 2015 zal het nieuwe contract met Schuberg Philis ingaan voor 3 jaar. Per jaar is de dienstverlening gesteld op € 607.400. Omdat de overgang dienstverlening vanaf april 2015 wordt ingezet, is het eerste jaar een verplichting van € 455.550. Netwerkverbindingen Voorts heeft BKWI een contract voor de verbindingen met KPN. Dit contract loopt onder de mantel van UWV voor Europese Aanbesteding Kantoorautomatisering Werkplek- en Netwerkdiensten ter waarde van € 1.292.000. Tot eind 2017 loopt het huidige contract en een jaarlijkse verplichting voor BKWI bedraagt: € 323.000.
Niet in de balans opgenomen rechten inzake onderverhuur Onderverhuurrecht
1 jaar
2-5 jaar
234.000
234.000
>5 jaar
Totaal 468.000
Onderverhuurrecht BKWI heeft een onderverhuurcontract met het Inlichtingenbureau voor het pand in Utrecht. Het totaal van deze rechten voor BKWI bedraagt circa € 1.100.000 en heeft betrekking op de jaren 2012-2017. De totale rechten zijn lager, omdat de verdeling huurverplichting vóór 2014 (interne verhuizing jan. 2014) minder was dan 50%. Het onderverhuurcontract eindigt op 31 januari 2017. TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN Toelichting De daling van de kosten en baten wordt veroorzaakt doordat de kosten van de uitvoering van de werkzaamheden voor het Programmabureau in 2014 niet meer worden weergegeven in de staat van baten en lasten. Het budget was toegekend aan UWV, maar de kassiersfunctie is overgedragen door UWV aan BKWI. BKWI heeft gedurende 2014 de kosten betaald voor het aandeel UWV Programmaraad. Toegekende bedragen uit het budget voor plannen van Divosa, Cedris en VNG zijn, na toestemming van de Programmaraad, overgemaakt aan deze organisaties. Op 31 december 2014 was het budget van € 2.715.000 niet volledig benut. Dit resterende bedrag van (€ 490.508) is geen onderdeel van het resultaat, maar wordt verantwoord als kortlopende schuld. Daarnaast zijn er aanzienlijke besparingen geboekt op Automatiseringskosten. Resultaat van onderhandelingen met huidige leverancier, ingezet eind 2012, om tot dit besparingsresultaat te komen. De vervoerskosten zijn afgenomen door afname leasekosten. In de staat van baten en lasten worden de vervangingsinvesteringsprojecten niet als bedragen meegenomen. In het projectenoverzicht (blz. 23) is een overzicht van kosten en opbrengsten van zowel de projecten opdrachtlijnen 3 en 4, als de vervangingsinvesteringsprojecten weergegeven. Vooral de inzet van eigen personeel en bewuste hogere belasting (werkdruk) heeft ertoe geleid dat naast de uitvoering van de wettelijke taken voor BKWI, gewerkt is aan een aantal vervangingen. Deze investeringen zijn opgenomen in een meerjarenraming, waarvoor het ministerie van SZW eenmalig een aan regels gesteld startkapitaal voor 2014 heeft vastgesteld. Naast de meerkosten voor uitvoering van deze vervanging, is BKWI ook zelf verantwoordelijk voor het kunnen uitvoeren van toekomstige vervangingsinvesteringsprojecten. Deze zijn inmiddels vastgelegd in een door UWV goedgekeurde meerjareninvesteringsbegroting. Omdat dit pas in het 4e kwartaal 2014 zijn beslag heeft gekregen heeft BKWI gedurende 2014 interne besparingsmaatregelen moeten nemen en maken de kosten en kapitaalinjectie onderdeel uit van de reguliere baten en lasten, zoals personeelskosten en automatiseringskosten, incl. reguliere vaste activa. Voor een uitsplitsing van de Automatiseringskosten verwijzen wij naar blz. 22 van de jaarrekening. De forse daling van de automatiseringskosten wordt veroorzaakt door hernieuwde jaarafspraken met de huidige leverancier APG en het nieuwe contract KPN. In 2014 is de Europese Aanbesteding voor een nieuwe leverancier afgerond. Gedurende 2015 zal de migratie- en overgang plaatsvinden, waardoor een kostenbesparing op jaarbasis uitblijft. Dit zal pas op langere termijn, vanaf 2016, bij een gelijkblijvende dienstverlening, een verdere besparing inhouden.
20
TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN BATEN Rijksbijdrage regulier Vervangingsinvestering Additionele projecten Bestemmingsfonds Overige baten #) Totaal baten
Realisatie 2014
Begroting 2014
Realisatie 2013
8.201.000 375.000
8.201.000 575.000
859.400
567.000
8.228.000 431.250 482.934 173.069 678.168
9.435.400
9.343.000
9.993.421
#) 2013: Overige baten is verminderd met € 749.517 doorbelasting kosten Programmaraad om opbrengsten 2014 met 2013 te kunnen vergelijken. De activiteiten van BKWI worden in Nederland verricht. Voor een toelichting over de toerekening van de baten wordt verwezen naar “Financiering van de activiteiten” en “Grondslagen voor de waardering van baten en lasten”.
TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN
Realisatie 2014
Begroting 2014
Realisatie 2013
LASTEN Personeelskosten Loonkosten eigen personeel Salariskosten Vakantietoeslag Sociale lasten Pensioenkosten Belaste toelagen Totaal loonkosten eigen personeel
3.063.688 240.511 333.273 494.537 518.082 4.650.091
3.022.500 240.000 345.000 457.500 525.000 4.590.000
2.992.419 236.099 292.376 447.642 491.828 4.460.364
128.549 94.863
200.000
429.075 270.739
234.707
310.000
308.277
5.108.210
5.100.000
5.468.455
Kosten extern personeel Kosten extern personeel lijn 9 Kosten extern personeel projecten Overige personeelskosten Overige personeelskosten en 10 inhoudingen Totaal personeelskosten
Bij de realisatie van de loonkosten eigen personeel is ten opzichte van 2013 een stijging te zien. Deze wordt veroorzaakt door de cao-loonstijging in 2014 en door de stijging van sociale lasten, pensioenkosten en belaste toelagen. Eind 2013 bestond de vaste bezetting echter uit 53,6 fte (begroot 55 fte) terwijl dit eind december 2014 52,9 fte was. Het gemiddeld aantal fte bedroeg in 2013 54,7 fte terwijl dit in 2014 nagenoeg op hetzelfde aantal uitkwam, namelijk 54,9 fte. Hierin verwerkt zijn vier medewerkers, gedetacheerd bij derden. Omdat deze medewerkers in dienst zijn van BKWI, tellen zij volwaardig mee in het bezettingsoverzicht. De kosten drukken op de loonkosten, maar daartegenover staan opbrengsten, waarvoor gedeeltelijk vervanging (0,7 fte) is ingehuurd. Een medewerker is gekoppeld aan secretariaatsondersteuning Programmaraad (1 fte). Zij staat volwaardig op de bezettingslijst BKWI, inclusief loonkosten, maar deze kosten worden doorbelast aan de Programmaraad. Pensioenen De medewerkers van BKWI zijn in dienst van UWV en vallen onder de pensioenregeling van UWV. De belangrijkste kenmerken van de pensioenregeling zijn: • De regeling kan worden getypeerd als een toegezegde bijdrageregeling. • Het pensioengevend salaris wordt bepaald op basis van middelloon. • Indexatie vindt plaats voor zover de middelen van het fonds dat toelaten. Voor actieve deelnemers vindt indexatie plaats op grond van cao-loonsverhogingen, voor gepensioneerden op grond van de prijsindex. Tussen UWV en de Stichting Pensioenfonds UWV (hierna: het Pensioenfonds) wordt jaarlijks een financieringsovereenkomst afgesloten. In de financieringsovereenkomst wordt het premiepercentage vastgelegd, evenals de premiegrondslag en de wijze van betalen.
9
2013: Kosten extern personeel projecten is verminderd met € 606.375 inhuur Programmaraad om uitgaven 2014 met 2013 te kunnen vergelijken. 10 2013: Overige personeelskosten zijn verminderd met € 86.924 kosten Programmaraad om uitgaven 2014 met 2013 te kunnen vergelijken.
21
In het premiebeleid wordt in beginsel uitgegaan van een premie die de toename van de aanspraken dekt alsmede de pensioenuitvoeringskosten van het fonds. Randvoorwaarde is dat de premie niet lager mag zijn dan 0% (er vindt dus geen onttrekking van middelen uit het fonds plaats), en niet hoger dan 20% van de totale loonsom. Met ingang van 2015 zijn een aantal wijzigingen in de pensioenregeling opgenomen. Het jaarlijkse opbouwpercentage voor het pensioen bedraagt in 2015 1,875% (in 2014 was dat 2,05%). De franchise – het bedrag waarover geen pensioen wordt opgebouwd – is met ongeveer € 650 verlaagd tot € 12.650. Over het verschil wordt vanaf 2015 ook pensioen opgebouwd. Nieuw is tot slot dat pensioen wordt opgebouwd tot een maximum salaris van € 100.000. Boven dat bedrag wordt vanaf 2015 geen pensioen meer opgebouwd. De pensioen(opbouw)leeftijd is 67 jaar. Dat gold al sinds 1 januari 2014. Op 31 augustus 2014 liep het korte termijn herstelplan van Pensioenfonds UWV ten einde. Op die datum moest het fonds een dekkingsgraad hebben van minimaal 104,5%. De dekkingsgraad per deze datum bedroeg 105,9% wat betekent dat de pensioenen nu niet zijn verlaagd. Per 1 januari 2015 zijn de financiële en boekhoudkundige regels voor pensioenfondsen gewijzigd. Een van de gevolgen daarvan is dat een nieuwe dekkingsgraad in het leven is geroepen: de beleidsdekkingsgraad. De beleidsdekkingsgraad is de gemiddelde dekkingsgraad over de afgelopen 12 maanden. De beleidsdekkingsgraad is de dekkingsgraad waarop pensioenfondsen hun beleid moeten gaan afstemmen. Per 31 december 2014 bedraagt de beleidsdekkingsgraad 103,4%. Omdat dit onder de minimum vereiste dekkingsgraad van rond de 104,5% ligt, zal het pensioenfonds voor 1 juli 2015 een hernieuwd herstelplan moeten opstellen voor De Nederlandsche Bank. De kosten voor extern personeel zijn fors gedaald ten opzichte van 2013. Tot eind 2013 is het aantal externen teruggebracht tot 1,4 fte. BKWI heeft eind 2014 1,1 fte aan externen excl. projecten. Het gehele jaar 0,4 fte adviseurs ten behoeve van Directie en 0,7 fte ad interim afdelingshoofd vanaf 1 september 2014. Half januari liep de inhuur af van 1,0 fte medewerker bedrijfsvoering. Ten behoeve van projecten was er forse afbouw in 2013 naar 0,0 fte eind 2013. De inhuur ten tijde van de afbouw heeft veel geld gekost. In 2014 is vanaf 1 juli 1,0 fte ingehuurd. Eind 2014 was deze externe nog werkzaam.
OVERIGE BEDRIJFSKOSTEN Automatiseringskosten Technisch beheer, inclusief licenties Suwinet Netwerk, inclusief Koppelpunt BKWI specifieke automatiseringsmiddelen (ontwikkelomgeving Suwinet) Totaal automatiseringskosten ten behoeve van Suwinet 11
Organisatiebrede ICT kosten Opvragingen authentieke bronnen Totaal overige automatiseringskosten Totaal automatiseringskosten
Realisatie 2014
Begroting 2014
Realisatie 2013
1.369.602
1.364.000
1.887.504
364.438
400.000
533.114
109.547
150.000
144.742
1.843.587
1.914.000
2.565.360
23.263 71.571 94.834
60.000 90.000 150.000
39.214 76.069 115.283
1.938.421
2.064.000
2.680.643
De kosten voor Netwerk, inclusief Koppelpunt, zijn incl. de kosten die worden doorbelast aan Logius ten behoeve van het Basis Koppelnetwerk. Uitbreiding dienstverlening en eenmalige kosten hebben gezorgd voor hogere kosten Quanza, maar vallen onder de doorbelasting. In de kosten voor opvragingen authentieke bronnen zijn de kosten voor CBS en Panteia ten behoeve van de Kernkaart opgenomen. Beheerskosten In de beheerskosten is een bedrag van € 108.000 opgenomen voor accountantskosten. Pre-audit en audit Suwinet Onderzoek jaarrekening (interim- en jaarrekening)
67.500 40.354 107.854
De accountantskosten zijn ten opzichte van 2013 (€ 96.407) gestegen, door een extra opdracht aan de auditor en daarnaast een opdracht met een structureel karakter voor 2014 en verdere jaren. Bestuurskosten Per 1 januari 2013 is de Wet Normering Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Verantwoording van de bezoldiging van leden van de Raad van Bestuur vindt plaats in het jaarverslag van UWV 2014. Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT Wij hebben geen interne werknemers in dienst die een beloning boven het WNT grensbedrag hebben ontvangen. Er zijn geen ontslagvergoedingen betaald die op grond van de WNT dienen te worden gerapporteerd.
11
2013: Automatiseringskosten zijn verminderd met totaal € 569 kosten Programmaraad om uitgaven 2014 met 2013 te kunnen vergelijken.
22
FINANCIELE BATEN
Realisatie 2014
Rente Financiële baten
Logius
Realisatie 2013
5.312 5.312
Project Opdrachtlijn 3/4 UWV Belastingdienst UWV LBIO/CVZ/DUO SVB SNInternational UWV Gegevensdiensten SVB Gegevensuitwisseli ng Advisering VWS
Begroting 2014
Kostenplaats
Externe inhuur
2.807 2.807
Eigen pers.
Kosten totaal
Budget
8.850
8.850
16.202
61.506
61.506
P38021
16.335
16.335
16.335
P38014
115.000
115.000
115.000
P38014
10.000
10.000
10.000
49.035
49.035
163.195
163.195
163.195
320.732
423.921
423.921
26.670
263.577 342.750 148.088
196.645 65.220 65.220
18.600
48.915
773.015
375.000
P38016
8.850
P38014
45.304
P38017
Automatisering
49.035
P38022
Totaal
103.189
Vervangingsinvesteringsprojecten (PBLQ/HEC) EA SN leverancier Broker Rapportagetool
P38081 P38082 P38083
POC GUI
P38085
Totaal
94.863
168.714 342.750 121.418 18.600
94.863
651.482
26.670
Zoals uit bovenstaande tabel blijkt heeft BKWI in 2014 de inzet van eigen personeel ten laste gebracht van projecten. De inzet van eigen personeel waarborgt de kennis en –overdracht van specifieke kennis naar de staande organisatie. De wettelijke taken zijn uitgevoerd, maar er is door inzet voor projecten geen mogelijkheid geweest om andere taken uit te voeren.
ONDERTEKENING VAN DE JAARREKENING Amsterdam, 12 maart 2015
Voorzitter Raad van Bestuur UWV
Directeur BKWI
Mr. drs. B.J. Bruins
Ing. B.J. Uffen
23
5
OVERIGE GEGEVENS
CONTROLEVERKLARING van de onafhankelijke accountant Aan de Raad van Bestuur UWV en de directeur van BKWI. Verklaring betreffende de wettelijke jaarrekening c.a. Ingevolge Artikel 49 lid 3 van de Wet Structuur Uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen (Wet SUWI) en de bepalingen van en krachtens de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) hebben wij de volgende elementen die alle deel uitmaken van het jaarverslag 2014 van het organisatie-onderdeel van UWV Bureau Keteninformatisering Werk en Inkomen (BKWI) te Utrecht en hierna samen worden aangeduid als de jaarrekening c.a., gecontroleerd: •
De jaarrekening 2014 van BKWI (BKWI Jaarverslag 2014, paginanummers 14 tot en met 23). Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2014 en de staat van baten en lasten over 2014 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen en waarin ook begrepen de verantwoording in het kader van de WNT;
•
De in de bedrijfsvoeringparagraaf opgenomen rapportage over de financiële rechtmatigheid van de uitkomsten van de taakuitvoering over 2014 (BKWI Jaarverslag 2014, pagina 12).
Verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur UWV en directie BKWI De directie BKWI is onder de Raad van Bestuur UWV verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening c.a., alsmede voor het opstellen van de overige onderdelen van het jaarverslag, alle in overeenstemming met de Wet SUWI en de daarmee verbonden dan wel daaruit voortvloeiende regelgeving, waaronder de bepalingen van en krachtens de WNT. De directie BKWI is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als zij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening c.a. mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening c.a. op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en de regels inzake de accountantscontrole zoals opgenomen in de Regeling SUWI, paragraaf 5.1b, Accountantscontrole en het Controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening c.a. geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de verantwoordingen. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening c.a. een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het
opmaken
van
de
jaarrekening
c.a.
en
voor
het
getrouwe
beeld
daarvan,
gericht
op
het
opzetten
van
controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van BKWI. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door directie BKWI gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening c.a. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
24
Oordeel Naar ons oordeel geven de in het jaarverslag 2014 van BKWI opgenomen •
jaarrekening over 2014 met de financiële toelichtingen daarbij waarin begrepen de verantwoording in het kader van de WNT en
•
de rapportage over de financiële rechtmatigheid van de uitkomsten van de taakuitvoering over 2014
een getrouw beeld van de uitkomsten van de taakuitvoering van BKWI over 2014 in overeenstemming met de Wet SUWI en de daarmee verbonden dan wel daaruit voortvloeiende regelgeving. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Tevens vermelden wij dat de overige delen van het BKWI Jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar zijn met de jaarrekening c.a.
Amsterdam, 12 maart 2015
Drs. R. de Ruiter RA RE RO CISA Accountantsdienst UWV Postbus 58285 1040 HG Amsterdam
Voorstel doteren bestemming van het resultaat over 2014 Het BKWI heeft het hoge resultaat 2014 van € 912.486 weten te bereiken door het verder terugbrengen van de externe inhuur en de gunstige tarieven die voortvloeien uit de onderhandelingen met de leverancier voor de hosting Centrale Omgeving. Ook heeft BKWI een groot beroep gedaan op de inzet van het personeel om naast het continueren van de dienstverlening de noodzakelijke vervangingen zelf uit te voeren. Een dergelijke extra belasting kan gedurende een jaar worden geleverd, maar niet jaar na jaar. Hierdoor is het wel mogelijk geweest een “spaarpot” te creëren voor de vervangingsinvesteringsprojecten in de komende jaren. Het BKWI vraagt toestemming om het resultaat van € 912.486 te mogen doteren aan het bestemmingsfonds vervangingsinvesteringen. Een bedrag van € 125.000 zal direct in 2015 onttrokken worden voor de verlenging van het project Europese Aanbesteding Centrale Omgeving Suwinet. Het restant, groot € 787.486 zal als basis dienen voor het bedrag dat BKWI de komende jaren moet opbouwen, om vanaf 2019 vervangingsinvesteringsprojecten volgens de meerjaren-vervangingsinvesteringenbegroting uit eigen middelen te bekostigen. Voor de periode 2015-2018 vindt ondersteuning plaats door UWV in overeenstemming met het ministerie van SZW. Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich na balansdatum geen feiten of gebeurtenissen voorgedaan die vermelding in dit jaarverslag noodzakelijk maken.
25
Uitgave BKWI Postadres BKWI Postbus 1407 3500 BK Utrecht Inlichtingen T 088 751 37 00
26