Binden & Bewegen. Collegeagenda

Binden & Bewegen Collegeagenda 2014-2018

26 juni 2014

2

Inleiding Voor u ligt de collegeagenda voor de periode 2014-2018 van de gemeente Bunnik. Wij spreken met opzet van een collegeagenda en niet van een collegeprogramma, en dat behoeft enige uitleg. De collegeagenda vult de afspraken van het coalitieakkoord van P21 en De Liberalen, “Zorgzekerheid en Realisme”, verder in maar doet dit op een hoog abstractieniveau. Dat is een bewuste keuze, omdat wij van mening zijn dat de relatie tussen burger en overheid daarom vraagt. Met het formuleren van strakke doelstellingen door het bestuur menen wij dat er geen recht wordt gedaan aan de wens tot burgerparticipatie en interactieve beleidsvorming. Meebewegen in een veranderende omgeving De maatschappij en de bestuurlijke omgeving veranderen in een snel tempo. We hebben te maken met enorme veranderprocessen, zoals de decentralisaties en de ontwikkeling van de participatiemaatschappij. Die begrippen duiden op een zwaardere rol en een grotere verantwoordelijkheid van de burger in het vormgeven van zijn eigen omgeving. Om dat proces de ruimte te geven moet ook de bestuurlijke omgeving zich heroriënteren. Het betekent voor de overheid minder sturen, meer van buiten naar binnen werken, loslaten van bepaalde zekerheden en in een tweerichtingsverkeer in contact staan met de samenleving. Dat vraagt veel van zowel overheid als maatschappij. We zijn er in de loop van decennia aan gewend geraakt een op een bepaalde manier met elkaar om te gaan. Een bestaande structuur biedt houvast en zekerheden. Die zekerheden laat je deels los als je op een andere manier wilt gaan werken. Dat veranderen is een proces van aan elkaar wennen, een permanente zoektocht hoe we zo goed en effectief mogelijk van elkaars kwaliteiten gebruik kunnen maken. Dat gaat niet van de ene op de andere dag van een leien dakje en in zo’n proces kunnen – of moeten misschien zelfs wel – fouten worden gemaakt. Want het maken van fouten betekent dat je ook risico’s hebt durven nemen en naar nieuwe wegen hebt gezocht. Het is daarbij belangrijk dat we elkaar blijven aanspreken en uitdagen, zowel op het collectieve als het individuele niveau, en ons realiseren dat zo’n proces tijd kost en veel energie vergt. Dit college ziet het als zijn hoofdtaak om ervoor te zorgen dat dit proces zo snel mogelijk vorm krijgt. Daarbij richt het college zich vooral op de ontwikkeling van ’t Burgje, het sociaal domein, de infrastructuur en de ambtelijke organisatie. We willen dat heel nadrukkelijk vorm geven samen met de raad en de samenleving. Kernbegrip daarbij is vertrouwen in elkaar. Dat maakt het mogelijk om in openheid met elkaar in discussie te gaan, begrip te hebben dat dingen af en toe anders lopen dan we verwachten en daar vervolgens weer met elkaar van te leren en het de volgende keer nog beter te doen. Het college wil daarin een voorbeeldfunctie vervullen. Wij voelen het als onze missie om daar samen onze schouders onder te zetten, als team te opereren en die gezamenlijkheid naar buiten uit te stralen. Door op gezamenlijke werkbezoeken te gaan en daar gesprekken te voeren met onze inwoners en ondernemers willen we de energie uit de samenleving naar binnen halen. Maar ook door in een vroeger stadium en soms buiten de vaste structuren om met de raad in gesprek te gaan willen we effectiever beleid maken. Over de wijze waarop we dat gaan doen, gaan we graag met de raad in gesprek. We voelen ons als college ook verantwoordelijk voor de kwaliteit van ons ambtelijk apparaat om wendbaar te zijn en mee te bewegen op de vragen van deze tijd. Samen met onze mensen op het gemeentehuis willen we op dit punt meters maken. De ervaringen die we hebben opgedaan in ‘Bunnikse Kwaliteit’ geven ons veel inspiratie en aanbevelingen om mee aan de slag te gaan. Het vraagt van dit college en van het ambtelijk apparaat een open mind en een open houding, zowel intern als extern. Samenwerken in en met de regio Bunnik is de groene voortuin van onze stedelijke regio, een fijne plek om te wonen vlak bij een belangrijke economische motor van de regio: Utrecht Science Park. Die kwaliteit maakt Bunnik aantrekkelijk en dat koesteren wij. Door ons hierop te profileren, met begrippen als duurzaamheid en innovatie als leidraad, kunnen we ook onze economische positie versterken. Zaken als woningbouw, infrastructuur, natuur, milieu en recreatie vragen om een regionale visie en benadering. Daarom zoeken we ook regionaal naar verbinding, tussen de Bunnikse kernen en met onze buurgemeenten. Door een gezamenlijke en samenhangende visie op het gebied ten oosten van de stad Utrecht te ontwikkelen, versterken we de potenties van al deze verschillende gemeenten. En ook in het sociale domein leidt samenwerking tot verbetering van kwaliteit en kosteneffectiviteit. Collegeagenda Bunnik 2014-2018 Binden & Bewegen

3

In die samenwerking willen we een sterke en zelfbewuste teamspeler zijn. Wij zien de gemeente als een partner in het regionale netwerk en willen daarom de banden met bedrijven en maatschappelijke organisaties, zowel binnen als buiten Bunnik, intensiveren. Duurzaamheid staat dus bij ons hoog in het vaandel. Niet alleen ten opzichte van de wereld om ons heen, maar ook in de duurzaamheid en robuustheid van de keuzes die we maken. Het bestuurskrachtonderzoek in 2012 heeft aangetoond dat Bunnik in staat is om de komende jaren zelfstandig vooruit te kunnen. Die uitgangspositie koesteren wij. De gemeente Bunnik heeft naar aanleiding van het bestuurskrachtonderzoek een start gemaakt met de zogenoemde Strategische Agenda. Ten behoeve van die Strategische Agenda is een scenariostudie uitgevoerd. De keuzes in deze collegeagenda zijn getoetst aan de robuuste keuzes van de scenariostudies, om goed voorbereid te zijn op de toekomst. Samen sterk Wij willen als college in gezamenlijkheid een betrouwbare en vertrouwenwekkende partner zijn voor de samenleving. We willen en kunnen dit niet alleen. Samen met de gemeenteraad en onze ambtenaren willen we onze inwoners zo goed mogelijk van dienst zijn. Dat doen we met de blik naar buiten gericht, met een luisterend oor en met vertrouwen in de Bunnikse samenleving en haar sociale structuur. Vanuit dit vertrouwen streven we naar deregulering en participatie, door alle beleidsterreinen heen. Daarbij durven we creatief te zijn en nieuwe manieren van werken en communiceren te ontdekken: vernieuwing betekent dat fouten gemaakt mogen worden. Dit alles bezien wij vanuit een realistische blik op de gemeente en op de samenleving: we doen geen loze beloftes. De gemeente Bunnik is solide en die basis behouden wij. H.M. Ostendorp

R.A. Zakee

J.J. Eijbersen

Burgemeester

Wethouder P21

Wethouder De Liberalen

Collegeagenda Bunnik 2014-2018 Binden & Bewegen

4

Inhoudsopgave Fysiek domein Openbare orde en veiligheid Mobiliteit Ruimtelijke ontwikkeling Wonen en leefomgeving Economische ontwikkeling Landschap en recreatie Sociaal domein Zorg, inkomen en werkgelegenheid Maatschappelijke ondersteuning Organisatie en dienstverlening * Communicatie en participatie Dienstverlening Organisatieontwikkeling Bedrijfsvoering Matrix: de centrale waarden

* De elementen van “Wij, Bunnik” komen op verschillende plekken in dit domein terug


5

Openbare orde en veiligheid Fysiek domein Toelichting Het college constateert dat het beeld van de openbare orde en veiligheid in de gemeente Bunnik over het algemeen positief is. Dat huidige beeld willen we graag behouden en waar mogelijk verbeteren. We zetten de komende vier jaar, naast de lopende ontwikkelingen, in op samenwerking met de inwoners van de gemeente om Bunnik nog veiliger te maken. Doelstellingen • We geven de organisatie van de crisisbeheersing verder vorm. • De (gemoderniseerde) brandweergarages dragen we over aan de Veiligheidsregio Utrecht (VRU). • We betrekken de samenleving participatief bij veiligheid, waarbij we de eigen verantwoordelijkheid stimuleren. Denkrichtingen • We werken actief samen met de politie; • We zetten Bibob-beleid op, om de integriteit van vergunning- en subsidieaanvragers beter te kunnen beoordelen. • We intensiveren de samenwerking met de VRU en de gemeente Zeist om de crisisbeheersing verder te optimaliseren. • We promoten de aansluiting van de inwoners van Bunnik op Burgernet; • We besteden meer aandacht aan preventie, vooral op het gebied van (auto)inbraken in Bunnik. Relatie met andere programma’s Het programma Openbare orde en veiligheid hangt nauw samen met het programma Zorg, inkomen en werkgelegenheid, onder meer door de signalerende rol die de politie speelt in de (jeugd)zorg, en het programma Communicatie en participatie.


6

Mobiliteit Fysiek domein Toelichting Het college is van mening dat het autoluw maken van het buitengebied bijdraagt aan de kwaliteit van Bunnik en het belang van Bunnik voor de regio. Daarbij wordt uitgegaan van een recreatief uitloopgebied van de stadsregio Utrecht, met een as die loopt vanaf Science Park via Amelisweerd-Vechten/NieuwWulven naar het Eiland van Schalkwijk. De aanleg van de oostelijke ontsluiting van Houten, over de parallelweg langs de A12, is een ontwikkeling die een grote rol speelt in het mobiliteitsvraagstuk – maar altijd in samenhang met andere inhoudelijke velden. Doelstellingen • We werken samen met buurgemeenten, provincie, BRU, partners uit de omgeving, inwoners en bedrijven aan een gezamenlijke visie op de inrichting van het buitengebied waarin invulling wordt gegeven aan termen als autoluw, fietsvriendelijk en bereikbaarheid (voor ondernemers en bewoners). • We zetten duurzaam in op verkeersveiligheid. • We verbeteren de aansluiting van routes in het Openbaar Vervoer. • We werken verder aan verduurzaming van verkeer en vervoer. Denkrichtingen • We dragen bij aan de optimalisering van de ontwikkeling van de infrastructuur rond Vechten. We streven daar naar een verkeersveilige situatie door herinrichting van het kruispunt bij Vroeg, waarbij de recreatieve ontwikkeling van het gebied voorop staat. Vermindering van de verkeersdruk voor doorgaand verkeer en het terugbrengen van de maximum snelheid vormen een doelstelling. • We dragen bij aan een spoedige aanleg van de oostelijke ontsluiting van Houten over de parallelweg van de A12 en onderzoeken welke kansen dit biedt voor een betere verkeersafwikkeling rond de N229, in relatie tot de ruimtelijke ontwikkelingen aan de westkant van Odijk. • In navolging op de gezamenlijke visie voor het buitengebied stellen we een maatregelenpakket samen om een autoluw, fietsvriendelijk en bereikbaar buitengebied te realiseren (bijvoorbeeld: verbetering van fietspaden, de aanleg van een carpoolplaats en de introductie van een spitsknip). • We verbeteren de verbinding tussen Bunnik het Utrecht Science Park. • We pakken verkeersonveilige kruispunten aan, met het kruispunt op de N229 bij Odijk als prioriteit; • Wegen binnen de bebouwde kom richten we zo veilig mogelijk in; de Provincialeweg wordt na omlegging van de Baan van Fectio autoluw, met een maximumsnelheid van 30 km/u. • We proberen het OV slim te organiseren in nauwe samenwerking met het BRU. • We zoeken naar creatieve manieren en pilots om oplaadpunten voor elektrisch autorijden te faciliteren. Relatie met andere programma’s Het programma Mobiliteit hangt nauw samen met het programma Wonen en leefomgeving, Ruimtelijke ontwikkeling, Wonen en Leefomgeving, Economische ontwikkeling en Communicatie en participatie.


7

Ruimtelijke ontwikkeling Fysiek domein Toelichting Het college beschouwt Ruimtelijke ontwikkeling bij uitstek als het veld waarin beide wethouders betrokken zijn en nauw samenwerken, zodat integraal werken wordt gewaarborgd. Beide wethouders zitten dan ook in de stuurgroep voor de ontwikkeling van de gronden ten westen van Odijk. Op deze locatie voorziet het college de komende vier jaar woningbouw op de zogenoemde locatie ’t Burgje en de aanleg van een bedrijventerrein. De (financiële) haalbaarheid van deze ontwikkeling wordt na de zomer van 2014 met de gemeenteraad besproken, waarna definitieve besluitvorming plaatsvindt. Doelstellingen • We zetten in op een spoedige realisatie van ’t Burgje, tegen maximale opbrengst en inspelend op de regionale woningbouwvraag. • We creëren mogelijkheden tot woningbouw in de kernen door middel van inbreiding, na realisatie van het bedrijventerrein A12. • Het huidige Structuurplan, dat tot 2015 loopt, wordt vernieuwd. Denkrichtingen • We werken aan een snelle uitvraag van en grondbod op ’t Burgje; • We streven naar energieneutraal bouwen (in overleg met experts zoals NMU), waarbij we ook andere alternatieven onderzoeken; • We onderzoeken de mogelijkheid om op de gronden ten westen van Odijk zonnepanelen te plaatsen; • De overige (onbestemde) gronden ten westen van Odijk worden verkocht. • De aanleg van het bedrijventerrein A12 maken we juridisch-planologisch mogelijk; • We denken mee met Bunnikse bedrijven die willen verhuizen naar het bedrijventerrein; • De gronden van deze Bunnikse bedrijven die verhuizen naar het bedrijventerrein, spelen we zoveel mogelijk vrij voor woningbouw en dat maken we juridisch-planologisch in orde; • We denken mee met initiatieven in particuliere woningbouw en faciliteren deze waar dat mogelijk is. • We herzien (versimpelen/flexibiliseren) bestemmingsplannen waar dat nodig blijkt; • Het integraal handhavingsbeleid zullen we opnieuw bezien. • We vernieuwen het huidige Structuurplan, in samenhang met andere beleidsvelden en in samenwerking met onder meer Houten en Wijk bij Duurstede, om ruimte in de zogenaamde “driehoek” tussen deze kernen te creëren. Relatie met andere programma’s Het programma Ruimtelijke ontwikkeling hangt nauw samen met de programma’s Mobiliteit, Wonen en leefomgeving, Economische ontwikkeling en Communicatie en participatie.


8

Wonen en leefomgeving Fysiek domein Toelichting Het college constateert dat de woon- en leefomgeving in Bunnik positief wordt beoordeeld. Daar bouwen we op voort door woonbeleid verder te ontwikkelen en aandacht te besteden aan duurzaamheid en het onderhoud van de openbare ruimte. Doelstellingen • We actualiseren de Woonvisie. • We bevorderen duurzaamheid door initiatieven vanuit de samenleving te faciliteren. • We houden de openbare ruimte minimaal op het huidige niveau. Denkrichtingen • We besteden bij de actualisering van de Woonvisie aandacht aan het bieden van ruimte voor diverse groepen inwoners en woningtypen in zowel koop als huur; • We versterken de relatie tussen het woonbeleid en de ontwikkelingen op het Utrecht Science Park, waar werkgevers van veel van onze inwoners zijn gevestigd; • We gaan in overleg met partners (corporaties e.d.) over de wijze waarop we de combinatie tussen Wonen, Welzijn en Zorg (WWZ) verder vormgeven. • We faciliteren duurzaamheidsmaatregelen van ondernemers, corporaties en bewoners bij hun bestaande bedrijven en woningen; • Verhuizing van milieuonvriendelijke bedrijven uit de kernen zullen we stimuleren; • We bevorderen de afkoppeling van regenwater. • We verkennen nieuwe vormen van (passende) participatie in het onderhoud van de openbare ruimte, ook op bedrijventerreinen; • Het hondenpoepbeleid wordt geherintroduceerd. Relatie met andere programma’s Het programma Wonen en leefomgeving hangt nauw samen met het programma Ruimtelijke ontwikkeling, Economische ontwikkeling en Communicatie en participatie.


9

Economische ontwikkeling Fysiek domein Toelichting Het college zet wat betreft economische ontwikkeling in op de regionale samenwerking, in plaats van zelf beleid te ontwikkelen. Bunnik sluit aan bij initiatieven die binnen de zogenoemde Q4 en in U10-verband worden ondernomen en positioneert zich in het beleid van deze partners. Doelstellingen • We realiseren het nieuwe bedrijventerrein langs de A12 zo snel mogelijk. • We participeren in en anticiperen op ontwikkelingen rondom het Utrecht Science Park. • We faciliteren initiatieven van (lokale) ondernemers om het voorzieningenniveau van de Bunnikers op peil te houden. Denkrichtingen • We gaan actief op zoek naar ontwikkelaars voor het bedrijventerrein; • We denken mee met bedrijven die vanuit de woonkernen naar bedrijventerreinen willen verhuizen; • Naast aandacht voor werk voor hoogopgeleide inwoners behouden we aandacht voor laaggeschoolde arbeid, zodat zoveel mogelijk Bunnikers een baan kunnen vinden in de omgeving. • We zoeken aansluiting bij en samenwerking met de stuurgroep Utrecht Science Park; • We scheppen voorwaarden zodat tot een locatie voor ZZP’ers en kleine ondernemingen en start-ups gekomen kan worden, bijvoorbeeld in de vorm van een bedrijfsverzamelgebouw; • We spelen een actieve rol in de verbinding van wonen, ondernemen en recreatie. • Het college investeert in de relatie met Bunnikse ondernemers (onder meer de BHIK); • De gemeente denkt mee met ondernemingen en neemt een verbindende houding aan, onder meer op het gebied van regelgeving, om economische ontwikkeling mogelijk te maken. Relatie met andere programma’s Het programma Economische ontwikkeling hangt nauw samen met het programma Ruimtelijke ontwikkeling, Wonen en leefomgeving, Landschap en recreatie, Zorg, inkomen en werkgelegenheid en Communicatie en participatie.


10

Landschap en recreatie Fysiek domein Toelichting Bunnik heeft een unieke ligging tussen de stad Utrecht en de Utrechtse heuvelrug. Het is de voortuin van de stad. Het college ziet dan ook mogelijkheden voor het gebied, waarbij landschap en recreatie zich hand in hand succesvol kunnen ontwikkelen. Daarom wil het college inzetten op twee aandachtspunten: de versterking van het landschap en de landschappelijke waarde en tegelijkertijd de vorming van een aantrekkelijk, dynamisch recreatiegebied. Daarvoor geven we ondernemers de ruimte, zo lang ze bijdragen aan de landschappelijke waarde van het gebied. Zij kunnen een dynamiek op gang brengen waarbij het gebied zich economisch ontwikkelt en stevig gepositioneerd wordt, in samenwerking met onze partners in de regio. Het college ziet bovenstaande richting als basis voor de gemeente om zich te profileren als het dorpse karakter van onze stadsregio, met een combinatie van rust en recreatie. Doelstellingen • We verruimen de mogelijkheden voor recreatief (mede)gebruik van het buitengebied om een vitaal platteland te creëren. • We versterken de positionering van de streek. Denkrichtingen • We zoeken nauwere samenwerking met Stuurgroep Kromme Rijngebied, waarin de verschillende overheden in de regio (in samenwerking met bewoners en bedrijven) de ontwikkelingen vormgeven; • We stimuleren recreatieve fiets-, wandel- en vaarroutes in regionaal verband met aandacht voor toeristische overstappunten (TOP’s). • We faciliteren innovatieve recreatiemogelijkheden en spelen daarop in; • Samen met regionale partners van de gemeente zoeken we naar mogelijkheden om slim gebruik te maken van Europese fondsen. • We zetten in op verbetering van de communicatie in de vorm van streekpromotie. Relatie met andere programma’s Het programma Landschap en recreatie hangt nauw samen met het programma Economische ontwikkeling, Wonen en leefomgeving, Ruimtelijke ontwikkeling, Mobiliteit en Communicatie en participatie.


11

Zorg, inkomen en werkgelegenheid Sociaal domein Toelichting Het college constateert dat de sociale structuur binnen de gemeente Bunnik kansen biedt om de uitdagingen waarvoor we staan in het sociaal domein met elkaar aan te gaan. Daarnaast zien we dat de naderende decentralisaties grote gevolgen zullen hebben voor de organisatie en de begroting. Het is immers niet alleen een transitie, maar ook een transformatie. Het college zal de raad dan ook vroegtijdig betrekken bij de ontwikkelingen en keuzes die voorliggen, zoals nu ook al gebeurt. Op die manier kunnen we de nieuwe taken met de bestaande taken combineren. Het college heeft een aantal uitgangspunten, van waaruit het de komende jaren wil werken. We streven naar een sociaal domein zonder schotten, dat kansen biedt voor iedereen en ons in staat stelt om maatwerk te leveren voor onze inwoners. Dat willen we bereiken door actief samen te werken met onze partners in het netwerk en te denken vanuit oplossingen, in plaats van regels en protocollen. Doelstellingen • We versterken de samenwerking tussen de verschillende disciplines in het sociaal domein en werken aan één toegangspoort voor het sociaal domein om maatwerk te leveren. • We streven naar een gemeente die sturend en verbindend werkt, als partner in een netwerk van inwoners, andere overheden, zorgverleners, verzekeraars en vrijwilligersorganisaties. • We brengen uitvoering en beleid dichterbij elkaar, om onze regisserende rol beter te kunnen invullen. • We stimuleren van de participatiesamenleving door ondersteuning en stimulering van de eigen kracht en verantwoordelijkheid van inwoners. • We verbinden sport met andere onderdelen van het sociaal domein. • We geven Social Return On Investment (SROI), de maatschappelijke tegenprestatie, vorm. • We positioneren werkgevers zo goed mogelijk in hun rol met het oog op de Participatiewet • We creëren een bufferreserve van € 3 miljoen uit de algemene reserve om mogelijke tekorten te dekken. Denkrichtingen • We kijken naar de mogelijkheid van “keukentafelgesprekken”, om aan de voorkant te zien hoe kracht van inwoners en hun omgeving maximaal benut kan worden en de gemeente maatwerk kan leveren; • We zetten in op een goed functionerende Sociaal Domein-raad, want samen geven we vorm aan het sociaal domein; • De financiële en beleidsmatige schotten in het sociaal domein halen we zoveel mogelijk weg. • We zetten de samenwerking op beleid en uitvoering met onze partners, waaronder de RDWIgemeenten, voort. • We zoeken naar creatieve manieren om mantelzorgers en vrijwilligers te ondersteunen; • We gaan samen met de samenleving op zoek naar innovatieve ideeën die bijdragen aan zorg op maat, waarbij we goedkoper werken zonder dat het ten koste gaat van kwaliteit; • We werken actief samen met Stichting Krachtig Kromme Rijn in zijn rol van sociaal makelaar; • We zetten in op buurtsportcoaches als makelaars met een signaalfunctie binnen het sociaal domein.


12

• We richten ons in eerste instantie op de groep die de meeste kans heeft om binnen afzienbare tijd terug te keren op de arbeidsmarkt; • We houden de positie van organisaties als Biga en zorgaanbieders tegen het licht, met het oog op de kaders van de participatiewet. Relatie met andere programma’s Het programma Zorg, inkomen en werkgelegenheid hangt nauw samen met het programma Maatschappelijke ondersteuning, Economische ontwikkeling, Communicatie en participatie, Organisatieontwikkeling en Bedrijfsvoering.


13

Maatschappelijke ondersteuning Sociaal domein Toelichting Binnen het sociaal domein trekken de veelbesproken decentralisaties veel aandacht naar zich toe. De taken die al tot het sociaal domein behoorden, blijven we vanzelfsprekend ook uitvoeren. Wij zien het als opdracht om deze taken goed naast elkaar te blijven uitvoeren en waar mogelijk met elkaar te verbinden. Doelstellingen • We behouden en vergroten de toegankelijkheid van de voorzieningen door ondersteunende maatregelen voor lagere inkomens. • We herijken het subsidiebeleid op basis van door de raad vastgestelde maatschappelijke doelen. • We gaan samen met sportverenigingen op zoek naar mogelijkheden om kunstgrasvelden aan te leggen. Denkrichtingen • We zoeken naar de beste – en juridisch haalbare – manier om mensen met een laag inkomen (tot 125% van het minimuminkomen) te ondersteunen bij hun deelname aan sport en cultuur, indien eventuele bezuinigingen op die sectoren leiden tot contributiestijgingen. Daarbij denken we bijvoorbeeld aan een declaratiefonds participatie, wat we actief onder de aandacht van onze inwoners brengen. • Periodiek herzien we de maatschappelijke vraagstukken en doelstellingen van het subsidiebeleid. • We zoeken samen met sportverenigingen naar mogelijkheden om deze verenigingen (deels) te verzelfstandigen betrekken de positie van het Sporthuis in die discussie. Relatie met andere programma’s Het programma Maatschappelijke ondersteuning hangt nauw samen met het programma Zorg, inkomen en werkgelegenheid en Communicatie en participatie


14

Communicatie en participatie Organisatie en dienstverlening Toelichting Het college constateert dat zowel de politiek en de ambtelijke organisatie als de samenleving de wens koesteren meer met elkaar in gesprek te zijn en de samenleving meer bij besluitvorming te betrekken. Tegelijkertijd zien we dat de zoektocht naar een balans tussen deze wens en de effectiviteit en efficiëntie ervan, een spannende is. Het vraagt om creativiteit, van zowel de overheid als de samenleving. Daarnaast vraagt het om directe wederzijdse communicatie over de verwachtingen en de bereidheid om een eventueel tegenvallend resultaat te accepteren. Samen leren we van onze ervaringen, positief en negatief. Doelstellingen • We ontwikkelen uitgangspunten van passende participatie. • We breiden de inzet van sociale media en webcare uit. • We profileren Bunnik als het dorpse karakter van de stadsregio en de groene voortuin van de stad. Denkrichtingen • We brengen in kaart welke vorm van participatie bij welke situatie of welk vraagstuk past en passen die vorm vervolgens toe; • De gemeente faciliteert passende participatie van en initiatieven vanuit de samenleving, tenzij dat om aanwijsbare redenen niet mogelijk is. • De inzet van sociale media en webcare maakt kennisdeling makkelijker en zorgt dat de gemeente participeert in netwerken, signalen uit de samenleving kan opvangen en snel kan reageren op bepaalde vragen. • De gemeente heeft een open houding in de omgang met de pers Relatie met andere programma’s Het programma Communicatie en participatie hangt nauw samen met alle programma’s, daar we de komende jaren de verbinding met de samenleving zoeken en met elkaar de uitdagingen willen aangaan.


15

Dienstverlening Organisatie en dienstverlening Toelichting Het college constateert dat de samenleving vraagt om dienstverlening die nog meer is afgestemd op de wensen van inwoners. De gemeente streeft daarom naar de best haalbare dienstverlening. Ook hier zien we een spannende zoektocht naar de balans tussen de best mogelijke dienstverlening en de mogelijkheden van de gemeente. Wij zetten in op een flexibele houding van de gemeente, door creatief op zoek te gaan naar mogelijkheden om de dienstverlening op een hoog niveau te houden. Doelstellingen • We zetten in op verdere digitalisering van onze dienstverlening. • We zoeken naar andere, nieuwe manieren van fysieke dienstverlening. • We streven naar deregulering en versimpeling van regels waar nodig. Denkrichtingen • We werken zowel binnen de organisatie als naar de samenleving zoveel mogelijk vanuit de houding digitaal, tenzij. • We onderzoeken de mogelijkheden om producten (paspoorten e.d.) thuis te bezorgen. • We gaan vroegtijdig in gesprek met de aanvrager, om voorafgaande aan de aanvraag te kijken wat nodig is en hoe de dienstverlening zo effectief mogelijk kan verlopen. • We houden de aanvraagprocessen tegen het licht en vereenvoudigen en/of verkorten ze waar dat mogelijk is. Relatie met andere programma’s Het programma Dienstverlening hangt nauw samen met de programma’s Organisatieontwikkeling, Communicatie en participatie en met alle programma’s van het Fysiek en Sociaal domein.


16

Organisatieontwikkeling Organisatie en dienstverlening Toelichting Het college constateert dat de verhouding tussen overheid en samenleving verandert. Dat heeft gevolgen voor de rol van de overheid en brengt de vraag met zich wat de overheid wel of juist niet (meer) zou moeten doen. Tegelijkertijd zien we dat de financiële kaders veel nauwer zijn geworden en bezuinigingen noodzakelijk zijn om zwarte cijfers te kunnen schrijven. Daarnaast krijgt de gemeente door de decentralisaties in het sociaal domein een aantal nieuwe taken in haar pakket. Deze grote ontwikkelingen vragen een andere houding van onze organisatie en dus ook van haar medewerkers. Het college zet daarom de komende jaren vol in op de kanteling van de organisatie: we werken toe naar organisatie met een actieve externe oriëntatie, die oplossingsgerichtheid en integraal werken tot intrinsiek onderdeel van haar cultuur heeft gemaakt. Doelstellingen • We ontwikkelen een nieuwe, toekomstgerichte organisatievisie. • We ontwikkelen de rol van de gemeente als partner in een netwerk. • We zetten in op de doorontwikkeling van maatschappelijke en politieke sensitiviteit van de organisatie. • We werken aan een faciliterende organisatie met faciliterende medewerkers. • We voeren de Bunnikse Manier van Werken door in de organisatie. Denkrichtingen • We zetten in op een verandering in houding: we stimuleren het denken in oplossingen en maximaal gebruiken van de regelruimte (“ja, mits”). • We zoeken dwarsverbanden binnen de ambtelijke organisatie, om écht integraal te kunnen werken, maar ook buiten de organisatie met stakeholders als regiogemeenten, maatschappelijke organisaties en bedrijven. • Faciliteren wat kan; regisseren/samenwerken waar het (financieel) voordeel heeft; reguleren wat moet. • Waar nodig kijken we naar de mogelijkheid om maatwerk voor verschillende “klantgroepen” te ontwikkelen: een plusaanbod dat tegen een vergoeding beschikbaar is bovenop het basisaanbod. • We streven naar plaatsen tijdonafhankelijk werken met aandacht voor faciliteiten én gedrag. • We versterken de interne communicatie. Relatie met andere programma’s Het programma Organisatieontwikkeling hangt in eerste instantie nauw samen met de andere programma’s van Organisatie en Dienstverlening, maar heeft vanzelfsprekend ook effect op het Fysiek en Sociaal domein.


17

Bedrijfsvoering Organisatie en dienstverlening Toelichting Het college constateert dat de financiële positie van de gemeente onder druk staat. Dat betekent dat we weinig tot geen ruimte hebben om ‘leuke dingen’ te doen; we zullen alle zeilen bij moeten zetten en ons werk anders moeten organiseren. Dat betekent dat de gemeente en haar medewerkers een andere houding zullen moeten aannemen. Doelstellingen • We behouden een gezonde financiële positie: het gemeentelijk huishoudboekje moet op orde zijn. • We verbeteren de informatievoorziening. • We streven naar een verdere verduurzaming van de bedrijfsvoering Denkrichtingen • We geven uitvoering aan het project Bunnikse Kwaliteit; • In de toekomst blijven we experts uit de samenleving bij bezuinigingsopgaven betrekken; • We gaan door de verbetering van risicomanagement; • We verbeteren de sturing op gemeenschappelijke regelingen, in samenspel met de gemeenteraad; • We onderzoeken de mogelijkheden tot financiële ontschotting in het sociaal domein. • We verbeteren de informatieveiligheid door de BIG (Baseline Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten) in te voeren; • We koppelen verschillende registraties en databases aan elkaar, ten behoeve van efficiency en dienstverlening; • We versterken de managementinformatie ten behoeve van monitoring van nieuwe ontwikkelingen, zoals die in het sociaal domein. • We onderzoeken hoe de bedrijfsvoering duurzamer kan; • We onderzoeken de mogelijkheid om daken van publieke gebouwen ter beschikking gesteld kunnen worden voor opwekking van zonne-energie; • We zetten in op duurzame inzet van medewerkers. Relatie met andere programma’s Het programma Bedrijfsvoering hangt vanzelfsprekend nauw samen met alle programma’s.


Matrix: de centrale waarden

Waarde Doelstelling Openbare orde en veiligheid Verdere vormgeving van de organisatie van crisisbeheersing Overdracht brandweergarages aan de Veiligheidsregio Utrecht Samenleving participatief betrekken bij veiligheid Mobiliteit Ontwikkeling gezamenlijke visie op het buitengebied ontwikkelen Duurzame inzet op verkeersveiligheid

Vertrouwen

Deregulering

Participatie

Verbinding

Creativiteit

Vernieuwing

Realisme

X X X

X X

X

X X X

Verbetering aansluiting routes in het Openbaar Vervoer Verduurzaming van verkeer en vervoer Ruimtelijke ontwikkeling Spoedige realisatie ’t Burgje tegen maximale opbrengst Mogelijkheden tot woningbouw in de kernen creëren Vernieuwing van het Structuurplan

X

Wonen en leefomgeving Actualisering van de Woonvisie

X

Bevordering duurzaamheid door faciliteren van initiatieven vanuit de samenleving Handhaving huidig niveau van onderhoud van de openbare ruimte Economische ontwikkeling Spoedige realisatie van het bedrijventerrein langs de A12 Participeren in en anticiperen op ontwikkelingen rond Utrecht Science Park Faciliteren initiatieven van ondernemers met het oog op voorzieningenniveau

Duurzaamheid

X

X

X

X

X

X X

X X

X X

X

X

X

X

X X X

X

X X

19 Waarde Doelstelling Landschap en recreatie Verruiming mogelijkheden recreatief (mede)gebruik buitengebied Versterking van de positionering van de streek Zorg, inkomen en werkgelegenheid Samenwerking verschillende disciplines sociaal domein om maatwerk te leveren Sturend en verbindend werken als partner in een netwerk van partijen Regisserende rol versterken door bijeenbrengen uitvoering en beleid Stimulering participatiesamenleving door ondersteuning van eigen kracht inwoners Verbinding van sport met andere onderdelen van het sociaal domein Vormgeving van de maatschappelijke tegenprestatie (SROI) Positionering van werkgevers voor hun rol in de Participatiewet Aanleggen van bufferreserve van € 3 miljoen om mogelijke tekorten te dekken Maatschappelijke ondersteuning Behoud toegankelijkheid voorzieningen door ondersteunende maatregelen Herijking subsidiebeleid o.g.v. door raad vastgestelde maatschappelijke doelen Zoeken naar mogelijkheid voor aanleg van kunstgrasvelden Communicatie en participatie Ontwikkeling van uitgangspunten van passende participatie Uitbreiding van de inzet van sociale media en webcare Profilering Bunnik als dorpse karakter van de stadsregio en voortuin van de stad

Vertrouwen

Deregulering

Participatie

Verbinding

Duurzaamheid

X

X

X

Creativiteit

X

Vernieuwing

Realisme

X

X

X

X

X

X X

X

X X

X

X

X X

X

X X

X X

X

X X

X

X

X X

X

X

X

X X X


X X

20

Waarde Doelstelling Dienstverlening Verdere digitalisering van onze dienstverlening Zoeken naar andere, nieuwe manieren van fysieke dienstverlening Deregulering en versimpeling van regels waar nodig Organisatieontwikkeling Ontwikkeling van een nieuwe en toekomstgerichte organisatievisie Ontwikkeling van de rol van de gemeente als partner in een netwerk Doorontwikkeling maatschappelijke en politieke sensitiviteit van de organisatie Faciliterende organisatie met faciliterende medewerkers Uitvoering geven aan de Bunnikse Manier van Werken Bedrijfsvoering Behoud van de gezonde financiële positie: huishoudboekje op orde Verbetering van de informatievoorziening Verdere verduurzaming van de bedrijfsvoering

Vertrouwen

Deregulering

Participatie

Verbinding

Duurzaamheid

Creativiteit

Vernieuwing

Realisme

X X

X

X

X

X

X

X

X X

X

X

X

X

X

X X

X

X

X

X X

X


X X

X

Binden & Bewegen. Collegeagenda

Recommend Documents