Bijzondere administratieve bepalingen (=BAB) Normen en reglementeringen ........................................................................................................................2 Opmaak dossiers ...........................................................................................................................................4 1.1. Uitvoeringsdossier .......................................................................................................................4 1.1.1. Omschrijving.......................................................................................................................4 1.1.2. Inhoud van het uitvoeringsdossier.......................................................................................5 1.2. Dossier as-built ............................................................................................................................6 1.2.1. Omschrijving.......................................................................................................................6 1.2.2. Samenstelling ......................................................................................................................7 1.3. Opleveringen................................................................................................................................7 1.3.1. Algemeen ............................................................................................................................7 1.3.2. Verloop van het opleveringsbezoek ....................................................................................8 1.3.3. Definitieve oplevering.........................................................................................................8 1.3.4. Kosten van de controles en de keuringen............................................................................8 1.3.5. Scholing gebruikers.............................................................................................................8 1.3.6. Garantie ...............................................................................................................................9 1.3.7. Toepassing...........................................................................................................................9 Allerlei.........................................................................................................................................................10 1.4. Afbraakwerken...........................................................................................................................10 1.4.1. Uitvoering .........................................................................................................................10 1.5. Doorboringen en afdichtingen ...................................................................................................10 1.5.1. Doorboringen ....................................................................................................................10 1.5.2. Afdichtingen......................................................................................................................11 1.6. Testen uit te voeren tijdens de uitvoering ..................................................................................11 1.7. Opkuis werf................................................................................................................................12 Werfinrichting en werforganisatie: Algemeen ............................................................................................13 1.8. Inleiding .....................................................................................................................................13 1.9. Regeling van de kosten ..............................................................................................................13 1.10. Onderhoud van de werf..............................................................................................................14 1.11. Veiligheids- en preventieve beschermingsmaatregelen .............................................................15 1.12. Regeling voor sparingen, openingen, dichtingen,......................................................................15 1.12.1. Het voorzien van sparingen en openingen vanaf 20 x 20 cm of vanaf diameter 20 cm....15 1.12.2. Het voorzien van sparingen en openingen kleiner dan 20 x 20 cm...................................15 1.12.3. Het dichten van openingen................................................................................................15 1.13. Verticaal transport......................................................................................................................16 1.14. Regeling van schade ..................................................................................................................16 1.15. Inrichting van de werf................................................................................................................16 1.16. Kost voor veiligheidsanalyse - en maatregelen (inbegrepen in eenheidsprijzen,van toepassing voor alle aannemers) ................................................................................................16
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
1/
Normen en reglementeringen Alle installaties moeten voldoen aan de bepalingen van de documenten die zijn opgenomen in het architectuurgedeelte en behoudens andersluidende bepalingen in het onderhavige lastenboek moeten ze conform zijn met de normen, de typelastenboeken, de reglementeringen, de voorschriften en o.m. de volgende documenten: • De Bouwvergunning; • De Milieuvergunning; • De Belgische wetgeving, in het bijzonder de voorschriften en normen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen: • KB van 19 december 1997 (BS van 30 december 1997) en uitbreidingen; • NBN 521-201,202 en 203 - Brandbeveiliging in gebouwen • NBN 71 3-020 - Gedrag bij brand van bouwmaterialen en bouwelementen en aanvullingen • NBN 521-208 - Brandbeveiliging in gebouwen. Ontwerp en berekening van rook- en warmteafvoerinstallaties. • De eventuele voorschriften der openbare nutsmaatschappijen (water, gas, elektriciteit, telefonie). • De reglementen van de Gemeentelijke Administratie; • De reglementen van de Gewestelijke Administraties • De bepalingen betreffende de brandbeveiliging van de brandweerdiensten in de betrokken zone; • Het Algemeen Reglement voor de Elektrische Installatie (A.R.E.I.) en de Koninklijke Besluiten die dit hebben aangevuld en gewijzigd. • Het Algemeen Reglement voor Arbeidsbescherming (A.R.A.B.) • Het typebestek VL100 van 2002: algemene contractuele administratieve bepalingen voor aannemingen van bouwwerken. • Het typebestek n° 104 van 1963 en 1967 "Aannemingen van Werken en Gebouwen van het Bestuur der Gebouwen, Ministerie van Openbare Werken en Wederopbouw" m.i.v. bijlage nrs 1 en 2 van 1969 en technische voorschriften en aanvullingen verschenen voor 01/09/88 (m.i.v. hierna verschenen errata). • Het typebestek nr. 250 • van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap - laatste uitgave - en de erbij horende errata, alsook alle waarnaar in dit type bestek verwezen wordt. • De type lastenboeken nr. 105 en 400 van de Regie der Gebouwen in de laatste versies, alsook de bijbehorende addenda. • De verscheidene technische publicaties en codes van goede praktijk van het W.T.C.B. • De richtlijnen, nota's en aanbevelingen van het Nationaal Comité voor Veiligheid en Hygiëne in de bouw (NAVB). • Lastenboek K.V.B.G. (Koninklijke Vereniging van Belgische Gasvaklieden) http://www.gasinfo.be • NBN 69 Kleuren voor het merken van pijpleidingen voor het vervoer van vloeibare of gasvormige stoffen in landinstallaties en aan boord van schepen (1972) • NBN A 25-103 - Stalen buizen voor courant gebruik - Schroefbare buizen (1997) • NBN A 25-104 - Stalen buizen voor courant gebruik - Pijpen met gladde uiteinden, niet schroefbaar • NBN D 51-003 - Binnenleidingen voor aardgas en plaatsing van de verbruikstoestellen Algemene bepalingen (2004) • NBN E 03-101 - Schroefdraad - Pijpschroefdraad voor aansluitstukken met zelfdichting Terminologie, aanduiding, afmetingen en toleranties • NBN E 29-002 - Pijpleidingen - Nominale diameter, drukken en temperaturen - Definities en symbolen
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
2/
• • • •
• • • • • • • • • • •
• • • • • • • • • • • •
NBN EN 1057:1996 - Koper en koperlegeringen - Naadloze, koperen buizen voor gas- en waterleidingen in sanitaire en verwarmingstoepassingen NBN EN 1555 (1-5) - Kunststofleidingsystemen voor de verdeling van gasbrandstoffen Polyethyleen (PE) (2003) NBN EN 12007 - Gasvoorzieningssystemen - Leidingen voor maximale bedrijfsdruk tot en met 16 bar - Deel 1-4 (2000) NBN EN 12068 - Kathodische bescherming - Uitwendige organische bekleding voor de bescherming tegen corrosie van in de bodem of in het water gelegde stalen buisleidingen die samen met de kathodische bescherming worden gebruikt - Wikkelbanden en krimpbare materialen (1998) NBN EN 12279 - Gasvoorzieningsystemen - Gasdrukregelinstallaties in dienstleidingen Functionele eisen (2000) NBN EN 13090 - Middelen voor het opnieuw afdichten van draadverbindingen van gasleidingen in gebouwen (2001) NBN EN 1594 - Gasvoorzieningssystemen - Leidingen voor maximale bedrijfsdruk groter dan 16 bar - Functionele eisen (2000) NBN EN 1775 - Gasvoorziening - Gasleidingen in gebouwen - Maximale werkdruk tot 5 bar Functionele aanbevelingen (2000) NBN EN 331- Met de hand bediende kogelkranen en plugkranen met gesloten bodem voor gasinstallaties in gebouwen (1998) NBN EN 969 - Nodulair gietijzeren buizen, hulpstukken en verbindingen voor gasleidingen Eisen en beproevingsmethoden (1999) NBN T 42-106 - Buizen van polyethyleen voor de distributie van aardgas (1986) De normen, voorschriften en wetgeving op de goede praktijk gepubliceerd door het Belgisch Instituut voor Normalisatie (6.I.N). De norm NBN 501-400 met betrekking tot de akoestiek De Belgische wetgeving, in het bijzonder de voorschriften en normen voor de preventie van brand en Ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen: o KB van 19 december 1997 (BS van 30 december 1997) o NBN S21-201, 202 en 203 - Brandbeveiliging in gebouwen o NBN 713-020 - Gedrag bij brand van bouwmaterialen en bouwelementen en aanvullingen o NBN S21-208 - Brandbeveiliging in gebouwen. Ontwerp en berekening van rook- en warmteafvoerinstallaties. Het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming (ARAB, CODEX) met haar meest recente bijlagen en Aanvullingen. De verscheidene technische publicaties en codes van goede praktijk van het W.T.C.B. De NBN- en EN-normen van toepassing op onderhavige aanneming. Typebestek n° 104 van 1963 en 1967 "Aannemingen van Werken en Gebouwen van het Bestuur der Gebouwen, Ministerie van Openbare Werken en Wederopbouw" m.i.v. Bijlage nrs 1 en 2 van 1969 en Technische voorschriften en aanvullingen verschenen voor 01/09/88 (m.i.v. Hierna verschenen errata). De eventuele voorschriften der openbare nutsmaatschappijen (water, gas, elektriciteit, telefonie). De voorschriften opgelegd door de Brandweer. Het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (A.R.E.I.). Het typebestek nr. 240 van 2004 betreffende aannemingen van elektrische en mechanische installaties en Constructies - administratieve bepalingen.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
3/
• • • • • • • • •
Het typebestek nr. 400 van 1954 met inbegrip van alle vaste bijlage. Het typebestek nr. 800 van 1966 betreffende het werken bij vriesweer. Afleveringen I tot XII van het Algemeen Bestek van het Ministerie van Openbare Werken. De normen en guidelines van toepassing voor dit project. De richtlijnen, nota's en aanbevelingen van het Nationaal Comité voor Veiligheid en Hygiëne in de bouw (NAVB). De EG-richtlijnen. Alle meest recente bescheiden waarnaar in elk van de hierboven vernoemde documenten wordt verwezen. Vlarem II
Opm.: Bouwteam= de opdrachtgever, de architect, studiebureau technieken.
Opmaak dossiers 1.1.
Uitvoeringsdossier
1.1.1.
Omschrijving
Alle werken worden door de aannemer uitgevoerd op basis van gedetailleerde plannen. Het is aan de aannemer om op het ogenblik dat hij zijn uitvoeringsplannen voorlegt rekening te houden met de plannen betreffende de architectuur en de stabiliteit in de laatst geldende versie, voor wat betreft de afwerking en de stabiliteit. Als er zich wijzigingen voordoen betreffende de plaatsing, de keuze van de uitrusting of het principe ten opzichte van het inschrijvingsdossier dat is opgesteld door de opstellers van het project, is het aan de aanneming om daarmee rekening te houden bij het uitwerken van de uitvoeringsplannen en om zich te houden aan de instructies die worden doorgegeven op de studievergaderingen betreffende de uitvoering en de coördinatie. Bovendien is de aannemer gehouden om bij het opstellen van de uitvoeringsplannen en ook bij de uitvoering van de werken, zijn studies en installaties te coördineren met deze van de diverse aannemingen die deelnemen aan de realisatie der werken. De aannemer moet tijdig alle uitvoerings- en detailplannen, de plannen betreffende de architectuur, de stabiliteit, de afwerking en de Speciale Technieken opvragen die hij nodig heeft. Het gebruik van materialen en materieel is slechts toegelaten na goedkeuring door het Bouwteam, van de technische fiches, de plannen en de berekeningsnota's. Deze goedkeuring "VOOR AKKOORD" of "GOED VOOR UITVOERING" ontslaat de aannemer geenszins van zijn verantwoordelijkheid voor wat betreft de realisatie van zijn installaties conform met de opgelegde voorschriften. Het Bouwteam behoudt zich het recht voor elke levering, uitvoering of installatie in overeenstemming met de documenten te weigeren als deze niet vooraf zonder voorbehoud worden goedgekeurd. Om zich een beter idee te kunnen vormen van het materiaal dat door de aannemer wordt voorgesteld, behoudt het Bouwteam zich het recht voor de plaatsen van fabricatie en verkoop te bezoeken om het materiaal te zien en de aangekondigde prestaties te verifiëren door aanvullende testen. Deze aanvullende testen mogen geen prijssupplementen voor de onderhavige aanneming teweegbrengen.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
4/
1.1.2. a)
Inhoud van het uitvoeringsdossier Berekeningsnota's:
De aannemer moet de volgende berekeningsnota's en selectietabellen voorleggen van alle belangrijke componenten van de installatie, maar ook van de belangrijke onderdelen (bv. Geluidsdempers). Algemeen wordt iedere post van de meetstaat beschouwd als een component van de installatie. Bijkomend ook (indien nodig): • de berekening van de trillingwerende en geluidswerende inrichtingen • de berekening met betrekking tot de stabiliteit van geplaatste onderdelen; Het bouwteam weigert gedeeltelijke of onvolledige berekeningsnota's te aanvaarden of nota's waarvan bewijsstukken onderbreken. De principe schema’s en 1-draadsschema’s die één van de bijlagen bij onderhavig lastenboek vormen hernemen de waarden bij wijze van inlichting. De aannemer moet zich in het kader van zijn aanneming vergewissen van de juistheid en de coherentie ervan. b)
Technische Fiches:
Alle voorgesteld materiaal en gereedschap moeten door het bouwteam worden goedgekeurd. Deze goedkeuring wordt bekomen op basis van technische fiches die worden uitgewerkt door de aannemer en die worden doorgestuurd naar het bouwteam. De technische fiches omvatten de bijzondere technische kenmerken van de voorgestelde uitrusting of van het voorgestelde materiaal en de bijbehorende certificaten. Het bouwteam weigert gedeeltelijke, onvolledige technische fiches te aanvaarden of fiches die te commercieel zijn en geen technische inlichtingen bevatten. De technische fiches stellen al het materiaal voor en geven de selecties weer die werden weerhouden in het kader van het project. Bij deze technische fiches moeten de desbetreffende uittreksels uit de originele catalogussen worden gevoegd, samen met de certificaten betreffende hun conformiteit met de normen of reglementen (testen betreffende hun brandweerstand bijvoorbeeld). c)
Uitvoeringsplannen in autocad opgemaakt:
De aannemer moet minstens het volgende opstellen: • Definitieve schema's: hydraulische, aerolische & elektrische • Detailplannen opgesteld op 5 % van de technische ruimtes • Plattegronden opgesteld op 2 % o plattegronden van alle verdiepingen met aanduiding in de ruimte van alle te plaatsen uitrusting voor het realiseren van de onderhavige aanneming. • Doorboringen o stabiliteitsplannen belast met de boringen die door de aannemer worden gevraagd en die ter controle worden voorgelegd aan de raadgevende ingenieur op het gebied van stabiliteit. In het algemeen moet de aannemer ook alle details en doorsneden opstellen die hem door het bouwteam worden gevraagd. De uitvoeringsplannen en as-built plannen worden getekend rekening houdend met de afmetingen van de goedgekeurde toestellen.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
5/
De speciale aandacht van de aannemer wordt gevestigd op het feit dat de plannen moeten worden aangevuld door: • De merktekens die op de toestellen worden aangebracht met het oog op de oplevering van het dossier "As-built" volgens de voorschriften van het lastenboek; • Een lijst van materiaal met onder meer de benamingen van de toestellen en een kolom met het nummer van de technische fiche; daaruit volgt dat het gunstige bericht over een plan hetzelfde voorafgaand bericht impliceert voor alle materiaal dat op het plan is voorgesteld. De materialen moeten dus vóór of tegelijk met de te controleren plannen worden voorgelegd. d)
Verspreiding van de uitvoeringsdocumenten
De uitvoeringsdocumenten moeten worden doorgegeven zodat het bouwteam deze kan onderzoeken, opmerkingen kan maken en ze kan goedkeuren voordat het materiaal wordt besteld of voordat de installatie op de werf wordt uitgevoerd. Het bouwteam krijgt hiervoor minimum één week en maximum drie weken na ontvangst van de documenten. De boringen, versnijdingen, voorzieningen en de in te bouwen elementen moeten worden meegedeeld, zodat onderzoeken betreffende de coördinatie kunnen gebeuren en de betrokken aannemers deze werken kunnen waarborgen in het kader van hun planning. Als de berekeningsnota's moeten worden goedgekeurd voor de uitwerking van bepaalde uitvoeringsplannen, is het aan de aannemer om deze zo vroeg mogelijk in te dienen bij het bouwteam. De opstelling van de planning voor de indiening van de uitvoeringsdocumenten moet gebeuren door de aannemer. Deze planning moet rekening houden met de nodige termijn voor de goedkeuring van de documenten door het bouwteam, de leveringstermijnen van de uitrustingen en de uitvoeringsplanning van de aannemer. De aannemer moet ten gepaste tijde alle nodige inlichtingen geven voor de realisatie van het ruwe werk en de andere aannemingen. e)
Aanpassingen
De uitvoeringsplannen zijn opgesteld op basis van de architectuurplannen in de laatste uitgave. Als er zich wijzigingen voordoen betreffende de plaatsing, de keuze van de uitrusting of het principe ten opzichte van het inschrijvingsdossier dat is opgesteld door het studiebureau technieken, is het aan de aannemer om daarmee rekening te houden bij het uitwerken van de uitvoeringsplannen en om zich te houden aan de instructies die worden doorgegeven op de werfvergaderingen betreffende de uitvoering en de coördinatie.
1.2.
Dossier as-built
1.2.1.
Omschrijving
Na voltooiing van de werken en voor de voorlopige oplevering van de werken, levert de installateur het "as-built" dossier. De kosten voor het opmaken van het "as-built" dossier is ten laste van de aannemer. Het wordt afgeleverd in 3 (drie) exemplaren, verzameld in één of meerdere ringmappen; met degelijk onderscheid van de verschillende hoofdstukken, voorzien van de vermelding: AS-BUILT dossier. Tevens zal er een gedigitaliseerd exemplaar (Cd-rom dwg-formaat . . .) afgeleverd worden.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
6/
1.2.2.
Samenstelling
a) Plannen en schema’s • • • • •
Plannen 1/50 met exacte referentie van de toestellen Plannen 1/20 van TR Hydraulische schema’s Aerolische schema’s Elektrische schema’s
b) Elektrisch schema elektrische borden en HS c) Indienststellingsverslag leverancier regeling d) Keuring- en indienststellingsverslagen • Verslag akoestische meting • Keuringsverslag gasinstallatie (erkend organisme) • Keuringsverslag elektrische installatie • Keuringsverslag sanitaire installatie (erkend organisme) • Indienststellingsverslag ijswatergroep (fabrikant) • Indienststellingsverslag Stookketel (fabrikant) • Logboek onderhoud freoninstallatie, conform VLAREM II (aannemer) • Keuringsverslag lift e) Metingen en regelingen • Waterdebietmetingen op regelkranen (TA-verslag) • Verslag luchtdebietmetingen f) Technische Fiches met exacte selecties van de toestellen g) Onderhoudsnotities, gebruikshandleidingen en garantiebewijzen Instructies voor het onderhoud van het geïnstalleerde materiaal, met vermelding van de periodiciteit en de eventuele vervanging van bepaalde onderdelen.
1.3.
Opleveringen
1.3.1.
Algemeen
De aannemer kan de voorlopige oplevering pas aanvragen wanneer het Bouwteam over alle documenten beschikt. Acceptatiecriteria: • • • •
• •
een perfecte werking van de installatie wettelijk vereiste documenten en certificaten (CE-certificaat, enz.) overeenstemming tussen de berekeningsnota's, metingen en testen overeenstemming met de verplichtingen van het bijzondere lastenboek zoals daar zijn: o het vervangen van de filters indien verontreinigd o de gehele installatie moet zich in onberispelijke staat bevinden gedocumenteerde test- en controleverslagen volledig "as-built" dossier.
Zij heeft betrekking op de werkzaamheden die volledig voltooid zijn, in perfecte toestand en klaar zijn voor oplevering; d.w.z.: schoonmaak van de lokalen, opruiming van al het puin en controle van de uitvoeringsconformiteit volgens het lastenboek en de reglementeringen ter zake.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
7/
De onderneming moet de bekwame arbeidskrachten en de perfect geijkte meet- en controleapparatuur leveren die nodig zijn voor de opleveringsproeven. De aannemer bezorgt op voorhand een programma van proeven, de plaats en het materiaal waarop zal getest worden. De aannemer dient een verslag in van zijn metingen waarop steekproefsgewijs controles gebeuren tijdens de voorlopige oplevering.
1.3.2.
Verloop van het opleveringsbezoek • •
• • •
aanvraag tot de voorlopige oplevering door de aannemer eerste rondgang, nadat de installatie in dienst werd gesteld en geregeld, in het bijzijn van het Bouwteam = pre-oplevering. Bij de pre-oplevering worden reeds de verslagen en testrapporten ter goedkeuring ingediend. het verslag met eventuele bemerkingen wordt opgesteld door het Bouwteam of Ontwerper de aannemer krijgt vervolgens één week voor het verwerken van de geformuleerde bemerkingen voorlopige oplevering o indienen as-built dossier o controle van de productie-eenheden, HVAC-lokaal, elektrische borden, HS, lift o visuele controle van de verdoken installatie-onderdelen met name wat betreft de toegankelijkheid voor het onderhoud.
Het is aan de aannemer om de benodigde apparatuur hiervoor ter beschikking te stellen.
1.3.3.
Definitieve oplevering
2 Jaar na datum van de voorlopige oplevering.
1.3.4.
Kosten van de controles en de keuringen • • • •
1.3.5.
De keuring van de elektrische installatie gebeurt door een erkend organisme, de kosten zijn ten laste van de aannemer. De keuring van de gasinstallatie is ten koste van de aannemer. De keuring van de sanitaire installatie is ten laste van de aannemer. De controle van de luchtdebieten is ten laste van de aannemer.
Scholing gebruikers
De onderhavige aanneming omvat alle prestaties die nodig zijn voor de vorming en het inlichten van het personeel van het Bouwteam, dat zal instaan voor het beheer van de installaties. Deze scholing moet verplicht gebeuren door gespecialiseerde technici. Deze periode staat los van de periodes voor de ingebruikneming waarvan hiervoor sprake is. De aannemer moet een gedetailleerd scholingsprogramma ter goedkeuring voorleggen aan het Bouwteam. In dit programma moet de voorziene duur voor elk deel van de installatie worden vermeld.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
8/
1.3.6.
Garantie
De rechten en verplichtingen, de garanties en verantwoordelijkheden betreffende de opleveringen, alsook de desbetreffende voorwaarden zijn principieel vastgelegd in de algemene aannemingsvoorwaarden. De verplichtingen van de aannemer gedurende de garantieperiode zijn: • •
•
•
1.3.7.
het realiseren van de afstellingen die worden gesignaleerd bij de Voorlopige Oplevering het verhelpen/verbeteren van: o alle defecten van het materiaal of van de uitrusting, of van alle defecten die resulteren uit de transportomstandigheden of de ingebruikneming o alle fouten in het ontwerp, de fabricatie, de montage, de werking of het prestatievermogen o de opmerkingen die werden geformuleerd door het Bouwteam en die resulteren uit de exploitatie van de installaties. Hij dient de kosten te dragen voor de herstelling van de schade aan de afwerkingen en andere installaties die werd veroorzaakt door een interventie van het depannagepersoneel; o de gevolgen die voortvloeien uit de hierboven vermelde fouten. Als het om een systematische fout gaat, moet de aannemer alle betrokken stukken of delen van de installatie herstellen, aanpassen of door identieke stukken vervangen. Deze verplichting omvat alle vereiste prestaties: transport, demontage, montage en ingebruikneming. De kosten voor deze prestaties die ter beschikking worden gesteld door het bouwteam vallen ten laste van de aannemer. de controle: o regelmatige visuele controle van de installatie(s) o de interventies o binnen de termijnen die zijn vastgelegd volgens de dringendheid van de interventie en die door het Bouwteam werden aanvaard; o op eenvoudig telefonisch verzoek, zelfs buiten de normale uren, in de weekends, op feestdagen, betaalde vakantiedagen, 's nachts. Indien hij deze verplichtingen niet nakomt, kan het Bouwteam de nodig geachte herstellingen laten uitvoeren door een andere gespecialiseerde aannemer op de kosten en het risico van de aannemer van onderhavige aanneming. Bovendien kan deze laatste zich niet op deze interventie beroepen om zich te onttrekken aan zijn latere verplichtingen en verantwoordelijkheden. het dragen van de verantwoordelijkheid: o zowel tegenover het Bouwteam als tegenover derden voor alle ongevallen, schade, nadelen die door zijn fout, door deze van zijn personeelsleden, of door zijn onderaannemers of hun personeel worden veroorzaakt en waarvan de verantwoordelijkheid onder zijn aanneming valt.
Toepassing
Voorlopige oplevering na einde werken. Definitieve oplevering: 1 jaar nadat aan de opmerkingen is voldaan van de voorlopige oplevering. De volledige waarborg en onderhoud is te voorzien tot de definitieve oplevering.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
9/
Allerlei 1.4.
Afbraakwerken
1.4.1.
Uitvoering
Bij de afbraakwerken dient de aannemer de nodige voorzichtigheid aan de dag te leggen om geen beschadigingen aan te brengen aan bestaande en te behouden installaties. Ook beschadigingen aan het gebouw zelf moeten tot een minimum beperkt worden, gezien deze door de aannemer zelf moeten hersteld worden. Het is alleszins verplicht dat de aannemer zich ter plaatse een beeld vormt van de moeilijkheidsgraad van de uit te voeren werken. Al de afgebroken installaties en afval in de betrokken ruimten en schachten moeten afgevoerd worden volgens de wettelijke verplichtingen tot in de ter beschikking gestelde werfcontainers. Hij moet daartoe zelf de nodige hulpmiddelen inzetten en de vereiste veiligheidsmaatregelen treffen. Alle beschadigingen en openingen ontstaan door het afbreken en wegnemen van materiaal moeten opgevuld worden met mortel.
1.5.
Doorboringen en afdichtingen
1.5.1.
Doorboringen
De aannemer technieken verzorgt alle openingen en doorboringen (met diamantkroonboor) die nodig zijn voor de realisatie van zijn installaties. De aannemer kan desgevallend en ten gepaste tijde contact opnemen met de aannemer van de ruwbouw betreffende de sparingen die hij nodig zou kunnen hebben. Elke bijkomende doorboring in een reeds uitgevoerd bouwelement mag alleen gemaakt worden na het akkoord van het Bouwteam, zowel voor wat de noodzakelijkheid van de doorboring betreft als de middelen om deze uit te voeren en naar stabiliteit toe. In ieder geval zijn doorboringen steeds ten laste van de aannemer technieken. De doorboringen van wanden en zolderingen moeten met de meeste zorg geschieden en de beschadigingen welke eruit vloeien moeten volledig hersteld worden. In Rf-muren worden inbouwdozen voor elektriciteit nooit "rug tegen rug" geplaatst.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
10/
1.5.2.
Afdichtingen
Alle doorgangen van muren worden na het aanbrengen der leidingen volledig afgedicht op dezelfde wijze als de wand is opgebouwd. Een bijzondere aandacht moet gegeven worden aan de afdichting van de wanden met een bepaalde graad van brandvrijheid: de doorgang mag in geen enkel geval de graad van brandvrijheid van die wanden verminderen. Indien men een buitenwand doorboort zal deze moeten afgedicht worden, zodanig dat de waterdichtheid behouden blijft. Daar waar leidingen of kanalen door wanden gaan levert en plaatst de aannemer een ronde buis (doorgang van buizen) of een rechthoekige huls (bv. kanalen). De hulzen zijn net iets langer als de afgewerkte muurdikte en zijn uit synthetisch materiaal. De afwerking langs de buitenzijde van de huls gebeurt op een wijze die volledig overeenstemt met de uitvoering van de betrokken wand (o.a.: zelfde materialen). Verticale schachten, al dan niet blijvend toegankelijk, moeten worden afgedicht op elke horizontale vloerplaat, na plaatsing der hulzen. Zij worden gedaan met behulp van cement of beton. Het onderste vlak van de horizontale afdichting is op hetzelfde peil als het onderste vlak van de vloerplaat en glad. De opvulling van de overblijvende ruimte tussen de leidingen en de technische uitrustingen enerzijds, en de binnenzijde der hulzen anderzijds is ten laste van de aannemer van onderhavig lot. Deze opvulling gebeurt verplichtend met behulp van een brandwerend product. Het product heeft een hoge poreusheid en daardoor een zwakke thermische geleidbaarheid. In afwezigheid van vuur verspreidt het geen giftige gassen. Het is niet bijtend en bezit een bijzondere aanhechting voor staal, metselwerk en beton. Het product kan later gemakkelijk worden doorboord of weggenomen teneinde de plaatsing van nieuwe leidingen toe te laten. De toepassing van het product gebeurt door gespecialiseerd personeel dat erkend is door de fabrikant van het gebruikte product. De aannemer legt vooraf het product en de nodige attesten dat hij wenst te gebruiken ter goedkeuring voor aan het Bouwteam. De bijzondere aandacht van de installateur wordt getrokken op het feit dat dit type van opstopping moet uitgevoerd worden voor alle hulzen geplaatst in gemetselde wanden en in gewapend beton. Bijgevolg mag geen enkele vrije ruimte blijven tussen eender welke leidingen en de elementen in metselwerk of gewapend beton.
1.6.
Testen uit te voeren tijdens de uitvoering
In overeenstemming met het lastenboek moeten bepaalde werken door het Bouwteam worden geïnspecteerd alvorens ze mogen worden afgedekt, of moeilijk bereikbaar worden gemaakt. Dit betreft met name voor de onderhavige aanneming •
De drukproeven van de leidingen (gas, CV, IJSW, directe ontspanning, toevoer sanitair);
•
De luchtdichtheid van de luchtkanalen;
•
De brandwerende aspecten, de isolatie, de dichting, de properheid enz.
•
Correcte plaatsing leiding, kabels,…
•
Werking lift
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
11/
Hiervoor moet de aannemer delen van de installaties ter beschikking stellen, volgens de aanvragen van de Bouwteam, zowel in de technische kokers als in de horizontale tracés, teneinde andere werken in de technische kokers toe te laten, of om enerzijds de sluiting ervan of anderzijds de afwerking van de verlaagde plafonds toe te laten. Het verslag van de drukproeven wordt aan het werfverslag bijgevoegd en maakt deel uit van het as-built dossier. Na de nodige controles en testen, als het verloop van het geheel der werken dit vergt, zal de aannemer in overeenstemming met de instructies van de Bouwteam de werken uitvoeren die niet meer mogelijk zouden zijn na de afwerking van de technische kokers en de verlaagde plafonds
1.7.
Opkuis werf
De aannemer staat in voor zuiverheid en netheid van de werf tijdens zijn aanneming. Alle overbodig materiaal, verpakkingen, enz. moeten op regelmatige tijdstippen (dagelijks) verwijderd worden, zodoende dat deze geen obstakels vormen voor de andere aannemers en de veiligheid van de werknemers.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
12/
Werfinrichting en werforganisatie: Algemeen 1.8.
Inleiding
4.1.1
Bij deze aanneming wordt er naar gestreefd om een aantal praktische aspecten van de werforganisatie op een rationele manier te regelen. De diensten die de Hoofdaannemer verschaft zijn hierna duidelijk omschreven. Het moet duidelijk zijn dat de Hoofdaannemer hierbij als een actieve en initiatiefnemende partij zal optreden.
4.1.2
Voor bepalingen die uitsluitend van invloed zijn op de relaties tussen de Aannemers staat het de Aannemers vrij om onderling af te spreken om onderstaande afspraken(zoals art 4.5) op een andere manier te regelen, op voorwaarde dat deze regeling de voorafgaande, schriftelijke goedkeuring van de Bouwheer heeft verkregen.
4.1.3
Het is de verplichting van iedere Nevenaannemer om de Hoofdaannemer te informeren (via kopie van verslagen, brieven, gewijzigde plannen...) over alles wat diens opdracht kan beïnvloeden. Van de plannen die de Nevenaannemers opstellen, moet de Hoofdaannemer minstens een overzicht- en verspreidingslijst ontvangen.
4.1.4
De Nevenaannemer wordt geacht, binnen de bepalingen van de opdracht van de Hoofdaannemer, de richtlijnen van de Hoofdaannemer op te volgen. Wanneer evenwel de Nevenaannemer vindt dat deze richtlijnen de grenzen van zijn Overeenkomst overschrijden, moet hij zulks onmiddellijk bij de Bouwheer melden. Bij betwistingen hieromtrent tussen Nevenaannemer en Hoofdaannemer zal de Bouwheer beslissen.
1.9.
Regeling van de kosten
4.2.1
De prestaties van de Aannemers omvatten alle werken (levering, montage, onderhoud en demontage) en de hieruit voortvloeiende kosten, tenzij expliciet anders vermeld.
4.2.2
De kosten voor de in artikel 4.8 omschreven door de Hoofdaannemer te verstrekken diensten (zoals elektriciteitsverdeling en -verbruik of stortcontainers) worden door de Bouwheer direct aan de Hoofdaannemer vergoed, met uitzondering van: • De prestaties die de Hoofdaannemer direct voor en op vraag van de Nevenaannemer uitvoert, zoals voor het maken en dichten van openingen (zie art. 4.5). • De direct aan de Nevenaannemer ten laste gelegde kosten, zoals hierna omschreven. Deze kosten worden door de Hoofdaannemer direct gefactureerd aan de Nevenaannemer, en daarom dienen deze kosten bij de Nevenaannemer in de eenheidsprijzen inbegrepen te zijn. • Werfkeet, materiaalcontainers.
4.2.3
De Bouwheer behoudt zich het recht voor om, in gevallen waarbij de Nevenaannemer een oneigenlijk gebruik zou maken van de omschreven diensten van de Hoofdaannemer, de door die Nevenaannemer veroorzaakte kosten aan hem door te rekenen.
4.2.4
Alleen voor de Hoofdaannemer is in de meetstaat een aparte post voorzien voor de in artikel 4.8 omschreven taken:
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
13/
1.10.
Onderhoud van de werf
4.3.1
De Aannemer zal steeds de hem eventueel ter beschikking gestelde werffaciliteiten (zoals toegangswegen, werfomheining, gemeenschappelijke lokalen,..) met de nodige zorg gebruiken. Wanneer de Bouwheer voor de duur van de werken lokalen ter beschikking stelt van de Aannemer, zal de Bouwheer eerst zonodig een plaatsbeschrijving opmaken. Tijdens het gebruik zal de Aannemer die lokalen in goede staat onderhouden. Op het einde van de Aanneming moet hij alles in oorspronkelijke staat herstellen.
4.3.2
Iedere Aannemer zorgt voor de vereiste signalisatie bij tijdelijk gebruik of inname van, of bij het langdurig lossen en laden op het openbaar domein.
4.3.3
De aandacht van de Aannemers wordt gevestigd op de geringe beschikbare ruimte op de bouwplaats. Het tijdelijk opslaan van grote hoeveelheden materialen is dan ook uitgesloten. Waar mogelijk dient de Aannemer dus te streven naar "just-in-time" levering van materieel en materialen.
4.3.4
In het geval dat werfverkeer en/of de eigenlijke uitvoering der werken het openbaar domein of het voetpad zou beschadigen, zal de veroorzakende Aannemer contact opnemen met de bevoegde overheid teneinde de herstelling uit te voeren overeenkomstig de geldende voorschriften. De kosten zullen geregeld worden conform art. 4.2 van deze BAB.
4.3.5
Het afval afkomstig van sloop- en/of ontmantelingswerken eigen aan elk Lot dienen door elke Aannemer op eigen initiatief en voor eigen rekening te worden opgeruimd en van de werf verwijderd.
4.3.6
Elke Aannemer verwijdert zijn afval van de werf, de frequentie van het proper maken van de werf is zo, dat men geen andere Aannemer hindert met zijn afval en dat de werf steeds een ordelijk uitzicht heeft. Indien nodig zal er voor het overblijvende afval inclusief het klein afval een gecoördineerde opkuis zijn, georganiseerd door de Hoofdaannemer, waaraan elke Aannemer deelneemt. Wanneer blijkt dat deze afspraken niet werken, zal de Bouwheer een externe firma belasten met deze wekelijkse opruiming; de kosten ervan worden op de volgende vorderingsstaat van ieder betrokken aannemer in mindering gebracht.
4.3.7
Iedere Aannemer zorgt voor de voorlopige afsluiting en/of de voorlopige verwarming en/of ontvochtiging van de zones waar dat nodig is om binnen de voorziene planning voor zijn werken de gevraagde kwaliteit te leveren en/of te handhaven. De kosten hiervoor moeten in hun eenheidsprijzen zijn verwerkt
4.3.8
De specifieke reiniging van ieder constructiedeel voorafgaand aan de voorlopige oplevering, gedeeltelijke oplevering en/of ingebruikname gebeurt door de Aannemer verantwoordelijk voor dat deel. De kosten hiervoor dienen in de eenheidsprijzen te zijn inbegrepen.
4.3.9
Na beëindiging van de werken ontruimt de Aannemer de werf, en verwijdert alle werfmaterialen en tijdelijke voorzieningen. Hij laat de bouwwerken in staat van netheid achter, tot tevredenheid van de Bouwheer.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
14/
1.11. 4.4.1
1.12.
Veiligheids- en preventieve beschermingsmaatregelen Elke Aannemer moet alle nodige maatregelen treffen om zijn materialen en bouwwerken te vrijwaren van vandalisme of diefstal, en tevens om gelijk welke beschadiging aan reeds uitgevoerde installaties op de werf of van het bestaande gebouw te vermijden, en dit tot aan de Voorlopige Oplevering. Dit geldt tevens bij een tijdelijke onderbreking. De Aannemer kan geen vordering instellen tegen de Bouwheer voor verdwenen of beschadigd materiaal of materieel.
Regeling voor sparingen, openingen, dichtingen,..
1.12.1.
1.12.2.
Het voorzien van sparingen en openingen vanaf 20 x 20 cm of vanaf diameter 20 cm •
Het aanbrengen van de openingen en/of uitsparingen in verlaagde plafonds, vloeren, wanden... gebeurt uitsluitend door de Aannemer verantwoordelijk voor het constructiedeel dat moet doorboord worden, op aanwijzing (dit is het aanduiden op plannen en het aftekenen ter plaatse) van de Aannemer die de doorboring vraagt. De kosten hiervoor worden direct tussen de Aannemers verrekend (er geldt uitdrukkelijk voor elke Aannemer dat het maken en dichten van welke openingen dan ook in de eenheidsprijzen verwerkt dient te zijn).
•
Indien de technieken door de dakbedekking moeten gaan zal de Hoofdaannemer de desbetreffende Aannemers tijdig oproepen om hun dakdoorvoeren te plaatsen (indien niet begrepen in de aanneming van de Hoofdaannemer) of de plaats ervan aan te duiden (indien wel hierin begrepen) zodat de dakwerken in één fase kunnen uitgevoerd worden. De Hoofdaannemer blijft verantwoordelijk voor de garantie op de waterdichtheid van de dakbedekking.
Het voorzien van sparingen en openingen kleiner dan 20 x 20 cm
Voor deze openingen wordt aangenomen dat ze niet gespaard worden, maar ter plaatse worden uitgevoerd op het bestaande constructiedeel. Ook voor deze doorboringen geldt het principe dat dit gebeurt door de Aannemer die ook de doorboring nodig heeft en aldus inbegrepen zijn in de EP.
1.12.3.
VZW Daarkom
Het dichten van openingen •
Alvorens een verlaagd plafond of verhoogde vloer toe te leggen of schachten af te sluiten zal de Aannemer een rondgang in de betrokken lokalen maken samen met de Ontwerpers om na te gaan of alle sparingen of spleten rond buizen, kanalen, leidingen, brandkleppen,.. op een afdoende manier werden gedicht. De Aannemer zal, indien er nog onvolkomenheden worden vastgesteld, de tekortkomingen wegwerken. Daarna dient opnieuw een rondgang met de Ontwerpers (= architect en studiebureau technieken) te worden uitgevoerd.
•
Voor het afdichten van de openingen en/of uitsparingen (ook het ter plaatse van de vloerplaat horizontaal dichten en afwerken van een verticale schacht) geldt eveneens het principe dat dit uitsluitend gebeurt door de Aannemer verantwoordelijk voor het constructiedeel dat moet gedicht worden, op aanwijzing van de Aannemer(s) die de sparing gebruikt(en). De afdichting moet aan alle opgelegde eisen (brandveiligheid, akoestiek, afwerking,..) voldoen. De kosten hiervoor worden direct tussen de Aannemers verrekend, en moeten dus voorzien zijn in de eenheidsprijzen van de Aannemer(s) die die openingen gebruikt(en).
bijzondere adm bepalingen - Liften
15/
1.13.
Verticaal transport
De Hoofdaannemer stelt zijn bouwkra(a)n(en) inclusief de bediening (zolang ze ter plaatse zijn) ter beschikking van de Nevenaannemers die hem hierom verzoeken, volgens een door hem opgestelde procedure die het gebruik van deze kranen regelt. Hij wordt hiervoor afzonderlijk door hen vergoed.
1.14. 4.7.1
Regeling van schade Bij het vaststellen van schade aan de bouwwerken op de werf of aan de bestaande toestand geldt volgende regeling : • Is de veroorzakende Aannemer bekend, dan zal deze onmiddellijk door het Bouwteam worden aangemaand om alle schade op zijn kosten volledig te laten herstellen door de Aannemer van het beschadigde deel • Is bij een schadegeval de veroorzaker niet bekend, dan zal de Bouwheer de nodige instructies geven opdat deze schade hersteld wordt. De niet door de ABR-verzekering gedekte kosten worden als volgt geregeld :
4.7.2
1.15.
o
voor beschadiging aan nieuwe of vernieuwde constructiedelen : door de Aannemer bij wiens Lot de werken aan dit constructiedeel voorzien waren ;
o
voor beschadiging aan bestaande en ongewijzigde constructiedelen : dit wordt geval per geval beslist door de Bouwheer.
De wijze en het tijdstip van herstelling dient steeds aan de Bouwheer ter goedkeuring te worden voorgelegd.
Inrichting van de werf
4.8.1 De Aannemer zal een plan van zijn volledige werfinrichting (werfketen, stockeerplaatsen,.., en dit op basis van algemene instructies van de Bouwheer) ter goedkeuring indienen binnen de 15 werkdagen na de toewijzing van de werken. Bij het opmaken van dit plan zal hij enerzijds rekening houden met de verschillende uitvoeringsfasen en anderzijds met de verwachte noden. 4.8.2
1.16.
De Aannemer zal het nodige doen om alle eventueel voor zijn werfinrichting vereiste vergunningen bij de bevoegde overheidsinstanties te bekomen. Indien hij een deel van het openbaar domein wenst te bezetten, zal hij hiervoor de nodige aanvraag doen en alle bijhorende kosten dragen.
Kost voor veiligheidsanalyse - en maatregelen (inbegrepen in eenheidsprijzen,van toepassing voor alle aannemers)
Dit zijn alle prestaties voor de opmaak en het aanleveren van de Veiligheids-en Gezondheidsplannen en de risicoanalyses in het kader van de Veiligheidscoördinatie op de bouwplaats. Voor de prestaties aanvangen zal de Bouwheer een document “Algemeen Veiligheids-, en Gezondheidsplan” laten opstellen door een Veiligheidscoördinator en aan de Aannemer overmaken. Dit document bevat onder andere de veiligheidsmaatregelen die eigen zijn aan de werken binnen de inrichtingen van de Bouwheer. Dit plan zal door de Aannemer zo nodig aangepast en aangevuld worden VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
16/
in zijn “Specifiek Veiligheids- Gezondheidsplan”, waarna hij het ondertekend naar de veiligheidscoördinator terugstuurt minstens 14 dagen voor aanvang van de werken. Onderaannemers dienen eveneens een “Specifiek Veiligheids- en gezondheidsplan” te bezorgen minstens 14 dagen voor aanvang van de werken. De Aannemer zal er tevens op toezien dat geen onderaannemers die werkzaamheden op een onveilige manier uitvoeren en het welzijn van de aanwezige werknemers in het gedrang brengen, ingeschakeld worden. Tijdens de Kick-off meeting der werken, zullen vertegenwoordigers van de Bouwheer, de Veiligheidscoördinator en de leidinggevenden van de Aannemers en onderaannemers informatie over de uit te voeren werken zowel als over de veiligheidsaspecten hiervan, uitwisselen. De Aannemer zal zijn medewerking aan de coördinatie en de samenwerking verlenen om de prestaties vlot te laten verlopen. Alle kosten voor de opmaak en het aanleveren van het V&G plan, dienen vervat te zijn in de eenheidsprijzen.
VZW Daarkom
bijzondere adm bepalingen - Liften
17/