bijlage Productnr. Onderwerp onderwijsachterstandenbeleid (OAB)Jaarverslag 2OO7-2O08

Wijk- en Stadszaken Maatschappelijke Ontwikkeling Barbarasteeg 2

Gemeente Delft

2611 BMDelft Bankrekening BNG 28.50.01.787, t.n.v, gemeente Delft Behandeld door letje Thijsse Telefoon 015-2602686

Retouradres : Wijk- en Stadszaken, Postbus 340, 2600 AH Delft

Aan de gemeenteraad

Afd.

<3^>f

Kopie

FaK015-2U1724 [email protected]

Gemeente Delft Centrale nummers:

12 JÜN 2009

Teietoon 015 260 21 26 F a x 0 1 5 2 1 4 1724 Internel www.gemeentedelft.info

Doc./bijlage Productnr. Onderwerp

Datum

onderwijsachterstandenbeleid (OAB)Jaarverslag 2OO7-2O08 Ons Itenmerk

'

977522 Uw brief van Uw kenmerk Bijlage

1

Geachte dames en heren. De bestuurlijke werkgroep Delfts zorgplatform/passend onderwijs biedt het jaarverslag OAB 2007-2008 aan. Het jaarverslag OAB verantwoordt ondermeer de gemeentelijke middelen OAB. Voorde schoolbesturen is het jaarverslag OAB vooral een instrument voor kwaliteitsverbetering. Op die wijze is het zinvol om analyses, leer- en verbeterpunten te combineren met rapportages/aanbevelingen van de onderwijsmonitor en de landelijke kwaliteitsagenda's voor het primair - en voortgezet onderwijs. LOKABEL heeft het verslag ter informatie ontvangen en als zodanig vastgesteld. Het college heeft kennis genomen van het jaarverslag OAB 2007-2008 en stuurt dit jaarverslag ter kennisname aan u door.

Hoogachtend, Het college van burgemeester en wethouders van Delft,

, burgemeester mr. drs. G.A.A. Verkerk

drs. T.W. Andriessen l.s.

977524

Inhoudsopgave Inleiding

2

Hoofdstuk 1

Doelstellingen OAB

3

Hoofdstuk 2

Bestuurlijke activiteiten/ afstemming OAB en WSNS

4

Hoofdstuk 3

Voorschoolse- en vroegschoolse educatie (WE)

5

Hoofdstuk 4

Schakelklassen

12

Hoofdstuk 5

Kopklas

19

Hoofdstuk 6

Huiswerkbegeleiding en mentorproject

21

Hoofdstuk 7

Lezen en boeken (DOK)

23

Hoofdstuk 8

Schoolverbeterplannen OAB -scholen

26

Hoofdstuk 9

Gegevens onderwijsmonitor en opbrengsten OAB beleid

31

Hoofdstuk 10

Conclusies/adviezen

34

Bijlage 1

Ondenwijsmonitor Delft (Deel m.b.t. toetsgegevens.)

35

> ^

f-

' ^ . ^

-.^

Jaan/erslag 0A8 Delft 2007 - 2008

Inleiding. Voor u ligt het tweede jaan/erslag van het OAB in de cyclus 2006 - 2010. En is daarmee de opvolger van het jaan/erslag 2006 -2007. Qua vorm en inhoud wijkt dit jaarverslag op een aantal punten af van het vorige jaarverslag. Voor de verantwoording van het schooljaar 2007 -2008 hebben we voor het eerst gebruik gemaakt van een format - verantwoordingsdocument voor de scholen. Dit zorgt ervoor dat er meer eenheid zit In de verantwoording op schoolniveau. In een bijlage bij dit jaarverslag vindt u het format. Centraal staan de doelstellingen van het OAB- beleid Delft, zoals deze zijn geformuleerd in het meerjarenbeleidsplan OAB 2006 -2010. Vervolgens wordt via de activiteiten, die zijn uitgevoerd binnen de kaders van het OAB- beleid, nagegaan wat tussentijds de opbrengsten zijn van het afgelopen schooljaar. Naast beschrijvingen van de activiteiten en de daaraan gekoppelde mo n ito rg eg evens zijn er ook interviews afgenomen met een aantal medewerkers, die deze activiteiten hebben uitgevoerd. In hoofdstuk 1 worden de OAB- doelstellingen aangehaald. Deze zijn afkomstig uit het meerjarenbeleidsplan. In hoofdstuk 2 krijgt u een overzicht van de bestuurlijke activiteiten en de afstemming/ integratie met het WSNS-beleid. In de hoofdstukken 3 t/m 7 leest u de verslagen over de voorschoolse- en vroegschoolse educatie (WE), schakelklassen, kopklas, mentorproject, project boeken en lezen en project huiswerkbegeleiding SLIM/HIT. In hoofdstuk 8 krijgt u een overzicht van de opbrengsten m.b.t. de schoolverbeterplannen van de OAB- scholen in Delft. In hoofdstuk 9 krijgt u een overzicht van de monitorgegevens W E en OAB- basisscholen.

In hoofdstuk 10 zijn conclusies geformuleerd ten aanzien van het uitgevoerde beleid en halverwege de cyclus 2006-2010. Dit jaarverslag zai na bespreking in de bestuurlijke werkgroep OAB worden aangeboden aan LOKABEL Delft. In LOKABEL zal dit verslag dan ook worden vastgesteld.

Jaarverslag OAB Delft 2007 - 2008

1. Doelstellingen OAB Delft. Het OAB beleid in Delft is gericht op het vergroten van de ontwikkelkansen van kinderen in de voorschool, primair ondenwijs en voortgezet onderwijs. Hierbij ligt het speerpunt in het vergroten van de taalvaardigheid en de sociale vaardigheden van de kinderen. Daarbij wordt specifteke aandacht geschonken aan ouderbetrokkenheid. Bij het formuleren van de doelstellingen worden onderstaande uitgangspunten gehanteerd: Doelen worden mede gebaseerd op de gegevens uit de onderwijsmonitor. Doelstellingen zijn gericht op de doelgroep als geheel. Schoolbesturen en gemeente zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het bereiken van de doelstellingen. De doelstellingen worden smart geformuleerd. T u s s e n de s c h o o l j a r e n 2006-2007 en 2 0 1 0 - 2 0 1 1 is het v o l g e n d e bereikt: Een s t i j g e n d e l i j n te zien i n h e t percentage d o e l g r o e p k i n d e r e n i n Delft dat v o l d o e n d e s c o o r t o p d e taaltoetsen i n h e t p r i m a i r o n d e r w i j s ; o In het schooljaar 2005 -2006 lag de gemiddelde score op de taaltoets voor kleuters van de kinderen uit groep 2 op niveau B ( 1.25 leerlingen.) en niveau C ( 1.9 leerlingen.) Het g e m i d d e l d e niveau i n g r o e p 2 o p d e taaltoets v o o r kleuters is i n het s c h o o l j a a r 2010-2011 m i n i m a a l n i v e a u S. o In het schooljaar 2005 -2006 varieerde de gemiddelde score op de begrijpend leestoetsen per groep op verschillende niveaus. De 1,25 leedingen in groep 8 presteerden op D- niveau op de begrijpend leestoets. In h e t s c h o o l j a a r 2010 -2011 is het g e m i d d e l d e n i v e a u over verschillende leerjaren en verschillende g r o e p e n o p d e b e g r i j p e n d leestoets m i n i m a a l C- n i v e a u . Het percentage d o e l g r o e p k i n d e r e n dat d o o r s t r o o m t naar h o g e r e v o r m e n van o n d e r w i j s ( HA VO en VWO) is i n 2008 -2009 4 % h o g e r d a n i n 2005-2006. M i n i m a a l 70% van d e d o e l g r o e p k i n d e r e n i n Delft n e e m t d e e l aan de v o o r s c h o o l s e educatie. In 2008 -2009 n e e m t 70 % van d e d o e l g r o e p k i n d e r e n i n Delft d e e l aan activiteiten die s p e c i f i e k z i j n g e r i c h t o p de sociaal-emotionele o n t w i k k e l i n g , z o w e l onder, als b u i t e n schooltijd. Stroomschema doelgroepbepaling Heeft één van de ouders méér dan twee jaar voortgezet onderwijs (Categorie 3): • Mavo • Vmbo gemengde leerweg of theoretische leenweg • HAVO of VWO

NEE

JA

ï

Heeft één van de ouders een opleiding uit categorie 1: • Basisonderwijs • (v)so-zmlk

NEE

JA

T GEWICHT: O

J Thuistaal niet Nederlands

GEWICHT: 0,3

J EN

Etniciteit niet Nederlands

DOELGROEP VOORSCHOOL DELFT Jaan/erslag OAB Detft 2007 - 2008

GEWICHT: 1,2

2. Bestuurlijke zaken en afstemming OAB - WSNS

2.1 Bestuurlijke zaken In het schooljaar 2007 - 2008 heeft zich een wijziging voorgedaan in de bestuurlijke structuur. Het bestuur van OAB heeft in de loop van 2008 haar werkzaamheden afgebouwd en overgedragen aan een bestuurlijke werkgroep, die zich bezighoudt met een nieuwe bestuurlijke structuur, waarin verschillende thema's van de onderwijszorg zijn ondergebracht. Formeel is het samenwerkingsverband OAB met ingang van het schooljaar 2008 -2009 van zijn taak ontheven. De bestuurlijke werkgroep zal In de overgangsfase de aansturing in hoofdlijnen op zich nemen. De bestuurlijke werkgroep bestaat uit de voorzitters van de samenwerkingsverbanden WSNS en het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs, een vertegenwoordiger van de Delftse REC -scholen en vertegenwoordigers van de gemeente Delft.

2.2 A f s t e m m i n g O A B - WSNS. In oktober 2007 is afgesproken dat met ingang van 1 januari 2008 de coördinatie van OAB werd overgedragen aan de coördinatoren van de samenwerkingsverbanden WSNS. In de loop van 2008 is de coördinatie voor OAB ten aanzien van het voortgezet ondenwijs ondergebracht bij de coördinator van het samenwerkingsverband V.O. In afwachting van een definitieve structuur met betrekking tot de bestuudijke, coördinerende, beleidsmatige en uitvoerende kant, werken de coördinatoren samen in een informeel zorgplatform. In dit overleg neemt ook een vertegenwoordiger van de gemeente Delft deel. In het ovedeg worden betrokkenen geïnformeerd over thema's in de onderwijszorg en vindt, indien nodig, afstemming plaats. De bestuurlijke werkgroep "Zorgplatform" is in 2008 met haar werkzaamheden begonnen en zal in de loop van het schooljaar 2008 - 2009 met voorstellen komen gericht aan de besturen van de samenwerkingsverbanden en LOKABEL voor een definitieve organisatiestructuur. Deze bestuurlijke werkgroep zal tevens de onderwijszorgthema's benoemen, die op elkaar afgestemd moeten gaan worden.


3. VVE (Voor- en vroegschoolse educatie)

Donderdag 6 november - eind van de ochtend - Peuterspeelzaal Durfal Op peuterspeelzaal Durfal zitten de peuters aan de groepstafel fruit te eten. JufLoes vertelt de kinderen dat ze naar buiten gaan als ze klaar zijn. Daar hebben de kinderen duidelijk zin In!! De moeder van een nieuwe peuter komt haar dochter halen . Het is goed gegaan. En dat is fijn zo'n eerste ochtend. Edith de Mooij, leerkracht groep 1 /2en clustercoördinator van de Delftse Daltonschool komt binnen. Loes van Zon, peuterleidster Durfal en Edith de Mooij kennen elkaar al lang. In het verleden heeft de zoon van Loes nog bij Edith in de klas gezeten op basisschool de Bloemenhof. Beiden werken al vele jaren met jonge kinderen. Nu werken Edith en Loes samen in het kader van VVE. Edith en Loes: "Eris een doorgaande lijn tussen de voorschool van Durfal en de vroegschool van de Delftse Daltonschool. Communicatie en weten van elkaar waar je mee bezig bent, dat vinden we belangrijk. Want we hebben hetzelfde doel: zorgen dat onze kinderen goed terechtkomen".

'i^'^

L'.-*

!•

.Z "1

II'.

^Mf

WJT

m»'

Ké

^i?* S,r»

*^

^0 * f

Voor - en vroegschool houdt in dat in de voorschoolse en vroegschoolse periode programma's worden aangeboden aan kinderen meteen taal -en/of ontwikkelingsachterstand.


Doet van W E is de taal - en/of ontwikkelingsachterstand bij de doelgroep van het onderwijsachterstandenbeleid te voorkomen, dan wel zo snel mogelijk aan te pakken. Daarom is een belangrijk element van W E dat de aanpak a\ start voordat kinderen in het basisonderwijs beginnen. Vervolgens ontstaat een doorlopende leedijn van voorschool (peuterspeelzalen) naar vroegschool (groep 1 en 2 van de basisschool). Het ingestelde overleg {kernwerkgroep) tussen gemeente en scholen Is mede gericht op het vormgeven van deze doorlopende leerlijn. In Delft zijn negen clusters bestaande uit een of twee basisscholen en een of twee peuterspeelzalen. Atle clusters voeren een effectief W E programma uit waardoor de inhoudelijke doorgaande lijn is gewaarborgd. Elke cluster beschikt over een clustercoördinator. De clustercoördinator is verantwoordelijk voor het plannen en uitvoeren van gezamenlijk overleg tussen peuterspeelzaal en basisschool. De cluster coördinatoren komen een aantal keer per jaar bijeen op de netwerkbijeenkomsten. Speerpunten 2006 - 2008 Verhogen van het bereik van de doelgroep door versterken van de toeleiding en vergroten van het aanbod aan voorschoolse educatieve voorzieningen. Verbeteren van de leerprestaties van deelnemers aan de voorschool. Bevorderen van de doorstroom van peuterspeelzaal naar groep 1 binnen de clusters. Vergroten van ouderbetrokkenheid door uitvoehng van ouderprogramma's die horen bij de W E methode.

Doelstellingen Bereik: In schooljaar 2008 -2009 neemt 45% van de doelgroepkinderen van 2 - 4 jaar, deel aan een voorschoolse voorziening, Toetsresultaten: Het percentage kinderen dat voldoende scoort op de taaltoetsen in groep 2 is in de periode 2006 - 2008 hoger dan in de periode 2003 - 2005. Inzet middelen De gemeente zal als gevolg van de wet op het onderwijsachterstandenbeleid In de periode 2006 2010 de inzet van de middelen in de vroegschoolse penode afbouwen naar nul. Hierbij is uitgangspunt dat de schoolbesturen verantwoordelijk zijn voor de vroegschoolse educatie en de gemeente voor de voorschoolse educatie

3.1 V o o r s c h o o l Doelgroepkind In hoeverre een kind op een voorschool - peuterspeelzaal een doelgroepkind is, wordt in Delft bepaald aan de hand van een combinatie van het gewicht volgens de nieuwe gewichtenregeling, etniciteit en thuistaal. Daarbij wordt het stromenschema' gehanteerd. In de voorschool peuterspeelzalen wordt gewerkt met vaste gemengde groepen. De kinderen komen drie vaste dagdelen. De grootte van een groep Is maximaal 18 kinderen. Een groep wordt begeleid door twee gekwalificeerde leidsters. Deelname voorschoolpeuterspeelzalen Op 1 februari 2007 zaten in totaal 313 kinderen op een voorschoolpeuterspeelzaal. Van de 313 geplaatste kinderen, behoort 47% volgens het stromenmodel tot de doelgroep. Meer dan de helft van de kinderen stroomt in vanaf de leeftijdscategorie 2 tot 2,5 jaar. De instroom leeftijd voor doelgroepkinderen is niet anders dan voor niet-doelgroepkinderen, 41 % van de kinderen stroomt door naar de aangesloten vroegschool uit het cluster. Daarmee is het gemeentelijk streefpercentage voor doorstroom naar de bij de ^ Zie hoofdstuk 1, doelstellingen OAB Delft

Jaarverslag OAB Deift 2007 - 2008

voorschoolpeuterspeelzaal aangesloten basisschool van 50% niet behaald. Worden echter de kinderen meegeteld die naar een andere school met een vroegschoolsprogramma zijn gegaan, dan komt dit percentage op 70%. Werving Werving vindt nu plaats door:

-

Gerichte doorverwijzing van de consultatiebureaus. Websites van de peuterspeelzalen. Inzet welzijnsconsulenten. Advertenties in de krant. Eigen brochure folder. Samenwerking met de basisscholen, ook voor gezamenlijke PR.

Voor de toeleiding via het consultatiebureau is een protocol ontwikkeld. In dit protocol zijn afspraken opgenomen over de acties die ondernomen worden op de verschillende contactmomenten. Ook zijn de rollen en taken van de arts/verpleegkundige, logopedist van de JGZ en de leidster van de voorschool opgenomen. Naar inschatting van betrokkenen kan in de sfeer van werving nog wel wat bereikt worden als er duidelijke afspraken worden gemaakt met de partners waarmee in de werving wordt samengewerkt (zoals consultatiebureaus). in 2006 - 2007 is gestart met huisbezoeken aan moeilijk bereikbare gezinnen met peuters die in aanmerking komen voor de voorschool. Drie vaste dagdelen De drie vaste dagdelen vormen geen groot probleem. Ouders kunnen kiezen voor de combinatie die zij het gunstigste vinden. Voor het effect zou vaker wel beter zijn en sommige ouders zouden hun kind wel wat vaker willen brengen. Samenwerking vroeqscholen Samenwerking met de vroegscholen verloopt goed. Niet alle kinderen stromen door naar een vroegschool, maar dat kan allerlei redenen hebben die met gemeentelijk beleid moeilijk zijn te ondervangen. Vaak zoekt men een school zo dichtbij mogelijk in de buurt. Dat is niet altijd de school die is aangesloten bij de voorschoolpeuterspeelzaal. Knelpunten Knelpunten in de dagelijkse praktijk van de voorschoolpeuterspeelzaal worden met name gevormd door de formulieren die ouders moeten invullen en de beperkte tijd en aandacht van leidsters in combinatie met het naar verhouding vaak te grote aandeel doelgroepkinderen per groep.


.>*ï-.. 3.2 V r o e g s c h o o l De vroegschool is het vervolg op de voorschool: de groepen 1 en 2 van de basisschool. Het voorschoolprogramma loopt door in de groepen 1 en 2. De vroegschool is voor kinderen van 4 tot 6 jaar.

3.3 Activiteiten en opbrengsten v r o e g s c h o o l s e educatie OAB scholen 2007 2008 Omnibus Bereikte doelgroepen Aantal kleutergroepen en leerlingen

Alle leedingen qroep 1 en 2 Locatie:Alk6madestraatgroep1 /2 : 23 leerlingen Locatie: Poptahof: groep 1 /2 A: 23 leerlingen, groep 1 /2 B: 23 leerlingen Dagelijks uitvoeren methode Piramide • Gemiddeld toets res ultaat groep 1 en 2 (taal voor kleuters en ordenen) eind schooljaar 2007 - 2008:

Uitgevoerde activiteiten Opbrengsten

Groep 1: taal:

Alkemade A Poptahof: C/D

Groep 2 : taal:

Alkemade: A Poptahof: E/D

Groep 1: Ordenen: Alkemade: B Poptahof: B Groep 2: Ordenen: Alkemade: A Poptahof: C/D Locatie Poptahof: 4 dagdelen per week zijn er minder kinderen in groep 1 door de schakelklas. Er Is dan meer aandacht voor minder kinderen. Bij de betrokkenheid van ouders is een slag gemaakt: gemiddeld 10 ouders zijn wekelijks bezig geweest met het maken van verte Itassen.

Onvoorziene ontwikkelingen die stimulerend hebben gewerkt.

Onvoorziene ontwikkelingen, die belemmerd hebben gewerkt Verbeterpunten

De inzet van ondenwijsassistenten kan nog effectiever.

Jaan/erslag OAB Delft 2007 - 2008

Horizon

Bereikte doelgroepen

Aantal kleutergroepen en leerlingen

Uitgevoerde activiteiten

De vroegschoolse educatie Is voor de Horizon specifiek gericht op de kleuterklassen. In schooljaar 2007 - 2008 zijn dat 5 groepen op de Brahmslaan geweest en 2 groepen op de locatie Anne de Vries. Hetjaar is gestart met 105 kleuters, Aan het eind van het schooljaar waren dat 150 kleuters. Het percentage leerlingen dat de voorschool heeft bezocht is relatief laag: 35%, Locatie Anne de Vries: Twee kleutergroepen: 1 /2 A en 1 /2 B en een schakelklas. Locatie Brahmslaan: Vijf kleutergroepen: 1a, lb, 1c, 2a, 2b en een schakelklas.

Vanaf 1 augustus 2006 zijn basisschool de Horizon en basisschool Anne de Vriesschool gefuseerd. In schooljaar 2007 - 2008 is uitgebreid nagedacht, vergaderd en gediscussieerd over de voor -en nadelen van de methode Piramide (locatie Anne de Vries) en de methode Basisgoed (locatie Brahmslaan). Besloten is dat de beide locaties gaan werken met de methode Piramide. Taken / activiteiten die door de clustercoördinatoren zijn ingevuld: Er hebben regelmatig vergadering plaatsgevonden met de peuterspeelzaal en basisschool. Er is een rooster gemaakt met de Piramide thema's Planning en afspraken zijn gemaakt rond uitwisseling kleuters die op bezoek gaan bij de peuterspeelzaal. Er is een planning gemaakt van de bijeenkomsten van de bezoeken van de peuters die op bezoek gaan bij de weeksluiting op de basisschool. Overdracht van en interpretatie van de Cito- toets gegevens. Ontwikkelen en uitreiken van de verteltassen. Plannen van collegiale consultaties tijdens de speel / khng activiteiten in de klas zowel bij de peuterspeelzaal als bij de kleuterklassen. Ouderbetrokkenheid vergroten. De instroom vergroten van de doelgroepleedingen (70%). De doorgaande lijn bewaken en verder verbeteren. Overleg met andere clustercoördinatoren

Opbrengsten

Taken / activiteiten die door de ondenvijsassistenten zijn ingevuld: Voorbereiden van projecten en overleggen van de groepsactiviteit. Werken met groepjes kinderen in lesgebonden situaties. Registeren en observeren volgens observatiemodel. - Werken met kinderen in de klas of tijdens het buiten spelen, zodat er ruimte ontstaat om de groepsleerkracht met de kinderen of groepjes in een eigen programma te laten werken. Verzorgende taken. _^_^_ • Gemiddeld toetsresultaat groep 1 en 2 (taal voor kleuters en ordenen) eind schooljaar 2007 - 2008. Groepen 1 Ordenen:


24,8

(alle groepen 1 Anne de Vries, Brahmslaan neemt

10 ordenen niet af, gebruikt hiervoor KIJK lijnen). - • •

Groepen 2 Ordenen:

54,1

Groepen 1 Taal voor kleuters: 54,5 Groepen 2 Taal voor kleuters 66,4 Onvoorziene ontwikkelingen die stimulerend hebben gewerkt. Onvoorziene ontwikkelingen, die belemmerd hebben gewerkt Verbeterpunten

De stagiaires zorgden voor heel veel extra handen.

Clustercoördinatoren geven aan dat zij hun taken / werkzaamheden niet binnen de beschikbare uren van het W E traject kunnen vervullen. De toeleiding proberen te vergroten naar de peuterspeelzaal.

Mgr. Bekkersschool

Bereikte doelgroepen

Aantal kleutergroepen en leerlingen Uitgevoerde activiteiten

Opbrengsten

1. Kleuters 2. Ouders 3. Leerkrachten Er waren drie kleutergroepen met totaal: 70 leerlingen Piramide activiteiten Tutoractivlteiten Twee maal per week ou deractiviteiten spelinloop. Activiteiten coördinator: Maken van de jaarplanning Verzorgen van de boekenplanning Administratie Bijhouden dossiers Verzorgen van uitwisselingsbezoeken - Voorzitten cl u ste rove rl eg Bezoeken overlegvergaderingen • Gemiddeld toetsresultaat groep 1 en 2 (taal voor kleuters en ordenen) eind schooljaar 2007 - 2008: -

Onvoorziene ontwikkelingen die stimulerend hebben gewerkt. Onvoorziene ontwikkelingen, die belemmerd hebben gewerkt Verbeterpunten

Cito ordenen: groepen 2: ACD: 88% in A - B - C Cito taal: voor kleuters: groepen 2: 75% In A - B - C

Vervangster van een van de tutoren had een hoog ziekteverzuim. Tutor activiteiten kwamen hierdoor in het gedrang. Gedeeltelijke vervanging door RT leerkracht bracht hogere kosten met zich mee. Administratie en overleg tussen de Mgr. Bekkerschool en de toeleverende peuterspeelzaal, niet zijnde peuterspeelzaal Do Re Mi.


11

Cornelis Musiusschool

Bereikte doelgroepen Aantal kleutergroepen en leerlingen Uitgevoerde activiteiten

Opbrengsten

Kinderen, ouders en leerkrachten Twee kleutergroepen: 49 leerlingen

•

Piramide thema's Tutoractivlteiten Opstellen jaarplan van de Piramide projecten samen met de peuterspeelzalen. Coördineren activiteiten van alle betrokken groepen, waar nodig uitvoeren van observaties. Begeleiden en intensiveren oudercontacten. Gemiddeld toetsresultaat groep 1 en 2 (taal voor kleuters en ordenen) eind schooljaar 2007 - 2008: Groep 1: Groep 2:

Onvoorziene ontwikkelingen die stimulerend hebben gewerkt. Onvoorziene ontwikkelingen, die belemmerd hebben gewerkt Verbeterpunten

Eindtoets 1 Ordenen: BEindtoets 1 Taal voor kleuters: A Eindtoets 2 Ordenen; BEindtoets 2 Taal voor kleuters: C -

niveau niveau niveau niveau

Dit schooljaar is besloten om een gezamenlijk Piramideproject uit te voeren met alle groepen van de peuterspeelzaal en de basisschool. Dit project (water) is zeer succesvol uitgevoerd. Om medische redenen moest de coördinator medio december haar activiteiten staken.

Vastleggen van overlegmomenten. Meer betrokken van maatschappelijk werk is wenselijk. Inhoudelijke zorg voor de kinderen vastleggen d.m.v, het programma Esis.


12

4. Schakelklassen 2007 -2008. Dinsdag 25 november, 11.00 uur, schakelklas groep 3. De horizon, locatie v.d. Leeuwlaan. "Ik heb vandaag iets meegenomen en je kunt het eten". Juf Herma steekt een groot stuk speculaas in de lucht "Ik weet het", zegtFerat. "Het is speculaas" ."Ja .heel goed", zegt juf Herma. "Het is inderdaad speculaas. Maar.... ik heb thuis een probleem met speculaas. Als ik het speculaas op tafel laat liggen is het heel snel verdwenen. Hoe zou dat nou komen?" "Ik weet het juf", zegt Ferat "Zwarte Piet heeft het gepikt, nee, Sinterklaas!" "Nee, het paard!!" De kinderen komen er niet uit en juf Herma vertelt hoe het komt Ze doet het zelf .'.'.' Het gaat vandaag over eten in schakelklas groep 3. Er wordt gepraat over eten, er wordt getekend over eten, er wordt gelezen over eten en er wordt natuurlijk gegeten. Herma Kooreman staat op maandag ,dinsdag en woensdag voor schakelklas groep 3. Schakelklas groep 3 is onder schooltijd. "We houden Intensief contact met de ouders. We laten de ouders zien wat we hier doen en we helpen de ouders met de begeleiding van hun kind thuis".

Jaarverslag O A B Delft 2007 - 2008

13

^ È •" -ï

Dinsdag 25 november, 15.30 uur, schakelklas groep 7. De Horizon, locatie Brahmslaan. "Schakelklas groep 7 is een verlengde schooldagvariant en dat is voor kinderen na al een hele dag school best zwaar", zegt Femke Kunz, leerkracht groep 6 en leerkracht van de schakelklas groep 7. Schakelklas groep 7 komt twee keer per week na schooltijd samen. "Het zijn lange dagen, dus we hebben een programma voor deze kinderen met veel afwisseling", aldus Femke. Ook hier Is het contact met de ouders van de leerlingen intensief "We houden regelmatig bijeenkomsten en ik geef bij één van die bijeenkomsten een voorbeeldles aan de ouders. De ouders geven aan dat ze dit prettig vinden. Ze begrijpen beter wat er in de schakelklas gebeurt en kunnen zo hun kind thuis beter helpen". Vandaag gaat het In de schakelklas over reclame. Twee oud leerlingen van de school helpen mee. Zij doen vanuit het Grotius College een snuffelstage bij Femke in de schakelklas.


14


15

Dinsdagochtend 13 januari. 9.30 uur, schakelklas groep 0. Freinetschool Delft, locatie J.P. Thijsse. "Abracadabra!!!!!!" Dat is echt het mooiste woord dat Keisha kent "Abracadabra!!!!!!!!" Keisha is niet Keisha. Nee, ze is heks Henny en heks Henny houdt niet van winter en daarom tovert ze de zomer 'Abracadabra!!!!" En ineens zijn er 5 heksen Henny, met allemaal een toverstaf Heks Hamze tovert een pakje drinken en Heks Amina tovert de zomer weer terug in de winter Gelukkig maar, anders kan er niet meer geschaatst worden. In de gymzaal van de Freinetschool is schakelklas groep O onder leiding van Jenneke Rotmensen aan het 'taaltonelen' en het enthousiasme spat er vanaf. Naast de opleiding PABO is Jenneke ook gediplomeerd docent drama. "Kinderen gaan praten door toneelspelen", zegt Jenneke. "Ze gaan op in het spel en voelen zich heel erg veilig in deze groep." Per thema worden er zowel in de klas als in de schakelklas woorden aangeboden. Maar het mooiste woord wat Keisha heeft geleerd blijft duidelijk abracadabra!!!!!!!

r ::'.

-

^

Jaan/erslag O A B Delft 2007 - 2008

16

/

•V, I •• _

Speerpunten 2006 - 2008. Ontwikkelen van een schakelprogramma voor vierjarige instromers in 2006 -2007, uitvoeren van een programma voor vierjarige instromers in 2007 -2008. Uitvoeren van een proefproject in 2006 -2007, indien succesvol uitbreiden in 2007-2008. Ontwikkelen van schakelklassen in groep 6 2006-2007, uitvoeren van projecten in 2007-2008. Voortzetten van de kopklas. Definitieve uitvoering van de schakelklassen In 2008 -2009. Doelstelling 2008. In 2008 zijn er schakelklassen c.q. -groepen als onderdeel van een doorgaande lijn O -3 -6 -9, vorm gegeven naar behoefte van de gemeente en schoolbesturen. Ervaringen 2007- 2008. In het schooljaar 2007 - 2008 zijn op de volgende scholen schakelklassen gestart: De Horizon, de Omnibus en de Freinetschool, locatie J.P.Thijsse. De scholen hebben in april 2008 een eerste evaluatie aangeleverd.

School

Groep 0

Groep 3

Groep 7

De Horizon (Brahms) De Horizon (Aart v.d.L) Omnibus (Popta) Freinet Totaal aantal leerlingen

9 9 8 15 41

14 7 9

10

28

20


10

17 - In de eerste schoolevaluaties worden constateringen gedaan betreffende de realisatie van de doelstellingen. Aangezien het de penode september 2007 -januari 2008 betreft, kunnen daar nog weinig conclusies uitgetrokken worden. De algemene tendens is wel dat scholen / leerkrachten / ouders / kinderen enthousiast zijn en merken dat er vooruitgang geboekt wordt. - Werving en selectie. De realisatietijd voor de uitvoering in het schooljaar 2007 -2008 was kort. Aan de hand van toetsresultaten en obsen/aties zijn leerlingen geselecteerd. Ouders zijn vervolgens benaderd. Uit de schoolverslagen blijkt dat er gebruik is gemaakt van ouder/leerling contracten. Incidenteel is sprake van een verkeerde selectie. Eén kind heeft een hoger niveau en één kind heeft meerdere ontwikkelingsachterstanden/ stoornis. - Leerkrachten. Leerkrachten zijn enthousiast over deze wijze van werken. Leerkrachten voelen zich op hun kwaliteiten aangesproken. De leerkrachten van de schakelklassen hebben op woensdag 16 aphl 2008 twee workshops verzorgd voor leerkrachten en docenten uit het primair- en voortgezet ondenwijs tijdens de Delftse onderwijsmiddag. Zij gaven een heldere impressie over de eerste ervahngen met het werken in schakelklassen.

• Curriculum. Groep 0. Piramide Peuters in combinatie met Piramide Kleuters 1. Aandacht voor schoolse vaardigheden.

Groep 3. Piramide groep 3 Woordenschatontwikkeling in combinatie met rijke leeromgeving Werkwijze: Met woorden in de weer in combinatie met Veilig Leren Lezen. Groep 7. Kidsweek junior en Nieuwsbeghp, SKOOLzone.

- Oudercontacten. Vooraf hebben er informatieavonden plaatsgevonden en/of individuele gesprekken. Tijdens de eerste maanden heeft er een informatieavond plaatsgevonden en hebben er individuele gesprekken plaatsgevonden. Ouders zijn benaderd om deel te nemen aan de cursus: Opvoeden zo. Voor een deel nemen ouders daaraan deel. Op de ene school meer dan de andere. Ouders zijn gestimuleerd om lid te worden van de bibliotheek. Een uitleensysteem van boekjes tussen school en thuis wordt goed beoordeeld. Huiswerkbegeleiding bij de meeste ouders blijft beperkt. Enthousiast begonnen, maar animo werd minder. Individuele benadehng van de ouders door de leerkracht is belangrijk.


.-•-, ''/.;

'i*^

tó

m»T^^•-\7

Jaarverslag OAB Detft 2007 - 2008

19 5. Kopklas Delft Winny Rucyahana, leerling uit de kopklas van schooljaar 2007 - 2008 IK ben geboren in Rwanda. Rond mijn ^ ^ jaar ben ik met mijn familie naar Nederland gevlucht omdat het voor ons gezin niet veilig was in mijn geboorteland. Via een asielzoekerscentrum in Den Haag ben ik uiteindelijk in Pijnacker komen wonen. Ik heb daar op de st- Jozefschool gezeten. Na groep 8 ben ik eerst een jaar naar de Kopklas gegaan. Waarom....? Ik heb een doel in mijn leven en dat is een hele goede modeontwerpster worden. Naar aanleiding van mijn Cito toets in groep 8 en doordat ik een achterstand In de Nederlandse taal had, kreeg ik een vmbo-t advies. Maar ik wil naar de kunstacademie en daar/oor heb je havo of vwo nodig. Daarom ben ik naar de Kopklas gegaan. In de Kopklas ben ik zeer intensief begeleid. Mijn taalachterstand is aangepakt, ik heb leren 'leren' en ik ben zekerder van mezelf geworden. Na hetjaar kopklas kreeg ik een vwo advies en op dit moment ben ik dan ook leerling op het vwo. De kunstacademie komt in zicht!!!!!!

De Kopklas is een extra jaar basisondenA/ijs voor met name allochtone leerlingen die aan het eind van de basisschool nog te veel achterstanden hebben op het gebied van de Nederlandse taal, maar wel de capaciteiten, motivatie en inzet hebben voor het volgen van een vmbo-t, havo of vwo opleiding. De voorbereiding op instroom in de brugklas vmbo-t, havo of vwo vindt in één jaar plaats. De kopklas Is gevestigd op het Grotius College. De doelstelling van de kopklas Is dat minimaal 60% van de leerlingen doorstroomt naar het vmbo - t of hoger. De resultaten van de afgelopen zes jaar zijn goed. Tot nu toe is 51% van de leerlingen doorgestroomd naar een brugklas havo of vwo. De doelstelling, minimaal doorverwijzen naar vmbo-t is bij 88% van alle leerlingen bereikt. De overige 12% stroomt door naar de tweede klas vmbo-kader, waar zij het steeds goed doen.


20 In 2007 - 2008 bezochten 9 leerlingen (2 meisjes en 7 jongens) de Kopklas Delft. De kinderen waren afkomstig van 7 verschillende basisscholen. De resultaten waren goed. Gemiddeld hebben de leerlingen de score van hun Cito -eindtoets met 12,6 punten verbeterd. Van deze 9 leerlingen heeft ditjaar 89% aan de doelstelling van de Kopklas voldaan; het krijgen van een vmbo-t advies of het krijgen van een hoger advies naar aanleiding van de Cito- eindtoetsscore.

5.1 Resultaten Kopklas Grotius College 2007 - 2008 naam

Jr. in NL

achtergrond

Ml

Geboren

M2 M3 M4 M5 M6

5 jr. in buitenland Geboren 12 9 Geboren

M7

Geboren

NL (Marokkaans) NL (Rus. / Au str NL (Turks) Somalië Koerdisch NL (Marokkaans) NL

VI V2

7 72

1

Rwanda Brazilië

Cito PO 527

Cito Kopklas 543

Advies/brugklas

525

542

Vwo (h/v)

523 524 524

537 534 534 527

Havo (h/v) Vmbo-t/havo Havo (t/h) 2^ vmbo-kader

521

530

Vmbo-t/g (2^ K)

531

543 521

Vwo 2^ vmbo-t

t

klas

Vwo

Vmbo -kader Vmbokader/gem

7 jaar geleden is de kopklas in Delft gestart. Anita Zegwaard, Fenny Keizer en Marie -José Tetteroo zijn de mensen achter die kopklas. De drie docenten hebben veel ervahng met anderstalige leerlingen. Anita Zegwaard heeft altijd al met anderstalige leerlingen gewerkt, onder andere op het Johan de Witt college in Den Haag. Zij is vanaf het begin van de kopklas de coördinator en tevens de mentor van de klas. Fenny Keizer heeft op verschillende Delftse basisscholen gewerkt en is leerkracht geweest op de Centrale Opvang. Ook heeft zij voor Kaleos educatie Nederlands gegeven aan oudkomers. Marie José heeft veel en/aring opgedaan in het voortgezet onderwijs en heeft als docent in Maleisië gewerkt.


21 6. Huiswerkbegeleiding en mentorproject Kees Huisman adjunct directeur, De Honzon .locatie Brahmslaan Kees Huisman werkt zo'n 28 jaar op de basisschool de Horizon. De wijk Buitenhof heeft hij in de loop der tijd zien veranderen. De bevolkingssamenstelling van de wijk veranderde en het onderwijs op de Horizon veranderde mee. Kees Huisman: "De Horizon is naast een school waar onderwijs wordt gegeven ook een belangrijke ontmoetingsplek in de wijk Buitenhof geworden. De school is een vindplek van sociale netwerken door aanbod en activiteiten." Een van de activiteiten die ontwikkeld is op de Horizon, is de huiswerkcursus SLIM. SLIM staat voor: Samen leren in de middag.

•ï-

'•«sUL

6.1 Huiswerkbegeleidingproject SLIM/HIP 6.1.1

SLIM (Samen leren in de middag)

SLIM is een project voor leerlingen en hun ouders uit groep 8. Tijdens 6 bijeenkomsten leren leerlingen hoe ze hun huiswerk beter kunnen plannen, waardoor de resultaten en het plezier van het


22 maken van het huiswerk wordt vergroot. Ouders leren hoe ze hun kinderen kunnen begeleiden bij het maken van het huiswerk. De lessen worden door leerkrachten van de school gegeven. In het schooljaar 2007/2008 hebben in totaal 14 leerlingen deel genomen aan SLIM.

6.1.2

HIP (Huiswerk integratie Participatie)

Als vervolg op het SLIM biedt BWD (Breed Welzijn Delft) een cursus aan waarin huiswerkbegeleiding de kansen van leerlingen met betrekking tot de overstap naar voortgezet onderwijs optimaliseert. De cursus wordt gegeven door 2 sociaal cultureel werkers. In het schooljaar 2007/2008 hebben 6 leerlingen deelgenomen.

I ii«ii

6.2 Mentorenproject "De Juiste keuze" Veel (allochtone) ouders zijn onvoldoende op de hoogte van het Nederlandse ondenwijssysteem en zijn daarom niet altijd in staat om voor hun kinderen de juiste keuze voor het voortgezet ondenwijs te maken. Een verkeerde keuze dan wel een keuze waar ouders niet achter staan kan leiden tot vroegtijdig schoolverlaten. Het mentorproject is tot nu toe gericht op ouders van kinderen uit de groepen 7 en 8. Mentoren begeleiden de ouders bij het maken van de juiste keuze voor het voortgezet onderwijs. Zodra de leerling op het voortgezet onderwijs zit, wordt deze in het eerste jaar nog begeleidt. Als alles na het eerste jaar goed loopt, wordt de begeleiding (langzaam) afgebouwd. In het schooljaar 2007/2008 zijn op 5 scholen 15 gezinnen begeleid door 13 mentoren. Verder is een coördinator aangesteld om het project te begeleiden.

6.3 Huiswerkbegeleiding VO Leerlingen uit het voortgezet onderwijs krijgen, onder bevoegde leiding twee maal per week, met ondersteuning van studenten, ondersteuning bij het maken van hun huiswerk. Deelname is in de meeste gevallen vrijwillig maar kan ook, in samenspraak met ouders, opgelegd worden in het kader van prestatieverbetering dan wel als doelstelling geformuleerd in specifieke handelingsplannen. In het schooljaar 2007/2008 werden per week gemiddeld 25 leerlingen begeleid.


23

7. lezen en boeken In het kader van het OAB beleid zijn er in het schooljaar 2007 - 2008 onderstaande activiteiten uitgevoerd met de genoemde opbrengsten. 7.1 Projecten peuterspeelzalen •

Voorstellingen Kamishibaiverteltheater tijdens De Nationale Voorleesdagen; De Kamishibai is een klein, draagbaar verteltheater dat oorspronkelijk uit Japan stamt De naam betekent letterlijk 'theater van papier'. Het theatertje trekt op magische wijze de aandacht van jonge en oudere kinderen. Het is uitermate geschikt voor kinderen die het Nederlands nog niet helemaal beheersen. Zij kunnen het verhaal begrijpen door het zien van de platen, de mimiek en handbewegingen van de verteller. Tijdens de nationale voorleesdagen verzorgen wij voorstellingen op alle GOA- peuterspeelzalen die dat wensen. Het prentenboek van hetjaar wordt daarin gepresenteerd. Doel: Kinderen op een zeer visuele en interactieve maniereen verhaal vertellen aansluitend bij het landelijke project Jaarlijks lezen volwassenen tijdens de Nationale Voorleesdagen voor aan zoveel mogelijk kinderen van 2 tot 6 jaar Resultaat.Bij 9 Peuterspeelzalen werd de Kamishibaivoorstelling gespeeld. Bereik aantal kinderen: ca 140 SMD Instellingen abonnement voor alle W E / OAB peuterspeelzalen. Het gehele aanbod voor de peuterspeelzalen wordt herzien en fors uitgebreid. Doel: Makkelijke toegang tot alle materialen geschikt voor VVE-kinderen. Resultaat: Alle OAB Peuterspeelzalen Horen, zien en,..spelen De peuters krijgen een aantal keer per jaar een boek mee naar huis. In het boek staan aanwijzingen voor ouders hoe het boek voor te lezen. Gedurende deze periode wordt op de speelzaal met hetzelfde boek gewerkt. Actualiseren: Uitbreiding met 5 titels. Doel: Ouders betrekken en leren hoe een boek voor te lezen. Door het boek van de peuterspeelzaal ook thuis te gebruiken krijgt de taalverwerving een extra versnelling. Kinderen gaan hun ouders betrekken en vertellen over het boek wat zij immers al kennen. Bereik: 13 x uitgeleend. Alle koffers zijn 1 x uitgeleend. Aantalkinderen.ca 200 Workshop ' Zelf kamishibaivertelplaten maken'; Het werken met het Japanse vertelkastje heeft ons geleerd dat kinderen hierdoor bijzonder zijn geboeid. Op speelse wijze wordt er gewerkt aan taalbeghp en woordenschat ontwikkeling. Leidsters hebben dan ook aangegeven zelf te willen leren hoe ze een geschikt prentenboek moeten kiezen en moeten bewerken om te kunnen gebruiken in het verteltheater. Doel: Hoe maak je vertelplaten. Wat zijn geschikte prentenboeken voor de doelgroep en Om te bewerken voor het verteltheater Hoe verzorg je een voorstelling met aandacht voor taal en het vergroten van de woordenschat Resultaat:2 workshops werden gegeven. 12 leidsters namen deel.

7.2 Projecten basisonderwijs •

Kleuterkoffers Piramide: Koffers met 5 prentenboeken rond een thema; dezelfde thema's als in Piramide. De titels vernieuwen en thema's uitbreiden. Doel: Gebruik van boeken doorde leerkracht stimuleren op basis van makkelijke toepasbaarheid in het lesaanbod. Dit wordt bereikt door de Piramide thema 's als uitgangspunt te nemen bij het kiezen van de prentenboektltels. Reultaat: 41 x uitgeleend. 0,8x uitgeleend.


24 Bereik aantal leerlingen: ca 1000 Klassikaal lenen; De leedingen komen met hun klas 1 keer in de 6 weken naar het dichts bijzijnde filiaal om boeken te ruiten. Tijdens het klassikaal lenen worden de kinderen begeleidt in hoe je een boek kiest. Daarnaast wordt er ook altijd voorgelezen. 220 bezoeken per jaar Doel: Leerlingen het gebruik van de bibliotheek, uitkiezen van boeken en lezen van boeken aanleren door elke 6 weken de bibliotheek klassikaal te bezoeken Resultaat: 36 groepen bezoeken elke 6 weken DOK. Dit zijn 220 bezoeken per jaar Bereik aantal leerlingen: ca 1000 •

Fringo; Leesbevordehngsproject met als doel kinderen op een natuurlijke en speelse wijze te laten werken met verschillende soorten teksten. Met behulp van een bingomolen worden 25 dagen achtereen leesopdrachten uitgevoerd. De groep die het eerst een zogenaamde Fringokaart vol heeft, is winnaar en ontvangt een prijs. Doekin wedstrijdverband het lezen stimuleren. Resultaat: drie scholen Bereik aantal leerlingen: 90 DOK - Schoolmediatheek-Abonnement voor OAB basisscholen. Doel: Op een laagdrempelige manier het gebruik stimuleren van de collectie van de Schoolmediatheek met daarin alle speciale projecten voor het basisondenA/ijs en daarnaast het OAB aanbod in deze. Resultaat: Alle OAB scholen Bereik aantal leerlingen: ca 1400 Horen, zien en ..lezen: De kinderen krijgen drie keer per jaar een boek, een boek met hetzelfde verhaal op cd of een boek met een bijbehorende dvd mee naar huis. Gedurende deze periode wordt in de klas met hetzelfde boek gewerkt. Uitbreiden met 5 nieuwe titels en 5 titels vervangen/actualiseren Doel: Ouders betrekken en leren hoe een boek voor te lezen. Door het boek van de peuterspeelzaal ook thuis te gebruiken krijgt de taalverwerving een extra versnelling. Kinderen gaan hun ouders betrekken en vertellen over het boek wat zij immers al kennen. Resultaat: 62 x uitgeleend. Alle koffers zijn 2,3 x uitgeleend Bereik aantal leerlingen: 500 Aanvullingen van De Rode Draad proiecten De Rode draad is een instelling die leesbevordehngsprojecten ontwikkeld en waarvan DOKOAB en SMD regelmatige projecten afnemen. De projecten die al zijn aangeschaft krijgen jaarlijks een update waarbij geactualiseerde handleidingen, extra materialen bij thema's worden aangeboden en suggesties voor nieuwe titels worden gegeven. DoekActueel en aantrekkelijk houden van diverse leesvevorderingsprojecten: 1. Kraak de Code, Boekenbeal, Schrijvers aan tafel. Er was eens..., Sherezade en Bibaboek. Resultaat: 15 x uitgeleend Aantal deelnemers: ca 400 Skoolzone Personeelskosten Wekelijks komen onder schooltijd groepen 6, 7 en 8 van de GOA-scholen naar het Dok Voorhof met als doel te kunnen werken aan werkstukken en spreekbeurten. Op woensdagmiddag komen de kinderen uit de wijk zelf naar Skoolzone. Er is deskundige begeleiding aanwezig om de kinderen te begeleiden in hun werk. Doel: Kwaliteitsverbetering van de werkstukken en spreekbeurten Resultaat: 1 school is onder schooltijd geweest Woensdagmiddag is altijd vol. Het aantal laptops bepaalt het aantal deelnemers, 10 laptops, 2 ronden per middag is 20 kinderen. Alle kinderen in deze wijk hebben gratis toegang. Deelnemers: Woensdagmiddag; 20 kinderen. Maximum bereikt Actie; Schooljaar 08/09 uitbreiding, maandagmiddag.


25

7.3 Schakelklas Naar aanleiding van een vraag van öe Horizon heeft DOK een Sch a kei klas project (Pilot) bedacht en uitgevoerd. Een aantal weken werd de Schakelklas -groep 7 begeleid in het voorlezen van prentenboeken. Hier zijn opnamen van gemaakt en deze film wordt, op termijn toegevoegd aan het OAB project Horen, Zien, Spelen. Doel; Kinderen met taal laten bezig zijn. Voorlezen, uitspraak en presentatietechnieken werden geoefend. Voor en aan jongere kinderen en ouders laten zien dat ook met een (zwaar) accent plezier kan worden ontleend aan het voorlezen van prentenboeken. Resultaat: voorgelezen prentenboeken op film. Aantal deelnemers: 9 7.4 Projecten voortgezet onderwijs Het OAB aanbod voor het Voortgezet Ondenwijs is dringend toe aan een nieuwe impuls. Het beschikbare project Bazaar is eigenlijk dringend aan vernieuwing toe. De titels van dit project passen te weinig bij de doelgroep. Daarnaast is er enige weerstand bij de leerkrachten van de hogere groepen om samen ter werken in deze. De contacten met de onderbouw zijn wel uitstekend maar gezien de drukte en onrust van het afgelopen jaar bij deze school hebben ook deze mensen te weinig tijd gehad om eea verder te brengen. Ook DOK heeft te weinig tijd kunnen investeren om dit op te pakken. De begroting is gebaseerd op het zoeken en vinden dan wel ontwikkelen van een aansprekend project(projecten vernieuwen en aanschaf themacollecties). Het verbeteren en intensiveren van de contacten met de school en het organiseren van een aantal projecten die altijd succesvol waren(schrijversbezoeken, klassenbezoeken aan DOK). Het kan dat dit toch meer tijd kost zodat deze post ditjaar nog niet kan worden geheel kan worden besteed. Hij is toch opgenomen om zichtbaar te maken dat vooral ontwikkelkosten hier van belang zijn om op termijn een aansprekend aanbod te hebben. Doel: In samenspraak met het Grotluscollege(ln dit geval locatie van Bleiswijkstraat) ontwikkelen van een leesproject op maat Resultaat; Plan van Eisen geformuleerd waarna een keuze gemaakt uit verschillende programma's. Eerste opzet gemaakt waarmee gestart wordt in november 2009(Pilot 0809) deelnemers: Klassen 1 en 2. Docenten kunnen het eerste jaar vrij intekenen.


26 8. Schoolverbeterplannen 2006 - 2010

Cornelis Musisusschool, Carien van de Water "Op de Cornells Musisusschool is veel aandacht voor taalonderwijs', vertelt Carien van de Water Carien is intern begeleider op de Cornelis Musiusschool. "Binnen de school is taalbeleid een speerpunt". "We willen op onze school goed en efficiënt omgaan met de methode, differentie aanbrengen en het spellingsondenvijs blijven verbeteren." "Het protocol dyslexie is opgesteld en de meeste teamleden hebben studiemiddagen bijgewoond om het protocol eigen te maken." "Daarnaast is onze leerlingenzorg verbeterd en gedigitaliseerd". "We maken hier nu structureel gebruik van handelingsplannen naar aanleiding van toetsinterpretaties."

,

..'^ »•

' •'

, ï

'.»* if I , J

'

1

IJ-

/ /-

' * * •

. - • * ' ^

V . J«?^--^

-- •w

»

-'-

'

K.*

SJÈB^;". • . vS"

U-y-^ -. • I ••

•>

/;'/ •

8.1 Inleiding Schoolverbeterplannen geven voor 4 jaar de activiteiten aan die de school onderneemt in het kader van het ondenvijsachterstandenbeleid. Scholen geven in hun schoolverbeterplannen aan welke maatregelen zij nemen om de meest optimale zorg voor iedere leerling te realiseren. Schoolverbeterplannen zijn levende documenten die gebaseerd zijn op een eigen analyse van de school en haar leerlingen, waarbij concrete en haalbare doelen gesteld worden. De schoolverbeterplannen bevatten acties voor de schoolorganisatie en acties voor het werken in de groepen. De scholen ontvangen van de gemeente middelen voor de uitvoering van hun schoolverbeterplannen als de piannen zijn goedgekeurd door het eigen bestuur en voldoen aan de globale toetsing van de gemeente.


27 De voonwaarden voor toekenning van middelen ten behoeve van uitvoering van de schoolverbeterplannen zijn in het OAB plan 2006/07 - 2009/10 vastgelegd. De ondersteuning van de scholen bij de uitvoehng en evaluatie van de schoolverbeterplannen is vanaf maart 2007 neergelegd bij de beleidsmedewerkers van de schoolbesturen.

8.2 Overzicht per basisschool In de volgende overzichten is per school aangegeven welke activiteiten en / of aandachtspunten in 2007 - 2008 door de school zijn opgepakt.

Cornelis M u s i u s

verbeterpunten 1.

Klassenmanagement

2.

Leerling-zorg

3. Invoering protocol dyslexie 4.

Kwaliteitszorg

Resultaten en opmerkingen Met ondersteuning van Ondenwijs Advies is gewerkt aan het zelfstandig werken in alle groepen. Deze methodiek wordt vooral ook gebruikt om verder te investeren in de uitvoehng van individuele handelingsplannen van leerlingen en qroepsplannen. Handelingsplannen maken naar aanleiding van toets interpretaties is geïntroduceerd. Het werken met handelingsplannen is gemeengoed geworden in alle groepen Handelingsplannen zijn gedigitaliseerd. Ouders worden direct betrokken bij de uitvoering van de handelingsplannen. De komende drie jaar gaat gewerkt worden aan taalbeleid (hiervoor is ook subsidie verkregen) Protocol dyslexie is opgesteld. Leerkrachten zijn geprofessionaliseerd op het gebied van dyslexie door middel van biieenkomsten. Door omstandigheden zijn de doelstellingen van kwaliteitszorg nog niet bereikt.


28 Mgr. Bekkersschool

verbeterpunten 1.

Resultaten en opmerkingen

Kwaliteitszorg / planmatig werken

2, Persoonlijk ontwikkelplan

3. Implementatie methode sociaal-emotionele ontwikkeling

4.

ICT (woordenschat en smartboards\0

-

De kwaliteitszorggroep heeft drie kwaliteitskaarten ontwikkeld. Het team heeft deze vastgesteld en geïmplementeerd. De kaarten zijn in de kwaliteitsmap opgenomen. a. Coaching en opvang nieuwe leerkrachten b. Contacten met voorschoolse voorzieningen c. Deskundigheidsbevordering personeel Alle leerkrachten hebben een POP gemaakt. Er is een aanvang gemaakt met klassenconsultaties. Er is geëvalueerd hoe de klassenconsultaties kunnen leiden tot intervisie. Studiedag onder leiding van Onderwijs Advies heeft plaatsgevonden. Methode 'Goed gedaan' is ingevoerd Een aantal proeflessen heeft plaatsgevonden. Deze zijn geëvalueerd. Sociaal -emotioneel volgsysteem is ingevuld. Taaljournaal woordenschat is geïmplementeerd. Levende boeken zijn ontwikkeld en geïmplementeerd. Studiedag onderleiding van ABZHW heeft plaatsgevonden.

De Horizon

verbeterpunten 1. Verhoging ouderbetrokkenhe id

2, Doorgaande lijn

3. Sociaal emotionele

Resultaten en opmerkingen SLIM, HIP en het mentorproject hebben bijgedragen tot verhoging van ouderbetrokkenheid. De werkgroep ouderbetrokkenheid heeft de missie en de visie van de school vorm gegeven. Er is een document ouderbetrokkenheid vastgelegd met daarin doelen, omschrijvingen van activiteiten en bijbehorend tijdspad. Er is een ouderenquête afgenomen. Er zijn oudercursussen aan de ouders van schakelklasleerlingen gegeven. Er zijn oudercursussen opvoedingsondersteuning gegeven door de GGZ en de intern begeleiders van de Horizon. Er zijn oudercursussen ontwikkeld voor het schooljaar 2008 2009. Er is één methode ingevoerd op beide locaties en bij de peuterspeelzaal Roots iv.m. het W E programma. Er is een duidelijke lijn ontwikkeld in de overdracht tussen peuterspeelzaal en basisschool. De clustercoördinatoren W E bewaken de doorgaande lijn Er zijn studiebijeenkomsten georganiseerd over de pedagogische dialoog. Er zijn pijlers geformuleerd over het pedagogisch handelen. Er is een pedagogisch document vastgelegd, Dagarrangement( samen met partners) is ontwikkeld met als doel: losse onderdelen tot één geheel smeden. Er zijn vier combinatiefuncties ontwikkeld. Er is een start gemaakt met het ontwikkelen van een doorgaande lijn 'dossiervorming' met partners.

Er hebben collegiale consultalies plaatsgevonden. Na de consultaties hebben uitwisselingsgesprekken plaatsgevonden.


29 Oudercursus 'opvoedingsondersteuning' heeft plaatsgevonden. Er is een studiedag georganiseerd met als thema: zorg en overdracht- Aan de studiedag zijn vervolgacties gekoppeld met betrekking tot dossiervorming. De kinderacademie heeft plaatsgevonden. De kinderacademie is een initiatief van de vier Rotary clubs.

ontwikkeling

De Omnibus / De Schatkaart verbeterpunten 1. toekomst van de school a. ouderbetrokkenheid

b. imago / pr

c. onderwijskundig profiel d. ontwikkeling brede school

professionaliteit kwaliteitszorg professionele cultuur overdracht leedingenzorg borging en opleiding experts Verdieping, verbreding en borging a. Coöperatief leren b. Woordenschat, methodes taal en rekenen c. Piramide en interactief voorlezen

Resultaten en opmerkingen De volgende activiteiten zijn uitgevoerd: ouderruimte verteltassen aanstellen schoolmentor enquête Er heeft een open dag plaatsgevonden. Er hebben artikelen over de school in kranten gestaan. Er is een naam, logo en flyer ontwikkeld. proftel is omschreven De volgende activiteiten zijn uitgevoerd: - BOS project Brede school plus Dagarrangement Samenwerking partners brede school is omschreven.

2. a. b. c. d. 3.

d.

Begrijpend lezen en leeslljn

Analyse toetsresultaten is uitgevoerd De visie is geactualiseerd Overdracht leerlingenzorg is verbeterd Opleiding intern begeleider

Uitbreiding heeft plaatsgevonden. Ontwikkeling taalhoeken in groep 3 en 4, -

Afstemming van verschillende didactieken heeft plaatsgevonden. Werkvormen zijn ingevoerd in groep 1-2, Didactiek is onderhouden.


30 Leesteksten zijn geactualiseerd. De doorgaande lijn van groep 1 tot en met 8 is gewaarborgd. 4. pedagogiek a. implementatie viseon b. Cultuureducatie

-

c.

burgerschap en integratie

5. ICT a. Hardware

Analyse viseon is in gebruik genomen. Cultuudijn is vastgesteld. Cultureel feest met Chinees nieuwjaar heeft plaatsgevonden. Creatieve workshops in verschillende disciplines hebben plaatsgevonden. Er hebben interculturele vieringen plaatsgevonden. Er hebben excursies plaatsgevonden. Schoolregelactiviteiten zijn uitgevoerd. Digiborden zijn in gebruik genomen, Leeriing protocol computer is in gebruik genomen. Opleiding coördinator ICT

b. Opleiden

De Delftse Daltonschool

verbeterpunten 1.

Management structuur 2. Afbouwplan 3. Missie en visie

4,

Taalactiviteiten

5. ICT

6.

Intervisie

7.

Daltonscholing

8. nieuw imago 9. samenwerking cluster

Resultaten en opmerkingen In samenwerking met het bestuur, de MR en de leerkrachten is een passende managementstructuur tot stand gebracht. ln samenwerking met het bestuur, de MR en de leerkrachten van de locatie is het afbouwplan 'regeling van de gevolgen opgesteld. De Personal coaching is gecontinueerd voor twee leerkrachten. De oude missie en visie is tegen het licht gehouden. Op basis daarvan is door de leerkrachten een POP opgesteld. Uitvoering naar aanleiding van de POP heeft plaatsgevonden. De taalactiviteiten Fringo en digitale boeken zijn uitgevoerd, Skoolzone is niet uitgevoerd. De reguliere W E activiteiten zijn uitgevoerd. De ICT coördinator is langdurig ziek geweest. De studiedagen 'verkennen van de mogelijkheden van breedband internet' zijn komen te ven/allen. Er zijn 5 locatiebijeenkomsten gehouden onder leiding van een medewerker van Onderwijs Advies. Er zijn 5 bijeenkomsten georganiseerd. Er is een nieuw Daltonrapport ontwikkeld. De directie van de school heeft met het bestuur een PR plan opgesteld. Dit plan is uitgevoerd. In samenwerking met Octopuskinderopvang en JSO is het ontwikkelen van een dagarrangement ter hand genomen. Er is een miniconferentie geweest met partners


31 9. Monitorgegevens basisscholen 2007 - 2008. In het OAB beleid zijn te venvachten opbrengsten geformuleerd m.b.t. toetsresultaten van de Delftse leeriingen, die tot de doelgroep van het OAB beleid behoren. In de onderwijsmonitor Delft 2007 -2008 zijn opbrengsten van de Delftse leeriingen verzameld. De resultaten van kinderen, die we met het OAB beleid willen bereiken zijn uit deze monitor deels te filteren. De monitor geeft een uitsplitsing van kinderen naar leerlinggewicht, maar geen uitsplitsing per school. Enige voorzichtigheid met het trekken van conclusies m.b.t, de relatie tussen het uitgevoerde OAB beleid en de opbrengsten is dan wel op zijn plaats.

9.1 O p b r e n g s t 1. Tussen de schooljaren 2006-2007 en 2010-2011 is het volgende bereikt: Een stijgende lijn te zien in het percentage doelgroepkinderen in Delft dat voldoende scoort op de taaltoetsen in het primair onderwijs; o In het schooljaar 2005 -2006 lag de gemiddelde score op de taaltoets voor kleuters van de kinderen ult groep 2 op niveau B ( 1.25 leeriingen.) en niveau C ( 1.9 leerlingen ) Het gemiddelde niveau in groep 2 op de taaltoets voor kleuters is in het schooljaar 2010-2011 minimaal niveau B.

Uit de onderwijsmonitor Delft 2007 -2008 zijn de volgende resultaten te lezen: "In groep twee is de nieuwe gewichtenregeling volledig doorgevoerd, dus in onderstaande grafiek zijn de scores voor de toets Taal voor kleuters uitgesplitst naar nieuw leeriinggewicht. In deze grafiek is te zien dat naarmate het leeriinggewicht toeneemt, de gemiddelde vaardigheidsscore afneemt.

De 1,00-leeriingen scoren gemiddeld goed tot zeer goed (niveau A), de 1.30- en 2.20leeriingen matig tot ruim voldoende (niveau C). In de derde meting scoorden leeriingen overde gehele linie Iets hoger. Hierbij moet echter worden opgemerkt dat de leeriingen bij de vorige meting nog waren ingedeeld volgens de oude gewichtenregeling. De oude en nieuwe gewichten zijn onderiing niet met elkaar vergelijkbaar."

Gemiddelde scores naar leeriinggewicht Taal voor kleuters M2

Gerriddekle score 100 90 ao

A (74^)

70

^<^^'^)

G(62,fl)

1,30

2.20

60 50 4 40 30 20 10 O 1,00 Grafiek 5

Gemiddelde Delftse scores Taalvaardigheid medio groep 2, naar nieuw leeriinggewicht, 2007/2008


32

9.2 Opbrengst 2 Tussen de schooljaren 2006 -2007 en 2010-2011 is het volgende bereikt: Een stijgende lijn te zien in het percentage doelgroepkinderen in Delft dat voldoende scoort op de taaltoetsen in het primair onderwijs; o In het schooljaar 2005 -2006 varieerde de gemiddelde score op de begrijpend leestoetsen per groep op verschillende niveaus. De 1,25 leeriingen in groep 8 presteerden op D-niveau op de begrijpend leestoets. In het schooljaar 2010 -2011 is het gemiddelde niveau over verschillende leerjaren en verschillende groepen op de begrijpend leestoets minimaal C-niveau. Uit de onderwijsmonitor Delft 2007 -2008 is het volgende gesteld:

In het algemeen blijkt dat naarmate het leeriinggewicht toeneemt, de gemiddelde score voor de verschillende taaltoetsen afneemt. Uitzonderingen hierop zijn de toets Begrijpend Lezen in groep 6 en 8. De 1.90-leeriingen scoren hierop beter dan de 1.25-leeriingen. De 1.00-leeriingen scoren op de toets voor taalvaardigheid (Taal voor kleuters) ruim boven het landelijk gemiddelde {niveau A). Op de toetsen voor Begrijpend Lezen scoren de 1.00-leeriingen boven het gemiddelde (B). Op de toetsen voor woordenschat scoren deze leeriingen in groep 4 net onder het landelijk gemiddelde (C), in groep 6 en in groep 8 erboven (B). In groep 6 is de score op de woordenschattoets een niveau gedaald. In groep 4 scoren de 1.25-leeriingen op de woordenschattoets ruim onder het landelijk gemiddelde (D) en een niveau lager dan in de vorige meting. In groep 6 en 8 scoren zij op deze toets juist een niveau hoger en komen ze hiermee boven het landelijk gemiddelde (B) uit. Voor de toets Begrijpend Lezen scoren de 1.25-leerlingen in groep 4 en 6 net onder (C) en in groep 8 ruim onder het landelijk gemiddelde (D). Voor groep 6 ligt de score een niveau lager dan twee jaar geleden. In vergelijking met de landelijke scores voor 1.25-leeriingen scoren de Delftse leeriingen met dit gewicht in de groepen 6 en 8 voor de toets Begrijpend Lezen onder het PRIMA-gemiddelde. De 1.90-leeriingen scoren op de toetsen voor woordenschat in groep 4 gemiddeld een niveau lager dan bij de vorige meting: ruim onder het landelijk gemiddelde (E); in groep 6 scoren ze net onder het landelijk gemiddelde (O) en in groep 8 ruim eronder (D). Op de toets Begrijpend Lezen scoren de 1.90-leerlingen in de groepen 4, 6 en 8 net onder het landelijk gemiddelde (C). In vergelijking met de landelijke scores voor 1.90-leerlingen scoren de Delftse leeriingen met dit gewicht in de groepen 6 en 8 voor de toets Begrijpend Lezen boven het PRIMA-gemiddeide. De 1.30-leerlingen scoren op de toets Taal voor kleuters in groep 2 en op de beide taaivaardigheidstoetsen in groep 4 net onder het landelijk gemiddelde (C). De 2.20leerlingen scoren op Taal voor kleuters in groep 2 en op de toets Begrijpend Lezen in groep 4 op hetzelfde niveau. Op de woordenschattoets in groep 4 scoort deze groep ruim onder het landelijk gemiddelde (D).


33

9.3 O p b r e n g s t 3. Tussen de schooljaren 2006 -2007 en 2010 - 2011 is het volgende bereikt: Het percentage doelgroepkinderen dat doorstroomt naar hogere vormen van onderwijs ( HAVO en VWO) is in 2008 -2009 4 % hoger dan in 2005-2006.

Uit de conceptrapportage ondenwijsmonitor primair en voortgezet ondenwijs gemeente Delft 2007 2008 blijkt het volgende: Van de Delftse 1.25 leeriingen gaat 16 % naar een brugklas voor havo/ vwo of vwo en van de Delftse 1,90 leeriingen gaat 25 % naar een brugklas voor havo/vwo of vwo. ( blz. 29, Delftse ondenwijsmonitor) Worden de vo-adviezen vergeleken met het schooljaar 2005 -2006, dan kunnen we in de Delftse onderwijsmonitor wel een vergelijking maken met het meetjaar 2004 -2005, Schooljaar 2005 -2006 is hier niet in terug te vinden. ( blz,24 en 25 van de Delftse onderwijsmonitor.) In de samenvatting op blz 4 van de Delftse onderwijsmonitor kunnen we echter lezen dat de vo-adviezen voor allochtone leeriingen wel op een hoger niveau liggen dan in schooljaar 2005 -2006. Aangezien in de monitor de doelgroepkinderen van alle Delftse scholen zijn gevolgd, dienen we met conclusies voorzichtig te zijn. De adviezen van de OAB-scholen zijn in deze monitor niet apart weergegeven.

9.4 O p b r e n g s t 4. Tussen de schooljaren 2006 -2007 en 2010 - 2011 is het volgende bereikt: Minimaal 70% van de doelgroepkinderen in Delft deel aan de voorschoolse educatie. Op het moment van schrijven is de onderwijsmonitor W E nog niet beschikbaar. Er zijn dus geen gegevens hier over bekend.

Tussen de schooljaren 2006 -2007 en 2010 - 2011 is het volgende bereikt: In 2008 -2009 neemt 70 % van de doelgroepkinderen in Delft deel aan activiteiten die specifiek zijn gericht op de sociaal-emotionele ontwikkeling, zowel onder als buiten schooltijd.

Hier zijn nog geen gegevens over bekend.


34

10.Conclusies en adviezen Kijkend naar de opbrengsten, zoals deze in het schooljaar 2007 -2008 zijn bereikt, kunnen we het volgende concluderen: Uit de resultaten van de toets: "Taal voor kleuters" in groep 2 blijkt dat de leerlingen uit de categorieën ^.30 en 2.20 gemiddeld op C- niveau scoren. Hiermee is de opbrengst, zoa\s we deze in 2011 verwachten nog niet gerealiseerd. Doelstelling is leerlingen te laten scoren op B- niveau. Echter, de gegevens betreffen alle "gewichten-kinderen" uit de scholen in Delft, Deze opbrengsten betreffen niet alleen de OAB-scholen. Uit de schoolgegevens halen we een meer gedifferentieerd beeld. Uit de resultaten van de toets "Begrijpend lezen"in groep 4 blijkt dat leeriingen uit de categorieën 1,25 en 1,90 net onder C-niveau scoren. Dit geldt ook voor de categorieën 1.30 en 2,20. Uit de resultaten van de toets "Begrijpend lezen" in groep 6 blijkt dat leeriingen uit de categorieën 1,25 en 1,90 net onder C- niveau scoren. Uit de resultaten van de toets:" Begrijpend lezen"in groep 8 blijkt dat leertingen uit de categorie 1,25 gemiddeld op D- niveau scoren en de leeriingen uit categorie 1,90 gemiddeld scoren op C- niveau. Hiermee is de opbrengst voor leeriingen uit de categorie 1,25, zoals we deze verwachten in 2011 nog niet gerealiseerd. De leerlingen uit categorie 1,90 scoren wel op het gestelde niveau. T.a.v. de doorstroming naar het voortgezet ondenwijs dienen we voorzichtig te zijn. Kijkend naar de gehele doelgroep in Delft. Onder allochtone leeriingen is sprake van een hoger niveau van venwijzingen naar het vo. ( blz 4 delftse onderwijsmonitor.)

T.a.v. de doelgroepkinderen in Delft, die deelnemen aan activiteiten, die specifiek zijn gericht op de sociaal-emotionele ontwikkeling, zowel onder als buiten schooltijd, zijn geen gegevens bekend. In het algemeen blijkt dat halverwege de beleidscyclus de meeste doelstellingen nog niet gerealiseerd zijn. Adviezen. Bewaak de 6 pijlers van het OAB in de verdergaande afstemming van beleidsterreinen nauwkeurig en betrek hierbij het 'veld' (in elke geval het OBO in elk geval in het schooljaar 2009-2010) hierbij zorgvuldig; Maak goede afspraken over procedures (wie doet wanneer wat) en zorg voor een goede afstemming tussen de verschillende spelers. Reserveer voldoende uren voor de coördinatie van in elke geval de voortgang van de W E (clusters en clustercoördinatoren) en de Schakelklassen;


35

G e g e v e n s u i t o n d e r w i j s m o n i t o r D e l f t 2 0 0 7 -2008 ( m o d u l e taal.)

1.1 Scores naar leeriinggewicht Om een genuanceerde vergelijking te maken splitsen we in deze paragraaf taaiscores ult naar leeriinggewicht^. Landelijke referentiegegevens naar leeriinggewicht ontbreken voor de meeste toetsen. Om de Delftse scores toch te kunnen plaatsen, maken we gebruik van de indeling in de niveaugroepen A (goed tot zeer goed) tot en met E (zwak tot zeer zwak) van het Cito.

1.1.1

Groep twee

In groep twee is de nieuwe gewichtenregeling volledig doorgevoerd, dus in onderstaande grafiek zijn de scores voor de toets Taal voor kleuters uitgesplitst naar nieuw leeriinggewicht. In deze grafiek is te zien dat naarmate het leeriinggewicht toeneemt, de gemiddelde vaardigheidsscore afneemt.

De 1.00-leeriingen scoren gemiddeld goed tot zeer goed (niveau A), de 1.30- en 2.20leeriingen matig tot ruim voldoende (niveau C). In de derde meting scoorden leeriingen over de gehele linie iets hoger. Hierbij moet echter worden opgemerkt dat de leeriingen bij de vorige meting nog waren ingedeeld volgens de oude gewichtenregeling. De oude en nieuwe gewichten zijn onderiing niet met elkaar vergelijkbaar.

Grafiek 5

Gemiddelde Delftse scores Taalvaardigheid medio groep 2, naar nieuw leeriinggewicht, 2007/2008 Gemiddelde scores naar leeriinggewicht Taal voor kleuters M2

Gemiddelde score 100

1.00

1,30

2.20

Vanwege de zeer kleine leerlingenaantallen blijven de (oude) leerlinggewichten 1 40 en 1,70 buiten beschouwing. In het toetsscorebestand op leerlingniveau komen geen leerlingen voor met deze gewichten.

Jaarverslag OAB DeJft 2007 - 2008

36 1.1.2

Groep vier

Grafiek 6

Gemiddelde Delftse scores Woordenschat en Leesvaardigheid medio gmep 4. naar oud en nieuw

GerTKidelde score

Gemiddelde scores naar leeriinggewicht Woordenschat en Leesvaardigheid M4

Woordenschattoets M4

Begrijpend Lezen M4

1.00 0 1.25 El 1,90 0 1.30 «2.20

leeriinggewicht, 2007/2008

In bovenstaande grafiek zijn de scores van de twee taaltoetsen die zijn afgenomen bij groep 4 naar leeriinggewicht uitgezet. Door de stapsgewijze invoering van de nieuwe gewichten-regeling komen de oude (1,25 en 1,90) en de nieuwe gewichten (1.30 en 2,20) in groep 4 naast elkaar voor. Daarom zijn zowel van de oude als van de nieuwe gewichten de scores weergegeven. Hierbij moet worden vermeld dat de absolute aantallen bij de achterstandsgroepen laag zijn. Voor beide de toetsen geldt dat naarmate het leeriinggewicht hoger is, de gemiddelde score afneemt. Dit is het geval In beide gewichtenregelingen, maar bij de nieuwe is het verschil iets kleiner. Op de woordenschattoets scoren leeriingen met de gewichten 1.00 en 1.30 matig tot ruim voldoende (niveau C). Dit is met name voor 1.00-leeriingen opvallend laag. De 1.25-leeriingen en 2,20-leeriingen scoren zwak tot matig (niveau D) en leeriingen met gewicht 1.90 scoren zeer zwak tot zwak (niveau E). De 1.25-leeriingen en de 1.90-leeriingen scoren voor deze toets een niveau lager dan bij de vorige meting. Op de toets Begrijpend Lezen scoren de 1.00-leeriingen ruim voldoende tot goed (niveau B) en alle achterstandsgroepen scoren matig tot ruim voldoende (ntveau C).

1.1.3

Groep zes

Evenals bij groep 2 en groep 4 zien we in onderstaande grafiek dat voor groep 6 de gemiddelde score op de Leeswoordenschattoets lager wordt naarmate het leeriinggewicht toeneemt. Bij de toets Begrijpend Lezen scoren de 1.90-leeriingen echter iets hoger dan leeriingen met gewicht 1.25.

De 1.00-leeriingen scoren op de Leeswoordenschattoets ruim voldoende tot goed (niveau B). Dat is een niveau lager dan bij de vorige meting. De 1.25-leeriingen scoren op deze toets juist een niveau hoger dan in de vorige meting, namelijk ruim voldoende tot goed (niveau B). De 1.90~leeriingen blijven op deze toets matig tot ruim voldoende (niveau C) scoren.


37 Op de toets Begrijpend Lezen scoren de 1.00-leeriingen ruim voldoende tot goed (niveau B). De 1.25leeriingen scoren lager dan in de vorige meting en komen ook een niveau lager uit op matig tot ruim voldoende (niveau C). De leeriingen met gewicht 1.90 scoren nu gemiddeld iets hoger dan de 1.25leeriingen. Ook zij scoren matig tot ruim voldoende (niveau C). Grafiek 7

Gemiddelde Delftse scores Woordenschat en Leesvaardigheid medio groep 6, naar oud


Gemiddelde score 120 B(99,4)

.B(95,.8)

Begrijpend Lezen M6

Leesw oordenschattoets M6 1,00 0 1.25 Q1,90 leedinggewicht, 2007/2008

Voor de toets Begrijpend Lezen In groep 6 zijn ook recentere landelijke vergelijkings-gegevens naar leeriinggewicht beschikbaar. Deze vergel ijki ngsgegevens zijn afkomstig uit het PRIMA-onderzoek. Door de scores van de Delftse leeriingen hier tegen af te zetten ontstaat een genuanceerder en recenter beeld van het niveau. Zoals te zien in Tabe! 3.1 ligt de gemiddelde Delftse score op de toets Begrijpend Lezen hoger dan het landelijk PRIMA-gemiddelde. De 1.00-leeriingen scoren gemiddeld boven het landelijk gemiddelde van leeriingen met hetzelfde leeriinggewicht. De 1,25-leeriingen scoren gemiddeld lager dan het landelijk gemiddelde. De 1.90-leeriingen in Delft scoren ruimschoots hoger dan het landelijk gemiddelde. Tabel 6.2.1 Gemiddelde score Leesvaardigheid medio gmep 6, naar oud leeriinggewicht. Delft (2007/2008) en landelijk PRIMA (2004/2005) leeriinggewicht

1.00 1.25 1.90 Totaal

Begrijpend Lezen M6 Delfts gemiddelde landelijk gemiddelde PRIMA (2007/2008) (2004/2005) 43,3 39,6 28,6 31,9 29,6 25,9 39,9 37,2


38 1.1.4

Groep acht

Ook voor groep 8 geldt dat de score op de Leeswoordenschat afneemt naarmate het leeriinggewicht hoger wordt, maar 1.25-leeriingen scoren bijna even hoog als 1.00-leeriingen. Op de toets Begrijpend Lezen scoren de 1.90-leeriingen beter dan de 1.25-leeriingen. Grafiek 8

Gemiddelde Delftse scores Woordenschat en Leesvaardigheid medio groep 8, naar oud

Gemiddelde score


140 (B)117,9 (B)117,4

Leeswoordenschattoets M8

Begrijpend Lezen M8 1.00 Q 1,25 D1,90

leeriinggewicht, 2007/2008 Op de Leeswoordenschattoets scoren de 1,00-leeriingen en de 1.25-teeriingen ruim voldoende tot goed (niveau B), Evenals in groep 6 zijn de scores van leeriingen met deze gewichten naar elkaar toe gekomen ten opzichte van de vorige meting. Leeriingen met gewicht 1.25 scoren nu een niveau hoger dan twee jaar geleden, tenwijl de 1.00-leeriingen ongeveer gelijk blijven. Op deze toets scoren de 1.90-leeriingen evenals bij de vorige meting zwak tot matig (niveau D), maar met een hogere score. Op de toets Begrijpend Lezen scoren de 1.00-leeriingen ruim voldoende tot goed (niveau B). Op de toets Begrijpend Lezen scoren de 1.90-leeriingen hoger dan de 1.25 leeriingen, met matig tot ruim voldoende (niveau C) tegenover zwak tot matig (niveau D). Voor de toets Begrijpend Lezen in groep 8 zijn ook recentere landelijke vergelijkings-gegevens van het PRIMA-onderzoek over 2004/2005 beschikbaar, uitgesplitst naar leeriinggewicht. Door de scores van de Delftse leerlingen hier tegen af te zetten ontstaat een genuanceerder en recenter beeld van het niveau. De gemiddelde score van de 1.00-leeriingen in Delft ligt hoger dan het landelijk gemiddelde van leeriingen met hetzelfde leeriinggewicht De 1.25-leeriingen scoren net als bij de vorige meting onder het landelijk gemiddelde. De 1.90-leeriingen scoren, ook in overeenstemming met de vorige meting, boven het landelijk gemiddelde.


39 Tabel 6.2.2 Gemiddelde score Leesvaardigheid medio groep 8, naar oud leedinggewicht. Delft (2007/2008) en landelijk PRIMA (2004/2005) Begrijpend Lezen M8

Leeriinggewicht

Delfts gemiddelde 1.00 1.25 1.90 Totaal

(2007/2008) 60,3 45,2 49,8 57,6


Landelijic gemiddelde PRIMA (2004/2005) 58,8 49.2 45,8 55,9

bijlage Productnr. Onderwerp onderwijsachterstandenbeleid (OAB)Jaarverslag 2OO7-2O08

Recommend Documents