Bijlage bij collegevoorstel t.b.v. de aansluiting van het Digitaal Leefplein bij het gegevensknooppunt.
Toelichting:
1. Inleiding Het Digitaal Leefplein is een webbased platform dat inwoners, gemeenten, het contractbeheer en aanbieders aan elkaar verbindt. Door deze verbinding wordt de inwoner in staat gesteld zelf te sturen op zijn/haar welzijn en gezondheidsresultaten. Daarnaast ondersteunt het Digitaal Leefplein de inkoop, de handhaving en het toezicht op de markt en de gemaakte contractafspraken in het sociaal domein. Een goede verbinding tussen de aanbieders en de gemeenten maakt het mogelijk om op het niveau van de cliënt vraag en aanbod in het Sociaal domein met elkaar in balans te brengen. Zo wordt, met het Digitaal Leefplein, IT slim ingezet om goed te sturen op een doelmatigere inzet van zorg en ondersteuning in het sociaal domein. In hoofdstuk twee van deze nota wordt het Digitaal Leefplein op het niveau van modules toegelicht. Het Digitaal Leefplein bestaat uit twee onderdelen die met elkaar samenhangen en op basis van een groeimodel worden ontwikkeld en geïmplementeerd: Toewijzing & Verantwoording en het Schakelplan. Voor de werking van het onderdeel Toewijzing & Verantwoording moet er aangesloten worden bij een landelijk gegevensknooppunt. Deze aansluiting wordt per afzonderlijke gemeente geregeld en hiervoor heeft de projectleider Digitaal Leefplein per gemeente toestemming nodig van het college van burgemeester en wethouders. Middels deze nota wordt het college geadviseerd ermee instemmen dat de projectleider van het Digitaal Leefplein namens de gemeente Hilversum de nodige afspraken maakt met partijen die relevant zijn voor de aansluiting van het Digitaal Leefplein op het gegevensknooppunt. Ook wordt geadviseerd ermee in te stemmen dat de projectleider van het Digitaal Leefplein namens de gemeente Hilversum een eHerkenningsmiddel aanvraagt. Dit eHerkenningsmiddel vormt een autorisatie op medewerkerniveau, op basis waarvan het Digitaal Leefplein verbonden wordt aan het landelijk gegevensknooppunt en op basis waarvan er met gecontracteerde aanbieders in het sociaal domein gecommuniceerd wordt. Ter onderbouwing van het hierboven genoemd advies wordt eerst kort ingegaan op de modules van het digitaal leedplein (hoofdstuk 2). Vervolgens wordt kort geschetst op basis van welke berichten er in het Digitaal Leefplein gecommuniceerd wordt met aanbieders en wordt aangegeven hoe de berichten worden uitgewisseld (hoofdstukken 3 en 4). Tenslotte wordt in hoofdstuk 5 uiteengezet welke randvoorwaarden er gelden om de aansluiting bij het gegevensknooppunt voor elkaar te krijgen.
2. Modules Digitaal Leefplein Het Digitaal Leefplein bestaat uit twee onderdelen die met elkaar samenhangen en op basis van een groeimodel worden ontwikkeld en geïmplementeerd: Toewijzing en Verantwoording en het Schakelplan.
1. Toewijzing en Verantwoording t.b.v. een goede uitvoering van het marktmeesterschap/contractbeheer: In het onderdeel Toewijzing en Verantwoording wordt informatie gegenereerd en samengebracht t.b.v. het borgen en optimaliseren van de kwaliteit van voorzieningen en t.b.v. het maken van goede beleidsmatige en inkooptechnische keuzes. Dit onderdeel marktmeesterschap maakt het mogelijk dat gemaakte contractafspraken worden gemonitord, gecontroleerd en gehandhaafd. Het onderdeel toewijzing en verantwoording bestaat uit zeven modules. Onderstaand worden de modules kort beschreven: 1. Module Gebruikersportalen; Via de portalen hebben verschillende gebruikersgroepen (inwoners, gemeenten, het contractbeheer, aanbieders) toegang tot het Digitaal Leefplein. 2.
Module Integratielaag; Deze functionaliteit maakt het mogelijk gegevens (-sets) met interne en externe partijen/systemen/registraties uit te wisselen via o.a. servicecertificaten, StUF koppelingen en webservices (XML). In alle gevallen gaan we uit van bestaande standaarden.
3.
Module Toewijzing: Deze functionaliteit maakt het mogelijk dat cliënten op basis van de gegevens uit de beschikking (objectief) worden toegewezen aan aanbieders en de afspraken met aanbieders kunnen worden beheerd.
4.
Module Facturatie: Deze Module maakt de verwerking van declaraties/facturen, bulk en los, mogelijk. Onder verwerking wordt verstaan het inlezen, controleren, matchen, accorderen van declaraties/facturen en het sturen van een geaccordeerd betaalbestand naar de betaalsystemen van de uitvoeringsdiensten van gemeenten. Daarnaast maakt deze functionaliteit het mogelijk dat externe informatie (zoals gegevens uit registers van het CAK) gekoppeld worden aan de facturatie. Via de facturatiefunctionaliteit worden in de toekomst ook de eigen bijdrage gegevens ontsloten.
5.
Module Klachten: De Module Klachten registreert, routeert en monitort de klacht volgens een klachtenprocedure sociaal domein van de Regio. Via het Digitaal Leefplein worden klachten uitgezet naar de betreffende aanbieder. De aanbieder krijgt actieve meldingen wanneer er klachten zijn ingediend. Tevens wordt via de Module Klachten o.a. doorlooptijden en inhoudelijke aspecten t.b.v. de afwikkeling van klachten bewaakt.
6.
Module Rapportage: Deze Module levert informatie waarop geïntervenieerd kan worden door de cliënten en uitvoeringsdiensten en ook informatie ten behoeve van het correct uitvoeren van het Marktmeesterschap en het Contractbeheer. De rapportages kunnen op macro-, micro- en mesoniveau worden gegenereerd. Uitgegaan wordt van: standaard rapportages (vooraf te definiëren) en zelfinrichtbare rapportages (dynamisch op te stellen), Ten behoeve van de rapportages worden gegevens uit het Digitaal Leefplein en ook uit systemen van derden samengebracht.
7.
Module Monitor Sociaal domein: Deze functionaliteit maakt het mogelijk op inwonervolgende wijze gegevens te genereren over o.a.: resultaat, kwaliteit, kwantiteit, ervaring/tevredenheid, doelmatigheid. Uitgegaan wordt van een monitorfunctionaliteit waarvan enquêtes en formulieren deel uitmaken. Uitgegaan wordt van standaard enquêtes (vooraf te definiëren), gevalideerde enquêtes en zelfinrichtbare enquêtes (dynamisch op te stellen).
2. Het schakelplan: Middels het schakelplan wordt gevolgd in hoeverre ingezette voorzieningen leiden tot afgesproken resultaten en doelen uit de beschikking. Het schakelplan is van de inwoner en ondersteunt de regiefunctie van de inwoner. De inwoner bepaalt de welke partijen er toegang hebben tot het schakelplan, welke gegevens er tussen partijen worden uitgewisseld en kan via zijn plan zorg en ondersteuning vanuit het sociaal domein, de Wet Langdurige Zorg en de Zorgverzekeringswet/eerste lijn verbinden.
Voor de oplevering van de hierboven genoemde modules gelden de volgende termijnen: - 1 december 2014: Module Toewijzing - 1 december 2014: Koppelingen/integratiemodule; - 1 januari 2015: Module Klachten; - 1 januari 2015: Module Rapportage; - 1 januari 2015: Module facturatie; - 1 februari 2015: Module monitor sociaal domein; - Tweede helft 2015: Schakelpan
3. Toewijzing en declaratie: hanteren iStandaarden (iWmo, iJeugd, iGGZ) De toewijzing van cliënten en het declareren van geleverde zorg en ondersteuning gebeurt op basis van de iWmo en de iJeugd Standaard (De iWmo en iJeugd standaard zijn vrijwel identiek). De iStandaarden zijn/worden ontwikkeld voor het digitaliseren van de communicatie tussen gemeenten en aanbieders en het spreken van dezelfde taal. De iStandaarden bestaan uit landelijke afspraken over techniek en taal voor de communicatie tussen aanbieder en gemeente over de voorziening voor de inwoner. Het gaat om: 1. de toewijzing van de ondersteuning; 2. de start van de ondersteuning; 3. eventuele mutatie of beëindiging van de ondersteuning; 4. de declaratie over de geleverde ondersteuning. Per januari 2015 worden de toewijzings en declaratieberichten ondersteund. Later in 2015 volgen de berichten ‘start van ondersteuning’ en ‘mutatie en beëindiging’. Om via het Digitaal Leefplein cliënten aan aanbieders toe te wijzen en declaraties te verwerken wordt per januari 2015 gebruik gemaakt van in ieder geval de volgende standaardberichten: • Zorgtoewijzingsbericht JW301 en Wmo301: Dit het standaardbericht waarmee een gemeente een aanbieder de opdracht geeft om bepaalde hulp/ondersteuning te verlenen. • Retourbericht WMO302 en JW302: Met dit bericht geeft de aanbieder aan het toewijzingsbericht ontvangen te hebben. • Declaratiebericht JW303 en WMO303: Dit is het standaardbericht waarmee een aanbieder de geleverde zorg declareert c.q. verantwoordt aan de gemeente. • Retourbericht JW304 en WMO304: Met dit bericht geeft de gemeente aan het declaratiebericht ontvangen te hebben. • Declaratiebericht jeugd-GGZ (JW321): Dit is het standaardbericht waarmee een zorgaanbieder na afloop van de behandeltermijn de geleverde zorg declareert c.q. verantwoordt aan de gemeente. Dit bericht is gelijk aan de JW303 en de WMO303 (zie hierboven) • Retourbericht JW322: Met dit bericht geeft de gemeente aan het declaratiebericht ontvangen te hebben. Overige berichten Landelijk bestaat de doelstelling om in de eerste helft van 2015 ook de volgende berichten gereed te hebben: • De aanvang Wmo/Jeugd-ondersteuning: het bericht dat de aanbieder aan de gemeente stuurt over de start van de ondersteuning (JW305 en WMO305. Retourberichten: JW306 en WMO306). • De Wmo/Jeugd-beëindiging/mutatie ondersteuning: het bericht dat de aanbieder aan de gemeente stuurt als de ondersteuning wijzigt of is beëindigd (JW307 en WMO307. Retourberichten: JW308 en WMO308). Wanneer deze standaarden landelijk worden gepubliceerd, wordt hiervan gebruik gemaakt binnen het Digitaal Leefplein.
Onderstaand wordt in figuur 1 weergegeven hoe de uitwisseling van de hierbovengenoemde berichten verloopt. In figuur 1 wordt duidelijk gemaakt welke berichten de gemeente naar aanbieders zendt en welke berichten de gemeente van de aanbieders ontvangt. Het verzenden en ontvangen van berichten gebeurt binnen het Digitaal Leefplein.
Figuur 1: Uitwisseling iWmo en iJeugd standaarden
4. Berichtenuitwisseling: Infrastructuur Inlichtingenbureau – Vecozo Om de gegevensstromen tussen gemeenten en ketenpartners te faciliteren, wordt en een landelijk gegevensknooppunt ontwikkeld. Het knooppunt ontsluit gegevens uit diverse landelijke ketens en instellingen, gebaseerd op standaarden (zie hoofdstuk 3). Voor de uitwisseling van de berichten is het Inlichtingenbureau (IB) voor de gemeenten het ‘startstation’ en VECOZO voor de aanbieders (zie figuur 3 en figuur 4). VECOZO is een internetportaal en gegevensknooppunt voor VEilige COmmunicatie in de ZOrg. VECOZO is een particuliere instelling en valt onder de zorgverzekeraars en richt zich met name op de gegevensuitwisseling rond declaraties. Het IB wordt gekoppeld aan het Vecozo-schakelpunt (zie figuur 2 en 3). De meeste aanbieders zijn voor de AWBZ/Wlz al aangesloten op VECOZO. Door aansluiting op het IB via het Digitaal Leefplein, zijn alle gemeenten in één keer aangesloten op alle gecontracteerde aanbieders. Omgekeerd zijn via een Vecozoaansluiting alle aanbieders in een keer aangesloten op alle gemeenten. Het Vecozo-schakelpunt voert (geautomatiseerd) de technische controle uit op de berichten.
Figuur 2: Door aansluiting op het IB zijn alle gemeenten in één keer aangesloten op alle aanbieders. Omgekeerd zijn via een Vecozo-aansluiting alle aanbieders in een keer aangesloten op alle gemeenten.
Figuuur 3: Berichtenuitwisseling per januari 2015
5. Regelen van de aansluiting op het gegevensknooppunt Voor de aansluiting op het Inlichtingenbureau moeten gemeenten een aantal zaken organiseren. Een belangrijke activiteit die op korte termijn geregeld moet worden, is de aanmelding bij het Inlichtingenbureau voor technisch aansluiten. In hoofdstuk 4 van deze nota is aangegeven dat voor de verzending van toewijzingen en het ontvangen van declaraties, het Inlichtingenbureau (via het Digitaal Leefplein) het start/eindstation vormt voor gemeenten. Voor het gebruik van dit start/eindstation moeten medewerkers die verantwoordelijk zijn voor de toewijzing en declaraties gebruik maken van een zogeheten eHerkenningsmiddel. Dit eHerkenningsmiddel is een autorisatiemiddel. Hiermee wordt duidelijk dat de medewerker die via het Digitaal Leefplein de toewijzingen en declaraties oppakt, ook bevoegd is om dit namens de gemeente Hilversum te doen. Bij de aanvraag van het eHerkenningmiddel door de projectleider van het Digitaal Leefplein, moet de projectleider aantonen dat zij namens de gemeente handelt. Hiervoor dient een besluit van het college van B&W overlegd te worden aan het Inlichtingenbureau. Om die reden wordt in deze nota geadviseerd ermee in te stemmen dat de projectleider van het Digitaal Leefplein namens de gemeente….het eHerkenningsmiddel aanvraagt. Om in het kader van het Digitaal Leefplein uiteindelijk gebruik te maken van de nodige portalen en webservices moeten er afspraken worden gemaakt met partijen die hierin een verantwoordelijkheid dragen/dienst leveren. Gedacht kan worden aan partijen als KING, het Inlichtingenbureau en Rinis. De afspraken rondom aansluiting en gebruik worden vervolgens in ( oa. gebruikers/bewerkers) overeenkomsten verwerkt. Geadviseerd wordt de programmamanager Sociaal Domein regio Gooi en Vechtstreek (en namens hem de projectleider Digitaal Leefplein) te mandateren namens het college van B&W, afspraken te maken over de afname van diensten die nodig zijn voor de (automatische) gegevensuitwisseling in het kader van het Digitaal Leefplein. Hieronder vallen afspraken met KING, het Inlichtingenbureau en Rinis ten behoeve van het gebruik van webportalen en webservices. Om de gemaakte afspraken uiteindelijk te bestendigen in overeenkomsten, is van belang dat de programmamanager Sociaal domein regio Gooi en Vechtstreek gemandateerd wordt de contracten te ondertekenen die nodig zijn voor de (automatische) aanlsuiting bij het gegevensknooppunt.
6. Functionarissen tbv het gebruik en beheer van het webportaal en de webservices van het Inlichtingenbureau Voor het funstioneren van het van het Digitaal Leefplein is aansluiting bij het webportaal van het Inlichtingenbureau vereist. Bij de Regio moeten de volgende functionarissen aangewezen worden. Het college wordt geadviseerd de Programma manager Sociaal domein hiertoe te mandateren: • Applicatiebeheerders: Deze medewerkers gaan toewijzingsbestanden uploaden (batches uit het toewijzingsmodel) en declaratiebestanden downloaden op het webportaal van het Inlichtingenbureau.
•
•
•
Dit handmatig up en downloaden van bestanden is van tijdelijke aard aangezien het Inlichtingen Bureau verwacht in de maand febrauri een autonatische gegevensuitwisseling via webservices beschikbaar te hebben. Zolang de automatische gegevensuitwisseling niet beschikbaar is moeten de applicatiebeheerders handmatig up en downliaden. en gaan applicaties aansluiten op de webservices als deze gereed zijn. Gebruikersbeheerder knooppuntdiensten: De gebruikersbeheerder maakt nieuwe gebruikers aan, muteert gebruikersgegevens en kent autorisaties toe. De scope van de autenticaties die de gebruikersbeheerder beheert zijn de toewijzings en declaratieberichten. Interne controleur knooppuntdiensten: Dit is de persoon die namens het college van B&W toeziet op het gebruik door de Regio van de knooppuntdiensten. Aangezien het digitaal leefplein enkel toewijzing, declaratie en verantwoording ondersteunt, is hiermee inherent een afbakening ingebouwd. Binnen het Digitaal Leefplein kunnen geen andere knooppunt diensten dan die diensten die toewijzing, declaratie en verantwoording ondersteunen, afgenomen worden. Deze afbakening wordt bijvoorbaat ingeregeld. Het toezicht van de interne controleur zal minimaal zijn. Security Officer (CISO): De security officer ziet toe op de informatieveiligheid. Aangezien het digitaal leefplein enkel toewijzing, declaratie en verantwoording ondersteunt, is hiermee inherent een afbakening ingebouwd. Aan de technische veiligheid van het Digitaal Leefplein zijn eisen gesteld die door de leveranciers bij de ontwikkeling worden ingeregeld. Het toezicht van de security officer van minimaal zijn.