Bijlage 2A bij Raadsvoorstel Toekomst BIGA Inleiding Op 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. De Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) en delen van de Wajong zijn opgegaan in één regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt. Gemeenten krijgen één re-integratiebudget waarmee zij een brede en gevarieerde doelgroep aan het werk moeten helpen. Arbeidsgehandicapten hebben geen wettelijk recht meer op deelname in de sociale werkvoorziening. De Rijksbijdrage voor arbeidsgehandicapten wordt bovendien stapsgewijs afgebouwd, van € 25.900,-- in 2015 naar € 22.700,-- in 2021. Dit alles leidt, bij voortzetting van het huidige beleid, tot een tekort voor SW-bedrijf BIGA Groep BV. (verder: BIGA). Landelijk komen alle SW-bedrijven door deze bezuiniging onder grote druk; er zullen ingrijpende reorganisaties nodig zijn. Op 11 april 2013 sloten werkgevers, vakbonden en de overheid het Sociaal Akkoord. Daarin werd afgesproken dat er tot 2026 125.000 extra banen komen voor arbeidsgehandicapten die met begeleiding en loonkostensubsidie (LKS) het wettelijke minimumloon kunnen verdienen. De Arbeidsmarktregio’s hebben de opdracht gekregen deze afspraak – de Banenafspraak – uit te voeren. Onze gemeenten maken deel uit van de Arbeidsmarktregio Midden Utrecht. We spraken af dat we komende jaren 1.145 banen scheppen in deze Arbeidsmarktregio. De gemeenten Bunnik, De Bilt, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist gingen eind 2008 akkoord met de overname van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Werkvoorziening Zeist en omstreken door de BIGA. Aanleiding voor deze stap waren oplopende tekorten en ontevredenheid over de werkwijze van de GR. BIGA voert sindsdien de WSW voor onze gemeenten uit. De afgelopen jaren heeft BIGA goede resultaten geleverd. Uit de benchmark van Cedris, de landelijke vereniging van Sociale Werkvoorzieningen, wordt dat bevestigd. BIGA heeft, vergeleken met andere SW-bedrijven, een betere omzet en een laag ziekteverzuim. In april 2015 stemden de raden van onze gemeenten in met de overname van BIGA. De overname van aandelen door de gemeenten is een tussenstap. We stelden een veranderagenda op waarin we door middel van een toetsingskader aangaven welke voorkeuren we als gemeenten hebben ten aanzien van de dienstverlening aan arbeidsbeperkten. In december 2015 stemden de raden in met de omvorming van BIGA tot een Social Enterprise. In andere scenario’s is er geen perspectief voor BIGA en (SW-) medewerkers. De raden gingen bovendien akkoord met het voorstel om de BIGA ook in te zetten voor de nieuwe doelgroep – inwoners die sinds 1 januari 2015 zijn ingestroomd in de Participatiewet. Deze beide keuzes zijn uitgewerkt door een werkgroep. De bevindingen van de werkgroep zijn in dit document opgenomen. Werk is de beste vorm van zorg Het Rijk heeft op 1 januari 2015 nieuwe taken op het gebied van Jeugdzorg, Wmo en Participatiewet overgedragen aan de gemeenten. Dat biedt kansen. We bieden integrale ondersteuning en versterken de zelfredzaamheid van inwoners. Inwoners die zelf in staat zijn om een inkomen te verwerven zetten een belangrijke stap in deze ambitie. Werk is daarbij van fundamenteel belang, zeker voor kwetsbare groepen met een beperking. Uit onderzoek blijkt dat inwoners met een arbeidsbeperking die (begeleid) werken een 1
minder groot beroep doen op ondersteuning van een arts, psycholoog, (jeugd)zorg, etc. Betaald werk levert een inkomen, dagritme, structuur en zelfrespect als belangrijkste winstpunten op. Aard en omvang van de doelgroep BIGA heeft op basis van de uitgangspunten een berekening gemaakt van het aantal formatieplaatsen dat jaarlijks minimaal zou moeten worden ingevuld voordat er een tekort op de begroting ontstaat. Dit aantal formatieplaatsen is gebaseerd op de uitstroom van de SW-medewerkers, en (gedeeltelijke) instroom van mensen met een indicatie Banenafspraak. Het werk dat de gemeenten gunnen aan BIGA blijft hierdoor beschikbaar voor de doelgroep arbeidsbeperkten. In bijlage 1 is dit weergegeven. Daarin vindt u ook de kosten en baten die we daarvoor hebben berekend. Daarbij moeten we het volgende aantekenen: -
de baten gelden niet als het mensen betreft die geen uitkering hebben, dan is er immers geen inverdieneffect. BIGA gaat uit van instroom van inwoners met een indicatie banenafspraak. Op dit moment is niet te garanderen dat de instroom van deze doelgroep voldoende is; landelijk blijft het aantal indicaties voor een banenafspraak ver achter bij de prognoses, ook in onze arbeidsmarktregio is dat het geval. De praktijk is dat meer werkgevers een baan beschikbaar hebben, dan er kandidaten voor zijn. Deze banen kunnen voor de kandidaat beter geschikt zijn en meer ‘inclusief in de samenleving’ dan een baan bij BIGA. Onder ´Wat bieden we nog meer’ geven we aan hoe we het mogelijk tekort aan instroom dat ontstaat op kunnen lossen.
In bijlage 2 geven we een overzicht van de doelgroepen en instrumenten van de RDWI en het aanbod van BIGA. Doelgroep
Doel
Voorwaarden
Betaald werk
-
Instrumenten RSD
Aanbod BIGA
−
−
* Indicatie banenafspraak
met tijdelijke of blijvende
-
ondersteuning LKS
-
-
Indicatie banenafspraak; LKS max 70% minimumloon+ 23% werkgeverslasten; Ontwikkeling stimuleren; loonwaardemeting op de werkplek conform wettelijke eisen en indien RSD een verandering in loonwaarde verwacht; RSD houdt regie.
−
− − − −
−
2
LKS uit buigbudget op basis van een loonwaardebepaling; Bieden van arbeidsovereenkomst op vacatures (direct uit de uitkering) Proefplaatsing 2- max3 maanden; Jobcoaching; No Risk polis; Werkervaringsplaats / Stage bij lokale werkgevers en netwerkpartners; Individuele begeleiding / monitoring
−
−
−
−
Groepsgewijze aanpak "werk maken van uw garantiebaan". Trajecten: Baanafsprakers individueel arbeidsfit maken en begeleiden. Bieden van arbeidsovereenkomst op vacatures (direct uit de uitkering) Tijdelijke detachering voordat medewerker bij externe inlener in dienst treedt. Jobcoaching
Aard van het dienstverband De huidige praktijk bij BIGA is dat medewerkers een proefplaatsing van twee maanden krijgen. Daarna volgen maximaal drie contracten van zeven maanden. In theorie begeleidt BIGA inwoners die kunnen doorgroeien naar werk zonder LKS naar een betaalde baan bij een (andere) werkgever. Inwoners waarvoor blijvend LKS nodig is en die bij BIGA op hun plaats zijn krijgen na die periode een vaste baan bij BIGA aangeboden tegen het minimumloon met loonwaardecompensatie. BIGA opereert in die zin als elke werkgever, met het voordeel van passende arbeid voor een specifieke doelgroep. Hoe ziet dat er voor een werknemer uit? In onderstaande tabel is opgenomen wat een arbeidsbeperkte met een indicatie banenafspraak in onze regio qua ondersteuning kan en mag verwachten. Ondersteuning Over de hoogte van de loonkostensubsidie zijn geen algemene uitspraken te doen, hier is altijd sprake van maatwerk. De begroting BIGA gaat uit van een gemiddelde LKS van 50%. Loonwaarde meten we op de werkplek (systematiek van monitoren en bijstellen). De loonkostensubsidie wordt bij alle werkgevers ingezet op basis van een loonwaardemeting met het in deze arbeidsmarktregio ingekochte systeem van Competensys. Bij de ene persoon zal het gaan om een hogere loonkostensubsidie, bij de andere een lagere. Ook hier gelden geen algemene maatstaven. Dit is maatwerk en afhankelijk van de groeipotentie van de werknemer in kwestie. Bij sommige werknemers in sommige banen is groei mogelijk. Dit blijkt uit objectieve meting op de werkvloer. BIGA zet zich bij groei in de loonwaarde in om deze werknemers met potentie te ontwikkelen en zo mogelijk toe te leiden naar werk zonder loonkostensubsidie. Anderen zijn mogelijk blijvend aangewezen op loonkostensubsidie. Voor hen is er geen grens aan de duur van de loonkostensubsidie. Voor de mensen die in dienst treden bij BIGA zal de gemiddelde LKS naar verwachting uit komen op 50%. We monitoren of dit gemiddelde inderdaad op termijn uitkomt op 50%. Zo niet dan worden ofwel andere werknemers (met verwachte hogere danwel lagere loonwaarde) naar de BIGA doorverwezen, danwel worden er andere banen bij de BIGA gecreëerd. Of BIGA zorgt voor doorstroom van de medewerkers naar een andere werkgever waar meer loonwaarde kan worden gerealiseerd. Kosten In de tabel hier onder zijn een schatting gegeven van de kosten die per persoon zijn gemoeid voor inkomensondersteuning, Wmo-dagbesteding, dan wel begeleiding naar werk. Dit zijn kosten voor alleenstaanden. Niet opgenomen zijn bijvoorbeeld de vervoerskosten voor Wmo-dagbesteding of de kosten voor de no-riskpolis voor inwoners met een indicatie voor de banenafspraak. Hier onder is slechts opgenomen wat de kosten zijn voor BUIG budget of Participatiebudget. Uit de tabel blijkt dat er een financiële prikkel is om inwoners waar mogelijk te laten groeien in loonwaarde. Overigens maakt de indicatie banenafspraak geen verschil: inwoners die zonder indicatie aan het werk worden geholpen maken dezelfde kosten, zij worden echter niet opgenomen in het doelgroepenregister en tellen dus niet meer in de landelijke afspraak om 125.000 extra banen te scheppen voor inwoners met een 3
arbeidshandicap. Voor BIGA zijn de kosten samen te vatten als het minimumloon plus de werkgeverslasten. BIGA ontvangt een loonkostensubsidie van 50%. In het Participatiebudget zijn middelen opgenomen voor begeleiding van de doelgroep (max. € 8.500,-- per medewerker). Hiermee kan de jobcoaching door BIGA worden bekostigd. De BIGA medewerker ontvangt geen uitkering meer, zij of hij verdient minimaal het wettelijk minimumloon. Daarmee besparen we op het Rijksbudget dat gemeenten ontvangen om inwoners inkomensondersteuning te bieden (het budget “Bundeling van Uitkeringen en Inkomstenvoorzieningen aan Gemeenten” oftewel BUIG budget). Een deel van deze niet uitgekeerde uitkeringen hebben we nodig om de loonkostensubsidie te bekostigen. Het BUIG-budget is vanaf 2015 deels en vanaf 2018 geheel gebaseerd op objectieve criteria. Dat betekent dat het werkelijke aantal bijstandsgerechtigden niet meer ter zake doende is voor de hoogte van het gemeentelijke BUIGbudget. Dit opent de mogelijkheid om gemotiveerde medewerkers met afstand tot de arbeidsmarkt, maar zonder indicatie toch met loonkostensubsidie aan te nemen bij de BIGA.
Bijstand (alleenstaande) Wmo dagbesteding Indicatie banenafspraak (loonwaarde 80%, deeltijdfactor 80%) Indicatie banenafspraak (loonwaarde 40%, deeltijdfactor 70%)
Loonkostensubsidie
Begeleidingskosten
€ 3.840,-- (tijdelijk uit Pbudget)
+ € 1.000,--
Totaal € 13.241,-+ € 17.350,-€ 4.840,--
+ € 10.600,--
+ € 2.750,--
€ 13.350,--
Risico’s Hier onder zijn de belangrijkste risico’s en daarbij de beheersmaatregelen in beeld gebracht: −
−
−
−
Risico voor BIGA bij ziek worden van medewerkers zonder no-riskpolis . Dit zijn de medewerkers die geen “indicatie banenafspraak” of advies “Nieuw Beschut” hebben; Beheersmaatregel: verzekeren van de risico’s door BIGA Risico voor gemeenten als na 5 jaar bijvoorbeeld BIGA niet meer rendeert: voor de medewerkers met arbeidsbeperking dient een andere werkgever gevonden te worden Beheersmaatregel: contracten inclusief medewerkers overdoen aan commerciële partij; BIGA weet onvoldoende werk voor de werknemers uit de markt te halen Beheersmaatregel: er zijn afspraken met gemeenten waardoor er voldoende werk beschikbaar wordt gesteld aan BIGA, conform het eerdere preferred suppliership. Afgelopen jaren heeft BIGA overigens aangetoond voldoende werk uit de markt te kunnen halen of anders medewerkers op een andere werkplek in te zetten. BIGA zet niet de mensen met een arbeidsbeperking in voor de opdrachten voor de gemeenten Beheersmaatregel: hier bij de inkoop afspraken over maken Algemeen geldende risico’s: − Geen inverdieneffect op I-deel als er nuggers als medewerker instromen, wel extra beslag op het I-deel; − Een (te) groot beslag op het I-deel door LKS; 4
−
Relatief grote druk op re-integratiemiddelen door bezuinigingen op het P-budget als gevolg van de invoering van de Participatiewet ;
Wat bieden we nog meer? Wij stellen voor om dan inwoners met een arbeidsbeperking met een loonwaarde uit het klantenbestand van de RDWI van 50 – 80% die geen indicatie banenafspraak hebben ook de mogelijkheid te bieden in dienst te treden bij BIGA met LKS (NB: ook hier geldt dat BIGA niet de enige potentiële werkgever is voor deze doelgroep). In 2016 start de RDWI in samenwerking met BIGA een scan van het partipatiebestand (project “Klant in Beeld”). Daarmee kan naar verwachting in 2016 het in de begroting genoemde uitgangspunt gehaald worden. Zie in bijlage 2 de betreffende doelgroep. Daarnaast kunnen leerwerktrajecten bij BIGA ingezet worden. De RDWI voert de pilot Beschut werk uit (besluit najaar van 2015 ). BIGA is één van de werkgevers in de regio die een aanbod Nieuw Beschut doet (in ontwikkeling). We wachten de uitkomsten van de pilot af en besluiten dan over de vorm van voortzetting. Uitgangspunt is dat inwoners goed op hun plek zitten en naar capaciteit renderen. De financiering moet goed zijn uitgewerkt (voorliggende voorzieningen op en eventueel vanuit P-wet). Voor de indicering/advisering door UWV wordt verwezen naar bijlage 2. Daar in is het aanbod voor de volledige doelgroep – niet alleen beschut werk – vanuit de RDWI en BIGA weergegeven. Verder verzorgt BIGA in samenwerking met Kwintes al enige tijd arbeidsmatige dagbesteding. Op termijn kan met arbeidsmatige dagbesteding mogelijk financieel rendement worden behaald voor de BIGA. De werkgroep geeft als aanbeveling mee om te onderzoeken of er meer leer/werktrajecten te ontwikkelen zijn. Focus daarbij zou conform het regionale beleidsplan Participatie en inkomen in de regio Kromme Rijn Heuvelrug, toekomstbestendige Strategische Kaders kunnen liggen op inwoners met een taalachterstand en jongeren (m.n. uit speciaal onderwijs en voortijdig schoolverlaters). We stellen voor om de mogelijkheid te onderzoeken of met name deze doelgroepen, in samenwerking met de RDWI bemiddeld kunnen worden naar opleiding of werk. Zowel BIGA als de RDWI zullen trajecten lokaal bij de vijf deelnemende gemeenten en bij BIGA uitvoeren. Tot slot stelt de werkgroep voor om prikkels in te regelen om medewerkers met zo’n laag mogelijke ondersteuning, liefst zonder loonkostensubsidie te laten werken. Gedachte is hiervoor conform het ‘revolving fund principe’ een project te starten. Hierbij kan een deel van het, door minder LKS toe te kennen te besparen I-deel, ingezet voor extra ondersteuning van de doelgroep. Voor dit revolving fund project zal de werkgroep voor het zomerreces een projectvoorstel indienen bij het bestuur van de RDWI.
5
Berekening en uitgangspunten Prognose Instromers Formatie nieuwe doelgroep (fte) Loonkostensubsidie (50% minimumloon + 23%) Kosten jobcoaching (26 uur per instromer) Bespaarde uitkering (13.717 per uitkering)
2015 3,8
2016 10,1
2017 9,5
2018 8,9
2019 8,4
2020 7,9
3,8
13,9
23,3
32,3
40,6
48,5
42.538 155.998 262.651 362.904 457.142 545.726 BUIG 7.351
19.606
18.430
17.324
16.284
15.307
Pbudget
51.859 190.181 320.203 442.424 557.312 665.306 BUIG
Uitgangspunten hierbij zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
De instroom zijn cliënten met indicatie baanafspraak (vervanginsinstroom o.b.v. begroting BIGA); 2 maanden proefplaatsing en 3 maal 7 maanden tijdelijk contract; 26 uur jobcoaching per instromer door BIGA tegen € 74,78 per uur; Fte is 36 uur; De instroom bestaat uit cliënten met een uitkering (bij instroom van nuggers vervalt het inverdieneffect op de uitkeringen); Er is gerekend met uitkering voor personen van 23 jaar en ouder; In 2015 heeft geen instroom geweest; in 2016 nog 13,9 fte te plaatsen.
Op basis van bovenstaande uitgangspunten zou – wanneer per 1 januari 2016 13,9 fte zou zijn ingestroomd – € 35.000 op het BUIG-budget worden bespaard. In 2020 kan dit oplopen tot circa € 120.000. Hierbij wordt er vanuit gegaan dat de jobcoaching wordt gefinancierd vanuit het Participatiebudget.
6