Bijlage 2 Hoofdstuk 4 Verstrekkingenboek Wmo (Woonvoorzieningen)
Voorzieningenlijst woonvoorzieningen Onderwerpen: Airconditioning Antislipvloer Badlift Berging (tbv scootmobiel) Bezoekbaar maken van een woning Deuropeners Douchebrancard Douchestoel Douche/toiletstoel Drempelhulpen Dubbele woonlasten / Tijdelijk huisvesting Garages (verbouwing en aanpassing aan) Gemeenschappelijke ruimten Keukenaanpassingen Kranen Natte Cel Papegaai (wand/plafond) / bedgalg Sanering woning Tillift (patiëntenlift) Toiletaanpassing Toilet op etage Toiletdouche – föhninstallatie Toiletstoel Traplift Unit (tijdelijke) Uitraaskamer Verhuiskostenvergoeding Verlichting Woonwagen/woonschip aanpassen
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 18 19 20 21 23 24 25 26 27 28 29 30 31 33 34
1
Airconditioning
Omschrijving Apparaat of installatie waarmee het klimaat in een vertrek kan worden beïnvloed. Is in diverse vormen op de markt. Er zijn verplaatsbare apparaten en vaste inbouw installaties. Verplaatsbare apparaten zijn altijd algemeen gebruikelijk, omdat dit geen specifiek voor een gehandicapte ontwikkelde voorziening is, die bovendien voor een vrij gering bedrag kan worden aangeschaft. Inbouwapparaten bieden meer mogelijkheden tot klimaatbeheersing maar zijn dermate duur, dat deze niet altijd als algemeen gebruikelijk kunnen worden aangemerkt. In sommige (uitzonderlijke) situaties kan dit worden aangemerkt als een Wmowoonvoorziening. Procedure Voor een dergelijke aanvraag is altijd een extern medisch advies nodig dat gebaseerd is op informatie van de behandelend specialist. Dit advies zal de bijzondere eisen aan het klimaat moeten bevatten en voor welke ruimtes deze eisen gelden. Bijvoorbeeld luchtvochtigheid en temperatuur, alleen in slaapkamer of in de gehele woning. Tevens moet duidelijkheid worden geboden ten aanzien van het eventueel bestaan van een contra - indicatie voor verblijf in een ruimte met een airco-installatie. Daarbij dient ook een uitspraak te worden gedaan of temperatuur/klimaat wisselingen binnenshuis niet schadelijk kunnen zijn in relatie tot de ziekte. Toekenningscriteria Er worden belemmeringen ondervonden in het gebruik van bepaalde ruimtes in de woning. Deze belemmeringen worden aantoonbaar veroorzaakt door het klimaat in de woning, waardoor belanghebbende in de woning niet kan functioneren en. Er moet sprake zijn van een ernstige belemmering dan wel levensbedreigende situatie en/of het risico van blijvende schade, bijvoorbeeld ten gevolge van uitvalsverschijnselen. Een en ander moet worden vastgesteld middels een extern medisch advies en De woning moet voldoen aan de huidige wettelijke eisen voor sociale woningbouw, voor wat betreft dak - en raamisolatie. Er mag geen sprake zijn van achterstallig onderhoud op dit punt. Bovendien moet het probleem zich langdurig voordoen en niet oplosbaar zijn met verplaatsbare algemeen gebruikelijke airco’s Wijze van verstrekken Als financiële tegemoetkoming
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
2
Antislipvloer
Omschrijving Ook wel stap-vast vloeren genoemd. Dit zijn vloeren, veelal in de natte cel, die als gevolg van de combinatie vocht en zeep, niet glijden waardoor valgevaar voorkomen kan worden. Deze voorziening kan bestaan uit het aanbrengen van nieuwe antisliptegels of het (chemisch) bewerken van de bestaande vloer. Beide voorzieningen zijn adequaat, echter, de situatie is bepalend welke oplossing de goedkoopste is. De algemene stelregel is dat in bestaande situaties een behandeling (Slidex) de goedkoopste oplossing is. Bijkomend voordeel hierbij is dat het aanbrengen zeer snel gebeurd. In nieuwbouw situaties is het aanbrengen van antisliptegels algemeen gebruikelijk en conform de richtlijnen van aanpasbaar bouwen. In dergelijke situaties wordt daarvoor geen vergoeding gegeven, tenzij het nieuwbouw betreft van een speciaal voor de gehandicapte te creëren extra bad/douche ruimte. Procedure: Betreft aanvraag om een woningaanpassing, waarbij rekening kan worden gehouden met de draagkracht op grond van het inkomen. Toekenningscriteria: De aanvrager heeft als gevolg van verminderde sensibiliteit in de voeten problemen bij het grip krijgen op de vloer bij het opstaan of gaan zitten. Wijze van verstrekken Als financiële tegemoetkoming.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
3
Badlift
Omschrijving Een op waterdruk werkende zitlift, die in het bad geplaatst moet worden. Met deze voorziening kan iemand zelfstandig in en uit bad komen. Voorbeelden: Aquatec minor vitalift Opties: draaischijf op zitting als transferhulpmiddel. Procedure Behandelen als aanvraag woonvoorziening Toekenningscriteria Het gebruik van een bad moet medisch gezien de enige mogelijkheid zijn voor lichaamsreiniging, bijvoorbeeld doordat er een contra-indicatie is voor lichaamsreiniging onder een douchestraal. 1. Een badlift biedt langdurig de goedkoopst en adequaat oplossing in vergelijking met andere aanpassingen, en 2. Een badplank is niet adequaat. 3. Belanghebbende is in staat zijn om zelfstandig te gaan zitten en de benen over de rand van het bad te heffen. Wijze van verstrekken Als natura woonvoorziening in bruikleen of PGB Opmerkingen In de regel zal een zitvoorziening voor gebruik van de douche worden geadviseerd. Een bad is slechts bij hoge uitzondering medisch noodzakelijk. Er zijn gevallen bekend waarbij belanghebbende niet tegen waternevels kunnen of door brandwonden de waterstraal niet kunnen verdragen. Het is mogelijk dat de kranen bij het (bestaande) bad verplaatst moeten worden omdat de lift een vrije doorloop moet hebben en bestaande kranen in de weg kunnen zitten.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
4
Berging (ten behoeve van stalling vervoermiddel)
Omschrijving Extra ruimte die geschikt is voor het stallen van een Wmo-vervoermiddel indien de bestaande berging niet bruikbaar is voor dit doel en er geen andere ruimte beschikbaar is om het middel te stallen. Alvorens dit aan de orde is, dient belanghebbende zelf alle maatregelen te hebben getroffen om ruimte te creëren voor de stalling van het vervoermiddel. Vervolgens worden de volgende oplossingsmogelijkheden volgens onderstaande volgorde afgewogen op “goedkoopst adequaat”. 1. Afdakje op een beschutte(binnen)plaats. 2. Eenvoudig houten schuurtje (bouwpakket) 3. Als bovengenoemde punten niet te realiseren zijn, dient de verstrekking van de scootmobiel opnieuw op adequaatheid te worden beoordeeld. Verstrekking van een eenvoudige (compacte) elektrische rolstoel is dan het enige alternatief. Procedure Behandelen als een aanvraag voor een woningaanpassing waarvoor op grond van het inkomen een eigen aandeel in de kosten kan worden opgelegd. Toekenningscriteria 1. Aanvrager heeft recht op een Wmo-vervoermiddel op grond van beperkte mobiliteit 2. De bestaande berging is niet met eenvoudige ingrepen als het verbreden van de toegangsdeur en/of het nivelleren van drempels geschikt te maken om als stalling te dienen; en 3. Er is geen enkele andere acceptabele mogelijkheid om de scootmobiel nabij de woning te stallen Wijze van verstrekken Als financiële tegemoetkoming met verrekening van een eigen aandeel (eigenaar) dan wel eigen bijdrage (huurder). De tegemoetkoming te baseren op de kosten van aanschaf en plaatsing een eenvoudige houten berging, eventueel inclusief bestrating en aanleg stopcontact t.b.v. de oplader. Opmerkingen Een schuurtje moet de volgende minimale afmetingen hebben: • Minimaal 1.55 x 2.05 mtr. • Minimale hoogte 190 cm • Dagmaat deur 80 cm • Er dient een geaard stopcontact aanwezig te zijn • De berging is bij voorkeur van hout.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
5
Bezoekbaar maken van een woning Omschrijving Aanpassingen aan of in één woonruimte ten behoeve van: a. een gehandicapte die zijn hoofdverblijf heeft in een AWBZ-instelling heeft; b. gehandicapte kinderen van gescheiden ouders; ad. b: verblijft het gehandicapte kind in een AWBZ-instelling en hebben de ouders wettelijk een co-ouderschap vastgesteld, dan kunnen beide woningen bezoekbaar worden gemaakt. Verblijft het gehandicapte kind niet in een AWBZ-instelling dan wordt de hoofdwoning aangepast, de andere woning kan bezoekbaar gemaakt worden. Onder bezoekbaar maken van een woonruimte wordt verstaan: • aanpassingen aan de toegang van de woning, zodat de woonkamer bereikbaar is voor de gehandicapte; • het bereikbaar maken van één toiletvoorziening mits de toiletruimte zonder ingrijpende aanpassing reeds geschikt is voor gebruik door de gehandicapte. Procedure Aanvraag om een woningaanpassing waarvoor een eigen aandeel/eigen bijdrage kan gelden. De aanvraag moet worden ingediend bij de gemeente waar de woonruimte zich bevindt. Om te voorkomen dat de gehandicapte in méér dan een gemeente een aanvraag doet voor het bezoekbaar maken van een woonruimte, wordt bij de gemeente waar de gehandicapte zijn hoofdverblijf heeft, nagegaan of bekend is of er reeds een woonruimte bezoekbaar is gemaakt. Ook wordt de aanvraag en de beschikking hierop toegestuurd aan de gemeente waar de gehandicapte zijn hoofdverblijf heeft. Voor het aanbrengen van de voorziening moet toestemming van de eigenaar van de woonruimte zijn verkregen.
Toekenningscriteria Er dient een medisch indicatie te zijn voor deze beperkte woningaanpassing. Daarbij moet worden beoordeeld welke aanpassingen nodig zijn voor kortdurend verblijf in de woning. Dit wil zeggen dat belanghebbende op medische gronden ergonomische belemmeringen in de woning ondervindt en zonder de aanpassingen de te bezoeken woonruimte niet kan bereiken en/of de toiletruimte/toilet niet kan bereiken. Het moet gaan om frequent en essentieel bezoek, bijvoorbeeld aan ouders of partner Wijze van verstrekken Voor de kosten van de voorzieningen wordt een financiële tegemoetkoming gegeven. De tegemoetkoming bedraagt 100 % van de kosten mits het inkomen ligt onder de in Haaksbergen gehanteerde inkomensgrens ligt. Boven deze inkomensgrens wordt een eigen aandeel in de kosten (eigneaar) of eigen bijdrage (huurder) opgelegd, mits daarvoor draagkracht aanwezig is. Uitbetaling vindt plaats aan de eigenaar van de woning.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
6
Deuropeners, automatische Omschrijving Een woonvoorziening waarbij toegangsdeuren van een woning of wooncomplex automatisch geopend en gesloten kunnen worden, hetzij middels een drukknop of een afstandbediening. Belangrijk element hierbij is dat er een verschil bestaat tussen het niet kunnen gebruiken van een sleutel om de deur te ontgrendelen of het niet kunnen open duwen van een deur. Hierbij gaat het om respectievelijk een automatische deurontgrendelaar of automatische deuropener. Deze voorziening wordt meestal toegepast t.b.v. rolstoel of scootmobiel gebruikers. Vaak bestaat er de combinatie met een intercom, welke via de AWBZ vergoed wordt. De verordening sluit dergelijke aanpassingen uit als het gaat om de toegang van wooncomplexen voor ouderen en/of mensen met beperkingen. Procedure Behandelen als aanvraag om een woningaanpassing waarvoor mogelijk een eigen aandeel in de kosten/eigen bijdrage geldt. Ondanks het feit dat een afstandbediening wordt verstrekt wordt de gehele installatie aangemerkt als een woningaanpassing. Toekenningscriteria Een gehandicapte ondervindt ergonomische beperkingen ten aanzien van het zelfstandig openen van deuren, om zo de eigen woonruimte te betreden, én Belanghebbende woont niet in een wooncomplex specifiek voor ouderen en/of gehandicapten. Wijze van verstrekken Als financiële tegemoetkoming, eventueel onder aftrek van het eigen aandeel in de kosten, mits daarvoor voldoende draagkracht aanwezig is. De tegemoetkoming moet aan de eigenaar van de woning uitbetaald worden. Afstandbedienbare openers voor een wooncomplex worden in bruikleen verstrekt, in verband met hergebruik volgende bewoner. Opmerkingen Deze woonvoorziening moet, zoals elke andere voorziening, op het individu gericht zijn. Bewoners van wooncomplexen moet vaak meerdere deuren door om bij hun eigen voordeur te komen. Indien er een indicatie bestaat voor een dergelijke voorziening, dan dienen al die deuren automatisch geopend te kunnen worden. Er is dan (tevens) sprake van een aanpassing aan de gemeenschappelijke ruimte. De verordening geeft hier een beperking aan als het speciaal voor de doelgroep gebouwde woningen betreft en waarbij deze voorzieningen zonder noemenswaardige meerkosten tijdens de bouw of renovatie hadden kunnen meegenomen (artikelen 17 en 18)
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
7
Douchebrancard Omschrijving Een woonvoorziening die bedoeld is om ergonomische belemmeringen bij het staande en/of zittend douchen te verminderen of op te heffen. Dit kan een vaste voorziening zijn, te bevestiging aan de wand of op de vloer, of een verplaatsbare voorziening. Deze laatste categorie is weer onder te verdelen in douchebrancards, die in hoogte verstelbaar zijn of een vaste hoogte hebben. Er zijn verschillende maatvoeringen mogelijk met diverse aanpassingen en opties. Procedure Bij het verstrekken van een een (verrijdbare)douchebrancard (als natura) woonvoorziening kan een passing vooraf nodig zijn. Verrijdbare voorzieningen worden in bruikleen verstrekt. Hiervoor geldt geen eigen bijdrage. Een vaste douchebrancard wordt als een woningaanpassing (in eigendom) verstrekt en hiervoor kan op grond van het inkomen een eigen aandeel in de kosten gelden. Toekenningscriteria De gehandicapte ondervindt langdurig belemmeringen om staande en/of zittende te kunnen douchen. Indien belanghebbende afhankelijk is van hulp bij het douchen en de douchebrancard ook als verplaatsingsvoorziening gebruikt moet worden, wordt bij voorkeur een verrijdbare douchebrancard verstrekt. Hierdoor kan het aantal transfers beperkt worden. Indien er sprake is van rolstoelgebruik, en de transfers verlopen via staan, dan is bij verstrekking van een verrijdbare douchebrancard vaak een in hoogte verstelbaar bed aanwezig. Indien dit niet zo is zal een in hoogte verstelbare douchebrancard noodzakelijk zijn (de transfer via een tillift is dan niet nodig). Indien in de thuissituatie een tillift gebruikt wordt of gaat worden, kan een vaste voorziening worden verstrekt. De tillift biedt dan al de mogelijkheden tot horizontale en verticale verplaatsing. Voorbeelden Situatie transfers staand mogelijk, een in hoogte verstelbaar bed aanwezig transfers staand mogelijk, vaste bedhoogte transfers niet staand mogelijk, tillift aanwezig:
Oplossing douchebrancard vaste hoogte douchebrancard kan indien nodig in hoogte verstelbaar verstrekt worden douchebrancard vaste hoogte (over het algemeen onroerend)
Indien de aanvrager op medische gronden belemmeringen ondervindt bij het gebruik van een standaard douchebrancard dan kan een douchebrancard voorzien van douchebak verstrekt worden. Indien de langdurige noodzaak van de voorziening een punt van discussie is, kan een losse voorziening de meest economische keus zijn. Een vaste wanddouchebrancard (opklapbaar) is echter vaak de meest adequate en op termijn de goedkoopste voorziening, zeker in kleine ruimten.
Wijze van verstrekken (afhankelijk van type voorziening): Als tegemoetkoming in de kosten voor het aanbrengen van een onroerende woonvoorziening aan de eigenaar van de woning, met inachtneming van een eigen aandeel in de kosten mits daarvoor draagkracht aanwezig is, of Als natura voorziening in bruikleen.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
8
Douchestoel
Omschrijving Een woonvoorziening die wordt ingezet indien om de ergonomische belemmeringen bij het staande douchen te verminderen of op te heffen. Dit kan een vaste voorziening zijn, te bevestiging aan de wand of een verplaatsbare - roerende - voorziening. Deze laatste categorie is weer onder te verdelen in douchestoelen zonder wielen, met geremde zwenkwielen of voorzien van grote wielen (zelfbeweger). Elk type douchestoel kan naar individuele maatvoering besteld worden met diverse aanpassingen en opties. In sommige situaties kan een douche- toiletstoel meer adequaat zijn. Procedure Een passing kan nodig zijn om de meest geschikte voorziening te selecteren. Natura voorzieningen worden in bruikleen verstrekt. Daarbij wordt een bruikleenovereenkomst in tweevoud getekend, waarvan één exemplaar achterblijft bij de cliënt. Toekenningscriteria Aanvrager ondervindt belemmeringen bij het staande douchen Opgemerkt hierbij dient te worden dat een douchestoel veel ruimte kan innemen in een natte cel. Is belanghebbende ernstig beperkt en krijgt hulp bij het douchen dan kan indien de ruimte te krap is gekozen worden voor het verstrekken van een vaste douchezit eventueel voorzien van rugleuning en armleggers. Deze is opklapbaar en geeft meer ruimte voor verzorging. Wijze van verstrekken Het primaat ligt bij het verstrekken van een losse douchestoel. Dit is de goedkoopst adequate voorziening. Dergelijke stoel is een roerende (natura) voorziening. Deze wordt meestal in eigendom verstrekt, zonder eigen aandeel in de kosten. Duurdere, duurzame douchestoelen worden in bruikleen verstrekt. Een vaste douchezitting is een onroerende woonvoorziening. Daarvoor geldt een financiële tegemoetkoming, eventueel met in acht neming van een eigen aandeel in de kosten. Opmerkingen Bij de keuze voor een vaste of een verplaatsbare voorziening dienen ook de belemmeringen bij het gebruik van het toilet afgewogen te worden. Als roerende woonvoorziening is de douchestoel tegen geringe meerkosten ook als toiletstoel aan te passen, waardoor gecombineerd gebruik mogelijk is (bijvoorbeeld als douchestoel en 's nachts als toiletstoel naast het bed). Eveneens bestaat er de mogelijkheid om zogenaamde steunpoten te leveren bij vaste voorzieningen; deze wordt voor aan de zitting gemonteerd voor extra steun tijdens het gaan zitten bij zwaardere cliënten. Indien belanghebbende zelfstandig zittend kan douchen, dient de douchekop op een lager niveau te hangen. De goedkoopst adequate oplossing hierbij is het verstrekken van een tweede ophangpunt voor de douchekop, zodanig aan te brengen dat de gebruiker zowel de kraan als de douchekop kan bereiken vanaf de stoel.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
9
Douche/toiletstoel
Omschrijving Woonvoorziening die is bedoeld om de belemmeringen die aanvrager ondervindt bij het staand douchen, staan bij de wastafel, of het opstaan of het gaan zitten t.b.v. het toiletgebruik, op te heffen of te verminderen. Meestal is het een verrijdbare voorziening, waardoor het aantal transfer momenten tot een minimum beperkt wordt. Procedure Behandelen als aanvraag natura woonvoorzieningen, waarvoor geen eigen aandeel in de kosten geldt. Toekenningscriteria Aanvrager is zeer beperkt in zijn/ haar mobiliteit; én ondervindt problemen bij het staande douchen, bij het staan aan de wastafel, en bij het opstaan en gaan zitten t.b.v. het toiletgebruik, én het maken van transfers geeft zodanige problemen dat deze momenten tot een minimum beperkt moeten worden. Wijze van verstrekken Als natura-voorziening in bruikleen.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
10
Drempelhulpen
Omschrijving Een woonvoorziening om de toegankelijkheid /doorgankelijkheid van een woning of leefruimte te bevorderen. De meest ondervonden problemen zijn de afhankelijkheid van een loophulpmiddel of rolstoel in combinatie met te hoge drempels. Bij rollatorgebruikers wordt afgewogen of de belemmering weggenomen kan worden door het (in eigen beheer) plaatsen van een zogenaamde “bob-up”, een accessoire aan de rollator waardoor drempels, maar ook stoepranden gemakkelijker kunnen worden “genomen”. Drempelhulpen zijn een alternatief voor het verwijderen van drempels of het ophogen van de tegels bij de deur. Naast het uitgangspunt goedkoopst adequaat, dient hierbij onderscheid te worden gemaakt tussen huurwoningen en woningen in eigendom. Voor deze laatste kan het verstrekken van drempelhulpen zinvol zijn, indien het een woning betreft die niet specifiek geschikt is voor ouderen. De voorziening kan ingenomen worden, als de woning verkocht wordt. Voor huurwoningen die specifiek geschikt zijn voor ouderen en/of mensen met beperkingen, zal eerder voor een meer permanente oplossing gekozen worden, aangezien de woning daarmee blijvend geschikt wordt voor de doelgroep. Procedure Behandelen als aanvraag voor een natura woonvoorziening. Toekenningscriteria Aanvrager ondervindt ergonomische belemmeringen bij het verlaten en binnengaan van de eigen woning of leefruimten. De drempelhulp is de goedkoopst adequate oplossing in relatie tot het verwijderen van (de) drempel(s) of het laten ophogen van de bestrating. Bij huurwoningen die bijzonder geschikt zijn voor ouderen, verdient het laten aanbrengen van een permanente voorziening de voorkeur. Wijze van verstrekken Hetzij in bruikleen (huurwoningen) hetzij in eigendom (eigenaren)
Opmerkingen Vaak bestaat de aanvraag uit “het verwijderen van de drempels in de woning”; hierbij moet nagegaan worden of het noodzakelijk is om alle drempels in een woning te verwijderen. In principe moet alleen de voordeur of alleen de achterdeur van een oprijdplaat worden voorzien. Een individuele afweging is hierbij aan de orde.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
11
Dubbele woonlasten/tijdelijke huisvesting
Omschrijving Vergoeding van kosten van tijdelijke huisvesting en/of dubbele woonlasten omdat belanghebbende niet in zijn/haar woning kan blijven wonen of nog niet een nieuwe woning kan betrekken gedurende de tijd dat de woning aangepast wordt en nog niet bewoonbaar is. Procedure Grondslag voor verstrekking is artikel 15 Wmo-verordening. Toekenningscriteria Belanghebbende ondervindt op medische gronden ergonomische belemmeringen in de woning en de woning moet ingrijpend aangepast worden. Op medische gronden is het niet mogelijk dat de belanghebbende in de aan te passen woning kan gaan/blijven wonen. Indien dit heeft tot gevolg heeft dat de bewoner gedurende een bepaalde periode dubbele woonlasten moet betalen, kan een financiële tegemoetkoming worden verleend indien: a. de hoofdbewoner redelijkerwijs niet kan voorkomen dat hij deze dubbele woonlasten heeft; b. de tijdelijke huisvesting langer dan één maand*) duurt, en indien deze kosten gemaakt worden in verband met het aanpassen van de woning. c. tijdelijk betrekken of langer moeten aanhouden van zelfstandige woonruimte of d. tijdelijk betrekken of langer moeten aanhouden van een niet zelfstandige woonruimte. *) Bij verhuizing is één maand dubbele woonlasten algemeen gebruikelijk. Wijze van verstrekken Als tijdelijke tegemoetkoming in de extra woonlasten voor maximaal drie maanden. Deze termijn kan eenmalig met drie maanden worden verlengd. In het Wmo-besluit zijn hiervoor normbedragen opgenomen.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
12
Garages (verbouwingen en aanpassingen aan)
Omschrijving Een bouwkundige en/of bouwtechnische aanpassing aan de garage. Een garage valt niet onder de primaire woongedeelten van een woning op het noveau van de sociale woningbouw en aanpassingen daaraan vallen dus in principe niet onder de Wmo, tenzij de garage de enige toegang tot de woning is. Ook het kunnen stallen van de auto in de garage valt niet onder de zorgplicht van de Wmo. Bovendien zijn elektronische garagedeuropeners algemeen gebruikelijke voorzieningen. Slechts bij grote uitzondering kan tot toekenning van een dergelijke aanvraag worden overgegaan. Denk hierbij aan het verbouwen van de garage tot een uitraaskamer, een slaapkamer en/ of een natte cel. Procedure: Behandelen als een aanvraag om een woningaanpassing waarvoor een eigen aandeel in de kosten kan gelden. Toekenningscriteria Belanghebbende ondervindt op medische gronden ergonomische belemmeringen in de woning. Deze belemmeringen worden met name ondervonden in de toegankelijkheid van de woning; het openen en sluiten van deuren, en aanpassing van bijv. de garagedeur is de goedkoopst adequate oplossing om belemmeringen op te heffen. Belanghebbende is op medische gronden volledig afhankelijk van gebruik eigen auto, en gebruik van collectief systeem of individuele (rolstoel)taxi is op medische gronden niet mogelijk.; én belanghebbende is op medische gronden niet in staat om zijn buitenshuis geparkeerde auto te bereiken. Wijze van verstrekken Als tegemoetkoming in de aanpassingskosten eventueel onder aftrek van een eigen aandeel in de kosten. Uitbetaling vindt plaats aan de eigenaar van de woning.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
13
Gemeenschappelijke ruimten (aanpassingen aan)
Omschrijving Deze wordt alleen verstrekt indien door het realiseren van de aanpassing de woning van de gehandicapte bereikbaar wordt en het woongebouw niet een specifiek wooncomplex voor ouderen en gehandicapten betreft. Aanpassingen aan woongebouwen die speciaal bestemd zijn voor de huisvesting van ouderen en gehandicapten, en die zonder noemenswaardige meerkosten bij nieuwbouw of renovatie hadden kunnen worden meegenomen vallen niet onder de verordening. Het betreft uitsluitend de aanpassingen zoals genoemd in artikel 17 van de Wmo-verordening. Dit is een limitatieve opsomming. Procedure Behandelen als een aanvraag woningaanpassing waarvoor mogelijk een eigen aandeel in de kosten aan de orde kan zijn. Elektronische deuropeners gelden als woningaanpassing. Toekenningscriteria Belanghebbende ondervindt op medische gronden ergonomische belemmeringen in het bereiken van de eigen woning en zonder aanpassing van de gemeenschappelijke ruimte(n) is de eigen woonruimte ontoegankelijk. De woning is niet gelegen in een wooncomplex voor ouderen en/of gehandicapten. Wijze van verstrekken Een aanpassing van de gemeenschappelijke ruimte kan verstrekt worden als: natura woonvoorziening in bruikleen aan de gehandicapte (bv. Oprijdplaat of drempelsysteem), bij woningaanpassing waarbij de subsidiabele kosten worden vergoed. vindt betaling plaats aan de eigenaar van de woning. Bij een inkomen boven een bepaalde inkomensgrens geldt hiervoor kan een eigen aandeel in de kosten. Natura voorzieningen, oprijdplaten en drempelhulpen, worden in bruikleen verstrekt aan de belanghebbende.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
14
Keukenaanpassingen Omschrijving Een aanpassing en/of verbouwing van de keuken, bijvoorbeeld: • verhoging/verlaging van het aanrecht; • het ophangen van keukenkastjes op een andere hoogte; • het gedeeltelijk onderrijdbaar maken van het aanrecht (weghalen van kastje); • het in hoogte verstelbaar maken van het aanrecht; • het aanbrengen van werklicht met een hoge lux-waarde (bij slechtzienden); • en indien van toepassing het creëren van vervangende kastruimte; verrijdbare kasten. Voordat de keukenaanpassing verstrekt wordt, kunnen de volgende alternatieven eerst worden nagegaan: • Indeling en situering van kasten en/of de koelkast; • Welke praktische oplossing zonder kosten realiseerbaar is, bijvoorbeeld verplaatsen van meubelstukken, een tafeltje bijzetten, etc. • De mogelijkheden van de hoofdgebruiker *) • De aanwezigheid van meerdere personen in huis en daarmee de noodzaak tot het zelf bereiden van maaltijden. Bij (oudere) alleenstaanden kan tevens het aanbod van de maaltijdvoorziening binnen HvT bij de afweging worden betrokken. Deze vorm van dienstverlening is juist bedoeld is om het zelfstandig wonen van mensen met beperkingen mogelijk te maken. Aangezien de aanpassing van de keuken een kostbare oplossing is, speelt tevens de medische prognose een rol betreffende alle functiebeperkingen van belanghebbende in relatie tot de vaardigheden / mogelijkheden tot het zelfstandig doen van boodschappen en/of het onderhouden van sociale contacten. *) Hoofdgebruiker De keuken wordt alleen aangepast als het een aanpassing is die betrekking heeft op de lichamelijke beperkingen van de hoofdgebruiker van de keuken. Voor een keukenaanpassing geldt dat deze noodzakelijk is voor degene die hoofdzakelijk gebruik maakt van de keuken voor het bereiden van de maaltijd en afwassen. Eenvoudige verrichtingen zoals koffie/thee zetten en brood klaarmaken kunnen (in een andere, aangrenzende ruimte) aan een tafel worden uitgevoerd. Afhankelijk van de woningindeling en de beperkingen van de cliënt vinden deze eenvoudige verrichtingen in de keuken of in een andere ruimte plaats. Uitvoering keuken Uitgangspunten bij de aanpassing zijn de eisen van de sociale woningbouw. Uitgegaan wordt van een maximumprijs voor een basiskeuken voor de sociale woningbouw ad € 1.200,00 exclusief montagekosten. Deze basiskeuken bevat geen extra ladenblok en is voorzien van een standaard RVS- aanrechtblad (afmeting tussen 1.80 mtr en 2.30 mtr) De eisen en afmetingen zijn omschreven in het Wmo-verstrekkingenbesluit. Alle overige extra’s die de gehandicapte wenst, en die niet noodzakelijk zijn in het kader van de Wmo, komen niet voor vergoeding in aanmerking. (Inbouw) apparatuur valt niet onder de Wmo, omdat dit algemeen gebruikelijke voorzieningen zijn. De maximum levensduur van een keuken is 15 jaar (beleid woningbouwver.). Uitgangspunt is dat een keuken tot 10 jaar oud, niet aan vervanging toe is. Maar de vervanging na 10 jaar leidt wel tot een voordeel voor de eigenaar. Dit voordeel wordt verrekend met de tegemoetkoming. Bij vervanging in verband met de handicap geldt altijd het uitgangspunt prijsniveau sociale woningbouw.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
15
Te onderscheiden situaties en daarbij behorende uitgangspunten: a. De te vervangen keuken is nog geen 10 jaar oud: Op basis van prijsniveau sociale woningbouw, conform voorwaarden artikel 6 Wmoverstrekkingenbesluit, tegemoetkoming vaststellen op 100% van de kosten. a. De te vervangen keuken is tussen de 10 jaar en 15 jaar oud: Tegemoetkoming berekenen volgens sub a, doch onder aftrek van € 500,00 dat wordt aangemerkt als algemeen gebruikelijke kosten van de eigenaar van de woning. Dit uitgangspunt dient met de woningstichting per geval te worden overeengekomen. b. De te vervangen keuken is ouder dan 15 jaar: Dan zijn de totale kosten (keuken + montage) voor de woningeigenaar, met uitzondering van de meerkosten t.g.v. de handicap.
Renovatie / vervanging Indien de keukenaanpassing samenvalt (of kan samenvallen) met een renovatie of vervanging van een economisch afgeschreven keuken, komen de kosten van de nieuwe keuken voor rekening van de woningeigenaar. Slechts de meerkosten t.o.v de standaard keuken (kwaliteit en uitvoering niveau sociale woningbouw) worden dan vergoed. Vervanging van keukenapparatuur valt niet onder de compensatieplicht, omdat deze worden aangemerkt als “algemeen gebruikelijk”. In uitzonderlijke gevallen kan (op hardheidsclausule) een inductiekookplaat voor een deel vergoed worden; indien hiervoor een indicatie is. In dat geval worden de meerkosten ten opzichte van een keramisch kookplaat vergoed. Indien inbouwapparatuur voor eigen rekening van de cliënt wordt geplaatst, zijn tevens de kosten van aansluiting en plaatsing voor rekening van de cliënt. Procedure Behandelen als aanvraag woningaanpassing waarvoor eventueel een eigen aandeel in de kosten geldt. Voor het vaststellen van eisen van een standaard keuken wordt uitgegaan van de normen voor de sociale woningbouw. Deze uitgangspunten zijn vastgelegd in het Wmo-besluit. Bij een verbouwing van de ruimte gelden tevens de uitgangspunten van het bouwbesluit. Afhankelijk van de gebruiksduur van de huidige keuken of in geval van renovatie gelden andere regels inzake het bepalen van de tegemoetkoming Toekenningscriteria • Belanghebbende is in staat om de gebruikelijke werkzaamheden in een aangepaste keuken uit te voeren en dit ook meerdere malen per dag te doen; én • Belanghebbende is de aangewezen persoon voor het bereiden van de maaltijden en kan dit niet van de andere aanwezige huisgenoten verlangen; én • Belanghebbende kan redelijkerwijs geen beroep doen op de maaltijdvoorziening; én • De medische situatie is zodanig stabiel dat de aangepaste keuken belanghebbende langdurig in staat stelt de gebruikelijke werkzaamheden te verrichten; én • Belanghebbende kan een aantal van de overige in het huishouden te vervullen taken nog uitvoeren. Toelichting Indien gebruik wordt gemaakt van een trippelstoel (hoog/laag verstelbaar), is een in hoogte verstelbare keuken niet noodzakelijk, maar kan volstaan worden met het gedeeltelijk onderrijdbaar maken van het aanrecht. Vaak kan volstaan worden met het verwijderen van een kastdeurtje. Eventueel kan aan de voorkant van het aanrecht een beugel aangebracht worden, indien aanvrager niet met de voeten bij de grond kan komen om zich voort te bewegen.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
16
Indien belanghebbende permanent rolstoelafhankelijk is en er is een partner die dezelfde keuken gebruikt, is een hoog/laag verstelbare keuken meestal niet noodzakelijk. Afhankelijk van de taakverdeling tussen de partners/huisgenoten kan de goedkoopst/adequate voorziening ook een op 2 verschillenden hoogten geplaatst werkblad zijn. Indien dit geen oplossing biedt is een handmatig in hoogte te verstellen aanrechtblok het goedkoopst adequate alternatief. Een elektrische hoog/laag keuken wordt alleen dan verstrekt, indien de werkhoogten van beide partners verschillend zijn en beide gebruikers dusdanige belemmeringen ondervinden in de handfunctie, dat voor beiden een handmatige verstelling niet te bedienen is. Wijze van verstrekken Als financiële tegemoetkoming voor een woningaanpassing waarvoor op grond van het inkomen een eigen aandeel in de kosten /eigen bijdrage aan de orde kan zijn, mits daarvoor draagkracht aanwezig is. De financiële tegemoetkoming kan tevens worden afgestemd, als de aanpassing samenvalt met de noodzakelijke vernieuwing van het keukenblok omdat de oude keuken afgeschreven is. In dergelijke gevallen worden alleen de meerkosten, die ontstaan door de handicap van de gebruiker, vergoed.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
17
Kranen (thermosstatische en hendel)
Omschrijving Te onderscheiden in; wastafelkranen, keukenkranen en badkranen. De meest voorkomende bedieningstypen zijn draaikranen of hendelkranen. Daarnaast zijn er thermosstatische kranen, waarbij de temperatuur vooraf ingesteld kan worden. In principe worden kranen aangemerkt als algemeen gebruikelijke voorzieningen waarvoor geen compensatieplicht op grond van de Wmo bestaat. Kranen met een verlengde hendel vormen een uitzondering. Gehandicapten met een beperkte handfunctie kunnen bijvoorbeeld door het gebruiken van de elleboog de kraan bedienen. Omdat deze voorziening speciaal is ontwikkeld voor gehandicapten, worden de meerkosten van deze kranen vergoed in het kader van de Wmo. Procedure Behandelen als woningaanpassing, waarvoor op grond van het inkomen een eigen betaling kan gelden. De afwijzingsgrond is artikel 2 lid 2 onder a Wmo-verordening. Uitzonderingen “algemeen gebruikelijk” 1. Indien er sprake is van een acute situatie; iemand heeft kortgeleden nieuwe kranen aangebracht (of nieuw huis betrokken) en is door een plotseling optredende handicap afhankelijk geworden van een hendelkraan, thermostaatkraan of een combinatie hiervan. (De rechter spreekt in dit soort situatie van een “niet normale situatie” waardoor de genoemde kranen voor vergoeding in aanmerking kunnen komen.) 2. Eveneens kunnen hendelkranen of thermosstatische kranen vergoed worden in situaties waar de gehandicapte op het bestaansminimum leven. Mits geen beroep kan worden gedaan op de huiseigenaar, i.v.m. noodzakelijke vervanging op grond van de renovatieplicht. De gehandicapte is dan niet in staat om de noodzakelijke aanpassing te realiseren. De Wmo is dan de voorliggende voorziening, waardoor men geen beroep kan doen op de Bijzondere Bijstand. De genoemde uitzonderingen vormen derhalve de ondergrens bij de algemeen gebruikelijkheid inzake deze kranen. Door het inzetten van de uitzonderingen is het haast onmogelijk om via de hardheidsclausule kranen te vergoeden.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
18
Natte cel
Omschrijving Een gebruiksruimte in een woning om zich te kunnen wassen. In het kader van de Wmo is dit een essentiële gebruiksruimte die toegankelijk en bruikbaar moet zijn. De Wmo gaat uit van de goedkoopst adequate oplossing. Indien een nieuwe voorziening gerealiseerd moet gaan worden, waaraan geen voorwaarden zijn gesteld als bijvoorbeeld rolstoeltoegankelijk, gelden de afmetingen van het bouwbesluit. Minimale eisen conform het bouwbesluit Vloeroppervlak Het vloeroppervlak van de douchehoek (badruimte) moet ten minste 0,36 m2 zijn, waarvan de breedte ten minste 0,6m en de hoogte boven die oppervlakte van ten minste 2 meter. Kortom, 60cm x 60cm. De badruimte mag, met het oog op een doelmatige benutting van de gebruiksoppervlakte van de woning, zijn samengevoegd met een binnen de woning bereikbare toiletruimte.
Wandtegels Voorwaarden: “wering van vocht van binnen”, hetgeen wandconstructie inhoud die vochtwerend is bij een bepaalde hoeveelheid wateraanbod per kg. Deze constructie bestaat voornamelijk uit een tegelwand. De minimale hoogte van betegeling van een natte cel bedraagt 1,20 meter, waarbij over en afstand van 3 meter, een hoogte van 2,10 meter gehanteerd moet worden. De afstand van 3 meter wordt gehanteerd voor de functie van bad of douche.
2,10 m
1,20 m 1,50 m 1,50 m douchehoek
Vloertegels
Door een antislipvloer, die door zijn oppervlakte structuur meer weerstand geeft, wordt het valgevaar tot een minimum beperkt. Er zijn twee soorten antislipvloeren; antisliptegels; een zogenaamde stapvast tegel met een stroef oppervlak. De tegels worden over de bestaande tegels gelijmd. antislip laag aanbrengen op bestaande tegels; Dit is een chemische behandeling op bestaande tegels. Door deze behandeling ontstaat er een poreus oppervlak, waardoor er een vaste ondergrond ontstaat. Aanbieders van deze techniek zijn Slidex en Slipsafe
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
19
Papegaai (wand- of plafond-) / bedgalg
Omschrijving Dit is een hulpmiddel om de ergonomische belemmeringen bij het omhoog komen in bed (grotendeels) te ondervangen. In principe biedt een handgreep aan een ketting die aan een metalen arm boven het hoofdeinde van een bed hangt een oplossing. Een dergelijke voorziening kan geleend worden bij de Thuiszorg of aangevraagd worden bij de ziektekostenverzekeraar (als onderdeel van een hoog/laag bed). Als aanspraak kan worden gemaakt op deze oplossing, wordt geen Wmo-voorziening verstrekt Alleen indien een aan de wand of aan het plafond te bevestigen “papegaai” noodzakelijk is kan verstrekking via de Wmo plaatsvinden. Procedure Bedgalg: Afwijzen op grond van artikel 1.2 lid 3 onder b VVG. (voorliggende voorziening: Thuiszorg/AWBZ) Wand- of plafond papegaai: Behandelen als aanvraag om een woningaanpassing waarvoor derhalve een eigen aandeel in de kosten verschuldigd kan zijn. Toekenningscriteria • Belanghebbende kan redelijkerwijs niet zelfstandig draaien of omhoog komen vanuit liggende positie. • Losse voorziening via thuiszorg of AWBZ is geen oplossing. Wijze van verstrekken Indien aan de orde, als financiële tegemoetkoming voor een woningaanpassing waarbij eventueel rekening is gehouden met een eigen aandeel in de kosten mits daarvoor draagkracht aanwezig is. Opmerkingen Indien de aanvrager een aangepast in hoogte verstelbaar bed heeft,is een wand- of plafondpapegaai niet adequaat, omdat deze voorziening niet mee varieert met de ingestelde hoogte van het bed. In dat geval dient de bedgalg aan het bed bevestigd te worden en is dan als zodanig een AWBZ-voorziening.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
20
Sanering (woning-) Omschrijving Woningsanering is een aanpassing van de woning door vervanging van de vloerbedekking en/of de gordijnen i.v.m. een acuut geval van CARA of rolstoelgebruik. Voor het verstrekken van deze voorziening geldt dat dit alleen mogelijk is indien de te vervangen vloerbedekking of gordijnen nog niet afgeschreven zijn en het medisch gezien dringend noodzakelijk is dat deze direct vervangen worden. Indien een artikel is afgeschreven, wordt geen financiële tegemoetkoming verleend. Ook indien de aanvraag samenvalt met een verhuizing wordt geen tegemoetkoming toegekend, omdat het algemeen gebruikelijk is bij verhuizing nieuwe vloerbedekking / raambedekking aan te schaffen. In geval van CARA valt alleen de sanering van vloerbedekking en gordijnen in de slaapkamer onder de Wvg. In deze ruimte verblijft men langdurig en het is wetenschappelijk bewezen dat in die ruimte het beste klimaat bestaat voor de huisstofmijt. Voor kinderen tot vier jaar kan ook de woonkamer gesaneerd worden, omdat die meestal zittend op de vloerbedekking van de woonkamer spelen. Sanering van andere verblijfsruimte(n) kan alleen bij uitzondering met toepassing van de hardheidsclausule. Bij sanering in verband met onvoorzien rolstoelgebruik heeft de sanering van de woonkamer de hoogste prioriteit. Alleen indien nodig kan de slaapkamer, en eventueel de keuken gesaneerd worden. Procedure In geval van CARA zal altijd een extern medisch advies aangevraagd worden. Aanvraagbehandeling als woningaanpassing van niet bouwkundige of woontechnische aard (art. 15 lid 1 sub c). Hiervoor geldt geen eigen aandeel in de kosten. De hoogte van de tegemoetkoming wordt berekend aan de hand van de in het Wmo-besluit opgenomen normbedragen en afschrijvingstermijnen. Toekenningscriteria CARA • Er is een aantoonbare allergie voor huis(stof)mijt én directe vervanging van de gebruikte materialen is medisch gezien dringend noodzakelijk. Er is sprake van een calamiteit, dat wil zeggen een acuut én continu probleem door de klachten. Het gaat dus niet om situaties dat gedurende enkele maanden per jaar klachten ondervonden worden. • Vastgesteld moet worden of en wanneer de klachten medisch zijn geobjectiveerd, dat wil zeggen door de specialist of de huisarts vastgesteld, en wat de aard van de caraklachten is. • De huidige vloerbedekking en gordijnen zijn nog niet economisch afgeschreven en/of de aanvraag valt niet samen met een verhuizing. Toekenningscriteria rolstoeltapijt • Aanvrager is rolstoelgebonden geworden en/of is recent afhankelijk geworden van een trippelstoel; • De huidige vloerbedekking is niet geschikt voor rolstoelgebruik • De huidige vloerbedekking is nog niet economisch afgeschreven en/of de aanvraag valt niet samen met een verhuizing. • De rolstoelgebruiker dient zelfstandig en intensief gebruik te maken van de ruimte(n) waarvoor rolstoeltapijt aangevraagd wordt. Wijze van verstrekken
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
21
In de vorm van een financiële tegemoetkoming in de kosten van de aan te schaffen vloerbedekking en/of gordijnen. Betaling aan belanghebbende na overleg van de facturen.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
22
Tillift (patiëntenlift) Omschrijving Een transfer/verplaatsingshulpmiddelen, bestaande uit verschillende typen: Patiëntenliften vast opgesteld; Verrijdbare patiëntenliften zoals sta-liften en tilliften voorzien van een tilmat; Patiëntenliften met een plafondrail zowel met de hand als elektrisch verplaatsbaar; daarbij zijn te onderscheiden: • rail alleen voor een bepaalde transfer; • rail voor verplaatsing over een bepaald traject; • rail voor verplaatsing over een willekeurig traject. Afhankelijk van de te verwachten transfers, de bestemming, de mogelijkheden van de gehandicapte, de indeling van de woning en de aanwezige inrichtingselementen kan een keus voor een van de typen patiëntenliften gemaakt worden. Uitgangspunt hierbij is de goedkoopst adequate oplossing. Toekenningscriteria • De gehandicapte ondervindt belemmeringen om zelfstandig of met hulp transfers te maken vanuit en naar verschillende inrichtingselementen in de woning (bv. van bed in rolstoel,bed naar douche etc.). • Een hoog-laagbed biedt geen of onvoldoende oplossing. Indien het alleen een verplaatsingsprobleem betreft van bed in rolstoel dient eerst bekeken te worden of een hoog-laag bed een oplossing is. ( Deze voorziening is aan te vragen bij de ziektekostenverzekeraar). • Aanvrager woont zelfstandig en heeft geen indicatie voor verblijf en behandeling in een verpleeginrichting of zorginstelling. • Er moet sprake zijn van een individuele tilsituatie, waarbij de te verstrekken patiëntenlift wordt gebruikt door de (naaste) mantelzorgers of door de thuiszorg. Wijze van verstrekken Als natura voorziening in bruikleen . Een eigen aandeel in de kosten is niet aan de orde. Onderhoud Met de leverancier is een collectief onderhoudscontract afgesloten, dat ingaat na het verstrijken van de garantietermijn. Eenmaal per jaar wordt preventief onderhoud uitgevoerd op initiatief van de leverancier. Indien via andere leveranciers wordt verstrekt dan dient tevens een standaard onderhoudscontract te worden afgesloten. Opmerkingen Bij de keuze voor de tilmat dienen ook de mogelijkheden van de aanvrager en het gebruik vastgesteld te worden. Indien de tillift tevens wordt gebruikt voor transfers naar toilet, onder de douche of in bad, zullen er eventueel extra tilmatten of aanvullende voorzieningen verstrekt moeten worden. In dit geval is er namelijk sprake van meerdere tilsituaties, waarbij de aanvrager de ene keer nat, de andere keer droog wordt getild.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
23
Toilet aanpassing
Omschrijving Bestaande toilet geschikt maken voor mensen met een beperking. Dit kan bestaan uit het verhogen van de toiletpot en/ of het plaatsen van wandbeugels. (zie tevens toiletdoucheföhninstallatie) De vraag kan ook betrekking hebben op het realiseren van een tweede toiletvoorziening op de bovenverdieping van de woning. Dit kan aan de orde zijn als gebruik van een toiletstoel, eventueel in combinatie met een traplift, niet mogelijk is of niet het goedkoopst adequaat is. Indien een extra toiletvoorziening op de bovenverdieping absoluut noodzakelijk is, kan een toilet met een vermaler de goedkoopst adequate oplossing zijn (zie beschrijving toilet op etage) De aan te bieden oplossing bestaat in eerste instantie uit het verstrekken van een toiletverhoger (maat +6 of + 10) al dan niet voorzien van armsteunen. Indien door cliënt gewenst, kan een tegemoetkoming worden verstrekt die afgestemd is op de kosten van de toiletverhoger, zodat in eigen beheer een vaste hoge toilet kan worden gerealiseerd. Procedure De eerste geboden oplossing zal een toiletverhoger zijn, waarbij de goedkopere versie in eigendom wordt verstrekt waarbij de voorziening al tijdens het intakegesprek bij de cliënt kan worden achtergelaten. Andere uitvoeringen worden via de leverancier geplaatst. Bij het verstrekken van een toilet op de etage, wordt naar de goedkoopst/adequate oplossing gezocht. Daarbij wordt zowel de bouwtechnische situatie als ook de oplossing in de vorm van een toiletstoel betrokken. Primair wordt een toiletstoel als de goedkoopst adequate voorziening gezien. Toekenningscriteria Toiletverhoger eventueel in combinatie met armsteunen / wandbeugels: Er worden belemmeringen ondervonden bij het gebruik van het bestaande toilet; Wijze van verstrekken Als natura (woon)voorziening in bruikleen, tenzij het een goedkopere uitvoering betreft. In dat geval volgt verstrekking in eigendom. Duurderde uitvoeringen worden in bruikleen verstrekt. Een vaste toiletvoorziening en/of wandbeugels worden aangemerkt als een woningaanpassing, waarvoor op grond van het inkomen een eigen aandeel in de kosten kan worden opgelegd, mits hiervoor draagkracht aanwezig is.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
24
Toilet op etage
Omschrijving Een woonvoorziening die bedoeld is om nachtelijk toiletbezoek mogelijk te maken, indien een toiletstoel geen adequate oplossing is. Dit kan een vaste voorziening zijn of indien goedkoopst/adequaat een toilet met vermaler. Procedure Betreft een tegemoetkoming voor een woningaanpassing waarvoor op grond van het inkomen een eigen aandeel in de kosten aan de orde kan zijn. Toekenningscriteria • De gehandicapte ondervindt belemmeringen bij het traplopen en het aanbrengen van een traplift biedt geen oplossing, én • Belanghebbende maakt "s nachts regelmatig gebruik van het toilet en de afstand naar het toilet beneden is ’s nachts, niet ook per traplift, overbrugbaar, of • Het gebruik van een toiletstoel is niet mogelijk, omdat er met name sprake is van toiletgebruik niet alleen voor urine, maar ook voor ontlasting; én • Belanghebbende woont zelfstandig en is niet in staat om zelf een toiletemmer te legen. of • Er is geen ander persoon (mantelzorg/thuiszorg), die ondersteuning kan bieden bij het legen van de toiletemmer. Onderzoekspunt naast de noodzaak vanuit de cliënt, is hier de reden van het ontbreken van een toiletvoorziening. Tevens dient te worden onderzocht of de woning niet binnenkort gerenoveerd gaat worden, waardoor samen met de woningstichting een oplossing kan worden gevonden. Bijvoorbeeld door de meerkosten te vergoeden, die het gevolg zijn van het versneld uitvoeren van de renovatie in die woning. Indien een huurder in het verleden geen toestemming heeft gegeven voor een woningrenovatie, waardoor een toilet op de etage ontbreekt, kan overwogen worden dit als afwijzingsgrond te hanteren. Indien een dergelijke woning is toegewezen aan een nieuwe (gehandicapte) huurder, dient de woningstichting alsnog de renovatie uit te voeren. Wijze van verstrekken Goedkoopst adequate oplossing is, indien plaatsbaar, een zogenaamde vermaler. Deze wordt in bruikleen verstekt. Voor alle overige kosten wordt een financiële tegemoetkoming verstrekt aan de woningeigenaar, eventueel onder aftrek van een eigen aandeel in kosten.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
25
Toiletdouche / föhninstallatie
Omschrijving Roerende voorziening voor mensen die niet in staat zijn om tijdens het toiletbezoek het onderlichaam te reinigen. Na reiniging zorgt de föhn voor het drogen van het onderlichaam. De voorziening kan op een bestaand toilet geplaatst worden. Er is een stopcontact en een mogelijkheid tot aansluitmogelijkheid op de waterleiding nodig om de voorziening te laten functioneren. Procedure Behandelen als aanvraag om een woonvoorziening in natura. Een eigen aandeel in de kosten is derhalve niet aan de orde. Toekenningscriteria • Er moet een aantoonbare medische beperking zijn in de mogelijkheid om deze verzorgende handelingen zelf te verrichten. • Men moet in staat zijn om zelfstandig naar het toilet toe te gaan en de transfer naar het toilet te maken. • Daarnaast moet het niet mogelijk zijn om dergelijke hulp van anderen te verkrijgen, zoals thuiszorg, ADL-assistentie, of hulp van partner. Wijze van verstrekken Als natura voorziening in bruikleen, inclusief noodzakelijke onderhouds/reparatiekosten.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
26
Toiletstoel
Omschrijving Een woonvoorziening die bedoeld is om ergonomische belemmeringen bij gebruik en/of toilet te verminderen of op te heffen. Onder te verdelen in toiletstoelen zonder wielen, met geremde zwenkwielen of voorzien van grote wielen (zelfbeweger) en eventueel geschikt voor gecombineerd gebruik douche en toilet. Elk type toiletstoel kan naar individuele maatvoering besteld worden met diverse aanpassingen en opties. Procedure Zie algemene deel woonvoorziening. Betreft een natura voorziening waarvoor geen eigen aandeel in de kosten geldt. Bij het verstrekken van toiletstoelen kan een passing nodig zijn. Toekenningscriteria De gehandicapte ondervindt langdurig belemmeringen bij het bereiken en/of gebruik van het toilet. Vaak is er sprake van belemmeringen bij het bereiken van het toilet gedurende de nacht. Bijvoorbeeld, belemmeringen bij het traplopen en/of de afstand van slaapkamer naar het toilet is tijdens de nacht moeilijk overbrugbaar. Indien belanghebbende afhankelijk is van hulp bij het gebruik van het toilet of als de toiletstoel ook als douchevoorziening gebruikt gaat worden, is het te overwegen om een toiletstoel met zwenkwielen te verstrekken of indien van toepassing een verrijdbare toilet/douchestoel. Indien het aantal transfers beperkt dient te worden, bijvoorbeeld bij volledige rolstoelafhankelijkheid, en betrokkene toch zelfstandig met een toilet-douchestoel moet kunnen functioneren, kan een toilet/douchestoel-zelfbeweger verstrekt worden. Wijze van verstrekken Als naturavoorziening, zonder eigen aandeel in de kosten. Eenvoudige kunststof toiletstoelen worden in eigendom verstrekt. De overige typen worden in bruikleen verstrekt . Opmerkingen
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
27
Traplift
Omschrijving Een woonvoorziening die bedoeld is om ergonomische belemmeringen bij het trap lopen op te heffen (verticaal verplaatsen). Afhankelijk van de situatie in de betreffende woning en/of van de handicap zijn de volgende trapliften mogelijk: "stoeltjeslift aan rail; plateaulift stalift rail, waaraan de rolstoel gehangen wordt. Procedure Tijdens de aanvraagprocedure dient in overleg met de aanvrager bekeken te worden of verhuizen naar een gelijkvloerse woning niet een goedkopere en meer adequate en gewenste oplossing zou kunnen zijn. Toekenningscriteria • Aanvrager kan niet meerdere keren per dag traplopen *) • De slaapkamer en de natte cel bevinden zich op de bovenverdieping, én • Een extra trapleuning biedt geen adequate oplossing, én • Verhuizing naar een geschikte gelijkvloerse woning is niet wenselijk en gezien de verdere geschiktheid van de woning niet aan de orde. *) Het aantal keren dat de trap op één dag belopen kan worden, speelt hierbij een rol. Wanneer de bovenverdieping slechts één tot tweemaal per dag bereikt kan worden is altijd sprake van een beperking in het vrije gebruik van de woning, zodat een traplift noodzakelijk is. Indien meer dan tweemaal per dag mogelijk is, dient een individuele afweging te worden gemaakt. Bij de afweging betreffende het wel- of niet toekennen dient te worden betrokken: de noodzaak en de reden tot het gebruik van de bovenverdieping, en de aanwezige huisgenoten en de taakverdeling tussen de huisgenoten. Wijze van verstrekken Als natura-voorziening in bruikleen. Er geldt geen eigen aandeel in de kosten. Afhankelijk van de depotvoorraad wordt een gebruikte of een nieuwe voorziening ingezet. Onderhoud Met de firma Otto Ooms (leverancier trapliften) is een collectief onderhoudscontract afgesloten. Dit treedt in werking na afloop van de garantieperiode. Op basis van dit contract vindt eenmaal per jaar preventief onderhoud plaats, op initiatief van de leverancier. De kosten worden rechtstreeks verrekend met de leverancier.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
28
Unit (tijdelijke) Omschrijving Een semi-permanente aanbouw voorzien van een slaapkamer en een natte cel. In verband met de herinzetbaarheid zal altijd een tweepersoonsunit verstrekt worden. Procedure Aanvraag om een woningaanpassing, waarvoor op grond van het inkomen een eigen aandeel in de kosten kan gelden, voor zover het de kosten van het plaatsen en verwijderen van de unit betreft. De unit wordt als naturavoorziening in bruikleen verstrekt. Het aanvragen van een bouwvergunning is een vereiste. Verstrekking kan uitsluitend op grond van een medisch en ergonomisch advies, waaruit ondermeer de urgentie blijkt. Toekenningscriteria • Aanvrager is als gevolg van zijn handicap aangewezen op een gelijkvloerse woning, én • Aanvrager lijdt aan een zeer progressieve ziekte, én • Een geschikte woning is niet op korte termijn beschikbaar, én • Het op de gebruikelijke manier aanpassen van de huidige woning neemt teveel tijd in beslag. Wijze van verstrekken Als naturavoorziening in bruikleen én voor de overige kosten als financiële tegemoetkoming aan de eigenaar van de woning.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
29
Uitraaskamer
Omschrijving Een verblijfsruimte waarin een gehandicapte die vanwege een gedragsstoornis ernstig ontremd gedrag vertoont, zich kan afzonderen of tot rust kan komen. Er kan een ruimte worden gecreëerd waar de gehandicapte tot zichzelf kan komen, of kan verblijven zonder dat hij/zij zichzelf verwondt en/of waar toezicht mogelijk is. Hoe zo’n ruimte er precies uit moet zien hangt van de persoonlijke omstandigheden. Uitgangspunt daarbij is dat kinderen zonder gevaar voor eigen gezondheid in de woonruimte moeten kunnen verblijven. Procedure Zie tevens algemene deel. Sinds 1 april 2000 was deze voorziening “uitraaskamer” wettelijk verankerd in de Wvg; artikel 1, lid 1 onder c. Behandelen als aanvraag “woningaanpassing” waarvoor op grond van het inkomen een eigen aandeel in de kosten aan de orde kan zijn. Voor de afhandeling van dergelijke aanvragen is een medisch advies vereist. Toekenningscriteria • Belanghebbende vertoont vanwege een gedragsstoornis ernstig ontremd gedrag, én • Het gaat om een verstandelijke en/of lichamelijke handicap met een psychische component in de handicap en; • Het ontremde gedrag is ernstig, dat wil zeggen het gedrag is te rangschikken binnen de reikwijdte van indicatie voor een opname in een inrichting, en; • De uitraaskamer is uitsluitend bedoeld voor de gehandicapte en dus niet om de hinder voor andere (inwonende)personen weg te nemen, en • Het risico van fysiek letsel kan niet beheerst worden door oppas en/of andere maatregelen. Wijze van verstrekking: Als financiële tegemoetkoming, eventueel onder aftrek van een eigen aandeel in de kosten. Opmerkingen Een uitraaskamer bestaat meestal uit een aanbouw aan de woning of een verbouwde garage. Een programma van eisen dient afgestemd te worden op de persoonlijke situatie.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
30
Verhuiskostenvergoeding
Omschrijving 1. Een forfaitaire financiële tegemoetkoming in de kosten van verhuizing die kan worden verstrekt indien onvoorzien, door plotseling opgetreden fysieke beperkingen, moet worden verhuisd vanuit een inadequate woning naar een geschikte, een aangepaste of eenvoudig aan te passen woning. 2. Een forfaitaire financiële tegemoetkoming in de kosten van verhuizing indien een aangepaste woning op verzoek van de gemeente wordt vrijgemaakt ten behoeve van de huisvesting van een gehandicapte. Procedure De aanvraag moet ingediend worden bij de gemeente waar de te verlaten woning staat, en wel voordat een woning geaccepteerd is. Indien een woning zonder dringende reden geaccepteerd is voordat de aanvraag is ingediend, is dit in principe een afwijzingsgrond. De verbintenis en de daaruit voortvloeiende verhuiskosten zijn al door belanghebbende geaccepteerd en/of gemaakt, voordat een beschikking kan worden afgegeven. Aan een woningtoewijzingen gaat vrijwel altijd een inschrijvingsperiode vooraf, zodat het in die gevallen meestal een voorzienbare en gewenste verhuizing betreft Alleen als de snelle acceptatie van de woning verband houdt met een acute medische situatie, bijv. terugkeer naar eigen woning is op ergonomische gronden niet mogelijk, is de in de verordening opgenomen weigeringgrond niet van toepassing op de verhuiskostenvergoeding. Er wordt altijd getoetst aan de te verlaten woning d.w.z. in deze woning worden de belemmeringen bekeken en een raming van de kosten gemaakt. De aanpassingskosten van de te verlaten woning moeten hoger zijn dan de forfaitaire vergoeding voor verhuizing, die is opgenomen in het Wmo-besluit. Bij vertrek naar een andere gemeente, moet een eventuele aanvraag voor een woningaanpassing bij de nieuwe woongemeente ingediend worden. In dat geval zal het nodig zijn dat beide gemeenten overleggen over het kostenplaatje, om te kunnen bepalen of er sprake is van de goedkoopst/adequate voorziening. Uitsluitingsgronden tegemoetkoming verhuiskosten • Voorzienbaarheid van de verhuizing, d.w.z. de wens tot verhuizing zou ook zonder ondervonden belemmeringen bestaan, omdat op grond van leeftijd, gezinssituatie, wijziging gezinssamenstelling, en/of het ontstaan van zorgbehoefte, een meer bij die situatie / levensfase passenden woonruimte gewenst is. Aanvrager staat meestal op het moment van aanvraag al langer dan één maand ingeschreven als woningzoekende voor een gelijkvloerse en/of kleinere woning. Daarmee staat vast dat de verhuizing voorzienbaar is. • Aanvrager gaat voor de eerste maal zelfstandig wonen • Aanvrager verhuist vanuit of naar een woning die niet bestemd is om het gehele jaar door bewoond te worden (recreatiewoning); • Aanvrager verhuist vanuit of naar een AWBZ-inrichting, woonzorgcomplex of de daarbij behoren de aanleun c.q. zorgwoningen. • De aanpassingskosten van de nieuwe woning zijn hoger dan die van de te verlaten woning, waardoor sprake is van een verhuizing naar een minder adequate woning. Verhuizen is daardoor niet de goedkoopst adequate oplossing.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
31
•
De aanpassingskosten van de nieuwe woning, tezamen met de verhuiskostenvergoeding, zijn hoger dan de aanpassingskosten van de huidige woning. Verhuizen is daardoor niet de goedkoopst adequate oplossing. Toekenningscriteria • Aanvrager ondervindt op medische gronden ergonomische belemmeringen in het normale gebruik van de huidige woning; én • Verhuizen is goedkoper dan het aanpassen van de huidige woning én de nieuwe woning kan met eenvoudige aanpassingen geschikt worden gemaakt. • De verhuizing is niet voorzienbaar; én de bovengenoemde uitsluitingsgronden zijn niet op belanghebbende van toepassing; én • De aanvrager verhuist van een inadequate naar een adequate woning, of • De aanvrager maakt op verzoek van de Wvg-afdeling een aangepaste woning vrij ten behoeve van een andere gehandicapte. Wijze van verstrekken Het betreft een forfaitair bedrag dat wordt uitbetaald aan de hoofdbewoner van de woonruimte; nadat de verhuizing heeft plaatsgevonden en deze wijziging in het GBA is verwerkt; én nadat vastgesteld is dat de kosten van aanpassing in de nieuwe woning lager zijn dan de aanpassingskosten in de oude woning, nadat deze zijn verminderd met het bedrag van de tegemoetkoming in de verhuiskosten. Bij verhuizing naar een andere gemeente kan de uitbetaling pas plaatsvinden, nadat aanvrager verhuisd is, en uitschrijving uit de gemeente heeft plaatsgevonden; nadat contact is geweest met de nieuwe woongemeente betreffende de aanpassingskosten van de nieuwe woning. (Hieraan kan namelijk getoetst worden of er sprake is van de goedkoopst/adequate voorziening). Geldigheidsduur toekenningsbeschikking Aan de verlening van de verhuiskostenvergoeding wordt een geldigheidstermijn van 12 maanden verbonden, waarbinnen de verhuizing moet worden gerealiseerd. Eventueel kan uit het medisch advies een kortere periode blijken. Daarna vervalt de toekenningsbeschikking. Verlenging van de toekenningsbeschikking kan worden aangevraagd door middel van een vervolgaanvraag, twee maanden voor het einde van de geldigheidsduur. Daarna zal worden beoordeeld of; • in de afgelopen periode een geschikte woning is aangeboden; • of een aanbod binnen drie maanden te verwachten is. Indien er geen aanbod is geweest, zal de huidige woning alsnog aangepast moet worden; Indien een geschikt aanbod afgewezen is wordt de toekenningsbeschikking niet verlengd en wordt ook de huidige woning niet aangepast. Opmerkingen In de verordening is de verhuisplicht opgenomen. Deze kan opgelegd worden indien de aanpassingskosten van de huidige woning hoger zijn dan € 9.100,00. Aan het opleggen van de verhuisplicht gaat toetsing aan het wegingsmodel vooraf.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
32
Verlichting
Omschrijving Visueel gehandicapten kunnen door te weinig licht ergonomische belemmeringen ondervinden bij het uitvoeren van bepaalde handelingen die nodig zijn voor de uitoefening van de elementaire woonfuncties. Een aanvraag in het kader van de Wvg zal betrekking hebben op speciale, niet algemeen gebruikelijke verlichting bij het aanrecht of een werklicht in de badkamer. “Meer verlichting” betekent in de praktijk meer lichtsterkte, welke aan wordt geduid in lux. Lux betekent naast (Latijn) “licht” eveneens eenheid van verlichtingsterkte; een oppervlakte heeft een verlichtingsterkte van 1 lux, als er per m2 een lichtstroom van 1 lumen op valt. “Lumen” betekent “eenheid van lichtstroom”; de totale per seconde uitgestraalde lichtenergie. Kortom; lichtsterkte wordt aangegeven in luxeenheden. Procedure Aanvraag betere verlichting is een woningaanpassing in het kader van de Wvg, waarvoor op rond van het inkomen een eigen aandeel in de kosten aan de orde kan zijn. Het aanvragen van een medisch- en ergonomisch advies is hierbij altijd aan de orde. Door een deskundige dient aangetoond te worden dat het probleem niet met algemeen gebruikelijke verlichting en/of met andere hulpmiddelen kan worden opgelost. Zonder de gevraagde oplossing kan niet op een adequate wijze gebruik worden gemaakt van bepaalde functionele ruimte(n). Criteria: Er is sprake van een ernstige visuele beperkingen, én De belemmeringen zijn niet oplosbaar met algemeen gebruikelijke verlichting, of met andere speciale ADL hulpmiddelen voor een visueel gehandicapte. De belemmeringen hebben betrekking op het verrichten van ADL-activiteiten Wijze van verstrekken Als financiële tegemoetkoming, eventueel onder aftrek van het eigen aandeel in de kosten, mits daarvoor voldoende draagkracht aanwezig is.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
33
Woonwagen / Woonschip aanpassen
Omschrijving Een woonwagen is een voor bewoning bestemd gebouw dat geplaatst is op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen verplaatst kan worden. Een woonschip is elk vaartuig dat gezien de constructie en inrichting in hoofdzaak bestemd is voor dag- en nachtverblijf van een of meer personen. De gemeente waarbinnen het woonschip ligt heeft zorgplicht. De aanpassingen moeten passen in het karakter van de woonwagen/ het woonschip. Het treffen van een douche/toiletvoorziening binnen de woonwagen valt in dit kader niet onder een aanpassing. Een van de kenmerken van een woonwagen is dat het toilet/douche zich buiten de wagen bevindt en aanpassing daaraan is wel mogelijk. Overige specifieke voorwaarden voor Wmo aanpassingen: • De technische levensduur dient nog minimaal vijf jaar te zijn. Indien deze minder is dan vijf jaar dan zijn de maximale aanpassingskosten € 908,00. • Op het moment van aanvraag staat de woonwagen of ligt het woonschip op een officiële aangewezen stand/ligplaats. • De standplaats / ligplaats mogen niet binnen vijf jaar voor opheffing in aanmerking komen. Procedure Betreft een aanvraag waarvoor mogelijk op grond van het inkomen een eigen aandeel in de kosten kan worden opgelegd. Toekenningscriteria Belanghebbende ondervindt op medische gronden ergonomische belemmeringen in het gebruik (bewonen) van het woonschip/ de woonwagen. Het woonschip/de woonwagen voldoet aan de hierboven genoemde specifieke voorwaarden. Wijze van verstrekken Als financiële tegemoetkoming, gebaseerd op de noodzakelijke kosten, eventueel afgestemd op een eigen aandeel in de kosten mits daarvoor draagkracht aanwezig is. Uitbetaling aan de eigenaar.
Bijlage 2 Verstrekkingenboek Wmo Hoofdstuk 4 Woonvoorzieningen
34