Bijlage 1. Overzicht vragen, schalen, voorbeelditems (twee per schaal) en betrouwbaarheden (Cronbach’s alpha’s)
Reorganisatie
Nederland NEA cohort-study 2007-2008
α*
Nederland Cohort-study sociale innovatie (CSI) 2008-2009
α**
Denemarken (Danish Work Cohort Study) 2000-2005***
Finland (Still Working Study) 1996-2000****
Vonden in de afgelopen 12 maanden een of meer van de volgende veranderingen plaats in uw bedrijf?
-
Vonden in de afgelopen 12 maanden een of meer van de volgende veranderingen plaats in uw huidige organisatie vestiging/locatie?
-
Has your workplace been taken over by a new employer?
Change in own job position (fusie) (yes/no)?
• Een grote reorganisatie. • Overname door een andere organisatie. • Overname van een andere organisatie. • Inkrimping zonder gedwongen ontslagen. • Inkrimping met gedwongen ontslagen. • Fusie met een ander bedrijf. • Uitbesteding van ondersteunende diensten. • Verplaatsing van bedrijfsactiviteiten naar het buitenland. • Automatisering van bedrijfsactiviteiten. • Geen van bovenstaande veranderingen.
• Sluiting/doorstart van het bedrijf. • Inkrimping van het aantal medewerkers. • Uitbesteding van productie/diensten. • Overname van of door een andere organisatie. • Een fusie. • Verplaatsing van bedrijfsactiviteiten. • Over/herplaatsingen van medewerkers binnen de organisatie. • Andere interne reorganisatie bijvoorbeeld naar Just-in-Time productie. • Geen van deze veranderingen. • Weet niet.
• Outsourcing or privatization. • Merger. • Sale. • No, but there are plans/discussions. • No.
1
Werkgerelateerde factoren Kenmerken van het werk Autonomie
Schaal: 1 = nee - 3 = meestal; 5 items. • Kunt u zelf beslissen hoe u uw werk uitvoert? • Bepaalt u zelf de volgorde van uw werkzaamheden?
0,75
Schaal: 1 - 4; 3 items. • Kunt u zelf beslissen hoe u uw werk uitvoert? • Bepaalt u zelf de volgorde van uw werkzaamheden?
0,79
Scale: 1 = always - 5 = never/hardly ever; 4 items. • Do you have a significant influence in the decision making at your work? • Do you have any influence in WHAT you do at work?
Scale: 1 = never - 5 = very often; 3 items. • Can you set your own working place? • Can you plan your work yourself? • How much influence do you have on the objectives of your work?
Effort-reward balance
-
-
-
-
-
Taakeisen
Schaal: 1 = nooit - 4 = altijd; 4 items. • Moet u erg snel werken? • Moet u heel veel werk doen?
0,85
Schaal: 1 - 4; 4 items. • Moet u erg snel werken? • Moet u heel veel werk doen?
0,86
Scale: 1 = to a very high extent – 5 = to a very little extent, 6 = self-employed; 3 items. • Is your work recognized and valued by the management? • Is your work recognized and valued by society? -
-
Tijdsdruk
Schaal: 1 = nee - 3 = ja, regelmatig; 2 items. • Moet u in een hoog tempo werken? • Moet u onder hoge tijdsdruk werken?
0,81
-
-
-
-
2
Emotionele taakeisen
Schaal: 1 = nooit - 4 = altijd; 3 items. • Brengt uw werk u in emotioneel moeilijke situaties? • Is uw werk emotioneel veeleisend?
0,81
-
-
-
-
Rolonduidelijkheid
-
-
-
-
-
Scale: 1 = never - 5 = very often; 3 items. • Are you familiar with the whole affected by your own work and its quality? • How well are you aware of what you have to accomplish in your work?
-
-
-
-
-
Scale: 1 = poorly/never 5 = very well/always; 3 items. • When changes relating to your work are taking place, how well are you informed? • Are you informed of important matters concerning your work? • Are you informed of the situation production, marketing etc. and of the development plans of your unit mill or equivalent?
Organisatorische factoren Organisatorische ondersteuning
3
Ondersteuning van leidinggevende
Schaal: 1 = weinig - 4 = veel steun; 4 items. • Mijn leidinggevende heeft oog voor het welzijn van de medewerkers. • Mijn leidinggevende besteedt aandacht aan wat ik zeg.
0,88
Schaal: 1 - 5; 3 items. • Mijn leidinggevende helpt het werk gedaan te krijgen, kan mensen goed laten samenwerken.
0,84
Scale: 1 = always - 5 = never/hardly ever, 6 = have no leader; 2 items. • How often do you receive help and support from your immediate superiors? • How often are your immediate superiors willing to listen to your work-related problems?
Scale: 1 = poorly/never - 5 = very well/always; 3 items. • Does your superior take account of your opinion concerning your work? • Do your superiors take into account the well-being of their subordinates? • Does your superior provide support and help when needed?
Ondersteuning van collega’s
Schaal: 1 = weinig 4 = veel steun; 4 items. • Mijn collega’s helpen om het werk gedaan te krijgen. • Mijn collega’s hebben persoonlijke belangstelling voor mij.
0,82
-
-
Scale: 1 = always – 5 = never/hardly ever, 6 = have no colleagues; 3 items. • How often do you receive help and support from your colleagues? • How often are your colleagues willing to listen to your problems with work?
Scale: 1 = poorly/never 5 = very well/always; 3 items. • What is cooperation like in your close working environment? • How is the cooperation going on between different work units e.g. departments, work groups?
Participatie in besluitvorming
-
-
Schaal: 1 - 5; 3 items. • Informeren naar de mening van werknemers of werknemersvertegenwoordigers or-leden/personeelsvertegenwoordigers. • Reageren op voorstellen van werknemers of werknemersvertegenwoordigers.
0,91
-
Scale: 1 = poorly/never - 5 = very well/always; 3 items. • When changes relating to your work are taking place, how well are you informed? • Are you involved when changes relating to • your job are planned?
4
Conflicten met leidinggevende
Schaal: 1 = nee - 2 = korte periode - 3 = lange periode. • Conflict gehad met uw direct leidinggevende (laatste jaar)?
-
-
-
-
-
Conflicten met collega’s
Schaal: 1 = nee - 2 = korte periode - 3 = lange periode. • Conflict gehad met een of meer directe collega’s (laatste jaar)?
-
-
-
-
-
Intern ongewenst gedrag
Incl. pesten schaal: 1 = nooit - 4 = zeer vaak; 4 items.
-
-
-
-
-
Aanpassingsvermo gen van organisatie
-
-
Organisatiecultuur/adaptive culture: initiation of and support for change; schaal: 1 - 5; 5 items. • Verschillende teams/afdelingen in de organisatie werken vaak samen om te komen tot verandering. • Nieuwe en verbeterde werkwijzen worden vaak toegepast.
0,82
-
-
5
Persoonlijke factoren Self efficacy
-
-
Schaal: 1 - 5 competenties; 5 items. • Ik beschik over de vaardigheden die nodig zijn voor mijn functie. • Ik ben goed in het oplossen van problemen op het werk.
0,92
Scale: 1 = always – 5 = never/hardly ever; 2 items. How often are these statements true for you: • You are good at handling unforeseen problems. • You can solve most problems if you really want to. • No matter what happens in your life you feel you can handle it.
-
Sense of coherence
-
-
-
-
-
Scale: 1 = very seldom/never - 7 = often/all the time; 3 items. • Do you often have the feeling that you don't really care about what goes around you? • Has it happened in the past that you were surprised by the behaviour of people whom you thought you knew well?
6
Sense of competence
-
-
-
-
-
Scale: 1 = strongly agree 5 = strongly disagree; 3 items. • I meet my own personal expectations for expertise in doing this job. • This job offers me a chance to test myself and my abilities.
Inzetbaarheid/empl oyability
-
-
Schaal: 1 = minder breed - 2 = hetzelfde - 3 = breder. • In vergelijking met uw collega’s: bent u breder inzetbaar in uw bedrijf dan uw collega’s?
-
-
-
Tevredenheid
Schaal: 1 = zeer ontevreden - 5 = zeer tevreden; 1 item. • In hoeverre bent u, alles bij elkaar genomen, tevreden met uw arbeidsomstandigheden?
-
-
-
Scale: 1 = to very large extent - 4 = no or to very little extent; 1 item. • Are you satisfied with your work?
-
Toewijding
-
-
Schaal: 1-7 toewijding; 3 items. • Ik ben enthousiast over mijn baan. • Mijn werk inspireert mij.
0,91/ 0,92
-
-
Welzijn Werkgerelateerd
7
Emotionele uitputting, cynisme
Schaal: 1 = nooit - 7 = elke dag; 5 items. • Ik voel me emotioneel uitgeput door mijn werk. • Aan het einde van een werkdag voel ik me leeg.
0,86/ 0,87
Schaal: 1 - 7 emotionele uitputting; 5-items. • Ik voel me mentaal uitgeput door mijn werk. • Een hele dag werken vormt een zware belasting voor mij.
0,91/ 0,92
-
Emotional exhaustion scale: 0 = never - 6 = daily; 3 items. • I feel mentally drained by my work. • I feel exhausted at the end of my working day. Cynicism scale: 0 = never 6 = daily; 3 items. • I have become less interested in my work since I started this job. • I have become less enthusiastic about my work.
Ervaren stress
-
-
-
-
-
Scale: 1 = not at all - 5 = very much; 1 item. Stress means the situation when a person feels tense, restless, nervous, or anxious, or is unable to sleep at night because his mind is troubled all the time. Do you feel that kind of stress these days?
8
Work ability
-
-
Baanonzekerheid
Baanonzekerheid schaal: ja/nee; items apart. • Loopt u het risico om uw baan te verliezen? • Maakt u zich zorgen over het behoud van uw baan?
-
-
-
-
Scale: 1 = very bad - 5 = very good; 3 items. • How's your health compared with others of your own age? • How do you rate your current workability with respect to the physical demands of your work?
-
-
-
Scale: 1 = yes - 2 = no; 4 items. Do you worry that the following may happen to you: • You become unemployed? • You are transferred to another job against your will?
-
-
-
-
Scale: 1 = all the time 6 = at no point in time. In the last 4 weeks, how much of the time: • Have you been very nervous? • Have you felt happy and content?
-
Algemeen Mentale gezondheid
9
Zelf gerapporteerde gezondheid
Schaal: 1 = slecht – 5 = uitstekend; 1 item. • Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw gezondheid?
-
-
-
-
Ziekteverzuim
• Aantal dagen ziek gemeld tijdens de afgelopen 12 maanden gedeeld door aantal beschikbare werkdagen fulltime (is 215 dagen) gecorrigeerd voor parttime werk.
-
-
-
-
* ** *** ****
Selectie respondenten die geen of twee jaren na elkaar een reorganisatie hebben meegemaakt (N = 6105). Selectie respondenten die geen of twee jaren achter elkaar een reorganisatie hebben meegemaakt (N = 1936). Originele schalen in het Deens. Geen gegevens over betrouwbaarheden beschikbaar. Meer informatie over dataset in Burr et al., 2003, 2006. Originele schalen in het Fins. Zie referenties voor betrouwbaarheden schalen (Väänänen et al., 2004, 2011; Pahkin et al., 2011, Schutte et al., 2000, Elo en Jahkola, 2003).
10
Bijlage 2. Overzicht resultaten effect van reorganisaties op welzijn per land en dataset Deze bijlage bevat de resultaten van de analyses per dataset. Meer informatie over de datasets, variabelen, methoden, resultaten en kanttekeningen bij de gehanteerde methoden is te vinden in Wiezer et al. (2011) en op de Psyres-website, methoden hoofdstuk 2: http://www.psyres.pl/zasoby/Methods_chapter_2.pdf.
Denemarken (Danish Work Cohort Study) Tabel 1. Het effect van verandering van eigenaarschap op welzijn en baanonzekerheid Schaala
N
Gemiddelde 2005
P-waardeb
Werkgerelateerd welzijn Baantevredenheid Verandering eigenaar
217
Geen verandering
2890
1-4
1.4
ns
1.4
Algemeen welzijn Mentale gezondheid Verandering eigenaar
253
Geen verandering
3392
0-100
82.0
ns
81.7
Zelf beoordeelde gezondheid Verandering eigenaar
254
Geen verandering
3423
1-5
1.9
ns
1.9
Baanonzekerheid Verandering eigenaar
214
Geen verandering
2881
0-100
20.5
**
15.8
a. Hogere waarden betekenen meer baantevredenheid, baanonzekerheid et cetera. b. De p-waarde is voor Ancova gecorrigeerd voor geslacht, leeftijd en opleiding en uitkomstmaat op T1: *** = p<0.001, ** = p<0.01, * = p<0.05, ns = geen verschil tussen groepen.
11
Nederland (NEA-longi en CSI) Tabel 2a. De baseline- en follow-upgemiddelden van welzijn in groep werknemers die langdurig (twee jaar achterelkaar) of geen reorganisatie hebben meegemaakt
Schaala
NEA-longi
CSI
N = 6105
N = 1936
Gem. 2007
Gem. 2008
Gem. 2008
Gem. 2009
Langdurige reorganisatie
3.86
3.78
-
-
Geen reorganisatie
3.99
3.91
-
-
Langdurige reorganisatie
4.68
4.63
Geen reorganisatie
4.82
4.83
Werk gerelateerde gezondheid Baantevredenheid
Toewijding
Emotionele uitputting
1-5
1-7
1-7
Langdurige reorganisatie
2.00
2.05
2.53
2.56
1.83
1.90
2.37
2.38
Langdurige reorganisatie
3.44
3.39
-
-
Geen reorganisatie
3.49
3.45
-
-
Langdurige reorganisatie
4.31
5.05
-
-
Geen reorganisatie
3.74
4.00
-
-
Geen reorganisatie General well-being Zelf beoordeelde gezondheid
Ziekteverzuim (percentages)
1-5
0-100
a. Hogere waarden betekenen meer baantevredenheid et cetera.
12
Tabel 2b. Welzijn in de ‘reorganisatie’ en groep die geen reorganisatie heeft ervaren de afgelopen twee jaar
Scalea
NEA-longi
CSI
N = 6105
N = 1936
Adjusted meanb
Pwaardec
Adjusted meana
***
-
P-waardec
Werkgerelateerd welzijn Baantevredenheid Langdurige reorganisatie
1-5
Geen reorganisatie
3.8 3.9 *
Toewijding Langdurige reorganisatie
1-7
-
4.7
Geen reorganisatie
4.8 ns
Emotionele uitputting Langdurige reorganisatie
1-7
Geen reorganisatie
*
2.0
2.4
2.0
2.5
Algemeen welzijn ns
Zelf beoordeelde gezondheid Langdurige reorganisatie
1-5
Geen reorganisatie
3.4 3.4 **
Ziekteverzuim (percentage) Langdurige reorganisatie Geen reorganisatie
-
0-100
-
4.9 4.1
a. Hogere waarden betekenen meer baantevredenheid et cetera. b. De p-waarde is voor Ancova gecorrigeerd voor geslacht, leeftijd en opleiding en uitkomstmaat op T1: *** = p<0.001, ** = p<0.01, * = p<0.05, ns = geen verschil tussen groepen.
13
Finland (Still Working Study) Tabel 3. Welzijn in groepen met verbeterde versus verslechterde positie na de reorganisatie (fusie) Schaala
N
Gem. 1996
Gem. 2000
604
1.3
0.9
482
1.7
1.8
604
1.1
0.7
482
1.8
1.9
604
2.1
2.1
482
2.4
2.7
Verbeterde positie
604
4.3
4.3
Verslechterde positie
482
3.9
3.7
Work-related well-being Emotionele uitputtinga
0-6
Verbeterde positie Verslechterde positie Cynisme
0-6
Verbeterde positie Verslechterde positie Gevoelens van stress
1-5
Verbeterde positie Verslechterde positie Work ability
1-5
a. Hogere waarden betekenen meer emotionele uitputting, meer gevoelens van stress et cetera.
14
Tabel 4. De verandering van welzijn in groepen met verbeterde versus verslechterde positie na de reorganisatie (fusie)
N Werk gerelateerd welzijn
Adjusted meana
P-waardeb
2000 ***
Emotionele uitputting Verbeterde positie
604
1.0
Verslechterde positie
482
1.7 ***
Cynisme Verbeterde positie
604
0.8
Verslechterde positie
482
1.7 ***
Stress Verbeterde positie
604
2.1
Verslechterde positie
482
2.7 ***
Work ability Verbeterde positie
604
4.1
Verslechterde positie
482
3.8
a. Adjusted means zijn statistische gemiddelden gecorrigeerd voor leeftijd, geslacht en opleiding en uitkomstvariabele op T1. b. P-waarde van longitudinale ANCOVA-analyse: *** = p<0.001, ** = p<0.01, * = p<0.05.
15
Bijlage 3. Overzicht resultaten modererende variabelen Deze bijlage bevat de resultaten van de analyses per dataset. Meer informatie over de datasets, variabelen, methoden, resultaten en kanttekeningen bij de gehanteerde methoden is te vinden in Wiezer et al. (2011) en op de Psyres website, methoden hoofdstuk 2: http://www.psyres.pl/zasoby/Methods_chapter_2.pdf.
Denemarken (Danish Work Cohort Study) In de Deense studie is gekeken naar welke variabelen baanonzekerheid verminderen. Er zijn geen interactie analyses uitgevoerd. Tabel 1. Variabelen die baanonzekerheid verminderen na verandering van eigenaarschap in een vijf jaar follow-up studie
Baanonzekerheid β (s.e.)a,b
P-waardec
Autonomie
-0.18 (0.08)
*
Effort/rewardbalans
-0.28 (0.13)
*
Steun leidinggevende
-0.06 (0.08)
ns
Steun collega’s
-0.24 (0.09)
**
-0.47 (0.15)
**
Baankenmerken
Organisatorische factoren
Persoonlijke factoren Self efficacy
a. Gecorrigeerd voor leeftijd, geslacht, opleiding en baanonzekerheid op T1. b. The regression coefficients (+ = positieve relatie met baanonzekerheid, - = negatieve relatie met baanonzekerheid (bijvoorbeeld hoge autonomie - lagere baanonzekerheid). c. P-values: *** = p<0.001, ** = p<0.01, * = p<0.05, ns = not significant.
16
Nederland (NEA-longi) We tonen hier de resultaten van de lineaire regressie analyses waarin interactie effecten onderzocht zijn. Alleen de significante interacties zijn gerapporteerd. In de CSI dataset werden geen significante interacties gevonden. Uit de analyses blijkt dat leeftijd de positieve relatie tussen reorganisatie en ziekteverzuim versterkt en dat de mate van inzetbaarheid de relatie tussen reorganisatie en ziekteverzuim verzwakt. Tabel 2. Overzicht significante interactietermen met geen versus langdurige reorganisatie (twee jaar achterelkaar) (NEA-longi) Interactie termen reorganisatie (niet versus twee jaren achter elkaar)
Ziekteverzuim (p-waarde)
N
x Leeftijd
**
5873
x Inzetbaarheid
*
5793
P-waarden van regressiecoëfficiënten (β): *** = p<0.001, ** = p<0.01, * = p<0.05.
Tabel 3. Hiërarchische regressieanalyse: effect van reorganisatie x leeftijd op ziekteverzuim (N = 5873) Variabelen Reorganisatie
β
P-waarde
.03
.012
- .04
.001
.06
.000
- .05
.000
Ziekteverzuim (%) T1
.30
.000
Reorganisatie x leeftijd
.04
.005
Geslacht Leeftijd Opleiding
17
Tabel 4. Hiërarchische regressieanalyse: effect van reorganisatie x inzetbaarheid op ziekteverzuim (N = 5793) Variabelen
β
Reorganisatie
P-waarde
.03
.010
- .04
.005
.05
.000
- .05
.000
.30
.000
Inzetbaarheid
- .02
.075
Reorganisatie x inzetbaarheid
- .03
.033
Geslacht Leeftijd Opleiding Ziekteverzuim (%) T1
Finland (Still Working) We tonen hier de resultaten van de lineaire regressie analyses waarin interactie effecten onderzocht zijn. Alleen de significante interacties zijn gerapporteerd. Tabel 5. Overzicht significante interactietermen verandering in positie na reorganisatie Interactietermen
Emotionele uitputting
Cynisme
Workability
Verbeterde positie na fusie x steun collega’s
ns
ns
*
Verslechterde positie na fusie x sense of competence and coherence
*
**
ns
Mancova p-values: *** = p<0.001, ** = p<0.01, * = p<0.05, ns = niet signifiant.
Steun van collega’s verzwakt de positieve relatie tussen een verbeterde positie na de reorganisatie en work ability. Sense of competence en coherence verzwakken de positieve relatie tussen een verslechterde positie na de reorganisatie en emotionele uitputting en cynisme.
18
Bijlage 4. Overzicht resultaten mediërende variabelen Deze bijlage bevat de resultaten van de analyses per dataset. Meer informatie over de datasets, variabelen, methoden, resultaten en kanttekeningen bij de gehanteerde methoden is te vinden in Wiezer et al. (2011) en op de Psyres-website, methoden hoofdstuk 2: http://www.psyres.pl/zasoby/Methods_chapter_2.pdf. We tonen hier de resultaten van de lineaire regressieanalyses waarin mediatie-effecten onderzocht zijn in de Nederlandse en Finse datasets. Alleen de significante effecten worden gerapporteerd. Voor de Nederlandse datasets worden tevens de regressie analyses getoond. Voor de resultaten van de Finse analyses hebben wij geen toestemming voor publicatie in het Nederlands van de regressie analyses.
Nederland (CSI, NEA-longi) Tabel 1. Overzicht van significante mediërende variabelen tussen reorganisatie en uitkomstmaten (CSI) Variabelen
Emotionele uitputting
Toewijding
+/+ **
ns
Participatie in besluitvorming*
-/- ***
-/+ ***
Cultuur/aanpassingsvermogen organisatie*
-/- **
-/+ **
Steun leidinggevende
-/- *
-/+ **
Baankenmerken Taakeisen* Organisatorische factoren
Sobel test statistic (Aroian): * = p< .05, ** = p< .01, *** = p< .001, ns = geen significante relatie met uitkomstvariabele. Relatie tussen reorganisatie en mediërende variabele/relatie tussen mediërende variabele en uitkomst: + = positieve relatie, - = negatieve relatie. * p-waarde reorganisatie niet meer significant (p >.05) na toevoeging van variabelen voor uitkomstmaten.
19
Emotionele uitputting Taakeisen Tabel 2a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van taakeisen op emotionele uitputting (N = 1933) Stap 1 Variabelen
β
Stap 2 P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
.043
.011
.030
.067
Geslacht
.011
.528
.016
.344
- .019
.276
- .021
.219
Opleiding
.014
.423
- .013
.432
Uitkomstmaat T1
.667
.000
.618
.000
.188
.000
Leeftijd
Mediërende variabele
Tabel 2b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op taakeisen als uitkomstmaat (N = 1933) Variabelen Reorganisatie
β
P-waarde
.069
.002
- .026
.235
Leeftijd
.010
.670
Opleiding
.145
.000
Uitkomstmaat T1
.259
.000
Geslacht
20
Participatie in besluitvorming
Tabel 3a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van participatie in besluitvorming op emotionele uitputting (N = 1844) Stap 1 Variabelen
β
Stap 2 P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
.033
.058
.018
.292
Geslacht
.007
.672
.007
.683
- .022
.225
- .018
.322
Opleiding
.011
.516
.014
.412
Uitkomstmaat T1
.671
.000
.651
.000
- .112
.000
Leeftijd
Mediërende variabele
Tabel 3b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op participatie in besluitvorming als uitkomstmaat (N = 1844) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
- .130
.000
Geslacht
- .003
.895
Leeftijd
.037
.119
Opleiding
.025
.276
- .180
.000
Uitkomstmaat T1
21
Cultuur/aanpassingsvermogen organisatie Tabel 4a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van cultuur/aanpassingsvermogen organisatie op emotionele uitputting (N = 1835) Stap 1 Variabelen
β
Stap 2 P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
.031
.077
.024
.167
Geslacht
.015
.413
.016
.367
- .020
.258
- .018
.311
Opleiding
.017
.347
.016
.373
Uitkomstmaat T1
.668
.000
.656
.000
- .084
.000
Leeftijd
Mediërende variabele
Tabel 4b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op cultuur/aanpassingsvermogen organisatie als uitkomstmaat (N = 1835) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
- .081
.000
Geslacht
.017
.485
Leeftijd
.027
.270
Opleiding
- .012
.621
Uitkomstmaat T1
- .142
.000
22
Steun leidinggevende Tabel 5a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van steun leidinggevende op emotionele uitputting (N = 1894) Stap 1 Variabelen
β
Stap 2 P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
.040
.019
.035
.041
Geslacht
.008
.652
.005
.752
- .016
.377
- .017
.333
Opleiding
.013
.441
.013
.463
Uitkomstmaat T1
.666
.000
.643
.000
- .124
.000
Leeftijd
Mediërende variabele
Tabel 5b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op steun leidinggevende als uitkomstmaat (N = 1894) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
-.053
.023
Geslacht
-.024
.318
Leeftijd
-.008
.751
Opleiding
-.013
.589
Uitkomstmaat T1
-.186
.000
23
Toewijding Participatie in besluitvorming Tabel 6a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van participatie in besluitvorming op toewijding (N = 1844) Stap 1
Stap 2
Variabelen
β
P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
- .039
.017
- .017
.303
Geslacht
.007
.693
.005
.763
Leeftijd
.049
.005
.045
.006
Opleiding
.015
.361
.017
.300
Uitkomstmaat T1
.707
.000
.660
.000
.172
.000
Mediërende variabele
Tabel 6b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op participatie in besluitvorming als uitkomstmaat (N = 1844) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
- .130
.000
Geslacht
.010
.667
Leeftijd
.018
.428
- .009
.684
.276
.000
Opleiding Uitkomstmaat T1
24
Cultuur/aanpassingsvermogen organisatie Tabel 7a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van cultuur/aanpassingsvermogen organisatie op toewijding (N = 1835) Stap 1
Stap 2
Variabelen
β
P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
- .039
.019
- .026
.106
Geslacht
.003
.851
- .002
.915
Leeftijd
.052
.003
.050
.003
Opleiding
.007
.687
.015
.370
Uitkomstmaat T1
.709
.000
.662
.000
.166
.000
Mediërende variabele
Tabel 7b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op cultuur/aanpassingsvermogen organisatie als uitkomstmaat (N = 1835) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
- .076
.001
Geslacht
.030
.199
Leeftijd
.009
.711
- .048
.038
.283
.000
Opleiding Uitkomstmaat T1
25
Steun leidinggevende Tabel 8a. Hiërarchische regressieanalyse: effect steun leidinggevende op toewijding (N = 1894) Stap 1
Stap 2
Variabelen
β
P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
- .042
.009
- .034
.028
Geslacht
.003
.848
.004
.791
Leeftijd
.049
.004
.054
.001
Opleiding
.007
.651
.013
.408
Uitkomstmaat T1
.711
.000
.670
.000
.159
.000
Mediërende variabele
Tabel 8b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op steun leidinggevende als uitkomstmaat (N = 1894) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
- .047
.034
Geslacht
- .011
.628
Leeftijd
- .020
.369
.252
.000
- .047
.034
Opleiding Uitkomstmaat T1
Tabel 9. Overzicht van significante mediërende variabelen tussen reorganisatie en uitkomstmaten (NEA-longi) Mediatie
Ziekteverzuim
Baantevredenheid
Tijdsdruk
ns
+/-***
Taakeisen
ns
+/-***
Emotionele eisen
+/+***
+/-***
Ervaren risico om baan te verliezen*
+/+***
+/-***
Baanonzekerheid*
+/+***
+/-***
Baankenmerken
26
Organisatorische factoren Steun leidinggevende
-/- ***
-/+***
Conflict met leidinggevende
+/+***
+/-***
Conflict met collega’s
ns
+/-***
Intern ongewenst gedrag
+/+***
+/-***
Sobel test statistic (Aroian): * = p< ,05, ** = p< ,01, *** = p< ,001, ns = geen significante relatie met uitkomstvariabele. Relatie tussen reorganisatie en mediërende variabele/relatie tussen mediërende variabele en uitkomst: + = positieve relatie, - = negatieve relatie. * p-waarde reorganisatie niet meer significant (p >.05) na toevoeging van variabelen voor uitkomstmaat ziekteverzuimpercentage.
Ziekteverzuim Emotionele eisen Tabel 10a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van emotionele eisen op verzuim (N = 5861) Stap 1 Variabelen Reorganisatie Geslacht Leeftijd Opleiding Verzuim T1
β
Stap 2 P-waarde
β
P-waarde
.032
.011
.026
.038
- .042
.001
- .036
.005
.052
.000
.047
.000
- .051
.000
- .061
.000
.298
.000
.296
.000
.052
.000
Mediërende variabele
Tabel 10b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op emotionele eisen als uitkomstmaat (N = 5861) Variabelen Reorganisatie
β
P-waarde
.109
.000
- .122
.000
Leeftijd
.098
.000
Opleiding
.201
.000
Verzuim T1
.041
.001
Geslacht
27
Ervaren risico baanverlies Tabel 11a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van ervaren risico verlies baan op verzuim (N = 5844) Stap 1 Variabelen Reorganisatie Geslacht Leeftijd Opleiding Ziekteverzuim T1
β
Stap 2 P-waarde
β
P-waarde
.033
.009
.017
.177
- .042
.001
- .047
.000
.052
.000
.050
.000
- .052
.000
- .050
.000
.298
.000
.295
.000
.070
.000
Mediërende variabele
Tabel 11b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op ervaren risico verlies baan als uitkomstmaat (N = 5861) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
.220
.000
Geslacht
.074
.000
Leeftijd
.021
.105
- .031
.015
.037
.003
Opleiding Ziekteverzuim T1
28
Ervaren baanonzekerheid Tabel 12a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van ervaren baanonzekerheid op verzuim (N = 5847) Stap 1 Variabelen Reorganisatie Geslacht Leeftijd Opleiding Ziekteverzuim T1
Stap 2
β
P-waarde
β
P-waarde
.031
.013
.021
.102
-.043
.001
-.044
.000
.054
.000
.051
.000
-.052
.000
-.048
.000
.298
.000
.295
.000
.054
.000
Mediërende variabele
Tabel 12b.Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op ervaren baanonzekerheid als uitkomstmaat (N = 5847) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
.193
.000
Geslacht
.019
.148
Leeftijd
.043
.001
- .071
.000
.048
.000
Opleiding Ziekteverzuim T1
29
Steun leidinggevende Tabel 13a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van ervaren steun leidinggevende op verzuim (N = 5662) Stap 1 Variabelen Reorganisatie Geslacht Leeftijd Opleiding Ziekteverzuim T1
β
Stap 2 P-waarde
β
P-waarde
.031
.014
.025
.048
- .044
.001
- .044
.000
.053
.000
.050
.000
- .053
.000
- .052
.000
.298
.000
.294
.000
- .061
.000
Mediërende variabele
Tabel 13b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op ervaren steun leidinggevende als uitkomstmaat (N = 5662) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
- .101
.000
Geslacht
- .010
.471
Leeftijd
- .052
.000
.027
.045
- .068
.000
Opleiding Ziekteverzuim T1
30
Conflict met leidinggevende Tabel 14a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van ervaren conflict met leidinggevende op verzuim (N = 5842) Stap 1 Variabelen Reorganisatie Geslacht Leeftijd Opleiding Ziekteverzuim T1
β
Stap 2 P-waarde
β
P-waarde
.032
.011
.025
.045
- .042
.001
- .046
.000
.052
.000
.051
.000
- .053
.000
- .053
.000
.298
.000
.291
.000
.080
.000
Mediërende variabele
Tabel 14b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) op conflict met leidinggevende als uitkomstmaat (N = 5842) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
.084
.000
Geslacht
.046
.000
Leeftijd
.015
.245
Opleiding
.005
.715
Ziekteverzuim T1
.083
.000
31
Intern ongewenst gedrag Tabel 15a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van ervaren conflict met intern ongewenst gedrag op verzuim (N = 5862) Stap 1 Variabelen Reorganisatie Geslacht Leeftijd Opleiding Ziekteverzuim T1
β
Stap 2 P-waarde
β
P-waarde
.032
.010
.027
.031
- .042
.001
- .043
.001
.052
.000
.051
.000
- .052
.000
- .052
.000
.298
.000
.295
.000
.053
.000
Mediërende variabele
Tabel 15b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) intern ongewenst gedrag als uitkomstmaat (N = 5862) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
.102
.000
Geslacht
.012
.366
Leeftijd
.010
.436
- .009
.474
.057
.000
Opleiding Ziekteverzuim T1
32
Baantevredenheid Tijdsdruk Tabel 16a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van tijdsdruk op baantevredenheid (N = 6008) Variabelen Reorganisatie Geslacht Leeftijd Opleiding Baantevredenheid T1 Mediërende variabele
Stap 1 β
P-waarde
- .050 - .016 .032 .021 .395
.000 .181 .008 .080 .000
Stap 2 β
P-waarde
- .043 - .017 .032 .033 .391 - .054
.000 .155 .009 .008 .000 .000
Tabel 16b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) tijdsdruk als uitkomstmaat (N = 6008) Variabelen
β
Reorganisatie
P-waarde
.131
.000
Geslacht
- .018
.157
Leeftijd
- .011
.399
.218
.000
- .072
.000
Opleiding Baantevredenheid T1
Taakeisen Tabel 17a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van taakeisen op baantevredenheid (N = 6028) Variabelen Reorganisatie Geslacht Leeftijd Opleiding Baantevredenheid T1 Mediërende variabele
Stap 1 β - .050 - .016 .033 .021 .396
P-waarde .000 .188 .007 .086 .000
Stap 2 β - .041 - .018 .032 .036 .386 - .084
P-waarde .001 .128 .009 .003 .000 .000
33
Tabel 17b. Hiërarchische regressie analyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) taakeisen als uitkomstmaat (N = 6028) Variabelen
β
Reorganisatie
P-waarde
.115
.000
Geslacht
- .028
.024
Leeftijd
- .013
.296
.187
.000
- .117
.000
Opleiding Baantevredenheid T1
Emotionele eisen Tabel 18a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van emotionele eisen op baantevredenheid (N = 6026) Variabelen Reorganisatie Geslacht Leeftijd Opleiding Baantevredenheid T1 Mediërende variabele
Stap 1 β - .050 - .016 .032 .021 .396
P-waarde .000 .174 .008 .075 .000
Stap 2 β - .044 - .024 .038 .034 .389 - .062
P-waarde .000 .043 .002 .005 .000 .000
Tabel 18b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) emotionele eisen als uitkomstmaat (N = 6026) Variabelen Reorganisatie
β
P-waarde
.102
.000
- .130
.000
Leeftijd
.097
.000
Opleiding
.207
.000
- .103
.000
Geslacht
Baantevredenheid T1
34
Ervaren risico om baan te verliezen Tabel 19a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van ervaren risico om baan te verliezen op baantevredenheid (N = 6012) Stap 1
Stap 2
Variabelen
β
P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
- .051
.000
- .025
.038
Geslacht
- .017
.167
- .009
.473
Leeftijd
.032
.008
.035
.003
Opleiding
.020
.093
.017
.156
Baantevredenheid T1
.394
.000
.384
.000
- .123
.000
Mediërende variabele
Tabel 19b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) ervaren risico om baan te verliezen als uitkomstmaat (N = 6012) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
.208
.000
Geslacht
.065
.000
Leeftijd
.025
.056
Opleiding
- .027
.035
Baantevredenheid T1
- .087
.000
35
Baanonzekerheid Tabel 20a. Hiërarchische regressieanalyse: effect van baanonzekerheid op baantevredenheid (N = 6020) Stap 1
Stap 2
Variabelen
β
P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
-.050
.000
- .026
.027
Geslacht
-.017
.166
- .015
.202
Leeftijd
.032
.008
.038
.002
Opleiding
.020
.089
.011
.352
Baantevredenheid T1
.396
.000
.382
.000
- .132
.000
Mediërende variabele
Tabel 20b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) baanonzekerheid als uitkomstmaat (N = 6020) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
.181
.000
Geslacht
.011
.384
Leeftijd
.045
.000
Opleiding
- .070
.000
Baantevredenheid T1
- .109
.000
36
Steun leidinggevende Tabel 21a. Hiërarchische regressieanalyse: effect steun leidinggevende op baantevredenheid (N = 5824) Stap 1
Stap 2
Variabelen
β
P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
- .050
.000
- .031
.008
Geslacht
- .017
.162
- .018
.128
Leeftijd
.036
.003
.048
.000
Opleiding
.021
.082
.017
.149
Baantevredenheid T1
.394
.000
.329
.000
.236
.000
Mediërende variabele
Tabel 21b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) steun leidinggevende als uitkomstmaat (N = 5824) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
- .080
.000
.004
.758
- .049
.000
Opleiding
.018
.166
Baantevredenheid T1
.277
.000
Geslacht Leeftijd
37
Conflict met leidinggevende Tabel 22a. Hiërarchische regressieanalyse: effect conflict leidinggevende op baantevredenheid (N = 6011) Stap 1
Stap 2
Variabelen
β
P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
- .051
.000
- .038
.001
Geslacht
- .017
.144
- .011
.348
Leeftijd
.034
.005
.036
.002
Opleiding
.021
.084
.022
.063
Baantevredenheid T1
.395
.000
.369
.000
- .175
.000
Mediërende variabele
Tabel 22b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) conflict leidinggevende als uitkomstmaat (N = 6011) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
.072
.000
Geslacht
.037
.004
Leeftijd
.014
.290
Opleiding
.007
.594
- .150
.000
Baantevredenheid T1
38
Conflict met collega’s Tabel 23a. Hiërarchische regressieanalyse: effect conflict collega’s op baantevredenheid (N = 6017) Stap 1
Stap 2
Variabelen
β
P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
- .050
.000
- .045
.000
Geslacht
- .016
.175
- .011
.372
Leeftijd
.034
.005
.028
.020
Opleiding
.020
.092
.021
.083
Baantevredenheid T1
.396
.000
.389
.000
- .095
.000
Mediërende variabele
Tabel 23b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) conflict collega’s als uitkomstmaat (N = 6017) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
.055
.000
Geslacht
.059
.000
- .064
.000
.006
.664
- .070
.000
Leeftijd Opleiding Baantevredenheid T1
39
Intern ongewenst gedrag Tabel 24a. Hiërarchische regressieanalyse: effect intern ongewenst gedrag op baantevredenheid (N = 6032) Stap 1
Stap 2
Variabelen
β
P-waarde
β
P-waarde
Reorganisatie
-.050
.000
-.038
.001
Geslacht
-.016
.168
-.016
.181
Leeftijd
.033
.007
.034
.005
Opleiding
.020
.091
.019
.114
Baantevredenheid T1
.396
.000
.378
.000
-.135
.000
Mediërende variabele
Tabel 24b. Hiërarchische regressieanalyse: effect reorganisatie (niet/langdurig) intern ongewenst gedrag als uitkomstmaat (N = 6032) Variabelen
β
P-waarde
Reorganisatie
.090
.000
Geslacht
.005
.692
Leeftijd
.006
.622
Opleiding
- .011
.389
Baantevredenheid T1
- .132
.000
40
Finland (Still Working) Tabel 25. Overzicht van significante mediërende variabelen tussen verbeterde positie na reorganisatie en uitkomstmaten Mediatie
Emotionele uitputting
Cynisme
Stress
Workability
Taakautonomie
+/-***
+/-***
+/+*
+/+***
Rol duidelijkheid
+/-***
+/-***
+/-***
+/+***
Steun organisatie
+/-***
+/-***
+/-***
+/+ ***
Steun leidinggevende
+/-***
+/-***
+/-***
+/+***
Participatie in besluitvorming
+/- ***
+/-***
ns
+/+***
Sense of competence
+/-***
+/-***
+/-***
+/+***
Baankenmerken
Organisatorische factoren
Sobel test statistic (Aroian): * = p< .05, ** = p<.01, *** = p< .001, ns = geen significante relatie met uitkomstvariabele. Relatie tussen reorganisatie en mediërende variabele/relatie tussen mediërende variabele en uitkomst: + = positieve relatie, - = negatieve relatie.
41
Referenties DWECS Danish Work Cohort Study (DWECS): http://www.arbejdsmiljoforskning.dk/da/arbejdsmiljoedata/arbejdsmiljo-og-helbred/tidligereundersoegelser. Burr, H., E. Bach, H. Gram, en E. Villadsen – Arbejdsmiljř i Danmark 2005 – et overblik fra den Nationale Arbejdsmiljřkohorte (Working environment in Denmark 2005 – an overview from the Danish Work Environment Cohort Study). – Copenhagen : NIOH, 2006. Burr, H., J.B. Bjorner, T.S. Kristensen, F. Tuchsen, en E. Bach – Trends in the Danish work environment in 1990-2000 and their associations with labor-force changes. – In: Scandinavian Journal of Work Environment and Health 29 (2003), 4, p. 270-279. CSI Kraan, K.O, W.E. Hooftman, en T. Jong – Cohortstudie Sociale Innovatie (CSI) 2008-2010; Methodologie en beschrijving tweede meting. (Cohort Study Social Innovation 2008-2010; Methodology and description of second wave). – Hoofddorp: TNO, 2009. Kraan, K.O., W.E. Hooftman, T. de Jong, en S. Dhondt – Cohortstudie Sociale Innovatie (CSI) 2008-2010; Beschrijving steekproeven 1e, 2e en 3e meting. (Cohort Study Social Innovation 2008-2010; Description samples first, second and third measurement). – Hoofddorp : TNO, 2011. NEA-longi Bossche, S.N.J. van den, L.L.J. Koppes, J.J.M. Granzier, E.M.M. de Vroome, en P.G.W. Smulders – Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2007: Methodologie en globale resultaten. (Netherlands Working Conditions Survey 2007: Methodology and overall results). Hoofddorp : TNO, 2008. Koppes, L.L.J., E.M.M. de Vroome, en S.N.J. van den Bossche – The Netherlands Working Conditions Cohort Study. – Hoofddorp: TNO, 2010. Still working Väänänen, A., K. Pahkin, R. Kalimo, en M.P. Buunk – Maintenance of subjective health during a merger: The role of experienced change and pre-merger social support at work in white and blue-collar workers. – In: Social Science and Medicine 58 (2004) 10, p. 1903-1915 (change in position and the scales of social support). Väänänen, A., K. Ahola, A. Koskinen, K. Pahkin, en A. Kouvonen – Organizational merger and psychiatric morbidity. – In: Journal of Epidemiology and Community Health 65 (2011) 8, p. 682687 (change in position). Pahkin, K., A. Väänänen, A. Koskinen, B. Bergbom, en A. Kouvonen – Organizational change and Employees' mental health: The Protective role of Sense of Coherence. – In: Journal of Occupational and Environmental medicine 53 (2011) 2, p. 118-123 (sense of coherence). Schutte, N., S. Toppinen, R. Kalimo, en W. Schaufeli – The factorial validity of the Maslach Burnout inventory - General Survey (MBI-GS) across occupational groups and nations. (subcales of burnout), 2011. Elo, A.-L., en A. Jahkola – Validity of a single-item measure of stress symptoms. – In: Scandinavian Journal of Work, Environment and Health 29 (2003) 6, p. 444-451 (stress).
42
Meer informatie over de datasets, resultaten en referenties kunnen bij de auteurs worden opgevraagd. De resultaten staan verder beschreven in: Wiezer, N., K. Nielsen, K. Pahkin, M. Widerszal-Bazyl, T. de Jong, P. Mattila-Holappa, en Z. Mockałło – Exploring the link between restructuring and employee well-being. – Warsaw : CIOP-PIB, 2011.
43