HEILZAAM OMGAAN MET TIJD KVLV DRAAGT BIJ TOT ZORGZAAM SAMENLEVEN Werkjaar 2009-2010
INHOUD KVLV-JAARTHEMA 2009-2010: ENERGIEK .............................................................. p.
3
INLEIDING ................................................................................................................... p. Doelstelling................................................................................................................. p. Voorbereiding............................................................................................................. p. Voorstel voor het verloop van de avond ..................................................................... p. Inleiding ............................................................................................................... p. Inhoudelijke uitwerking......................................................................................... p. Slot ...................................................................................................................... p.
5 5 6 7 7 7 8
DEEL 1. TIJD, EEN GESCHENK .................................................................................... p.
9 9 10 10 11 11 11 13 16
Kennismaking en korte beschrijving van werkwijze: Hoe ga ik om met tijd? ............... p. Een geschenk krijgen ................................................................................................. p. Een geschenk ...................................................................................................... p. Een geschenk krijgen........................................................................................... p. Deze drie stappen herkennen in het omgaan met het geschenk van de tijd ............... p. Het geschenk bewust aannemen ......................................................................... p. Dankbaarheid en vreugde.................................................................................... p. Er iets mee doen.................................................................................................. p.
DEEL 2. HEILZAAM OMGAAN MET TIJD ....................................................................... p. Een dag met Benedictus ............................................................................................ p. De kunst van het beginnen .................................................................................. p. De kunst van het ophouden ................................................................................. p. De kunst van de ontspannen waardigheid tussen beginnen en ophouden ........... p. De kunst van rekening houden met de seizoenen in een dag .............................. p. Week en zondag ........................................................................................................ p. De liturgische jaarkrans .............................................................................................. p. Ritme onontbeerlijk in een mensenleven.............................................................. p. Ritme van de liturgische jaarkrans ....................................................................... p. Ritme van de liturgische jaarkrans in het leven van elke dag ............................... p. SLOT
17 17
17 17 18 19 20 21 21 22 22
...................................................................................................................... p. 24
BIJLAGE 1. OMGAAN MET TIJD ................................................................................... p. 26 In welke uitspraak herken jij je het meest? ................................................................. p. 26 Een geschenk krijgen... ............................................................................................. p. 26
BIJLAGE 2. TIJD IS EEN GESCHENK ............................................................................ p. 27 BIJLAGE 3. INSPIRERENDE TEKSTEN ROND 'TIJD' ...................................................... p. 29 Uit het boek Prediker.................................................................................................. p. 29 Kentering.................................................................................................................... p. 30 2
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
JAARTHEMA 2009-2010 TERUG- EN VOORUITBLIK Een jaar vol energie ligt reeds achter ons. De energie stroomde doorheen de KVLVafdelingen overal te lande, in de vorm van o.a. ‘Kraak je energiekosten’, ‘Energetics’, ‘het Energieparcours’, ‘Lachyoga’, en zoveel meer… Marie Energie loodste ons enthousiast doorheen dit energieke jaar. Van september 2009 tot en met december 2010 gaan we op hetzelfde elan verder. We starten met de jaarthemavergadering, waarbij we op een ludieke manier bezig zijn met aspecten van persoonlijke en natuurlijke energie. Naast leuke denk- en doe-opdrachten, bespreken we, samen met Marie Energie, terug het energiepaspoort. Was het gebruik van persoonlijke en natuurlijke energie ook niet zo vanzelfsprekend? Zijn er tips waarmee er daadwerkelijk iets gedaan is het afgelopen jaar? De jaarthemavergadering biedt de mogelijkheid om hierover ideeën uit te wisselen. Ook in de jaarwerking is energie opnieuw de inspiratiebron voor het aanbod, voor het Bestuursblad en voor de artikels in Vrouwen met vaart.
BRANDEND ACTUEEL Met onze ‘energieke’ werking blijven we brandend actueel. Het maatschappelijke energiedebat loopt immers verder. Her en der zie je positieve lichtpunten: individuen, bedrijven en organisaties zetten al hun creativiteit in om zorgzaam om te springen met energieverbruik. Toch blijft de uitdaging groot. België geraakt achterop als het op alternatieve energiebronnen aankomt. Of denk aan de toename van fijn stof in ons land. Deze vervuiling verkort onze levensverwachting met meer dan 13 maanden. Natuurlijk is fijn stof een probleem dat we niet alleen kunnen oplossen. Maar als we weten dat het bij echte fijnstofpieken vooral onze eigen vervuiling is die ons parten speelt, dan hoeven we
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
3
niet machteloos toe te kijken. Ook op persoonlijk energievlak blijven mensen zoeken naar een goed evenwicht. Hoe gaan we bijvoorbeeld om met stress en depressies die zowel kinderen als volwassenen treffen? Omdat we geloven dat we in al deze maatschappelijke evoluties samen een verschil kunnen maken, gaat KVLV verder op hetzelfde energieke pad als vorig jaar.
HANG HET UIT! Zo zorgen we in het nieuwe werkjaar voor een gezamenlijk actiepunt, waarmee we samen een verschil willen maken. KVLV roept alle afdelingen op om ‘het uit te hangen’. Met onze actie ‘Hang het uit’ plaatsen we het energieverbruik in de (maatschappelijke) kijker. Hoe we dat doen? In het weekend van 24 en 25 april 2010 roepen we op om de droogkast, die een grootverbruiker van energie is, een dagje vrijaf te geven. Dit is meteen het moment om te (her)ontdekken hoe heerlijk de geur van aan de lucht gedroogd wasgoed is. Zet je mee je schouders onder deze actie?
4
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
INLEIDING DOELSTELLING Elke willekeurige seconde duurt even lang als een andere seconde. Dat weten we. En toch vertelt onze ervaring iets anders. Soms vliegen de uren, de dagen, de weken. Honderden taken en kansen dringen zich aan je op. Je haast je van het een naar het ander en constateert verbaasd dat er alweer een jaar voorbij is. Het uurwerk jaagt je vaak ongenadig op, je voelt je moe en leeg. En soms kruipen de uren, de dagen, de weken. Ziekte lijkt bijvoorbeeld een rem op de tijd te zetten. Of je ongelukkig voelen. Wat is een dag lang als niemand je nodig heeft, en de muren enkel luisteren. Wat duurt een week lang als er geen leuk verzetje in het vooruitzicht is. Een jaar duurt lang, als dit jaar er precies uitzag als het vorige jaar, en het volgende weer net hetzelfde dreigt te worden. En je voelt je dan moe en leeg. Bestaat er dan een andere manier om met onze tijd om te gaan? Is er een ritme dat prettig en vrij, uitdagend en avontuurlijk aanvoelt? Hoe kan het verglijden van de tijd zinvol zijn? Er bestaan tal van antwoorden op deze vraag. Time-management probeert mensen te leren omgaan met ‘te weinig tijd voor te veel taken’. Of met ‘te veel tijd en weinig om handen’. In deze handleiding volgen wij een heel ander spoor. Ons vertrekpunt is ‘tijd is een geschenk’. God geeft ons elke nieuwe dag. En bij elk geschenk dat we krijgen, hoort een passend antwoord! Om te beginnen nemen we het geschenk bewust aan, we voelen ons blij en dankbaar, en we gebruiken het geschenk waarvoor het bedoeld is. Hoe kunnen deze ideeën ons helpen om concreet vorm te geven aan ons heilzaam omgaan met tijd? Een paar mogelijke, deugddoende antwoorden worden in de handleiding geschetst. De bedoeling is dat de deelnemers deze mogelijke reacties op hun eigen leven leggen, en zelf op zoek gaan naar manieren om hun tijd zinvol te beleven. Herkenbare ervaringen worden aangehaald en bieden de mogelijkheid om wegen te ontdekken om de tijd van vreugde, de tijd van pijn, de tijd van feesten, de tijd van rouw of de tijd van werken, een goede plaats te geven in het leven.
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
5
VOORBEREIDING 1. De beste voorbereiding om met deze vorming naar de afdelingen te gaan, is eerst zelf nagaan hoe jij als vormingswerker denkt over ‘omgaan met tijd’. Enkele reflectievragen kunnen je hierbij helpen. Herken je zelf het gevoel van ‘te weinig’ of ‘te veel’ tijd te hebben? Ervaar je een nieuwe dag als een geschenk? Zo ja, beïnvloedt dit bewustzijn de manier waarop je jouw dagen vult? Is voor jou, ‘je tijd goed besteden’ hetzelfde als ‘veel presteren’? Is er een gezond ritme van werk en ontspanning? Heb je ‘bijtankmomenten’? Welke? Wat betekenen feesten als Kerstmis en Pasen in jouw dagelijks leven? 2. Lees daarnaast ook aandachtig de doelstellingen. 3. De volgende werken werden gebruikt bij het opstellen van deze handleiding. Eventueel kun je je verder verdiepen in dit onderwerp door het lezen van deze boeken: Will Derkse, Een levensregel voor beginners – Benedictijnse spiritualiteit voor het dagelijks leven, uitgeverij Lannoo, 2001 Anselm Grün, Goed omgaan met jezelf, uitgeverij Ten Have/Lannoo, 1995 Albert Guigui, Oude bron, levend water, uitgeverij Lannoo, 2004 Bodil Jönsson, Mijn grootmoeder had nooit gebrek aan tijd, uitgeverij Arena, 2000 Benoît Standaert, Spiritualiteit als levenskunst, uitgeverij Lannoo, 2007. 4. Naast de handleiding zijn er ook in de bijlage werkbladen voor de deelnemers. Hierop staan persoonlijke oefeningen, maar ook de hoofdlijnen van de inhoud van deze activiteit. De antwoorden op de individuele opdrachten kunnen ook, na een persoonlijk reflectiemoment, gedeeld worden per twee, in kleine of in grote groep. ‘Heilzaam omgaan met tijd’ is een onderwerp dat uitnodigt om het hart eens te luchten, in de zin van ‘ik weet wel waar ik behoefte aan heb, maar ik heb nooit tijd!’. Voor je het weet, wordt de activiteit een koffiekransje waarbij iedereen haar beklag komt doen over de vele eisen van het leven van vandaag. Wees hiervoor op je hoede. Even kun je dit laten opklinken, maar het is wel de bedoeling om iets dieper te gaan! De vragen en opdrachten zijn daarom ook heel gericht. Per groepje een gespreksleidster aanstellen kan dit ook verhelpen. Eventueel kan de gespreksleidster de opmerkingen in het groepje samenvatten. 5. De handleiding bevat heel wat voorbeelden uit lectuur en persoonlijke ervaringen. Voel je vrij om andere voorbeelden te gebruiken! Niets is krachtiger dan een persoonlijke getuigenis. 6. Besteed aandacht aan het begin en het einde van de vormingsactiviteit. Bespreek met de afdeling of er in het welkomstwoord een bezinningsmoment wordt gehouden. Ook het einde moet verzorgd zijn. Hierbij kun je opnieuw gebruik maken van de voorgestelde teksten: een bijbelse tekst of een hedendaagse bezinningstekst. 7. Zorg voor het nodige materiaal, zoals schrijfpapier, pennen, kopies van antwoordbladen, cd-speler, kaarsen,… Spreek goed af met de afdeling waar zij voor zorgen, en wat jij meebrengt. 8. Informeer of er een bord is, en zoniet, of men voor een flapbord kan zorgen. Het geeft duidelijkheid als je een paar sleutelwoorden aan bord brengt.
6
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
VOORSTEL VOOR HET VERLOOP VAN DE AVOND INLEIDING 1. Heet iedereen welkom op de activiteit. 2. Stel jezelf voor als vormingswerker. Vertel waarom jij ‘omgaan met tijd’ een boeiend onderwerp vindt, waarom jij dat de moeite waard vindt om een namiddag of avond aan te wijden. Vertel hoe je dacht en denkt over ‘omgaan met tijd’. Jouw openheid is de perfecte uitnodiging voor de deelnemers om zelf open te zijn, en zichzelf in vraag te stellen. 3. Bij een kleine groep kun je de aanwezigen zich kort laten voorstellen en de vraag beantwoorden: ‘Wat verwacht ik van deze activiteit?’. Vraag hen om dat, gezien de beperkte tijd, in twee zinnen te doen. Als je immers vraagt om ‘kort’ te zijn, zul je merken hoe rekbaar ‘kort’ is voor sommige mensen! Eventueel kun je de verwachtingen in kernwoorden neerschrijven op het flapbord. In sommige gevallen wordt deze kennismaking beter weggelaten omdat de groep te groot is, of men kent elkaar al, of de tijd is heel beperkt. 4. Bedank de deelnemers voor hun inbreng, en vat hun verwachtingen samen. Spreek je hoop uit dat deze verwachtingen zullen ingevuld worden. 5. Geef elke aanwezige de nodige bladen uit de bijlagen. Hierop vinden zij de grote lijnen van de uiteenzetting terug. Natuurlijk kunnen zij hierop notities maken. Op het antwoordblad zijn ook een paar persoonlijke oefeningen, waar jij bij zal blijven stilstaan. Zeg ook dat er op het einde van de activiteit of tussendoor ruimte is voor alle mogelijke vragen en bedenkingen. Wees wel op je hoede dat de vragen en/of bedenkingen betrekking blijven hebben op het thema.
INHOUDELIJKE UITWERKING 1. In de inleiding gaan we na hoe we zelf tijd beleven. Hebben we het gevoel te weinig tijd te hebben, voortdurend onder tijdsdruk te staan? Of duren onze dagen juist heel lang? Zijn de dagen saai en zonder afwisseling? 2. Is er een andere manier om tijd te zien als ‘onze’ tijd, die we goed of minder goed beheren? Vanuit vele religieuze tradities wordt tijd gezien als ‘een geschenk’. Op een kostbaar geschenk volgt een bepaalde reactie. We aanvaarden het, spreken onze dankbaarheid en vreugde uit, en doen er vervolgens iets mee. Deze drie reacties worden dan verder uitgewerkt. 2.a. Tijd aanvaarden. Hoe doe je dat? Uit de joodse traditie stamt de gewoonte de dagen te tellen, niet plompverloren aan de dag te beginnen. 2.b. Dankbaar zijn en ons verheugen. Kan dat wel altijd? En wat dan met de slechte tijden? We gaan op zoek naar werkbare tips om deze dankbaarheid en vreugde te ervaren.
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
7
2.c. Met het geschenk doen wat bedoeld is. Weten we wat dit inhoudt? Betekent dit dat we moeten streven naar het hoogste en meest zinvolle werk? Of dat we ervoor moeten zorgen dat we zo veel mogelijk presteren? We belichten drie tips uit een traditie die ‘tijd als een geschenk’ vooropstelt. Allereerst luisteren we naar het ‘time-management’ van de Benedictijnen. Vervolgens bezinnen we ons over de zin van ‘zondag’. Tenslotte duiken we in de rijkdom van het liturgisch jaar. 3. Plenum Iedereen wordt uitgenodigd om zijn blad te bekijken met eventuele vragen en bedenkingen. In een kleine groep geef je iemand het woord. Andere deelnemers krijgen de kans om hierover iets te zeggen. Beluister elke inbreng, herhaal, vat samen, en voeg er jouw visie aan toe. Nodig de deelnemers uit om in de ik-vorm te spreken, en niet het afstand scheppende ‘je’ (of ‘ge’). Vel over geen enkele opmerking een oordeel, ook niet als je het er helemaal niet mee eens bent. Zet dan wel zachtjes en vol respect jouw visie ernaast. Of stel een vraag die de deelneemster confronteert met de gevolgen van haar visie. Indien het gesprek moeilijk op gang komt, kun je vragen stellen zoals, ‘Is er iets dat je gehoord hebt in deze vormingsactiviteit dat je graag wil toepassen?’ ‘Heb je iets nieuws gehoord? Wat?’ Je kunt uiteraard ook terugbladeren naar het eerste blad van jouw bordtekst, waarop de verwachtingen genoteerd staan, en informeren of die werden ingevuld. In een grote groep kunnen de geschreven vragen eventueel opgehaald worden. Afhankelijk van de groep worden de vragen ‘ex cathedra’ of interactief beantwoord.
SLOT Lees een korte tekst voor en geef de deelnemers hiervan een kopie mee naar huis. Dit onderwerp kan heel wat losgemaakt hebben, maar loopt het risico te blijven steken in ‘goede bedoelingen’. Een (schriftelijk) geheugensteuntje kan daarom van groot belang zijn.
8
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
DEEL 1. TIJD, EEN GESCHENK KENNISMAKING EN KORTE BESCHRIJVING VAN WERKWIJZE HOE GA IK OM MET TIJD? WERKVORM Dit bewustmakingsmoment van hoe wij omgaan met tijd, kan in een niet al te grote groep, best interactief verlopen. Breng dan een gesprek op gang rond ‘hoe lang een minuut duurt?’ en ‘Duurt elke minuut even lang?’. Er zullen er sowieso wel zijn die voorbeelden kunnen aanhalen, van ‘trage’ tijdsbelevingen en ‘snelle’. Hoe lang duurt een minuut? Zestig seconden, zullen de meeste onder jullie antwoorden. En duurt elke minuut even lang? Natuurlijk, zullen de meeste zeggen. Maar een paar zullen misschien het hoofd schudden. ‘Die ene minuut, toen ik wachtte op een uitslag in het ziekenhuis, die duurde veel langer.’ ‘Of die honderd minuten, toen we, na een lange beklimming, bovenop een berg stonden, leken maar een oogwenk te duren.’ Een eenzame dag van een zieke duurt een eeuwigheid, een paar uren in de armen van je lievelingsmens zijn voorbij voor je er erg in hebt. Blijkbaar duren niet alle minuten even lang. Er zijn dus verschillende manieren van omgaan met de tijd: een rekenkundige en een subjectieve manier.
WERKVORM Vertel twee korte verhalen over omgaan met tijd, uit het leven gegrepen. Het zijn twee totaal verschillende verhalen, en ze geven twee keer hetzelfde gevoel: geleefd worden. Twee keer tijd aanvoelen als onaangenaam, waar je weinig vat op hebt. Persoonlijk moment: Herken je jezelf in een van de verhalen? Of herken je jezelf in een van de uitspraken op het blad in bijlage 1? Na dit persoonlijk reflectiemoment kan een kort gesprek in de groep volgen. Verhaal 1 Eva is een jonge vrouw met een zoontje van anderhalf. Ze heeft een drukke job in de bank. Elke avond haast ze zich naar de onthaalmoeder. Dan volgt het huishouden, en in het weekend probeert ze haar huishouden bij te werken en een drukke sociale agenda bij te houden. De tijd vliegt voorbij, alsof het een sneltrein is. Eva heeft eigenlijk alles om gelukkig te zijn. Alleen heeft ze steeds een tekort aan tijd. Hierdoor voelt ze zich soms moe en leeg. Verhaal 2 Vlakbij Eva woont Irma. ‘Is het maandag of dinsdag?’ vraagt Irma zich af. Het is woensdag. Irma is vijfenzeventig. Het is al lang geleden stil geworden in haar huis, toen hun kinderen de deur uitgingen. En toen haar man ziek werd en stierf, werd het nog veel stiller. Week of zondag, school of vakantiedag, alle dagen zien er eender uit. De tijd is voor Irma een grijze brij. Ze kan zich soms moe en leeg voelen.
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
9
EEN GESCHENK KRIJGEN Mensen van alle eeuwen hebben nagedacht over tijd. Wat is ‘tijd’ toch? Is het niet bizar dat ik wel ‘nu’ kan zeggen, maar het nog geen seconde kan vasthouden? En ondertussen is het moment waarop ik ‘nu’ zei alweer een paar seconden voorbij. Wat is tijd? Tijd is geld, zeggen de praktische mensen. Tijd is een illusie, zeggen de dromers. Tijd is een leugen, zeggen de ontgoochelden. Tijd is al wat we hebben, zeggen de realisten. Dat is allemaal waar, en toch willen we vandaag tijd vanuit een heel andere hoek benaderen, vanuit een christelijke inspiratie, namelijk tijd is een geschenk. Het scheppingsverhaal wordt meestal gelezen als het scheppingsverhaal van de ruimte en haar elementen: van water, aarde, bomen, bloemen,... Maar het is ook het scheppingsverhaal van de tijd. ‘In den beginne’ zijn de eerste woorden van het scheppingsverhaal. Voor het eerst is er een begin. Voor het eerst zijn er dagen. Veel mensen, gelovigen en ongelovigen, zijn onder de indruk van een prachtig natuurlandschap. Ze ervaren de bergen, de valleien, een mooie zonsondergang als iets wat ze zelf niet gemaakt hebben, iets wat ze ‘krijgen’, een geschenk. Maar soms vergeten we dat ook de tijd een geschenk is van onze Schepper.
EEN GESCHENK Ja natuurlijk, zul je zeggen. Elke dag is een geschenk, dat weten we. Maar ervaren we het ook zo? Maken we er ‘tijd’ voor om dit geschenk te ontvangen? Kijken we naar de Gever van dit geschenk? Reageren we, zoals we zouden reageren als we van een geliefde vriend een geschenk kregen? Behandelen we het geschenk zoals we een kostbaar geschenk zouden behandelen?
WERKVORM Persoonlijk moment Denk eens terug aan een moment dat je een heel bijzonder geschenk kreeg van iemand die je graag zag. Misschien is het een herinnering uit jouw kindertijd. Of later, met je partner. Of een geschenk van een kind of kleinkind, die vaak zulke meesters zijn in geschenken geven. Het geschenk was ingepakt, je wist niet wat erin zat. Al had je natuurlijk wel je verwachtingen. Schrijf nu een paar van jouw eerste reacties op. Wat voelde je? Wat dacht je? Wat deed je? (zie bijlage 1) Groepsmoment Laat een paar voorbeelden opklinken. Hierin kunnen ook niet materiële cadeaus zitten, bijvoorbeeld een partner of de geboorte van een kind. Haal uit de verhalen drie zaken en noteer ze ook direct in groepjes van drie op een flapbord. DOEN (hou in je achterhoofd de 1ste stap bij het krijgen van een geschenk: het geschenk bewust aannemen) VOELEN (hou in je achterhoofd de 2de stap bij het krijgen van een geschenk: dankbaarheid en vreugde) DENKEN (hou in je achterhoofd de 3de stap bij het krijgen van een geschenk: er iets mee doen)
10
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
Noteer eerst de zaken in drie groepjes. Pas na enkele voorbeelden, bedank je de deelnemers voor hun verhaal en duid je met wat zij gezegd hebben de drie stappen bij het krijgen van een geschenk.
EEN GESCHENK KRIJGEN
Een eerste reactie was wellicht het geschenk aannemen. Dat gebeurde niet achteloos, je was één en al aandacht op dat moment. Je bedankt de gever. Gevoelens van vreugde en opwinding schoten door je heen. Wat zou erin zitten? Je maakte het geschenk open en gaf het een goede plaats. Als het een siervoorwerp was, zette je het op een goed zichtbare plaats. Als het een gebruiksvoorwerp was, gebruikte je het.
Als we werkelijk geloven dat onze tijd, dat elke dag een geschenk is, zullen we iets van deze houding moeten herkennen. Dat is lang niet altijd makkelijk, zeker niet in de zogenaamd ‘kwade’ tijden. Toch is deze bewust ontvangende, vreugdevolle en dankbare houding de basis van alle gelovig omgaan met tijd. Tussen alle timemanagementscursussen en tijdfilosofieën van vandaag staat deze andere, frisse kijk op tijd: tijd is een geschenk. Maar hoe kunnen we dit concreet vorm geven in ons leven?
DEZE DRIE STAPPEN HERKENNEN IN HET OMGAAN MET HET GESCHENK VAN DE TIJD HET GESCHENK BEWUST AANNEMEN SPONTAAN Vaak beginnen we plompverloren aan een nieuwe dag. Een nieuw geschenk ligt aan onze voeten, maar wij rollen slaapdronken uit ons bed, en beginnen op automatische piloot (douchen, kleren aandoen, ontbijttafel dekken, ontbijten, krant lezen…) een aantal zaken te doen, zonder ons ervan bewust te zijn dat we net een nieuw en uniek geschenk hebben gekregen.
WERKVORM Lezen van een verhaal Een interview met een soldaat ergens in het Midden-Oosten De situatie was niet rooskleurig, veel van zijn makkers waren al gesneuveld. Velen zouden volgen. De interviewer wilde met een originele vraag afsluiten en vroeg: ‘Stel dat je een wens mocht doen, wat zou je dan wensen?’ Het was ochtend, de zon kwam op. De soldaat haalde zijn schouders op. ‘Ik zou om vandaag vragen’, zei hij. Persoonlijk moment, eventueel direct in groep Herken je dit gevoel? Wil je er iets over vertellen?
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
11
Misschien herken je dit gevoel. Misschien heb je het ook al ervaren, na een lange ziekte, of na de vrees een geliefde te verliezen. ‘Deze dag, méér hoef ik niet.’ ‘Wat een geschenk is deze dag.’ Ons echt bewust zijn van de dag, deze dag, overkomt je soms ook in een begrafenis van (een jong) iemand, die je erg nabij was. Maar het is verre van wenselijk, dat we de hele tijd in zulke extreme omstandigheden verkeren om ons scherp bewust zijn van het geschenk van een dag.
ER IS EEN ANDERE WEG Om ons bewust te worden van het geschenk van elke dag, is er de weg van de langzame herhaling, van geduldige oefening in deze houding. Religieuze tradities helpen ons hierin, maar mensen zoeken hierin ook persoonlijk naar hulpmiddelen. Enkele voorbeelden.
WERKVORM Enkele verhalen vertellen Een voorbeeld uit de traditie De Joden kennen het gebruik, ja, zelfs de plicht om de dagen te tellen. Vanaf de tweede avond van hun Pesach-feest (Joodse paasfeest, herdenken van de doortocht door de Rietzee) tot het feest van Sjavoe’ot (het wekenfeest, viering van de bekendmaking van de tien woorden door Mozes) moeten ze de dagen tellen. Het zijn 49 dagen om precies te zijn. De telling wordt telkens voorafgegaan door een zegening. Het tellen mag niet onderbroken worden, al was het maar één enkele keer. Wie dit toch vergeet, mag wel weer aansluiten maar zonder de voorafgaande zegening. Dat klinkt heel streng. Toch heeft deze strengheid maar één bedoeling: kinderen en volwassenen leren hoe kostbaar tijd is. We moeten elke dag tellen, precies omdat elke dag telt! Maar rituelen ontwikkelen om je te helpen in die langzame, geduldige oefening van heilzaam om te gaan met tijd, kun je ook zelf. Een Amerikaanse gelovige Een Amerikaanse gelovige met een bijzonder drukke agenda, vertelt: “Elke morgen herhaal ik de woorden van Ps. 118 voor me: ‘Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt, laten we juichen en ons erover verheugen.’ Dat helpt me om er een goede dag van te maken.” Een oudere dame Deze vrouw vertelde dat ze zich een mooie almanak had aangeschaft. Elke morgen verfrommelt ze het blaadje van de vorige dag. Die dag met zijn goede en vervelende momenten is voorbij. Ze blijft even kijken naar de datum van de nieuwe dag, en spreekt de datum voor zich uit. “Tegen de middag ben ik het soms al vergeten, maar toch geeft het een ander gevoel”, zegt ze, “alsof ik me bewuster ben van de nieuwe dag.” Elke dag tellen, een geliefd (bijbel)vers opzeggen, of gewoon elke morgen voor het open raam gaan staan, kijken naar dat stukje wereld voor jou, en diep adem halen: iedereen kan een manier zoeken die bij hem of haar past. Het maakt niet uit welk klein ritueel jij kiest, maar hoofdzaak is te beseffen dat je een geschenk krijgt. Vandaag is geen vanzelfsprekendheid. Vandaag is een geschenk dat we allemaal gekregen hebben. En dat besef zal onze hele dag kleuren!
12
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
WERKVORM Persoonlijk moment (zie bijlage 2) Wat kan mij ’s morgens helpen om te beseffen dat deze dag een ‘een geschenk’ is? Eventueel nadien enkele getuigenissen laten opklinken.
DANKBAARHEID EN VREUGDE SPONTAAN Veel mensen hebben gemengde gevoelens tegenover ‘dankbaarheid’. We weten allemaal nog hoe ouders en opvoeders ons vroeger aanmaanden om ‘dankjewel’ te zeggen. We moesten glimlachen, ons blij tonen met een cadeautje ook al had je het reeds gekregen en bedanken, zelfs al voelden we dat helemaal niet zo. Al te vaak werd ‘danken voor een geschenk’ een dwang, een beleefdheid zonder inhoud. ‘Danken voor een geschenk’ als dwang beleven, gebeurt ook nog vandaag. Vaak is het een reactie op een ‘geven’ dat al even onoprecht is. Maar al te vaak worden er ‘cadeautjes’ uitgewisseld, die geen echte geschenken zijn, omdat de gever nog geen vijf minuten heeft nagedacht over wat die persoon eigenlijk nodig heeft of graag wil hebben. Dan krijg je een onoprechte poppenkast met een gever, die niet echt geeft, en een ontvanger, die wel glimlacht en ‘dankjewel’ zegt, maar daar niets van meent. Dat is letterlijk ‘zonde’, een gemiste kans.
DANKBAARHEID KUN JE LEREN En toch hadden die opvoeders van weleer wezenlijk gelijk. Het is belangrijk om dankbaar en vreugdevol in het leven te staan. Niet om het ego van de gever te strelen of om een ‘brave jongen of meisje’ te zijn, maar gewoon omdat oprechte vreugde en dankbaarheid zuurstof is voor onze ziel. Meer concreet, dankbaarheid en vreugde om een nieuwe dag, maken die dag zinvol en rijk! In deze dankbaarheid ligt de sleutel tot gelukkige dagen. Geluk heeft immers meer te maken met een ‘heilzame’ houding, in dit geval dankbaarheid, dan met feiten. Straffer nog, attitudes oefenen een invloed uit op feiten. Heb je het nog niet meegemaakt hoe een onmogelijke taak, opeens toch mogelijk wordt, eens je ‘een klik in je hoofd’ gemaakt hebt? Een blij en dankbaar mens zijn, kun je leren, een dankbare en vreugdevolle levenshouding aannemen kan een goede gewoonte worden. Ook in de bijbel worden we hier voortdurend toe opgeroepen. Psalm 118 bevat een heel inspirerend bijbelvers, dat daarnet al werd aangehaald. ‘Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt. Laten we juichen en ons daarover verheugen.’ Er zijn verscheidene liederen rond dit vers gecomponeerd. Op een of andere manier leken mensen het belangrijk te vinden dat deze tekst gebeiteld werd in de harten van de mensen. Het woord ‘vreugde’ komt in de bijbel 104 keren voor. Telkens opnieuw worden we opgeroepen vreugdevol te zijn. De apostel Paulus vertelt ons zelfs ‘ons ten allen tijde te verheugen’.
JE TE ALLEN TIJDE VERHEUGEN… Doet dit je wenkbrauwen fronsen? Vreugde op bevel? Altijd danken? In alle tijden? Hoe moet je je verheugen als je net je werk kwijt bent? Als je partner gestorven is? Als je
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
13
teleurgesteld bent in je (klein)kind? Als je ziek bent? Hoe moet je je dankbaar voelen voor een nieuwe dag van eenzaamheid, of een nieuwe dag met veel te veel taken dan jij aankan? Is dit niet een beetje zweverig, onrealistisch gepraat?
WERKVORM Een paar heel realistische verhalen vertellen, over mensen die ervoor kozen om deze weg te gaan. Een vrouw die aan lymfekanker had geleden, was door een hel gegaan van fysieke en geestelijke pijn. Ze vertrouwde me een geheim toe dat haar geholpen had om verder te gaan. Elke avond zocht ze drie dingen, waarvoor ze kon danken. ‘Reken maar, dat ik dagen had waarop ik niet alleen geen zin had om die dingen te zoeken, maar ervan overtuigd was dat ik ze niet zou vinden. Maar elke avond heb ik ze gezocht, heb ik ze gevonden, en kon ik danken. En ik kreeg de kracht om verder te gaan.’ Wie dit een tijdje uitprobeert zal merken, dat het steeds gemakkelijker wordt om ’s avonds drie dingen te vinden. Meer nog, onze blik wordt veranderd. We krijgen meer oog voor dingen om dankbaar voor te zijn. We krijgen als het ware een zesde zintuig voor het ontdekken van goede dingen in elke dag. “Ooit waren mijn man en ik met een gids in het Kackar gebergte in Oost-Turkije. Er leefden nog wolven en beren in dat gebergte. Onze gids wierp één blik op de rotsige bodem en kon zeggen dat een paar uur geleden een beer was gepasseerd en welke kant hij was opgegaan. Toen ik bewonderend vroeg hoe hij dat zag, antwoordde hij: ‘Oefening’.” Een geoefend oog ziet sporen waar anderen alleen maar rotsen zien. Een geoefend oog ziet redenen om dankbaar te zijn waar anderen alleen maar ellende zien. Misschien denk je: ‘Goed, een paar dingen vinden om toch dankbaar voor te zijn, dat moet lukken. Maar dat is toch nog iets heel anders dan ‘ons ten allen tijde verheugen’, zoals te lezen staat in 1 Petrus1,6?! We kunnen toch niet dansen en springen als een geliefde ziek of zelfs overleden is?’ Natuurlijk niet. En toch kunnen vreugde en verdriet samengaan. Misschien denken we bij ‘vreugde’ te veel aan plezier maken, de emoties die je beleeft als alles goed gaat in je leven. ‘Ik ben fit en gezond, het werk draait prima, de kinderen halen uitstekende resultaten op school en we hebben net lekker gegeten en gedronken, nu kan ik me verheugen.’ Het is niet over die vreugde dat de 1ste Petrus-brief het heeft. Vreugde als levenshouding heeft meer te maken met een bepaalde openheid voor het goede, een bepaalde richting waar je telkens opnieuw naar kijkt, wat er ook gebeurt. Je bent in staat om in je verdriet ook dankbaar te zijn voor het goede dat er geweest is, en je zal merken dat die dankbaarheid helend werkt. Je ervaart dat je het leven aankunt, wat het ook brengt. Je merkt dat je niet zomaar aan je lot bent overgelaten, maar dat je ‘gedragen’ bent, dat je mag vertrouwen. De vreugde waarover de 1ste Petrus-brief spreekt, heeft alles te maken met ‘vertrouwen’. En dat vertrouwen zorgt voor een diepe ‘levensvreugde’, die als een onderstroom, zelfs in moeilijke tijden, aanwezig blijft. Jezus was zich heel goed bewust van het lijden dat een mens doormaakt. Hij leefde in een harde tijd, met veel armoede, kindersterfte, onderdrukking. Hij had veel redenen om bang voor te zijn. Als hij toch telkens opnieuw zegt dat we niet mogen vrezen, maar moeten vertrouwen, weet Hij waarom Hij dat zegt. De ‘kwade tijden’ worden immers veroorzaakt door lijden dat ons overvalt (ziekte, een ongeval, verraad door een dierbare, financiële problemen…) maar vaak maken we zelf die kwade tijden nog een stuk erger door onze angst.
14
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
Deze houding van vertrouwen, in plaats van vrees, kan je oefenen. Het is goed om ‘klein’ te beginnen. Heb je ooit al eens gezien hoe een grote boom wordt omgehakt? Spontaan verwacht je dat die aan de wortel wordt omgehakt, maar men pakt dit heel anders aan. Men begint eerst de takken af te zagen, van beneden naar boven, tot er alleen nog een naakte stam staat. Dan wordt die ook neergehaald. Misschien is het ook zo wel met de stam van onze vrees? Je moet beginnen met kleine angsten met vertrouwen te lijf te gaan, en je zult merken dat, naarmate het vertrouwen groeit, je ook grotere zorgen positief tegemoet treedt. Dit mogen ervaren, geeft grote vreugde. Heel wat mensen hebben kleine, praktische methodes ontwikkeld om hen hierbij te helpen.
WERKVORM Enkele voorbeelden vertellen of uit de groep laten komen Een vrouw vertelt: ‘Als ik een bijzonder taai probleem heb, en ik zie echt geen uitweg, ga ik voor de spiegel staan en zeg: ‘Dit is zo een zwaar probleem. Dit kan zelfs de Schepper van hemel en aarde niet oplossen.’ En dan schiet ik in de lach, en lijkt het probleem wat meer tot zijn juiste proporties teruggebracht.’ Een zakenman had een kleine kartonnen doos op zijn bureau gezet. Op die doos stond ‘voor gebed’. Daarin stopte hij briefjes met alle taaie problemen waarvoor hij geen oplossing had. Problemen die hem angst aanjoegen, omdat hij zich er niet tegen opgewassen voelde. Telkens hij een dergelijk briefje in de doos stak, voegde hij er een schietgebedje aan toe. ‘Ik kan dit niet oplossen, God. Ik geef het aan u.’ Elke week maakte hij die doos leeg, en moest constateren dat het merendeel van die zware problemen, geen probleem meer waren. Die gooide hij weg. De andere stak hij gewoon opnieuw in de doos. Naïef? Is het dan zoveel verstandiger om onze problemen mee te torsen, en te piekeren tot niet zij maar wij er stuk van gaan? Deze mensen gaan, elk op hun manier, de boom van hun angsten te lijf. Door bepaalde nieuwe gewoontes aan te nemen, zagen ze takjes en takken van hun bezorgdheid af. En wie weet, zullen ze door deze oefening ooit in staat zijn te vertrouwen als er echt zware problemen op hen af komen. Claudia Mühlan, een moeder van 13 kinderen (waarvan 7 pleegkinderen), vertelt in haar boek ‘Je kunt het – overlevingstraining voor moeders’, hoe ze geveld werd door een uitputtingsdepressie. Deze ervaring leerde haar anders in het leven te staan. Ze ontwikkelde tal van kleine gewoontes om niet zorgelijk en piekerend, maar vol vertrouwen in het leven te staan. Dan komt de dag dat haar man geveld werd door een hartinfarct. Ze getuigt: “Het hartinfarct van mijn man trof me volkomen onverwacht als een zware slag. Plotseling stond ik er alleen voor het grote gezin erdoor te slepen, ik moest zijn kantoor op de hoogte houden, al zijn afspraken afzeggen en de geschrokken kinderen troosten. De eerste dagen bracht ik uren achtereen door op de intensive care afdeling. De doktoren waren erg beleefd, maar ze hadden waarschijnlijk de indruk dat ik de ernst van de toestand niet inzag. ‘Mevrouw Mühlan, het ziet er ernstig uit met uw man. We weten niet of we hem erdoor zullen krijgen’, zeiden ze steeds weer tegen me. In hun ogen zag ik er zeker te rustig en beheerst uit. Maar weet je wat zich bij me van binnen afspeelde? Ik wist, God zorgt voor ons. Wat Hij ook doet, het is goed. (…) In onverwachte crisissituaties teer je immers op hetgeen je tevoren van je leven hebt gemaakt en op het geloofsvertrouwen dat je hebt opgebouwd.”
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
15
Elke dag danken voor kleine dingen, en vrees vervangen door een vertrouwen dat vreugde geeft. Het geschenk van een nieuwe dag kan maar ontvangen worden in deze houding van dankbaarheid en vreugde.
WERKVORM Persoonlijke oefening Kunnen we vandaag samen een eerste stap zetten? Deze morgen hebben we allemaal een geschenk gekregen dat we al voor meer dan de helft verorberd hebben. Nodig de deelnemers uit drie concrete dingen op te schrijven waar ze zich vandaag dankbaar voor voelen. (zie bijlage 2) Hoe concreter deze bij deze dag passen, hoe beter. Het is bijvoorbeeld beter te zeggen: “Bedankt voor die vriendelijke chauffeur die me liet inschuiven deze morgen”, dan “bedankt voor de liefde”. Pas door concrete voorbeelden te zoeken, wordt je talent om geschenken te zien gescherpt! Hiervan kan kort iets in groep gebracht worden.
ER IETS MEE DOEN Als we een geschenk krijgen, is het de bedoeling dat we er iets mee doen. Dat een sieraad gedragen wordt, dat een bos bloemen in een vaas terechtkomt, dat met het speelgoed gespeeld wordt. Zo is het ook met het geschenk van de dag, we moeten er iets mee doen. En niet zomaar iets, we moeten immers de bedoeling van de Gever respecteren. Als we geleerd hebben Hem te vertrouwen, kan dat niet zo moeilijk zijn, want dan weten we dat Hij alleen maar het beste met ons voor heeft. In tegenstelling tot wat we soms denken is het Gods bedoeling niet dat we zoveel mogelijk presteren. Net zo min als het Zijn bedoeling is dat we onze tijd verspillen. De bijbel spreekt van ‘tijd heiligen’. Dit betekent dat we tijd in harmonie brengen met Hem, met anderen, met onszelf. Onze tijden worden opgenomen in een groeiende liefde, voor onszelf, voor andere mensen, en voor onze Schepper. Dat klinkt nogal moeilijk en zelfs hoogdravend. Gelukkig biedt onze joods-christelijke traditie tal van praktische tips om dit te verwezenlijken.
16
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
DEEL 2. HEILZAAM OMGAAN MET TIJD EEN DAG MET BENEDICTUS Een eerste tip gaat over het invullen van een heel gewone werkdag. Hij komt van de Benedictijnse monniken. Tegenwoordig zijn de gastenverblijven van hun abdijen erg in trek. Een van de redenen is dat de moderne, opgejaagde mens ervaart hoe tijd daar anders en deugddoend wordt beleefd. Al hebben de monniken een heel gevulde agenda, ze hebben het nooit druk. Dat is althans de bedoeling! Het leven in een abdij is natuurlijk helemaal anders dan het leven in een gezin. En het is onmogelijk om hun manier van leven zomaar te imiteren, maar het is wel mogelijk om een aantal zaken toe te passen in ons eigen leven. Omgaan met tijd is een kunst voor de Benedictijnen en ze onderscheiden de volgende stappen.
DE KUNST VAN HET BEGINNEN Benedictus benadrukt in zijn Regel dat de reactietijd tussen appèl en respons zo klein mogelijk moet zijn. Aandachtig luisteren en reageren zou één soepele beweging moeten zijn, zonder inwendig en uitwendig treuzelen en gemor. Blijkbaar is gewoon ‘beginnen’ echt moeilijk. We lopen allemaal wel eens in de val van het ‘uitstellen’. Veel kinderen ruimen het liefst hun kamer op als ze eigenlijk zouden moeten studeren. De hele keuken krijgt een grote beurt wanneer we eigenlijk de administratie op orde moeten stellen. Nagels worden geknipt terwijl we dat telefoontje moesten doen. Of de mailbox wordt leeggemaakt, terwijl we eigenlijk aan die lezing wilden werken. Het kan een goede gewoonte worden om geen uitstelgedrag te vertonen, niet te treuzelen, maar meteen in het diepe te stappen als het startsignaal is gegeven.
DE KUNST VAN HET OPHOUDEN Bij ‘de kunst van het beginnen’ hoort natuurlijk ‘de kunst van het ophouden’, anders zouden we in de weer zijn tot we erbij neervallen. Te lang doorgaan betekent fouten maken, dat weten we allemaal. Ervaren schrijvers weten dat ze niet mogen doorgaan tot hun hoofd letterlijk leeg is, maar dat ze voordien moeten stoppen, op een moment dat ze op voorhand bepaald hebben. Nu kunnen we echter wel stoppen met een activiteit, maar er toch inwendig mee blijven doorgaan. Hoe vaak staan we aan de afwas niet die discussie met zoon of dochterlief te herkauwen? Of je komt terug van een KVLV-activiteit, maar je hoofd zit nog vol dingen die je had willen zeggen? Dat is dubbel jammer. Om te beginnen kunnen we niets meer veranderen aan wat gebeurd is. Het voorval is voorbij, en ook in onze hoofden moet het ‘voorbij’ zijn, totdat het opnieuw aan de orde komt. En ten tweede kunnen we door dit ‘herkauwen’ aan de nieuwe activiteit niet de aandacht geven die ze toekomt. Soms is dit ronduit gevaarlijk, soms levert het gewoon slechter werk op, en soms missen we een heleboel mooie dingen. Misschien was dat gesprek allesbehalve prettig, maar is dat een reden om die prachtige zonsondergang niet te zien, of de vogels niet te horen? Dit is beslist niet makkelijk, maar oefening baart kunst!
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
17
DE KUNST VAN DE ONTSPANNEN WAARDIGHEID TUSSEN BEGINNEN EN OPHOUDEN Tussen ‘beginnen’ en ‘ophouden’ ligt het eigenlijke werk, maar ook de houding waarmee je dit werk doet. Als je de gewoonte hebt een ‘tijdreiziger’ te zijn, zal die houding zelden ontspannen zijn. ‘Tijdreizigers’ herkauwen het verleden, en piekeren over de toekomst, waar door er weinig energie overblijft om in het heden te staan, en voor de taak in het heden. Jezus heeft hier heel sterk tegen gewaarschuwd. In Lucas 15 schetst Hij een vader die op het moment dat zijn zoon berouwvol terugkeert, het verleden kan laten rusten en genieten van het feest van het heden. Dit in tegenstelling tot de oudere broer, die het feest niet kan binnengaan, omdat hij vast hangt aan het verleden. In Mt 6, 34 waarschuwt Hij voor het gepieker voor de toekomst. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad, stelt Hij. En inderdaad we hebben voldoende kracht en energie om de zorgen en druk van vandaag te dragen, maar niet om én het verleden én het heden én de toekomst te dragen! In de praktijk is iedereen wel eens ‘tijdreiziger’, maar dit is zelden goed voor de innerlijke rust of de nachtrust! Daarom moeten we er meer en meer naartoe groeien om onze aandacht te richten op het hier en nu, op de ‘taak’ die voor ons ligt: een spreekbeurt schrijven of de vaat doen, luisteren naar het verhaal van een (klein)kind of smakelijk eten. Wie hier telkens opnieuw naar streeft, zal merken dat er stilaan een verandering plaatsgrijpt. Die verandering heeft veel te maken met ont-spannen. Als we gouden vakantieherinneringen koesteren, denken we meestal aan momenten dat we volop in het ‘hier en nu’ zaten. Als we op een bergtop zaten, waren we écht daar, en in gedachten niet bij de was die de volgende week thuis zou moeten gebeuren. Als we op een terrasje genoten van een drankje of een ijsje, waren we niet in gedachten bij de rekening die zo meteen zou komen. En als we dat toch deden, was het vakantiegevoel meteen weg en ook dat moment als ‘gouden’ vakantieherinnering. We hoeven niet op vakantie te gaan om dit gevoel te creëren. Je kunt de afwas doen, en dit ervaren als een ontspannen bezigheid. Je kunt de ene taak na de andere opnemen, en toch innerlijk rustig blijven, omdat je één ding met een keer draagt. Wie voortdurend geklemd zit tussen verleden en toekomst is gespannen. Ontspanning en vrijheid vind je in het hier en nu. Er zit echter een addertje onder het gras. We kunnen denken dat we ons richten op de taak voor ons, terwijl we eigenlijk met iets anders bezig zijn, namelijk de taak af hebben. Maar dat is niet wat hier bedoeld wordt met in het hier en nu je taak volbrengen. De aandacht ligt immers weer niet waar die moet liggen, in het nu moment, bij de fase van het werk waar ik nu mee bezig ben. Als ik er met deze taak bezig ben om ze zo vlug mogelijk tot een einde te brengen, ben ik weer volop bezig met de toekomst. Natuurlijk is het goed je doelen te stellen, en daar naartoe te werken. Maar wie ‘het gereed krijgen van een werk’ belangrijker acht dan ‘het werk in het hier en nu’, zal merken dat hij onder tijdsdruk komt te staan. Hij komt in de verleiding om het werktempo te verhogen. Hij verliest zijn innerlijke rust, waarin het beste en mooiste werk tot stand komt. Klinkt dit allemaal even mooi als naïef en onhaalbaar? Misschien heb je ook al eens kennisgemaakt met een echte berggids? Misschien heb je je ook verwonderd over zijn tempo, dat in het begin trager lag dan dat van jou? Misschien heb je je geërgerd aan zijn onvermogen om te antwoorden op de vraag ‘wanneer we er zouden zijn’? Het was alsof hij de eindbestemming niet interessant vond. Of toch niet interessanter dan elke andere stap die hij zette. En misschien heb je ook, na ettelijke uren, moeten vaststellen, dat hij hetzelfde tempo blijkbaar een hele dag kon aanhouden, terwijl jij, met jouw verlangen om de top te bereiken, bekaf was.
18
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
Op diezelfde manier willen de Benedictijnen hun talrijke taken op zich nemen. Het een na het ander, volle aandacht geven aan elke fase van het werk, op het gemak heel hard werken.
DE KUNST VAN REKENING HOUDEN MET DE SEIZOENEN IN EEN DAG Lijken de vorige stappen moeilijk en misschien zelfs hoog gegrepen, deze stap houdt ten volle rekening met ons mens-zijn. Durven onder ogen zien dat we in de loop van een dag onze ups en downs kennen. Het dagritme van de Benedictijnen is aan onze menselijke ups en downs doorheen de dag, aangepast. De Benedictijnen kennen zeven gebedsmomenten doorheen de dag. Er is voor of na tijd voor arbeid, ontspanning of rust. Er zijn de metten (nachtgebed), de priem (6 à 7 u. ’s morgens), de lauden (bij zonsopgang), de sext (rond 12 u. ’s middags), de noon (rond 15 u.), de vespers (tussen 17 en 18 u.) en de completen (laatste gebed van de dag). Deze brengen een structuur aan in de dag en spelen in op de verschillende ‘kleuren’ van een dag. Zo wordt het zwaarste werk, dat veel aandacht vergt, gehouden voor de ochtend. Er zijn ‘bijtank-momenten’ in de loop van de voor- en namiddag om nieuwe kracht op te doen (in de sext en de noon). Na de vespers krijgt de dag een ander ritme: het is tijd voor de recreatie, voor spel en ontspanning. Tenslotte zijn er de completen. Het is opmerkelijk dat na de completen de monniken alleen de kapel verlaten, in tegenstelling tot de andere diensten waar men twee aan twee binnenkomt, en twee aan twee buitengaat. De laatste uren van de dag, na de completen, brengt de monnik dan ook alleen door. Hij leest, hij schrijft, hij overloopt zijn dag, alleen. Natuurlijk leven monniken in heel bijzondere omstandigheden, maar een paar elementen hiervan kunnen we toch ook op het leven in een gezin, met een partner of alleen toepassen. Iedereen heeft behoefte aan kleine bijtank-momenten overdag, momenten die je herinneren aan de houding van dankbaarheid waarmee je de dag begonnen bent.
WERKVORM Persoonlijk moment Het loont de moeite even na te gaan wat voor ons ‘bijtank’-momenten zijn en hoeveel tijd per dag we hieraan besteden (zie bijlage 2). Gesprek in kleine of grote groep Laat enkele voorbeelden zeker opklinken. Enkele voorbeelden die je achter de hand kunt houden Even bewust blijven stilstaan bij die spreuk van de Bond Zonder Naam op je kast of op een tafeltje Bewust stilstaan bij een gebed dat je bijzonder heeft aangesproken en dat je daarom ergens hebt opgehangen. Of je kunt gaan zitten of staan voor het raam en naar de tuin kijken, en je er opnieuw bewust van worden dat deze dag een geschenk is. Als het mooi weer is, kun je met een kopje thee of koffie naar buiten gaan, de warmte van de zon op je gezicht voelen, en opnieuw beseffen hoe alles een geschenk is. ‘Verloren’ momenten gebruiken om bij te tanken (in de file, wachtend aan de kassa in een grootwarenhuis).
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
19
Misschien zijn we wel heel vaak druk in de weer, maar wij maken de dag niet. Hij is een geschenk. Deze bijtank-momenten kunnen ook een speels karakter hebben: iets doen wat je graag doet, het doen is als het ware veel belangrijker dan het resultaat. Kinderen zijn er meesterlijk in. Wij moeten het vaak opnieuw leren. Spelen met de (klein)kinderen, een gezelschapsspel, tijd uittrekken voor een ontspannende roman of film, samen lachen om leuke moppen,… zijn daarom ook heel vaak bijtank-momenten. Geen tijd voor dergelijke bijtank-momentjes? Toen de Dalai Lama zijn volle verantwoordelijkheid kreeg, verdubbelde hij zijn aantal gebedsuren per dag. Hoe zwaarder de verantwoordelijkheid, hoe méér we onszelf dergelijke momenten moeten gunnen. Er zullen altijd dingen zijn waarvoor we géén tijd hebben. Het komt erop aan ‘priori-tijd’ te geven aan dingen die er echt toe doen. Met wat creativiteit vindt iedereen, in alle omstandigheden tijd voor dergelijke momenten.
WERKVORM Verhalen om dit te illustreren Iemand vertelde een leuke anekdote over zijn grootmoeder. Die dame had de zorg over zeven jonge kinderen, maar als het haar allemaal te druk werd, trok ze haar schort over haar hoofd om even een gebed te prevelen dat haar deugd deed. Ook het toilet waar een boek ligt met (een) tekst(en) die je oproept(en), kan een ideale plaats voor drukke moeders zijn als bijtankmoment! Goed zorg dragen voor jezelf is nooit egoïstisch. Integendeel, het is de enige gezonde voedingsbodem om zorg te kunnen dragen voor andere mensen.
WEEK EN ZONDAG Een volgende tip is de zondagsrust. De Joden kennen al heel lang het gebod om één dag per week te ‘rusten’. Op die dag wordt niemand rijker, en niemand armer. De wedloop van het dagelijks (over)leven wordt gestaakt. We houden op met de dingen naar onze hand te proberen zetten. ‘Sjabbat’ betekent letterlijk ‘ophouden’. Toch is het ook geen dag van luieren. Het is een dag van bevrijding. Een dag waarop we alles wat ons bezighield tijdens de week, loslaten. Het is een dag om stil te staan bij de Bron van waaruit we leven, een dag om te vieren wat belangrijk is in ons leven.
Dat is de echte bedoeling van de joodse ‘sjabbat’ en de christelijke zondagsrust. Er bestaan vele manieren om dit vorm te geven. Voor veel gelovigen maakt de zondagse viering een deel uit van deze bijzondere dag. We trekken een mooi kleed of pak aan, en gaan op bezoek of ontvangen familie en vrienden. We maken tijd voor spel met kinderen of kleinkinderen. We luisteren naar mooie muziek, of maken een wandeling.
WERKVORM Enkele voorbeelden Een tijd terug las ik in een roman die zich afspeelde begin vorige eeuw, hoe een gelovige vrouw op zaterdag lang doorwerkte, zodat ze op zondag geen verstelwerk meer moest doen. Op een of andere manier raakte het me. Hoe vaak moest ik zelf op zondag niet nog de stofzuiger nemen, omdat het er tijdens de rest van de week niet van 20
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
was gekomen. Of kroop ik achter mijn laptop om de deadline voor dat artikel of die lezing toch nog net te halen. Ik besloot eens te proberen mijn werk zo te organiseren dat ik op zondag mij echt niet hoefde in te spannen voor de dingen waarvoor ik me reeds tijdens de week inspande. Zondag als vrije dag. Vrij om te spelen met de kinderen, vrij om een wandeling te maken met mijn man, vrij om naar de viering te gaan en God te danken voor de voorbije week. Het lukt echt niet altijd, maar ik merk wel dat alleen al de poging deugd doet. Het brengt een bepaald ritme in de week, een helende afwisseling. Gedicht van Ida Gerhardt Weinigen hebben de ziel van ‘zondag’ beter weten te vatten dan Ida Gerhardt in het gedicht ‘Zondagmorgen’. Lees het gedicht.
Zondagmorgen Het licht begint te wandelen door het huis en raakt de dingen aan. Wij eten ons vroege brood gedoopt in zon. Je hebt het witte kleed gespreid en grassen in een glas gezet. Dit is de dag waarop de arbeid rust. De handpalm is geopend naar het licht. Ida Gerhardt Persoonlijk moment Hoe ziet jouw zondag eruit? Is het een andere dag dan de andere dagen? Gun jij jezelf een ‘feest’? En hoe wil je dit vorm geven?
DE LITURGISCHE JAARKRANS Naast het ritme werkweek-zondag biedt onze traditie nog een ander ritme aan dat over het hele jaar gaat. Met een oud woord noemen we dit ritme ‘de liturgische jaarkrans’. Het is een derde tip die ons kan helpen ‘de tijd te heiligen’ of anders gezegd, die ons kan leren heilzaam om te gaan met de tijd.
RITME ONONTBEERLIJK IN EEN MENSENLEVEN WERKVORM Een verhaal lezen Een pleegmoeder vertelt: “In het begin dat we pleegkinderen bij ons kregen, dacht ik dat ze in de eerste plaats behoefte hadden aan warmte en geborgenheid. Maar heel wat kinderen sloten zich hiervoor af, leken dit bijna als bedreigend aan te voelen. Ik merkte dat het beter was om in de eerste plaats te zorgen voor een goed ritme, waarop ze konden rekenen. Maaltijden op vaste tijden, vaste tijden van gaan slapen en opstaan, werken en feesten en voorbereiding van feesten. Eens hun vertrouwen hierin groeide, durfden ze zich ook openstellen voor de rest.” We ervaren ook zelf dat we een deugddoend ritme nodig hebben. Het scherpst merken we dit wanneer een zware schok (een overlijden, een ontslag, een ziekte,…) ons leven overhoop haalde. Het is dan letterlijk van levensbelang om weer het ritme van ons leven op te nemen. Om te gaan werken, ook al hebben we er geen zin in, om op tijd te gaan
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
21
slapen, en niet overdag in bed te blijven liggen,...
RITME VAN DE LITURGISCHE JAARKRANS Ook in onze christelijke traditie kennen wij een ritme waarop we terugvallen: het ritme van de liturgische jaarkrans. De liturgische jaarkrans maakt ruimte voor alle verschillende bewegingen in ons leven, voor goede en kwade tijden. De psycholoog Carl Gustav Jung noemde het kerkelijk jaar ‘een godsdienstig systeem van heil dat onze wonden geneest'. Het kerkelijk jaar met zijn liturgische jaarkrans werkelijk doorleven doet de mens goed. Het brengt ons in contact met alle aspecten van ons leven. En we vangen een glimp op van het grotere geheel, van onze roeping als mens omdat we al onze ervaringen en gevoelens kunnen we zien in het licht van feesten en tijden. Onze schrale tijden zien we weerspiegeld in de vasten, ons diepste lijden in de Goede Week, onze hoop en geloof in de Verrijzenis. Enthousiasme en uitbundigheid worden gevierd met Pinksteren, dat een zomer en herfst van rijkdom en overvloed inzet. Zachtjes keren we terug tot onszelf in de advent, hoopvol wachtend en verwachtend. Om dan het kerstfeest te vieren. De geboorte van Jezus, toen in de stal van Bethlehem, en vandaag in de stal die ons hart zo vaak is. Het mag ons de ervaring geven dat we niet alleen staan in ons leven met onze dorre periodes of periodes van lijden. Iedereen maakt dit mee. We plaatsen ons hierdoor met ons leven in het leven van een grotere gemeenschap. Dit ritme van de liturgische jaarkrans vinden we trouwens ook terug in de natuur. In de donkere dagen van de advent bijvoorbeeld is het alsof de natuur zijn adem inhoudt: de vogels fluiten veel minder, de dagen zijn korter, de nachten van rust en tot jezelf komen worden steeds langer. Ook de natuur is ‘in verwachting’. De Verrijzenis wordt dan ook niet toevallig gevierd in de lente. Voor onze ogen zien we in de natuur gebeuren wat we belijden en geloven: wat dood leek te zijn, komt opnieuw tot leven. Pinksteren valt samen met de uitbundige groei en bloei in de natuur. Het leven wemelt, jubelt, juicht! Het doet mensen deugd om deze bewegingen in het eigen leven, deze bewegingen in de natuur ook vorm te geven in symbolen en feesten. Het geeft ons vertrouwen als we beseffen dat we gedragen zijn in lief en leed, dat onze kleine verhalen kunnen opgenomen worden in het Grote Verhaal.
RITME VAN DE LITURGISCHE JAARKRANS IN HET LEVEN VAN ELKE DAG WERKVORM Verhaal vertellen Een tijdje geleden kreeg ik een telefoontje van een andere mama. Of ik geen zin had om met een paar mama’s samen te komen en te bespreken hoe we vorm konden geven aan de vasten in ons gezin. Ik had bijna ‘nee’ gezegd, wegens te druk. Maar wat was ik blij dat ik toch ben gegaan. We hebben heel veel ideeën uitgewisseld: een wekelijks bezinningsmoment met het hele gezin, een vastentafeltje met prenten van projecten in derde en vierde wereld, en met een vaasje met wat krulwingerd die langzaam groen wordt, een prikbord met ‘goed nieuws’ uit ontwikkelingslanden, kinderen zelf laten kiezen wat ze willen ‘loslaten’ tijdens de vasten,... Vaak verdwijnen met de kinderen ook de kerstslingers en de paaskransen, de gezellige 22
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
kaarsjes en de paashaasjes. Net alsof alleen maar kinderen behoefte hebben aan fantasie en gezelligheid. Het is zinvol en mogelijk om op elke leeftijd dit mooie ritme van de jaarkrans een leuke vorm te geven. Advent, Kerst, Driekoningen, Pasen, Pinksteren,… het zijn allemaal geschenken, en een geschenk geef je een goede plaats. Zoek een plekje in jouw huis, dat jouw zin-hoekje kan worden. Een hoekje dat je eraan herinnert dat deze dag in Gods hand is. Je had er vandaag ook niet meer kunnen zijn… houd even halt telkens je er voorbij gaat. Het kan een stukje van een tafel zijn, of van een vensterbank dat je kunt inrichten naar jouw smaak. Het zal er telkens anders uitzien, zoals de natuur er in de zomer anders uitziet dan in de winter. In de vasten kan er een kaars branden naast artikels en foto’s die je aanspraken over het lijden in de wereld. In de Goede Week kun je er een naakte tak krulwingerd neerzetten in een kruik, die tegen Pasen prachtig zal bloeien. Met Pasen vrolijke paasbloemen, en, waarom niet, die chocolade eitjes die anders gewoon in de kast staan… In de meimaand misschien een foto van je moeder, naast het mooie Mariabeeld dat al een tijdje op zolder staat. (Klein)kinderen zullen het fantastisch vinden, en maar al te graag mee knutselen en tekenen om het tafeltje te vullen. Ze zullen het ook vlug opmerken als er ‘iets’ verandert op dat tafeltje. Het is een kans tot gesprek, over zaken die anders niet ter sprake komen. Maar in de eerste plaats is het iets om voor jezelf te doen. Om jouw dagen en tijden te ‘tellen’, omdat elke dag, elke periode echt ‘telt’. Heb je geen zin meer om een hele kerstboom in huis te halen en te versieren? Zet dan één enkele sparrentak in een vaasje. Het hoeft niet om grote dingen te gaan. Eigenlijk liever niet. Hoe grootser de aanpak, hoe groter de kans dat iemand zich verliest in het perfect organiseren van de buitenkant van een feest. De vormgeving van Kerst of Pasen wordt dan een prestatie, i.p.v. een bronnetje, waar jij, iedereen die in jouw huis woont, én alle gasten zich aan kunnen laven.
WERKVORM Bespreek interactief met de deelnemers afhankelijk van de periode in het kerkelijk jaar, hoe ze deze periode een goede plaats kunnen geven bij hen thuis. Heb jij je eigen manier om deze periode in het kerkelijk jaar vorm en kleur te geven zodat dit je helpt om de tijd te beleven als een geschenk? Hoe doe je dat? (zie bijlage 2). Nadien kunnen de deelnemers die dit wensen hun tip voorlezen.
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
23
SLOT We hebben over een heleboel dingen gesproken, maar eigenlijk is er maar één iets echt belangrijk om te onthouden: tijd is een geschenk. Als we dit geloven, vloeit al de rest hieruit voort: dankbaarheid, vreugde, manieren om onze tijd niet te verspillen, noch te woekeren met onze tijd, maar hem zinvol te beleven.
WERKVORM Tekst voorlezen, met op de achtergrond rustige muziek Er is keuze uit twee teksten, maar eigen inbreng mag uiteraard ook. Tekst 1: Een tekst die duizenden jaren oud is, maar verrassend actueel. ‘Alles heeft zijn tijd’ Voor alles is er een uur. Er is een tijd voor al wat wil onder de hemelen. Een tijd van baren, een tijd van sterven, een tijd van planten, een tijd van aanplant rooien, een tijd van doden, een tijd van verplegen, een tijd van afbraak, een tijd van opbouw. Een tijd van huilen en een tijd van lachen, een tijd van jammeren en een tijd van dansen. Een tijd van stenen wegwerpen en een tijd van stenen opstapelen; een tijd van omhelzen, en een tijd om je verre te houden van omhelzen. Een tijd van zoeken en een tijd van verliezen, een tijd van bewaren en een tijd van wegwerpen. Een tijd van afscheuren en een tijd van aannaaien, een tijd van zwijgen en een tijd van spreken. Een tijd van liefhebben en een tijd van haten, een tijd van oorlog en een tijd van vrede. (…) Al wat Hij heeft gemaakt, is mooi op zijn tijd. Ook heeft Hij hun de eeuwigheid in het hart gegeven, zonder dat de mens van de daad die God heeft gedaan van begin tot einde iets uitvindt. Prediker 3, 1-11
24
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
Tekst 2 Een tekst die kan gelezen worden als een tekst bij een overlijden, maar eigenlijk bedoeld is als een uitnodiging tot ‘bekering’, tot anders omgaan met onze tijd en energie, hier en nu. Kentering (…) Er is geroepen, ik heb het verstaan Ik was werkend aan mijn taken, velerlei had ik onderhanden. Het was goed berekend, het was ingedeeld en beraamd. Er waren agenda’s voor iedere dag en ik wist altijd hoe laat het was en wat nog af moest vandaag. Ik werkte methodisch, naar degelijk systeem. Mijn tijd was ingedeeld en een belletje waarschuwde tegen het eind van de regel. Ik nummerde de dagen, ik schikte de weken en belastte ze vooraf. Ik regeerde het jaar en stopte het vol als een worst. Ja, ik had het druk en moeilijk en heel warm, want dikwijls mislukte er iets op het botte gedrag van de werkelijkheid die zonder regel of vorm is. En ik moest scharrelen als een mier met een houtje zevenmaal op tegen dezelfde kluit. Maar ik won veel en dik was het register van mijn bezittingen – Toen is er even gefluisterd en ik ben heengegaan. Nu waait een koele mildheid om mijn slapen. Ik lig ontbonden in een wijde rust. Ik weet het nu, ik hoor voortaan toe aan een werk dat stil en heimelijk is. Dat is van de bomen die wiegen met de wind, dat is van de zon die glinstert op de rivier dat is van de regen die ritselt in het gras, dat is van de vochtige ogen van dieren. Ik zal nu altijd vrij zijn en alles verliezen. ik zal maar wandelen en toezien. Ja, ik zal nu misschien wel niets meer afmaken. Johan Christiaan Van Schagen
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
25
BIJLAGE 1 OMGAAN MET TIJD IN WELKE UITSPRAAK HERKEN JIJ JE HET MEEST?
Tijd is geld. Tijd heb je altijd tekort. Soms vind ik het moeilijk om mijn tijd zelfstandig te regelen. Dan ontdek ik op het einde van de dag dat ik eigenlijk helemaal niets gedaan heb. Ik stel voor mezelf een strak tijdsschema op, en houd me daaraan. Zo kan ik heel veel taken op me nemen. Maar soms voel ik me zo leeg, alsof ik geleefd word door mijn agenda. Tijd mag je niet verspillen. Soms is het goed wat tijd te ‘verspillen’. De tijd gaat snel, gebruik hem wel. Tijd is het kostbaarste wat we hebben.
EEN GESCHENK KRIJGEN… Ik kreeg een mooi geschenk van ………………… Wat deed ik toen ik het kreeg?
Wat dacht ik?
Wat voelde ik?
26
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
BIJLAGE 2. TIJD IS EEN GESCHENK NEEM DE DAG BEWUST AAN! WAT KAN IK CONCREET DOEN ’S MORGENS OM TE BESEFFEN DAT DEZE DAG ‘EEN GESCHENK’ IS?
TEL ELKE DAG, WANT ELKE DAG TELT!
WEES BLIJ EN DANKBAAR! IK VOEL ME VANDAAG DANKBAAR VOOR 1. 2. 3.
DIT IS DE DAG DIE DE HEER HEEFT GEMAAKT, LATEN WE JUICHEN EN ONS DAAROVER VERHEUGEN. PSALM 118, V. 24
GEBRUIK HET GESCHENK! EEN DRUKKE DAG MET BENEDICTUS 1. De kunst van het beginnen 2. De kunst van het ophouden 3. De kunst van de ontspannen waardigheid tussen beginnen en ophouden 4. De kunst van rekening houden met de seizoenen in een dag
MET WELKE STAP HEB IK HET HEEL MOEILIJK? WAAROM?
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
27
DEZE DRIE BIJTANKMOMENTEN PASSEN GOED BIJ MIJ: 1. 2. 3. Een bijtankmoment is een moment waar ik plezier aan beleef. Ook nadien werkt het positief door. Terwijl ik ermee bezig ben, ben ik niet in de eerste plaats gericht op het eindresultaat, maar geniet ik van de activiteit op zich.
ELKE DAG TELT ONGEVEER 16 ACTIEVE UREN. DAARVAN GEEF IK GEMIDDELD …. UREN/MINUTEN AAN DERGELIJKE BIJTANKMOMENTEN.
WEEK EN ZONDAG
Zondagmorgen Het licht begint te wandelen door het huis en raakt de dingen aan. Wij eten ons vroege brood gedoopt in zon. Je hebt het witte kleed gespreid en grassen in een glas gezet. Dit is de dag waarop de arbeid rust. De handpalm is geopend naar het licht. Ida Gerhardt
OP ZONDAG MAAK IK TIJD VOOR ….
DE LITURGISCHE JAARKRANS MIJN TIP VOOR EEN MOOIE Advent Kerst Vasten Pasen Pinksterfeest Heiligenfeest
28
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
BIJLAGE 3. INSPIRERENDE TEKSTEN ROND ‘TIJD’ UIT HET BOEK PREDIKER Voor alles is er een uur. Er is een tijd voor al wat wil onder de hemelen. Een tijd van baren, een tijd van sterven, een tijd van planten, een tijd van aanplant rooien, een tijd van doden, een tijd van verplegen, een tijd van afbraak, een tijd van opbouw. Een tijd van huilen en een tijd van lachen, een tijd van jammeren en een tijd van dansen. Een tijd van stenen wegwerpen en een tijd van stenen opstapelen, een tijd van omhelzen, en een tijd om je verre te houden van omhelzen. Een tijd van zoeken en een tijd van verliezen, een tijd van bewaren en een tijd van wegwerpen. Een tijd van afscheuren en een tijd van aannaaien, een tijd van zwijgen en een tijd van spreken. Een tijd van liefhebben en een tijd van haten, een tijd van oorlog en een tijd van vrede. (…) Al wat Hij heeft gemaakt is mooi op zijn tijd, Ook heeft Hij hun de eeuwigheid in het hart gegeven, zonder dat de mens van de daad die God heeft gedaan van begin tot einde iets uitvindt. Prediker 3, 1-11
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
29
KENTERING (…) Er is geroepen, ik heb het verstaan Ik was werkend aan mijn taken, velerlei had ik onderhanden. Het was goed berekend, het was ingedeeld en beraamd. Er waren agenda’s voor iedere dag en ik wist altijd hoe laat het was en wat nog af moest vandaag Ik werkte methodisch, naar degelijk systeem. Mijn tijd was ingedeeld en een belletje waarschuwde tegen het eind van de regel. Ik nummerde de dagen, ik schikte de weken en belastte ze vooraf. Ik regeerde het jaar en stopte het vol als een worst. Ja, ik had het druk en moeilijk en heel warm, want dikwijls mislukte er iets op het botte gedrag van de werkelijkheid die zonder regel of vorm is. En ik moest scharrelen als een mier met een houtje zevenmaal op tegen dezelfde kluit. Maar ik won veel en dik was het register van mijn bezittingen – Toen is er even gefluisterd en ik ben heengegaan. Nu waait een koele mildheid om mijn slapen. Ik lig ontbonden in een wijde rust. Ik weet het nu, ik hoor voortaan toe aan een werk dat stil en heimelijk is. Dat is van de bomen die wiegen met de wind, dat is van de zon die glinstert op de rivier dat is van de regen die ritselt in het gras, dat is van de vochtige ogen van dieren. Ik zal nu altijd vrij zijn en alles verliezen. ik zal maar wandelen en toezien. Ja, ik zal nu misschien wel niets meer afmaken. Johan Christiaan Van Schagen
30
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd
31
Deze handleiding werd gerealiseerd dank zij de redactie van Katie Velghe de eindredactie van Leen Vermeire
Verantwoordelijke uitgever: Chris Van Hoof, directeur KVLV vzw, Remylaan 4b, 3018 Wijgmaal 32
Werkjaar 2009-2010 - Heilzaam omgaan met tijd