Bijlage 1: Monitoringsrapportage Sociaal Domein Blok 1: Beleid (MT/ College/ Raad) Wmo Algemene opmerking
Doel van beleidsmonitor is dat met behulp van de cijfers ‘Onderbouwing’ een beleidsmatige beschouwing kan worden gegeven over het genoemde beleidsdoel (kolom ‘Vraag’), zodanig dat duidelijk wordt of het beleidsdoel zich positief ( ) dan wel negatief ( ) ontwikkelt. Echter, de gemeente Heerde is pas per 1 januari 2015 verantwoordelijk voor alle vormen van Wmo. De ingevulde werkelijke cijfers, behorende bij de 1ste helft, dienen daarom als startpunt. Om deze reden kan er op dit moment geen uitspraak worden gedaan over de ontwikkeling van de beleidsdoelen (afkomstig uit het beleidsplan Jeugd 2015 -2018) zodat ontwikkeling als neutraal (▪▪) is aangehaald. In de kolom ‘analyse’ wordt daardoor een toelichting gegeven op onderbouwende cijfers en niet op de beleidsmatige ontwikkeling/trend. Daarnaast heeft de kolom maatregel nu alleen betrekking op de ontwikkelingen die er spelen en gaat niet in op wat er extra gedaan om worden om de parameters van de beleidsdoelen bij te sturen. De monitor over het 4de kwartaal zal meer inzicht verschaffen over de richting van de beleidsdoelen, de trends en de maatregelen en doet als zodanig dan meer recht aan doelstelling van een beleidsmonitor.
Pagina 1 van 9
Vraag 1 Signaleren en doorgeleiden versterken
Onderbouwing ▪▪
▪▪
Aantal meldingen door externen
Werkelijk 1e half 2e half jaar 2015 jaar 2015 1345
Analyse
Maatregel
Interval
1. Signaleren vindt plaats op vele punten in de gemeente: o.a. amk, de vrijwillige hulpdiensten, de centrale toegang van de gemeente, de onafhankelijke cliënt ondersteuning (MEE veluwe), de lokale zorginstellingen, inloopcentra (b.v. hof van Cramer en de Heerd). Niet overal worden deze signalen gemonitord op aantallen. Een exact aantal signalen is daarom niet te geven.
1.
Vanwege de signalen vanuit de zorglandschap over onduidelijkheid en afstemming, heeft de gemeente bij aanvang van het jaar maandelijks een klankbordgroep centrale toegang georganiseerd. Hierbij sluiten zoveel mogelijk disciplines uit dat zorglandschap aan. Hier worden signalen uitgewisseld en samenwerking gezocht.
2 x per jaar
2.
Er is een relatie gelegd met de functie van de S1 wijkverpleegkundige. In het tweede half jaar zal deze wijkverpleegkundige signalen verzamen en doorgeleiden die vanuit de zorgsector komen en de verbinding leggen met signalen die van en naar de zorgverzekeraar gaan.
3.
Systeem ontwikkelen die signalen vanuit het maatschappelijk voorveld kan bundelen en samenbrengen.
1.
In tweede half jaar vrijwillige cliëntondersteuner trainen. In twee half jaar de vrijwillige cliëntondersteuner actief inzetten in samenleving Werkplan 2016 maken voor subsidie inzet cliëntondersteuning in 2016.
2. Bij de centrale wegwijzer zijn 1345 telefonische contacten geregistreerd. In de eerste drie maanden waren het aantal contacten gemiddeld hoger als in de maanden april en mei. In juni is het aantal contacten weer toegenomen. De centrale wegwijzer functioneert goed.
Centrale toegang: 1345 contacten
Conclusie: er zijn voldoende mogelijkheden binnen de gemeente en burgers weten de weg te vinden.
2 Onafhankelijke Client Ondersteuner
Pagina 2 van 9
▪▪
▪▪
Afkortingen: POCO: professionele onafhankelijk cliëntondersteuning VOCO: vrijwillige onafhankelijk cliëntondersteuning
Sinds 1 januari 2015 is de cliëntondersteuning gestart. MEE Veluwe voert dit uit.
Fase A, Lopende klanten 2015
Activiteit % Afhandelen van trajecten met 15 clienten die al zijn ingezet in 2014
B, Voorfase melding
1. contact en doorgeleiding 2. vraagverheldering (steun en doorgeleiden) 3. persoonlijke plan make (gesprek en 2 sessies)
32
De inzet in het eerste kwartaal is grotendeels voor lopende trajecten 2014 geweest. Van de cliëntondersteuning is in het tweede kwartaal meer gebruik van gemaakt dan in het eerste kwartaal. Hierbij werd voornamelijk ondersteuning gezocht voor contact en doorgeleiding. Door meer communicatie en bekendheid zien we dat het aantal cliëntondersteuningsvragen toenemen. Voor een bepaalde doelgroep is de belangenbehartiging tijdens het meldingsgesprek en de aanvraagfase nog
2. 3.
Vraag
Onderbouwing C, meldingsfase
D, aanvraagfase
E, Fase bezwaar en beroep
F, Scholing G, ondersteuning Lokale expertise OCO
•
Pagina 3 van 9
Analyse 1.voorbespreken (1 uur) aanwezigheid tijdens gesprek (1 uur) 2.nabespreken en 3. beg. Bij uitvoeren ondersteuningsplan(3 uur)
32
1.Begeleiden aanvraag 12 (advies over proces goedk. Adequaat); alleen Hattem: 2.PGB plan maken (ondersteunen bij) 1.besluit gemeente uitleggen, 4 2.ondersteunen bij maken bezwaarbrief, 3.aanwezig bij bezwaarcommissie. Scholing lokale OCO op clientondersteuning tel. Contact en informatie/ fysiek contact en informatie voor lokale OCO
Bron: cijfers aangeleverd door Mee Veluwe
1 4
belangrijk. Niet iedereen kan terugvallen op een cliëntondersteuner uit de omgeving. Over het algemeen gaat dit niet om grote aantallen.
Er is een werkgroep met leden vanuit de Wmoadviesraad in verband met het ontwikkelen van de VOCO . In de werkgroep is geconstateerd dat er niet alleen behoefte is aan iemand die alleen de weg wijst (zorgvraagheerde.nl), maar die ook meeloopt in de weg ernaartoe. Men ziet hier een rol voor de vrijwillige cliëntondersteuner. Samen met de werkgroep en MEE veluwe is de functie van vrijwillige cliëntondersteuning verder uitgewerkt. Deze zal in de loop van het tweede halfjaar worden uitgewerkt en ingezet. Voor de Individuele cliënt ondersteuning is het eerste half jaar 447 uur inzet gepleegd, voor maatschappelijke taken en innovatie 54 uur en voor integrale vroeghulp 6 uur. In totaal is er voor 46% gebruik gemaakt van het totale subsidiebudget. Naar verwachting zal men met het subsidiebudget uitkomen. Er is het meest gebruik gemaakt van de voorfase (32% van 446 uur)en meldingsfase (32% van 446 uur).
Maatregel
Interval
3 Meer gebruik van algemene voorziening
▪▪
▪▪ Regie ondersteuning
Werkelijk 1e
2e
1 half jaar 2 half jaar 2015 2015 Aantal klanten 26 Clientervaring * nnb • Cliënten ervaringsonderzoek pas in tweede half jaar gepland
Afkortingen: AVR (algemene voorziening regieondersteuning) AVSLH (Algemene voorziening schoon en leefbaar huis) AMW (Algemeen maatschappelijk werk)
Regieondersteuning:
AVR
Het doel van de algemene voorziening regieondersteuning is het creëren van een laagdrempelige Algemene voorziening regieondersteuning, voorliggend op de maatwerkvoorzieningen van de gemeente.
1.
Opstart: In het begin van van het jaar werd deze algemene voorziening nog weinig benut, dit heeft te maken met onbekendheid van deze voorziening. Er is aandacht besteed aan communicatie en het is geïntroduceerd in de centrale toegangswerkgroep. In het eerste kwartaal waren er 4 aanmelding , echter in het tweede kwartaal waren 22 aanmelding. Klantenaantal: In relatie tot de prognose zien we dat het aantal klanten hoger is dan verwacht: (prognose 33 klanten verwacht voor deelname aan AVR op jaarbasis). Ondersteuningsinzet vanuit AVR De trajecten die voor de klanten worden ingezet zijn echter korter en minder intensief dan verwacht. Er is een maximaal aantal weken wat voor ondersteuning kan worden ingezet op jaarbasis. Momenteel is hiervan nog maar 30% verbruikt. Voor het tweede halfjaar is er nog 70% aan ondersteuningsinzet te besteden. Deze zal noodzakelijk zijn aangezien een aantal overgangscliënten naar verwachting zullen instromen in de AVR. Er zijn het eerste half jaar relatief veel korte trajecten (21 stuks) ingezet, zodat hierdoor samen met de klant kan worden gezocht naar een ondersteuningsvorm die aansluit bij de mogelijkheden in zijn omgeving en bij zijn behoefte. Na deze korte trajecten kan er een langdurig traject (minder intensief) worden ingezet. Eerste ervaringen: In het derde kwartaal zal er een cliëntenervaring onderzoek worden uitgevoerd. De eerste signalen die worden gegeven is dat klanten aangeven aan het heel prettig te vinden dat het laagdrempelig is, dat men snel geholpen wordt en dat in het proces de klant en zijn omgeving centraal staan.
Pagina 4 van 9
2. 3.
Verbinding leggen tussen AVR en welzijn. Voorbereiden AVR op komst van overgangscliënten. Werkplan 2016 maken met aanbieders.
Hulp bij het Huishouden / schoon en leefbaar huis Aantal klanten per aanbieder Clientervaring
Schoon en leefbaar huis:
Werkelijk 1e half jaar 2015 446
De overgang van maatwerkvoorziening HH naar de AVSLH (algemene voorziening schoon en leefbaar huis) is goed verlopen. Er waren slechts 8 bezwaarschriften op de 541 klanten. Circa 2% van de 541 klanten heeft een maatwerkvoorziening gekregen, bij circa 20% is de huishoudelijke hulp voorziening gestopt (eigen kracht) Er zijn 433 klanten ingestroomd in de AVR in januari 2015. Er zijn geen klachten gemeld bij de gemeente. Aanbieders hebben wel enkele klachten gehad, deze gingen voornamelijk over de uurinzet. Maar na overleg (het resultaat moet worden behaald) zijn deze allemaal opgelost. Momenteel zijn er 446 klanten die gebruik maken van de AVSLH. Aanbieders geven aan tevreden te zijn.
2e half jaar 2015
nnb
AVSLH: klanten per aanbieder per periode 350 300
Er zijn 17 toekenning voor Bijzondere bijstand binnen ivm de bijdrage die gevraagd wordt voor huishoudelijke hulp vanuit de algemene voorziening schoon en leefbaar huis. Dit is 4% van het totaal aantal klanten die deelnemen.
250 200 150 100 50 0 1
2
3
4
5
6
Centraal bureau ECR (RAZ Groot stokkert) Hanzeheerd Brinkhoven Stichting Vérian Viattence locatie Wendhorst WZU Veluwe
Algemeen Maatschappelijk Werk Aantal klanten Clientervaring
Werkelijk 1e half jaar 2015 157 nnb
2e half jaar 2015
Binnen de gemeente Heerde zijn 3 algemeen maatschappelijk werkers (2,0 Fte)
Pagina 5 van 9
Algemene maatschappelijk werk: De halfjaargegevens geven inzicht in de cliënten welke ondersteuning en begeleiding vanuit het Maatschappelijk Werk ontvangen, zoals geslacht en leeftijd, samenlevingsverband en inkomstenbron. Daarnaast geven de jaargegevens zicht op de hulpverleningstrajecten die zijn aangeboden, zoals het aantal cliënten, verwijzers naar het Maatschappelijk
Aantal cliënten Amw: 157 hulpverleningstrajecten en 19 korte producten. 74 trajecten zijn in 2015 afgesloten.
Werk, naar welke instanties de cliënt na het hulpverleningstraject is doorverwezen, de problematieken en voortijdige afsluitingen. Ook geeft het een beeld van samenwerkingspartners gedurende de hulpverleningstrajecten.
Afkomst: 5% van de cliënten betreft mensen van buitenlandse afkomst (Irak, Iran, Sri Lanka, Afghanistan). Dit is een toename tov 2014 (over heel 2014: 281 hulpverleningstrajecten en 49 korte producten)
Doorlooptijden: We zien op dit moment langere trajecten Amw, bijv doordat cliënten langere tijd nodig hebben om bij schuldhulpverlening of bewind voering terecht kunnen.
Doorlooptijd: Binnen twee weken 9% afronding (kan op eigen kracht verder, doorverwijzing naar voorliggende voorzieningen, doorverwijzing naar andere instanties) 2 weken – 1 maand: 4% 1 maand – 3 maanden 20% 3 maanden – 6 maanden 20% Geslacht: 65% vrouw en 35% man, Meeste cliënten zijn tussen de 24 en 65 jaar oud. (over heel 2014: 63% vrouw 37% man, meeste cliënten zijn tussen de 24 en 65 jaar oud)
Verwijzingen: We zien meer verwijzingen naar het Amw toe tov 2014. Mogelijk te wijten aan de veranderde zorglandschap, de ontwikkelingen in de GGZ en de toenemende vraag naar schuldhulpverlening.
Samenlevingsverband: tov cijfers in 2014 geen grote verschillen tov 2015 24% samenwonend paar met kind(eren) 20% eenpersoonshuishouden 19% eenouderhuishouden 13% samenwonend paar zonder kinderen 2% inwonend bij ouders / familie 2% samengesteld gezin Inkomstenbron: Tov cijfers in 2014 geen grote verschillen tov 2015 eerste half jaar 33% inkomen uit loondienst 9% sociale voorzieningen 6% WIA, WAJONG 8% AOW 4% inkomsten uit ziektewet 3% zonder inkomen 2% inkomsten uit zelfstandig beroep / eigen bedrijf Cliënt is verwezen door: 55% op eigen initiatief (2014: 67%) 45% op verwijzing waarvan 20% door huisarts / POH-er (2014: 16%)
Pagina 6 van 9
Algemene tendens: Er lijkt een toename van cliënten die bij het Amw komen die minder op eigen kracht evt mbv familie, netwerk, voorliggende voorzieningen verder kan, er wordt meer beroep gedaan op professionele hulp.
Overige verwijzingen door GGZ, OGGZ, Woningbouwvereniging, Gemeente Problematieken: 16% financiën (2014: 21%) 10% schulden (2014: 4%) 8% psychosociale hulpverlening (2014: 12%) 12% partnerrelatie (2014: 8%) 13% verwerking (2014: 13%) 4% opvoeding (2014: 6%) 4% werk en maatschappelijke participatie (in 2014: 2%) 4% maatschappelijke organisaties (in 2014: 2%) Huisvesting 3%, familierelaties 6%, deze scoorden in 2014 minder dan 2%
Cliënt is verwezen naar: 90% kan op eigen kracht verder (waar nodig, wenselijk met inzet van familie, netwerk en voorliggende voorzieningen) (in 2014: 95%) 10% wordt doorverwezen naar oa CJG /team Jeugd, thuiszorg, financiële instanties (bijv bewindvoerder), thuiszorg.
Pagina 7 van 9
Vraag 4 Maatwerkvoorziening Begeleiding
Onderbouwing ▪▪
▪▪ Bouwstenen Begeleiding Aantal klanten Aantal geleverde trajecten Kosten Cliëntervaring
Werkelijk e 1 half 2e half jaar 2015 jaar 2015 166 255 Zie fin. monitor nnb
Aantal klanten Aantal geleverde trajecten Kosten Clientervaring
In kwartaal 1 van dit jaar werden er 245 voorzieningen geleverd in het kader van de bouwstenen voor begeleiding. In kwartaal 2 zijn deze gestegen naar 255 voorzieningen. Opgemerkt hierbij is dat het aantal vervoersvoorziening sterk is toegenomen (toename 14 stuks) aangezien deze in het eerste kwartaal nog niet goed waren verwerkt in het registratiesysteem.
1.
1e
Centrumgemeente nnb
Bovenstaand is te verklaren aangezien aanbieders hebben aangegeven dat een aantal klanten volgens conversie van het oude systeem (AWBZ) naar het Wmo systeem vallen onder bouwsteen licht, echter in werkelijkheid onder bouwsteen medium/complex horen te vallen. Deze klanten zijn onderzocht en sommige bouwstenen zijn aangepast.
Werkelijk 2e half 1 half jaar 2015 jaar 2015 CG CG
Afkorting CG: Centrumgemeente
Pagina 8 van 9
Maatregel
We een sterke daling vaststellen van de individuele begeleiding licht (afname 19 voorzieningen). Dit staat in relatie met een geringe stijging van begeleiding medium (stijging met 10) en complex (stijging met 6), en de toename in aanmeldingen bij de AVR.
Zie tabel in bijlage 1 over aantallen Maatschappelijke opvang en bebeschermd wonen
Analyse
2.
Facturatiestroom en automatisch berichtenverkeer optimaliseren om realisatiecijfers goed in beeld te krijgen. Tot stand brengen van vergelijking regionaal.
Interval
Bijlage 1
Bouwsteen Totaal Begeleiding licht Totaal Begeleiding Medium Totaal Begeleiding Complex Totaal Dagbesteding licht Totaal Dagbesteding medium Totaal Dagbesteding complex/gespecialiseerd Totaal Kortdurend verblijf/respijtzorg Totaal spoedopvang Totaal Vervoer van en naar dagbesteding rolstoel en kinderen Totaal Vervoer van en naar dagbesteding Totaal Persoonlijke verzorging Totaal PGB overgang- PV: Persoonlijke verzorging
Totaal PGB overgang- BG-GRP: Begeleiding in groepsverband Totaal PGB overgang- BG-IND: Begeleiding individueel Totaal PGB overgang - VBTYD: Verblijf tijdelijk PGB: Totaal Persoonlijke verzorging PGB: Totaal Begeleiding licht PGB: Totaal Begeleiding Medium PGB: Totaal Begeleiding Complex PGB: Totaal Dagbesteding licht PGB: Totaal Dagbesteding medium PGB: Totaal Dagbesteding complex/gespecialiseerd PGB Totaal Kortdurend verblijf/respijtzorg PGB Regie op gestructureerd huishouden Totaal Regie op gestructureerd huishouden
Pagina 9 van 9
aantal voorzieningen Q1 BGI-L BGI-M BGI-C BGG-L BGG-M BGG-C KVB SPD KVB BGVVrolstoel/kind BGVV BG PV PGB BG PV PGB BG BGGRP PGB BG BG-IND PGB VB PGB BG PV PGB BGI-L PGB BGI-M PGB BGI-C PGB BGG-L PGB BGG-M PGB BGG-C PGB KVB PGB HH2 maatwerk HH 2 maatwerk Totaal
aantal voorziening Q2 57 4 20 28 24 14 0 0
38 14 26 35 6 22 1 1
2 30 6 7
1 44 6 7
20 27 6 0 0 0 0 0 0 0 0
19 25 5 0 1 0 1 0 0 1 1
0 0 245
0 1 255