INTERGEMEENTELIJKE SOCIALE DIENST
Provinciale Staten van de provincie Overijssel Postbus 10078 8000GB ZWOLLE
behandeld door Henry Ridder afdeling IGSD telefoon (0521) 788 107 ons kenmerk 1440-3-IGSD-HR uw kenmerk
1
'liHMMIi'l'il' S™ï*
(verzenadatum)
PjjlagenJj^seXL-..
PROVINCIALE STATEN VAN OVERIJSSEL Reg.nr.
loktober2014
Onderwerp Begroting 2015-2018 en jaarverslag 2013IGSD Steenwijkerland en Westerveld
Dat. ontv.:
1 0 OKT 2014
Routing
a.d.
Bijl.:
Geachte dames/heren, Door het Algemeen Bestuur van de IGSD is op 14 juli 2014 de meerjarenbegroting 2015-2018 vastgesteld en deze wordt u hierbij aangeboden. In de vergadering van 12 juni 2014 heeft het algemeen bestuur het jaarverslag en de jaarrekening 2013 vastgesteld die u hierbij eveneens wordt aangeboden. Bij deze brief treft u de begroting 2015-2018 en het jaarverslag en de jaarrekening 2013 in tweevoud aan. Met vriendelijke groet, namens he; de directeur,
bestuur van de IGSD Steenwijkerland/Westerveld
Leo Koopa^l
Adresgegevens Postbus 300,8330 AH Steenwijk • telefoon (0521) 538 980 • fax (0521) 538 985 Bezoekadres: De Vesting 11-13,8332 GL Steenwijk e-mail
[email protected] • www.igsd-sw.nl • IBAN NL27 BNGH 0285 1281 67
INTERGEMEENTELIJKE SOCIALE DIENST
BEGROTING 2015 - 2018 Programmabegroting Bedrijfsvoering
Inhoudsopgave 1. INLEIDING
2
2. BEGROTING EN BEDRIJFSVOERING
4
2.1 Begroting
4
2.2 Exploitatieresultaat
6
2.3 Paragrafen 2.3.1 Weerstandvermogen 2.3.2 Financiering
7 7 9
3. BEDRIJFSVOERING
10
3.1 Huisvesting
10
3.2 Uitgangspunten ramingen 3.2.1 Prijsontwikkeling exploitatiebudgetten en kostenplaatsen 3.2.2 Toelichting budgetten apparaatskosten
10 10 11
4 PRODUCTBLADEN PROGRAMMABEGROTING 2015
13
4.1 Product WWB
13
4.2 Product Bbz
16
4.3 Product Inkomensdeel IOAW
18
4.4 Product Inkomensdeel IOAZ
20
4.5 Product Participatie
21
4.6 Product Bijzondere bijstand en overig minimabeleid
25
Begroting financieel 2015-2018 programmakosten
28
Begroting financieel 2015-2018 apparaatskosten
37
Begrotingstotalen
43
1. Inleiding Inleiding: Namens het Dagelijks Bestuur van de IGSD Steenwijkerland en Westerveld bieden wij u de begroting 2015 aan. De begroting bestaat, zoals u gewend bent, uit twee onderdelen. Belangrijkste onderdeel is de programmabegroting waarin de beleidsproducten zijn opgenomen. Daarnaast is er de begroting van de apparaatskosten, onontbeerlijk voor de uitvoering voor de taken waarvoor de IGSD staat. De begroting van de programmakosten is opnieuw door de stijging van de werkloosheid gestegen ten opzichte van de voorgaande jaren. De stijging leidt tot hogere kosten van uitkeringen. Op het moment van het opstellen van de begroting 2015 was op basis van de voorlopige rijksvergoeding 2014 het beeld dat de lasten gedekt konden worden door de rijksvergoeding. Of de definitieve rijksuitkering 2014 ook dekkend is, zal aan het eind van 2014 pas duidelijk zijn. De begroting van de apparaatskosten wijkt af van die van 2014. Dit heeft te maken met besparingen die gerealiseerd zijn als gevolg van de samenwerking tussen de IGSD en de NoordWestGroep. Besparingen die overigens, conform de afspraken met de gemeente Westerveld, ten gunste gebracht worden van de gemeente Steenwijkerland. In de begroting is nog een taakstelling opgenomen van structureel € 436.000. De taakstelling zal voornamelijk door het samenwerken met de NoordWestGroep gerealiseerd moeten worden. Gezien de toegenomen klantenaantallen en de daarmee gepaard gaande werklast, zal het een zware opgave zijn om de taakstelling te realiseren. Met de deelnemende gemeenten is afgesproken, om de toegenomen klantenstromen te kunnen verwerken, dat met een stijging van het cliëntenaantal met 100 (ten opzichte van het basis aantal van 700 klanten) het budget voor de inhuur van tijdelijk personeel verhoogd wordt met € 62.500. Het budget voor de inhuur van tijdelijk personeel is in de meerjarenbegroting aangepast aan de ontwikkelingen van de klantenaantallen.
Stelselwijziging: Met de invoering van de "Participatiewet" met ingang van 1 januari 2015 wordt er op landelijke schaal een grote stelselwijziging doorgevoerd. De Participatiewet hervormt de WWB, de Wet Wajong en de WSW. De WWB zal opgaan in de Participatiewet. De Wsw wordt met ingang van 1 januari 2015 afgesloten voor nieuwe instroom. Eén van de belangrijkste besluiten is verder om de huidige Wajongers met arbeidsvermogen na herbeoordeling niet over te dragen aan gemeenten. Zij behouden hun Wajonguitkering. Daarmee laat het kabinet de gedachte los van één regeling voor mensen die voor een werkgever het minimumloon niet kunnen terugverdienen. De Participatiewet sluit aan bij de regionalisering van het arbeidsmarktbeleid zoals de overheid die een aantal jaren geleden heeft ingezet. Gemeenten staan voor een enorme opgave. Ze worden verantwoordelijk voor een grote groep mensen die aan het werk moeten. Hiervoor moet nauw worden samengewerkt met werkgevers. De 35 arbeidsmarktregio's krijgen daarom de opdracht om een Werkbedrijf in te richten. Het Werkbedrijf is een bestuurlijk regionaal samenwerkingsverband van regiogemeenten, werkgevers en vakbondenl.
1
Ook UWV, SW-bedrijven en voor de doelgroep relevante onderwijsinstellingen en zo mogelijk cliëntenorganisaties
kunnen betrokken worden bij de activiteiten van het bestuur van de Werkbedrijf.
Een belangrijk instrument in de Participatiewet is de loonkostensubsidie. Deze is voor mensen die niet in staat zijn om voor een werkgever het minimumloon terug te verdienen. De loonwaarde en daarmee de hoogte van de loonkostensubsidie is afhankelijk van de mate waarin mensen daartoe in staat zijn. De gemeente zal bij verordening regels moeten vaststellen over de doelgroep loonkostensubsidie en de loonwaarde. Voor deze doelgroep stellen bedrijfsleven en overheid blijkens het sociaal akkoord 125.000 nieuwe garantiebanen beschikbaar over een periode van 2014-2017. Daarbij wordt van gemeenten en sociale partners verwacht dat zij bij plaatsing op deze garantiebanen prioriteit geven aan Wajongers met arbeidsvermogen en mensen op de WSWwachtlijst2. Aan het werk krijgen is één ding, en aan het werk houden en ander. Een blijvend resultaat vergt een goede begeleiding. Vooral over de financiering van deze begeleiding maken organisaties als Cedris zich veel zorgen. Met de invoering van de "Participatiewet" is er een gebundeld participatiebudget waardoor bijna alle middelen voor het kunnen laten meedoen van burgers in de samenleving, integraal ingezet kunnen worden. Dit helpt bij het ontwikkelen van integraal beleid in het sociale domein. Overige wetswijzigingen Verder treden de Wet maatregelen Wet werk en bijstand en enkele andere wetten (verder WWBmaatregelen en de Wet hervorming kindregelingen op 1 januari 2015 in werking. De WWBmaatregelen heeft tot doel de bijstand activerender te maken. De hoogte van de maatregelen is vanaf 1 januari 2015 wettelijk voorgeschreven bij het niet of onvoldoende nakomen van de plicht tot arbeidsinschakeling. Verder keert de huishoudinkomenstoets terug, zij het in een andere vorm te weten de kostendelersnorm. Deze kostendelers norm is niet alleen van toepassing op de WWB maar ook op de IOAW en IOAZ3. In tegenstelling tot de huishoudinkomenstoets is de kostendelersnorm niet beperkt tot bloed- en aanverwanten in de eerste graad. Voor alle volwassenen die op één adres gaat de kostendelersnorm gelden4. Ook de hervorming kindregelingen heeft een activerende werking. Achterliggende gedachte is dat werken moet lonen. Alleenstaande ouders die vanuit de bijstand vier dagen per week gaan werken voor een loon rond het minimum gaan er jaarlijks circa € 1.000,00 op achteruit. In de nieuwe regeling gaan zij er op jaarbasis € 2.100,00 op vooruit. De alleenstaande ouders in de WWB, IOAW en IOAZ ontvangen daarom met ingang van 1 januari 2015 een uitkering die even hoog is als voor een alleenstaande. Via het kindgebonden budget van de belastingdienst krijgen zij nog een extra bedrag, de alleenstaande-ouderkop. Samen zal dit op jaarbasis € 530,00 lager zijn dan nu het geval is5. Voor huishoudens die op 31 december 2013 een uitkering ontvangen van de IGSD en te maken krijgen met de kostendelersnorm en/of Wet hervorming kindregelingen geldt een overgangstermijn van een half jaar.
2
Uitgangspunten van De Werkkamer pagina 2.
3
De kostendelersnorm geldt vanaf 1 januari 2015 ook voor de Anw, TW en AOW.
4
De WWB-maatregelen kent een paar uitzonderingen op de kostendelersnorm.
5
MvT Wet hervorming kindregelingen pagina 16
Op het moment van het opstellen van de begroting 2015 is niet bekend welke extra belasting de uitvoering van de stelselwijziging zal hebben op het ambtelijk apparaat. In de loop van 2014 zal daar meer duidelijkheid over komen en zullen de gemeenten daar bij betrokken en over geïnformeerd worden.
Beleidsontwikkeling en uitvoering: Naast beleidsontwikkeling is ook steeds meer de vraag naar voren gekomen hoe en door wie het beleid uitgevoerd moet worden. Gemeenten krijgen steeds nadrukkelijker de verantwoordelijkheid voor kwetsbare groepen burgers met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Het is essentieel de dwarsverbanden te leggen tussen de Participatiewet, de Wmo/Awbz en straks de Jeugdzorg. Burgers maken gebruik van verschillende voorzieningen. Door dwarsverbanden te leggen kan efficiënter van die verschillende voorzieningen gebruik gemaakt worden. Dit is nodig om: de kosten beheersbaar te houden door efficiëntere organisatie en inkoop van de voorzieningen; met minder budget een relevant voorzieningenniveau voor de doelgroepen in stand te kunnen houden; de omslag van verzorgingsstaat naar participatiemaatschappij geordend en gestructureerd te kunnen inzetten. In dit kader zijn de beide gemeenten waarvoor de IGSD werkt, bezig met beleidsontwikkeling. De gemeente Westerveld onderzoekt de mogelijkheden met een aantal regiogemeenten om tot een uitvoeringsorganisatie in het sociale domein te komen waarbij de inhoudelijke beleidskaders leidend zijn en de structuur volgend. De gemeente Steenwijkerland heeft besloten om een verregaande vorm van samenwerking tussen de IGSD en het werkvoorzieningschap NWG tot stand te brengen waar onder andere de reintegratie onderdelen van de Participatiewet worden uitgevoerd. Het werk van Sociale Diensten zal ook in de toekomst wel blijven bestaan. Wel zullen er veranderingen optreden onder invloed van de drie decentralisaties.
2. Begroting en bedrijfsvoering 2.1 Begroting De begroting bestaat uit de programmakosten en de apparaatskosten. De programmakosten bestaan uit de volgende producten: - Wet Werk en Bijstand (inkomens- en werkdeel); - Bijstand zelfstandigen; - IOAW; - IOAZ; - Bijzondere bijstand en overig minimabeleid; - Wet Inburgering. De programmabegroting is gebaseerd op inzichten in de bestanden van het eerste kwartaal 2014 en
de verwachtingen met betrekking tot de recessie. Voor 2015 is de verwachting dat de economie licht zal aantrekken waardoor de vraag naar arbeidskrachten gering zal zijn. Pas vanaf 2016 worden de positieve effecten van het aantrekken van de economie verwacht waardoor de klantenaantallen zullen gaan dalen. De ervaring leert ook dat in de regio waar de IGSD in werkzaam is de ontwikkelingen later op gang komen dan de landelijke trend. In cijfers vertaald betekent dat de cliëntenaantallen (werkelijke aantallen) voor beide gemeenten vanaf 2016 zullen dalen. Uitgaande van het bovenstaande is de verwachting dat het gemiddelde cliëntenaantal het volgende verloop zal laten zien: Cliënten Steenwijkerland 2015
825
2016 2017
775 725
2018
700
Cliënten Westerveld 313 296 281 271
De prognoses van de aantallen in de meerjarenbegroting 2014 waren uitgegaan van een lager gemiddeld aantal cliënten en een daling die al in 2014 in zou zetten. De aanhoudende economische recessie is de oorzaak van de nu voorliggende aangepaste prognoses.
2.2 Exploitatieresultaat De diensten die de IGSD aan de deelnemende gemeenten verleend, worden op basis van een tarief in rekening gebracht. Dit kan leiden tot een tekort of overschot op de exploitatie en bij een overschot kan en mag een bescheiden reserve opgebouwd worden waarmee schommelingen in de exploitatie kunnen worden opgevangen. Het tarief voor 2015 is, net als vorig jaar, tot stand gekomen door het aantal cliënten van relevante regelingen bij elkaar op te tellen en aan de regelingen een weging toe te kennen. Daarmee wordt bereikt dat er een bredere basis is voor de opbouw van het tarief. Een bijkomend positief plezierig effect is dat de oorspronkelijke kostenverdeling tussen de beide gemeenten zoveel mogelijk in stand wordt gehouden. De verhouding voor de begroting 2014 bedraagt 75/25. Het gewogen cliëntenaantal voor de is als volgt vastgesteld:
Cliënten wwb/ioaw/ïoaz
Scharing aantallen per 1-1-2015 Wester veld Steenwijkerland 810 300
Cliënten Wet Inburgering
totaal 1.110
weging 50%
405
150
60
10
70
5%
3
1
Minimabeleid aantal cliënten
1.300
360
1.660
20%
260
72
Instroom cliënten
350
120
470 25% gewogen aantal cliënten
88 756
30 253
1.009
Het totaal aan lasten wat in rekening gebracht wordt bij de gemeenten ziet er als volgt uit: Aantal gewogen cliënten Steenwijkerland Tarief 2015 e.V.
756 3.045
Bijdrage Steenwijkerland in apparaatskosten Verlaging bijdrage Steenwijkerland agv samenwerking NWQIGSD **
2.302.020
extra budget tijdelijk personeel als gevolg van stijging klantenaaniallen
234.375
-152.500
Vergoeding personeelslasten budgetcoach
63.000
Vergoeding personeelslasten voormalig directeur IGSD
97.000
Vergoeding consulent Wiedenmodel Totale bijdrage Steenwijkerland in apparaatskosten Aantal gewogen cliënten Westerveld Tarief 2015 e.v. Bijdrage Westerveld in apparaatskosten extra budget tijdelijk personeel als gevolg van stijging klantenaantallen
Totale bijdrage Westerveld in apparaatskosten. Totale bijdragen gemeenten in 2015
61.875 2.605.770 253 3.045 770.385 78.125
848.510 3.454.280
** Specificatie besparingen ab gevolg van samenwerking NWG en IGSD. - personeelsfunctionaris
27.000
- administratief medewerker
33.000
- informatie medewerker
28.000
- teamleider re-integratie - besp aring kosten uitbesteden salaris- en financiële administratie
42000
Totale besparing 2015
22.500 15Z500
De totale gesaldeerde lasten voor de IGSD bedragen voor 2015 € 2.911.876. De rekening die bij de gemeenten wordt ingediend voor de geleverde diensten bedraagt € 2.919.905. Het positieve begrotingssaldo bedraagt dan € 8.029. De bestemming van dit resultaat is de algemene reserve.
2.3 Paragrafen Op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is de IGSD verplicht in haar begroting een aantal specifieke paragrafen op te nemen. Voor de IGSD zijn niet alle paragrafen van toepassing. De IGSD heft geen lokale belastingen, heeft geen kapitaalgoederen (wegen, riolering, gebouwen e.d.), is niet verbonden met andere partijen (nutsbedrijven bijvoorbeeld) en voert geen grondbeleid. De paragrafen waar we ons toe kunnen beperken zijn dan: • Weerstandvermogen • Financiering • Bedrijfsvoering De betreffende paragrafen treft u hieronder aan.
2.3.1 Weerstandvermogen De IGSD is een zelfstandige organisatie en heeft in die rol ook te maken met risico's. In de begroting wordt op basis van producten en (uitvoerings-)taken budgetten geraamd, waarbij vanzelfsprekend getracht wordt een zo hoog mogelijk realiteitsgehalte te behalen. Gelukkig is niet alles voorspelbaar en dat geldt ook zeker voor de omgevingsinvloeden van de IGSD. Het is daarom van belang een dusdanige organisatie neer te zetten die bij tegenvallers de weerstand heeft de tegenvallers op te vangen. Het gaat dan om substantiële tegenvallers. Die weerstand kan bestaan uit bijvoorbeeld reserves en/of een structuur die de flexibiliteit heeft te reageren op veranderende omstandigheden. De IGSD heeft niet de producten die geld genereren, zoals gemeentelijke belastingen. Er is dan dus ook geen sprake van onbenutte belastingcapaciteit die inzet kan worden bij (structurele) tegenvallers. De IGSD beschikt ook niet over stille reserves (investeringen zonder boekwaarde die bij verkoop wel geld opbrengen) die ten gelde gemaakt zouden kunnen worden. Voor incidentele tegenvallers kan de post onvoorzien ingezet worden. Wanneer de IGSD haar
exploitatieoverschotten jaarlijks reserveert, ontstaat er een financiële buffer die ingezet kan worden bij (incidentele) tegenvallers. Risico's De gemeenten zijn risicodrager voor de uitvoering van de taken van de IGSD. Omdat de IGSD echter de taken uitvoert, wordt deze paragraaf beschreven vanuit het oogpunt van de gemeenten. Met andere woorden de IGSD voelt zich verantwoordelijk en benadert de uitvoeringsproblematiek, zowel programmatisch als bedrijfsvoeringstechnisch, ook op die wijze. Met welke risico's heeft de IGSD nu van doen. De belangrijkste risico's waarmee de IGSD te maken heeft is de wet Werk en Bijstand, de bijzondere bijstand en het minimabeleid. Bezuinigingen Door de gemeenten zijn aan de IGSD bezuinigingen opgelegd. De IGSD heeft op de nu voorliggende begroting al ingegrepen op de budgetten en de bedrijsprocessen zijn herontworpen waarbij gelet is op efficiency, klantvriendelijkheid, kostenbesparingen en risicobeheersing. De bezuinigingen brengen de uitvoering van de wettelijke en overige regelingen in gevaar
Wet Werk en Bijstand Het risico van de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand (WWB) ligt voor het inkomensgedeelte voor 100% bij de gemeenten. De hoogte van het budget is afhankelijk van de economische ontwikkelingen en het definitieve budget over het lopende dienstjaar wordt pas in oktober van het betreffende jaar bekend gemaakt. Een lager budget voor de gemeenten heeft geen invloed op het budget voor de IGSD omdat de IGSD gefinancierd wordt op basis van werkelijke uitgaven. De IGSD zal vanzelfsprekend wel constant intern moeten kijken hoe de bedrijfsvoering verder geoptimaliseerd kan worden. Die oplossing moet dan vooral in de processen en in de efficiency gezocht worden. Een andere wijze van dienstverlening, inzet van personeel of meer risico's nemen bij de uitvoering kan tot kostenreductie leiden. Uiteraard moet een en nader wel in verhouding staan tot de mogelijke effecten. Minimabeleid en bijzondere bijstand De uitkeringen bijzondere bijstand en langdurigheidstoeslag zijn zogenaamde open einde regelingen. De hoogte van de benodigde budgetten is afhankelijk van het aantal aanvragen en de hoogte van de uitkeringen. Er is geen limiet gesteld. Ook hier geldt dat financiering plaats vindt door de beide gemeenten. Verhuur kantoorruimte De IGSD is hoofdhuurder van het gebouw Werkplein. Op het moment van het opstellen van de begroting 2015 bestaat alleen nog de werkplekkenovereenkomst met het UWV. De verwachting is dat de betreffende overeenkomst afgekocht zal worden. De onderhandelingen waren in april 2014 in een vergevorderd stadion. Het Drenthe College zit tot half 2014 in het Werkplein en zal dan vertrekken om ruimte te maken voor de NoordWestGroep. De lagere huuropbrengsten zitten verwerkt in de begroting.
2.3.2 Financiering De financieringsparagraaf geeft inzicht in de wijze waarop de financieringsfunctie ingericht is. De basis daarvan ligt in het treasurystatuut dat op grond van de wet FIDO (Financiering Decentrale Overheden) iedere overheidsorganisatie verplicht vast te stellen. Uitgangspunt van de wet Fido is dat de lagere overheden de risico's bij het financieringsbeleid beperken en dat de financieringsstructuur flexibel en transparant is. In 2006 is het treasurystatuut IGSD opgesteld en vastgesteld.
Kasgeldlimiet De IGSD is voor de financiering van de lasten afhankelijk van de deelnemende gemeenten. Dat betekent dat de IGSD een beperkt renterisico loopt. Daarbij is het natuurlijk wel zaak een balans te vinden tussen de momenten van uitgaven en inkomsten, zodat er geen liquiditeiten tekorten of forse overschotten ontstaan. Die balans kan bewerkstelligd worden door bewaking van de geldstromen, bijvoorbeeld door een liquiditeitsplanning op te stellen. De kasgeldlimiet is wel vastgesteld. Deze limiet is het kantelpunt waarop besloten moet worden dat de kortlopende schuld, die tot op dat moment wordt gefinancierd door kas- en/of daggeld ("kort" geld), gefinancierd moet worden door het aantrekken van een langlopende geldlening. De limiet is een door de Minister van Financiën vastgesteld percentage van het begrotingstotaal. Het percentage wordt voor 2015 geschat op 8,5% en het begrotingstotaal bedraagt afgerond € 24.000.000. De kasgeldlimiet wordt daarmee vastgesteld op € 2.040.000.
3. Bedrijfsvoering Traditioneel is de bedrijfsvoering intern gericht. Dat houdt in dat de informatie zich richt op de onderdelen personeel, informatisering, automatisering, communicatie, organisatie, financieel beheer en de facilitaire dienstverlening. Bedrijfsvoering moet echter gezien worden als de basis voor de realisatie van de producten (programma) een kwalitatieve goede dienstverlening aan de burger. Daarnaast moet de bedrijfsvoering zodanig ingericht zijn/worden, dat het beleid en beheer rechtmatig, doelmatig en doeltreffend is.
3.1 Huisvesting De samenwerkingspartner UWV heeft het Werkplein in 2013 hebben verlaten. Zoals al is aangehaald is de verwachting dat de werkplekkenovereenkomst zal worden afgekocht. De samenwerking met de Noordwestgroep, misschien zelfs een volledige fusie, kan invloed hebben over de bestemming van het Werkplein. Op het moment van het opstellen van de begroting werrden de plannen voor de huisvesting en verhuizing opgesteld.
3.2 Uitgangspunten ramingen Bij het bepalen van de loonkostenontwikkeling is rekening gehouden met de volgende uitgangspunten: Stijging salariskosten over geheel 2015
0%
De verwachting is dat het kabinet vast zal houden aan de 'nullijn' en dus geen ruimte geeft voor loonkostenstijging.
3.2.1 Prijsontwikkeling exploitatiebudgetten en kostenplaatsen. Evenals bij de voorgaande begrotingen is, hoewel de gemeenschappelijke regeling daarvoor wel de ruimte bind, geen indexering van de prijsontwikkeling doorgevoerd. De ervaringcijfers van het jaar 2013 zijn als basis genomen voor de raming van de budgetten. Alleen in de huurprijs van het Werkplein is de overeengekomen prijsstijging verwerkt. Het budget van 2015 is berekend op € 2.919.9054. Bij de begroting 2014 was voor de jaarschijf 2015 een budget berekend van €3.155.000. Het verschil wordt voornamelijk veroorzaakt door de besparing op loonkosten en facilitaire zaken als gevolg van de samenwerking van de IGSD met de NoordWestGroep. Conform de afspraken tussen de gemeenten Westerveld en Steenwijkerland komen de hogere lasten, frictiekosten, als gevolg van de samenwerking ten laste van Steenwijkerland en de baten komen ten gunste van Steenwijkerland.
10
Analyse kostenplaatsen jaarschijf 2015 begroting 2014 begroting 2015 j aarschijf 2015 jaarschijf 2015 0,00 Kapitaa lias ten -2500,00 39.750,00 algemene kosten 38.000,00 personeelskosten 2.198520,00 1.956.481,00 367.645,00 huisvestingskosten 351.401,00 164.000,00 facilitaire kosten 180500,00 ICT 384.000,00 384.000,00 2.911.876,00 3.149.921,00
verschil -2500,00 -1.750,00 242.039,00 -16244,00 16500,00 0,00 238.045,00
Toelichting: De belangrijkste afwijking zit in de personeelkosten. Deze zijn lager dan in de meerjarenbegroting van 2014. De oorzaak daarvan is: besparingen samenwerking NoordWestGroep en IGSD € 130.000 in de jaarschijf 2015 van de begroting 2014 is voor € 186.000 aan dekking niet opgenomen. hogere lasten omdat vacature teamleider Inkomen verzuimd was op te nemen in begroting 2014, nadeel €80.000.
3.2.2 Toelichting budgetten apparaatskosten Daar waar afwijkingen in de kostenplaatsen zijn wordt een toelichting gegeven.
Personeel Het budget voor inhuur personeel bedraagt in 2013 € 200.000. Als gevolg van de stijging van het klantenaantal, gerekend vanaf 700 klanten, wordt er in 2015 € 312.500 extra van de gemeenten ontvangen. Dit is conform de afspraak dat de IGSD bij elke 100 klanten meer € 62.5000 ontvangt voor de opvang van de toegenomen werklast. Deze ontvangst en uitgaaf is verwerkt in de begroting. Aan het participatiebudget (werkdeel) zijn vanuit de apparaatskosten de volgende kosten toegerekend: - consulenten re-integratie (pay-roll) € 400.000 (Verdeling 75/25 naar gemeenten) - jobhunter € 82.500 (Verdeling 75/25 naar gemeenten) - consulent werk € 41.700 (Steenwijkerland) - consulent jongeren loket € 55.400 - overhead wiedenmodel € 20.000 (Steenwijkerland) Er wordt naast het participatiebudget nog een andere financieringsbron ingezet voor het dekken van werkzaamheden op het gebied van re-integratie. Het betreft de volgende functie: - consulent Wiedenmodel (inclusief overhead) € 61.900 (Steenwijkerland)
11
Op de kostenplaats is de stelpost opgenomen van nog te realiseren bezuinigingen. In meerjarenperspectief bedraagt de stelpost structureel € 435.700. De mogelijkheden tot bezuinigingen moeten gezocht worden binnen de mogelijkheden die het rapport 'samenwerken aan samenwerken' vermeld. Dit is het basisdocument dat ten grondslag ligt aan de samenwerking tuissen de NoordWestGroep en de IGSD.
Huisvestingskosten De opbrengst van verhuur is, vanaf 2014, teruggelopen als gevolg van aflopende huurcontracten. Op het moment dat de NoordWestGroep definitief gehuisvest wordt in het Werkplein zullen afspraken gemaakt moeten worden tussen Westerveld en Steenwijkerland over de afwikkeling van de gederfde huuropbrengsten.
12
4 Productbladen programmabegroting 2015 4.1 Product WWB Beleidsdoel Voorkomen dat inwoners een beroep doen op algemene bijstand op grond van de Wet werk en bijstand door hen zoveel mogelijk naar werk toe te leiden. Werk boven uitkering. Daar waar dat niet lukt, inwoners een vangnet bieden in de vorm van algemene bijstand. Doelgroep Inwoners van 18 jaar of ouder maar jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd die niet in hun eigen onderhoud kunnen voorzien, omdat zij onvoldoende inkomsten en vermogen hebben. Daarbij geldt voor inwoners van 18 tot 27 jaar als extra voorwaarde dat zij pas voor algemene bijstand in aanmerking kunnen komen wanneer zij geen regulier onderwijs kunnen volgen.
Beleid ■ De IGSD wil 100% van de aanvragen en bezwaarschriften tij dig afhandelen o Om dit bereiken heeft de IGSD heldere werkprocessen beschreven. Daar staat niet alleen in wat moet gebeuren maar ook wie daarvoor verantwoordelijke is. In combinatie met het systeem van werkbeheer, waarmee termijnen worden bewaakt, is een goede aansturing mogelijk. ■ De IGSD wil 25% van de instroom aan de poort tegenhouden. Deze preventiequote hanteert de IGSD in samenwerking met het UWV. o Dit resultaat bereikt de IGSD onder andere door het voorkomen van instroom waarbij sprake is van fraude en het ontmoedigen en terugdringen van een aantal vermoedelijke fraudeurs door een welomschreven actief preventiebeleid. ■ Ten onrechte verleende uitkeringen terugvorderen o De IGSD heeft daartoe specifieke beleidsregels opgesteld. Ook legt de IGSD klanten boetes op die frauderen. Bij fraudebedragen van € 50.000 of hoger doet de IGSD aangifte bij het Openbaar Ministerie. De IGSD voorkomt dat fraudebedragen als gevolg van witte inkomensfraude oplopen tot een bedrag hoger dan 3 achtereenvolgende maanduitkeringen. Vastgesteld Beleid ■ Verordeningen ■ Beleidsregels en uitvoeringsrichtlij nen
13
Te verwachten ontwikkelingen Het kabinet wil één regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt invoeren. De WWB, WSW en de Wajong worden hervormd tot een nieuwe regeling 'Participatiewef. Bij de uitwerking van de Participatiewet worden de onderdelen van het wetsvoorstel Wet werken naar vermogen gebruikt en worden de bouwstenen die in het regeerakkoord zijn afgesproken meegenomen. Gemeenten gaan de Participatiewet uitvoeren. Op het moment van het samenstellen van de begroting is de streefdatum van het kabinet om de regeling in te voeren, 1 januari 2015. Daarnaast treden de Wet maatregelen Wet werk en bijstand en enkele andere wetten en de Wet hervorming kindregelingen naar verwachting op 1 januari 2015 in werking. Het jaar 2014 zal dan ook in het teken staan van de implementatie van deze drie wetten. De risicoparagraaf gaat hier nader op in. Meerj arenraming 2014
2015
2016
2017
10.298.258
11.480.000
11.632.500
10.927.500
10.222.500
9.870.000
203.220
200.000
200.000
200.000
200.000
200.000
3.359.609
3.985.000
4.256.800
4.025.600
3.821.600
3.685.600
69.622
70.000
70.000
70.000
70.000
70.000
Jaarrekening
2018
2013 Steenwijkerland Lasten (uitkeringen) Baten (debiteuren Westerveld Lasten (uitkeringen) Baten (debiteuren
In de meerjarenbegroting wordt gerekend met de volgende aantallen cliënten WWB: Werkelijk 2013
2014
2015
2016
2017
2018
Steenwijkerland
732
820
825
775
725
700
Westerveld
264
300
313
296
281
271
Gemeente:
Budgetten Met ingang van 1 januari 2010 ontvangen gemeenten één gebundelde uitkering voor de bekostiging van uitkeringen op grond van de WWB, de IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004, voor zover deze laatste betrekking heeft op levensonderhoud voor startende ondernemers. Voor de WWB was dit al zo. Het gaat om ongeoormerkte budgetten. Dat betekent dat de gemeente een overschot op de budgetten zelf mag houden, maar een tekort zelf moet bekostigen. Overschrijdt de gemeente het budget met meer dan 10% dan kan het een meerjarige aanvullende uitkering (MAU) en incidentele aanvullende uitkering (IAU) aanvragen. De gemeente Westerveld ontving in 2006 tot en met 2011 een aanvullende uitkering.
14
Prognose budgetten De ontwikkeling van de budgetten voor de bekostiging van de WWB is afhankelijk van het Rijksbeleid. Ten aanzien van de uitgaven is het budget afhankelijk van de stijging en daling van het aantal cliënten dat een beroep doet op de WWB. Die ontwikkeling is van vele factoren afhankelijk.
15
4.2 Product Bbz Beleidsdoel Bijstand verstrekken voor levensonderhoud en ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskapitaal op grond van het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz2004). Doelgroep Inwoners van Westerveld en Steenwijkerland kunnen een beroep doen op het Bbz2004 als zij: ■ Al langere tijd als zelfstandige werkzaam zijn en tijdelijke financiële problemen hebben (gevestigde zelfstandige); ■ Met een uitkering op grond van de WW of WWB die als zelfstandige willen beginnen (beginnende zelfstandige); ■ Een zelfstandige zijn van 55 jaar of ouder met een niet-levensvatbaar bedrijf (oudere zelfstandige); ■ Hun bedrijf willen beëindigen omdat deze niet levensvatbaar is (beëindigende zelfstandige). Beleid ■ De IGSD wil 100% van de aanvragen en bezwaarschriften tijdig afhandelen. Het Regionaal Bureau Zelfstandigen in Zwolle (Rbz) behandelt de aanvragen en adviseert de IGSD over de te nemen beslissing. ■ De IGSD stimuleert ondernemerschap bij uitkeringsgerechtigden in het kader van re-integratie en informeert via het Rbz zelfstandigen met financiële problemen over de mogelijkheden van het Bbz2004. Voor vragen kunnen zij ook terecht bij het ondernemersloket. Eén keer per twee weken houdt dit loket spreekuur op het Werkplein Steenwijk voor ondernemers. Daarin zijn vertegenwoordigd de Kamer van Koophandel, de Belastingdienst, het Regionaal Bureau zelfstandigen (Rbz), Qredits en de afdeling economische zaken van de gemeente Steenwijkerland. Vastgesteld Beleid ■ Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 ■ Beleidsregels en uitvoeringsrichtlijnen Te verwachten ontwikkelingen Het kabinet wil één regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt invoeren. De WWB, WSW en de Wajong worden hervormd tot een nieuwe regeling 'Participatiewet'. De Bbz2004 blijft als afzonderlijke regeling bestaan.
16
Meerj arenraming Jaarrekening
2014
2015
2016
2017
2018
2013 Steenwijkerland Lasten (kredieten e.d.)
316.812
370.000
370.000
370.000
370.000
370.000
Baten (rente/aflossing)
115.891
100.000
100.000
100.000
100.000
100.000
158.090
205.000
180.000
180.000
180.000
180.000
74.106
40.000
75.000
75.000
75.000
75.000
Westerveld Lasten (uitkeringen) Baten (rente/aflossing)
Budgetten Met ingang van 1 januari 2010 zijn de gemeenten financieel verantwoordelijk voor de bekostiging van algemene bijstand en de kosten van begeleiding en coaching aan startende ondernemers. De middelen voor de algemene bijstand ontvangen zij in één gebundelde uitkering, waar ook de bekostiging van uitkeringen op grond van de WWB, de IOAW en de IOAZ in zit. De middelen voor de kosten van begeleiding en coaching van startende ondernemers zijn aan het participatiebudget toegevoegd. De overige kosten in het kader van de Bbz 2004 kunnen voor 75% gedeclareerd worden bij het Rijk. De overige 25% komt voor rekening van de gemeenten. Wel vindt in deze financiering een wijziging plaats. Het gaat om een beperkte wijziging waarmee gemeenten worden gestimuleerd om beter debiteurenbeheer op verstrekt bedrijfskapitaal te voeren en de selectiviteit te vergroten. De baten van gemeenten in de vorm van aflossingen en rente op verstrekt bedrijfskapitaal worden genormeerd op basis van een landelijk gemiddelde. Gemeenten die individueel in staat zijn om meer baten te genereren dan dit landelijk gemiddelde mogen de baten die uitstijgen boven het gemiddelde (meerbaten) behouden. Omgekeerd betalen gemeenten zogenaamde minderbaten zelf. Dit principe van normeren van baten en de rekenregels waarin dit nader is uitgewerkt zijn tussen VNG en SZW besproken en akkoord bevonden. In de loop van 2013 zal meer duidelijkheid bestaan. Prognose budgetten De ontwikkeling van de budgetten voor de bekostiging van de WWB is afhankelijk van het Rijksbeleid. Ten aanzien van de uitgaven is het budget afhankelijk van de stijging en daling van het aantal cliënten dat een beroep doet op de BBZ.
17
4.3 Product Inkomensdeel IOAW Beleidsdoel Aan werkloze werknemers een uitkering verstrekken op het niveau van het sociaal minimum op grond van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW). Doelgroep Inwoners met onvoldoende inkomsten uit of in verband met arbeid die na hun 50e: ■ werkloos werden en een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW) ontvingen van meer dan drie maanden; ■ recht kregen op een loongerelateerde werkhervattingsuitkering gedeeltelijk arbeidsongeschikten (WGA-uitkering) die nadien is beëindigd omdat de mate van arbeidsongeschiktheid niet langer ten minste 35% bedraagt. Vastgesteld Beleid ■ Verordeningen ■ Beleidsregels en uitvoeringsrichtlijnen Te verwachten ontwikkelingen De Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) wordt vanaf 1 januari 2015 geleidelijk afgebouwd (Wetsvoorstel Werk en Zekerheid). Mensen geboren voor 1 januari 1965 kunnen nog een beroep doen op de IOAW, mits ze aan alle overige voorwaarden voldoen. De Eerste Kamer moet het wetsvoorstel nog goedkeuren. Daarnaast gaat ook voor de IOAW de kostendelersnorm en de Wet hervorming kindregelingen gelden. Voor ondersteuning bij arbeidsinschakeling behoren IOAW-gerechtigden vanaf 1 januari 2015 tot de doelgroep van de Participatiewet6.
Meerjarenraming Jaarrekening 2013
2014
2015
2016
2017
2018
Steenwijkerland Lasten (uitkeringen) Baten (debiteuren))
421.998 4.342
600.000 0
690.000 0
660.000 0
630.000 0
615.000 0
Westerveld Lasten (uitkeringen) Baten (debiteuren
211.358 0
270.000 0
285.000 0
255.000 0
240.000 0
225.000 0
Budgetten
6
Naast de IOAW is er een tijdelijke regeling die het UVW uitvoert. Het gaat om de Inkomensvoorziening oudere werklozen
(IOW). Inwoners die op de eerste dag van werkloosheid een uitkering op grond van de IOW ontvangen, krijgen geen IOAW. Indien de Eerste Kamer het Wetsvoorstel Werk en Zekerheid aanneemt, komt de IOW per 1 januari 2027 te vervallen.
18
De IOAW kende tot 1 januari 2010 een financieringsystematiek waarbij 75% bij het Rijk kon worden gedeclareerd en 25% drukte op het gemeentelijk Budget. Met ingang van 1 januari 2010 ontvangen gemeenten één gebundelde uitkering voor de bekostiging van uitkeringen op grond van de WWB, de IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004. Dat betekent een grotere financiële verantwoordelijkheid voor gemeenten rond de uitvoering van de IOAW. Prognose budgetten De ontwikkeling van de budgetten voor de bekostiging van de IOAW is afhankelijk van het Rijksbeleid. Ten aanzien van de uitgaven is het budget afhankelijk van de stijging en daling van het aantal cliënten dat een beroep doet op de IOAW. Die ontwikkeling is van vele factoren afhankelijk.
19
4.4 Product Inkomensdeel IOAZ Beleidsdoel Een uitkering verstrekken aan inwoners die zelfstandige waren op grond van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Doelgroep Inwoners met onvoldoende inkomsten die na het bereiken van de leeftijd van 55 jaar hun beroep of bedrijf beëindigen en die voor de voorziening in het bestaan aangewezen waren op arbeid in eigen bedrijf of beroep. Beleid Vastgesteld Beleid ■ Verordeningen ■ Beleidsregels en uitvoeringsrichtlijnen Te verwachten ontwikkelingen Ook voor de IOAZ gaat de kostendelersnorm en de Wet hervorming kindregelingen gelden. Voor ondersteuning bij arbeidsinschakeling behoren IOAZ-gerechtigden vanaf 1 januari 2015 tot de doelgroep van de Participatiewet. Meerj arenraming Jaarrekening 2013
2014
2015
2016
2017
2018
Steenwij kerland Lasten (uitkeringen) Baten (debiteuren)
46.677 7.110
75.000 0
75.000 0
60.000 0
60.000 0
45.000 0
Westerveld Lasten (uitkeringen) Baten (debiteuren)
48.180 0
30.000 0
30.000 0
30.000 0
30.000 0
30.000 0
Budgetten De IOAZ kende tot 1 januari 2010 een financieringsystematiek waarbij 75% bij het Rijk kon worden gedeclareerd en 25% drukte op het gemeentelijk Budget. Met ingang van 1 januari 2010 ontvangen gemeenten één gebundelde uitkering voor de bekostiging van uitkeringen op grond van de WWB, de IOAW, de IOAZ en het Bbz 2004. Dat betekent een grotere financiële verantwoordelijkheid voor gemeenten rond de uitvoering van de IOAZ. Prognose budgetten De ontwikkeling van de budgetten voor de bekostiging van de IOAZ is afhankelijk van het Rijksbeleid. Ten aanzien van de uitgaven is het budget afhankelijk van de stijging en daling van het aantal cliënten dat een beroep doet op de IOAZ. Die ontwikkeling is van vele factoren afhankelijk.
20
4.5 Product Participatie Inleiding Met ingang van 2015 treedt de Participatiewet in werking. Op hoofdlijnen is deze wet vergelijkbaar met de eerder controversieel verklaarde Wet Werken naar Vermogen (WWnV). Bij de inleiding en onder het hoofdstuk 'ontwikkelingen' wordt een toelichting gegeven op de belangrijkste uitgangspunten van de toekomstige Participatiewet. Het Werkdeel is sinds 2011 voor meer dan 50% naar beneden bijgesteld. Daarnaast zal op grond van de nieuwe Participatiewet het budget voor participatie (oude Werkdeel) nogmaals naar beneden worden bijgesteld. Dit is deels ingegeven door bezuinigingen en daarnaast wordt er een zogenaamde efficientykorting doorgevoerd omdat er een regeling komt voor werkzoekenden aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Het budget voor de doelgroep Sociale Werkvoorziening (SW) wordt vanaf 2015 onderdeel van het Participatiebudget. Dit budget wordt eveneens jaarlijks naar beneden bijgesteld. De begroting Werkdeel en de inzet van de producten vanaf 2015 is gebaseerd op het bestaande beleid en een schatting van het te ontvangen Participatiebudget. Ten tijde van het schrijven van deze notitie is het (indicatieve) macrobudget 'Participatiebudgef nog niet bekend. Dit betekent ook dat er nog geen zorgvuldige doorrekening gemaakt kan worden naar de individuele gemeenten. Gezien de complexiteit en onduidelijkheid over de hoogte van het macrobudget (verder afname Werkdeel, toevoeging SW-budget en een meerjarige afbouw van de SW-subsidie) kunnen we nog geen reële inschatting maken over de hoogte en de inzet van het Participatiebudget vanaf 2015. Vandaar de keus om ons te baseren op het bestaande beleid en een indicatief Participatiebudget. Ontwikkelingen Participatiewet Om mensen meer te stimuleren zo veel mogelijk te werken en om de bestaande regelingen te vereenvoudigen, voert het kabinet op 1 januari 2015 de Participatiewet in. De belangrijkste punten worden hier kort weergegeven. De separate regelingen WSW en WWB worden grotendeels (financieel) ondergebracht in 1 regeling waarbij de uitvoering bij de gemeente ligt. •
Wet sociale werkvoorziening Voor iedereen die op 1 januari 2015 werkzaam is in de WSW verandert er niets. Deze mensen blijven werkzaam in de WSW en houden hun bestaande rechtspositie. De Wsw wordt vanaf 1 januari 2015 afgesloten voor nieuwe werknemers. Er worden geen nieuwe indicaties meer gesteld waardoor de WSW op den duur leeg loopt. Gemeenten hebben de vrijheid om SW-geindiceerde werknemers die nog niet werkzaam zijn binnen een SW-dienstverband maar wel een indicatie hebben, al dan niet een dienstverband aan te bieden. Gemeenten krijgen vanaf 2015 de ruimte om zelf beschut werk te organiseren voor mensen die uitsluitend onder beschutte omstandigheden kunnen werken. De bestaande uitvoering van de WSW dient te veranderen. WSW-ers zullen voortaan vaker moeten gaan werken bij reguliere werkgevers.
21
Om SW'ers bij reguliere werknemers te laten werken wordt het instrument Loonkostensubsidie ontwikkeld, waarbij mensen met een arbeidsbeperking en een 'arbeidsproductiviteit' tussen de 25% en de 80% een aanvulling ontvangen van de gemeente. Dit betekent dat werkgevers alleen de productieve uren betalen en de gemeente de aanvulling verzorgt tot het minimumloon.
•
Arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong) Voor iedereen die op 1 januari 2015 een Wajong-uitkering ontvangt verandert er niets. Het UWV blijft verantwoordelijk voor deze doelgroep. De Wajong blijft bestaan voor personen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn. Vanaf 1 januari 2015 is de Wajong niet meer toegankelijk voor personen met arbeidsperspectief. Deze doelgroep valt onder de werking van de Participatiewet en wordt uitgevoerd door de gemeente.
•
Sociaal akkoord Op grond van het sociaal akkoord spreken overheid, sociale partners en werkgevers af dat er 125.000 nieuwe garantiebanen beschikbaar worden gesteld voor personen met een arbeidsbeperking. Deze 125.00 banen worden ingevuld in de periode van 2014-2017. Daarbij wordt van gemeenten en sociale partners verwacht dat zij bij plaatsing op deze garantiebanen prioriteit geven aan Wajongers met arbeidsvermogen en mensen met een SW-indicatie.
•
Loonkostensubsidie Een werkgever die een persoon met een arbeidsbeperking in dienst neemt, betaald alleen de daadwerkelijk 'productieve' uren van de werknemer. Dit betekent dat de werkgever niet het volledige loon betaald maar een percentage van het loon dat is afgeleid van de arbeidsproductiviteit. Om het inkomen te complementeren tot het minimumloon is wordt het instrument Loonkostensubsidie ingevoerd waarbij de gemeente het inkomen aanvult. Deze aanvulling wordt niet bekostigd uit de re-integratiemiddelen maar uit het Inkomensbudget.
Voor de uitvoering van de Participatiewet krijgen gemeenten één budget voor re-integratie. De geldstromen uit de verschillende regelingen komen hierin samen. We krijgen meer vrijheid dit budget naar eigen inzicht te besteden en maatwerk te leveren. Omdat er naast de korting op het reintegratiebudget voor WWB'ers ook een korting wordt ingevoerd op het budget van de WSW, heeft dit financiële consequenties voor beide werkvoorzieningschappen NWG en Reestmond. Immers; bestaande rechten binnen de SW-sector blijven bestaan. Het is van belang om een integrale visie te ontwikkelen op het gebied van de AWBZ, Jeugdzorg, re-integratie en werk. Daarbij is het van belang om keuzes te maken waarvoor we de beschikbare middelen inzetten en voor welke doelgroepen we deze middelen inzetten. In 2015 zullen we voor de gemeente Steenwijkerland en Westerveld de eerste personen vanuit de doelgroep 'nieuwe Wajong' op de (reguliere) arbeidsmarkt moeten plaatsen. Dit is een doelgroep waar de gemeente nog geen ervaring mee heeft. De verwachting is dat het vooralsnog niet om grote aantallen zal gaan. Naast de bemiddeling en begeleiding van deze nieuwe doelgroep is het van groot belang om personen die een SW-dienstverband hebben onder de oude regeling, voor
22
zover mogelijk, te plaatsen bij reguliere werkgevers. De rijksvergoeding voor deze doelgroep neemt immers af, waardoor er op de Sociale Werkvoorziening een groot tekort zal ontstaan. Ook de bemiddeling van (kwetsbare) personen die onder het huidige 'regime' van de WWB vallen moeten zoveel mogelijk worden bemiddeld naar reguliere arbeid om de uitgaven op de uitkeringen te verminderen. Het plaatsen en het begeleiden van deze kwetsbare personen/groepen op de arbeidsmarkt is een specifieke taak en hier zullen we op moeten investeren. Bovenstaande ontwikkelingen vragen om een brede en integrale visie op het arbeidsmarktbeleid van de gemeente Steenwijkerland en Westerveld waarbij een vergaande samenwerking tussen de werkvoorzieningschappen, IGSD en beide gemeenten (Maatschappelijke Ondersteuning en Economische Zaken) van eminent belang is. De uitvoering van bovenstaande ontwikkelingen op operationeel niveau hangt sterk samen met ontwikkelen van een kaderstellend beleid op de eerder genoemde thema's. Beleidsontwikkeling; In 2014 wordt door de gemeenten Staphorst, Meppel, Steenwijkerland, Westerveld en Zwartewaterland (kaderstellend) beleid ontwikkeld met betrekking tot de invoering van de Participatiewet. Met betrekking tot het uitvoeringsbeleid zullen we in 2014 ook keuzes maken hoe we de dienstverlening aan (kwetsbare) burgers binnen de kaders van de Participatiewet vorm willen geven. Zoals eerder in dit hoofdstuk vermeld is de hoogte van het Participatiebudget over 2015 en de afbouw in de jaren daarna nog niet bekend. De uitwerking van de dienstverlening, projecten, producten en financiën kunnen op dit moment nog niet in de productbladen van deze nota van aanbieding worden vermeld. Inburgering. Het college draagt er zorg voor dat inburgeringsplichtigen die voor 01-01-2013 inburgeringplichtig zijn geworden op een doeltreffende en doelmatige wijze worden geïnformeerd over hun rechten en plichten uit hoofde van de wet en over het aanbod van en de toegang tot de voorzieningen. De inburgeringplichtige wordt een voorziening aangeboden die is gericht op arbeidsinschakeling / zelfstandig ondernemerschap of op Opvoeding gezondheidszorg en onderwijs/ Maatschappelijke participatie. Het college stemt de voorziening af op het startniveau en de vaardigheden, de persoonlijke omstandigheden en de maatschappelijke positie van de inburgeringsplichtige. Asielgerechtigde inburgeringsplichtigen ontvangen maatschappelijke begeleiding. In 2015 ligt het accent op handhaven van inburgeringtermijnen betreffende lopende trajecten, hierbij worden waar nodig boetes opgelegd. Doelgroep Met ingang van 01-01-2013, en dus ook in 2014, moet alleen aan de verplichte doelgroepen die voor 01-01-2013 inburgeringplichtig zijn geworden een aanbod worden gedaan. Dit betreft: • Asielgerechtigden • Uitkeringsgerechtigden • Geestelijke bedienaren
23
Daarnaast lopen de trajecten die in dit kader in voorgaande jaren zijn ingezet door in 2015 en verder. Inburgeraars die na 01-01-2013 inburgeringplichtig zijn geworden zijn geen doegroep voor de gemeente, zij zijn zelf verantwoordelijk voor hun inburgeringsplicht, hun aanspreekpunt is DUO. Beleid Er is in 2013 een nieuwe verordening Wet inburgering opgesteld, gericht op de gewijzigde wetgeving per 01-01-2013. De verordening is gericht op inburgeraars die voor 01-01-2013 inburgeringsplichtig zijn geworden en nog een aanbod van de gemeente dienen te krijgen. Het aanbod beperkt zich tot de verplichte doelgroepen volgens de wet. Vastgesteld Beleid Verordening Wet inburgering Beleidsregels ontheffing bij aantoonbaar voldoende inspanningen Beleidsregel ontheffing voldoende ingeburgerd Te verwachten ontwikkelingen Met ingang 01-01-2013 is er sprake van nieuwe wetgeving, waarbij inburgeraars zelf verantwoordelijk zijn geworden voor hun inburgering. De inburgeraar krijgt geen aanbod meer van de gemeente en moeten zelf hun inburgeringtraject bekostigen. Hiervoor kan een lening worden afgesloten. Hierin wordt met ingang van 2015 geen wijzigingen verwacht.
24
4.6 Product Bijzondere bijstand en overig minimabeleid Beleidsdoel Inwoners met een inkomen op of rond het sociaal minimum financieel ondersteunen. Op grond van de Wet werk en bijstand zijn gemeenten dit verplicht. Daarnaast kennen beide gemeenten minimabeleid. Met dit minimabeleid willen beide gemeenten inwoners financieel in staat stellen om te participeren. Doelgroep Inwoners met een inkomen op of rond het sociaal minimum en een beperkt vermogen. Beleid De afgelopen jaren heeft de IGSD vooral ingezet op het niet-gebruik van bijzondere bijstand en het minimabeleid. Dit blijft de IGSD de komende jaren doen door: ■ inwoners te informeren via de website (www.igsd-sw.nl), folders, nieuwsbrieven en advertenties in huis aan huis bladen, ■ aanvraagprocedures en aanvraagformulieren te vereenvoudigen. Verder wil de IGSD de beleidsregels en uitvoeringsrichtlijnen in het kader van de bijzondere bijstand van beide gemeenten zoveel mogelijk met elkaar in overeenstemming brengen. Dit vereenvoudigt de afdoening. Vastgesteld Beleid Beleidsregels, beleidsnota's en uitvoeringsrichtlijnen Te verwachten ontwikkelingen Met ingang van 1 januari 2015 is het gemeente niet meer toegestaan om categoriale bijzondere bijstand te verlenen (Wet maatregelen Wet werk en bijstand en andere wetten), met uitzondering van de collectieve zorgverzekering. Dit betekent dat ook categoriale regelingen voor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen niet meer zijn toegestaan. De afschaffing van de categoriale bijzonder bijstand voor chronisch zieken en gehandicapten kan niet los gezien worden van de hervorming van de langdurige zorg. Onderdeel daarvan is het wetsvoorstel handelt dat over de afschaffing van een tweetal financiële regelingen voor chronisch zieken en gehandicapten: ■ de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) en ■ de Compensatie Eigen Risico (CER). Gemeenten ontvangen een deel van het budget dat samenhing met de Wtcg en CER. Gemeenten worden verondersteld meer maatwerk te kunnen leveren dan nu het geval is met deze regelingen. Dit mag de gemeente via de WMO en/of de bijzondere bijstand regelen. Verder vervangt de individuele inkomenstoeslag de categoriale regeling langdurigheidstoeslag.
25
Meerjarenraming Jaarrekening
2014
2015
2016
2017
2018
2013 Steenwijkerland Lasten (uitkeringen)
976.688
890.000
920.000
920.000
885.000
885.000
Gemeenschappelijke Krediet Bank
582.689
542.000
550.000
550.000
550.000
550.000
Baten (debiteuren)
33.836
25.000
25.000
25.000
25.000
25.000
Lasten (uitkeringen)
315.678
315.000
315.000
315.000
315.000
315.000
Gemeenschappelijke
152.467
190.000
190.000
190.000
190.000
190.000
10.182
15.000
5.000
5.000
5.000
5.000
Westerveld
Krediet Bank Baten (debiteuren)
Prognose budgetten De ontwikkeling van de budgetten is afhankelijk van het Rijksbeleid voor wat betreft de te verwachten aanpassingen op de wet WWB. De gemeente heeft (nu nog) veel beleidsvrijheid voor wat betreft het minimabeleid en heeft dus ook direct invloed op de hoogte van de benodigde budgetten.
26
Begroting financieel 2015 - 2018
PROGRAMMAKOSTEN
Lasten 34.382 STW Overige diensten en dienstverlening 42.201 STW Uitkeringen Steenwijkerland 42.506 STW Subsidies en bijdragen STW Uitbestede werkzaamheden 34.385 WVLD Invorderingskosten 34.386 WVLD Overige goederen en diensten 42.201 WVLD Uitkeringen Westerveld 42.506 WVLD Subsidies en bijdragen WVLD Uitbestede werkzaamheden
Baten 42.251 STW Bijdrage gemeente Steenwijkerland 42.151 STW Debiteuren 42.251 WVLD Bijdrage gemeente Westerveld 42.151 WVLD Debiteuren
Begroting werkelijke na cijfers wijziging 2013 2014 2.000 0 10.298.258 11.480.000 2.000 2.000 0 102.820 0 0 259 2.000 3.394.698 4.050.000 3.000 34.273 0 13.832.308 15.539.000
2015 2000 11.632.500 2.000 0 0 2000 4.256.800 3.000 0 15.898.300
2016 2000 10.927.500 2.000 0 0 2000 4.025.600 3.000 0 14.962.100
2017 2000 10.222.500 2.000 0 0 2000 3.821.600 3.000 0 14.053.100
2018
Begroting na werkelijke cijfers wijziging 2014 2013 10.199.857 11.284.000 200.000 203.220
2015 11.436.500 200.000
2016 10.731.500 200.000
2017 10.026.500 200.000
2018 9.674.000 200.000
4.191.800 70.000 15.898.300
3.960.600 70.000 14.962.100
3.756.600 70.000 14.053.100
3.620.600 70.000 13.564.600
3.359.609 69.622 13.832.308
3.985.000 70.000 15.539.000
2000 9.870.000 2000 0 0 2000 3.685.600 3000 0 13.564.600
Toelichting: Lasten: 34.382 Betreft onderzoekskosten sociale recherche en klein materiaal (folders bijv.) en griffierechten 42.506 Subsidie cliëntenplatform Westerveld en Steenwijkerland normbedrag 42.201 Uitkeringen Steenwijkerland: cliënten 14.100 11.632.500 825 2015 14.100 10.927.500 775 2016 14.100 10.222.500 725 2017 14.100 9.870.000 2018 700 normbedrag 42.206 Uitkeringen Westerveld cliënten 13.600 4.256.800 2015 313 13.600 4.025.600 2016 296 13.600 3.821.600 2017 281 271 13.600 3.685.600 2018 Steenwijkerland: Het normbedrag is, op grond van de ontwikkeling in 2014, de prognose die door het ministerie wordt afgegeven en de samenstelling van het bestand, vastgesteld op € 14.100. Westerveld: Het normbedrag is, op grond van de ontwikkeling in 2014, lager dan het voor Steenwijkerland vastgestelde bedrag i.v.m. samenstelling van het bestand (hoger aantal personen verblijvende in inrichting) vastgesteld op € 13.600. Baten: De (voorlopige) uitkering van het ministerie voor de financiering van de uitkeringen (BUIG) bedraagt voor 2014: - Steenwijkerland 12.705.765 -Westerveld 3.878.012 Op het moment van het opmaken van de begroting 2015 was niet bekend wat de definitieve bijdrage 2014 van het ministerie is. Evenmin is bekend hoe hoog de bijdragen voor de jaren 2015 en volgend zullen zijn. 42.151 De ontvangsten van debiteuren zijn ten opzichte van 2014 gelijk gebleven. De ervaringcijfers laten zien dat dat een realistische raming is.
Begroting 1GSD programmakosten 2015- 2018
Lasten 42.203 34.383 42.201 42.203 34.383 42.201
Begroting na werkelijke wijziging cijfers 2014 2013 STW Bedrijfskredieten 115.500 100.000 STW Onderzoeks- en voorbereidingskosten 69.584 70.000 131.728 200.000 STW Uitkeringen/leenbijstand levensonderhoud 0 100.000 WVLD Bedrijfskredieten 15.000 30.258 30.000 WVLD Onderzoeks en voorbereidingskosten 112.832 75.000 WVLD Uitkeringen/leenbijstand levernsonderhoud 474.902 575.000
Baten 42.151 Debiteuren 42.251 STW Bijdrage gemeente Steenwijkerland 42.152 STW Rente en aflossing leenbijstand 42.251 WVLD Bijdrage gemeente Westerveid 42.152 WVLD Rente en aflossing leenbijstand
Begroting werkelijke na cijfers wijziging 2014 2013 -16.577 200.941 270.000 132.448 100.000 83.984 74.106 474.902
165.000 40.000 575.000
2015 100.000 70.000 200.000 0 25.000 30.000 125.000 550.000
2016 100.000 70.000 200.000 0 25.000 30.000 125.000 550.000
2017 100.000 70.000 200.000 0 25.000 30.000 125.000 550.000
2018 100.000 70.000 200.000 0 25.000 30.000 125.000 550.000
2015
2016
2017
2018
270.000 100.000
270.000 100.000
270.000 100.000
270.000 100.000
105.000 75.000 550.000
105.000 75.000 550.000
105.000 75.000 550.000
105.000 75.000 550.000
Toelichting: Lasten: Een gedeelte van de BBZ maakt met ingang van 2011 onderdeel uit van de gebundelde uitkering. Dit gedeelte heeft betrekking op uitkeringen van startende zelfstandigen. De uitkeringen van gevestigde zelfstandigen en de bedrijfskredieten vallen daar buiten en daarvoor geldt dat 75% van de kosten declarabel zijn.
Begroting IGSD programmakosten 2015- 2018 29
Lasten: 42.201 STW Uitkeringen 42.206 VWLD Uitkeringen
Baten: 42.251 42.251 42.151 42.151
Bijdrage gemeente Steenwijkerland Bijdrage gemeente Westerveld STW Debiteuren WVLD Debiteuren
Begroting werkelijke na cijfers wijziging 2013 2014 421.998 600.000 211.358 270.000 870.000 633.356
2015 690.000 285.000 975.000
2016 660.000 255.000 915.000
2017 630.000 240.000 870.000
2018 615.000 225.000 840.000
Begroting werkelijke na cijfers wijziging 2014 2013 600.000 417.656 270.000 211.358 0 4.342 0 0 870.000 633.356
2015 690.000 285.000 0 0 975.000
2016 660.000 255.000 0 0 915.000
2017 630.000 240.000 0 0 870.000
2018 615.000 225.000 0 0 840.000
Toelichting: Lasten: cliënten
42.201 Uitkeringen Steenwijkerland: 2015 2016 2017 2.018
46 44 42 41 cliënten
42.206 Uitkeringen Westerveld 2015 2016 2017 2018
19 17 16 15
normbedrag 15.000 15.000 15.000 15.000 normbedrag 15.000 15.000 15.000 15.000
690.000 660.000 630.000 615.000 285.000 255.000 240.000 225.000
Begroting iGSD programmakosten 2015-2018 30
Begroting werkelijke na cijfers wijziging 2013 2014 0 0 46.677 75.000 48.180 30.000 94.857 105.000
Lasten: 34.383 STW Onderzoeks- en voorbereidingskosten 42.201 STW Uitkeringen 42.206 WVLD Uitkeringen
Baten: 42.251 Bijdrage gemeente Steenwijkerland Bijdrage gemeente Westerveid 42.151 STW Debiteuren WVLD Debiteuren
2015
2016
2017
2018
0 75.000 30.000 105.000
0 60.000 30.000 90.000
0 60.000 30.000 90.000
0 45.000 30.000 75.000
Begroting werkelijke na cijfers wijziging 2013 2014 39.567 75.000 30.000 48.180 0 7.110 0 0 94.857 105.000
2015 75.000 30.000 0 0 105.000
2016 60.000 30.000 0 0 90.000
2017 60.000 30.000 0 0 90.000
2018 45.000 30.000 0 0 75.000
5 4 4 3
15.000 15.000 15.000 15.000
75.000 60.000 60.000 45.000
Toelichting: Lasten: 42.201 Uitkeringen Steenwijkerland: 2015 2016 2017 2.018 42.206 Uitkeringen Westerveld
cliënten 2015 2016 2017 2018
Begroting IGSD programmakosten 2015- 2018
2 2 2 2
normbedrag 15.000 15.000 15.000 15.000
30.000 30.000 30.000 30.000
31
MÊÊÊ^^^^SU^^B^Ê^ÊSÊ Begroting
Lasten: 42.412 STW reïntegratie, sociaal medische adviezen 42.413 STW reïntegratie, intake, diagnose en inbesteden 42.414 STW reïntegratie, trajecten extern 42.415 STW reïntegratie, sociale activering 42.416 STW reïntegratie, scholing 42.417 STW gesubsidieerde arbeid, wwb baan 42.418 STW gesubsidieerde arbeid, loonkstensubsidie 42.420 STW declaraties cliënt, reiskosten, kinderopvang 42.421 STW declaraties cliënt, premies 42.422 STW declaraties cliënt, stagevergoeding Werk Nu 42.430 STW project Wahjong 42.412 Wvld reïntegratie, sociaal medische adviezen 42.413 Wvld reïntegratie, intake, diagnose en inbesteden 42.414 Wvld reïntegratie, trajecten extern 42.415 Wvld reïntegratie, sociale activering 42.416 Wvld reïntegratie, scholing 42.417 Wvld gesubsidieerde arbeid, wwb baan 42.418 Wvld gesubsidieerde arbeid, loonkostensubsidie 42.419 Wvld gesubsidieerde arbeid, "ID"banen 42.420 Wvld declaraties cliënt, reiskosten 42.422 Wvld declaraties cliënt, stagevergoeding
werkelijke
na
cijfers
wijziging
2013
2014
2016
200.000
400.000 175.000
200.000
175.000
199.736
50.000 250.000
20.000 150.000
-559 33.029
8.000 100.000
407.991 266.464
50.000 545.000
2015 125.000 400.000 175.000
171.810
125.000
2017 125.000 400.000
2018 125.000
175.000
400.000 175.000
175.000
175.000
175.000
20.000
20.000 150.000 p.m.
20.000 150.000
p.m.
150.000 p.m.
750
25.000 p.m.
25.000 p.m.
25.000 p.m.
25.000 p.m.
79.131 103.878
50.000 80.000
50.000 80.000
50.000
50.000
15.000
15.000 90.000
80.000 15.000
80.000 15.000
231.085 24.684
41.639 119.037 32.282 4.670 2.028 -1.550 -856 38.385 22.097 14.278 1.790.009
20.000
p.m.
100.000
90.000
30.000 20.000
25.000 10.000
25.000
10.000
10.000
10.000
20.000 20.000
15.000 15.000
15.000
15.000
15.000
45.000
40.000
40.000
20.000
20.000 10.000
40.000 20.000
15.000 40.000
15.000 15.000
20.000
20.000
10.000 1.450.000
10.000 1.450.000
1.703.000
1.450.000
25.000 10.000 10.000
10.000 1.450.000
90.000
90.000
25.000 10.000
25.000 10.000
werkelijke cijfers Begroting na wijziging Baten: 42251 Bijdrage gemeente Steenwijkerland 42251 Bijdrage gemeente Westerveld
Lasten:
2013 1.517.999 272.010 1.790.009
2014 1.403.000
2015 1.200.000
2016
300.000
250.000
1.200.000 250.000
1.703.000
1.450.000
1.450.000
2017 250.000
250.000
1.450.000
1.450.000
Toelichting: Bij het opmaken van de begroting was er nog veel onduidelijkheid over de uitvoering van de participatiewet, de wijze van financiering en de hoogte van de budgetten. Voor beide gemeenten is een indicatief budget geraamd en toebedeeld aan de projecten zoals er onder het bestaande beleid worden uitgevoerd.
Baten:
Begroting IGSD programmakosten 2015- 2018
2018 1.200.000
1.200.000
Lasten: 34.383 34.384 42.301 34.383 34.384 42.301
STW Onderzoeks- en voorbereidingskosten STW Vergoeding GKB Drenthe STW Vergoedingen WVLD Onderzoeks- en voorbereidingskosten WVLD Vergoeding GKB Drenthe WVLD Vergoedingen
Baten: 42.151 42.251 42.152 42.156 42.256 42.152
STW Debiteuren STW Bijdrage gemeente Steenwijkerland STW rente en aflossing WVLD Debiteuren WVLD Bijdrage gemeente Westerveid WVLD rente en aflossing
Begroting na werkelijke cijfers wijziging 2013 2014 2.475 0 542.000 582.689 890.000 976.688 1.125 0 190.000 152.467 315.000 315.678 2.027.522 1.940.600
2017 2015 2016 2.475 2.475 2.475 550.000 550.000 550.000 920.000 920.000 885.000 1.125 1.125 1.125 190.000 190.000 190.000 315.000 315.000 315.000 1.978.600 1.978.600 1.943.600
2018 2.475 550.000 885.000 1.126 190.000 315.000 1.943.601
Begroting na werkelijke cijfers wijziging 2014 2013 33.836 25.000 1.389.475 1.482.537 20.000 43.003 10.182 15.000 481.125 448.541 9.423 10.000 2.027.522 1.940.600
2016 2017 2015 25.000 25.000 25.000 1.427.475 1.427.475 1.392.475 20.000 20.000 20.000 5.000 5.000 5.000 491.125 491.125 491.125 10.000 10.000 10.000 1.978.600 1.978.600 1.943.600
2018 25.000 1.392.475 20.000 5.000 491.126 10.000 1.943.601
Toelichting:
Lasten:
34.383 Er zijn voor Steenwijkerland 11 onderzoeken geraamd en voor Westerveld 5 onderzoeken ä € 225,00. 34.384 Er is een contract met de gemeenschappelijke Kredietbank Drenthe te Assen. De raming voor de gemeente Steenwijkerland is gebaseerd op de beschikbare middelen in de gemeentebegroting. De raming van de gemeente Westerveld is gebaseerd op de jaarcijfers. 42.301 De ramingen van Steenwijkerland zijn gebaseerd op de nota Tedereen aan boord' De ramingen van Westerveld zijn gebaseerd op de jaarcijfers 2013.
Baten: 42.251/256
De bijdrage van de gemeenten wordt gebaseerd op de uitkeringen minus de debiteuren opbrengsten.
Begroting IGSD programmakosten 2015- 2018 33
Lasten: 34.307 Stw. Handhaving 42.414 Stw. Trajecten 34.390 Stw. Verstrekken informatie 34.307 Wvld Handhaving 41.414 Wvld Trajecten 34.390 Wvld.Verstrekken informatie
Baten: 42.251 Bijdrage gemeente Steenwijkerland 42.120 STW eigen bijdragen deelnemers 42.151 STW debiteuren 42.251 Bijdrage gemeente Westerveld 42.120 WVLD eigen bijdragen deelnemers 42.151 WVLD debiteuren
Begroting werkelijke na cijfers wijziging 2013 2014 0 0 81.460 0 0 0 0 o 1.807 o 0 o 83.267 0 Begroting werkelijke na wijziging cijfers 2013 2014 78.490 0 2.970 0 0 0 1.537 0 270 0 0 0 83.267 0
Toelichting: Lasten:
Hoewel de financiering van de Wet Inburgering per 2014 is beëindigd lopen er nog wel werkzaamheden door. De kosten daarvan worden bekostigd uit de overschotten van de voorgaande jaren. De kosten zijn niet geraamd omdat bij het opstellen van de begroting geen inzicht was in de contracten die eind 2014 doorlopen in 2015.
Baten:
Begroting IGSD programmakosten 2015- 2018
Lasten: 62.200 Saldo kostenplaatsen
Begroting werkelijke na cijfers wijziging 2013 2014 3.456.529 3.213.003 3.456.529 3.213.003
werkelijke cijfers 2013
Baten:
Begroting na wijziging 2014
2015 2.911.876 2.911.876
2016 2.916.923 2.916.923
2015
2016
2017 2.920.100 2.920.100
2017
2018 2.910.142 2.910.142
2018
Doorberekening kostenplaatsen aan programma
Toelichting: Het saldo van het totaal van de kostenplaatsen wordt binnen de programmakosten verantwoord op deze post.
Begroting IGSD programmakosten 2015- 2018 35
Lasten: 60.000 Exploitatieresultaat te bestemmen
Baten: 34.001 Bijdrage dienstverlening gemeenten
werkelijke cijfers 2013 3.311
Begroting na wijziging 2014 5.541
2015 8.029
2016 8.077
2017 9.900
2018 9.858
3.311
5.541
8.029
8.077
9.900
9.858
werkelijke cijfers 2013 3.459.841
Begroting na wijziging 2014 3.635.694
2015 2.919.905
2016 2.925.000
2017 2.930.000
2018 2.920.000
3.459.841
3.635.694
2.919.905
2.925.000
2.930.000
2.920.000
Toelichting: De diensten van de IGSD worden bij de gemeenten door middel van een tarief per cliënt in rekening gebracht. Daarbij is een weging per soort cliënt aangebracht. Het totaal aantal gewogen cliënten bedraagt in 20151.009. Het tarief per cliënt is in 2015 vastgesteld op €3.045. Het tarief maal het aantal gewogen clënten levert een gemeentelijke bijdrage op van € 3.064.376. De totale kosten van het apparaat bedragen in 2015 € 3.072.405. Het exploitatieresultaat over 2015 bedraagt dan € 8.029.
Begroting IGSD programmakosten 2015- 2018
36
Begroting financieel 2015 - 2018
APPARAATSKOSTEN
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018 werkelijke cijfers 2013
Lasten:
Begroting na wijziging 2014
2015
2016
2017
2018
5.100.1000 Kapitaallasten 21.100 Rentelasten 23.010 Afschrijvingen
21.788 92.634 114.422 werkelijke cijfers 2013
Baten 21.100 Rentebaten 61.100 Kapitaallasten
Saldo lasten en baten
21.134 88.565 109.699
17.754
14.398
87.976 105.730
87.975 102.373
11.043 87.975 99.018
2017
7.688 74.708 82.396
2014 2.500 109.699
2015
2016
-11 117.960
0 105.730
0 102.373
0 99.018
2018 0 82.396
117.949
112.199
105.730
102.373
99.018
82.396
-3.527
-2.500
0
0
0
0
Toelichting: De rentelasten en afschrijvingen zijn gebaseerd op de staat van materiële activa. De rentebaten zijn op nihil gezet. Doordat de bevoorschotting maandelijks plaatsvindt ontstaan er geen overschotten meer op de liquiditeitenrekening. Daarmee is erook geen sprake meer van een rentebate.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018 werkelijke cijfers 2013
Lasten: 5.200.1000 34.301 34.302 34.303 34.304 34.305 34.306 34.397 00.000
Algemene kosten Bestuurskosten Accountantskosten Medezeggenschap en ondernemingsraad Inkoop overige goederen en diensten Representatiekosten Betaal- ein inningenverkeer Procesbegeleiding Onvoorziene lasten (saldo lasten en baten)
0 14.302 540 20.962 3.735 1.658 7.898 0 49.095
werkelijke cijfers Baten 34.002 Overige ontvangsten 60.000 Onttrekkingen reserve 62.000 Saldo kostenplaatsen
2013
Saldo lasten en baten
Toelichting: 34.302 Betreft kosten van de accountant Ernst & Young.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
17 12.787 3.586.858 3.599.663 -3.550.568
Begroting na wijziging 2014
2015
2016
2017
2018
0 20.000 10.000 5.000 3.000
0 20.000 10.000 5.000 3.000 1.750
0 20.000 10.000 5.000 3.000 1.750
0 20.000 10.000 5.000 3.000 1.750
0 20.000 10.000 5.000 3.000 1.750
0 38.000
0 39.750
0 39.750
0 39.750
0 39.750
Begroting na wijziging 2014
2015
2016
3.630.153 3.630.153
2.911.876 2.911.876
2.916.923 2.916.923
2.920.100 2.920.100
2.910.142 2.910.142
-3.592.153
-2.872.126
-2.877.173
-2.880.350
-2.870.392
2017
2018
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018 werkelijke cijfers 2013 5.200.2000 00.000 11.000 11.001 11.002 11.810 12.110 30.001 34.304 34.305 34.308 34.311 34.312 34.314 34.315 34.316 34.317 34.318 34.319 34.357 34.376 34.397 42.221
Personeelskosten Stelpost bezuiniging Vast personeel Gratificaties Kosten pré VUT Ziektegetden Salarissen en sociale lasten voormalig personeel Inhuur personeel Overige goederen en diensten Representatiekosten Presentiegelden commissie bezwaar en beroep Reiskosten woon- werkverkeer Dienstreizen Arbo dienstverlening (contract Ardyn) Werving en selectie Opleidingsbudget Verzekeringen Kerstpakketten Teambuilding Abonnementen Belastingen en heffingen Procesbegeleiding Sociale recherche
0 2.323.161 1.669 14703 -29.869 20.291 870.563 -7.077 5.022 5.420 46.420 24.762 14.474 1.475 51.537 8.037 1.174 5.100 783
Begroting na wijziging 2014
2015
2016
2017
-40.000 2.507.940
-435.700 2.468.748
-435.700 2.468.748
-435.700 2.468.748
-435.699 2.468.74S
14.000
10.000
10.000
10.000
10.000
10.000 850.000 4000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
pm 912.500 4.000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
pm 850.000 4.000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
pm 788.000 4.000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
pm 788.000 4.000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
7.500
7.500
7.500
7.500
7.500
6.000
6.000
6.000
6.000
6.000
3.523.940
3.137.548
3.075.048
3.013.048
3.013.049
2015 140.564 4.000 400.000 62.531 61.875 20.000 55.351 82.500 41.746 312.500
2016 140.564 4.000 400.000 62.531 61.875 20.000 55.351 82.500 41.746 250.000
2017 140.564 4.000 400.000 62.531 61.875 20.000 55.351 82.500 41.746 188.000
2018 140.564 4.000 400.000 62.531 61.875 20.000 55.351 82.500 41.746 188.000
156 3.357.801
Baten: Gedetacheerd personeel derden (NWG/voormalig directeur IGSD) Wao inkomsten Doorbelastingen o.a. participatiebudget Doorbelasting schuldhulpverling naar Stwlnd, budgtecoach Doorbelasting consulent 'Wiedenmodel' Steenwijkerland Doorbelasting overhead Wiedenmodel aan werkdeel Steenwijkerland Doorbelasting trajectbegeleider actieplan jeugswerkloosheid werkdeel Doorbelasting jobhunter naar werkdeel STW. Doorbelasting consulent werk aan werkdeel STW Doorbelasting inhuur personeel betreffende uitbreiding aantal klanten 34.319 Reis- en verblijfkosten onbelast 30.010 42.253 34.002 34.002
Saldo lasten en baten
werkelijke Begroting na cijfers wijziging 2013 2014 88.267 140.564 12.323 4.000 400.000 599.422 62.289 52.123 17.600 54.933 82.288 41.552 1.514 701.526
855.349
1.181.067
1.118.567
1.056.567
1.056.567
Z656.275
2.668.591
1.956.481
1.956.481
1.956.481
1.956.482
Toelichting Lasten: 00.000 De taakstelling heeft betrekking op het van gemeentewege korten van het budget voor de uitvoering van de taken van de IGSD. Door de samenwerking van de IGSD met de NoordWestGroep zijn er besparingen in de loonkosten gerealiseerd. Die besparing (financiële administratie, personeelsadviseur en teamleider re-integratie (50%) ad.€ 130.000, wordt in mindering gebracht op de bijdrage van de gemeente Steenwijkerland. 11.000 De loonkosten zijn, op basis van de cao en de verwachte loonstigingen, ten opzichte van 2014 niet verhoogd. 30.001 Flexibel budget € 200.000 Inhuur participatie € 400.000 Uitbreiding 5 fte a.g.v. toenemend klantenbestand > 700 tegen een tarief van € 62.500 per fte; voor 2015 ruim 1200 klanten € 312.500 Baten: 42.253 WAO inkomsten, betreft de vergoeding vooreen dag per week van een medewerker. 34.002 De budgetcoach is met ingang van half 2010 aangesteld voor de gemeente Steenwijkerland. De loonkosten werden ten laste gebracht van het participatiebudget en met ingang van 2015 uit de extra middelen van de gemeente Steenwijkerland. De consulent 'wiedenmodel' wordt ten laste gebracht van specifieke middelen van de gemeente Steenwijkerland De kosten van de accountmanager werk (jobhunter) worden ten laste van het werkdeel WWB gebracht. Uitbreiding inhuur personeel uitbreiding aantal klanten: zie toelichting Baten/30.001
30.010 De voormalig directeur van de IGSD staat nog op de loonlijst van de IGSD. De loonkosten worden conform de gemaakte afsrpaken ten laste gebracht van de gemeente Steenwijkerland. De teamleider re-integratie van de IGSD geeft ook leiding aan het team re-integratie van de Noordwestgroep. De kosten worden voor 50% in rekening gebracht bij de Noordwestgroep. 30.001 Voor toelichting: zie 30.001 lasten
1GSO apparaatskosten 2015 - 2018
2018
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018 Begroting
Lasten: 5.200.3000 Huisvestingskosten 34.331 Huur gebouw (2.187m2) 31.001 Gas 31.002 Electriciteit 31.003 Waterverbruik 33.300 Meubilair 34.304 Inkoop overige goederen en diensten 61.000 KapitaallastenWerkpleinenIGSD 34.317 Belastingen en verzekeringen 34.333 Technische onderhoudskosten 34.334 Schoonmaakkosten (contract schoonmaakbedrijf), afvoer afval (restafval en papier) 34.335 Beveiliging
werkelijke
na
cijfers
wijziging
2013
2014
329.635 4.591 31.498 633 8.421 117.960 3.163 1.385 52.566
2015
333.448 10.000
343.128 10.000
30.000 1.000
30.000 1.000
1.000 109.699 5.000 3.000 51.000
105.730 5.000 3.000 51.000
2016
349.991 10.000 30.000 1.000
102.373 5.000 3.000 53.000
2017
356.990 10.000 30.000 1.000
99.018 5.000 3.000 53.000
2018
364.130 10.000 30.000 1.000
82.396 5.000 3.000 53.000
15.568
16.000
16.000
16.000
16.000
16.000
565.420
560.147
564.858
570.364
574.008
564.526
Begroting werkelijke
Baten 34.001 Onderverhuur
Saldo lasten en baten
cijfers
na wijziging
2013
2014
2015
2016
2018
228.680 228.680
203.585 203.585
197.213 197.213
197.672 197.672
198.139 198.139
198.616 198.616
336.740
356.562
367.645
372.692
375.869
365.910
34.331 De IGSD is hoofdhuurder. Met het UWV is een werkplekkenovereenkomsten (inclusief huur) afgesloten. De werkplekken overeenkomst met het UWV heeft een looptijd van 10 jaar. 61.000 De kapitaallasten hebben betrekking op de investeringen in het Werkplein. Doorbelasting van de lasten vindt plaats aan de gebruikers van het gebouw.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
2017
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018
Lasten: .200.4000 33.300 34.304 34.351 34.357 34.358 34.359 34.360 34.361 34.362 34.372 34.375
Facilitaire zaken Meubilair Inkoop overige goederen en diensten Inkoop salarisadministratie Steenwijkerland Inkoop financiële administratie Steenwijkerland Abonnementen Portikosten Koffie thee ed Papier, drukwerk Kantoorbenodigdheden Kosten website Aanschaf en onderhoudkosten soft- en hardware Telefonie
Begroting na werkelijke wijziging cijfers 2014 2013
19.813 4.934 18.860 64.249 25.310 12.238 12.787 12.311 5.334 130 17.075 193.041
5.000 9.000 13.500 60.000 25.000 11.000 15.000 12.000 20.000 15.000 185.500
2015
4.000
2016
2017
2018
60.000 25.000 13.000 15.000 12.000 15.000
4.000 0 0 60.000 25.000 13.000 15.000 12.000 15.000
4.000 0 0 60.000 25.000 13.000 15.000 12.000 15.000
4.000 0 0 60.000 25.000 13.000 15.000 12.000 15.000
20.000 164.000
20.000 164.000
20.000 164.000
20.000 164.000
Toelichting: 34.357 De post abonnementen bevat zowel abonnementen op wetteksten als lidmaatschappen van ondersteunende instellingen zoals Schulinck, Divosa en Stimulansz. 34.351 Er worden als gevolg van de samenwerking tussen de IGSD en de NWG geen diensten meer van Steenwijkerland afgenomen. Dit levert een besparing op van € 22.500. Deze middelen komen ten goede aan de gemeente Steenwijkerland.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
41
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018 Begroting werkelijke na wijziging cijfers
Lasten: 5.200.5000 ICT 34.371 Datacommunicatie 34.372 Licentiekosten/onderhoudskosten soft- en hardware 34.373 Automatisering 37.375 Telefonie
2013
2014
2015
2016
2017
2018
7.505 11.431 349.156 -52 368.040
9.000 15.000 360.000
9.000 15.000 360.000
9.000 15.000 360.000
9.000 15.000 360.000
9.000 15.000 360.000
384.000
384.000
384.000
384.000
384.000
Toelichting: 34.371 Voor de datacommunicatie zijn er een aantal aansluitingen in het gebouw gerealiseerd. De kosten hebben betrekking op de abonnementskosten daarvan. 34.372 Voor jaarlijkse licentie- en onderhoudskosten en eventuele nieuwe licenties wordt een bedrag geraamd voor de aanschaf en het onderhoud. 34.372 Met de gemeente Steenwijkerland is een dvo afgsloten voor het afnemen van de voorzieningen op het gebied van iet. Er wordt een basisbedrag betaald en voor elke extra afgenomen pc een extra bedrag.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
42
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018
Lasten:
werkelijke
Begroting na
cijfers
wijziging
2013
2014
2015
2016
2017
2018
-3.527
-2.500
0
0
0
0
Algemene kosten
-3.550.568
-3.592.153
-2.872.126
-2.877.173
-2.880.350
-2.870.392
Personeelskosten
2.656.275
2.668.591
1.956.481
1.956.481
1.956.481
1.956.482
Huisvestingskosten
336.740
356.562
367.645
372.692
375.869
365.910
Facilitaire zaken
193.041
185.500
164.000
164.000
164.000
164.000
ICT
368.040
384.000
384.000
384.000
384.000
384.000
Kapitaallasten
Totale kosten
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018 werkelijke cijfers 2013
Lasten:
Begroting na wijziging 2014
2015
2016
2017
2018
5.100.1000 Kapitaallasten 21.100 Rentelasten 23.010 Afschrijvingen
21.134
17.754
88.565 109.699
87.976 105.730
14.398 87.975 102.373
2014 2.500 109.699
2015
2016
-11 117.960
0 105.730
0 102.373
0 99.018
0 82.396
117.949
112.199
105.730
102.373
99.018
82.396
-3.527
-2.500
0
0
0
0
21.788 92.634 114.422
11.043 87.975 99.018
7.688 74.708 82.396
werkelijke cijfers
Baten 21.100 Rentebaten 61.100 Kapitaallasten
2013
Saldo lasten en baten
2017
2018
Toelichting: De rentelasten en afschrijvingen zijn gebaseerd op de staat van materiële activa. De rentebaten zijn op nihil gezet. Doordat de bevoorschotting maandelijks plaatsvindt ontstaan er geen overschotten meer op de liquiditeitenrekening. Daarmee is erook geen sprake meer van een rentebate.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018 werkelijke cijfers 2013
Lasten: 5.200.1000 34.301 34.302 34.303 34.304 34.305 34.306 34.397 00.000
Algemene kosten Bestuurskosten Accountantskosten Medezeggenschap en ondernemingsraad Inkoop overige goederen en diensten Representatiekosten Betaal- ein inningenverkeer Procesbegeleiding Onvoorziene lasten (saldo lasten en baten)
Baten 34.002 Overige ontvangsten 60.000 Onttrekkingen reserve 62.000 Saldo kostenplaatsen
Saldo lasten en baten
Toelichting: 34.302 Betreft kosten van de accountant Ernst & Young.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
0 14.302 540 20.962 3.735 1.658 7.898 0 49.095
Begroting na wijziging 2014
2015
2016
2017
2018
0 20.000 10.000 5.000 3.000
0 20.000 10.000 5.000 3.000 1.750
0 20.000 10.000 5.000 3.000 1.750
0 20.000 10.000 5.000 3.000 1.750
0 20.000 10.000 5.000 3.000 1.750
0 38.000
0 39.750
0 39.750
0 39.750
0 39.750
werkelijke cijfers
Begroting na wijziging
2013
2014
2015
17 12.787 3.586.858 3.599.663
3.630.153 3.630.153
2.911.876 2.911.876
2.916.923 2.916.923
2.920.100 2.920.100
2.910.142 2.910.142
-3.550.568
-3.592.153
-2.872.126
-2.877.173
-2.880.350
-2.870.392
2016
2017
2018
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018 werkelijke cijfers 2013 5.200.2000 Personeelskosten 00.000 Stelpost bezuiniging 11.000 Vast personeel 11.001 Gratificaties 11.002 Kosten pré VUT 11.810 Ziektegelden 12.110 Salarissen en sociale lasten voormalig personeel 30.001 Inhuur personeel 34.304 Overige goederen en diensten 34.305 Representatiekosten ,,34.308 Presentiegelden commissie bezwaar en beroep 34.311 Reiskosten woon-werkverkeer 34.312 Dienstreizen 34.314 Arbo dienstverlening (contract Ardyn) 34.315 Werving en selectie 34.316 Opleidingsbudget 34.317 Verzekeringen 34.318 Kerstpakketten 34.319 Teambuilding 34.357 Abonnementen 34.376 Belastingen en heffingen 34.397 Procesbegeleiding 42.221 Sociale recherche
0 2.323.161 1.669 14.703 -29.869 20.291 870.563 -7.077 5.022 5.420 46.420 24.762 14.474 1.475 51.537 8.037 1.174 5.100 783
Begroting na wijziging 2014
2015
2017
2016
-40.000 2.507.940
-435.700 2.468.748
-435.700 2.468.748
-435.700 2.468.748
-435.699 2.468.748
14.000
10.000
10.000
10.000
10.000
10.000 850.000 4.000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
pm 912.500 4.000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
pm 850.000 4.000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
pm 788.000 4.000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
pm 788.000 4.000 2.500 8.000 48.000 35.000 8.000 5.000 50.000 8.000
7.500
7.500
7.500
7.500
7.500
6.000
6.000
6.000
6.000
6.000
3.523.940
3.137.548
3.075.048
3.013.048
3.013.049
2015 140.564 4.000 400.000 62.531 61.875 20.000 55.351 82.500 41.746 312.500
2016 140.564 4.000 400.000 62.531 61.875 20.000 55.351 82.500 41.746 250.000
2017 140.564 4.000 400.000 62.531 61.875 20.000 55.351 82.500 41.746 188.000
2018 140.564 4.000 400.000 62.531 61.875 20.000 55.351 82.500 41.746 188.000
156 3.357.801
erkelijke Begroting na cijfers wijziging 2014 2013 140.564 88.267 4.000 12.323 400.000 599.422 62.289 52.123 17.600 54.933 82.288 41.552
Baten: Gedetacheerd personeel derden (NWG/voormalig directeur IGSD) Wao inkomsten Doorbelastingen o.a. participatiebudget Doorbelasting schuldhulpverling naar Stwind, budgtecoach Doorbelasting consulent 'Wiedenmodel' Steenwijkerland Doorbelasting overhead Wiedenmodel aan werkdeel Steenwijkerland Doorbelasting trajectbegeleider actieplan jeugswerkloosheid werkdeel Doorbelasting jobhunter naar werkdeel STW. Doorbelasting consulent werk aan werkdeel STW Doorbelasting inhuur personeel betreffende uitbreiding aantal klanten 34.319 Reis- en verblijfkosten onbelast 30.010 42.253 34.002 34.002
i
1.514 701.526
855.349
1.181.067
1.118.567
1.056.567
1.056.567
2.656.275
Z668.591
1.956.481
1.956.481
1.956.481
1.956.482
Toelichting Lasten: 00.000 De taakstelling heeft betrekking op het van gemeentewege korten van het budget voor de uitvoering van de taken van de IGSD. Door de samenwerking van de IGSD met de NoordWestGroep zijn er besparingen in de loonkosten gerealiseerd. Die besparing (financiële administratie, personeelsadviseur en teamleider re-integratie (50%) ad.£ 130.000, wordt in mindering gebracht op de van de gemeente Steenwijkerland. 11.000 De loonkosten zijn, op basis van de cao en de verwachte loonstigingen, ten opzichte van 2014 niet verhoogd. 30.001 Flexibel budget €200.000 Inhuur participatie € 400.000 Uitbreiding 5 fte a.g.v. toenemend klantenbestand > 700 tegen een tarief van € 62.500 per fte; voor 2015 ruim 1200 klanten € 312.500 Baten: 42.253 WAO inkomsten, betreft de vergoeding voor een dag per week van een medewerker. 34.002 De budgetcoach is met ingang van half 2010 aangesteld voor de gemeente Steenwijkerland. De loonkosten werden ten laste gebracht van het participatiebudget en met ingang van 2015 uit de extra middelen van de gemeente Steenwijkerland. De consulent 'wiedenmodel' wordt ten laste gebracht van specifieke middelen van de gemeente Steenwijkerland De kosten van de accountmanager werk (jobhunter) worden ten laste van het werkdeel WWB gebracht. Uitbreiding inhuur personeel uitbreiding aantal klanten: zie toelichting Baten/30.001
30.010 De voormalig directeur van de IGSD staat nog op de loonlijst van de IGSD. De loonkosten worden conform de gemaakte afsrpaken ten laste gebracht van de gemeente Steenwijkerland. De teamleider re-integratie van de IGSD geeft ook leiding aan het team re-integratie van de Noordwestgroep. De kosten worden voor 50% in rekening gebracht bij de Noordwestgroep. 30.001 Voor toelichting: zie 30.001 lasten
Begroting IGSD apparaatskosten 2015-2018
2018
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018
werkelijke cijfers
Lasten: 5.200.3000 Huisvestingskosten 34.331 Huur gebouw (2.187m2) 31.001 Gas 31.002 Electriciteit 31.003 Waterverbruik 33.300 Meubilair 34.304 Inkoop overige goederen en diensten 61.000 Kapitaallasten Werkplein en IGSD 34.317 Belastingen en verzekeringen 34.333 Technische onderhoudskosten 34.334 Schoonmaakkosten (contract schoonmaakbedrijf), afvoer afval (restafval en papier) 34.335 Beveiliging
2013
329.635 4.591 31.498 633 8.421 117.960 3.163 1.385 52.566
Begroting na wijziging 2014
333.448 10.000 30.000 1.000 1.000 109.699 5.000 3.000 51.000
2015
2016
343.128 10.000 30.000 1.000
349.991
105.730 5.000 3.000 51.000
102.373 5.000 3.000 53.000
10.000 30.000 1.000
2017
2018
356.990 10.000 30.000 1.000
364.130 10.000 30.000 1.000
99.018 5.000 3.000
82.396
53.000
5.000 3.000 53.000
15.568
16.000
16.000
16.000
16.000
16.000
565.420
560.147
564.858
570.364
574.008
564.526
Begroting
Baten 34.001 Onderverhuur
Saldo lasten en baten
werkelijke cijfers
wijziging
na
2013
2014
2015
2016
2018
228.680 228.680
203.585 203.585
197.213 197.213
197.672 197.672
198.139 198.139
198.616 198.616
336.740
356.562
367.645
372.692
375.869
365.910
34.331 De IGSD is hoofdhuurder. Met het UWV is een werkplekkenovereenkomsten (inclusief huur) afgesloten. De werkplekken overeenkomst met het UWV heeft een looptijd van 10 jaar. 61.000 De kapitaallasten hebben betrekking op de investeringen in het Werkplein. Doorbelasting van de lasten vindt plaats aan de gebruikers van het gebouw.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
2017
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018
Lasten: 3.200.4000 33.300 34.304 34.351 34.357 34.358 34.359 34.360 34.361 34.362 34.372 34.375
Facilitaire zaken Meubilair Inkoop overige goederen en diensten Inkoop salarisadministratie Steenwijkerland Inkoop financiële administratie Steenwijkerland Abonnementen Portikosten Koffie thee ed Papier, drukwerk Kantoorbenodigdheden Kosten website Aanschaf en onderhoudkosten soft- en hardware Telefonie
Begroting werkelijke na cijfers wijziging 2014 2013
19.813 4.934 18.860 64.249 25.310 12.238 12.787 12.311 5.334 130 17.075 193.041
5.000 9.000 13.500 60.000 25.000 11.000 15.000 12.000 20.000 15.000 185.500
2015
4.000
2016
2017
2018
60.000 25.000 13.000 15.000 12.000 15.000
4.000 0 0 60.000 25.000 13.000 15.000 12.000 15.000
4.000 0 0 60.000 25.000 13.000 15.000 12.000 15.000
4.000 0 0 60.000 25.000 13.000 15.000 12.000 15.000
20.000 164.000
20.000 164.000
20.000 164.000
20.000 164.000
Toelichting: 34.357 De post abonnementen bevat zowel abonnementen op wetteksten als lidmaatschappen van ondersteunende instellingen zoals Schulinck, Divosa en Stimulansz. 34.351 Er worden als gevolg van de samenwerking tussen de IGSD en de NWG geen diensten meer van Steenwijkerland afgenomen. Dit levert een besparing op van € 22.500. Deze middelen komen ten goede aan de gemeente Steenwijkerland.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
41
IGSD BEGROTING APPARAATSKOSTEN 2015-2018 Begroting werkelijke na wijziging cijfers Lasten: 5.200.5000 ICT 34.371 Datacommunicatie 34.372 Licentiekosten/onderhoudskosten soft- en hardware 34.373 Automatisering 37.375 Telefonie
2013
2014
2015
2016
2017
2018
7.505 11.431 349.156 -52 368.040
9.000 15.000 360.000
9.000 15.000 360.000
9.000 15.000 360.000
9.000 15.000 360.000
9.000 15.000 360.000
384.000
384.000
384.000
384.000
384.000
Toelichting: 34.371 Voor de datacommunicatie zijn er een aantal aansluitingen in het gebouw gerealiseerd. De kosten hebben betrekking op de abonnementskosten daarvan. 34.372 Voor jaarlijkse licentie- en onderhoudskosten en eventuele nieuwe licenties wordt een bedrag geraamd voor de aanschaf en het onderhoud. 34.372 Met de gemeente Steenwijkerland is een dvo afgsloten voor het afnemen van de voorzieningen op het gebied van iet. Er wordt een basisbedrag betaald en voor elke extra afgenomen pc een extra bedrag.
Begroting IGSD apparaatskosten 2015 - 2018
42
Begroting financieel 2015 - 2018
BEGROTINGSTOTALEN
ÜI to o o W o o o
IJl ro o o M o o o
UI ro o o M o o o
Tj 0)
fD
N EU
e*
tri
te-
hjj
\1
W
o
O
§
o
Ui O O
O
o o
UI
co o
1-1
O
Ui
O
O
NI
ÜN
N
ON
to
a
ON
QO
NI
ON
ro to UI *t ON NI
ON NO NI
ON
ro U i ON o NO Co to ro
Ui ON
ON
ro
3
ro ro NO
Ä
,™>
_
3
g.
ff 3
cr
*-*
ui
o S.
00
H-»
\0
O 4* 00
gr ff 3 01
o ff co 3
Ni
M
NO NO
ro 3
ND NO
ND
ro co
NO ON
O O O
h-t
f-i
Ui
3
ff
<-> sr o 2
ND
Kï b *-*
NO
(—1 Vq co O ro NI ö w bo NO O N NI NO N I o o OJ
co
3 te I-U
NO NO
** s co to o 00
o
N|
NJ
Ui to NO
NO ON
*-*
Ül
NO
ON
8 k Ui CO Ui
Nï
M ON
Ui C*ï
O *-* *» NI
OJ 00 O O O
b a> t o \o ro
'M
ON M
NI
>-*
g
uï
h-» u i v j co ON N I O Ui O O
!£ O O O
cc
CJJ
o o
NI
NO
f
W ^ w
"-1 Ö" M 2 ro 3
ffl
ö ö
0J CO ON
ut NO NI O
ui
co U I co co
3 Ui
NJ
(-i
H-»
O
^
ON S 00
f **
fD
O
sa
N| >0 «~i
W M UI
03 h-J Ol
o o o
Ol 'h-j o o U o o 5
te > w !? Br w 3 n E 55 < § cm 3 ~2. 5T g. o fflw ~ e roCM3 s. En* 8T S"
Ül to o o ^ o o 5
*~i Q. E.
Ü) Ka o o Ui o o o
9
1ff
ro
ro as s
s
g
'3
re
o
H
O
w Ui Ui
M
00
UI
Ui
NO
ro
ui
NO
4
O
o
h-* Ui Ui p
00
0
O
bo
1
o
to
I-*
0
N
w
W 1 -
v
^
^
H-> Ö N O
UI\D
Ö NI o
O
o
o
0
^
C R
r
f
*
f
^
ro UI ui
i->
0
0
p
ö
O
O
NO O
ON
p
Ö O o
ON
NI ui
Ui
O
o ö o 0
o O
ö
p
Q 0
O
O
Q 0
O
O
o
o o
O
UI NI Ui
O
ö
ü!
UI
Ö O o
ui NI ui
O
ö o
ON •-»
NO
M ö
NO
O
o
Ö O
g
ö o
o j ^ UI O
i
U
O
Ui
ui ö o 0
O
Ö
0
0
W
O
Ö
W
w ö o
O
l
0
o ö ö "o
tO Ui Ui
O
ui
00 o ö ö p p
^
o
l
^
ö
Q
O
ö o
r o o N U ül N j sq ui Ui Ui
3
f
jf 2 3
Ä
3
" 2 3
fD
re 3
f
u
0
0
o
o
o
o
0
o
U i » - » 5 Nj u ï U l W f D 'o b 3
0
o
4 > o r o o N U I 00 t ö W N J - i U i O 'p o o b
*>■
ö o p b Ö Ö 3
v]
*»
^
ö ro
f
N
NI
r
ö
r
ö
i
Ö Q O O o o
ui i-1 ro
NJ ^
*»
p tO * -
s
M M
u
OJ U i Ui Ui ON Ö O Ö O Ül o o o o o N O O O O O U 1
ö ö ro o
^ Ui Nj
S
ON
O r
N I
O
O
o
*»■ Ui
o
D
0
00 Ö
NO
o
N
Ül ro
W
ON
NO
0
^
n
' ^ "^ ^ ON Ui W 2 N i > - i o o i i * * - * j a N 3
ON
NO
W NO •si U 1
tfe oo
03
£t N I VJ i-4 ON U I W N J N J H J O W J & . N I O N N I O N 0 0 O N W U 1 U 1 U 1 O N
00
Ui Ui Ui
5> co ro
* . NI O
'NI ro ö ö ö ö 'o ö ui j a - r O O t O O O O O N O 0 0 N I O * » . O O O O U l
ND
4X
__ co ro j». tó
NO U I r o p ui I-1 '\D I\J W N | Sa w oo 4*. t o r o *fc oo u i
4*.
00
tO
tO
ND
*"•
oo co ui vo S
3 3 3 fi) ro
cm
o o o o o o o o o o o o o o
4*> t-* o o U l t** NO ON po NO Ül u ' M N (O U
o o
Ha. o o
M ►-»
w U
3
o
J
ON
;-»**►-» O O O O r " " » h - 1 h - * ! - * ! - » ! - *
N O N O O N O N O N Ü N O N O N
O O b Ö H
ON
O V O ^ ^ p N ^ ( ï l ( 3 N ( ^
2
3
0Q
Q.
9"C
cd
fD
re
3 fire 3
re »
O cr ff re s
t/5
Cl
M
o
K> O M
13
f6
re 3 ff. re
CD
INTERGEMEENTELIJKE SOCIALE DIENST
é0F"
STEENWIJKERLAND&WESTERVELD
Jaarstukken 2013
INHOUDSOPGAVE
Jaarverslag 1 2
Programmaverantwoording Paragrafen
2 4
Bijlagen Jaarrekening Programmarekening over 2013 Balansper 31 december 2013 Toelichting algemeen Toelichting op de balans
Overige gegevens Aanvullende gegevens en specificaties Totaal aantal pagina's in dit rapport: 43
8 9 11 13
IGSD JAARREKENING 2013
Jaarverslag 1
Programmaverantwoording
In de programmaverantwoording wordt ingegaan op de realisatie van beleidsdoelen per programma. De programmaverantwoording bestaat uit de verantwoording over de realisatie per programma's en het overzicht van de algemene dekkingsmiddelen. 1.1
Beleidsvisie algemeen
Al een aantal jaren moeten we helaas melding maken van stijgende klantenaantallen. Het is genoegzaam bekend dat de economische recessie daar de belangrijkste oorzaak van is. Binnen de bedrijfsvoering wordt alles in het werk gesteld om de klanten tegen een aanvaardbaar kwaliteitsniveau te bedienen. Dit tegen de verdrukking van de beperkte financiële middelen in. Voor het kunnen afwikkelen van alle aanvragen zijn door de gemeenten in 2013 extra middelen beschikbaar gesteld waardoor alle aanvragen in 2013 tijdig afgewikkeld konden worden. Verderop in het jaarverslag treft u informatie aan over de aantallen aanvragen en de in- en uitstroom van klanten. De toename van het aantal klanten werkt in alle processen door. De aanvragen bijzondere bijstand en minimabeleid nemen toe, het beroep op schuldhulpverlening, de vorderingen, de klachten en de bezwaarschriften. Ook hierover treft u in het jaarverslag de gedetailleerde informatie aan. Omdat het Participatiebudget de afgelopen jaren aanzienlijk is verlaagd, worden reintegratieactiviteiten in grote mate in eigen beheer uitgevoerd d.m.v. 'inbesteden'. Dit betekent dat consulenten zelf coaching, begeleiding en bemiddeling verzorgen en actief zelf klanten begeleiden naar hulpverlening. In beginsel worden geen trajecten ingezet bij reintegratiebedrijven, met uitzondering van samenwerkingspartners/SW-bedrijven Reestmond en NoordWestGroep. Door de nieuwe werkwijze wordt veel efficiënter gewerkt en wordt mede als gevolg van het afnemende Participatiebudget gewerkt volgens het uitgangspunt 'meer met minder'. Eind 2013 is de nieuwe directeur voor de de IGSD benoemd en voor de nieuwe uitvoeringsorganisatie NoordWestGroep/IGSD. Naast zijn taak van het aansturen van de IGSD en de NoordWestGroep is de directeur ook gestart met de opdracht het nieuwe bedrijf, op grond van de rapporten 'samenwerken een samenwerken', en 'plan van doen',
te implementeren. Daarmee zijn de benodigde stappen gezet om te komen tot de uitvoeringsorganisatie. Het jaar 2014 zal daar voor benut worden. De Participatiewet zal, na enige vertraging, per 1 januari 2015 in werking treden. Hoewel er nog veel onduidelijkheid is over de werking en financiering van de wet, zal de nieuwe uitvoeringsorganisatie zich zoveel mogelijk voorbereiden op de uitvoering van de wet. 1.2
Overzicht realisatie per programma
Inkomensvoorzieningen en reïntegratie Wet inburgering Saldo kostenplaatsen Subtotaal programma's Algemene dekkingsmiddelen Subtotaal (incl. dekkingsmiddelen)
€ 18.852.956 €128.951 €18.981.907 €3.590.669 €22.572.576
€ 18.852.956 €128.951 € 3.586.859 €22.568.766 €22.568.766
€0 €0 -€ 3.586.859 -€3.586.859 € 3.590.669 €3.810
In de toelichting wordt per programma inzicht gegeven in de mate waarin de doelstellingen van het programma zijn gerealiseerd en de wijze waarop getracht is de beoogde maatschappelijke effecten te bereiken.
2
Paragrafen
1 2 3
Weerstandsvermogen Financiering Bedrijfsvoering 2.1
Weerstandsvermogen
Het weerstandsvermogen van de IGSD is, na vaststelling van het resultaat, zeer beperkt. Dit heeft alles te maken met de beperkte bevoegdheid die de IGSD heeft om vermogen op te bouwen. Gezien het risicoprofiel van de IGSD is er ook geen noodzaak om een ruim weerstandsvermogen aan te houden. Het risico ligt immers bij de deelnemende gemeenten waar ook de reserves worden gevormd. De kosten worden gedekt door het op basis van een tarief doorberekenen van de diensten aan de afnemende gemeenten. Op grond van het besluit van de beide gemeenteraden mag het eigen vermogen van de IGSD niet meer bedragen dan € 45.000. Het belangrijkste risico van de IGSD betreft het personeel. Binnen de IGSD drukken de lasten van personeel in 2013 voor ruim 60% op de exploitatie. Ziekte of uitval van medewerkers zet niet alleen de (kwaliteit van de) dienstverlening en de voortang van de werkzaamheden onder druk maar ook het budget van de IGSD. Binnen de begroting is een budget beschikbaar voor tijdelijk personeel. De afgelopen jaren zijn de mogelijkheden om de bedrijfsvoering verder te optimaliseren zo goed als volledig benut. Dat betekent de dingen die gedaan moeten worden slim doen tegen zo gering mogelijke kosten en toch tegen een meer dan acceptabele kwaliteit. Op deze wijze is de toegenomen werkdruk en financiële druk het hoofd geboden. Met ingang van februari 2009 is de IGSD hoofdhuurder van het Werkplein. De IGSD is daarmee risicodrager voor leegstand binnen het gebouw. Ten tijde van het opmaken van de jaarrekening 2013 is er nog een overeenkomst met het UWVwerkbedrijf en een arbeidsdeskundig bureau. Het Drenthe College, dat onderhuurde bij het inmiddels failliete CVites, zal het schooljaar 2013-2014 nog afmaken en dan ook het Werkplein verlaten. In de meerjaren begroting is rekening gehouden met de lagere huuropbrengsten. Met het UWVwerkbedrijf wordt onderhandeld over de afkoop van de tot februari 2019 lopende overeenkomst.
2.2
Financiering
Op grond van de wet FIDO (Financiering Decentrale Overheden) moet iedere overheidorganisatie een treasurystatuut vaststellen. Het statuut regelt de beperking van risico's bij de geldstromen en geeft inzicht in de flexibiliteit en mate van transparantie van de financieringstructuur. In januari 2007 heeft het algemeen bestuur het statuut vastgesteld. In 2013 zijn zowel de programmakosten als de apparaatskosten door de IGSD betaald. De gemeenten hebben de financiën, door middel van bevoorschotting, ter beschikking gesteld.
2.3
Bedrijfsvoering
Deze paragraaf bevat de stand van zaken en de beleidsrealisatie ten aanzien van bedrijfsvoering. Bedrijfsvoering bestaat uit personeel en organisatie, informatisering en automatisering, juridische zaken, financiën etc. 2.3.1 Personeel en organisatie Het jaar 2013 is, net als 2012, ten opzichte van de begroting afgesloten met een negatief rekeningresultaat. Het totale gesaldeerde beschikbare budget voor de IGSD, na wijziging, bedroeg € 3.203.727. Het saldo tussen de gerealiseerde lasten en baten over 2013 bedraagt € 3.586.858. Daarmee is er sprake van een overschrijding van € 383.131. Er zijn diverse oorzaken die invloed hebben op het resultaat. De toelichting daarop zal bij programma 2 worden gegeven. Bij de jaarrekening wordt standaard het nacalculatorisch tarief vastgesteld op basis van de werkelijke lasten en baten. Dat is nu ook gebeurd. Op basis van de nacalculatie bedraagt het tarief voor 2013 € 3.675 per (gewogen cliënt). Bij de begroting 2013 was het tarief berekend op € 4.015. De daling van het tarief (€ 365) is enerzijds toe te rekenen aan de stijging van het gemiddeld aantal klanten en anderzijds aan de toename van de kosten. Bedroeg het gemiddelde aantal gewogen cliënten bij de begroting 765, bij de jaarrekening bedraagt dat aantal 963.
Op grond van de werkelijke kosten en het berekende tarief kan over 2013 het volgende overzicht opgesteld worden: Bij gemeenten in rekening gebrachte diensten over 2013 Totaal gesaldeerde apparaatskosten IGSD 2013 Rekeningresultaat
€ € €
3590.669 3.586.858 3.811
De bijdragen per gemeenten bedragen over 2013: Gemeente Steenwijkerland : € 2.690.294 Gemeente Westerveld :€ 900.375 Het algemeen bestuur zal voorgesteld worden het resultaat over 2013 ad. € 3.811 toe te voegen aan de algemene reserve.
Hieronder de verzuimcijfers van de IGSD. IGSD inclusief zwangerschap
Periode 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
10,24% 5,23% 8,24% 4,11% 7,74% 4,69% 6,71%
IGSD exclusief zwangerschap 9,40% 5,13% 6,06% 3,79% 4,46% 4,69% 5,14%
Het gemiddelde ziekteverzuim over 2013 bedraagt 6,71%. Het ziekteverzuimpercentage is, wederom, licht gestegen ten opzichte van het voorgaande jaar. De toename van de werkdruk kan een reden zijn voor de toename van het kortdurend verzuim.
Jaarrekening PROGRAMMAREKENING OVER 2 0 1 3
(in duizenden euro's) Omschrijving programma Uitvoering Regelingen Bedrijfsvoering Totaal gerealiseerde programmabaten en -lasten Algemene dekkingsmiddelen Gerealiseerd resultaat voor bestemming Mutaties in reserves Gerealiseerd resultaat na bestemming
Realisatie 2013 baten lasten 18.981.907 18.981.907 0 3.586.859
0 -3.586.859
Begroting 201 voor na v\ 0 -3.063.727
18.981.907
22.568.766
-3.586.859
-3.063.727
3.590.669 22.572.576
0 22.568.766
3.590.669 3.810
3.071.475 7.748
0
3.810 22.572.576
-3.810 0
-7.748 0
22.572.576
saldo
IGSD JAARREKENING 2013
BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (voor resultaatbestemming) Activa (in duizenden euro's) Vaste activa Materiële vaste activa Investeringen met economisch nut Overige investeringen met economisch nut
2012
2013
384.424
Totaal vaste activa
477.058 384.424
477.058
384.424
477.058
Vlottende activa Uitzettingen meteen rentetypische looptijd < 1 jaar Vorderingen op openbare lichamen 1.563.968 Overige vorderingen 90.603
1.730.567 99.535 1.654.571
1.830.102
392.044
330.175
65.958
145.631
Totaal vlottende activa
2.112.573
2.305.908
Totaal activa
2.496.997
2.782.966
Liquide middelen Bank Overlopende activa
IGSD JAARREKENING 2013
P a s s i v a (in duizenden euro's)
2012
2013
Vaste passiva Eigen vermogen Reserves: Algemene reserve Rekeningresultaat boekjaar voor bestemming
0 3.810
Totaal passiva
9.476 3.311 3.810
Vaste schulden met een rentetypische looptijd >één jaar Onderhandse leningen van: Binnenlandse banken en overige financiële instellingen 450.000
Totaal vaste passiva Vlottende passiva Netto vlottende schulden meteen rentetypische looptijd < ljaar Overige schulden
Overlopende passiva
Totaal passiva
12.787
525.000 450.000
525.000
453.810
537.787
1.725.740
1.457.014 1.725.740
1.457.014
317.447
788.164
2.496.997
2.782.966
10
IGSD JAARREKENING 2013
TOELICHTING ALGEMEEN
Algemeen De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten daarvoor geeft.
Algemene grondslagen De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Personeelslasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke. Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige] schokeffecten (reorganisaties) dient wel een verplichting gevormd te worden. Materiële vaste activa
De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs verminderd met afschrijvingen en/of bijdragen van derden (voorzover er een directe relatie bestaat met het actief) en/of beschikkingen over reserves (voorzover het investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut betreft).
11
IGSD JAARREKENING 2013
Vorderingen De vorderingen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden met de nominale waarde van de vorderingen verrekend. Liquide middelen De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Overlopende activa De overlopende activa zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Passiva Voor zover niet anders vermeld zijn passiva gewaardeerd tegen nominale waarde. Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit de reserves en het resultaat na bestemming volgend uit de programmarekening. Grondslagen voor resultaatbepaling Onder baten worden verstaan de baten die rechtstreeks aan het jaar zijn toe te rekenen en die in het jaar als gerealiseerd kunnen worden beschouwd. Verwachte baten zijn voorzichtigheidshalve niet als baten verantwoord. De lasten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde grondslagen voor waardering en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. Baten worden verantwoord in het jaar waarin de goederen zijn geleverd, c.q. de diensten zijn verricht. Verliezen worden in aanmerking genomen in het jaar waarin deze voorzienbaar zijn. De afschrijvingen geschieden tijdsevenredig op basis van de verwachte economische levensduur. Op aanschaffingen in het verslagjaar wordt naar tijdsgelang afgeschreven. Afschrijvingen geschieden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar.
12
IGSD JAARREKENING 2013
TOELICHTING OP DE BALANS laarrekenineoost Materiële vaste activa: Diverse investeringen Betreft uitgaven ten behoeve van de aanpassing en inrichting van het Werkplein. In 2013 is er op de investeringen € 92.634 afgeschreven. Vlottende activa: Overige vorderingen Vorderingen op openbare lichamen Specificatie: Gemeente Westerveld Gemeente Steenwijkerland - Ministerie SZW Belastingdienst Liquide middelen Betreft saldo van de BNG en Rabobankrekening Overlopende activa Het saldo op deze post is als volgt opgebouwd: - NTO afrekening GKB 2013 Steenwijkerland Netto-uitkeringen Eigen vermogen Algemene reserve Saldo 1-1-2013 Toevoeging rekeningresultaat 2012 Onttrekkingen 2013 Saldo 31-12-2013 Nog te bestemmen rekeningresultaat Saldo 1-1-2013 Onttrekkingen 2013 Toevoeging 2013 Saldo 31-12-2013 De toevoeging 2013 ad. € 3.810 betreft het resultaat op de apparaatskosten 2012. Vaste schulden met een rentetvpische looptijd van één jaar of langer Langlopende geldlening Voor de realisatie van de in- en afbouw en aankleding van het Werkplein en voor de aanschaf van meubilair en andere
2013
2012
€ 384.424
€477.058
€
€99.535
90.603
€ 1.563.968 € 1.730.567 € 726.825 € 826.063 € 11.080 € 392.044
€330.175
€ 65.958 €32.311 € 33.647
€ 145.631
€ 9.476 3.311 -12.787 € 0
€ 3.264 6.212 0 € 9.476
€3.311 3.3113.810 € 3.810
€6.212 6.2123.311 € 3.311
€450.000
€ 525.000
13
IGSD JAARREKENING 2013
kantoorbenodigdheden zijn investeringen gedaan. Voor het financieren van de investeringen is van de gemeente Steenwijkerland een geldlening aangetrokken met een looptijd van 10 jaar. Overige schulden De specificatie is als volgt: crediteuren afte dragen btw - loonheffing /ZVW overige schulden
€ 1.725.740 € 730.562 € 383.333 € 610.746 € 1.099
€ 1.457.014
Overlopende passiva De specificatie van het saldo ad. € 317.446 is als volgt:
€ 317.447
€ 788.164
Nog te betalen bedragen = concept / werknaam Vooruit ontvangen bedragen = concept / werknaam Ontvangsten WIZ
€ 208.640 € 90.125 € 18.682
Niet uit de balans blijkende verplichtingen Hieronder worden de niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen vermeld waaraan de IGSD voor toekomstige jaren is verbonden. Hieronder de belangrijkste van deze verplichtingen: Huurovereenkomst inzake pand werkplein
14
IGSD JAARREKENING 2013
Toelichting op de programmarekening 2013 Belangrijke verschillen tussen de realisatie en de begroting na wijziging moeten systematisch worden toegelicht voor ieder afzonderlijk onderdeel van de programmarekening.
Programma 1: Uitvoering Regelingen Hier wordt per programma de financiële uiteenzetting weergegeven analoog aan het overzicht van baten en lasten, zoals dat is opgenomen in de financiële begroting van het desbetreffende jaar. (in duizenden euro's) Baten Lasten Resultaat vóór bestemming Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
Begroting Realisatie Realisatie 2013 2012 2013 18.219 16.982 18.970 18.219 16.982 18.970 0 0 0 0 0 0 0 0 0
De belangrijkste verschillen tussen de realisatie en de begroting na wijziging zijn: Programma 1
Realisatie begrotingsjaar
wwb inkomensdeel bbz wwb werkdeel IOAW IOAZ Bijzondere bijstand/ov. minimabeleid Wet Inburgering
Baten 13.832.308 474.902 1.790.009 629.015 87.747 2.027.522 128.951 18.970.455
Lasten 13.832.308 474.902 1.790.009 629.015 87.747 2.027.522 128.951 18.970.455
Raming begrotingsjaar Lasten Saldo Saldo ï Baten 0 0 S 13.366.595 13.366.595 0 575.000 575.000 0 0 0 1.703.000 1.703.000 0 0 645.000 645.000 0 135.000 135.000 0 1.716.024 1.716.024 0 0 0 78.000 78.000 0 0 0 » 18.218.619 18.218.619
Realisatie 2012 Baten Lasten 12.062.849 12.062.849 355.897 355.897 2.020.777 2.020.777 470.638 470.638 82.434 82.434 1.845.207 1.845.207 144.476 144.476 16.982.278 16.982.278
Saldo 0 0 0 0 0 0 0 0
Inkomensvoorzieningen en re-integratie De ramingen in de begroting 2013 van de IGSD zijn voor wat betreft de WWB, IOAW en IOAZ gebaseerd op verwachte cliëntenaantallen en voor de overige producten op de ervaringen van de afgelopen jaren. Daarnaast zijn aan de batenkant van de producten de bijdragen van de gemeenten opgenomen. Op begrotingsbasis zit er dan vanzelfsprekend geen saldo op de producten.
15
IGSD JAARREKENING 2013
1.
Inkomensdeel
Klantenbestand: Het aantal cliënten met een Wwb-uitkering of IOAW/Z-uitkering is net als in de voorgaande jaren ook in 2013 verder toegenomen. Het is de verwachting dat het bestand ook in 2014 verder zal toenemen. Het aantal aanvragen dat per maand wordt ingediend stijgt. De redenen waarom een uitkering wordt aangevraagd blijkt ook in 2013 zeer divers en diffuus te zijn. De aanhoudende economische recessie is van grote invloed op het aantal bijstandsaanvragen. Er is minder aanbod van werk. Mensen met een WW-uitkering vinden minder makkelijk dan voorheen een baan tijdens de WW-periode. De ondersteuning van het UWV is in de afgelopen jaren steeds verder beperkt. Verder merken we een toename van het aantal aanvragen bij mensen met een eigen woning en/of mensen die werken als ZZP-er. De samenstelling van de klantgroep wijzigt hierdoor. De aanvragen die gedaan worden zijn complexer om te beoordelen. Onderstaande tabellen geven, per gemeente, inzicht in de ontwikkeling van de klantenaantallen, de samenstelling van het bestand en het aantal aanvragen voor levensonderhoud en re-integratie. In- en uitstroom klanten WWB/IOAW 01-01-2013 Instroom Uitstroom 31-12-2013
Westerveld 266 144 117 293
Samenstelling/leefvorm bestand WWB/IOAW Alleenstaande Alleenstaande ouder Gehuwd/samenwonend Totaal Ingekomen aanvragen Periodieke uitkering levensonderhoud WWB Bbz 2004 Ioaw/Ioaz Periodieke of incidentele bijstand Minimabeleid/Iedereen aan boord Langdurigheidstoeslag Voorschot Borgstelling Kinderopvang Collectieve verzekering Totaal
Westerveld 197 50 46 293 Westerveld 172 14 10 201 331 96 29 5 5 5 868
Steenwijkerland 704 445 324 825 Steenwijkerland 517 179 129 825 Steenwijkerland 532 35 24 597 1.120 364 107 24 8 10 2.690
16
IGSD JAARREKENING 2013
Over 2013 is er sprake van een stijging van 29% ten opzichte van 2012 van het aantal ingediende aanvragen voor een periodieke uitkering levensonderhoud. Ingekomen aanvragen Re-integratie Aanvraag traject Jobhunting Plan van aanpak jongeren Totaal
Westerveld 160 33 34 227
Steenwijkerland 453 112 166 731
Schuldhulpverlening: Per 1 juli 2012 is de Wet gemeentelijke Schuldhulpverlening (Wgs) in werking getreden. Tot dan toe bood een gemeente schuldhulpverlening aan vanuit haar zorgplicht. Met de komst van de Wgs heeft schuldhulpverlening een wettelijke basis gekregen. De Wgs verplicht gemeenten een beleidsplan vast stellen. Op dit moment wordt de schuldhulpverlening voor de zowel de gemeente Steenwijkerland als Westerveld uitgevoerd door de GKB. Daarnaast heeft de IGSD sinds ruim drie jaar een budgetcoach in dienst die voor klanten vanuit de gemeente Steenwijkerland schuldhulpverlening op maat aanbiedt. De budgetcoach inventariseert en analyseert de schuldenproblematiek. Zij brengt advies uit en motiveert en stimuleert mensen bij het stabiliseren van de schuldensituatie. Indien nodig past zij crisisinterventie toe. Cliënten die belast zijn met schulden, zien meestal zelf geen mogelijkheid om de problematiek aan te pakken. Vanuit een vaak passieve houding van de cliënt wordt geprobeerd via zorgvuldige begeleiding het leven van de cliënt weer op de rit te krijgen. Ook in 2013 is de schuldenproblematiek in het algemeen en bij bijstandscliënten in het bijzonder verder toegenomen. WWB inkomensdeel Steenwijkerland. Over 2013 komt het gemiddelde aantal uitkeringsgerechtigden uit op 732 (1 januari 2013: 675 klanten en op 31 december 2013: 789 klanten). Derhalve een stijging to.v. de raming in oorspronkelijke begroting van 174 (615-789) Het gemiddeld uitkeringsbedrag per cliënt is over 2013 uitgekomen op € 14.035. Dit bedrag komt overeen met het in de begroting gehanteerde bedrag. Op grond van de uitgaven en inkomsten van de WWB, WIJ, IOAW, IOAZ en startende ondernemers in de Bbz in relatie tot de rijksvergoeding, zal over 2013 geen beroep worden gedaan op de Incidentele Aanvullende Uitkering gebundelde uitkering. De uitgaven verminderd met in inkomsten zijn volgens onderstaande berekening lager dan 110 % van het toegekende definitieve budget ad
17
IGSD JAARREKENING 2013
€11.243.406 over 2013. Berekening: WWB Ioaw Ioaz Bbz (startende ondernemers]
€ 10.095.038 € 417.656 € 39.567 € 26.784
Definitief budget 2013 € 11.243.406 x 110 % Lagere uitgaven (= geen aanvraag IAU indienen]
€ 10.579.045 € 12.367.747 € 1.788.702
Over het jaar 2013 zijn er 556 aanvragen levensonderhoud WWB/IOAW-Z ingediend. In 2013 zijn er 550 besluiten over het wel of niet toekennen van een uitkering genomen. Het aantal aanvragen komt niet overeen met het aantal besluiten. In 2013 zijn er nog besluiten betrekking hebbend over het jaar 2012 afgehandeld. Eveneens moeten er begin 2014 nog besluiten over 2013 worden genomen. Van het aantal genomen besluiten (550] hebben er 405 geleid tot een toekenning van een uitkering. 145 besluiten hebben betrekking op een afwijzing, buiten behandeling stelling of intrekking aanvraag door klant. Het percentage besluiten, genomen in 2013, dat niet tot een toekenning uitkering leidt ligt op 26,5 % (preventiequotum]. Hoogwaardige Handhaving: De kern van het hoogwaardig handhaven is dat klanten zoveel mogelijk vrijwillig de wet naleven. Hoogwaardig handhaven neemt daarbij het gedrag van mensen als uitgangspunt. Het uiteindelijke doel is om het gedrag van mensen zo te beïnvloeden dat ze uit eigen beweging wet- en regelgeving naleven. Bij de IGSD is sprake van een fraudealertheid aan de poort, waarmee beoogd wordt alleen een uitkering te verstrekken aan diegene die daar ook daadwerkelijk recht op heeft. In de registratie van de resultaten wordt een onderscheid aangebracht in consulten en onderzoeken. Het doel van consulten is de instroom in de WWB/IOAW te verminderen en daarmee een besparing te realiseren, het zgn. "handhaven aan de poort". Dit wordt o.a. gerealiseerd door de consulenten te begeleiden bij huisbezoeken waarbij de woonsituatie dient te worden vastgesteld ten behoeve van de vaststelling van het recht op bijstand. Er is sprake van een onderzoek wanneer er tijdens de bijstandsperiode sprake is van een fraudesignaal dat er op wijst dat een uitkering onrechtmatig verstrekt wordt. Het resultaat van een onderzoek kan het beëindigen van een uitkering zijn. Dit levert dan een besparing op naar de toekomst toe. Ook zal er in veel gevallen sprake zijn van een benadelingsbedrag. Dat bedrag wordt van de klant teruggevorderd.
18
IGSD JAARREKENING 2013
Onderstaande tabel laat zien wat de besparings- en benadelingsresultaten zijn van de handhaver over het jaar 2013. Deze resultaten zijn exclusief de resultaten die in 2013 behaald zijn door het externe project "screening rechtmatigheid" uitgevoerd door SHMC. Gemeente Steenwijkerland Westerveld Totaal
Besparing door consulten € 152.135,00 € 84.260,00 € 236.395,00
Besparing door onderzoeken € 88.272,06 € 56.173,19 € 144.445,25
Benadeling door onderzoeken € 17.760,26 €43.962,00 € 61.722,26
Besluit bijstandverlening zelfstandigen. Het aantal aanvragen is over de hele regio gedaald. Deze trend is ook te zien voor de IGSD-sw. Dit zit voornamelijk in het aantal startende zelfstandigen dat een aanvraag indient. Het aantal gevestigde zelfstandigen dat een aanvraag indient, is de afgelopen twee jaar redelijk stabiel gebleven. Opvallend is, dat de sterke daling van het aantal startende zelfstandigen zich met name in Steenwijkerland, Westerveld en Zwolle voordoet. Een verklaring hiervoor hebben wij op dit moment niet. De Ioaz-aanvragen zijn voor Steenwijkerland en Westerveld zijn al een aantal jaren stabiel. In 2013 zijn we gestart met het trajectmatig aanpakken van de bescheidenschaal toestemming. Dit traject wordt in eerste instantie toegekend voor de duur van zes maanden. De klant wordt door de startersconsulent begeleid in met name het opzetten en bijhouden van een deugdelijke bedrijfsadministratie, belastingzaken en het opstarten van de zelfstandige activiteiten. De voorwaarden van de bescheidenschaal regeling zijn aangescherpt en worden middels een schriftelijke en mondelinge toelichting uitgelegd aan de klant. De klant wordt niet meer (gedeeltelijk) ontheven van de uitstroomplicht. Door het Rbz worden een 3-tal regelingen uitgevoerd voor de IGSD-SW: Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz 2004); Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz); Wet werk en bijstand (Wwb), daar waar het personen betreft die (volledig) zelfstandige willen worden of personen die toestemming krijgen om op bescheiden schaal zelfstandige activiteiten te ontplooien. De cijfers inzake Bbz 2004 Tabel: Aanvragen Steenwijkerland
19
IGSD JAARREKENING 2013
IGSD Steenwijkerland
1
'
■ 1
1
4
1
1
1
1
1
(0 co
IB
Nib
Ingetrokken
Afwijzing
Toekenning
IB
Periodiek/verlenging
Nib
Ingetrokken
IB
c ■ 0)
Afwijzing
CO
c 'c
Nib
Ingetrokken
Afwijzing
Toekenning
IB
Nib
Ingetrokken
Afwijzing
Toekenning
"v r
1
1,
1, r o o; o 1 2
1
0
0 1 1 6 (aanvragen x 2)
5; 1
0 6
0
0
0 3
0
1
0 16 0 0 1
17 17
Tabel: Aanvragen Westerveld
IGSD Westerveld
0: 1: 0 3
IB
1
cc
Nib
1
Ingetrokken
o; 0 ! 0 0 1 2 (aanvragen x 2)
Afwijzing
0: 0' 2
IB
1
Nib
1
Ingetrokken
Toekenning
1
Nib
1
Afwijzing
1
Toekenning
1
IB 2
Nib
1
Afwijzing
IB
Ingetrokken
Periodiek/verlenging Toekenning
Periodiek
Krediet/Periodiek
1
Toekenning Starter Gevestigde Beëindigend Marginaal Oudere
Ingetrokken
Krediet
2013
Afwijzing
•
Periodiek
Krediet/Periodiek
Krediet
Starter Gevestigde Beëindigend Marginaal Oudere
2013
1
4
i
2 o o: o* o 2
ro o 1 10 0 0 0 11 11
Ioaz De Ioaz blijft een onbekende regeling waarvan relatief weinig gebruikt wordt gemaakt. Opvallend dit jaar is, dat voor de gemeente Westerveld twee uitkeringen zijn toegekend waarvan de personenkring door een andere gemeente is beoordeeld.
20
IGSD JAARREKENING 2013
Tabel: Aanvragen Ioaz e
O)
Q) D)
2 > c
Steenwijkerland Personenkring Uitkering Weste rveld Personenkring Uitkering Totaal
•
c 'c c
0
h-
D) C N
1 <
C
.*: J3 e "z (D
CQ
c
< 1 1
1 1
2 4
2
Voorbereidingsperiode of bescheiden schaal-regeling:
Klanten die als zelfstandige willen starten of op bescheiden schaal zelfstandige activiteiten willen gaan ontplooien, hebben een intakegesprek met de Startersconsulent van het Rbz. Aan de hand van dit intakegesprek wordt de richting van het te volgen traject bepaald. Trajecten
Aanmeldingen voor intake: Steenwijkerland Westerveld Totaal
aantal 12 5 17
Steenwijkerland Westerveld Na intake: Bescheidenschaaltraject 3 3 Voorbereidingstraject 2 Regeling Overige Inkomsten (* Geen traject 7 2 Totaal 12 5 *) Regeling overige inkomsten houdt in dat de klant inkomsten verwerft die niet onder loondienst, maar ook niet onder de BS-regeling vallen te categoriseren. Alfahulpen zijn hier vaak een voorbeeld van.
21
IGSD JAARREKENING 2013
IOAW/IOAZ Steenwiikerland Op 1 januari 2013 is gestart met 27 cliënten in de regelingen IOAW/IOAZ. Op 31 december 2013 waren er 36 cliënten met een IOAW/Z-uitkering. Er zijn 24 aanvragen voor deze regeling ontvangen. Het bestand is over het jaar 2013 met negen klanten toegenomen. In de oorspronkelijke begroting 2013 is rekening gehouden met een gemiddeld aantal cliënten van 25. De gesaldeerde kosten van de beide regelingen hebben in 2013 € 457.223 bedragen. Het beschikbare budget na de l e begrotingswijziging bedroeg in 2013 €555.000. Bijzondere bijstand en overig minimabeleid Steenwijkerland. Vanaf 2012 worden klanten niet meer actief benaderd voor het indienen van een aanvraag minimabeleid. Het beleid met betrekking tot bijzondere bijstand is versoberd. Ondanks dit is er over 2013 sprake van een toename van de uitgaven bijzondere bijstand en minimabeleid. Voornamelijk veroorzaakt door hogere uitgaven bij de voorzieningen voor wonen en de directe levensbehoeften. Het uitgavenniveau over 2013 is toegenomen van € 867.059,- over 2012 naar € 976.668,in2013. De specificatie van de € 976.668,,- is als volgt: 2013
Bijzondere bijstand a. Directe levensbehoeften (incl. langdurigheidstoeslag) b. Voorzieningen voor het huishouden c. Voorzieningen voor wonen d. Voorzieningen voor opvang e. Kosten uit maatschappelijke zorg f. Financiële transacties g. Uitstroombevordering h. Medische dienstverlening i. Overige kostensoorten Wet Kinderopvang Sociaal culturele activiteiten Iedereen aan boord Gemeente extra pakket Totaal
288.284 3.545 147.320 0 34.000 106.673 2.796 20.844 6.264 609.726 6.3 62 191.422 137.210 31.968 976.688
Debiteuren: Aan debiteurenopbrengsten en rente en aflossing leenbijstand is een bedrag van € 58.059,ontvangen.
22
IGSD JAARREKENING 2013
Schuldhulpverlening. De kosten voor schuldhulpverlening bedroegen in 2013 € 582.689. Dit is fors meer dan het geraamde budget van € 525.000. De schuldenproblematiek neemt nog steeds toe en daarmee ook het beroep op de Gemeentelijke Kredietbank. De kosten voor schuldhulpverlening zijn exclusief de kosten van de budgetcoach WWB inkomensdeel Westerveld Bij de begroting is uitgegaan van een gemiddeld cliëntenaantal WWB van 220 en de kosten van een gemiddelde uitkering zijn geraamd op € 14.000. Het werkelijke gemiddelde aantal cliënten over 2013 is uitgekomen op 264 (1 januari 2013 252 cliënten, 31 december 2013 275 cliënten] en de werkelijke gemiddelde kosten per uitkering bedragen voor 2013 € 12.860 (afgerond). Opvallend zijn de lagere gemiddelde kosten per cliënt. Belangrijke oorzaken zijn de hogere inkomsten (uit arbeid bijvoorbeeld) die de cliënten in hebben genoten en de samenstelling van het bestand. Een aantal cliënten heeft alleen zak- en kleedgeld waardoor het gemiddeld bedrag flink naar beneden gaat. Op grond van de uitgaven en inkomsten van de WWB, WIJ, IOAW, IOAZ en startende ondernemers in de Bbz, zal over 2013 opnieuw (zesde opeenvolgende jaar) een beroep worden gedaan op de Incidentele Aanvullende Uitkering gebundelde uitkering. De hoogte van het verzoek zal volgens onderstaande berekening € 64.991 bedragen. Het verzoek dient voor 31 juli 2014 te worden ingediend bij de Toetsingscommissie Wet werk en bijstand. Berekening: WWB Ioaw Ioaz Bbz (startende ondernemers) Definitief budget 2013 € 3.204.391 x Verzoek IAU over 2013
€ 3.325.076 € 211.359 € 48.180 € 5.206 110 %
€ 3.589.821 € 3.524.830 € 64.991
Over het jaar 2013 zijn er 182 aanvragen levensonderhoud WWB/IOAW-Z ingediend. In 2013 zijn er 180 besluiten over het wel of niet toekennen van een uitkering genomen. Het aantal aanvragen komt niet overeen met het aantal besluiten. In 2013 zijn er nog besluiten betrekking hebbend over het jaar 2012 afgehandeld. Eveneens moeten er begin 2014 nog besluiten over 2013 worden genomen. Van het aantal genomen besluiten (180) hebben er 130 geleid tot een toekenning van een uitkering. 50 besluiten hebben betrekking op een afwijzing, buiten behandeling stelling of intrekking aanvraag door klant. Het percentage besluiten genomen in 2013 dat niet tot een toekenning uitkering leidt ligt op 28 % (preventiequotum).
23
IGSD JAARREKENING 2013
IOAW/IOAZ Westerveld Op 1 januari 2013 is gestart met 14 cliënten in de regelingen IOAW/IOAZ. Op 31 december 2013 waren er 18 cliënten met een IOAW/Z- uitkering. Er zijn 10 aanvragen voor deze regeling ontvangen. Het bestand is over het jaar 2013 met vier klanten toegenomen. In de oorspronkelijke begroting 2013 is rekening gehouden met een gemiddeld aantal cliënten van 12. De gesaldeerde kosten van de beide regelingen hebben in 2013 € 259.539 bedragen. Het beschikbare budget bedroeg na de l e begrotingswijziging in 2013 € 255.000. Bijzondere bijstand en overig minimabeleid Westerveld Het totaal dat in 2013 aan bijzondere bijstand en minimabeleid is uitgegeven bedraagt € 315.678. De specificatie van de uitgaven is als volgt: Bijzondere bijstand Minimabeleid Wet Kinderopvang Gemeente Extra Pakket Totaal
207.366 95.618 1.03 0 11.664,— 315.678
Debiteuren: Aan debiteurenopbrengsten en rente en aflossing leenbijstand is € 14.190 ontvangen. Schuldhulpverlening Westerveld Aan schuldhulpverlening is in 2013 € 152.467 betaald aan de GKB Drenthe. Het beschikbare budget in 2013 van € 131.000 is daarmee met€ 21.467 overschreden. Het beroep op de GKB vertoond echter ten opzichte van 2012 [kosten € 124.000) een stijgende lijn. Dit was bij het opstellen van de begroting ook voorzien. Bezwaarschriften In totaal zijn er in 2013 84 bezwaarschriften binnengekomen (23 zaken voor Westerveld, 61 zaken voor Steenwijkerland). De voorraad per 01-01-2013 bedroeg 11 zaken. De eindvoorraad d.d. 31-12-2013 bedroeg 23 zaken. Er zijn 72 bezwaren behandeld. Van deze 72 bezwaren zijn 23 bezwaarschriften ongegrond verklaard. Acht bezwaren zijn kennelijk niet ontvankelijk verklaard. Door het aangaan van gesprekken met de bezwaarmakers zijn 17 bezwaarschriften (zonder herziening besluit) ingetrokken. En als laatste zijn 24 bezwaarzaken ingetrokken na een gedeeltelijke of volledige herziening van het besluit. De besluiten waar tegen bezwaar wordt ingediend hebben voornamelijk betrekking op afgewezen aanvragen, beëindigingen van uitkeringen en herzieningen en terugvordering van de uitkering.
24
IGSD JAARREKENING 2013
In vergelijking met dezelfde periode in 2012 zijn er in totaal 24 zaken meer ingediend. Deze stijging kan verklaard worden door het feit dat er een forse toename is van het aantal genomen besluiten. Daarnaast is er in 2013 een projectmatige screening rechtmatigheid uitgevoerd welke geleid heeft tot een piek in het aantal belastende (negatieve) besluiten. Het aangaan van gesprekken, voorafgaand aan de formele behandeling (toepassen van mediation) met de bezwaarmakers leidt tot het intrekken van bezwaren en een daling van het aantal ongegronde bezwaren. Er zijn tien beroepszaken aanhangig gemaakt. Twee beroepszaken zijn ongegrond verklaard, bij één van deze twee zaken is door belanghebbende hoger beroep ingediend. De andere acht beroepszaken worden in 2014 behandeld. Verder zijn er twee verzoeken voor een voorlopige voorziening gedaan. De rechtbank heeft één verzoek afgewezen en één verzoek zou zijn toegewezen ware het niet dat de IGSD al eerder het besluit had herzien. Alle zaken zijn binnen de wettelijke beslistermijn afgehandeld, in een aantal gevallen was het nodig om te verdagen. Klachten In totaal zijn er over het jaar 2013 21 klachten ontvangen. In 2012 zijn er tien klachten ontvangen. Dit is een stijging van 11 klachten. De oorzaak kan gevonden worden in de forse toename van het klantenaantal, de werkprocessen, de besluiten en een daarbij behorende toename van het aantal klantcontacten. Daarnaast is er medio 2013 een onderzoek naar de rechtmatigheid uitgevoerd door een externe partij. Dit onderzoek heeft geleid tot een piek in het aantal belastende besluiten wat ook geleid heeft tot een piek in het aantal klachten. Steenwijkerland In 2013 zijn er in totaal 13 klachten binnengekomen (in 2012 zeven klachten). Negen klachten hebben betrekking op de handelswijze c.q. dienstverlening van een consulent of de IGSD. Vier klachten hebben betrekking op de procedure of uitbetaling van bijstand. Twee klachten zijn informeel afgehandeld. Informele afhandeling houdt in dat een gesprek met de klager voldoende was om tot afhandeling te komen. Er is geen formeel oordeel geveld over het gegrond of ongegrond zijn van de klacht. Eén klacht is buiten behandeling gelaten. Eén klacht is nog in behandeling. Negen klachten zijn formeel afgehandeld. Van de negen formeel afgehandelde klachten zijn drie klachten gegrond verklaard. Vijf klachten zijn ongegrond bevonden en één klacht is deels ongegrond en deels gegrond verklaard. Westerveld In 2013 zijn er in totaal acht klachten binnengekomen (in 2012 drie klachten). Drie klachten hebben betrekking op de handelswijze c.q. dienstverlening van een consulent of de IGSD. Vijf klachten hebben betrekking op de procedure of uitbetaling van bijstand. Twee klachten zijn informeel afgehandeld. Informele afhandeling houdt in dat een gesprek met de klager voldoende
25
IGSD JAARREKENING 2013
was om tot afhandeling te komen en er geen formeel oordeel geveld is over het gegrond of ongegrond zijn van de klacht. Zes klachten zijn formeel afgehandeld. Van de zes formeel afgehandelde klachten zijn drie klachten gegrond verklaard. Eén klacht is ongegrond bevonden en twee klachten zijn deels ongegrond en deels gegrond verklaard.
Participatiebudget De gemeente Steenwijkerland en de gemeente Westerveld ontvangen voor het participeren van bijstandsgerechtigden en overige aangewezen doelgroepen een specifiek en geoormerkt budget, het WWB-Werkdeel, als onderdeel van het Participatiebudget. De verantwoordelijkheid voor het uitvoeringsbeleid is gemandateerd aan de IGSD. In dat kader geeft de IGSD uitvoering aan de Wet Participatiebudget. Het Werkdeel voor beide gemeenten wordt ingezet voor de inkoop en inzet van trajecten gericht op de bemiddeling naar de reguliere arbeidsmarkt, aanbodversterkende trajecten (waaronder scholing), activering, zorg en participatie. Omdat het Participatiebudget de afgelopen jaren aanzienlijk is verlaagd, worden re-integratieactiviteiten in grote mate in eigen beheer uitgevoerd d.m.v. 'inbesteden'. Dit betekent dat consulenten zelf coaching, begeleiding en bemiddeling verzorgen en actief zelf klanten begeleiden naar hulpverlening. In beginsel worden geen trajecten ingezet bij re-integratiebedrijven, met uitzondering van samenwerkingspartners/SW-bedrijven Reestmond en NoordWestGroep. Door de nieuwe werkwijze wordt veel efficiënter gewerkt en wordt mede als gevolg van het afnemende Participatiebudget gewerkt volgens het uitgangspunt 'meer met minder'. Onderstaand wordt de besteding van het Werkdeel en de Wet Inburgering vermeld en wordt een toelichting op de budgetten gegeven. 2.1.2.1 Financiën Re-integratie gemeente Westerveld
budget
Werkdeel 2013 overschot Werkdeel 2012 totaal Werkdeel 2013 Wl-budget2013 totaal budget Werkdeel/WI 2013
322.887 5.548 328.435 14.249
besteding Werkdeel 2013 besteding Wl 2013 besteding Participatiebudget
272.010 47.491
overschot P-budget 2013 naar 2014
totalen
342.684
319.501 23.183
26
IGSD JAARREKENING 2013
Toelichting: In 2013 bedroegen de uitgaven uit het Participatiebudget voor re-integratie en inburgering € 319.501. Op basis van het beschikbare Participatiebudget ad € 342.684 bedraagt het overschot € 23.183. Op basis van de 'meeneemregeling' Participatiebudget is het geoorloofd om over 2013 een totaalbedrag van € 85.671 toe te voegen aan het Participatiebudget over 2014. De IGSD hevelt een bedrag van € 23.183 over naar 2014. Dit is ruim binnen het kader van de meeneemregeling ad €85.671. gemeente Westerveld extra (raads)middelen inburgering decentrale uitkering Wl extra (raads)middelen re-integratie totaal extra middelen
budget 39.438 6.246 31.250 76.934
Naast het Participatiebudget heeft de gemeente Westerveld een aanvullend bedrag van € 76.934 aan re-integratiemiddelen en inburgeringgelden ter beschikking gesteld. Deze middelen maken geen onderdeel uit van de verantwoording aan het rijk in het kader van de besteding van het Participatiebudget. Omdat de uitvoering van re-integratie en inburgering in 2013 uiteindelijk vanuit het Participatiebudget bekostigd kon worden zijn deze extra middelen niet besteed in 2013. Vanaf 2014 ontvangen gemeenten geen rijksbijdrage meer voor inburgering. Daarnaast is de inzet van extra re-integratieconsulenten in 2014 nodig om de (nog steeds) toenemende klantaantallen te voorzien van een re-integratieaanbod. Voor de gemeente Westerveld heeft de IGSD een uitvoeringsplan Re-integratie geschreven. In dit uitvoeringsplan wordt de gemeente geadviseerd over de besteding van deze extra middelen in het jaar 2014.
27
IGSD JAARREKENING 2013
Gemeente Steenwijkerland gemeente steenwijkerland
budget
Werkdeel2013 overschot Werkdeel 2012 totaal Werkdeel 2013 Wl-budget2013 overschot Wl 2012 totaal budget Werkdeel/WI 2013
1.368.827 175.755 1.544.582 28.548 127.876
besteding Werkdeel 2013 besteding Wl 2013 besteding Participatiebudget
1.518.010 81.460
totalen
1.701.006
1.599.470
overschot P-budget 2013 naar 2014
101.536
overschot Werkdeel 2013 overschot Wl 2013 Overschot Participatiebudget
26.572 74.964 101.536
Toelichting: Voor de gemeente Steenwijkerland had de IGSD over het jaar 2013 nog een aanvullend bedrag aan re-integratiemiddelen en inburgeringgelden ter beschikking als gevolg van een overschot over het jaar 2012. Ook was in 2013 nog een bedrag beschikbaar van € 75.000 voor de bekostiging van een projectleider participatie. Dit beschikbare bedrag is verwerkt in de begroting (interne re-integratie/inbesteden). Over het jaar 2013 is een overschot gerealiseerd van € 101.536. Het overschot op het Werkdeel bedraagt € 26.572. Deze middelen worden begin 2014 besteed voor doorlopende kosten/trajecten uit het jaar 2013. Op het inburgeringbudget (WIJ werd € 74.964 overgehouden. Dit bedrag wordt in 2014 ingezet voor inburgeringtrajecten. Hierover maakten we bestuurlijke afspraken. Het inzetten van deze middelen in 2014 is van belang omdat we nog een verplichting hebben om inburgeringtrajecten uit te voeren. Door middel van het Participatiebudget wordt vanaf 2014 echter geen inburgeringbudget meer beschikbaar gesteld door het Rijk. Dit betekent dat we de uivoering van deze trajecten uit eigen middelen moeten bekostigen. Op basis van de 'meeneemregeling' Participatiebudget is het voor de gemeente Steenwijkerland geoorloofd om over 2013 een totaalbedrag van € 349.343 toe te voegen aan het Participatiebudget over 2014. De IGSD hevelt een bedrag van € 101.563 over naar 2014. Dit is ruim binnen het wettelijke kader van de meeneemregeling ad € 349.343
28
IGSD JAARREKENING 2013
In december 2013 ontving de IGSD via de gemeente Steenwijkerland een incidentele bijdrage van het Rijk. Het betreft een eenmalige decentrale uitkering voor de uitvoering van extra taken voor inburgering. De uitkering is eind 2013 overgemaakt en is bestemd voor de uitvoering in 2014. Het ontvangen bedrag ad € 10.069 wordt toegevoegd aan de middelen [begroting) voor de uitvoering van de WI in het jaar 2014. Deze middelen maken geen onderdeel uit van de verantwoording aan het rijk in het kader van het Participatiebudget. • 2.1.2.2 Inzet middelen Per trede De IGSD registreert de uitgaven en de inzet van trajecten/instrumenten conform de indeling van de Participatieladder. Hiermee kunnen we voor iedere trede inzichtelijk maken welk deel van de het re-integratiebudget wordt besteed op de betreffende trede en daarmee aan het aantal klanten op deze trede. Onderstaand worden voor beide gemeenten het aantal trajecten en de kosten per trede beschreven. Poducten per trede en financiën Westerveld
Raming trajecten 2013
Aantal nieuwe trajecten 2013
begroting 2013
60.000
besteed 2013
52.648
5; LKS, Werk Nu,gesub.arbeid
35
8
4; arbeidstrajecten/bemiddeling
35
37
15.000
18.066 44.152
3; activering/vrijwilligerswerk
60
49
55.000
2; zorg, hulpverlening
80
67
15.000
35.488
1; isolement, intensieve zorg
10
7
5.000
2.618
*Intern reïntegratie/inbesteden
100
140.000
119.036
Totaal
220
290.000
272.010
168
*Mbt inbesteden worden 100 trajecten uitgezet, ingedeeld op de diverse treden van de P-ladder
Voor de gemeente Westerveld heeft de IGSD in 2013 168 trajecten uitgezet. Voor 2013 raamde de IGSD 220 nieuwe trajecten voor de gemeente Westerveld. Dit aantal is in 2013 niet gerealiseerd. Reden hiervoor is de werkdruk; voor de consulent Werk is de maximale caseload vastgesteld op 80 klanten. De actuele caseload bedraagt op dit moment 160 klanten waardoor de doelstelling van 220 trajecten niet wordt gerealiseerd. Hierbij wordt opgemerkt dat er naast de 168 nieuwe trajecten nog wel 'doorlopende' trajecten zijn uit het jaar 2012 waardoor het aantal actuele trajecten hoger ligt dan de 168 nieuwe trajecten in 2013.
29
IGSD JAARREKENING 2013
Gemeente Steenwijkerland Poducten per trede en financiën Steenwijkerland
Raming trajecten 2013
Aantal nieuwe trajecten 2013
Begroting 2013
besteed in 2013
5; LKS, Werk Nu,gesub.arbeid
100
13
300.000
277.515
4; arbeidstrajecten/bemiddeling
150
198
160.000
139.070
3; activering/vrijwilligerswerk
300
106
400.000
480.950
2; zorg, hulpverlening
200
189
170.000
213.131
1; isolement, intensieve zorg
50
14
10.000
Intern rëïntegratie/inbesteden Totaal
495.000
»400 800
520
1.535.000
1.958 405.386 1.518.010
*Mbt inbesteden worden 400 trajecten uitgezet, ingedeeld op de diverse treden van de P-ladder
Voor de gemeente Steenwijkerland heeft de IGSD in 2013 520 trajecten uitgezet. Voor 2013 raamde de IGSD 800 nieuwe trajecten voor de gemeente Westerveld. Dit aantal is in 2013 niet gerealiseerd. Reden hiervoor is de werkdruk; voor de consulent Werk is de maximale caseload vastgesteld op 80 klanten. De actuele caseload bedraagt op dit moment 160 klanten waardoor de doelstelling van 800 trajecten niet wordt gerealiseerd. Hierbij wordt opgemerkt dat er naast de 520 nieuwe trajecten nog wel 'doorlopende' trajecten zijn uit het jaar 2012 waardoor het aantal actuele trajecten hoger ligt dan de 520 nieuwe trajecten in 2013. Inburgering Met ingang van 1 januari 2007 is de Wet inburgering ingevoerd. Vanaf 2009 zijn er diverse wijzigingen geweest in wetgeving. Inmiddels is met ingang van 1 januari 2013 de gewijzigde Wet Inburgering in werking getreden. De inburgeraar moet zelf zijn of haar inburgering regelen en betalen, de termijn waarbinnen moet worden ingeburgerd is nu voor iedere doelgroep drie jaar. Indien de inburgeraar niet over financiën beschikt om het zelf te betalen, dan kan deze een lening aanvragen bij DUO. DUO verstrekt vanaf 1 januari 2013 informatie over de inburgeringsplicht en controleert of de inburgeraar zijn verplichtingen nakomt. De rol van de IGSD blijft alleen bestaan voor de doorlopende trajecten die voor 1 januari 2013 zijn gestart of de trajecten van mensen die na 1 januari 2013 starten, doordat zij voor 1 januari 2013 al inburgeringsplichtig waren, maar na 1 januari 2013 zijn gehuisvest. Daarnaast zal de consulent de trajecten betreffende de nieuwe inburgeraars moeten bewaken, aangezien de start van een traject richting werk of participatie afhankelijk is van de vorderingen binnen het inburgeringtraject.
30
IGSD JAARREKENING 2013
Steenwij kerland. • Aantallen Aanbod Het aantal inburgeraars onder de oude regeling betreft per 1 januari 2014 26 personen, het aantal inburgeraars onder de nieuwe wetgeving betreft per 1 januari 2014 17. Alle personen die gealfabetiseerd worden, stromen vervolgens door naar een inburgeringtraject, dit betreft nog voor de oude doelgroep nog 7 personen. Wanneer dit moment zal zijn en of dit moment gaat komen (ontheffing) kan niet precies worden voorspeld. Handhaving Het aantal handhavers betreft in 2013 27 personen, waarvan 17 in 2014 examen moeten doen. Er gaat veel tijd en energie zitten in deze trajecten, aangezien beoordeeld moet worden of mensen voldoende hun best hebben gedaan binnen hun inburgeringstermijn. Re-integratie Gezien de afname in het aantal inburgeraars, houdt de consulent inburgering vanaf 2012 ook het vervolg traject richting werk of participatie van voormalig inburgeraars of anderszins anderstaligen in zijn caseload. Examens In Steenwijkerland zijn zes personen die een aanbod is gedaan geslaagd voor het examen. Daarnaast zijn er drie personen geslaagd voor het examen waarbij geen sprake was van een aanbod. Duale trajecten Sinds 2012 zijn er door de consulenten en de jobhunter stages en vrijwilligerswerk ingezet voor de inburgeraars, er zijn werkstages ingezet bij NoordWestGroep en een aantal inburgeraars heeft in 2013 een AKA opleiding gevolgd. Taakstelling huisvesting In 2013 is de taakstelling wederom moeizaam verlopen. Er zijn woningen geweigerd, ontkoppeld en mensen hebben alsnog zelfstandig woonruimte gevonden. Ook de werkwijze van de COA heeft de IGSD veel extra werk opgeleverd. Er zijn echter veel inspanningen verricht om zoveel mogelijk statushouders te plaatsen met een positief resultaat.
Regulier
Taakstelling tot 0101-2014 incl. achterstand 2013 44
Geplaatst Restant 2013 44
0
31
IGSD JAARREKENING 2013
Budget Budget Wi 2013 was € 28.548,00. Het overschot van 2012 bedroeg € 127.876,00. Het totaalbedrag per 1 januari 2013 bedroeg gezamenlijk € 156.424,00. Over 2013 is een bedrag van € 81.460 uitgegeven, er resteert derhalve per 1 januari 2013 een bedrag van € 74.964 De rijksbijdrage bedraagt met ingang van 1 februari 2014 € 0,00. Er is enkel een bedrag van € 10.069,00 voor uitvoeringskosten dat gemeente Steenwijkerland beschikbaar stelt aan de IGSD. Aanvullend zal het overschot Wi-gelden 2013 worden ingezet voor inburgeringstrajecten in 2014. Westerveld • Aantallen Aanbod Het aantal inburgeraars onder de oude regeling betreft per 1 januari 2014 12 personen, het aantal inburgeraars onder de nieuwe wetgeving betreft per 1 januari 2014 vijf. Er is in Westerveld sprake van twee personen betreffende de oude wetgeving die nog een alfabetiseringstraject volgen. Handhaving Het aantal handhavers betreft per 2014 vijf personen, waarvan één in 2014 examen moet doen. Er gaat veel tijd en energie zitten in deze trajecten, aangezien beoordeeld moet worden of mensen voldoende hun best hebben gedaan binnen hun inburgeringstermijn. Re-integratie Gezien de afname van het aantal inburgeraars, houdt de consulent inburgering vanaf 2012 ook het vervolg traject richting werk of participatie van voormalig inburgeraars of anderszins anderstaligen in zijn caseload. Examens In Westerveld hebben zes personen die een aanbod is gedaan examen gedaan, deze zijn allen geslaagd. Er zijn twee personen geslaagd zonder aanbod. Duale trajecten Sinds 2012 zijn er door de consulenten en de jobhunter stages en vrijwilligerswerk ingezet voor de inburgeraars, er zijn werkstages ingezet bij Reestmond en een aantal inburgeraars heeft in 2013 een AKA opleiding gevolgd.
32
IGSD JAARREKENING 2013
Taakstelling huisvesting In 2013 is de taakstelling voorspoedig verlopen, Er zijn meer personen gehuisvest dan noodzakelijk was op grond van de taakstelling. Er zijn in 2013 niet veel problemen geweest, er zijn wel mensen geweest die elders een woning hebben gevonden en een woning die is teruggemeld vanwege een te hoge huurprijs, Dit heeft echter geen negatief effect gehad op het volbrengen van de taakstelling en er zijn 12 personen extra geplaatst.
Regulier
Taakstelling tot 01-01-14 incl. overschot 2012 11
Geplaatst Restant 2013 23
-12
Budget Budget Wi 2013 bedroeg € 14.249,00. Gemeente Westerveld heeft daarnaast nog eens 39.438,00 beschikbaar gesteld uit de bonus die over de voorgaande jaren was behaald. Dit betreft een totaalbedrag van € 53.687,00. Over 2013 is een bedrag van € 81.460 uitgegeven aan inburgeringtrajecten. Dit bedrag is volledig betaald uit het Participatiebudget zodat de beschikbaar gestelde bonus ad € 39.438 beschikbaar is voor de uitvoering van de Wi in 2014. De rijksbijdrage bedraagt met ingang van 1 februari 2014 € 0,00. Naast de beschikbaar gestelde bonus ad € 39.438 is nog een bedrag van € 6.246, - voor uitvoeringskosten uitgekeerd door het Rijk. Dit bedrag is door de gemeente Westerveld beschikbaar gesteld aan de IGSD. Bovenstaande betekent dat de IGSD voor het jaar 2014 een bedrag van € 45.684 beschikbaar heeft voor inburgering.
33
IGSD JAARREKENING 2013
Toelichting op het programma bedrijfsvoering (begroting 2013 is na wijziging): Kostenplaatsen Lasten Kapitaallasten Algemene Kosten Personeelskosten Huisvestingskosten Facilitaire zaken ICT
Realisatie 2013
Totaal Baten 51001000 52001000 52002000 52003000 52004000 52005000
Kapitaallasten Algemene Kosten Personeelskosten Huisvestingskosten Facilitaire zaken ICT
Totaal
Raming 2013
Realisatie 2012
114.421 49.094 3.357.800 565.420 193.041 368.040
117.019 38.000 3.143.115 558.970 188.500 379.000
122.363 44.677 3.300.791 546.315 138.010 390.126
4.647.816
4.424.604
4.542.281
117.949 16 701.526 228.680 0 0
122.019 0 857.066 241.792 0 0 0
128.609 1.402 751.561 204.181 0 0 0
1.060.958
1.220.877
1.085.753
3.586.858
3.203.727
3.456.528
Een toelichting op de afwijkingen wordt hierna per kostenplaats gegeven. Begroting programma bedrijfsvoering:€ 3.204.000 Realisatie € 3.587.000 Verschil € 383.000 2.3.2 Kostenplaats Kapitaallasten De kostenplaats vertoont een gering negatief saldo als gevolg van lagere rentebaten op de rekening courant. Dat is het gevolg van de hoger uitgaven door de stijging van het aantal klanten. 2.3.3 Kostenplaats Algemene Kosten Door onttrekking van het saldo, € 12.800, aan de algemene reserve is er binnen het budget van kostenplaats gebleven.
34
IGSD JAARREKENING 2013
2.3.4 Kostenplaats Personeelskosten De taakstelling van de IGSD ad. € 272.500 is voor € 40.000 ingevuld. De teamleider re-integratie is in het kader van samenwerking met de NoordWestGroep daar voor 50% gedetacheerd. De opbrengst van de detachering is dus ingezet voor het afboeken van de taakstelling. Het restant € 232.500 is niet gerealiseerd en beïnvloed dus het saldo nadelig. De vaste personeelslasten zijn met € 80.000 overschreden. Deze overschrijding bestaat uit een divers aantal mutaties: - periodieke verhogingen junior consulenten € 14.000 - vervanging vertrekkende collega's [andere inpassing) € 14.000 - foutieve raming salaris medewerker € 10.000 - premie aanpassingen (CAO), periodieken en overige mutaties € 42.000 Als gevolg van de stijging van het klanten aantal is de formatie (tijdelijk) uitgebreid. Een gedeelte van die kosten (€ 125.000) is gedekt door de begroting, maar de verdere toename (van 900 naar 1000 klanten) was niet voor zien. De meerkosten daarvan bedragen € 42.000. De overige posten geven geen aanleiding tot een specifieke toelichting. 2.3.5 Kostenplaats huisvestingskosten De kostenplaats heeft, ten opzichte van de begroting, een nadelig saldo van € 19.000. Dit wordt veroorzaakt door lagere opbrengsten huur als gevolg van: - een faillissement van een huurder - een afgesloten overeenkomst met een marktconforme verhuurprijs die lager ligt dan de oorspronkelijke verhuur prijs. Daarnaast zijn er nog kleine mutaties op de diverse posten die invloed op het saldo hebben. 2.3.6 Kostenplaats facilitaire zaken Het kleine negatieve saldo (€ 4.500) op de kostenplaats wordt veroorzaakt door plussen en minnen op diverse posten. Er zijn geen bijzondere afwijkingen te vermelden. 2.3.7 KostenplaatsICT De kostenplaats ICT is binnen het budget gebleven en het saldo bedraagt € 11.000. Lagere kosten voor hard- en software, dataverbindingen en een lagere bijdrage voor de ICT diensten van Steenwijkerland liggen daar aan ten grondslag.
35
IGSD JAARREKENING 2013
Overige gegevens Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum Geen.
36
IGSD JAARREKENING 2013
Controleverklaring
37
IGSD BIJLAGE BIJ JAARREKENING 2012
Sisa-bijlage 2013
38