BIBA BON BIDA BON ANTILLIAANSE JONGEREN OP WEG NAAR EEN ZELFSTANDIG LEVEN
4
18
P.
P.
Angel Johnson
Alvaro Remor
34
P.
Luís & George Leonora
BIBABON BIDABON
e woonkamer van de portiekflat zat propvol die middag. Ook bewoners van andere Bibabonwoningen en hun begeleiders waren naar de Weijert gekomen om de wethouder duidelijk te maken wat het project inhoudt. Wat ik aantrof, waren beleefde en ietwat bedeesde jongeren die serieus aan hun opleiding werkten, en die vertelden hoe nadrukkelijk ze rekening houden met hun buren. De rondleiding voerde onder andere door een kale kamer waarin weinig meer te vinden was dan een bed en een paar sporttrofeeën die de ogen van de eigenaar deden glimmen. Overtuigend was het verhaal van één van de begeleiders, die vertelde hoe hij na zijn komst van Curaçao jarenlang aan zijn lot was overgelaten. Hij kreeg wel een uitkering, maar was op geen enkele manier gestimuleerd om aan zijn toekomst te werken. Bij hem was het nog net goed gekomen – bij veel lotgenoten is het beroerder afgelopen. De jongeren knikten instemmend: door Bibabon kregen zij wel de steun die nodig is om in Nederland hun weg te kunnen vinden. Ik was meteen verkocht. Bibabon is een heel mooi project. Peter Verschuren, wethouder Sociale Zaken en Integratie van de Gemeente Groningen
Het Team
D
“METEEN VERKOCHT”
(v.l.n.r.)
P.41
David Frans
P.42
Anneke Veenstra
P.12
Yanna Smeenge
P.42
Brigitte Rering-Terinathe
P.21
Annemieke Klemens
P.24
Jacob de Vries
Dit boek is een uitgave van Stichting Huis in samenwerking met de dienst Sociale Zaken en Werk.
woonbegeleider
hoofd ambulante woonbegeleiding woonbegeleider
projectcoördinator woonbegeleider woonbegeleider
COLOFON Interviews en redactie: Duende Communicatie, Hanneke Huls Vormgeving: Shootmedia Fotografie: Joost van de Werf Druk: Het Grafisch Huis Met dank aan: Anneke Veenstra, Brigitte Rering-Terinathe, Alvaro Remor en zijn vriendin, Yanna Smeenge, Angel Johnson en haar tante, Jacob de Vries, Derrence Cicilia, Shanalies, Shardyeon en Jeaneiva Mathilda, Luís en George Leonora, David Frans, Edson Mingeli en Annemieke Klemens.
BIBABON BIDABON
“IK WIL MEEGAAN IN DE GOEDHEID
VAN DE MENSEN OM ME HEEN” Alvaro Remor is 24 en heeft zijn leven goed voor elkaar; huis, werk, vriendin en twee mooie honden. Na een turbulente jeugd kwam Alvaro bij Bibabon terecht. Een uitermate gemotiveerde kandidaat die graag wilde werken en zelfstandig wonen.
BIBABON BIDABON
BIBABON BIDABON
I
k ben op 1 december 2004 ingestroomd. In het huis woonde al een jongen, ik kwam tegelijkertijd met de derde huisgenoot. Het was goed samenleven. Ieder ging zijn eigen gang. Zo nu en dan kookten we samen en gingen samen uit. Ik had een televisie op mijn
kamer en keek daar dan ook meestal tv. Je moet weten dat ik van jongsaf gewend ben op mezelf te zijn en was daardoor al heel zelfstandig toen ik aan Bibabon begon. Ik hoefde dan ook niet leren om een huishouding te voeren. Dat kon ik wel, maar de begeleiding naar werk was voor mij wel heel prettig.”
Gediplomeerd lasser Alvaro heeft allerlei opleidingen gevolgd en werkt als gediplomeerd lasser. “Het heeft even geduurd voor ik deze baan vond. Ik had een uitkering maar wilde graag werken. Ik ben begonnen bij DSW met behoud van uitkering. Daar moest ik samen met een hele groep anderen gordijnhaakjes in elkaar zetten. Dat klinkt niet razend interessant, maar ik werkte met een leuke club mensen. Na vier weken kreeg ik werk als lasser, maar in de praktijk was ik iedere dag aan het vegen. Dat was niet de bedoeling, dus ben ik na twee weken opgestapt om werkervaring op te doen bij Petit en Bau. In totaal ben ik daar acht maanden geweest als lasser. De eerste twee maanden met behoud van uitkering en daarna betaald. In die periode heb ik veel bijgeleerd. Lassen is een vaardigheid waarin je je kunt verbeteren.
BIBABON BIDABON
“DE BEGELEIDING NAAR WERK WAS VOOR MIJ HEEL PRETTIG.”
BIBABON BIDABON
ACHTERGROND BIbA BON BIDA BON Vier jaar geleden ervoer Nederland veel problemen met Antilliaanse jongeren. Daarom besloot de overheid geld beschikbaar te stellen voor projecten om Antilliaanse jongeren op te vangen. Voor de Gemeente Groningen was het duidelijk dat er goede begeleiding nodig was voor instromende Antilliaanse jongeren uit de met name lage sociale milieus. In het lopende project Ganeshi werkten onder meer politie, justitie en woningcorporaties met elkaar samen. Van daaruit is een projectplan ‘wonen als stadjer’ geschreven. Eén van de onderdelen is Biba bon Bida bon.
BIBABON BIDABON
Ook zijn er allerlei soorten lassen: CO2-lassen, electroden lassen en TIG-lassen. Met name TIG-lassen is moeilijk en dat kan ook niet iedereen. Ik heb het nu een beetje onder de knie. Het is een manier van lassen waarbij je beide handen nodig hebt: je bent aan het lassen en tegelijkertijd voeg je materiaal om te kunnen lassen toe. Dat vergt niet alleen veel concentratie, ook de dosering van het toegevoegde materiaal is bepalend voor het eindresultaat. Na de leerwerkperiode bij Petit en Bau heb ik een halfjaarcontract via Weerwerk gehad en daarna moest ik zelf werk vinden. Via een uitzendbureau kwam ik op een van de scheepswerven in Hoogezand terecht. Inmiddels werk ik op een werf in Groningen.” Goede begeleiding De kracht van Bibabon zit volgens Alvaro in de goede begeleiding. “Mijn eerste begeleidster, Annemieke, zat overal bovenop. Ze zorgde ervoor dat ik mijn zaakjes regelde. Met name op financieel gebied. Daar was ik niet goed in. Dan vertelde ze me weer ‘Dit moet je regelen en dat moet je doen’, dat was cool. Ze leerde me regelingen treffen om schulden te kunnen aflossen, allemaal zaken waar ik geen idee van had. Wist niet eens dat het bestond. Ook heb ik veel aan mijn andere begeleider Yanna gehad.”
“BIBABON IS OOK HEEL GESCHIKT VOOR NEDERLANDSE JONGEREN DIE HET MOEILIJK VINDEN ZELFSTANDIG TE WORDEN.”
BIBABON BIDABON
KICKBOKSEN Alvaro is niet alleen gedisciplineerd als het op werken aan de toekomst aan komt. Hij is uitermate serieus bezig met zijn sport kickboksen. Bescheiden als hij is, vertelt hij niet dat hij zelfs startgeld ontvangt bij het meedoen aan wedstrijden. In de gaten houden, dus...
KRACHT VAN BIBABON • De goede begeleiding, overal bovenop zitten
“Bibabon is een heel goed project. Ik weet niet of ik het zonder Bibabon had gered. Misschien wel, misschien niet. Voor mij is het heel belangrijk dat ik nu de juiste mensen om me heen heb. Toen ik met Bibabon begon wilde ik mijn leven op orde krijgen. Dat was ingegeven door mijn omgeving; ik wilde in hun goedheid meegaan. Ook mijn vriendin speelt daarin een belangrijke rol. Ik heb veel steun van haar en haar familie gekregen en ik wil hun vertrouwen niet beschamen. Wel vind ik dat Bibabon voor meer dan alleen Antillianen zou moeten zijn. Er zijn ook Nederlandse jongeren met problemen. Ik voel me geen Antilliaan en ook geen Nederlander. Ik ben gewoon wie ik ben.”
“HEB IK NOG EEN DROOM? DAT IS TOCH EEN VEEL TE GROTE VRAAG!”
Op de vraag of Alvaro een grote droom heeft antwoordt hij: “Dat is toch een veel te grote vraag. Weet je, veel van de wensen die ik had, de dingen die ik voor mezelf hoopte zijn nu al uitgekomen!”
BIBABON BIDABON 10
BIBABON BIDABON 11
“HET THUISFRONT DOEN GELOVEN
DAT HET HIER FANTASTISCH IS” Yanna Smeenge werkte de afgelopen 10 jaar als SPW-er bij Stichting Huis. Ze heeft bewust gesolliciteerd bij Bibabon: “Voor mij een logische stap omdat ik daarvoor in het Hoendiephuis ook al bij een Antillianenproject betrokken was geweest. Dat A&A-project gaf jongeren uit de Antillen en Aruba de mogelijkheid om begeleid te leren wonen.”
BIBABON BIDABON 12
BIBABON BIDABON 13
I
n principe draait Bibabon op nieuwkomers. Jongeren tussen 18 en 25 die vers van de Antillen Nederland binnenkomen. “Mijn ervaring is dat het makkelijker is om met nieuwkomers te werken dan met mensen die al wat langer hier zijn. De mensen die pas hier zijn hebben nog hun dromen en idealen en zijn nog niet teleurgesteld geraakt in Nederland. Je moet je voorstellen dat de meeste Antillianen het thuisfront doen geloven dat het hier fantastisch is. Leuk huis, goeie baan en meer van dat alles. De werkelijkheid is heel wat minder rooskleurig. Maar je gaat natuurlijk niet aan je familie en vrienden vertellen dat het je hier vies tegen valt. Gevolg van die rooskleurige verhalen is dat ouders hun kinderen stimuleren om ook naar Nederland te gaan, want daar is werk. Ze kunnen dan bij tante zus en oom zo gaan wonen, die heeft immers dat mooie grote huis...” opleidinG “En dan zijn ze hier en wonen ze een tijdje bij oom en tante in een veel te klein huis, en worden na enkele maanden doorverwezen naar andere familie. Werk blijkt niet voor het oprapen te liggen, want voor bepaalde banen moet je een (voor)opleiding hebben. En niet elke opleiding die je wilt doen, kún je doen, want daarvoor gelden ook weer vooropleidingen en een goede beheersing van de Nederlandse taal. Iets dat er vaak aan schort en niet verbetert binnen het
BIBABON BIDABON 14
blijven rondcirkelen in de Antilliaanse gemeenschap. Het is dus zeker niet zo dat mensen hier naar toe komen met het idee van ‘lekker niks doen met een uitkering op zak’. Iedere jongere komt hier met een plan. Daarbij is niet altijd duidelijk hoe dat plan moet worden uitgevoerd. Of het plan is niet reëel. Zo vertelde iemand me dat hij op Curaçao had gehoord dat je in Nederland iedere opleiding kunt doen die je wilt. Dus als je advocaat wilt worden, dan ga je gewoon een rechtenstudie doen. Maar dat je daarvoor het VWO moet hebben afgemaakt, was hem niet verteld.” VOORRANG Bibabon helpt de jongeren bij het uitkristalliseren van de plannen en bij de uitvoering. “Bij het A&A project liep dat niet helemaal goed. We hadden één pand waarin 22 mensen woonden. Dat is zo’n grote groep dat je meer bezig bent met het handhaven van de huisregels dan met begeleiding. Bovendien was de helft van de jongeren Nederlands en die begrepen niet dat de Antillianen ‘voorrang’ kregen. Je moet je voorstellen dat het om allemaal moeilijke jongeren ging, jongeren die in de shit zaten en dus de nodige frustraties hadden. In zo’n situatie is het moeilijk een ander iets te gunnen. En behalve dat is het ook zot dat een bepaalde groep eruit wordt gelicht. Daar hebben we ons op verkeken, maar daardoor ook veel geleerd.”
“JE GAAT NATUURLIJK NIET AAN JE FAMILIE EN VRIENDEN DAAR VERTELLEN DAT HET JE HIER VIES TEGEN VALT.”
MES EN VORK “Het ging bijvoorbeeld mis met het eten. In het Hoendiephuis eet je met zijn allen om 6 uur en onder het eten praat je over je dag. De Antilliaanse jongeren waren dat niet gewend en wilden dat ook helemaal niet. Later tijdens Bibabon ben ik een jongere tegengekomen die ook in het Hoendiephuis had gewoond. Zij vertelde me dat ze niet met mes en vork kon eten en dacht dat de maaltijd een soort examen was in tafelmanieren enzo. Geen wonder dat je dan geen hap door je keel krijgt. Bovendien is het op Curaçao ongemanierd om onder het eten te praten. Je eet met smaak je bord leeg zodat de gastheer/vrouw ziet dat er lekker is gekookt. Pas daarna ga je sociaal met elkaar doen.”
BIBABON BIDABON 15
OlievleK “De kracht van Bibabon zit in de gelijkwaardige opstelling van de begeleiders naar de deelnemers. Ook hebben we heel veel lol. Verschillende culturele achtergronden kunnen leiden tot rare misverstanden en irritaties. Als je die uitspreekt en vertelt waarom jij je zo opwint, dan is de kou vaak
KRACHT VAN BIBABON • De verwachtingen en plannen van de jongeren naar een haalbaar niveau brengen • De jongeren wonen met andere Antillianen in huis en zitten in hetzelfde schuitje • Gelijkwaardige opstelling begeleider naar deelnemer
“Toen we met Bibabon begonnen dachten veel jongeren opnieuw dat ze met ons in de buurt examen moesten doen. Dat begon langzamerhand te veranderen toen ik hun dingen ging vragen over hun achtergrond en leven. Ik kook heel graag en wilde graag hun recepten leren koken. Op het moment dat de rol gelijkwaardig wordt, begin je dingen te bereiken. In het begin moet je je rol
BIBABON BIDABON 16
“Natuurlijk komen er ook vrienden over de vloer. Het leuke is dat we die ook helpen. Daar doen we niet moeilijk over en dat wordt gewaardeerd. Laatst merkte ik dat een van de deelnemers een vriend aan het uitleggen was hoe hij een opleiding moest aanvragen. Dat is natuurlijk fantastisch, op die manier creëer je een soort olievlek.”
“AAN HET BEGIN VAN BIBABON DACHTEN VEEL JONGEREN DAT ZE ALS WIJ IN DE BUURT WAREN EXAMEN MOESTEN DOEN.”
goed duidelijk maken. Het zijn tenslotte wel pubers waar je mee te maken hebt. De begeleider maakt de dienst uit, niet de deelnemer. In de loop van de tijd kun je de teugels steeds meer laten vieren. Overigens werkt mijn leeftijd en vrouwzijn als voordeel. Curaçao is een matriarchale gemeenschap en wat oudere vrouwen hebben sterk aanzien. Daar heb ik goed gebruik van gemaakt.”
uit de lucht en kun je lachen om het misverstand, bijvoorbeeld dat examengevoel bij het eten. De kracht zit ook in de nieuwsgierigheid van de begeleiders naar de deelnemers. Ik wil weten en leren, weten wat ze drijft, weten hoe dingen gaan op Curaçao. Ik ben oprecht belangstellend en dat voelt een ander haarfijn aan. Zelf ben ik veel bezig met spiritualiteit en vind ritueel reinigen een heel mooie manier om een huis in te wijden. In Curaçao is ritueel reinigen iets doodnormaals. Als iemand nu een eigen huis krijgt passen we hun ritueel toe.”
“Ik denk dat onze aanpak ook werkt voor andere groepen. De combinatie van begeleiden in het leren zelfstandig wonen met alles dat erbij hoort en bij scholing en/of op weg naar werk is een hele sterke. En dan gaat het niet om een paar uurtjes per week, maar zeker de eerste maanden 4 uur per dag. Die intensiteit met vaste begeleiders waardoor je elkaar goed kan leren kennen, de gelijkwaardige relatie waar we naartoe werken en de kleine groepen, maximaal 3 deelnemers per huis maken de kans van slagen uitermate groot.”
BIBABON BIDABON 17
“IK BEN EEN
SPAARWONDER GEWORDEN” Angel Johnson is sinds februari 2006 in Nederland en heeft afgelopen juni haar inburgeringcursus afgerond. “Dat heeft precies een jaar geduurd. Ik heb ook Nederlands geleerd. Ik kom van Sint Maarten en daar spreken we vooral Engels. Als je aan een cursus Nederlands begint kijken ze eerst naar je startniveau. Ik heb alle drie niveaus doorlopen.”
BIBABON BIDABON 18
BIBABON BIDABON 19
A
ngel wilde zelf naar Nederland: “Ik heb meer broers en zussen, maar mijn lievelingsbroer is naar Nederland gegaan toen ik 13 was. Ik noem hem mijn tweelingbroer. Mijn droom is verpleegster worden en dat kan niet op Sint Maarten, daar is geen ver-
BIBABON BIDABON 20
WAAR MOET EEN BEGELEID(ST)ER AAN VOLDOEN?
pleegopleiding. Veel mensen volgen een opleiding in de Verenigde Staten, maar daarvoor was mijn Engels niet goed genoeg. We spreken bij ons een soort dialect. Mijn twee zussen zitten wel in Amerika, beide getrouwd. De ene zus heeft daar een muziekopleiding gedaan en de andere heeft ook haar opleiding daar afgerond.”
Annemieke Klemens woonbegeleidster Biba Bon Bida Bon • Oprecht geïnteresseerd zijn in de deelnemer en zijn/haar cultuur •H umor: kunnen lachen om culturele misverstanden
Het was niet alleen rozegeur en maneschijn bij Angels komst in Nederland. “Mijn broer wilde terug naar de Antillen en dat vond ik natuurlijk erg jammer. Ik heb eerst bij familie in Den Haag gewoond en daarna bij een tante in Beijum. Zij heeft me in contact gebracht met Bibabon. Omdat ik te laat was me voor een school aan te melden moest ik namelijk een uitkering aanvragen. Maar mijn tante heeft ook een uitkering en zij zou daardoor worden gekort. Bovendien kreeg ik schulden en daar moest ik vanaf.”
In totaal moest ik 700 Euro terugbetalen. De dienst Sociale Zaken en Werk heeft me daarbij geholpen.”
Gelukkig waren Angels schulden beperkt tot schulden bij zorgverzekeraar Menzis. “Dat had veel meer kunnen zijn. Ik hou namelijk ontzettend van bellen. Iedereen waarschuwde me voor het nemen van een abonnement en daarom heb ik godzijdank alleen prepaid gebeld.” Angel wist van haar tante dat iedereen verplicht verzekerd moest zijn. “Maar ik had geen inkomen, dus dacht, ‘laat maar even zitten.’ Toen ik me alsnog verzekerde moest ik met terugwerkende kracht gaan betalen en kreeg ik een boete.
Angel staat nog niet te popelen om Bibabon te verlaten. “Zonder Bibabon zou ik hier niet gezeten hebben. Ik zou zeker weten diep in de schulden zitten. Ik was thuis verwend, hoefde niet zoveel. Mijn moeder regelde alles. En in Nederland deed mijn tante heel veel, zo hoefde ik bijvoorbeeld nooit te koken. Iets dat ik bij Bibabon heb geleerd. In het begin ging ik gewoon naar de MacDonalds, maar daar ben je snel flauw van kan ik je vertellen.”
Snel flauw van MacDonalds Voor Angel is leren sparen een van de belangrijkste leeraspecten van Bibabon: “Ik moest van 50 Euro per maand rondkomen. Dat is bar weinig. Ik had in die periode een vriend met een auto, dus ik maakte geen buskosten. Maar dan nog is 50 Euro behoorlijk krap. Ik ben al met al een spaarwonder geworden.”
BIBABON BIDABON 21
Lekker een beetje zorgen Angel moest wel even wennen aan twee huisgenoten: “Ik vond het heel moeilijk dat ze me aanspraken op mijn manier van schoonmaken en wilde dolgraag alleen wonen. Ik heb nu geleerd met andere mensen samen te wonen en een huishouding te voeren. Ik ben bevriend met een van mijn huisgenoten geraakt. En ik vind Yanna zo lief. Lieve, lieve Yanna. Eerst vond ik het maar niks, iemand die iedere dag naar je huis komt. Ik vond haar en de andere woonbegeleiders bemoeizuchtig. Maar toen ik eenmaal door had dat ze het voor mijn welzijn deden, ging het veel beter. Zij en de andere begeleiders, Jacob, David en Annemieke, hebben me veel geleerd, al was ik in het begin echt koppig. Volgend jaar ga ik een werk-leertraject in de verpleging doen. Als opstapje doe ik vrijwilligerswerk in een bejaardenhuis voor zes weken. Dat is leuk, lekker een beetje zorgen.”
BIBABON BIDABON 22
“ZONDER BIBABON ZOU IK ZWAAR IN DE SCHULDEN ZITTEN.”
BIBABON BIDABON 23
“VAN SOAPS KIJKEN LEER JE GOED NEDERLANDS” Jacob de Vries werkt sinds 1996 bij Stichting Huis als SPW-er. Hij heeft binnen de stichting op allerlei locaties en in verschillende functies gewerkt. Toen Bibabon zich aandiende heeft hij gesolliciteerd als begeleider: “Het leek me een interessant project en een mooie manier om iets van de Antillen te weten te komen. Bovendien wilde ik graag de ambulante woonbegeleiding in.”
BIBABON BIDABON 24
BIBABON BIDABON 25
“ALS JE NIET MET GELD OM KAN GAAN, IS ZELFSTANDIG WONEN ERG MOEILIJK.”
M
ijn kracht ligt, denk ik, vooral in het feit dat ik me goed kan verplaatsen in de ander. Als je dat niet kunt, is het moeilijk dit werk te doen. Met Bibabon zijn we begonnen met vijf huizen en dat zijn er in de loop van het project meer geworden. Ik begeleidde telkens zo’n 5 mensen tegelijk. Ieder huis heeft 2 begeleiders om 4 uur begeleiding 7 dagen per week mogelijk te maken. Die 4 uur bouw je langzamerhand af. In het begin kun je je als begeleider het beste heel directief opstellen om met de tijd de teugels te laten vieren.” “Mijn werk bestaat uit het begeleiden van
BIBABON BIDABON 26
het wonen in de meest brede zin van het woord. Je kan je voorstellen dat financiën daarvan een belangrijk onderdeel zijn. Want als je niet met geld om kan gaan, is zelfstandig wonen wel heel moeilijk. Dus ik bekijk eens in de zoveel tijd de bankafschriften en neem het uitgaven patroon door. Je hebt het daarbij ook over heel simpele dingen als waar je het beste je boodschappen kunt doen. Ook let je op de huishouding zelf. Is het huis schoon en hoe hou je je huis op orde? En dan is er de post. Dat was voor mij een eye-opener. De deelnemers zijn nauwelijks gewend om post te krijgen. In het begin vinden ze die stapels Nederlandse post razend interessant en maken de post vol enthousiasme open. Maar op
een gegeven moment begint het gewoon te worden en kunnen de stapels zich ophopen. En daarmee blijven ook rekeningen en andere belangrijke post liggen.” Op tijd komen Jacob let er verder op dat de bewoners aan elkaar gewend raken en met elkaar in een huis kunnen wonen. Ook let hij erop of ze geen overlast veroorzaken. “En ik bemoei me natuurlijk met de dagbesteding. De meeste deelnemers gaan naar school en ik neem regelmatig contact op met de school om te checken of ze echt gaan en op tijd komen. Op tijd komen is heel Nederlands en voor mensen die hier zijn opgegroeid vanzelf sprekend. Op Curaçao is dat heel andere
koek. Maar wil je het hier redden dan moet je dat wel leren.” Het is overigens niet zo dat begeleiden bestaat uit vier uur per dag rond de tafel zitten en praten over wat er allemaal gebeurt. ”We doen allerlei dingen samen. Ik kijk bijvoorbeeld ook televisie met ze en raad ze aan om veel naar Nederlandse soaps te kijken. Daar leer je goed Nederlands van. Bovendien geven televisieprogramma’s aanknopingspunten voor gesprek. Ook ga ik met ze snookeren en dat soort dingen om ook de stad een beetje te leren kennen. Verder gaan we met de deelnemers naar de 5 mei viering en Bommenberend. Op hun beurt vertellen ze ons over feesten op de Antillen.”
BIBABON BIDABON 27
Succesfactoren •B egeleiders die zich weten in te leven •G elijkwaardige opstelling van de begeleiders DOEL VAN BIBABON • 25 deelnemers positief uit laten stromen • 25 deelnemers begeleiden naar zelfstandig wonen (met eventueel begeleiding), en naar werk of scholing
verkeerd milieu Bibabon heeft een duidelijk preventieve functie. Jongeren die Nederland binnenkomen vragen een uitkering aan bij de dienst Sociale Zaken en Werk. Op die manier kan het project de nieuwkomers meteen uitnodigen voor Bibabon. “Bibabon werkt preventief. We voorkomen ermee dat jongeren in een verkeerd milieu terecht komen. Dat gaat vrij gemakkelijk als je hier niet aan de bak komt omdat je simpelweg de gewoontes en regels niet kent. Je blijft daardoor automatisch in de eigen kring hangen. En als binnen die kring de mensen je niet verder kunnen helpen om te bereiken wat je wilt, loopt dat uit op frustraties en alles wat daarbij komt kijken.” “Volgens mij is ons project zo succesvol door onder meer de veelheid aan thema’s waarop we coachen: een huishouding verzorgen (eten koken, schoonmaken), zingeving (wat drijft je, maar ook geloof, wat maakt dat jij ’s ochtends wakker wordt en denkt we gaan er lekker tegen aan), persoonlijk functioneren en dagbesteding. Samen met de deelnemer maken we aan het begin van Bibabon een werkplan. Dat werkplan passen we tijdens het proces aan op de realiteit. De dingen die je wilt behalen zijn niet altijd reëel binnen de tijd en dan kun je ze beter aanpassen op haalbaarheid. Op die manier hou je bovendien de moed erin. De basisdoelen zijn het afmaken van een inburgeringcursus, na een jaar zelfstandig kunnen wonen met alles dat daarbij hoort en een structurele dagbesteding hebben.” een eigen huis “Ik heb ook iemand begeleid waar eerst geen land mee te bezeilen was. Nu is ze gelukkig, heeft een huis en een baan. Voordat ze bij Bibabon terecht kwam had ze al een heel hulpverleningstraject doorlopen. Dat had niet gewerkt. Toen ik haar net leerde kennen liep ze stampvoetend het huis rond en sloeg met deuren. Tijdens vergaderingen wilde ze niet aan tafel komen zitten. Ik heb haar toen aangesproken op haar verantwoordelijkheid. “Als jij graag een eigen huis wilt, dan zou ik me daar ook maar eens naar gaan gedragen.” Dat werkte. Ze is uitgegroeid tot een prachtige vrouw met veel power.
BIBABON BIDABON 28
Derrence Cicilia
is twee jaar in Nederland. Op Curaçao werkte hij als lasser maar omdat hij lasogen kreeg moest hij van baan veranderen. Hij werkte een tijdje op het vliegveld en ging vervolgens naar Nederland omdat hij een schildersopleiding wilde volgen. Hij kwam terecht bij Bibabon en heeft de inburgeringcursus afgerond. Hij start binnenkort een leer-werktraject en krijgt in januari of februari een eigen huis. KRACHT VAN BIBABON • Schijnbaar simpele dingen als het invullen van een acceptgiro waren voor mij onbekend. Ook dat heb ik geleerd met Bibabon; alledaagse zaken leren regelen.
BIBABON BIDABON 29
“DE EERSTE BEKEURING IN NEDERLAND VOOR HET RIJDEN ZONDER HELM KOMT ALS EEN GROTE VERRASSING.”
kracht van Bibabon • Samenwerking ambulante woonbegeleiding en de dienst Sociale Zaken en Werk • Maximaal drie deelnemers per huis • Intensieve begeleiding (4 uur per dag, 7 dagen per week)
Ze wil nog steeds begeleiding, heel bijzonder voor iemand die met zo’n negatieve houding binnenkwam. Wat nou precies ons geheim is, weet ik niet. Waarschijnlijk alles bij elkaar en de gelijkwaardige benadering. En na het succesvol afronden van een jaar Bibabon krijg je je eigen huis, dat zal ook zeker meewerken.” “Nu heb ik nog een jongen die zwak begaafd is. Die pakken we heel directief aan, en dat blijft ook zo. Hij zit vol met initiatieven en dat is op zich goed als je zelfstandig wilt leren wonen. Helaas heeft hij niet helemaal door wat zijn initiatieven veroorzaken. Nu heeft hij bijvoorbeeld studiefinanciering aangevraagd voor een opleiding waarvoor hij niet gekwalificeerd is. Bovendien heeft hij ook een uitkering. De beurs die hij had aangevraagd was ook nog eens lager dan het bedrag dat nodig is om de huur te kunnen betalen. Kortom, alles wat mis kon gaan, ging mis. Zoals je weet is Bibabon een samenwerkings project met de dienst Sociale Zaken en Werk. In nauwe samenwerking met de dienst hebben we alles gelukkig op tijd terug kunnen draaien. Nu gaat hij een werk-leertraject in, iets dat heel goed bij hem past.” sterk in je schoenen “De deelnemers leren door schade en schande. Daar is niets mis mee. Zoals ik al zei is de post een mooi leermoment. Een andere is het dragen van een helm op je scooter. Dat is ook op Curaçao verplicht. Alleen houdt niemand zich er daar aan. Geen probleem, want je wordt toch niet bekeurd. De eerste bekeuring in Nederland voor het rijden zonder helm, komt dan ook als een grote verrassing. Bij de tweede keer hebben ze door dat het menens is. Daarna gaat de helm keurig op.” “Ik ben iedere keer weer trots als het een deelnemer lukt om een eigen huis te huren. Dan wordt het pas echt spannend. Het grootste afbreukrisico is de eigen achterban. Het lijkt of de hele gemeenschap afkomt op het succes van de ander. En je moet als Antilliaan gastvrij zijn en blijven... Je moet verrekte sterk in je schoenen staan om te voorkomen dat je huis een soort inloopcentrum wordt en je eigen gang te gaan. Als je dat lukt, dan ben je goed geslaagd.”
BIBABON BIDABON 30
BIBABON BIDABON 31
“ZONDER BIBABON ZOU IK ME TOEKOMSTLOOS VOELEN.”
KRACHT VAN BIBABON •G oed inburgeren
Shanalies Mathilda
moeder van twee kinderen, kwam via de MJD bij Bibabon terecht. Ze woont met zoon Shardyeon en dochter Jeaneiva zelfstandig en start als de jongste een jaar is met een opleiding als verkoopmedewerkster.
BIBABON BIDABON 32
BIBABON BIDABON 33
“SAMEN Helemaal
OPNIEUW BEGINNEN” Luís & George Leonora verruilden de spaanstalige Dominicaanse Republiek voor Nederland. Hun vader uit Curaçao was hier neergestreken met zijn nieuwe vrouw. Luís werd uitgenodigd om bij hem te komen wonen. Dat was een mooi vooruitzicht, maar de realiteit was anders.
BIBABON BIDABON 34
BIBABON BIDABON 35
BIBABON BIDABON 36
Succesfactoren van Biba bon Bida bon 1 . Intensieve begeleidingsvorm van in het begin 7 dagen per week, 4 uur per dag. 2. Keuze om in willekeurige wijken in de stad Groningen drie jongeren in een woning samen te laten wonen 3. De verplichte inburgering is een succes. Al viel het voor de deelnemers niet mee, toch zijn ze de taal machtig geworden en hebben hierdoor sneller hun zelfstandigheid kunnen verwezenlijken. Voor werken, wonen en leren wordt tijdens de inburgering de basis gelegd. 4. De koppeling wonen en werken/leren is een gouden greep. Door de integrale benadering moesten beide trajecten gevolgd worden. Hierdoor zijn de deelnemers uitgestroomd naar zelfstandig wonen plus meestal scholing of werk. 5. S amenwerking tussen de dienst Sociale Zaken en Werk en Stichting Huis is uit gelijkwaardigheid gestart met respect voor de expertise van elkaar. Vanuit de gezamenlijke insteek het beste voor elkaar en het project willen betekenen. 6. Afstemming en samenwerking tussen andere samenwerkingspartners in het project, zoals de MJD, selectiecommissie, Woonkans, Alfacollege, Noorderpoortcollege en de woningcorporaties in de stad Groningen.
BIBABON BIDABON 37
“BIBABON IS NIET BETUTTELEND, INTEGENDEEL.”
SUCCES FACTOREN • De kans van slagen is groter als iemand pas in Nederland is aangekomen • Goede beheersing van de Nederlandse taal KRACHT VAN BIBABON •V an Bibabon gaat rust uit •H et leert je op eigen benen staan
Z
ijn vader lag in scheiding en het huis dat hij met zijn vrouw had gekocht moest worden
verkocht. Er was geen plaats meer voor Luís. Luís die geen woord Nederlands sprak, moest woonruimte voor zichzelf gaan zoeken. “Ik was net bezig met het vinden van werk en het leren van de taal. Maar toen wist ik het even niet meer.” Zo’n drie jaar later kwam ook George, twee jaar jonger, naar Nederland. Hij had meer geluk dan zijn broer en kon meedoen met Bibabon.“Ik ben in juni 2006 ingestroomd en woon nu samen met Derrence en Edson in een huis. Maar binnenkort ga ik zelfstandig wonen, samen met Luís krijg ik een huis.” Inburgeringcursus George moest net als alle andere Bibabonners een inburgeringcursus doen. “Mijn Nederlands is een stuk beter geworden. In het begin vond ik het hier heel moeilijk. Net als Luís kwam ik hier aan met het idee dat ik makkelijk een opleiding zou kunnen doen en aan het werk zou kunnen.
BIBABON BIDABON 38
Maar het schoolsysteem in de Dominicaanse Republiek is totaal anders dan hier. Dus aansluiting valt niet mee. Ook sprak ik de taal niet, en dan is school eigenlijk geen optie. Gelukkig kon ik nadat ik hier een jaar was meedoen met Bibabon. Zonder zo’n traject is het heel moeilijk om in Nederland te integreren als je weinig opleiding hebt en de taal niet spreekt. Ik voelde me geïsoleerd en mijn droom om helemaal opnieuw te beginnen viel in duigen.” CONFRONTEREND “Van Bibabon gaat veel rust uit. Daar had ik achteraf bezien behoefte aan. Iemand die tegen me zei, “maak je nou niet druk, ik regel dat voor je”. Dat was zo prettig, want ik wist niet hoe dingen hier werken en al helemaal niet hoe je dingen hier moet regelen. Hoe schrijf je je in voor een opleiding? Welke opleidingen zijn er? Aan welke opleidingseisen moet je voldoen? Waar leer ik Nederlands? Allemaal zaken die voor veel Nederlanders heel vanzelfsprekend zijn, maar voor iemand die de taal niet spreekt en hier komt wonen en studeren allesbehalve duidelijk zijn.
BIBABON BIDABON 39
Bibabon neemt je bij de hand en helpt je integreren. Het is niet betuttelend, integendeel. Soms is het heel confronterend. Aan het eind van het traject kun je op eigen benen staan in Nederland. Je weet hoe dingen hier geregeld zijn en kunt voor jezelf zorgen.” Luís lift mee met George. George ondersteunt zijn grote broer bij het leren
David Frans
woonbegeleider Biba Bon Bida Bon
“ONZE DROOM IS EEN EIGEN RESTAURANT.”
“Bij de start van Bibabon werkten we met vier begeleiders, twee begeleiders per huis. Eén man en één vrouw, een Nederlander en iemand van de Antillen. Ik ben van Antilliaanse komaf. In het begin van het project had dat zeker nut. Ik kon mijn collega ondersteunen met mijn achtergrondkennis van de Antillen, de typisch cultureel bepaalde knelpunten signaleren.” “Bibabon is een super manier om in te burgeren. Als begeleider liet ik ook mijn zwakke punten zien, bijvoorbeeld waar ik persoonlijk tegen aan ben gelopen in Nederland. Het goede van Bibabon is dat het de jongeren ook confronteert met zichzelf. Het wordt ze niet gemakkelijk gemaakt. Maar het gaat nooit om wie al dan niet gelijk heeft. Als begeleider heb ik altijd gevraagd of ze wilden uitleggen waarom ze zich op een bepaalde manier gedroegen of opstelden; ik wil het begrijpen, maar hoef geen gelijk.” “Inmiddels doe ik ander werk binnen de stichting. Ik heb net mijn bachelors gehaald en ik wil nog verder. Voor de Antillianen die hier komen wil ik graag een voorbeeld zijn en laten zien dat je het hier ook als Antilliaan ver kunt schoppen.”
van de taal en bij het zoeken naar werk. De broers hebben nog een zus, Solangi Chanela. Ook zij woont in Nederland. Volgens George kan ze geweldig koken. “Weet je, alle Antillianen zijn gek op het eten uit Santo Domingo. Ik ga nu een werk-leertraject doen om timmerman te worden. Maar mijn droom is een eigen restaurant met Dominicaans eten, platos de mi país.”
“SUPERMANIER VAN INBURGEREN.”
DE KRACHT VAN BIBABON • Heel intensief elkaars cultuur leren kennen • Individuele, intensieve begeleiding
BIBABON BIDABON 40
BIBABON BIDABON 41
“SAMENWERKING dienst Sociale Zaken en Werk MET STICHTING HUIS
GOUDEN GREEP”
Brigitte Rering-Terinathe & Anneke Veenstra zijn de trekkers van Biba bon Bida bon. Samen met de ambulante woonbegeleiders én de deelnemers hebben ze er een uiterst succesvol project van gemaakt.
BIBABON BIDABON 42
BIBABON BIDABON 43
B
rigitte is projectcoördinator: ”De eerste 18 jaren van mijn werkende leven zat ik in de maatschappelijk dienstverlening, als maatschappelijk werkster, sociotherapeute en in de psychiatrie. Pas de afgelopen zes jaar werk ik bij de Gemeente Groningen als consulent inburgering en werk. Ik zet inburgeringstrajecten uit en daarmee integratietrajecten. Biba bon Bida bon past helemaal in dat plaatje. Voor dit traject ben ik projectcoördinator vanuit de Gemeente Groningen en Anneke is de leidinggevende Ambulante woonbegeleiding vanuit Stichting Huis. Anneke ziet het als groot voordeel dat Brigitte ervaring heeft in de hulpverlening: “Het schakelt lekker makkelijk met Brigitte. Sowieso kunnen we erg goed met elkaar overweg. We hebben dan ook veel tijd besteed aan het leren kennen van elkaar. Ik heb heel wat projecten van dichtbij gezien en het komt vrij vaak voor dat een project stuk loopt op betrekkingniveau. Dat wilden Brigitte en ik allebei voorkomen. De eerste drie bijeenkomsten hebben we het alleen maar over onszelf gehad. Over ons werk, waarom we doen wat we doen, hoe we leven, wat ons drijft en hoe we tegen de hulpverlening aankijken.” Brigitte: ”Na onze ‘kennismakings vergaderingen’ begonnen we onze doelen te vergelijken. Wat wilde Anneke bereiken met het project en wat stond mij voor ogen?
BIBABON BIDABON 44
Het bleek al vrij snel dat we hetzelfde wilden: deelnemers in een situatie brengen waarin ze hun kansen waar kunnen maken en uit kunnen stromen naar een zelfstandig leven van wonen, leren en/of werk.
“HOU VAST ALS HET MOET, LAAT LOS ALS HET KAN.”
goed uit de verf Anneke vult aan dat de samenwerking van de dienst Sociale Zaken en Werk met Stichting Huis een gouden greep is: “De stichting doet het woonbegeleidingtraject en de uitstroom naar zelfstandig wonen, de dienst Sociale Zaken en Werk verzorgt de opleidingtrajecten en het uitkeringdeel. Dat zijn twee heel verschillende verantwoordelijkheden en kennisvelden die met deze integrale benadering goed uit de verf komen.” Brigitte vindt dat de gemeente een goede keuze heeft gemaakt met het uit handen geven van een deel van het project. “We hebben als gemeente gebruik gemaakt van het bestaande netwerk en de bestaande kennis in de stad. We maken gebruik van elkaars deskundigheid en expertise.” Maar projectleider en leidinggevende laten elkaar wel meekijken. Brigitte: ”Anneke is verantwoordelijk voor de uitvoering en coacht de ambulante woonbegeleiders, maar ik mocht meedenken over de kaders. Dat had alles te maken met het vertrouwen dat we in elkaar hadden opgebouwd.” “En het scheelt natuurlijk ook dat Brigitte uit de hulpverlening komt,“ voegt Anneke toe. “We blijken dezelfde visie te hebben: werken vanuit gelijkwaardigheid en vertrouwen
BIBABON BIDABON 45
door zijn gedrag gingen zij ook provoceren. En dat leidde tot een onhoudbare situatie.”
DE AMBULANTE WOONBEGELEIDERS hebben eens in de twee weken intervisie. Daarbij geeft Anneke haar medewerkers de nodige methodiek mee.
in de deelnemer, respectvol met iedereen omgaan en de regie bij de deelnemer laten.” Brigitte: “Als ik in mijn contact met de deelnemers en begeleiders iets signaleer, koppel ik dat terug aan Anneke. Het voordeel van mijn rol is dat ik vanaf een bepaalde afstand naar het proces kan kijken en dus ook zie wanneer bijvoorbeeld een woon
ervoor om zelf de intake te doen. Ook slechtnieuwsgesprekken voeren Brigitte en Anneke samen met de deelnemer: “Het is twee keer gebeurd dat jongeren in de nazorg hun huis verloren. Ze hebben dan al het hele traject doorlopen. Van de 23 jongeren die aan het project mee hebben gedaan, zijn er 19 positief doorgestroomd, 2
“EEN AANTAL NIEUWE AANMELDINGEN KONDEN WE NIET AANNEMEN.” begeleider het moeilijk heeft met een deelnemer. Aan de andere kant bellen woonbegeleiders mij op hun beurt als ze zich zorgen maken over iemand. Vooral als dat te maken heeft met werk en dagbesteding.” Zo nu en dan gingen Brigitte en Anneke samen met een deelnemer om tafel. Dat gebeurde in het begin een keer bij een intake, die normaalgesproken door een woon begeleider zelf wordt gedaan. Maar omdat het om een zogenaamd schrijnend geval ging, kozen projectleider en leidinggevende
BIBABON BIDABON 46
zijn in de nazorg uitgestroomd en 2 zijn uit eigen keuze opgestapt. De twee jongens die in de nazorg zijn opgestapt wilden zo graag nog een kans. Brigitte en ik wilden ze die eigenlijk best geven”, zegt Anneke. “Ze zijn nog zo jong en bovendien leren jongeren juist van zaken die misgaan. In hun geval was het extra zuur omdat ze op een plek woonden waar ze het portiek deelden met een man die het niet zo had op ‘zwartjes’. Dat schreeuwde hij dan ook van de daken. De jongens hadden hem moeten negeren, maar
EERLIJKE KANS Anneke: “Als er ergens een Bibabon huis start krijgen de omwonenden daarvan bericht. We vertellen over het traject en we vragen ze om de bewoners rechtstreeks aan te spreken op eventueel overlastgedrag en hen een eerlijke kans te geven. Ook laten we ons kaartje achter, voor als de buren zich rechtstreeks tot Stichting Huis willen richten. De deelnemers maken kennis met de buren. In het woonbegeleidingtraject leren ze hoe ze eventuele overlast voor buren kunnen voorkomen en dat ze excuses moeten maken als er toch overlast mocht ontstaan.” coachen en samenwerken Brigitte ziet de deelnemers eens in de zes weken. Anneke ziet de deelnemers na de intake en tijdens de deelnemersvergaderingen: “We nodigen nieuwe deelnemers altijd uit op kantoor om kennis te komen maken. We vertellen ze dan dat ze van ons mogen leren, maar dat wij ook graag van hen leren. Onze manier van werken is gebaseerd op gelijkwaardigheid en wederzijds respect.”
Eén keer per drie maanden is er een deelnemersvergadering per huis. Drie bewoners, een ambulant woonbegeleider en Anneke nemen de voortgang van het woonbegeleidingtraject en de samenwerking door. Nieuwe doelen en afspraken voor de begeleiding en de voortgang worden in de deelnemersvergadering gemaakt. “Wij willen coachen en samenwerken met een deelnemer. Als woonbegeleider mag je een deelnemer bij de hand nemen en hem/haar de regie terug geven om zich zelfstandig te ontplooien. De woonbegeleider en de deelnemers beleven als het ware het Biba bon traject samen. Je kunt dan ook beter spreken van coaching dan van begeleiding. De professionele afstand is er op een gepaste manier. Daarbij is het overigens wel heel erg belangrijk om als begeleider eerst directief te werk te gaan. Je moet laten zien wat je als hulpverlener in huis hebt en in het begin veel regelen voor een deelnemer. Dat is ook een belangrijk begin van de inburgering, de deelnemers wegwijs maken in de regelgeving en samenleving. Daarmee ontstaat respect voor woonbegeleiders. Daarbij is er geen sprake van een verborgen agenda.
BRIGITTE heeft in haar rol als projectleider 1x per 6 weken een gesprek met een deelnemer samen met de woonbegeleider. De deelnemers krijgen daarvoor een uitnodigingsbrief thuisgestuurd.
1X PER DRIE MAANDEN is er een deel nemersvergadering
BIBABON BIDABON 47
jongeren. Yanna legde uit dat het de mensen goed deed dat ook zij daar stonden zonder dat ze de geschiedenis deelden. Alleen al het respect dat de jongeren toonden deed de aanwezige Nederlanders goed. Op haar beurt ging Yanna mee naar de Antilliaanse kerk. En daar werd zij als enige blanke aangestaard. De jongere met wie ze mee was gekomen legde uit dat zijn
“BIBABON IS GEEN HEROPVOEDING.”
erkgenoten het bijzonder waardeerden dat k zij er was. Yanna ervoer in die kerk voor even hoe het is om ‘anders’ te zijn en dat heeft haar ook weer dichter bij de deelnemers gebracht. Die beleving is zo belangrijk of in ieder geval het vermogen om je te kunnen verplaatsen in de ander. Daardoor kun je je werk nog beter doen.”
Methodiek Bibabon •D e individuele begeleiding van de deelnemers vindt plaats op 8 leefgebieden. Er wordt in samenwerking met de deelnemer gestructureerd gewerkt aan haalbare begeleidingsdoelen. Daarbij gaat het om het werken aan meer zelfredzaamheid van de deelnemer en het bevorderen van de uitstroom naar zelfstandig wonen, leren en werken.
Edson Mingeli
kwam twee jaar geleden naar Nederland om bij een neef te gaan wonen. Hij had niets toen hij hier kwam. De dienst Sociale Zaken en Werk heeft ervoor gezorgd dat hij bij Bibabon terecht kon. Intussen zit hij in een leerwerktraject. KRACHT VAN BIBABON • Met geld leren omgaan
Vanaf het begin zijn we open over onze manier van samenwerken met de deel nemers en de redenen waarom we het traject vanuit de samenwerking hebben ingericht. Het mooie is dat we zien dat het werkt. Niet alleen in de resultaten - het aantal jongeren dat succesvol uitstroomt - maar ook in andere zaken. Zo kwamen alle deelnemers naar de jaarafsluiting van de stichting.” 4 mei Bibabon is geen heropvoeding. Brigitte: “Dat is het laatste wat we willen. We willen dat de deelnemers iets van hun leven maken. We
BIBABON BIDABON 48
leren ze om te gaan met hun medemensen, om zich aan afspraken te houden, om in te burgeren, de taal te leren, deelgenoot maken van de Nederlandse maatschappij.” Anneke: ”De woonbegeleiders ontplooien allerlei activiteiten met de deelnemers. allemaal bedoeld om als volwaardig lid van deze maatschappij te kunnen functioneren.”
• DE 8 LEEFGEBIEDEN ZIJN: 1 . Huisvesting/het voeren van een huishouding – woonsituatie van de deelnemer + het aanleren van praktische vaardigheden. 2. Financiën – financiële situatie van de deelnemer en het bestedingspatroon. 3. Persoonlijk functioneren – het omgaan en beheersen van afspraken, stemmingen, angsten en het zelfstandig functioneren. 4. Persoonlijke verzorging – uiterlijke verzorging van de deelnemer en gezondheid. 5. Dagbesteding/vrijetijdsbesteding – verkrijgen van werk en/of scholing + uitgaan, sport, creatieve activiteiten en vakanties. 6.Sociaal functioneren – relaties tussen deelnemers en zijn omgeving/gezin/familie/woon begeleiders. 7 . Verslaving – indien nodig omgaan met verslaving en hulp bij verslaving. 8. Zingeving – datgene wat de deelnemer motiveert om te leven. Van bovenstaande leefgebieden wordt een werkplan gemaakt, een plan van de deelnemer en de woonbegeleider. Een gezamenlijk mensgericht product. Iedere zes weken worden de leefgebieden geëvalueerd en besproken wat goed en minder goed gaat, tevens wordt de samenwerking tussen de deelnemer en de woonbegeleider bespro-
Anneke vertelt dat een van de woonbegeleiders, Yanna, met twee Antilliaanse jongeren naar de 4 mei herdenking is geweest. “Tijdens de twee minuten stilte keken veel Groningers naar de donkere
ken. Na de evaluatie worden er nieuwe begeleidingsdoelen opgesteld. • Bovenstaande wordt uitgevoerd vanuit een eclectische benadering; vanuit een aantal methodieken wordt het meest passende gebruikt (rehabilitatie benadering, presentietheorie, systeembenadering, coaching en empowerment).
BIBABON BIDABON 49
Vanuit EeN ECLECTISCHE benadering hebben we gericht gecoacht op de volgende fasen: FASE 1 – Leren kennen – bewust het huis samen inrichten, verven, vloerbedekking leggen, spullen inkopen, afdingen en verhuizen. Ondertussen uitleg geven over de werkwijze en de positieve positie van de deelnemer als samenwerkingspartner benoemen. In deze eerste fase wordt de basis gelegd voor gelijkwaardigheid en vertrouwen. FASE 2 – Directieve benadering – inventariseren van de problemen en knelpunten. Hierbij is helpen/oplossen en ook doen een voorwaarde. De woonbegeleider mag orde scheppen en zaken oplossen opdat vertrouwen ontstaat. FASE 3 – Activiteiten – ontspanning en activiteiten aangaan tussen de woonbegeleider(s) en de deelnemer(s). Uitgaan, sporten, muziek maken,
B
koken, huis schoonmaken, studeren, spelletjes spelen, poolen, theater en naar de bios gaan. In deze fase delen woonbegeleider en de deelnemer hun gemeenschappelijke interesses en leren zij elkaar beter kennen en leren zij kwaliteiten kennen en ontdekken. Deze kwaliteiten worden positief gelabeld en in deze fase wordt de gelijkwaardigheid + het mogen leren van elkaar benadrukt. FASE 4 – Inburgeren/ Nederlandse samenleving beleven – bewust gezochte dagen en tijden samen beleven. Kerk, stad, provincie, feestdagen en wegwijs maken in gedragingen en geldende regelingen in de Nederlandse samenleving. Deze belevingen worden afgezet tegen de Antilliaanse cultuur en op deze wijze ontstaat er begrip voor verschillende culturele uitingen en gedrag. FASE 5 – Rechten en plichten – vanuit de ontstane vertrouwensrelatie wordt er gewezen op de rechten en plichten vanuit het project en de samenleving. Plichten vanuit het project worden besproken en deelnemers
worden eventueel geconfronteerd met het nakomen van afspraken rond de begeleiding, inburgering, school, werk en samenwerking. FASE 6 – Zingeving – waarvoor leeft de deelnemer. Deze fase wordt bewust als laatste fase ingezet. De deelnemer heeft dan ongeveer een jaar begeleiding gehad met alle veranderingen van gedrag, werk, school, relaties, inburgering en wonen. De laatste fase kenmerkt zich in stilstaan bij de motivatie en de richtlijnen waarnaar iemand leeft. Hierdoor is het mogelijk om de persoonlijkheid te versterken en de regie terug te geven. FASE 7 – Uitstroom – in afstemming met de deelnemer, woonbegeleider en Brigitte wordt bepaald welke vorm van uitstroom het beste bij de deelnemer past. In de meeste gevallen is dit zelfstandig wonen met ambulante woonbegeleiding. Binnen het laatste halfjaar van Biba bon Bida bon wordt dit doel gerealiseerd en wordt de deelnemer overgedragen aan de Ambulante woonbegeleiding van Stichting Huis.
iba bon Bida bon krijgt hoogst waarschijnlijk een vervolg. Dan zal het project ook niet-Antilliaanse jongeren kunnen opnemen. Vanzelfsprekend zal er wederom zorgvuldig worden gescreend en ook zal er zorgvuldig worden gekeken naar de samenstelling van de jongeren in een huis. Daarbij wordt uitgegaan van het belang van de betrokken jongeren.
BIBABON BIDABON 50