se acUed¡tat¡eorganisat¡e
Hogeschool NCOI T.a.v. de directie Postbus 447 12OO AK HILVERSUM
Besluit
datum 16 mei2012
onderwerp Defìnitief besluit
Toets nieuwe opleiding hbo-master Master Projectmana gement
Hogeschool NCOI (x5077) uw kenmerk
ons kenmerk NVAO/2o1
21
583/ND bijlagen
Besluit strekkende tot een positieve beoordeling onder voorwaarden van een aanvraag Toets nieuwe opleiding van de hbo-master Master Projectmanagement van de Hogeschool NCOI
1
lnleiding
Bij brief van 30 maar|2O11 heeft J. Elzenaar-Maathuis, opleidingsdirecteur van de Hogeschool NCOI te Hilversum, bij de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) een aanvraag Toets Nieuwe Opleiding ingediend, als bedoeld in artikel 5a.11 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW; Stb. 2002, 302, zoals nadien gewijzigd), voor de postinitiële opleiding hbo-master Projectmanagement. Het betreft een opleiding in een duale en deeltijdse variant (60 ECTS) die te Amsterdam, Arnhem, Eindhoven, Rotterdam, Utrecht en Zwolle wordt vezorgd. De beoordeling van de nieuwe opleiding hbo-master Master Projectmanagement is uitgevoerd door een door de instelling ingeschakelde Visiterende en Beoordelende lnstantie (VBl): Hobéon Certificering B.V. Hobéon heeft voor de beoordeling van de aanvraag een panel van deskundigen ingesteld. Het panel kende de volgende samenstelling: - R.J.M. van der Hoorn, MBA CMC, partner/directeur Hobéon (voorzitter); - Dr. ir. H.G. Mooi, vakdeskundige, hoofddocent aan de Faculteit Techniek, Bestuur & Management, sectie Technology, Strategy & Entrepreneurship aan de T.U. Delft, directeur van het Delft Centre for Project Management van de T.U. Delft; - G.C.L. Koch CPD, werkvelddeskundige, principal consultant bij Van Aetsveld en internationaal actief binnen de lnternational Prolect Management Association (IPMA); - M.G.M. Sponselee, student masteropleiding Projectmanagement aan de Hogeschool Utrecht (student-lid); - D.P.M. de Koning, Hobéon - auditor (secretaris). De beoordeling door het panel van de nieuwe opleiding hbo-master Master Projectmanagement is verricht aan de hand van het Toetsingskader nieuwe opleidingen hbo-master van de NVAO (Toetsingskader; Stcrt.2003, 120). De visitatie van de opleiding heeft plaatsgevonden op 8 februari 201'1 . Het paneladvies dateert van 15 maaft2011. Tevens heeft de NVAO op 30 juni 201 1, aanvullend aan het paneladvies, vragen voorgelegd aan de Hogeschool NCOI. Deze vragen betreffen: de vormgeving van de opleiding, de stand van zaken van de realisatie van de verbeterplannen rond de ondezoeksgerichtheid van de opleiding, de toelatingsvoonruaarden in verhouding tot de eindkwalifìcaties - ook wat betreft het verschil tussen de duale en de deeltijdse variant - en de toetsing van de leerdoelen.
lnlichtingen Sigrid Pauwels +31 (o)70 3122380 s
[email protected]
Parkstraat 2812514 JK I Postbus 85498 | 2508 CD Den Haag PO Box 85498 | 2508 CD The Hague lThe Netherlands T + 31 (0)70 3122300 | F + 31 (0)70 3122301 info@nvao net I www nvao nel
n ederlonds - ul aomse
pasina 2 van
i0
accreditøti e organisatt e
De aldus verkregen informatie heeft de instelling op 6 september 2011 schriftel'tjk bevestigd. Ten slotte heefi nog een bestuurlijk overleg plaatsgevonden tussen de instelling en de NVAO op 7 november 2011. De NVAO heeft alle aanvullende informatie in haar besluitvorming betrokken.
n
pagina 3 van
10
ederl ands- vl aanse accreditatie or ga nisati e
2
Advies Panel
2.1
Samenvatting van bevindingen van het panel
De Hogeschool NCOI heeft op 30 maart 2011 bij de NVAO een aanvraag ingediend voor toetsing van de nieuwe opleiding hbo-master Master Projectmanagement met een Hobéonadvies. Het informatiedossier bij de aanvraag en de nadere toelichting tijdens de visitatie hebben het Hobéon-panel in staat gesteld een positief advies te formuleren. De onderstaande voor deze samenvatting relevante tekstpassages zijn ontleend aan het Hobéon-advies. Het panel stelde vast dat de eindkwalifìcaties van de opleiding aansluiten bij de eisen van buitenlandse - vakgenoten en de beroepspraktijk. Er is geen landelijk beroepsprofiel waarbij de opleiding kan aansluiten. De instelling heeft zelf een beroepsproflel opgesteld. Dit profìel bestaat uit 11 gedragscompetenties, verbonden met 31 kerntaken in de beroepscontext. Het beroepsprofiel stoelt op recente literatuur en een studie van nationale en internationale masteropleidingen Projectmanagement. Het werd afgestemd met een Raad van Advies, waarin relevante werkveldvertegenwoordigers zetelen, en gevalideerd door diverse bedrijven. Verder heeft de opleiding aansluiting gezocht bij de profielen van twee internationale beroepsorganisaties voor projectmanagers. Daaruit blijkt onder meer dat technische competenties niet volstaan. De klemtoon ligt op gedrags- en contextuele competenties. De internationale dimensie is voldoende zichtbaar. Het panel adviseert evenwel om de eindkwalificaties nog verder af te stemmen op de beschreven internationale competentiestandaard. Ten slotte krijgt praktijkgericht ondezoek voldoende aandacht. De opleiding heeft onderzoekscompetenties aan de eindkwalificaties toegevoegd. Deze competenties zijn gericht op analyse en onderzoek in functie van evidence based practice. Zij beogen dat de projectmanager een gekozen professionele aanpak bij het leiden van een project of programma kan verantwoorden. Studenten worden daarbij voorbereid op het daadwerkelijk uitvoeren van praktijkgericht onderzoek. Het panel waardeert deze ambitieuze visie op onderzoek. Het adviseert evenwel om de doelstellingen realistisch te houden en af te stemmen op het niveau van een professionele master. Het panel stelde vast dat de eindkwalifìcaties van de opleiding beantwoorden aan het niveau van de hbo-master. De eindcompetenties dekken de Dublin-descriptoren. Het panel stelde vast dat de eindkwalificaties georiënteerd zijn op het profiel van de hbomaster.
Het panel stelde vast dat het programma van de opleiding beantwoordt aan de hbo eisen. De literatuur is adequaat. De opleiding heeft gekozen voor actuele standaard Engelstalige literatuur op masterniveau. Het panel adviseert evenwel om meer Rijnlandse literatuur in te zetten en het aantal boeken op de literatuurlijst te verminderen. Actuele ontwikkelingen kunnen effectief worden opgevolgd omdat voor elke masterclass wordt gewerkt met een reader en een online leeromgeving. Praktijkopdrachten worden ontleend aan de eigen beroepspraktijk van de duale studenten. Deeltijdse studenten lopen daartoe een aanvullende stage. Verder is de focus van het programma gericht op vakinhoud, reflectie en onderzoeksvaardigheden. De actualiteit van het programma wordt gewaarborgd door een Raad van Advies.
Het panel stelde vast dat de eindkwalificaties adequaat werden vertaald in leerdoelen. De opleiding heeft de leerdoelen verbonden aan kerntaken. De competentieontwikkeling wordt inzichtelijk gemaakt via een portfolio.
n
ederl an
ds
- v laamse accreditatie orgq nisatte
pagina4urn 1g Het panel plaatst evenwel ook kritische kanttekeningen. Vooreen aantal masterclasses is de afstemming onvoldoende tussen de leerdoelen enerzijds en het aanvangsniveau of de eindkwalificatie anderzijds. Een aantal leerdoelen is bovendien erg ambitieus in verhouding tot de opzet van de masterclass. Verder heeft de opleiding een adequaat toetsbeleid uitgewerkt. Het panel waardeert de ruimte die wordt voorbehouden voor reflectie. Het wijst evenwel op de nood aan schriftelijke kennistoetsing voor een aantal vakinhoudelijke leerdoelen. Het panel stelde vast dat de structuur van het programma de inhoudelijke samenhang ondersteunt. De opbouw is logisch. De structuur stoelt op vier leerlijnen. lntegratie verloopt onder meer via toegepast onderzoek in de eindopdrachten en via kritische analyse van complexe beroepsopdrachten. Via de eindscriptie vindt een volledige integratie van de leerlijnen plaats. Het panel stelde vast dat het programma studeerbaar is. De studielast wordt voldoende gespreid. Het panel plaatst verder een kritische kanttekening bij de studielast van het vak "Advanced Management in and with Projectmanagemenf'. Het stelt vast dat de reële studielast zwaarder is dan de toegekende studieomvang van 6,5 EC. Het panel kon verder geen studiebelemmerende factoren detecteren. Het panel stelde vast dat de opleiding de wettelijke toelatingsvoonryaarden correct toepast. De opleiding voert een effectief toelatingsbeleid. Zij heeft instroomeisen geformuleerd voor de intakeprocedure. Kandidaten moeten onder meer beschikken over een vooropleiding op bachelorniveau en minimaal twee jaar relevante werkervaring op hbo-niveau. Zij moeten ook het Nederlands en het Engels in voldoende mate beheersen. Het programma sluit aan bij de kwalificaties van de instroom. De opleiding bedraagt 60 ECTS en beantwoordt daarmee aan de formele eisen inzake de studieomvang van een hbo-masteropleiding. Dit geldt zowel voor de duale als voor de deeltijdse variant. Het panel stelde vast dat het docentencorps nog niet definitief werd samengesteld. De opleiding heeft met een aantal docenten principeafspraken gemaakt. Het panel bestudeerde de cv's van de beoogde docenten en hun deelname aan professionele netwerken. Het panel stelde vast dat deze personeelsleden een verbinding leggen tussen onderwijs en beroepspraktijk. De docenten zijn professioneel actief in het relevante domein. Het panel stelde vast dat de opleiding over voldoende personeel kan beschikken. Een pool van '16 docenten die reeds betrokken zijn bij relevante bachelor- en masteropleidingen staat ter beschikking. Het panel stelde vast dat het personeel van de opleiding voldoende vakinhoudelijk en onderwijskundig is gekwalificeerd. Per masterlijn wordt een team van kerndocenten aangesteld met relevante kwalificaties en functies binnen het vakgebied. Vier beschikbare docenten zijn gepromoveerd. Uit de cv's van de beschikbare personeelsleden blijkt verder dat zij kunnen bogen op voldoende ondenvijsdeskundigheid. Het panel stelde vast dat de opleiding op de verschillende leslocaties beschikt over voldoende en adequaat uitgeruste huisvesting en materiële voorzieningen. De instelling beschikt evenwel niet over een bibliotheek. Studenten krijgen een abonnement waarmee ze gebruik kunnen maken van de universiteitsbibliotheek.
n
pagina s u"n
ederl ands - v laamse accredítati e orgønisati e
19 Het panel stelde vast dat de voorzieningen ter informatie en begeleiding van studenten adequaat zijn. De opleiding kan beroep doen op het centrale systeem van de instelling. De communicatie met potentiële studenten is goed. De bestaande studentenpopulatie is tevreden met de informatie en begeleiding. Studenten worden onder meer geïnformeerd via de online leeromgeving E-Connect, via de docenten en door de dienst Advies en Voorlichting. Verder worden diverse begeleidingsvormen, aangeboden zoals studieadvies, portfoliobegeleiding, praktijkbegeleiding en individuele coaching. Het panel stelde vast dat de opleiding periodiek zal worden geëvalueerd, aan de hand van toetsbare streefdoelen. De instelling beschikt over een gesystematiseerde kwaliteitscyclus. De NCOI is ISO-gecertificeerd voor bedrijfsprocessen met betrekking tot ontwikkeling en uitvoering van opleidingen en trainingen. Verder werd de PDCA-cyclus nog verbeterd voor de opvolging van onderwijskwaliteit. De opleiding zal aansluiten bij dit systeem. De opleiding plant jaarlijkse ondenrrijsevaluaties - per masterclass, tussentijds en aan het einde van het programma -, alumni-enquêtes en panelgesprekken met docenten en studenten. Per twee jaren zullen een studenttevredenheidsonderzoek en een docenttevredenheidsonderzoek worden afgenomen. Verder heeft de opleiding toetsbare streefdoelen geformuleerd in een kwaliteitshandboek. De evaluaties en de streefdoelen vormen de basis voor een adequaat verbeterbeleid. Het panel stelde vast dat de instelling een beleid voert waarbij relevante stakeholders actief worden betrokken bij de interne kwaliteitszorg. Feedback uit evaluaties van studenten, docenten, medewerkers, werkveld en alumni geven aanleiding tot verbeteracties. De opleiding sluit aan brj dit centrale systeem. Het panel stelde vast dat de instelling voldoende afstudeergarantie biedt voor de looptijd van vier jaren. Binnen deze vier jaren moeten studenten het masterprogramma volledig hebben afgerond. Examenresultaten blijven vier jaren geldig. Het panel stelde vast dat de voorziene investeringen toereikend zijn. Er wed geïnvesteerd in programmaontwikkeling, accreditatie en marketingcommunicatie. Daarbij wordt rekening gehouden met eventuele aanloopverliezen in het eerste jaar. Het panel stelde vast dat de financiële voorzieningen van de gecalculeerde negatieve resultaten voldoende zijn voor de dekking van de aanloopverliezen. De gezonde financiële situatie van de instelling laat dit toe.
n
pagina 6 van
10
ed er I an d s - v I o a mse a ccr e
2.2
ditati e o rga
ni s ati e
Schematisch overzicht van het oordeel van het panel
De onderstaande tabel geeft per ondenrverp en per facet het oordeel van het panel weer
Ondenrerp
I
Doelstellingen
Oordeel V
Facet
Oordeel
1.'l Domeinspecifleke eisen 1.2 Niveau master 1.3 Oriëntatie hbo
2 Programma
V
2.1 Eisen hbo 2.2 Relatie doelstellingen - programma 2.3 Samenhang programma 2.4 Studielast 2.5 lnstroom 2.6 Duur
3 lnzet personeel
V
3.1 Eisen hbo 3.2 Kwantiteit 3.3 Kwaliteit
4 Voorzieningen
V
4.1 Materiële voorzieningen 4.2 Studiebegeleiding
5 lnterne kwaliteitszorg
V
5.1 Systematische aanpak
5.2 Betrokkenheid 6 Continui'teit
V
6.1 Afstudeergarantie
6.2 lnvesteringen 6.3 Financiële voorzieningen V
=
O
= onvoldoende
voldoende
2.3
Advies van het panel
Het -panel adviseert de NVAO om positief te besluiten ten aanzien van de kwaliteit van de nieuwe opleiding hbo-master Master Projectmanagement van de Hogeschool NCOI.
2.4
Aanvullend
Het opleidingsprofiel sluit aan bij het EMC Competence Framewotk. De opleiding beschikt over een matrix waaruit de koppeling blijkt tussen de eindkwalificaties en de kerntaken en kernopgaven. Verder zijn de eindkwalificaties afgestemd met de European Mentoring and Coaching Council (EMCC) en actuele internationale vakliteratuur in het domein.
nederl ands- vl q amse
pagina 7 van
a
ccreditatie organisati
e
1o Dê internationale benchmarking van de opleiding bleek een probleem bij gebrek aan vergelijkbare opleidingen. De plaats van de module "Ondezoeksvaardigheid" in het programma werd gewijzigd. Aanvankelijk werd deze module aangeboden in de afstudeerfase, nu wordt ze gespreid en geTntegreerd aangeboden in de verschillende masterclasses. Op deze manier wil de opleiding meerdere oefenmomenten aanbieden en de training van onderzoeksvaardigheden integreren. Verder zijn in alle masterclasses ondezoeksopdrachten opgenomen. De opleiding toetst kennis en vaardigheden geïntegreerd, via één toetsvorm zoals een casus en/of eindopdracht. A2onderlijke schriftelijke kennistoetsing gebeurt niet. Ten behoeve van de objectiviteit worden de toetsen ontwikkeld door een toetsafdeling en niet gecorrigeerd door de lesgever zelf. Ook bij de masterthesis gebeurt de begeleiding en beoordeling door andere personen. De opleiding plant verder om in de toekomst te toetsen via portfolio.
,
De opleiding heeft een modulaire opzet. De toenemende complexiteit van de leerdoelen wordt gerealiseerd via opdrachten, waarbij telkens onderzoeksvaardigheden op een hoger niveau worden geïntegreerd. Uit de competentiematr¡x van de opleiding blijkt dat alle leerdoelen worden afgedekt. Verder hanteert de opleiding meerdere mechanismen voor de bewaking van de inhoudelijke afstemming en de kwaliteit, bijvoorbeeld via de aanstelling van kerndocenten, startbijeenkomsten voor studenten, evaluaties, vakoverleg en kalibreersessies. Kandidaten - voor de duale variant - moeten beschikken over een aan de masteropleiding verwant hbo-bachelor diploma, twee tot drie jaren werkervaring en een relevante werkomgeving op voldoende niveau. Studenten worden op basis van een individueel dossier toegelaten. De intake gebeurt door een speciale staf, De Engelse taalvaardigheid van de kandidaat wordt onder meer getoetst. De deeltijdse variant is een residuaire variant, bijvoorbeeld wanneer een student zijn baan verliest Bij de werving en selectie van nieuwe docenten wordt sterk gefocust op onderzoekskwaliteiten. De opleiding streeft naar een aanzienlijke verhoging van het aantal gepromoveerde docenten. De instelling hanteert hiertoe een streefcijfer van 50%. De overige docenten zijn binnen de instelling getraind in onderzoeksvaardigheden en in het omgaan met onderzoekslijnen. Verder voert de instelling een expliciet beleid om docenten te stimuleren tot publiceren en deel te nemen aan onderzoeksprojecten.
n
pagina
I
van 1o
ederlan ds- vl a amse
a
ccreditati e orgonisati
3
Overwegingen NVAO
3.1
De NVAO heeft vastgesteld:
e
3.1 .1 dat het panel van deskundigen ingesteld door voor de beoordeling van de aanvraag Toets nieuwe opleiding van de NCOI hogeschool voor de opleiding hbo-master Master Projectmanagement wat de samenstelling betreft, voldoet aan de daaraan te stellen eisen van onpartijdigheid, deskundigheid en onafhankelUkheid;
.2 dat de werkwijze van het panel voldoende is geweest. De gevolgde werkwijze en procedure alsmede geraadpleegde informatiebronnen zijn genoegzaam geformuleerd en vermeld; 3.1
3.1 .3 dat het panel zijn oordeel heeft opgesteld en onderbouwd overeenkomstig het toepasselijke Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs van de NVAO en de daarbij behorende beslisregels heeft gevolgd. Op het niveau van de facetten zijn de analyses van het panel evenwel niet altijd duidelijk, consistent en volgbaar. Om die reden heeft de NVAO op 30 juni 2011 , aanvullend aan het paneladvies, vragen gesteld aan de Hogeschool NCOI. Deze vragen betreffen de vormgeving van de opleiding, de stand van zaken van de realisatie van de verbeterplannen rond de onderzoeksgerichtheid, de toelatingsvooruaarden in verhouding tot de eindkwaliflcaties - ook wat betreft het verschil tussen de duale en de deeltijdse variant - en de toetsing van de leerdoelen. De aldus verkregen aanvullende informatie werd op 6 september 2011 door de instelling schriftelijk bevestigd. Ten slotte heeft nog een bestuurlijk overleg plaatsgevonden tussen de instelling en de NVAO op 7 november 2011. Al deze aanvullende informatie heeft vooralsnog echter onvoldoende overtuigend bijgedragen tot een beter inzicht in hoger vermelde aspecten, noch tot een juiste en heldere motivering van de positieve beoordeling van een aantal facetten.
3.2
De NVAO is in het licht van het vorenstaande tot de slotsom gekomen dat het paneladvies en de aanvullende reactie van de instelling over de voorliggende opleiding op dit moment onvoldoende steun bieden voor een onvoorwaardel¡ke, positieve beoordeling van de aanvraag toets nieuwe opleiding. Het paneladvies en de aanvullende informatie bevatten evenwel voldoende overtuigende argumenten die onderbouwen dat de opleiding beschikt over voldoende potentieel om de gesignaleerde tekortkomingen binnen een termijn van 1 jaar weg te nemen. Mitsdien besluit de NVAO tot een positieve beoordeling onder voorwaarden van een aanvraag Toets nieuwe opleiding. Deze voonrvaarden zijn de volgende: concrete en aantoonbare realisatie van de verbeterplannen rond de onderzoeksgerichtheid van het programma, de masterproef en de docenten ("36 verbetermaatregelen") in termen van ofwel "reeds gerealiseerd" ofr¡rel "weldra gerealiseerd met inbegrip van resterend tijdpad"; - een heldere en effectieve afstemming tussen de toelatingsvoorwaarden en de leerdoelen rond onderzoek, eventueel gekoppeld aan remediëring; - heldere definities van de begrippen duale en deeltijdse variant; - schriftelijke kennistoetsing voor een aantal vakinhoudelijke leerdoelen; - de studielast van het vak"Advanced Management in and with Projectmanagemenf'wordl in lijn gebracht met de studieomvang;
-
nederlønds- vlaomse øccreditaile orgønisatie
pagina
I
van
10
-
een actueel ovezicht van het kwalificatieniveau van de docenten met een onderwijsopdracht aãn deze opleiding (hbo-master/wo-masterlPhD); een actueel ovezicht van de receRte onderzoeksoutput van de docenten met een onderwijsopdracht aan deze opleiding: (recente) publicaties, deelname aan lopende ondezoeksprojecten, actieve bijdrage aan (wetenschappelijke) congressen op basis van een ondezoekspaper.
n
pagina 10 van 10
ederlands -
4
v
I
aamse accreditati e organi sati e
Besluit
Op grond van het voorgaande besluit de NVAO de aanvraag Toets Nieuwe Opleiding van de Hogeschool NCOI voor de postinitiële opleiding hbo-master Master Projectmanagement (60 ECTS; duale en deeltijdse variant; locaties: Amsterdam, Arnhem, Eindhoven, Rotterdam, Utrecht en Zwolle) positief te beoordelen, onder voonryaarden. ln de maand december 2012 dient de instelling de NVAO te informeren over de wijze waarop zij heeft voldaan aan de gestelde voonwaarden. Vervolgens zal de NVAO dit voorleggen aan een door de NVAO samen te stellen panel. Mede op basis van het advies van dit panel zal de NVAO vervolgens een besluit nemen. Gelet op het bepaalde in artikel 5a.11, vierde lid, van de WHW verliest de opleiding een jaar na de dag waarop het besluit tot verlenen van de toets nieuwe opleiding onder voon¡yaarden is genomen deze toets nieuwe opleiding, indien naar het oordeel van de NVAO binnen een jaar niet aan de gestelde voorwaarden is voldaan.
lngevolge het bepaalde in artikel 7.10a, derde lid van de WHW, is de graad: master Gelet op het bepaalde in artikel 5a.11, vijfde lid, van de WHW in verbinding met artikel 3.1 van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 acht de NVAO onderdeel Gedrag en Maatschappij van het Croho-register passend voor de opleiding.
lngevolge het bepaalde in artikel 5a.10, tweede lid, in verbinding met artikel 5a.11, zesde lid, van de WHW heeft de NVAO de directie van de NCOI hogeschool in de gelegenheid gesteld zìt¡n zienswtjze op het voornemen tot besluit d.d. 10 april 2012 naar voren te brengen. De instelling heeft geen opmerkingen en/of bezwaren geformuleerd op het voornemen tot besluit. Den Haag, 16mei2012 Nederlands-Vla
nisatie
rzitter)
Tegen dit besluit kan op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht door een belanghebbende bezwaar worden gemaakt bij de NVAO. De termijn voor het indienen van bezwaar bedraagt zes weken.
lnstelling Opleiding Sector Graad Oriëntatie
Hogeschool NCOI Projectmanagement Gedrag en Maatschappij Master hbo