Beschermingsdossier: Krinkeldijk met dijkbegroeiing van opgaande populieren, knotbomen en struwelen – monument
Beschermingsdossier: Krinkdijk met dijkbegroeiing van opgaande populieren, knotbomen en struwelen, Damme (Oostkerke en Hoeke), Krinkeldijk zonder nummer – monument
INHOUDELIJK DOSSIER: De aanleiding van het beschermingsdossier is de voortzetting van beschermingen uitgaande van het thematisch beschermingspakket van het meest waardevolle houtig erfgoed in Vlaanderen (Agentschap Ruimte & Erfgoed, 2009). A.
BESCHRIJVEND GEDEELTE
a.
Historisch overzicht
De locatie van de dijkbegroeiing bevindt zich op de Krinkeldijk tussen de dorpen Oostkerke (ten westen) en Hoeke (ten oosten), beide gelegen in de polders ten noordoosten van Damme en gedeeltelijk behorend tot de vroegere Zwinvlakte. Het landschap wordt gekenmerkt door vlakke, open tot halfopen agrarische gebieden doorsneden door dijken en kanalen, die in vele gevallen geaccentueerd worden door bomenrijen. De Krinkeldijk werd opgeworpen of verstevigd vanaf de 12de eeuw om het overstromingsgevaar vanuit de toenmalige Zwingeul of Sincfal te beperken. De Krinkeldijk is een onderdeel van een eertijds ruimere dijkengordel die oorspronkelijk ‘Langedijk’ werd genoemd en waarvan later gedeelten met een bijzondere benaming werden aangeduid. Deze dijken vormden vaak de grenzen van wateringen (voorlopers van huidige polderbesturen). Om die reden werd de structuur vroeger als Dijk van de Watering van ’s Heer Baselishoek genaamd. Meer zuidelijk van de Krinkeldijk is de ‘Dijk van de Kerkwatering’ bekend en bij het latere Damme is de naam ‘Romboutswervedijk’ bekend. De Krinkeldijk blijkt net als de Romboutswervedijk nog vóór de stormvloed van 1134 aangelegd. De dijk met grillig verloop wordt daarmee beschouwd als een defensieve dijk die het land enerzijds moest beschermen tegen overstromingen en anderzijds moest vermijden dat er nog zout/zilt water in het achterliggende gebied binnenstroomde. Dijkbreuken en afgravingen kunnen het verloop en het profiel van de dijk gewijzigd hebben. De Krinkeldijk vormde met het eindpunt van de thans verdwenen Bloedlozedijk een scherpe hoek, wat de plaatsnaam Hoeke (vroegste vermelding circa 1250) verklaart. Bij het beginpunt sloot het dijktracé aan op de kleine stadsnederzetting van Monnikenrede, ontstaan omstreeks het begin van de 13de eeuw als voorhaven van Oostkerke en in de loop van de 19de eeuw geheel verdwenen. Vanaf het einde van de 12de eeuw tot begin 14de eeuw werd het gebied ten zuiden van de Krinkeldijk-Romboutswervedijk gradueel ingepolderd. Vanuit de perifere zones schoof men steeds verder op naar de Zwingeul toe, waardoor deze steeds smaller werd. In tegenstelling tot de oorspronkelijke, meer defensieve -zeewerende- functie in de vorige eeuwen, werden toen grote polders ingedijkt met het oog op landwinning. De Tachtigjarige oorlog, die in 1568 uitbrak tussen de Noordelijke Nederlanden en Spanje, heeft een grote invloed gehad op het Zwinlandschap. De Zwinstreek vormde de grensregio waarin tal van oorlogen/grensconflicten plaatsvonden. Daarbij werden vaak zones om strategische redenen onder water gezet en ook de dijken speelden daarin een belangrijke rol. De Krinkeldijk is tot op vandaag opvallend herkenbaar gebleven in het landschap. Het grillig tracé van de dijk, met onder meer een zeer wijde bocht in het westelijke deel, gaf aanleiding tot de huidige naamgeving van deze middeleeuwse dijkstructuur. De Dossiernummer: 4.001/31006/101.1
Pagina 1 van 8
Beschermingsdossier: Krinkeldijk met dijkbegroeiing van opgaande populieren, knotbomen en struwelen – monument
Krinkeldijk wordt over ongeveer de helft van zijn lengte gevolgd door de Vuile Vaart of Moerader, een polderwaterloop, beheerd door de Oostkustpolder. Op alle geraadpleegde historisch-cartografische bronnen wordt een beplante en/of begroeide Krinkeldijk vastgesteld. De huidige opgaande bomenrijen kunnen naar schatting tot 1905 teruggaan (circa 110 jaar) en behoren bijgevolg tot een traditionele generatiewisseling van opgaande bomen. Ook de knotbomen, overwegend aangeplant langsheen de Vuile Vaart of Moerader, maar verder ook verspreid langsheen de Krinkeldijk hebben een geschatte leeftijd van om en bij de 70 jaar. De ouderdom van de struweelbegroeiingen is moeilijker in te schatten, maar afgaande op de rijke soortensamenstelling van struik- en kruidlaag, wordt een historisch stabiele groeiplaats van meerdere tientallen jaren verondersteld. De opgaande bomen moeten oorspronkelijk als opbrengstgerichte beplanting zijn aangelegd. Bekend is dat polderdijken en kanaaldijken, zeker in de Vlaamse kustvlakte, vaak met populier waren beplant. Ook abelen, okkernoten en olmen zijn bekend als typische bomen van dijken. De introductie van Canadapopulier, althans de cultuurklonen die hier op de Krinkeldijk worden aantroffen en die ontstaan zijn uit kruising van de Europese zwarte populier (Populus nigra) en diverse vormen van de Amerikaanse populier (Populus deltoides), is in Vlaanderen bekend sinds het midden van de 18de eeuw (Van Driessche, in. prep.). In de loop van de 20ste eeuw kregen de oude klonen concurrentie van de zogenaamde UNAL-klonen, verbeterde rassen met meer rechte stammen. Het populierenhout werd onder meer gebruikt voor de vervaardiging van klompen, lucifers, triplexhout, borstels en kisten (Herbignat, 1949). Een belangrijk voordeel van de Canadapopulier was dat hij min of meer bestand was tegen de gure zeewinden in de kuststreek (Berger, 1898). De stammen van de cultuurklonen ‘Serotina’ (circa 1750) en ‘Marilandica’ (1800) vertonen wel nog de karakteristieke kromme stammen die met de wind meegebogen zijn. De knotbomen hadden een utilitaire functie voor brand- en geriefhout. De struweelbegroeiingen zijn allicht spontaan ontwikkeld, al wordt niet uitgesloten dat het aanplanten van struwelen –zeker in de perioden waarin nog gevreesd werd voor stormvloeden die via de Zwingeul Damme konden bereiken, bedoeld was om erosie van het dijklichaam tegen te gaan. b.
Beschrijving met inbegrip van erfgoedkenmerken en erfgoedelementen
De Krinkeldijk vormt een visueel opvallende landschapsstructuur door zijn hoogte en door zijn gevarieerde begroeiing (vooral opgaande bomenrijen, maar ook knotbomen en struwelen). Het is een gaaf voorbeeld van een minstens 12de-eeuwse defensieve, zeewerende dijk met een opvallend grillig tracé en met een profielopbouw waarin potentieel waardevolle archeologische artefacten aanwezig zijn. Op de dijk zijn opgaande bomenrijen van Canadapopulier aangeplant, in het bijzonder oude cultivars van Canadapopulier, zoals ‘Marilandica’ en ‘Serotina’. Tussen de opgaande bomen komen plaatselijk struwelen voor met onder meer sleedoorn, veelbloemige roos, hondsroos en heggenroos. Aan de onderzijde van de dijk, en overwegend langsheen de Vuile Vaart of Moerader, komen knotbomen voor van zowel Canadapopulier als schietwilg. Het voor bescherming voorgestelde segment van de Krinkeldijk heeft een lengte van circa 2.580 m. In dit dijksegment is de weg verhard met asfalt in een breedte van 3 m. Plaatselijk zijn uitwijkstroken aanwezig. De omvangrijkste Canadapopulier cultivar ‘Serotina’, op de westelijke aanzet van de Krinkeldijk heeft een stamomtrek van 406 cm op een hoogte van 150 cm. De totale hoogte bedraagt circa 28 m, de hoogte van de takvrije stam is circa 10 m. De
Dossiernummer: 4.001/31006/101.1
Pagina 2 van 8
Beschermingsdossier: Krinkeldijk met dijkbegroeiing van opgaande populieren, knotbomen en struwelen – monument
gemiddelde diameter van de kruin van de grootste exemplaren boomkruinen bedraagt circa 20 tot 25 m (2015). De opgaande Canadapopulieren halen gemiddelde stamomtrekken van 280 cm op een hoogte van 150 cm. De totale hoogte bedraagt gemiddeld 20 tot 25 m, de hoogte van de takvrije stammen is gemiddeld 8 m. De gemiddelde diameters van de boomkruinen bedraagt 15 tot 20 m (2015). De knotbomen hebben gevarieerde stamomtrekken, waarbij de meest omvangrijke exemplaren op een hoogte van 150 cm een omtrek halen van meer dan 250 cm (2015). c.
Fysische toestand
De algemene conditie en vitaliteit van de gevarieerde dijkbegroeiing is goed tot vrij goed. De opgaande bomenrijen met cultivars van Canadapopulier zijn ondanks hun hoogte en hun respectabele stamomtrekken nog steeds vrij volledig. Er is nog maar een gering uitvalspercentage. Plaatselijk komen afgebroken takken voor. Ook de knotbomen zijn over het algemeen in goede conditie en nog vitaal. Meerdere bomen worden nog actief geknot. Enkele holle exemplaren komen voor. Tenslotte zijn ook de struwelen met overwegend sleedoorn en meidoorn nog vitaal en in goede conditie. Het gericht maaibeheer op de Krinkeldijk zorgt voor een evenwichtige verdeling van houtige begroeiing en meer grazige, bloemrijke zomen, getypeerd door fluitenkruid. B.
EVALUEREND GEDEELTE
a.
Evaluatie van de erfgoedwaarden
Ruimtelijk-structurerende waarde De hoog opgaande Canadapopulieren op de Krinkeldijk en het dijkprofiel zelf hebben een sterk ruimtelijk-structurerend effect, ze accentueren de ligging van een oude zeewerende dijk die nagenoeg parallel liep met de vroegere Zwingeul. Dit effect wordt versterkt door het overigens zeer vlakke omgevende polderlandschap. De ruimtelijke-structurerende waarde is complementair aan maar anderzijds toch afwijkend ten opzichte van de opgaande bomenrijen langsheen de nabijgelegen Damse Vaart. Wetenschappelijke waarde De opgaande Canadapopulieren zijn zeldzaam omwille van hun omvang, in het bijzonder de cultivar ‘Serotina’, waaronder enkele op de westelijke aanzet van de Krinkeldijk. Eén van de exemplaren betreft een van de hoogste en dikste opgaande Canadapopulieren van Vlaanderen. Esthetische waarde De opgaande bomenrijen op de Krinkeldijk, die bestaan uit oude cultivars van Canadapopulier, zoals ‘Marilandica’ en ‘Serotina’, worden, in tegenstelling tot recentere, veredelde populierenklonen, gekenmerkt door kromme stammen. De kromme stammen en de boomkronen buigen mee in de richting van de overheersende zeewinden en leveren een karakteristiek landschapsbeeld op, dat algemeen als van een hoge esthetische kwaliteit gewaardeerd wordt. De aanwezigheid van knotbomen, struwelen en bloemrijke zomen en het grillige verloop van de polderdijk vullen de esthetische kwaliteit verder aan.
Dossiernummer: 4.001/31006/101.1
Pagina 3 van 8
Beschermingsdossier: Krinkeldijk met dijkbegroeiing van opgaande populieren, knotbomen en struwelen – monument
Historische waarde De door opgaande bomen, knotbomen en struwelen geaccentueerde Krinkeldijk is een fraai voorbeeld van een minstens 12de-eeuwse defensieve, zeewerende dijk in de Vlaamse kustpolders, om het overstromingsgevaar vanuit de toenmalige Zwingeul te beperken. De dijk is een onderdeel van een eertijds ruimere dijkengordel die nadien vaak de grens vormde van wateringen, de voorlopers van de huidige polderbesturen. Om die reden werd de structuur vroeger als Dijk van de Watering van ’s Heer Baselishoek genaamd. Het bijzonder grillige verloop van dit dijktracé gaf aanleiding tot de huidige, vrij recente naamgeving van deze middeleeuwse dijkstructuur. Archeologische waarde De Krinkeldijk bezit een hoge potentieel archeologische waarde als middeleeuwse dijk, waarvan zowel de aanleg als de mogelijk aanwezige artefacten een kennisbron zijn voor de studie van de bedijkingen in de Vlaamse kustpolders. De zeewerende dijk sluit aan bij de verdwenen kleine stadsnederzetting van Monnikerede, een bij het begin van de 13de eeuw ontstane voorhaven van Oostkerke. b.
Motivering van het type bescherming
De gevarieerde dijkbegroeiing op de Krinkeldijk worden voorgesteld om als monument te worden beschermd omdat deze voldoen aan de definitie van een monument volgens het erfgoeddecreet: “een onroerend goed, werk van de mens of van de natuur of van beide samen, … van algemeen belang wegens de erfgoedwaarde(n)” c.
Motivering van de afbakening
Er wordt voor de gevarieerde dijkbegroeiing van de Krinkeldijk een strookvormige afbakening voorgesteld die gelijk is aan het openbaar domein van de weg tussen Oostkerke en Hoeke met inbegrip van het dijklichaam alsook van de geklasseerde waterloop van de Vuile Vaart of Moerader. Op het grondgebied van Hoeke beslaat deze afbakening ook een tweetal percelen, gelegen Krinkeldijk, samen bekend ten kadaster 3de afdeling (Oostkerke), sectie B, deel uitmakend van het openbaar domein en 4de afdeling (Hoeke), sectie B, perceelnummers 199 (deel), 201, 202D en deel uitmakend van het openbaar domein. Op het breedste deel wordt hiermee een strookbreedte van circa 25 m afgebakend. De strooklengte bedraagt circa 2.580 m. d.
Juridische toestand
Het betrokken openbaar domein van wegen en waterlopen ligt integraal in landschappelijk waardevol agrarisch gebied, plaatselijk grenzend aan Natuurgebied. Er zijn geen plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen van kracht. Het betrokken openbaar domein van wegen en waterlopen ligt niet binnen herbevestigd agrarisch gebied en niet in een ruilverkaveling. De gevarieerde dijkbegroeiing ligt niet in VEN of IVON maar wel in vogelrichtlijngebied, namelijk richtlijngebied ‘Poldercomplex’ (BVR 20/09/1996). Het betrokken openbaar domein van wegen en waterlopen behoort niet tot een Vlaams natuurreservaat of een erkend natuurreservaat. Het betrokken openbaar domein van wegen en waterlopen behoort niet tot een Habitatrichtlijngebied. Er zijn binnen de voorgestelde afbakening geen voorlopig of definitief beschermde monumenten, landschappen, archeologische sites of zones, stads- of dorpsgezichten. Dossiernummer: 4.001/31006/101.1
Pagina 4 van 8
Beschermingsdossier: Krinkeldijk met dijkbegroeiing van opgaande populieren, knotbomen en struwelen – monument
De Krinkeldijk is in de Inventaris van het Landschappelijk Erfgoed (ILE) gelegen in een ankerplaats zonder te zijn vastgesteld: ankerplaats ‘Damse Vaart met omgevende polders, Fort van Beieren en kreken van Lapscheure’ (ID: 300500) De Krinkeldijk is geregistreerd in de Centrale Archeologische Inventaris (CAI): Krinkeldijk (ID: 70157) C.
BEHEERSVISIE
a.
Beheersdoelstellingen voor het beschermd onroerend goed
Het dijkprofiel van de Krinkeldijk dient ongewijzigd behouden te blijven. Afgravingen en ophogingen zijn niet toegelaten. De Vuile Vaart of Moerader en de aanwezige dijkgrachten dienen eveneens behouden te blijven. Het courante beheer van deze waterlopen (periodiek reiten, occasioneel ruimen) dient, zoals gebruikelijk, vanaf de lagergelegen percelen uitgevoerd te worden. Eventuele archeologische artefacten dienen maximaal in situ behouden te blijven. De Canadapopulieren dienen als opgaande bomen te worden beheerd, de knotbomen dienen periodiek geknot te worden. Voor de struwelen dient een bermbeheer aangehouden, waarbij een evenwicht wordt bewaard tussen houtige en grazige begroeiingen. Voor het bestand van de opgaande populieren kan een uitgesteld vervangprogramma worden gevolgd waarbij de bomen oud mogen worden. Het veteraanbomenbeheer dient daarbij te voorzien in aangepaste snoei- en controletechnieken met het oog op een verantwoorde boomveiligheid (onder meer naar gevoeligheid voor takbreuk en windworp). Na stormschade worden gehavende exemplaren onderworpen aan verzorgingssnoei. Op termijn kan ook besloten worden tot een kruinsnoei (kruinreductie) als de kruin te zwaar zou worden ten opzichte van de stam en er gevaar zou optreden voor omwaaien. Bij het bereiken van een uitvalspercentage van 45 tot 65 %, kan overgegaan worden tot een vervanging gespreid over drie segmenten (westelijk deel tot Bloedputstraat, middendeel tussen Bloedputstraat en Zaalkeetstraat en oostelijk deel vanaf Zaalkeetstraat). In voorkomend geval wordt geopteerd voor een vervanging met oude cultivars van Canadapopulier (Populus x canadensis ‘Marilandica’, ‘Serotina’, ‘Regenerata’ of ‘Blauwe van Exaarde’) en/of voor Zwarte populier (Populus nigra), volgens een vergelijkbare, onregelmatige plantpositie. Om eventuele problemen van aantastingen aan één variëteiten- of soortenkeuze te vermijden en ruimtelijk op te vangen, wordt deze keuze best gedifferentieerd volgens de onderscheiden segmenten. In de eerste jaren na heraanplant wordt voorzien in het inboeten van eventueel voortijdig afgestorven exemplaren. Er wordt nadien ook ingezet op begeleidings- en onderhoudssnoei. In geval van conditie- of vitaliteitsverlies van de opgaande Canadapopulieren en/of de knotbomen moet er een expertiseverslag worden opgesteld door een deskundige boomverzorger, en moeten de daarin vervatte maatregelen worden uitgevoerd. Deze werken mogen niet worden aangevat zonder een toelating van het agentschap Onroerend Erfgoed of, zoals vermeld in artikel 6.4.4, §1, eerste lid, van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, van de erkende onroerenderfgoedgemeente.
Dossiernummer: 4.001/31006/101.1
Pagina 5 van 8
Beschermingsdossier: Krinkeldijk met dijkbegroeiing van opgaande populieren, knotbomen en struwelen – monument
b.
Bijzondere voorschriften voor het beschermd onroerend goed
De zakelijkrechthouder en de gebruiker van het beschermde monument zijn verplicht de instandhouding en het onderhoud ervan te verzekeren door: 1° 2° 3° 4° c.
het goed als een goede huisvader te beheren en de nodige voorzorgsmaatregelen te nemen tegen schade ten gevolge van brand, blikseminslag, diefstal, vandalisme, wind of water; de toestand van het goed regelmatig te controleren; regulier onderhoud uit te oefenen; onmiddellijk passende consolidatie- en beveiligingsmaatregelen te nemen in geval van nood. Toelatingsplichtige handelingen voor het beschermd onroerend goed
De volgende handelingen aan beschermde goederen kunnen niet worden aangevat zonder toelating van het agentschap of, zoals vermeld in artikel 6.4.4, §1, eerste lid, van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, van de erkende onroerenderfgoedgemeente: 1° 2°
3° 4° 5° 6° 7° 8° 9° 10° 11°
12° 13° 14° 15°
het plaatsen, slopen, verbouwen of heropbouwen van een constructie; het plaatsen van opschriften, publiciteitsinrichtingen of uithangborden, met uitzondering van verkiezingspubliciteit en met uitzondering van tijdelijke publiciteitsinrichtingen, waarbij wordt bekendgemaakt dat het goed te koop of te huur is, op voorwaarde dat de totale maximale oppervlakte niet meer bedraagt dan 4 m², aan te brengen; het plaatsen of wijzigen van boven- en ondergrondse nutsvoorzieningen en leidingen; het plaatsen of wijzigen van afsluitingen, met uitzondering van gladde schrikdraad en prikkeldraad met houten, ontschorste smalle palen, ten behoeve van veekering; het aanleggen, structureel en fundamenteel wijzigen of verwijderen van wegen en paden; elke reliëfwijziging van de bodem, wijziging van het hydrografisch netwerk of werk dat impact kan hebben op het grondwaterpeil; het vellen of beschadigen van bomen en struiken, met uitzondering voor dode bomen, en elke handeling die een wijziging van de groeiplaats en groeivorm van de bomen en de struiken tot gevolg kan hebben; het aanleggen of wijzigen van verharding of het uitbreiden van bestaande verhardingen; het aanleggen van sport- en spelinfrastructuur of parkeerplaatsen; het organiseren van grote activiteiten, die het normaal gebruik van het beschermd onroerend erfgoed overstijgen; het scheuren van grasland of het omzetten van grasland in akkerland van historisch permanent grasland: een halfnatuurlijke vegetatie die bestaat uit grasland dat gekenmerkt wordt door het langdurig grondgebruik als graasweide, hooiland of wisselweide met cultuurhistorische waarde of met een soortenrijke vegetatie van kruiden en grassoorten waarbij het milieu meestal wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van sloten, greppels, poelen, uitgesproken microreliëf, bronnen of kwelzones; het gebruiken van chemische verdelgingsmiddelen, groeiremmers, groeistimulatoren, hormonale behandelingen, thermische onkruidverdelgers of andere verdelgingsmiddelen; het achterlaten van slib; het omzetten van akker- of grasland naar bos; het gebruik van bestrijdingsmiddelen op grasland en wegbermen, uitgezonderd voor de pleksgewijze bestrijding van distels en brandnetels.
Dossiernummer: 4.001/31006/101.1
Pagina 6 van 8
Beschermingsdossier: Krinkeldijk met dijkbegroeiing van opgaande populieren, knotbomen en struwelen – monument
Er is geen toelating vereist voor het onmiddellijk nemen van passende consolidatie- en beveiligingsmaatregelen in geval van nood, noch voor de uitvoering van regulier onderhoud. D.
BRONNEN
Cartografische bronnen Heraldische kaart van het Brugse Vrije door Pieter Pourbus, 1571, gekopieerd door Pieter Claeissens jr. 1601, facsimile-uitgave, Universitaire Pers, Leuven, 60. Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden voor Zijn Koninklijke Hoogheid de Hertog Karel Alexander van Lotharingen, Jozef Jean François de Ferraris, Koninklijke Bibliotheek van België, uitgegeven in 1770-1778, schaal 1:11.520 herleid naar 1:25.000. Gereduceerde Kadasterkaart van België, Dépôt de la Guerre, uitgegeven in 1845-1855, schaal 1:20.000. Atlas Cadastral parcellaire de la Belgique, Philippe-Christian Popp, uitgegeven in 18421879, schaal 1:5000. Topografische kaart van België, Philippe Vandermaelen, uitgegeven in 1846-1854, schaal 1:20.000. Topografische kaarten van België, Eerste editie, Krijgsdepot, uitgegeven in 1865-1880, schaal 1:20.000. Topografische kaarten van België, Tweede editie, Militair Cartografisch Instituut, uitgegeven in 1880-1884, schaal 1:20.000. Topografische kaarten van België, Derde editie, Militair Cartografisch Instituut, uitgegeven in 1889-1900, schaal 1:20.000. Topografische kaarten van België, Herziening derde editie, Militair Cartografisch Instituut, uitgegeven in 1900-1930, schaal 1:20.000. Kaart van België, Militair Cartografisch Instituut, uitgegeven in 1928-1950, schaal 1:20.000. Kaart van België, Militair Geografisch Instituut, uitgegeven in 1949-1970, schaal 1:25.000. Topografische basiskaart numerieke reeks, Nationaal Geografisch Instituut, uitgegeven in 2009, schaal 1:10.000. Literatuur BERGER L., 1901: Le choix des essences, Les Plantations routières, Bruxelles, Touring Club de Belgique, 23-72. DEVLIEGHER L., 1970: De Zwinstreek, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 4, Tielt, 163. HERBIGNAT A., 1949: Algemene beschouwingen over de populier, overdruk uit het Landbouwtijdschrift, 11. HILLEWAERT B., 1984: Archeologische inventaris Vlaanderen. Band II: Oostkerke-bijBrugge, Gent, 478-480. VAN DRIESSCHE T. (in prep.): Handleiding voor het beheer van historische dreven en wegbeplantingen, Agentschap Onroerend Erfgoed. WINTEIN W., Venster op de Krinkeldijk te Oostkerke, in Rond de poldertorens, 43-4, 152-160. TRACHET J., DE CLERCQ W., DOMBRECHT K., THOEN E., LELOUP W., DUMOLYN J. DELAFORTRIE S. en VAN MEIRVENNE M., 2015: Het tij gekeerd? Het Zwindebat in perspectief, in De Grote Rede, Vlaams Instituut voor de Zee, 42, 5-11. ZWAENEPOEL A. , 2006: Inventarisatie van traditionele bomenrijen als leidraad voor natuur- en landschapsbehoud en –herstel in West-Vlaanderen, West-Vlaamse Intercommunale in opdracht van de Provincie West-Vlaanderen, 210. ZWAENEPOEL A., 2009: Inventaris van traditionele bomen en struiken als leidraad voor natuur- en landschapsbehoud en –herstel in West-Vlaanderen, katern historische Dossiernummer: 4.001/31006/101.1
Pagina 7 van 8
Beschermingsdossier: Krinkeldijk met dijkbegroeiing van opgaande populieren, knotbomen en struwelen – monument
ecologie, Land in zicht, Koninklijke Vereniging voor Natuur- en Stedenschoon 78-1, 3240. Websites www.waarnemingen.be Natuurpunt vzw inventarisatielijst Krinkeldijk A. Zwaenepoel, 20/06/2014 www.sincfala.be beeldbank Museum Sincfala – Zwinstreek dia’s Krinkeldijk Michel Vanhalewyn (Br. Urbaan) AVMFODI00335 / AVMFODI00338, periode 1961-1980 Agentschap Onroerend Erfgoed 2015: Damse Vaart met omgevende polders, Fort van Beieren en kreken van Lapscheure. In Inventaris Onroerend Erfgoed. Opgehaald van https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/300500. Centrale Archeologische Inventaris, CAI ID: 70157, Krinkeldijk (geraadpleegd op 25 maart 2016). Beeldmateriaal Luchtfoto Vlaanderen, zomer 1979-1990 – kleur (Agiv) Luchtfoto Vlaanderen, zomer 2012 - kleur (Agiv) Luchtfoto Vlaanderen, winter 2014 - kleur (Agiv) Overige bronnen Arnout Zwaenepoel, bioloog, 3 februari 2015 Terreinbezoeken 21/05/2015 E.
FOTOBIJLAGE BIJ HET DOSSIER
De fotoregistratie van de fysieke toestand, gevoegd als bijlage bij het Ministerieel Besluit bevat alle relevante foto’s bij deze bescherming. F.
OMGEVINGSPLAN BIJ HET DOSSIER
Afzonderlijk document G.
KAARTEN
Dit dossier bevat geen kaarten
Koen Himpe, 25 maart 2016
Dossiernummer: 4.001/31006/101.1
Pagina 8 van 8