Beroepsopdracht 2 AA
Aannemen en afhandelen van het recept
Werkprocessen 1.1 neemt de zorgvraag aan en kanaliseert deze 1.2 voert medicatiebewaking uit 1.3 handelt recepten af Competenties D: aandacht en begrip tonen E: samenwerken en overleggen F: ethisch en integer handelen K: vakdeskundigheid toepassen V: met druk en tegenslag omgaan T: instructies en procedures volgen S: kwaliteit leveren
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
1
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
2
Inhoudsopgave Inleiding Beroepsopdracht ..................................................................................................... 4 Beroepsopdracht 2: Aannemen en afhandelen van het recept .............................................. 5 Resultaatoverzicht beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept ................. 6 Oriënteren ............................................................................................................................. 8 Korte uitleg taakopdrachten beroepsopdracht 2 ...................................................................10 Beoordelingscriteria taakopdracht 1 ..................................................................................11 Beoordelingscriteria taakopdracht 2 ..................................................................................12 Beoordelingscriteria taakopdracht 3 ..................................................................................13 Beoordelingscriteria taakopdracht 4 ..................................................................................14 Bijlage ...............................................................................................................................15 Inleiding leermenu 2: Aannemen en afhandelen van het recept ..........................................19 Resultatenoverzicht Leermenu 2 .........................................................................................21 Overzicht hoorcolleges, workshops onderwijsleergesprek en trainingen ..............................23 Thema 1: Pijn...................................................................................................................27 Thema 2: Oorpijn. ............................................................................................................31 Thema 3: Hoofdpijn..........................................................................................................34 Thema 4: Reuma .............................................................................................................38 Thema 5: Werk gerelateerde aandoeningen. ...................................................................40 Thema 6: Rugpijn. ...........................................................................................................43 Thema 7: Osteoporose. ...................................................................................................46 Thema 8: Buikpijn ............................................................................................................48 Thema 9: Zenuwpijn ........................................................................................................51 Thema 10 Afronding. ........................................................................................................53 Bijlage leermenu 2 ............................................................................................................54
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
3
Inleiding Beroepsopdracht
Tijdens je opleiding ga je elke periode werken met een andere beroepsopdracht. Hierin werk je aan echte taken waar je als apothekersassistent dagelijks mee te maken krijgt in de praktijk. Deze tweede beroepsopdracht gaat over het aannemen en afhandelen van het recept; je leert wat je moet vragen en vertellen aan de patiënt, hoe je wetgeving moet toepassen etc. Onderliggend aan die beroepsopdrachten zijn de leermenu’s en de FPZ opdrachten van AAP, waaraan je gaat werken op school. Ze zijn in feite onderliggend met theorie en leeropdrachten om je taken in de praktijk goed uit te kunnen voeren. Hieronder volgt een korte uitleg. Beroepsopdracht Elke beroepsopdracht omvat een aantal taakopdrachten. Deze taakopdrachten zijn in feite afgeronde werkzaamheden uit je eigen vakgebied. Ze laten je werken aan taken die je als apothekersassistent in de praktijk uitvoert. Na de oriëntatieopdracht volgt er een beschrijving van de taakopdrachten. Deze taakopdrachten ga je uitvoeren op school en in de praktijkinstelling, omdat je pas in periode 4 op stage gaat zullen de eerste 3 beroepsopdrachten op school uitgevoerd worden.. Er staat beschreven aan welke criteria deze taakopdrachten dienen te voldoen. Je mag aan de taakopdracht werken gedurende de 10 weken dat deze beroepsopdracht op school loopt en nog 10 weken erna in de praktijkinstelling. Kortom elke beroepsopdracht loopt 20 weken in totaal. In de beroepsopdracht kom je een resultatenoverzicht tegen. Hierop kun je de taakopdrachten laten aftekenen wanneer je ze hebt afgerond. Dit aftekenen gebeurt door je begeleider uit de praktijkinstelling en/of je begeleider op school. Wanneer alles op het resultatenoverzicht van beroepsopdracht 1 is afgetekend kan je deze opnemen in je portfolio.
Leermenu Bij elke beroepsopdracht hoort een leermenu. In dit leermenu staan leeropdrachten beschreven, deze zijn onderliggend aan je taakopdrachten. Het is belangrijk dat je ze goed hebt uitgewerkt zodat je de taakopdrachten in de praktijkinstelling beter kunt uitvoeren. Het gaat bij deze leeropdrachten vooral om de theoretische voorbereiding en verdieping zodat je straks beter je beroepsopdracht kunt afronden. Natuurlijk is het daarvoor ook belangrijk dat jij je literatuur goed gaat bijhouden en je leervragen voordat je de les in gaat helder hebt. In het leermenu staat daarom beschreven welke literatuur de docent gaat behandelen per week. FPZ Ook bij deze beroepsopdracht hoort een nieuw FPZ hoofdstuk van AAP. Aan het begin van de periode wordt dit hoofdstuk uitgedeeld. Gedurende 10 weken werk je tijdens de FPZ les aan de theorie en oefen je op school met het werken in het programma Pharmacom dat in de meeste apotheken wordt gebruikt om etiketten te printen en medicatiebewaking uit te voeren. Voor de theorie hebt je het leerboek Farmacotherapie in de apotheek nodig; neem dit iedere FPZ les mee. Ook oefen je in het FPZ praktijklokaal regelmatig aan de balie met het aannemen en afleveren van het recept, zodat je aan het eind van de tweede periode taakopdracht 1 kan laten beoordelen.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
4
Beroepsopdracht 2: Aannemen en afhandelen van het recept
Met deze beroepsopdracht ga je de komende periode in theorie en simulatie aan het werk op school. In het begin van je opleiding werk je aan beroepsopdrachten op school om meer kennis en ervaring op te doen. Zodat je later in de praktijk beter voorbereid bent om je werkzaamheden in de praktijk uit te voeren. Doel: Je gaat in deze beroepsopdracht leren het recept aan te nemen aan de balie. Om vervolgens aan de patiënt het juiste geneesmiddel af te leveren, met de bijbehorende gebruiksadviezen en informatie. Je reflecteert op je eigen handelden en beschrijft waar de leervragen voor de toekomst op gericht zijn Je beheerst de basiskennis van pijnmedicatie wat betreft: werking van het geneesmiddel, toedieningsvormen, bijwerkingen, mogelijke contra indicaties, interacties met andere geneesmiddelen Je beheerst de behandelde Wet en regelgeving Je beheerst de theorie uit hoofdstuk 2 van AAP en de theorie uit leermenu 2 Je voert opdrachten uit tijdens Omgangskunde en toont voldoende inzet
De beroepsopdracht bestaat uit de volgende taakopdrachten: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
aannemen en afhandelen van het recept in simulatie reflectie op het aannemen en afhandelen van het recept verslag over pijnmedicatie wet en regelgeving theorie AAP / FPZ hoofdstuk 2 en leermenu 2 omgangskunde
SBU 160 uur
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
5
Resultaatoverzicht beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept Naam: Naam: Groep: Datum afgerond: onderdeel WP 1.1 1.2 1.3 School
WP 1.2 1.2 School WP 1.1 1.2 Ned schrijven School
WP 1.3 1.4 School
School
School
Taakopdracht 1 Aannemen, invoeren, bij pakken en afhandelen van het recept van de zorgvrager aan de balie (zie beoordelingscriteria blz. 8) in simulatie op school Taakopdracht 2 Reflectie op het aannemen en afhandelen van het recept in simulatie op school Taakopdracht 3 Een verslag over minimaal 10 verschillende soorten pijnmedicaties Denk hierbij aan: - Werking van het geneesmiddel - Toedieningsvormen - Bijwerkingen - Mogelijke contra indicaties - Interacties met andere geneesmiddelen Taakopdracht 4 Wet en regelgeving Taakopdracht 5 AAP / FPZ hoofdstuk 2 en leermenu 2 Taakopdracht 6 Omgangskunde, inzet tijdens les en TSV opdracht
O/ V/ G omcirkel
Handtekening Vakdocent
O/V/G
Studieloopbaanbegeleider O/V/G
Vakdocent O/V/G
O/V/G
Vakdocent
O/V/G
Vakdocent
Docent omgangskunde O/V/G
Toelichting op resultaat
Dit resultatenoverzicht wordt opgenomen in het portfolio. Alle onderdelen dienen minimaal voldoende te scoren voor een voldoende. Wanneer 3 onderdelen of meer een goed en de andere onderdelen voldoende dan goed.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
6
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
7
Oriënteren
Wat weet ik van de beroepsopdracht? Vul daarom onderstaande lijst in om een idee te krijgen wat allemaal met deze beroepsopdracht te maken heeft. Wat voor keuzes kan ik maken? Welke competenties ga ik laten zien bij deze beroepsopdracht? Kijk nog eens op het voorblad van deze beroepsopdracht om te zien welke competenties van belang zijn bij het werken aan deze beroepsopdracht. Welke zijn zinvol om te doen en op te nemen in je POP? Welk gedrag hoor ik te laten zien bij het uitvoeren van de beroepsopdracht? (neem hiervoor de beoordelingscriteria nog eens door) Welke resultaten moet ik aantonen om de beroepsopdracht af te sluiten? Wat voor werkafspraken moet ik met mijn begeleiders maken? Wanneer leg ik mijn planning (PAP) aan de begeleiders voor en wanneer plannen we het gesprek? Wat verwacht ik van de begeleiders bij deze beroepsopdracht? Welke samenwerkingsafspraken maak ik? Wat wil ik zelf nog doen (of terug laten komen in deze beroepsopdracht) om de examens later goed af te ronden?
Bepalen van de beginsituatie (oriëntatie) Kan ik
Moet ik meer over leren
Ik heb kennis van het Apothekers informatiesysteem Ik weet welke vragen ik moet stellen bij het aannemen van een recept Ik weet hoe ik een patiënt te woord moet staan aan de balie Ik weet hoe ik een dosiscontrole moet uitvoeren Ik kan de juiste hoeveelheid afleveren aan de patiënt Ik kan een etiket maken voor de patiënt met het juiste gebruiksadvies Ik kan de juiste schriftelijke informatie meegeven aan de patiënt Ik kan de juiste mondelinge informatie geven aan de patiënt bij het afleveren van het recept Ik heb kennis van pijnmedicatie, de werking en mogelijke bijwerkingen Ik weet welke stappen ik moet ondernemen om meer kennis te krijgen van de ziektebeelden en geneesmiddelenkennis Ik weet wat een PAP en POP is en hoe ik het moet opstellen Ik weet dat ik de resultaten moet opnemen in mijn portfolio Aan de hand van je oriëntatie ga je het PAP invullen. Dit leg je voor aan de docent, zodat je gericht aan de opdracht kan gaan werken op school.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
8
PAP (leerplan) van: Periode: Wat?
Hoe?
Waar?
Met wie?
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
Bewijslast?
Wanneer?
9
Korte uitleg taakopdrachten beroepsopdracht 2
Taakopdracht 1 aannemen en afhandelen van het recept Hierin ga je oefenen met het aannemen, invoeren, bijpakken en afleveren van recepten/ geneesmiddelen. Natuurlijk vergeet je niet om de patiënt gebruiksadviezen te geven en zo nodig bijbehorende informatie. Je rond deze taakopdracht af in een simulatie op school.
Taakopdracht 2 reflectieverslag op het aannemen en afhandelen van het recept Wanneer je taakopdracht 1 hebt afgerond, ga je reflecteren op je eigen handelen. Het gaat erom dat je leert terug te kijken op je eigen handelen en gericht gaat kijken wat je hieruit kunt leren. In de bijlage op blz.15 kun je precies lezen wat er in het verslag beschreven hoort te worden.
Taakopdracht 3 verslag over pijnmedicatie Kennis hebben over geneesmiddelen is belangrijk als apothekersassistent om de juiste informatie en adviezen te geven. In deze opdracht ga je werken aan je kennis over pijn medicatie. Hierover ga je een verslag maken. Lees goed bij de beoordelingscriteria wat je allemaal over de geneesmiddelen gaat uitwerken.
Taakopdracht 4 Opiumwet / Geneesmiddelenwet In de apotheek heb je ook kennis nodig van de Wet om goed te kunnen functioneren en kwaliteit te leveren. In deze taakopdracht ga je de volgende Wetten bestuderen en een samenvatting van maken. - Opiumwet - Geneesmiddelenwet Maak gebruik van je leerboeken ‘Praktijkorganisatie voor apothekersassistenten’, ‘Inleiding in de gezondheidszorg’ en de website www.AAinfo.nl Bespreek de samenvatting kort na met de vakdocent.
Taakopdracht 5 theorie AAP hoofdstuk 2 Je gaat werken met AAP / FPZ hoofdstuk 2 en leermenu 2. Onderwerpen die in dit hoofdstuk o.a. aan bod komen zijn: - Pijn, oorpijn, hoofdpijn, rugpijn - Pijnstillers, anesthetica - Reuma, jicht - Werkgerelateerde aandoeningen aan het bewegingsapparaat - Osteoporose - Fracturen
Taakopdracht 6 Omgangskunde Je volgt de lessen omgangskunde, voert opdrachten uit en toont hierbij voldoende inzet. Bekijk voor iedere taakopdracht de beoordelingscriteria op de volgende pagina’s, zodat je weet waarop je beoordeeld wordt.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
10
Taakopdracht 1: Aannemen en afhandelen van het recept School Praktijkinst.
V
O
A
Beoordelingscriteria taakopdracht 1
Werkproces 1.1 neemt de zorgvraag aan en kanaliseert deze Werkproces 1.2 voert medicatiebewaking uit Werkproces 1.3 handelt recepten af D aandacht en begrip tonen K vakdeskundigheid toepassen E samenwerken en overleggen S kwaliteit leveren F ethisch en integer handelen T instructie en procedures volgen S Toont bij het aannemen van het recept het volgende gedrag:
S S
-
begroet de patiënt
-
kijkt patiënt aan
-
staat patiënt vriendelijk te woord
-
spreekt op gepaste toonhoogte in verstaanbaar Nederlands
-
controleert of het de juiste patiënt is
-
stelt beleefde vragen
-
stelt noodzakelijke vragen
-
toont interesse voor de vraag van de patiënt
-
luistert actief naar de patiënt
Controleert of aanvraag recept voldoet aan wettelijke eisen en neemt bij onduidelijkheden of onjuistheden contact op met voorschrijver Voert medicatiebewaking correct uit door: -
het te verstrekken geneesmiddel elektronisch of visueel te controleren
-
correcte dosiscontrole
-
medicatie volgens norm aan te passen in overleg
-
juiste invulling van interactiefolder
S
Het afhandelen van het recept voldoet aan voorgeschreven procedures en relevante wettelijke richtlijnen en veiligheidsvoorschriften
S
Verzorgt etikettering correct door juiste vermelding op etiket zoals:
S S
-
juiste patiënt
-
juiste geneesmiddel
-
juiste hoeveelheid
-
juiste gebruik niet om in te nemen, omschudden, gele sticker, heel doorslikken, koel bewaren, dun insmeren Verzorgt aflevering van het recept op een correcte wijze door: -
te controleren of het om juiste patiënt gaat
-
controleren of juiste geneesmiddel wordt afgeleverd
-
juiste schriftelijke informatie wordt toegevoegd
-
juiste informatie te geven
-
bij EU informatie over werking geneesmiddel, gebruik en bijwerkingen
-
geeft antwoord op vragen van patiënt
-
brengt structuur aan in gesprek
-
info over afleverhoeveelheid indien relevant
-
na te gaan of patiënt tevreden is
Gekleurde criteria moeten voldoende zijn voor een voldoende score en daarnaast minimaal 8 witte criteria voor een voldoende. Wanneer je 6 of meer aandachtspunten hebt gescoord in de witte criteria is deze taakopdracht. Onvoldoende. Wanneer alle gekleurde criteria voldoende en 10 of meer witte criteria voldoende gescoord dan een goed.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
11
Taakopdracht 2: Reflectieverslag School Praktijkinst.
V
O
A
Beoordelingscriteria taakopdracht 2
Werkproces 1.2 voert medicatiebewaking uit Werkproces 1.3 handelt recepten af K vakdeskundigheid toepassen S
Beschrijft in het reflectieverslag de simulatie die je hebt gedaan met het aannemen en afhandelen van het recept
S
Taak Je beschrijft wat je taken waren in het afhandelen van het recept Activiteiten Beschrijf welke activiteiten je hebt uitgevoerd Resultaat Je beschrijft wat het uiteindelijke resultaat was Reflectie Je reflecteert op het eigen handelen:
S S S
S
-
welk gedrag was effectief?
-
welk gedrag was ineffectief?
-
op welke andere manieren kun je deze situatie uitvoeren?
-
hoe wil ze het in de toekomst aanpakken?
-
welke competenties wil je versterken?
- wat wil je hiervoor leren? Toepassing: -
je beschrijft wat je hebt geleerd
-
je beschrijft welke competenties je gaat laten zien
-
je beschrijft hoe je het geleerde kan toepassen in andere werksituaties
Gekleurde criteria moeten voldoende zijn voor een voldoende score en daarnaast minimaal 6 witte criteria voor een voldoende. Wanneer je 3 of meer aandachtspunten hebt gescoord in de witte criteria is deze taakopdracht onvoldoende. Wanneer alle gekleurde criteria voldoende en 8 of meer witte criteria voldoende gescoord dan een goed.
Verslag opnemen in portfolio!
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
12
Taakopdracht 3: Verslag pijnmedicatie School Praktijkinst.
V
O
A
Beoordelingscriteria taakopdracht 3
Werkproces 1.1 neemt de zorgvraag aan en kanaliseert deze Werkproces 1.2 voert medicatiebewaking uit K vakdeskundigheid toepassen S
Het verslag bevat minimaal 4 pagina’s en maximaal 6 pagina’s
S
Is getikt in lettertype Arial, lettergrootte 10 met lay out indeling op onderwerpen en paginanummering
S
Het verslag is:
S
-
concreet
-
leesbaar
-
logische tekststructuur
- begrijpelijk In het verslag komen 10 verschillende pijnmedicaties aan bod aan bod met daarin: -
de werking van het medicijn
-
de toedieningsvormen
-
de bijwerking van het medicijn
-
mogelijke contra indicaties voor het medicijn
-
de interactie met andere medicatie
Gekleurde criteria moeten voldoende zijn voor een voldoende score en daarnaast minimaal 6 witte criteria voor een voldoende. Wanneer je 3 of meer aandachtspunten hebt gescoord in de witte criteria is deze taakopdracht onvoldoende. Wanneer alle gekleurde criteria voldoende en 7 of meer witte criteria voldoende gescoord dan een goed. Verslag opnemen in portfolio!
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
13
Taakopdracht 4: Samenvatting Opiumwet en Geneesmiddelenwet School Praktijkinst.
V
O
A
Beoordelingscriteria taakopdracht 4
Werkproces 1.3 Handelt recepten af 3.4 Voert administratieve taken uit J Formuleren en rapporteren T instructies en procedures opvolgen S De samenvatting heeft een titelblad met: - titel - naam, groep, opleiding - datum S
De samenvatting is geschreven in correct Nederlands
S
De samenvatting is geschreven in Arial 10 en bevat minimaal 1½ pagina en maximaal 2 pagina’s De inhoud van de samenvatting bevat hoofdzaken uit de:
S
- Geneesmiddelenwet - Opiumwet Er zijn meerdere bronnen geraadpleegd en verwerkt in de samenvatting. S
De samenvatting is logisch en overzichtelijk ingedeeld
Gekleurde criteria moeten voldoende zijn voor een voldoende. Wanneer je 1 of meer aandachtspunten hebt gescoord is deze taakopdracht onvoldoende. Nadat deze samenvatting beoordeeld is, bewaar je deze in een aparte mapje met Wet en regelgeving. Er volgen later nog meer opdrachten omtrent Wetgeving.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
14
Bijlage Reflectie Na afronding van de deze beroepsopdracht maak je een reflectieverslag over het aannemen en afhandelen van het recept. Criteria: Het reflectieverslag beslaat minimaal 1 en maximaal 1½ A4. Maak gebruik van de STARRT methode Goed Nederlands. Het verslag is getypt in lettergrootte 11. Stappenplan Situatie - Beschrijf de situatie. Wat is er gebeurd? - Wie waren de betrokkenen? - Waar speelde het zich af? - Waarover ging het precies? - Wat was de aanleiding? Taak - Wat was jouw taak in de situatie? - Wat was jouw rol? Wat was jouw functie? - Wat moest je doen? - Wat werd er van je verwacht? - Wat was je doel? Wat waren je doelen? - Wat was je voornemen? Had je een plan? Actie - Wat heb je werkelijk gedaan? - Hoe heb je het aangepakt? - Welke afwegingen hebben daarin op dat moment een rol gespeeld? - Wat dacht je? Wat voelde je? Wat zag je voor je? - Wat was precies jouw aandeel of inbreng? Resultaat - Wat was het gevolg van jouw actie bij jezelf en wat was het gevolg bij anderen betrokkenen? - Wat was het gevolg op de sfeer? - Wat was de invloed op het proces? Konden jullie nog goed verder werken? - Wat de invloed van jouw aandeel (van je actie) op het resultaat dat je wilde bereiken? Reflectie - Was het resultaat van jouw actie dat wat je ermee wilde bereiken? - Heb je er iets van geleerd? Transfer - Zou deze situatie zich nogmaals kunnen voordoen? - Zou je dan iets anders willen doen dan je deze keer hebt gedaan? (Wat dan, hoe, waarom?) Of juist hetzelfde doen (wat dan, hoe, waarom?) - Zijn er situaties denkbaar waarin je wat je gedaan hebt weer zou kunnen toepassen of juist niet weer zou willen doen? - Wat neem je jezelf voor voor de volgende keer.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
15
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
16
Leermenu 2
Aannemen en afhandelen van het recept
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
17
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
18
Inleiding leermenu 2: Aannemen en afhandelen van het recept
In dit leermenu, dat hoort bij beroepsopdracht 2 ‘Het aannemen en afhandelen van het recept, gaan we ook oefenen met het in gesprek gaan met de patiënt. Het werk van een apothekersassistent bestaat voor een groot deel uit het te woord staan van patiënten. Maar dit is niet zomaar te woord staan, want daarbinnen krijg je te maken met een grote verscheidenheid aan zorgvragen. Daarnaast zijn die patiënten heel verschillend in leeftijd, leefstijl, mondigheid en cultuur. Dat vraagt dus heel wat van een apothekersassistent. Want naast kennis van zaken hebben om de zorgvraag helder te krijgen, heb je te maken met een diversiteit aan patiënten die allemaal om een andere benadering vragen. In dit leermenu gaat het over hoe je een gesprek voert met de patiënt in al zijn diversiteit in verschillende situaties en we gaan beginnen met het oefenen in het aannemen en afhandelen van een recept en starten met eenvoudige zelfzorg aan de balie. Naast dit leermenu werken we aan FPZ hoofdstuk 2 van AAP. Dit gaat over pijnmedicatie en in dit leermenu zullen we dan ook een aantal verschillende soorten ‘pijnen’ behandelen. Zo komen de volgende onderwerpen aan de orde: - Pijn in het algemeen - Oorpijn - Hoofdpijn - Reuma - RSI - Osteoporose en fracturen - Buikpijn - Zenuwpijn Net als in het eerste leermenu werken we tien weken aan verschillende opdrachten voor AA, geneesmiddelenkennis en ziektekunde. En net als de vorige keer zijn ook nu alle leeropdrachten verplicht. Op de leervloer werk je aan de opdrachten. Als alle opdrachten klaar zijn kun je de stof gaan leren of verder verdiepen. Daarnaast mag je op de leervloer ook aan opdrachten voor de andere vakken of je beroepsopdracht werken als je alle leeropdrachten voor die week al klaar hebt en hebt laten aftekenen. In de bijlage vind je alle criteria waaraan de opdrachten moeten voldoen. Veel plezier en succes met leermenu 2.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
19
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
20
Resultatenoverzicht Leermenu 2 Naam: Groep: Datum afgerond: Praktijkinst. en/ of School
Onderdeel
Handtekening
School
Leeropdracht 1: Pijn
Vakdocent
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 School
Leeropdracht 2: Oorpijn
Vakdocent
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 School
Leeropdracht 3: Hoofdpijn
Vakdocent
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 School
Leeropdracht 4: Reuma
Vakdocent
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 School
Leeropdracht 5: Werk gerelateerde aandoeningen
Vakdocent
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 School
Leeropdracht 6: Rugpijn
Vakdocent
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 School
Leeropdracht 7: Osteoporose
Vakdocent
7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8 School
Leeropdracht 8: Buikpijn
Vakdocent
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 8.8 School
Leeropdracht 9: Zenuwpijn
Vakdocent
9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6 9.7 School
Leeropdracht 10: Afronding
Vakdocent
Toelichting op resultaat
Neem dit resultaten overzicht op in je portfolio
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
21
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
22
Overzicht hoorcolleges, workshops onderwijsleergesprek en trainingen Week
Onderwerpen ziektekunde
werkvorm
Week 1
Pijn Maak gebruik van internet
Hoorcollege, consult, deelopdracht 1.1
Week 2
Oorpijn Boek Anatomie & fysiologie Hfst 8 paragraaf 8.1.4
Vragen bespreken, deelopdracht 2.1
Week 3
Hoofdpijn NHG standaarden op internet www.apotheek.nl
Hoorcollege. deelopdracht 3.1
Week 4
Reuma Boek Anatomie &fysiologie Hfst 2 Boek Inleiding Medische kennis Hfst 13, Hfst 16, Hfst 3 www.apotheek.nl
Hoorcollege, deelopdracht 4.1
Week 5
Werk gerelateerde aandoeningen van het bewegingsapparaat Inleiding Medische kennis Hfst 13
Hoorcollege, deelopdracht 5.1
Week 6
Rugpijn NHG standaarden op internet Inleiding Medische kennis Hfst 13
Hoorcollege, deelopdracht 6.1
Week 7
Osteoporose en fracturen Inleiding Medische kennis Hfst 16 NHG standaarden op internet www.apotheek.nl
Vragen beantwoorden, deelopdracht 7.1
Week 8
Buikpijn-kolieken NHG standaarden op internet
Minilessen door deelnemers, deelopdr.8.1
Week 9
Zenuwpijn NHG standaarden
Hoorcollege, deelopdracht 9.1
Week 10
Afronding
Oefentoets
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
23
Week
Onderwerpen Geneesmiddelenkennis onderwerpen zullen in willekeurige volgorde behandeld worden, afhankelijk van de lessen in AAP
Werkvorm
Week 1
Inleiding pijnmedicatie I Boek Farmacotherapie in de Apotheek Hfst 1 www.aainfo.nl
Hoorcollege, deelopdracht 1.2
Week 2
Inleiding pijnmedicatie II Boek Farmacotherapie in de Apotheek Hfst 1 www.aainfo.nl
Hoorcollege, deelopdracht 2.2
Week 3
Migrainemedicatie Boek Farmacotherapie in de Apotheek Hfst 18 www.aainfo.nl
Hoorcollege, deelopdracht 3.2
Week 4
Antireumatica Boek Farmacotherapie in de Apotheek Hfst 2 www.aainfo.nl
Hoorcollege, deelopdracht 4.2
Week 5
NSAID's Boek Farmacotherapie in de Apotheek Hfst 1,2 www.aainfo.nl
Hoorcollege, deelopdracht 5.2
Week 6
Opioïden Boek Farmacotherapie in de Apotheek Hfst 1 www.aainfo.nl
Hoorcollege, deelopdracht 6.2
Week 7
Bijwerkingen pijnmedicatie Boek Farmacotherapie in de Apotheek Hfst 4,6 www.aainfo.nl
Hoorcollege, deelopdracht 7.2
Week 8
Anesthetica en behandeling op pijn poli Boek Farmacotherapie in de Apotheek Hfst 1 www.aainfo.nl
Hoorcollege, deelopdracht 8.2
Week 9
Samenvatting en herhaling pijnmedicatie Boek Farmacotherapie in de Apotheek Hfst 1,2,4,6,18 www.aainfo.nl
Hoorcollege, deelopdracht 9.2
Week 10
Afronding AG Context
Oefentoets
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
24
Week
Casuïstiek
Voor Balie en zelfzorg
Week 1
Pijn NHG standaarden op internet www.apotheek.nl Boek Standaarden voor zelfzorg Oorpijn NHG standaarden op internet www.apotheek.nl Boek Standaarden voor zelfzorg Hoofdpijn NHG standaarden op internet www.apotheek.nl Boek Standaarden voor zelfzorg Reuma NHG standaarden op internet www.apotheek.nl Boek Standaarden voor zelfzorg Werk gerelateerde aandoeningen van het bewegingsapparaat NHG standaarden op internet www.apotheek.nl Boek Standaarden voor zelfzorg Rugpijn NHG standaarden op internet www.apotheek.nl Boek Standaarden voor zelfzorg Osteoporose en fracturen NHG standaarden op internet www.apotheek.nl Boek Standaarden voor zelfzorg Buikpijn-kolieken NHG standaarden op internet www.apotheek.nl Boek Standaarden voor zelfzorg Zenuwpijn NHG standaarden op internet www.apotheek.nl Boek Standaarden voor zelfzorg Afronding
deelopdracht 1.3
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Week 9
Week 10
deelopdracht 2.3
deelopdracht 3.3
deelopdracht 4.3
deelopdracht 5.3
deelopdracht 6.3
deelopdracht 7.3
deelopdracht 8.3
deelopdracht 9.3
Afronden naslagboekjes, oefenen casuïstiek
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
25
Week
Onderwerpen AA
Week 1
Leeropdracht 1 Pijn Boek Farmacotherapie in de apotheek Boek Standaarden voor zelfzorg www.apotheek.nl Diverse internet sites
Leeropdracht 1.4 t/m 1.8
Week 2
Leeropdracht 2 Oorpijn Boek Standaarden voor zelfzorg www.apotheek.nl NHG folders brieven op internet
Leeropdracht 2.4 t/m 2.7
Week 3
Leeropdracht 3 Hoofdpijn Boek Standaarden voor zelfzorg www.apotheek.nl NHG folders brieven op internet Internetsite uit opdracht 3.6
Leeropdracht 3.4 t/m 3.8
Week 4
Leeropdracht 4 Reuma Boek Anatomie & fysiologie, Hfst 2 Boek Farmacotherapie in de apotheek, Hfst 2 Diverse internetsite uit de opdracht Boek Standaarden voor zelfzorg www.apotheek.nl
Leeropdracht 4.4 t/m 4.9
Week 5
Leeropdracht 5 Werk gerelateerde aandoeningen Diverse internetsites NHG folders en brieven Boek Standaarden voor zelfzorg www.apotheek.nl
Leeropdracht 5.4 t/m 5.9
Week 6
Leeropdracht 6 Rugpijn Boek Standaarden voor zelfzorg www.apotheek,nl NHG folders en brieven
Leeropdracht 6.4 t/m 6.7
Week 7
Leeropdracht 7 Osteoporose interview patiënt Diverse internetsites Boek Farmacotherapie in de apotheek Boek Standaarden voor zelfzorg www.apotheek.nl
Leeropdracht 7.4 t/m 7.8
Week 8
Leeropdracht 8 Buikpijn Boek Farmacotherapie in de apotheek Boek Standaarden voor zelfzorg www.apotheek.nl Diverse internetsites
Leeropdracht 8.4 t/m 8.8
Week 9
Leeropdracht 9 Zenuwpijn Boek Farmacotherapie in de apotheek NHG ziektebeelden Boek Standaarden voor zelfzorg www.apotheek.nl
Week 10
Afronding
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
26
Thema 1: Pijn Het thema van dit leermenu is pijn. In de loop van een aantal weken gaan we pijn in verschillende delen van het lichaam nader bestuderen. Voordat we dit kunnen doen moeten we eerst iets meer over pijn in het algemeen weten en daar gaan we ons in deze opdracht mee bezig houden. Leeropdracht 1.1: Ziektekunde. Hieronder staat een lastig stukje theorie over pijn. Lees dit stuk, zoek de moeilijke woorden op en maak een samenvatting. De docent zal het met jullie bespreken en er verdere uitleg op geven. Pijn. Pijn komt veel voor en het is het meest voorkomende symptoom waarvoor de huisarts geraadpleegd wordt. Het begrijpen van pijn behoort daarom tot de basiskennis. Pijn is moeilijk te meten en laat zich niet makkelijk omschrijven. Dit komt omdat iedereen pijn op een andere manier ervaart (pijn is subjectief). Pijn kan lang niet altijd verklaard worden, maar we gaan er in het algemeen van uit dat pijn dient als waarschuwing dat weefselbeschadiging dreigt of reeds is opgetreden. Pijn dwingt dan ook tot rust. Pijn kan door diverse prikkels veroorzaakt worden en voor iedere soort prikkel bestaat er een pijndrempel. Een pijndrempel is de grenswaarde in intensiteit van de prikkel waarboven pijn optreedt. Deze pijndrempels zijn voor iedereen gelijk. Zo blijkt bijvoorbeeld de drempel voor warmteprikkels aan de huid 45°C te zijn. Dit geldt voor de gezonde huid. Niet-gezonde omstandigheden kunnen de drempelwaarden veranderen: zo heeft een verbrande huid een veel lagere pijndrempel. Een verhoogde gevoeligheid voor pijnprikkels heet 'hyperalgesie'. Hyperalgesie wordt veroorzaakt door vrijkomende stoffen uit de beschadiging en uit weefselreacties op die beschadiging. Behalve de pijndrempel kennen we ook de pijntolerantiedrempel. Hiermee wordt bedoeld de grenswaarde in intensiteit van de prikkel waarboven de pijn niet meer wordt verdragen. De pijntolerantiedrempel ligt voor iedereen anders. Hij is afhankelijk van de sterkte van de pijnbeleving die heel wisselend kan zijn. De pijnbeleving wordt door diverse factoren beïnvloed, zoals onder andere eerder ervaringen met pijn, psychologische, sociale en culturele factoren. In principe is de definitie van pijn eenvoudig: iemand heeft pijn als hij zegt dat hij pijn heeft. Ondanks dat pijn een subjectief gegeven is kun je als buitenstaander soms ook zien dat er inderdaad sprake is van pijn. Met de kennis van een ziekteproces kun je soms verwachten dat er sprake zal zijn van pijn (bijvoorbeeld bij een fractuur (=botbreuk), grote wond, na operatie, etc). Soms is pijn af te leiden aan de mimiek of zal de patiënt bleek zien, transpireren, slecht slapen, heel stil zitten of juist bewegingsdrang hebben, etc. De pijngewaarwording (nociceptie) ontstaat in het lichaam door pijnprikkels of nocisensorische prikkels (noci is afgeleid van noxe = weefselbeschadiging). De sensoren die worden geprikkeld worden nocisensoren genoemd. Dit zijn geen speciale orgaantjes maar gewone afferente vertakte zenuwvezels (dendrieten) (uiteinden van de gevoelszenuwen) die verspreid in de weefsels liggen. Beschadiging van weefsels leidt tot het vrijkomen van chemische stoffen uit de cellen: serotonine, acetylcholine, histamine, bradykinine, melkzuur en prostaglandinen. Deze stoffen prikkelen de nocisensoren.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
27
Niet alle weefsels zijn even gevoelig voor pijn. In de huid, het beenvlies, de skeletspieren, gewrichten en het merg van tanden en kiezen is de dichtheid van pijnreceptoren het grootst. Dit geldt ook voor de hersenvliezen, het borstvlies, het hartzakje en het buikvlies. In de diepere weefsels is de dichtheid van pijnreceptoren veel minder. Pijnprikkels worden opgevangen en verwerkt door het zenuwstelsel. Daarbij zijn bepaalde zenuwvezels, zenuwbanen en hersendelen betrokken. Pijnprikkels worden voortgeleid door twee verschillende soorten zenuwvezels. De heftig stekende pijn wordt voortgeleid door zeer dunne A-δ-vezels (δ = delta = de Griekse letter D), die een geleidingssnelheid hebben van 6-25 meter/seconde. Bij prikkeling van deze vezels treedt snel adaptatie op. A-δ-vezels zijn bij reflexen belangrijk, ze blijken vooral gevoelig voor mechanische en thermische prikkels. In die gevallen is immers snelle motorische reflexreactie nodig. (Bijvoorbeeld terugtrekken van je hand als je hem verbrandt.) De branderige of zeurende pijn is het gevolg van prikkeling van de iets dikkere C-vezels, die een geleidingssnelheid van 0,5-2 meter/seconde hebben. Hier treedt geen adaptatie op. Aanhoudende prikkeling geeft dus een constante impulsstroom met als gevolg een aanhoudende zeurende pijn. Vanuit het beschadigde weefsel wordt de pijnprikkel via de A-δ-vezels en de C-vezels naar de achterzijde van het ruggenmerg getransporteerd. Via verschillende opstijgende banen bereiken de prikkels uiteindelijk de grote hersenen, waar bewustwording van de pijn plaatsvindt. Op weg naar de grote hersenen worden de prikkels nog beïnvloed vanuit andere hersendelen. Zo worden bijvoorbeeld emoties toegevoegd, maar ook neurotransmitters beïnvloeden de pijn. Zo spelen endorfinen een belangrijke rol. Endorfinen zijn door het lichaam zelf gemaakte eiwitten met een morfineachtige werking. Het lichaam kan dus zelf ook pijnbestrijding ingang zetten. Soms is het niet duidelijk waarom iemand pijn heeft. Vaak wordt deze pijn dan toegeschreven aan psychische oorzaken. Belangrijk om te bedenken is dat iedere pijn altijd een psychische kant heeft, zoals de bewustwording ervan en de emoties die ermee gepaard gaan. Hoe belangrijk en nuttig pijn ook is als waarschuwend symptoom, vaak is het nodig pijn te bestrijden. Dit geldt vooral wanneer pijn moeilijk te verdragen is of van een signaal overgaat in een kwaal. Het allerbeste is natuurlijk de pijn te bestrijden door de oorzaak ervan op te sporen en te behandelen, maar dat is helaas niet altijd mogelijk. Daarom wordt nog al eens overgegaan tot pijnbestrijding.
Moeilijke woorden: Subjectief Pijndrempel Hyperalgesie Pijntolerantiedrempel Pijnbeleving Fractuur Nocisensorische prikkels Nocisensoren A-δ-vezels C-vezels Adaptatie Reflexen Mechanische prikkels Thermische prikkels Endorfinen
Leeropdracht 1.2: Geneesmiddelenkennis. Neem je boek mee naar het college. Tijdens het hoorcollege geneesmiddelenkennis wordt een inleiding gegeven op pijnmedicatie.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
28
Leeropdracht 1.3: Casuïstiek. Tijdens de les oefenen jullie aan de balie bij het afhandelen van recepten en het geven van zelfzorgadviezen. Voordat je de casussen gaat uitspelen ga je informatie opzoeken. Maak gebruik van de NHG standaard of zoek de informatie op in de Zelfzorgstandaard boeken.
Dhr. de Vreede komt de apotheek in lopen. Hij heeft pijn in zijn hoofd. Hij wil hier graag iets voor. Mw. Lucas komt voor haar vader. Hij heeft kanker en is erg ziek. Eigenlijk heeft hij de hele dag pijn. Maak een opiumrecept met een pijnstiller voor haar vader dat aan de wettelijke eisen voldoet. Maaike krijgt een prikje in haar hand. Om geen pijn te voelen krijgt ze een crème ter verdoving voorgeschreven. Welke crème is dat en hoe moet deze gebruikt worden.
Leeropdracht 1.4: Iedereen heeft wel eens pijn en iedereen weet daarom ook wat pijn is. Toch is pijn een lastig onderwerp. Lees voor dat je onderstaande vragen beantwoord; Hoofdstuk 1 uit het boek Farmacotherapie in de apotheek. - Wat is pijn? En wat is de functie van pijn? - Hoe ontstaat pijn? - Je hebt stekende, brandende, zeurende pijn. Maar wat is het verschil hier tussen? - Men spreekt van acute en chronische pijn, maar wat is hier het verschil? - Niet iedereen ervaart pijn op dezelfde manier. Hoe komt dat? Wat veroorzaakt deze verschillen? - Kun je pijn meten? En als dat kan, hoe doe je dat dan? - Wat zijn de gevolgen voor het dagelijks leven voor iemand met pijn? - Hoe kun je pijn behandelen? En zijn er naast medicatie nog andere opties? - Wat is reffered pain of weerpijn? - Als assistente in de apotheek krijg je te maken met patiënten met pijn. Sommige komen met een recept van de dokter, andere komen aan de balie en willen van jou advies over welke pijnstiller ze het best kunnen gebruiken. Welke kennis heb je nodig om deze patiënten te helpen? - Etc.
Leeropdracht 1.5: Hoe ga je zelf met pijn om en hoe beleef jij pijn? Beschrijf aan de hand van een eigen situatie waarin jij pijn had, hoe jij dat beleefd hebt. - Om wat voor pijn ging het - Hoe was jij pijngedrag - Wat heb je gedaan om de pijn te verminderen(medicamenteus en niet medicamenteus). - Reageer je iedere keer hetzelfde op pijn? - En waar is dat afhankelijk van? Schrijf een verslagje van minimaal ½ A 4 tje tot 1 A 4 tje.
Leeropdracht 1.6 Er zijn patiënten die chronisch pijn hebben, om deze patiënten te kunnen helpen zijn er in het hele land Pijnpoli’s. - Zoek op wat een pijn poli is en is er een pijn poli in Den Haag - Welke disciplines werken er in de pijn poli
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
29
Leeropdracht 1.7: In leermenu 1 ben je begonnen met je “naslagboekje” over zelfzorgmiddelen. In dit leermenu ga hier mee door. Werk het volgende zelfzorgmiddel uit een pijnstiller volgens het jou bekende schema.
Leeropdracht 1.8: Ook voor deze opdracht geldt dat je in leermenu 1 bent begonnen met een “naslagboekje” Er zijn top honderdlijsten van geneesmiddelen die het snelst gaan, je zoekt op internet zo’n lijst op en elke week ga je 3 geneesmiddelen van die lijst uitwerken. Deze week zijn dat morfinepreparaat en een NSAID Zoek plaatjes van de merken en de verpakkingen en plak die erbij, op deze manier worden de merken en verpakkingen herkenbaar voor je.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
30
Thema 2: Oorpijn.
In de tweede opdracht van dit leermenu gaan we ons verdiepen in oorpijn. De meeste van jullie zullen vast wel eens oorpijn gehad hebben. Maar wat zijn de oorzaken en hoe kun je die behandelen? Leeropdracht 2.1: Ziektekunde. Tijdens de anatomie en fysiologieles is het oor nog niet besproken. Het is echter wel handig enige kennis hiervan te hebben alvorens je het over oorpijn hebt. Lees daarom in het boek ‘Anatomie en Fysiologie’ paragraaf 8.1.4. Noteer vragen en onduidelijkheden en stel ze aan de docent tijdens het hoorcollege ziektekunde. Stan Prins, Faye Smits en de heer Westdorp hebben oorpijn. Lees hun casus en beantwoord de vragen. Tijdens het hoorcollege ziektekunde zullen ze behandeld worden. Vanmorgen belt Linda Prins over zoontje Stan naar de apotheek. Stan is 2.5 jaar oud. Sinds gister geeft hij pijn aan in zijn rechter oor. Volgens Linda lijkt het op de oorpijn die hij vorig jaar had. Toen is Stan bij de huisarts geweest die een otitis media acuta vaststelde .Nu is Stan verkouden, maar niet ziek. Hij heeft geen koorts en eet en drinkt normaal. Vorig jaar kreeg Stan pijnstillende oordruppels met lidocaïne. Linda wil graag weten of ze die zonder recept weer kan krijgen. 1. Wat is een 'otitis media acuta'? 2. Wat is de oorzaak van een OMA? 3. Welke symptomen zie je bij een OMA? 4. Wat zijn de alarmsymptomen bij oorpijn? 5. Linda vraagt of ze deze druppeltjes zonder recept bij jullie kan krijgen. Wat zeg je? In je vrije tijd pas je wel eens op bij je buurmeisje Faye Smits. Faye is twee jaar en is vorige week opgenomen geweest in verband met het plaatsen van trommelvliesbuisjes. Faye moest deze ingreep ondergaan omdat ze regelmatig last heeft van een OME. 6. 7. 8. 9. 10. 11.
Waar staat de afkorting OME voor? Wat is er aan de hand bij een OME? Geeft een OME veel klachten? Wat is de prognose van een OME? Moet een OME altijd behandeld worden? Wat zijn TV-buisjes?
Dhr. Westdorp ( geboren: 11-2-58, Daguerrestraat 16, 2561 TT Den Haag, verz: Azivo 1718565400) komt met een receptje. Hij krijgt dit in verband met een Otitis externa. R/ zure oordruppels met hydrocortison 1% fna N/ 1 flesje S/Op een gaasverband in de gehoorgang aanbrengen en om de dag verwisselen . 12. Leg uit wat een otitis externa is en vertel iets over de symptomen, de behandeling en de prognose.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
31
Leeropdracht 2.2: Geneesmiddelenkennis. Neem je boek mee naar het college. Tijdens het hoorcollege geneesmiddelenkennis zal verder worden gegaan met de inleiding op pijnmedicatie. Leeropdracht 2.3: Casuïstiek. Tijdens de les oefenen jullie aan de balie bij het afhandelen van recepten en het geven van zelfzorgadviezen. Voordat je de casussen gaat uitspelen ga je informatie opzoeken. Maak gebruik van de NHG standaard of zoek de informatie op in de Zelfzorgstandaard boeken.
De moeder van Lisa belt. Lisa heeft erge oorpijn. Kan je haar advies geven? Dhr. Westdorp komt met een receptje in verband met een otitis externa. R/ zure oordruppels met hydrocortison 1% fna N/ 1 flesje S/Op een gaasverband in de gehoorgang aanbrengen en om de dag verwisselen. Geef uitleg over het gebruik van de zure oordruppels. Mw. EE heeft last van oorpijn. De huisarts adviseerde een flesje neusdruppels bij de apotheek te halen. Hier begrijpt mevrouw niets van. Ze heeft toch geen last van haar neus! Welke neusdruppels zou de huisarts hier bedoelen? En kun je mevrouw Ee uitleg geven?
Leeropdracht 2.4: Huisartsen gebruiken vaak NHG-folders en –brieven om patiënten informatie over een aandoening mee te geven. Op de site van de NHG (http://nhg.artsennet.nl/home.htm) zijn deze folders te vinden. Op de sites van apotheken zijn ook veel folders te vinden. Zoek deze patiëntenvoorlichting over oorpijn op. Welke adviezen worden er gegeven? Wat kan de patiënt er zelf aan doen en wanneer adviseer je toch eerst naar de dokter te gaan? Welke folder spreekt jou het meeste aan en waarom?
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
32
Leeropdracht 2.5: Oorpijn kan worden veroorzaakt door verkoudheid, zwemmen, teveel oorsmeer of een huidaandoening. Ga op zoek naar zelfzorgadviezen en middelen voor deze vier klachten en werk dit overzichtelijk uit.
Leeropdracht 2.6: Werk een zelfzorgmiddel uit volgens het jou bekende schema.
Leeropdracht 2.7: Werk 3 geneesmiddelen van de top honderd lijst uit volgens het jou bekende schema. Zoek plaatjes van de merken en de verpakkingen en plak die erbij, op deze manier worden de merken en verpakkingen herkenbaar voor je.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
33
Thema 3: Hoofdpijn.
Marijke
Yusuf
Henny
Jeffrey
Peter
Pleuntje
In deze opdracht ga je kennis maken met Marijke, Yusuf, Henny, Jeffrey, Peter en Pleuntje. Alle zes hebben ze hoofdpijn, maar de hoofdpijn heeft niet bij alle zes dezelfde oorzaak. Als je deze opdracht uitgewerkt hebt ben je op de hoogte van de meest voorkomende oorzaken van hoofdpijn, kun je uitleg geven over de oorzaak en de behandeling en kun je patiënten aan de balie adviseren over zelfzorg bij hoofdpijn.
Leeropdracht 3.1: Ziektekunde. Marijke, Yusuf, Henny, Jeffrey, Peter en Pleuntje hebben alle zes hoofdpijn. Ze hebben last van spanningshoofdpijn, bijholteontsteking (sinusitis), clusterhoofdpijn, migraine, hersenschudding en medicatie-afhankelijke hoofdpijn. De vraag is alleen wie heeft wat? Bekijk eerst de verschillende soorten hoofdpijn op de NHG standaarden. Lees onderstaande patiënten beschrijvingen en zoek informatie over de genoemde oorzaken van hoofdpijn. Probeer vervolgens te bepalen welke hoofdpijn bij welke patiënt past. Tijdens het hoorcollege ziektekunde zal deze opdracht worden besproken en zal uitleg over de verschillende oorzaken gegeven worden.
Marijke van Veenhuisen. Marijke van Veenhuisen is een 22 jarige leerling verpleegkundige. Ze volgt een BOL opleiding op het ROC in Amersfoort. Ze woont bij haar ouders op de boerderij in Terschuur (een dorpje ongeveer 10 kilometer van Amersfoort) samen met haar zusjes Eva (18) en Elsbeth (14) en haar broertje Tim (11). Haar ouders hebben een goedlopend melkveebedrijf. Marijke heeft eerst de opleiding verzorgende gevolgd en stage gelopen bij de thuiszorg. Nu doet ze dus de opleiding verpleegkunde. Ze is tweede jaars. Haar droom is een baan op de kinderafdeling van een ziekenhuis. Als hobby’s heeft Marijke de zorg voor haar paard “Does” en helpt ze haar vader graag met melken. Verder is zij actief als vrijwilligster bij de ponyclub in het dorp. Iedere ochtend is ze al voor dag en dauw op om Does te verzorgen voordat ze op de fiets naar school vertrekt. Af en toe loopt haar drukke schema echter helemaal in het honderd. Dan heeft ze een dag – soms zelfs twee- heftige bonzende hoofdpijn, vaak aan één zijde. Ze is dan misselijk en moet overgeven. Ze sluit zich dan het liefst op in haar donkere slaapkamer om te slapen. Eva zorgt dan voor Does en Elsbeth en Tim worden het erf op gestuurd als ze willen stoeien, zodat het een beetje rustig in huis blijft. Marijke voelt zo’n aanval vaak wel aankomen. Regelmatig ziet ze dan ook ‘sterretjes’. De aanvallen begonnen een paar jaar geleden, zomaar opeens. Aanvankelijk maakte het haar angstig, maar nadat de neuroloog haar uitgebreid onderzocht had en haar uitleg over haar hoofdpijnaanvallen had gegeven nam de angst gelukkig af. De medicijnen die ze van de neuroloog kreeg hebben de frequentie en ernst van de aanvallen ook doen afnemen. Toch maakt Marijke zich wel eens zorgen. Hoe moet het als ze in de toekomst nachtdiensten moet doen? Dan kan je niet zomaar jezelf ziek melden, toch? En hoe zou het allemaal moeten als ze op zichzelf zou gaan wonen?
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
34
Yusuf Karadirek Yusuf Karadirek is een 49 jarige man van Turkse afkomst. Hij woont al 25 jaar in Nederland, is getrouwd en heeft zes kinderen: vijf zonen en de jongste is een dochter. De oudste zoon is 22 jaar, de dochter 10 jaar. Yusuf heeft altijd hard gewerkt, in diverse functies. Hij begon als bollenpeller, heeft aan de lopende band gewerkt in de verffabriek, is schoonmaker geweest en werkt nu sinds een aantal jaar als conciërge op de basisschool in zijn woonwijk. Dit vindt hij erg fijn werk. Het contact met de kinderen, de ouders, de meesters en juffen vindt hij erg leuk. Ook vindt hij het erg gezellig zo zijn dochter overdag af en toe tegen te komen. Thuis loopt alles eigenlijk ook op rolletjes. Zijn huwelijk is goed en alle kinderen studeren nog. Vooral op de oudste twee zonen is Yusuf erg trots. Beiden studeren in Rotterdam, de oudste rechten, de tweede bedrijfskunde. Toch heeft Yusuf een probleem. Hij heeft al zes jaar ernstige hoofdpijnen. Eigenlijk heeft hij dagelijks last. Het begon indertijd in een moeilijke periode en aanvankelijk dacht de huisarts dat het door alle spanningen veroorzaakt werd. Toen de hoofdpijn echter bleef bestaan en Yusuf erg bang voor ‘iets in zijn hoofd’ was is hij naar de neuroloog verwezen, die heeft een CT-scan en een eeg laten maken. Gelukkig werden er geen afwijkingen gevonden en Yusuf was gerustgesteld, echter de hoofdpijn bleef. De neuroloog schreef Naproxen voor. Naast de Naproxen gebruikt hij ook regelmatig Paracetamol, maar Dhr Karadirek is nooit lang hoofdpijnvrij. Henny van den Bergh Henny van de Bergh (32 jaar) is een alleenstaande administratrice op een financieel advies bureau. Ze woont in de binnenstad boven een bloemist in een ruim appartement samen met haar katten “Bella” en “Donna”. Haar werk vindt ze de laatste tijd niet zo leuk meer. Met de komst van de nieuwe leiding is er veel veranderd en haar leukste collega is naar een andere locatie overgeplaatst. Gelukkig heeft ze wel veel plezier van haar hobby’s. Ze zingt in een gemengd koor en maakt graag 3D-kaarten. De familie van Henny woont in het zuiden van het land en tot haar spijt heeft ze nog geen levenspartner gevonden. Af en toe heeft ze wel eens een date via internet, maar de ‘ware’ zat er nog niet bij. In haar vakanties gaat ze altijd logeren bij haar ouders, zo kan ze ook lekker optrekken met de kinderen van haar zus die in dezelfde straat als haar ouders wonen. De laatste tijd is Henny al een paar keer bij de huisarts geweest. Ze zit niet altijd even lekker in haar vel. Zeker met het gedoe op haar werk heeft ze best gezeten. Afgelopen week belde ze in paniek de huisarts: ze had zo’n hoofdpijn! Gister ook al: toen is ze bij de huisartsenpost geweest. De hoofdpijn was plotseling begonnen. Het was een zeer heftige borende pijn aan de linker kant, vooral rond haar oog. Haar oog was ook rood en traande een beetje. Misselijk was Henny niet, maar ze kon niet stil zitten van de pijn. Jeffrey Croon Jeffrey Croon is een jongen van 14 jaar. Hij heeft een druk bestaan. Hij zit in de tweede klas van de HAVO. Uit school gaat hij altijd eerst naar huiswerkklas. Daarnaast voetbalt hij drie avonden in de week en speelt hij in de weekenden wedstrijden. Je kent Jeffrey want hij speelt in het team van je broertje. In de apotheek komt hij niet vaak. Ook de ouders en Jill, het 11 jarige zusje van Jeffrey, komen daar zelden. Jeffrey heeft veel vriendjes en op school gaat het goed. De laatste tijd verzuimt Jeffrey echter vaak zowel op school als op de voetbaltraining. Hij is dan ziek. Hij heeft een drukkende knellende hoofdpijn, die soms dagen aanhoudt. Hij is niet echt misselijk en koorts heeft hij ook niet. Jeffrey is bij de huisarts geweest en de dokter verwees hem naar de fysiotherapeut. Jeffrey snapt hier niets van. “De fysiotherapeut doet toch iets met je spieren..? En hij heeft hoofdpijn! Heeft de dokter hem verkeerd begrepen? Hij had toch een receptje voor de apotheek moeten krijgen?”
Peter McDonald Peter McDonald (54 jaar) is vertegenwoordiger in koffieapparaten voor de HORECA. Hij woont samen met zijn 80 jarige moeder in een benedenwoning in een rustige oude wijk van Scheveningen. Naast zijn werk zorgt hij voor zijn moeder en het huishouden. De computer, en vooral internetten, is zijn grote hobby. Je kent dhr. McDonald vooral door de recepten die hij voor zijn moeder komt halen. Mevrouw McDonald was net weduwe geworden toen Peter haar op 67 jarige leeftijd naar Nederland haalde. Haar Nederlands beperkt zich tot enkele eenvoudige zinnetjes en Peter komt daarom altijd haar recepten halen. Peter zelf is een gezonde man, die zelden zelf de apotheek nodig heeft. Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
35
Vandaag heeft hij de huisarts gebeld. Hij heeft erge hoofdpijn. Hij is al een week verkouden, maar nu voelt hij zich erg beroerd. Hij heeft een verstopte neus, 39,2 graden koorts en hoest af en toe. Bij bukken neemt de hoofdpijn toe. De huisarts faxte een recept voor Peter naar de apotheek met het verzoek dit bij hem thuis te bezorgen. Pleuntje Nederlof Pleuntje Nederlof is een ondernemende peuter van 3 jaar oud. Ze woont bij haar moeder en om het weekend is ze bij haar vader en diens vriendin Mary. Vader en moeder gaan niet echt goed met elkaar om. Vader is anderhalf jaar geleden vertrokken toen hij een relatie was aangegaan met de veel jongere Mary. Moeder heeft daar nog altijd veel moeite mee. Als Pleuntje naar haar vader gaat zijn er een paar dagen van te voren al spanningen bij haar moeder die hun weerslag op Pleuntje lijken te hebben. De vader heeft het gevoel niets meer goed te kunnen doen voor zijn dochter in de ogen van haar moeder. Dit weekend is Pleuntje bij haar vader. Met z’n drieën zijn ze een dagje naar Blijdorp gegaan. Pleuntje was erg onder de indruk van de olifanten en de giraffen, maar het mooiste vond ze toch de slingerapen. In de speeltuin probeert ze zelf ook een slingeraap te zijn en terwijl vader en Mary op een terrasje genieten van een kopje koffie. Na een kwartiertje worden de vader en Mary opgeschrikt door een gil en een doffe dreun. Pleuntje is gevallen van hoog uit het klimrek. Even lijkt het of Pleuntje bewusteloos is, maar dat valt gelukkig mee. Als vader haar optilt begint ze wel te braken en daarna te huilen: haar hoofd doet zo’n pijn! In paniek belt vader de huisartsenpost.
Leeropdracht 3.2: Geneesmiddelenkennis. Neem je boek mee naar het college. Tijdens het hoorcollege geneesmiddelenkennis zal aandacht besteed worden aan migrainemiddelen en andere middelen bij hoofdpijn.
Leeropdracht 3.3: Casuïstiek. Tijdens de les oefenen jullie aan de balie bij het afhandelen van recepten en het geven van zelfzorgadviezen. Voordat je de casussen gaat uitspelen ga je informatie opzoeken. Maak gebruik van de NHG standaard of zoek de informatie op in de Zelfzorgstandaard boeken.
Mw. de Ridder is verkouden. Ze hoest, niest en proest, maar heeft vooral een knallende hoofdpijn. Hebben jullie daar iets voor? Imke Ritma komt met een recept van de neuroloog. Ze kreeg Imigran voorgeschreven. Ze heeft echter niet goed begrepen waarvoor het is of hoe ze het moet gebruiken. Mw. Wilbrink belt over haar zoontje van 6. Hij is van het klimrek gevallen en heeft nu erge hoofdpijn. Ze wil graag kinderaspirine. Kan ze haar dochtertje sturen om dat te halen?
Leeropdracht 3.4: Hoofdpijn komt ook veel voor bij verkoudheid en griep .Beantwoord eerst de volgende vragen, o Wat is de oorzaak van griep en verkoudheid? o Moet je altijd iets tegen koorts geven? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom wel? Welk niet medicamenteus advies geef je bij Koorts? Welk medicamenteus advies geef je als het om een kind van 6 jaar gaat? ste o Welke 1 keus neusdruppel geef je aan een kindje van 1 jaar? welke neusdruppels mogen gegeven worden aan een kindje van 5 jaar? Hoelang mogen deze neusdruppels gebruikt worden? o Wat is een griepprik? In welke periode van het jaar wordt deze gegeven? Wie komen hiervoor in aanmerking? Ga op zoek naar informatie over zelfzorgmiddelen bij griep en verkoudheid. - Welke vragen moet je stellen? - Welke adviezen kun je geven? - En wanneer verwijs je naar de huisarts?
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
36
Leeropdracht 3.5: Voorlichtingsfolder maken. Iedereen heeft wel eens hoofdpijn. Hoofdpijn is dan ook de meest voorkomende pijnklacht. Veelal gaat die hoofdpijn vanzelf weer over. Soms is het prettig een pijnstiller te slikken die veelal snel verlichting geeft. Soms is het beter een arts te raadplegen. Zeker als de hoofdpijn niet over wil gaan of steeds weer terug komt. Benoem de verschillende soorten hoofdpijn gebruik hiervoor de NHG standaarden. Denk ook aan hoofdpijn bij kinderen. Maak met de gevonden informatie een voorlichtingsfolder over hoofdpijn en de zelfzorg daarvoor. De volgende items moeten zeker beschreven zijn; Wat kun je er zelf aan doen, en geneesmideelen. De folder moet in je eigen woorden geschreven zijn en uiteraard aantrekkelijk zijn voor de patiënt. Kijk voor de verdere criteria in de bijlage van dit leermenu.
Leeropdracht 3.6 Ga naar de website http://www.hoofdpijnpatienten.nl bestudeer de site goed en beantwoord de volgende vragen. Bekijk ook de filmpjes. - Wat is de missie van de Nederlandse vereniging van hoofdpijnpatiënten? - Wat doet de Nederlandse vereniging van hoofdpijnpatiënten voor zijn leden? - Op welke manier kan je in contact komen met de vereniging - Wat is je mening over deze website
Leeropdracht 3.7: Werk een zelfzorgmiddel uit volgens het jou bekende schema. Deze week zijn dat Citrosan, Hot Coldrex en het product dat je in de drogist bekeken hebt.
Leeropdracht 3.8: Hoofd -en subgroep, stofnaam, toedieningsvorm en gebruik van Migrafin en Imigran. Werk 3 geneesmiddelen van de top honderd lijst uit volgens het jou bekende schema. Zoek plaatjes van de merken en de verpakkingen en plak die erbij, op deze manier worden de merken en verpakkingen herkenbaar voor je.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
37
Thema 4: Reuma
Pijn en functiestoornissen van het bewegingsapparaat zijn bij elkaar opgeteld de meest voorkomende reden om naar de huisarts te gaan. Wanneer er sprake is van een aandoening van het houdings- en bewegingsapparaat die niet door een ongeluk of letsel is veroorzaakt spreekt men over reuma. Al deze reumatische aandoeningen kunnen in vier groepen worden verdeeld: inflammatoire reumatische aandoeningen, arthrosis, systemische reumatische aandoeningen en weke-delen reuma. In deze opdracht gaan we ons hierin verdiepen.
Leeropdracht 4.1: Ziektekunde. Tijdens het hoorcollege ziektekunde zal de docent uitleg geven over de vier groepen reumatische aandoeningen. Bovendien kun je vragen stellen over leeropdracht 4.4 en 4.5. Leeropdracht 4.2.: Geneesmiddelenkennis. Neem je boek mee naar het college. Tijdens het hoorcollege geneesmiddelenkennis zal de docent uitleg geven over anti-reumatica. Bovendien kun je vragen stellen over leeropdracht 4.5. Leeropdracht 4.3: Casuïstiek. Tijdens de les oefenen jullie aan de balie bij het afhandelen van recepten en het geven van zelfzorgadviezen. Voordat je de casussen gaat uitspelen ga je informatie opzoeken. Maak gebruik van de NHG standaard of zoek de informatie op in de Zelfzorgstandaard boeken.
Dhr. Sanches komt de apotheek binnen hinkelen. Hij draagt maar één schoen. Terwijl hij staat te wachten zie je in een ooghoek dat hij zijn sok uittrekt. Als hij vervolgens aan de beurt is laat hij jou zijn voet zien. Zijn grote teen is dik en rood. Het doet ook erg veel pijn verteld hij. Hij vraagt jou wat hij kan slikken, want paracetamol heeft niet erg geholpen. Geef ook informatie over de aandoening aan Dhr. Sanches
Mw. Visser heeft van de huisarts Diclofenac voorgeschreven gekregen in verband met arthrose aan haar linker knie. Nu krijgt ze er opeens ook een doosje Omeprazol bij. Op het etiket staat ‘voor maagklachten’. Maar mevrouw Visser heeft helemaal geen maagklachten.
Mw. Neeskens wil uit de handverkoop graag een doosje Naproxen tegen pijn in haar rechterpols. In het dossier van mevrouw zie je staan dat zij astma heeft en Flixotide gebruikt, Kijk naar de interactie op kennisbank. Wat is je advies
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
38
Leeropdracht 4.4: Zoals je in de inleiding van deze opdracht hebt kunnen lezen is reuma een aandoening van het houdings- en bewegingsapparaat. Om reuma te kunnen begrijpen moet je enige kennis van de anatomie en fysiologie van het bewegingsapparaat hebben. Lees daarom eerst hoofdstuk 2 uit het boek ‘Anatomie en fysiologie’. Noteer eventuele vragen en onduidelijkheden en stel ze aan de docent anatomie of ziektekunde. Leeropdracht 4.5: Bestudeer hoofdstuk 2, ‘Reumatische aandoeningen’ uit het boek ‘Farmacotherapie in de apotheek’. Maak een korte samenvatting over dit hoofdstuk van maximaal 1 A4 tje. Stel zo nodig vragen aan de docent ziektekunde en/of geneesmiddelenkennis. Kijk voor de criteria in de bijlage van dit leermenu.
Leeropdracht 4.6: Ken jij iemand met reuma? Misschien je oma, opa, tante, buurvrouw? Als je iemand met reuma kent vraag dan of je hem of haar over zijn of haar ziekte mag interviewen. Vraag vooral naar de gevolgen voor het dagelijks leven en wat het betekent om reuma te hebben. Maak een verslag van dit interview. Kijk voor de criteria in de bijlage van dit leermenu. Ken je niemand met reuma? Ga dan op internet op zoek. Kijk bij patiëntenverenigingen en lotgenoten en probeer zo antwoord te krijgen op de vraag welke gevolgen reuma in het dagelijks leven voor patiënten heeft. Maak ook hier een verslag van je bevindingen.
Leeropdracht 4.7: ga naar de site van het reumafonds http://www.reumafonds.nl ,ga op de site naar patiënten. Zoals je ziet is het een uitgebreide site, neem er dus de tijd voor. Noteer de informatie die jij belangrijk vind. Als er nog vragen zijn over de informatie stel deze dan aan de docent.
Leeropdracht 4.8: Werk een zelfzorgmiddel uit volgens het jou bekende schema. Deze week o.a. Foliumzuur
Leeropdracht 4.9: Hoofdgroep, indicaties en gebruik, toedieningsvormen van Methotrexaat. Werk dit geneesmiddelen en 2 van de top honderd lijst uit volgens het jou bekende schema. Zoek plaatjes van de merken en de verpakkingen en plak die erbij, op deze manier worden de merken en verpakkingen herkenbaar voor je.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
39
Thema 5: Werk gerelateerde aandoeningen.
Iedereen heeft wel eens gehoord van RSI (= Repetitive Strain Injury). RSI is geen diagnose maar een verzamelnaam voor werk gebonden aandoeningen aan nek, schouders, armen en polsen. Een andere term die wel eens gebruikt wordt is CANS (Complaints of Arm, Neck and/or Shoulder), klachten aan arm, nek en/of schouder. Ook dit is geen diagnose maar een naam voor werk gerelateerde aandoeningen. Bij werk gebonden aandoeningen komt er voor de patiënt vaak meer kijken dan alleen een bezoekje aan de huisarts en het slikken van pijnstillers. Arboarts, fysiotherapeut, oefentherapeut, ergotherapeut en soms zelfs een psycholoog of maatschappelijk werker kunnen een rol spelen in de diagnostiek en behandeling. Ook van de patiënt zelf wordt een actieve rol verwacht ten aanzien van het verbeteren van de klachten en het voorkomen van nieuwe problemen. Ook als apothekersassistente kun je hier mee te maken krijgen. Patiënten kunnen met vragen komen over zelfzorg of met een recept voor een pijnstiller. Maar ook jij zelf zou last kunnen krijgen van werk gerelateerde aandoeningen. Belangrijk dus om hier iets meer van te weten. Leeropdracht 5.1: Ziektekunde. In het hoorcollege ziektekunde zal uitleg gegeven worden over werk gerelateerde aandoeningen van het bewegingsapparaat. Leeropdracht 5.2: Geneesmiddelenkennis. Neem je boek mee naar het college. In het hoorcollege geneesmiddelenkennis worden NSAID’s behandeld.
Leeropdracht 5.3: Casuïstiek. Tijdens de les oefenen jullie aan de balie bij het afhandelen van recepten en het geven van zelfzorgadviezen. Voordat je de casussen gaat uitspelen ga je informatie opzoeken. Maak gebruik van de NHG standaard of zoek de informatie op in de Zelfzorgstandaard boeken.
* Marit Wensveen (26 jaar) heeft een drukke baan op een administratiekantoor. Een collega is al een tijdje ziek en Marit doet erg haar best ook haar werk er bij te doen. In de avonduren schrijft ze momenteel aan haar eindscriptie van haar hbo-opleiding. Ze zit zowel op haar werk als thuis eigenlijk continu achter de computer en werkt met de nodige tijdsdruk vaak ook in het weekend. Het verbaasd haar dan eigenlijk ook niet dat ze RSI klachten heeft gekregen. Maar ja, ze moet wel door! Ze meldt zich bij jou aan de balie. ‘Heb je misschien een goed pijnstiller voor haar?’ *Els heeft erg veel pijn aan haar duim, ze kan hem amper nog bewegen en ze kan zelfs niet meer sms-en en whatsapp doen. Ze kan niet zonder haar mobiel. Hoe kom ik hier aan? En heeft u iets voor de pijn.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
40
Leeropdracht 5.4: Hieronder zie je een plaatje van een goede houding achter de computer. Ga eens na hoe jij en je klasgenoten achter de computer zitten. Kijk ook hoe ze in het praktijklokaal staan achter het werkblad. Valt er iets te verbeteren? Zo ja, wat?
Leeropdracht 5.5: ‘Ergonomie’ is de wetenschap die zich bezighoudt met het aanpassen van technische hulpmiddelen aan de behoeften, de capaciteiten en de beperkingen van de mens; aanpassing van de arbeid aan de mogelijkheden die de mens heeft. In de apotheek zul je niet alleen achter de computer zitten. Je zult ook aan de balie staan, medicijnen bereiden enzovoorts. Zoek eens in groepjes uit welke ergonomische adviezen er gegeven worden voor deze werkzaamheden. Wat is een goede houding? Hoe hoog moet je werkblad zijn? Etc. Leeropdracht 5.6: Als je de zoekterm ‘RSI’ intypt krijg je meteen vele links naar onder andere: de RSI-vereniging, Stichting RSI-Nederland, Muisarm.nl, het nationaal RSI-platform, arbo-sites, etc. Bezoek een aantal van deze sites en zoek naar adviezen om RSI te voorkomen minimaal 3 adviezen en ook minimaal 3adviesen voor het behandelen.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
41
Leeropdracht 5.7: Voor deze opdracht worden er 4 groepen gemaakt. Je hebt nu allerlei informatie opgezocht over werk gerelateerde aandoeningen, maak nu met je groep een poster of PowerPointpresentatie over preventieve maatregelen die men kan nemen om een werk gerelateerde te voorkomen. Presenteer aan de docent en de groepen. Leeropdracht 5.8: Ga naar de site van Hansaplast.nl/producten/bandages en steunwindsels. Schrijf informatie op over de Sporttape en Tenniselleboogbandage en Kniebandage. Kijk ook bij veel gestelde vragen Werk een zelfzorgmiddel uit volgens het jou bekende schema.
Leeropdracht 5.9: De volgende geneesmiddelen de werkzame stof, het gebruik en de toepassing beschrijven; Arthrotec, Movicox en Arcoxia. Werk de geneesmiddelen uit volgens het jou bekende schema. Zoek plaatjes van de merken en de verpakkingen en plak die erbij, op deze manier worden de merken en verpakkingen herkenbaar voor je.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
42
Thema 6: Rugpijn. Rugpijn komt veel voor. Van de westerse bevolking krijgt 60 tot 90% ten minste een keer in het leven lage rugpijn. Bij lage rugpijn is in 90 tot 95% van de gevallen geen specifieke lichamelijke oorzaak aanwijsbaar. We spreken dan van aspecifieke lage rugpijn. Soms is er wel een lichamelijk oorzaak aanwijsbaar zoals bijvoorbeeld bij een hernia. In deze opdracht gaan we ons verdiepen in lage rugpijn. Jantien Haverkort staat aan de balie van de apotheek. Ze heeft zo'n last van haar rug. Haar huisarts is met vakantie en ze kan pas over drie weken bij de neuroloog terecht. Ze is de pijn echt zat. Ze slaapt er slecht van en functioneert overdag ook niet zoals dat moet. Ze is kortaf: 'Geef mij eens een stuk of 50 diazepam tabletten'. Vanmorgen is het in je rug geschoten. Zomaar opeens een pijnlijke scheut. Wat een ellende. Met veel moeite ben je toch op je werk weten te komen. De paracetamol die je slikte werkt nog niet echt. Een prettige houding kan je niet vinden. Je collega's leven mee en stelden voor dat jij vandaag alleen de telefoon en administratieve taken doet, dan hoef je niet steeds te gaan staan, want dat lukt al helemaal niet. Als je na een paar uur echt ellendig van de pijn wordt vraag je je af of je niet een tabletje diazepam of diclofenac uit de apotheek zou kunnen krijgen. Leeropdracht 6.1: Ziektekunde. Tijdens het hoorcollege ziektekunde wordt ingegaan op de oorzaken en symptomen bij lage rugpijn. Leeropdracht 6.2: Geneesmiddelenkennis. Neem je boek mee naar het college. hoorcollege geneesmiddelenkennis worden opioïden behandeld.
Tijdens het
Leeropdracht 6.3:: Casuïstiek. Tijdens de les oefenen jullie aan de balie bij het afhandelen van recepten en het geven van zelfzorgadviezen. Voordat je de casussen gaat uitspelen ga je informatie opzoeken. Maak gebruik van de NHG standaard of zoek de informatie op in de Zelfzorgstandaard boeken. Kijk voor de casuïstiek in de inleiding van deze opdracht.
Leeropdracht 6.4: Naast pijnstillers en eventueel een spierverslapper zijn er nog de nodige zelfzorgmiddelen in de handel om rugpijn te behandelen. Naast rugpijn gaan jullie ook op zoek naar adviezen voor de volgende aandoeningen: Hernia, Artrose, verstuiking en kneuzing en jicht. Bereid vervolgens een korte presentatie over de hierboven genoemde aandoeningen en de zelfzorg daarvan voor. Bekijk de patiënten brieven over deze aandoeningen op de NHG site. De docent AA zal een aantal deelnemers aanwijzen die hun presentatie voor de groep mogen houden. Kijk voor de criteria in de bijlage van dit leermenu.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
43
Deelopdracht 6.5: Hieronder zie je een patiënten brief van de NHG over rugpijn. Bestudeer de tekst en maak een samenvatting. Kijk voor de criteria in de bijlage van dit leermenu. Lage rugpijn
Gewone lage rugpijn Versiedatum: april 2005 In deze brief wordt nog eens uitgelegd wat met u is besproken. U kunt de tekst thuis op uw gemak doorlezen. Wat is lage rugpijn? Lage rugpijn zit onderin de rug. Soms straalt de pijn uit naar de billen of naar een of beide bovenbenen. De pijn kan plotseling ontstaan of meer geleidelijk en is hevig of zeurend. Bij hevige pijn zijn bepaalde houdingen en bewegingen soms niet meer mogelijk. 'Gewone' lage rugpijn wil zeggen dat er geen aanwijzingen zijn voor een hernia, ziekte, afwijking of beschadiging als oorzaak van de pijn. Gewone lage rugpijn komt vaak voor en gaat vanzelf over. Hoe ontstaat het? Hoe lage rugpijn ontstaat, is niet duidelijk. Mogelijk komt het door overbelasting van de rug of door een verkeerde beweging. Adviezen Blijf bewegen en probeer uw dagelijkse bezigheden voort te zetten, ook al heeft u pijn. Pijn laag in de rug bij bewegen betekent niet dat bewegen schadelijk is of dat er een ernstige oorzaak is. Wanneer u zich zorgen maakt over de pijn, heeft u er meer last van en dat kan het herstel vertragen. Als bewegen niet lukt, kunt u gedurende een of twee dagen af en toe enkele uren rust nemen. U kunt dan het beste op uw rug liggen met een paar kussens onder uw knieën, of op uw zij met half opgetrokken benen. Warmte (bijvoorbeeld een kruik) op de pijnlijke plek wordt vaak prettig gevonden. Om uit bed te komen gaat u eerst op uw zij liggen. Steek dan uw benen over de rand van het bed en druk uzelf met beide armen omhoog. Om te gaan liggen doet u hetzelfde in omgekeerde richting. Blijf niet de hele dag in bed, want dan verzwakken uw spieren. Het is dan extra moeilijk om weer in beweging te komen. Probeer uw activiteiten geleidelijk weer op te pakken, ook als de pijn nog niet geheel is verdwenen. Als u dat niet goed lukt, kunnen we u op de praktijk nuttige en praktische aanwijzingen geven. Dan maken we een stappenplan en spreken we af binnen welke termijn u welke activiteiten weer op gaat pakken. Een fysiotherapeut kan u hierbij zo nodig begeleiden. Medicijnen Medicijnen of fysiotherapie kunnen het herstel niet versnellen. Pijnstillers helpen wel om te blijven bewegen. Als u pijnstillers voor de rugpijn gebruikt, kunt u die het beste op vaste tijden innemen, ook al heeft u op dat moment even geen pijn. Neem de pijnstillers gedurende een aantal dagen en kijk daarna of u geleidelijk aan weer zonder kunt. Gebruik bij voorkeur paracetamol. Als dat niet helpt, zijn er andere middelen, zoals ibuprofen of diclofenac. Deze laatste twee pijnstillers kunnen bijwerkingen hebben zoals maagpijn en misselijkheid. Medicijnen die de spieren verslappen, hebben geen zin. Röntgenfoto of scan Bij lage rugpijn levert een röntgenfoto of scan geen bruikbare informatie op. Ze kunnen juist verwarring geven omdat eventuele afwijkingen op de foto (die ook bij mensen zonder rugpijn kunnen voorkomen) soms onterecht als oorzaak van de pijn worden gezien. Hoe gaat het verder? Lage rugpijn gaat meestal vanzelf over. De ergste pijn verdwijnt vaak binnen één tot twee weken. Zelfs hardnekkige rugklachten genezen over het algemeen binnen zes tot twaalf weken. Gebruik pijnstillers niet langer dan twaalf weken. Soms kunnen de klachten terugkomen. Als u vaak last heeft van lage rugpijn, bedenk dan wat u kunt doen om dit te veranderen. Sommige mensen krijgen vooral last van rugpijn als ze onder spanning staan. Wanneer u dit herkent, helpt het misschien als u leert beter met (de oorzaken van) stress om te gaan. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat u moet leren uw tijd beter in te delen, of problemen en conflicten tijdig op te lossen. Misschien moet u uw houding tegenover of omgang met anderen veranderen? Er zijn cursussen die u hierbij kunnen helpen. Hebben uw klachten te maken met uw werk of gevolgen voor uw werk? Misschien zijn er dan aanpassingen mogelijk om het werk makkelijker te maken, met minder belasting van uw rug. Dit kan bijvoorbeeld door de inrichting van uw werkplek te veranderen (de hoogte van uw stoel, tafel of computer), door gebruik te maken van hulpmiddelen, of door de taken anders te verdelen. Bespreek dit dan ook met uw leidinggevende en/of de bedrijfsarts. Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
44
Wanneer contact opnemen? Neem weer contact op met de praktijk:
als het niet beter maar juist slechter gaat; als de pijn na een week nog steeds hevig is; als bewegen na drie weken nog onvoldoende lukt.
U moet ook bellen als:
de pijn uitstraalt tot onder de knie; de kracht in uw been vermindert; het gevoel in uw been vermindert; u problemen krijgt met plassen.
Heeft u nog vragen? Als u na het lezen van deze brief nog vragen heeft, kunt u daar bij een volgend contact op terugkomen. © Nederlands Huisartsen Genootschap Leeropdracht 6.6: Voltaren en warmtepleister. Werk deze zelfzorgmiddel uit volgens het jou bekende schema.
Leeropdracht 6.7: Spirollor en Aramadol. Werk deze geneesmiddelen uit volgens het jou bekende schema. Zoek plaatjes van de merken en de verpakkingen en plak die erbij, op deze manier worden de merken en verpakkingen herkenbaar voor je.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
45
Thema 7: Osteoporose.
Bij het ouder worden neemt bij iedereen de botmassa langzaam af. Als de botmassa echter te sterk afneemt spreken we van osteoporose of botontkalking. Osteoporose is een aandoening die op zich geen pijnklachten geeft. Echter, de gevolgen van osteoporose zijn vaak fracturen (botbreuken) en deze zijn wel, vaak erg, pijnlijk. Vandaar dat we ons ook in dit onderwerp in dit leermenu gaan verdiepen.
Leeropdracht 7.1: Ziektekunde. Ga op zoek naar informatie over osteoporose en beantwoord hierna onderstaande vragen. Ze zullen behandeld worden in het hoorcollege ziektekunde. 1. Waaruit bestaat het botweefsel? 2. Wat is osteoporose? 3. Wat is de relatie tussen osteoporose en botbreuken? 4. Noem oorzaken van osteoporose. 5. Hoe kun je osteoporose voorkomen? 6. Welke soort fracturen treden vooral op bij osteoporose? 7. Wat kun je zeggen over de prognose? Leeropdracht 7.2: Geneesmiddelenkennis. Neem je boek mee naar het college. Tijdens het hoorcollege geneesmiddelenkennis wordt aandacht besteed aan bijwerkingen van pijnmedicatie. Leeropdracht 7.3:: Casuïstiek. Tijdens de les oefenen jullie aan de balie bij het afhandelen van recepten en het geven van zelfzorgadviezen. Voordat je de casussen gaat uitspelen ga je informatie opzoeken. Maak gebruik van de NHG standaard of zoek de informatie op in de Zelfzorgstandaard boeken.
De vader van Bart Jan belt naar de apotheek. Zijn zoon van 6 heeft zijn arm gebroken bij het voetballen. De arm van Bart Jan zit in het gips, maar hij blijft maar huilen van de pijn. Wat zou hij zijn zoon kunnen geven? Mw. van Gelderen heeft haar pols gebroken. Ze heeft in het ziekenhuis een recept meegekregen voor Tramal. Mevrouw houdt echter niet zo van medicijnen en vraagt zich af welke bijwerkingen zij kan verwachten. Dhr. Deary staat aan je balie. Hij heeft iets gehoord over osteoporose en wil nu graag kalktabletten hebben.
Leeropdracht 7.4: In deze deelopdracht ga je iemand interviewen die pijnklachten heeft (gehad) ten gevolge van een botbreuk. Je kent vast wel iemand in je omgeving die (ooit) iets gebroken heeft. Vraag hem of haar of je een interview mag afnemen. Je kan ook met elkaar de vragen bedenken. Kijk voor de criteria in de bijlage van dit leermenu.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
46
Leeropdracht 7.5: Als je een breuk oploopt in je arm of been dan krijg je een gipsverband. Dat gipsverband wordt doorgaans aangebracht op de SEH. Niet elk gipsverband is het zelfde. Zoek het volgende op; - Welke soorten gipsverband zijn er? - Voor welke breuk wordt welk gipsverband gebruikt? - Wie brengt het gipsverband aan? - Welke opleiding moet je daar voor hebben? De apotheek verkoopt plastichoezen die je over het gips heen kunt doen zodat je onder de douche kan stappen. Zoek op wat er op dit gebied in de handel is.
Leeropdracht 7.6: Maak een samenvatting over de onderstaande paragrafen uit Farmacotherapie in de apotheek, Hfdst. 22 Osteoporose : Vitamine D Calcium Osteoporose De behandeling van osteoporose Voorkomen is beter dan genezen en dat geldt zeker ook voor osteoporose. Maak een poster met maatregelen en adviezen ter preventie van osteoporose. De poster presenteer je aan de docent en je mede groepsgenoten.
Leeropdracht 7.7: Vitamine D en kalktabletten Werk deze zelfzorgmiddelen uit volgens het jou bekende schema.
Leeropdracht 7.8: Werk de volgende geneesmiddelen uit Fosamax en Actonel volgens het jou bekende schema. Zoek plaatjes van de merken en de verpakkingen en plak die erbij, op deze manier worden de merken en verpakkingen herkenbaar voor je.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
47
Thema 8: Buikpijn Buikpijn is een breed begrip. Je hebt vele verschillende ‘soorten’ buikpijn en even zeer vele oorzaken. Een appendicitis (blinde darmontsteking), menstruatiepijn, darmkrampen, koliekpijnen bij bijvoorbeeld nierstenen, en zo voorts. In deze opdracht bespreken we een aantal vormen van buikpijn. Leeropdracht 8.1: Ziektekunde. Je vriendin loopt stage op de huisartsenpost, terwijl jij stage loopt op de dienstapotheek naast de huisartsenpost. Gezellig, want als het rustig is kunnen jullie in de gemeenschappelijke ontspanruimte een kopje thee drinken en wat bij kletsen. Vandaag heeft je vriendin twee patiënten met heftige buikpijn gesproken: Hijgend meldde de 35 jarige heer Krommendijk zich 's avonds laat op de huisartsenpost. Hij had plotseling ontstane hevige buikpijn. De pijn bestond sinds begin van de avond, kwam in aanvallen en straalde uit naar de rechter onderbuik, de lies en het scrotum. Hij was erg misselijk. De pijn was zo erg dat hij nauwelijks kon antwoorden. Hij bewoog onrustig voor de balie. Zijn voorgeschiedenis was blanco. Hij gebruikte geen medicatie en was al in geen jaren bij zijn eigen huisarts geweest. Huilend belde mevrouw Croes (40 jaar) de huisartsenpost. Ze had heftige pijnaanvallen in haar bovenbuik. Ze wist werkelijk niet waar ze het moest zoeken en had liggen rollen over de grond van de pijn. Ze zweette, was misselijk en braakte. Dhr. Krommendijk heeft last van nierstenen, Mevrouw Croes heeft last van galstenen. Verdeel de groep in tweeën. De ene helft gaat informatie zoeken over galstenen, de andere over nierstenen. Hierna bereiden jullie een mini les voor die jullie in de ziektekunde les gaan geven. Het is de bedoeling dat jullie iets vertellen over - de oorzaak, - de symptomen, - de complicaties, - de behandeling - de prognose De mini les mag maximaal 15 minuten per groep duren. Hoe jullie één en ander vormgeven mogen jullie zelf bepalen, maar het moet een aantrekkelijk les zijn. Dus maak gebruik van illustraties, video, rollenspel, PowerPoint of wat jullie maar willen. Het is prima als één groepslid de les geeft, maar de rol van alle groepsleden in de voorbereiding moet wel duidelijk gemaakt kunnen worden. Het slechts voorlezen van een artikel van internet wordt als onvoldoende beoordeeld.
Leeropdracht 8.2: Geneesmiddelenkennis. Neem je boek mee naar het college. In het hoorcollege geneesmiddelenkennis wordt aandacht besteed aan anesthesie en de behandeling op de pijnpoli.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
48
Leeropdracht 8.3: Casuïstiek. Tijdens de les oefenen jullie aan de balie bij het afhandelen van recepten en het geven van zelfzorgadviezen. Voordat je de casussen gaat uitspelen ga je informatie opzoeken. Maak gebruik van de NHG standaard of zoek de informatie op in de Zelfzorgstandaard boeken.
Mw. van Veen staat aan de balie. Ze wil iets hebben voor haar dochtertje van drie. Het meisje heeft sinds drie dagen buikpijn met waterdunne diarree. Daarbij heeft het kind al drie dagen koorts. Dhr. Karadirek heeft sinds vanmorgen twee keer gebraakt, ook heeft hij één maal diarree gehad. Tijdens het boodschappen doen loopt zijn broer de apotheek binnen. Heb je iets voor hem? Mirjam van Berkel wil graag een doosje Domperidon tabeltjes. Ze heeft af en toe last van misselijkheid. Kan dat zo zonder recept? Els van Eijk kreeg van de huisarts het volgende recept: R/ Loperamide 2 mg caps N: 10 S/ 1d2c, daarna iedere 2 uur 1 caps, zolang klachten aanhouden, maximaal 16 mg per etmaal. Ze heeft niet begrepen waarvoor het precies is en ook het gebruik snapt ze niet. Kan jij het uitleggen? Dhr. Ee gaat op vakantie naar Afrika. Kan hij wat middelen kopen tegen buikklachten?
Leeropdracht 8.4: Als buikpijn veroorzaakt wordt door een maagdarminfectie kunnen ook misselijkheid, braken en diarree bijkomende verschijnselen zijn. Beschrijf de zelfzorgadviezen en het ste 1 keuze middel va 1. Misselijkheid en braken, 2 Diarree en 3 Obstipatie.
Leeropdracht 8.5: Ga naar de site van de maag-lever-darmstichting (http://www.mlds.nl/) en bestudeer de site. - Voor welke aandoeningen kan je op deze site terecht? - Vind je de informatie toegankelijk voor de patiënten? - Welk verhaal springt er voor jou uit? Noteer eventuele vragen en stel ze aan de docent. Doe op deze site ook de “spijsverteringscheck” de docent kan hier naar vragen.
Leeropdracht 8.6: Maak een samenvatting uit het boek Farmacotherapie in de apotheek. hoofdstuk 6 “Aandoeningen van het maagdarmkanaal
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
49
Leeropdracht 8.7: Orisel en Loperamide. Werk deze zelfzorgmiddelen uit volgens het jou bekende schema.
Leeropdracht 8.8: Domperidon en Lactulose siroop Werk deze geneesmiddelen uit volgens het jou bekende schema. Zoek plaatjes van de merken en de verpakkingen en plak die erbij, op deze manier worden de merken en verpakkingen herkenbaar voor je.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
50
Thema 9: Zenuwpijn
De term zenuwpijn of neuralgie staat voor elke pijn die ontstaat in het gebied van een zenuw. Een zenuw is een bundel vezels die signalen van de hersenen naar alle delen van het lichaam transporteert en andersom. Zenuwen lopen door je hele lichaam heen. Iedere zenuw is gekoppeld aan een bepaald deel van het lichaam. Daardoor kan zenuwpijn in verschillende plekken in het lichaam voorkomen. Denk maar aan: kiespijn, pijn bij een hernia, het carpaal tunnel syndroom, ischias, gordelroos of aangezichtspijn. Leeropdracht 9.1: Ziektekunde. Tijdens het hoorcollege ziektekunde wordt het onderwerp 'zenuwpijn' besproken. Leeropdracht 9.2: Geneesmiddelenkennis. Neem je boek mee naar het college. In het hoorcollege geneesmiddelenkennis wordt de stof van de afgelopen weken samengevat en herhaald. Leeropdracht 9.3: Casuïstiek. Tijdens de les oefenen jullie aan de balie bij het afhandelen van recepten en het geven van zelfzorgadviezen. Voordat je de casussen gaat uitspelen ga je informatie opzoeken. Maak gebruik van de NHG standaard of zoek de informatie op in de Zelfzorgstandaard boeken.
Dhr. Gerritsen staat met een wat scheef gezicht voor je. Hij is net bij de tandarts geweest en de verdoving is nog niet uitgewerkt. Van de tandarts kreeg hij een recept voor Ibuprofen. Hij vraagt zich af of dit wel goed werkt, want hij is bang – zodra de verdoving uitgewerkt is - erge kiespijn te krijgen.
Mw. Kamali heeft al een paar dagen last van jeukende plekjes in haar taille. Ze vraagt aan jou een middel om de jeuk te verminderen. Ze wil liever niet naar de huisarts.
Dhr. Rellum heeft pijn in zijn rug. Hij kan nauwelijks lopen, want de pijn straalt uit tot in zijn voet. Zijn huisarts is met vakantie en de waarnemer zit aan de andere kant van de stad. Daarom komt hij bij jullie. Kan hij misschien iets krijgen voor de pijn?
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
51
Leeropdracht 9.4: Zoek Zenuwpijn op in het boek Farmacotherapie in de apotheek en op de website NHG ziektebeelden en schrijf het in je eigen woorden op. Leeropdracht 9.5: Jullie maken in groepjes een PowerPoint presentatie over de verschillende zenuwpijnen genoemd in de inleiding. Aan het eind van de week presenteren de verschillende groepjes hun presentatie voor de groep.
Leeropdracht 9.6: Lidocaïne en Capsaïcine Werk deze zelfzorgmiddel uit volgens het jou bekende schema, denk aan toedieningswegen, toedieningsvormen, werking en behandeltherapie
Leeropdracht 9.7: Werk de volgende geneesmiddelen uit volgens het jou bekende schema; Carbamazine en Amitryptilline. Zoek plaatjes van de merken en de verpakkingen en plak die erbij, op deze manier worden de merken en verpakkingen herkenbaar voor je.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
52
Thema 10 Afronding.
De laatste opdracht in dit leermenu, is eigenlijk geen echte opdracht meer. Het is de bedoeling dat je deze tijd gebruikt om alle leeropdrachten uit dit leermenu nog eens na te lopen. Heb je alles gemaakt? Is alles af? En heb je alles begrepen? Als je nog wilt oefenen met het geven van zelfzorgadviezen maak dit dan kenbaar bij de docent. Heb je je naslagboekje met zelfzorgadviezen bijgewerkt de afgelopen weken? Heb je je naslagboekje met snel lopende geneesmiddelen bijgewerkt? Heb je je naslagboekje met geneesmiddelen van de handverkoop bijgewerkt? Stel je eventuele vragen aan de desbetreffende docent en zorg dat je de lesstof gaat leren. Tijdens het hoorcollege ziektekunde en geneesmiddelenkennis zul je oefentoetsen over de stof uit dit leermenu maken.
De docent AA zal dit leermenu met jullie evalueren.
Succes!
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
53
Bijlage leermenu 2
Criteria Criterialijst: Samenvatten van een specialisten brief De volgende punten zijn van belang: > Waar komt de brief vandaan > Datum van de brief gebruiken in het elektronische dossier > Welke afdeling/polikliniek/specialisme etc. > Wie is of was de behandelende arts > Inhoud van de brief: - Wat is de klacht van de patiënt (S) - Welke onderzoeken zijn er verricht (O) - Conclusie (E) - Plan (P) Criterialijst: Een presentatie houden Om een goede en duidelijke presentatie te houden zijn de volgende criteria punten van belang om een voldoende te halen: > Duidelijke opening: - Jezelf of het groepje voorstellen - Doel van de presentatie - Wie zegt wat. Taak verdeling moet duidelijk zijn voor de luisteraars > Inhoudelijk: - Informatie moet goed verteld worden en mag niet worden voorgelezen - Deelnemer mag evt. een blad met korte aantekeningen/punten bij zich hebben - Informatie moet overeenkomen met het doel van de presentatie - De deelnemer verteld uit verschillende oogpunten > Samenwerking: - Duidelijke taakverdeling - Goede voorbereiding van de inhoud > Houding: - Representatieve uitstraling - Duidelijk spreken - De groep aankijken en aanspreken - Als groep afspreken wie waar staat > Tot slot: - Duidelijke afsluiting voor de luisteraars - De luisteraars activeren door ze vragen te stellen of misschien hebben zij vragen.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
54
Criterialijst: Een werkstuk maken Je werkstuk moet minimaal vijf en maximaal tien A4-tjes getypt zijn (Arial lettertype grootte 10) en moet als volgt opgebouwd zijn: - Titel en inhoud - Inleiding - Hoofdstukken - Conclusies - Samenvatting - Bronvermelding. De vormgeving moet aantrekkelijk zijn en de tekst moet in goed Nederlands zijn geschreven.
Criterialijst: Een samenvatting maken
De samenvatting bevat begrijpelijke en relevante informatie De informatie heeft betrekking op de titel en de rode draad Er worden alinea’s gebruikt De samenvatting is in goed Nederlands geschreven De samenvatting is niet te lang: 500 worden moeten teruggebracht worden tot circa 120 woorden.
Criterialijst: Een verslag schrijven Het verslag bevat een omschrijving van het onderwerp De taak of de opdracht De uitwerking van de opdracht De evaluatie Het verslag is in goed Nederlands geschreven. Criterialijst: Het bijwonen van een hoorcollege Voorbereiding: op tijd aanwezig zijn, inlezen in de stof, zo nodig stof herhalen Effectief luisteren, concentreren, gericht vragen stellen Aantekeningen maken: kernwoorden noteren, hoofd- en bijzaken onderscheiden, feiten noteren, logisch structureren, samenvatten, schematiseren Het verwerken van de gegevens: aantekeningen uitwerken, vragen noteren
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
55
Criterialijst: Het afnemen van een interview Voorbereiding: omschrijving van probleem en doel; verdieping in het onderwerp; het maken van een vragenlijst; afspraak maken met de persoon die geïnterviewd wordt. Tijdens het interview: inleiden van het gesprek; structureren van het gesprek; actief luisteren; het noteren van hoofdzaken; afsluiten van het interview. Verslag schrijven: beschrijving van taak, onderwerp, doel, geïnterviewde; duidelijke alinea’s, evaluatie; geschreven in goed Nederlands. Versturen van kopie verslag met bedankje aan geïnterviewde.
Criterialijst: Een PowerPoint presentatie houden De volgende taken, binnen een groepje, moeten worden verdeeld 1. Één of twee personen presenteren (voor de rest van de klas) 2. Eén of twee (andere) personen beantwoorden de vragen die worden gesteld na afloop 3. Eén of twee personen zorgen dat ervoor dat de PowerPoint presentatie een vloeiend geheel wordt.(denk aan opmaak, lettertype, etc.) Uiteraard moet iedereen zijn/ haar bijdrage leveren in het opzoeken en verwerken van informatie. Waar letten we op; Uiteraard de inhoud. Deze moet natuurlijk wel kloppen. De presentatie mag niet van een blaadje worden opgelezen. Gebruik de PowerPoint presentatie als spiekbrief De leerlingen die luisteren, moeten actief zijn en vragen bedenken die ze na afloop kunnen stellen. Van de leerlingen die de vragen moeten beantwoorden wordt natuurlijk verwacht dat ze dat kunnen. Criterialijst: voorlichtingsfolder maken Een voorlichtingsfolder moet aantrekkelijk zijn voor degene voor wie deze bedoeld is. Zowel qua uiterlijk als qua inhoud. (de folder is getypt en voorzien van illustraties) De informatie moet juist zijn en passen bij de behoefte van de doelgroep De folder moet in correct Nederlands geschreven zijn en mag niet letterlijk van internet zijn overgenomen. De folder bevat een bronvermelding Criterialijst: een film maken Voorbereiden: bedenk waar de film over moet gaan. Zoek achtergrond informatie. Verdeel de taken. Maak een ‘script’: bedenk van te voren welke zaken je op welke manier en in welke volgorde wilt laten zien. Zorg dat de informatie die je geeft inhoudelijk juist is. Maak je film aantrekkelijk voor het publiek en niet te lang. Als je mensen wilt filmen vraag dan eerst toestemming en leg het doel van je film uit.
Beroepsopdracht 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013 Leermenu 2 Aannemen en afhandelen van het recept AA BOL 08102012 aangepast 09102013
56