Bereikbaarheid begint bij goede communicatie Advies naar aanleiding van het onderzoek “Werk aan de Willem”naar de bereikbaarheid en communicatie van de gebruikers van de Willem de Zwijgerlaan Leiden 2010
Datum: 10 februari 2011 Stichting Mobiliteit op Maat Auteur: Marlies Mulder
“Bereikbaarheid begint bij goede communicatie” Stichting Mobiliteit op Maat Postbus 2125 2400 CC Alphen aan den Rijn Tel: 0172‐515835 Fax: 0172‐515615
[email protected] www.mobiliteitopmaat.nl
Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
2
Inhoudsopgave
4
Inleiding
4 4
1.1 Achtergrond 1.2 Indeling rapport
5
2. Projectdefinitie en werkwijze
5 5
2.1 Projectdefinitie 2.2. Onderzoeksdoelstelling
6
3. Conclusies onderzoek Willem de Zwijgerlaan
6 6 7 7 8
3.1 Inleiding 3.2 Bereikbaarheid Willem de Zwijgerlaan redelijk tot goed 3.3 Knelpunten zijn grotendeels opgelost 3.4 Communicatiekansen Willem de Zwijgerlaan en andere grote projecten 3.5 Kansrijke Communicatiemiddelen
4. Aanbevelingen naar aanleiding van onderzoek Willem de Zwijgerlaan 4.1 Inleiding 4.2 Kansrijke maatregelen
Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
10 10 10
3
Inleiding 1.1 Achtergrond In 2010 zijn de bereikbaarheid en communicatie(middelen) van de Willem de Zwijgerlaan geëvalueerd doormiddel van een enquête en gesprekken met grote organisaties. De conclusies van die evaluatie zijn verwerkt in dit beknopte adviesrapport. De Willem de Zwijgerlaan (WdZ) wordt tussen 2009 en 2012 in 3 fasen aangepast. De weg is versleten en voldoet ook op andere verkeerskundige vlakken niet meer. Een flinke ingreep is nodig om uiteindelijk een goede doorstroom te garanderen en de omgeving van de WdZ te revitaliseren. In maart 2009 zijn de werkzaamheden van start gegaan en zullen naar schatting eind 2011/begin 2012 afgerond worden. De gemeente Leiden heeft Stichting Mobiliteit op Maat (MOM) daarom gevraagd om de bereikbaarheid en communicatie te evalueren doormiddel van een onafhankelijk kwalitatief en kwantitatief onderzoek. MOM is een onafhankelijk regionaal kennisplatform gespecialiseerd in onderzoek en advies op het vlak van bereikbaarheid en mobiliteitsmanagement. De aanpassing van de WdZ is het eerste project in een lange reeks van grote infrastructurele ingrepen die de weggebruikers van Leiden en omgeving treft. Voor de gemeente Leiden is het van belang om op de hoogte te zijn van wat er leeft onder de Leidse werkgevers in en uit de omgeving van hun gemeente. Dit is niet alleen belangrijk om de huidige aanpak te toetsen, maar ook om informatie en ideeën te krijgen voor het verbeteren en ontwikkelen van een toekomstige aanpak en communicatie rondom grote werken aan de weg. MOM sprak met grote werkgevers en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven uit Leiden en Leiderdorp over de bereikbaarheid en de communicatie rond de WdZ en hoe in de toekomst de bereikbaarheid verbeterd kan worden. 1.2 Indeling rapport In dit rapport worden in hoofdstuk 2 de projectdefinitie en werkwijze kort toegelicht. In hoofdstuk 3 worden de belangrijkste conclusies naar aanleiding van het kwantitatieve en kwalitatieve onderzoek gepresenteerd. In hoofdstuk 4 doen we een aantal aanbevelingen aan de gemeente Leiden.
Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
4
2. Projectdefinitie en werkwijze 2.1 Projectdefinitie Stichting Mobiliteit op Maat (MOM) heeft in opdracht van de Gemeente Leiden een kwalitatief en kwantitatief communicatieonderzoek gehouden over de WdZ onder inwoners en werkgevers in Leiden en net daarbuiten. 2.2. Onderzoeksdoelstelling Inzicht verkrijgen in de vraagstelling “Hoe ervaren gebruikers van de Willem de Zwijgerlaan de werkzaamheden?” Subdoel: • Evaluatie van communicatiemiddelen Voor het onderzoek zijn de volgende onderdelen ingezet: • Enquête: De enquête is aangeboden via internet via drie kanalen: 1. Het Leiden Panel met daarin burgers in Leiden. Een groep die nieuw in het panel zijn krijgen een uitnodiging met link naar de website (ongeveer 400 Leidenaren). 2. Nieuwsbrief Wijkontwikkeling Leiden Noord: via een oproep worden omwonenden van de WdZ gevraagd de enquête in te vullen (6.500 adressen). 3. Uitnodigingsbrief aan gebruikers woonachtig buiten Leiden: via een steekproef nodigen we inwoners uit Oegstgeest en Leiderdorp uit om aan het onderzoek op internet mee te doen (max. 200 brieven) 4. Oproep in de Stadskrant aan Leidenaren die regelmatig van de WdZ gebruik maken.
• Interviews Met 5 werkgevers en 2 ondernemersverenigingen werden interviews gehouden. De uitkomsten van beide onderzoeken zijn uitgewerkt in het rapport ”Werk aan de Willem”. De conclusies en advies vindt u uitgewerkt in het hier voorliggende document.
Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
5
3. Conclusies onderzoek Willem de Zwijgerlaan 3.1 Inleiding Leiden werkt aan het verbeteren van de bereikbaarheid. Een belangrijke stap in de verbetering daarvan is de aanpak van de Willem de Zwijgerlaan (hierna te noemen WdZ). In de komende jaren zullen nog vele grote projecten van start gaan. De communicatie voorafgaand (en tijdens) dergelijke grote wegenbouwprocessen is daarbij van groot belang. MOM onderzocht daarom doormiddel van een enquête onder de Leidse bevolking en een serie interviews met toonaangevende Leidse werkgevers en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven van Leiden en Leiderdorp hoe men de bereikbaarheid en de communicatie heeft ondervonden. Voor de enquête werd ook in Oegstgeest en Leiderdorp opgeroepen tot deelname. Dit leverde 7 reacties op. Het onderzoek heeft dus voornamelijk betrekking op de Leidse bevolking. MOM heeft de algemene gegevens van de enquêterespondenten vergeleken met de kerncijfers 2009 van de gemeente Leiden. Deze komen op vele punten overeen (Bijvoorbeeld op de punten bevolkingsopbouw, opleidingsniveau en leeftijd). Er is dus sprake van een redelijk representatieve vertegenwoordiging van de Leidse bevolking. De belangrijkste vraagstelling was “Hoe ervaren de gebruikers van de WdZ de bereikbaarheid”. De respondenten uit beide onderzoeken waren over het algemeen (gematigd) positief over de bereikbaarheid van de WdZ en de communicatie daarover. Men geeft de gemeente een rapportcijfer 7. De boodschap die uit beide onderzoeken naar voren kwam was dat bereikbaarheid begint bij goede communicatie. Hieronder zetten we nog even kort de belangrijkste conclusies uit beide onderzoeken puntsgewijs op een rij. Opvallend aan het onderzoek was dat gesprekken op veel gebieden overeen kwamen met de mening van de respondenten die de enquête invulden. 3.2 Bereikbaarheid Willem de Zwijgerlaan redelijk tot goed De respondenten uit zowel het kwalitatieve als kwantitatieve onderzoek geven aan dat gebruikers van de WDZ vooral automobilisten en fietsers zijn. De respondenten in het kwantitatieve en kwalitatieve onderzoek geven aan dat zij een beetje overlast ervaren. De WdZ is nu redelijk tot goed bereikbaar vinden de respondenten uit het kwalitatieve onderzoek. De relatief positieve ervaringen gelden voor de huidige situatie. Toen het project van start ging was dat wel anders. Men heeft veel overlast ervaren in de eerste maanden. Beide soorten respondenten vonden de situatie vooral in de beginfase verwarrend, onduidelijk en soms gevaarlijk. Respondenten van zowel het kwalitatieve en kwantitatieve onderzoek gaven voorbeelden van gevaarlijke situaties zoals spookrijders, bijna ongelukken en verkeerschaos. Wanneer mogelijk heeft men een andere route gekozen en de spits vermeden. Inmiddels is de verkeerssituatie dus sterk verbeterd en geeft men aan enige tot matige overlast te ondervinden. In
Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
6
de spits heeft men gemiddeld 5 minuten vertraging, maar zo geeft men aan, dat is minder dan voor de aanpassingen van de WdZ. Men geeft aan dat de redelijke doorstroom van dit moment voor een deel te danken is aan het wegstromen van het verkeer naar andere routes en het gebruik van alternatieven. Men pakt vooral vaker de fiets en de scooter. Wel ervaren de fietsers meer overlast van de werkzaamheden dan de automobilisten. De fietsroutes zijn te krap en het wegdek is slecht. De veiligheid is niet optimaal. Men mist daarnaast de Kooitunnel. Zowel automobilisten en fietsers hebben zich aan de situatie aangepast. Een proces van gewenning is opgetreden en men geeft aan begrip te hebben gekregen voor de aanpak. Respondenten geven aan dat veel overlast in het begin voorkomen had kunnen worden als men eerder en beter op de hoogte was geweest. Men hoopt dat de gemeente lering trekt uit dit project en in de toekomst de aanpak zal verbeteren. In het kwantitatieve onderzoek kwamen de knelpunten in het OV aan de orde. OV‐gebruikers hebben niet het gebruikelijke voordeel van de bus, doordat men bijvoorbeeld niet over een busbaan kan rijden. Men staat in de zelfde file als het autoverkeer, welke zeker in de beginfase behoorlijk wat vertraging op leverde. Ook de OV gebruiker heeft zich in de loop van de tijd aangepast zo lijkt het. De respondenten uit het kwalitatieve onderzoek gaven aan men in het vervolg eerst goede faciliteiten voor fietsers en OV moet realiseren. Goede omrijroutes die voor lange tijd gebruikt worden in plaats van steeds veranderende situaties. Men kan beter 3 jaar lang 5 minuten langer over een goede route moeten omrijden, dan steeds geconfronteerd worden met een andere situatie. Door de alternatieven goed te faciliteren stimuleer je juist het gebruik van bus en vooral fietsgebruik. 3.3 Knelpunten zijn grotendeels opgelost In de eerste fase hebben respondenten van het kwantitatieve onderzoek veel knelpunten ervaren. De bereikbaarheid van de Merenwijk was slecht. Door andere werkzaamheden zoals aan de afsluiting Marnixstraat, Dellaertweg en de Lange gracht werden alternatieve routes gefrustreerd. De situaties wisselden daarnaast zo vaak dat men het overzicht kwijt raakte. Deze knelpunten liggen nu grotendeels in het verleden. Ook de knelpunten die respondenten in het kwalitatieve onderzoek naar voren brachten hebben betrekking op situaties die inmiddels tot het verleden behoren. De uitgang van de in aanbouw zijnde woonwijk “Nieuw Leyden” blijft een punt van zorg. Het Diaconessenhuis heeft patiënten met kleine kwetsuren behandeld, die zijn opgelopen door een val of aanrijding die zich op dit punt heeft voorgedaan. 3.4 Communicatiekansen Willem de Zwijgerlaan en andere grote projecten Algemeen Over het algemeen beoordeelde de beide soorten gebruikers de communicatie als redelijk tot goed. De respondenten van het kwalitatieve onderzoek geven de informatievoorziening een ruime voldoende. 42% geeft een zeven en 22% zelfs een acht en 17% een zes. Bewoners waren iets positiever dan respondenten uit de interviews. Men is het met elkaar eens dat de er winst valt te behalen op communicatiegebied. Men vraagt vooral om visuele manier van communiceren. Foto’s en plattegronden worden op prijs gesteld. De belangrijkste bron van informatie zijn de huis‐aan‐huisbladen. Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
7
Respondenten kwantitatieve onderzoek Met de respondenten van het kwantitatieve onderzoek werden de kansen voor verbeteringen in de communicatie uitgebreid besproken. Het bedrijfsleven en andere werkgevers missen overleg met de gemeente. Zij geven aan mede verantwoordelijk te zijn voor de communicatie en bijdrage te kunnen leveren omdat men de eigen werknemers/klanten en patiënten gericht en op maat kan bedienen. Ver voor de start van grote projecten wil men kunnen meedenken en vooral goed geïnformeerd worden. Alle respondenten willen meer duidelijkheid over de planning en goed uitgelegd krijgen waarom en hoe de werkzaamheden uitgevoerd zullen worden. Dit geldt overigens ook voor veel respondenten uit het kwantitatieve onderzoek. De gemeente moet een regiorol hebben en werkgevers moeten ondersteunen. De grote werkgevers willen onderdeel zijn van de communicatieketen. Men wil graag informatie die niet alleen de verkeerstechnische situatie uitlegt, maar vooral wat de gevolgen zijn voor de omwonenden, de bedrijven ( vooral de organisaties in de directe omgeving) en zeker ook de rest van de stad. De gemeente moet vooral duidelijke taal spreken en gebruik maken van beeldmateriaal. Daarnaast wil men graag informatie over de mogelijke alternatieve routes en reiswijzen. De communicatie moet zich richten op alle weggebruikers en niet alleen op automobilisten. 3.5 Kansrijke Communicatiemiddelen De respondenten van het kwantitatieve onderzoek gaven aan dat men informatie het liefst op de volgende vijf manieren ontvangt. 1. Op een gedeelde eerste plaats eindigde de Huis‐aan‐huisbladen zoals; Het op Zondag, het Leidsch Nieuwsblad en het Witte weekblad en de website van de gemeente Leiden. 2. Op een gedeelde tweede plaats de bewonersbrief van de gemeente en het Leidsch Dagblad 3. Een email of digitale nieuwsbrief 4. Verkeersborden langs het traject 5. De Stadskrant De onderstaande communicatiemiddelen werden goed gewaardeerd of als kansrijk bestempeld door de respondenten van het kwalitatieve onderzoek. Er is een grote overeenkomst in de waardering van communicatiemiddelen tussen de beide respondentgroepen. • Huis‐aan‐huisbladen Voor bijna alle respondenten zijn de huis aan huisbladen de belangrijkste bron van informatie en dat moet zo blijven. Men leest vooral het Leidsch Nieuwsblad, waarvan de stadskrant onderdeel is. Men vraagt om een vaste plek voor de wegwerkzaamheden, zodat het herkenbaar wordt. • Het Leidsch Dagblad Voor de respondenten was dit een even belangrijke informatiebron als de Huis‐aan‐huisbladen. Men gaf aan dat de gemeente gebruik moet maken van alle kranten. Vooral de universiteitskrant de Mare is een kanshebber, omdat die door zowel studenten, als personeel van de universiteit Leiden goed gelezen word. Niet iedereen leest het Leidsch Dagblad en niet iedereen de Huis‐aan‐huis bladen, maar bijna iedereen leest wel eens een locale krant. • Bewonersbrief en de “special” Wijkontwikkeling Leiden‐Noord Bewonersbrieven worden op prijs gesteld. Men vindt wel dat bij de start van grote infrastructurele projecten alle bewoners een brief moeten krijgen. Daarnaast roept men op tot het digitaliseren van deze vorm van informeren. Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
8
• De website van de gemeente Leiden De website van de gemeente Leiden moet vooral als achtergrond informatie ingezet worden. Organisaties willen bij hun route‐informatie kunnen verwijzen naar de website van de gemeente. De informatie moet direct vanaf de homepage met 1 klik bereikbaar zijn. Men wil op de website vooral visuele informatie kunnen vinden. • Twitter Twitter kan een aanvulling zijn op bestaande communicatiemiddelen. Met name een deel van het bedrijfsleven maakt hier gebruik van. • Aankondigingborden en verkeersborden Verkeers‐ en aankondigingsborden zijn volgens de respondenten vanzelfsprekend een belangrijke manier van communiceren. Indien mogelijk wil men eerder gewaarschuwd worden. Het aantal borden moet wel tot een minimum beperkt worden. Verkeersdeelnemers kunnen maar een beperkt aantal signalen tot zich nemen. Het inzetten op GPS informatie zou daarom een welkome aanvulling zijn. Hiervoor zou de gemeente Leiden moeten inzetten op een digitaal verkeerssysteem. Men vindt projectborden in hun huidige vorm weinig informatief. Graag zou men zien dat deze van meer specifieke informatie worden voorzien. Overige vormen van communicatie zoals radio en tv konden op weinig belangstelling rekenen. Uit beide onderzoeken kwamen veel wensen en ideeën naar voren over hoe men de bereikbaarheid en de communicatie kan verbeteren. In het volgende hoofdstuk zijn deze voor een deel verwoord in de aanbevelingen aan de gemeente Leiden.
Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
9
4. Aanbevelingen naar aanleiding van onderzoek Willem de Zwijgerlaan 4.1 Inleiding In dit hoofdstuk zetten we de belangrijkste kansen naar aanleiding van het kwantitatieve‐ en kwalitatieve onderzoek op een rij. Bereikbaarheid begint bij goede communicatie. Deze boodschap kwam uit de beide onderzoeken naar voren, daarom zijn de onderstaande aanbevelingen bijna allemaal op het gebied van communicatie.
4.2 Kansrijke maatregelen
1. Streef naar een gezamenlijke aanpak werkgevers en gemeente voorafgaand aan grote infrastructurele werken. De gemeente is de “spin in het web” als het gaat om de aanpak van de communicatie in Leiden. Grote organisaties en het bedrijfsleven geven aan graag in gesprek te willen met de gemeente, ruim voor de start van projecten, zodat men mee kan denken en meewerken aan het verbeteren van de bereikbaarheid. Vanuit de eigen expertise van een organisatie kunnen waardevolle toevoegingen in de communicatie worden meegenomen. Zo kunnen taxibedrijven aangeven wat de beste plek voor verkeers‐ en aankondigingborden zijn. Daarnaast spreken de organisaties de taal van bijvoorbeeld de ondernemers of de studenten. Men kan daarnaast tijdig eigen acties ondernemen. Zo kan het bijvoorbeeld voor een school handig zijn om een eigen informatie bord te plaatsen waarop men parkeerders waarschuwt om via een andere straat naar de locatie te rijden en men kan ouders vragen om zoveel mogelijk niet met de auto naar de locatie te rijden om hun kinderen af te zetten. Ziekenhuizen kunnen hun afspraken ruimer plannen en vragen of men wat eerder van huis vertrekt en de VVV kan flyers maken voor toeristen. Per toekomstig project moet bekeken worden welke keten van communicatie ingezet moet worden. Hiervoor zou bijvoorbeeld een klankbordgroep in het leven geroepen kunnen worden waarin een aantal belangrijke vertegenwoordigers van doelgroepen (bewoners, klanten, werkgevers, studenten en patiënten) vertegenwoordigd zijn. Betrokken werkgevers en gemeente moeten daarnaast duidelijke afspraken maken over de verantwoordelijkheden en taakverdeling. De trekkersrol ligt bij de gemeente, maar in de verspreiding en inhoud van de boodschap ligt een rol voor de werkgevers weggelegd. Het bereikbaarheidsplatform Leidse Agglomeratie kan hierin een rol spelen. Hierin vindt afstemming tussen diverse overheden en Leidse organisaties plaats. 2. Blijf inzetten op de klassieke communicatiemiddelen en maak het interactiever De gemeente maakt goed gebruik van de huis‐aan‐huisbladen. Ook de bewonersbrief en informatieavonden worden gewaardeerd. Uit beide onderzoeken kwam naar voren dat deze manier van informatie verspreiden goed werkt en goed gewaardeerd wordt. Regelmatiger communiceren en Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
1
op een vaste plek is wenselijk. De stadskrant is dus een uitstekende plek om te blijven communiceren. Mogelijk wordt er bij aanvang van nieuwe projecten of bij ingrijpende wijzingen tijdens de werkzaamheden aan de WdZ ook de Mare gebruikt om informatie te verspreiden. Deze krant wordt door heel veel inwoners en bijna alle studenten in Leiden gelezen. De Mare wordt door circa 40% van de Leidenaren gelezen. Aanvullend kan er worden ingezet op een digitale nieuwsbrief of infomail. Deze heeft als bijkomend voordeel dat er doorgeklikt kan worden naar de bereikbaarheidspagina van de gemeente Leiden (en andere informatie) en men kan de mogelijkheid om te reageren toevoegen. Het is in overweging te nemen om ook te gaan communiceren via Twitter. Ook al wordt er vooralsnog een kleine groep mee bediend. Het medium is relatief nieuw, maar het aantal gebruikers neemt per dag toe. Met name ondernemers en scholieren gebruiken Twitter. 3. Zet communicatie in op publiekstrekkers Eerder waarschuwen voor de te verwachten verkeerssituatie was één van de wensen van respondenten uit beide onderzoeken. Men zou bijvoorbeeld graag een flyertje aan de pomp ontvangen. Men kan daarom het beste inzetten op plekken waar men parkeert en veel mensen samen komen, zoals parkeergelegenheden en publiekstrekkers als super‐ en bouwmarkten, musea, pompstations, ziekenhuizen en school‐ en universiteitsgebouwen. Een groot deel van de bewoners is verbonden bij het Leidse onderwijs. Informatie moet naast automobilisten vooral ook de andere verkeersgebruikers bedienen. Grote instellingen kunnen de verspreiding voor hun rekening nemen. 4. Inzet op fiets (en scooter)kansrijk In Leiden wordt relatief veel aan het verkeer deelgenomen per fiets. Toch kan hier nog winst behaald worden. Door de werkzaamheden aan de WdZ hebben de fietsverkooppunten de verkoop van (Elektrische)fietsen en ook scooters enigszins zien stijgen. De gemeente zou samen met fietsenhandelaren een gezamenlijke actie kunnen opzetten om het fietsen nog aantrekkelijker te maken. Een korting is vaak bespreekbaar. Ook zijn er organisaties die gratis kunnen ondersteunen bij het opzetten van diverse fietsstimulerende maatregelen. Mobiliteit op Maat kan de gemeente in contact brengen met deze organisaties. Men kan daarnaast vooral voor het woon‐werkverkeer de algemene belastingmaatregelen voor het gebruik van de fiets onder de aandacht brengen In veel gevallen kent men het fietsprivé‐ plan, maar weet men niet dat reparaties, fietsaccessoires belastingaftrekbaar zijn en dat de elektrische fietsen ook onder de maatregel vallen. Daarnaast zijn er diverse organisaties (Zoals trappers en nationale fietsplan) in Nederland waar men door fietskilometers te registreren voor leuke prijzen kan sparen. 5. Onderstreep de openbaarvervoersmogelijkheden door informatieborden en OV‐sites Maak informatie over werkzaamheden bij bushaltes beter zichtbaar. Voorzie deze van informatieposters en verschaf deze posters ook aan bedrijven en scholen in de omgeving van de bushalte. Communiceer daarnaast regelmatig naar de Connexxion en OV9292. Controleer vooral of de informatie ook daadwerkelijk op de sites wordt geplaatst. 6. Inzet GPS kansrijk Veel autobezitters hebben een GPS systeem in hun auto. De vraag om een goed digitaalsysteem is hoog en zal een groot deel van de gebruikers bedienen. Vooral voor bezoekers aan de stad biedt dit duidelijkheid. De gemeente Leiden overweegt in samenwerking met andere gemeente de aanschaf van een digitaal systeem waarin lopende en geplande werkzaamheden afgestemd kunnen worden en Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
1
die tegen betaling de mogelijkheid biedt om deze werkzaamheden ook te publiceren op een website. Het is ook mogelijk om een module aan te schaffen die communiceert met GPS. De kosten verschillen per leverancier. 7. Bereikbaarheid per OV en shuttle kansrijke aanvulling bij toekomstige projecten De bereikbaarheid per OV is voor wat betreft de WdZ geen grote kans, omdat er geen aparte busbanen zijn, maar voor toekomstige projecten zijn er goede kansen om een hoger gebruik te stimuleren. Het OV verbeterd de komende jaren en de RijnGouwelijn en/of een andere vorm van hoogwaardig openbaar vervoer zal waarschijnlijk over een aantal jaar beter gaan ontsluiten. Leiden is in het algemeen per OV vanuit vele plaatsen zeer goed te bereiken en bereikbaarheid zal alleen maar verbeteren. Leiden ligt op een as van grote steden, maar is ook zeer goed verbonden met de rest van Nederland. Een medewerker wonende in de regio Amsterdam of Den Haag is in veel gevallen sneller op kantoor met het OV dan met de auto. In de regio Holland‐Rijnland wordt de komende jaren flink geïnvesteerd in hoogwaardige openbaar vervoernetwerken en naar verwachting zal die steeds beter en frequenter op elkaar aan zullen sluiten. De NS werkt bijvoorbeeld in de Randstad momenteel aan het verwezenlijken van metroachtig vervoer op het spoor. De frequentie op het spoor zal op korte termijn zodanig omhoog gaan dat er om de 5 tot 10 minuten een trein op de Noord‐Zuid verbindingen zal rijden. Het OV zal in het algemeen een steeds sterkere positie in Leiden in nemen. Het gewone busvervoer in Leiden is vaak goed, maar mist flexibiliteit en sluit te weinig frequent aan op het treinverkeer. Ook een RijnGouwelijn mist flexibiliteit en bedient maar een gedeelte van de stad. Klein openbaar vervoer (shuttle vervoer) kan dit gat vullen. Zoals het systeem van hoogfrequente Glipperbusjes, dat populair is bij veel inwoners. De kansen voor kleinschalig vervoer zouden voor aankomende projecten onderzocht moeten worden.
Bureau Mobiliteit op Maat: Bereikbaarheid begint bij goede communicatie 10‐02‐2011
1