Bepalingen Rubicon Maart 2016
Den Haag, februari 2016 Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Inhoud 1 2 3
4
5
Algemene bepalingen NWO Normbedragen
1 2
2.1
Normbedrag buitenland
2
2.2
Normbedrag Nederland
6
Specifieke bepalingen voor onderzoeksverblijf in het buitenland 7 3.1
Startformulier
7
3.2
Promotiedatum
7
3.3
Dienstverband
7
3.4
Uitbetalingen
7
3.5
Besteding
8
3.6
Intellectueel eigendom
8
3.7
Verslaglegging
8
3.8
Eindafrekening
Specifieke bepalingen voor onderzoeksverblijf in Nederland
8
10
4.1
Startformulier
10
4.2
Promotiedatum
10
4.3
Uitbetalingen
10
4.4
Verslaglegging
10
4.5
Eindafrekening
Overige bepalingen
10
11
5.1
Bereikbaarheid
11
5.2
Ethische aspecten
11
5.3
Overige financiering
12
5.4
Deeltijd
12
5.5
Tussentijdse beëindiging
12
1 Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen NWO / Bepalingen Rubicon
1 Algemene bepalingen NWO De NWO Regeling Subsidies 2015 is van toepassing voor zover daar niet van wordt afgeweken in dit document met de specifieke bepalingen voor Rubiconsubsidies.
2 Hoofdstuk 2: Normbedragen / Bepalingen Rubicon
2 Normbedragen 2.1
Normbedrag buitenland De vergoeding voor verblijf in het buitenland is afhankelijk van de gekozen bestemming en kent drie componenten: een basisbedrag, reiskosten en onderzoekskosten. Het is niet mogelijk andere toelagen aan te vragen dan de drie hieronder beschreven componenten. Over de fiscale behandeling van deze onkostenvergoeding kan NWO geen informatie verstrekken. Hiervoor dient u contact op te nemen met de belastinginspecteur in uw eigen (woon)district. Onderzoekskosten Het bedrag voor onderzoekskosten is voor iedereen € 230 per maand ongeacht de bestemming met uitzondering van Nederland. Reiskosten De reiskosten worden gebaseerd op de afstand in rechte lijn (hemelsbreed) tussen Amsterdam en het gastinstituut. Bij een verblijf van 12 maanden worden de reiskosten éénmalig toegekend, bij een verblijf langer dan 12 maanden worden de reiskosten tweemaal toegekend. De reiskosten worden overgemaakt naar de bankrekening van de laureaat zelf. Afstand (km)
Vaste tegemoetkoming per 12 maanden (EUR)
< 500
250
500 – 1.000
500
1.000 – 1.500
750
1.500 – 2.500
1.000
2.500 – 5.000
1.500
5.000 – 10.000
2.000
> 10.000
2.500
Het basisbedrag Het basisbedrag is in eerste instantie bedoeld voor het betalen van het salaris van de laureaat en de daarbij horende werkgeverslasten. Indien het basisbedrag niet volledig besteed wordt aan het salaris en de werkgeverslasten mag het restant besteed worden aan overige kosten ten behoeve van het Rubicononderzoek. Het basisbedrag wordt berekend door een jaarbedrag van 63.000 euro aan te passen met gebruik van de correctiecoëfficiënten in de lijst hieronder. Het jaarbedrag en de correctiecoëfficiënten zijn ontleend aan de Marie Curie Fellowships. Aan de bedragen in dit document kunnen geen rechten worden ontleend. De onderzoeker blijft/gaat in dienst bij een Nederlands kennisinstituut of gaat in dienst bij een buitenlands gastinstituut. Er bestaat geen dienstverband met NWO.
3 Hoofdstuk 2: Normbedragen / Bepalingen Rubicon
Rubicon Normbedragen voor 2016 op basis van een jaarbedrag van 63.000 per jaar en de correctie coëfficiënten hieronder per land. Voorbeeld: het bedrag voor 12 maanden in Albanië is 63.000 * 0,761 = 47.943 euro, hierbij kan men 12 * 230 euro onderzoekskosten = 2.760 euro optellen. Voor de berekening van reiskosten zie hierboven. Land
Correctie coëfficiënt
Albania
76.1
Algeria
81.7
Angola
114.6
Argentina
58.5
Armenia
89.9
Australia
105.0
Austria
104.8
Azerbaijan
93.0
Bangladesh
47.2
Barbados
116.6
Belarus
65.0
Belgium
100.0
Belize
75.3
Benin
92.6
Bermuda
151.5
Bolivia
51.3
Bosnia & Herzegovina
73.6
Botswana
55.3
Brazil
93.0
Bulgaria
71.5
Burkina Faso
93.8
Cambodia
70.5
Cameroon
103.3
Canada
86.4
Cape Verde
76.4
Cen African Rep.
114.3
Chad
125.3
Chile
67.1
China
85.0
Colombia
76.6
Congo
124.9
Costa Rica
76.7
Côte d’Ivoire
102.0
Croatia
97.5
Cuba
83.8
Cyprus
91.8
Czech Republic
83.8
Dem Rep Congo
127.6
Denmark
135.3
Djibouti
93.4
Dominican Rep.
66.9
Ecuador
68.8
Egypt
48.6
El Salvador
74.3
Eritrea
61.2
Estonia
78.3
Ethiopia
85.2
Faroe Islands
134.1
4 Hoofdstuk 2: Normbedragen / Bepalingen Rubicon
Fiji
68.1
Finland
116.6
France
111.0
Gabon
113.1
Gambia
67.7
Georgia
89.5
Germany
98.8
Ghana
68.2
Greece
92.7
Guatemala
78.8
Guinea
60.4
Guinea-Bissau
102.7
Guyana
58.9
Haiti
108.7
Honduras
69.0
Hong Kong
93.8
Hungary
76.2
Iceland
116.6
India
52.8
Indonesia
75.3
Ireland
113.5
Israel
108.7
Italy
106.7
Jamaica
94.9
Japan
115.9
Jordan
75.5
Kazakhstan
100.2
Kenya
78.1
Kyrgyzstan
83.1
Laos
77.7
Latvia
75.9
Lebanon
86.4
Lesotho
56.7
Liberia
100.1
Libya
60.0
Liechtenstein
110.0
Lithuania
73.1
Luxembourg
100.0
Macedonia (FYROM)
68.4
Madagascar
80.0
Malawi
76.0
Malaysia
71.6
Mali
90.4
Malta
89.6
Mauritania
64.5
Mauritius
72.7
Mexico
70.4
Moldova
61.1
Montenegro
66.9
Morocco
83.5
Mozambique
71.6
Namibia
68.3
Nepal
73.5
New Caledonia
128.9
New Zealand
94.1
5 Hoofdstuk 2: Normbedragen / Bepalingen Rubicon
Nicaragua
57.3
Niger
87.9
Nigeria
92.4
Norway
131.9
Pakistan
49.4
Panama
57.0
Papua New Guinea
83.0
Paraguay
71.9
Peru
75.5
Philippines
65.8
Poland
76.4
Portugal
89.1
Romania
68.3
Russia
115.5
Rwanda
87.3
Samoa
75.8
Saudi Arabia
84.8
Senegal
86.2
Serbia
67.1
Sierra Leone
85.2
Singapore
102.5
Slovakia
82.6
Slovenia
86.1
Solomon Islands
93.3
South Africa
55.8
South Korea
105.2
Spain
97.6
Sri Lanka
61.6
State of Palestine
100.4
Sudan
65.1
Suriname
50.6
Swaziland
56.8
Sweden
111.7
Switzerland
113.1
Syria
74.8
Taiwan
83.6
Tajikistan
64.9
Tanzania
65.2
Thailand
65.0
East Timor
78.3
Togo
88.7
Tonga
85.0
Trinidad & Tobago
74.1
Tunisia
70.5
Turkey
86.6
Uganda
65.7
UK
120.3
Ukraine
92.3
Uruguay
75.3
US
99.4
Uzbekistan
51.4
Vanuatu
112.6
Venezuela
70.0
Vietnam
51.1
Yemen
68.1
6 Hoofdstuk 2: Normbedragen / Bepalingen Rubicon
2.2
Zambia
66.4
Zimbabwe
47.2
Normbedrag Nederland Bij verblijf aan een Nederlands instituut wordt ervan uitgegaan dat dit instituut optreedt als werkgever. Hiervoor wordt een lumpsum vergoeding van maximaal 63.000 euro op jaarbasis aan het instituut verstrekt, dit gebeurt in zesmaandelijkse tranches. NWO treedt niet zelf op als werkgever en de regeling Overlaten Werkgeverschap is hier niet van toepassing.
7 Hoofdstuk 3: Specifieke bepalingen voor onderzoeksverblijf in het buitenland / Bepalingen Rubicon
3 Specifieke bepalingen voor onderzoeksverblijf in het buitenland 3.1
Startformulier Het onderzoek dient te worden aangevangen tussen 1 september en 1 december 2016. Het ingevulde en ondertekende Startformulier Rubiconsubsidie buitenland dient u uiterlijk vier weken voor de startdatum aan NWO te versturen. Het is vereist dat het ontvangende onderzoeksinstituut meeondertekent en daarmee verklaart dat de laureaat bij dit instituut in dienst komt voor tenminste de duur van het in de aanvraag beschreven onderzoek. Het onderzoek dient in een aaneengesloten periode plaats te vinden.
3.2
Promotiedatum Indien u nog niet gepromoveerd bent, dient u vóór aanvang van het onderzoek de promotiedatum aan NWO door te geven – voor zover niet reeds vermeld in uw aanvraag. Indien uw promotiedatum nog niet bekend is, kan het Rubicononderzoek niet van start gaan.
3.3
Dienstverband NWO geeft er voorkeur aan dat de onderzoekers tijdens hun verblijf in het buitenland in dienst blijven/gaan bij een Nederlands kennisinstituut die het project in beheer neemt en de onderzoeker bij het buitenlandse gastinstituut detacheert. Zodoende kunnen de vrouwelijke onderzoekers gebruik maken van de Nederlandse regelgeving van 16 weken doorbetaald zwangerschapsverlof. Wanneer deze mogelijkheid niet bestaat kan de onderzoeker ook in dienst treden van het buitenlandse gastinstituut en valt dan onder de daar geldende arbeidsrechtelijke voorwaarden. In beide gevallen zal NWO garanderen dat het salaris tijdens een zwangerschapsverlof, voor maximaal 16 weken, wordt doorbetaald. Wanneer u van deze regeling gebruikt wilt maken kunt u hiervoor een schriftelijk verzoek indienen bij NWO (
[email protected]).
3.4
Uitbetalingen Betaling van het toegekende bedrag wordt in zesmaandelijkse tranches overgemaakt aan het instituut waar u in dienst bent. Dat kan het buitenlandse gastinstituut zijn of het Nederlandse kennisinstituut die uw project in beheer heeft. De (eerste) betaling van het bedrag voor de internationale reiskosten wordt tijdig voor uw vertrek overgemaakt op uw rekening (zie Startformulier). Indien uw buitenlandsverblijf een periode langer dan 12 maanden betreft, is rekening gehouden met een tweede vergoeding voor internationale reiskosten. Dit bedrag ontvangt u in het laatste kwartaal van de onderzoeksperiode op uw rekening.
8 Hoofdstuk 3: Specifieke bepalingen voor onderzoeksverblijf in het buitenland / Bepalingen Rubicon
3.5
Besteding Het gastinstituut gebruikt de subsidie om uw salaris te betalen, inclusief de sociale lasten. Het budget voor onderzoekskosten mag u besteden aan publicatiekosten, reis- en verblijfskosten voor werk- en congresbezoek tijdens de subsidieperiode en andere kosten samenhangend met het Rubicononderzoek. Wanneer de salaris- en werkgeverskosten het basisbedrag niet volledig benutten, mag het restant aan onderzoekskosten worden besteed. NWO zal geen aanspraak maken op met subsidie aangeschafte materiële zaken en apparatuur. Hiermee vervalt art.13 van de NWO Algemene Bepalingen voor Rubiconprojecten bij een buitenlands gastinstituut. Het is niet toegestaan overhead of administratiekosten, doorbetaling tijdens zwangerschapsverlof dan wel ziekte of ander personeel dan de aanvrager zelf uit de subsidie te betalen. Als en voor zover de gesubsidieerde activiteiten kunnen leiden tot schadelijke gevolgen voor derden – zoals bijv. bij patiëntenonderzoek – zal de projectleider, subsidiair zijn werkgever, NWO in geen geval ter zake aansprakelijk stellen. Deze voorwaarde vervangt Art.8 van de NWO Algemene Bepalingen voor Rubiconprojecten bij een buitenlands gastinstituut.
3.6
Intellectueel eigendom Voor kennis die voortvloeit uit onderzoek uitgevoerd in het kader van het Rubiconprogramma geldt, dat de octrooiwetgeving van het gastland, anders dan Nederland, bepalend is voor de vestiging van intellectuele eigendomsrechten hierop, met dien verstande dat van het onderzoeksinstituut wordt verwacht dat deze een dusdanige toegang tot de onderzoeksresultaten respectievelijk een dusdanige licentie op de desbetreffende intellectuele eigendomsrechten geeft aan de onderzoeker, dat de carrièremogelijkheden van deze onderzoeker niet worden gehinderd. Hierover kunnen de onderzoeker en het gastinstituut in goed vertrouwen nadere afspraken maken. Art. 29 van de NWO Algemene Bepalingen is niet van toepassing op Rubiconprojecten in het buitenland. Voor zover het onderzoek in Nederland wordt uitgevoerd, geldt hiervoor het staande NWO beleid.
3.7
Verslaglegging Voor Rubiconprojecten worden geen voortgangsverslagen gevraagd. Art. 19 en 21 in de NWO Algemene Bepalingen zijn daarom niet van toepassing. Binnen 13 weken na einde van uw onderzoeksverblijf verwacht NWO een beknopt eindverslag van de verrichte werkzaamheden en resultaten van uw onderzoek en uw ervaringen gedurende de uitvoering van uw Rubicononderzoek. NWO stuurt u hiertoe een verzoek inclusief een formulier voor het verslag.
3.8
Eindafrekening Binnen 13 weken na de einddatum van de subsidie dient een verantwoording over de uitvoering van het gesubsidieerde onderzoek te zijn overlegd door het instituut waar de laureaat het onderzoek heeft uitgevoerd. Voor Rubicon kan volstaan worden met een verklaring van het gastinstituut dat de laureaat in de genoemde periode voor uitvoering van het Rubicononderzoek aan het instituut werkzaam is geweest. Deze verklaring wordt meeondertekend door de laureaat.
9 Hoofdstuk 3: Specifieke bepalingen voor onderzoeksverblijf in het buitenland / Bepalingen Rubicon
In het geval het project in beheer is geweest bij een Nederlands instituut is de ontvangen subsidie onderdeel van de reguliere controle uit het controleprotocol WO van het Ministerie OCW. NWO behoudt zich het recht voor om zo nodig nog aanvullende informatie ten behoeve van de financiële verantwoording op te vragen. Art. 22 t/m 23 van de NWO Algemene Bepalingen zijn niet van toepassing op Rubiconprojecten.
10 Hoofdstuk 4: Specifieke bepalingen voor onderzoeksverblijf in Nederland / Bepalingen Rubicon
4 Specifieke bepalingen voor onderzoeksverblijf in Nederland 4.1
Startformulier Het onderzoek dient te worden aangevangen tussen 1 september en 1 december 2016. Het ingevulde en ondertekende Startformulier Rubiconsubsidie Nederland dient u vier weken voor de startdatum aan NWO te versturen. Het is vereist dat het ontvangende onderzoeksinstituut meeondertekent en daarmee verklaart dat de laureaat bij dit instituut in dienst komt voor tenminste de duur van het in de aanvraag beschreven onderzoek. Het gastinstituut verplicht zich hiermee de laureaat in de gelegenheid te stellen het Rubicononderzoek uit te voeren. Het onderzoek dient in een aaneengesloten periode plaats te vinden.
4.2
Promotiedatum Indien u nog niet gepromoveerd bent, dient u vóór aanvang van het onderzoek de promotiedatum aan NWO door te geven – voor zover niet reeds vermeld in uw aanvraag. Indien uw promotiedatum nog niet bekend is, kan het Rubicononderzoek niet van start gaan.
4.3
Uitbetalingen Het toegekende bedrag wordt overgemaakt aan het gastinstituut in zesmaandelijkse tranches.
4.4
Verslaglegging Voor Rubiconprojecten worden geen voortgangsverslagen gevraagd. Art. 19 en 21 in de NWO Algemene Bepalingen zijn daarom niet van toepassing. Binnen 13 weken na einde van uw onderzoeksverblijf verwacht NWO een beknopt eindverslag (maximaal twee pagina’s A4 exclusief referenties en publicaties) van de verrichte werkzaamheden en resultaten van uw onderzoek en uw ervaringen gedurende de uitvoering van uw Rubicononderzoek. NWO stuurt u hiertoe een verzoek inclusief een formulier voor het verslag.
4.5
Eindafrekening Binnen 13 weken na de einddatum van de subsidie dient een verantwoording over de uitvoering van het gesubsidieerde onderzoek te zijn overlegd door het instituut waar de laureaat het onderzoek heeft uitgevoerd. Voor Rubicon kan volstaan worden met een verklaring van het gastinstituut dat de laureaat in de genoemde periode aangesteld was voor uitvoering van het onderzoek; deze verklaring wordt meeondertekend door de laureaat. De ontvangen subsidie is onderdeel van de reguliere controle uit het controleprotocol WO van het Ministerie OCW. NWO behoudt zich het recht voor om zo nodig nog aanvullende informatie ten behoeve van de financiële verantwoording op te vragen. Art. 22 t/m 23 van de NWO Algemene Bepalingen zijn niet van toepassing.
11 Hoofdstuk 5: Overige bepalingen / Bepalingen Rubicon
5 Overige bepalingen 5.1
Bereikbaarheid Gedurende de looptijd van de subsidie tot aan de ontvangst van de eindverklaring dienstverband en wetenschappelijk eindverslag dient u bereikbaar te zijn en uw medewerking te verlenen als NWO tussentijds informatie vraagt. Hiertoe wil NWO tenminste beschikken over een geldig emailadres naast het reeds bekende correspondentieadres. Zodra bekend ontvangen wij graag het correspondentieadres tijdens uw onderzoeksverblijf aan het gastinstituut. NWO wil in kaart brengen waar de onderzoekers terecht komen na afloop van het Rubicononderzoek. Daarvoor blijft NWO graag de adreswijzigingen van de laureaten ontvangen zodat NWO twee en vijf jaar na de einddatum van het project op kan vragen waar u op dat moment werkt, of u nog steeds wetenschappelijk onderzoek doet, of u na het project publicaties heeft uitgebracht over de resultaten, enz. Deze gegevens worden alleen cumulatief gebruikt in rapportages van NWO over het Rubicon programma en zijn niet tot een individu te herleiden.
5.2
Ethische aspecten Bij de uitvoering en verslaglegging van het onderzoek, en bij publicatie van de resultaten van dat onderzoek dient te worden gehandeld overeenkomstig hetgeen verwacht mag worden omtrent ethisch verantwoord en integer gedrag in het kader van wetenschappelijk en/of technologisch onderzoek. Onderstaande tekst vervangt art. 7 van de NWO Algemene Bepalingen. Voor u een aanvraag indient, moet u nagaan of het uitvoeren van het geplande onderzoek ethische vragen oproept en of uw onderzoeksvoorstel getoetst moet worden door een ethische commissie. Voor bepaalde onderzoeksprojecten is een goedkeurende verklaring van een erkende Medisch Ethische Toetsingscommissie (METC) of een Dier Experimenten Commissie (DEC) nodig. Daarnaast is voor bepaalde onderzoeksvoorstellen een vergunning nodig op grond van de Wet Bevolkingsonderzoek (WBO). Meer informatie over de METC is beschikbaar bij de Centrale Commissie Mensgebonden onderzoek (CCMO), bij de Nederlandse Vereniging voor Dierexperimentencommissies is informatie over DEC te vinden en bij o.a. de Gezondheidsraad is informatie over de WBO beschikbaar. NWO onderschrijft de code Openheid Dierproeven en de code Biosecurity. Voor aanvragen in Rubicon geldt dat de aanvragers de bestaande codes moeten onderschrijven en naleven. Een onderzoeksproject kan pas starten als NWO (indien nodig) een kopie van de goedkeurende ethische verklaring en/of vergunning WBO ontvangen heeft. NWO verwacht dat de kandidaten rekening houden met het tijdpad van de beoordeling en de tijd die nodig is voor de toetsing door een ethische commissie of de aanvraag voor een WBO vergunning. Voor complexe vragen op het gebied van ethische vraagstukken, behoudt NWO zich het recht voor een externe adviseur te raadplegen. Indien NWO na overleg met de aanvrager van mening is dat een ethische toets voor een aanvraag nodig is, is de aanvrager verplicht alsnog maatregelen te nemen voor een toetsing door een ethische commissie. Bij het uitblijven van een noodzakelijke
12 Hoofdstuk 5: Overige bepalingen / Bepalingen Rubicon
goedkeurende verklaring van een ethische commissie wordt de subsidie direct ingetrokken. Na het starten van het project geldt dat indien uw onderzoek niet ethisch verantwoord uitgevoerd wordt, NWO zich het recht voorbehoudt de subsidie stop te zetten.
5.3
Overige financiering De ontvanger van een Rubiconsubsidie mag naast deze subsidie nog andere financiële steun verwerven. Alleen indien deze steun evident bedoeld is voor dezelfde kosten als de Rubiconsubsidie zal de Rubiconsubsidie evenredig worden verlaagd. Indien voor het onderzoek van andere zijde financiële steun toegezegd wordt, mag u dit niet aanvaarden voordat NWO daar akkoord mee is gegaan. Alleen in uitzonderlijke gevallen en na instemming door NWO kan op bovenstaande punten afgeweken worden.
5.4
Deeltijd Het in deeltijd uitvoeren van het onderzoek is mogelijk als minimaal 75% van een normale 40-urige werkweek aan het Rubicononderzoek besteed wordt. Naast het Rubicononderzoek mag de onderzoeker in dat geval de overige tijd tot maximaal 25% van een normale 40-urige werkweek betaalde werkzaamheden verrichten. De subsidie wordt naar rato gekort of de subsidieperiode wordt naar rato van het percentage vermindering werktijd verlengd.
5.5
Tussentijdse beëindiging Bij eventueel voortijdig afbreken bepaalt NWO of de subsidie – geheel of ten dele – moet worden gerestitueerd. Indien de laureaat door ziekte of om andere redenen niet of niet voldoende in staat geacht wordt het programma te voltooien of de door NWO gestelde voorwaarden na te komen, kan NWO, zo nodig met terugwerkende kracht, de subsidie intrekken of als reeds betalingen zijn gedaan verdere uitbetalingen staken. Mocht de laureaat zich op het moment van de intrekking van de subsidie of van de staking van de uitbetaling in het buitenland bevinden, dan komen de kosten voor de terugreis voor rekening van NWO. Bij het tijdelijk stopzetten van een project vanwege zwangerschapsverlof, wordt het project evenredig met de duur van het zwangerschapsverlof verlengd.