BELGIE. Europees Handvest voor kleine ondernemingen

BELGIE

Europees Handvest voor kleine ondernemingen

Verslag 2003

2

INHOUDSTAFEL

1

ONDERWIJS EN OPLEIDING IN ONDERNEMERSCHAP .............................................. 3

2

GOEDKOPERE EN SNELLERE START ...........................................................................7

3

BETERE WET - EN REGELGEVING ..................................................................................9

4

BESCHIKBAARHEID VAN VAARDIGHEDEN................................................................12

5

BETERE ON-LINE TOEGANG.........................................................................................16

6

MEER PROFIJT TREKKEN VAN DE INTERNE MARKT................................................21

7

BELASTINGEN EN FINANCIËN ......................................................................................22

8

DE TECHNOLOGISCHE CAPACITEIT VAN KLEINE ONDERNEMINGEN VERSTERKEN...................................................................................................................33

9

SUCCESVOLLE MODELLEN VOOR ELEKTRONISCHE HANDEL EN EERSTEKLAS ONDERSTEUNING VAN KLEINE TOPONDERNEMINGEN...........................................39

10

STERKERE EN DOELTREFFENDER BEHARTIGING VAN DE BELANGEN VAN HET KLEINBEDRIJF OP HET NIVEAU VAN DE UNIE EN OP NATIONAAL NIVEAU 40

Europees Handvest kleine ondernemingen – Verslag 2003

3

Opmerkingen vooraf Tenzij anders vermeld, blijven de in de voorgaande uitvoeringsverslagen van het Handvest voor kleine ondernemingen opgenomen maatregelen die hier niet meer aangehaald worden verder van toepassing.

Voor het Waals Gewest Globale maatregel Het Waals Gewest heeft via zijn Contrat d'Avenir een algemeen beleid bepaald met als globale doelstelling "Une Région active et solidaire sur la voie du développement durable". Kwantitatief gezien wil men tegen 2010 het Europese gemiddelde halen op het vlak van werkgelegenheid enerzijds en welvaartschepping per inwoner anderzijds. Het Contrat omvat vier prioriteiten, met als eerste prioriteit duurzame economische ontwikkeling, in het bijzonder via de zeer kleine ondernemingen en de KMO's. In dit kader past het actieplan "4x4 pour entreprendre", dat in het verslag van vorig jaar wordt voorgesteld. Het verslag over het eerste uitvoeringsjaar is beschikbaar op de Internetsite 'http://www.4x4entreprendre.be'. Meer informatie:

1.

M. Daniel COLLET Ministère de la Région wallonne, Direction de la Politique Economique Place de la Wallonie, 1, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 39 19, Fax : +32 (0)81/33 37 44 E-mail : [email protected]

ONDERWIJS EN OPLEIDING IN ONDERNEMERSCHAP

Voor de Vlaamse Gemeenschap Eindtermen in het Secundair onderwijs In 2002 werden de Vakoverschrijdende Eindtermen ingevoerd in het eerste leerjaar van de tweede graad (derde jaar Secundair Onderwijs). Dit is een voortzetting van de geleidelijke invoering. Deze Vakoverschrijdende Eindtermen kunnen worden begrepen als voor iedereen noodzakelijk geachte doelen waarover een maatschappelijke consensus bestaat. Zij maken deel uit van de decretale richtlijn voor alle onderwijs in Vlaanderen en de Gemeenschapsinspectie houdt hierop toezicht. De attitudes voor ondernemingszin komen hier ruimschoots aan bod. Via 'leren leren', 'burgerzin', 'technologische vorming' en 'sociale vaardigheden' worden de scholen verplicht te werken aan communiceren, samenwerken, zelfstandigheid, exploreren, creëren, probleemoplossend denken, besluitvorming, inspraak, participatie, organisatievormen, meerderheids- en minderheidsstandpunten, rechten en plichten, informatieverwerving, werken tijdsplanning, studie- en beroepsmogelijkheden, keuzestrategieën, belangen op korte en langere termijn afwegen, verantwoordelijkheid opnemen, deelname aan initiatieven allerhande, leiding geven, verantwoordelijkheid nemen, in groep samenwerken, toekomstgerichte conclusies trekken, omgaan met hiërarchie, macht en regelgevingen, de rol van ondernemingen/organisaties…


4

Mini-ondernemingen - de ondernemersplanwedstrijd De ondernemingsplanwedstrijd “Bizidee” met een prijs ter waarde van 25 000 euro voor de winnaar, biedt studenten en jonge kaderleden de kans te ondervinden over welke kwaliteiten een ondernemer dient te beschikken en met welke problemen hij geconfronteerd wordt. De scholen gebruiken nog andere middelen om de ondernemingszin van de leerlingen te stimuleren : - Vlaamse Jonge Ondernemingen (VLAJO) wil via mini – ondernemingen, Small Business Projecten en Kids@Bizz studenten (5 tot 25 jaar) prikkelen voor het ondernemerschap. In het schooljaar 2000 – 2001 zijn in het middelbaar onderwijs 285 mini – ondernemingen opgericht waarin 3 504 deelnemers participeerden. In het schooljaar 2002 – 2003 waren dat 307 mini – ondernemingen en werden door de hogescholen 96 Small Business Projecten georganiseerd. - In het kader van het STEP-project werd de ‘Grote Prijs Ondernemende School’ georganiseerd door UNIZO, het Centrum voor Ervaringssgericht Onderwijs (CEGO) en Cera Foundation. - Via het Responsible Young Starters (RYS) - project wil het Dienst Beroepsonderwijs (DBO) verantwoord ondernemerschap stimuleren bij jongeren door o.a. het bedrijfsbeheer op een aantrekkelijkere manier te onderwijzen. Het STEP – project Met het STEP – project wil het VIZO (Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen), samen met de nationale partners UNIZO, het Centrum voor Ervaringsgericht Onderwijs (CEGO), de hogeschool Gent, VDAB, VLHORA en twee transnationale partners ondernemingszin stimuleren, en dit voornamelijk in onderwijs. Innovatief is het feit dat ondernemingszin in brede betekenis wordt die de louter economische overstijgt en de aansluiting van het onderwijs en de arbeidsmarkt bevordert. Volgende materialen worden ontwikkeld: (1) concept van ondernemingszin, (2) instrumenten voor detectie, observatie, evaluatie en monitoring van ondernemingszin, (3) opleidings-en begeleidingsmethodieken inzake stimulatie van ondernemingsizn. Het project, dat een looptijd heeft van 24 maanden, startte in mei 2002 en wordt mede-gefinancierd door het Equal-programma van het ESF. Strategisch Actieplan Leertijd Het leerlingenaantal in de leertijd georganiseerd door VIZO dat in 1990 nog meer dan 10 000 bedroeg, daalde tot 6 222 cursisten in het schooljaar 2001-2002. Een strategisch plan onder de naam “VOLT 2010” moet het imago én de inhoud van de leertijd een nieuw elan bezorgen. De rode draad door dit plan is te komen tot meer kwaliteit. Actiepunten zijn o.a. : optimaal begeleidingskader, maatwerk, opwaardering certificaten en diploma’s,… In 2003 zal een centraal geautomatiseerd dossierbeheer van leerjongens en ondernemers mogelijk zijn alsook een stagedatabank voor de kandidaat – leerling en de kandidaat ondernemershoofd – opleider die gekoppeld moet worden aan de databank van de VDAB en Onderwijs. Tevens wordt het statuut en de functie van de leersecretatis herbekeken en wordt nagedacht over een meersporenbeleid (opleidingsniveau). Meer Informatie: Mini-ondernemingen :

Caroline Swyngedouw Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid, tel. +32(0)2/553 38 15 [email protected]


5 Ondernemingsplanwedstrijd :

Hans Kinoo Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid tel. +32(0)2/553 37 56, [email protected]

Brugprojecten tussen economie en onderwijs : André Meyers Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid tel. +32(0)2/553 3773, [email protected] Secundair onderwijs:

Rita Cabus Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Onderwijsontwikkeling, tel. +32(0)2/553 88 23 [email protected]

STEP:

Elke Segers Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen Kanselarijstraat 19, 1000 Brussel tel +32/(0)2.227 49 53, [email protected]

Startegisch Actieplan Leertijd:

An Van De Ven Projectleider Leertijd VIZO tel : +32(0)2/227 49 48, [email protected]

Voor het Waals Gewest De initiatieven die in de voorgaande uitvoeringsverslagen werden voorgesteld, gaven de volgende resultaten: Initiatieven

Gegevens 2002

Ecole Internationale des Entrepreneurs (EIE)

KMO'S-Oprichting

Week-end chez l'artisan

Openbedrijvendag

Gegevens 2003

begeleiding van 60 ondernemingen waarvan 50 met minstens 50 werknemers

begeleiding van 73 ondernemingen waarvan 61 met minder dan 50 werknemers (aantal rechtstreekse banen: 3000) begeleiding van 3500 kandidaat- begeleiding van 4500 kandidaatondernemers, resulterend in de ondernemers, resulterend in de oprichting van ongeveer 300 oprichting van ongeveer 350 ondernemingen ondernemingen editie 2001 : 180 handwerkers editie 2002 : 205 handwerkers ontvingen ongeveer 30 000 ontvingen meer dan 50 000 bezoekers bezoekers editie 2001 : 157 ondernemingen editie 2002 : 147 ondernemingen en 550 000 bezoekers en 560 000 bezoekers

"RER" of "Rêve Essai Réalité" Dankzij de studiegroep die vorig jaar werd samengesteld om op zoek te gaan naar synergieën tussen de verschillende projecten konden verschillende actoren bij de "RER" of "Rêve Essai Réalité" worden betrokken: Openbedrijvendagen (de bedrijven openstellen voor het grote publiek), Dream (16-17-jarigen warm maken voor het ondernemen), Avenir Création (informatievergadering over het statuut van zelfstandige 17-22-jarigen), miniondernemingen (in klasverband 18-22-jarigen), ASBL Connex (begeleiding van een project in het echt – einde hoger onderwijs). Recent werd deze groep uitgebreid met de belangrijkste instellingen voor hoger onderwijs, zodat andere gemeenschappelijke projecten uitgewerkt konden worden. Meer informatie:

M. Fabrice COTTA Ministère de la Région wallonne, Direction de la Politique Economique Place de la Wallonie, 1, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 39 56, Fax : +32 (0)81/33 37 44 E-mail : [email protected]


6

Fondation pour la Recherche et l'Enseignement de l'Esprit d'Entreprendre" (FREE) In het kader van het plan "4x4 pour entreprendre" is de Fondation FREE een plaats waar onderzoek naar de ondernemingszin wordt verricht en waar de verschillende inspanningen verenigd worden om de ondernemingszin in Wallonië te stimuleren. Deze stichting wordt voornamelijk uit privéfondsen gefinancierd en berust op een nauwe samenwerking tussen de universiteiten en de bedrijfswereld. FREE is gebaseerd op vier sleutelbegrippen : participatie, subsidiariteit, excellentie en internationale openstelling. Naast de eigen initiatieven zal de stichting ook alle initiatieven coördineren die in het kader van het programma "4x4" gepland zijn. Sensibilisatiecampagne Er wordt ook een brede sensibilisatiecampagne gevoerd, steeds onder het logo van het "4x4 pour entreprendre", met onder meer TV-programma's met getuigenissen van mannen en vrouwen die een bedrijf hebben, aanwezigheid op manifestaties en beurzen, campagne met affiches, campagne speciaal voor jongeren, internetsite, brochures en een wedstrijd met slogans. Er werden ook verschillende initiatieven uitgewerkt die zich speciaal tot vrouwen richten, zoals een boek met getuigenissen, bijeenkomst over het thema vrouwen en ondernemen, wedstrijd voor de beste door een vrouw geleide onderneming. Een grondige studie over vrouwen en ondernemen en de analyse van bestaande studies en initiatieven moeten het uiteindelijk mogelijk maken tot concrete acties over te gaan. Meer informatie:

http://www.4x4entreprendre.be

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Solvay Business School (SBS) & Fondation Bernheim De handelsschool van Solvay, die nu Solvay Business School heet, herhaalde dat ze haar onderwijsprogramma's meer wil internationaliseren, onder meer door het openen van leerstoelen die door privémecenaat worden gefinancierd. Zo wordt bijvoorbeeld de Chaire d’Entrepreneuriat, bedoeld om de ondernemingszin bij de toekomstig gediplomeerden te stimuleren, door de Fondation Bernheim gefinancierd. Deze stichting kent ook jaarlijks de Bernheim-prijs voor de jonge onderneming toe, die de duurzame oprichting van ondernemingen door jonggediplomeerden van de SBS (Université Libre de Bruxelles - Vrije Universiteit Brussel) beloont. Daarnaast werd in 2002 op initiatief van de grootste universiteitscampus van het Gewest (Université Libre de Bruxelles) het ‘Entrepreneurship Center’ (ECULB) opgericht, dat ook door de Fondation Bernheim gefinancierd wordt. Het heeft tot doel de oprichting van ondernemingen vanuit de universitaire gemeenschap te stimuleren en te steunen door op zoek te gaan naar slapende projecten bij groepen vorsers, studenten, oud-studenten, enz. Meer informatie:

De heer Philipppe Biltiau, Voorzitter, SBS F. Rooseveltlaan 50 - CP 135, 1050 Brussel, Tel. (Secretariaat) : +32 (0)2/650 48 66 E-mail (Secretariaat) : [email protected], Internet : www.solvay.edu

Voor de drie Gewesten Dream 1999-2005 De DREAM Day wil jongeren van 16 tot 19 jaar ondernemingszin inblazen door ze in contact te brengen met dynamische en enthousiaste ondernemers, op de werkplek zelf. In 2003 konden dankzij enkele honderden bezoeken in totaal meer dan 9.300 leerlingen (toename van 90 % over een jaar) uit ongeveer 190 scholen van het hele land in contact komen met


7

ongeveer 600 ondernemers. Op vijf jaar tijd namen in heel België 26.870 leerlingen, 350 scholen en 845 leraars aan dit project deel. Sinds januari 2002 registreerde de internetsite 'www.dream -it.be' tijdens het eerste jaar van zijn bestaan bijna 40.000 bezoeken. Meer informatie:

Mevrouw Elisabeth De Coster, Verantwoordelijke DREAM Wallonië-Brussel B. Whitlocklaan 2, 1150 Brussel, Tel. : +32 (0)2/739 38 67, Fax : +32 (0)2/739 38 63 E-mail : [email protected], Internetsite : www.dream-it.be

Voor de Franse Gemeenschap Om de ondernemingszin te stimuleren legt de Franse Gemeenschap de klemtoon op de ontwikkeling van persoonlijke kwaliteiten bij de leerling (creativiteit, zin voor initiatief, enz.). Dit gebeurt tijdens de hele duur van het verplichte onderwijs. Het decreet dat de taken van het basisonderwijs en het secundair onderwijs bepaalt, noemt het ontwikkelen van creativiteit dan ook als een van de prioriteiten van het onderwijsstelsel. Verder biedt het decreet aan de onderwijsinstellingen de mogelijkheid om gedurende twee weken, verdeeld over twee schooljaren, activiteiten te organiseren met de bedoeling de leerlingen kennis te laten maken met de verschillende bestaande beroepskeuzen. Een aantal sectoren van het secundair technisch en beroepsonderwijs bereiden de leerlingen weliswaar voor op het stichten van een onderneming, met name via een certificaat over basiskennis bedrijfsbeheer ter bevordering van de zelfstandige onderneming, en daarnaast zijn er ook een aantal afdelingen van het technisch en beroepsonderwijs die een stage in een bedrijf omvatten, maar er wordt op dit vlak geen enkele specifieke opleiding systematisch in de onderwijsprogramma's opgenomen. De meeste initiatieven gaan uit van verenigingen of betreffen afzonderlijke promotionele acties. Sommige kunnen door de Franse Gemeenschap worden gesubsidieerd, zoals bijvoorbeeld de "mini-ondernemingen", of ook de "Vitrine des Métiers", waar de verschillende technische beroepen in het kader van een tweejaarlijkse beurs worden voorgesteld. Aan de laatste beurs, die plaatsvond van 4 tot 6 mei 2002, namen 778 scholen en 195 standhouders deel. Meer informatie:

Le Cabinet du Ministre Pierre Hazette, Ministre de l'Enseignement secondaire et de l'Enseignement spécial, Boulevard du Régent 37-40, 1000 Bruxelles, Tél. : +32 (0)2/213 17 00, Fax +32 (0)2/213 17 0, sites Internet : www.cfwb.be en www.ministre.pierre.hazette.org

De instellingen voor hoger onderwijs nemen ook initiatieven om de ondernemingszin te bevorderen, maar dat gebeurt autonoom, zonder tussenkomst van de Franse Gemeenschap. Meer informatie :

2.

M. G. DONY, Ministère de la Communauté française, Administration générale de l'Enseignement et de la Recherche scientifique, Service général des Affaires pédagogiques, de la Recherche en Pédagogie et du Pilotage de l'Enseignement, rue du Commerce 68A, 1040 Bruxelles, Tél. : +32 (0)2/500 48 68, Fax : +32 (0)2/221 88 21,EMail : [email protected], site Internet : www.cfwb.be.

GOEDKOPERE EN SNELLERE START

Federaal niveau Uniek Ondernemingsloket en de Kruispuntbank voor Ondernemingen (KBO) De wet die voorziet in de oprichting van een KBO, de modernisering van het handelsregister en de oprichting van ondernemingloketten werd eind 2002 goedgekeurd door het Parlement (Wet dd 16/1/2003 – BS 5/02/2003). De KBO zal aan elke onderneming en elke zelfstandige een uniek identificatienummer toekennen. Naast dit ondernemingsnummer zal deze


8

databank ook de overeenkomstige basisidentificatiegegevens (naam, adres, …) van elke onderneming bevatten. Hierdoor zullen de ondernemingen niet langer meermaals dezelfde formaliteiten bij verschillende administraties moeten vervullen. De overheidsdiensten zullen deze gegevens rechtsreeks bij de KBO dienen op te vragen en zullen voor deze gegevens de ondernemingen niet langer rechtstreeks bevragen. Naast deze gegevensbank werden ondernemingsloketten (one stop shops) opgericht ( privé ondernemingen opgericht als VZW en erkend door de overheid). Deze loketten zullen onder andere instaan voor de inschrijving van een onderneming als handelsonderneming in de KBO, de vereiste beroepskwalificaties voor de uitoefening van een activiteit nakijken, enz… De KBO en de Ondernemingloketten worden voorzien om op 1 juli 2003 van start te gaan. Dankzij de creatie van de KBO, het uniek identificatienummer en de Ondernemingsloketten, zal de duurtijd voor de oprichting van een onderneming verkort kunnen worden en de administratieve verplichtingen tot een minimum beperkt. Meer informatie :

De Heer L. MARIËN Dienst voor de Administratieve Vereenvoudiging Hertogstraat 4, 1000 Brussel, tel.: + 32 (0)2/289 00 70 e-mail : luc.marië[email protected], http://vereenvoudiging.fgov.be/ Kruispuntbank van Ondernemingen FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie DG Statistiek en Economische Informatie Leuvenseweg 44, 1000 BRUSSEL Tel +32(0)2/548 62 11, fax : +32(0)2/542 62 62 internet www.minecofgov.be Uniek Ondernemingsloket De heer Edwin Wolfs FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie DG KMO – beleid Tel : +32(0)2/208 51 86, fax +32(0)2/208 51 80 e-mail : [email protected]

Voor de Vlaamse Gemeenschap Uitbouw referentie – en klantenbestand en het Huis van de Vlaamse Economie Met de continue uitbouw van het referentie –en klantenbestand voor ondernemingen levert de Vlaamse overheid verder inspanningen om de administratieve lasten verder in te perken. De Huizen van de Vlaamse economie (GOM – VIZO) blijven een fysieke plaats waar (kandidaat)ondernemers terecht kunnen met vragen omtrent alle aspecten van het ondernemerschap. Meer informatie :

De Vlaamse infolijn : +32(0)0800 –3 02 01 e-mail : [email protected], www.ondernemen.vlaanderen.be

Voor het Waals Gewest De "permis unique" inzake leefmilieu Deze algemene milieuvergunning werd op 1 oktober 2002 van kracht. Sindsdien werden bij de gemeenten 1120 dossiers ingediend, zowel door bedrijven als door particulieren. Elke maand komen er een veertigtal meer aanvragen binnen dan in de voorgaande dertig dagen. Ter vergelijking, onder de oude regeling kwamen jaarlijks zowat 4000 aanvragen voor een exploitatievergunning binnen. Op dit duizendtal aanvragen voor een algemene vergunning werden 34 bezwaarschriften ingediend, tegen jaarlijks 200 onder de oude regeling. Meer informatie:

Ministère de la Région wallonne, Direction Générale des Ressources Naturelles et de l'Environnement Avenue Prince de Liège, 15, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 50 50, Fax +32 (0)81/33 43 22 E-mail : [email protected], site Internet : http://environnement.wallonie.be


9

Het portaal "Oprichting KMO'S" Iemand die een onderneming wil oprichten, wordt sinds eind 2002 op dit portaal geïnformeerd over alles wat hem te doen staat en waaraan hij zich moet houden. De reacties uit het bedrijfsleven zijn positief, men vindt de informatie relevant en volledig. Het economisch weekblad "Trends Tendance" riep de site tot "site van de week" uit in de week van 2 april 2003. Meer informatie:

M. Caroline Domecki Ministère de la Région wallonne , Direction Générale de l'Economie et de l'Emploi Place de la Wallonie, 1, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 72 40, Fax : +32 (0)81/30 83 22 E-mail : [email protected], site Internet : http://creation-KMO's.wallonie.be

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Het Brussels Agentschap voor de Onderneming In het kader van de ondersteuningsdiensten voor KMO's richtte het Brussels Gewest op 1 januari 2003 het Brussels Agentschap voor de Onderneming (BAO) op. Het BAO ontstond door de fusie van de dienst ECOBRU bij de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Gewest en de asbl Bruxelles-Technopole. Het moest gemakkelijk toegankelijk zijn voor KMO's en zelfstandigen als een centrale plaats waar zij het antwoord op hun vragen konden vinden en meteen met de bevoegde instantie in verbinding gesteld konden worden. Sinds de zomer van 2003 beschikt het BAO ook over een site waarop in het kader van de administratieve vereenvoudiging documenten geraadpleegd en besteld kunnen worden. Meer informatie:

3.

BAO, Gabrielle Petitstraat 4 (bus 12), 1080 Brussel, Tel. : +32 (0)2/422 00 20, Fax : +32 (0)2/422 00 43, E-mail : [email protected], Internetsite : www.abe.irisnet.be

BETERE WET- EN REGELGEVING

Federaal niveau De administratieve lasten De administratieve lastentoets wordt uitgebreid en ingepast in de maatregelen ter implementatie van het actieplan "vereenvoudiging en verbetering van de regelgeving" van de Europese Commissie. In samenwerking met de gewesten, en naar Nederlands voorbeeld, komt er een "meldpunt strijdige regels en administratieve lasten", waar burgers en ondernemingen tegenstrijdige of moeilijk uit te voeren regelgeving zullen kunnen melden. Meer informatie :

De Heer L. MARIËN Dienst voor de Administratieve Vereenvoudiging Hertogstraat 4, 1000 Brussel, tel.: + 32 (0)2/289 00 70, e-mail : luc.marië[email protected], http://vereenvoudiging.fgov.be

Overheidsopdrachten In het kader van de overheidshervormingen van Copernicus voerde de Federale Overheidsdienst Personeel en Organisatie een hervorming van de aankoopfunctie bij de overheid uit. Traditioneel bestaat voor de overheidsopdrachten een complexe regeling, die vaak in het nadeel is van de kleine ondernemingen ten opzichte van de grotere bedrijven. De cel Aankoopbeleid en –advies (ABA) geeft voortaan informatie met betrekking tot overheidsopdrachten, zowel aan overheidsdiensten als aan bedrijven. De bedoeling is de ondernemingen te informeren over de bedingen die ze moeten naleven bij het opstellen van regelmatige offertes.


10

ABA werd in 2003 opgericht en werkt onder meer aan een informatiepakket voor de ondernemingen. Aan de hand daarvan kan elke startende onderneming zich over de mogelijkheden van de overheidsopdrachten informeren en ook de mogelijkheden leren kennen die de ondernemingen hebben om hun producten of diensten aan de federale overheidsbesturen te verkopen. Meer informatie:

FOD Personeel en Organisatie, Cel Aankoopbeleid en –advies, Wetstraat 51, 1040 Brussel, Tel. : +32 (0)2/790 58 00, Fax : +32 (0)2/790 55 78, E-mail : cpaba@p -o.be, Internetsite : www.p-o.be.

Voor de Vlaamse Gemeenschap Cel Reguleringsmanagement Om de Vlaamse regelgeving te vereenvoudigen is de Vlaamse regering overgegaan tot de oprichting van de Cel Reguleringsmanagement.

Voor het Waals Gewest Het project "Wall-on-Line" In het verlengde van het "Contrat d'Avenir pour la Wallonie" en om "de administratieve vereenvoudiging voor de burger en de onderneming te doen slagen" riep de Waalse regering het project "Wall-on-Line" in het leven. Daarin wordt het project voor e-government voor het Waals Gewest vastgelegd en wordt een plan met zes concrete actiepunten beschreven die in de periode 2002-2004 te verwezenlijken zijn. Dankzij dit zespuntenprogramma moet de administratie in de richting van een algemeen loket evolueren. Meer informatie:

E-mail : [email protected], site Internet : http://egov.wallonie.be

Het "Commissariat à la simplification administrative (CSA) " Sinds dit commissariaat voor de administratieve vereenvoudiging op 1 maart 2002 werd opgericht, concentreerden de maatregelen voor administratieve vereenvoudiging zich op de formaliteiten die door de bedrijfswereld als overdreven worden beschouwd. In overleg met onder meer de Union wallonne des Entreprises en de Entente wallonne des Classes Moyennes trachtte de commissaris met de hulp van de ministers het leven van de ondernemers te vereenvoudigen. Hierna noemen we enkele belangrijke maatregelen ten voordele van de ondernemingen. - Een complete herziening van de formulieren (nagaan of gegevens relevant zijn, bronnen aangeven, leesbaarheid van teksten, beschikbaarheid on line). Aan dit project nemen afgezien van het CSA het team Wall-on-line en het secretariaat-generaal van de minister van het Waals Gewest deel. - Project "CALIOPE" De steun aan ondernemingen wordt herzien om deze efficiënter te laten verlopen en om tegen 2004 on line te kunnen gaan. Het CSA neemt deel aan de werkgroep die door de minister van het Waals Gewest wordt geleid. - Project "Plan de Résorption du Chômage" Het CSA begeleidde voor het aspect "administratieve vereenvoudiging" de teksten over de bevordering van de werkgelegenheid in het Waals Gewest. - Project "Incitants financiers à l'emploi" Het CSA werkte samen met de overheidsbesturen en onder impuls van de minister van Tewerkstelling een ontwerp voor een impactfiche uit, waardoor de teksten gelijktijdig


11

vanuit de hoek van de administratieve vereenvoudiging (proefproject) bekeken kunnen worden. - "Déclaration de charges administratives" Daarnaast kan met de verklaring over de administratieve rompslomp vooraf nagegaan worden of een beslissing van de regering of een af te kondigen tekst voor de burger of de onderneming tot meer of tot minder rompslomp en formaliteiten zal leiden. - Projecten voor de sectoren Prioritaire procedures voor de sectoren (ondernemingen) Klaar Benaming

Gebruikers

Uniformering van de energiefacturen

Steun voor consultancy

Kortere betalingstermijn voor ondernemers die voor lokale overheden opdrachten uitvoeren die door het Waals Gewest worden gesubsidieerd Erkenning van uitzendbureaus en plaatsingskantoren Benaming

Steun voor onderzoek

Steun voor investeringen Toekenning van premies voor tewerkstelling Erkenning van de dossiers « alternerende opleiding »

Invoegbedrijven

Opleiding van werknemers

Rapportering over atmosferische uitstoot Meer informatie:

Verwezenlijkingen De Waalse regering keurde een 1,3 miljoen gezinnen ontwerpbesluit goed over de openbare+ ondernemingen dienstverplichtingen die aan de stroomleveranciers worden opgelegd. Kortere behandelingstermijn (-33%) voor de dossiers: algemene diagnose (van ondernemingen, 1,5 maand naar 3 weken); consultants gespecialiseerde opdracht (van 2,5 maanden naar 1,5 maanden)

262 gemeenten en de ondernemingen

Verkorting van de totale gemiddelde termijn van 145 naar 120 dagen

80 erkende ondernemingen

- Kortere termijnen - Eenvoudiger verloop

Lopende procedures Gebruikers Verwezenlijkingen Aanpassing van de beheersmap (toevoeging van een gedeelte betaaltermijn) 400 ondernemingen Testfase van het geautomatiseerde systeem voor het vragen van meer inlichtingen en voor aanmaningen Procedure klaar, studie naar 2.000 KMO's informaticatoepassing (Caliope) KMO's en Procedure wordt geanalyseerd, studie zelfstandigen naar informaticatoepassing (Caliope) 2.500 overeenkomsten/jaa Vaststellen van de procedure bezig r (1 jongere in 1 bedrijf) Begeleiding van het voorontwerp van Werkzoekenden decreet: eerste contacten met het Invoegbedrijven Kabinet en de administratie Privé Begeleiding van het voorontwerp van ondernemingen ten decreet: eerste contacten met het gunste van de Kabinet en de administratie werknemers Samenstellen van een milieubalans en De bedrijven opstellen van een algemeen en degelijk formulier

M. A. Declerc Commissariat à la simplification administrative, Rue Van Opré, 97, 5100 Jambes Tél. : +32 (0)81/32 89 07, Fax : +32 (0)81/32 89 09, E-mail : [email protected]


12

4.

BESCHIKBAARHEID VAN VAARDIGHEDEN

Voor de Vlaamse Gemeenschap Opleidingscheques Deze maatregel die reeds is toegelicht in het vorige belgische verslag werd gelanceerd op 5 februari 2002. Voor de periode van 5 februari 2002 tot 5 januari 2003 werden in totaal 725 532 cheques besteld. Hoewel de maatregel openstaat voor álle ondernemingen, kan men zien dat kleine ondernemingen zeker niet achterblijven en dus ook daar wordt een attitude met betrekking tot het opleidingsbeleid gestimuleerd. Meer informatie:

Algemeen: Infolijn: +32(0)2/553 37 10, [email protected]

Adviescheques Deze maatregel die reeds in het verslag 2002 werd aangeraakt ging op 5 maart 2003 van start. De adviescheques vervangen de adviespremies. Met het systeem van de adviescheques wil de Vlaamse overheid kwaliteitsvol bedrijfsadvies aanbieden aan KMO’s en transparant maken. Het nieuwe systeem is qua toepassing vergelijkbaar met de opleidingscheques. Adviescheques hebben ook een waarde van 30 euro waarvan 50% betaald wordt door de onderneming en 50% door de Vlaamse overheid. Een onderneming kan per kalenderjaar maximaal 820 cheques reserveren voor een periode van twaalf maanden. Tot op heden werden reeds 38 866 cheques gereserveerd. Meer informatie:

Caroline Swyngedouw Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid tel. +32(0)2/553 38 15, [email protected]

SYNTRA : slagvaardige centra voor middenstandsvorming VIZO (Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen) ondersteunt, subsidieert en erkent als overkoepelende overheidsinstelling het nieuwe SYNTRA – netwerk. Het SYNTRA – netwerk is het resultaat van een hervorming van de centra voor vorming van zelfstandigen en KMO op juridisch, organisatorisch en financieel vlak. De financiering van de SYNTRA koepels wordt afhankelijk gemaakt van de resultaten (efficiënte werking, opleidingsaanbod en kwaliteit van de opleiding, invulling van de opleidingen, marktaandeel,…) van de koepels. Bij de uitwerking van de financiering werd ook bijzonder veel aandacht besteed aan de leertijd. Meer informatie:

Luc Neyens Britselei 15 bus 3, 2018 Antwerpen, [email protected]

Innovatie ondernemerstraject Dit project stelt de volgende doelstellingen voorop om te komen tot een verantwoorde en noodzakelijke innovatie van het ondernemerstraject : - het ondersteunen en moderniseren van de methodiek van het ondernemerstraject - het oprichten van een virtueel leer- en adviesplatform Elke doelstelling staat voor een deelproject met diverse subdoelstellingen. Het betreft de verdere uitwerking van het project dat werd opgestart in 2001 en de finalisering is voorzien eind 2003. Meer informatie :

Ben Bruyndonckx VIZO, Kanselarijstraat 19, 1000 Brussel, [email protected]


13

De voortgezette vorming – VIZO Op 21 maart 2003 keurde de Vlaamse Regering het Besluit goed inzake de voortgezette vorming. De vorming van zelfstandigen en KMO is een onderdeel van een geïntegreerd beleid tot stimulering van ondernemerschap. Het opleidingssysteem dient permanent te worden aangepast zowel aan de veranderende ondernemingsomgeving als aan de evolutie van de opleidingsmethodiek. Naast de basisopleiding (leertijd en ondernemingsopleiding) moet de opleiding van ondernemers levenslang gewaarborgd zijn. Dit wordt gerealiseerd door de voortgezette vorming. Deze voortgezette vorming dient als element van een evenwichtig integraal systeem aan te sluiten bij de evoluties en principes van dit systeem. De voortgezette vorming omvat de vervolmaking, de bijscholing en de taalcursussen. Door het nieuwe besluit wordt de doelgroep verruimd naar de vrije beroepen, het overheidspersoneel en worden ook in-company trainingen mogelijk. Afstandsleren wordt mogelijk, terwijl de procedures merkelijk vereenvoudigd worden. Meer informatie:

Mia van Humbeeck VIZO, Kanselarijstraat 19 1000 Brussel tel.:+32(0)2/227 49 45, fax: +32(0)2/227 63 91, [email protected]

Modularisering van de VIZO-opleidingen Binnen het VIZO werd de optie genomen om alle opleidingen leertijd en ondernemersopleiding in te schakelen in modulaire ondernemerstrajecten. Deze modularisering is gestart op 1 juli 2000 en loopt tot 1 juli 2005. Jaarlijks is een budget van 471 000 euro voorzien. De doelgroepen zijn de leerjongeren vanaf 15 jaar en toekomstige of reeds gevestigde ondernemers in het kader van de ondernemersopleiding. De opleiding zelf gaat door in één van de 22 SYNTRA-lesplaatsen, provinciaal gespreid. In het kader van de pedagogische productontwikkeling en -actualisering wordt de laatste hand gelegd aan de actualisering én de modularisering van de opleidingsprogramma’s van het VIZO zodat de transparantie en de onderlinge erkenbaarheid en certificeerbaarheid van deze opleidingen tussen de verschillende verstrekkers vergemakkelijkt worden en de klant een meer geïndividualiseerd en flexibeler traject kan doorlopen. Het engagement houdt in dat tegen eind 2003 alle opleidingsprogramma's geactualiseerd en gemodulariseerd zullen zijn of minstens experimenteel worden toegepast. Een eenduidig begrippenkader en praktische afspraken werden hiertoe uitgewerkt om het modulaire concept ook binnen de centra mogelijk te maken. Deze operatie verloopt in gestructuurerd overleg met het departement Onderwijs en met de VDAB. Meer informatie:

Mia van Humbeeck Projectleider modularisering, VIZO Kanselarijstraat 19 1000 Brussel, tel.:+32(0)2/227 49 45, fax: +32(0)2/227 63 91 [email protected]

INSPIRE - Inspiratie tot Innovatie Innovatie is voor veel ondernemingen hét sleutelwoord voor concurrentiekracht en economisch succes. De Vlaamse Regering wil dat in 2010 een kwart van de omzet van de Vlaamse ondernemingen gerealiseerd wordt via nieuwe producten en diensten. De Europese Commissie stelt echter in een recent onderzoek vast dat bedrijven vooral problemen ondervinden bij het invoeren van organisatorische innovaties.


14

Inspire is een initiatief van het VIZO met ondersteuning van Europa en het Europees Sociaal Fonds (ESF) – Vlaanderen en heeft een looptijd van 36 maanden. Dit programma wil de bedrijfsorganisatorische innovaties geïntegreerd aanpakken. Dit gebeurt via stimulering en sensiblisering, het toepassen van ontwikkelde instrumenten en ondersteuning en procesbegeleiding van vernieuwingsprocessen. INSPIRE is vooral gericht op kleine ondernemingen (KO). Meer informatie :

Centrale projectcoördinator : Ludo Verheyden, Tel: 02 250 38 23, [email protected]

MATRIX initiatieven 2002 Met het Matrix – adviesnetwerk wil het VIZO ondernemerschap ondersteunen door de activering van het externe advies aan de KMO’s. Doelstellingen en realisaties in 2002 : 1) Sensibilisering van het inwinnen van extern advies en verbetering van het consultancy – imago bij de KMO’s door middel van brochures en het doorzichtig maken van het adviesaanbod. In 2002 werden 1530 brochures verspreid. 2) Verderzetten van de in 2000 opgezette initiatieven ter verhoging van de professionele competenties van de KMO – adviseurs : - trainingsmodule “Coaching van KMO -bedrijfsleiders (11 deelnemers) - geïntegreerd programma advies –en begeleidingsvaardigheden (9 deelnemers) - intervisie : periodieke uitwisseling van werkervaringen (3 intervisiegroepen) - matrixcafé : in 2002 werden op 3 avonden 90 deelnemers bereikt, in 2001 telde men 131 deelnemers op 5 avonden 3) Creatie synergie – effecten en netwerken tussen externe adviseurs en VIZO – adviseurs. In 2002 werden 2 provinciale netwerkdagen georganiseerd met een 70 deelnemers. 4) Vlaamse kwaliteitsweek met betrekking tot “innovatie”. 5) Matrix – virtueel : vergroot de contactmogelijkheden tussen de ondernemers en adviseurs en adviseurs onderling. Bevat een open en gesloten forum. Resultaten : de webpagina’s voor de ondernemers ontvingen 8 000 bezoekers, die voor de adviseurs 4 000 bezoekers. 6) De 37ste cyclus van de opleiding “Startprogramma voor Ondernemerschap en consultancy telde in 2002 9 deelnemers, de in 2001 georganiseerde cyclus 8 deelnemers. Meer informatie :

Johan Poisquet VIZO Kanselarijstraat 19, 1000 BRUSSEL, Tel : 0497 59 33 61, [email protected], www.kmoloket.be

Voor het Waals Gewest Opleidingscheques Met deze cheques wil men zelfstandige ondernemers en KMO's stimuleren om opleidingen te volgen. De kosten van de opleidingen komen gedeeltelijk voor rekening van het gewestelijk budget (zie vorig uitvoeringsverslag). Hiervan wordt meer en meer gebruik gemaakt :


15

Aantal uitgegeven cheques Aantal operatoren Meer informatie:

2000 181 258

2001 273 465

2002 401 238

53

53

61

M. G. FLAHAUX Ministère de la Région wallonne, Direction Générale de l'Economie et de l'Emploi Place de la Wallonie, 1, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 43 58, Fax : +32 (0)81/33 43 22

Het PLATO-programma PLATO stimuleert de overdracht van kennis op het vlak van bedrijfsbeheer door KMO's te laten begeleiden door grote ondernemingen. In de loop van 2001-2003 namen 250 KMO's en 50 managers van grote bedrijven hieraan deel. Voor de periode 1998-2000 bedroeg de tevredenheidsgraad 84,1%. Het cijfer voor 2001-2003 zal op het eind van het jaar gekend zijn. Meer informatie:

Chambre de Commerce et d'Industrie de la Province de Namur Avenue G. Bovesse, 117/7, 5100 Jambes Tél. : +32 (0)81/32 05 50, Fax : +32 (0)81/32 05 59 Site Internet : http://www.platonet.be

Evaluatie van de steunmaatregelen voor advie s en van de ondersteunende diensten voor bedrijven De in 2002 aangevangen evaluatiestudies over de Waalse steunmaatregelen voor advies en de ondersteunende diensten voor bedrijven zijn momenteel klaar. De evaluatoren deden verschillende aanbevelingen. Deze worden bestudeerd in de betreffende werkgroepen om ze concreet gestalte te geven. In deze groepen zetelen vertegenwoordigers van de overheid, de ondernemingen (Union Wallonne des Entreprises, Union des Classes Moyennes), de Kamers van Koophandel, de Intercommunales voor ontwikkeling en de federaties van de sectoren. Meer informatie:

M. Daniel COLLET Ministère de la Région wallonne, Direction de la Politique Economique Place de la Wallonie, 1, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 39 19, Fax : +32 (0)81/33 37 44 E-mail : [email protected]

Alternerende opleiding De evolutie op sociaaleconomisch vlak vereist een aanpassing van het opleidingsaanbod volgens de verwachtingen van burgers en ondernemingen. Een aantal taken die tot nu toe door het Institut de Formation Permanente pour les Classes moyennes et les PME (IFPME) (zie voorgaande uitvoeringsverslagen) werden uitgevoerd, zullen daarom aan nieuwe gewestelijke instellingen toevertrouwd worden, met het oog op meer samenhang en leesbaarheid. De Waalse regering keurde in mei 2003 een ontwerpdecreet goed houdende oprichting van een orgaan voor alternerende opleiding, in eerste instantie voor KMO's en zelfstandigen. Het nieuwe orgaan zal volgens de alternerende formule aan jongeren opleidingsprogramma's bieden die op banenscheppende beroepen gericht zijn. Daarnaast zal het de oprichting van bedrijven voorbereiden door toekomstige oprichters ondernemingszin en moderne "managercapaciteiten" bij te brengen. Tot slot heeft het als taak het volledige aanbod aan alternerende opleiding te helpen reorganiseren. Meer informatie:

IFPME, Avenue des Arts, 39, 1040 Bruxelles, Tél. : +32 (0)2/502.76.00, site Internet : http://www.ifpme.be


16

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Steun voor advies KMO's in het Brussels Gewest die een beroep doen op externe adviseurs kunnen onder bepaalde voorwaarden op een financiële tussenkomst van 50% rekenen. Voor de periode 1999-2002 werden 547 KMO -dossiers behandeld (in 91% van de gevallen ging het om kleine ondernemingen), tegen 125 voor de periode 1995-1998, dat is het viervoud. In 2002 werd in 137 dossiers een financiële tegemoetkoming toegestaan voor een totaal bedrag van 1,2 miljoen EUR, dat is een gemiddelde tegemoetkoming per dossier van ongeveer 8.700 EUR. Van de 137 dossiers werden er 20 ingediend door ondernemingen die minder dan 3 jaar bestonden. Voor 2003 bedroeg het budget 1,413 miljoen EUR. Meer informatie:

De heer Jean-Pol Rihoux, Attaché, Ministerie van het Brussels Gewest Bestuur Economie en Werkgelegenheid, Directie Economische Betrekkingen, Industriële Dossiers en Buitenlandse Investeringen, Kruidtuinlaan 20, 1035 Brussel Tel. : +32 (0)2/80 03 462, E-mail : [email protected]

RAINBOW Dit programma betreft een analyse die op enkele dagen tijd gemaakt wordt van de informatiestroom in KMO's, om hun reële noden op informaticavlak te bepalen. Dit gebeurt gratis voor korte studies van gemiddeld 2,5 dagen, maar voor adviesopdrachten van gemiddeld een week dient wel betaald te worden (vast bedrag van 250 EUR), zonder verdere administratieve formaliteiten. De laatste vijf jaar maakten meer van 200 ondernemingen, de meesten van hen kleine ondernemingen, van deze maatregel gebruik. In verhouding ging het om 32 % korte studies en 68 % lange opdrachten. Meer informatie:

5.

De heer Pierre Lecocq, Coördinator RAINBBOW, CRIF Diamant Building, A. Reyerslaan 80, 1030 Brussel Tel. : +32 (0)2/706 79 44, Fax : +32 (0)2/706 81 09, GSM : +32 (0)498 91 93 31 E-mail : [email protected], Internetsite : http://rainbow.crif.be

BETERE ON-LINE TOEGANG

Federaal niveau Federale portal www.belgium.be Bij de opstart van de federale Portal ( http://www.belgium.be ) in november 2002 werd een specifiek luik voor de ondernemingen voorzien. In de eerste fase werd het accent vooral gelegd op informatieverstrekking aan de ondernemingen. Deze informatie wordt op twee manieren aangeboden : enerzijds via thema’s (“overheidsopdrachten” en “steunmaatregelen”) en anderzijds via de “levenslijn” van de onderneming (“alvorens te starten”, “bedrijf starten”, “bedrijf beheren” enz.). Dit informatieluik wordt gefaseerd verder aangevuld. Daarnaast zijn reeds een aantal on line diensten voor bedrijven beschikbaar: - aangifte van sociale risico’s - driemaandelijks elektronische aangifte aan de RSZ - detacheringen werknemers - onmiddellijke aangifte van tewerkstelling (DIMONA) - mededeling van tijdelijke werkloosheid - werfmeldingen - BTW aangifte Europees Handvest kleine ondernemingen – Verslag 2003

17

In de tweede helf van 2003 zullen startende ondernemingen via de unieke elektronische startersaangifte (DEUS) een aantal administratieve formaliteiten in één keer on line kunnen vervullen. Voor de sectoren horeca en kredietmakelaars werden in de DEUS ook de procedures specifiek aan de uitoefening van die activiteiten geïntegreerd. Administratieve procedures voor andere sectoren zullen stapsgewijze worden toegevoegd. Meer informatie :

De Heer L. MARIËN Dienst voor de Administratieve Vereenvoudiging Hertogstraat 4, 1000 Brussel, tel.: + 32 (0)2/289 00 70, e-mail : luc.marië[email protected]

De Federale Overheidsdienst Financiën In het kader van de verbetering van het e-government biedt de Federalde Overheidsdienst Financiën een reeks administratieve faciliteiten. v EDIVAT en INTERVAT Deze twee manieren van elektronische BTW-aangifte zijn met een volledige uitleg beschikbaar op het portaal van de FOD Financiën, http://www.minfin.fgov.be. Voor het jaar 2002 werden op een totaal van 2.994.546 aangiften 13.924 aangiften ingediend via INTERVAT en 19.607 via EDIVAT. Meer informatie:

E-mail : [email protected] voor Edivat en [email protected] voor Intervat

v Gegevensbanken • Sinds 4 maart 2002 is er een grote fiscale gegevensbank beschikbaar voor het publiek op het portaal van de FOD Financiën, http://www.minfin.fgov.be, onder de naam “Fisconet”. Fisconet is een tweetalige gegevensbank die gratis ter beschikking staat van de burgers en van de ambtenaren van het ministerie. Ze bevat de fiscale wetgeving en de uitvoeringsbesluiten, de jurisprudentie, de parlementaire vragen, de commentaar van de addministratie, de gepubliceerde omzendbrieven, de internationale overeenkomsten en verschillende andere documenten die nuttige informatie kunnen bieden. Over het gebruik van Fisconet in de loop van 2002 kunnen de volgende cijfers worden gegeven. Deze statistieken dienen echter voorzichtig geïnterpreteerd te worden, aangezien de gegevensbank vrij recent werd samengesteld. Internet (Fisconet)

Maart 2002 April 2002 Mei 2002 Juni 2002 Juli 2002 Aug 2002 Sept 2002 Okt 2002 Nov 2002 December 2002 TOTAAL

Homepage 6.049 47.383 47.383 72.038 33.037 32.315 34.105 47.718 37.188 68.227

Pagina's 988.375 1.132.629 1.132.616 1.252.780 1.254.702 1.082.809 1.319.443 1.695.773 1.768.785 1.840.139

Bezoekers 7.935 5.956 3.164 17.664 8.399 7.243 8.834 11.779 11.826 12.306

kBytes 9.917.808 14.758.644 14.572.391 12.609.234 10.456.598 9.433.436 12.015.325 16.101.871 15.855.290 13.146.810

425.443

13.468.05 1

95.106

128.867.40 7

Meer informatie: E-mail: [email protected]


18

• Daarnaast is er nog het fiscaal memento, een algemene synthese van de fiscaliteit van de Belgische federale overheid, dat beschikbaar is op de site van de Studie- en documentatiedienst van de FOD Financiën, http://www.docufin.fgov.be. Meer informatie: Mevrouw Van Nieuwenburg, Federale Overheidsdienst Financiën, Dienst Coördinatie van de Internationale Betrekkingen, Kruidtuinlaan 50, bus 47, Financietoren, 25e verd., 1010 Brussel, Tel. : +32 (0)2/210 66 19, Fax : +32 (0)2/210 66 21.

v FINFORM

Het project FINFORM werd in 2001 gestart en bestaat in de on line publicatie van elektronische formulieren (207 meertalige formulieren van alle administraties van de FOD Financiën). Dit project volgt de filosofie van het virtuele loket dat 24 uur op 24 beschikbaar is. Deze elektronische formulieren zijn beschikbaar op de internetsite over FINFORM, http://www.finform.fgov.be en op het portaal van de FOD Financiën, http://www.minfin.fgov.be. De meest gevraagde formulieren bij ondernemingen zijn: de aangifte voor de vennootschapsbelasti ng (aanslagjaar 2002 - EURO); aftrek voor investeringen (aanslagjaar 2003) en de bezoldigingsfiches. Sinds juni 2002 hebben de burgers 132 853 formulieren in PDF-formaat gedownload. Meer informatie:

E-mail : [email protected]

v FINPROF Dankzij het nieuwe project FINPROF kunnen voortaan alle belastingplichtigen rechtstreeks via elektronische weg hun aangifte voor de bedrijfsvoorheffing indienen via de portaalsite van de FOD Financiën, http://www.minfin.fgov.be. Er wordt de keuze gelaten tussen een enkelvoudige of een meervoudige aangifte : - De enkelvoudige aangifte is bedoeld om een enkele aangifte tegelijk in te dienen. Wanneer men op de website ingelogd is, kan men een formulier op het scherm doen verschijnen dat vergelijkbaar is met de papieren formulieren die vroeger verstuurd werden, elektronisch ondertekenen en verschillende aangiften een na een versturen. Het aantal opeenvolgende enkelvoudige aangiften is beperkt tot 9 per dag met hetzelfde referentienummer, dezelfde periode en dezelfde soort inkomsten. - De meervoudige aangifte is bedoeld voor het maandelijks versturen van verschillende aangiften. Er worden dan verschillende aangiften in een bestand met XML-formaat samengebracht en tegelijk verstuurd. Er kunnen maximum 9 bestanden per dag verstuurd worden. De elektronische aangifte voor de bedrijfsvoorheffing maakt gebruik van een geavanceerde elektronische handtekening die te vergelijken is met een handtekening op papier, want ze wordt gerealiseerd op basis van een erkend certificaat en door middel van een beveiligd systeem voor het maken van een elektronische handtekening. Voor de periode van 1 december 2002 tot 6 juli 2003 beschikt men over de volgende gegevens: - er werden 337.438 aangiften ingediend via FINPROF ; - er werden 110 bestanden ontvangen die verschillende aangiften bevatten; - er werden 1.276 individuele aangiften ontvangen; - er werden 80 gebruikers geteld, waarvan 7 erkende sociale secretariaten. Meer informatie:

E-mail : [email protected]


19

v Geautomatiseerde modellen Alle driemaandelijkse BTW-opgaven van vrijgestelde intracommunautaire leveringen en de geautomatiseerde aangifteformulieren voor de jaarlijkse lijst van de aan BTW onderworpen klanten (verrichtingen in 2002) kunnen worden gedownload op de site van de federale fiscale administraties, http://www.fiscus.fgov.be. v Nieuw geïnformatiseerd transitsysteem (New Computerised Transit System) De Administratie der Douane en Accijnzen heeft een systeem ingevoerd waarmee de belastingplichtigen hun aangifte voor communautaire transit elektronisch kunnen indienen. De formulieren zijn beschikbaar op het portaal van de FOD Financiën, http://www.minfin.fgov.be.

Voor de Vlaamse Gemeenschap Portaalsite www.vlaanderen.be De in 2001 opgestarte portaalsite www.vlaanderen.be is in 2002 verder uitgebouwd geworden. In 2003 wil men deze site een meer klantgericht gezicht geven door de ontwikkeling van gepaste interactieve en transactionele toepassingen. eFl@nders Naast de reeds in het verslag 2002 vermelde initiatieven worden op doorlopende basis sensibilisatiecampagnes opgezet die tot doel hebben de mensen te overtuigen dat zij via een beter en effectiever gebruik van ICT hun persoonlijk, hun sociaal als hun beroepsleven kunnen verbeteren. Meer informatie :

Willy Verdonck Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Cel Media-innovatie, Administratie Media North Plaza B, Koning Albert II-laan 7, B-1210 Brussel, tel: +32 (0)2 553 45 50 fax: +32 (0)2 553 45 79, [email protected], www.eflanders.be

Telecoaching Telecoaching is een een communautair actieprogramma inzake beroepsopleiding (Leonardo da Vinci) en heeft als primaire doelgroep : opleiders en begeleiders van startende en gevestigde zelfstandigen en KMO’s. Volgende producten worden in het project gerealiseerd : - Een Engelstalig onderzoeksrapport over geschikte, geïntegreerde ICT-systemen voor het aanbieden van opleiding en begeleiding; - Opleidingsmateriaal voor een motivationele workshop voor opleiders/begeleiders. In deze module leren de deelnemers over voor -en nadelen van e-coaching. Deze module bestaat ook in het Nederlands; - Een trainingsmodule, in de vorm van diverse sjablonen, voor opleiders/begeleiders over de technische en pedagogische aspecten van het gebruik van ICT in hun werkdomeinen. Meer informatie :

Ben Bruyndonckx VIZO Kanselarijstraat 19, 1000 Brussel, tel.: +32(0)2/227 49 53, fax : +32(0)2/22763 9 [email protected], http://www.vizo.be


20

KMOLOKET Het KMOLOKET is een project van het Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen(VIZO) dat in 1999 gelanceerd werd en in de loop van 2004 geïntegreerd zal worden in het virtuele ondernemingsloket ‘ondernemen .vlaanderen’. De bedoeling van het KMOLOKET is het ondernemerschap in Vlaanderen te stimuleren en te ondersteunen door de ondernemer op eenvoudige en overzichtelijke wijze toegang te bieden tot alle informatie die hij of zij nodig zou kunnen hebben bij het opstarten, beheren of stopzetten van een zaak. Deze informatie werd gestructuurerd volgens de levenscyclus van een onderneming zodat men snel en efficiënt kan vinden wat men zoekt. De doelgroepen van het KMOLOKET zijn startende ondernemers, gevestigde KMO’s en KMO-adviseurs. Meer informatie

Yves Schouwaerts VIZO Kanselarijstraat 19, 1000 Brussel, tel: (02)227 49 73, fax: (02)217 46 12 [email protected] , www.kmoloket.be

Voor het Waals Gewest Elektronische formulieren en Leesbaarheidscomité Het "Contrat d'Avenir pour la Wallonie" heeft zich tot doel gesteld 100 intelligente elektronische formulieren te ontwikkelen tegen eind 2004. Momenteel zijn er 50 intelligente formulieren on line beschikbaar. Het gaat om formulieren met hulpfuncties voor het invullen. Deze formulieren moeten nog afgedrukt worden en per post naar de administratie opgestuurd worden. Omdat de ontwikkeling van een federale infrastructuur voor het beveiligen van gegevensuitwisselingen nog steeds niet klaar is, neemt het Waals Gewest ondertussen eigen initiatieven om het terugsturen van de eerste intelligente formulieren via elektronische weg mogelijk te maken. Op 10 oktober 2002 werd een proefproject uitgevoerd waarbij het formulier "Eurodyssée" via elektronische weg naar de administratie werd opgestuurd. Dit werd aan de pers voorgesteld. Bovendien werd de site die tot de intelligente elektronische formulieren toegang geeft volledig herzien en gereorganiseerd met het oog op meer gebruiksvriendelijkheid. Omdat sommige formulieren die in intelligente elektronische versie beschikbaar zijn nog niet aan de vereiste van optimale leesbaarheid voldoen, besloot de regering op 19 december 2002 een Comité voor leesbaarheid op te richten. Dit comité, dat zowel uit betrokken ambtenaren als uit gebruikers bestaat, moet om te beginnen de 50 eerste intelligente formulieren herwerken, en op termijn alle formulieren die voor een intelligente elektronische versie geselecteerd zijn. Meer informatie:

http://formulaires.wallonie.be

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Centrum voor Informatica voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Het Centrum voor Informatica voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft als belangrijkste opgave de overheidsdiensten te informatiseren. Momenteel wil het in het kader van een driejarenplan het verwerven en toepassen van nieuwe informatietechnologie financieren. Twee financieringswijzen zijn mogelijk: door innovatie, die voor 100% wordt


21

gefinancierd, of door verspreiding, die voor 50% wordt gefinancierd. Verschillende toepassingen worden ontwikkeld op het vlak van : - informatisering van de scholen, met als doelstelling dat Brussel de eerste Europese regio wordt waar alle scholen via een ADSL-lijn op het internet aangesloten zijn; - vrijstaande ruimte voor de ondernemingen in Brussel (www.inventimmo.be); - diensten aan ondernemingen/burgers, met name om on line documenten te kunnen aanvragen en ontvangen met als doelstelling alle Brusselse gemeenten tegen eind 2004 op het portaal Irisnet (www.brussel.irisnet.be) te brengen. Momenteel wordt de site 'www.brussel.irisnet.be' maandelijks bezocht door ongeveer 20.000 verschillende gebruikers, waarvan 75 % inwoners van de Europese Unie zijn. Meer informatie:

6.

Mevrouw Lökkhana Quaremme, Communication Manager van het CIBG Kunstlaan 20, bus 10, 1000 Brussel, Tel. : +32 (0)2/282 47 70, Fax : +32 (0)2/230 31 07, E-mail : [email protected], Internetsite : www.cirb.irisnet.be

MEER PROFIJT TREKKEN VAN DE INTERNE MARKT

Federaal niveau België heeft slechts een omzettingsdeficit van 1,8 % van de Interne markt richtlijnen. De volgende interdepartementale instrumenten voor de opvolging van de omzetting zijn in België beschikbaar : •

Een inlichtingenfiche (of kalenderfiche) die bestaat uit 3 luiken (ontwerpfase, omzettingsfase met kalender en stand van zaken in precontentieuze of contentieuze procedure). De te volgen procedure voor het invullen van de kalenderfiches en het verrichten van de omzetting is in detail te raadplegen op de volgende website: http://diplobel.fgov.be/.

•

Een databank, die gebruikt wordt op het Ministerie van Buitenlandse Zaken, en die ter beschikking staat voor alle federale departementen en gefedereerde overheden. Binnenkort zal er eveneens een internetadres beschikbaar zijn: http://eudir.diplobel.fgov.be. De verschillende administraties zullen zelf de stand van zaken kunnen nagaan van de dossiers waarvoor zij functioneel bevoegd zijn. Deze raadplegingen gebeuren via het internet door een bevoegde persoon die een paswoord en een cd-rom ontving van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Veranderingen kunnen momenteel enkel worden aangebracht door de dienst J 12 van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en het desbetreffende kabinet. De volgende stap is het openstellen van dit gegevensbestand aan deze federale instellingen die van dichtbij betrokken zijn bij de problematiek van Europese wetgeving. Ook het parlement heeft toegang tot deze databank. Een verdere fase bestaat uit het verlenen van een machtiging aan de federale en gefedereerde overheden om hun eigen data actueel te houden, onder toezicht van de diensten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Meer informatie :

De heer F. Van De Craen Ministerie van Buitenlandse Zaken, Directie-generaal Juridische Zaken, Omzetting Europees Recht - J12, Karmelietenstraat 15, 1000 BRUSSEL Tel.: +32 (0)2/501 37 56, Fax : +32 (0)2/511 22 59, [email protected]


22

Voor het Waals Gewest "Wallex" Via de internetsite "Wallex" stelt het Waals Gewest aan iedereen informatie beschikbaar over de rechtsdomeinen die het beheert. Deze informatie wordt in 5 categorieën verdeeld : -

Wetgeving : volledige tekst van het Waalse recht, het federaal recht, het recht van de Franse Gemeenschap en het internationaal recht (met betrekking tot de Waalse rechtsdomeinen). Communicatie : adviezen voor de goedkeuring van nieuwe rechtsnormen, commentaar van de diensten van de regering over de nieuwe bepalingen. Algemene interne bronnen : beslissingen van beheersorganen voor publiekrechtelijke rechtspersonen die eventueel door derden moeten worden nageleefd. Bijzondere interne bronnen : administratieve omzendbrieven, dienstorders en andere documenten die zich enkel tot de ambtenaren van de betrokken administratie richten. Jurisprudentie : arresten en vonnissen over documenten met betrekking tot de rechtsdomeinen die onder het Waals Gewest vallen.

Meer bepaald vindt men er informatie over Europese richtlijnen, verordeningen en besluiten met betrekking tot rechtsdomeinen die door het Waals Gewest worden geregeld. Meer informatie:

Jacques GENNEN Ministère de la Région wallonne, Direction Juridique Place de la Wallonie 1, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 30 10, Fax : +32 (0)81/33 30 22 E-mail : [email protected], site Internet : http://wallex.wallonie.be

Maison de l'entreprise wallonne auprès de l'Europe (MEWE) Het MEWE werd opgericht in het kader van het plan "4x4 pour entreprendre" en informeert en adviseert Waalse ondernemingen over het beleid van de Europese Unie en meer bepaald over de programma's voor economische steun. Als lid van EURADA (Europese vereniging van ontwikkelingsagentschappen) kan het ondernemingen in verbinding brengen met andere regio's in Europa. Concreet organiseert het MEWE algemene informatiebijeenkomsten in samenwerking met de diverse Europese instellingen en regio's. Het verspreidt via een nieuwsbrief informatie over de concrete aspecten van beleidslijnen, programma's en actualiteiten. Tot slot adviseert, gidst en introduceert het ondernemingen en andere Waalse organisaties in het kader van hun contacten met Europese partners. Meer informatie:

7.

Mevrouw Chantal Léonard MEWE, Schumanplein 6 bus 5, 1040 Brussel, Tel. : +32 (0)2/234 77 20, Fax : +32 (0)2/234 77 35, E-mail : [email protected]

BELASTINGEN EN FINANCIEN

Federaal niveau Verslag over de toegang tot financiering Het verslag dat in mei 2003 naar het Directoraat-Generaal Ondernemingen van de Europese Commissie werd gestuurd, vermeldt in detail de belangrijkste maatregelen die recent in België (zowel op federaal als gewestelijk vlak) werden genomen op het vlak van de toegang tot financiering.


23

Het Participatiefonds Dit federale kredietverleningsinstrument biedt stichters en leiders van ondernemingen verschillende financiële producten aan. Het Participatiefonds vernieuwt en breidt ook in 2003 zijn financiële producten uit. Sinds kort kunnen 50-plussers die zich als zelfstandige wensen te vestigen of een onderneming op te starten een beroep doen op het Participatiefonds via de 50+ lening. Wanneer een KMO in zijn strategische ontwikkelingsfase voor haar toekomstige activiteit kan rekenen op de financiële begeleiding van een Business Angel (BA) kan deze KMO een beroep doen op de BAN+ lening. Met de, sinds 2003, nieuwe preventielening kunnen KMO ’s en zelfstandigen hun investeringen in veiligheid financieren. Naast deze verschillende nieuwe leningen is er ook nog het Rosettaplan voor zelfstandigen. Dit plan richt zich tot alle werkzoekenden of uitkeringsgerechtigde werklozen die jonger dan 30 zijn en voor het eerst ondernemer willen worden. Zij moeten bij hun project vooraf begeleid worden door erkende adviseurs (gedurende maximum 6 maanden). Het totaalbedrag van deze kredieten bedroeg in 1996 bijna 22 miljoen euro, in 2000, 75 miljoen euro en 2001 56 miljoen euro. In 2002 daalde het totale kredietverleningsbedrag verder tot 35,5 miljoen euro. Meer informatie :

Participatiefonds de Lignestraat, 1, 1000 Brussel tel. : +32(0)2/210 87 87, [email protected], www.fonds.org

Het Startersfonds Zelfstandigen en KMO's hebben met specifieke moeilijkheden te kampen wanneer zij bij een bank aankloppen voor een beroepslening. Een laag bedrag lenen komt relatief duurder uit dan een hoog bedrag. Bovendien vormen startende ondernemingen uiteraard een groter risico en krijgen ze dan ook zwaardere bijkomende eisen en interesten opgelegd. De programmawet van 8 april 2003 voorziet in steun van de overheidssector om externe privéfinanciering te mobiliseren en zo de starters over de eerste moeilijke periode heen te helpen wanneer de financieringsproblemen het grootst zijn. Het Participatiefonds heeft verkregen dat het zich van een financieringsfiliaal kan voorzien met de naam "Startersfonds", dat bij het publiek fondsen zal verzamelen. Voor het verzamelde bedrag zal het Participatiefonds vervolgens geld overmaken aan het "Startersfonds". Deze middelen worden ter beschikking van het Participatiefonds gesteld om bijkomende kredieten te financieren in de vorm van leningen aan starters (leningen voor oprichting en voor overdracht) alsook startleningen voor werkzoekenden zonder bezigheid die hun eigen baan willen creëren. Om dit investeringsmiddel interessant te maken voor de investeerders zullen onder bepaalde voorwaarden fiscale voordelen in de vorm van belastingvermindering verleend worden aan natuurlijke personen die inschrijven op obligaties op naam die door het Startersfonds met een termijn van zestig maanden worden uitgegeven. Dit recht wordt eenmaal per aanslagjaar en per inschrijver toegekend en op voorwaarde dat de obligaties tijdens de hele periode in het bezit van de inschrijver blijven. De belastingvermindering bedraagt 5% van de werkelijk verrichte betalingen. Het totale bedrag van de belastingvermindering mag niet meer zijn dan 210 EUR per belastbare periode. Voor het aanslagjaar 2004, inkomsten van 2003, bedraagt de belastingvermindering na indexering maximaal 250 EUR. Meer informatie:

De heer De Baets, Federale Overheidsdienst Financiën, Administratie van Fiscale Zaken, Kruidtuinlaan 50, bus 52, Financietoren, 20e verdieping, 1010 Brussel Tel. : +32 (0)2/210 41 16, Fax : +32 (0)2/210 33 07


24

De hervorming van de vennootschapsbelasting De hervorming van de vennootschapsbelasting, waarvan de krachtlijnen in het vorige jaarverslag werden geschetst, kreeg zijn beslag door de wet van 24 december 2002 tot wijziging van de vennootschapsregeling inzake inkomstenbelastingen en tot instelling van een systeem van voorafgaande beslissingen in fiscale zaken. De volgende maatregelen betreffen vooral de kleine ondernemingen : v verlaging van het verminderde belastingtarief voor kleine ondernemingen Gelijklopend met de daling van het algemene nominale tarief van 39% naar 33% wordt het verminderde basistarief voor KMO's met een belastbaar inkomen van niet meer dan 322.500 EUR met ingang van het aanslagjaar 2004 als volgt bepaald : - 24,25% op de belastbare inkomensschijf van 0 tot 25.000 EUR ; - 31% op de belastbare inkomensschijf van 25.000 tot 90.000 EUR ; - 34,5% op de belastbare inkomensschijf van 90.000 tot 322.500 EUR. v stimuleren van de zelffinanciering van kleine ondernemingen Dezelfde wet wil de autofinanciering stimuleren bij KMO's die tariefverminderingen krijgen door ze een vrijstelling van 50% (maximum 18.750 EUR) van het gereserveerde belastbare resultaat toe te kennen. Het in aanmerking genomen belastbare gereserveerde resultaat is beperkt tot 37.500 EUR. Deze nieuwe bepaling wordt van kracht vanaf het nieuwe aanslagjaar 2004. v vrijstelling van bepaalde belastingvermeerderingen voor KMO's Voor de wet van 24 december 2002 werd de belasting zonder uitzondering vermeerderd wanneer er geen voorafbetalingen op de vennootschapsbelasting waren gebeurd of wanneer deze onvoldoende waren. De nieuwe wet stelt de kleine ondernemingen vrij van elke belastingvermeerdering wanneer er niet of onvoldoende voorafbetaald werd in de loop van de eerste drie boekjaren na hun oprichting. Deze nieuwe bepaling betreft de kleine ondernemingen die voor het betrokken boekjaar verlaagde belastingtarieven genieten en voor wie het eerste boekjaar betrekking heeft op het aanslagjaar 2004 of later. Meer informatie:

Mevrouw Van Nieuwenburg, Federale Overheidsdienst Financiën, Dienst coördinatie van de internationale betrekkingen, Kruidtuinlaan 50, bus 47, Financietoren, 25e verdieping, 1010 Brussel Tel. : +32 (0)2/210 66 19, Fax : +32 (0)2/210 66 21, internetsite : http://www.minfin.fgov.be De heer De Baets, Federale Overheidsdienst Financiën, Administratie van Fiscale Zaken, Kruidtuinlaan 50, bus 52, Financietoren, 20e verdieping, 1010 Brussel, Tel. : +32 (0)2/210 41 16, Fax : +32 (0)2/210 33 07

De "private privak" Naar aanleiding van het verslag van de werkgroep van 17 oktober 2001 over de toegang van KMO's tot het bankkrediet en de beurshandel heeft België blijk gegeven van innovatie door een nieuw financieringsinstrument voor niet op de beurs genoteerde ondernemingen in het leven te roepen dat de financering van KMO's begunstigt. De wet van 22 april 2003 tot wijziging van de wet van 4 december 1990 op de financiële verrichtingen en de financiële markten (B.S. 9 mei 2003) richt een nieuwe categorie instellingen voor collectieve belegging in, genaamd private privak. Deze wet bepaalt het wettelijke kader van een niet beursgenoteerde privévennootschap die privé-investeerders,


25

ondernemingen of particulieren stimuleert om voor minstens 250.000 EUR in te schrijven op het kapitaal van de vennootschap en aldus in niet-beursgenoteerd risicokapitaal te investeren zonder dat zij verplicht zijn zelf daartoe een vennootschap op te richten en voor het bestuur ervan in te staan. De private privak, een soort van collectieve beleggingsmaatschappij met vast kapitaal (naamloze vennootschap, commanditaire vennootschap op aandelen of gewone commanditaire vennootschap) brengt het kapitaal van ondernemingen of particulieren bijeen. De bedoeling van de private privak is dat de activa die via deze nieuwe, vanuit fiscaal oogpunt transparante structuur worden verzameld, efficiënt en met kennis van zaken worden beheerd volgens het principe van de evaluatie en spreiding van de risicio's. Uitvoeringsmaatregelen in het koninklijk besluit van 15 mei 2003 met betrekking tot de private privak (B.S. 22 mei 2003) beogen een versnippering van de aandeelhouders (die elk niet meer dan 16% van de stemrechten mogen hebben) alsook hun onafhankelijkheid (zij mogen onderling geen banden hebben). De private privak moet voor een welbepaalde periode opgericht worden, en niet voor langer dan 12 jaar. De private privak moet bijdragen tot de oprichting en het voortbestaan van kleine en middelgrote ondernemingen dankzij beter gediversifieerde en aangepaste financieringsbronnen. Het gebruik van een dergelijke vennootschap biedt de investeerders een neutrale fiscale behandeling, in die zin dat de besteding van investeringsproducten via dit type vennootschap tot geen minder gunstige belasting leidt dan bij een directe investering. Transparantie of neutraliteit wordt niet bereikt via een fiscale bepaling, maar via de toekenning of organisatie van een aantal bestaande of nieuwe fiscale stelsels die zich voor de private privak vertalen in een aangepaste fiscale behandeling. Dit investeringsinstrument houdt geen enkele discriminatie in ten opzichte van de nationaliteit van de investeerders, noch ten opzichte van de nationaliteit van de doelvennootschappen, wanneer voor de beheersvennootschap een in België belastbaar pakket wordt gevormd. Dit nieuwe instrument moet voor een voldoende lange periode een stimulans vormen voor de ondernemingszin zowel als voor de ondersteuning daarvan, aangezien een kandidaatondernemer zich de nodige financiële middelen kan verschaffen buiten de klassieke financieringsbronnen om. Alle bepalingen van deze wet zijn sinds 22 mei 2003 van toepassing. Informatie hierover is beschikbaar op de internetsite van de Federale Overheidsdienst Financiën (http://www.minfin.fgov.be) onder de rubriek « Persmededelingen ». Meer informatie:

De heer De Baets, Federale Overheidsdienst Financiën, Administratie van Fiscale Zaken, Kruidtuinlaan 50, bus 52, Financietoren, 20e verdieping, 1010 Brussel Tel. : +32 (0)2/210 41 16, Fax : +32 (0)2/210 33 07

Voor de Vlaamse Gemeenschap Krachtlijn 2 van het Actieplan Ondernemen beoogt het versterken van de financiële structuur van de Vlaamse ondernemingen. ARKimedes-regeling De Participatiemaatschappij Vlaanderen (PMV) is belast met de uitwerking van een project ter Activering van het RisicoKapitaal in Vlaanderen. Hiervoor is de ARKimedes – regeling ontworpen die o.a. aansluit bij de mededeling van de Commissie over de toegang tot financiering en over staatssteun en risicokapitaal. De bedoeling van ARKimedes is de “equity gap” te vernauwen. Risicokapitaalverschaffers die in Vlaamse KMO’s investeren kunnen in aanmerking komen voor een kapitaalparticipatie of lening uit het ARKimedesfonds. Dat Fonds trekt middelen aan bij de institutionele en particuliere beleggers. Particulieren


26

zullen een belastingkrediet krijgen. De ARKimedes-regeling wordt in de tweede jaarhelft van 2003 gelanceerd. Meer informatie:

Pieter Marinus ParticipatieMaatschappij Vlaanderen NV tel. +32(0)2/229 52 30, [email protected] Bart De Smet ParticipatieMaatschappij Vlaanderen NV tel. +32(0)2/229 52 30, [email protected]

FIGARO-project Sinds juli 2002 wil de Vlaamse overheid met de oprichting van een uniek “KMO – financeringsagentschap” een clustering doorvoeren van haar financieringsinstrumenten en know how inzake financiering en KMO’s. De instrumenten ter bevordering van de financiering van KMO’s die de Vlaamse overheid heeft ingeschakeld, of van plan is in te schakelen in dit concept, zijn vandaag: 1. Bestaande instrumenten: De bestaande Waarborgregeling Bankkredieten De Garantieregeling Risicokapitaal 2. Instrumenten die in de nabije toekomst zullen worden ingeschakeld: De nieuwe Waarborgregeling Bankkredieten De ARKimedes-regeling De bedoeling is dat een aantal maanden na de introductie van de nieuwe regelingen, de bestaande regelingen niet langer meer worden gebruikt. De dossiers die tot stand gekomen zijn onder de bestaande regelingen zullen evenwel verder worden opgevolgd tot ze definitief kunnen worden afgesloten. De Participatiemaatschappij Vlaanderen (PMV) stelt het businessplan voor dit project op dat de naam FIGARO (Financiering en Garanties voor Ondernemingen) draagt. Meer informatie:

Werner De Crem ParticipatieMaatschappij Vlaanderen NV tel. +32(0)2/229 52 30, [email protected] Bart De Smet ParticipatieMaatschappij Vlaanderen NV tel. +32(0)2/229 52 30, [email protected]

Nieuwe waarborgregeling bankkredieten De nieuwe waarborgregeling bankkredieten stelt KMO’s in staat gemakkelijker waarborgen te leveren om een lening bij de bank te bekomen. De uitgangspunten voor de nieuwe regeling zijn transparantie, eenvoud en samenwerking tussen de overheid en de private sector. De Vlaamse overheid sluit raamakkoorden af met de privé-banken. Daarin wordt overeengekomen dat kredietaanvragen waarvan de banken vaststellen dat ze aan bepaalde criteria voldoen, voor 75% een waarborg ontvangen van de Vlaamse overheid, terwijl de banken zelf 25% van het risico op zich nemen. Op die wijze wordt het risico gedeeld tussen overheid en private partijen. De overheidswaarborg kan oplopen tot 500.000 Euro. Meer informatie:

Werner De Crem ParticipatieMaatschappij Vlaanderen NV tel. +32(0)2/229 52 30, [email protected] Hans Kinoo Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid tel. +32(0)2/553 37 56, [email protected]


27

Voor het Waals Gewest De toegang van KMO's tot financiering is een van de prioriteiten van de Waalse regering en neemt in het plan "'4x4 pour entreprendre" een belangrijke plaats in. Task-force Er werd een task-force opgericht om de maatregelen met betrekking tot de financiering uit te voeren, zodat nieuwe financiële instrumenten en mechanismen uitgewerkt kunnen worden. Deze studiegroep komt maandelijks bijeen en omvat vertegenwoordigers van de Waalse minister van Economie en zijn administratie, van de institutionele partijen (waaronder SOWALFIN), van de bedrijfssector en de banksector alsook een vertegenwoordiger van het Europees Investeringsfonds. In dit kader werd tussen het Waals Gewest en het EIF een adviesovereenkomst gesloten, de eerste in zijn soort. Onder meer de volgende thema's worden besproken: - systeem SBIC : naar Amerikaans voorbeeld moeten met dit systeem privéfondsen voor risicokapitaal in Wallonië hun opgehaalde fondsen kunnen verdubbelen dankzij een garantie van het Gewest; - geïntegreerde financieringen (zie verder); - buurtfinancieringen van het type "Tante Agatha" naar Nederlands model; - microkredieten: er moeten nieuwe instrumenten worden ontwikkeld waarmee ondernemers gemakkelijker toegang krijgen tot kredieten voor kleine bedragen door ze eventueel te koppelen aan gepaste begeleidingsmaatregelen; dit systeem richt zich vooral tot vrouwen; - financiering van de overdracht van ondernemingen. De jaarlijkse conferentie over de financiering van KMO's De derde editie van de jaarlijkse conferentie van Louvain-la-Neuve over de financiering van KMO's, met dit keer als thema "ondernemingszin - financiering en wetenschappelijk onderzoek" (november 2002) trok bijna 2500 deelnemers van diverse nationaliteiten en uit talrijke sectoren. Meer bepaald hadden zeventig ondernemingen en projectbeheerders de gelegenheid om hun project aan een panel van investeerders voor te stellen. De vierde editie, die in november 2003 plaatsvindt, zal als thema hebben: "Financiering: van high-tech naar no-tech". SOWALFIN SOWALFIN wil als koepelorganisatie van KMO's naast de "traditionele" activiteiten (cofinanciering, garantie, risicokapitaal) nieuwe, eenvoudige, snelle en transparante interventiemechanismen invoeren en nieuwe financiële producten uitwerken die beantwoorden aan de verschillende noden van de ondernemingen in de verschillende fasen van hun bestaan. •

In juni 2003 werd een gemeenschappelijk filiaal van AWEX (Agence Wallonne à l'Exportation) en SOWALFIN (Société wallonne de Financement et de Garantie des petites et moyennes entreprises) opgericht met de naam SOFINEX (Société wallonne de financement de l'exportation et de l'internationalisation des entreprises) met de bedoeling voor de Waalse bedrijven, en voornamelijk de kleinsten onder hen, een algemeen loket op te richten dat de financiële instrumenten voor uitvoer en internationalisering samenbrengt die hen ter beschikking staan. Net als SOWALFIN heeft ook SOFINEX als doelstellingen : administratieve vereenvoudiging, betere coördinatie en grotere zichtbaarheid van de financiële diensten en producten van de Waalse overheid voor uitvoerfinanciering, rechtstreekse investeringen in het buitenland, verzekering van risico's en tegenwaarborg voor bankwaarborgen.


28

-

Naast het kapitaal van 2,5 miljoen euro (waarvan AWEX 40% in handen heeft, SOWALFIN eveneens 40% en SRIW 20%) beschikt SOFINEX over bijna 20 miljoen euro aan middelen. SOFINEX komt tussen op vier vlakken:

-

de financiering van investeringen in het buitenland, in de vorm van een kapitaalparticipatie, een participatielening of een achtergestelde lening (met een budget van 2,5 miljoen euro moet het mogelijk zijn een tiental projecten te verwezenlijken, uitgaande van een theoretische tussenkomst van 250.000 euro per gesteunde KMO);

-

de herverzekering van risico's dankzij een overeenkomst met de Nationale Delcrederedienst (met een begroting van iets meer dan 2 miljoen euro moet men de risico's kunnen dekken en tussenkomen in landen waar het maximum wordt overschreden);

-

de tegenwaarborg voor bankgaranties op exportleveringen door Waalse KMO's (er is daartoe in een bedrag van ongeveer 7 miljoen euro aan waarborgverplichtingen voorzien waarmee jaarlijks een 80-tal operaties van het type bid bond, prepayment bond, performance bond of retention money bond gerealiseerd kunnen worden;

-

financiële producten die vergelijkbaar zijn met subsidies, zoals de kredietlijnen Marokko-Tunesië, de Trust Fund van de BAD (Banque africaine de développement) en van de EBRD (European Bank for Reconstruction and Development), en het Fonds "Environment for Europe".

Om nieuwe instrumenten te kunnen creëren die aangepast zijn aan de behoeften van de Waalse KMO's op het vlak van investeringen in het buitenland en exportgaranties voorzien AWEX en SOWALFIN elk in een equivalent van jaarlijks 3 miljoen euro aan nieuwe middelen voor SOFINEX. •

Op 24 april 2003 werd SOWALFIN door de Waalse regering gevraagd om binnen de organisatie een filiaal op te richten met de naam S.A. SOCAMUT. Dit gespecialiseerde filiaal van SOWALFIN beschikt over een kapitaal van ongeveer 15 miljoen euro (50% geleverd door FEDER en 50% door het Waals Gewest) en heeft tot doel de waarborgen van de in het Waals Gewest gevestigde onderlinge waarborgmaatschappijen voor dossiers van oprichting, groei, overname of familiale opvolging voor 50% van het bedrag te herverzekeren, tegen betaling van een commissie.

De maatregel richt zich uitsluitend tot micro-ondernemingen (minder dan 10 personeelsleden) en zelfstandigen zoals handelaars, ambachtslieden, handelaars en vrije beroepen. Een dergelijke garantie mag maximum voor 150 000 euro gegeven worden. Het is de bedoeling jaarlijks ongeveer 900 herverzekeringen van door onderlinge waarborgmaatschappijen gewaarborgde kredieten te dekken. Belangrijk te vermelden is dat, overeenkomstig de regels over het eigen vermogen van de banken, de door SOWALFIN tegengewaarborgde kredieten momenteel bij de weging volledig in mindering worden gebracht voor de gewaarborgde quotiteit. Met andere woorden, het deel van het door SOWALFIN tegengewaarborgde krediet wordt niet als risico opgenomen in de risicoberekeningen van de banken. Deze regels zullen zich echter moeten richten naar de nieuwe bepalingen van Bazel II.


29

De ontwikkeling van spin-offs Het universitair onderzoek beschikt over een groot potentieel aan economische waarde. Het bereikt echter zeer moeilijk het stadium van commercialisering. Het is van groot belang dat dit onderzoek wordt gesteund door bij te dragen aan de ontwikkeling van spin-offs. Bovendien blijkt het moeilijk dergelijke projecten te financieren, vooral in de startfase en de prestartfase. In mei 2003 voerde het Waals Gewest gelijktijdig verschillend mechanismen in waarmee deze financiering vergemakkelijkt wordt, met name: - De geïntegreerde financiering: dankzij dit systeem kan een projectbeheerder zijn business plan aan een panel van financierders voorleggen om advies te krijgen over de optimale financiële structuur van het project. - Het aanbrengen of vergroten van de middelen voor de reeds gevormde of nog te vormen prestartfondsen (partnership tussen Invests en Universiteiten), via een budget van 4 miljoen euro; - Het onwikkelen binnen SOWALFIN van een startstructuur waarvoor het Waals Gewest een budget van 4 miljoen euro ter beschikking stelt. Met deze structuur kunnen universitaire projecten met een groot groeipotentieel overgaan van de prestartfase naar de "early stage". Tegelijk kreeg SOWALFIN de opdracht toevertrouwd om de verschillende starten prestartinstrumenten te bestuderen om de onderlinge synergieën en de efficiëntie te verbeteren. Dankzij deze studie kan het EIF meer betrokken worden bij de ingevoerde structuur. De externe bestuurder De derde pijler van het plan "4x4 pour entreprendre" is bedoeld om de ontwikkeling van de ondernemingen nieuw leven in te blazen, meer bepaald via een optimalisatie van het management. Een van de maatregelen bestaat erin ondernemingen die een beroep op risicokapitaal doen ertoe aan te zetten een externe bestuurder in hun raad van bestuur op te nemen. Deze brengt een externe en professionele visie binnen over het bestuur van een onderneming. Deze maatregel komt ook tegemoet aan de doelstellingen van betere toegang tot risicokapitaal en vlottere relaties tussen familiale aandeelhouders en fondsen van risicokapitaal. De maatregel neemt de vorm aan van een gedeeltelijke tussenkomst van het Gewest in de kosten van de externe bestuurder die in de raad van bestuur zetelt van KMO's met minder dan 50 werknemers die een beroep doen op risicokapitaal. Deze maatregel is een proefproject van het Waals Gewest dat van 1 september 2003 tot 31 december 2004 zal lopen. Na een jaar wordt het geëvalueerd. In 2003 wordt een budget van 90.000 euro aan het project besteed, in 2004 is dat 300.000 euro. Het project zou 3 dossiers omvatten in 2003 en 10 in 2004. Bij een positieve evaluatie wordt het project voortgezet en uitgebreid. Concreet steunt het Waals Gewest financieel elke niet-beursgenoteerde KMO wanneer deze een beroep doet op een externe bestuurder om via een maatschappij voor risicokapitaal het eigen vermogen op te voeren voor ten minste 10% van het maatschappelijk kapitaal. De steun wordt verleend in de vorm van een degressieve lening en dekt de kosten die de KMO gedaan heeft om de externe bestuurder te betalen in het kader van de uitoefening van zijn opdracht. De steun loopt over een periode van 6 jaar en omvat: 75% van de toegelaten kosten met een maximum van 6.000 € per jaar vanaf het 1e tot en met het 3e jaar; 50% van de toegelaten kosten met een maximum van 4.000 € per jaar van het 4e tot en met het 6e jaar.


30

Het financieel ontbijt Dit moet jonge ondernemingen de gelegenheid bieden om financiële partners te vinden die hen kunnen helpen te groeien, of het nu om financiële of industriële investeerders gaat of om nog andere kandidaten. Een financieel ontbijt vindt maandelijks plaats. Netwerken van Business Angels Het betreft de netwerken BAMS (Business Angels Matching Services) en WaBAN (Wallonia Business Angels Network). De ontwikkeling van de Business Angels werd ook bevorderd door de organisatie van de Angel Academy ter gelegenheid van de Conferentie van Louvainla-Neuve in november 2002. Deze Academie wil niet enkel Business Angels opleiden maar ook potentiële Business Angels (Virgin Angels) stimuleren om zich in het avontuur te storten. Preactiviteitsbeurzen Het systeem van de preactiviteitsbeurzen, waarmee de voorbereidingskosten voor het starten van de bedrijvigheid geheel of gedeeltelijk gedekt kunnen worden, wordt binnenkort verbeterd: snellere betaling, ook de traditionele sectoren kunnen in aanmerking komen, begeleiding van de projectbeheerder. Voor 2002 werden in de huidige vorm 159 aanvragen onderzocht en werden er 79 aangenomen. In totaal werden subsidies toegekend voor een bedrag van 1,23 miljoen euro. Meer informatie:

Mlle Florence Hennart Ministère de la Région wallonne, Direction de la Politique Economique Place de la Wallonie, 1, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 39 51, Fax : +32 (0)81/33 37 44 E-mail : [email protected]

Voor SOWALFIN:

SRIW, Avenue Destenay, 13, 4000 Liège, Tél. : +32 (0)4/237 07 70 Fax : +32 (0)4/237 07 57, E-mail : [email protected] Site Internet : http://www.sowalfin.be

Voor de preactiviteitsbeurzen :

M. Michel CHARLIER Ministère de la Région wallonne, Direction Générale des Technologies, de la Recherche et de l'Energie Tél. : +32 (0)81/33 55 18, Fax : +32 (0)81/30 66 00 E-mail : [email protected] Site Internet : http://mrw.wallonie.be/dgtre

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Brustart Brustart is een maatschappij voor risicokapitaal die jonge KMO'S steunt die zich in de oprichtingsfase bevinden of die minder dan 5 jaar bestaan en die gevestigd zijn op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Sinds 1992 steunde Brustart financieel en met advies de oprichting van een honderdtal bedrijven uit de verschillende sectoren en droeg rechtstreeks bij tot het creëren van 500 tot 1000 banen. Brustart kreeg een kapitaal van 5 miljoen EUR toegekend en investeerde jaarlijks gemiddeld 750.000 EUR. Op 31 december 2002 had Brustart 27 vennootschappen in portefeuille voor een netto geïnvesteerd bedrag van 3,3 miljoen EUR, wat gelijkstaat met een gemiddelde participatie van 122.200 EUR tegenover respectievelijk 116.700 EUR in 2001 en 85.200 EUR in 1999. Dat betekent een toename van ongeveer 45 % sinds 1999. Momenteel wordt sterk de klemtoon gelegd op begeleidingswerk. Het gaat om vormen van partnership die niet zo spectaculair ogen, maar wel stevig en duurzaam zijn en die de Brusselse economie versterken.


31

Brusoc Brusoc heeft voornamelijk 3 activiteiten op het vlak van sociale integratie en sociale economie in achtergestelde delen van Brussel, door Europa afgebakend, en sluit geen enkele sector uit. - Het micro-krediet richt zich tot natuurlijke personen die buiten het bankcircuit vallen of die problemen hebben om een lening te krijgen en die een bedrijvigheid van zelfstandige willen uitoefenen, vooral in een kleinhandel of buurtwinkel. Het bedrag van de lening schommelt tussen 1.250 en 12.500 EUR en vereist een eigen inbreng van 620 EUR. - Het startersfonds richt zich tot rechtspersonen die een vennootschap oprichten, vestigen of trachten op te bouwen. Het gaat vooral om kleinschalige economische bedrijvigheid met laaggeschoolde arbeidskrachten en om starters en KMO's die zich in de bedrijvencentra vestigen. - De achtergestelde lening richt zich tot vzw's, integratiebedrijven of commerciële bedrijven met een sociaal-economisch doel. De laatste twee gevallen omvatten de financiering en de opvolging zowel voor als na de daadwerkelijke start van de onderneming met bedragen die schommelen tussen 5.000 en 50.000 EUR en een eigen inbreng van minstens 6.200 EUR. Voor deze drie activiteiten bedraagt de interestvoet 4 % per jaar met een gemiddelde terugbetalingsduur van 3 jaar, zonder wachttijd. In 2002 telde Brusoc 70 aanvragen voor een microkrediet en 47 aanvragen voor een startersfonds. Op basis van de selectiecriteria (criteria Objectif II) werden respectievelijk 57% en 61% van deze aanvragen behandeld (resp. 40 en 29 dossiers). Ongeveer 40% van de aan Brusoc voor studie voorgelegde projecten werd dus volgens deze criteria verworpen. Uiteindelijk werden 8 leningen toegekend voor elk van deze twee financiële instrumenten, dus in totaal 16 leningen ten opzichte van de 69 in aanmerking komende projecten (wat neerkomt op 23%). Meer informatie:

Brustart - Brusoc Stassartstraat 32, 1050 Brussel, Tel. : +32 (0)2/548 22 11, Fax : +32 (0)2/511 90 74 E-mail : [email protected] of [email protected], Internetsite : www.srib.be

Lokale economieloketten en Bedrijvencentra Deze instellingen helpen de ondernemingszin te stimuleren en dragen bij tot het concretiseren van de ontwikkelingskansen voor oprichters van ondernemingen, zowel in wijken die nieuw leven ingeblazen moeten worden als op het vlak van wetenschappelijk onderzoek en ontwikkeling. Dat gebeurt op verschillende manieren: - helpen bij het uitwerken van het project; - zoeken naar financieringsmogelijkheden; - juridisch basisadvies; - begeleiding van het verwezenlijkte project; - permanente opleiding en uitwisseling van ervaring in het centrum; - steun aan ondernemers "buiten de muren". Sinds 1998 werden 3.912 kandidaten ontvangen, er werden 268 ondernemingen opgericht en 534 banen gecreëerd. Meer informatie:

De heer Marc Renson, adjunct-adviseur, Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij Brussel (GOMB) Gabrielle Petitstraat 6, 1080 Brussel, Tel. : +32 (0)2/422 51 11, Fax : +32 (0)2/422 51 12 E-mail : [email protected], Internetsite : www.sdrb.be


32

Erasmus European Business and Innovation Center (EEBIC) EEBIC is een broedplaats van ondernemingen, opgericht door de Vrije Universiteit Brussel, de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij Brussel en een aantal privépartners. Het centrum wil een springplank vormen voor jonge ondernemers. Het zoekt naar originele ideeën en technologieën en begeleidt de oprichting en ontwikkeling van innoverende ondernemingen. Het beschikt daartoe over een groep van 4 consultants, die de meest uiteenlopende adviezen verstrekken (een strategie bepalen, een businessplan uitwerken, op zoek gaan naar kapitaal, enz.). Het EEBIC werkt bovendien samen met een netwerk van deskundigen en stelt via zijn filiaal Business Angel Connect aan al zijn beschermelingen een adresboekje ter beschikking met 80 investeerders die bereid zijn om hen onder hun vleugels te nemen. Ten slotte bezorgt het EEBIC hen ook nog onderdak: 6000 m² ingericht als moduleerbare kantoorruimte. Sinds 1999 werden bijna 400 projecten bij het EEBIC ingediend. Een honderdtal werd goedgekeurd en er werden 16 ondernemingen opgericht, goed voor 42 miljoen euro en 150 banen. Op de 16 opgerichte ondernemingen gingen er slechts 2 failliet, wat naar verhouding weinig is, want EEBIC gaat zeer selectief te werk en past strikte criteria toe (wereldwijde projecten, technologische innovaties, enz.). EEBIC beschikt over een jaarlijks budget aan werkingsmiddelen van 1,1 miljoen euro, ontvangt subsidies van het Brussels Gewest (180.000 EUR) en kan vooral ook rekenen op een "success fee" van 1 à 3 % bij kapitalisatie. Vorig jaar begeleidde het EEBIC 4 fondsenwervingen voor een totaal bedrag van 14,1 miljoen euro. Meer informatie:

EEBIC, Joseph Wybranlaan 40, 1070 Brussel, Tel. : +32 (0)2/529 58 11, Fax : +32 (0)2/529 59 11, E-mail : [email protected], Internetsite : www.eebic.be

Het Garantiefonds Onder bepaalde voorwaarden biedt het in april 1999 opgerichte Fonds hulp wanneer een zelfstandige, een beoefenaar van een vrij beroep of een KMO die een beroepskrediet aanvraagt zelf niet de nodige garanties kan bieden. Het fonds waarborgt dan een deel van de terugbetaling bij het in gebreke blijven van de kredietnemer. Sinds juli 2003 kan de ondernemer zijn garantieaanvraag rechtstreeks bij het Fonds indienen, zonder eerst bij de bank langs te gaan, zoals voorheen het geval was. Gewapend met het akkoord van het Fonds kan hij vervolgens bij de verschillende bankorganisaties langsgaan, op de onderlinge concurrentie inspelen en zo de voordeligste voorwaarden verkrijgen. Het Fonds kan ingeschakeld worden voor bedragen tot 500.000 EUR. Daarboven is de goedkeuring van de Brusselse minister van Economie vereist. Voor dossiers van minder dan 250.000 EUR kan de gekozen bank onmiddellijk ingaan op de waarborg van het Fonds, met notificatie binnen de maand. Zowel voor de bank als voor de ondernemer werden de aan het Fonds te storten commissies gehalveerd. Ze bedragen momenteel respectievelijk 0,125 % en 0,25 % van het bedrag van de waarborg. De ondernemingen die een nieuwe bedrijvigheid starten, worden gedurende 5 jaar van deze commissie vrijgesteld. Daarnaast worden de beslissingstermijnen van het Fonds ingekort. Meer informatie:

Mevrouw Ellen Hansen, Juriste, Brussels Garantiefonds de Lignestraat 5, 1000 Brussel, Tel. : +32 (0)2/210 87 05, E-mail : [email protected], Centraal e-mailadres : [email protected] of [email protected]


33

8. DE TECHNOLOGISCHE CAPACITEIT ONDERNEMINGEN VERSTERKEN

VAN

KLEINE

Voor de Vlaamse Gemeenschap KMO-Programma In maart 2001 werd het nieuwe KMO -Programma, met zijn Innovatiestudies en Innovatieprojecten, ingevoerd. Het is een deel van de algemene regeling voor steun aan O&O-projecten van bedrijven en omvat een aantal specifieke projecttypes en een behandelingsprocedure aangepast aan de specifieke kenmerken van de bedrijven. De deelnamegraad is hoog. In 2002 werden 326 projecten ingediend, te vergelijken met 111 projecten per jaar in de verschillende afzonderlijke programma's voorafgaand aan de invoering. Eind 2002 werd het 500e project sedert de start (maart 2001) genoteerd. Het ging om 273 KMO's die zich in 2002 bij IWT-Vlaanderen met één of meer voorstellen aandienden (zijnde een toename van bijna 160% t.o.v. de periode voor de opstart van het KMO Programma). Meer informatie :

Luc De Buyser ,IWT-Vlaanderen, KMO-Programma Bischoffsheimlaan 25, 1000 BRUSSEL, tel: 02/209 09 36 fax: 02/223 11 81 [email protected], www.iwt.be/kmo/kmoprog.htm

Het VIS-besluit Sinds mei 2002 zijn de Vlaamse innovatiesamenwerkingsverbanden (VIS) een feit. Dit zijn netwerken van bedrijven met exploitatiezetel in het Vlaams Gewest, onderzoeksinstellingen, en intermediairs. De grootste vernieuwing, naast de juridische transparantie en de creatie van rechtszekerheid, was de consequente keuze voor de financiering van bepaalde activiteiten, welke samengebracht werden in vier projecttypes: technologische dienstverlening, thematische innovatiestimulering, subregionale innovatiestimulering, en collectief onderzoek. Ook de administratieve vereenvoudiging kreeg ruim aandacht. Eind 2001 werden de eerste oproepen gepubliceerd, waarna de geselecteerde projecten in 2002 van start gingen. Deze oproepen worden jaarlijks herhaald. In totaal werd 38,5 mln. euro toegekend (incl. de enveloppe van 2001). De duur van de projecten is meestal 4 jaar, met uitzondering van de projecten voor collectief onderzoek. Meer informatie:

Eric Sleeckx, IWT-Vlaanderen Vlaamse Innovatiesamenwerkingsverbanden (VIS) Bischoffsheimlaan 25,1000 BRUSSEL, tel: 02/209 09 53 - fax: 02/223 11 81, [email protected]

Interfacediensten van de Vlaamse universiteiten Door de specifieke ondersteuning van interfaceactiviteiten wenst de Vlaamse overheid zowel uitmuntendheid in onderwijs en onderzoek, als de zorg om de economische en maatschappelijke valorisatie van onderzoeksresultaten na te streven. Zo gaan deze activiteiten deel uitmaken van de innovatiecultuur van de universiteiten van de Vlaamse Gemeenschap. Voor het werkingsjaar 2002 (budget 1,3 miljoen euro) viel de ondersteuning van de interfaceactiviteiten onder twee verschillende regimes: een ad hoc regeling (okt. 2001- sept. 2002), gevolgd door een nieuw reglementair besluit dat loopt over verschillende jaren en van start ging vanaf oktober 2002. Hiervoor hebben de interfacediensten een beleidsplan voor minstens 5 werkingsjaren ingediend waarin hun valorisatiebeleid, de besteding van de


34

middelen, de beleidsinstrumenten en de beoogde kwantitatieve prestaties en resultaten aan bod komen. De ondersteuning van de interfacediensten gebeurt voor de volgende types activiteiten: - bevordering van de samenwerking tussen de Vlaamse universiteiten en de Vlaamse bedrijven; - bevordering van economische valorisatie van het Vlaams-universitair onderzoek; en - bevordering van de oprichting van spin-off bedrijven. 100 vragen over innoveren - Het Innovatiezakboekje In 2002 werd de geactualiseerde uitgave van het Innovatiezakboekje opgesteld en verspreid (900.000 exemplaren). Het gratis boekje ondersteunt Vlaamse ondernemers en bedrijfsverantwoordelijken die wensen te innoveren met praktische informatie. Zo kan het omzetten van een idee in een vernieuwend product of dienst makkelijker verlopen en/of kan op een eenvoudigere manier de technologietransfer tot stand komen. Meer informatie:

Monika Sormann Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Technologie en Innovatie, Boudewijnlaan 30,1000 BRUSSEL, tel: 02/553 58 64 - fax: 02/553 59 81 e-mail : [email protected] www.innovatie.vlaanderen.be/innovatiezakboekje

Het Vlaams Contactpunt voor het Europees Kaderprogramma Om de deelname aan het Europese Kaderprogramma voor Onderzoek en Technologische ontwikkeling te vergemakkelijken en te stimuleren werd in mei 2002 het Vlaams Contactpunt opgericht. Dit is een samenwerking tussen de Administratie Wetenschap en Innovatie (AWI) en het Instituut voor de aanmoediging van Innovatie door Wetenschap en Technologie in Vlaanderen (IWT-Vlaanderen). Kandidaat-deelnemers worden kosteloos en deskundig geholpen bij het uitwerken van een projectidee tot een concreet projectvoorstel. Het Vlaams Contactpunt is tevens een door de EC erkend National Contact Point (NCP). Bijzondere aandacht wordt hierbij gegeven aan de begeleiding van kleine en middelgrote ondernemingen die het potentieel hebben om succesvol aan het Kaderprogramma deel te nemen. In dit kader wordt tevens beroep gedaan op intermediaire organisaties, zowel sectorieel als regionaal, die dicht bij de KMO’s staan (GOM, Kamers van Koophandel,…). Het Contactpunt verstrekt vroegtijdige en relevante informatie over het Europese O&Ogebeuren aan Vlaamse potentiële deelnemers. De website (www.vlaanderen.be/6kp) levert up-to-date informatie en na registratie ontvangen deelnemers via e-mail gerichte informatie volgens hun interesseprofiel. Het Contactpunt begeleidt Vlaamse deelnemers individueel bij de voorbereiding van hun projectaanvraag. Dit houdt onder meer in : • • • •

oriëntering naar een geschikt programma voor het indienen van een concreet projectvoorstel; advisering bij het opstellen van projectvoorstellen; zoeken van de geschikte internationale O&O-partners; opvolgen van de status van de dossiers bij de EC.

Het Vlaams Contactpunt treedt tegelijk ook op als enig aanspreekpunt voor andere binnenen buitenlandse NCP’s en kandidaat-deelnemers die in Vlaanderen op zoek zijn naar bijkomende O&O-partners (partner search).


35 Meer informatie:

- Vlaams Contacpunt : e-mail:[email protected], www.vlaanderen.be/6kp - Coordinatoren : Marnix Surgeon - Administratie Wetenschap en Innovatie Boudewijnlaan 30, 1000 Brussel, Telefoon: +32 (0)2-553 57 71, Fax: +32 (0)2-553 59 81, E-mail: [email protected] Alain Deleener - IWT-Vlaanderen Bischoffsheimlaan 25, 1000 Brussel, Telefoon: +32 (0)2-209 09 25, Fax: +32 (0)2-223 11 81, E-mail: [email protected]

Voor het Waals Gewest Specifieke steunmaatregelen De verschillende steunmechanismen die door de Direction des Aides Spécifiques (Direction Générale des Technologies, de la Recherche et de l'Energie) worden beheerd, zijn nauw verbonden met de strategie van de KMO's (zie vorige uitvoeringsverslagen). Dankzij deze instrumenten kunnen strategische beslissingen die inherent zijn aan de lancering van nieuwe producten, procédés of diensten geheel of gedeeltelijk worden verfijnd. In de loop van 2002 werden 69 volledige steundossiers geregistreerd. Deze waren als volgt verdeeld: - 26 dossiers voor de haalbaarheidsstudie over technische steun - 18 dossiers voor "RIT" (Responsable Innovation Technologique) - 7 dossiers voor de haalbaarheidsstudie over innoverende software - 5 dossiers voor technisch-economisch onderzoek - 3 dossiers voor technologietransfer

FIRST Zoals de vorige jaren was er ook in 2002 veel vraag naar het FIRST-programma. - Er werden 17 dossiers afgewerkt (voor een bedrag van 1,4 miljoen euro) voor het programma FIRST Classique - Er werden 9 mandaten toegekend (voor een financiering van in totaal 1,1 miljoen euro) voor het programma FIRST Hautes Ecoles - Er werden 7 mandaten toegekend (voor een financiering van in totaal 1,1 miljoen euro) voor het programma FIRST Spin-off - Er werden 14 mandaten toegekend (voor een financiering van in totaal 1,4 miljoen euro) voor het programma FIRST Europe - Bovendien werd 2,5 miljoen euro uitgetrokken voor de voortzetting van de onderzoeksactiviteiten die in de loop van de voorgaande jaren werden aangevat. Voor het programma FIRST als geheel ziet de verdeling van het toegekende budget er per technologisch domein als volgt uit: Meer informatie:

de heer Marc DEBRUXELLES Ministère de la Région wallonne, Direction Générale des Technologies, de la Recherche et de l'Energie Avenue Prince de Liège, 7, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 55 40, E-mail : [email protected]


36

Chemie en materialen 13%

Gezondheid Energie, milieu en vervoer 8% 5%

Informatietechn ologie 17%

Biotechnologie en voeding 31%

Uitrustingsgoe deren 26%

Technologische clusters De technologische clusters werden gelanceerd in het kader van het Prometheus-programma dat meer dynamiek moest geven aan de innovatie in Wallonië (zie voorgaande uitvoeringsverslag). Zij hebben tot tastbare resultaten geleid en kregen waardering van de kleine ondernemingen. De eerste 5 projecten betroffen de volgende thema's: - korte termijn voor prototypes (19 partners) - recyclage van vuurvast materiaal (11 partners) - signaal en beeld (9 partners) - geïntegreerd en beveiligd beheer van elektronische documenten (8 partners) - nieuwe multimediadiensten voor communicatie (7 partners). De resultaten van deze projecten zijn over het algemeen positief. Zeer verschillende partners werden met elkaar in contact gebracht, er heerst een sfeer van vertrouwen tussen de partners van een cluster, het samenwerken als partners wordt gestimuleerd, er worden gemeenschappelijke projectgroepen gevormd voor omvangrijke projecten die geen van de leden alleen zou kunnen realiseren, technische vaardigheden worden aangescherpt, men krijgt een beter zicht op de markt, en zo meer. In 2002 werden 5 nieuwe clusters aangenomen voor een programma van twee jaar: voeding, friction stir welding (nieuw assemblageprocédé), mecatronica, industriële toepassingen van software en ICT-toepassingen in de sector van de grafische industrie. Meer informatie:

Mme Isabelle PIERRE Ministère de la Région wallonne, Direction Générale des Technologies, de la Recherche et de l'Energie Avenue Prince de Liège, 7, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 56 29, E-mail : [email protected]

Clusters Na een eerste experimentele fase geeft het clusterbeleid eerste overtuigende resultaten. Er werden vier proefprojecten gestart, namelijk op het vlak van luchtvaart, automobiliteit, hout en biotechnologie in de voedingssector. De tussentijdse balans levert de volgende elementen op: -

grote belangstelling in de bedrijfswereld: bijna 130 Waalse ondernemingen zijn actief lid van een van de vier proefclusters; dankzij het werk van de promotoren werden reeds een twintigtal partnerships aangegaan in de verschillende domeinen: kwaliteit, toegepast wetenschappelijk onderzoek, nieuwe producten of processen, enz.; in de meest geïndustrialiseerde sectoren konden de banden tussen de opdrachtgevers en Waalse toeleveranciers aangehaald worden; duidelijke verbetering van het imago van deze bedrijfssectoren, dat in sommige gevallen zowel op nationaal als op internationaal vlak onbestaand was.


37

Drie nieuwe projecten zullen binnenkort het licht zien op de volgende gebieden : ruimte, keramiek en klinisch onderzoek. Meer informatie:

M. Vincent LEPAGE Ministère de la Région wallonne, Direction de la Politique Economique Place de la Wallonie, 1, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 43 14, Fax : +32 (0)81/33 37 44 E-mail : [email protected]

De initiatieven "economische clusters" en "technologische clusters" hebben met elkaar gemeen dat ze bedrijven steunen die een netwerk vormen om hun concurrentiekracht te versterken. Het werk van de technologische clusters is, zoals hun naam aangeeft, gericht op een of meer van de 40 sleuteltechnologieën van Wallonië (zoals in 2000 omschreven in het kader van het Prometheusprogramma). De clusters koppelen een beperkt aantal (hoogstens een tiental) bedrijven aan onderzoekscentra met de bedoeling industriële toepassingen te definiëren op basis van de betreffende technologieën. De "economische" clusters reiken veel verder, want zij brengen een aanzienlijk deel van een economische sector (hout, luchtvaart, automobielsector, enz.) in een netwerk samen. De activiteit van de cluster is "marktgericht" en houdt samenwerking in op verschillende vlakken : uitwerken van nieuwe producten, innovatie, contacten toeleveranciers/opdrachtgevers, opleidingen, promotie, commerciële acties, enz. Via de netwerken ontstaan afzonderlijke partnerships met een beperkt aantal bedrijven die lid zijn van het cluster. Het 6e kaderprogramma voor onderzoek en ontwikkeling (KPOO) Om de deelname van Waalse bedrijven, en meer bepaald van kleine en middelgrote bedrijven aan het 6e kaderprogramma voor onderzoek en ontwikkeling wezenlijk te vergroten, werd in september 2002 een "nationaal contactpunt" voor Wallonië geopend: het "NCP Wallonie". De cel werd onder de hoede van de Union wallonne des Entreprises geplaatst en is niet alleen de eerste aanspreekpartner van de Europese autoriteiten, maar vormt ook hun belangrijkste schakel met de Waalse organisaties. Het doel van de cel is : - de Waalse onderzoeksinstellingen (ondernemingen, universiteiten, onderzoekscentra, …) informeren over de ontwikkelingen van het 6e KPOO; - kandidaten voor het 6e KPOO doorverwijzen naar de diensten op gewestelijk en Europees vlak die hun projecten kunnen beoordelen en hen eventueel kunnen helpen deze te optimaliseren; - te kijken welke mogelijkheden er bestaan voor het vormen van partenerships tussen Waalse bedrijven en de verwezenlijking ervan te bevorderen; - Waalse ondernemingen helpen een project in te dienen bij de Europese instanties in het kader van het 6e KPOO; - contacten leggen en onderhouden met de andere "National Contact Points" en met de andere Europese regio's. Op enkele maanden tijd stelde de cel een repertorium samen van 700 belangstellende bedrijven en verleende zij gepersonaliseerde assistentie aan 120 van hen. Meer informatie:

[email protected], site Internet : http://www.uwe.be/ncp-wallonie/

Om de Waalse KMO's beter te betrekken bij het 6e kaderprogramma voor onderzoek en ontwikkeling besloot de minister van Economie, KMO, Wetenschappelijk Onderzoek en Nieuwe Technologieën recent - op basis van een decreet over steun en hulp van het Waals Gewest voor wetenschappelijk onderzoek en technologie - om aan elke KMO waarvan het project door de Europese Unie in het kader van het 6e kaderprogramma wordt gefinancierd een subsidie te verlenen die gelijk is aan 25% van de uitgaven die door communautaire steun worden gedekt. Dit percentage kan evenwel in bepaalde gevallen verlaagd worden om de communautaire regeling voor staatssteun aan R&D na te leven.


38

Deze maatregel is momenteel van kracht en de DGTRE (Direction générale des Technologies, de la Recherche et de l'Energie) is belast met de promotie ervan bij potentieel geïnteresseerde KMO's. Om de deelname van de Waalse KMO's aan het 6e KPOO nog te vergroten en om de voorgaande maatregel aan te vullen, wil SOWALFIN de uitgifte van bankgaranties in de richting van de Europese Commissie tegengaranderen voor de resterende 75% van de in aanmerking komende uitgaven die niet door de DGTRE worden gesubsidieerd. De tegenwaarborgen van SOWALFIN zullen beperkt worden tot maximum 1 miljoen euro per gesteunde KMO, waarbij de klassieke selectiecriteria voor garanties van toepassing zijn.Op basis van de discussies die met het National Contact Point - Wallonië van de UWE werden gevoerd, blijkt dat een eerste pakket waarborgverbintenissen van 10 miljoen euro als voldoende wordt beschouwd. Meer informatie:

Sowalfin, Avenue Destenay, 13, 4000 Liège, Tél. : +32 (0)4/237 07 70 Fax : +32 (0)4/237 07 57, E-mail : [email protected] , Site Internet : http://www.sowalfin.be

Het Centre Relais Innovation de Wallonie De Waalse regering heeft zich via het Contrat d'Avenir pour la Wallonie tot doel gesteld de inspanningen op het vlak van R&D te vergroten om de toepassing van de onderzoeksresultaten in Wallonië met 15% in 3 jaar op te drijven. Een van de toegepaste maatregelen bestaat in de toekenning van bijkomende subsidies aan het Centre Relais Innovation de Wallonie (CRIW) om een nieuw sensibilisatie- en begeleidingsprogramma voor de Waalse ondernemingen te starten. De nieuwe taken die aan het CRIW worden toevertrouwd, bestaan erin: - de transnationale technologieoverdracht te promoten; - de transnationale verspreiding en exploitatie van de resultaten van het communautaire onderzoek te bevorderen; - de ondernemingen te stimuleren om nieuwe technologieën in gebruik te nemen; - gemeenschappelijke initiatieven van de Europese regio's op het vlak van transnationale innovatie aan te moedigen; - informatie te verspreiden over het thematische programma "Innovatie en KMO's" van het 5e en 6e kaderprogramma; - potentiële kandidaten (ondernemingen, universitaire labs, onderzoekscentra) naar andere netwerken door te verwijzen wanneer zij hulp nodig hebben in verband met bijvoorbeeld de deelname aan de thematische programma's van het 5e en 6e kaderprogramma, en omgekeerd. Meer informatie:

M. Jean-Claude DISNEUR Avenue Prince de Liège, 7, 5100 Jambes Tél. : +32 (0)81/33 55 50, Fax : +32 (0)81/33 66 00, E-mail : [email protected]

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest De wettelijke bepalingen waarop het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn steun aan wetenschappelijk onderzoek kan baseren, werden op 21 februari 2002 grondig gewijzigd met het van kracht worden van de gewestelijke ordonnantie betreffende de aanmoediging en de financiering van het wetenschappelijk onderzoek en de technologische innovatie. Aangezien het uitvoeringsbesluit van deze ordonnantie op 18 juli 2002 werd bekendgemaakt, werden alle in 2002 afgewerkte dossiers met betrekking tot financiële steun voor wetenschappelijk onderzoek aan de eisen van deze nieuwe bepalingen aangepast. Het administratief, technisch en boekhoudkundig beheer van de dossiers bestemd voor de financiering van preconcurrentiële ontwikkelingsprojecten (voorheen uitwerkingsprojecten


39

voor prototypes genaamd) leidde in 2002 tot de tenlasteneming van 13 nieuwe dossiers (10 KMO's en 13 grote ondernemingen) voor een totale boekhoudkundige verbintenis van 4.941.118,50 euro, en tot de ordonnancering van een totaal bedrag van 3.710.658,13 euro (in het laatste bedrag zijn zowel de dossiers 2002 als de vorige, nog lopende dossiers opgenomen. Volgens de nieuwe wettelijke bepalingen kunnen de begunstigden in het geval van preconcurrentiële projecten voortaan hetzij voor terugvorderbare voorschotten, hetzij voor organieke toelagen kiezen. De gewestelijke tussenkomst in het budget van het wetenschappelijk onderzoek bedraagt minder dan 15% wanneer niet-terugvorderbare subsidies worden toegekend. Van de ontwikkelingsprojecten die in 2002 financiële steun kregen, ging het in 8 gevallen om terugvorderbare voorschotten en in 5 gevallen om subsidies. De gesubsidieerde projecten kunnen in de industriesector als volgt verdeeld worden: - 7 projecten (6 KMO's en 1 GO) van de ICT-sector (informatie- en communicatietechnologie) - 3 projecten (KMO's) van de sector werktuigkunde en elektronica - 1 project (GO) van de luchtvaartsector - 2 projecten (1 KMO en 1 GO) van de chemische en farmaceutische sector; een project van de farmaceutische sector draagt overigens het EUREKA-label, via samenwerking met een Franse onderneming. Meer informatie:

9.

Mevrouw M.H. Charles, Attaché, Ministerie van het Brussels Gewest Bestuur Economie en Werkgelegenheid, Dienst Onderzoek en Innovatie, Kruidtuinlaan 20, 1035 Brussel Tel. : +32 (0)2/800 35 20, E-mail : [email protected]

SUCCESVOLLE MODELLEN VOOR ELEKTRONISCHE HANDEL EN EERSTEKLAS ONDERSTEUNING VAN KLEINE TOPONDERNEMINGEN

Voor het Waals Gewest Het e -business-decreet Het Waals parlement keurde op 9 juli 2002 de tekst goed van het decreet over de toekenning van een premie voor de integratie van de e-business in KMO's (zie uitvoeringsrapport 2002). De Waalse regering keurde vervolgens op 19 september de drie uitvoeringsbesluiten van dit decreet goed: - de toekenning van een premie aan ondernemingen die een e-business-site creëren; - de toekenning van een premie aan ondernemingen die een verantwoordelijke aanstellen voor de integratie van e-business en ICT in KMO's (RENTIC); - de erkenning van "beheerders van e-business-projecten". Daarnaast werd een brochure "Aujourd'hui, j'e-business" uitgegeven om de ondernemers te informeren. Meer informatie:

M. Pierre COLLE Ministère de la Région wallonne, Direction Générale des Technologies, de la Recherche et de l'Energie Avenue Prince de Liège, 7, 5100 Jambes, Tél. : +32 (0)81/33 55 32, Fax : +32 (0)81/3066 00 E-mail : [email protected] , site Internet : http://www.e_business.awt.be


40

10.

STERKERE EN DOELTREFFENDERE BEHARTIGING VAN DE BELANGEN VAN HET KLEINBEDRIJF OP HET NIVEAU VAN DE UNIE EN OP NATIONAAL NIVEAU

Federaal niveau ?

De in België veelgebruikte term "Middenstand" omvat alle zelfstandigen die hoofd van een kleine onderneming zijn, die een ambacht of een vrij beroep uitoefenen. Dat er in de nieuwe regering die na de verkiezingen werd gevormd een Minister van Middenstand werd aangesteld, toont aan dat de politiek aandacht heeft voor de zelfstandige ondernemers. De minister bracht recent de verschillende vertegenwoordigers van de Middenstand rond de tafel om vast te stellen wat hun belangrijkste bekommernissen voor de volgende vier jaar zijn. Het federale Ministerie van Economie, KMO, Middenstand en Energie heeft een administratie die specifiek belast is met KMO -beleid. Meer informatie : Mevrouw Sabine LARUELLE, Minister van Middenstand en Landbouw Guldenvlieslaan 87 (10e en 11e verdieping), 1060 Brussel Tel. : +32 (0)2/250.03.03, Fax : +32 (0)2/219.09.14 FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie, Administratie van het KMO-beleid WTC III, 27e verd., Simon Bolivarlaan 30, 1000 Brussel Tel. : +32 (0)2/208.52.62, Fax : +32 (0)2/208.52.90

Op wetgevend vlak zij er verder op gewezen dat de gespecialiseerde commissies van de Kamer en de Senaat bij de behandeling van wetsontwerpen die ondernemingen in het algemeen en KMO's in het bijzonder betreffen hoorzittingen organiseren waar personen met een representatieve functie uit de betrokken beroepskringen aan het woord komen. ?

De representatieve professionele en interprofessionele organisaties van de verschillende componenten van de Middenstand zijn vertegenwoordigd in de "Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO's (HRZKMO)". Het betreft een federale instelling van openbaar nut met rechtspersoonlijkheid en met als tweevoudige wettelijke taak advies en vertegenwoordiging. Als overlegforum omvat de HRZKMO ongeveer 140 erkende professionele en interprofessionele organisaties. Als adviesorgaan brengt de Raad adviezen uit over politieke thema's en wetgevingsontwerpen die de Middenstand betreffen. De adviezen worden gericht aan de betrokken minister en aan de minister van Middenstand. De Raad kan door een minister om advies gevraagd worden, maar beschikt ook over een initiatiefrecht en kan volledig onafhankelijk zijn standpunt en mening uiten over alle problemen die de KMO's en de vrije beroepen betreffen. Het advies van de Raad moet verplicht ingewonnen worden voor reglementeringsontwerpen die worden opgesteld ter uitvoering van bepaalde wetgevingen, met name op het gebied van handelspraktijken en van voorwaarden voor de uitoefening van diverse beroepsactiviteiten. Als adviesorgaan is de Raad een bevoorrecht gesprekspartner van de regering. Naast deze adviserende bevoegdheid heeft de HRZKMO ook een vertegenwoordigende bevoegdheid. Via verschillende adviesorganen of bestuursorganen verdedigen zelfstandigen en KMO's hun standpunten bij de verschillende sociaal-economische instanties. De resultaten die de Raad als adviesorgaan afwerpt, zijn moeilijk kwantitatief te meten, maar het is duidelijk dat de meeste adviezen van invloed zijn op de discussies rond de uitwerking van nieuwe wetgeving, de toepassingsmodaliteiten van bestaande wetgeving of de intrekking van sommige reglementeringsvoorstellen. De Hoge Raad publiceert jaarlijks een activiteitenverslag . Meer informatie: HRZKMO, WTC III, 2 e verd., Simon Bolivarlaan 30, 1000 Brussel Tel. : +32 (0)2/208 34 04, Fax : +32 (0)2/208 34 05


41

? Het is belangrijk dat met het technisch aspect van de kleine ondernemingen reeds rekening wordt gehouden van bij het opstellen van de teksten die richting geven aan het sociaal-economisch beleid. Daartoe legt de wet van 21 januari 1985 met betrekking tot de specifieke vertegenwoordiging van de Middenstand op dat er vertegenwoordgiers van de KMO's zetelen in alle federale organen die bij wet gelast zijn om adviezen aan de regering te verstrekken over de verschillende beleidsdomeinen die binnen de bevoegdheden ervan vallen. Meer informatie: FOD Economie, KMO's, Middenstand en Energie, Administratie van het KMO-beleid WTC III, 27e verd., Simon Bolivarlaan 30, 1000 Brussel Tel. : +32 (0)2/208.52.86, Fax : +32 (0)2/208.52.90

Voor de Vlaamse Gemeenschap Met het project “Kleurrijk Vlaanderen – Nu nadenken over het Vlaanderen van morgen”, poogt de Vlaamse regering zoveel mogelijk Vlamingen te laten nadenken over de toekomst. In 2002 en 2003 zal het debat over de Vlaamse toekomst worden aangewakkerd bij het brede publiek onder andere door middel van een ideeënbus waar suggesties en meningen kunnen worden geuit. (www.kleurrijkvlaanderen.be) In het voorjaar van 2002 werd het debat over “Kleurrijk Ondernemen” gestimuleerd op allerlei discussiefora en via een mediacampagne.

Voor het Waals Gewest Partnership Charter Toen het Contrat d'Avenir na een jaar geëvalueerd werd, werd een geactualiseerd programma met 20 prioritaire maatregelen opgesteld. Het is het resultaat van een overlegproces tussen instellingen, bedrijven, universiteiten en andere organisaties. Op basis van de verschillende bijeenkomsten konden een twintigtal projecten voor een partnership voorgesteld worden, onder meer met betrekking tot de coördinatie van de lokale economie, de voortgezette opleiding, de betere toegang tot Europese programma's, wetenschappelijk onderzoek en innovatie, een contractuele basis voor toegepast universitair onderzoek, de verspreiding van instrumenten voor de toegang tot het internet, de administratieve vereenvoudiging, … Naar aanleiding hiervan ondertekenden de Waalse regering en de organisaties die lid zijn van de Economische en Sociale Raad van het Waals Gewest (CESRW - representatieve organisaties van werkgevers en werknemers) op 17 juni 2002 een handvest voor een partnership met 5 punten die prioriteit moeten krijgen : opleiding, mobiliteit, ontwikkeling van de ondernemingen, administratieve vereenvoudiging en kwaliteit. In dit kader werden verschillende projecten uitgevoerd met de actieve deelname van de vertegenwoordigers van de kleine ondernemingen (zie actiepunt 3, Commissariaat voor de Administratieve vereenvoudiging). De bedrijven zijn vertegenwoordigd in de CESRW via deelname van hun representatieve organisaties aan de verschillende instanties: - bij de Algemene Vergadering (50 leden): 12 vertegenwoordigers van de Union wallonne des entreprises (UWE), 10 vertegenwoordigers van de Entente wallonne des classes moyennes (EWCM), 2 vertegenwoordigers van de Fédération wallonne de l'agriculture (FWA) en 1 vertegenwoordiger van de Union francophone des entreprises non marchandes; - bij het Dagelijks Bestuur (uitvoerend orgaan, 16 leden): 3 vertegenwoordigers van de UWE, 3 van de EWCM en 2 van de FWA. Meer informatie: http://avenir.wallonie.be


42

Informeel overleg in het kader van het Plan "4x4" In het kader van het plan "4x4 pour entreprendre" worden de organisaties die de ondernemingen en de kleine ondernemingen vertegenwoordigen op een minder formele manier geraadpleegd voor elk probleem dat besproken wordt : onderzoek naar de synergieën tussen de sensibilisatiemaatregelen (zie actiepunt 1), deelname aan de uitwerking van het portaal oprichting KMO's (zie actiepunt 2), kwaliteit en efficiëntie van de ondersteunende diensten en de steunmaatregelen voor advies (zie actiepunt 4). Het vraagstuk van de overdracht van ondernemingen, met de combinatie van het fiscale en het wettelijke aspect en het aspect van de sensibilisatie is ook een van de domeinen die in het plan "4x4" aan bod komen, met name via een studiegroep waarin de ondernemingen en de kleine ondernemingen vertegenwoordigd zijn.

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest De Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest beschikt sinds 1994 over een overlegstructuur om gewestelijke economische beleidsmaatregelen te onderzoeken die gevolgen kunnen hebben voor het sociaal-economisch milieu van zelfstandigen, ambachtslieden, handelaars, vrije beroepen, KMO's, enz. Het betreft de Kamer van de Middenstand die opgericht werd binnen de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Meer informatie:

De heer Jacques Labar, Directeur WTC Toren I (19e verd.), Koning Albert II-laan 30 (bus 4), 1000 Brussel, Tel. : +32 (0)2/205 68 68, Fax : +32 (0)2/502 39 54, E-mail : [email protected]

_______________________


BELGIE. Europees Handvest voor kleine ondernemingen

Recommend Documents