EUROPEES HANDVEST VOOR KLEINE BEDRIJVEN Uitvoeringsverslag 2001 voor België Actielijn 1 – Onderwijs en opleiding in ondernemerschap
A. Jongeren sensibiliseren voor het bedrijfsleven 1) "Jonge ondernemingen" Sinds 1976 kunnen leerlingen dankzij dit door de gewestelijke overheden gesteunde initiatief van de privé-sector tijdens het schooljaar enkele uren in de week een "mini-onderneming" oprichten en leiden. De jongeren nemen er een rol op zich die in elke onderneming te vinden is (geldschieter, directeur, boekhouder, verkoopleider, vereffenaar, enz.). De bedoeling is de jongeren bewust te maken van de hen omringende zakenwereld, hen in te wijden in het oprichten en beheren van een onderneming en de ondernemingsgeest te stimuleren. Het gaat daarbij vooral om laatstejaars leerlingen van het middelbaar onderwijs die een richting economie of handel volgen. Voor het schooljaar 2000-2001 werden in Vlaanderen 268 mini-ondernemingen geteld met 3.103 deelnemende scholieren, in Wallonië 118 met 2.055 deelnemers en in Brussel 42 met 504 leerlingen. Meer informatie : “Jeunes entreprises” asbl, tel. +32(0)2/245.13.80,
[email protected] 2) “Avenir Création” Dit initiatief wordt georganiseerd door de UCM (Union des Classes moyennes) en het IFPME (Institut de Formation Permanente pour les Classes moyennes et les PME) en biedt informatiesessies aan in de scholen zelf. De bedoeling is de leerlingen kennis te laten maken met het leven van een zelfstandige en hen te informeren over de oprichting van een onderneming alsmede contacten te bevorderen tussen de jongeren en de ondernemers die aan de sessies deelnemen. Dit initiatief is bedoeld voor leerlingen van zowel het middelbaar als het hoger onderwijs. In de loop van 2000 namen in Wallonië 80 Henegouwse scholen met ongeveer 2400 leerlingen deel. Meer informatie : mevrouw Brigitte MARCHAND, tel. +32 (0)65/38.38.11 3) “Bravo les Artisans” Dit project is op Franse leest geschoeid en werd in de loop van 2001 voor het eerst in Wallonië georganiseerd door de Kamer van Ambachten en Neringen van de Provincie Luxemburg. Het is de bedoeling de leerlingen ter plaatse kennis te laten maken met het dagelijkse leven van een ambachtelijk ondernemer om hen te laten zien hoe het er in het bedrijfsleven werkelijk aan toe gaat en om hun belangstelling te wekken voor de ambachtelijke beroepen. Op basis van een
dergelijk bedrijfsbezoek maken zij dan een stagewerk (videofilm, product, verhandeling over een beroep of over een bezocht bedrijf, enz.). Dat wordt dan aan de ouders, aan de leraars van de leerlingen en aan de bezochte handwerkers voorgesteld. Aan het proefproject nam een school uit Virton deel : 11 jongeren bezochten 6 handelszaken (slager, bakker, bloemist, opticien,...). Het experiment wordt in 2002 herhaald, en dan bij alle scholen van de provincie die belangstelling hebben. Meer informatie : Chambre des Métiers et Négoces de Luxembourg – De heer Morette, Avenue Nothomb, 10 bte 3 - 6700 Arlon - Tel. +32(0)63/22.02.70 4) “Dream” Met het initiatief “Démarre la Recherche d’une Entreprise à ta Mesure” wil men de jongeren dynamiek en ondernemingszin inblazen door het bedrijfsleven en de scholen met elkaar in contact te brengen. Dat gebeurt door bedrijfsbezoeken, gevolgd door een bespreking in de klas. Over een periode van 3 jaar namen 15000 leerlingen aan dit project deel. Meer informatie : DREAM Team ICHEC-PME te Brussel
[email protected] of www.dream-it.be 5) Toegang tot beroepen In België is de toegang tot sommige beroepen wettelijk geregeld. Met dit beleid wil men de toekomstige ondernemers de beste kansen op slagen bieden en er tegelijk voor zorgen dat de dienstverlening aan de consumenten door gekwalificeerde vakmensen gebeurt. Voor alle activiteiten die in het handelsregister moeten worden ingeschreven, is een basiskennis in administratie vereist. Voor een kleiner aantal beroepsactiviteiten (42 beroepen uit de sectoren bouw, werktuigkunde, handel, diensten en ambachten) is bovendien beroepskennis vereist. Uit dit beleid vloeien verschillende specifieke opleidingen voor jongeren voort, die door de verschillende Belgische scholen voor beroepsopleiding worden georganiseerd. In 2000 werden ongeveer 37.000 getuigschriften voor administratieve kennis en 22.000 getuigschriften voor beroepskennis uitgereikt. Meer informatie : de heer E. WOLFS +32(0) 2/208.51.86
[email protected]
B. Startende ondernemers stimuleren en steunen 1) “PME- Création” Onthaal- en begeleidingsdienst voor toekomstige ondernemers, gecoördineerd door het IFPME. De bedoeling is via een individueel onderhoud zowel de motivatie als het project van de kandidaat-ondernemers te evalueren. Op basis daarvan wordt een opleiding “à la carte” met individuele begeleiding aangeboden. Meer informatie : PME-Création, +32(0)71/23.81.38
[email protected]
2) “Solvay-PME” De Brusselse Ecole de Commerce Solvay biedt hiermee KMO-leiders opleidingen aan voor het oprichten van een onderneming, alsook begeleiding bij het uitbouwen van de onderneming, gespecialiseerd advies en een documentatiecentrum. De bedoeling is open te staan voor de noden van iedereen die een onderneming leidt of wil oprichten, en tegelijk bij de leerlingen van de Ecole de Commerce belangstelling voor het ondernemen te wekken door advies aan KMO's. Meer informatie : mevrouw Véronique BASTIEN, Ecole de Commerce Solvay, ULB, tel. +32(0)2/650.42.04 3) Ecole Internationale des Entrepreneurs (EIE) Deze school werd in 1997 op gezamenlijk initiatief van de Luxemburgse Kamer van Koophandel en Nijverheid en van de Universiteit van Luik opgericht. Dit origineel initiatief was met name bedoeld voor kinderen van ondernemers met het oog op de latere overname van het bedrijf. De opleiding is gespreid over 9 maanden met afwisselend lessen aan de universiteit en stages in het buitenland en dient als voorbereiding op de overname van het familiebedrijf of de oprichting van een nieuwe KMO. Per 31 december 2000 waren dankzij de EIE 10 ondernemingen opgericht en waren 28 andere overgenomen of uitgebouwd. Meer informatie : de heer Christophe MOUZON, tel. + 32(0)61/29.30.40,
[email protected], http://www.eie.be 4) Prijzen “Talentis" en "Hermes” Deze prijzen worden afwisselend uitgereikt door de Franstalige en Vlaamse Kamers van Ambachten en Neringen en zijn voorbehouden voor KMO's van minder dan 20 werknemers. Hiermee worden KMO-leiders beloond die zich door een dynamisch bestuur onderscheiden hebben. Door de steun van zowel private als openbare partners kunnen deze prijzen op de belangstelling van de media rekenen, zodat de bekroonde ondernemers bekendheid bij het grote publiek kunnen verwerven. In 1999 stelden de Franstalige Kamers van Ambachten en Neringen 57 kandidaten voor. Meer informatie : asbl Les Métiers, Négoces et Artisanat, tel. +32 (0)81/25.06.40
[email protected] Overlegcomité van de Nederlandstalige Kamers van Ambachten en Neringen VZW, tel. +32(0)9/265.83.50 - http:www.kanonline.be en http://www.hermeswedstrijd.be
3
5) Prijs van de “jeune entrepreneur européen” Deze prijs wordt jaarlijks uitgereikt aan dynamische jonge ondernemers. Voor 2001 werden vier categorieën gekozen: SPIN-OFF & EDUCATION om de ondernemingszin bij jongeren te stimuleren in samenwerking met onderwijs- en opleidingsinstellingen, SEED om de oprichting van nieuwe bedrijven te stimuleren, START-UP om de uitbouw van nieuwe ondernemingen aan te moedigen en EXPANSION & INNOVATION om de innoverende uitbreiding aan te moedigen van KMO's die op een dood punt zijn aanbeland. Meer informatie : asbl “Le jeune entrepreneur européen” - Av de la Chênée, 167 à 1080 Bruxelles - http://www.jee.org 6) “Week-end chez l'artisan” De Offices des Métiers d’art van de Waalse provincies organiseren dit jaarlijkse evenement sinds 1987. De geselecteerde ambachtslui stellen hun ateliers open voor bezoekers tijdens het laatste weekend van november. Het is de bedoeling het publiek kennis te laten maken met deze vakmensen op hun werkplaats zelf. In 1997 bezochten 10.000 mensen 120 ambachtslui, in 2000 telde men reeds 27.000 bezoekers bij 170 ambachtslui. Meer informatie : de heer Jean-Michel MAES, tel. +32(0)65/ 36.04.64 7) “Existenzgründerinitiative" – initiatief voor het oprichten van een onderneming Deze maatregel wordt gecoördineerd door de maatschappij voor economische promotie van de Duitstalige Gemeenschap in het kader van het Pacte territorial met de sociale partners en heeft tot doel een netwerk van advies- en informatiediensten voor (toekomstige) ondernemers te vormen. In de toekomst zal de klemtoon sterker op de consolidatie van jonge ondernemingen komen te liggen. Meer informatie : WFG Ostbelgien, mevrouw Margit Veithen, tel. +32(0)87/56.82.01
[email protected] - www.xistence.be
C. Het grote publiek sensibiliseren voor het bedrijfsleven 1) “Objectif PME” Deze uitzending van de Belgische Franstalige televisie (RTBF) zet enkele positieve facetten van ondernemersinitiatieven voor de Waalse economie in de verf. Er wordt informatie gegeven over steun, advies en bemiddeling die door het Gewest worden aangeboden. De bedoeling is bij het publiek een positieve ingesteldheid tegenover het bedrijfsleven op te wekken en een succescultuur te doen ontstaan. Het tv-programma “C’est fabriqué près de chez vous” is een soortgelijk initiatief over economische vernieuwing in Wallonië dat aandacht besteedt aan ondernemingen in het gewest die innoveren, personeel aanwerven, uitbreiden en exporteren. 4
Meer informatie : RTBF Liège, tel. +32(0)4/344.75.37,
[email protected] 2) Openbedrijvendagen Deze opendeurdagen van bedrijven werden voor het eerst in 1994 in Wallonië georganiseerd, maar vinden nu ook in Brussel en Vlaanderen plaats. Een weekend lang kan iedereen gaan kijken hoe het er in de bedrijven dagelijks aan toe gaat. De bedrijven verwerven daardoor zelf bekendheid, ze versterken hun integratie in de regio, en hun werknemers krijgen waardering voor het werk dat zij dagelijks doen. In 2001 kregen 157 bedrijven in Wallonië 500.000 bezoekers over de vloer, in Vlaanderen bezochten 720.000 mensen 262 bedrijven en in Brussel waren er 105.000 deelnemers voor 35 bedrijven. Meer informatie : mevrouw Laurence CHARON +32(0)69/89.00.29, http://www.jdew.be Open Bedrijven VZW - Tel. +32(0)9/266.05.50 - http://www.openbedrijvendag.be *** *** *** Actielijn 2 – Goedkopere en snellere start
1) Eén vergunning In het Waals Gewest worden de wettelijke machtigingen voor bedrijven op het vlak van milieu en stedenbouw voortaan in een enkele vergunning samengebracht. Kleine ondernemingen waarvan de activiteit tot weinig milieuhinder leidt, kunnen rekenen op een soepele en snelle afhandeling van hun dossier. Deze hervorming wordt in de loop van 2002 van kracht. Meer informatie : de heer Claude DELBEUCK, Ministerie van het Waalse Gewest, DGRNE, tel. +32(0)81/33.50.50,
[email protected] 2) Identificatienummer voor ondernemingen Er wordt momenteel een netwerk ontwikkeld om elektronisch gegevens te kunnen uitwisselen tussen de verschillende overheidsdiensten. Om tot een betrouwbare uitwisseling te komen, krijgt elke onderneming een eigen nummer toegekend. Via dit identificatienummer, de kruispuntbank voor de ondernemingen en de portaalsite zal een snellere on line registratie mogelijk worden. Meer informatie : http://www.fedict.be 3) Virtuele informatiepunten Langs verschillende contact- en informatiepunten (portaalsites, virtuele loketten) worden de startende ondernemers beter geïnformeerd en geholpen bij het opstarten van een onderneming. Daardoor kunnen ingediende dossiers beter en sneller worden afgewerkt. Meer informatie : www.vlaanderen.be/economie; www.kmoloket.be; www.wallonie.be 5
4) Inventarisatie federale procedures Momenteel wordt een inventaris opgesteld van alle federale procedures die een startende onderneming moet doorlopen voor ze haar activiteiten kan aanvatten. Bedoeling is onder andere de startende ondernemer zo volledig mogelijke informatie te verschaffen en vervolgens per activiteit concrete vereenvoudigingen voor te stellen. Meer informatie: Dienst Administratieve Vereenvoudiging, de heer L. MARIËN, tel. +32(0)2/289.00.70.
5) Analyse van de mogelijkheden tot vereenvoudiging Daarnaast wordt bekeken hoe men de administratieve verplichtingen die met de oprichting van een vennootschap gepaard gaan, kan vereenvoudigen. Meer informatie : Dienst Administratieve Vereenvoudiging, de heer L. MARIËN, tel. +32(0)2/289.00.70. *** *** ***
Actielijn 3 – Betere wet- en regelgeving
1) Het faillissementsrecht Het Belgische faillissementsrecht en het recht betreffende de ondernemingen in moeilijkheden werden in 1997 hervormd. Het Belgische beleid inzake faillissementen is gericht op het voorkomen van bedrijfsfaillissementen. Hierin spelen de kamers van handelsonderzoek een belangrijke rol. Het gerechtelijk akkoord biedt een onderneming in moeilijkheden een tijdelijke bescherming. Sedert 1997 kan de rechtbank de gefailleerde verschoonbaar verklaren, zodat deze opnieuw met een propere lei kan beginnen. Meer informatie : de heer G. AELBRECHT, tel. +32(0)2/542.64.75, http://just.fgov.be 2) ECOBRU – centrale informatiedienst (Enig Loket) De informatiedienst ECOBRU van het Brussels Gewest, gevestigd binnen de GOMB (Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij van Brussel), centraliseert en verspreidt informatie over overheidsmaatregelen en over diensten die voor bedrijven bestemd zijn. De dienst gaat ook na welke administratieve knelpunten een rem vormen voor de ontwikkeling en vestiging van ondernemingen en suggereert oplossingen aan de overheid. 6
Meer informatie : ECOBRU - De heer B. Boone, Gabrielle Petitstraat 6 - 1080 Brussel – Tel. +32(0)2/422.52.00 3) Fiscale hervorming In het kader van de herziening van de vennootschapsbelasting zullen onder meer de volgende maatregelen worden uitgewerkt, die een vereenvoudiging inhouden, of alleszins het administratief beheer van de KMO vergemakkelijken. Zo zal voor startende KMO’s een regeling worden uitgewerkt die in een vrijstelling van elke belastingverhoging voorziet ingeval geen of ontoereikende voorafbetalingen zijn gedaan in de loop van de eerste drie jaren na de oprichting. Meer informatie : Ministerie van Financien, de heer Stefaan De Baets - Tel. : +32(0)2/233.41.16 -
[email protected] 4) Impactfiche overbodige administratieve verplichtingen Er is een impactfiche uitgewerkt om zowel bij het opstellen als bij het omzetten van Europese regelgeving het scheppen van nutteloze administratieve rompslomp te vermijden. Deze fiche zal in een aantal proefprojecten worden uitgetest. Voortaan zal iedere minister in de nota’s die hij aan de Ministerraad voorlegt een punt opnemen waarin wordt vermeld welke invloed het voorstel heeft op de administratieve verplichtingen. Meer informatie : Dienst Administratieve Vereenvoudiging, de heer L. MARIËN, tel. +32(0)2/289.00.70. 5) Stappenplan tot vereenvoudiging Bovendien werd aan de Minister belast met de KMO’s in samenwerking met de Minister van Economische Zaken de opdracht gegeven om voor het einde van het jaar 2001 een gecoördineerd actie- en stappenplan op te stellen voor een radicale vereenvoudiging van de op alle terreinen aan starters opgelegde verplichtingen. Meer informatie : Dienst Administratieve Vereenvoudiging, de heer L. MARIËN, tel. +32(0)2/289.00.70. 6) Banenplannen Via diverse banenplannen kunnen bedrijven dankzij een lastenverlaging goedkoop aanwerven en tewerkstellen. De regering is van plan om op termijn de verschillende bestaande banenplannen fors te vereenvoudigen en te vervangen door een structureel basissysteem. Meer informatie : Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid, tel. +32(0)2/233.41.11. *** *** ***
7
Actielijn 4 – Beschikbaarheid van vaardigheden
1) Centra voor beroepsopleiding Zowel het IFPME (Institut de Formation Permanente pour les Classes moyennes et les PME) als het VIZO (Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen) bieden complete opleidingen aan voor alle ontwikkelingsstadia van een onderneming. Specifiek voor deze opleidingen is dat ze theoretische cursussen afwisselen met praktische taken in de bedrijven. De verschillende soorten opleidingen bieden een keuze uit meer dan 100 beroepen met een getuigschrift dat voldoet aan de wettelijke toelatingsvoorwaarden van gereglementeerde beroepen. Via deze opleidingen wordt niet alleen geschoold personeel voor de KMO's opgeleid (via het leersysteem), maar worden sommige leerlingen ook voorbereid op de taken van leider of medewerker van een KMO ( via de opleiding van bedrijfsleider). Bovendien kunnen KMOleiders via een permanente opleidingscyclus leren hoe zij zich moeten aanpassen aan de nieuwe marktomstandigheden. Meer informatie : IFPME - Kunstlaan 39, 1040 Brussel - Tel. +32(0)2/502.76.00, www.ifpme.be VIZO - Kanselarijstraat, 19 - 1000 Brussel - Tel. : +32(0)2/227.63.93, www.vizo.be 2) Advies voor KMO's De KMO's kunnen een adviespremie krijgen wanneer ze zich laten begeleiden door een externe bedrijfsadviseur die door het Waals Gewest erkend is. Het gaat om ondersteuning op het vlak van commercieel en financieel beleid, industrieel beleid en organisatorische problemen binnen het bedrijf. In de eerste fase van de expertise wordt een algemene diagnose van de onderneming gemaakt, terwijl in een tweede, langduriger fase gespecialiseerd advies wordt gegeven. In de loop van 2000 werden 664 dossiers ingediend, waarvan 491 in fase 1 en 382 in fase 2. Het voor deze adviesopdrachten toegekende budget bedroeg ongeveer 3,7 miljoen euro. Meer informatie : mevrouw Pascale DENYS, Ministerie van het Waalse Gewest, DGEE, tel. +32(0)81/33.42.57
[email protected] De steunmaatregel “adviespremies” voor startende en groeiende KMO’s is een belangrijk instrument. De Vlaamse overheid neemt 50 % van de te betalen advieskosten op zich en betaalt deze rechtstreeks door aan de door het VIZO (Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen) erkende externe bedrijfsadviseur. In 2000 werden 129 aanvragen ingediend. Ten opzichte van 1999 is dit een stijging met 28 %, mede dankzij een groeiende bekendheid van de steunmaatregel en het toegenomen aantal door het VIZO erkende externe adviseurs. Er werd in 2000 over 108 dossiers positief beslist. Dit komt neer op een totaal bedrag van ongeveer 0,6 miljoen euro aan adviespremies. Budgettair betekent dit een stijging met 12 % in vergelijking met 1999. 8
Meer informatie : de heer Michel De Couvreur, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid, tel. +32 (0)2/553 38 27,
[email protected] *** *** ***
Actielijn 5 – Betere on-linetoegang
1) E-government Zowel de federale als de gewestelijke regeringen hechten veel belang aan de uitvoering van het zogenaamde “e-gov”-plan De bedoeling is een snellere communicatie tussen de burger en de ministeries mogelijk te maken via het web : snellere toegang tot informatie, administratieve formaliteiten on line, enz. Zo zal het federale ministerie van Financiën voor eind 2001 alle formulieren van alle diensten on line aanbieden. In de loop van 2002 zal men een formulier elektronisch kunnen invullen en opsturen naar het ministerie. Een groot aantal formulieren zullen in ieder geval beschikbaar zijn op de site van de Dienst Administratieve Vereenvoudiging (http://www.simplification.fgov.be). In Vlaanderen kan de (startende) ondernemer via elektronische weg advies en informatie aanvragen bij de overheid, met name via: - het interactief ondernemersloket (opgenomen in het digitaal Actieplan Vlaanderen, e-fl@nders) - de subsidiewegwijzer (http://www.vlaanderen.be/economie) - de website “Ondernemen in Vlaanderen" (http://www.ondernemen.vlaanderen.be) waar de startende of investerende ondernemer via een interactieve toepassing te weten komt welke vergunningen hij nodig heeft om zijn projecten te kunnen realiseren. - de website van het VIZO (http://www.kmoloket.be), dat dienst doet als een forum om de ondernemingen nog beter te begeleiden. In het kader van het KMO-programma zal het IWT-Vlaanderen opnieuw een algemeen loket invoeren dat als Vlaamse informatiecentrale voor KMO’s zal fungeren op het vlak van technologische innovatie. In het Waals Gewest zijn de voor het publiek (ondernemers en particulieren) bestemde administratieve formulieren beschikbaar op het internet (http://www.economie.wallonie.be). 2) Informatie- en Communicatietechnologie In België hebben de opleidingen en projecten in het beroeps- en voortgezet onderwijs tot doel de ondernemingen te sensibiliseren voor en wegwijs te maken in de informatietechnologie en de 9
elektronische handel. Het digitaal Actieplan Vlaanderen, e-fl@nders, gelanceerd eind 2000, voorziet in maatregelen om werknemers, jongeren en de bevolking in het algemeen te bekwamen in de Informatie- en Communicatietechnologie en de toegang ertoe te vergemakkelijken. Het Waals Gewest richtte in 1999 een Agentschap voor Telecommunicatie op. De voornaamste taak, het verwezenlijken van de universele toegang tot de Informatie- en Communicatietechnologie, is gestructureerd rond drie specifieke opdrachten: een referentieopdracht (advies en bijstand), een promotie -opdracht en een uitkijkopdracht (http://www.awt.be). Het federale Ministerie van Economische Zaken organiseerde in juni 2000 op 128 plaatsen een roadshow “Ro@dshow 2000 Allen op het Net” om het grote publiek en de KMO’s te overtuigen van de noodzaak van elektronische handel. *** *** *** Actielijn 6 – Meer profijt trekken van de interne markt
(Pm) *** *** ***
Actielijn 7 – Belastingen en financiën
1. "Coupole financière des PME" Dit nieuwe instrument, dat het Waals Gewest in september 2001 invoerde, is bedoeld om de bestaande overheidsinstrumenten voor KMO-financiering (Invests, Financière wallonne des PME, Société de garantie wallonne, enz.) te rationaliseren en efficiënter te maken. De financiële koepel van de KMO's krijgt middelen voor een bedrag van 347 miljoen euro en zal aan KMO's en minibedrijfjes een ruime waaier van traditionele financiële producten bieden: ondergeschikte leningen, gedeeltelijke waarborg, risicodragend kapitaal op lange termijn. De koepel kan bovendien nieuwe producten ontwikkelen: leningwaarborgen door privé-ondernemingen voor 10
venture capital, microkredieten voor minibedrijven met gunstige rentevoeten en interessante voorwaarden, enz. Meer informatie : Cabinet du Ministre de l’Economie, des PME, de la Recherche et des Technologies nouvelles, tél. : +32(0)81/25.38.11,
[email protected]
2) "Bourses de préactivité” Om het ontstaan van nieuwe ondernemingen via steun aan innovatieprojecten te bevorderen, heeft de Waalse regering "preactiviteitsbeurzen" ingevoerd die innovatiepromotoren de kans moeten bieden om uit het eerste stadium van het veelal nog vage en onduidelijke idee te geraken en het om te zetten in de concrete oprichting van een onderneming. Met deze beurs, die kan oplopen tot zowat 15.500 euro, kan een belangrijk deel van de uitgaven worden gedekt die voor de studiefase, de uitwerking en de vormgeving van elk project nodig zijn. Meer informatie : de heer Michel CHARLIER, Ministerie van het Waalse Gewest, DGTRE, tel. +32(0)81/33.55.18,
[email protected]
3) "Brustart en microkredieten" In het Brussels Gewest werd de SA BRUSTART, een dochteronderneming van de GIMB (Gewestelijke Investeringsmaatschappij Brussel), opgericht met het doel risicodragend kapitaal te verstrekken. Het Brussels Gewest en BRUSTART hebben hun krachten verenigd om seed capital (project Seed Fund) te verschaffen aan jonge ondernemingen binnen het Brussels Gewest die zich in de startfase bevinden of die hun producten willen lanceren. Op 31 december 1999 had BRUSTART 27 verschillende bedrijven in portefeuille voor een netto investeringsbedrag van bijna 2,3 miljoen euro. Daarnaast lanceerden het Brussels Gewest en de GIMB een systeem van microkredieten via een fonds van 870.000 euro. Deze leningen met lage rentevoet zijn bedoeld om mensen die in achtergestelde wijken wonen en onder objectifs 2 vallen, maar bij gebrek aan waarborg geen klassieke banklening kunnen krijgen, toch de kans te bieden in de handel of in de productie te gaan. Meer informatie : BRUSTART SA - Stassartstraat 32 - 1050 Brussel - Tel. : +32(0)2/548.22.11 4) "Participatiefonds" Dit federale instrument biedt aan stichters en leiders van ondernemingen de volgende financiële producten aan: de prêt lancement, een lening speciaal voor werklozen die een KMO willen oprichten, de prêt création, een lening enkel voor KMO's die minder dan een jaar bestaan, de prêt transmission en de prêt progression. Het totaal bedrag van deze kredieten bedroeg in 1996 bijna 22 miljoen euro, in 2000 was dat reeds 75 miljoen euro. Vanaf januari 2002 zullen niet enkel uitkeringsgerechtigde volledige werklozen, maar alle werklozen die drie maanden werkzoekend zijn recht hebben op de prêt 11
lancement. Het toegekende bedrag kan oplopen tot 40.000 euro, tegenover 27.000 euro nu. Meer informatie : Participatiefonds – Lignestraat 1 -1000 Brussel - Tel. +32(0)2/210.87.87
[email protected] - www.fonds.org 5) "Nieuwe pistes" De minister van Financiën heeft een werkgroep op hoog niveau de opdracht gegeven de problemen te bestuderen van KMO's die toegang zoeken tot bankkredieten of tot de beurs. Het rapport van de werkgroep, dat recent werd voorgesteld, bevat suggesties die wellicht tot nieuwe wetten en regelingen zullen leiden. Meer informatie : Minister van Financiën, Wetstraat 12 - 1040 Brussel - Tel. +32(0)2/233.81.11 6) "Financiering van de tewerkstelling" Het gaat om federale maatregelen om de tewerkstelling in kleine bedrijven te verbeteren, en met name om de plannen “ +1, +2, +3". Deze plannen voorzien in een vermindering van de sociale werkgeversbijdragen voor ondernemingen die voor het eerst personeel aanwerven, en dit bij de aanwerving van een eerste, tweede of derde werknemer. In 1997 ging het hierbij per kwartaal om 17.000 tot 22.000 werknemers. In totaal werd zowat 68 miljoen euro aan verlagingen toegekend. Meer informatie : RSZ - Informatiedienst – Waterloolaan 76, 1000 Brussel - Tel. : +32(0)2/509.31.11 *** *** *** Actielijn 8 – De technologische capaciteit van kleine ondernemingen versterken Waals Gewest - De steunmaatregel RIT (Responsable Innovation Technologique) beoogt de aanwerving van een extra medewerker die tot taak heeft in samenwerking met de andere personeelsleden van de onderneming een of meer projecten voor technologische innovatie uit te werken. Daarbij wordt de (verplichte) technologische audit van het project en van de onderneming voor 100% gefinancierd. Het loon van de RIT, de sociale bijdragen van de werkgever inbegrepen, wordt voor 80 % gefinancierd, over een periode van 6 maanden tot 2 jaar. Sinds 1995 werden 55 dossiers voor een bedrag van ongeveer 2,5 miljoen euro behandeld. Op basis van hetzelfde schema kan met de steunmaatregel RIT Europe een Waalse KMO een technologisch samenwerkingsverband aangaan met een of meer KMO's die op het territorium van een (of meer) andere lidsta(a)t(en) van de EU gevestigd is/zijn.
- Dankzij de steunmaatregel “Etude de faisabilité au titre de support technique” kan een 12
onderneming een haalbaarheidsonderzoek laten uitvoeren naar nieuwe producten, procédés of diensten door, binnen dit kader, een beroep te doen op een extern bureau dat technische prestaties levert, zoals analyses en metingen, tests en octrooistudies. Het dient hierbij om voorbereidend onderzoek te gaan waarbij hypothesen worden getest en eventueel gestructureerd aan onderzoek of ontwikkeling wordt gewerkt. Het Waals Gewest financiert 80% van de toeleveringskosten. Sinds 1995 werden 94 dossiers voor een bedrag van 4,7 miljoen euro behandeld. - De steunmaatregel “Etude technico-économique” is bedoeld om voor ondernemingen te onderzoeken welke kansen op slagen hun nieuwe producten, procédés of diensten hebben. Dit omvat onder meer een evaluatie van de potentiële vraag, van de verwachte concurrentie en het binnen bereik liggende marktaandeel, een onderzoek naar de geldende wetgeving in de doellanden, een studie van de technische vorderingen in het beoogde gebied, een evaluatie van de kostprijs om concurrerend te zijn, van de octrooieerbaarheid, van de nodige investeringen en de benodigde partners. Het Waals Gewest financiert 80 % van het globale budget van het door een extern adviseur verrichte studiewerk. Sinds 1995 werden 26 dossiers voor een bedrag van meer dan 1,1 miljoen euro behandeld. - Via de steunmaatregel “Etude sectorielle” kunnen (groepen van) ondernemingen een algemeen beeld krijgen van de situatie van een industriesector en verneemt de onderneming wat haar positie is op het vlak van gebruikte technologie. Men wil ook de verwachte evolutie in de sector evalueren en de directie van de onderneming helpen beslissen bij projecten over de ontwikkeling van nieuwe producten. Het Waals Gewest financiert 80 % van het globale budget van het door een extern adviseur verrichte studiewerk. Sinds 1998 werden 2 dossiers voor een bedrag van ongeveer 67.000 euro behandeld. - De steunmaatregel “Etude de faisabilité de logiciel innovant” verschaft aan belangstellende ondernemingen de nodige middelen voor de ontwikkeling van nieuwe industriële software. De studie kan de stadia van functionele en organieke analyse omvatten. Ook het zoeken naar hardware, naar ontwikkelingsmiddelen en naar in het product te integreren software alsook het testen zelf kan in de studie worden opgenomen. Op het vlak van programmering komen enkel de ontwikkelingen in aanmerking die nodig zijn om de haalbaarheid van de innoverende software aan te tonen. Het Waals Gewest financiert 80 % van de studiekosten. Sinds 1996 werden 25 dossiers voor een bedrag van meer dan 1,4 miljoen euro behandeld. - Dankzij de steunmaatregel “FIRST-Entreprise” kunnen KMO's hun wetenschappelijk en technologisch potentieel versterken door het aanwerven of opleiden van jonge wetenschappers, met een stage op een afdeling voor wetenschappelijk onderzoek van een universiteit, en dit voor onderzoek naar natuurlijke hulpbronnen, energie, leefmilieu en certificatie. De financiële hulp dekt een groot deel van de loonkosten van de aangeworven wetenschapper (80% wanneer het om een KMO gaat). Sinds 1995 werden 110 dossiers voor een bedrag van meer dan 8,2 miljoen euro behandeld.
13
Meer informatie : de heer Marc DEBRUSSEL, Ministerie van het Waalse Gewest, DGTRE +32(0)81/33.55.40
[email protected] 2) Brussels Hoofdstedelijk Gewest De bedoeling van TECHNOPOL is innovatie in bedrijven te bevorderen en te begeleiden. Er zijn drie doelstellingen: - bijdragen tot de invoering van technologische innovatie en vernieuwing op managementvlak; - de oprichting van nieuwe innoverende bedrijven in het gewest aanmoedigen en ondersteunen; - de deelname van Brusselse instellingen en ondernemingen aan Europese financieringsprogramma's steunen en vergemakkelijken. Meer informatie : Technopol - Brussel - Gabrielle Petitstraat 4 bus 12, 1080 Brussel Tel.+32(0)2/422.00.20 -
[email protected] - www.technopol.be 3) Vlaams Gewest Het Innovatiedecreet van 18 mei 1999 voorziet in drie uitvoeringsbesluiten om het technologisch innovatiebeleid te stimuleren en te versterken. In de loop van 2001 werden deze ingediend of werden ze van kracht. - De Vlaamse regering keurde midden 2001 principieel het besluit voor projecten van de Vlaamse Innovatiesamenwerkingsverbanden (VIS) goed. De goedkeuring van de Europese Commissie hierover wordt nog in 2001 verwacht. Dit besluit voorziet in de toekenning van subsidies aan samenwerkingsverbanden die een project uitvoeren gericht op collectief onderzoek, het verstrekken van technologisch advies en/of innovatiestimulering. IWT-Vlaanderen startte reeds met een oproep tot het indienen van voorstellen. - Recent werd het uitvoeringsbesluit betreffende de financiering van O & O aan de Vlaamse bedrijven definitief bekrachtigd. Hierdoor worden de kosten van projecten van industrieel basisonderzoek voor 50 % gefinancierd, en deze van projecten voor het ontwikkelen van prototypen voor een kwart. - Het derde uitvoeringsbesluit betreft de ondersteuning van universitaire interfacediensten. De Vlaamse regering hechtte haar principiële goedkeuring aan een reglementair besluit dat de huidige regeling voor steun aan de Vlaamse universitaire interfacediensten vervangt en uitbreidt tot de Vlaamse hogescholen. Het besluit regelt meer bepaald de bevordering van samenwerking tussen Vlaamse universiteiten, hogescholen en bedrijven, de economische uitwerking van het onderzoek en de oprichting van spin-off bedrijven op basis van Vlaams onderzoek. Na evaluatie in 2000 werden de bestaande steunmaatregelen van het IWT-Vlaanderen aan projecten van technologische innovatie bij Vlaamse bedrijven (in het bijzonder KMO’s) herschikt, aangepast en aangevuld. Dit omvat tevens het opnieuw invoeren van het een-loketprincipe, het aantrekkelijker maken van het steunaanbod (steunbaar innovatietraject, beperking in 14
de procedures en administratieve vereenvoudiging) en de gerichtheid op KMO’s waarbij hun specifieke noden en situatie in rekening gebracht worden. Vanaf 2001 wordt gestart met het nieuwe “Programma tot stimulering van technologische innovatie bij KMO’s” (zgn. KMOprogramma), dat zich prioritair op KMO’s richt. Om het KMO-bereik van de programma’s aanzienlijk te verruimen, zal het IWT-Vlaanderen een brede informatiecampagne opzetten. Het programma startte in het voorjaar van 2001 en voorziet in 19,8 miljoen euro voor de periode 2001-2002. Meer informatie : de heer Niko Geerts, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, afdeling Technologie en Innovatie, tel. +32(0)2/553 60 03,
[email protected] 4) Op federaal vlak Het KB van 9 juni 1999 voorziet in een fiscale vrijstelling bij het aanwerven van personeel dat aangesteld wordt voor wetenschappelijk onderzoek, voor het verbeteren van het technologisch potentieel, voor de export of voor integrale kwaliteitszorg. Deze maatregel verleent winstvrijstelling tot een bedrag van 9.916 euro voor elke medewerker die bijkomend aangeworven wordt en voltijds tewerkgesteld wordt in een van deze functies. Het gaat om specifieke en eenmalige financiële steun voor de onderneming. De winst blijft behouden op voorwaarde dat de onderneming jaarlijks om verlenging vraagt. Sinds invoering van de maatregel maakten ongeveer 550 ondernemingen met minder dan 50 werknemers gebruik van de financiële steun. Meer informatie : Ministerie van Middenstand en Landbouw - DG1 - mevrouw Henrard - Tel. +32(0)2/208.51.87 Ministerie van Financiën – de heer Stefaan De Baets - Tel. +32(0)2/233.41.16
[email protected] INTERREGIO is een initiatief dat als doel heeft de toeleveringsactiviteit te bevorderen. Het is gericht op de kleine en middelgrote ondernemingen, maar heeft ook een regionale gerichtheid en is gesprekspartner voor de sector in binnen - en buitenland. INTERREGIO is een samenwerking tussen federale en regionale instellingen die als doel hebben de toelevering te bevorderen. Ruim 42.000 bezoekers konden tijdens de INTERREGIO Vakbeurs van 2000 te Brussel kennis maken met de producten en de knowhow van zowat 202 (141 Belgische, 61 buitenlandse) bedrijven. De vakbeurs besloeg een oppervlakte van 3.600 m². Meer informatie : tel. +32(0) 2 208.45.21
[email protected]
*** *** *** Actielijn 9 – Succesvolle modellen voor elektronische handel en eersteklasondersteuning van kleine topondernemingen 15
1) Waals Gewest De premie voor het oprichten of ontwikkelen van een platform van elektronische handel werd in 1998 ingevoerd. Men wil daarmee KMO's helpen bij het invoeren van nieuwe technieken voor verkooppromotie met behulp van geavanceerde informatietechnologie. De premie wordt toegekend aan ondernemingen met maximum 100 medewerkers en dekt 50% van de uitgaven of investeringen voor het oprichten, huren of ontwikkelen van een platform voor elektronische handel op het internet, zonder evenwel een bedrag van 12.395 euro te overschrijden. Gezien het grote succes werd de maatregel in 2001 verlengd, maar onder striktere voorwaarden: prioriteit voor BtoB-projecten en mogelijkheid om on line te betalen. Meer informatie : mevrouw Alberte LACQUEMAN, Ministerie van het Waalse Gewest, DGTRE, tel. +32(0)81/33.55.80
[email protected] 2) Vlaams Gewest Naast het verlagen van de drempel tot ICT-toegang omvat E-Flanders, het eind 2000 gelanceerde Digitaal Actieplan Vlaanderen, maatregelen om werknemers, maar ook jongeren en burgers in het algemeen aan te zetten tot het verwerven of verruimen van ICT-vaardigheden. Tevens werden in 2000 in Vlaanderen verschillende initiatieven genomen om computeranalfabetisme tegen te gaan, bijv. een pilootproject voor het verwerven van ICTbasisvaardigheden. Naast de maatregelen van het horizontaal actieplan rond levenslang leren (goedgekeurd in juli 2000) werden in 2001 initiatieven genomen om de stap naar ICT en de kennismaatschappij te bevorderen. Meer informatie : de heer Niko Geerts, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, afdeling Technologie en Innovatie, tel. +32(0)2/553 60 03,
[email protected]
*** *** ***
16
Actielijn 10 – Sterkere en doeltreffendere behartiging van de belangen van het kleinbedrijf op het niveau van de Unie en op nationaal niveau
- Reeds tientallen jaren kent de federale regering een specifieke ministerpost voor zelfstandigen en KMO's. Er werd daartoe ook een ministerie opgericht. Meer informatie : Rik DAEMS - Minister belast met de Middenstand - Guldenvlieslaan 87 - 1060 Brussel - Tel. : +32(0)2/541.63.56 - Daarnaast omvat de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO de belangrijkste beroepsorganisaties en interprofessionele organisaties van KMO's. De raad is als adviesorgaan een bevoorrechte gesprekspartner van de regering. Meer informatie : HRZKMO, WTC III, S. Bolivarlaan, 30 - 1000 Brussel - Tel. +32(0)208.34.04 - Tot slot legt de wet van 21 januari 1985 over de specifieke vertegenwoordiging van de Middenstand de aanwezigheid op van vertegenwoordigers van de KMO's in alle organen die als opdracht hebben advies te verstrekken aan de regering over de verschillende aspecten van het federale beleid. Meer informatie : Ministerie van Middenstand – Bestuur KMO-beleid - WTC III, S. Bolivarlaan, 30 - 1000 Brussel - Tel. : +32(0)2/208.32.11
- Op professioneel vlak kunnen de kleine ondernemingen met personeel hun sociale belangen verdedigen via de Paritaire comités (PC) die per bedrijfstak worden opgericht. Op interprofessioneel vlak gebeurt dat via de Nationale Arbeidsraad (NAR) voor algemene sociale vraagstukken en via de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) voor vraagstukken betreffende de nationale economie.
17