Beleidsplan Inleiding De academie voor Zelfstandigheid (avZ) draagt bij aan de maatschappelijke participatie van mensen met een verstandelijke beperking. De avZ-aanpak bevordert dat het zelfstandig functioneren van mensen met een verstandelijke beperking wordt gestimuleerd, zowel op het gebied van wonen als op het gebied van werken. De avZ maakt daarbij onder meer gebruik van het didactisch model Op Eigen benen en de systematische vragenlijst INVRA. In de avZ-aanpak wordt er nadrukkelijk van uitgegaan dat het een individueel leerproces betreft. iegenen die het leerproces doormaken zijn dan ook studenten. De avZ richt zich in principe op iedereen die een verstandelijke beperking heeft ( EMB, MVB, MVG, LVG) in alle leeftijdscategorieën. De professionals die de studenten stimuleren en begeleiden in dat leertraject hebben de functie trainer/ coach. De avZ betrekt nadrukkelijk de omgeving van de studenten in het traject. Door ouders, vrienden, vrijwilligers, buren, werkgevers en collega’s actief te betrekken bij het traject, wordt de kracht van de avZ nog eens versterkt. Om de avZ-aanpak toe te kunnen passen is een tool-kit beschikbaar in de vorm van een ‘productenboek’, waarin opgenomen ‘standaard-implementatieroutes, projectplannen, verwerking van de avZwerkmethode in het primaire proces van de zorg- en onderwijsorganisaties, eindtermen trainingen, competentieprofielen, lesmateriaal etc. De academie voor Zelfstandigheid is een zelfstandige stichting, die het intellectuele eigendom, het lesmateriaal, de ontwikkelde workshops en cursussen, de opgedane ervaringen, de handboeken en werkwijzebeschrijvingen van de avZ-aanpak beheert. Begin 2014 zijn afspraken gemaakt met de ’s Heeren Loo Zorggroep en de academie voor Zelfstandigheid om over te gaan tot samenwerking, met de volgende activiteiten:
toepassen van een uniek zelfstandigheidtraject (gericht op wonen, werken en vrije tijd) bestaande uit een onderwijs- en begeleidingsaanpak, die een individueel toegesneden lesprogramma biedt dat aansluit op de wensen, mogelijkheden, leerstijl en leertempo van mensen met een beperking; het opzetten van een kwaliteitsbewakingssysteem, om de avZ-aanpak optimaal en blijvend te laten functioneren; bundelen, borgen en ontsluiten van de al bestaande kennis en ervaring op het gebied van zelfstandigheidsvergroting van cliënten en daarmee de basis leggen voor een positie als ‘kenniscentrum zelfstandigheid’; (praktijk-) onderzoek doen op het gebied van de zelfredzaamheid en daarmee bijdragen aan de positie van innovatieve zorgaanbieder; waar mogelijk de samenwerking met concullega ’s zoeken gericht op het versterken van de netwerkpositie.
De academie voor Zelfstandigheid heeft de afgelopen 6 jaar in een brede variëteit diverse toepassingen van de avZ-aanpak begeleid en ondersteund zowel binnen als buiten een residentiele setting. Deze aanpak vraagt enerzijds van cliënten en medewerkers inspanning en committment, maar biedt anderzijds ook mogelijkheden voor zelfontplooiing. 1
De meerwaarde van de avZ laat zich in het kort als volgt aangeven:
benadering gericht op ontwikkelingsmogelijkheden en de vraag van de cliënt/student; veel aandacht voor het in de praktijk brengen van het geleerde (transfer) en de omgeving (netwerk) van de cliënt/student; aansluiting bij zelfredzaamheidsstreven WMO; gedegen methodische aanpak met wetenschappelijk getoetst instrument (INVRA); aanpak wordt door toetsing in de praktijk steeds krachtiger; aansluiting bij woon-werkcarrièrekaart door opvulling ‘gat’ na VSO of Praktijkschool; hantering van kernwaarden als rode draad in de omgang met studenten, elkaar en partners; geïntegreerd aanbod wonen en werken/dagbesteding i.s.m. jobcoaches;
De avZ-aanpak is gebaseerd op kernwaarden die naadloos aansluiten bij de belangrijke waarden binnen de samenleving. De benadering, de uitwerking en de producten sluiten goed aan bij de individuele, ontwikkelingsgerichte vraag die te verwachten is op grond van de maatschappelijke ontwikkelingen.
Visie, missie en kernwaarden avZ Visie: De samenleving legt meer en meer de verantwoordelijkheid voor het eigen bestaan bij de burger zelf. Tegelijkertijd neemt de complexiteit van de samenleving toe. Kwetsbare groepen in de samenleving zijn op dit moment niet goed in staat de keuzen te maken die noodzakelijk zijn om de kwaliteit van het bestaan in voldoende mate te borgen. Om deze groepen de regie over het eigen leven terug te geven is het nodig dat zij toegerust worden om een zo zelfstandig mogelijk bestaan te verkrijgen, en van daar uit in staat te zijn de vereiste keuzes te maken. Missie: Door de avZ-aanpak toe te passen wordt maatschappelijke deelname bevorderd doordat het zelfstandig functioneren van mensen met een verstandelijke beperking wordt gestimuleerd en begeleid door het - in samenwerking met anderen - :
toepassen van een uniek zelfstandigheidtraject bestaande uit een onderwijs- en begeleidingsaanpak, die een individueel toegesneden lesprogramma biedt dat aansluit op de wensen, mogelijkheden, leerstijl en leertempo van mensen met een beperking; deze unieke onderwijs- en begeleidingsaanpak via training van trainers en ondersteuning bij de implementatie beschikbaar te maken voor brede toepassing; borgen, bewaken en verbeteren van de kwaliteit van de aanpak.
Kernwaarden: In de eigen bedrijfsvoering hanteren de medewerkers dezelfde kernwaarden als die ten grondslag liggen aan de gekozen onderwijs en begeleidingsaanpak. Deze kernwaarden zijn: positieve benadering: uitgaan van de mogelijkheden, geloof in perspectief respectvolle interactie: gebaseerd op vertrouwen, vraag gestuurd, gelijkwaardig effectief leren: naar behoefte, in eigen tempo, op eigen wijze, beproefde methode eigenwaarde voeden: zelfkennis en –respect vergroten, zelfvertrouwen stimuleren verantwoordelijkheid voor jezelf en elkaar: inzet, keuzes maken, zelfregie
Zelfstandigheidstraject In de beginfase van de academie voor Zelfstandigheid is dankbaar gebruik gemaakt van het didactisch model Op Eigen benen, ontwikkeld door Gitty Scholten en Martin Schuurman. Ook wordt de systematische vragenlijst INVRA gehanteerd. Dit model wordt in grote lijnen nog steeds gehanteerd 2
binnen de avZ-aanpak, maar vanuit de ervaring zijn er wel varianten ontwikkeld. De avZ-aanpak legt veel nadruk op de praktische toepassing van het model, zodat accenten soms anders zijn komen te liggen. Kort samengevat kent het traject drie fasen:
instroomfase: wat wil deze student bereiken? Wat wil deze student leren? Welke talenten heeft de student? ( gebruik meetinstrumenten zoals INVRA). Deze fase mondt uit in een contract; doorstroomfase: individueel trainingsplan, veel aandacht voor de transfer van het geleerde naar de praktijk, meten verandering uitstroomfase: borgen geleerde, nazorgplan.
Het leertraject is uitgebreid beschreven in het leerplan, dat samen met de in bewerking zijnde beschrijving van de praktijkervaringen met de methodiek en een handboek voor de trainers de fundamenten van de avZ-aanpak vormt.
Communicatie met de studenten Centraal in de avZ-aanpak staat het contact tussen student en trainer/coach. Het verkrijgen van een heldere vraagstelling is van cruciaal belang. De trainers/coaches sluiten daarbij aan bij de techniek van de motiverende gespreksvoering . Dit is een cliëntgerichte en directieve methode, er op gericht in interactie met de student zijn eigen drijfveren, dromen en wensen op tafel te krijgen. Motiverende gespreksvoering (MI) komt uit Canada, en is daar wetenschappelijk getest. De ervaringen zijn zeer positief. Dit model gaat uit van: -
de gedachte dat verandering alleen kan plaatsvinden als die nadrukkelijk op de agenda van de student staat; een respectvolle bejegening van studenten als basishouding; dat de basis voor blijvende verandering alleen kan worden gelegd in een ontvankelijke en bevestigende - en daarmee veilige – omgeving.
Opleidingen Voor een trainer/coach zijn de volgende opleidingsmodules beschikbaar en gewenst: -
Gebruik instrumenten INVRA Wonen en Arbeid Workshop Op Eigen Benen Workshop Praktische Toepassing Workshop Lesmateriaal Coachingstraject (zowel individueel als in intervisie-vorm)
Daarnaast zijn er afhankelijk van het gekozen implementatiemodel beschikbaar: -
Introductie avZ-aanpak Oriëntatieprogramma’s voor leidinggevenden Module “opstellen leerdoelen en subdoelen, begeleidingsactiviteiten en begeleidingsprogramma’s” Module “opstellen begeleidingsactiviteiten en begeleidingsprogramma’s, maken en gebruiken van begeleidingsmateriaal” Module “avZ-aanpak en leidinggeven” Module activerende werkvormen voor trainers 3
Ook beschikt de avZ-aanpak over een interactieve basis-workshop, die op maat toegesneden kan worden op (delen van ) de ‘omgeving’ van de student ( familie, vrienden, begeleiders, ondersteuners, collega’s, leidinggevenden) , met als doel om de ‘weg vrij te maken’ voor de ontwikkeling van de student. Tenslotte kent de avZ een systematiek die erin voorziet de organisatie in grote mate van zelfstandigheid zelf zorg te dragen voor de opleiding en coaching van trainers/coaches en kwaliteitsbehoud van de avZaanpak. In die systematiek draagt de avZ zorg voor de opleiding en begeleiding van praktijkcoaches.
Lesmateriaal Een belangrijk onderdeel van de avZ-aanpak is de inzet van trainingsmateriaal. In principe worden de trainingen op maat gemaakt voor elke student, maar een aantal competenties wil bijna elke student ontwikkelen. Het kunnen beschikken over een aantal kwalitatieve basistrainingen is daarom efficiënt. Het beschikbare trainingsmateriaal wordt beheerd door een inhoudelijk coördinator die tevens zorg draagt voor de updating en uitbreiding van het materiaal. Dit kan door zelf materiaal te ontwikkelen of door het coachen van anderen. Het materiaal is in pdf beschikbaar voor alle vestigingen via de online databank. Al het schriftelijke materiaal zit in een map en kent een eigen specifieke lay-out. Elke map heeft zijn eigen kleur, pictogram en titel op de zijkant. De studenten krijgen allemaal een eigen persoonlijke map van de academie, waar ze hun lesmateriaal in bewaren. Ondanks de kosten die dat met zich meebrengt, werkt de avZ met gekleurd lesmateriaal voor de student. Dat levert duidelijke beelden die het leren positief bevorderen. Er is materiaal in eenvoudige tekst ontwikkeld en materiaal in foto’s/ pictogrammen. Het materiaal is nadrukkelijk bedoeld als basismateriaal waar de trainer uit kan putten. Om deze reden kan het materiaal ook alleen maar ingezet worden door trainers/begeleiders die minimaal op de hoogte zijn van de grondbeginselen van de avZ-aanpak. De coach/trainer kijkt goed naar de vraag, leerstijl en communicatiestijl van de deelnemer en stelt een pakket op maat samen. Als er nieuw materiaal nodig is, wordt dit besproken met de landelijke coördinator. Waar nodig wordt er materiaal ingekocht en aangepast. Het basis-trainingsmateriaal voor de leerlijn ‘Wonen’ is vrijwel klaar, maar er zullen steeds nieuwe, actuele vragen ontstaan, die voortdurende doorontwikkeling vergen. Voor de leerlijn ‘arbeid’ ligt er een basis voor de meest gekozen trainingen, maar moet er nog aanvullend materiaal gemaakt worden, voornamelijk gericht op competenties voor specifieke ‘beroepen’.
Borgen van praktische kennis en ervaring Nieuwe inzichten en praktijkervaringen worden gebundeld en geanalyseerd in nauwe samenwerking met het regionale en landelijk Educatie Netwerk (ROEM), waar alle professionals die zich met educatie voor mensen met een beperking samenwerken en kennis delen. Op de webbased kennisbank staat al het lesmateriaal van de avZ in pdf-formaat. De site bevat daarnaast pr-materiaal, digitale tips, formulieren, pictogrammen en foto’s. Het materiaal van de avZ is exclusief voor trainers van vestigingen. Ook is er een forum waar trainers kennis en ervaring uit kunnen wisselen. Op de ingang van de site is ook een inlogmogelijkheid voor professionals buiten de avZ. In dit aparte deel van de kennisbank, dat exclusief voor leden van ROEM is, wisselen zij kennis en materialen met elkaar uit. De trainers van de avZ kunnen ook gebruik maken van deze landelijke kennis (hebben een inlog voor beide applicaties), en de avZ profileert zich middels het landelijk kennis delen, wat altijd een belangrijk onderdeel van de doelstelling is geweest.
4
Ten behoeve van kennisdeling en uitwisseling van ervaringen van de partners wordt vier keer per jaar een bijeenkomst georganiseerd voor professionals, waar (eventueel binnen subgroepen) aan de hand van ontwikkelvragen ervaringen worden uitgesproken, verzameld en van betekenis voorzien. Hierdoor ontstaat een uniek platform dat alle kennis en ervaring opgedaan met de toepassing van de avZ-aanpak bundelt, ordent en toegankelijk maakt voor de deelnemende partners. Daarnaast biedt de avZ een samenwerkings- en uitwisselingsplatform rondom zelfstandigheidtrajecten. Door deze samenwerking en uitwisseling kan in de eerste plaats de kwaliteit van de huidige trajecten geborgd worden, maar ook kunnen de bestaande trajecten krachtiger en effectiever worden. Daardoor kunnen meer mensen met een verstandelijke beperking met een beter resultaat deel gaan nemen aan de samenleving.
Werkwijze De opzet en ontwikkeling van de academie voor Zelfstandigheid heeft zich tot dusver gekenmerkt door sterk verbonden te blijven met de toepassing in de praktijk. Ook bij het verder implementeren van de avZaanpak in zorg- en onderwijsorganisaties lijkt dit de aangewezen weg. De basis van het project wordt dan gevormd door het daadwerkelijk vormgeven aan een aantal ‘academies’ binnen de zorg- en onderwijsorganisaties, en het daarnaast creëren van een centraal informatiepunt/kenniscentrum. Een duidelijk toegevoegde waarde zal ontstaan als er capaciteit beschikbaar is om de doorontwikkeling van de avZ-aanpak ter hand te nemen door de methodiek en de instrumenten te evalueren en te actualiseren, opleidingsmodules en lesmateriaal uit te breiden en het effectenonderzoek te systematiseren ( toename kwaliteit van leven, wijzigingen in ondersteuningsvraag, vergroting arbeidscapaciteit). In schema ( waarbij de V staat voor vestiging):
Financiën Het uitgangspunt is dat de avZ financieel gedragen wordt door de deelnemende zorg- en onderwijsorganisaties. Daarnaast worden de ‘gebruikers’ van traingen en coachingstrajecten gedekt door financiele bijdragen van de gebruikers. De vestigingen worden gefinancierd met behulp van persoonsgebonden budgetten, budgetten voor dagopvang, WMO-vergoedingen, werkgevers en lokale fonsen. Voor onderzoek en innovatie zal een beroep gedaan worden op externe fondsen. 5