Begroting 2016 Stichting Groenfonds Midden-Delfland
1
De foto op de voorpagina en volgende pagina’s geven een beeld van de lessen voor schoolkinderen op en rond de boerderij die gefinancierd worden door de Stichting Groenfonds Midden-Delfland ter versterking van de stad-land relatie. Naast het behoud van de kwaliteit van het agrarisch cultuurlandschap is dit één van de twee doelstellingen.
2
Begroting 2016 Inleiding Het Groenfonds Midden-Delfland is in 2006 officieel opgericht vanuit de ontwikkeling van de Harnaschpolder. Deelnemers aan het fonds zijn de gemeenten Delft, Den Haag en MiddenDelfland. In 2015 is ook de gemeente Maassluis toegetreden. Vanaf 2015 draagt deze gemeente ook financieel bij aan de geldmiddelen van de stichting. Doel van het fonds is het behoud van het eeuwenoude agrarische cultuurlandschap in MiddenDelfland. Daarnaast is ook het versterken van de relatie tussen stad en land een belangrijke doelstelling. Er gaat dus niet alleen geld naar natuur en landschap, maar ook naar recreatie en educatie op en rond de boerderij. Het Groenfonds Midden-Delfland draagt hiermee bij aan de kwaliteit van Midden-Delfland als binnentuin voor de omliggende steden zoals na de oprichting van het fonds ook verwoord in Midden-Delfland® 2025 en Hof van Delfland vanuit het Urgentie Programma voor de Randstad (UPR).
werkelijk 2014
begroot 2015
2016
70.792,08
249.601,00
277.832,00
544.027,28
480.026,00
574.230,00
3.091,05
5.000,00
1.000,00
617.911,31
734.627,00
853.062,00
258.301,82
277.650,00
262.750,00
Subsidies stad-land relatie
19.000,00
17.000,00
27.000,00
Beheerskosten beleggingen
10.781,99
10.882,00
13.382,00
2.919,83
13.545,00
3.550,00
Totaal lasten
291.003,64
319.077,00
306.682,00
Resultaat
326.907,67
415.550,00
546.380,00
baten Donaties Inkomsten beleggingen Overige baten Totaal baten
lasten Vergoedingen groene diensten
Overige kosten
3
Met de begroting 2016 wordt de ingezette lijn van afgelopen jaren doorgezet: betaling voor groene diensten die met name door (melk)veehouders worden geleverd in Midden-Delfland. Concreet betekent dit vergoedingen voor natuur- en landschapbeheer (zoals de bescherming van de weidevogels en het onderhoud van oude boerderijen), maar ook voor educatie (o.a. ontvangen van schoolkinderen uit omliggend stedelijk gebied op de boerderij) en recreatie (wandelen door boerenland). De agrarische natuurvereniging Vockestaert speelt een belangrijke rol als intermediair tussen overheid en boeren. De benodigde financiën zijn in principe afkomstig uit het rendement van het vermogen. Op deze wijze wordt bijgedragen aan beide doelstellingen van het Groenfonds: in stand houden van het agrarisch cultuurlandschap van Midden-Delfland en het versterken van de relatie tussen stad en land.
De boer vertelt…
4
Toelichting begroting Inkomsten Donaties In 2000 en 2001 zijn convenanten afgesloten tussen de gemeenten Den Haag, Delft en MiddenDelfland over de ontwikkeling van de Harnaschpolder. In die convenanten hebben de drie betrokken gemeenten afgesproken om uit de grondexploitaties van de gemeente Delft, de gemeente Midden-Delfland en het bedrijvenschap Harnaschpolder voor de daarbij aangewezen gebieden in de Harnaschpolder een bedrag van € 1.361,34 (Hfl. 3.000,--) per uitgegeven woning en € 4,54 (Hfl. 10,--) per uitgegeven m2 bedrijfsterrein aan de Stichting Groenfonds Midden-Delfland ter beschikking te stellen. In het kader van een grenscorrectie tussen de gemeente Maassluis en de nieuwe gemeente Midden-Delfland t.b.v. de ontwikkeling van de Dijkpolder is tussen deze gemeenten op 30 december 2003 een overeenkomst gesloten op grond waarvan de gemeente Maassluis na de vaststelling van het bestemmingsplan voor de Dijkpolder ook is toegetreden tot de stichting. Deze gemeente zal € 1.361,-- per woning en € 4,50 per m2 uit te geven bedrijventerrein in de Dijkpolder (beide bedragen prijspeil 2005) bijdragen aan de stichting. De gronduitgiften bij het bedrijvenschap zijn de afgelopen jaren vertraagd, en jaarlijks blijkt het uit te geven oppervlak te optimistisch te worden geraamd. Voor 2016 voorziet het bedrijvenschap een gronduitgifte van 5,4 ha. Gelet op de openstelling van de A4 die eind 2015 wordt verwacht is de kans groter dat de verwachtte gronduitgifte ook daadwerkelijk zal worden gehaald. Daarom wordt rekening gehouden met de genoemde 54.000 m2, wat neerkomt op een donatie van € 245.160. Voor de woningbouw in Lookwatering-west van de gemeente Delft wordt een donatie ingeschat voor 10 woningen. Dit omvat een bedrag van € 13.613. Voor de woningbouw in Lookwest-Noord van de gemeente Midden-Delfland wordt een donatie ingeschat voor 14 woningen. Dit omvat een bedrag van € 19.059. In de overeenkomst tussen de gemeente Maassluis en de gemeente Midden-Delfland is afgesproken dat Maassluis aan de Stichting Groenfonds Midden-Delfland een bedrag betaalt van € 500.000 bij start van de ontwikkeling van de Dijkpolder en toetreding van die gemeente tot de stichting. Van dit bedrag wordt in 2015 € 350.000 ontvangen. Het restant ad € 150.000 wordt op 1 januari 2017 verwacht. Naar verwachting zal er in 2016 nog geen bijdrage voor uitgegeven gronden worden ontvangen. Voor alle bedragen geldt dat de ontvangst volledig afhankelijk is van de gronduitgiften en planningen van de individuele partijen, en dat het dus onzeker is of de bedragen daadwerkelijk in 2016 zullen worden ontvangen. De afgelopen jaren zijn de gronduitgiften steeds uitgesteld, en dus ook de donaties aan de stichting.
5
Inkomsten beleggingen Sinds 2006 is het vermogen van de stichting voor het grootste deel belegd in beleggingsfondsen die beheerd worden door Bank Oyens & Van Eeghen (voorheen waren de fondsnamen gekoppeld aan de naam van de toenmalige beheerder APG). De bewaarneming van de fondsen geschiedt door een stichting bewaarneming die de feitelijke bewaarneming heeft uitbesteed aan Bank New York Mellon. Uitgangspunt was en is een zo hoog mogelijk rendement, maar wel met inachtneming van hetzelfde risicomijdende gedrag als geldt voor gemeenten. Dit is ook opgenomen in een treasurystatuut. Het rendement van de fondsen wordt als volgt geraamd : Fonds
Belegd bedrag
Geraamd rendement
Bedrag rendement
OvE Garantie Fonds (tranche 2006-2016)
€ 3.616.750 (hoofdsom gegarandeerd)
De aandelenmarkt klimt de laatste jaren uit het dal. Tezamen met een gunstige ontwikkeling van de economie geeft dat de verwachting dat per 10 april 2016 wederom (net als inde jaren 2013 t/m 2015) de maximale click van 9,63% zal worden behaald. Daarmee komt het rendement over 10 jaar uit op 57,78%. Het bedrag dat ten gunste van 2016 kan worden gebracht wordt hiermee € 456.796. Mocht de maximale click niet worden gehaald dan bedraagt het rendement (minimaal) het minimum van 3%, oftewel € 108.502.
€ 456.796
OvE Garantie Fonds (tranche 2013-2023)
€ 1.000.000
Na de looptijd van 9 jaar en 10 maanden word t een rendement uitgekeerd van circa € 411.000. Voor 2016 is dat een bedrag van € 41.434.
€ 41.434
OvE Rentefonds Europa 4-7
Circa € 2.600.000
2% (schatting)
€ 52.000
OvE Rentefonds Europa 1-3 Totaal
Circa € 260.000
2% (schatting), exclusief eventuele koersverschillen
€ 5.200 € 555.430
Bij de laatste twee fondsen worden de ontvangen dividenden in principe herbelegd, tenzij ze als liquide middelen benodigd zijn voor het doen van betalingen. Aan het laatstgenoemde fonds vinden ook onttrekkingen plaats indien gedurende het jaar (extra) liquide middelen benodigd zijn voor het doen van betalingen. Omdat de belegging in het Garantiefonds tranche 2006 met het behaalde rendement over de looptijd van 10 jaar in 2016 tot uitkering komt zal vanaf dat moment € 5,6 miljoen herbelegd kunnen gaan worden (wellicht in samenhang met de beide rentefondsen). In afwachting van de beleggingsmogelijkheden wordt voor de € 5,6 miljoen vooralsnog een rente-opbrengst geraamd van 0,5% gedurende 8 maanden, oftewel een bedrag van € 18.600. Van het overige geld op de spaarrekening wordt een rente-opbrengst van € 200 ingeschat. De geldmiddelen op de rekening-couranten bij de BNG en Rabobank brengen geen rente (meer) op.
6
Overige baten Een bijzondere vorm van ontvangsten is te verwachten van de zogenoemde Streekrekening Midden-Delfland, waartoe met de Rabobank in 2012 een overeenkomst is afgesloten. Over de rente die bedrijven op een streekrekening krijgen doneert de Rabobank een klein percentage aan de Stichting Groenfonds Midden-Delfland. Over 2012 is van de Rabobank een bedrag van € 1.070,87 ontvangen, over 2013 een bedrag van € 4.853,57, en over 2014 een bedrag van € 1.560,04. Voor 2016 wordt rekening gehouden met een bedrag van € 1.000. Spaarders op een streekrekening hebben ook de mogelijkheid om een deel van de eigen rente te doneren. Met die mogelijkheid wordt echter geen rekening gehouden.
Uitgaven Vergoedingen groene diensten In 2012 is de tweede vijfjaarlijkse periode van het puntensysteem voor Groene Diensten gestart. Op basis van het vastgestelde budget voor de periode 2012 - 2017 en de aanvulling die vanaf 2013 beschikbaar is gesteld worden de uitkeringen voor 2016 en de uitvoeringskosten door Vockestaert gezamenlijk voor 2016 geraamd op € 255.000. Daarnaast wordt er een geïndexeerde vergoeding gegeven voor het beheer en onderhoud van het Voddijkpad in de Klaas Engelbrechtspolder en een vaste vergoeding voor een vijftal cultuurhistorische elemententen in de Woudse polder (beide tussen Den Haag, Delft en Schipluiden). De contracten daarvoor liepen in respectievelijk 2014 en 2015 af. Voor de begroting is er van uitgegaan dat beide vergoedingen voorgezet worden. Het bestuur moet daar nog wel een besluit over nemen. Samenvatting : Contracten en uitvoering puntensysteem 2012- 2017 € 255.000 Cultuurhistorische elementen Woudse polder € 4.250 Beheer en onderhoud Voddijkpad € 3.500 Totaal € 262.750
Subsidies stad-land relatie De Agrarische Natuurvereniging Vockestaert ontvangt jaarlijks een bijdrage van (maximaal) € 12.000,-- voor het project Agro-educatie en –recreatie. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan het ontvangen van schoolklassen (met name uit omliggend stedelijk gebied) op en rond de boerderij waarbij kinderen leren over voedsel, dieren, landschap en natuur. Aan opbrengsten van de streekrekening is tot en met 2014 € 11.930,91 ontvangen, waarvan € 500,00 concreet een bestemming heeft gekregen. Voor zowel de bestaande deelnemers (spaarders op een streekrekening) als de werving van nieuwe deelnemers is het van belang te laten zien/merken dat er met de inkomsten daadwerkelijk iets wordt gedaan waarvoor de stichting tot nu toe geen geld beschikbaar stelde. Voorgesteld wordt daarom in de begroting een post van € 5.000 als uitgaaf te ramen, en nog apart te besluiten waarvoor dat geld dat moet worden besteed. In 2014 is een deel van de opbrengst bestemd voor “vliegende 7
wandelpaden”, en wellicht zal dit in 2015 wederom plaatsvinden. Het bedrag van € 5.000 wordt daarom geraamd bij de post “Subsidies stad-land relatie”. In 2015 is gestart met het opmaken van een strategische balans om te oordelen of de tot nu toe gevolgde strategie met vergoedingen voor groene diensten ongewijzigd voortgezet moet worden of dat de komende jaren toegewerkt moet worden naar een meer genuanceerd vergoedingensysteem dat mede gericht is op eenmalige, stimulerende maatregelen. Teneinde een eventuele start van een dergelijk nieuw beleid financieel mogelijk te maken wordt in de begroting 2016 hiervoor alvast een budget van € 10.000 gereserveerd. Besteding is echter wel afhankelijk van de bestuurlijke besluitvorming. Beheerskosten beleggingen Voor de beleggingen in de beleggingsfondsen zijn beheersvergoedingen verschuldigd: - 0,225% per jaar over de initiële inleg bij het OvE Garantiefonds; - 0,18% per jaar over het belegd vermogen bij het OvE Rentefonds Europa 4-7; - 0,22% per jaar over het belegd vermogen bij het OvE Rente Plus Fonds Europa 1-3. De beheersvergoeding voor het garantiefonds is in 2006 voor 10 jaar vooruit betaald. Elk jaar komt 1/10e deel daarvan ten laste van de exploitatie, oftewel € 8.325,--. Bij de belegging van € 1 miljoen in het OvE Garantiefonds is in 2013 de beheersvergoeding voor 5 jaar vooruit betaald, zijnde een bedrag van € 12.291,67. Ten laste van het jaar 2016 komt een bedrag van € 2.456,99. Bij mutaties in de fondsen zijn transactiekosten verschuldigd ter grootte van 0,3 promille van de mutatie. Voor 2016 wordt voor deze kosten € 100,-- geraamd. Vanaf medio 2014 is voor beide garantiefondsen een extra beheersvergoeding verschuldigd van 0,035% van de waarde van de fondsen. Dit is het gevolg van extra (externe) beheerskosten die voortvloeien uit een Europese richtlijn die omgezet is naar Nederlandse wetgeving. Deze extra beheerskosten worden voor 2016 geraamd op € 2.500,--. Overige kosten Hoewel de boekhouding zeer beperkt is, heeft de stichting de plicht (artikel 12, lid 4, statuten) om een accountant de balans en de exploitatierekening te laten controleren. Als accountant heeft het bestuur de huisaccountant van de gemeente Midden-Delfland (Verstegen accountants en adviseurs) aangewezen. Voor de controle van de jaarrekening 2015 wordt een kostenpost ingeschat van € 3.200,--. De stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, maar de jaarlijkse bijdrage voor deze inschrijving is komen te vervallen. De accountant eist jaarlijks standaard bankverklaringen van de beide banken waar de stichting zaken mee doet. De kosten daarvan worden geraamd op € 175,--. De kosten van de banken voor het betalingsverkeer worden geraamd op € 175,--.
8
BEGROOT RESULTAAT Bij het resultaat over 2016 wordt opgemerkt dat het geraamde rendement van de beleggingen fors beïnvloed wordt door het extra rendement van het garantiefonds dat wordt verwacht. Dit extra rendement heeft eigenlijk betrekking op de gehele looptijd van 10 jaar, en de raming voor 2016 geeft dus eigenlijk een vertekend beeld. Wanneer de positieve verwachtingen omtrent het rendement van het garantiefonds bewaarheid worden kan wel worden geconstateerd dat de opbrengst van het rendement de komende jaren (gemiddeld) in de buurt gaat komen van het bedrag van alle kosten. Of en wanneer het omslagpunt zal worden bereikt waarbij het rendement van de beleggingen voldoende is om alle kosten langdurig te dekken hangt enerzijds af van de donaties (het rendement daarvan) die de komende jaren nog worden ontvangen, en anderzijds van het rendement dat kan worden verwacht van de herbelegging van de gelden uit het garantiefonds in 2016 (dan loopt een garantiefonds af). Of aan de hand van de strategische balans andere bestemmingen voor de geldmiddelen worden gekozen speelt daarbij uiteraard ook een rol.
Ontwikkeling belangrijkste balansposten Per 31 december 2014 was het eigen vermogen van de stichting € 8.983.661 groot, en was € 7.523.590 daarvan belegd. Per 31-12-2015 worden deze bedragen ingeschat op respectievelijk € 9.400.000 en € 7.600.000. Per 31-12-2016 kan het eigen vermogen ingeschat worden op € 9.650.000. Omdat in 2016 de belegging in het Garantiefonds tranche 2006 volledig tot uitkering komt (inclusief het opgebouwde rendement over de 10 jaar) zal het belegd vermogen naar verwachting eind 2016 in de buurt komen te liggen van het eigen vermogen ad € 9.650.000.
Onderzoek van natuur en landschap op en rond de boerderij. 9