BEGELEIDINGSINSTRUMENT INDIVIDUELE BEROEPSOPLEIDING
De Individuele Beroepsopleiding (IBO) is bedoeld voor jobs waar ondernemers geen geschikte kandidaten voor vinden. De ondernemer kan via dat systeem zelf een werkzoekende op maat van zijn of haar bedrijf opleiden. WIE IS WIE? -
De cursist of de werkzoekende die u opleidt. De ondernemer bij wie de cursist een Individuele Beroepsopleiding volgt. De mentor is de werknemer die de ondernemer aanduidt om de cursist op de werkvloer te begeleiden en op te leiden. De VDAB-consulent is de tussenpersoon voor de ondernemer en de cursist.
VOORDELEN VOOR DE ONDERNEMER De ondernemer kan een werkzoekende op maat van zijn of haar bedrijf opleiden en betaalt daarvoor geen loon, geen RSZ, maar enkel een productiviteitsvergoeding. Bovendien ontvangt de ondernemer extra subsidies voor de begeleiding van laaggeschoolden
1
-
De Individuele Beroepsopleiding is interessant als u geen geschikte werknemer vindt voor uw onderneming Ga na of u beschikt over de nodige mogelijkheden, ruimte en tijd om een cursist in dienst te nemen, te begeleiden en op te leiden in uw onderneming. Bekijk vooraf de formaliteiten van de Individuele Beroepsopleiding.
FORMALITEITEN -
-
De opleiding duurt één tot zes maanden. Voor laaggeschoolde langdurig werklozen kan de opleiding tot 12 maanden worden verlengd. Het opleidingsprogramma bepaalt u zelf in overleg met de VDABconsulent. De overeenkomst tussen u, VDAB en cursist wordt contractueel vastgelegd. U betaalt een productiviteitsvergoeding aan de cursist. Omdat de cursist een werkloosheids- of OCMW-uitkering ontvangt, betaalt u enkel het verschil bij zodat de cursist het normale loon voor de job in kwestie verdient. U betaalt de verplaatsingskosten van de cursist en verzekert hem of haar tegen arbeidsongevallen. Voor de opleiding en begeleiding van laaggeschoolden ontvangt u extra subsidies van 1 euro per opleidingsuur. Als u een allochtone werkzoekende wil opleiden en later in dienst nemen, kunt u genieten van een speciale module met ondersteuning Nederlands en attitudevorming. Na de Individuele Beroepsopleiding geeft u een contract van onbepaalde duur aan de cursist.
2
-
Hebt u een geschikte IBO-kandidaat hebt gevonden, neem dan contact op met VDAB en maak een afspraak met een VDAB-consulent. Als u zelf geen IBO-kandidaat hebt gevonden, neem dan contact met de VDAB om werkzoekenden op te sporen. Het is aangewezen dat u vooraf gesprekken voert met de VDABconsulent, de cursist en de mentor.
WAT BESPREEKT U MET DE VDAB-CONSULENT? -
Stel uzelf en uw onderneming aan de VDAB-consulent voor. Bespreek met de VDAB-consulent het werknemersprofiel waarnaar u op zoek bent en dat u wenst in te vullen met een Individuele Beroepsopleiding. Overloop met de VDAB-consulent de duur (1 tot 6 maanden) en de formaliteiten van de Individuele Beroepsopleiding. Stel samen met de VDAB-consulent en bij voorkeur ook met de mentor een opleidingsprogramma op door rekening te houden met het gewenste werknemersprofiel en de vaardigheden en voorkennis van de cursist. Overleg met de VDAB-consulent wanneer hij of zij tijdens de opleiding uw bedrijf kan bezoeken. Wissel contactgegevens uit met de VDAB-consulent.
WAT BESPREEKT U MET DE CURSIST? -
Laat u niet leiden door vooroordelen over afkomst, geslacht, handicap of leeftijd als u kunt kiezen uit een aantal cursisten. Bespreek met de cursist de opleiding in functie van zijn toekomstige rol in uw onderneming. Bespreek met de cursist hoe hij of zij in de toekomst zal worden ingeschakeld in de onderneming. Peil naar de motivatie van de cursist: o o o
-
Heeft de cursist interesse voor uw bedrijfsactiviteiten? Wat wil de cursist leren op uw werkvloer? Wat zijn de vaardigheden en de voorkennis van de cursist?
Geef de cursist een korte rondleiding, zodat die een beter beeld krijgt van uw onderneming en zijn of haar toekomstige functie. Regel eventueel een ontmoeting met de mentor.
WAT BESPREEKT U MET DE MENTOR? -
Als u zelf niet kunt instaan voor de latere begeleiding van de cursist, duid dan iemand van uw personeel aan als mentor. De mentor kan een vertrouwensrelatie opbouwen met de cursist. Duid daarom een ervaren medewerker aan die kan trainen en coachen en een expert is zijn of haar vak.
3
-
-
Overloop met de mentor de afgesproken leerdoelstellingen en de toekomstige functie in de onderneming. Overleg met de mentor hoe u de cursist wil opleiden en inschakelen in uw bedrijf en stel samen een takenpakket op. Overleg met de mentor hoe hij of zij best de begeleiding van de cursist aanpakt.
Als alle gesprekken naar wens verliepen en u tot een overeenkomst bent gekomen, legt u dat contractueel vast. Het is belangrijk dat u enkele voorbereidingen treft in uw onderneming: Licht uw medewerkers vooraf in. Maak voor de cursist een ruimte vrij om zijn of haar persoonlijke goederen op te bergen. o Leg, indien nodig, werkkledij en werkmateriaal klaar voor de cursist. Werk in samenspraak met de VDAB-consulent de administratieve formaliteiten af. o o
-
-
Zorg tijdens het onthaal voor een goede en ongedwongen sfeer zodat de cursist zich bij u thuisvoelt. Zorg ervoor dat de mentor altijd bij het onthaal aanwezig is. Stel uw medewerkers voor aan de cursist en vraag ze hun functie in de onderneming toe te lichten. Bespreek met de cursist het aan te leren beroep. Informeer de cursist over veiligheid en geef hem of haar alle nodige materialen en kledij. Maak de cursist duidelijk dat hij/zij op eenzelfde manier zal behandeld worden als de andere werknemers en zich aan dezelfde regels moet houden. Zorg voor een rondleiding in uw bedrijf en informeer de cursist over alle aspecten en organisatie van uw bedrijf. Praat met de cursist zeker over het begin en einde van de werktijden, het takenpakket, de onkostenvergoeding, en zo meer. Bespreek zeker ook de informele aspecten: maaltijden, carpooling, parking, enz. Voorzie eventueel documentatiemateriaal, maar overlaad de cursist niet met informatie. Start de opleiding.
4
-
-
De begeleiding gebeurt door één persoon, namelijk de mentor. Die kan voor een aantal aspecten eventueel een beroep doen op zijn collega’s. Hou over de hele duur van de opleiding rekening met het aan te leren beroep. Hou voor uzelf regelmatig korte tussentijdse evaluaties. Ook de VDAB-consulent zal voortdurend tussentijdse evaluaties voeren. Motiveer de cursist. Gun de cursist voldoende tijd om zich in te werken. Wees geduldig. Verwacht niet dat de cursist meteen zelfstandig kan werken. Geef de cursist toch voldoende kansen om zich zelfstandig te ontplooien. Stimuleer een professionele houding en betrek de cursist bij uw organisatie. De cursist moet zich net zoals iedereen aan de regels houden. Behandel de cursist daarom als een volwaardige medewerker. Geef de cursist verantwoordelijkheid. Hou rekening met signalen van de andere werknemers over de cursist en blijf contact met de VDAB-consulent. Stuur de cursist zonodig op tijd bij en informeer de VDAB-consulent.
Is de opleiding voltooid? Overloop de vaardigheden die de cursist verworven heeft in uw bedrijf. Zijn u en de mentor tevreden over de prestaties en de vorderingen van de cursist? Leerde de cursist het aan te leren beroep? Zijn u en de mentor tevreden over de werkhouding van de cursist? o o o o o o o
Was de cursist gemotiveerd? Nam de cursist een juiste houding aan tegenover. collega’s, meerderen, klanten …? Was de cursist stipt? Had de cursist het juiste arbeidsritme? Was de cursist voldoende verantwoordelijk? Was de cursist zelfstandig genoeg? Kon de cursist in team werken?
-
Aan de hand van uw beoordeling en in samenspraak met de VDABconsulent krijgt de cursist een certificaat van de VDAB met de vermelding van de verworven vaardigheden.
-
Bij de algemene beoordeling van de opleiding houdt u rekening met de mening van de cursist, de mentor en de VDAB-consulent. Zo kunt u bijleren, de werking van uw onderneming eventueel aanpassen en de kwaliteit van de volgende opleiding in uw onderneming verbeteren.
-
5
CURSIST -
Leerde de cursist het beroep? Wat vond de cursist positief in uw bedrijf? Wat vond de cursist minder positief in uw bedrijf? Wat vond de cursist over de begeleiding door de mentor?
MENTOR -
Had de mentor voldoende begeleidingscapaciteiten? Leerde de mentor het beroep goed aan de cursist aan? Volgde de mentor de vorderingen van de cursist op? Investeerde de mentor voldoende, te veel of te weinig tijd in de opleiding van de cursist?
VDAB-CONSULENT -
-
Vraag de VDAB-consulent wat hij of zij vond van de opleiding in uw onderneming en de begeleiding van de cursist. Breng de VDAB-consulent op de hoogte van uw bevindingen over het opleidingsproces en de cursist.
Na de opleiding bent u verplicht, de cursist een contract van onbepaalde duur aan te bieden. De overheid beschikt over veel interessante tewerkstellingsmaatregelen waardoor u gemakkelijk en voordelig kunt aanwerven. Neem contact op met uw sociaal secretariaat. Ook de VDAB-consulent kan u informeren. Voor tewerkstelling van kansengroepen, bestaan verschillende tewerkstellingsmaatregelen en subsidieregelingen. Neem contact op met het UNIZO Servicepunt KMO & Diversiteit: 02/ 238. 05. 15 of
[email protected].
Meer informatie: www.ondernemendeschool.be of
[email protected]
Het begeleidingsinstrument kadert in het VIVES-project binnen het EQUAL-programma en wordt ondersteund door de Europese Unie en de Vlaamse overheid. EQUAL is een programma van het Europees Sociaal Fonds (ESF). ESF draagt bij tot de ontwikkeling van de werkgelegenheid door het bevorderen van inzetbaarheid, ondernemerschap, aanpasbaarheid en gelijke kansen, en door het investeren in menselijke hulpbronnen, ESFAgentschap (http//www.esf-agentschap.be)
6