AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X . P608646
Vr ijuit
MAANDBLAD VAN DE LIBERALE VAKBOND
81ste jaargang
april 2010
ARBEIDER/BEDIENDE VOOR EEN RECHTVAARDIGER STATUUT
6
ACTIVERING VAN HET ZOEKGEDRAG De Minister van Werk heeft een aantal correcties aan de activeringsprocedure van het zoekgedrag naar werk voorgesteld. Een versterkte begeleiding door de gewestelijke werkgelegenheidsdiensten is een stap in de goede richting.
8
ARBEIDSONGESCHIKTHEID Arbeidsongeschiktheid vormt een wettelijke oorzaak tot schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, voor zover die ongeschiktheid de werknemer verhindert de overeengekomen arbeid te leveren.
15
BELASTINGAANGIFTE De nieuwe belastingaangifte is er niet eenvoudiger op geworden. Tenzij u minder hoeft in te vullen omdat u kiest voor Tax-on-web of tot de groep gepensioneerden behoort die meedoen in een pilootproject.
18
LOONKLOOF Het loonverschil tussen vrouwen en mannen vertoont een licht dalende trend. Maar of die positieve trend zal aanhouden, blijft af te wachten.
20
BOLKESTEIN IS TERUG
De sociale partners moeten een einde stellen aan de discriminatie van de arbeiders zonder evenwel de bedienden te benadelen. ACLVB wil een rechtvaardiger statuut creëren voor alle betrokken werknemers. ACLVB heeft nooit een onderscheid gemaakt tussen arbeiders en bedienden. De Liberale Vakbond is een intercategoriële organisatie. Bij ons geen beroepscentrales met botsende belangen. Tot onze leden behoren zowat even veel bedienden als arbeiders. ACLVB pleit voor een globale aanpak van het dossier, dat zich niet enkel beperkt tot louter de kwestie van de opzeggingstermijn, maar dat tal van verschillende aspecten omvat : de betaling van een gewaarborgd loon in geval van arbeidsongeschiktheid, de uitbreiding van de tijdelijke werkloosheid, de betaling van het vakantiegeld, de duur van de proefperiode …. Om het nog niet te hebben over de collectieve aspecten van het dossier. Op bladzijde 2 en 3 vindt u onze weloverwogen voorstellen in het licht van ongetwijfeld moeilijke, maar niet onmogelijke onderhandelingen.
De sociale partners waren betrokken bij de omzetting van de richtlijn over de liberalisering van de diensten naar Belgisch recht.
30
ERVARINGSUITKERING Werknemers die afgedankt werden in het kader van een herstructurering en ingezet worden als opleidingsverstrekker of begeleider van werkzoekenden, hebben recht op een ervaringsuitkering.
Opvang nodig?
Een job in de zelfstandige kleinhandel? Mooi, maar soms moeilijk te combineren met je gezin! Met wat geluk helpen oma en opa je uit de nood, maar vaak is kinderopvang de enige oplossing. Met een fikse tegemoetkoming in de kosten van de opvang van baby’s tot 3 jaar en de buitenschoolse opvang van kleuters en kinderen tot 12 jaar maakt het Sociaal Fonds N° 201 die oplossing een stuk goedkoper. De tegemoetkoming kan oplopen tot bijna 450 euro per jaar. Soepel, snel en zonder paperassen!
Sociaal Fonds N° 201 Spastraat 8 • 1000 Brussel • Tel. 02 238 06 32 Voor meer info: www.sociaalfonds201.be Belgische Confederatie van de Broodbakkerij - Banketbakkerij - Chocoladebewerking IJsbereiding (B.B.C.I.) v.z.w.
actualiteit
3
Harmonisering statuut arbeiders-bedienden
DE LIBERALE VAKBOND EIST EEN RECHTVAARDIGER STATUUT VOOR ALLEN Het debat over de harmonisering van de statuten zit nog steeds vast op hetzelfde punt : de opzeggingstermijnen. De vakbonden willen die van de arbeiders uitbreiden, de werk- statuten niet langer gerechtvaardigd. Erger nog, het houdt een ongerechtgevers willen die van de bedienden verlagen onder het vaardigde discriminatie in stand ten nadele van de arbeiders. In tijden voorwendsel dat het de dynamiek van de arbeidsmarkt ver- van crisis is deze situatie nog ondraaglijker. De regering is er zich terdelamt. Zoals blijkt uit onderstaande punten, is het debat veel ge van bewust : ze creëerde een nettopremie van 1.666 euro voor individueel ontslagen arbeiders geldig tot 30 juni 2010. omvangrijker. ACLVB wil het lot van de arbeiders verbeteren, maar niet ten Huidige situatie koste van de arbeidsvoorwaarden van de bedienden. Arbeiders
H
Het dynamiseren van de arbeidsmarkt door werkgevers toe te laten om makkelijker te ontslaan. Het is een redenering waarvan de relevantie ons altijd ontgaan is, vandaag zelfs meer dan voorheen vanwege de manier waarop bedrijven ontslaan om zuiver financiële redenen en tegen alle zakenlogica in. Keren we terug naar de realiteit op het terrein. Iedereen weet dat de belangrijkste discriminatie moet verdwijnen : de te korte opzegtermijn van de arbeiders in vergelijking met de bedienden. Als ACLVB willen we niet dat de bedienden de kost van de operatie moeten dragen. Hun wettelijke opzeggingstermijn is al onvoldoende om een job te vinden in een periode met een tekort aan banen.
1.CENTRAAL IN DE BESPREKINGEN : HET ONTSLAGRECHT Een arbeider ondervindt grotendeels dezelfde moeilijkheden in het vinden van een fatsoenlijke baan als een bediende. Momenteel is het verschil tussen de twee
De cao nr. 75 van de Nationale Arbeidsraad voorziet : ANCIËNNITEIT WERKNEMER Minder dan 6 maanden Van 6 maanden tot minder dan 5 jaar Van 5 jaar tot minder dan 10 jaar Van 10 jaar tot minder dan 15 jaar Van 15 jaar tot minder dan 20 jaar Vanaf 20 jaar
DUUR OPZEGGINGSTERMIJN UITGAANDE VAN : werkgever arbeider 28 dagen 14 dagen 35 dagen 14 dagen 42 dagen 14 dagen 56 dagen 14 dagen 84 dagen 14 dagen 112 dagen 28 dagen
De sectoren kunnen een regeling vastleggen die in beide richtingen afwijkt van de cao nr. 75.
Bedienden BRUTOJAARINKOMEN Lager dan € 30.327 Vanaf € 30.327
OPZEGGINGSTERMIJN 3 maanden per begonnen schijf van 5 dienstjaren. Vast te leggen bij overeenkomst of door de rechter maar niet minder dan 3 maanden per begonnen schijf van 5 dienstjaren. Als referentie wordt hierbij meestal de formule Claeys aangewend. V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
4actualiteit Indien het brutojaarinkomen hoger is dan 60.654 euro, kan in arbeidsovereenkomsten afgesloten na 1 april 1994, uiterlijk op het ogenblik van de indiensttreding de door de werkgever na te leven opzeggingstermijn bepaald worden zonder evenwel minder te mogen bedragen dan 3 maanden per begonnen schijf van 5 dienstjaren.
ACLVB stelt het volgende voor A. Elk individueel ontslag motiveren Het ontslag moet opnieuw een buitengewone handeling worden, gesteld door de werkgever wanneer hij geen andere mogelijkheid meer heeft. ACLVB vraagt dat ieder ontslag door de werkgever zou gemotiveerd worden, dit om elke ondoordachte of willekeurige handeling te vermijden. De werknemer heeft in ieder geval het recht om de redenen die aan de grondslag liggen van zijn ontslag te kennen. Dit getuigt van een wederzijds respect tussen de partijen. Bovendien moet de werknemer eveneens de mogelijkheid hebben om de tegen hem ingeroepen reden van ontslag te betwisten. Dit kan gebeuren voor een neutraal orgaan (de Arbeidsrechtbanken en -hoven) dat zal oordelen op basis van de standpunten voorgelegd door de beide partijen. Ingeval de motivatie niet gerechtvaardigd is of willekeurig, kan er een sanctie opgelegd worden. In geen geval mag de motivatieplicht een negatief gevolg hebben voor het dossier van de werknemer indien hij in de toekomst werkloos wordt. B. De voorafgaandelijke hoorzitting Naast de motiveringsplicht in geval van ontslag van een werknemer, hecht ACLVB ook belang aan de inrichting van een echte ontslagprocedure, hetzij op ondernemingsvlak hetzij op sectoraal niveau waarbij de werknemer voorafgaandelijk wordt gehoord. Een dergelijke procedure zou achteraf heel wat betwistingen kunnen vermijden vermits de werknemer in dergelijk geval weet wat hem te wachten staat en zo de kans krijgt om zich te verdedigen. De conventie nr. 158 van de IAO van 22 juni 1982, die België tot op heden nog steeds niet geratificeerd heeft, legt zowel de motivatie van het ontslagrecht op als de voorafgaandelijke hoorzitting van de betrokken werknemer. C. Rechtvaardige opzeggingstermijnen ACLVB stelt een berekening van de opzeggingstermijnen voor die rechtvaardiger is voor iedereen. ANCIËNNITEIT IN DE ONDERNEMING Minder dan 5 jaar Van 5 tot 7 jaar 8 jaar en meer
DUUR OPZEGGINGSTERMIJN 3 maand 6 maand 1 maand per jaar anciënniteit
D. Verbrekingsvergoeding Voor het ontslag uitgaande van de werkgever geeft ACLVB er de voorkeur aan dat dit betaald wordt onder de vorm van een verbrekingsvergoeding aan de werknemer. Indien de prestatie van een opzeggingstermijn noodzakelijk is voor de onderneming, zou de prestatie moeten begrensd worden tot drie maanden, met betaling van het eventuele saldo van de vergoeding.
2. IN GEVAL VAN ZIEKTE
ACLVB stelt het volgende voor A. Wegvallen van de carenzdag De eerste afwezigheidsdag omwille van ziekte wordt niet betaald aan de arbeiders die een ongeschiktheid kennen van minder dan 14 dagen. Sectoren en ondernemingen waar de carenzdag werd afgeschaft, kenden geen bijzondere verhoging van het absenteïsme. Bijgevolg staat niets de volledige en veralgemeende afschaffing (ook tijdens een eventuele proefperiode) van de carenzdag nog in de weg. B. Het gewaarborgd loon De betaling van het gewaarborgd loon zou moeten verdeeld worden tussen de werkgever en de sociale zekerheid. Om geen bijkomende kost voor de gemeenschap te creëren, moet men een berekening op punt stellen die de duur bepaalt van de eerste periode ten laste van de werkgever en vervolgens de periode ten laste van het RIZIV.
3. TIJDELIJKE WERKLOOSHEID Huidige situatie Voor de arbeiders
Nu wordt enkel voor de arbeiders een wettelijke regeling voorzien van tijdelijke werkloosheid, meer concreet in geval van technische stoornis, slecht weer en economische werkloosheid.
Voor de bedienden In het kader van de crisismaatregelen die de regering trof, werd een tijdelijke maatregel ingevoerd onder de vorm van tijdelijke vermindering van het arbeidsvolume: de economische werkloosheid voor bedienden (weliswaar onder een andere benaming). De van toepassing zijnde basisregels lopen overwegend gelijk met de principes van de economische werkloosheid voor arbeiders.
ACLVB stelt het volgende voor Een veralgemeende toepassing van de drie stelsels op alle werknemers is alleen maar mogelijk mits grondige aanpassingen aan de huidige systemen. Technische stoornis Deze vorm van werkloosheid zou moeten ten laste komen van de werkgever onder de vorm van een gewaarborgd loon voor een weloverwogen periode. Dit vormt voor de werkgever een stimulans om het probleem zo vlug mogelijk op te lossen. Slecht weer Dit zou enkel maar mogelijk moeten zijn voor de functies die buiten worden uitgeoefend of hiermee gelinkt zijn en waarvan de uitvoering afhankelijk is van de weersomstandigheden. Economische werkloosheid De toegangsvoorwaarden moeten voor alle werknemers versterkt worden : 3 er moet een strengere definitie zijn van de economische moeilijkheden; 3 een sectorale benadering moet mogelijk zijn (bijvoorbeeld voor welke functies, omkaderingsvoorwaarden, enz.); 3 de vaststelling van het bestaan van economische moeilijkheden in het bedrijf moet gebeuren via overleg tussen de werkgever en de vertegenwoordigers van de werknemers.
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
actualiteit
ACLVB stelt het volgende voor
4. HET VAKANTIEGELD Huidige situatie
Voor de arbeiders Betaling van het enkel en dubbel vakantiegeld via een vakantiekas (waarbij de werkgever aangesloten is) op een vast tijdstip ongeacht het moment van de opname van de verlofdagen. Voor de bedienden Betaling door de werkgever van het enkel vakantiegeld op het ogenblik van het opnemen van de verlofdagen en van het dubbel vakantiegeld op een vast tijdstip. Voor alle werknemers moet het enkel vakantiegeld betaald worden door de werkgever (huidige situatie van de bedienden) en het dubbel vakantiegeld door de vakantiekas (huidige situatie van de arbeiders). Het bedrag van het dubbel vakantiegeld zal berekend worden op het basisloon, rekening houdend met de voordelen (eindejaarspremie, ploegenpremie…).
5. DE PROEFPERIODE Minimumduur Maximumduur
De proefperiode is niet verplicht. Voor werknemers met een jaarinkomen hoger dan 60.654 euro kan de duur van de proefperiode in onderling overleg worden vastgesteld met een maximumduur van 12 maanden. Voor de andere werknemers met een jaarinkomen lager of gelijk aan 60.654 euro kan de duur van de proefperiode door de sector vastgelegd worden met een maximum van 6 maanden. Als de sector niets bepaalt, wordt de minimumduur van 1 maand toegepast. Dit heeft zijn nut in die zin dat de sectoren op die manier worden gestimuleerd om een sectorale regeling uit te werken die bijvoorbeeld rekening houdt met de moeilijkheidsgraad van de functie.
6. ONTSLAG DOOR DE WERKNEMER ACLVB stelt het volgende voor
ACLVB stelt het volgende voor
VOOR DE ARBEIDERS 7 kalenderdagen 14 kalenderdagen
5
VOOR DE BEDIENDEN 1 maand • 6 maanden indien het jaarinkomen < € 36.355 • 12 maanden indien het jaarinkomen ≥ € 36.355
De actuele minimumtermijnen voor de bedienden kunnen hier hernomen worden als algemene regel. ANCIËNNITEIT Minder dan 5 jaar 5 jaar of meer
DUUR OPZEGGINGSTERMIJN 1,5 maand 3 maand
7. HET COLLECTIEVE LUIK De huidige structuur van de paritaire comités weerspiegelt het traditionele onderscheid dat wordt gemaakt tussen arbeiders en bedienden. Paritaire comités werden oorspronkelijk opgericht voor arbeiders (100) of voor bedienden (200). Heden kiest men bij de oprichting van een nieuw paritair comité eerder voor een gemengd paritair comité (300), bevoegd voor de werknemers in het algemeen.
ACLVB stelt het volgende voor Wij wensen te evolueren naar een sectorale overlegstructuur met uitsluitend paritaire comités met gemengde toepassingsgebieden. Een dergelijke reorganisatie van deze sectorale overlegstructuur zal enerzijds het gevolg zijn van een toenadering tussen de arbeiders- en bediendestatuten, maar zal anderzijds voornamelijk ook als katalysator werken voor de harmonisatie.
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
6actualiteit ENKELE AANPASSINGEN AAN DE ACTIVERING VAN HET ZOEKGEDRAG NAAR WERK De minister van Werk heeft een aantal correcties aan de activeringsproceduren van het zoekgedrag naar werk voorgesteld. Een versterkte begeleiding, sneller en gepersonaliseerd, door de gewestelijke werkgelegenheidsdiensten is een stap in de goede richting.
Sabine Slegers : “Een daadwerkelijk tewerkstellingsbeleid gericht op het scheppen en behoud van arbeidsplaatsen is de eerste voorwaarde opdat de activerings- en begeleidingsprocedure functioneert.”
naast zijn begeleidingsfunctie een rol als rapporteur omdat hij aan de RVA zijn oordeel moet overmaken over de manier waarop de werkzoekende aan zijn actieplan heeft voldaan. Dat is een zware verantwoordelijkheid. De ACLVB dringt erop aan dat de geleverde dienst kwalitatief is. De tewerkstellingsconsulenten moeten zich bewust zijn van hun macht en dienen een adequate opleiding te krijgen om over de vereiste vaardigheden te beschikken. Er moeten de nodige budgettaire en menselijke middelen vrijgemaakt worden om dit te bereiken.
H
Het toekennen en het behoud van de werkloosheidsuitkeringen is gekoppeld aan een aantal verplichtingen. Een ervan is het zoeken naar werk. De activeringsprocedure past binnen deze benadering. Het zoeken naar werk wordt aangemoedigd en de werkzoekende wordt daarin bijgestaan. In een periode van crisis moet van deze procedure geen afstand gedaan worden, maar dienen wel aanpassingen te gebeuren. Elke dag verdwijnen banen en het wordt moeilijker om er een te vinden. De ministerraad stemde in met een aantal aanpassingen die voorgesteld werden door minister van Werk Joëlle Milquet.
Een snellere en gepersonaliseerde begeleiding door de gewestelijke werkgelegenheidsdiensten Het eerste contact door de VDAB, Actiris, Forem of ADG zal niet later gebeuren dan de zesde maand (jonger dan 25 jaar). Het Vlaams gewest heeft deze termijn vastgesteld op 1 tot 6 maand, het Brussels gewest op 1 maand en het Waals Gewest op 3 maand. Vanaf 25 jaar en ouder, dient het contact plaats te vinden voor de twaalfde maand. Dit is een belangrijke stap voorwaarts omdat het de actie van de regionale diensten meer samenhangend maakt. Er wordt aan de gewestelijke werkgelegenheidsdiensten een grotere autonomie toegekend. Het inschakelingstraject of contract wordt louter bepaald door de tewerkstellingsconsulent. Het respect voor de vaardigheden van de gewestelijke werkgelegenheidsdiensten werd dus versterkt omdat het zij zijn die het contract opstellen binnen een termijn die zij passend achten in functie van het profiel van de werkzoekende. De regionale diensten geven aan de RVA de acties die in het actieplan of contract voorzien zijn en hoe de geplande acties werden uitgevoerd. Op basis van deze informatie, de gegevens verzameld tijdens het gesprek met de RVA en de gegevens die ze bezit, evalueert de RVA, positief of negatief, de inspanningen van de werkzoekende. Voor acties die passen in het zelfstandig zoeken naar een baan, evalueert de RVA de inspanningen van de werkzoekenden op basis van de bewijzen die voorgelegd werden tijdens het gesprek. Omdat de eventuele sancties van toepassing zijn vanaf het eerste onderhoud met de RVA (na 15 of 21 maanden, met ingang van 2012 na 12 of 18 maanden) moet deze voorwaarde gegarandeerd worden. Anders blijven de werkzoekenden in de onzekerheid. Het is noodzakelijk dat de RVA en de gewestelijke werkgelegenheidsdienst het met elkaar eens worden. De tewerkstellingsconsulent krijgt
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
Specifieke oplossing voor werkzoekenden die het verst van de arbeidsmarkt staan Het gaat hier om de werkzoekenden die ver van de arbeidsmarkt staan omwille van een problematiek van medische, mentale, psychische of psychiatrische aard (MMPP) of omwille van andere redenen en de niet-toeleidbare werkzoekenden. De ACLVB wenst verduidelijking van de minister op een aantal punten. Wij zijn bezorgd over wat er zal gebeuren met deze mensen die ergens naar toegeleid moeten worden en niet uitgesloten kunnen worden van het recht op uitkeringen. Zij mogen niet geparkeerd worden. Net deze mensen hebben nauwere en intensievere begeleiding nodig.
Procedure voor werkzoekenden ouder dan 50 jaar De opvolgingsprocedure ingezet voor de leeftijd van 50 jaar, loopt verder na de leeftijd van 50 jaar. Zij wordt afgesloten na twee positieve evaluaties of een werkhervatting.
Activeren werkgevers De activeringsprocedure is niet de enige zaligmakende oplossing voor het probleem van de werkloosheid. Een daadwerkelijk tewerkstellingsbeleid gericht op het scheppen en behoud van arbeidsplaatsen is de eerste voorwaarde opdat de activerings- en begeleidingsprocedure functioneert. Ook de werkgevers moeten geactiveerd worden. De ACLVB is vragende partij voor een inhoudelijke discussie met de sociale partners waar ze de ervaringen van werkzoekenden zal delen. Sabine SLEGERS
actualiteit
7
Stelsel tijdelijke werkloosheid doeltreffende buffer
RECORDAANTAL PERSONEN GENOOT UITKERING VAN RVA IN 2009 Dat de economische crisis in 2009 een enorme weerslag had op onze arbeidsmarkt, is algemeen bekend. Cijfers in het jongste jaarverslag van de RVA liegen er niet om : vorig jaar waren er zo’n dertigduizend volledig werklozen meer dan het jaar daarvoor. Internationaal beschouwd heeft ons land de crisis nochtans relatief goed kunnen opvangen, met dank aan de crisismaatregelen. Duidelijk is dat de crisis alleen niet verantwoordelijk blijkt voor de uitgavengroei bij de RVA. gezin op acht doet op dit ogenblik een beroep op dienstencheques. Van de dienstencheques wordt gezegd dat het een duur systeem is. Toch is de kost per gecreëerde baan lager dan die van vele andere tewerkstellingsmaatregelen. “Bovendien”, zo benadrukt men bij de RVA, “gaat het om echte, volwaardige jobs met volledige sociale dekking, wat in de meeste andere landen zelden het geval is voor dit soort banen.”
Nooit eerder zoveel uitkeringstrekkers
Z
Zoals in de hele OESO-zone heeft de crisis in ons land een ernstige impact gehad op de arbeidsmarkt. Het aantal uitkeringsgerechtigde volledig werkloze werkzoekenden nam in 2009 toe met gemiddeld 30.275 personen. Vlaanderen bleek daarbij gevoeliger voor de conjunctuur dan Wallonië en Brussel, gewesten waar de werkloosheidsgraad al aanzienlijk hoger was en blijft. Meer dan 30.000 volledig werklozen erbij : dat is veel en te veel, erkent de RVA. Wel is het zo dat zonder de crisismaatregelen de balans er nog negatiever zou uitzien. Zonder het stelsel van de tijdelijke werkloosheid was de toename van de werkloosheid immers twee keer zo groot geweest. Die tijdelijke werkloosheid steeg tussen 2008 en 2009 met 76.128 personen, of een toename met 28.185 voltijds equivalenten, wat zowat overeenkomt met de toename van de volledige werkloosheid. Het stelsel, dat behoorlijk werd verbeterd, is een belangrijke schokdemper gebleken in tijden van crisis en heeft een groot aantal ontslagen verhinderd. Dankzij die maatregelen heeft België internationaal gezien de crisis goed kunnen opvangen. Na Duitsland is België het land van de Europese Unie waar de werkloosheidsgraad het minst is toegenomen tussen het begin van de crisis in september 2008 en december 2009, namelijk met 11 %, tegenover + 29 % voor de eurozone.
Duur, maar te verantwoorden We hoeven ons geen illusies te maken, ook aan de stijging van de tijdelijke werkloosheid is een kostprijs verbonden. De uitgaven voor tijdelijke werkloosheid barstten in 2009 uit hun voegen; ze stegen met 622 miljoen euro. Maar de sociale en financiële kost voor de ondernemingen, voor de werknemers en voor de gemeenschap in haar geheel was dus veel groter geweest zonder deze maatregelen. Voor de uitkeringsgerechtigde volledig werkloze werkzoekenden stegen de uitgaven eveneens aanzienlijk, enerzijds ten gevolge van de stijging van de werkloosheid, anderzijds door de herwaarderingen van de uitkeringen in 2009. Daarnaast is het stelsel van de dienstencheques bijzonder nuttig gebleken in tijden van crisis. Het systeem blijft populair : ondanks de crisis steeg het aantal actieve gebruikers van de cheques in 2009 nog met 14,6 %, het aantal erkende ondernemingen met 17,3 % en het aantal gebruikte cheques met 20,6 %. Een
Het aantal personen dat de RVA vergoedt, was nooit zo hoog als in 2009 : 1.309.930. Dat historisch record is in hoofdzaak te wijten aan de stijging van het aantal uitkeringsgerechtigde volledig werklozen, het aantal tijdelijk werklozen en de toename van het aantal personen in loopbaanonderbreking of tijdskrediet. Vooral het deeltijds tijdskrediet (met name 1/5-tijds) kende een stijging, deels ten gevolge van het crisistijdskrediet dat de regering tijdelijk heeft ingevoerd. Ook het gebruik van het ouderschapsverlof, dat in 2009 eveneens werd uitgebreid door de leeftijd van het kind dat het recht op dit verlof opent, te verhogen van 6 naar 12 jaar, nam toe. In 10 jaar tijd (2000-2009) steeg het aantal personen dat een uitkering ontving van de RVA met 360.000 personen. Die toename is slechts beperkt het gevolg van de volledige werkloosheid in ruime zin. Wel breidden twee andere groepen fel uit : de werknemers ondersteund door de RVA (tijdelijk werklozen, deeltijdse werknemers met inkomens-garantie-uitkering, werklozen in opleiding en werknemers met een geactiveerde werkloosheidsuitkering) en werknemers die hun werktijd aanpassen (deeltijds werkenden, vooral 4/5-tijds). Die tendensen brengen op een positieve manier verandering in de opdrachten van de RVA, in het kader van een actiever werkgelegenheidsbeleid. Al wegen ze natuurlijk zwaar op de uitgaven van de RVA : in 10 jaar tijd namen die uitgaven toe met liefst 3,5 miljard euro. De vraag hoe de sociale zekerheid in de toekomst moet gefinancierd worden, wordt daardoor steeds prangender.
Efficiëntere controles op misbruik In het jaarverslag 2009 valt verder te lezen dat de RVA nog nooit zoveel inbreuken heeft vastgesteld en zoveel onverschuldigde bedragen terugvorderde als in 2009. Wat niet hoeft te betekenen dat de fraude is toegenomen; wel wordt er beter gecontroleerd. De coördinatie tussen de verschillende inspectiediensten en de kruising van de gegevensbanken van de verschillende socialezekerheidsinstanties werpt duidelijk vruchten af. V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
8arbeidsrechtbank Arbeidsongeschiktheid
VERPLICHTINGEN VAN DE WERKNEMER EN CONTROLERECHT VAN DE WERKGEVER Arbeidsongeschiktheid is een wettelijke oorzaak tot schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, voor zover deze ongeschiktheid de werknemer verhindert de overeengekomen arbeid te leveren. Opdat de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst als geoorloofd zou kunnen beschouwd worden, moet de werknemer een aantal verplichtingen vervullen en heeft de werkgever het recht om de arbeidsongeschiktheid te laten controleren door een controlegeneesheer. Daartegenover staat dat de werkgever, wanneer er sprake is van een geoorloofde schorsing, in principe gehouden is een gewaarborgd loon te betalen aan de arbeidsongeschikte werknemer. Verplichtingen van de werknemer a) De werkgever verwittigen De werknemer is wettelijk verplicht de werkgever op de hoogte te brengen van zijn arbeidsongeschiktheid. Deze verwittiging dient onmiddellijk te gebeuren, bij het begin van de arbeidsdag. Onmiddellijk betekent dat de werknemer dient te verwittigen van zodra hij kan. In bepaalde arbeidsreglementen is zelfs uitdrukkelijk voorzien op welk tijdstip de werknemer dient te verwittigen. In geval van discussie dient de werknemer te kunnen bewijzen dat hij de werkgever tijdig heeft verwittigd. De vorm van verwittigen is niet bij wet bepaald maar vereist is wel dat de werkgever duidelijk op de hoogte moet gesteld worden van het feit dat de werknemer door ziekte zal afwezig zijn. Men kan derhalve zowel telefonisch, per fax, per mail als per brief verwittigen. Het louter toesturen van een uitsluitend in het Turks opgesteld geschrift, laat de werkgever evenwel niet toe zich te vergewissen van de inhoud van de boodschap en wordt derhalve geacht niet te volstaan als geldige verwittiging (Arbeidsrechtbank Gent, 6 september 1999). De wet spreekt zich niet uit over een sanctie voor het geval de werknemer niet of niet tijdig verwittigde. Veelal staat hieromtrent een bepaling in een cao of in het arbeidsreglement waarin is voorzien dat het niet naleven van de verwittigingsplicht gesanctioneerd wordt met het verlies van het recht op gewaarborgd loon. Doch ook wanneer er geen dergelijke bepaling in het arbeidsreglement is opgenomen wordt dezelfde sanctie aanvaard. Wel wordt aangenomen dat de sanctie beperkt dient te blijven tot het verlies van gewaarborgd loon voor de periode die de verwittiging voorafgaat en dus niet automatisch voor de volledige ziekteperiode. In het arbeidsreglement kunnen desgevallend ook nog andere sancties ingebouwd zijn. Wanneer het niet of niet tijdig verwittigen te wijten is aan overmacht (bv. plotse hospitalisatie, coma, alleenstaande zonder telefoon) zal er aan de werknemer geen sanctie kunnen worden opgelegd. De werknemer dient in geval van discussie het bewijs te leveren van de overmachtsituatie. b) Indienen van een medisch attest De Arbeidsovereenkomst zelf voorziet niet in de verplichting tot het voorleggen van een medisch attest. De werknemer moet slechts een geneeskundig getuigschrift afleveren indien het arbeidsreglement dit voorschrijft, een cao dit bepaald heeft of, bij ontstentenis daarvan, op verzoek van de werkgever. Is er derhalve niets bepaald in het arbeidsreglement of de cao’s, dan is de werkgever in principe verplicht om bij elke afwezigheid uitdrukkelijk een medisch attest te vragen. De wet bepaalt uitdrukkelijk wat een geneeskundig getuigschrift dient te omvatten : de reden van de arbeidsongeschiktheid, de waarschijnlijke duur van de arbeidsongeschiktheid en of de werknemer zich met het oog op de controle door een controlearts al dan niet buitenshuis mag begeven. Daarnaast dient het V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
medisch attest uiteraard ook de identiteit van de betrokken werknemer en van de arts, tandarts of vroedvrouw die het getuigschrift heeft opgesteld en de datum waarop het attest werd opgemaakt te bevatten. De werknemer moet het medisch attest afgeven aan de onderneming of verzenden naar de werkgever binnen de 2 werkdagen te rekenen vanaf de dag van de ongeschiktheid of de dag van ontvangst van het verzoek van de werkgever. Deze termijn kan verlengd worden bij cao of in het arbeidsreglement. In geval van verzending per post geldt de datum op de poststempel. Wordt het attest laattijdig overgemaakt, dan kan aan de werknemer het gewaarborgd loon worden ontzegd voor de dagen ongeschiktheid die de dag van afgifte of verzending van het attest voorafgaan. Dit alles geldt opnieuw alleen tenzij overmacht het onmogelijk maakt de vooropgestelde termijn na te leven. Zo kan een werknemer die vrijgezel is en in ernstige toestand werd opgenomen in het ziekenhuis, niet aangewreven worden dat hij het medisch getuigschrift niet binnen de gestelde termijn heeft ingediend, wanneer uit de feiten blijkt dat hij gedurende verscheidene dagen in de absolute onmogelijkheid was om zich aan zijn verplichtingen te houden (Arbeidshof Luik, 14 november 1983). Onder werkdag wordt verstaan, elke dag van de week met uitzondering van zon- of feestdagen, zonder dat effectief rekening wordt gehouden met de concrete situatie in de onderneming of met de arbeidsregeling van de betrokken werknemer. Hoe het attest moet worden overgemaakt, is niet voorzien. De wet verplicht de werknemer niet het medisch attest aangetekend te versturen. Dergelijke verplichting kan dan ook niet rechtsgeldig worden opgenomen in een arbeidsreglement (Arbeidshof Brussel, 13 december 1988). Het Arbeidshof van Brussel oordeelde bovendien dat het origineel attest niet moet opgestuurd worden, zodat ook een verzending per fax geldig is (Arbeidshof Brussel, 6 december 2004).
Controlerecht van de werkgever en controleweigering De werkgever heeft het recht de arbeidsongeschiktheid te laten controleren gedurende de volledige periode van de arbeidsongeschiktheid, dus van zodra de werknemer zich op zijn arbeidsongeschiktheid beroept en ook buiten de periode van het gewaarborgd loon (Hof van Cassatie, 17 januari 1973; Arbeidshof Gent, 10 april 1996). De werkgever is in principe volledig vrij in de keuze van de controlegeneesheer. De controlegeneesheer dient evenwel minstens 5 jaar ervaring te hebben als huisarts of in een vergelijkbare praktijk. Bij elke opdracht moet de controlegeneesheer een verklaring van onafhankelijkheid ondertekenen. De kosten die verbonden zijn aan het controlerecht vallen volledig ten laste van de werkgever. De controle kan zowel bij de werknemer thuis als op het kabinet van de controlearts plaatsvinden. Indien het medisch attest bepaalt dat het verlaten van de woonst
arbeidsrechtbank
Marleen VANDERSTRAETEN
Voorkomen is beter dan genezen. In de bedrijfswereld geldt dat evenzeer. Zoals bij een medische check-up moeten we zonder oogkleppen alle facetten van het bedrijfsbeleid kritisch evalueren. Dan kunnen er preventieve maatregelen worden genomen en Loopt er wordt econoie ts fo u t misch onheil ver- in m ijn be dr ijf ? meden. Preventief bedrijfsbeleid heet dat. In de nieuwe folder “Loopt er iets fout in mijn bedrijf” verneem je wat je als werknee www.aclvb.b mer kan doen als jebe merkt dat het de verkeerde richting uitgaat met je bedrijf en hoe preventief bedrijfsbeleid in zijn werk gaat. Vraag de folder gratis in je secretariaat !
V R I J U I T / A P R I L
2010/03
Het gebeurt dat een werkgever iemand ontslaat om dringende redenen bij ontstentenis van een tijdige verwittiging of bij het niet afleveren van een medisch attest. De rechtspraak staat hier evenwel afkerig tegenover. In de meerderheid van de gevallen wordt niet aanvaard dat het niet naleven van deze verplichtingen een zware tekortkoming uitmaakt die iedere professionele samenwerking onmiddellijk en definitief onmogelijk maakt. De praktijk leert dat de arbeidsgerechten een dergelijke tekortkoming pas kwalificeren als een dringende reden indien ze herhaaldelijk voorkomt of indien ze gepaard gaat met bijzondere begeleidende omstandigheden. Ook het feit op zich dat de werknemer zich onttrekt aan de controle door een controlegeneesheer is onvoldoende om hem te kunnen ontslaan om dringende reden (Arbeidshof Antwerpen, 9 oktober 1978; Arbeidsrechtbank Charleroi, 23 december 1991). Indien de werkgever de werknemer evenwel meermaals heeft opgeroepen om aan de controle deel te nemen, doch de werknemer telkens weigert hieraan gevolg te geven en dit bij vorige arbeidsongeschiktheden ook steeds het geval was, werd dit wel aanvaard als een voldoende zwaarwichtige tekortkoming om de arbeidsovereenkomst onmiddellijk en zonder enige vergoeding te beëindigen (Arbeidshof Bergen, 15 januari 1996).
LOOPT ER IETS FOUT IN JE BEDRIJF ?
– 1070 Brussel.
Niet naleven van de verplichtingen of controleweigering : dringende reden ?
Nieuwe folder
Poincarélaan 72-74
van Cassatie, 25 november 1970; Arbeidshof Antwerpen, 16 oktober 1986). Uit het feit dat de werknemer zich niet aanbiedt voor een controle kan niet afgeleid worden dat hij de wil heeft de arbeidsovereenkomst te beëindigen.
V.U.: Hugo Engelen,
niet toegelaten is, dient de controle verplicht thuis te gebeuren. De controle kan plaatsvinden zowel op gewone werkdagen als op zon- of feestdagen en op andere inactiviteitsdagen. De controlearts gaat na of de betrokken werknemer arbeidsongeschikt is en spreekt zich uit over de vermoedelijke duur van de arbeidsongeschiktheid. Alle andere vaststellingen, voor zover het elementen van medische aard betreft, vallen onder het medisch beroepsgeheim en mogen derhalve niet worden meegedeeld. Dit geldt niet voor feitelijke vaststellingen. Het feit dat een werknemer bij aankomst op zijn dak aan het werken was, kan bijvoorbeeld wel worden meegedeeld aan de werkgever (Arbeidshof Antwerpen, 21 december 1999). Indien de controlearts tot de vaststelling komt dat de betrokken werknemer niet of niet langer arbeidsongeschikt is, kan hem het recht op gewaarborgd loon ontzegd worden. Dit kan evenwel pas vanaf de datum van het eerste controleonderzoek en niet vroeger. De werknemer is verplicht zich aan de medische controle te onderwerpen. Hij dient daartoe alle nodige maatregelen te nemen (Arbeidshof Bergen, 15 januari 1996). Dit betekent onder andere dat hij zijn verblijfplaats kenbaar moet maken, dat hij op regelmatige tijdstippen zijn brievenbus dient te controleren en dat hij de controlearts dient binnen te laten en ervoor moet zorgen dat deze hem ook effectief kan onderzoeken. Gebeurt zulks niet, dan is er sprake van een controleweigering. De bewijslast hiervoor rust op de werkgever. Dit is een feitenkwestie die in geval van betwisting overgelaten wordt aan de appreciatie van de arbeidsgerechten. Controleweigering leidt tot het verlies van gewaarborgd loon en dit voor de volledige periode van arbeidsongeschiktheid, van bij de aanvang ervan (Hof
9
2 0 1 0
10 d o s s i e r
TUSSENKOMST VAN DE WERKGEVER IN HET WOON-WERKVERKEER De nieuwe bedragen van werkgeverstussenkomst in de kosten voor verplaatsingen tussen de woning en de werkplaats zijn forfaitaire bedragen die waren vastgelegd voor 2 jaar (1 februari 2009 tot 31 januari 2011) zonder dat ze geïndexeerd worden. Het interprofessioneel akkoord 2009/2010 had de tussenkomst van de werkgever in het NMBS-abonnement opgetrokken tot gemiddeld 75 %.
D
De werkgever is verplicht tussen te komen in de kosten die u maakt voor uw verplaatsingen van en naar het werk. Het woon-werkverkeer slaat op de verplaatsingen die u doet tussen uw woonplaats en uw werkplaats. Het traject tussen verschillende werkplaatsen valt hierbuiten. De regels kunnen soms verschillen per sector, beroep, statuut of frequentie van de verplaatsingen.
Daarenboven kennen bepaalde sectoren ook een vergoeding voor de verplaatsingskosten toe indien een privé-transportmiddel wordt gebruikt.
Openbaar vervoer Momenteel hebben arbeiders en bedienden met een abonnement of een verklaring waaruit het regelmatig gebruik van het openbaar vervoer blijkt, recht op een financiële tegemoetkoming van hun werkgever.
Weg naar het werk Voor bepaalde beroepen is het moeilijk te bepalen wat nu de exacte werkplaats is, bijvoorbeeld voor bejaardenhelpers of leraars die op verschillende plaatsen lesgeven … De wet voorziet dat het moet gaan om een vaste werkplaats. In het geval van bejaardenhelpers die patiënten thuis verzorgen, is er dan ook geen sprake van woon-werkverkeer. De bouwsector kent een apart regime. Werven worden immers wel beschouwd als een vaste werkplaats, waardoor het traject tussen woonplaats en werf beschouwd wordt als werktraject. Dit is echter de uitzondering die de regel bevestigt. Indien u gebruikmaakt van het openbaar vervoer (trein, tram, bus, metro), dan is uw werkgever ertoe gehouden om tussen te komen in de verplaatsingskosten.
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
Het bedrag hangt af van het aantal kilometer dat wordt afgelegd en van het type van openbaar vervoer : trein, tram, metro, bus of een combinatie ervan. In de tabel elders in dit dossier geven we een aanduiding van de verplichte tegemoetkoming van de werkgever. Die is echter vrij om daarbovenop nog een bijkomende tegemoetkoming te doen.
Trein De tussenkomst van de werkgever in de prijs van het vervoerbewijs wordt berekend op basis van een rooster met forfaitaire bedragen. We refereren hier niet meer naar de tabellen die opgemaakt worden door de NMBS omdat het gaat over een toepassing van het interprofessioneel akkoord en de forfaitaire bedragen die het bevat.
dossier
WERKGEVERSTUSSENKOMST IN DE KOST VAN EEN TREINABONNEMENT (MAXIMUM 75 %) WEEKMAANDTREINKAART TREINKAART TREINKAART TREINKAART TREINKAART 3 MAANDEN VOOR 1 JAAR DEELTIJDSEN KM EUR EUR EUR EUR EUR Afstand Wekelijkse Maandelijkse 3-maandelijkse Jaarlijkse tussenkomst tussenkomst tussenkomst tussenkomst Tussenkomst van de van de van de van de van de werkgever werkgever werkgever werkgever werkgever 1 5,50 18,30 52,00 185,00 2 6,10 20,50 57,00 204,00 3 6,70 22,30 62,00 224,00 7,40 4 7,30 24,40 68,00 243,00 8,60 5 7,90 26,00 74,00 264,00 9,50 6 8,40 28,00 78,00 280,00 10,30 7 8,90 30,00 83,00 297,00 11,00 8 9,40 31,00 88,00 314,00 11,60 9 9,90 33,00 93,00 331,00 12,10 10 10,40 35,00 98,00 348,00 12,60 11 11,00 37,00 103,00 366,00 13,10 12 11,50 38,50 108,00 383,00 13,60 13 12,10 40,00 113,00 402,00 14,20 14 12,60 42,00 118,00 420,00 14,60 15 13,10 43,50 122,00 436,00 15,00 16 13,60 45,00 127,00 455,00 15,50 17 14,10 47,50 132,00 472,00 15,90 18 14,60 49,00 137,00 489,00 16,40 19 15,30 51,00 142,00 507,00 16,90 20 15,80 53,00 147,00 524,00 17,30 21 16,30 54,00 152,00 542,00 17,70 22 16,80 56,00 157,00 560,00 18,20 23 17,40 58,00 162,00 579,00 18,70 24 17,90 59,00 167,00 596,00 19,10 25 18,40 62,00 172,00 614,00 19,50 26 19,10 63,00 177,00 632,00 20,20 27 19,50 65,00 182,00 650,00 20,60 28 19,90 67,00 187,00 667,00 21,00 29 20,60 68,00 191,00 684,00 21,30 30 21,00 70,00 197,00 701,00 21,70 31 - 33 21,80 73,00 206,00 733,00 22,60 34 - 36 23,30 78,00 218,00 776,00 24,10 37 - 39 24,40 82,00 229,00 818,00 25,00 40 - 42 26,00 87,00 244,00 871,00 27,00 43 - 45 27,50 91,00 256,00 914,00 28,00 46 - 48 29,00 96,00 268,00 957,00 29,00 49 - 51 30,00 101,00 282,00 1008,00 31,00 52 - 54 31,50 104,00 291,00 1039,00 32,00 55 - 57 32,00 107,00 299,00 1070,00 33,00 58 - 60 33,50 111,00 310,00 1108,00 34,50 61 - 65 34,50 115,00 322,00 1149,00 36,00 66 - 70 36,00 120,00 336,00 1201,00 38,00 71 - 75 38,00 126,00 354,00 1265,00 40,50 76 - 80 40,00 132,00 368,00 1317,00 42,00 81 - 85 41,50 137,00 383,00 1369,00 44,50 86 - 90 43,00 143,00 400,00 1429,00 46,00 91 - 95 44,50 148,00 415,00 1481,00 47,50 96 - 100 46,00 153,00 430,00 1534,00 50,00 101 - 105 48,00 160,00 447,00 1597,00 52,00 106 - 110 49,50 165,00 462,00 1650,00 53,00 111 - 115 51,00 171,00 477,00 1703,00 55,00 116 - 120 53,00 177,00 493,00 1763,00 57,00 121 - 125 54,00 181,00 509,00 1816,00 59,00 126 - 130 56,00 187,00 524,00 1869,00 61,00 131 - 135 58,00 192,00 538,00 1922,00 62,00 136 - 140 59,00 198,00 553,00 1975,00 63,00 141 - 145 61,00 203,00 568,00 2028,00 65,00 146 - 150 63,00 211,00 592,00 2114,00 67,00 151 - 155 64,00 214,00 601,00 2146,00 156 - 160 66,00 220,00 615,00 2199,00 161 - 165 67,00 225,00 631,00 2252,00 166 - 170 69,00 231,00 646,00 2306,00 171 - 175 71,00 236,00 661,00 2359,00 176 - 180 73,00 242,00 676,00 2412,00 181 - 185 74,00 246,00 691,00 2466,00 186 - 190 76,00 253,00 708,00 2529,00 191 - 195 78,00 258,00 723,00 2583,00 196 - 200 79,00 264,00 738,00 2637,00 -
11
De tabel hiernaast is toch gebaseerd op de berekeningen van de NMBS, die zelf refereert naar de maximale tussenkomst van 75 %, omgezet in forfaitaire bedragen geldig voor twee jaar (zonder indexering).
Werkgeverstussenkomst in de prijs van het treinabonnement (maximum 75 %) In bepaalde sectoren werd de werkgeverstussenkomst verhoogd. Bijvoorbeeld : PC 314 : kappersbedrijf en schoonheidszorgen : 80 % PC 129 : voortbrenging van papierpap, papier en karton : 80 % van het abonnement PC 117 en 211 : petroleumnijverheid en-handel : 100 % van het abonnement PC 330 : gezondheidsinrichtingen en-diensten : 100 %
Bus-tram-metro Om recht te hebben op een werkgeversbijdrage in de prijs van uw abonnement, moet de afstand tussen de vertrek- en eindhalte minstens 5 kilometer bedragen (sommige sectoren wijken af van die voorwaarde). Wanneer de prijs van het vervoer in verhouding tot de afstand staat, wordt de tussenkomst van de werkgever in de prijs voor het vervoerbewijs berekend op basis van de tabellen met forfaitaire bedragen zonder dat dit de 75 % van de reële kost van het vervoer mag overschrijden. Is de prijs daarentegen een eenheidsprijs - ongeacht de afstand - dan wordt de tussenkomst van de werkgever forfaitair vastgesteld en bedraagt ze 71,8 % van de effectief door de werknemer betaalde prijs. Dit zonder het bedrag van de werkgeverstussenkomst voor een afstand van 7 kilometer te overschrijden. Voor de periode 2009-2010 komt die neer op een forfaitair bedrag van € 8,90 per week of € 30 per maand. Gecombineerd gemeenschappelijk openbaar vervoer Indien u gebruik maakt van een combinatie van de trein en een of meer andere middelen van openbaar vervoer en u heeft slechts één vervoerbewijs voor de volledige afstand zonder dat in dit vervoerbewijs een onderscheid wordt gemaakt per gemeenschappelijk openbaarvervoermiddel, dan wordt de bijdrage van de werkgever berekend op basis van de tabellen met de forfaitaire bedragen.
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
12 d o s s i e r Worden er verschillende vervoerbewijzen afgeleverd, dan wordt de bijdrage van de werkgever als volgt berekend : de totale tussenkomst door de werkgever zal gelijk zijn aan de som van alle tussenkomsten van de werkgever over het geheel van de afgelegde afstand.
Individuele vervoermiddelen
Green Tax Shift
ACLVB HOOPT OP JOBS Bernard Clerfayt, staatssecretaris voor Milieufiscaliteit, is begonnen aan een reeks ontmoetingen met diverse stakeholders en sociale partners om te komen tot concrete voorstellen over het opstarten van een verschuiving van fiscaliteit op arbeid naar fiscaliteit op energie. De staatssecretaris had op 1 april een onderhoud met de ACLVB. De bijeenkomst vond plaats in een constructieve sfeer. De vertegenwoordigers van de Liberale Vakbond waren vooral geïnteresseerd in de voorstellen die tot doel hebben het gedrag van individuen en bedrijven op milieuvlak meer verantwoord te maken. Naar aanleiding hiervan hebben we er op gewezen dat dit voor hen een zeer belangrijk thema is waar we onze leden al regelmatig rond sensibiliseren. De ACLVB denkt dat dit plan, dat fiscaal neutraal beoogt te zijn, het mogelijk moet maken om nieuwe banen te scheppen, vooral dan ten gunste van laagopgeleiden. Nationaal Secretaris Bernard Noël heeft meer informatie gevraagd opdat onze studiedienst het effect van deze maatregel op de werkgelegenheid zou kunnen beoordelen. De ACLVB vreest echter dat dit breed opgezet plan veel andere domeinen niet aansnijdt, wat de uitkomst zou kunnen afremmen. Bernard Clerfayt heeft beloofd om rekening te houden met de gemaakte opmerkingen. Het doel van de Green Tax Shift is het versterken van het concurrentievermogen van de Belgische economie, het creëren van werkgelegenheid, gezinnen en bedrijven te begeleiden om minder energie te verbruiken en te strijden tegen de klimaatsveranderingen.
V R I J U I T / A P R I L
We hebben nu de regels gezien voor verplaatsingen met het openbaar vervoer. Maar hoe zit het indien u de wagen, de moto of de fiets gebruikt om naar het werk te gaan ? Hebt u dan recht op een tussenkomst van de werkgever ? Dat is afhankelijk van de situatie. De tussenkomst moet voorzien zijn in een collectieve of individuele overeenkomst. En die verschillen sterk. Er is echter geen enkele verplichting. Contacteer uw bestendig secretaris of verantwoordelijke syndicale ondersteuning indien u wil weten of uw bedrijf of sector in een dergelijke tussenkomst voorziet. Hetzelfde geldt voor diegenen die slechts sporadisch gebruikmaken van het openbaar vervoer. Stel dat u recht heeft op een tussenkomst, hoe groot is die tussenkomst dan ? Ook hier : dat hangt af van geval tot geval. Er bestaat geen algemene minimumvergoeding. Vaak wordt rekening gehouden met de afstand tussen de woonplaats en het werk en de barema’s die door de werkgever worden gehanteerd bij tussenkomst in het treinabonnement. In andere gevallen baseert men zich op de tarieven die van toepassing zijn bij ambtenaren. Tot slot : moeten er sociale bijdragen betaald worden op de tussenkomst door de werkgever ? In principe niet, tenminste voor zover de tussenkomst van de werkgever niet als buitensporig hoog wordt beoordeeld. In dat laatste geval loopt u het risico dat de tussenkomst wordt beschouwd als een verdoken vorm van verloning die onderhevig is aan de afhouding van sociale bijdragen.
VERPLAATSINGEN VOOR HET WERK Na de regels met betrekking tot het woon-werkverkeer onder de loep te hebben genomen, richten we onze aandacht op de verplaatsingen die door de werknemer voor rekening van de werkgever gedaan worden met zijn privé-voertuig. De kilometervergoeding die u ontvangt voor het gebruik van uw voertuig voor professionele doeleinden, wordt doorgaans niet beschouwd als voordeel van alle aard. Het wordt gezien als een beroepskost die door de werkgever wordt terugbetaald. Daardoor worden deze vergoedingen niet onderworpen aan socialezekerheidsbijdragen en vormen ze geen
2 0 1 0
belastbaar beroepsinkomen. Tenzij het natuurlijk gaat om buitensporige bedragen die kunnen beschouwd worden als verdoken loon. Om in aanmerking te komen als werkelijke beroepskost, moet niet alleen de echtheid, maar ook het bedrag en het professioneel karakter ervan worden gerechtvaardigd. De vergoeding moet ofwel overeenstemmen met de werkelijk gemaakte kosten, ofwel is het een forfaitair bedrag dat vastgelegd is bij overeenkomst, ofwel een bedrag gebaseerd op het tarief dat de Staat toekent aan zijn personeel. Dat is momenteel bepaald op € 0,2841 per kilometer ongeacht de fiscale PK van de wagen.
En de belastingen ? De werkgeverstussenkomst in de verplaatsingsonkosten voor het woon-werkverkeer is in principe belastbaar. U kunt het bedrag van de tussenkomst trouwens terugvinden op de fiscale fiche 281.10. In bepaalde gevallen bestaat er evenwel een gedeeltelijke of gehele vrijstelling. Indien u zich met de wagen verplaatst, geniet u van een niet-belastbaar bedrag van 350 euro (aanslagjaar 2010), voor zover u niet uw werkelijke kosten aangeeft. Indien u zich verplaatst met het openbaar vervoer, is de werkgeverstussenkomst in zijn geheel vrijgesteld, voor zover die de kosten gemaakt door de werknemer niet overschrijdt. Heeft u een abonnement, dan zal u overigens een attest van de openbaarvervoermaatschappij ontvangen om bij uw belastingaangifte te voegen, indien de werkgever het bedrag van de gedragen kost door de werknemer niet kent of indien er meer betaald is door de werkgever dan het bedrag van de kost. Indien u gebruikmaakt van gemeenschappelijk vervoer georganiseerd door de werkgever, dan is de tussenkomst vrijgesteld van belastingen voor een maximumbedrag gelijk aan de prijs voor een abonnement in eerste klas voor een zelfde afstand. Combineert u verschillende vervoermiddelen, dan moet de vrijstelling van de werkgeverstussenkomst gebaseerd worden per transportmiddel. Indien u zich met de wagen naar het werk begeeft, kan het (bij een vaste werkplaats) interessant zijn om uw werkelijke kosten aan te geven. Concreet kan u € 0,15 per kilometer woon-werkverkeer, vermenigvuldigd met het aantal werkdagen per jaar aftrekken. De kosten aan uw voertuig moeten niet bewezen worden, wel het effectief gebruik van de wagen en de afgelegde kilometers. Indien u geen vaste werkplaats heeft, kunnen de werkelijke autokosten afgetrokken worden. Maar zelfs in dat geval zijn er beperkingen voor beroepsmatige autokosten tot 75 %, met uitzondering van kosten voor brandstof, financiering en mobilofoon, die voor 100 % aftrekbaar zijn. Voor de andere vervoermiddelen (te voet, per brommer, moto, …) kan u eveneens € 0,15 per kilometer aanrekenen (voor de fiets € 0,20 per kilometer), maar slechts voor maximum 100 kilometer enkele reis. Als u kan bewijzen dat de werkelijke kosten verbonden aan andere vervoermiddelen dan de auto hoger liggen, kunnen die hogere kosten (bv. voor moto, trein 1ste klas) worden ingebracht. Dit systeem is eveneens van toepassing bij carpooling. In dat geval kan elk van de meerijdenden de kost inbrengen; de passagiers kunnen eveneens de aftrek van € 0,15/km ingeven, maar wel beperkt tot 100 km enkel en per dag. Deze regel geldt ook voor echtgenoten of kinderen die meerijden.
bedrijvig
13
Eindelijk in de Syndicale Delegatie
ZEGE VOOR ACLVB-KERN BIJ CAPSUGEL Ze hebben een hele odyssee achter de rug, de ACLVB-militanten bij Capsugel in Bornem. Maar hun volgehouden inspanning heeft zin gehad : eindelijk zetelt de Liberale Vakbond mee in de Syndicale Delegatie van het bedrijf. Recht is geschied.
G
Gelatinecapsules, het is nog eens iets anders. Capsugel – dat behoort tot Pfizer – mag zich wereldwijd marktleider noemen in de branche. De fabriek in Bornem, waar medicijncapsules van harde gelatine worden vervaardigd, is de belangrijkste Capsugel-vestiging in Europa. Vanuit Bornem worden de capsules over heel Europa, het MiddenOosten en Afrika verdeeld. Zo’n kleine 500 werknemers staan daar garant voor. Op het moment dat we ACLVB-afgevaardigden Jurgen De Graef en Davy De Decker en militant Erwin Hilegems ontmoeten, blikken ze terug op een bewogen periode. “Hoever gaan we terug in de tijd ?”, vragen ze schertsend voor ze aan het relaas van hun wedervaren beginnen. “Bij de sociale verkiezingen van 2000 hadden we met ACLVB voor de eerste keer mandaten, in de Ondernemingsraad en in het Comité voor Preventie en Bescherming”, steekt Davy De Decker van wal. “We waren toen nog met niet veel leden, ik herinner me dat ik in 1999 zelf het 9de ACLVB-lid was hier bij Capsugel. We hadden op dat ogenblik meer stemmen dan leden, waaruit we konden afleiden dat er veel mensen voor verandering hebben gestemd.” Een mandaat in de Syndicale Delegatie zat er niet in, zo bleek. Bestendig Secretaris Ans Peterse verwijst ter verklaring naar het systeem dat in de scheikunde-sector gebruikt wordt : voor de verdeling van de mandaten in de Syndicale Delegatie hanteert men “den boek”, waarop dan het systeem D’hondt wordt toegepast. “Den boek”, zoals men in de streek zegt, omvat de registratie van het aantal syndicale premies dat per vakbond in een bedrijf werd uitbetaald, en is dus min of meer een weergave van het aantal leden van een vakbond per bedrijf. Alleen … loopt dat boek 2 jaar achter in de tijd, het verstrekt cijfers
DE ENE CAPSULE IS DE ANDERE NIET Davy, Erwin en Jurgen werken in dezelfde ploeg. De fabriek draait 7 dagen op 7, per 24 uur worden meer dan 154 miljoen gelatinecapsules geproduceerd. Al die capsules hebben hun eigen kleur. Wist u dat medicijnen niet lukraak in een kleur van capsule op de markt komen, maar dat daaromtrent modaliteiten gelden ? Generische geneesmiddelen volgen trouwens hetzelfde kleur als het merkproduct. Kleurencontrole is een zeer specifieke taak, die niet voor iedereen weggelegd is. Het menselijk oog is immers geen perfect meetinstrument. Jurgen De Graef, die bij Capsugel de kleur van de capsules controleert, heeft dan ook de Munsell-test, die kleurinzicht nagaat, moeten afleggen.
op basis van de premies die 2 jaar geleden werden uitgekeerd. Waardoor ACLVB na de verkiezingen van 2000 nog niet onmiddellijk recht kon hebben op een mandaat in de Syndicale Delegatie ...
Op en af De bal ging aan het rollen in 2003. Davy De Decker had met goedkeuring van de werkgever en de syndicaal afgevaardigden van de andere vakbonden verkregen dat ACLVB in de Syndicale Delegatie mocht zetelen. Van april tot augustus, langer kon Davy er zijn engagement niet waarnemen. Want in september was het alweer afgelopen, nadat de werkgever een brief had ontvangen van een vakbondsecretaris, die zwaaide met den boek om te verhinderen dat ACLVB nog langer inspraak had in de Syndicale Delegatie. Dat was buiten de reactie van de werknemers gerekend. Als protest tegen die gang van zaken stapten er massaal leden op bij de andere vakbonden en verzesvoudigde het ledenaantal van ACLVB bij Capsugel zowat ! Op naar de verkiezingen van 2004 dan. “Qua stemmen is ACLVB er toen op vooruitgegaan en ook ons mandaat in de Ondernemingsraad en het Comité hebben we kunnen behouden”, vertelt Erwin Hilegems. Maar nog was een mandaat in de Syndicale Delegatie niet voor de ACLVB’ers weggelegd, ondanks het gegeven dat er tussen 2002 en 2004 een groot ledenverloop was geweest ten voordele van ACLVB. “Het kwam zelfs tot een juridische verzoening. Maar de uitspraak klonk dat als referentie den boek van 2002 gold en ACLVB op basis daarvan niet aan het nodige aantal leden kwam voor een mandaat in de SD.”
Oplossing De sociale verkiezingen van 2008 dan maar. ACLVB behield het mandaat in de OR en greep op 1 of 2 stemmen na naast het mandaat in het CPBW. “Anderzijds waren we er nu wel van overtuigd dat we volgens den boek over voldoende stemmen beschikten voor een mandaat in de SD”, aldus Jurgen De Graef. Zo eenvoudig mocht het niet zijn. Om een lang verhaal kort te maken : een bijkomend mandaat kon wel volgens de collega’s van de andere vakbonden, zolang ACLVB maar geen van de bestaande mandaten inpikte. Ettelijke vergaderingen, verschillende
Van links naar rechts : Jurgen De Graef, Erwin Hilegems, Davy De Decker en Ans Peterse. Met de toetreding van ACLVB tot de Syndicale Delegatie bij Capsugel tekenden ze voor een lokale primeur. Nu nog de ACLVB’ers in de andere bedrijven aan de Rijksweg !
bemiddelings- en verzoeningspogingen draaiden telkens op niets uit. Ondertussen bleven tal van punten die door de SD moesten behandeld worden, gewoon liggen. Uiteindelijk kwam de werkgever met een voorstel dat de 3 plaatselijke vakbondsvertegenwoordigers ondertekenden : elke vakbond kreeg een effectief mandaat extra (bij de plaatsvervangers bleef de gewone mandatenverdeling gelden). De werkgever eiste er wel bij dat tegen de sociale verkiezingen van 2012 de vakbonden op voorhand een akkoord dienden te hebben over de verdeling. De clausule die de ACLVB eraan toevoegde en die stelde dat het ledenaantal van het moment van de verkiezingen zelf bepalend zou zijn voor de verdeling, werd door de 2 andere plaatselijke vakbondsfracties ondertekend.
Eindelijk ! Nog was de kous niet af. Eén vakbondssecretaris ging tegen zijn eigen mensen in en verklaarde zich niet akkoord met de clausule van ACLVB. Terug naar af dus. Uiteindelijk werd op 10 maart 2010 het akkoord getekend. Beslist werd uiteindelijk dat de invulling van de Syndicale Delegatie in 2012 op basis van verkiezingen zal gebeuren. “Den boek waarmee ABVV zich destijds sterk maakte, blijkt nu plots van geen tel meer te zijn”, merken de ACLVB’ers op. Met de ondertekening van het akkoord op 10 maart kan de ACLVB-ploeg eindelijk vooruit kijken. Jurgen De Graef neemt het mandaat in de Syndicale Delegatie waar, Davy De Decker zetelt in de Ondernemingsraad. Samen met de militanten Erwin Hilegems, Serge Van Genechten, David De Gruyter, Giovanni Horemans, David Kerremans en Dirk De Rijbel hebben ze hard geknokt. Maandenlang hielden ze de moed erin. “We hebben elkaar erdoor getrokken”. Ans Peterse is vol vertrouwen en energie om er met deze ploeg tegenaan te gaan. “Ik ben best fier op ze. Ze hebben bewezen dat ze gaan voor hun idealen, ze geven niet op !” Ze hebben alvast voor een primeur in de streek gezorgd : Capsugel is het eerste bedrijf op de hele Rijksweg waar ACLVB in de Syndicale Delegatie zetelt. Nu de andere firma’s op de Rijksweg nog ! V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
14 b e d r i j v i g AFVLOEIINGEN BIJ CHEMIEBEDRIJF MONSANTO IN DE ANTWERPSE HAVEN 58 KADERLEDEN EN 5 BAREMIEKE BEDIENDEN VERLIEZEN HUN JOB Monsanto produceert onder meer onkruidverdelgers. Er werken in Antwerpen circa 945 mensen. In de helft van vorig jaar raakte bekend dat een aantal functies naar de Zwitserse hoofdzetel in Morges moesten verhuizen. De directie was bereid om over een sociaal plan te onderhandelen. Daar wij binnen Monsanto als ACLVB-fractie bedienden/kaders de grootste fractie zijn, werd de bal tijdens de onderhandelingen meermaals naar onze ploeg gespeeld door de collega’s.
We mogen zeggen dat we dit met glans doorstaan hebben, en dat er meer dan een goed sociaal plan is bereikt. Bijkomend zouden van de 63 ontslagen er 10 kunnen worden opgevangen door een tranfer naar Zwitserland. Het sociaal plan omvat volgende elementen : 3 Een verbeterde schaal-Claeys. 3 Een vertrekpremie van € 600 per jaar anciënniteit met een min. van € 1.800 3 Een uitgebreid outplacement aanbod.
3 Voor de mensen die getransfereerd worden naar Morges, ontslagbescherming en een relocatievergoeding. 3 Pensioenplan : de periode gedekt door de verbrekingsvergoeding wordt meegerekend in de dienstjaren. 3 Herscholing Deze elementen werden gerealiseerd dankzij onze afgevaardigden Stephen Sophie, Guy Thijs, Dirk Swinnen, Guy Bossers, alsook Bestendig Secretaris Olivier Coenen. EH
WAARDENVERVOER
EEN STIEL MET TWEE STATUTEN
A
Waardentransporteur, een job met twee verschillende statuten : bediende bij Brink's en arbeider bij Group 4. Een algemene harmonisering zou het probleem eenvoudiger maken. ACLVB-afgevaardigde Eric Maillet werd bediende de dag dat Brink's de activiteit van GMIC overnam. Enfin, we willen niet overdrijven ... de overgang naar een ander statuut ging niet zo eenvoudig. We hebben altijd gezegd dat het instellen van een gemeenschappelijke status in de ganse sociale wetgeving moeilijk zou zijn zonder daarom onmogelijk te blijken. Een beetje geschiedenis. Het Paritair Comité 317 groepeert de bewakingsondernemingen die ook aan waardentransport doen : GMIC, Group 4 Securitas, Securis, Baron's Security ... Brink's Ziegler daarentegen doet aan transport in het algemeen. De onderneming behoort tot het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de Bedienden (ANPCB) en het personeel werkt dan ook onder een bediendecontract. Een van de beginselen van het systeem van de paritaire comités is het gelijkschakelen van de arbeidsvoorwaarden om de concurrentie niet te vervalsen, Brink's (kortweg) werd opgenomen in het PC 317. Toen er een oplossing gevonden moest worden zodat Brink's beroep kon doen op economische werkloosheid die normaal gezien niet toegankelijk is voor bedien-
Vakantie in Spa Villa de Spa TE RESER VEREN VIA : Spa La Belle immobilière Rue Collin Leloup 22 – 4900 Spa tel. 087 23 05 30
[email protected] V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
den, hebben de sociale en politieke partners van evenveel creativiteit getuigd als er nodig is voor het institutioneel geknutsel waarmee het federale België blijft overleven. Toen Brink's GMIC overnam, stelde het probleem zich nog duidelijker en complexer. Niet alleen botsten twee bedrijfsculturen, maar ook twee mentaliteiten en, bij onze collega's, twee soorten van de vakbonden. "Ik was blij om bediende te worden", herinnert Eric Maillet. "De verandering was radicaal, al was het maar, bij wijze van anekdote, op vestimentair vlak : we wisselden onze overall in voor een uniform met hemd en das. Fundamenteler konden we genieten van een reeks van voordelen als de dertiende maand, de afschaffing van de carenzdag ..." Ondertussen was ook het beroep zelf fundamenteel gewijzigd, de verandering van statuut was niet slechts gebaseerd op een principe. "De waardentransporteurs moeten meer verantwoordelijkheid op zich nemen. Vroeger leverden we het geld aan de bankkantoren. Sedert een tijdje vullen we de biljettenverdelers. Dat wil dus zeggen dat we taken uitvoeren die vroeger door de bankbedienden gedaan werden, met alle verantwoordelijkheden en papierwerk dat dit met zich meebrengt." Nogmaals, de job is niet langer beperkt tot handenarbeid. Om alles nog wat ingewikkelder te maken, moet u weten dat in de sector van het waardentransport een collectieve overeenkomst bestaat die een bedrijf dat een contract overneemt van een concurrent verplicht om 80 % van het personeel over te nemen dat dus van soort arbeidsovereenkomst moet veranderen. We laten het aan uw verbeelding over welk een puzzel dat kan betekenen voor de berekening van vakantiedagen, premies, opzeggingstermijnen bij ontslag ... Wederom een sterk argument dus voor de harmonisering van de statuten.
dossier
15 Om de informatisering binnen de huishoudens aan te moedigen, kunnen de werkgevers tussenkomen bij de aankoop van een privé-pc of in de kosten voor een internetaansluiting.
Belastingaangifte 2010
NOG EEN STAP VERDER IN DE VEREENVOUDIGING OF GEVEN WE DE HOOP OP ? Kan het eenvoudiger? Nog maar eens een 40-tal codes meer bovenop het reeds bestaande gamma … De nieuwe aangifte werd gepubliceerd en ziet er net zo uit als vorig jaar, alleen met weeral nog eens extra codemogelijkheden om in te vullen.
M
Maar aan de andere kant toch ook goed nieuws. We kennen het systeem bij Tax on web, de elektronische aangifte waarbij meer en meer een aantal rubrieken zoals onder meer de lonen, bedrijfsvoorheffing en bij sommige ook reeds de hypothecaire leningen voorafgaandelijk ingevuld zijn. De fiscus tracht de werkwijze van de elektronische aangifte via Tax On Web door te trekken naar het papieren formulier door aan sommige belastingplichtigen tegen eind april een voorstel van belastingaanslag (de uitgewerkte belastingberekening voor de inkomsten 2009) te versturen. Dit initiatief wordt dit jaar als een pilootproject uitgetest en heeft de bedoeling om ook de schriftelijke aangifteprocedure te vereenvoudigen. In een eerste fase heeft men beslist om naar 5.000 gepensioneerden deze aanslag te versturen. Gelet op de beginfase van het project wordt een groep van belastingplichtigen genomen die een beperkt aantal vakken moeten invullen, wat voor gepensioneerden dikwijls het geval is. Deze groep van 5.000 mensen zijn diegenen die uitsluitend een wettelijk pensioen, overlevingspensioenen of andere gezamenlijke belastbare pensioenen en renten (niet de omzettingsrenten) ontvangen.
Aangezien de berekening automatisch toegestuurd wordt, moeten die mensen zelf geen aangifte in de personenbelasting meer indienen tegen de zomer. Zij krijgen geen ingevulde aangifte toegestuurd, maar wel onmiddellijk een voorstel van aanslag. Opgelet ! Deze aanslag moet gecontroleerd worden op onjuistheden of ontbrekende elementen. Is dat het geval, dan moeten zij bezwaar aantekenen en dezelfde procedure volgen als vroeger. Dit betekent dat binnen de periode van 6 maanden na de datum van het verzenden van de aanslag een aangetekend schrijven moet verstuurd worden met de redenen van bezwaar. Afhankelijk van het resultaat van dit project zal dit de volgende jaren hernomen en verder uitgewerkt worden. Afwachten dus.
Twee formulieren We keren terug naar de aangifte. Alhoewel het nog niet is bepaald, mogen we verwachten dat de datum van indiening zal vastgelegd worden op 30 juni. Net zoals vorig jaar bestaat het schriftelijke aangifteformulier uit twee formulieren; het voorbereidingsformulier voor de aangifte bestemd voor de belastingV R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
16 d o s s i e r
plichtige en de aangifte in de personenbelasting (deel 1 en eventueel deel 2 op aanvraag) met de lege vakken waar de code en de bedragen dienen ingevuld te worden en opgestuurd, eventueel samen met de bijlagen (dit is niet verplicht), naar het scanningscentrum van Gent of Namen. Het kan eveneens gedeponeerd worden in de bus van het plaatselijke belastingkantoor. Zoals steeds kan ook dit jaar de aangifte (zowel deel 1 als deel 2) ingevuld worden via Tax-on-web. Het elektronische formulier is momenteel nog niet beschikbaar op de website, dit wordt rond eind april verwacht.
Een overzicht van de verandering in de codes Vak II. Persoonlijke gegevens en gezinslasten Geen nieuwigheid, enkel een informatie dat de in dit vak vermelde bedragen met betrekking tot de persoonlijke gegevens geïndexeerd werden. Vak IV. Wedden, lonen, werkloosheidsuitkeringen, wettelijke uitkeringen bij ziekte of invaliditeit, vervangingsinkomsten en brugpensioenen Rubriek A.9 : dit is een nieuwe code voor de bezoldiging van de maand december betaald door de openbare overheid en die in 2009 voor de eerste maal tijdens diezelfde maand werd betaald in plaats van tijdens de maand januari daaropvolgend. De overheid besliste om dit recht te zetten en het loon van de laatste maand van het jaar in die maand zelf te betalen en niet meer in januari van het jaar daarop te betalen. Rubriek A10 : terugbetaling woon-werkverkeer; let op : het bedrag van de vrijstelling in te vullen onder de code 1244-17/2244-84 bedraagt maximum 350 euro. Dit is enkel het geval wanneer u onder de code 1254-07/2254-74 het bedrag hebt ingevuld overeenstemmend met uw fiscale fiche vak 17 rubriek c. Dit betreft een tussenkomst door de werkgever in het woon-werkverkeer als de verplaatsing via een ander vervoermiddel gebeurde dan met één of meer openbare gemeenschappelijke vervoermiddelen of een door de werkgevers georganiseerd gemeenschappelijk vervoer van personeelsleden. Rubriek A.11 : Bij de niet-recurrente resultaatsgebonden voordelen vinden we de volgende opsplitsing : a) gewone (code 1242-19/2242-86); b) achterstallen (nieuwe code 1243-18/2243-85); c) vrijstelling (code 1244-17/2244-84). Rubriek A.12 : dit is een nieuwe toevoeging : hier moet het totaalbedrag in de aankoopprijs van een nieuwe privé-pc en eventueel randapparatuur of internetaansluiting ingevuld worden samen met de vrijstelling. code 1240-21/2240-88 : het totaal bedrag van de aankoopprijs code 1241-20/2241-87 : het bedrag van de vrijstelling is het ingevulde bedrag onder de voorgaande code tot maximaal 760 euro. V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
Werken met het oog op energiebesparing in een woning geven recht op diverse belastingverminderingen.
De voorwaarden van de vrijstelling : 1) de werkgever is op geen enkel ogenblik eigenaar geweest van de pc; 2) de totale bezoldiging ingevuld onder de code 125011/2250-78 bedraagt niet meer dan 29.900 euro. Deze toevoeging van nieuwe nummers heeft als gevolg dat andere posten onder het vak IV.A. hernummerd werden. Rubriek B.2 : De uitkeringen met anciënniteitstoeslag toegekend aan werklozen die het recht op die uitkeringen met anciënniteitstoeslag vóór 1 januari 2004 hebben verkregen, moeten niet meer vermeld worden. De vroegere codes 1262-96/2262-66 en 126395/2263-65 worden geschrapt, ten gevolge van de rechtzetting met betrekking tot de discriminatie van gehuwde werklozen. Rubriek N.1. betreft buitenlandse inkomsten of uitkeringen van Frankrijk of Nederland die aldaar aan een sociale wetgeving voor werknemers of daarmee gelijkgestelden zijn onderworpen en die in België niet van belasting zijn vrijgesteld. Het betreffen inkomsten of uitkeringen vermeld onder vak IV.A. tot IV.E. Men vraagt de vermelding van het land, de code waartegenover ze zijn vermeld (bv. 1266-92) en het verkregen bedrag. Vak VIII. Interesten en kapitaalaflossingen van leningen en premies van individuele levensverzekeringen die recht geven op een belastingvoordeel Rubriek C punt 2., nieuwe code 1143-21 : dit betreft intresten van leningen gesloten vanaf 1 januari 2009 en ter financiering van energiebesparende uitgaven. Bij de code dienen de betaalde intresten van 2009 ingevuld te worden. Het betreft hier leningen die recht geven op een door de staat toegekende intrestbonificatie en uitsluitend bestemd voor het financieren van een of meer uitgaven tot energiebesparende werken. Vak IX. (Uitgaven die recht geven op) belastingverminderingen In dit vak doen zich de meeste wijzigingen voor. Rubriek A code 1361-94/2361-64 : het maximum bedrag voor pensioensparen van het jaar 2009 bedraagt 870 euro. Rubriek D met betrekking tot betalingen gedaan voor prestaties betaald met dienstencheques. Nieuw hierbij is de toevoeging van een vraag die steeds door beide samen belaste echtgenoten of wettelijk samenwonenden moet beantwoord worden. De belastingplichtige moet antwoorden op de vraag of hij in 2009 beroepsinkomsten heeft verkregen die bij overeenkomst zijn vrijgesteld en die niet in aanmerking komen voor de berekening van de belasting op zijn andere inkomsten. Het betreft hier bezoldigingen, pensioenen enz. verkregen in 2009 van internationale organisaties die op grond van een internationaal verdrag of akkoord zijn vrijgesteld. ja: code 1380-75/2380-45, neen: code 1381-74/2381-44 rubriek IX.F, . nieuwe code 1333-25/2334-91 : dit heeft betrekking op de renovatieovereenkomsten geregistreerd
dossier
door het agentschap Wonen-Vlaanderen. De invulling betreft het totale bedrag van een of meer geregistreerde renovatieovereenkomsten die ter beschikking zijn gesteld op 31 december 2009 en die in aanmerking komen voor belastingvermindering (voor meer informatie : zie decreet van 27-03-2009 van het Vlaamse Gewest betreffende het grond- en pandenbeleid). rubriek IX.G : verschillende belastingverminderingen voor energiebesparende uitgaven in een woning. De algemene voorwaarden blijven dezelfde. Nieuw is dat er een dubbel onderscheid wordt gemaakt tussen : 1) de uitgaven voor energiebesparende werken in een nieuwe woning (bij de aanvang van de werken nog geen 5 jaar in gebruik) en een oude woning (5 jaar of langer in gebruik bij aanvang van de werken) 2) de energiebesparende werken gedaan in meer dan 1 woning 1.a) hier moet het aandeel van de woning vermeld worden (indien de huurders dergelijke uitgaven hebben gedaan in de huurwoning moeten ze hun aandeel invullen door het getal 100 door het aantal huurders van de woning te delen). Betreffen de werken voor 1 woning Vermelding van het werkelijk betaalde bedrag van de voor belastingvermindering betaalde uitgaven : 1.b) voor een woning jonger dan 5 jaar 1.c) voor een woning van 5 jaar of ouder. Er zijn telkens overeenstemmende codes voor de aard der werken. De fiscus rekent zelf de belastingvermindering uit waarop u voor het aanslagjaar 2010 recht hebt en zal eveneens automatisch de overdracht doen naar de volgende aanslagjaren van het saldo, dit tot maximaal 3 volgende aanslagjaren. Dit saldo zal op het aanslagbiljet vermeld worden. Betreffen de uitgaven meer dan 1 woning 2.a), Code : 1342-16 : vermelding van het aantal woningen waarop de uitgaven betrekking hebben; 2.b) het totale bedrag van de belastingvermindering waarop u voor al die woningen samen aanspraak maakt voor het aanslagjaar 2010. Voor de werkwijze tot aangifte van de opsplitsing tussen de uitgaven naargelang de aard van de werken en het eventuele persoonlijke aandeel in de woning, dienen we te verwijzen naar de toelichtingsbrochure waar stapsgewijs de uitleg wordt gegeven over hoe de belastingplichtige tewerk moet gaan. Rubriek IX.L, nieuwe codes 1386-69/2386-39: het bedrag van de belastingvermindering voor de verwerving van obligaties en vermeld op het attest (op persoonlijke naam) uitgegeven door het Startersfonds. De vermindering is gelijk aan 5 % van de werkelijk gedane betaling met een maximum van 290 euro. Voorwaarden : de obligaties moeten minstens 60 maanden ononderbroken in uw bezit blijven (behalve in geval van overlijden), zoniet wordt de verkregen belastingvermindering geproratiseerd. In geval van doorverkoop heeft de koper geen recht op de belastingvermindering.
17
Rubriek IX.M ; nieuwe codes 1387-68/2387-38 : het bedrag van de belastingvermindering voor de in 2009 gedane stortingen voor de inschrijving op obligaties op 10 jaar, uitgegeven door door de Caisse d’Investissement de Wallonie (C.I.W.). De belastingvermindering is gelijk aan 3,10 % van het voor 2009 gestorte nettobedrag (na aftrek van commissies en belastingen) beperkt tot max. 2.500 euro. Voorwaarden : op 01-01-2010 de woonplaats in het Waalse Gewest hebben en het attest ter beschikking houden als bewijsstuk. Opgelet, er zijn specifieke voorwaarden indien de inschrijver overleden is in 2009. Vak X. Belastingkrediet voor de aankoop van een erkend pakket ‘Internet voor iedereen II’ Rubriek X. nieuwe codes 1398-57/2398-27 : dit betreft het bedrag van het belastingkrediet voor de aankoop van een erkend pakket ‘Internet voor iedereen II’ (start2surf@home) en dit voor de periode van 01-05-2009 tot 31-12-2009. De volgende documenten moeten ter beschikking gehouden worden : 3 de factuur of het aankoopbewijs met vermelding van prijs en serienummer van het pakket; 3 het betalingsbewijs; 3 het attest waarop de verkoper bevestigt dat het aangekochte pakket voldoet aan de criteria. Deze uitgaven komen niet in aanmerking als ze als werkelijke beroepskosten geheel of gedeeltelijk worden afgetrokken en als er in 2009 vrijstelling van de werkgeverstussenkomst wordt gevraagd in vak IV rubriek A,12. Het aan te geven bedrag is gelijk aan 21 % van de aankoopwaarde, exclusief btw met maximumbedragen die gelinkt zijn aan het type pakket. U vindt deze maximumbedragen in de toelichtingsbrochure die bijgevoegd is bij het aangifteformulier.
Meer weten ? Dit artikel heeft de bedoeling om de nieuwigheden met betrekking tot het eerste deel van de aangifte aan te duiden. Helaas waren we toch genoodzaakt om in de tekst een aantal malen te verwijzen naar de toelichtingsbrochure bij de belastingaangifte. Zoniet zouden we te ver in detail gaan en de leesbaarheid van dit artikel in het gedrang brengen. Indien u hierover toch meer informatie wenst, kan u die vinden in onze brochure ‘Belastinggids 2010’ die begin mei beschikbaar zal zijn op de website www.aclvb.be, rubriek publicaties. Later in mei zal de gedrukte brochure gratis beschikbaar zijn in uw ACLVB-secretariaat. Sylvia LOGIST
Bij Tax-on-web zijn meer en meer rubrieken voorafgaandelijk ingevuld.
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
18 v r o u w
en vakbond
Loonkloofrapport 2010
LICHT OPTIMISME, MAAR LOONVERSCHILLEN TUSSEN VROUWEN EN MANNEN BLIJVEN HARDNEKKIG Goed nieuws : het loonverschil tussen vrouwen en mannen in ons land vertoont een licht dalende trend. Dat lezen we in het jongste rapport over de loonkloof, dat weliswaar steunt op gegevens van voor de periode dat de economische crisis uitbrak. Of de positieve trend zal aanhouden, blijkt lang niet zeker. Een samenspel van factoren beïnvloedt immers de evolutie van de loonkloof.
H
Het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen, een federale overheidsinstelling, stelde deze maand zijn Loonkloofrapport voor. Dat doet het instituut al voor het vierde jaar op rij; inmiddels zijn de rapporten een referentiedocument geworden in Europa. In het Loonkloofrapport 2010 wordt op basis van gegevens van het jaar 2007 nagegaan hoe het gesteld is met de loonverschillen tussen vrouwen en mannen in ons land. De loonkloof wordt berekend op basis van de gemiddelde brutolonen van vrouwen en mannen. Doorgaans wordt er met bruto-uurlonen gewerkt, maar maandlonen, jaarlonen en zelfs premies worden eveneens in beschouwing genomen om de loonverschillen tussen vrouwen en mannen juist in kaart te brengen. In het Rapport 2010 zijn voor het eerst gegevens vervat in verband met een aantal extralegale voordelen. Dat zijn de voordelen van allerlei aard die bovenop het loon komen en in principe deel uitmaken van het loon en de loonkloof. De onderzoekers ondervonden alvast dat het in de praktijk niet zo gemakkelijk is om een goed zicht te krijgen op de verdeling van die voordelen, maar achten het nader onderzoeken ervan zonder meer noodzakelijk, gelet op de soms grote verschillen in die voordelen. Het feit dat voor het Rapport 2010 gegevens van het enquêtejaar 2007 werden gebruikt, impliceert dat mogelijke effecten van de economische crisis op de loonkloof nog niet weerspiegeld zijn.
De feiten De loonkloof op basis van de bruto-uurlonen van voltijdse en deeltijdse werknemers over alle sectoren heen, bedraagt voor 2007 11 %. Met andere woorden : gemiddeld verdiende een vrouwelijke werknemer in 2007 per uur 11 % minder dan een mannelijke werknemer. Opvallend is ook dat de loonkloof beduidend groter is in de privé-sector. De loonkloof wordt bovendien vergroot door de extralegale voordelen. Vrouwen hebben minder kans op die voordelen en ontvangen kleinere bedragen. Het verschil is het grootst bij de aandelenopties. Daar bedraagt de kloof 48 %. Bovendien maken mannen ruim twee keer meer kans op deze vorm van extra betaling. 16 % van de mannen en 13 % van de vrouwen ontvangen van de werkgever een extra aanvullend pensioen. De bedragen die uitbetaald worden aan mannen liggen gemiddeld 46 % hoger dan die voor vrouwen. Olivier Valentin, algemeen adviseur ACLVB : “Dat aanvullend pensioen wordt berekend op basis van het loon. Zolang er discriminaties bestaan op het vlak van het loon, zal je dus ook die kloof zien op het vlak van het aanvullend pensioen. Mannen hebben doorgaans ook een langere gewerkte periode, waardoor de bijdragen voor het samenstellen van hun aanvullend pensioen hoger liggen en dus ook het toegekend aanvullend pensioen hoger is.” Nog om over na te denken : op basis van hun aandeel in de betaalde werkdagen – dus rekening houdend met het feit dat vrouwen vaker deeltijds werken – hadden alle vrouwen samen 3,576 miljard euro meer moeten verdienen in 2007. Van de vrouwen die voltijds werken, verdienen er drie op tien minder dan 2.000 euro bruto per maand; bij mannen is dat slechts het geval voor drie mannen op twintig.
Vaststelling vorig rapport bevestigd De enquêtegegevens van 2007 tonen aan dat er ten opzichte van het voorafgaande jaar geen duidelijke daling in de loonkloof merkbaar is. De daling die in 2006 werd vastgesteld, wordt door deze gegevens echter wel bevestigd. Op langere termijn valt wel een duidelijk dalende tendens te noteren. Op korte termijn is de daling - met uitzondering van 2006 – zeer klein, maar vrij constant. V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
Bijna de helft van de loonkloof kan verklaard worden aan de hand van gekende factoren : professionele kenmerken (het beroep, de sector van tewerkstelling, het type contract – bepaalde of onbepaalde duur, de arbeidsduur, de regio van tewerkstelling, de vorm van economische en financiële controle), de gezinssituatie (burgerlijke staat – gehuwd of niet, en vooral het gezinstype - al dan niet kinderen), en individuele kenmerken (nationaliteit, onderwijsniveau, werkervaring en anciënniteit). De andere helft kan niet verklaard worden !
Interprofessioneel akkoord Bij de voorstelling van het loonkloofrapport 2010 drukte minister van Werk en Gelijke Kansen Joëlle Milquet de wens uit dat het volgende interprofessioneel akkoord, waarover de sociale partners dit najaar onderhandelen, de start zou zijn van een meerjarenplan om de loonkloof aan te pakken via een herziening van de functieclassificaties. De partners worden daarbij verzocht om in alle sectoren tegen 2016 de sekseneutraliteit van de classificaties te verzekeren en daarmee de loonkloof terug te dringen. Met het oog op het komend Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie rekent de minister ook op de steun van de overheden : “De combinatie van een sterk interprofessioneel akkoord en een duidelijk gezamenlijk engagement van de federale overheid, de gewesten en de gemeenschappen zou duidelijk maken dat ons land met overtuiging een voortrekkersrol wil spelen bij het aanpakken van de loonkloof en de loonkloof andermaal hoog op de Europese agenda wil zetten.” De minister vraagt tevens aandacht voor de noodzaak om te beschikken over voldoende gegevens om de loonverschillen in kaart te brengen en ze daarmee doeltreffend te bestrijden. “Daarbij is het zeer wenselijk om in verschillende rubrieken in de sociale balans (opnieuw) een opsplitsing naar geslacht in te voeren, met name ook voor de rubriek bedrag van de voordelen bovenop het loon.” “Meten is weten”, stelde ook Carla Rijmenams van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen.
Olivier Valentin
ACLVB blijft doorheen al haar werkzaamheden inspanningen leveren voor het uitroeien van de loonkloof. “Op alle onderhandelingsniveaus nemen we hierin volhardend onze verantwoordelijkheid”, aldus nog Olivier Valentin. “Via vorming en sensibilisering zorgen we er bovendien voor dat werknemers zelf, vrouwen én mannen, waakzaam zijn voor het probleem.”
internationaal
19
Burkina Faso
CSB INFORMEERT JONGEREN UIT DE INFORMELE ECONOMIE OVER HUN RECHTEN Zestig jongeren uit de informele economie, in hoofdzaak vrouwen, kwamen op 19 en 20 maart bijeen in Bobo Dioulasso te Burkina Faso. Centraal thema tijdens de ontmoeting was de syndicalisatie. Jongeren van de informele economie en vakbond, rijmt dat wel ?
D
De jongeren van de informele sector op een syndicale manier benaderen, het is niet meteen makkelijk. De jongeren in Burkina zijn doorgaans goed georganiseerd. Het volstaat niet te rekruteren, ze moeten overtuigd worden als werknemers. Men moet naar ze luisteren om hun voorwaarden beter te kunnen verdedigen en hun vervolgens constructieve acties en diensten voorstellen voor hun professionele toekomst.
Precaire situatie De IAO bevestigt dat de helft van de wereldbevolking jonger dan 25 jaar is en 25 % van de actieve bevolking uitmaakt. Tal van jongeren werken in de sector van de informele economie, waar de verdiensten zeer laag liggen, de arbeidsvoorwaarden precair zijn en waar de sociale bescherming praktisch onbestaande is. De jonge vrouwen bevinden zich in een nog meer precaire situatie. Als gevolg van de culturele context en de sociale vooroordelen hebben ze het harder te verduren. Hun fundamentele arbeidsrechten worden regelmatig en openlijk geschonden. En hoewel belangrijk, geldt het recht op onderwijs en vorming niet voor allen; verre van zelfs. De jongeren syndicaliseren, is dus niet vanzelfsprekend. Het komt eropaan ze te leren besef krijgen van hun rechten, hun een omkadering te bieden die beschermt tegen misbruik en hun eerste stappen in het beroepsleven te vergemakkelijken.
Ze hebben ook gediscussieerd over hun mogelijkheden : toegang tot financiële hulp, nationaal jongerenforum (ontmoeting met de president van Faso) en ondernemersschap. Over hun situatie in de informele economie lieten de deelnemers opmerken dat dit precaire kader, met zijn zeer sporadische positieve aspecten van georganiseerde handigheid, zelfs een nuttig leerkader zou kunnen vormen. Ze worden erkend als zijnde meer verantwoordelijk en dynamisch. Maar dit staat in ieder geval te ver af van waardig werk om er genoegen mee te nemen. Het voorbeeld van vakbondswerk onder de jongeren bij ACLVB bood eveneens de gelegenheid om te hameren op het belang van het begeleiden en informeren over die eerste beroepservaringen. Vervolgens hebben de jongeren hun indrukken uitgewisseld over de manier waarop ze met hun moeilijkheid leven : analfabetisme, discriminatie, onderwijs, gebrek aan werk. Ze hebben ook samen bepaald wat nuttige vakbondsacties zouden kunnen zijn : vormingen over de rechten van werknemers, vakbondsmobilisatie in nationale fora, horen van de jongerenverantwoordelijken of coördinatoren in de permanenties voor hun verdediging en syndicale steun in de vorm van bijstand bij hun administratieve stappen of zelfs partnerschap in alfabetiseringsprogramma’s.
Bijdragen voor rechten Zo getuigt Abibata Sanon, verantwoordelijke vrouw van de regio Bobo Dioulasso : “Acties op het terrein boden de gelegenheid om de jongeren van de informele economie te informeren over de mogelijkheid om bij te dragen voor de nationale socialezekerheidskas, of, wat ze vaak niet weten, jonge vrouwen te informeren over hun rechten inzake moederschapsverlof.” De deelnemers kregen ook het bezoek van Philippe Jalet, algemeen adviseur bij de Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking. De deelnemers hebben hen onthaald met liederen over vakbondssolidariteit. Een oprechte en directe manier om te getuigen van het win-win-effect van waardig werk voor alle mannen en vrouwen, zowel in het Noorden als in het Zuiden ! Dominik ROLAND
Evenwicht werk/gezin Jonge vrouwen syndicaliseren, dat is duidelijk inzetten op de arbeidsvoorwaarden en het evenwicht tussen hun gezinsleven en hun beroepsleven. Zonder dat evenwicht zullen de vrouwen altijd in de marginaliteit blijven. Dat is zo in België en dat is ook zo in Burkina Faso. Zelfs al liggen de twee landen ver uit elkaar en zijn ze verschillend, toch ervaren ze dezelfde soort moeilijkheid om jongeren te doen instromen : groeiende vroegtijdige werkloosheid, gebrek aan ervaring en kwalificatie, het onvoldoende bekend zijn bij de jongeren zelf van de maatregelen die voor hen bedoeld zijn en het ontbreken van aanmoedigingen. De vakbondservaring van de CSB (Confédération syndicale burkinabé) in de informele economie heeft het mogelijk gemaakt om gedurende twee dagen bijeen te zijn met de jongeren en meer bepaald de vrouwen uit de informele sector. Bedoeling was de hoofdlijnen voor te stellen voor een vakbondsomkadering die bekommerd is om gelijkheid en doeltreffendheid inzake de problemen die ze ervaren.
Wettelijk kader en hulp Op die manier konden ze volledige informatie ontvangen van de vertegenwoordiger van het Ministerie van jeugd en werkgelegenheid over het wettelijk kader van de informele sector en de voorzieningen voor ad hoc ondersteuning. V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
20 e u r o p a VRIJHEID VAN DIENSTVERLENING OP DE INTERNE EUROPESE MARKT In 2010 zou de richtlijn over de liberalisering van de dien- Doelstellingen en toepassingsgebied sten wel eens opnieuw van zich kunnen doen spreken, zelfs De richtlijn richt zich op vier belangrijke doelstellinals de omzetting naar Belgisch recht nog niet helemaal gen : de vrijheid van vestiging en de vrijheid diensten verrichten binnen de Europese Unie, de versterking afgerond is. Zo de Belgische sociale partners betrokken te van de rechten van afnemers van diensten, de bevorwaren bij de omzetting, dan was het werk van de vakbonden dering van de kwaliteit van diensten en de oprichting in dit stadium nog niet voltooid. Er blijven grijze zones van een doeltreffende administratieve samenwerking bestaan en met hen ook fundamentele vragen. tussen de lidstaten.
B
Beter bekend als de Bolkestein-richtlijn heeft de richtlijn betreffende diensten op de interne markt veel inkt doen vloeien, vooral vanwege het omstreden beginsel van het land van oorsprong dat in de eerste versie van de tekst stond. De richtlijn voorzag inderdaad dat de leveranciers van diensten die in een andere lidstaat van de Europese Unie gevestigd waren enkel onderworpen zouden zijn aan de regels die van toepassing zijn in de lidstaat van oorsprong (of origine). Echter, vanwege de bestaande verschillen in de Europese sociale wetgeving van de lidstaten werd, met recht en rede, gevreesd dat de toepassing van dit principe zou leiden tot het risico op sociale dumping in de Europese Unie. Een vrees die de vakbonden natuurlijk bestreden hebben op het Belgische en Europese niveau en die enigszins verzacht werd wanneer dit principe geschrapt werd uit de definitieve versie van de richtlijn.
Liberalisering van diensten De liberalisering van de diensten is strikt genomen geen nieuwigheid. Van bij de oorsprong van de Europese integratie maakt het vrije verkeer van diensten deel uit van de vier belangrijkste vrijheden van verkeer opgelegd door het Verdrag van Rome : mensen, goederen, kapitaal en diensten ... Wetgeving op dit vlak was dus al lang gepland. Het werd sedert het begin van de jaren 2000 gedaan via een richtlijn.
Vakantie
in Barvaux
Verte Vallée TE RESER VEREN VIA : sa Ourthe & Somme gestion nv – bungalowparken Rue Trou du Renard 9 – 5377 Somme-Leuze tel. 086 32 27 17
[email protected] V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
Voorzien van een ruim toepassingsgebied, verplicht de richtlijn de lidstaten de procedures en formaliteiten voor de toegang tot en het uitoefenen van een dienstverlenende activiteit op hun grondgebied, waar nodig, te herzien en te vereenvoudigen. Dit administratief vereenvoudigingsproces wordt verder versterkt door een verplichting om de voltooiing van de procedures mogelijk te maken, enerzijds op elektronische wijze en anderzijds vooral door de oprichting van een eenheidsloket. De eenheidsloketten zijn nieuwe structuren voorzien door de richtlijn. De dienstverlener zou er alle mogelijke formaliteiten moeten kunnen vervullen om zijn activiteit te kunnen uitoefenen. In België zullen in principe de bedrijfsloketten deze functie vervullen.
Uitzonderingen en juridisch niemandsland Sommige diensten worden uitdrukkelijk uitgesloten van de richtlijn, zoals niet-economische diensten van algemeen belang (SIGNE in het jargon), diensten met betrekking tot de uitoefening van de prerogatieven van de openbare macht, financiële diensten, audiovisuele diensten, uitzendarbeid, sommige sociale diensten die geleverd of gemandateerd worden door de Staat (sociale huisvesting, kinderverzorging en hulp aan gezinnen en personen die permanent of tijdelijk behoeftig zijn) en de gezondheidszorgen ... Belangrijke uitzonderingen die tevens buiten het toepassingsgebied van de richtlijn vallen, zijn het arbeidsrecht en de sociale zekerheid. Hetzelfde geldt ook voor zaken die geregeld worden door specifieke voorschriften zoals, bijvoorbeeld, de terbeschikkingstelling van werknemers. Deze categorieën zijn vrijgesteld hetzij omdat ze vallen onder de volledige soevereiniteit van de staten in deze materie, hetzij vanwege de intrinsieke kenmerken van bepaalde diensten die het rechtvaardigen dat er specifieke instrumenten (richtlijnen of Europese verordeningen) voor gebruikt worden.
Wat met het algemeen belang ? Nu zijn de zaken iets ingewikkelder wanneer men zich buigt over de diensten van algemeen belang. Men zou zich inderdaad kunnen voorstellen dat alles wat onder het algemeen belang valt a priori ressorteert onder de bevoegdheid van de staten, maar dat is wat kort door de bocht. Het algemeen belang zou aan het Europees recht onderworpen kunnen worden indien het economisch van aard is. Er bestaat inderdaad een juridische vaagheid over het statuut dat moet worden toegekend aan de diensten van algemeen economisch belang. Het algemeen belang en de diensten (economische of niet) die eruit voortvloeien waren, tot voor kort, niet gedefinieerd in het primair Europees recht (de verdragen).
europa Variaties op een juridische puzzel Niet alle diensten van algemeen belang zijn effectief uitgesloten van de dienstenrichtlijn. Dat is enkel het geval voor de niet-economische diensten. Maar voor zover dat, algemeen gezien, de bepaling van het economisch karakter van diensten van algemeen belang niet hetzelfde is in het nationaal recht als in de EU-wetgeving en dat dit per geval wordt vastgesteld door het Hof van Justitie, geldt er echte juridische onzekerheid op dit vlak. Zozeer zelfs dat zijn weg er in terugvinden een bijna onmogelijke taak is geworden voor leken. Als men verwijst naar de situatie in België bijvoorbeeld, zal in het algemeen rekening gehouden worden met de vorm waarin dienstverleners hun activiteiten uitoefenen (non-profit, sociale onderneming ...) bij het bepalen van het lucratieve karakter van hun diensten. Het Europees recht daarentegen heeft geen belangstelling voor de vorm waarin de activiteit wordt uitgeoefend. Het enige dat telt is dat de activiteit wordt uitgeoefend op een bepaalde markt en tegen een compensatie opdat ze als economisch wordt beschouwd en dus onderworpen aan de regels van het verdrag en de daaruit afgeleide instrumenten (zoals de dienstenrichtlijn). Dit gaat verder dan een louter juridische controverse. Het is om meer dan een reden gevaarlijk in landen als België waar een groot aantal sociale diensten van algemeen belang in opdracht van de staat uitgevoerd worden door particuliere dienstverleners (niet te verwarren met nutsbedrijven) met het oog op het uitvoeren
21
van taken van algemeen belang. We weten dientengevolge niet precies welke regels van toepassing zijn op deze ex ante diensten.
Versterken en behoud van het algemeen belang Hieruit volgt dat als gevolg van dergelijke verschillen tussen de nationale en Europese wetgeving, diensten van algemeen belang in de EU behoefte hebben aan duidelijke regels om aan iedereen de continuïteit van de voorziening en de billijke toegang tot deze diensten te garanderen. Diensten van algemeen belang en gezondheidszorg kunnen niet beschouwd worden als algemene consumptiediensten, juist omdat zij onder het algemeen belang vallen en daarom de fundamentele rol van soevereine staten in deze materies moeten weerspiegelen. De duurzaamheid, kwaliteit, maar ook de evolutie en de modernisering van deze diensten kunnen slechts gebeuren via Europese kaders bedoeld om de nationale eigenheden te beschermen. Dit zijn de doelstellingen waar de vakbonden zich voor moeten blijven inspannen met het oog op het bevorderen van het Europees sociaal model. Het algemeen belang en de subsidiariteit kunnen in dit verband zich niet bevinden op een lager hiërarchisch niveau dan het respect voor de regels van de markt. Deze richting was gelukkig aanwezig in het Verdrag van Lissabon, in werking getreden in december 2009, en met name in artikel 14 en het protocol nr. 26 betreffende diensten van algemeen belang. Zij hakken niet alleen de knoop door ten voordele van een stelling volgens dewelke niet enkel de definitie, de organisatie en de financiering van deze diensten vallen onder de exclusieve bevoegdheid van de lidstaten, maar verplichten ook de lidstaten om ze samen in wetten te gieten op Europees niveau. Een uitnodiging die misschien als gelegenheid moet worden aangegrepen in de voltooiing van het proces van de omzetting van de dienstenrichtlijn en het Belgisch voorzitterschap van de EU. Diana VAN OUDENHOVEN
Boek uw auto via www.wincard.be of bel 02 808 03 83 en geniet van een korting van 10%. Vermeld volgende promocode in : ACLVB10 en uw korting wordt automatisch toegepast.
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
22 e u r o p a
Europese Lentetop
EVV ONTMOET SPAANS VOORZITTERSCHAP EN PRESIDENT VAN DE RAAD De Europese Lentetop (25 en 26 maart 2010) werd voorafgegaan door de tripartiete sociale top voor groei en werkgelegenheid. Hij werd voorgezeten door de Spaanse premier José Luis Zapatero, maar vond plaats in aanwezigheid van de President van de Raad, Herman Van Rompuy, die tijdens deze sociale top ook tussenkwam.
D
De delegatie van het Europees Vakverbond (EVV) werd geleid door John Monks. De Secretaris-generaal van het EVV beklemtoonde dat het de werkgelegenheid is die de prioriteit heeft en niet de financiële markten, die er maar op los speculeren, tegen de lidstaten en tegen de euro. Die speculaties vormen een echt probleem, veel groter dan de openbare schulden. Het Europees economisch beleid moet zwaar versterkt worden. Men moet op zoek naar nieuwe financieringsbronnen, zoals het heffen van een belasting op de financiële transacties waarmee dan constructieve vormen van tewerkstellingsbeleid kunnen worden gefinancierd. John Monks waarschuwde voor een voortijdige stopzetting van alle ondersteunende maatregelen. Het EVV vreest dat de lidstaten strenge maatregelen zullen nemen op een moment waar de sector van de ondernemingen bijzonder zwak is en de werkloosheid algemeen blijft stijgen. Griekenland is het zwaarst getroffen land van de eurozone voor wat betreft de staatsschuld en het overheidsdeficit. De werkloosheid bedraagt er bijna 20 %. Om versneld uit de crisis te geraken, vraagt de Europese vakbeweging : 3 Een herstelplan van de EU, gelijk aan 1 % van het Europees bruto binnenlands product met het oog op het realiseren van een nieuw industrieel beleid dat vernieuwend is en werkgelegenheid schept. 3 Europese initiatieven voor het verdedigen van de werkgelegenheid en het ingaan tegen “beursherstructureringen” 3 Ondernemingen die massaal afdanken terwijl ze ruime winst maken, moeten bijdragen aan het Europees aanpassingsfonds. 3 Een beleid van juiste overgang van de jobs van vandaag naar de groene jobs van morgen. Het afdwingen van een echte sociale agenda voor de Europese Unie.
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
3 Een ondersteuning van de interne groei van de EU, in het bijzonder via een nieuw programma van 1 miljard euro om de werklozen te helpen opnieuw een job te vinden, meer bepaald de kwetsbare jongeren. 3 Een investering in de werknemers om hun een opleiding en competenties voor de toekomst te verstrekken, teneinde het veiligstellen van de beroepsloopbanen te verzekeren, zelfs nu de tendens heerst om te besparen op alle uitgaven die te maken hebben met vorming, of het nu in de private of openbare sfeer is. 3 Specifieke hulpmaatregelen voor economieën die er erg aan toe zijn, zoals Griekenland, door hun rentegraad te verlagen en de sociale dialoog te versterken. 3 Een protocol van sociale vooruitgang dat een beter evenwicht moet verzekeren tussen de eenheidsmarkt en de sociale rechten. De ACLVB nam deel aan deze tripartiete vergadering op 25 maart 2010 en benadrukte dat de strijd tegen de armoede een absolute noodzaak is. Het zou onaanvaardbaar zijn mochten de politieke leiders, uitgerekend in dit “Europees Jaar tegen Armoede”, geen sterke signalen geven in een dusdanig belangrijke zaak. 25 maart was ook de dag waarop de Europese sociale partners hun akkoord over de inclusieve arbeidsmarkten hebben voorgesteld. De sociale partners op nationaal niveau hebben nu drie jaar de tijd om uitvoering te geven aan dit akkoord. Er moeten concrete maatregelen komen ter bevordering van de sociale cohesie. Iedereen moet toegang kunnen hebben tot de arbeidsmarkt, blijvend en met promotiekansen.
uit de sector
SYNDICALE PREMIES Bakkerijen (PC 118.03) Jaar : 2009 Referteperiode/aansluiting : 1/07/2008 – 30/06/2009 Bedrag : Kortere periodes van tewerkstelling geven recht op een premie. AANTAL DAGEN (5 DAGEN / WEEK) Minder dan 11 dagen Tussen 11 en 32 dagen Tussen 33 en 54 dagen Tussen 55 en 76 dagen Tussen 77 en 98 dagen Tussen 99 en 120 dagen Tussen 121 en 142 dagen Tussen 143 en 164 dagen Tussen 165 en 186 dagen Tussen 187 en 208 dagen Tussen 209 en 230 dagen Tussen 231 en 252 dagen Meer dan 252 dagen
BEDRAG EURO 0 11,25 22,50 33,75 45,00 56,25 67,50 78,75 90,00 101,25 112,50 123,75 135,00
Volledig werklozen Kunnen een attest verkrijgen via ACLVB. Dat attest moet ingevuld worden door de werkloosheidsdienst. Het recht op de premie blijft behouden gedurende 4 referteperioden volgend op de referteperiode waarin men volledig werkloos werd. AANTAL DAGEN (6 DAGEN / WEEK) Minder dan 13 dagen Tussen 13 en 38 dagen Tussen 39 en 64 dagen Tussen 65 en 90 dagen Tussen 91 en 116 dagen Tussen 117 en 142 dagen Tussen 143 en 168 dagen Tussen 169 en 194 dagen Tussen 195 en 220 dagen Tussen 221 en 246 dagen Tussen 247 en 272 dagen Tussen 273 en 298 dagen Meer dan 298 dagen
BEDRAG EURO 0 6,75 13,50 20,25 27,00 33,75 40,50 47,25 54,00 60,75 67,50 74,25 81,00
Bruggepensioneerden Kunnen een attest verkrijgen via ACLVB. Dat attest moet ingevuld worden door de ACLVB-werkloosheidsdienst. Het recht op de premie blijft behouden tot einde van de brugpensioenperiode. AANTAL DAGEN (6 DAGEN / WEEK) Minder dan 13 dagen Tussen 13 en 38 dagen Tussen 39 en 64 dagen Tussen 65 en 90 dagen Tussen 91 en 116 dagen Tussen 117 en 142 dagen Tussen 143 en 168 dagen Tussen 169 en 194 dagen Tussen 195 en 220 dagen Tussen 221 en 246 dagen Tussen 247 en 272 dagen Tussen 273 en 298 dagen Meer dan 298 dagen
BEDRAG EURO 0 7,42 14,83 22,25 29,66 37,08 44,50 51,92 59,33 66,75 74,17 81,58 89,00
De arbeider (volledig werkloos of bruggepensioneerd) heeft slechts recht op deze premie voor de periode van werkloosheid die volgt op zijn periode van tewerkstelling in de bakkerijen.
23
Leden die langdurig ziek zijn of met voltijds tijdskrediet De eerste 12 maanden worden gelijkgesteld met effectieve prestaties. Vervolgens behouden ze het recht om een premie “volledig werkloze” gedurende 3 referteperiodes te mogen ontvangen. Opmerking Voor de arbeiders die op datum van hun indiensttreding nog niet aangesloten waren bij een syndicale organisatie of die bij hun indiensttreding niet meer aangesloten waren bij een syndicale organisatie, moet het aantal te bepalen maanden worden beperkt tot de periode van lidmaatschap. Automatische betaling Leden die in 2009 de volledige premie bakkerijen ontvingen, in orde zijn met hun bijdragen tot en met 12/2009 en ook dit jaar recht hebben op een volledige premie, zullen hun premie automatisch op hun rekening gestort krijgen. Attesten Wie krijgt er toch nog een attest ? 3 Leden die vorig jaar geen volledige premie bakkerijen ontvingen. 3 Leden die nu de eerste maal de premie bakkerijen ontvangen. 3 Leden die vorig jaar de volledige premie bakkerijen ontvingen, maar niet in orde zijn met de bijdragen tot en met 12/2009.
Bouw Weerverletzegels 2009 De confederatie bouw verstuurt in de loop van de maand april 2010 de kaarten 2009 voor elke werknemer die in de loop van 2009 tewerkgesteld was bij een firma die bij de RSZ ingeschreven was onder het kengetal 24 en/of 54. Tegen uiterlijk 30 april 2010 moeten de werkgevers de kaarten aan de arbeiders overhandigd hebben. Bedrag : 2 % op de brutolonen van 1 januari 2009 tot 31 december 2009.
The Brussels Airport Company (PC 315.03) Jaar : 2008 Referteperiode/aansluiting : 1/01/2008-31/12/2008 Bedrag : Volgens het aantal betaalde bijdragen. Zie tabel :
Geeft recht op
BETAALDE BIJDRAGE (REFERENTIEJAAR 2008) € 129,29 € 96,97 € 64,65 € 32,32 € 120 € 90 € 60 € 30
Casinobedienden (PC 217) Jaar : 2010 Referteperiode/Aansluiting : 2009 Bedrag : € 100 (voltijds) - € 50 (deeltijds)
Glasnijverheid (PC 115) Jaar : 2009 Referteperiode/Aansluiting : 1/1/2009 – 31/12/2009
NATIONALE CAO
€ 126 VOOR 12/12
€ 10,50 PER 1/12
BEDRIJFS-CAO
ACTIEVEN
BRUGGEPENSIONEERDEN 12/12 1/12 € 74,37 € 6,19
12/12 1/12 EMGO € 128 € 10,66 AGC FLAT GLASS EUROPE Moustier,Charleroi, Mol, Zeebrugge, Lodelinsart, Seneffe, Jumet, Fleurus € 135 € 11,25 € 105 € 8,75 AGC FL. GL. COATING € 135 € 11,25 € 105 € 8,75 AGC SEAPANE € 135 € 11,25 € 105 € 8,75 AGC KEMPENGLAS € 135 € 11,25 € 105 € 8,75 AGC AUTOMOTIVE EUR. € 135 € 11,25 € 105 € 8,75 AGC AUTOMOTIVE BELG. € 135 € 11,25 € 105 € 8,75 AGC MIRODAN € 135 € 11,25 € 105 € 8,75 MOUSTIER 4 € 135 € 11,25 € 105 € 8,75 V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
24 u i t SAINT GOBAIN GLASS BNLUX SAINT GOBAIN SEKURIT TECHNIVER KNAUF INSULATION (= Owens Corning Visé) 3B-FIBREGLASS (= Owens Corning Battice) PITTSBURGH CORNING EUR. DUROBOR URSA BELGIUM A. DE CEUNYNCK & Cie N.V. MANUFACTURE DU VERRE (MD VERRE) SADECO HIGH TECH SOVITEC GERRESHEIMER MOMIGNIES
de sector € 135 € 135 € 135
€ 11,25 € 11,25 € 11,25
€ 100 € 100 € 100
€ 8,33 € 8,33 € 8,33
€ 126
€ 10,50
€ 126
€ 10,50
€ 135 € 132 € 135 € 128 € 135
€ 11,25 € 11 € 11,25 € 10,66 € 11,25
€ 61,97 € 62 € 135 € 128 -
€ 5,16 € 5,16 € 11,25 € 10,66 -
€ 128 € 135 € 128 € 126
€ 10,66 € 11,25 € 10,66 € 10,50
€ 74,37 -
€ 6,19 -
Spiegelmakerijen Syndicale premie 2009 € 129 voor 12/12 of € 10,75 per 1/12 - AGC ENERGYPANE s.a. - 4280 Hannut - AGC GEDOPT nv - 2110 Wijnegem - AGC MIRODAN BOUWGLAS nv - 8501 Kortrijk - AGC MIRVITRAL nv - 9090 Melle - AGC PROCESSING BELGIUM nv – 1600 St.-Pieters-Leeuw - AGV AG - 4700 Eupen - BOUCKAERT nv – Glas- en Spiegelfabriek – 8800 Roeselare - CARL ZEISS VISION BELGIUM nv – 1930 Zaventem - DEKNUDT nv Spiegelfabriek - 8540 Deerlijk - DEKNUDT DECORA nv - 8540 Deerlijk - E.V.M. nv - 8930 Menen - GLAS RECYCLAGE VLAANDEREN nv – 8800 Roeselare - LEROI INDUSTRIES nv - 3500 Hasselt - L.R. VITRAUX sprl - 7700 Mouscron - MEYVAERT GLAS nv - 9000 Gent - MEYVAERT GLASS ENGINEERING nv - 9000 Gent - MIRODAN CREATION nv - 8560 Wevelgem - MOLS DOM O. nv Herentalse Spiegelfabriek – 2200 Herentals - POLYPANE GLASINDUSTRIE nv – 9100 St.-Niklaas - ROELANTS GLAS nv - 3200 Aarschot - SCHULZEN PGMBH - 4770 Amel - SOLIVER nv - 8800 Roeselare - SPRIMOGLASS s.a. - 4140 Sprimont - THERMODAN nv - 2180 Antwerpen - VASSILAKIS Robert THERMOCLOSE sprl - 5140 Sombreffe
Handel in voedingswaren (PC 119) Jaar : 2009 Referteperiode/aansluiting : 1/10/2008 – 30/09/2009 Bedrag : kortere periodes van tewerkstelling geven recht op een premie. AANTAL DAGEN (5 DAGEN / WEEK) Minder dan 11 dagen Tussen 11 en 32 dagen Tussen 33 en 54 dagen Tussen 55 en 76 dagen Tussen 77 en 98 dagen Tussen 99 en 120 dagen Tussen 121 en 142 dagen Tussen 143 en 164 dagen Tussen 165 en 186 dagen Tussen 187 en 208 dagen Tussen 209 en 230 dagen Tussen 231 en 252 dagen Vanaf 253 dagen
BEDRAG EURO 0 10,67 21,33 32,00 42,67 53,33 64,00 74,67 85,33 96,00 106,67 117,33 128,00
Volledig werklozen Het formulier ‘volledig werkloze’ wordt door ACLVB afgeleverd. V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
4,13 euro per maand of 49,58 euro per jaar. 3 Tewerkgesteld geweest zijn in de sector en gedurende de periode voorafgaand aan de werkloosheid de syndicale premie Handel in voedingswaren genoten hebben. 3 Afgedankt zijn om andere dan dringende redenen. 3 Volledig werkloos zijn : deze werkloosheid moet zonder onderbreking volgen op de afdanking in de sector.
Bruggepensioneerden De bruggepensioneerden hebben recht op een volledige premie (128 euro), maar enkel tot 31 december van het lopende jaar. Bijzondere voorwaarden : 3 Voor 1 mei 2009 aangesloten zijn bij een vakbond. 3 Indien men zich aansluit bij een vakbond na 1 mei 2009, dan wordt de syndicale premie pro rata berekend. Automatische betaling : Leden die in 2009 de volledige premie handel in voedingswaren arbeiders ontvingen, in orde zijn met hun bijdragen tot en met 09/2009 en ook dit jaar recht hebben op een volledige premie, zullen hun premie automatisch op hun rekening gestort krijgen. Wie krijgt er toch nog een attest ? 3 Leden die vorig jaar geen volledige premie handel in voedingswaren arbeiders ontvingen. 3 Leden die nu de eerste maal de premie handel in voedingswaren arbeiders ontvangen. 3 Leden die vorig jaar de volledige premie handel in voedingswaren arbeiders ontvingen, maar niet in orde zijn met de bijdragen tot en met 09/2009.
Metaal bedienden (PC 209) Jaar : 2009 Referteperiode : 1/1/2009 tot 31/12/2009 Bedrag : € 85 Bijzondere voorwaarden : 3 Ten laatste op 1/7/2009 gesyndiceerd zijn en in orde zijn met de syndicale bijdrage op 1/1/2010. 3 Tewerkgesteld zijn in de sector gedurende de referteperiode (minimum 1 maand prestaties) 3 Hebben eveneens recht : bruggepensioneerden en werklozen die in 2009 minstens 1 maand gepresteerd hebben 3 Deze premie kan tot 5 jaar teruggaan (laatste premie : 2004)
Papier- en kartonverwerkende nijverheid (Papiertransformatie) (PC 136) Jaar : 2009 Referteperiode/Aansluiting : 1/1/2009 – 31/12/2009 Bedrag : € 130 of € 10,83 per twaalfde voor de actieve werknemers (blauwe attesten) € 126 of € 10,50 per twaalfde voor de gelijkgestelden (brugpensioenen) De syndicale premie wordt niet uitbetaald aan de uitzendkrachten.
Wit-Gele Kruis (PC 330) Jaar : 2009 Referteperiode : 1/12/2008 – 30/11/2009 Periode aansluiting : ten laatste op 1/1/2009 aangevangen zijn Bedrag : volgens bedrag van de vakbondsbijdrage Bijzondere voorwaarde : minstens 6 maanden tewerkgesteld zijn, waarvan 3 maanden aaneengesloten, tijdens de referteperiode. Verschillende tewerkstellingsperiodes van bepaalde duur kunnen in aanmerking genomen worden voor de berekening van deze minimale tewerkstelling, voor zover een van deze periodes minstens 3 maanden ononderbroken tewerkstelling inhoudt. Specifieke informatie voor deze premie : Het attest wordt telkens eind maart (samen met de loonfiche) uitgereikt in het kader van de procedure m.b.t. de tussenkomst van het Wit-Gele Kruis in de kosten van de syndicale bijdrage. De gesyndiceerde werknemers moeten dit attest, om geldig te zijn, binnen de 3 maanden vanaf "datum van uitreiking" (datum bovenaan rechts op het attest) aan hun vakbond bezorgen.
uit de sector
25
APOTHEKEN
EEN MOEILIJK TE SLIKKEN PIL ! Tijdens de jongste sectorale onderhandelingen hebben de vakbonden een verhoging van € 25 verkregen voor de laagste barema's. Waar anderen de mogelijkheid hadden om in de lijn met het interprofessioneel akkoord € 125 en € 250 te bekomen, bleek het in PC 313 onmogelijk om meer te krijgen.
W
Waarom ? Voornamelijk omdat de 8.000 tot 10.000 personen werkzaam in de sector tewerkgesteld zijn in kleine ondernemingen of bij zelfstandige apothekers. Het is in deze context zeer moeilijk om maatregelen van het genre ecocheque door te voeren. Naast het loon is het echter de minachting die getoond wordt door de werkgeversorganisaties die ons naar buiten doet treden en ons er toe aanzet om meer eerbied te vragen voor het apotheekpersoneel. Geen echte eindejaarspremie, lonen die reeds na enkele jaren geplafonneerd worden en flink onder die van vergelijkbare functies liggen ... zowel als apotheker in loondienst of als assistent zijn de arbeidsvoorwaarden verre van aantrekkelijk. Nochtans is in een dienstverlenende functie met zoveel verantwoordelijkheid de competentie van het personeel van essentieel belang. Door de weinig aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden, wordt de apotheek slechts een keuze die genomen wordt bij gebrek aan beters. Het tekort aan apothekers is sedert verscheidene jaren dan ook schrijnend. Voor velen is een loon dat geplafonneerd is op 3.000 euro bruto na tien jaar ervaring en vijf jaar universiteit dan ook niet genoeg, vooral omdat de apotheker verantwoordelijk is voor alle producten die hij bezorgt. Als de arts een verkeerde dosering opgeeft of een gevaarlijke combinatie van medicijnen, dan is het de apotheker die verantwoordelijk is voor de afgifte van een ongeschikt recept. Voor assistenten is de situatie zelfs nog zorgwekkender : terwijl ze door de feiten worden geacht dezelfde verantwoordelijkheden op te nemen voor de afgifte van medicijnen en preparaties, staat hun salaris ver van de kwaliteit van hun werk. Zelfs na tien of twintig jaar ervaring, ontvangt het merendeel niet meer dan 1.200 euro netto per maand. Ter vergelijking : deze schalen liggen 10 tot 15 pro-
cent lager dan die van het kassapersoneel in distributiewinkels van paritair comité 311 (Ikea, Blokker, Decathlon, ...), waarvan men moet erkennen dat het beroep minder technische en wetenschappelijke kennis vergt. Sedert 1 april is een nieuw vergoedingssysteem voor apothekers van toepassing : in plaats van een percentage van de winst op de medicijnen, betaalt het RIZIV nu een vaste prijs per doos terug, vermeerderd met een bonus bij het voorschrijven van generieke geneesmiddelen of een dure specialiteit. Dit systeem zou licht gunstig moeten zijn voor apotheken met een omzet van minder dan € 750.000 (1 of 2 personen) zonder de grote ondernemingen of apotheken echt te bestraffen. Voor ons vormt deze vergoeding per verstrekking de kans om te zeggen dat al diegenen die waarde creëren in een apotheek, niet alleen de eigenaars dus, het recht hebben om een deel ervan te recupereren. Daarom vragen wij aan de werkgeversvertegenwoordigers van de sector om nieuwe globale onderhandelingen op te starten voor betere loon- en arbeidsvoorwaarden en aan de zelfstandigen om onze acties te ondersteunen. Het is de kwaliteit van de dienstverlening aan de patiënt die op het spel staat ! Om sterker te staan en vooruitgang te boeken, hebben BBTK, LBC en ACLVB besloten hun krachten en hun vastberadenheid te bundelen in een werkgroep. Bedoeling is informatie te verstrekken en activiteiten te organiseren om enerzijds het groot publiek te sensibiliseren en anderzijds de werkgevers en werknemers. Als betrokkene wordt u op de hoogte gehouden via diverse communicatiekanalen (e-mail, internet, Vrijuit,...) over de vooruitgang in het actieplan van het gemeenschappelijk actiefront. GM
LOONAANPASSINGEN OP 01.04.2010 C.P. 106.01 109 113.04 117 120.02 120.03 136.01 139 140.06 142.03 148.01 148.05 215 219 226 227 326
ACTIVITE Cementfabrieken Kleding- & confectiebedrijf Pannenbakkerijen Petroleumnijverheid & -handel Vlasbereiding (vanaf 05.04.10) Fabricage van & handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen Fabricage van papieren buisjes Binnenscheepvaart Verhuur van voertuigen met chauffeur Terugwinning van papier Haarsnijderijen Pelslooierijen Bedienden van het kleding- & confectiebedrijf Diensten & organismen voor technische controles & gelijkvormigheidstoetsing Bedienden uit de internationale handel, het vervoer & de logistiek Audiovisuele sector Gas- & elektriciteitsbedrijf
AUGMENTATION + 0,3057 % op de minimumlonen (index) - 0,13 % (index) + 0,56 % (index) + 0,3057 % op de minimumlonen (index) + 0,0372 EUR (index) + 0,55 % (index) + 0,6 % op de minimumlonen (index) + 2 % op de minimumlonen & het gelijk deel van de effectieve lonen (index) + 2 % (index) + 2 % (index) + 0,56 % (index) + 0,0372 EUR (index) - 0,13 % (index) + 0,18 % (index) + 1,4 % (max. klasse 8) (index) + 2 % (index) + 0,3056 % (index)
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
26 b e d r i j v i g SUPER GB GROENE VALLEI - GENT
FALEND COMMERCIEEL BELEID Het is jammer dat bedrijven zich soms meer maatschappelijk verantwoord profileren dan in werkelijkheid het geval is. Als u een kijkje neemt op de website van Carrefour, dan kunt u daar lezen dat deze winkelketen “solidariteit” hoog in het vaandel voert. Ze doen dit onder andere door het openen van sociale superettes. Dit zijn winkels waar minderbedeelden een breed gamma aan basisproducten kunnen aankopen aan een fractie van de normale winkelprijs.
D
hier kan de directie haar handen niet in onschuld wassen. Toen een directe concurrent een tijd geleden haar deuren sloot voor verbouwingswerken, kwamen er veel klanten van die winkel naar de Super GB. Het personeel van de winkel kon deze extra werkdruk echter niet aan en heeft meermaals om bijkomend personeel gevraagd maar dit viel in dovemansoren. Daardoor zijn veel klanten afgehaakt. Het beeld van volle winkelkarren en – mandjes, achtergelaten door wachtende klanten, staat nog steeds op het netvlies van het personeel gebrand.
Falend beleid
Kostenstructuur
Voor wat betreft de lopende procedure kunnen wij u verwijzen naar de Vrijuit van maart 2010. Als we echter terugkijken naar het verleden van de Super GB aan de Groene Vallei, dan zien we dat daar een falend commercieel beleid werd gevoerd. De algemene malaise in het beleid van de winkelketen is jammer genoeg heel duidelijk tot uiting gekomen in het beleid van deze winkel. Het gebrek aan continuïteit is duidelijk gebleken uit de voortdurende wissel in winkeldirecteurs. Als er dan eens een winkeldirecteur was die zijn handen uit de mouwen stak om klanten aan te trekken, werd die weggeplukt om ingezet te worden bij de opstart van franchisewinkels (waar werknemers tegen slechtere voorwaarden tewerkgesteld worden). Het gebrek aan identiteit van de winkelketen is pijnlijk duidelijk geworden. De betrokken directeurs van de winkel hebben reeds meermaals ten aanzien van het personeel en de vakbonden verwezen naar de aanwezigheid van concurrenten in directe omgeving (Delhaize, Colruyt). Maar ook
Tot slot is er de slechte kostenstructuur. En hier kunnen we opnieuw verwijzen naar de website van Carrefour. De winkelketen beweert daar dat er in al haar winkels bespaard wordt op energieverbruik. Nu blijkt dat in de Super GB Groene Vallei de energiefactuur heel hoog ligt door een slechte dakisolatie. En dan hebben we het nog niet gehad over de parking. Tot onze verbazing hebben we moeten vaststellen dat tijdens de recente stakingsacties de parking voor de winkel vol stond. Tot op vandaag werd daar weinig of niks tegen ondernomen. Na een gesprek met het stadsbestuur hebben de betrokken vakbondssecretarissen van het stadsbestuur het engagement bekomen om maatregelen te ondernemen teneinde de parking vrij te maken. Mensen die de winkel goed kennen, zullen opwerpen dat er zich bij de winkel nog een ondergrondse parking bevindt. Dat klopt, maar deze parking is onvoldoende gekend bij potentiële klanten en bij nazicht blijkt dat op geen enkele van de drukbereden wegen rond de winkel vermeld staat dat er een ondergrondse parking is.
V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
Uit het voorgaande kunnen we dus concluderen dat de winkel niet het slachtoffer is van haar cliënteel of van haar “dure” werknemers, maar vooral van een falend commercieel beleid. Daarom zou het een jammere zaak zijn als de winkel sluit. Anderzijds betekent het bovenstaande dat de sleutels tot een succesvol beleid in de winkel voor het grijpen liggen. Ondertussen heeft Carrefour echter haar commercieel plan voorgesteld aan de vakbonden. Daarin zijn geen oplossingen te vinden voor bovenvermelde problemen. Zo staat er bijvoorbeeld uitgelegd dat er een betere aanduiding zal zijn van de openingsuren en de uitrit van de parking, maar niet dat er een betere aanduiding zal zijn van die parking zelf. Als je kijkt naar de groep van klanten waarop ze zich willen richten, dan blijft het zo dat Carrefour van alle walletjes wil eten enz. Als we na het voorgaande terugkeren naar ons beginpunt, dat Carrefour een maatschappelijk
© Fotorama - Gent
Dit staat lijnrecht tegenover de analyse die Carrefour gemaakt heeft van de Super GB Groene Vallei, en meegedeeld in het kader van de procedure collectief ontslag (zie Vrijuit, maart 2010, p. 3). Daarin staat te lezen dat deze winkel bezocht wordt door “atypisch cliënteel”, die een “kleine korf” aankopen. In mensentaal betekent dit dat de klanten van de winkel mensen zijn die geen volle karren kopen, eerder kleine aankopen doen. Het waren diezelfde klanten, mensen uit de buurt van de Groene Vallei in Gent, die aanwezig waren op de buurtvergadering op de avond van 19 maart 2010. Deze vergadering ging door in de Lunch Garden bij de te sluiten Super GB. Aanwezig waren ook de mensen van het buurtcomité, lokale politici, de werknemers van de winkel, de vakbondsafgevaardigden van de winkel en de betrokken vakbondssecretarissen. Ook twee vertegenwoordigers van Carrefour waren aanwezig : Lars Vervoort, communicatieverantwoordelijke van Carrefour, en Hilde Decadt, commercieel directrice van de supermarkten. Al snel bleek dat Carrefour geen verweer had tegen de terechte bezwaren van de vakbonden en de buurt. De aanwezige vakbondssecretarissen schetsten een vlijmscherp beeld van het verleden, heden en toekomst : het falende commercieel beleid, de lopende procedure en de mogelijkheden die de directe betrokkenen nog zien voor de winkel.
Sleutels tot succes
verantwoord imago probeert te verkopen, dan kunnen we daar alleen maar aan toevoegen dat ze dit niet alleen moeten doen door liefdadigheidsprojecten, maar ook door een degelijk beleid te voeren met gedreven mensen aan het roer. In de winkel in de Groene Vallei is dit jammer genoeg niet gebeurd, en op 1 april is “het goede nieuws” gekomen dat de winkel open blijft in franchise. Voor het personeel betekent dat kiezen tussen inboeten of oprotten : ofwel gaat het personeel over naar een paritair comité waar de arbeidsvoorwaarden aanzienlijk slechter zijn (lagere lonen, toeslagen, geen syndicale premie …), ofwel kiezen ze ervoor om niet meer in de winkel te werken. De winkel in de Groene Vallei was een schoolvoorbeeld van een mogelijkheid om een winkel uit te baten voor jong en oud, arm en rijk, mobiel en niet. Enerzijds kunnen we betreuren dat dit niet gebeurd is, anderzijds willen we Carrefour aanmanen om niet verder te gaan op de ingeslagen weg en de handen uit de mouwen te steken, voor haar werknemers, voor haar klanten en voor zichzelf ! Johan VANDYCKE
bedrijvig
27
AAD SPEED-COLLI – WILRIJK
EEN EINDELOOS PROBLEEMVERHAAL De firma AAD Speed-Colli uit Wilrijk, actief in de vervoers- en verhuissector, neemt het niet al te nauw met de wettelijke bepalingen of haar personeel. Iedere week weer worden de juridische dienst en de syndicale zuil van de ACLVB in Antwerpen overspoeld met mails en klachten over de werking in dit bedrijf. Sterker nog, de directie stuurt mails waarmee ze permanent psychologische druk tracht uit te oefenen op de ACLVB-afgevaardigden. Dat heeft tot gevolg dat de syndicale werking in de onderneming in de kiem gesmoord wordt. De directie werd hier reeds meermaals op gewezen. Er kwam hier geen antwoord op, een aantal uitvallen naar de ACLVB-afgevaardigden niet te na gesproken. De verwijten vliegen over en weer, maar een oplossing wordt maar niet bereikt.
Lezers van Vrijuit kunnen zich onmogelijk een duidelijk beeld vormen van de mentaliteit die er bij AAD Speed-Colli heerst. Onze ACLVB-afgevaardigden geven hun dappere strijd echter niet op. Ze mogen er dan ook van op aan dat ze de nodige steun van de ACLVB zullen blijven ontvangen. Het is nodig dat werknemers van AAD Speed-Colli op het volgende letten : 3 Iedere dag de gepresteerde uren goed noteren en nadien nagaan op de loonbrief. 3 De chauffeurs gebruiken best hun tachograaf op de juiste manier zodanig dat rusttijden degelijk genoteerd staan. 3 Rusttijden zijn er om gerespecteerd te worden ! 3 Chauffeurs moeten toezien dat ze volgens de wettelijke manier de ladingen vastmaken en
lossen. Indien dit niet gebeurt bent u verantwoordelijk en is het uw rijbewijs dat in gedrang komt (met zelfs de mogelijkheid tot het verschijnen voor de rechter) ! 3 Indien u vragen heeft over de transportsector, spreekt u er het best over met uw syndicaal afgevaardigde. 3 Indien u geconfronteerd wordt met vergaande pesterijen, contacteer dan uw ACLVB-afgevaardigde. 3 Indien u een ongeval heeft, verwacht geen menselijk meevoelen maar een verwijtende reactie. 3 Indien u ontslagen wordt, laat u best uw opzeggingstermijn en C4 nakijken ! Dat het laatste over dit dossier nog niet gezegd en geschreven is, zal niemand verwonderen. OC
HUSQVARNA
ALLES GAAT GOED … VINDT DE DIRECTIE Werknemers zijn in een onderneming minstens even goed geplaatst als de directie om te zien of er het bedrijf een mooie toekomst te wachten staat. Bij Husqvarna is het personeel eerder ongerust bij het zien van het aantal weken tijdelijke werkloosheid dat hun te beurt valt en de manier waarop die tijdelijke werkloosheid verdeeld is onder de arbeiders.
D
Danny Schamp en Rudy Naveau klinken pessimistisch over de toekomst van het bedrijf. “Pessimistisch ? Neen, gewoon realistisch”, vindt Danny. “In 2009 hebben we tussen de 15 en 20 weken tijdelijke werkloosheid gekend. De laatste herstructurering met 48 gevallen van vertrek en afdanking (27 arbeiders en 21 bedienden) heeft niets uitgehaald”. Het personeel begrijpt de houding van de directie niet langer. Die beweert dat alles goed gaat, vraagt zelfs een collectieve arbeidsovereenkomst af te sluiten omtrent de overuren half 2009, terwijl het bedrijf periodes van tijdelijke werkloosheid heeft opgestapeld sinds juli 2008. De cao is in werkelijkheid uiteraard nooit moeten toegepast worden. “Zelfs op de Ondernemingsraad slagen we er niet in om de echte situatie te beoordelen, de directie houdt de waarheid toegedekt”.
Grandeur en decadentie Ze zijn duidelijk de hoop vergeten die de verhuis van Diamant Boart van Vorst naar Gellingen doen ontstaan had in de regio. De leeftijdspiramide zegt veel over het recente verleden : de jongste arbeider is 33
jaar en er zijn er maar een stuk of vier, vijf die jonger zijn dan 40. Het is inderdaad al een tijd geleden dat er werd aangeworven. Evenmin zijn er veel oudere werknemers, ze gingen op brugpensioen. In de productie beperkt de activiteit van de fabriek in Gellingen zich nu tot het met diamanten bekleden van de parels die de snijkabels zullen vormen die onder meer in de steengroeven gebruikt worden. Van de 166 werknemers zijn er maar 56 arbeiders meer, die dikwijls tijdelijk werkloos zijn. “Nou ja, dikwijls … het hangt er nog van af bij wie”, zucht Rudy Naveau. “De werkloosheidsdagen zijn slecht verdeeld, sommigen moeten vaker thuisblijven dan anderen”. Erger nog, er zijn werknemers die zouden willen stempelen, maar die niet mogen. Aan dit ritme tijdelijk werkloos zijn, zorgt voor een gevoelige daling van de inkomsten, zelfs na de belastingen. Danny Schamp schat het verlies op 2.000 euro per jaar per arbeider.
Stop of nog Verschillende factoren verklaren het gebrek aan werk. Sommige producten - zoals de zagen of de boren - zijn vertrokken naar andere fabrieken van de groep, de concurrentie is harder, door de economische crisis is de activiteit van de klanten gedaald, de producten van Husqvarna zijn performanter en verslijten minder snel ... Wat is het gevaar van het naar elders zien vertrekken van de rest van de productie ? “Het zou ons niet verbazen dat we van een nieuwe herstructurering zouden horen”, geven onze twee delegees toe. “In ieder geval zien we niet goed hoe de afdeling Onderzoek en Ontwikkeling efficiënt zou kunnen verderwerken zonder echte productielijn als afnemer.” Herhaaldelijk tijdelijke werkloosheid, het stopzetten van de opleidingen, arbeiders die men ’s nachts
Af te leiden uit de omvang van de tijdelijke werkloosheid vrezen Roland Foucart, Danny Schamp en Rudy Naveau voor een nieuwe herstructurering in het bedrijf. Tenzij de economische heropleving nieuwe perspectieven opent ?
laat opkomen en die machines kuisen om iets om handen te hebben, een aanzienlijke stock … sommige tekenen liegen er niet om. Met zijn dertig jaar ervaring in het bedrijf en na drie overnames te hebben overleefd, maakt Danny Schamp zich geen enkele illusie meer over de toekomst van Husqvarna in België. “We genieten zelfs geen kortingen meer op de huishoudapparaten van Electrolux (de Zweedse groep waarvan Husqvarna deel uitmaakt). Da’s geen goed teken.”
Niet aansprakelijk Husqvarna kwam recent in de actualiteit naar aanleiding van het proces over de verantwoordelijkheden in de explosie van Gellingen. De werknemers, en vooral de slachtoffers van de ramp, zijn uiteraard ontgoocheld dat enkel wat kleine garnalen veroordeeld werden. De gerechtelijke waarheid is zwaar om dragen bij diegenen die moeten verderleven en nog dagelijks aan den lijve de gevolgen van het drama ervaren of die een dierbare verloren. V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
28 r e g i o n a a l ACTIE IN GENK
INTERNATIONALE DAG TEGEN RACISME Op zaterdag 20 maart kreeg Genk een kleurtje. Die dag organiseerden de diversiteitsconsulenten van ACLVB samen met het ABVV, het ACV en het Meldpunt Discriminatie een actie in het kader van de Internationale Dag tegen Racisme. Op het Genkse stadsplein werd een kraampje neergezet. Er werden felgekleurde lolly’s en kleurrijke ballonnen uitgedeeld. Zo werd de positieve boodschap “wij geloven in een kleurrijke samenleving” op fleurige wijze uitgedragen en zichtbaar gemaakt. Aan voorbijgangers werd ook aandacht gevraagd voor het probleem van discriminatie en racisme op de arbeidsmarkt. Dat dit nodig is, blijkt uit cijfers van het Provinciaal Integratiecentrum van Limburg. Wie van allochtone afkomst is, wordt in Limburg bijna dubbel zo hard getroffen door de crisis.
Geen zitdag op woensdag tijdens de maanden APRIL t/m SEPTEMBER. Vrijdag open van 8.30 u. tot 12 u. Bij afwezigheid kan men zich wenden tot secr. Herentals, Kloosterstraat 9 (014-21.12.82).
Secretariaat Herentals
Stijn De Cock (ACLVB-diversiteitsconsulent in Limburg en Leuven) tijdens de sensibiliseringsactie te Genk.
DUURZAAM OP WEG IN JE VRIJE TIJD LOONT !
Alleen zitdag op 1ste en laatste maandag van de maanden mei t/m september. Bij afwezigheid kan men zich wenden tot secr. Herentals, Kloosterstraat 9 (014-21.12.82).
Secretariaat Westerlo Alleen zitdag op 1ste en laatste donderdag van de maanden mei t/m september. Bij afwezigheid kan men zich wenden tot secr. Herentals, Kloosterstraat 9 (014-21.12.82). De zone Mechelen-Rupel-Kempen wenst zich bij haar leden te verontschuldigen voor dit tijdelijk ongemak.
Kantoren gesloten op 26 mei en 16 juni
SECRETARIAAT ROESELARE BREIDT UIT
2 0 1 0
Secretariaat Heist o/d Berg
Secretariaat Meerhout
zoek met de tram, er zijn al tal van mogelijkheden om ook je auto een dagje rust te gunnen. Je duurzaam verplaatsen, maakt je niet alleen een ervaring rijker, tijdens de Heen-en-weer-week maak je ook kans op aantrekkelijke prijzen. In verschillende steden, attractieparken en vrijetijdsbestemmingen kunnen bezoekers die met de fiets, te voet, de autocar of het openbaar vervoer komen, op een beloning rekenen. Over de acties en de nieuwe campagne lees je meer op www.heen-en-weer-week.be. De campagne is een initiatief van Komimo en Vlaams minister van Mobiliteit Hilde Crevits in samenwerking met de Vlaamse overheid, De Lijn, NMBS, Toerisme Vlaanderen en Slimweg.
NIEUWS UIT DE ZONES
V R I J U I T / A P R I L
Geen zitdag op namiddagen tijdens de maanden APRIL t/m SEPTEMBER. Wij blijven wel telefonisch bereikbaar op het nummer 014-21.12.82. Geen zitdag op maandagvoormiddag tijdens de maanden juni, juli en augustus 2010, uitzonderlijk wél op 2 en 30 augustus. Bij afwezigheid kan men zich wenden tot secr. Lier, Lisperstraat 31 (03480.06.99).
Heen-en-weer-week van 3 tot en met 9 mei
Sinds 1 maart is de dienstverlening vanuit secretariaat Roeselare gevoelig uitgebreid. Naast de dienst werkloosheid heeft de verantwoordelijke rechtshulp (ABR) Elvira Bollaert er haar vaste stek, samen met Francis Valcke, die instaat voor het ledenbeheer van de zone WestVlaanderen. U kunt er terecht met uw vragen en problemen op volgende dagen en uren : 3 maandag : voormiddag : op afspraak 13.30 u.– 17 u. : dienst rechtshulp en ledenbeheer 3 dinsdag : 8.15 u.–12 u. en 13.30 u.–17 u : dienst werkloosheid 3 woensdag : op afspraak 3 donderdag : 8.15 u.–12 u.: dienst werkloosheid. 13.30 u.–16.30 u.: diensthulp rechtshulp en ledenbeheer
Tijdelijke aanpassing openingsuren Secretariaat Geel
SDC
Een steentje bijdragen aan het milieu én ontspannen aankomen op je vrijetijdsbestemming, dat zijn twee vliegen in één klap. Meteen ook het onderwerp van de volgende Heen-en-weer-week, die helemaal in het teken staat van duurzaam recreatief verkeer. Naast verplaatsingen naar het werk en de winkel heeft het vrijetijdsverkeer een vrij grote impact op onze mobiliteit. Bijna een derde van de verplaatsingen maakt deel uit van recreatief verkeer. Voorspellingen wijzen uit dat dit aandeel in de toekomst zal stijgen. Staan we binnenkort met zijn allen ook op zondag in de file ? Met de volgende Heen-en-weer-week wil Komimo vzw alvast aantonen hoe het anders kan. Een BDagtrip naar een pretpark, een ontspannen fietstocht naar het recreatiedomein of een museumbe-
ZONE MECHELEN RUPEL-KEMPEN
3 vrijdag : voormiddag : op afspraak Bij de syndicale werking kan u steeds terecht mits voorafgaande afspraak. De dienst rechtshulp, ledenbeheer en syndicale werking bevinden zich in het kantoor achteraan de parking. De dienst werkloosheid blijft in het kantoor vooraan. U kunt ons bereiken : Telefoon : Werkloosheid : 051-23.88.32 Rechtshulp en ledenbeheer : 051-23.25.40 Fax : Werkloosheid : 051-22.85.19 Rechtshulp en ledenbeheer : 051-23.25.49 E-mail :
[email protected] Adres : Iepersestraat 110, 8800 Roeselare ED
Alle kantoren van de zone MechelenRupel-Kempen zullen op woensdag 26 mei en 16 juni gesloten zijn. Onze medewerkers volgen die dag een opleiding teneinde u in de toekomst nog beter te kunnen dienen. RDL
Elvira Bollaert en Francis Valcke staan mee in voor een uitgebreide dienstverlening vanuit secretariaat Roeselare.
29 COMÉ WAARDEERT UW ERVARING MET OSCAR regionaal
“Net omdat wij geloven dat Oscar Vanaf dit vormingsjaar gebruikt Comé kan helpen om militanten sterker Oscar, een nieuw instrument om de leerte maken in hun syndicaal engaervaringen die jongeren en volwassenen gement, gebruikt Comé vanaf dit opdoen tijdens vormingen of engagemenjaar dit instrument. Het kan leden syndicale werking of wie zijn mannetje wil staan in ten, zichtbaar te maken. helpen om inzicht te krijgen in hun competenties, onze complexe samenleving. en om te plannen welke vormingen ze nog kunnen In de toekomst zal je dan ook een bewijs krijgen Oscar binnen de vakbond ? volgen om extra competenties te verwerven”, ‘Competenties’, ‘ervaringen’, ‘vrijwilligerswerk’, allemaal goed en wel, maar zijn we er binnen de ACLVB ook iets mee ? Comé gelooft in dit instrument en laat daarom enkele cursisten en vrijwilligers aan het woord.
Ronny werd alvast overtuigd door de voordelen van Oscar : “Eerst dacht ik nogal sceptisch over dit instrument. Nu besef ik echter welke competenties ik reeds verzamelde tijdens het volgen van vormingen, zoals een eigen mening geven, informatie verwerken, … Maar ook als monitor bij Comé werk ik aan mijn competenties, zoals een groep coachen, organiseren, … .” “Een syndicaal afgevaardigde beschikt over heel wat verschillende competenties”, getuigt Bestendig Secretaris Dennis. “Met dit instrument is het handig om een overzicht te hebben van de vormingen die hij volgde en de competenties die hij reeds bezit, en kan hij voor zichzelf uitmaken welke vormingen hij nog kan volgen of waar hij zich als vrijwilliger nog kan inzetten, …”
van elke vorming die bij Comé gevolgd werd.
aldus Katrien.
Win een Oscar-map !
Wat zal Comé doen ? Tot nu toe kon je als cursist aan niemand officieel bewijzen wat je geleerd had door onze vormingen te volgen. Dat verandert ! Dit jaar ontvangen de cursisten van de syndicale cursussen ‘OR/SD’ en ‘CPBW/SD’ en van de gespecialiseerde cursussen ‘Informatica’, ‘Herstructurering en sluiting van een onderneming’ en ‘Fiscaliteit’ per post een competentiedocument. Met zo’n competentiedocument kan je als cursist bijhouden welke vormingen je reeds gevolgd hebt en welke competenties je daardoor verkregen hebt. Stel dat je een fiscale opleiding wil volgen en dat de inhoud van deze opleiding aansluit bij de vorming ‘Fiscaliteit’. Dan kan je dit competentiebewijs gebruiken om aan te tonen welke competenties je reeds verworven hebt tijdens onze vorming. Voorbeelden van mogelijke competenties zijn : ‘Informatie verwerken’, ‘Een eigen mening geven’ en ‘Voor zichzelf komen’. Niet te missen competenties voor wie zijn steentje wil bijdragen aan onze
Op de site van Oscar zal je alle competentiebewijzen die je ooit verzamelde (zoals diploma’s, competentiedocumenten van een andere organisatie … ) kunnen opladen. Zo zal je via een portfolio een overzicht krijgen van alle competenties die je ooit verzamelde. Om alle competentiedocumenten te ordenen, werden er exclusieve Oscar-mappen gemaakt. De vormingsdienst kon op enkele mappen beslag leggen. We verloten 2 Oscar-mappen onder de Vrijuitlezers. Antwoord correct op de onderstaande vraag en met een beetje geluk wint u misschien. Waarvoor staat de naam Comé ? Mail uw antwoord met uw naam en adres naar :
[email protected] of stuur het via de post naar Comé, t.a.v. Bart Vandenbussche, Koning Albertlaan 95, 9000 Gent.
Meer weten ? Check www.oscaronline.be of geef een seintje aan de vormingsdienst ! BV
JEZELF KWIJT IN JE JOB ? KLOP AAN BIJ DE LOOPBAANBEGELEIDERS VAN ACLVB Kijk eens naar deze kaart … De plaatsen zijn vervangen door begrippen, ideeën en aspecten uit het leven en werk. De kaart kan je helpen om anders te kijken naar je wereld. Zoek de plek waar je je nu bevindt, ga na waar je tegen aanloopt, wat je leuk vindt, wie je inspireert, … Vul de kaart eventueel aan met dorpen, steden, rivieren, … die er voor jou nog ontbreken. Wat voel je terwijl je hier over nadenkt ? Wil je even stilstaan bij je loopbaan ? Wil je praten over je reisroute ? Wil je misschien advies bij het uitkiezen van de beste bestemmingen ? De loopbaanbegeleiders van ACLVB kunnen je die hulp bieden.
Wil je graag een groter exemplaar van deze kaart, geef je loopbaanbegeleider een seintje en de kaart valt binnen de kortste keren in je brievenbus.
Op maat en kosteloos
Anke Colson 089-32.29.00 of 047881.70.38 of
[email protected] Hasselt, Sint-Truiden, Genk, Lommel, Tessenderlo en Leopoldsburg Sandra Bonny 03-220.61.43 of 0479-92.62.57 of
[email protected] Antwerpen, Mechelen, Herentals, Niel en Sint-Niklaas Luc De Bie 09-242.39.94 of 0478-81.70.37 of
[email protected] Gent, Aalst, Eeklo, Dendermonde Oudenaarde Brugge, Oostende, Menen, Ieper en Roeselare Dominique Dauwen 016-22.47.29 of 0472-96.80.17 of
[email protected] Leuven, Vilvoorde, Asse, Brussel, Zaventem, Diest, Aarschot en Tienen
Een loopbaanbegeleider houdt je een spiegel voor zodat je beter bewust kan worden van jezelf, van je sterke en zwakke punten, je persoonlijkheid, je doelen, ... Dat gebeurt aan de hand van individuele gesprekken, oefeningen en opdrachten die aangepast zijn aan jouw noden en wensen. Bij ACLVB is Loopbaanbegeleiding een aanpak op maat ! Iedereen is anders, elke situatie is anders en elk probleem vraagt om een andere aanpak. Loopbaanbegeleiding is er voor iedereen die meer zicht wil krijgen op zichzelf, de huidige job en de eigen situatie. De enige voorwaarden om gratis loopbaanbegeleiding te kunnen volgen zijn : momenteel aan het werk zijn, één jaar werkervaring hebben, en de laatste 6 jaar geen gratis loopbaanbegeleiding gevolgd hebben. De gesprekken gaan door in de kantoren van ACLVB. Waar en wanneer spreek je af met de loopbaanbegeleider van jouw regio. Hieronder vind je de contactgegevens van de ACLVB-loopbaanbegeleiders. Je kunt ook terecht op ons gratis nummer 0800-30.463 en op de website http://www.aclvb.be/loopbaanbegeleiding of ons centrale e-mail-adres :
[email protected].
De ACLVBloopbaanbegeleiders in jouw regio :
VH/DD/AC V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
30 w e r k l o o s h e i d
ERVARINGSUITKERING In Vrijuit van februari hadden we het over het ACTIVA-plan en de versterkte werkuitkering. Sedert 1 januari 2010 is er ook een bijzondere werkuitkering van toepassing : de ervaringsuitkering. Doel is de aanwerving van werknemers die afgedankt werden in het kader van een herstructurering te vergemakkelijken, om hun toe te laten hun ervaring aan te wenden als lesgever in een vormings- of opleidingsinstelling.
3 je nieuwe werkgever is een onderwijs- of opleidingsinstelling die een overeenkomst heeft gesloten met de minister van Werk (die instelling is niet degene die je in het kader van de herstructurering heeft ontslagen); 3 je wordt vóór 01.01.2012 door die instelling in dienst genomen; 3 je hoofdactiviteit betreft het verstrekken van opleidingen of het begeleiden van werkzoekenden. Onder bepaalde voorwaarden kan de onderwijs- of opleidingsinstelling ook recht hebben op een RSZ-vermindering (max. 1.000 euro per kwartaal).
Formaliteiten ? Wat ? De ervaringsuitkering is een geactiveerde werkloosheidsuitkering die de werkgever in mindering mag brengen van het nettoloon van zijn werknemer. De uitkering bedraagt maximum 1.100 euro per kalendermaand, is ten laste van de RVA en kan gedurende 24 maanden worden toegekend.
Voorwaarden ? Om in aanmerking te komen voor de ervaringsuitkering moet je een aantal voorwaarden vervullen : 3 je bent in het bezit van een verminderingskaart herstructureringen; 3 je bent ofwel minstens 45 jaar, ofwel bewijs je een beroepsverleden als loontrekkende van minstens 5 jaar in de loop van de laatste 10 jaar voor de indienstneming; V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
Om de ervaringsuitkering te kunnen krijgen, moet je een kopie van je arbeidsovereenkomst bezorgen aan je ACLVB-secretariaat. Deze arbeidsovereenkomst moet een aantal verplichte vermeldingen bevatten. In de praktijk kan het formulier “bijlage arbeidsovereenkomst ERVARINGSUITKERING” hiervoor gebruikt worden. Op basis van deze arbeidsovereenkomst kan je uitkeringsaanvraag ingediend worden bij de RVA. Maandelijks moet je werkgever je een formulier C78-ERVARINGSUITKERING bezorgen (tenzij hij zijn aangifte elektronisch doet). Op dit formulier vermeldt hij het aantal gewerkte uren waarvoor hij loon heeft uitbetaald. Op basis hiervan wordt het bedrag van de ervaringsuitkering berekend dat je werkgever mag aftrekken van je nettoloon (maximaal 1100 euro per maand). Je bezorgt het formulier aan je ACLVB-secretariaat dat vervolgens zorgt voor de uitbetaling van de uitkering. Kim DE SCHAMPHELEIRE
werkloosheid PWA : VERHOOGD AANTAL PRESTATIE-UREN Sedert 1 maart 2010 werd voor bepaalde PWA-activiteiten het maximaal aantal prestatie-uren opgetrokken. We geven je een overzicht van de mogelijke prestatie-uren en herhalen kort enkele andere elementen. Wanneer mag je PWA-activiteiten verrichten ? Je kan pas PWA-activiteiten verrichten indien je afhankelijk van je leeftijd (jonger of ouder dan 45 jaar) - gedurende een bepaalde periode uitkeringsgerechtigd volledig werkloos bent en wachtuitkeringen of werkloosheidsuitkeringen geniet. Je kan ook in een PWA werken indien je het leefloon geniet of recht hebt op financiële bijstand van het OCMW en ingeschreven bent als niet werkende werkzoekende. Indien je aan de voorwaarden voldoet, moet je je inschrijven in het PWA van je gemeente vooraleer je PWA-activiteiten kunt verrichten. Je ondertekent een arbeidsovereenkomst met het PWA dat je dan de nodige prestatieformulieren zal bezorgen (formulier PWA 4). Je vult deze zelf in op het ogenblik dat je prestaties verricht in het kader van het PWA. De toegelaten activiteiten zijn verschillend voor elk PWA. Je kan een lijst van de toegelaten activiteiten verkrijgen op het PWA-kantoor van je gemeente.
Hoeveel uren mag je werken in het kader van het PWA ? Het maximum aantal te presteren uren per kalendermaand hangt af van het type gebruiker en de aard van de activiteit. Voor bepaalde activiteiten werd de grens opgetrokken van 45 naar 70 uren per maand.
31
ACTIVITEIT VOOR … A Natuurlijke personen: - thuishulp met huishoudelijk karakter (opgelet! Slechts een beperkte doelgroep kan deze activiteiten nog verrichten!) - administratieve formaliteiten Lokale overheden Verenigingen B Lokale overheden als stadswacht
C Natuurlijke personen: - bewaking of begeleiding van zieken en kinderen - hulp voor klein tuinonderhoud Scholen D Land- en tuinbouw (seizoens- of gelegenheidsgebonden activiteiten)
GRENS 45 uren/maand
53 uren/maand 636 uren/jaar in geval van uitsluitende tewerkstelling als stadswachter in het betreffende kalenderjaar 70 uren/maand 630 uren/jaar
150 uren/maand 630 uren/jaar
Wat zal je vergoeding zijn ? Voor elk gepresteerd of begonnen uur ontvang je van de gebruiker een PWA-cheque. Deze cheques bezorg je aan je ACLVB-secretariaat dat je een belastingsvrij bedrag van 4,10 euro uitbetaalt per cheque. Voor meer informatie over tewerkstelling in het PWA, kan je steeds terecht bij je ACLVB-secretariaat. KDS
CRISISPREMIE Bevind je je in volgende situatie? 1. je had een arbeidsovereenkomst voor arbeiders 2. je was tewerkgesteld in de privé-sector 3. je arbeidsovereenkomst werd door je werkgever beëindigd ofwel met een opzeggingstermijn of met betaling van een verbrekingsvergoeding 4. de opzegging of de verbreking van het contract gebeurt tussen 01/01/2010 en 30/06/2010 Dan heb je waarschijnlijk recht op een eenmalige crisispremie van 1.666 euro. Je werkgever moet je hiervoor een formulier C4-BIJLAGE CRISISPREMIE overhandigen dat je bij je ACLVB-secretariaat moet indienen. Meen je recht te hebben op de premie, neem dan onmiddellijk contact op met je ACLVBsecreatariaat, ook al heb je het noodzakelijke formulier nog niet ontvangen. De premie moet immers binnen een bepaalde termijn bij de RVA aangevraagd worden. Gedetailleerdere uitleg over de crisispremie kan je terugvinden in de vorige editie van Vrijuit. KDS
Enquête ACLVB Het is nog niet te laat om uw vragenlijst in te vullen en op de bus te doen ! Een willekeurig gekozen groep van onze leden ontving enige tijd terug een invulformulier met vragen over ACLVB. We bedanken van harte allen die de vragenlijst reeds hebben ingevuld en teruggestuurd ! De Universiteit Gent en de CRISP zijn volop bezig met het verwerken van de antwoordgegevens. Ontving ook u een enquête en bezorgde u ze nog niet terug ? Maak er dan meteen werk van, het is immers nog niet te laat ! Hoe meer mensen meewerken aan het onderzoek, hoe representatiever en nuttiger de resultaten zullen zijn !
Een vakbond bestaat slechts dankzij zijn leden. Uw mening is dus voor ons van het allergrootste belang ! V R I J U I T / A P R I L
2 0 1 0
32 e d i t o r i a a l
Gemotiveerd
V
Opgelet, dat betekent niet dat 13.224 personen daadwerkelijk aan de deur werden gezet. Eerst en vooral omdat sommige werkgevers de maatregel uitgesteld hebben of helemaal afgestapt zijn van hun voornemen; vervolgens omdat in geval van collectief ontslag de werkgever de procedure-Renault moet volgen, waarbij hij de werknemers informeert en de personeelsafgevaardigden consulteert; die kunnen dan tegenvoorstellen doen om de impact van de herstructurering op de werkgelegenheid te beperken. Eind februari 2010 hadden op de 125 geïnventariseerde technische bedrijfseenheden er 68 hun voornemen tot collectief ontslag al betekend in de loop van de informatie- en consultatieprocedure, wat het aantal aangekondigde ontslagen op 5.502 bracht. Na onderhandeling kwamen nog 5.035 werknemers in aanmerking voor collectief ontslag, hetgeen betekent dat 467 afdankingen aldus zijn kunnen vermeden worden. Het is moeilijk om de doeltreffendheid van de inspanningen van personeelsafgevaardigden te meten, rekening houdend met het feit dat de werkgevers voor zichzelf wellicht een marge inbouwen op het moment dat ze een collectief ontslag aankondigen, om nadien nog wat “toegevingen” te kunnen doen. Dat neemt niet weg dat de procedure-Renault nuttig blijft wanneer de werkgever aanvaardt het spel te spelen, willens of nillens, zoals we bij InBev zagen. Niet alle activiteitensectoren zijn even zwaar getroffen. De werknemers van de metaalverwerkende nijverheid kregen het het hardst te verduren met 4.699 aangekondigde ontslagen, gevolgd door de scheikunde (met inbegrip van de petrochemie) en de distributie. We zien onmiddellijk de invloed van Opel en Carrefour. Als we zo gedetailleerd op de hoogte zijn van al die cijfers, dan is dat omdat de Europese Unie een betrouwbaar monitoringsysteem op punt gezet heeft voor het meten van de effecten van collectieve
ontslagen (*) op de werkgelegenheid in elk van de lidstaten. Daarentegen hebben we slechts een flauw vermoeden van het aantal jobs dat druppelsgewijs verloren ging, in alle discretie, en niet enkel in de kmo’s; want grote bedrijven gaan ook over tot individuele ontslagen, precies om alle verplichtingen die bij een collectief ontslag komen kijken te ontlopen. In die gevallen beschikt de syndicale delegatie over minder sterke drukkingsmiddelen omdat de hele personeelsgroep moeilijker te mobiliseren is; dergelijke praktijken halen evenmin de voorpagina’s van de kranten. Bij de Liberale Vakbond nemen we het op voor alle werknemers die hun baan verliezen, of het nu om een collectief ontslag gaat of niet. We zeggen niet dat een werkgever het recht niet heeft te ontslaan. We zeggen wel dat een bedrijf het motief voor ieder ontslag moet meegeven, zodat elke werknemer weet waarom hij zijn job kwijt is.
Jan VERCAMST Nationaal Voorzitter (*) In de Belgische wetgeving is er sprake van een collectief ontslag wanneer het ontslag (in de loop van een periode van 60 dagen, voor een of meerdere redenen die niet inherent zijn aan de persoon van de werknemer) betrekking heeft op volgend aantal werknemers : 10
10 % van het aantal werknemers 30
in de bedrijven waar gemiddeld meer dan 20 en minder dan 100 werknemers tewerkgesteld zijn in de bedrijven waar gemiddeld minstens 100 en minder dan 300 werknemers tewerkgesteld zijn in de bedrijven die gemiddeld minstens 300 werknemers tewerkstellen
Vr ijuit
Maandblad van de Liberale Vakbond
ACLVB Koning Albertlaan 95 9000 GENT Tel. : 09-222.57.51 E-mail :
[email protected] http://www.aclvb.be
V R I J U I T / A P R I L
Verantwoordelijke Uitgever Jan VERCAMST Koning Albertlaan 95 9000 GENT Coördinatie Sabine SLEGERS
2 0 1 0
Redactie Annick COLPAERT Didier SEGHIN Hugo VAN LANCKER Dimitri VERSTRAETEN E-mail :
[email protected]
Verschijnt niet in augustus. Prepress & druk Creative Plus Production & Nevada-Nimifi ISSN 0778-8517
De polyethyleen wikkel van dit magazine is biologisch afbreekbaar en 100 % recycleerbaar.
Voor nogal wat werkgevers valt een bedrijf samen te vatten aan de hand van een aantal boordtabellen vol cijfers. De producten, de diensten ? Cijfers ! De mannen en vrouwen die in het bedrijf werken ? Ook cijfers ! Erger nog : een kost die zo laag mogelijk moet gehouden worden, net zoals alle andere kosten, behalve de lonen, dividenden, stock options en gouden parachutes waarvan slechts enkele bevoorrechten genieten. Nu, met cijfers kunnen wij ook voor de dag komen; die van de collectieve ontslagen van de afgelopen 8 maanden bijvoorbeeld. Ze zijn terug te vinden op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. Wat lezen we daar ? Dat tussen 19 juni 2009 en 28 februari 2010 125 technische bedrijfseenheden 13.224 ontslagen hebben aangekondigd in het kader van de procedures voor collectief ontslag. Het ergste moment hebben we nog maar net gehad, want de slechtste cijfers werden genoteerd in januari 2010, met 3.494 aankondigingen van collectieve ontslagen.