Beantwoording van twee vragen, gesteld tijdens de bijeenkomst bij het OBR op 23 juli 2009 inzake Zeilcentrum Henk van Gent. Bij het beantwoorden van de twee vragen van 23 juli j.l. werd duidelijk dat er veel meer vragen te beantwoorden zijn en er (nieuwe) ideeën te bespreken zijn. Ik moet vaststellen dat de reactietijd op het op 7 juli ontvangen voorstel van de gemeente-‐ een piekmoment in het seizoen, tijdens de voorbereiding van de 1e twee ‘uitverkochte’ zomervakantie zeilweken-‐ te kort is geweest. De laatste weken is er sprake van een luwte in de zomerdrukte geweest. Hierdoor kon er meer tijd besteed worden aan het beantwoorden van de op 23 juli gestelde vragen. Omdat daarbij ook nieuwe ideeën naar boven kwamen, zijn die meegenomen bij de beantwoording van de vragen, ook als aanvulling van de reactie die op 19 en 23 juli is gegeven. Vraag 1: Welke faciliteiten zijn locatiegebonden en wat kan (eventueel tijdelijk) elders ondergebracht worden? Extra opslag van materialen Het seizoen loopt van maart tot december (na het weekeinde van de boterletterwedstrijden sluit het seizoen). Gedurende het gehele seizoen zijn er -‐ naast verhuur die overwegend weersafhankelijk is -‐ piek-‐ en dalmomenten. Voorbeelden zijn, schoolzeilen, bedrijfsuitjes (evenementen) en het jeugdzeilen tijdens de zomervakantieweken. Ook het overlappen van deze activiteiten zorgt voor piekmomenten, bijvoorbeeld in juni en september het schoolzeilen en de bedrijfsuitjes. Voor een buffer van extra materialen t.b.v. deze piekmomenten zou slechts in theorie een opslag elders aan de Plas een optie zijn. Het zou gaan om extra materialen zoals zwemvesten, zeilpakken en droogpakken, zeilschoenen en extra delen voor tijdelijke uitbreiding van het instructievlot. Voor de opslag zou bijvoorbeeld gedacht kunnen worden aan de gemeentelijke jachthaven aan de Kralingse Plaslaan. Echter: van maart tot december zou het een enorm heen en weer gesleep met boten en materialen betekenen. Vaak meerdere keren per week. Dat geeft een hoop extra werk en dat is niet gewenst voor een organisatie als het Zeilcentrum. Er ontstaan extra exploitatiekosten. Onderhoud aan vloot Het groot onderhoud aan de vloot vindt slechts voor een klein deel plaats buiten het seizoen, in de wintermaanden en in de opstartfase van het seizoen. Juist gedurende het seizoen is dagelijks onderhoud, als gevolg van intensief gebruik noodzakelijk. Het is niet uitgesloten om onderhoud aan boten elders uit te voeren, maar dit brengt wel extra exploitatiekosten met zich mee. Een (stads)zeilschool moet exploitatiekosten tot een minimum beperken. Om exploitatiekosten te beperken wordt gewerkt met medewerkers met een integraal takenpakket. Een instructeur moet ook balie over kunnen nemen en klein onderhoud kunnen uitvoeren en een onderhoudsmedewerker moet tijdens opstart van het seizoen of tijdens daluren op een dag in het seizoen, bijv. geïnteresseerde passanten te woord kunnen staan, een folder meegeven of een boot kunnen verhuren. De ervaring leert dat veel wandelaars en bezoekers van De Tuin die op een mooie dag in de serre of op het terras van het zonnetje genieten, informatie komen halen. Het Zeilcentrum verhoogt de toegankelijkheid voor de klant en mist geen potentiele klanten. Dit zonder extra kosten te maken. Ik pleit dus voor onderhoud bij het 1
1
Zeilcentrum. Dit stelt eisen aan de accommodatie. Nu gaan de boten bij een van de watersportverenigingen de kant op: dit geeft extra kosten en extra balie(kosten). Winterberging Al jaren liggen de vloot en de vlotten van december tot maart aan de beschutte ZW-‐W oever van de plas; ze blijven in het water liggen. Bij vorst vriezen de boten omhoog. Een klein aantal boten blijft voor enthousiastelingen op het Zeilcentrum beschikbaar. Als een nieuwe accommodatie bescherming biedt tegen zware stormen uit welke richting dan ook, zou je de boten niet meer heen en weer hoeven slepen. Perspectief: wintercompetitie Als de Tirions ook in de winter vaarklaar beschikbaar blijven, kan er de hele winter doorgezeild worden. Trainen voor, en deelnemen aan een competitie, brengen dan extra geld in het laatje. Als de norm 8 graden Celsius of meer is, kan er vaak genoeg gezeild worden. Dry + wetsuits – douches – kleedkamers Nu wordt er van (half) april t/m de Herfstvakantie in Escapes en Optimisten gezeild. Ook dit zou ‘year round’ kunnen indien de accommodatie douches en verwarmde kleedkamers heeft. Een investering in dry + wetsuits is dan wel noodzakelijk. Als ook de Lasers weer in de vaart gebracht kunnen worden, is deze aanschaf een verantwoorde investering. Een accommodatie waar ook in de winter gezeild wordt, trekt nieuwe klanten aan uit de vele wandelaars en uit Tuin klanten, met name in de weekends. Samengevat: ‘elders’ nee; nieuwe mogelijkheden te creëren: ja.
2
Vraag 2: Kan de omzet van de commerciële activiteiten omhoog? Het antwoord op die vraag is afhankelijk van het antwoord op de vraag: hoe gaan we samen verder? De bulk aan extra omzet in commerciële kan niet alleen uit vier hoofdactiviteiten komen, maar vooral ook uit het (beter) kunnen combineren van deze activiteiten op hetzelfde moment. : 1. De evenementen: bedrijfsuitjes ed. De afgelopen jaren zijn o.a. ING, Fortis, DB&S, Shell, Unilever, Erasmus, Erasmus MC, PWC, Eneco en een aantal scholen en opleidingsinstituten, vaste klant geworden. Jaarlijks komen er nieuwe groepen. Helaas moeten er ook groepen worden teleurgesteld vanwege de omvang en / of de ‘onmogelijkheden’ van horeca. Zoals K + V al in het gemeentelijk haalbaarheidsonderzoek in 1998 schreef: een minimale schaal van 100 personen maakt het centrum pas interessant voor evenementenbureaus. Daarmee kan een hefboomwerking op de omzet ontstaan. 2. Kielbootinstructie met het accent op: ‘Zeezeilen begint op de Kralingse Plas!’ En: Kajuitboot / Flottielje zeilen op open water en op zee begint op de Kralingse Plas Gezien de toenemende populariteit kajuitbootzeilen, zeezeilen en flottieljezeilen kan 2
marketing gericht op groepen die hierin geïnteresseerd zijn, leiden tot het aanboren van een hele nieuwe doelgroep. De basis wordt gelegd op de Kralingse Plas, het vervolg, ervaring op open water en zee, met grotere kajuitboten, bijv. bij Aqua Vitesse in Bruinisse en Stellendam. Hierover vinden reeds verkennende gesprekken plaats. 3. Verhuur van zeilboten 4. Zomervakantie jeugdweken Hiervoor en voor de kielbootinstructie geldt dat het Zeilcentrum op dit moment geen concurrerend salaris kan bieden bijv. vergelijkbaar met horeca. Dit maakt het vinden en binden van instructeurs moeilijk. Dit heeft o.a. geleid tot minder kielboot instructie. Voor 4 geldt naast het vinden van voldoende geschikte (op te leiden) instructeurs de beperking van de schaal. Toiletten, douches, lunchruimte, het aantal instructieruimtes etc. Als de 1e jaren de commerciële omzetverhoging zich focust op (de combinatiemogelijkheden van) deze hoofdactiviteiten en corebusiness, dan kan in een later stadium aan alternatieve activiteiten gedacht worden zoals: a. Fluisterboten Een aantal jaren geleden heeft het Zeilcentrum onderzoek laten doen naar de opties voor een fluisterboten vloot. De tarieven die gangbaar zijn voor de verhuur van fluisterboten, rechtvaardigen een investering in sloepen met elektromotor niet. De verhuur loopt met name op mooie warme en bij voorkeur windstille dagen. De boten zijn nergens anders voor te gebruiken, alhoewel een fluisterflottielje voor groepen waarschijnlijk wel een goedlopende activiteit kan worden. Maar het kan ook met Tirions! Binnenkort wordt er met de best beschikbare elektromotor (een Torqeedo) geëxperimenteerd op een Tirion: de Tirion Electro! In plaats van een investering per boot van 10 – 20.000 euro is een investering van €1000,-‐ per boot. Op windstille warme dagen verhuur je niets aan zeilers, maar anderen komen dan graag voor een verkoelende (electro)motorboot trip. Een substantiële omzetstijging is hier echter niet van te verwachten. Een optie om met 70% afdracht van de huurpenningen electroboten ter beschikking te krijgen, wordt op dit moment nader onderzocht, alhoewel de Tirion Electro meer voor de hand ligt. b. verhuur van accommodatie aan derden Waar financieel wel muziek in zit, is de verhuur van de ruimtes die je zelf nodig hebt voor groepen, maar die niet continu gebruikt worden. Vooral in combinatie met de Tuin, die nu in de piekmaanden mei, juni, (eind) augustus en september regelmatig ‘nee’ moet verkopen, biedt dit (financiële) mogelijkheden. c. Kinderopvang? Onder andere scoutingclubs verhuren hun accommodatie voor kinderopvang. Omdat de meeste doordeweekse activiteiten bij het Zeilcentrum in de (na)middag
3
3
plaatsvinden zou je (een deel van) de accommodatie hiervoor ter beschikking kunnen stellen; een jaar opbrengst tussen de 10 – 20.000 euro. d. Boot & Bed & Breakfast Rotterdam heeft weinig low budget hotelaccomodatie. Slapen in een Tirion (2 personen en met kuiptent 4 personen) zou een bescheiden inkomstenbron kunnen zijn. Als je (bijvoorbeeld aan groepen) een zeil(les)/slaaparrangement aanbiedt, worden de extra inkomsten interessant(er). De boten zijn van 21:00 uur voor het slapen beschikbaar tot 10:00 uur de volgende ochtend. Degenen die (romantisch) voor anker willen gaan, geef je een kuiptent en een klein chemisch toilet of ‘The Wag Bags waste kit’, een ‘toilet in a bag’ mee (zie www.thepett.com). e. verhuren van waterfietsen, kano’s en roeiboten (alleen op dagen dat er geen zeilwedstrijden zijn en alleen als het niet te hard waait). Samengevat: de beste kansen voor omzetstijging van commerciële activiteiten liggen bij: -‐ een accommodatie en vloot die toereikend zijn om op piekmomenten meerdere activiteiten naast elkaar te laten plaatsvinden voor meerdere groepen. -‐ idem, groot genoeg voor grote groepen (100 +) -‐ opzetten zeilinstructie voor volwassenen met een accent op “Zeezeilen begint op de Kralingse Plas”. Voor alle omzet groei is voorwaarde een geschikte / passende zeilsport accomodatie qua functionaliteit en qua schaal. Concentratie van alle faciliteiten en activiteiten om mensen en middelen efficient en effectief in te kunnen zetten. De op 23 juli gepresenteerde omzetscenario’s geven dit al aan. Let wel: de scenario’s vormen niet een opbouw die in opeenvolgende jaren verwacht wordt. Het zijn ieder afzonderlijke scenario’s, afhankelijk van de mogelijkheden die de accommodatie biedt en afhankelijk van de combinatie met de (gemeentelijke) input in de maatschappelijke activiteiten. Ik benadruk nogmaals dat de (gemeentelijke) input, net als sinds 1976 in Amsterdam, de basis voor levensvatbaarheid moet zijn. Daarop kan je een accommodatie en vloot baseren, waarmee je daarnaast (en aan meerdere groepen tegelijk!) groepsactiviteiten, instructie en bootverhuur kunt aanbieden. Daar zit een kans voor omzetverhoging! Het ‘horecahoofdstuk’ kan in dat kader niet als ‘niet bespreekbaar’ worden afgedaan. Dat is niet alleen een extra inkomstenbron, maar veel belangrijker (!) een voorwaarde om meer, en grotere groepen binnen te halen. Het is een noodzaak waar in goed overleg een oplossing voor gevonden moet worden. Zowel de gemeenteraad als toenmalig Burgemeester Opstelten hebben op aandringen van de Rechtbank Rotterdam toegezegd die oplossing te willen vinden, waardoor politieke besluitvorming op dit punt geen heet hangijzer hoeft te zijn. De Tuin is gepolst over een samenwerking op dit punt en is bereid hierover na te denken. Jaap Joldersma vanuit zijn achtergrond als stedenbouwkundige en projectontwikkelaar en ik als inhoudsdeskundige zien diverse mogelijkheden om ruimtevoordeel te creëren, onder andere door dubbelgebruik in de hoogte en diepte. Dit alles binnen de eisen van het bestemmingsplan en 4
4
rekening houdend met een beperkt budget en tegemoetkomend aan een optimale laagdrempelige Zeilsport Accomodatie. Zonder op de stoel van de architect te gaan zitten, zou ik een brainstormsessie voor een nieuwe accommodatie met de architectzeer op prijs stellen. Ik verzoek u dit in overweging te nemen. Henk van Gent 16 augustus 2009
5
5