Avans Hogeschool ‘s-Hertogenbosch Opleiding: Variant: Croho:
Technische Informatica; hbo-bachelor voltijd 34475
Visitatiedatum: 28 maart 2007
© Netherlands Quality Agency (NQA) Utrecht, augustus 2007
2/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Inhoud
3
Deel A: Onderwerpen 1.1 Voorwoord 1.2 Inleiding 1.3 Werkwijze 1.4 Oordeelsvorming 1.5 Oordelen per facet en onderwerp
5 7 7 8 10 11
Deel B: Facetten Onderwerp 1 Onderwerp 2 Onderwerp 3 Onderwerp 4 Onderwerp 5 Onderwerp 6
13 15 17 24 27 29 33
Deel C Bijlagen Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5:
Doelstelling van de opleiding Programma Inzet van Personeel Voorzieningen Interne kwaliteitzorg Resultaten
37 Onafhankelijkheidsverklaring panelleden 38 Deskundigheden panelleden 43 Bezoekprogramma 46 Overzichtslijst van de door de opleiding ter inzage gelegd materiaal 51 Competentieset Bachelor of ICT 53
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
3/70
4/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Deel A: Onderwerpen
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
5/70
6/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
1.1
Voorwoord
Dit rapport is het verslag van het panel dat in opdracht van NQA de opleiding Technische Informatica van de Avans Hogeschool, locatie ‘s-Hertogenbosch heeft onderzocht. Het beschrijft de werkwijze, de bevindingen en de conclusies. Het onderzoek heeft plaatsgevonden in het kader van de accreditatie van hogere beroepsopleidingen. Het onderzoek is feitelijk gestart in januari 2007, het moment waarop de opleiding haar zelfevaluatierapport bij NQA heeft aangeleverd. Als onderdeel van het onderzoek was er een panelbezoek aan de opleiding. Dit bezoek vond plaats op 28 maart 2007. In het panel hebben de volgende personen zitting genomen: De heer ing. A.A. Vreven (voorzitter); De heer drs. ing. J.M. van Zonneveld domeinpanellid); De heer P.A. Spiele (studentpanellid); Mevrouw drs. M.E. Voorthuis (NQA-auditor). Dit panel voldoet aan de eisen zoals gesteld in het document Protocol ter beoordeling van de werkwijze van visiterende en beoordelende instanties van de NVAO (22 augustus 2005). Het panel beschikt over domeinspecifieke deskundigheid, onderwijs- en auditdeskundigheid en deskundigheid over de internationale ontwikkelingen van de discipline (zie bijlage 2). Het rapport bestaat uit drie delen: • Deel A: een hoofdrapport, het Onderwerprapport, waarin de oordelen van het panel over de basiskwaliteit van de opleiding op onderwerpniveau worden uitgesproken met daarbij de overwegingen waarop die oordelen zijn gebaseerd. Het gaat hier om oordelen in de gradatie positief/negatief. Tevens wordt hier het eindoordeel geformuleerd. • Deel B: een Facetrapport waarin op facetniveau door het panel oordelen en argumenten ter onderbouwing van dat oordeel worden gegeven. De oordelen gaan uit van de vierpuntsschaal (onvoldoende, voldoende, goed en excellent) zoals die door de NVAO is voorgeschreven. Dit facetrapport vormt de basis van het Onderwerprapport. • Deel C: hierin zijn alle relevante bijlagen opgenomen. 1.2
Inleiding
De opleiding Technische Informatica (TI) vormt een onderdeel van de Academie voor Industrie en Automatisering (AI&I) van de Avans Hogeschool. Avans Hogeschool heeft in een Meerjarenbeleidsplan 2007-2010 haar missie geformuleerd: Zij wil een topinstituut zijn dat toekomstige beroepsbeoefenaren opleidt tot excellente professionals, die zichzelf en hun beroep voortdurend blijven ontwikkelen. Daarnaast wil zij voor specifieke bedrijven en organisaties een vanzelfsprekende partner zijn in het ontwikkelen en delen van kennis (MJB, 2007-2010). In 2006 heeft de academie AI&I een start gemaakt met het aanpassen van haar missie en doelstellingen aan deze nieuwe hogeschoolmissie (Ontwikkelingsplan AI&I 2007-2010).
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
7/70
De academie heeft in 2003 haar visie op leren, onderwijs en toetsen uitgewerkt in het Onderwijsconcept Academie voor Industrie en Informatica. Zij heeft deze visie in 2005 bijgesteld. Centrale elementen in het onderwijsconcept zijn: de centrale plaats van de student, het principe van leren leren, studeerbaarheid, competenties en flexibiliteit en vraaggestuurd onderwijs. De academie hanteert drie doelstellingen ten aanzien van de opleiding van studenten: ten eerste: de afgestudeerde kan goed functioneren in een technische omgeving in de eerste jaren van zijn loopbaan. Zij draagt er zorg voor dat de student zich voldoende technische kennis en vaardigheden eigen maakt en de juiste houding ontwikkelt om te kunnen functioneren. Ten tweede: de afgestudeerde heeft voldoende bekwaamheden om zich toekomstige (technisch) ontwikkelingen eigen te kunnen maken. De opleiding richt zich daarbij op het aanbrengen van een voldoende brede technische basis voor de student. Tevens draagt de opleiding er zorg voor dat de student de vaardigheid ontwikkelt om zich nieuwe kennis en vaardigheden eigen te kunnen maken. Ten derde: de opleiding bevordert de persoonlijke ontplooiing en het maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef van de student. De opleiding Technische Informatica sluit zich aan bij deze doelstellingen. Zij heeft als doel om ‘embedded software engineers’ op te leiden. Specifiek aan de opleiding is de praktijkgerichtheid. De opleiding Technische Informatica is in 2002 van start gegaan en komt voort uit de opleidingen Informatica en Elektrotechniek. Vanaf 2004 is de opleiding als major ingebed in de Bachelor of ICT. Tijdens de visitatie (in de eerste helft van 2007) waren het eerste en het tweede jaar van de nieuwe bacheloropleiding in uitvoering. Het derde en het vierde jaar vielen nog onder de ‘oude’ opleiding Technische Informatica, die is gestart in 2002. Het aantal studenten TI bedraagt thans 70. Het kernteam aan docenten omvat 3 fte. Een deel van het onderwijs wordt verzorgd door docenten van de andere opleidingen uit de Academie, met name uit de opleiding Informatica. In februari 2006 zijn de eerste studenten Technische Informatica afgestudeerd. Ten tijde van de visitatie waren dat elf studenten. De opleiding heeft uitsluitend een voltijd variant. Aangezien het om een nog jonge opleiding gaat, is het voor de eerste keer dat zij wordt gevisiteerd. 1.3
Werkwijze
De beoordeling van de opleiding door het panel heeft plaatsgevonden conform de werkwijze zoals die is neergelegd in het Beoordelingsprotocol van NQA (2006). Deze werkwijze wordt hieronder beschreven. De visitatie vond plaats op basis van het domeinspecifieke referentiekader dat voor de opleiding geldt (zie facet 1.1). NQA onderscheidt drie fasen in het visiteren: de voorbereidingsfase, het eigenlijke bezoek door het panel en de rapportagefase. Hieronder volgt een korte toelichting per fase.
8/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
De voorbereidingsfase Allereerst heeft een NQA-auditor het zelfevaluatierapport gecheckt op kwaliteit en compleetheid (de informatieanalyse) en daarmee op bruikbaarheid voor de visitatie. In de maanden februari en maart 2007 bereidden de panelleden zich inhoudelijk voor op het bezoek, dat plaatsvond op 28 maart 2007. Zij bestudeerden het zelfevaluatierapport (en bijlagen), formuleerden in een beoordelingsformat hun voorlopige oordelen op basis van argumenten en zij formuleerden vraagpunten. Zij gaven hun bevindingen door aan de NQAauditor. Op basis van een overzicht van voorlopige oordelen inventariseerde de NQA-auditor tenslotte kernpunten en prioriteiten voor materialenonderzoek en gesprekken. Tijdens een voorbereidende vergadering is het bezoek door het panel concreet voorbereid. De opleiding heeft in haar zelfevaluatierapport kenbaar gemaakt voor welk domeinspecifiek referentiekader zij kiest. De NQA-auditor heeft met de domeindeskundigen in het panel bekeken of sprake is van adequate domeinspecifieke doelstellingen, of dat nadere aanvulling dan wel nadere specificatie nodig is. In het facetrapport is aangegeven op welke landelijke beroeps- en opleidingsprofielen het domeinspecifieke kader (en het opleidingsprogramma) is gebaseerd. Het bezoek door het panel NQA heeft een bezoekprogramma ontwikkeld voor de (dag-)indeling van het bezoek door het panel dat is aangepast aan de specifieke situatie van de opleiding (bijlage 3). Er vonden gesprekken plaats met het opleidingsmanagement, docenten, studenten, afgestudeerden en met werkveldvertegenwoordigers. Aan het begin en tijdens het bezoek is ter inzage gevraagd materiaal bestudeerd. Tussen de gesprekken door heeft het panel zogenaamde ‘schakelmomenten’ ingelast om de bevindingen uit te wisselen en te komen tot gezamenlijke en meer definitieve (tussen-)oordelen. De bevindingen zijn door de panelleden beargumenteerd. Aan het einde van het bezoek heeft de voorzitter een mondelinge terugkoppeling gegeven van enkele indrukken en ervaringen van het panel, zonder expliciete oordelen uit te spreken. De fase van rapporteren Door NQA is, op basis van de bevindingen van het panel, een tweeledige rapportage opgesteld, bestaande uit een facetrapport en een onderwerprapport, waarin de kwaliteit van de opleiding is beoordeeld. Met dit rapport wordt door de opleiding accreditatie aangevraagd bij de NVAO. In het facetrapport wordt door NQA gerapporteerd op facetniveau. De opleiding heeft in mei 2007 een concept van dit rapport voor een check op feitelijke onjuistheden ontvangen. Naar aanleiding daarvan zijn enkele wijzigingen aangebracht. In het onderwerprapport wordt door NQA een oordeel op de onderwerpen en op de opleiding als geheel gegeven. Dit rapport is in juni 2007 voor een check op feitelijke onjuistheden aan de opleiding voorgelegd. Het definitieve rapport is door het panel vastgesteld in augustus 2007 en ter beschikking gesteld aan de opleiding, die het samen met de accreditatieaanvraag kan indienen bij de NVAO.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
9/70
1.4
Oordeelsvorming
In paragraaf 1.5 wordt per onderwerp een oordeel uitgesproken op basis van weging van de facetten die van dat onderwerp deel uitmaken. Bij deze weging spelen de beslisregels zoals die door de NQA in het Beoordelingsprotocol zijn geformuleerd en nader uitgewerkt in de notitie Handreiking voor oordeelsvorming een belangrijke rol. Tevens is bij de beoordeling rekening gehouden met accenten die de opleiding eventueel legt, het domeinspecifieke kader en een vergelijking met andere relevante opleidingen op een aantal aspecten. Het eindoordeel is voorzien van een aanvullende tekst als sprake is van: • weging van de oordelen op facetniveau; • benchmarking; • generieke bevindingen die het facetniveau overschrijden; • bepaalde accenten respectievelijk ‘best practices’. In de oordelen per onderwerp wordt steeds een herhaling gegeven van de oordelen op de facetten gevolgd door een weging die leidt tot het eindoordeel. De (uitgebreide) argumentatie is te vinden in het facetrapport.
10/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
1.5
Oordelen per onderwerp
Totaaloverzicht van oordelen op facet- en onderwerpniveau Onderwerp/Facet Onderwerp 1 Doelstelling van de opleiding 1.1 Domeinspecifieke eisen 1.2 Niveau bachelor 1.3 Oriëntatie HBO bachelor Totaaloordeel Onderwerp 2 Programma 2.1 Eisen HBO 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud programma 2.3 Samenhang in opleidingsprogramma 2.4 Studielast 2.5 Instroom 2.6 Duur 2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud 2.8 Beoordeling en toetsing Totaaloordeel Onderwerp 3 Inzet van Personeel 3.1 Eisen HBO 3.2 Kwantiteit personeel 3.3 Kwaliteit personeel Totaaloordeel Onderwerp 4 Voorzieningen 4.1 Materiële voorzieningen 4.2 Studiebegeleiding Totaaloordeel Onderwerp 5 Interne kwaliteitzorg 5.1 Evaluatie resultaten 5.2 Maatregelen tot verbetering 5.3 Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld Totaaloordeel Onderwerp 6 Resultaten 6.1 Gerealiseerd niveau 6.2 Onderwijsrendement Totaaloordeel
Oordeel voldoende goed goed positief goed goed goed goed goed voldaan goed goed positief goed goed goed positief goed voldoende positief goed goed goed positief voldoende voldoende positief
Doelstellingen opleiding Het panel beoordeelt het facet 1.1 Domeinspecifieke eisen met een voldoende en de facetten 1.2 Niveau bachelor en 1.3 Oriëntatie HBO bachelor met een goed. Het oordeel over onderwerp 1: Doelstelling van de opleiding is derhalve positief.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
11/70
Programma Het panel beoordeelt de facetten 2.1 Eisen HBO, 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud programma, 2.3 Samenhang in het opleidingsprogramma, 2.4 Studielast, 2.5 Instroom, 2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud, 2.8 Beoordeling en toetsing met een goed. En aan de criteria van facet 2.6 Duur is voldaan. Het oordeel over onderwerp 2: Programma is derhalve positief. Inzet van personeel Het panel beoordeelt de facetten 3.1 Eisen HBO, 3.2 Kwantiteit personeel en 3.3 Kwaliteit personeel met een goed. Het oordeel over onderwerp 3: Inzet van personeel is derhalve positief. Voorzieningen Het panel beoordeelt het facet 4.1 Materiële voorzieningen met een goed en 4.2 Studiebegeleiding met een voldoende. Het oordeel over onderwerp 4: Voorzieningen is derhalve positief. Interne kwaliteitszorg Het panel beoordeelt de facetten 5.1 Evaluatieresultaten, 5.2 Maatregelen tot verbetering en 5.3 Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld met een goed. Het oordeel over onderwerp 5: Interne kwaliteitszorg is derhalve positief. Resultaten Het panel beoordeelt het facet 6.1 Gerealiseerd niveau en 6.2 Onderwijsrendement met een voldoende. Het oordeel over onderwerp 6: Resultaten is derhalve positief. Totaaloordeel Op grond van voorgaand schema en de inhoudelijke onderbouwing daarvan in paragraaf 1.5 waaruit blijkt dat de opleiding op de zes de onderwerpen positief scoort, is de conclusie dat het totaaloordeel over de opleiding positief is.
12/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Deel B: Facetten
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
13/70
14/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Onderwerp 1
Facet 1.1
Doelstelling van de opleiding
Domeinspecifieke eisen
voldoende
Criteria - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding Technische Informatica (TI) bestaat als zelfstandige opleiding sinds 2002 en komt voort uit de opleidingen Informatica en Elektrotechniek. Voor deze opleidingen zijn landelijke competenties beschikbaar, die zijn beschreven in de documenten Beroepsprofiel en Opleidingsprofiel: Bedrijfskundig Informaticus, Technisch Informaticus (HBO-I platform, augustus 2000). De opleiding TI heeft deze landelijke competenties verder ontwikkeld tot een eigen set van competenties en heeft hier een eigen (tiende) competentie aan toegevoegd, namelijk ‘het kunnen doorgronden van een hardware platform (de analysefase). De nieuwe set competenties is later samengevoegd met de nieuwe landelijke competenties van 2004 uit het document: Bachelor of ICT, een competentiegerichte profielbeschrijving (HBO-I stichting, december 2004). Deze set is besproken met de Adviesraad in oktober 2006. Dit geldt eveneens voor het beroepsprofiel, het opleidingsprofiel en het ontwerp van de opleiding. De Academiedirectie en de opleiding participeren in het landelijk HBO-I platform. De opleiding profileert zich door nadruk te leggen op technische processen en technische informatiesystemen, zodat functioneren in een omgeving van bijvoorbeeld ‘embedded systems’ mogelijk wordt. Deze keuze komt voort uit het feit dat de opleiding een duidelijke toegevoegde waarde vanuit het veld ziet in kennis gepositioneerd op het snijvlak van de software kennis, vanuit de informatica discipline en hardware kennis vanuit de elektronica discipline. Het opleidingsprofiel van de opleiding is ook gebaseerd op internationale ontwikkelingen binnen het domein. De opleiding heeft het landelijk profiel internationaal vergeleken en heeft een beleidsnotitie Internationalisering geschreven (Avans Beleidskader Internationalisering 2006 en Avans Hogeschool ambitie met betrekking tot Internationalisering 2007-2010). Het panel vraagt zich af of de opleiding niet teveel ‘hinkt op twee gedachten’, door enerzijds een brede opleiding te willen zijn en anderzijds ook te kiezen voor verdieping. Deze tweeslachtigheid wordt mogelijk mede veroorzaakt door het verwachtingspatroon van (buitenlandse) vakgenoten. De leden uit het werkveld met wie het panel heeft gesproken, verschilden van mening over de vraag of de door de opleiding gemaakte keuze om een brede opleiding te zijn, beantwoordt aan de vragen vanuit het werkveld en inderdaad een verbetering is. Het panel deelt deze twijfel en komt op basis van deze afweging tot het oordeel voldoende in plaats van goed.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
15/70
Facet 1.2
Niveau bachelor
goed
Criteria - De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een Bachelor. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding heeft haar eigen competenties (zie facet 1.1) getoetst aan de Dublin descriptoren. De resultaten hiervan zijn beschreven in twee documenten: het Opleidingskader TI, en in de notitie Vertaling Dublin descriptoren naar eindkwalificaties 2006. Een voorbeeld van zo’n vertaling is de van de Dublin Descriptor Toepassen van Kennis en inzicht afgeleide set competenties: het uitvoeren van een procesanalyse, het uitvoeren van een informatieanalyse, het specificeren, ontwerpen, bouwen en implementeren van informatiesystemen, het specificeren van een infrastructuur, het exploiteren en beheren van informatiesystemen, het doorgronden van een hardwareplatform, het gestructureerd en analytisch denken en handelen, het beheersen van aspecten die samenhangen met de beroepsuitoefening, het leiding geven, het communiceren, het werken in een multidisciplinair team en het zelfverantwoordelijk en projectmatig werken. De aan deze Dublin Descriptor gerelateerde kwalificaties van de stage en het afstuderen zijn: probleemgericht kunnen werken, het hebben van voldoende communicatieve bekwaamheden, zich als professional verder kunnen ontwikkelen en oplossingen voor problemen kunnen ontwikkelen, beoordelen en overdragen. De beide door de opleiding gehanteerde landelijke profielen (zie facet 1.1) sluiten aan bij internationale ontwikkelingen (Bachelor of ICT- en competentiegerichte profielbeschrijving, (HBO-I stichting december 2004), Beroepsprofiel en Opleidingsprofiel, Bedrijfskundig Informaticus, Technisch Informaticus, (HBO-I platform, 2000). In het blokboek Afstudeerprojecten-werkprocessen, (juli 2004) zijn als toetsingscriteria de HBO kernkwalificaties van de commissie Fransen opgenomen. Het panel is van oordeel dat de opleiding er goed in is geslaagd om met haar eigen eindkwalificaties aan te sluiten bij zowel de landelijke, als de internationale beschrijvingen van het HBO-bachelorniveau.
Facet 1.3
Oriëntatie HBO bachelor
goed
Criteria - De eindkwalificaties zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties. - De eindkwalificaties weerspiegelen het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een hbo-opleiding vereist is of dienstig is.
16/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De competenties van de opleiding zijn voornamelijk gebaseerd op de in 2004 landelijk ontwikkelde competenties (zie facet 1.1). De opleiding heeft haar beroepsprofiel, de inhoud van de opleiding en haar set met competenties en ontwerpvaardigheden besproken in de bijeenkomsten van de Adviesraad voor de bachelor of ICT. Deze raad is voortgekomen uit de bestaande Adviesraad voor Informatica. In de nieuwe raad hebben zes leden zitting voor de opleiding Technische Informatica. De Raad is in haar nieuwe vorm tweemaal bij elkaar gekomen. De opleiding leidt op tot het beroepenveld van de technisch software engineer. De belangrijkste taken waar een afgestudeerd technisch software engineer mee te maken krijgt zijn: systematisch ontwerpen, bouwen en testen van software, hierbij gebruikmakend van de gangbare hulpmiddelen, de zogenoemde ontwikkeltools. Deze software wordt vaak gebruikt in technische toepassingsgebieden, zoals in apparatuur (embedded software) of in de besturing van een technisch proces. Vanwege het feit dat een technisch software engineer te maken krijgt met collega’s, opdrachtgevers, gebruikers en teamleden is het van belang dat hij goed kan samenwerken en communiceren gedurende het hele proces van de totstandkoming van de software, zowel tijdens het ontwerp en de ontwikkeling, de productie, de testfase, het onderhoud en het gebruik (de exploitatie) en de verkoop en advisering. De opleiding heeft twee afstudeerrichtingen: Technische Informatica (TI) en Commercieel Ingenieur (CI). Afgestudeerden van TI kunnen onder andere terecht bij een technisch softwarehuis of een product-ontwikkelafdeling van een groot bedrijf. Afgestudeerden van CI worden opgeleid tot Inkoper, Accountmanager of Productmanager. De huidige elf afgestudeerden van de opleiding zijn allen werkzaam in de functie van software engineer op HBO-niveau of doen een vervolgopleiding (Notitie Overzicht werkkring alumni 2005).
Onderwerp 2
Facet 2.1
Programma
Eisen HBO
goed
Criteria - Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. - Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline. - Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
17/70
Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: In de opleiding neemt de praktijkcomponent een belangrijke plaats in. Probleemgestuurd onderwijs, practica en projecten zijn centrale onderdelen van het curriculum (Onderwijsconcept AI&I 2005). De projecten zijn gebaseerd op actuele problemen in de beroepspraktijk. Studenten noemden de projecten een sterk punt van de opleiding. Veel aandacht wordt in de opleiding besteed aan het praktische programmeer- en modelleeronderwijs (Opleidingskader TI). Ook vaardigheden nemen een belangrijke plaats in en worden aangeleerd met behulp van activerende werkvormen zoals practica, workshops en projecten (Opleidingskader TI). Ook de stages en de afstudeeropdrachten borgen de relatie met de praktijk. Het sinds 2004 bestaande lectoraat Automatisering levert ook kennis over de actuele beroepspraktijk. Eén docent neemt deel aan de kenniskring. Hij zorgt voor de transfer van kennis in het curriculum. In het kader van het lectoraat begeleidt de opleiding een aantal studenten dat voor hun stage en afstuderen projecten uitvoeren bij onder andere SiTel semiconductor. Ook participeert de opleiding in de Euregionale proeftuin ’Embedded Systems’ (ESS, november 2004). Hierin wordt de samenwerking met het MKB geïntensiveerd. De opleiding voert regelmatig overleg met de Adviesraad over actuele ontwikkelingen in de beroepspraktijk (zie ook facet 1.3). Deze raad is bachelorbreed samengesteld en telt zes leden die de opleiding TI vertegenwoordigen. De Raad is tot op heden tweemaal bijeen geweest. Het panel heeft notulen van deze bijeenkomsten gezien. In het onderdeel Capita Selecta wordt aandacht besteed aan toegepast onderzoek. Het panel heeft geconstateerd dat in de opleiding gebruik wordt gemaakt van actuele (inter)nationale vakliteratuur. Het actueel houden van de literatuur gebeurt in overleg met een informatiespecialist van het Leer- en Innovatiecentrum (LIC) De onderwijscommissie ziet toe op de actualiteit van de beroeps- en opleidingsprofielen. Hierbij zijn zowel het werkveld en de docenten betrokken. Voor de minoren worden projecten ontwikkeld in samenwerking met het bedrijfsleven (Projectplan Bachelor of ICT 2005). De opleiding heeft een aantoonbare sterke praktijkcomponent, zo heeft het panel vastgesteld.
Facet 2.2
Relatie doelstellingen en inhoud programma
goed
Criteria - Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties, qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. - De eindkwalificaties van de doelstellingen zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. - De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheden om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken.
18/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Het curriculum van de opleiding is in principe beroepsgericht, procesgericht, studentgericht en omgevingsgericht. Het curriculum is gebaseerd op competenties, die aansluiten bij de competenties van de Bachelor of ICT. De hiervoor geformuleerde competenties zijn getoetst aan de Dublin Descriptoren. De door de opleiding geformuleerde competenties en de daaronder liggende vakinhouden en vaardigheden zijn geconcretiseerd in leerdoelen per studieonderdeel en blok. In het eerste jaar staat de algemene oriëntatie op het werkgebied van de Informaticus centraal. In blok 1 in het eerste semester wordt in (werk)colleges en PGO-opdrachten gewerkt aan de beroepsspecifieke competenties. In het tweede semester wordt gewerkt in projecten, die worden ondersteund door (werk)colleges en practica. In het tweede studiejaar is het project de belangrijkst werkvorm, weer ondersteund door colleges en practica. In het derde studiejaar gaat de student een semester op stage. In het tweede semester van het derde jaar kiest de student een minor, die wordt aangeboden in zijn domein of een minor naar eigen interesse. In de minoren wordt ook gewerkt met projecten. Deze hebben een hogere realiteitsgehalte dan de voorafgaande projecten. In het eerste semester van het vierde jaar kiest de student de tweede minor. In het tweede semester van dit jaar doet hij zijn afstudeeropdracht. In elk blok, c.q. semester staat een aantal competenties en leerdoelen centraal. Deze staan beschreven in de elektronische blokcourses. Ook voor de stage en het afstuderen zijn competenties geformuleerd, die zijn beschreven in blokboeken, respectievelijk het Blokboek stage en het Blokboek afstuderen. Per studieonderdeel is een werkmap beschikbaar, waarin de leerstof wordt omschreven, inclusief de leerdoelen, zo heeft het panel vastgesteld. Het niveau van de competenties van de opleiding wordt via indicatoren aangegeven. Dit heeft de opleiding tot nu toe gerealiseerd voor één blok. Evaluatiegegevens laten zien dat de studenten en de alumni tevreden zijn over de mate waarin het curriculum mogelijkheden biedt om de eindkwalificaties te realiseren. Het panel onderschrijft deze conclusie.
Facet 2.3
Samenhang in opleidingsprogramma
goed
Criteria - Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend opleidingsprogramma. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding zorgt zowel voor een horizontale als een verticale samenhang van het programma. Voor de borging van de horizontale samenhang worden thema’s per onderwijsperiode/semester behandeld. Binnen elke periode en elk semester wordt zoveel mogelijk afstemming gerealiseerd van PGO, practica, projecten en vakonderdelen.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
19/70
De verticale samenhang wordt geborgd door expertiseteams van docenten. Zij bewaken de onderscheiden leerlijnen, die zijn beschreven in de notitie Leerlijnen 2005. De leerlijnen hebben betrekking op de combinatie van vakkennis en vakmatige vaardigheden. Het onderwijs van het nieuwe programma kent de volgende leerlijnen: programmeren, ontwerpen, internettechnieken, database en software engineering. In de nieuwe opleiding is het eerste jaar breed van opzet (ICT). In dit jaar krijgen studenten een algemene oriëntatie op het werkgebied van de Informaticus (het ICT werkveld) en een oriëntatie op de majors. In het tweede jaar verdiept de student zich door middel van de gekozen major. Thema’s hierin zijn databases en internet: programmeren en modelleren. De eerste helft van het derde jaar omvat een stage en in de tweede helft van dit jaar specialiseren studenten zich via een minor. Deze specialisering wordt gecontinueerd in het vierde jaar, ook weer via een minor. De tweede helft van het vierde jaar voeren studenten in opdracht van een bedrijf een afstudeeropdracht uit. De onderwijscommissie bespreekt na elk blok de samenhang ervan. Studenten zijn tevreden over de samenhang, zo blijkt uit de resultaten van het Student Tevredenheids Onderzoek (STO) en de Keuzegids. Ook de studenten, zowel uit het oude, als uit het nieuwe programma, met wie het panel heeft gesproken, toonden zich tevreden over de samenhang van het programma.
Facet 2.4
Studielast
goed
Criteria - Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Om de studeerbaarheid van het programma zoveel mogelijk te waarborgen, is het studieprogramma opgebouwd uit vier blokken van tien weken. Per blok zijn 15 EC geprogrammeerd. Per studieonderdeel wordt in de blokcourses en courses per moduul het aantal SBU beschreven. De lessentabellen van de blokken zijn weergegeven in de Opleidingsspecifieke Studiegids. Via intranet worden studenten geïnformeerd over de lesroosters, tentamen- en inzageroosters (inclusief herkansingen). Indien daar aanleiding voor is en een student studievertraging heeft opgelopen, wordt in onderling overleg een individueel leerplan opgesteld. De regeling hiervoor is beschreven in de OER. De verdeling van de studielast over de blokken wordt periodiek geëvalueerd door de opleidingscommissie. Op basis van de resultaten hiervan worden indien nodig hierin wijzigingen doorgevoerd door de onderwijscommissie. De feitelijk gerealiseerde studielast is een vast onderdeel van de blokevaluaties. De resultaten ervan worden naar het management gestuurd. Uit het STO blijkt dat studenten niet tevreden zijn over de spreiding van de studielast. De score is 2.6 op een vijfpuntsschaal. Uit de
20/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Keuzegids blijkt echter dat studenten wel tevreden zijn over de studeerbaarheid van het programma. In het verleden bleken de alumni niet tevreden over de spreiding van de studielast. Hun kritiek betrof twee blokken, zo blijkt uit het verslag van Exitgesprekken met afgestudeerden (juni, 2006). Inmiddels zijn de onderwerpen over de desbetreffende blokken beter verdeeld. De opleiding hanteert voor de propedeuse een Bindend Studie Advies van 45 EC. De studenten met wie het panel heeft gesproken, vertelden dat zij rond de 30 à 40 uur per week aan hun studie besteden. Zij herkenden de uitkomsten van het STO ten aanzien van de spreiding van de studielast niet en verklaarden de onvrede hierover uit het feit dat vermoedelijk alleen diegenen die ontevreden zijn de enquête hebben ingevuld. De respons op de enquête blijkt bovendien zeer gering, namelijk 11 van de 70 studenten respondeerden. De studenten met wie het panel heeft gesproken, hebben de studie tot nu toe niet als te zwaar ervaren, maar noemden een zeer goede motivatie een voorwaarde voor studiesucces. Ook zijn er volgens hen geen struikelvakken in het programma. Wel wordt wiskunde door de studenten als moeilijk ervaren. De opleiding heeft inmiddels wiskunde als zelfstandig vak uit het programma gehaald en geïntegreerd in andere onderdelen. Hiermee hoopt zij studenten het nut van wiskunde beter duidelijk te maken en de studeerbaarheid van het programma te verbeteren. Studenten vertelden het panel dat door deze maatregel de studeerbaarheid inderdaad is toegenomen.
Facet 2.5
Instroom
goed
Criteria - Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De eisen die de opleiding stelt aan de vooropleiding van studenten staan beschreven in de OER en de Academiebrede studiegids 2006-2007. De opleiding wil met haar onderwijs in eerste instantie aansluiten bij studenten met een HAVO diploma. Zij dienen over één van de volgende profielen te beschikken: Natuur en Techniek, Natuur en Gezondheid, Economie en Maatschappij met wiskunde B1 of Cultuur en Maatschappij met wiskunde B1. Aan VWO-instromers worden geen profieleisen gesteld. Voor studenten met een MBO diploma is er een verkort traject van drie jaar. Dit was tot voor kort 2,5 jaar, maar is verlengd tot 3 jaar, vanwege het feit dat er geen specifieke TI-instroom meer is vanuit het MBO. Ook voor studenten met een VWO diploma is er een verkort traject van 3,5 jaar. De verkorte trajecten staan beschreven in de opleidingsspecifieke Studiegids Informatica en Technische Informatica (jaar 3 en 4).
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
21/70
De opleiding werkt samen met het Koning Willem 1 College in Den Bosch aan een doorlopende leerweg MBO-HBO (Ontwikkelingsplan AI&I, 2007-2010). Procedures voor vrijstellingen staan beschreven in de Academiebrede studiegids 2006-2007. Studenten die voldoen aan de instroomeisen en vrijstellingen wensen, kunnen deze bespreken met de instroomcoördinator (Academiebrede Studiegids 2006-2007 en het OER). De studenten met wie het panel heeft gesproken, vertelden dat het verkrijgen van vrijstellingen niet gemakkelijk gaat. Het panel heeft begrip voor een zorgvuldige onderbouwing van vrijstellingen mits dit geen consequenties heeft aan het begin van de studie wat betreft de studievoortgang. De opleiding neemt een aantal maatregelen om de instroom te bevorderen. Zij verzorgt bijvoorbeeld lessen op HAVO- en MBO scholen. Verder kunnen belangstellende studenten een dag proefstuderen of een dag meelopen met een student. Voor havisten is er een speciaal HAVO-project. Zij kunnen drie dagen meelopen in de opleiding. De studenten met wie het panel heeft gesproken vertelden dat de opleiding overeenkomstig hun verwachtingen is. Ook uit de studentenevaluaties blijkt dat studenten in het algemeen tevreden zijn over de aansluiting op de vooropleiding en de voor de start van de opleiding ontvangen informatie. Met name vanwege de kleinschaligheid van de opleiding is er direct vanaf de start voldoende hulp en begeleiding van de docenten, bijvoorbeeld voor studenten die moeilijkheden hebben met wiskunde, gerelateerd aan specifieke vakken. Studenten krijgen voldoende ondersteuning en begeleiding, zo vertelden zij het panel. Het panel is van oordeel dat de opleiding er goed in is geslaagd om met haar werkvormen, zoals PGO en projectonderwijs aan te sluiten bij de werkvormen van de tweede fase van het voortgezet onderwijs. Ten aanzien van de voorlichting maakt de opleiding een onderscheid in interne en externe voorlichting. Interne voorlichting wordt gegeven op open dagen en avonden, via het proefstuderen, door meeloopdagen, door een oriëntatieochtend en een mbomiddag. Voorbeelden van externe voorlichting zijn voorlichtingsbijeenkomsten op toeleverende scholen, deelname aan opleidingsbeurzen en het verzorgen van lessen op de toeleverende scholen.
Facet 2.6
Duur
voldaan
Criteria - De opleiding voldoet aan formele eisen m.b.t. de omvang van het curriculum: hbo-bachelor: 240 studiepunten. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Het programma heeft de duur van vier jaar en omvat 240 EC. Zij voldoet hiermee aan de formele omvang van 240 EC.
22/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Facet 2.7
Afstemming tussen vormgeving en inhoud
goed
Criteria - Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. - De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: In de documenten Onderwijsconcept AI&I 2005 en het Opleidingskader TI beschrijft de opleiding de uitgangspunten met betrekking tot de didactische inrichting van haar onderwijs. De opleiding is ingedeeld in vijf fasedoelen: de propedeuse, de hoofdfase voor de stage, de stagefase, de hoofdfase voor het afstuderen en de afstudeerfase (Opleidingskader TI). Zij maakt een onderscheid in diverse leeromgevingen: leeromgevingen met docenten, coöperatieve leeromgevingen en zelfinstructieleeromgevingen (Opleidingskader TI). De opleiding streeft ernaar om zoveel mogelijk beroepsgericht, studentgericht, procesgericht en omgevingsgericht te zijn. Competentiegerichtheid is een belangrijk aspect van de nieuwe opleiding. Deze neemt in de loop van de opleiding toe, vanuit de veronderstelling dat studenten zich eerst een aantal inhoudelijke en zelfsturende ‘tools’ eigen moeten maken voordat zij zelfstandig kunnen werken. De belangrijkste onderwijsvormen die de opleiding hanteert om haar didactische principes te realiseren zijn PGO en projecten. In het eerste semester van de opleiding wordt PGO gebruikt en in de overige semesters projecten. Met deze opbouw hoopt de opleiding de studenten te leren om steeds zelfstandiger te werken. In de hoofdfase (voor de stage) is sprake van een sterke aansluiting tussen het project en de ondersteunende modulen. In de hoofdfase voor het afstuderen (in het vierde jaar) moeten studenten zelf steeds meer informatie opzoeken. Zij verwerven aanvullende of verdiepende informatie in de modulen. De projecten nemen in deze fase in omvang toe. Uit evaluatieresultaten (cursusevaluaties, STO en de landelijke onderzoeken) blijkt dat studenten tevreden zijn over de afstemming tussen de vormgeving en de inhoud. Het panel is van oordeel dat de opleiding er goed in is geslaagd om de meest passende werkvormen te vinden bij het door haar gehanteerde didactische concept. Dit geldt zowel voor de opleiding oude als de opleiding nieuwe stijl. Studenten toonden zich zeer tevreden over de werkvormen en met name over de projecten, die goed aansluiten bij de actuele praktijk.
Facet 2.8
Beoordeling en toetsing
goed
Criteria - Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
23/70
Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De academie AI & I heeft haar uitgangspunten en richtlijnen voor de toetsing beschreven in het Opleidingskader TI. In de Academiebrede Studiegids, de nota Toetsbeleid AI&I (2005). In de blokcourses en de moduulcourses wordt het toetsbeleid verder uitgewerkt. De opleiding maakt een onderscheid in assessments (toetsen van competenties) en (praktijk)tentamens. Hierdoor worden zowel de vaardigheden als de kennis getoetst. De opleiding heeft een begin gemaakt met een vertaling van de door haar nagestreefde competenties naar indicatoren in relatie tot assessen (Notitie Assessen met indicatoren in blok 4). In de propedeuse moeten studenten zogenoemde tussentoetsen maken met het doel om hen zoveel mogelijk actief met de stof te laten omgaan. Voor de toetsen, de projecten en opdrachten, de stages en de afstudeerwerken zijn criteria geformuleerd. Het panel heeft een aantal toetsen ingezien en is van mening dat deze van een goede kwaliteit zijn. Zij is te spreken over de (schriftelijke) feedback van de docenten op de toetsen. Uit de studentenevaluaties blijkt dat de studenten zeer tevreden zijn over de toetsing. Zij waarderen de aansluiting van de toets op de leerstof met een 4 (op een vijfpuntsschaal) en de toetsingscriteria met een 3,9. Afgestudeerden blijken over enkele aspecten van de toetsing iets kritischer te zijn (Verslag exitgesprek met afstudeerders, juni 2006). Zo zouden zij de tussentoetsen liever als deeltoetsen zien. Echter de opleiding heeft vanuit de didactische opzet bewust voor de vorm van tussentoetsen en niet voor deeltoetsen gekozen. Ook leveren deeltoetsen volgens de opleiding een aantal praktische problemen op. Een andere opmerking van de afgestudeerden betrof het min of meer informele karakter van de eindbeoordelingen van de projecten. Inmiddels hebben deze een formeler karakter gekregen.
Onderwerp 3
Facet 3.1
Inzet van Personeel
Eisen HBO
goed
Criteria - Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Bijna alle docenten van de opleiding hebben relevante beroepservaring, zo blijkt uit de door het panel bestudeerde CV's. Slechts één van de twintig bij de opleiding betrokken docenten heeft geen (actuele) beroepservaring. Docenten houden op een aantal manieren voeling met de beroepspraktijk, onder andere door projecten en opdrachten zo veel mogelijk overeenkomstig de beroepspraktijk op te zetten. Zij doen dit zo mogelijk in samenwerking met bedrijven.
24/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Ten tweede: alle docenten hebben de taak om stages en afstudeerprojecten te begeleiden. Ook neemt één docent deel aan de kenniskring van het Lectoraat Industriële Automatisering. Daarnaast houden docenten voeling met de beroepspraktijk door het bijhouden van vakliteratuur, door lidmaatschappen en deelname aan beroepsverenigingen, door studiereizen en excursies, en door deelname aan de Adviesraad. Docenten onderhouden ook contacten met de beroepspraktijk door opdrachtgevers uit het beroepenveld in te zetten bij de beoordeling van de afstudeerprojecten. Studenten toonden zich in het gesprek met het panel tevreden over de actuele kennis van docenten over de beroepspraktijk en de hoeveelheid contacten die er zijn tussen de opleiding en de bedrijven. Ook blijkens evaluatieresultaten zijn de studenten tevreden met de vakinhoudelijke deskundigheid van de docenten (n.b. het gaat om een respons van 11 van de 70 studenten). De docenten toonden in het gesprek met het panel een grote mate van betrokkenheid bij de bedrijven, waar de studenten hun stages en afstudeerprojecten doen.
Facet 3.2
Kwantiteit personeel
goed
Criteria - Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Uitgangspunten voor de personeelsformatie zijn beschreven in het Personeelsbeleidsplan AI&I 2006-2008. Docenten werken 1659 uur op jaarbasis conform de CAO. Van deze uren is een aantal uren geoormerkt: 36 uur voor het niet opdraagbaar bijblijven, 130 uur voor opdraagbaar bijblijven, 90 leeftijdsuren voor personeel boven de 50 jaar bij een inzet van 1 fte en 180 leeftijduren voor personeel van 60 jaar en ouder bij een inzet van 1 fte. De academiedirectie stelt jaarlijks vast op basis van de studentaantallen hoe het aantal fte wordt verdeeld over de bacheloropleidingen. Zo wordt de docent-student ratio bepaald. Deze is voor de opleiding Technische Informatica voor 2006-2007 1:23,2. De opleiding beschikt over een kernteam van docenten van 3 fte (voor 70 studenten). De hiernaast benodigde docenten zijn afkomstig uit andere opleidingen van de academie, met name uit de opleiding Informatica. In de propedeuse zijn per docent 9,2 docenturen per student beschikbaar. Voor hoofdfase 1 zijn dit 11,3 docenturen en voor hoofdfase 2 12,8 uur per student. Het percentage ziekteverzuim in 2006 was 4,1%. In de voorafgaande jaren was dit 0,8 tot 1,1%. Het hogere ziekteverzuim in 2006 kan verklaard worden uit het feit dat twee docenten in dat jaar langdurig ziek waren.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
25/70
De studenten hebben het panel laten weten dat er voldoende docenten zijn. Ook volgens enquêteresultaten zijn de studenten tevreden over de hoeveelheid docenten en over hun bereikbaarheid. Echter volgens deze enquête zijn zij niet tevreden over het aantal wekelijkse contacturen (score 2,55). De opleiding wijt dit voor een groot deel aan het beschikbare budget. Al eerder werd vermeld dat de respons op de enquête laag was (11 van de 70). Het panel hecht daarom beperkt belang aan de uitkomsten hiervan. Ondanks dat een deel van de docenten wordt ‘aangetrokken’ vanuit de academie en niet fulltime bij de opleiding werkzaam is, heeft het panel de indruk gekregen dat de docenten een hecht team vormen. Gelet op het feit dat de respons op de enquête laag was en de studenten die het panel heeft gesproken de uitslag van de enquête niet herkenden, komt het panel tot het oordeel goed op dit facet.
Facet 3.3
Kwaliteit personeel
goed
Criteria - Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding borgt de kwaliteit van de docenten onder andere door middel van een opleidingsbrede scholing. Centrale elementen in de scholing zijn: competentiegericht onderwijs, het begeleiden en uitvoeren van toegepast onderzoek en scholing in leerlijnenteams. Op Academieniveau wordt met betrekking tot de scholing van docenten een onderscheid gemaakt in groepsgebonden en individuele scholing. De individuele scholing wordt deels door de docent zelf bepaald en deels in overleg met het management. POP's en functioneringsgesprekken spelen hierbij een belangrijke rol. Hierin wordt de behoefte aan scholing van de docenten vastgelegd. Indien er problemen lijken te zijn wordt er ten behoeve van het functioneringgesprek gebruik gemaakt van het zogenoemde informantenformulier, dat door twee collega’s wordt ingevuld. Uit de CV’s van de docenten is het panel gebleken dat de meeste docenten veel kennis hebben van en ervaring in de beroepspraktijk, een voor een hbo-opleiding belangrijk punt. Zoals al eerder is vermeld, zijn de studenten te spreken over de kwaliteit van de docenten.
26/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Onderwerp 4
Facet 4.1
Voorzieningen
Materiële voorzieningen
goed
Criteria - De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Avans Hogeschool heeft gebouwen in Breda, ’s-Hertogenbosch en Tilburg. Ten einde qua huisvesting tegemoet te komen aan de door de hogeschool beleden onderwijsvisie (leren leren en competentiegericht onderwijs), is er sprake van een vernieuwing van de huisvesting gericht op kwaliteitsverhoging en oppervlaktereductie. Na beëindiging van het project zal het aantal locaties teruggebracht zijn van negen naar vijf met een totaal oppervlak van 60.000 m2 (exclusief de twee locaties van de kunstacademie). Een belangrijk resultaat van de vernieuwing moet een ‘rijke leer- en werkomgeving’ zijn. Daartoe is het concept van Xplora uitgedacht. Xplora maakt deel uit van het Leer- en Innovatiecentrum (LIC). Het LIC ondersteunt bij de onderwijsontwikkelingen van Avans. Studenten vinden in Xplora verschillende soorten werkplekken: individuele en groepswerkplekken, stilteplekken en vergaderplaatsen. Door het draadloze netwerk in het hele gebouw kunnen ze overal met de eigen laptop werken. Er is ook een grote variatie aan andere voorzieningen, zoals een internetcafé, multimediaondersteuning, boeken, tijdschriften, databanken en zelfs een televisieopnamestudio. Docenten nemen een actieve plaats in binnen Xplora en kunnen ter plekke groepjes studenten begeleiden. Informatieadviseurs adviseren bij het zoeken naar informatie voor studieopdrachten en multimediamedewerkers helpen bij het voorbereiden van presentaties en mogelijke andere producties. Alle drie de hoofdlocaties in Breda, Tilburg en ’s-Hertogenbosch hebben zo’n Xplora. De openingstijden zijn ruim: ze zijn dagelijks in bedrijf van 8:00 tot 21:30 uur (vrijdags tot 17:00 uur) en zijn ook op zaterdag open. In de locaties van de kunstacademie blijft een eigen mediatheek gehandhaafd en wordt er geen gebruik gemaakt van het Xplora-concept. Studenten van de opleiding TI maken naast Xplora gebruik van een voor hen meer geavanceerd ‘eigen’ netwerk. Naast Xplora beschikken alle locaties over onderwijsruimtes van gangbaar formaat en kwaliteit: grotere en kleinere theorieruimten, projectkamers, PC-lokalen en practica. Ze zijn voorzien van conventionele projectieapparatuur en/of digitale (beamers) Door Avans worden pc-werkplekken voor studenten aangeboden in een verhouding 1 pc op 8,6 studenten (landelijk 1:9,6) Het softwareaanbod bestaat uit de algemene kantoor- en internetapplicaties en zo’n 600 onderwijsgerelateerde applicaties. De hogeschool beschikt over een Intranet en Blackboard voor algemene curriculuminformatie.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
27/70
Uit gegevens van het STO 2006 blijkt dat de AVANS studenten overwegend tevreden zijn met huisvesting, ICT en overige voorzieningen. Een aantal lagere scores wordt in sterke mate bepaald door de gevolgen van de (ver)nieuwbouw en (her)huisvesting. Het panel, dat de generieke audit heeft uitgevoerd, heeft tijdens de audit het pas geopende Xplora in Breda kunnen bekijken. Eerder had het al de Xplora in de locatie ’s-Hertogenbosch gezien. In het document Besturing van de nieuwe organisatie van Avans Hogeschool 2004 worden de functies en taken van de ondersteunende diensten beschreven. De Academie sluit dienstverleningsovereenkomsten met de ondersteunende diensten DVO DIF; DVO LIC-Ai&I, DVO DMCS-AI&I. Het panel (dat de opleiding TI) visiteerde heeft tijdens de rondleiding kennis genomen van Xplora en geconstateerd dat het een dynamisch en groeiend concept is en nog in ontwikkeling is. Bijna alle TI-studenten hebben een eigen laptop, waardoor voor hen de Xplora-ruimtes minder relevant zijn. De opleiding beschikt over een eigen TI-lab. Deze biedt volgens de studenten met wie het panel heeft gesproken te weinig ruimte en mogelijkheden om als projectgroep op eigen initiatief te gaan werken. Echter, volgens de opleiding zijn dit soort ruimtes gerealiseerd in Xplora. Het aantal computers per student is binnen de Academie 1: 2,7 studenten en ligt dus boven de norm van de hogeschool (de computers zijn bestemd voor de studenten van de opleidingen Informatica, Technische Informatica en Elektrotechniek). Het panel vindt het aantal computers ruim bemeten. Zowel de docenten als de studenten van de opleiding TI zijn tevreden over de faciliteiten, zo blijkt uit het STO. Ondanks de opmerking van de studenten over het aantal beschikbare computers en werkgroeplokalen de piekuren komt het panel tot het oordeel goed.
Facet 4.2
Studiebegeleiding
voldoende
Criteria - De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten zijn adequaat met het oog op de studievoortgang. - De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten sluiten aan bij de behoefte van studenten. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding heeft de studiebegeleiding ontleend aan het document Opleidingskader Hogere Informatica (juli 2002). Op academieniveau is dit document verder uitgewerkt in het Kader voor studieloopbaanbegeleiding (2005) en een draaiboek StudieLoopbaanBegeleiding. De opleiding maakt een onderscheid in 1) studiebegeleiding en 2) studie- en loopbaanbegeleiding. De studiebegeleiding heeft betrekking op de voortgang van de studie en de studie- en loopbaanbegeleiding op het maken van keuzes en het nemen
28/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
van beslissingen tijdens de opleiding. Studiebegeleiding is gekoppeld aan de competentie zelfverantwoordelijk leren. In de eerste twee jaren wordt de begeleiding uitgevoerd door mentoren. Hun werkwijze staat beschreven in het Draaiboek zelfverantwoordelijk leren eerste studiejaar 2006. Het accent ligt in dit jaar op het wegwijs maken van de studenten in de opleiding. Aandacht wordt besteed aan de studievoortgang en de keuze van de specialisatie. Na de stage is er voor alle studenten (dezelfde) studievoortgangscoördinator. Informatie over de het programma en dergelijke kunnen studenten vinden in de Academiebrede Studiegids en in het OER, de blokcourses en de courses wegwijzers (deze informatie staat op intranet en Blackbard). Het panel heeft hiervan printen gezien. Voor de studievoortgangsregistratie maakt de opleiding gebruik van Avansguarde. Het panel heeft geconstateerd dat dit programma nog in ontwikkeling is. Voor de studievoortgangsregistratie maakt de opleiding gebruik van het cijferregistratiesysteem Progress. Uit evaluatieresultaten blijkt dat studenten tevreden zijn over de studiebegeleiding en de informatievoorziening. Echter uit exitgesprekken blijkt dat de mentorbegeleiding voor verbetering vatbaar is, met name na de propedeuse. De opleiding werkt inmiddels met een studievoortgangscoördinator voor na de stage. Ontevreden zijn studenten over de begeleiding in het buitenland. De Academie heeft inmiddels in het beleid Internationalisering AI&I studeren in het buitenland als verbeterpunt opgenomen. De studenten met wie het panel heeft gesproken, toonden zich tevreden over de studiebegeleiding. Docenten zijn door de kleinschaligheid van de opleiding gemakkelijk bereikbaar en altijd bereid om vragen te beantwoorden en de nodige begeleiding te geven. Het panel komt tot het oordeel voldoende in plaats van goed vanwege het feit dat studenten niet tevreden zijn over de mentorbegeleiding.
Onderwerp 5
Facet 5.1
Interne kwaliteitzorg
Evaluatie resultaten
goed
Criteria - De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Avans Hogeschool gaat uit van een kwaliteitsaanpak die zowel de bestuurlijke processen, de onderwijsuitvoeringsprocessen als de voorzieningen omvat.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
29/70
30/70
Het beleid is neergelegd in twee documenten: de notities Kwaliteit is van iedereen en Avans Integrale Kwaliteitszorg Raamwerk. Als systeem is gekozen voor het INKmanagementmodel. Daarnaast wordt gewerkt met de Balanced Score Card (BSC). De hierin gehanteerde prestatie-indicatoren worden onderverdeeld in een financieel-, een innovatie-, een klant- en een intern perspectief. De BSC wordt met name gebruikt als rapportagemodel. De voortgang in de Academies wordt gemonitord door middel van een kwartaalrapportage (MARAP) en door overleg hierover met de Raad van Bestuur. Het kwaliteitszorgsysteem maakt deel uit van de totale ‘planning- en controlcyclus’ van de hogeschool, die is gebaseerd op strategische en jaarplannen. Bij de aansturing van de Academies speelt de afdeling Beleidsevaluatie en Control (BE&C) een belangrijke ondersteunende rol. De regie op de kwaliteitszorg is in handen van de Stuurgroep Integrale Kwaliteitszorg. Van elke Academie wordt verwacht dat deze beschikt over een eigen kwaliteitszorgbeleidsplan, een kwaliteitshandboek en een kwaliteitsplan (meerjaren en jaarlijks). Richtlijnen/uitgangspunten daarvoor staan in de notitie Avans Integrale Kwaliteitszorg. Eén daarvan is dat elke Academie het accreditatiekader van de NVAO hanteert voor de inhoudelijke sturing en beoordeling van de opleidingen. Een gemeenschappelijke aanpak wordt gestimuleerd door het optreden van adviseurs van het Leer- en Innovatiecentrum, het beschikbaar stellen van formats en procedures. Alle relevante documenten zijn via het Platform Kwaliteitszorg op Blackboard voor gebruikers beschikbaar. Voor de implementatie van de kwaliteitszorgsystematiek is er een Implementatieplan Kwaliteitszorg Academies. Ten behoeve van de interne kwaliteitscontrole is er een audit op accreditatiewaardigheid ontwikkeld die dit jaar voor het eerste uitgevoerd wordt. Staande praktijk is dat in elk geval de volgende evaluaties uitgevoerd worden: - Het tweejaarlijkse STO: het studententevredenheidsonderzoek (2002, 2004, 2006). - De blok- of kwartaalevaluatie (incl. evaluatie van stage- en afstudeerperioden). - Het onderzoek inzake werkgeversaantrekkelijkheid (éénmaal uitgevoerd, besluit inzake periodiciteit nog niet genomen). - Jaarlijks onderzoek onder alumni (i.h.a. de HBO-Monitor). - Bespreking van de eindcompetenties met een werkveldadviescommissie. - Docentenevaluaties. - Werkgeversonderzoeken. - Evaluaties van de voorzieningen op het gebied van ICT. Het panel dat de generieke audit uitvoerde, heeft de schriftelijke neerslag gezien van de bovengenoemde opsomming en maakt hieruit op dat alle door de NVAO genoemde stakeholders door middel van evaluatie bij de interne kwaliteitszorg zijn betrokken. De hogeschool heeft in het Meerjarenbeleidsplan 2007-2010 aangegeven dat deze de samenwerking met het beroepenveld gaat versterken. Op opleidingsniveau wordt er geen apart kwaliteitszorgplan gevraagd. De opleiding werkt binnen de kaders van de Academie en maakt op grond daarvan een Jaarplan waarin zijn opgenomen de metingen die op opleidingsniveau worden uitgevoerd, zoals bijvoorbeeld de blokevaluaties en de voorgenomen verbeteractiviteiten.
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Voor de opleidingen is met betrekking tot hun kwaliteitszorg het accreditatiekader van de NVAO richtinggevend. De kwaliteitsplanning van de Academie is beschreven in het Kwaliteitsplan AI&I, 2004-2007, deel 3. Gewerkt wordt volgens de PDCA cyclus. De opleiding maakt in het kader van de kwaliteitszorg gebruik van de bovengenoemde evaluatie-instrumenten. Voor de evaluatie van de blokken gebruikt zij de Blokevaluaties, waarvan de procedures staan beschreven in de nota: Procedures blokrapportage. Om de tevredenheid van studenten over de opleiding meer in het algemeen te meten neemt de opleiding deel aan het tweejaarlijkse hogeschoolbrede Student Tevredenheids Onderzoek, de Keuzegids/Choice, Elsevier en de HBO-Monitor. De tevredenheid van de medewerkers wordt geëvalueerd met behulp van de Aantrekkelijke werkgever. De tevredenheid van het werkveld en de alumni over de startbekwaamheid van afgestudeerden zal worden gemeten met behulp van het Werkveldonderzoek. Het eerste onderzoek onder deze stakeholders wordt gehouden in september 2007. Ook houdt de opleiding in het kader van de kwaliteitszorg zogenoemde exitgesprekken met afgestudeerden. Zij doet dit ook met studiestakers. Hiervan worden verslagen gemaakt. De opleiding hanteert voor de resultaten van de evaluaties de streefnorm van de hogeschool, namelijk gelijk aan of hoger dan 3 op een vijfpuntsschaal. Het panel is van oordeel dat de opleiding op een adequate wijze de kwaliteit van haar onderwijs meet.
Facet 5.2
Maatregelen tot verbetering
goed
Criteria - De uitkomsten van deze evaluatie vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Op Academieniveau is een aantal verbeter- en ontwikkeldocumenten beschikbaar, zoals het Ontwikkelingsplan AI&I, Businessplannen, Kwaliteitsplan AI&I 2004-2007 deel 1en deel 2. Het panel is van mening dat de opleiding zorgt voor een goede borging van de uitvoering van de door haar gehanteerde PDCA-cyclus. Zij heeft deze borging op verschillende manieren vastgelegd, bijvoorbeeld in de Procedure blokrapportages en de kwaliteitsplanning. Verbeteracties worden onder andere geformuleerd op basis van de blokevaluaties. Hierbij spelen de Resultaat Verantwoordelijke Eenheden (RVE’s), de onderwijscommissie, de opleidingscommissie en docenten een belangrijke rol.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
31/70
In juli 2006 heeft de opleiding een sterkte-zwakte analyse gehouden in het kader van de accreditatie. Het verbetertraject dat daarop volgt is opgenomen in een projectplan. Voorbeelden van verbeteracties zijn: het bijwerken van de competentiematrix, het verbeteren van het vastleggen van de niveau’s van competenties door middel van indicatoren en het inventariseren van de spreiding in werk- en toetsvormen. In het Ontwikkelingsplan AI&I (2005-2008) van de Academie is een aantal verbeteracties geformuleerd. Deze betreffen de marketing en communicatie naar aankomende studenten, het intensiveren van de relatie met het bedrijfsleven en het verbeteren van de aansturing van het kwaliteitszorgsysteem. Aangezien de opleiding voor de eerste keer wordt gevisiteerd, zijn er geen verbeteracties naar aanleiding van een vorige visitatie genomen. De opleiding wordt voor het eerst gevisiteerd. Dientengevolge zijn er geen gegevens beschikbaar over verbeteracties naar aanleiding van resultaten van de vorige visitatie van deze opleiding. Wel heeft de opleiding naar aanleiding van de visitaties van de opleiding Elektrotechniek (Inspanning onder hoogspanning, eindrapport van de visitatiecommissie Elektrotechniek, maart 2003) en Informatica (Onderwerprapport accreditatie Informatica Avans Hogeschool ’ s-Hertogenbosch, NQA, 2005) diverse verbeteringen doorgevoerd. Een voorbeeld hiervan betreft het toetsbeleid en de bewaking van de kwaliteit van de toetsen. Inmiddels wordt het toetsbeleid tweejaarlijks geëvalueerd. Een ander verbeterpunt betrof de invulling van de projecten, die als te licht werd ervaren. In de opleiding Technische Informatica wordt extra aandacht besteed aan een voldoende omvang en complexiteit van de projecten. Via evaluatie van de projecten wordt de tijd die studenten besteden aan de projecten gemeten. Een derde voorbeeld betreft het ontbreken van het alumnibeleid, dat inmiddels heeft vorm gekregen in de vorm van en alumnivereniging en een alumnibeleid. Een voorbeeld van verbeteracties naar aanleiding van het visitatierapport over Informatica is evenals bij de opleiding Elektrotechniek het toetsbeleid. Om de kwaliteit van de toetsen beter te borgen worden thans veel van de toetsen door twee docenten gezamenlijk opgesteld. Het tweede voorbeeld betreft de internationalisering. De nieuwe opleiding Technische Informatica heeft de activiteiten uit de beide opleidingen gecombineerd om een zo breed mogelijk palet aan te kunnen bieden. Het panel is van oordeel dat de opleiding daadwerkelijk uitvoering geeft aan de PDCA-cyclus. Zij neemt volgens het panel tijdig de nodige verbetermaatregelen.
Facet 5.3
Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld
goed
Criteria - Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld van de opleiding actief betrokken.
32/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: Studenten zijn betrokken bij de kwaliteitszorg door middel van hun deelname aan de Blokevaluaties en het STO. Tevens participeren zij in een aantal landelijke evaluaties (zie facet 5.1) en in de opleidingscommissie. Studenten zijn tevreden over hun betrokkenheid bij de kwaliteitszorg. De score is 4.1 op een vijfpuntsschaal. Docenten zijn betrokken bij de kwaliteitszorg door participatie in de Resultaat Verantwoordelijke Eenheden (RVE’s).Verder maakt een aantal van hen deel uit van de opleidingscommissie en de onderwijscommissie. Ook zijn de docenten betrokken bij de kwaliteitszorg via de functioneringsgesprekken, het werkoverleg van de faseteams en/of opleidingsteams, periodieke opleidingsvergaderingen, studiedagen en deelname aan het onderzoek de Aantrekkelijke Werkgever. Alumni zullen vanaf september structureel worden betrokken bij de kwaliteitszorg door een Werkveldonderzoek onder alumni (gepland in september 2007). Ook nemen zij deel aan de HBO-Monitor. Thans voert de opleiding exitgesprekken met afgestudeerden. Het werkveld is betrokken bij de kwaliteitszorg door deelname aan het Werkveldonderzoek. Het panel heeft geconstateerd dat het werkveld nauw betrokken is bij de opleiding. Onder andere via de Adviesraad voor de Bachelor of ICT. De leden van de Adviesraad met wie het panel heeft gesproken, vertelden dat zij betrokken zijn geweest bij de opzet van het nieuwe curriculum en de opleiding een aantal adviezen hierover heeft gegeven, die zijn ‘meegenomen’. Het panel is van oordeel dat de opleiding er goed voor zorgt dat alle bij de opleiding betrokken groepen deelnemen aan de kwaliteitszorg.
Onderwerp 6
Facet 6.1
Resultaten
Gerealiseerd niveau
voldoende
Criteria - De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De afstudeeropdracht is de feitelijke toets om het gerealiseerde niveau te meten. Studenten voeren hun afstudeeropdracht uit in opdracht van een bedrijf. De opdracht moet worden goedgekeurd door een docent. Hij zorgt voor de borging van de kwaliteit. Dit gebeurt ook door middel van de HERSAT procedure. Studenten zijn zelf verantwoordelijk voor het zoeken van een geschikte afstudeeropdracht. Zij kunnen hiervoor gebruik maken van een lijst met opdrachten, die de opleiding bij de bedrijven heeft geworven.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
33/70
34/70
Vervolgens maakt de student een opdrachtomschrijving, die hij voorlegt aan zijn afstudeercoördinator. Criteria voor goedkeuring zijn: de opleiding moet inhoudelijk voldoen aan de eisen van de opleiding, de bedrijfsbegeleider heeft minimaal een hboniveau en is inhoudelijk deskundig. De student werkt de probleembeschrijving uit, schrijft een plan van aanpak met en planning en een eisenblad voor het resultaat van de opdracht en levert deze producten in bij de afstudeerbegeleider. Het afstudeerproduct is in feite een verzameling van beroepsproducten. Het product kan onder andere de vorm hebben van een plan van aanpak, een planning, een broncode, een handleiding of een onderzoeks- en adviesrapport. Alleen indien het bedrijf dat wil schrijft de student een ‘traditioneel’ afstudeerverslag. Voor henzelf en de opleiding maken de afstudeerders een portfolio met daarin opgenomen een reflectieverslag waarin studenten hun eigen competenties aan de hand van afstudeerkwalificaties aantonen. In het portfolio nemen de studenten als bewijsvoering (delen) van de producten voor het bedrijf op. Bij de afstudeersessie is naast de docent ook de bedrijfsbegeleider betrokken. De afstudeerbegeleider bepaalt als examinator het eindcijfer. De bedrijfsbegeleider geeft een beoordelingsadvies. Bij de afstudeerzitting is een externe deskundige uit het werkveld aanwezig. Hij adviseert bij de beoordeling en zorgt voor de niveau- en de kwaliteitsbewaking van de afstudeerder en de opleiding in het geheel. Deze externe deskundige is bij meerdere afstudeerzittingen aanwezig om een goede vergelijking te kunnen maken. Tot het moment van de visitatie waren elf studenten afgestudeerd. Zij zijn met behulp van een exit-enquête bevraagd over het behaalde niveau en over de aansluiting op de beroepspraktijk. Hieruit blijkt dat zij tevreden zijn. Ook het werkveld is bevraagd over de kwaliteit van de afgestudeerden. Zij blijkt tevreden over de inhoud van de afstudeeropdracht (score 4), de moeilijkheidsgraad van de opleiding (score 4), de vakinhoudelijk kennis (score 4), de zelfstandigheid van de afgestudeerden (score 4,1), de vaardigheid om samen te werken (score 3,7) en het analytisch vermogen van de afgestudeerden (score 3,5). De vertegenwoordigers uit het werkveld en de alumni met wie het panel tijdens het bezoek heeft gesproken, toonden zich ook tevreden over het niveau. Zij verschillen echter van mening over de vraag of de nieuwe opleiding niet (te) breed van opzet is, waardoor er minder aandacht wordt besteed aan kennis van onder andere de meer specialistische technische kennis. Hun ervaring is dat in zijn algemeenheid de huidige afgestudeerden wat minder kennis hebben van sommige theoretische specialismen, zoals meet- en regeltechniek. Zowel de werkveldvertegenwoordigers als de alumni pleiten ervoor om voldoende aandacht te blijven besteden aan techniek en ook aan wiskunde. In het nieuwe programma is wiskunde als vak afgeschaft en komen delen van de wiskunde geïntegreerd met andere vakken aan bod. Voorafgaand aan het bezoek heeft het panel een overzicht gekregen van titels van de elf eindwerkstukken, voorzien van een cijfer. Het panel heeft vier werkstukken voorafgaand aan het bezoek ontvangen en bestudeerd. Deze waren voorzien van een beoordelingsformulier van de afstudeerbegeleider en een beoordelingsadvies van de bedrijfsbegeleider. De overige zeven eindwerkstukken vielen onder de geheimhouding van het bedrijf.
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Vier van deze vertrouwelijke werkstukken (twee voor een deel en twee volledig) lagen tijdens het bezoek ter inzage voor het panel. Op verzoek van NQA heeft de opleiding als aanvulling op de afstudeerwerken ook nog een zestal stagewerkstukken ontvangen. Ook deze heeft het panel voorafgaand aan het bezoek bestudeerd. Het panel heeft van de (meeste) eindwerkstukken alleen de versie voor de opleiding en de student kunnen bestuderen. Een groot deel van deze werkstukken was een procesbeschrijving ofwel reflectieverslag over het afstudeerproces. Het panel vindt de beschrijvingen aan de lange kant en had moeite om de relevante probleemstellingen eruit te halen. Van de meer op de inhoud gerichte beschrijvingen voor het bedrijf heeft het panel er tijdens het bezoek twee gezien. Deze gaven het panel een beter inzicht in het niveau van de afgestudeerden. Het panel is van oordeel dat de werkstukken een hbo-niveau hebben. Zij komt tot het oordeel voldoende en geen goed, omdat zij van een aantal werkstukken niet de versie voor het bedrijf heeft kunnen inzien, waardoor zij zich geen compleet beeld heeft kunnen vormen1. Ook hebben de hiervoor beschreven opmerkingen die het werkveld en de alumni hebben gemaakt over mogelijke gevolgen van de huidige (breed) opgezette opleiding voor toekomstig afgestudeerden een rol gespeeld bij de totstandkoming van het oordeel voldoende.
Facet 6.2
Onderwijsrendement
voldoende
Criteria - Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante andere opleidingen. - Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers. Het oordeel wordt als volgt beargumenteerd: De opleiding hanteert conform het Academiebeleid de volgende streefdoelen: een propedeuserendement van minimaal 50% na1 jaar en na twee jaar van 75%, een examenrendement na 4 jaar van gemiddeld 40%, na 5 jaar van 60% en na 6 jaar van 70%, een gemiddelde verblijfsduur van uitvallers van 1,35 jaar en van gediplomeerden van 4,5 jaar. Het propedeuserendement na1 jaar fluctueert. Van cohort 2003-2004 had 35% en van cohort 2004-2005 53% na een jaar de propedeuse behaald. Het propedeuserendement van cohort 2005-2006 was evenals dat van 2003-2004 laag, namelijk 30%. Het propedeuserendement na twee jaar varieert tussen de 62% (cohort 2002-2003) en 65% (cohort 2003-2004). Voor cohort 2004-2005 was het propedeuserendement na twee jaar 65%. Het streefdoel met betrekking tot de propedeuse na twee jaar wordt aldus niet behaald. Een verklaring van de opleiding hiervoor is de strenge selectie in de propedeuse.
1
De opleiding heeft het voornemen om vanaf september 2007 studenten naast eenreflectieverslag een afstudeerverslag te laten schrijven. In dit verslag geeft de student een ruime samenvatting van zijn of haar afstudeerwerk.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
35/70
36/70
Het hoofdfaserendement van cohort 2002-2003 na vier jaar is 75%. Hiervoor is geen streefdoel geformuleerd. Het landelijk gemiddelde diplomarendement van de opleiding TI ligt rond de 37%. Voor deze opleiding was dit voor cohort 2002-2003 50%. Het streefrendement blijkt voor dit cohort gerealiseerd. De verblijfsduur van havisten van de cohorten 2002-2003, 2003-2004 en 2004-2005 en 2005-2006 die uitvallen is 25, 34, 11 en 9 maanden. Voor de laatste twee cohorten wordt het streefdoel gerealiseerd. Van diegenen die de verkorte MBO-route volgen is de gemiddelde verblijfsduur van de uitvallers niet langer dan 9 maanden. Het panel komt op basis van het feit dat de streefrendementen voor de propedeuserendement na twee jaar niet zijn behaald en er voor het hoofdfaserendement (nog) geen streefdoel is geformuleerd tot het oordeel voldoende in plaats van goed.
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Deel C
Bijlagen
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
37/70
Bijlage 1:
38/70
Onafhankelijkheidsverklaring panelleden
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
39/70
40/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
41/70
42/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Bijlage 2:
Deskundigheden panelleden
Technische Informatica Avans Hogeschool
Relevante werkvelddeskundigheid
X
X
Vakdeskundigheid: Vertrouwd met meest recente ontwikkelingen
X
X
Vakdeskundigheid: Vertrouwd met lesgeven en beoordeling en toetsing minstens op niveau/oriëntatie te beoordelen opleiding
X
Onderwijsdeskundigheid
X
Panellid NQA: Mevrouw drs. M.E. Voorthuis
X
Studentgebonden deskundigheid Visitatiedeskundigheid
Panellid student: De heer P.A. Spiele
Panellid: De heer drs.ing. J.M. van Zonneveld
Panellid: De heer ing. A.A. Vreven MSc
Deskundigheid cf. Protocol VBI’s; 22 augustus 2005
X X
X
X
X
Nadere informatie over de achtergronden van de panelleden:
Panellid de heer ing. A.A. Vreven MSc De heer Vreven is ingezet als panellid vanwege zijn domeindeskundigheid. Sinds 1967 is de heer Vreven werkzaam geweest in de ICT in een breed scala van functies. Per 1 november 2006 werkt de heer Vreven drie dagen per week bij Topicus op het gebied van ontwikkeling van onderwijsinformatiesystemen. De heer Vreven is lid (geweest) van diverse internationale werkgroepen, waaronder X-Open, OSF, voorzitter permanent working group on e-bussiness and retailbanking. Tijdens zijn studie aan de University of Michigan was de heer Vreven werzaam bij Burroughs Corporation. De heer Vreven is docent geweest bij de Nederlandse Politie Academie, AMBI opleidingen, de MBA respectievelijk MBI opleidingen van Nyenrode en de Katholieke Universiteit Brabant (nu Universteit Tilburg), waar hij momenteel nog gastdocent is. De heer Vreven is voor deze visitatie individueel geïnstrueerd over het proces van visiteren in het hoger onderwijs en de werkwijze van NQA.
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
43/70
Opleiding 1957 – 1962 1962 – 1965 1965 – 1968 1970 – 1974 1980 – 1982
HBS Economie UVA HTS scheepswerktuigbouwkunde AMBI Computer Science, University of Michigan
Werkervaring: 1965 – 1968 1968 – 1973 1973 – 1978 1978 – 1987
Marineofficier ABN, systeemontwerper Rijks computercentrum, project leider politie informatiesystemen RAET (hoofd Systeemontwikkeling Landbouw Administratie en RekenCentrum) en consultant 1987 – 2003 Rabobank Nederland (hoofd Hulpmiddelen en Methoden, adviseur Strategie) 2003 – 2006 Rabobank Groep Directeur ICT-strategie 2006 – heden Senior consultant bij Topicus Education inzake de ontwikkeling van onderwijsinformatiesystemen
De heer drs.ing. J.M. van Zonneveld De heer Van Zonneveld is ingezet vanwege als domeindeskundige van het panel. Hij heeft deelgenomen aan de NQA-auditortraining hoger onderwijs en heeft vanuit zijn opleiding en werkervaring ruime (internationale) kennis van het domein Technische Informatica. Daarnaast is hij voor deze visitatie aanvullend individueel geïnstrueerd over het accreditatieproces in het hoger onderwijs en de werkwijze van NQA. Opleiding en cursussen: 1977 – 1981 HTS Werktuigbouwkunde 1986 – 1991 OU Bedrijfskunde 1991 – 2004 OU Economie 1984 KDI Kwaliteitsanalyse 1981 – 1984 LOI Economie MO 1986 – 1987 Philips industrial Engineering 1989 Philps Functiewaardering 1998 KEMA Internal Auditor 2000 ITIM intercultural management 2004 Philips PBE assessor 2004 S&N Effectieve communicatie 2005 Cursus EFQM-audit Werkervaring: 1981 – 1984 1984 – 1986 1986 – 1988 1988 – 1990 1990 – 1996 1996 – 2000 2000 – 2003 2003 – heden
44/70
Fokker ass. Chef Kwaliteitsafdeling Fokker, uitbesteed werk Philips Elcoma, materialen, Industrial Engeneering Philips Elcoma, helderheidsversterkers, Industrial Engeneering Flat Panel Displays, Logistiek en Advisering Philips Research, projectcoördinator Philips Europartners, cluster leader Philips EuroPartners, Quality Improvement manager, Program manager Overig EZ
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Studentpanellid de heer P.A. Spiele De heer Spiele is ingezet als studentpanellid voor de visitatie. Hij volgt de opleiding Technische Informatica aan de Technische Universiteit Delft. De heer Spiele is lid van de Centrale Studentenraad. Hij beschikt over studentgebonden deskundigheden met betrekking tot de studielast, de onderwijsaanpak, de voorzieningen en de kwaliteitszorg bij opleidingen Technische informatica. Qua leeftijd is hij representatief voor de primaire doelgroep van de opleiding. De heer Spiele is individueel geïnstrueerd over het proces van accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA. Opleiding: 1994 – 2000 2000 – 2001 2001 – 2007
VWO, Rotterdams Montessori Lyceum Libaral Arts, Indiana University of Pennsylvania Technische Informatica, TU Delft
Mevrouw drs. M.E. Voorthuis Mevrouw Voorthuis beschikt zowel door haar opleiding als door haar werk over een brede onderwijskundige kennis van en ervaring met het onderwijs. Zij heeft een groot aantal jaren gewerkt als senioradviseur en -onderzoeker op het terrein van met name het hoger onderwijs en de bve sector en hierover gepubliceerd. Voor het hoger onderwijs voerde mevrouw Voorthuis een groot aantal onderzoeken en adviestrajecten uit. Deze hadden onder andere betrekking op implementatie en evaluatie van tal van onderwijskundige vernieuwingen, alsook op kwaliteitszorg. Andere terreinen waarop zij onderzoek deed en adviestrajecten uitvoerde zijn studiebegeleiding en studieloopbanen, studiekeuzeprocessen en de positie van allochtone studenten in het hoger onderwijs. Daarnaast was zij gedurende een aantal jaren projectleider van een monitorproject van management- en verkooptrainingen bij een gerenommeerd internationaal bedrijf voor managementtrainingen. Als auditor heeft mevrouw Voorthuis ruime ervaring binnen verschillende domeinen in zowel het hoger beroepsonderwijs als het universitaire onderwijs. Opleiding: 1973 1985 1989 1992 1995 2000
Diploma Pedagogische Academie Doctoraal Pedagogische Wetenschappen, met het hoofdvak Onderwijskunde en de bijvakken Organisatiesociologie en Bestuurskunde Leergang Modulair Onderwijs bij het Nederlands Studie Centrum Cursus Gegevensverwerking met Data Entry en SPSS/PC+ Training Krauthammer International Cursus Vergelijking ATLAS/ti-Nvivo
Werkervaring: 1973 – 1977 1985 – 2002 2002 – 2004 2004 – heden 2005
Basisonderwijs SCO-Kohnstamm instituut van de Universiteit van Amsterdam HBO-raad, afdeling Kwaliteitszorg Netherlands Quality Agency Vanuit NQA gedetacheerd bij de Qality Assurance Netherlands Universities (QANU)
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
45/70
Bijlage 3:
Bezoekprogramma
09.00 – 11.00 uur
Ontvangst + Materiaalbestudering
11.00 – 11.45 uur
Gesprek met opleidingsmanagement
11.45 – 12.30 uur
Gesprek met studenten
12.30 – 13.15 uur
Lunchpauze
13.15 – 14.00 uur
Gesprek met docenten
14.00 – 14.45 uur
Gesprek met werkveld en afgestudeerden
14.45 – 15.15 uur
Rondleiding
15.15 – 17.00 uur
Paneloverleg en eventueel extra gesprekken
17.00 – 17.30 uur
Gesprek met opleidingsmanagement en afronding
17.30 – 18.00 uur
Afsluitend paneloverleg
46/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Managementpanel Dhr. ir. Roel Fiolet Relatie tot opleiding Directeur Academie voor Industrie & Informatica
Dhr. drs. Collin Prumpeler Relatie tot opleiding Adjunct-directeur Academie voor Industrie & Informatica
Dhr. ir. Koen van Brero Relatie tot opleiding Opleidingscoördinator Technische Informatica
• • • • •
Portefeuille Academiebeleid Financiën Operationele zaken Contractactiviteiten / lectoraat Personeelszaken
• • • •
Portefeuille Academiebeleid Onderwijsontwikkeling Kwaliteitszorg PR & communicatie
• • • • • • •
Portefeuille Aansturen onderwijsvernieuwingen Onderwijscommissies Examencommissie Aansturen docententeam Voorlichting & Instroom Studiegids Projectleider accreditatie
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
47/70
Studentenpanel Nasir Abed Vooropleiding MBO
• •
Traject / huidige fase MBO verkort 3½-jarig Propedeuse
• •
Traject / huidige fase Regulier 4-jarig Propedeuse
• •
Traject / huidige fase Regulier 4 jarig Hoofdfase 1 (leerjaar 2)
• •
Traject / huidige fase Regulier 4 jarig Hoofdfase 1 (leerjaar 2)
• •
Traject / huidige fase Regulier 4 jarig Hoofdfase 1 (leerjaar 2)
• •
Traject / huidige fase Regulier 4 jarig Hoofdfase 2 (leerjaar 3)
• •
Traject / huidige fase VWO-verkort 3½-jarig Hoofdfase 2 (leerjaar 3)
• •
Traject / huidige fase Regulier 4 jarig Afstuderen (leerjaar 4)
• •
Traject / huidige fase Regulier 4 jarig Afstuderen (leerjaar 4)
• •
Traject / huidige fase Regulier 4 jarig Afstuderen (leerjaar 4)
Job Born Vooropleiding HAVO Peter Chu Vooropleiding HAVO Stijn Spijker Vooropleiding HAVO Sander Wiering Vooropleiding HAVO Mariska Nuijten Vooropleiding MBO Khalid El Mrabet Vooropleiding VWO Erik van Dijk Vooropleiding HAVO Quang-Truong Ngo Vooropleiding HAVO Mustafa Omerovic Vooropleiding HAVO
48/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Docentenpanel Mevr. Angelique van den Boogaard Doceert vakken • Communicatievakken Dhr. Koen van Brero Doceert vakken • Project software kwaliteit • Beveiliging • Capita selecta
Dhr. Peter Kailuhu Doceert vakken • Probleemgestuurd onderwijs 1 • Project kas informatiesysteem • C-programmeren • Miniprojecten • Datacommunicatie • Computerarchitectuur • C++ programmeren • Project Real-time • Analoge elektronica • Project software kwaliteit • Project Software Architectuur • Regeltechniek • Signaalbewerking Dhr. Diederich Kroeske Doceert vakken • Probleemgestuurd onderwijs 2 • Interfacetechniek • Project kas informatiesysteem • Project MP3 speler • Microcontrollers • Miniproject 1 • Project GPS-navigatie • Digitale elektronica • Project Real-time • Programmeerbare hardware • Analoge elektronica • Driverontwikkeling • Project Software Architectuur • Project Embedded Software • Regeltechniek • Signaalbewerking Dhr. René Schenk Doceert vakken • Objectgeoriënteerd ontwerpen Mevr. Jacqueline van de Ven Doceert vakken • Stagevoorbereiding Dhr. Wim Verhoef Doceert vakken • Interfacetechniek • Netwerken en Internet • Project GPS-navigatie
•
Organisatietaken Coördinator MBO-verkort traject
• • • • •
Organisatietaken Opleidingscoördinator Onderwijscommissie TI en Bachelor of ICT Examencommissie Studievoortgangscoördinator Resultaatverantwoordelijke eenheid TI
• • •
Organisatietaken Voorzitter opleidingscommissie Onderwijscommissie TI Resultaatverantwoordelijke eenheid TI
• • •
Organisatietaken Lid kenniskring lectoraat Onderwijscommissie TI Resultaatverantwoordelijke eenheid TI
•
Organisatietaken Coördinator tentaminering
•
Organisatietaken Coördinator Stage & afstuderen
•
Organisatietaken Coördinator ICT voorzieningen
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
49/70
Dhr. Jos van Weert Doceert vakken • Multimedia • C-programmeren • Java-programmeren
• •
Organisatietaken Coördinator Inzet & roostering Vertegenwoordiging in HBO-i
• •
Relatie tot opleiding Afstudeerbegeleider (2 studenten) Deelname project lectoraat
•
Relatie tot opleiding Alumnus juni 2006
• • •
Relatie tot opleiding Lid adviesraad Begeleiding afstudeerders (3 studenten) Werkgever (6 alumni)
•
Relatie tot opleiding Begeleiding afstudeerders (2 studenten)
•
Relatie tot opleiding Alumnus juni 2006
•
Relatie tot opleiding Lid adviesraad
•
Relatie tot opleiding Alumnus juni 2006
•
Relatie tot opleiding Alumnus juni 2006
• • • • •
Relatie tot opleiding Lid adviesraad Begeleiding stagiaires (3 studenten) Begeleiding afstudeerders (2 studenten) Deelname projecten lectoraat Werkgever (1 alumni)
Werkveldpanel Dhr. Arno van den Akker Bedrijf • Van den Akker Electric engineering, ‘s-Hertogenbosch Dhr. Teun van de Berg Bedrijf • ASML, Veldhoven Dhr. Patrick Brosens Bedrijf • ICT Embedded, Eindhoven
Dhr. Peter Lambooij Bedrijf • Philips TASS, Eindhoven Dhr. Daniel Patty Bedrijf • ICT Embedded, Eindhoven Dhr. Erik Schoenmakers Bedrijf • OCé technologies, Venlo Dhr. Bart Theeuwes Bedrijf • Sitel Semiconductor, ‘s-Hertogenbosch Dhr. Gino van Vreede Bedrijf • ICT Embedded, Eindhoven Dhr. Gerard Wolters Bedrijf • Sitel Semiconductor, ‘s-Hertogenbosch
50/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Bijlage 4:
Overzichtslijst van door de opleiding ter inzage gelegd materiaal
Beleidsdocumenten nummer 1.3 1.4 4.9 2.3 1.5 1.6 4.2 4.3 1.7 1.10 5.6 4.15 1.12 2.22
titel Meerjarenbeleidsplan Avans 2003-2006 Meerjarenbeleidsplan Avans 2003-2006 Onderwijsvisie 2003-2004 Avans Beleidskader bacheloropleidingen Avans beleidskader internationalisering 2006 Avans Hogeschool ambitie met betrekking tot internationalisering Jaarverslag Avans hogeschool 2004 Jaarverslag Avans hogeschool 2004 Ontwikkelingsplan AI&I 2007-2010 Beleid Internationalisering AI&I 2007-2010 Businessplan 2007 Marketing en communicatieplan AI&I Projectplan B2M2 BICT 2005 Historisch overzicht curriculum ontwikkeling TI, 2006
- Hogeschoolniveau
- Opleidingsniveau
Onderwijs- en toetsbeleid nummer 1.16 2.5 2.6
titel Opleidingskader Technische Informatica Onderwijsconcept AI&I 2005 Toetsbeleid AI&I
Onderwijsbeleid Toetsbeleid
Studiemateriaal nummer VD3.a
titel Onderwijsmateriaal van 3 onderwijsblokken (blok 3,6 en 14)
VD3.b VD3.c 2.21 VD3.d 1.20
Voorgeschreven boeken Gebruikte readers Blokboek stage (Nederlands- en Engelstalig) Handreiking voor stageverlenende bedrijven Blokboek afstuderen (Nederlands- en Engelstalig)
Voorbeelden van: - Modulewijzers (Black Board courses) - Projectopdrachten - (Practicum)opdrachten - Readers - Studieboeken - Readers - Stagehandleidingen - Afstudeerhandleidingen
Beoordeeld materiaal nummer VD4.a
titel Onderwijsmateriaal van 3 onderwijsblokken (blok 3,6 en 14)
VD4.b
Stageportfolio’s
- Tentamens - Assessments - Tussentoetsen - Projectverslagen - (Practicum)opdrachten - Portfolio’s - Stageverslagen
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
51/70
Personeelsbeleid nummer 3.3 3.4 3.5 VD5.a VD5.b 3.9 3.10 VD5.c
titel Personeelsbeleidsplan AI&I 2006-2008 Personeelsplan AI&I 2006-2008 Scholingsplan AI&I 2006-2008 Functieprofielen Algemene informatie eisen docenten Functionerings- en beoordelingsformulieren Informantenformulieren Voorbeelden persoonlijke ontwikkelplannen (POPs)
- Scholingsplan - Functie- en kwalificatieprofielen - Documentatie over functioneren en professionaliseren
Intern kwaliteitszorgsysteem nummer 5.3
2.1
titel Kwaliteitsplan AI&I 2004-2007 deel 1: kwaliteitszorgbeleid Kwaliteitsplan AI&I 2004-2007 deel 2: kwaliteitshandboek Kwaliteitsplan AI&I 2004-2007 deel 3: kwaliteitsplanningen Resultaten studenttevredenheidsonderzoek
5.13
Illustraties PDCA-cycli
3.11 1.22 3.2 2.2 VD6.a
Enquêteresultaten afstuderen Exitgesprekken met afstudeerders juni 2006 Onderzoek aantrekkelijke werkgever Resultaten Landelijke onderzoeken Blokrapportages
VD6.b
TI 1 jaar later
5.4 5.5
- Beleid - Overzicht van evaluatieinstrumenten
- Streefcijfers - Studenten tevredenheidonderzoek - Uitkomsten en analyses van evaluaties en verbeteractiviteiten - Evaluatierapporten intern
- Evaluatierapporten extern - Evaluaties door studenten en docenten - Uitkomsten en analyses van evaluaties en verbeteractiviteiten - Uitkomsten en analyses van evaluaties en verbeteractiviteiten
Relevante overlegorganen nummer VD7.a 1.19 2.15 2.27 1.17 1.18 1.11 5.7 5.14 VD7.b VD7.c VD7.d
52/70
titel Overzicht overlegorganen Notulen OC-TI Notulen OC-BICT Notulen Opleidingscommissie TI Notulen adviesraad TI 06-07-05 Notulen adviesraad TI 13-10-06 Notulen adviesraad BICT 2001-2006 Notulen HBO-i platform Notulen opleidingsvergadering Notulen werkoverleg Notulen academieraad Notulen RVE TI
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
Bijlage 5:
BC-1 A
Competentieset Bachelor of ICT (december 2006)
Procesanalyse uitvoeren Organisaties die ICT gebruiken Context ICT-dienstverleners Situatie
B C
−
Opdrachtgever: projectleider uit de gebruikersorganisatie, eigenaar van gebruikersorganisatie, projectleider van ontwikkelproject, domeinexpert − Verantwoordelijke: projectleider uit de gebruikersorganisatie, eigenaar van gebruikersorganisatie, degene uit de gebruikersorganisatie die verantwoordelijk is voor het proces, projectleider van systeemontwikkelproject − Startinformatie: varieert van 0 tot volledige handboeken, beschrijving AO, gegeven een kwaliteitsborgingsysteem − Mate van zelfstandigheid: gedeeltelijk of geheel zelfstandig − Overige betrokkenen: in samenwerking met o Uitvoerenden o Domeinexperts o Andere analisten o Andere disciplines − Overige betrokkenen: projectleider, projectteam Beroepsdomein Vooronderzoek Resultaat − Doelstelling & prestatie-indicatoren van het proces zijn geformuleerd − Tekstuele en schematische beschrijving (ist) − Relatie met andere processen is aangegeven − Knelpunten en onduidelijkheden zijn bekend en geëvalueerd − Er zijn verbetervoorstellen geformuleerd − De analyse is volledig t.o.v. de probleemstelling − Begrijpelijk en duidelijk voor de opdrachtgevers, verantwoordelijken en anderen die de procesanalyse gebruiken − Een duidelijke verantwoording van de gemaakte keuzes ten aanzien van de systeemgrens − De informatie is betrouwbaar Prestatieindicatoren De student is in staat om − de verschillende elementen van een proces te herkennen en onderscheiden − door middel van interviews te achterhalen hoe een bedrijfsproces in werkelijkheid verloopt, en waar de knelpunten zitten − contradicties in de verschillende interviews te herkennen en op te lossen − schema’s van processen te maken die passen bij de probleemstelling en duidelijk zijn voor andere belanghebbenden − te kunnen bepalen of de analyse volledig is ten aanzien van de probleemstelling − aan te geven op welke punten het proces verbeterd kan worden, of zelfs een compleet nieuw proces te ontwerpen − aan te geven welke keuzes gemaakt zijn tijdens het onderzoek en de analyse, en welke argumenten daarvoor gebruikt zijn − aan te geven waar de informatie voor de analyse vandaan komt en wat de betrouwbaarheid daarvan is
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
53/70
D
Analist Adviseur
Rol Kenmerkende taken en activiteiten
Rol Analist: − Analyseren van een proces − Beschrijven van een proces − Schematiseren − Modelleren Rol Adviseur: − Evalueren − Terugkoppelen − Adviseren van de opdrachtgever Communiceren − Interviewen − Rapporteren − Presenteren − Belangentegenstellingen − Informatie uit verschillende bronnen − Tegenstrijdige of onvolledige informatie − Tijdsdruk
D’
Relevante NBSC
E
Kritieke situaties/ dilemma’s
BC-2 A
Informatieanalyse uitvoeren ICT-dienstverleners Context Organisaties die ICT gebruiken Situatie
B C
Beroepsdomein Resultaat
Prestatieindicatoren
54/70
Opdrachtgever: klant of intern Verantwoordelijke: projectleider Startinformatie: procesanalyse Mate van zelfstandigheid: gedeeltelijk of geheel zelfstandig Overige betrokkenen: in samenwerking met: − Domeinexperts − Uitvoerenden − Andere analisten − Andere disciplines − Projectleden Definitiestudie Tekstuele en schematische beschrijving van gewenste informatiestromen en bijbehorende informatieverzamelingen (soll situatie) met globaal datamodel, goedgekeurd door opdrachtgever. Dit moet voldoen aan de volgende randvoorwaarden: − Begrijpelijk voor opdrachtgever − Juist en volledig − Consistent met procesanalyse − Duidelijk en voldoende gedetailleerd voor systeemontwerpers en programmeurs − Op verschillende niveau’s van detail gepresenteerd kunnen worden De student kan: − op basis van een procesanalyse onderzoeken welke informatiestromen er zijn in relatie tot die processen − onderzoeken en aangeven welke gegevens in verzamelingen vastgelegd moeten worden − een globaal ontwerp maken van deze verzamelingen − het resultaat documenteren op een voor alle belanghebbenden duidelijke manier, zonder inconsistenties, waarbij een keuze gemaakt wordt uit toepasselijke modelleertechnieken
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
− D
Rol
Kenmerkende taken en activiteiten
overleggen met gebruikers en opdrachtgevers over de juistheid en betrouwbaarheid van de gevonden modellen Informatieanalist Adviseur Rol informatieanalist: − Vaststellen van informatiebehoeften − In detail beschrijven van inhoud informatieverzamelingen − Opstellen van een informatiemodel, rekening houdend met de statische en dynamische aspecten van het model − Vertalen van informatiemodel (HOE) naar een globaal datamodel (WAT) Rol adviseur: − Terugkoppelen − Adviseren aan de opdrachtgever − Onduidelijkheid of onvolledigheid in informatiebehoeften gebruikers − Tegenstrijdigheid in informatiebehoeften gebruikers − Tekort aan domeinkennis (onzekerheid) − Tijdsdruk
E
Kritieke situaties/ dilemma’s
BC-3 A
Over inzet van ICT adviseren ICT-dienstverleners Context Situatie
B
Beroepsdomein
C
Resultaat
Prestatieindicatoren
D
Rol Kenmerkende taken en activiteiten
Opdrachtgever: een opdrachtgever schakelt een adviseur in Verantwoordelijke: projectleider Startinformatie: resultaten van informatieanalyse en procesanalyse Mate van zelfstandigheid: afhankelijk van ervaring, geheel of gedeeltelijk Overige betrokkenen: gebruikers, organisatie- en materiedeskundige Vooronderzoek Informatiebeleid en Informatieplanning − Adviesrapport dat duidelijk, volledig, correct is − Gericht op de doelstellingen moet het advies ‘het probleem of wens’ adequaat en naar relevantie oplossen − Het advies voldoet aan de randvoorwaarden, onder meer op het gebied van kosten en tijd − De consequenties zijn in hoofdlijnen aangegeven De student kan: − vanuit een proces en informatieanalyse aangeven welke verbeteringen nodig zijn − aangeven hoe ICT hierbij gebruikt wordt en waarom dit nodig is om de gewenste verbeteringen te realiseren − uitleggen aan derden wat het advies inhoudt en waarom dat past bij de probleemstelling Adviseur − − − − − − −
Interpreteren analyse Verzamelen alternatieven Beoordelen alternatieven op relevantie voor betreffende domein Selecteren uit alternatieven en methoden Op basis van resultaten van analyse voorstellen doen voor innovatie en verbetering. Inpassen ICT-ontwikkelingen in bestaand of nieuw te ontwikkelen systeem Adviseren
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
55/70
D’
Relevante NBSC
E
Kritieke situaties/ dilemma’s
Communiceren − Schrijven adviesrapport − Presenteren − Overtuigen − Luisteren − Onduidelijke, onvolledige, incorrecte analyse − Oplossing te duur − Kennis ontbreekt − Advies past niet in tijdsschema − Oplossing past niet in huidig beleid − Belangenconflicten (opdrachtgever, gebruikers)
BC-4 Informatiesystemen specificeren A ICT-aanbieders Context ICT-dienstverleners Het benoemen van de gewenste functionaliteit van een IS, incl. bijbehorende randvoorwaarden, o.b.v. eerdere proces- en informatieanalyses, en het verkrijgen van commitment voor deze specificaties bij de andere betrokkenen.
Situatie
B
Beroepsdomein
C
Resultaat
Prestatieindicatoren
Opdrachtgever: (externe of interne) klant c.q. opdrachtgever (niet eindgebruiker) Verantwoordelijke: analist zelf of diens projectleider Startinformatie: producten uit de analysefase (zowel proces- als informatieanalyse) Mate van zelfstandigheid: aanzienlijk Overige betrokkenen: klant/opdrachtgever, projectleider, procesanalist, informatieanalist, ontwerper, eindgebruikers Definitiestudie Functioneel ontwerp Een gespecificeerd informatiesysteem(IS), d.w.z een beschrijving van het IS waarin aangegeven wordt welke functionaliteit het IS moet leveren en welke randvoorwaarden daarbij van toepassing zijn, en waarvan de kwaliteit geborgd is door goedkeuring van de gebruiker(s) (zowel klant/opdrachtgever als eindgebruikers) en eindverantwoordelijke − − −
D
− − Analist
Rol Kenmerkende taken en activiteiten
− − − − − −
56/70
De analyseresultaten moeten aanwijsbaar en herkenbaar vertaald zijn in concrete specificaties (incl. randvoorwaarden) Consequenties van het IS voor de gebruikende organisatie zijn benoemd en onderbouwd Kwaliteitscriteria zijn vooraf opgesteld en het resultaat is hieraan getoetst Er is rekening gehouden met (de gevolgen voor) het vervolgtraject De omgeving is betrokken bij het opstellen
Specificaties van een proces opstellen Uit specificaties van een proces een procesmodel afleiden Op basis van een informatiemodel, een procesmodel en de wensen van de opdrachtgever specificaties van een informatiesysteem opstellen Analyseren Interpreteren Kiezen uit alternatieven
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
D’
E
Communiceren − Communiceren − Rapporteren Beheersen van aspecten die samenhangen met de beroepsuitoefening − Verifiëren − Valideren Kritieke situaties/ − Tijdsdruk dilemma’s − Tekortkomingen in de voorafgaande analyse − Onzekerheid over realiseerbaarheid − Oplossing voldoet niet of onvoldoende: te duur, afwijkend van gehanteerde standaarden, enz − Niet-coöperatieve betrokkenen Relevante NBSC
BC-5 Informatiesystemen ontwerpen ICT-aanbieder A Context Situatie
B
Beroepsdomein
C
Resultaat Prestatieindicatoren
D
Rol Kenmerkende taken en activiteiten
D’
Relevante NBSC
E
Kritieke situaties/ dilemma’s
Opdrachtgever: een interne of externe klant Verantwoordelijke: senior ICT-ontwerper Startinformatie: functionele, niet-functionele en technische eisen Mate van zelfstandigheid: gedeeltelijk zelfstandig Overige betrokkenen: collega ontwerper Functioneel ontwerp Technisch ontwerp Een ontwerp op schrift of in een digitaal model bestaande uit diagrammen met toelichting. De student: − selecteert de juiste ontwerptechnieken/tools − bedenkt alternatieven met bijhorende argumenten. Na overleg met anderen (mede-ontwerpers) wordt op basis daarvan een keuze gemaakt voor een alternatief − bewaakt de koppeling met de eisen uit de specificatie. − kan zijn ontwerp verantwoorden en verdedigen. − Baseert het ontwerp op de eerder gemaakte specificaties − Zorgt dat het ontwerp volledig en samenhangend is. − Houdt binnen het ontwerp rekening met factoren als herbruikbaarheid, performance, technische haalbaarheid, aansluiting op bestaande systemen en onderhoudbaarheid. Ontwerper − −
Toepassen van ontwerpmethodieken/tools /technologieën Met mede-ontwerpers en de senior ontwerper discussiëren over de juistheid van de ontwerpalternatieven. − Problemen analyseren − Ontwerp verantwoorden. − Het ontwerpproces faseren, structureren en aanpassen, rekening houdend met de consequenties voor het vervolgtraject Beheersen van aspecten die samenhangen met de beroepsuitoefening − Verifiëren − Valideren − Technische realiseerbaarheid en haalbaarheid onzeker − Omvang en complexiteit zijn groot − Tijdsdruk − Budget − Kwaliteit en ‘stabiliteit’ van gegeven specificaties onduidelijk − Afweging: tussen volledigheid en flexibiliteit van het ontwerp − Onbekendheid met ontwerpmethodiek of toegepaste technieken
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
57/70
BC-6 A
Informatiesystemen bouwen ICT-aanbieders Context Situatie
B C
Beroepsdomein Resultaat Prestatieindicatoren
D
Rol
Kenmerkende taken en activiteiten
Opdrachtgever: een interne of externe klant Verantwoordelijke: (onder leiding van) een senior ICT-ontwikkelaar Startinformatie: op basis van een ontwerp Mate van zelfstandigheid: geheel zelfstandig Overige betrokkenen: collega programmeur Realisatie Een (complex) (gedistribueerd) werkend programma of deel van een programma gemaakt op basis van een ontwerp. De student: − selecteert de juiste tools − bewaakt de koppeling met het onderliggende ontwerp − kan afwegen van welke bestaande softwarecomponenten gebruik gemaakt wordt − borgt de kwaliteit van het programma door het uitvoeren van opgestelde testspecificaties en programmeerspecificaties − houdt bij de realisatie van de code rekening met de aspecten tijd, budget en technische haalbaarheid. Programmeur Tester Beheerder/integrator Rol programmeur: − Toepassen bestaande componenten − Opstellen van programmeerspecificaties − Produceren code − Op detailniveau ontwerpkeuzes maken, passend in het ontwerp Rol tester: − Opstellen van testspecificaties
D’
E
BC-7 A
Rol beheerder/integrator: − Het bouwproces faseren, structureren en aanpassen, rekening houdend met de consequenties voor het vervolgtraject Relevante NBSC Beheersen van aspecten die samenhangen met de beroepsuitoefening − Verifiëren − Valideren Kritieke situaties/ − Keuze verkeerde componenten dilemma’s − Tijdsdruk − Onbekendheid technieken/ technologieën evenals beschikbaarheid daarvan − Kwaliteit/ stabiliteit specificaties en ontwerp onduidelijk/onzeker − Omvang en complexiteit van het systeem zijn groot
Informatiesystemen implementeren ICT-dienstverleners Context Situatie
58/70
Opdrachtgever: klant, directie Verantwoordelijke: zelf, organisatie Startinformatie: Installatiebeschrijvingen, acceptatietestrapporten Mate van zelfstandigheid: geheel of samen met anderen Overige betrokkenen: gebruikersorganisatie, onderhoudsteam
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
B C
D
Beroepsdomein Resultaat
Invoering Acceptatietest Operationeel systeem Training/handleiding Overdrachtsresultaten Conversie- en invoeringsplan
Prestatieindicatoren
Conform implementatieplan Dienstverlenende en klantgerichte houding - Omvang en complexiteit van het systeem zijn groot Testbegeleider Software-installateur Trainer
Rol
Kenmerkende taken en activiteiten
Rol testbegeleider: − Begeleiden testen Rol software-installateur − Op locatie software installeren − Oplossen van kleine problemen in het systeem of de configuratie − Zorgdragen voor de conversie van data − Het implementatieproces faseren, structureren en aanpassen, (rekening houdend met de consequenties voor het vervolgtraject)
E
BC-8 A
Trainer: − Instrueren gebruikers (opleidingstraject) Kritieke situaties/ − Andere configuratie dilemma’s − Verwachtingspatroon gebruikers/bedrijf − Fouten in plan − Product niet af − Handleiding niet consistent − Foutmeldingen tijdens installatie Infrastructuur specificeren ICT-aanbieders Context Situatie
B C
Beroepsdomein Resultaat
Prestatieindicatoren
Opdrachtgever: klant Verantwoordelijke: onder leiding van technisch ontwerper Startinformatie: product uit de analysefase Mate van zelfstandigheid: onder leiding van senior Overige betrokkenen: informatieanalist Technisch ontwerp Een gespecificeerde infrastructuur waarvan de kwaliteit is geborgd door validatie van de eisen en wensen van de gebruikende organisatie / opdrachtgever − − − − −
Eisen en wensen zijn benoemd en aanwijsbaar vertaald naar specificaties Het resultaat is getoetst aan de vooraf gestelde kwaliteitscriteria Idem voor beveiliging Er is rekening gehouden met het vervolgtraject Er is rekening gehouden met de consequenties van bepaalde keuzes voor het beheer
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
59/70
D
(technisch) ontwerper
Rol Kenmerkende taken en activiteiten
D’
E
BC-9 A
− −
Infrastructurele kenmerken bepalen Vaststellen aan welke specificaties de infrastructuur moet voldoen om met de informatiesystemen te kunnen werken. − Infrastructuur beschrijven Relevante NBSC Beheersen van aspecten die samenhangen met de beroepsuitoefening − Verifiëren − Valideren Kritieke situaties/ − Tijdsdruk dilemma’s − Budget − Technische ontwikkelingen/beperkingen ICT-voorzieningen exploiteren en beheren A. ICT-dienstverleners Context B. Organisaties die ICT gebruiken Opdrachtgever: De ICT-manager van het bedrijf bepaalt de inhoud van de te leveren diensten. De ICT-manager functioneert op ‘beleidsniveau’.
Situatie
Verantwoordelijke: Verantwoordelijk voor het leveren van de juiste diensten is het Hoofd ICT-afdeling Hij/zij functioneert op strategisch niveau. Startinformatie: Op basis van afgesproken service levels worden de diensten verleend. Deze worden vastgesteld in overleg tussen ICTmanager (opdrachtgever/budgetbewaker) en Hoofd ICT-afdeling (verantwoordelijk voor de dienstverlening). Mate van zelfstandigheid: De ICT-manager handelt naar gelang de budgetten, beleidslijnen en uitgangspunten zoals die op beleidsniveau met elkaar zijn overeengekomen.
B
Beroepsdomein
C
Resultaat
Prestatieindicatoren
60/70
Overige betrokkenen: De gebruikers van de ICT-voorzieningen. Gebruik en beheer Informatiebeleid en planning - een Service Level Agreement (SLA) dat met alle betrokken partijen is afgestemd - uitvoering van een SLA De student is in staat om: - ICT-processen te herkennen, onderscheiden en te analyseren - Prestatie-indicatoren voor het beheer van ICT-processen te formuleren - Vraag en aanbod van ICT-diensten op elkaar af te stemmen - Voorstellen te doen voor de inrichting van de ICT-organisatie, afgestemd op SLA’s - Een gefundeerde keuze te maken uit methoden/technieken/middelen ten behoeve van beheer - Beheeractiviteiten uit te voeren - Verantwoording af te leggen over gemaakte keuzes en uitgevoerde beheeractiviteiten
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
D
E
Rol
Applicatiebeheerder, systeembeheerder
Kenmerkende taken en activiteiten
Rol, systeembeheerder: - Operationeel beheer uitvoeren - Beveiliging implementeren - Privacy-aspecten analyseren, bewaken en handhaven - SLA’s bewaken (operationeel) - Helpdesktaken uitvoeren - Correctief, adaptief en perfectief onderhoud vormgeven
Kritieke situaties/ dilemma’s
Rol, applicatiebeheerder - Applicatiebeheer vormgeven - SLA’s bewaken (operationeel) - Helpdesktaken uitvoeren − Meerdere applicaties die tegelijk problemen veroorzaken − Een applicatie die verstoord is juist op het kritieke moment − Grootschalige en langdurige stroomuitval. − Fouten in applicaties die onoplosbaar (lijken te) zijn. − Brand en dergelijke calamiteiten. − Afweging: hoge performance van de ICT-afdeling is duur, lage kosten; dan is de performance ook laag
BC-10BIS Bedrijfsanalyse uitvoeren A Organisaties die ICT gebruiken Context ICT-dienstverleners Situatie
B C
Beroepsdomein Resultaat
−
Opdrachtgever: projectleider uit de gebruikersorganisatie, eigenaar van gebruikersorganisatie, projectleider van ontwikkelproject, domeinexpert − Verantwoordelijke: projectleider uit de gebruikersorganisatie, eigenaar van gebruikersorganisatie, degene uit de gebruikersorganisatie die verantwoordelijk is voor het proces, projectleider van systeem- ontwikkelproject − Startinformatie: varieert van 0 tot volledige handboeken, ondernemingsplan, marketingplan, beschrijving AO, kwaliteitsborgingsysteem − Mate van zelfstandigheid: gedeeltelijk of geheel zelfstandig − Overige betrokkenen: in samenwerking met o Uitvoerenden o Domeinexperts o Andere analisten o Andere disciplines Overige betrokkenen: projectleider, projectteam Informatieplanning, Vooronderzoek − Doelstellingen, strategie en prestatie-indicatoren van het bedrijf zijn geformuleerd of geïnterpreteerd, als basis voor een bedrijfsprocesanalyse − De bedrijfsprocessen zijn geïnventariseerd en geanalyseerd in hun onderlinge samenhang en in samenhang met de omgeving van het bedrijf − Knelpunten en onduidelijkheden zijn bekend en geëvalueerd − Er zijn gefundeerde verbetervoorstellen geformuleerd en geëvalueerd m.b.t. ICT − Er zijn gefundeerde voorstellen voor innovatie m.b.v. ICT geformuleerd − Doelstellingen, strategie en prestatie-indicatoren ten aanzien van het informatiemanagement zijn geformuleerd
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
61/70
− − − Prestatieindicatoren
D
Rol Kenmerkende taken en activiteiten
D’
Relevante NBSC
E
Kritieke situaties/ dilemma’s
62/70
−
De analyse is volledig t.o.v. de probleemstelling Begrijpelijk en duidelijk voor de opdrachtgevers, verantwoordelijken en anderen die de bedrijfsanalyse gebruiken Een duidelijke verantwoording van de gemaakte keuzes ten aanzien van de systeemgrenzen De informatie is betrouwbaar
De student is in staat om − de verschillende bedrijfsprocessen te herkennen en onderscheiden − door middel van interviews te achterhalen hoe de bedrijfsprocessen onderling samenhangen en samenhangen met de bedrijfsomgeving − contradicties in de verschillende interviews te herkennen en op te lossen − te kunnen bepalen of de analyse volledig is ten aanzien van de probleemstelling − aan te geven op welke punten verbeteringen mogelijk zijn m.b.v. ICT t.a.v. de bedrijfsvoering in het algemeen − aan te geven op welke wijze ICT bij kan dragen aan innovaties en voorstellen dienaangaande te evalueren in het licht van de doelstellingen en mogelijkheden van het bedrijf (SWOT-analyse) − aan te geven wat de organisatorische consequenties zijn van deze voorstellen − aan te geven welke keuzes gemaakt zijn tijdens het onderzoek en de analyse, en welke argumenten daarvoor gebruikt zijn − aan te geven waar de informatie voor de analyse vandaan komt en wat de betrouwbaarheid daarvan is Analist Adviseur Rol Analist: − Analyseren van de bedrijfsvoering, met name wat betreft de onderlinge samenhang van de bedrijfsprocessen en de bijbehorende informatieverzorging − Onderzoeken van verbetermogelijkheden door middel van ICT − Onderzoeken van innovatieve toepassingen van ICT. Rol Adviseur: − Evalueren − Terugkoppelen − Adviseren van de opdrachtgever Communiceren − Interviewen − Rapporteren − Presenteren - Belangentegenstellingen - Informatie uit verschillende bronnen - Tegenstrijdige of onvolledige informatie - Tijdsdruk
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
BC-10TI A
Doorgronden van een hardwareplatform ICT aanbieders Context Situatie
B C
Beroepsdomein Resultaat
Prestatieindicatoren
In een multidisciplinaire omgeving Opdrachtgever: Projectleider of programmamanagement. Startinformatie: Specificatie hardware en/of platform Overige betrokkenen: projectleider, teamleider, programmamanager Vooronderzoek Duidelijk beeld hebben van de (on)mogelijkheden van het (hardware)platform en de manier en de toepassing van software hierbinnen. -
D
Rol
Kenmerkende taken en activiteiten
Begrijpt de werking van het hardwareplatform op moduleniveau Kan besturingssoftware voor hardwarecomponenten opstellen Heeft oog voor prestatie en resource beperkingen Heeft oog voor tijdgedrag Heeft oog voor correctheid Kan knelpunten in het hardwareplatform aangeven Kan gewenste verdeling van functionaliteiten tussen Hardware en Software aangeven en beargumenteren.
Analist Adviseur -
Bestuderen van technische (hardware) specificaties om een beeld te vormen van het platform Overleggen met hardware ontwerpteam Haalbaarheidsonderzoeken en experimenten uitvoeren Onbekendheid met gebruikte hardware Instabiliteit van hardwareplatform Hardware platform is niet beschikbaar tijdens softwareontwikkelproces
E
Kritieke situaties/ dilemma’s
NBC-1 A
Gestructureerd en analytisch denken en handelen Context en situatie omgaan met / oplossen van problemen of vraagstukken in de beroepspraktijk, die op voorhand niet duidelijk zijn omschreven en/of waarop geen standaardprocedures van toepassing zijn N.v.t. Beroepsdomein Resultaat: een analyse van een probleem of vraagstuk, resulterend in Resultaat bruikbare en beargumenteerde oplossingen voor het probleem of het vraagstuk PrestatieDe professional: indicatoren • heeft een heldere probleemdefiniëring, mogelijk met onderscheid in subproblemen, opgesteld • heeft een systematische aanpak van vraag naar oplossing: o het onderscheiden van functionele deelstappen die in het totale traject herkenbaar zijn • heeft vooronderstellingen en randvoorwaarden geëxpliciteerd en getoetst binnen gestelde kaders en normen • heeft oplossingen geformuleerd die werkbaar / bruikbaar zijn binnen de gestelde kaders en normen • heeft oplossingen beargumenteerd o.b.v.: o relevante (wetenschappelijke) inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten o context waarin ze toegepast moeten worden
B C
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
63/70
D
Rol
professional
Kenmerkende taken en activiteiten
• • • •
E
NBC-2 A
B C
Kritieke situaties / dilemma’s
Rol Kenmerkende taken en activiteiten
De professional • heeft gehandeld volgens (eigen) ethische aspecten • heeft veilig, duurzaam en kwaliteitsbewust gehandeld • heeft gehandeld op basis van maatschappelijke normen en normen • heeft resultaat afgeleverd dat is opgesteld volgens vooraf gestelde maatschappelijke, juridische, technische en economische eisen professional • • • • • • • • • •
E
64/70
pragmatische versus wetenschappelijk verantwoorde oplossingen
Beheersen van aspecten die samenhangen met de beroepsuitoefening Context en situatie uitvoeren van werkzaamheden waarbij beroepsmatige en ethische principes en maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden een rol spelen N.v.t Beroepsdomein Resultaat: beheersen van aspecten bij de beroepsuitoefening Resultaat Prestatieindicatoren
D
• • • • • • •
definiëren, analyseren en uitwerken van probleemsituaties bedenken van nieuwe oplossingsstrategieën, deze toepassen en op hun effectiviteit beoordelen toetsen van vooronderstellingen en randvoorwaarden aan kaders en normen ter discussie stellen van de toepasbaarheid van bestaande procedures en instrumenten onderzoek doen naar oplossingen conceptueel, strategisch en analytisch denken maken van nieuwe creatieve ontwerpen en oplossingen vakoverstijgend denken bestaande systemen, modellen en processen schieten te kort de werkelijkheid laat zich moeilijk vertalen naar een model
Kritieke situaties / dilemma’s
• •
verantwoorde beslissingen nemen op basis van (eigen) ethische principes in acht nemen van de noodzakelijke veiligheidsmaatregelen, voor eigen veiligheid en die van anderen in acht nemen van milieuregels toetsen van werkzaamheden aan gangbare eisen van duurzaamheid van materiaal rekening houden met geldende kwaliteitseisen actief deelnemen aan in stand houden van maatschappelijke waarden en normen gedegen afwegingen maken op basis van maatschappelijke normen en waarden in beeld brengen van mogelijke risico’s op basis van tijd, geld en kwaliteit, onderverdeeld in markt, juridische en technische risico’s een overzicht geven van de bij de risico’s behorende beheersmaatregelen rekening houden met gestelde maatschappelijke, juridische, technische en economische eisen tegengestelde belangen (in teams) maatschappelijke normen en waarden versus bedrijfsbelangen
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
NBC-3 A
Leiding geven Context en situatie
B C
Beroepsdomein Resultaat Prestatieindicatoren
D
Rol
uitvoeren van werkzaamheden in de rol van assistent projectleider / leidinggevende N.v.t. Resultaat: goed draaiend team dat resultaatgericht werkt De professional • heeft maatregelen genomen om gestelde doelen en resultaten te bereiken • heeft rekening gehouden met medewerkers en omstandigheden • heeft beoordeeld of aan afspraken/procedures wordt gehouden • heeft verantwoording gedragen voor de werkzaamheden • heeft medewerkers gestimuleerd / gemotiveerd • heeft eventuele conflicten opgelost • heeft problemen opgelost • heeft op problemen geanticipeerd professional, leidinggevende
Kenmerkende taken • en activiteiten
• • • • • •
• • • • •
E
Kritieke situaties / Dilemma’s
• • • •
vertonen van het volgende gedrag: o stelt doelen o maakt activiteiten plan o reflecteert op situaties o benut hulpbronnen in de omgeving o legt verantwoording af over gemaakte keuzes en resultaten werknemers aanmoedigen door te zetten, fouten van werknemers tolereren en werknemers laten leren van fouten werknemers stimuleren tot het ondernemen van eigen initiatieven activiteiten organiseren beoordelen of procedures/afspraken worden nageleefd zelf het goede voorbeeld geven voorwaarden scheppen voor het uitvoeren van de geplande werkzaamheden: o delen van verantwoordelijkheden o delegeren van taken en bevoegdheden o bevorderen van de sfeer toewijzen van beschikbare middelen, inzet van mensen voeren van voortgangsgesprekken oplossen van conflicten situatiegericht leidinggegeven voorzitten van vergaderingen of andere overlegmomenten op verschillende niveaus verantwoordelijkheid nemen recalcitrant team capaciteitsproblemen (tijd, geld, mensen, middelen) aanpak van werknemer wijkt af van de eigen voorkeur
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
65/70
NBC-4 A
Communiceren Context en situatie
B C
Beroepsdomein Resultaat Prestatieindicatoren
D
Rol
vanuit eigen deskundigheid en discipline effectief schriftelijk en mondeling communiceren met leidinggevenden, met collega’s en met klanten in de beroepscontext N.v.t. Resultaat: effectieve mondelinge en schriftelijke communicatie met anderen in zowel de Nederlandse als in de Engelse taal De professional • heeft een presentatie verzorgd passend bij de situatie • heeft op een opbouwende, heldere, goedgeformuleerde wijze feedback gegeven aan anderen • heeft de juiste gesprekstechnieken toegepast, passend bij het doel van het gesprek • heeft een juiste en voldoende inzet geleverd tijdens overlegmomenten - passend bij zijn functie • heeft doelgericht schriftelijk gecommuniceerd (via e-mail, en notities) professional
Kenmerkende taken • en activiteiten • • • • • • • • • • •
E
66/70
Kritieke situaties / dilemma’s
• • • • • • •
mondelinge presentatie van bevindingen, projectplanning e.d. gebruik maken van multi-media bij presentaties hanteren van verschillende gesprekstypen: adviesgesprek, informerend gesprek, verkennend gesprek opstellen van notities toelichten van een tekening voeren van bi-lateraal overleg zorgdragen voor vergaderagenda en -notulen vergaderen op verschillende niveaus en verschillende rollen geven en ontvangen van feedback luisteren (uit laten spreken, oogcontact houden, interesse tonen, samenvatten, ophelderen, doorvragen) spreken (geen uitweidingen gemaakt, samenvatten, duidelijk spreken, aansluiten bij situatie en taalgebruik, aandacht vasthouden van toehoorders) lezen (geschreven teksten interpreteren, samenvatten van teksten, leesstrategieën toepassen) schrijven (foutloos, in schrijftaal) multi/interdisciplinair karakter van overlegsituatie multiculturele situatie anderstalige situatie spreken vs luisteren details vs grote lijnen miscommunicatie
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
NBC-5 A
Werken in een - multidisciplinair - team Context en situatie in een - multidisciplinair - team resultaatgericht functioneren
B C
Beroepsdomein Resultaat
Prestatieindicatoren
D
Rol
N.v.t. Resultaat: het vooraf vastgestelde gemeenschappelijke doel is bereikt door een optimaal gebruik van eigen kwaliteiten en de kwaliteiten van anderen De professional • heeft expliciete aandacht besteed aan de samenwerking o kennis en inzicht in het specialisme van andere teamleden o contact onderhouden met teamleden o bijdrage geleverd aan groepsvorming o bijdrage geleverd aan gemeenschappelijke doelvoorstelling o bijdrage geleverd aan gemeenschappelijk resultaat o rekening gehouden met belangen, werkwijzen en resultaten van teamleden o waar nodig teamleden geholpen bij onvoorziene problemen • heeft een actieve bijdrage geleverd aan overlegmomenten • heeft afspraken gemaakt over uit te voeren werkzaamheden • heeft werkzaamheden binnen gestelde tijd uitgevoerd • heeft zich - indien nodig - aangepast aan de veranderende opdracht/werkzaamheden • is kritisch op het eigen functioneren in de groep en heeft hier een open houding in • is kritisch op andermans functioneren in de groep en maakt dit bespreekbaar professional, adviseur
Kenmerkende taken en activiteiten • • • • • • • • • • • •
E
Kritieke situaties / dilemma’s
• • • • • • •
actief deelnemen aan vergaderingen, voorzitten, notuleren geven van feedback geven van adviezen ontvangen van feedback reflecteren op groepsproces onderhandelen argumenteren samenwerken actieve bijdrage leveren aan besluitvorming binnen de groep inzicht in de rolverdeling kunnen omgaan met elkaars begrippenkader communiceren: overleggen, vergaderen, rapporteren, presenteren, adviseren, verantwoorden multiculturele teams conflictueuze situaties eigen belang vs groepsbelang voortgang vs consolideren voortdurend veranderende omstandigheden fysieke aan/afwezigheid van teamleden verschillend deadlines in verschillende disciplines
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
67/70
NBC-6 A
B C
D
Zelfverantwoordelijk en projectmatig werken Context en situatie in opdracht van de leidinggevende zelfverantwoordelijk en projectmatig werkzaamheden analyseren, plannen, uitvoeren en beheren N.v.t. Beroepsdomein Resultaat: door middel van een gestructureerde manier van werken Resultaat komen tot vooraf gestelde resultaten PrestatieDe professional heeft indicatoren • werkzaamheden uitgevoerd op basis van o een analyse van werkzaamheden o een vooraf opgestelde planning • werkzaamheden bewaakt en indien nodig aangepast • gewerkt volgens een planning • gewerkt binnen vastgestelde kaders • verantwoording afgelegd over de eigen werkzaamheden • gewerkt volgens de principes van projectmatig werken professional Rol Kenmerkende taken • en activiteiten • • • • • •
E
Kritieke situaties / dilemma’s
• • • • •
68/70
eigen werkzaamheden analyseren eigen werkzaamheden plannen eigen werkzaamheden uitvoeren eigen werkzaamheden bewaken en zo nodig aanpassen risico’s inschatten en op basis daarvan keuzes maken sturen van (werk)-processen: informatie verzamelen, veranderingen signaleren, problemen lokaliseren, oplossingsrichtingen aangeven tonen van initiatief om voortgang van de werkzaamheden te bevorderen verantwoording afleggen over werkzaamheden verstoringen die de werkzaamheden beïnvloeden; zowel afkomstig van interne als externe bronnen belang van werkzaamheden versus eigen belang tijdsdruk binnen kaders zelfstandig keuzen maken
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
NBC-7 A
B C
D
Zelfverantwoordelijk leren Context en situatie op basis van voortdurende reflectie voert de professional activiteiten uit (geheel of gedeeltelijk bepalen van doelen, criteria, uitvoering en beoordeling) die leiden tot verwerving van competenties van het door zichzelf gekozen beroepsprofiel n.v.t. Beroepsdomein Resultaat: Resultaat 1. richting geven aan eigen beroepsmatige ontwikkeling 2. verantwoordelijkheid dragen voor eigen leerproces Prestatieindicatoren De professional heeft t.a.v. 1. richting geven aan eigen beroepsmatige ontwikkeling • een beeld van het beroep (bedrijven, functies en bijbehorende activiteiten) • een beeld van de mogelijkheden van het opleidingstraject • een up-to-date portfolio, met hierin o.a.: o beschrijving van eigen wensen en behoeften o overzicht van al behaalde competenties o overzicht van nog te verwerven competenties o overall-competentieplanning voor het werken aan nog te verwerven competenties t.a.v. 2. verantwoordelijkheid dragen voor eigen leerproces (leerstijl, overall-competentieplanning, competentievoortgang) • inzicht in eigen leerstijl • door middel van reflectie zijn eigen leerstijl verbeterd • inzicht in eigen overall-competentieplanning • door middel van reflectie eigen overall-competentieplanning verbeterd • inzicht in eigen competentievoortgang • door middel van reflectie eigen competentievoortgang verbeterd Rol • professional Kenmerkende taken De professional heeft en activiteiten t.a.v. 1. richting geven aan eigen beroepsmatige ontwikkeling • deelgenomen aan alle voorlichtingsbijeenkomsten van de opleiding over het beroep • deelgenomen aan alle voorlichtingsbijeenkomsten van de opleiding over de mogelijke trajecten • gewerkt aan de ontwikkeling beschreven in het portfolio t.a.v. 2. verantwoordelijkheid dragen voor eigen leerproces (leerstijl, overall-competentieplanning, competentievoortgang) • verdiept in eigen leerstijl • zelf bepaald op welke momenten in de studie aan competenties wordt gewerkt • zelf bepaald welke activiteiten worden uitgevoerd om te werken aan competenties
E
Kritieke situaties / dilemma’s
Voor zowel 1. als 2. • geregeld gevraagd om feedback • gereflecteerd op ervaringen/handelingen/situaties • leerdoelen geformuleerd uit leerervaringen • gezocht naar informatie/hulpbronnen • de veelheid van informatie versus het ‘aan de slag gaan’ • het blijven hangen in reflectie • ‘het oude blijven doen’ • geen grip krijgen op eigen wensen en behoeften
© NQA - visitatie visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)
69/70
70/70
© NQA - visitatie Avans Hogeschool, ’s-Hertogenbosch; opleiding Technische Informatica (vt)