FISCALITEIT
Ondanks gelijk tarief:
Assurantiebelasting is (nog) geen BTW Wat brengt u uw klant in rekening? Assurantiebelasting, BTW, beiden of geen van beide? Sinds 1 januari jongstle-
en assurantietussenpersonen (verder aangeduid als ‘het intermediair’).
den is het tarief van de assurantiebelasting gelijk aan het
Afspraken
algemene BTW-tarief en bedraagt 21%. Is daarmee de
Diensten door het intermediair als zodanig en binnen hun deskundigengebied zijn BTW-vrijgestelde bemiddelingsdiensten. Dit geldt ook voor advisering door het intermediair, zoals bijvoorbeeld een advies dat betrekking heeft op een bestaande of af te sluiten (hypothecaire) lening. De BTW-vrijstelling is niet van toepassing op een op zichzelf staand advies (belastingadvies, second opinion, etc.) door het intermediair.
assurantiebelasting hetzelfde als BTW? Voorafgaand aan het provisieverbod voor complexe financiële producten1, heeft het Verbond van Verzekeraars met de belastingdienst afspraken2 gemaakt omtrent de gevolgen van dit verbod voor de heffing van assurantiebelasting en BTW bij financiële en verzekeringsdiensten (verder aangeduid als ‘diensten’) door financieel adviseurs
Een schriftelijke opdrachtovereenkomst geldt hierbij als bewijsmiddel voor het aantonen van het karakter van de diensten door het intermediair. Indien een serviceabonnement is afgesloten, is de abonnementsprijs die toe te rekenen is aan de bemiddelingsdienst vrijgesteld van de heffing van BTW, mits de inhoud van het abonnement ziet op activiteiten die samenhangen met handelingen door het intermediair ter zake van (her)verzekeringen. Bovendien geldt de BTW-vrijstelling voor de bemiddeling door het intermediair bij financiele diensten, waaronder het bemiddelen inzake krediet (inclusief hypothecaire leningen), sparen en wanneer zij bemiddelen bij handelingen inzake effecten en andere waardepapieren (uitgezonderd bewaring en beheer).
BTW en assurantiebelasting BTW Diensten zijn belast met de heffing van BTW. Op deze hoofdregel bestaan enkele uitzonderingen, DE HYPOTHEEKADVISEUR
25
F E B R UA R I 2 0 1 3
Hanteer eventueel omzetverhouding of aantal verzekeringen binnen portefeuille om te bepalen welk deel belast is met assurantiebelasting of BTW en welk deel is vrijgesteld waaronder de voornoemde oneigenlijke BTWvrijstellingen voor bemiddelingsdiensten door het intermediair. De BTW heeft als uitgangspunt dat alle door ondernemers verrichte prestaties in de heffing worden betrokken. De BTW is een verbruiksbelasting en beoogt de bestedingen van eindgebruikers (particuliere klanten) te belasten. Voor de BTW dient ondernemerschap ruim te worden uitgelegd. De BTW-vrijstellingen wijken af van dit systeem. Voor de rechtspraak geeft dit aanleiding om telkens wanneer de reikwijdte van BTW-vrijstellingen in het geding is voorop te stellen dat de vrijheidsbepalingen beperkt moeten worden uitgelegd. Bovendien kan de toepassing van BTWvrijstellingen tot cumulatie van belasting leiden. Met andere woorden, er wordt belasting over belasting geheven. De belastingdienst is vooralsnog de mening toegedaan dat - mits de dienstverlening door het intermediair feitelijk gelijk blijft - voor alle handelingen die gerelateerd zijn aan de totstandkoming van een financieel product in beginsel de BTWvrijstelling geldt. Hiermee legt zij de corresponderende bepaling uit de BTW-richtlijn3 ruim uit. Of dit standpunt te rechtvaardigen valt, staat nog niet vast en zal in de toekomst zeker onderwerp van discussie worden. Belastingadviseurs René van der Paardt en Joël Wessels (Loyens & Loeff) betogen4 bijvoorbeeld dat er een “grijs gebied” tussen assurantiebelasting en BTW is. Zij stellen dat het zeker bij schadeverzekeringen (assuranF E B R UA R I 2 0 1 3
26
tiebelasting versus BTW) ten behoeve van zakelijke klanten (BTW-aftrekgerechtigde ondernemers) nuttig kan zijn de prestaties duidelijk te splitsen in BTW-belaste adviesdiensten en BTWvrijgestelde bemiddelingsdiensten. Hoogleraar Sijbren Cnossen gaat nog een stap verder en pleitte5 al eerder voor vervanging van assurantiebelasting door de BTW: ‘De onlangs verhoogde assurantiebelasting is een verstorende heffing die dient te worden vervangen door verzekeringsdiensten aan de BTW te onderwerpen en de huidige vrijstelling af te schaffen. Verzekeringspremies worden belast en uitkeringen van verzekeraars gebruteerd met BTW. De toegerekende en uitbetaalde BTW is aftrekbaar voor de verzekeraar en belast bij BTW-plichtige verzekeringnemers. Particuliere verzekeringnemers ontvangen de BTW samen met de uitkering zonder aangifte te hoeven doen.’ Om verzekeringen onder de BTW te kunnen brengen is het nodig op Europees niveau overeenstemming te bereiken over een uitbreiding van een bestaande optiemogelijkheid in de BTWrichtlijn6. In dit kader wijzen wij tevens graag naar een voorstel van de Europese Commissie7 om de BTW-richtlijn ter zake van financiële en verzekeringsdiensten aan te passen. Dit voorstel moet de definities van BTW-vrijgestelde financiële en verzekeringsdiensten duidelijker en eigentijdser maken. Op dit moment is het nog onduidelijk
DE HYPOTHEEKADVISEUR
FISCALITEIT
Belastingdienst beoordeelt aangiften assurantiebelasting en BTW en stelt bij twijfel een nader onderzoek in
■ ■ ■
De assurantiebelasting geldt dus wel voor verzekeringen zoals de autoverzekering, inboedelverzekering, opstalverzekering, aansprakelijkheidsverzekering en rechtsbijstandverzekering.
wanneer het richtlijnvoorstel definitief wordt aangenomen. Assurantiebelasting Onder de naam assurantiebelasting wordt een belasting geheven over de premie van verzekeringen waarvan het risico in Nederland is gelegen en betreffende de daarmee samenhangende diensten. Er is hiermee assurantiebelasting verschuldigd over de premie, inclusief provisie en over andere vergoedingen die in het kader van een bemiddelingsdienst door de verzekeraar van de klant worden ontvangen. Er is assurantiebelasting verschuldigd als de verzekeringnemer in Nederland woont of is gevestigd. Tot voor kort was de assurantiebelasting primair gericht op de verzekeringsdienst, te weten de prestatie van de verzekeraar ter dekking van een risico. Over de meeste schadeverzekeringen moet assurantiebelasting worden betaald. Over de volgende verzekeringen hoeft geen assurantiebelasting te worden betaald:
■ ■ ■ ■ ■
levensverzekeringen; ongevallen-, invaliditeits-, en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen; ziekte- en ziektekostenverzekeringen; werkloosheidsverzekeringen; verzekeringen van zeeschepen (behalve pleziervaartuigen) en luchtvaartuigen die bedoeld zijn als openbaar vervoermiddel in het internationale verkeer (dus bijvoorbeeld geen privévliegtuig); DE HYPOTHEEKADVISEUR
27
transportverzekeringen; herverzekeringen; exportkredietverzekeringen.
Veranderende belonings- en verdienmodellen Het intermediair houdt zich met talloze activiteiten bezig. Voor de hoeveelheid aan verschillende prestaties (diensten) die het intermediair verricht, werd in het recente verleden vanuit de verzekeraar één vergoeding betaald, namelijk de provisie per daadwerkelijk afgesloten overeenkomst. Dit vormde de beloning voor het intermediair. Op die manier was de heffingsmaatstaf voor de assurantiebelasting eenduidig vast te stellen. BTW was niet verschuldigd. In de huidige praktijk is dit verband minder duidelijk aanwezig. De provisie – die van de verzekeraar werd ontvangen voor het afsluiten van een overeenkomst – is voor een aanzienlijk deel vervangen door een vergoeding van de klant, waarbij men dus ook voor alleen advies kan kiezen zonder dat dit advies gekoppeld is aan de bemiddeling van financiële en verzekeringsproducten. Bovendien ontwikkelt de markt zich razendsnel naar een veelvoud van belonings- en verdienmodellen (serviceabonnementen, deelbedragen per fase in het traject, uurtarieven, vaste prijsafspraken), inclusief het bijbehorende scala aan vergoedingen. Als gevolg van de gewijzigde marktomstandigheden, breidt het dienstenaanbod van het intermediair bovendien fors uit en ontstaan er allerlei serviceabonnementen die, naast de traditionele
F E B R UA R I 2 0 1 3
werkzaamheden, ook diensten bevatten op het gebied van het verzorgen van (financiële) administraties en belastingaangiften, nalatenschapsplanning en vermogensbeheer.
Assurantiebelasting, BTW, beiden of geen van beide? Vervolgens komt de vraag op of het voor de heffing van assurantiebelasting of BTW van belang is welke (deel)activiteiten onderdeel uitmaken van de beloning en hoe het intermediair hier in de praktijk mee omgaat. Hiertoe is het nodig vast te kunnen stellen om welke soorten dienstverlening het gaat. Kort gezegd geldt dat adviesdiensten BTW-belast zijn en bemiddelingsdiensten BTW-vrijgesteld. Daarnaast is over de bemiddeling van schadeverzekeringen (zie hiervoor) assurantiebelasting verschuldigd. Aftrek van voorbelasting Voor ondernemers bestaat recht op aftrek van de aan hen in rekening gebrachte BTW. Om te bepalen om welk bedrag dit gaat, dienen verleende diensten uitgesplitst te worden. Hierbij zijn verschillende splitsingsmethoden denkbaar. Mogelijk kan de omzetverhouding of het aantal verzekeringen binnen de portefeuille worden
Let op! Veel diensten zijn grijs en niet zwart/wit. Zakelijke klanten zullen het intermediair verzoeken om BTW in rekening te brengen over de diensten met betrekking tot schadeverzekeringen (in plaats van kostprijsverhogende assurantiebelasting). Indien het intermediair ten onrechte geen assurantiebelasting of BTW heeft berekend, dient dit bij een belastingcontrole alsnog afgedragen te worden. Dit kan om aanzienlijke bedragen gaan. Het verschil tussen advies en bemiddeling in de assurantiebelasting- en BTW-wetgeving is niet hetzelfde als in de Wft-wetgeving.
F E B R UA R I 2 0 1 3
28
gehanteerd om te bepalen welk deel belast is met assurantiebelasting of BTW en welk deel is vrijgesteld. Daarnaast valt te denken aan splitsing op basis van de hoogte van de premie of op grond van tijdsbesteding. Het intermediair heeft slechts BTW-aftrekrecht indien en voor zover ingekochte goederen en diensten belast worden gebruikt. Heeft het intermediair naast BTW-vrijgestelde ook BTW-belaste diensten verricht, dan dient toerekening aan een activiteit plaats te vinden. Met andere woorden, het intermediair moet bijhouden waarvoor de inkomende goederen en diensten worden gebruikt. Daarbij kan het uiteraard voorkomen dat de inkomende goederen of diensten voor zowel BTW-vrijgestelde als BTW-belaste diensten gebruikt worden. In dat geval dient het intermediair de in rekening gebrachte BTW te splitsen in een aftrekbaar en een niet-aftrekbaar deel (pro rata). In aanvulling hierop dient in de communicatie richting de klanten van het intermediair duidelijk te worden aangegeven of de gehanteerde tarieven in- of exclusief BTW zijn. Particuliere klanten mogen er namelijk vanuit gaan dat prijzen die zonder toevoeging worden vermeld brutobedragen zijn, dus inclusief BTW. Zakelijke klanten kunnen de eventueel aan hen in rekening gebrachte BTW in vooraftrek brengen (BTWvoorbelasting). Voor de praktijk is het dus van belang in offertes en opdrachtovereenkomsten duidelijk onderscheid te maken tussen BTW-belaste en BTW-vrijgestelde diensten.
Aandachtspunten en valkuilen Vanwege het feit dat diensten op een andere manier door het intermediair worden aangeboden, dient ter bepaling van de belastbaarheid van
DE HYPOTHEEKADVISEUR
FISCALITEIT
(deel)activiteiten inzichtelijk te worden gemaakt waaruit die diensten exact bestaan (advies- versus bemiddelingsdiensten). Dit is tevens nodig voor de communicatie richting de klanten van het intermediair en de vastlegging hiervan in offertes en opdrachtovereenkomsten. Dit is tevens van belang voor de vaststelling van het BTW-aftrekrecht en de juiste toepassing van de vooraftrek. Op basis van deze inventarisatie dient het intermediair bij de belastingdienst een assurantiebelasting- en BTW-nummer aan te vragen. Deze worden niet automatisch uitgereikt en vergt dus actie aan de zijde van het intermediair. In principe bepaalt het intermediair zelf waar de grens tussen de vergoeding voor een advies- en
een bemiddelingsdienst ligt (grijs gebied). Het is aan de belastingdienst om de aangiften assurantiebelasting en BTW te beoordelen en bij twijfel een nader onderzoek in te stellen.
Tot slot Assurantiebelasting is niet hetzelfde als BTW. In veel gevallen heeft het intermediair met beide te maken. Ze zijn daarbij zelf verantwoordelijk voor de juiste berekening en afdracht ervan. Ter voorkoming van latere problemen, is het belangrijk dat de, vaak complexe, regels vanaf het begin correct worden toegepast. Schakel bij onduidelijkheden tijdig een assurantiebelasting- en BTW-specialist in. Voetnoten 1 www.afm.nl/nl/professionals/afm-voor/adviseurs-bemiddelaars/provisieverbod.aspx 2 www.verbondoverdistributie.nl/system/ckeditor_assets/attachments/80/Brief_van_Belastingdienst_11_april_2012.pdf 3 Artikel 135, eerste lid van de Btw-richtlijn 2006/112 EG 4 amweb.nl/-/advies-schadepolis-kan-grotendeels-op-btw-basis 5 www.feibv.nl/UserFiles/File/wfrsybren.pdf 6 Artikel 137, eerste lid van de Btw-richtlijn 2006/112/EG 7 Voorstel 2007/0267(CNS)
Mr. Koen Meusen FB en Remon Kums MB FB, werkzaam bij Ebbenhage, een adviesorganisatie die fiscale en administratieve diensten verleent aan onder meer het professionele intermediair en haar klanten. Beiden zijn lid van het Register Belastingadviseurs, de grootste fiscale beroepsvereniging van Nederland.
DE HYPOTHEEKADVISEUR
29
F E B R UA R I 2 0 1 3