Lelyst ad Harderw ijk Apeldoorn
Devent er Zut phen
Wint ersw ijk
Doet inchem
Ede Arnhem Tiel Nijmegen
1
Vo Kans op krimp geen kans op krimp weing kans op krimp enige kans op krimp kans op krimp onbekend
lop uitdagingen voor elke Gelderse stad Oktober 2013 Welke uitdagingen voor de Gelderse steden zijn er? Welke verschillen zijn er tussen de steden? We zien en ervaren intuïtief belangrijke trends in de ontwikkeling en de toekomst van de stad. De Gelderse steden en de provincie Gelderland voeren daarom samen met andere partners een toekomstverkenning uit. Met deze toekomstverkenning willen we een gemeenschappelijke opgave voor de Gelderse steden kunnen formuleren, met aandacht voor overeenkomsten en verschillen tussen de steden. Hoe kunnen we door samen te werken er voor zorgen dat elke stad optimaal profiteert? De verkenning vindt plaats in en naast de hitte van de dag en met het oog op de toekomst. Steden, provincie en andere partners werken samen en verbinden lopende initiatieven. In deze notitie beschrijven we de uitdagingen voor de Gelderse steden, gebaseerd op gesprekken, bijeenkomsten en onderzoeken. Samen hebben we het afgelopen jaar belangrijke stappen gezet. In december 2012 is een breed debat gevoerd over de aantrekkelijkheid van de Gelderse steden met 135 ondernemers, bestuurders, vertegenwoordigers van gemeenten, woningcorporaties, provincie, e.d. In juni hebben bestuurders van de grote Gelderse steden een bezoek gebracht aan BrabantStad: wat zijn de opbrengsten van samenwerking tussen deze steden? En op 2 oktober hebben bestuurders, ondernemers en maatschappelijke partners een discussie gevoerd naar aanleiding van een uitgevoerde trendanalyse, stedenmonitor en interviews met sleutelspelers.
2
Daarmee zijn we nog niet klaar. Met elkaar, steden, provincie en andere partners, gaan we de komende maanden de gemeenschappelijke opgave nader invullen. Het is en blijft overigens de eigen vrijheid en verantwoordelijkheid voor elke partij afzonderlijk om te beslissen aan welke uitdagingen wordt gewerkt. De discussie over de gezamenlijke opgave helpt daarbij.
Voor meer informatie over de toekomstverkenning en voor het downloaden van de genoemde onderzoeken: www.gelderland.nl/...
3
(Binnen)stad: werken aan stad als ontmoetingsplaats De stad heeft de toekomst. De trek naar de stad lijkt zich door te zetten. De Gelderse steden blijven groeien, al zal er plaatselijk sprake zijn van krimp, zoals te zien is op onderstaande kaart. Bron: Atlas voor gemeenten, 2013
Op stadsniveau daalt de bevolking niet, maar inzoomend op bepaalde wijken en delen van het ommeland is er wel sprake van krimp. De oorzaken van deze krimp zijn verschillend. In wijken van Doetinchem is de relatief slechte bereikbaarheid van werk doorslaggevend. In wijken in het zuiden van Arnhem en Nijmegen zal er krimp zijn vanwege sociaaleconomische problemen en een slechte leefbaarheid. Maar de steden groeien wel minder hard dan in het verleden. Door een minder snelle bevolkingsgroei en een afnemende economische vraag zal de concurrentie tussen steden en locaties toenemen. Er valt immers meer te kiezen. Sommige (delen van) steden gaan het goed doen, andere niet. Er zal een toenemende 'uitsortering' zijn, die leidt tot ruimtelijke segregatie en toenemende verschillen in kansrijk en kansarm. Minder aantrekkelijke centra en (winkel)gebieden krijgen het moeilijk. Een gevolg van de economische crisis en toenemende concurrentie is een toename van overcapaciteit en leegstand in de binnenstad. Functies gaan zich concentreren in een kleiner gebied: er is immers minder nodig. Dit uit zich in winkelleegstand, die mede wordt veroorzaakt door de enorme vlucht van internetwinkelen. Steden zonder een aantrekkelijke, historische binnenstad krijgen het moeilijk. Alleen binnensteden die er in slagen om mensen te trekken die niet alleen voor winkelen naar de binnenstad komen, blijven levensvatbaar. De gesignaleerde trend dat mensen meer waarde gaan hechten aan beleving en (re)creatie (horeca, culturele voorzieningen e.d.) kan hierbij helpen. Om levensvatbaar te blijven is het cruciaal uit te gaan van het eigen karakter en de eigen identiteit (DNA) van een stad. Of anders gezegd, ga uit van de eigen kracht (verzin geen nieuwe concepten). Dit sluit nauw aan op een belangrijke onderliggende trend: ontmoeting, contact, menselijke maat zijn factoren die van belang zijn en blijven voor een vitale stad.
4
Binnensteden gaan ook (weer) meer functies krijgen: mensen gaan meer wonen en werken in binnensteden. Deels omdat er ruimte vrij komt door winkelleegstand, deels door de trend van de stad als ontmoetingsplaats. Binnensteden worden dus steeds meer de huiskamer en werkkamer van een stad en het ommeland. ICT-ontwikkelingen maken het mogelijk functies zoals wonen en werken flexibel met elkaar te combineren.
Stad en ommeland: versterken relaties Wat gebeurt er tussen stad en ommeland? Er is sprake van wederkerige relaties tussen stad en ommeland: voorzieningen en werk in de stad, recreëren in ommeland. Stad en ommeland blijven op elkaar aangewezen. Ze hebben elkaar nodig. Een vitaal ommeland is essentieel voor de stad en andersom. Toch gaat dat niet vanzelf. Door afnemende bevolkingsgroei of krimp staan steeds meer voorzieningen onder druk, vooral in het ommeland. Voor bepaalde voorzieningen (vb. onderwijs) zal de stad in belang toenemen voor het ommeland, voor andere voorzieningen minder (o.a. door opkomst internetwinkelen). Al met al zullen steeds meer functies zich concentreren in de stad. Diverse onderzoeken laten ook zien dat steden in aantrekkingskracht toenemen. Het klassieke stadsgewestmodel bestaat nog steeds in de Gelderse steden en hun ommeland. Ommeland is gericht op centrumstad, kleine (centrum)stad op grotere steden in de omgeving. Er is echter een verschil tussen steden met zelfstandige dorpen er om heen en steden met omliggende dorpen binnen de gemeentegrenzen (Apeldoorn en Ede). Het spreekt voor zich dat het gemakkelijker is afstemming te vinden met partners rond vraagstukken (vb. voorzieningen) binnen een gemeente, dan met meerdere gemeenten. Als het gaat om het versterken van de relaties tussen stad en ommeland moeten functies centraal staan, niet de bestuurlijke grenzen waarbinnen de vraagstukken zich afspelen. Ga met elkaar het gesprek (ook in andere verbanden dan de huidige WGR-regio's) aan over onderwerpen als mobiliteit (o.a. verbeteren fietsverbindingen), economie, arbeidsmarkt, decentralisaties in het sociale domein, het gewenste voorzieningenniveau etc. Hoe organiseren we dat gesprek? Daar waar het vraagstuk tussen stad en ommeland zich afspeelt (op het niveau van de reële community), zijn oplossingen het beste te realiseren. Sluit aan bij bezielende verbanden. Bestuurders kunnen daarbij een voorbeeld nemen aan ondernemers, die vaak beter in staat zijn vanuit de inhoud een probleem te benaderen. Bij (boven)regionale vraagstukken kan de provincie een regisseurs- en/of mediator-rol vervullen.
Stedelijke netwerken: meer verbinden en gebruik maken van elkaar De economische groei zal in de toekomst vooral in de steden plaatsvinden, zo is de veronderstelling. Het economisch zwaartepunt verschuift zich - ondersteund door een toenemende trek naar de stad - steeds verder naar stedelijke regio’s. Tegelijk zien we een toenemende concurrentie tussen (inter)nationale steden door meer keuzevrijheid en focus op kwaliteit. Willen Gelderse steden in de toekomst aantrekkelijk blijven als vestigingsplaats voor bedrijven en werknemers en een economische motor van betekenis blijven, dan is samenwerking tussen onze relatief kleine Gelderse steden een must. Gezamenlijk kunnen de steden agglomeratievoordelen behalen: zij kunnen nog beter te profiteren van elkaars nabijheid. Dit geldt echter niet voor alle steden, zoals duidelijk wordt in onderstaande figuur (wederzijdse economische oriëntatie).
5
Bron: Atlas voor Gemeenten, 2013 Alleen al door het verbeteren van fysieke verbindingen tussen steden onderling is veel economische winst te behalen. Arnhem en Nijmegen hebben in dit opzicht gezamenlijk grote potentie. Het wordt tijd dat deze ‘sleeping giant’ wakker wordt! Er lijkt op dit moment nog (te) weinig urgentievoel te bestaan om écht met elkaar samen te werken aan een stedelijke agenda. Het elkaar kennen en samenwerken hangt vaak af van persoonlijke contacten en concrete opgaven die er al liggen. Een gezamenlijk beeld van de stedelijke opgaven, nu en in de toekomst, is er slechts in beperkte mate. Gelukkig begint langzaam door te dringen dat de toekomst vraagt om nieuwe manieren van samenwerken: in flexibele netwerken, in triple helix verband en grensoverschrijdend, want provinciegrenzen en landsgrenzen doen er niet toe. De traditionele manier van samenwerken tussen overheid en samenleving voldoet niet langer temeer gezien de complixiteit van de vraagstukken die voorliggen. Daarnaast geeft de financiële situaties van gemeenten aanleiding tot herbezinning op de rol van de overheid. Om te veranderen is het noodzakelijk te beseffen dat het bestuurlijk verlangen naar eenheid vaak niet strookt met de pluriformiteit die in de praktijk bestaat. Gelderse steden zijn niet allemaal het zelfde, bezitten andere kwaliteiten en liggen in compleet verschillende regio’s met verschillende waarden en oriëntaties. Slagen we erin dit onderscheid onder ogen te zien en te differentiëren in agenda’s en aanpak, dan kunnen we optimaal van elkaars kracht profiteren en kunnen we kansen makkelijker verzilveren. Steden moeten dus op zoek naar complementariteit, vanuit eigen kwaliteiten elkaar aanvullen. Dit geldt ook voor een stedelijk netwerk (bv. Arnhem-Nijmegen t.o.v. Randstad). Niet elkaar beconcurreren maar elkaar iets gunnen. Een gezamenlijke krachtige lobby naar Den Haag, Brussel en Düsseldorf kan heel zinvol zijn, ook als je als stad niet direct eenzelfde belang deelt met een ander. Kortom, er liggen voor de steden volop kansen. Gekoppeld aan een hoog zelfbewustzijn en ambitieniveau kunnen stedelijke netwerken in Gelderland een belangrijke bijdrage leveren aan succesvolle, gezonde en vitale steden in de toekomst voor alle inwoners van Gelderland (en daarbuiten).
Participatiestad: ruimte geven aan initiatieven Burgers hechten veel belang aan autonomie en regelen steeds meer zaken zelf. Dit vraagt om een andere overheid. Van verzorgingsstaat naar participatiestad. Burgers participeren al jaren in de samenleving, maar het ziet er nu wel anders uit. Het gaat van verenigingen en comités naar kortlopende initiatieven, mede dankzij internet en de sociale media. Creativiteit, kleinschaligheid en initiatieven die in kleine groepen ontstaan worden belangrijker dan grootschalig plannen. Mensen zoeken elkaar op en hebben behoefte aan ruimte van de overheid, zodat initiatieven van ondernemers en burgers niet stuklopen op regelgeving. Burgers en markt komen steeds meer met oplossingen en de overheid zal meer faciliterend worden. Het is essentieel dat de overheid leert loslaten, al zijn de meeste spelers het er wel over eens dat we met elkaar een vangnet in stand moet houden. Problemen worden zichtbaar op het niveau van de stad, daar ligt dan ook het aangrijpingspunt om ze aan te pakken. Kleinschaligheid is het motto. Daarom zijn wijken een interessant vertrekpunt om binnen de stad de uitdagingen aan te gaan: waarbij de ene wijk andere behoeften heeft dan de andere, ook hier gaat het om eigen identiteit, DNA en differentiatie. 6
Financiële krapte heeft gevolgen voor de steden: kunnen initiatieven nog daadwerkelijk tot stand komen? Wie investeert de komende tijd in de stad? Deze vraag is relevant voor met welke partners aan welke uitdagingen gewerkt kan worden.
7
10 uitdagingen voor de Gelderse steden 1. Werk op andere manieren samen, vul elkaar aan,smeed gelegenheidscoalities en accepteer verschillen tussen de Gelderse steden 2. Creëer een antwoord op toenemende uitsortering, ruimtelijke segregatie en concurrentie tussen steden en locaties 3. Blijf werken aan de binnenstad als aantrekkelijke ontmoetingsplaats, waar mensen naar toe komen voor meer dan winkelen 4. Sluit aan bij het eigen DNA, verzin geen concepten: KIES! 5. Benut economische kansen door betere verbindingen tussen de Gelderse steden 6. Toon ambitie. Maak de sleeping giant Arnhem-Nijmegen wakker! 7. Vind elkaar in een gezamenlijke lobby richting Den Haag, Brussel en Düsseldorf 8. Ga uit van bezielende verbanden, sluit aanwaar energie zit 9. Plan niet alles en benut meer creativiteit en initiatieven van onderop10. Vergroot de bereikbaarheid en toegankelijkheid van binnensteden
8