Dorothea van der Meulen Dean Academie Minerva Hanzehogeschool Groningen University of Applied Science
Mijn dank gaat uit naar alle kunstenaars die aan de totstandkoming van de expositie hebben meegewerkt, de twee tentoonstellingsinrichters Frits Hesseling en Ton Mars, Lottie Herfkens voor de redactie van de publicatie, Rudo Menge voor de vormgeving, de Facilitaire Dienst, de werkplaatsen Fotografie en Media en uiteraard George Herfkens.
George heeft vele exposities bezocht in het binnen- en buitenland. Nu staat hij zelf eens in het middelpunt van de belangstelling. Met trots presenteer ik deze bijzondere tentoonstelling, naar een idee van George, die met de hulp van vele docenten en alumni tot stand is gekomen. Het biedt een caleidoscopisch beeld van Academie Minerva met werk uit de periode van 1980 tot 2014. Waar anders kunnen we deze expositie laten zien dan in ons eigen prachtige gebouw aan de Praediniussingel. In de bijbehorende documentatie laten we de exposerende kunstenaars zelf aan het woord. Zij vertellen over hun werk en hun periode op Academie Minerva.
Wanneer ik vroeg naar de voortgang van projecten was steevast het antwoord: ‘Alles komt goed, Dorothea. Dat weet je toch?’.
'Alles komt goed' Met de expositie Alles komt goed nemen docenten, studenten, alumni en medewerkers van Academie Minerva op een bijzondere manier afscheid van onze collega George Herfkens. Het opleiden van de kunstenaars van morgen is het kerndoel van Academie Minerva. Wij willen een boeiende, inspirerende, werkende en lerende gemeenschap zijn voor zowel studenten, docenten als ondersteunend personeel. Een omgeving waar eenieder in vrijheid kan experimenteren, wordt uitgedaagd om nieuwe wegen te bewandelen en waar unexpected connections tot stand kunnen komen. Kortom, een dynamische omgeving. Dit is de plek waar George zijn talenten 34 jaar goed heeft benut en het onmogelijke mogelijk heeft gemaakt. George noemde zichzelf vaak mijn ’linkerhand’, in de betekenis van de uitvoerende kracht (de rechterhand vond hij voor de schrijver). Als floormanager zorgde hij voor de realisatie en begeleiding van diverse in- en externe projecten. Zoals de grote verhuizing van Academie Minerva naar het nieuwe gebouw van de architect Piet Blom aan het Gedempte Zuiderdiep (1984), Minerva 200 (1998), de manifestatie rond het tweehonderdjarig bestaan, en de jaarlijkse eindexamenexposities op diverse locaties in de stad Groningen. Tevens was George nauw betrokken bij de ontwikkeling van SCAN, Media-GN en het huidige Frank Mohr Institute.
Foto: Tryntsje Nauta
Martin Tissing Amore (2012-’14)
Academie Minerva
‘De verbeelding van ultieme liefde. Ik schilder niet figuratief; de ideeën voor mijn werk ontstaan daarom spontaan. Zoals hier, door een toevallige samenkomst op het doek. Als je goed kijkt, zie je aan de rechterkant van het schilderij twee bleekblauwe cirkels die elkaar raken. Het lijkt bijna alsof ze één worden. Zo gaat het ook in de liefde. Als twee mensen intens veel van elkaar houden, kunnen ze zo dichtbij elkaar zijn, dat ze als het ware in elkaar opgaan. Uit die gedachte is in 2012 de serie Liefde/Amore ontstaan. Dit werk is daar onderdeel van. De hele serie bestaat nu uit ongeveer twintig olieverfschilderijen en een groot aantal tekeningen. Meestal zijn de werken die ik maak klein. Voor deze tentoonstelling heb ik expres één van wat meer formaat uitgezocht. Ik vind het jammer als Amore verloren gaat in het grote geheel. Dat verdient de liefde niet.’
‘Ik heb zowel lesgegeven aan Minerva als er gestudeerd. Als student startte ik in 1954. Het onderwijs was toen nog strikt. Je werkte naar voorbeelden uit de kunstgeschiedenis. Ook werd er voornamelijk vanuit de docent gedacht in plaats vanuit de student, zoals nu het geval is. De hele academie straalde totaal geen ambitie uit. Je werd opgeleid voor de kunstnijverheid, om bijvoorbeeld als ontwerper van textiel of glas-in-lood aan de slag te gaan. Toen ik in de jaren zeventig als docent begon, was het onderwijs op Minerva enorm verbeterd. Met veel plezier heb ik er uiteindelijk tot 1991 lesgegeven. Als ik achterom kijk, vind ik het fijn om te constateren dat veel van mijn oud-leerlingen bekendheid hebben gekregen. Zoals Ruud Venekamp, Ada Duker en Frank Lenferink. Of dat aan mij te danken is, blijft natuurlijk de vraag. In hun werk is mijn invloed in ieder geval niet terug te zien. Dat moet ook niet. Een goed docent stelt zich dienstbaar op en zorgt ervoor dat zijn studenten hun eigen weg kunnen gaan.’
kunstenaar: Martin Tissing student Academie Minerva: 1954-’58 docent Academie Minerva: 1978-’90 titel: Amore jaar: 2012-’14 techniek: olieverf op linnen afmeting: 81 x 162 cm foto: Dolf Verlinden collectie: kunstenaar
Ruud Venekamp Perkebunan/Plantage (2014)
Academie Minerva
‘Van jongs af aan ben ik gefascineerd door Indonesië. Dat komt door de verhalen van mijn vader, die na de Tweede Wereldoorlog als dienstplichtig soldaat heeft meegevochten tijdens de politionele acties. Na Minerva kreeg ik de kans om met een startstipendium zes weken lang door Indonesië te reizen. Toen was ik helemaal verkocht. De bijzondere natuur van dit land en de manier waarop de bevolking daarin leeft, vormen al jaren een belangrijke inspiratiebron voor mijn werk. Ik schilder nooit letterlijk iets na. Ik probeer mijn herinneringen om te zetten in een eigen, autonoom beeld. Perkebunan/ Plantage toont een nootmuskaatplantage op de Banda-eilanden. In 2011 ben ik daar geweest. We kwamen met een vliegtuigje aan. Het beeld van die plotseling opdoemende plantage onder ons was paradijselijk. Eenmaal op de grond voelde het alsof je in een groene kathedraal liep. Het heeft me jaren gekost om die ervaring goed op het doek te krijgen. Dit schilderij is daarop één van de vervolgstudies.’
‘Mijn tijd op Minerva bestaat uit twee delen: van 1980 tot ’81 en van 1985 tot ’88. De eerste keer moest ik door omstandigheden na een jaar met de academie stoppen. Wel was ik vast van plan de opleiding op een later tijdstip af te maken. Vier jaar later was het zo ver. Martin Tissing*, met wie ik al die tijd contact had gehouden, raadde mij aan om toelating voor het derde jaar te doen. Dat lukte. Het tweede jaar heb ik dus nooit gedaan. De tweede periode op Minerva stond volledig in het teken van de aanscherping en intensivering van mijn schilderproces. Ik vond het heerlijk om tussen allemaal gelijkgestemden te zitten. Na de academie ben ik een poos fulltime kunstenaar geweest. Sinds 2002 ben ik een dag per week docent bij Minerva. Ik ben tutor van een propedeusejaar. Sinds vorig schooljaar begeleid ik een internationale groep. Ze komen uit alle windstreken: Litouwen, Texas, Noorwegen, Oekraïne en Zuid-Korea. Het contact met deze studenten houdt me scherp.’ * Martin Tissing, Docent Schilderen (1978-’90)
kunstenaar: Ruud Venekamp student Academie Minerva: 1980-’81 en 1985-’88 begeleider: Martin Tissing, Johan van Oord, Wim Jonkman docent Academie Minerva: 2002-heden titel: Perkebunan/Plantage jaar: 2014 techniek: olieverf op doek afmeting: 220 x 260 cm foto: Bernard Onderstijn collectie: kunstenaar
Tekst in samenwerking met Jacoba Wijk, weduwe van Tiddo Nieboer (1940-2002).
‘Voor Tiddo was het een prachtige speelplaats. Hij heeft er vanaf 1982 ruim twintig jaar lesgegeven. Het leven op school en in De Kale Jonker, de naastgelegen stamkroeg van de docenten van Minerva, gingen bij hem in een vloeiende beweging in elkaar over. Tiddo was een docent die geen blad voor de mond nam. Of, zoals Matthijs Röling* het eens verwoordde: “Hij wist het kaf van het koren te scheiden.” De academie beïnvloedde zijn kunstenaarschap niet. Zijn relatie met Frans Haks** wel. De eigenzinnigheid waarmee die in de jaren negentig het Groninger Museum leidde, inspireerde Tiddo enorm. Net als Haks, die een frisse wind door het museum wilde laten waaien, ging hij op zoek naar vernieuwing. Onder invloed van Haks werd Tiddo’s kunst kleurrijker en expressiever.’
Academie Minerva
Tiddo H. Nieboer Het Huis (2002) ‘Aan het einde van zijn leven heeft Tiddo zich volledig aan de kunst gewijd. In eerste instantie vanuit zijn huis in Wehe-den Hoorn. De laatste vier jaar van zijn leven was hij bijna onafgebroken in zijn huis in Frankrijk aan het werk. Tiddo sprak over zijn kunstenaarschap als ‘dingen maken’. Hij maakte beelden in het platte vlak. Meestal waren dit tekeningen, houtdrukken en ruimtelijke beelden aan de muur. Later kwamen daar ook vrijstaande beelden bij. Zijn oeuvre kenmerkt zich door de helderheid van vorm en kleur. In Het Huis komt dit terug. Het is het laatste beeld dat Tiddo maakte. Ik trof het na zijn dood aan in zijn Franse atelier. Die titel heb ik het gegeven. Natuurlijk niet zo maar. Als Tiddo met zijn Franse vrienden over dit werk praatte, sprak hij ook over ‘het huis’. Later is van het werk nog een uitvergrote versie voor de Faculteit Wijsbegeerte van de Rijksuniversiteit Groningen gemaakt. Een waardig afscheid van een gepassioneerd kunstenaar.’ * Matthijs Röling: Docent Schilderen (1972-2008) ** Frans Haks: Directeur Groninger Museum (1978-’95)
kunstenaar: Tiddo H. Nieboer docent Academie Minerva: 1977-‘97 titel: Het Huis jaar: 2002 techniek: beschilderd vliegertriplex afmeting: 85 x 38 x 27 cm foto: John Stoel collectie: Jacoba Wijk
Wia van Dijk De uil (2007)
Academie Minerva
‘Het is de enige uil die ik nog heb van een serie van twaalf. Alle andere zijn uitgevlogen, als eenlingen of in duo’s. Het is niet dat ik buitengewoon gehecht ben aan het werk. Deze uil, die trouwens al jaren ligt te wachten op zijn gouden jasje, wil ik gewoon niet kwijt. Ik ben op het idee van de uilen gekomen naar aanleiding van een opdracht die ik kreeg van de Rijksuniversiteit Groningen. In het kader van het 400-jarig bestaan van de universiteit werd ik gevraagd iets te maken voor het timpaan in het Harmoniegebouw, waar de Faculteit der Letteren en Rechtsgeleerdheid zitten. Dat werd De twaalf gouden uilen van Pallas Athena (2006). De uil met de zwarte ogen die ik heb, maakt onderdeel uit van de artist proof. Wat mij er aan boeit, is de manier waarop het ronde lichaam en de diepliggende ogen het licht weten te vangen. Dat resultaat ontstaat alleen door echt bladgoud te gebruiken.’
‘Voor mij was het een waardevolle tijd, gekenmerkt door vallen en opstaan. Het heeft me geleerd dat ik moet knokken voor wat ik wil en dat het niet altijd voor de wind gaat. Ik kwam in 1978 op Minerva. Ik had destijds een kledingzaakje met eigen gemaakte kleding in Groningen en wilde op de academie Mode gaan doen. Die opleiding vond ik echter te gestructureerd. Ik zocht een richting waarbij ik meer ruimte kreeg voor zelfontplooiing. Dat werd Tekenen/Schilderen en Ruimtelijk werken. Als ik terugkijk op mijn tijd bij Minerva, lijkt het allemaal zo logisch wat ik heb gedaan. Je ging naar de academie en wanneer je afgestudeerd was waren er subsidies die je verder hielpen en galeriehouders die vroegen om bij hen te exposeren. Ook was er een breed scala aan opdrachtsituaties voor werken in de openbare ruimte. Als ik zie hoe een beginnend kunstenaar nu moet starten, besef ik des ter meer hoe anders die tijd toen was.’ kunstenaar: Wia van Dijk student Academie Minerva: 1978-’83 begeleider: Tiddo Nieboer, Toon Verhoef titel: De uil jaar: 2007 techniek: polyurethaan, bladgoud, metallic lakken afmeting: 25 x 25 x 42 cm foto: Robert Mulde collectie: kunstenaar
Bert Schutter Mill X Molen (1982)
Academie Minerva
‘Mill X Molen maakt deel uit van een onderzoek aan het begin van de jaren tachtig naar de eigenschappen van het medium videografie. In een serie werken heb ik een studie gemaakt van de toegevoegde waarde en de beperkingen van dit - destijds nieuwe - medium. Wat betekent het bijvoorbeeld dat je vastzit aan de monitor als beelddrager? In hoeverre beïnvloedt dit je tentoonstellingsbeeld? Dat gegeven van de monitoren en het begrip beweging komen in Mill X Molen aan de orde. Het werk bestaat uit vier molenwieken, opgebouwd uit twaalf monitoren. Samen laten ze op hun beurt ook weer een beeld van ronddraaiende molenwieken zien. Er is me wel eens gevraagd of ik Mill X Molen niet opnieuw met flatscreens wil maken. Het platte vlak daarvan sluit immers beter aan bij de vorm van een molenwiek. Het draait in dit werk echter niet om de molen. Wat ik indertijd wilde, was de ‘neutrale’ vorm van de monitor betekenis geven in een video-installatie. De molen als vorm was slechts een hang-up’.
‘Voor mij was het een interessante periode. Het was bijzonder om in nauwe samenwerking met George Herfkens het nieuwe medium videografie een plaats te geven binnen de academie en en een sterke Audiovisuele afdeling op poten te zetten. Ook de omslag in het onderwijssysteem was spannend om van dichtbij mee te maken. In de jaren tachtig bestond Minerva uit een verzameling koninkrijkjes waar de visie van de docent centraal stond, zoals Ruimtelijk Vormgeven met Tiddo Nieboer* en Schilderen met Matthijs Röling**. In de periode dat ik daar lesgaf, veranderde dat. Er werd een vaststaand onderwijsprogramma ontwikkeld en alle docenten moesten opereren binnen die gestelde kaders. Dat was een omslag die niet zonder slag of stoot verliep. Een boeiende tijd.’ * Tiddo H. Nieboer, Docent Ruimtelijk Vormgeven (1977-’97) ** Matthijs Röling, Docent Schilderen (1972-2008)
kunstenaar: Bert Schutter docent Academie Minerva: 1985 - 2001 titel: Mill X Molen jaar: 1982 techniek: video-installatie (loop) afmeting: 400 x 400 x 50 cm collectie: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE)
Martin Borchert Hemelschedel (1990)/ Zonnesporen (1992-’93) ‘In mijn laatste jaar op Minerva ging ik als uitwisselingsstudent naar Noorwegen. Ik wilde daar de sterrenhemel vangen in een steen omdat er bijna geen lichtvervuiling is, Een professor met wie ik hierover sprak, wist hoe ik dat kon doen. Al wat ik nodig had, was een op maat gemaakte lens van tienduizend euro. Natuurlijk had ik dat geld niet. Gelukkig ontdekte ik een manier om een pinholefoto op steen te maken. Het resultaat is Hemelschedel. Na mijn studie reisde ik van Zuid-Amerika naar de Noordpool. Om de vijftien breedtegraden kocht ik bij een lokale houthandelaar balken. Hiervan maakte ik kommetjes, waarin ik de zon liet branden. Het resultaat is Zonnesporen. Deze serie is in alles het tegenovergestelde van Hemelschedel. Waar hout licht ontvlambaar is, is steen koud. En terwijl ik een truc moest uithalen om het zwakke sterrenlicht op steen vast te leggen, is zonlicht krachtig genoeg om direct in hout te doen. Voor mij zijn deze twee werken dan ook onlosmakelijk met elkaar verbonden.’
Academie Minerva ‘Voor Academie Minerva zat ik op de Hogeschool van de Kunsten in Utrecht. Daar was de opleiding heel strikt. Bovendien moest je je als student steeds verder specialiseren. Dat wilde ik niet. Er was nog zoveel te ontdekken. Ik ging op zoek naar een academie waar ik wel de mogelijkheid kreeg om mijn eigen weg te gaan. Zo kwam ik bij Minerva terecht. Omdat ik in het derde jaar instroomde, kende niemand mij. Hierdoor had ik alle vrijheid om naar eigen believen rond te shoppen. De werkplaatsassistenten wisten toch niet bij welke studierichting ik thuishoorde. Bert Schutter*, mijn begeleider, en George Herfkens hebben me tijdens deze ontdekkingsreis enorm gesteund. Uiteindelijk ben ik afgestudeerd in de richting Audiovisuele kunsten. Een paar uur voor mijn diploma-uitreiking vertelde Petri Leijdekkers** me dat ze daar het vakgebied Interdisciplinair aan toe hadden gevoegd. Die discipline bestond toen nog helemaal niet. Hadden ze toch nog een stickertje op me weten te plakken.’ * Bert Schutter: Docent Media (1985-2001) ** Petri Leijdekkers, Directeur Academie Minerva (1986-‘99) Directeur Frank Mohr Institute (2000-‘07)
kunstenaar: Martin Borchert student Academie Minerva: 1987-’91 begeleider: Bert Schutter titel: Hemelschedel jaar: 1990 techniek: elementaire fotografie afmetingen: 50 x 50 x 40 cm titel: Zonnesporen jaar: 1992-’93 techniek: nonlichtgravures afmeting: 300 x 300 x 20 cm collectie: kunstenaar
Moving Water (1998) ‘Voor het eerst sinds mijn kleutertijd had ik het gevoel op een school te zitten waar ik mij goed tot verhield. Een heel strikt schoolsysteem past niet bij mij. Ik functioneer beter in een omgeving waar ik mijn eigen gang kan gaan. Voor de academie was ik niet echt bewust met kunst bezig. Op de havo volgde ik wel Muziek, maar dat vond ik te beperkt. Je maakt muziek en dat is het. George Herfkens kende ik al voor Minerva. Met zijn verhalen maakte hij me enthousiast voor de kunstacademie. In 1995 maakte ik samen met Sander Leemans, Dimitri Germain en Wouter Jansen het project Vis voor het Groninger Museum. Omdat we al onze namen tezamen te lang vonden, bedachten we de groepsnaam PIEK!. Daar vloeide een jarenlange samenwerking met Sander uit voort. Door veranderde interesses kwam daar een paar jaar geleden een eind aan. Sander is nu set dresser in de filmindustrie. Ik werk nog steeds onder de naam PIEK!. Wel met mijn eigen naam erbij, om het onderscheid te maken.’
Academie Minerva
PIEK! / Selby Gildemacher ‘Een les praktijkervaring in het kunstenaarschap. Moving Water heb ik samen met Sander Leemans gemaakt. De gemeente Meppel wilde destijds iets doen met een gracht in het centrum. Omdat ze dit een saai deel van de stad vonden, hadden ze een wedstrijd uitgeschreven voor kunstacademiestudenten. De bedoeling was een project te bedenken dat een zomer lang het water kon opsieren. Ons voorstel was een van de zeven inzendingen die werd uitgekozen. Om water ‘saai’ te noemen, vonden Sander en ik opruiend; in andere delen van de wereld denken ze daar heel anders over. Daarom besloten wij ons gehele projectbudget in een waterpomp in India te steken. Met behulp van een trechter maakten we vervolgens een gat in de gracht van Meppel. Zo creëerden we de illusie dat het water letterlijk van de ene naar de andere kant van de aarde werd gezogen. Voor het deel in Meppel van dit project waren we afhankelijk van sponsors en vriendendiensten. Dat ging niet altijd even soepel. Het heeft me geleerd dat ik echt iedere afspraak die ik maak moet vastleggen.’
kunstenaar: PIEK!/Selby Gildemacher student Academie Minerva: 1994-‘98 begeleider: Bert Schutter titel: Moving Water jaar: 1998 techniek: waterpomp, trechter, piepschuim, pomp afmeting: 8647 km (afstand tussen India en Meppel) collectie: kunstenaar
Rob Nypels Vliegtuig (2007)
Academie Minerva
‘Deze foto heb ik in opdracht gemaakt. Johan de Vries was een bekende galeriehouder in Leeuwarden en een goede vriend van mij. In 2006 overleed hij plotseling op 60-jarige leeftijd, na een kort ziekbed. Tijdens zijn leven had hij een heleboel objecten verzameld, waar hij ooit nog iets mee wilde doen. Zijn vroegtijdige dood haalde een streep door dit plan. Zijn vrouw vroeg mij om van deze objecten een fotoserie te maken. De hele verzameling besloeg meer dan twee kamers in hun huis. Een week lang heb ik daar rondgelopen, om de meest bizarre dingen vast te leggen: stukjes hout, uitgeknepen verftubes, kapot speelgoed, details uit woningen en halve kledingstukken. Alles waar maar een spoortje leven in zat. In de ogen van de meeste mensen is dit rommel. Het is de kracht van de kunstenaar om in die halfvergane objecten iets te kunnen zien. Uiteindelijk heb ik een serie van dertig foto’s gemaakt. Ieder beeld daarvan plaatst willekeurige objecten in een kader. Hierdoor overstijgen de objecten hun eigen isolement en gaan ze een samenspel met elkaar aan.’
‘Ik ben al meer dan 25 jaar docent bij Minerva. Ik heb het geluk dat ik in die periode altijd met heel fijne mensen heb mogen samenwerken, met elk een even groot hart voor de beeldende kunst. Het succes van een academie staat of valt niet bij de kwaliteit van de docenten alleen. Het gaat om de totale beleving, om de atmosfeer die je als instituut in zijn geheel uitstraalt. Dat begint al bij de man of vrouw bij de receptie, loopt door via de werkplaatsassistent en de kantinebeheerder en eindigt bij de directeur. Bij Minerva is dat alles in evenwicht. Het sur plus is dat er veel mensen rondlopen die aanzienlijk meer doen dan van hen wordt gevraagd. Hierdoor kunnen wij docenten ons volledig richten op de ontplooiing van de toekomstige carrières van de studenten. Of dat nu binnen de kunstwereld is, of in de periferie daarbuiten.’
kunstenaar: Rob Nypels docent Academie Minerva: 1988 - heden titel: Vliegtuig jaar: 2007 techniek: analoge c-print afmeting: 100 – 100 cm collectie: Atelier Meek
Pa (2013) ‘Ik heb altijd strips getekend en wilde op Minerva Illustratie doen. Maar studeren betekent iets nieuws leren en dit ging mij eigenlijk al goed af. De uitdaging ontbrak. Ook de eenzaamheid van het vak stond me tegen. Ik was de hele dag in mijn eentje thuis aan het tekenen. Vervolgens heb ik een tijdje Beeldhouwen gedaan. Maar daarvoor had ik te weinig talent. Via een omweg koos ik uiteindelijk voor fotografie. Voor mij is dat hetzelfde als tekenen, maar dan met een ander medium. De eerste jaren op Minerva voelde ik me een fraudeur. Iedereen leek te weten wat hij of zij wilde, behalve ik. Terugkijkend zie ik dat dit veelal bravoure van de andere studenten was. Zij konden zich beter uitdrukken, terwijl ik nog niet de argumenten had om hun stellingen te weerleggen. Bij wijze van overcompensatie maakte ik heel lange dagen en bracht ik veel tijd in de werkplaatsen door. Met als voordeel dat ik al snel ontdekte wat ik leuk vond en waar mijn talenten lagen.’
Academie Minerva
Daan Brand ‘Het werk dat ik voor deze tentoonstelling heb uitgekozen, is iets persoonlijks dat min of meer per toeval is ontstaan. In december 2013 was ik bezig met een serie over handen. Het idee van deze foto kwam voort uit het beeld van superhelden. Het moest lijken alsof de hand als een raket door de ruimte vloog. Ik knipte een fotoprint van een hand uit en stak deze in brand. Maar in plaats van te vliegen door de ruimte, leek de hand op te branden als een kaars. De uiteindelijke foto kreeg hierdoor iets macabers. Tegelijkertijd leek het een profetisch beeld. De hand die ik gebruikt had, was van mijn vader. Hij had altijd heel mooie, sterke handen. Op de foto zag ik dat ze nog steeds erg mooi waren, alleen wel minder sterk dan vroeger. Het waren de handen van een oude man. In die tijd was mijn vader ernstig ziek. Kort daarop overleed hij. Voor mij kreeg de foto toen extra betekenis. Om die reden heb ik hem eerst een tijdje laten liggen. Het was te confronterend.’
kunstenaar: Daan Brand student Academie Minerva: 1993-‘98 begeleider: Rob Nypels titel: Pa jaar: 2013 techniek: inkjetprint archival mat afmeting: 55 x 55 cm collectie: kunstenaar
Marrigje de Maar Venray Mortuarium (2002)
Academie Minerva
‘Het klooster waarin Venray Mortuarium is genomen, stond op het punt gesloopt te worden. Het moest plaats maken voor luxe appartementen. De foto staat symbool voor mijn eigen leven op dat moment. Kort daarvoor was ik ontslagen als socioloog. Er was helemaal niets mis met mij; alleen de tijd had me ingehaald. Ik was te oud en net als het klooster door de buitenwereld afgedaan als economisch versleten. Met een zak geld was ik de ziektewet ingestuurd. Dat kon destijds nog. Venray Mortuarium is dan ook een stil protest; het laat zien hoe prachtig de ruimte is, wat voor kwaliteit de architectuur heeft. Van zulke dingen moet je gewoon afblijven. Dat is ook de reden dat ik de foto in perspex heb gegoten. Zo kan er niemand meer aan komen. Overigens is de sloop van het klooster door het uitbreken van de vastgoedcrisis nooit doorgegaan.’
‘Ik kwam in 1997 op latere leeftijd als student op Minerva terecht. Op dat moment was ik op zoek naar een nieuwe structuur in mijn leven. Zoals gezegd was ik kort daarvoor mijn baan kwijtgeraakt. Ook was ik na een huwelijk van 25 jaar gescheiden. Mijn tijd op de academie was dus ook een soort van therapie, een zoektocht naar mijn nieuwe zelf. Vier jaar lang heb ik alles gedaan en uitgeprobeerd wat mogelijk was. Aan het eind van die periode zei Albert Van Der Weide* tegen mij: “En nu is het genoeg. Je gaat een keuze maken voor wat je gaat doen. En je kiest fotografie.” Daar was ik natuurlijk eerst heel boos over. Achteraf ben ik hem heel dankbaar. We hebben later nog hard om dat gesprek gelachen.’ * Albert Van Der Weide, Directeur Academie Minerva (2001-‘06) Dean Academie Minerva/Frank Mohr Institute/Academie voor Popmuziek (2006-‘07)
kunstenaar: Marrigje de Maar student Academie Minerva: 1997-2004 begeleider: Rob Nypels titel: Venray Mortuarium jaar: 2002 techniek: Lambda print op Dibond afmeting: 125 x 100 cm collectie: Hanzehogeschool Groningen
Ton Mars ‘The Initials’, No. I (green) (2013)
Academie Minerva
‘Dit werk is mede geïnspireerd op de verluchtigde manuscripten uit de middeleeuwen. In die tijd versierden monniken hun handgeschreven evangeliën met de mooiste initialen. Deze geïllustreerde letters dienen zowel ter versiering als om de structuur van de tekst aan te geven. In ‘The Initials’, No. I (green) speel ik met dit concept. In het midden van de voorstelling zie je een zigzagvorm. Dit lijkt een omgekeerde z. Daarboven zie je een teken dat ik heb gebaseerd op de diakritische tekens. Dit zijn schrifttekens die de uitspraak van een letter aangeven, zoals de accent grave op de ‘e’. Ik gebruik hier het diakritische teken echter om de positie van de zigzag te bepalen. Ruimtelijkheid speelt in het werk een belangrijke rol. Aan de ene kant is daar de concrete ruimte, waarmee ik speel door de lijnen op doorzichtig plexiglas uit te sparen. Daarnaast is er een picturale ruimte, die ik door glanzend kleurgebruik diepte geef. Samen creëren ze de ‘schriftuurlijke’, geestelijke ruimtelijkheid die met het onleesbare karakter van de tekens is meegegeven.’
‘Volgend jaar zwaai ik af bij Minerva. Ik ben dan bijna vijfendertig jaar docent geweest. Ik was pas afgestudeerd toen ik begon met lesgeven. Aan het begin van de jaren tachtig bevond Minerva zich op het snijvlak tussen het klassieke kunstonderwijs en de moderne academie. Tegen de traditionele opvatting van de kunst als waarneming kwam de opvatting van de kunst als idee te staan. Deze twee stromingen veroorzaakten een ideologische strijd binnen Minerva. Om deze te pareren, werd het keuzerooster ingevoerd, tezamen met een docent gebonden onderwijsprogramma. Voortaan konden studenten zelf hun docenten kiezen. Begin deze eeuw, op het moment dat ik hoofd van de afdeling Autonome Beeldende Kunst was, bleek deze tweestrijd voorbij. In plaats daarvan was een artistiek pluralisme binnen Minerva ontstaan. Het keuzerooster had zijn oorspronkelijke betekenis verloren. Actualiseren van het kunstonderwijs werd hierdoor noodzakelijk. Er volgde een radicale verandering naar een thematisch gestructureerd programma, in combinatie met teamonderwijs. Doorontwikkeld is dit het model van de huidige onderwijspraktijk.’
kunstenaar: Ton Mars student Academie Minerva: 1972-‘76 docent Academie Minerva: 1982 – heden kerndocent Frank Mohr Institute: 1996 - heden titel: ‘The Initials’, No. 1 (green) jaar: 2013 techniek: hoogglanslak op plexiglas afmeting: ø 95 cm collectie: kunstenaar
Sarianne Elisabeth Breuker Lichte rouw (2004)
Academie Minerva
‘Lichte rouw is voor mij een heel persoonlijk werk. Het gaat over mijn scheiding. Dat maakt het autobiografisch. Tegelijkertijd is het afscheid nemen van liefde een universeel thema. Het hoeft namelijk niet alleen over het uit elkaar vallen van een gezin te gaan. Het kan ook betrekking hebben op het verlies van een dierbare. Die gelaagdheid maakt Lichte rouw voor mij zo speciaal. In dit schilderij maak ik gebruik van de beeldtaal van de folklore. Dat is typerend voor mijn werk. Als kind was ik al gek op klederdracht, met name op die uit Staphorst. Uren kon ik daar naar kijken. Hierdoor ontdekte ik dat je met een paar stippen van alles kunt zeggen. Zware rouw wordt bijvoorbeeld met zwarte en witte stippen verbeeld, lichte rouw met blauwe en groene. Over de hele wereld zijn die codes bekend. Door een beeldtaal te gebruiken die iedereen begrijpt, is het voor mij mogelijk het private publiek te maken.’
‘Een omslag in mijn leven. Voor mij was het een existentiële keuze om naar de academie te gaan. Ik leidde toen namelijk al een werkend bestaan. Ik was 27 jaar en gaf sinds zeven jaar les op een basisschool, voor mij echt een passie. Van het ene op het andere moment besloot ik dat het tijd was voor mijn andere grote liefde, tekenen. Ik heb radicaal mijn baan opgezegd en mijn huis en auto verkocht. Om in mijn onderhoud te voorzien, nam ik allerlei baantjes in kroegen. Ook dat was voor mij een heel nieuwe wereld. Het was een periode vol ups en downs. Toch heb ik er geen moment spijt van gehad. Ironisch genoeg was ik nog niet afgestudeerd of ik gaf al weer les. In mijn laatste jaar werd ik gevraagd om te doceren aan Minerva. Dat doe ik nu, meer dan twintig jaar later, nog steeds. Zo zijn mijn twee grote liefdes uiteindelijk toch nog samengekomen.’ kunstenaar: Sarianne Breuker student Academie Minerva: 1987-’92 begeleider: Ton Mars docent Academie Minerva 1992 - heden titel: Lichte rouw jaar: 2004 techniek: acryl op doek afmeting: 225 x 450 cm foto: J. Van Ringen collectie: kunstenaar
‘Ik geef nu ongeveer 25 jaar les op Minerva en ik vind het nog steeds inspirerend. Al ben ik docent; ik leer zelf ook van mijn collega’s en studenten. Ieder van hen heeft een eigen visie op kunst, een eigen manier van uiten. Die diversiteit aan denkbeelden en werkwijzen vind ik stimulerend. Het motiveert me om over mijn eigen kunstenaarschap na te denken en om me te blijven ontwikkelen. Van 1975 tot ’80 was ik zelf student op Minerva. In die tijd was de academie nog verspreid over de hele stad. Ook letterlijk was er veel meer ruimte dan nu. Zo waren de lokalen gemiddeld veel groter. Het leken eerder een soort ateliers, waar je spullen kon laten staan en het niet nodig was om regelmatig op te ruimen. Hierdoor kon je het werkproces van de studenten beter zien. Qua onderwijs is er naar mijn idee weinig veranderd. Minerva is na al die jaren nog net zo pluriform en dynamisch als toen.’
Academie Minerva
Herman van Hoogdalem Joachim Horn (Gezichten van dementie) (2013) ‘Die vraag kan ik als kunstenaar beantwoorden, maar ook als zoon van een moeder die dementeerde. Bij dementie neem je steeds afscheid van een stukje van iemand. Dat uit zich in een steeds groter wordende absentie. Toen mijn moeder twintig jaar geleden dementeerde, heb ik dat veranderingsproces van dichtbij meegemaakt. Dat was verschrikkelijk en tegelijkertijd fascinerend om te zien. Als kunstenaar en zoon moest ik daar iets mee. Het resultaat is Gezichten van dementie: een serie bestaande uit veertien portretten van bewoners van De Dilgt in Haren, het woonzorgcentrum van mijn moeder. De familieleden vonden de confrontatie met de schilderijen vaak moeilijk. “Ik zie nu pas dat de dementie op mijn vaders gezicht ligt”, zei een vrouw. “Je hebt de wanhoop in het gezicht van mijn moeder vastgelegd”, zei een ander. Ook voor mij was het emotioneel. Achteraf gezien heb ik hierdoor wel een deel van mijn verleden verwerkt.’
kunstenaar: Herman van Hoogdalem student Academie Minerva: 1975-’80 begeleider: Wout Muller docent Academie Minerva: 1990 - heden
titel: Joachim Horn (Gezichten van dementie) jaar: 2013 techniek: aquarel op papier afmeting: 153 – 270 cm collectie: kunstenaar
Academie Minerva
René Bosma & Arno COENEn Update Folklore & Landscape (1997)
Interview met René Bosma.
‘Heel veel. Voor Minerva heb ik een MBO-reclameopleiding gedaan. Ik liep stage bij standbouwbedrijven en reclamebureaus. Ik mocht daar de hele dag leuke dingen doen. Om me heen zag ik mensen die dat ook deden, alleen dan al twintig jaar lang. Als dit het is, ben ik nog niet uitgeleerd, dacht ik, en besloot verder te studeren. Ik was altijd al creatief geweest en wilde daar meer invulling aan geven. Een kunstacademie kan dat bieden. In eerste instantie koos ik voor illustratie, maar al gauw ontdekte ik de mediakunst. Op Minerva kreeg ik alle ruimte om mijzelf te ontwikkelen. Docenten als Bert Schutter*, Simon Bigs**, Froukje Hoekstra*** en Erik Kluitenberg**** zorgden daarbij voor goed advies. Ook de werkplaatsassistenten waren altijd behulpzaam. Paul Perry***** stelde de samenwerking met Arno Coenen voor. Die match had hij goed gezien. Na de academie zijn we samen naar de postgraduate-opleiding bij Scan (nu het Frank Mohr Institute, red.) gegaan. Net als bij Minerva had George Herfkens dit als laboratorium voor de mediakunst ingericht. Ook daar heb ik een fantastische tijd gehad.’
Piet Blom: architect van het gebouw van Academie Minerva aan het Gedempte Zuiderdiep in Groningen.
‘Update Folklore & Landscape is gemaakt in een tijd dat Arno en ik onderzoek deden naar de computer als scheppend medium. In dit werk combineren we de mogelijkheden daarvan met die van het veel traditionelere Delfts blauw aardewerk. De stereotiepe beelden van molens en tulpen die doorgaans op tegeltableaus staan, hebben we vervangen door computer gegenereerde afbeeldingen van windmolenparken en de kubuswoningen van Piet Blom*. In de jaren negentig was gabber heel populair. Deze muziekstroming was nu eens niet door Amerika gedicteerd, maar kwam van eigen bodem. Door ook hakkende gabbers te portretteren, hebben we een tijdsbeeld gecreëerd van hoe Nederland op dat moment was. Dankzij dit werk zijn Arno en ik gaan vj’en. Wat begon als een onschuldig uitstapje, groeide al snel uit tot iets groots. Uiteindelijk hebben we drie jaar lang in binnen- en buitenland als vj opgetreden. Sta je daar ineens als kunstenaars voor een publiek van 17.000 hakkende gabbers op Thunderdome in Thialf Heerenveen.’ *
* Bert Schutter, Docent Media (1985-2001) ** Simon Biggs, Docent Digital Arts (1990-’95) *** Froukje Hoekstra, Docent Geschiedenis van de foto-, film- en videokunst (1990-2001) **** Eric Kluitenberg, Docent Mediatheorie (1993-’98) ***** Paul Perry, Docent Nieuwe Media (1990-2002)
kunstenaars: René Bosma & Arno Coenen student Academie Minerva: 1992-‘97 student Frank Mohr Institute: 1997-‘98 begeleider: Paul Perry titel: Update Folklore & Landscape jaar: 1997 techniek: installatie, animatie (60 sec.), mixed media, drie Delfts Blauwe tegeltableaus afmeting: 3 x 90 x 200 cm collectie: kunstenaar
ax710 Young Man Throwing Bicycle Wheel (ready made) by Marcel Duchamp 2012 (2014) ‘Het belangrijkste uitgangspunt in mijn werk is de structuur van de kunstwereld. Ik ben gefascineerd door de functie en het functioneren van de kunst, kunstenaar en de kunstwereld. Voor mij leidt dit tot een oneindige zoektocht naar het hoe en waarom bepaalde structuren tot stand komen, groeien, veranderen, blijven of verdwijnen. En welke invloed maatschappelijke, sociale of politieke veranderingen hebben. Ik ontwikkel en presenteer mijn werk op de meest uiteenlopende manieren, als (anti)reactie op een kunstcontext, ruimte of specifieke vraag. Behalve in de vorm van projecten en op tentoonstellingen in binnen- en buitenland, is mijn werk terug te vinden op het internet en in opdracht van onder meer gemeentes en de Rijksgebouwendienst. Een kunstopdracht voor een jeugdgevangenis die ik ooit deed, zorgde op meerdere lagen voor discussie. Het kunstbudget dat ik hiervoor kreeg, gebruikte ik als beleggingssysteem, door voor alle jongeren in de gevangenis een echte diamant te kopen. De diamant diende hierbij als metafoor voor de vrijheid en toekomstflonkeringen, met daartegenover het verblijf van de jongeren in detentie als investering in de samenleving. Tegelijkertijd ging dit project in op de discussie over de financiële en maatschappelijke waarde van kunst.’
Academie Minerva ‘Als student op Minerva was ik er al van overtuigd dat je als kunstenaar zelf je toekomst in handen moet nemen. Tijdens mijn studie richtte ik mij vooral op het materiaalgebruik en het maken van kunstwerken. Nadat ik mijn studie aan Academie Minerva, Autonome Beeldende Kunst, cum laude had afgerond ontdekte ik dat alleen werk maken voor mij niet voldoende was. De kunstwereld buiten de academie was complex en gelaagd, en had een geheel eigen code. Op de Rijksacademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam besloot ik deze code te ontsleutelen: welke invloed hebben curatoren, docenten, galeriehouders maar ook collega-kunstenaars bijvoorbeeld op iemands kunstenaarschap? Om de broncode van de kunstmarkt bloot te leggen, vond ik het noodzakelijk om naast mijn kunstenaarschap ook de uitdaging als tentoonstellingsmaker aan te gaan. Eind 2004 heb ik daarom het mediaplateau NP3 opgericht. Hier bied ik kunstenaars ruimte voor onderzoek, ontwikkeling en tentoonstellingen. In 2008 werd ik gevraagd als kerndocent aan het Frank Mohr Institute. In die functie begeleid ik jong talent in hun zoektocht naar een eigen plek in de kunstwereld.’
kunstenaar: ax710 student Academie Minerva: 1987-‘92 begeleider: Olphaart den Otter, Asaph Ben Menahem, Ineke Dammers kerndocent: Frank Mohr Institute 2008-heden titel: Fig. Young Man Throwing Bicycle Wheel (ready made) by Marcel Duchamp 2012 jaar: 2014 techniek: mixed media afmeting: variabel collectie: kunstenaar
Lu Xinjian Lucebert: ‘Ik draai een kleine revolutie af’ (Invisible Poem) (2012) ‘Dit schilderij heb ik in 2012 voor de verjaardag van Grytsje de Jong, de vrouw van Petri Leijdekkers*, gemaakt. Zij was erg onder de indruk van het concept van Invisble Poem. Voor deze serie deconstrueerde ik typografie om het vervolgens weer te reconstrueren in de vorm van een abstracte afbeelding. Daarom maakte ik voor Grytsje een mooi schilderij met daarop haar favoriete gedicht van Lucebert. Op het Frank Mohr Institute was Petri degene die me het meest beïnvloedde. Hij moedigde me aan om te experimenteren en kocht kunstboeken voor me ter inspiratie. Het meest onder de indruk was ik van die over De Stijl. Zelfs zo erg, dat ik tegen Petri zei dat het voor mij geschreven leek. De openheid van de Nederlandse cultuur heeft eveneens een grote impact om me gehad. Het heeft zowel mijn visie als mijn kijk op kleuren en materialen veranderd. Sindsdien speelt het conceptueel denken een cruciale rol in mijn werk.’ *
Petri Leijdekkers, Directeur Academie Minerva (1986-‘99) Directeur Frank Mohr Institute (2000-‘07)
Frank Mohr Institute ‘Ik kom uit China, waar ik Computer Graphics aan de Nanjing Arts Institute heb gedaan. Het allerliefste wilde ik echter aan een Nederlandse kunstacademie studeren. Om die wens te verwezenlijken, legde ik vier jaar lang al het geld opzij dat ik als grafisch ontwerper in Shanghai verdiende. In 2005 startte ik met de masteropleiding IM (nu Contextual Design, red.) aan de Design Academy Eindhoven. Een jaar later stapte ik over naar IME (nu Media, Art, Design & Technology, red.) aan het Frank Mohr Institute. Na mijn examen keerde ik terug naar China. Via via werd ik gevraagd om les te geven in Daegu, Korea. Omdat ik maar negen uur per week hoefde te werken, had ik zeeën van vrije tijd. Die uren wilde ik besteden aan het verwezenlijk van mijn jeugddroom: schilder worden. Ik had daar alleen totaal geen ervaring in. Daarom vroeg ik een kunstacademiestudent om me uit te leggen hoe ik een schilderij moest maken. Tegenwoordig ben ik fulltime kunstenaar, en exposeer ik over de hele wereld.’
kunstenaar: Lu Xinjian student Frank Mohr Institute: 2007-‘08 Frank Mohr Institute, kerndocent: Ruud Akse titel: Lucebert: ‘Ik draai een kleine revolutie af’ (Invisible Poem) jaar: 2012 techniek: Acryl op doek afmeting: 100 x 100 cm collectie: de Jong-Leijdekkers
Herbarium/Hechting/001 (2006) ‘Minerva heeft mij geleerd om het zelfonderzoek niet uit de weg te gaan. Ik kom uit Duitsland; daar is het kunstonderwijs veel traditioneler. Op Duitse academies leer je een vak waarmee je in de voetsporen van je historische voorgangers dient te treden. Tussen mijn tweede en derde jaar op Minerva ging ik op uitwisseling naar de kunstacademie in Dresden. Ik herinner me dat ik daar op de poort van de academie de namen van Michelangelo, Rafael en Da Vinci zag staan. Het idee dat ik me na de kunstacademie met hen moest kunnen meten, benauwde me. Ik had de behoefte aan meer vrijheid. Op Minerva hoopte ik die te vinden. Dat is gelukt. Vier jaar lang ben ik door de docenten uitgedaagd om nieuwe wegen te bewandelen, om mijzelf telkens opnieuw uit te vinden. Het heeft me geleerd om duidelijke keuzes te maken en om goed na te denken voor ik aan iets begin. Een belangrijke les voor een beeldend kunstenaar.’
Academie Minerva
Annegret Kellner ‘Een eerste kennismaking met een nieuwe verbeeldingsvorm: de plant. Tot dan toe had ik hiervoor mijn eigen lichaam gebruikt. Dat bleek letterlijk te dichtbij mij te staan, waardoor ik niet genoeg bewegingsvrijheid had voor mijn verbeelding. Daarom ging ik op zoek naar een ander levend medium. Van planten is bekend dat ze geen gevoel hebben; al is de wetenschap bezig dit te weerleggen. Dat we er toch medelijden mee hebben, komt voort uit onze projectie van menselijke gevoelens. In de titel van dit werk, Herbarium/Hechting/001, vind je die dubbelzinnigheid terug. In een herbarium pers je bloemen om ze te bewaren. Je koestert ze als het ware. Tegelijkertijd breng je de bloem schade toe door hem vast te maken. Daarnaast krijgt de foto door het isoleren van de witte tulp iets iconisch. Wat je ziet is echter een eenzame plant, die in jouw ogen pijn lijdt.’
kunstenaar: Annegret Kellner student Academie Minerva: 1999-2003 student Frank Mohr Institute: 2003-‘05 begeleider: Ton Mars – Katalin Herzog titel: Herbarium/Hechting/001 jaar: 2006 techniek: Lambda-print op Dibond afmeting: 80 x 53 cm collectie: privécollectie
Berndnaut Smilde ICONOCLOUDS/Karl Lagerfeld (2013)
Academie Minerva
‘Een hoogtepunt in een meer dan bijzonder jaar. In 2012 had ik met behulp van waternevel en een rookmachine mijn eerste wolk gemaakt in de kunstinstelling Hotel MariaKapel in Hoorn. Het filmpje van deze performance ging al snel viral op social media. Dat bracht het balletje aan het rollen. De Britse kunstverzamelaar Charles Saatchi kocht een foto van mij aan en ik ontving van over de hele wereld uitnodigingen om de performance nogmaals te doen. In Londen word ik vertegenwoordigd door de Ronchini Gallery, die veel contact heeft met grote persbureaus. De Amerikaanse Harper’s Bazaar klopte bij de galerie aan met het idee voor een portrettenreeks van wereldberoemde designers die naast de wolk poseerden. Dit zou dan in het septembernummer komen te staan. Voor modebladen is dit het belangrijkste nummer van het jaar. Het was een onvergetelijke ervaring om met Donatella Versace, Karl Lagerfeld, Dolce en Gabbana en Alber Elbaz samen te werken. Jan des Bouvrie heeft uiteindelijk ICONCLOUDS/ Karl Lagerfeld gekocht. Ik ben nog bij hem thuis geweest voor een rondleiding. Voor mijn foto heeft een Damien Hirst moeten wijken.’
‘Totale vrijheid om te doen wat je wilt. Voor mij valt mijn tijd op Minerva uiteen in twee delen. Het eerste jaar, waarin je kennismaakt met alle richtingen. En de laatste drie jaar in het Van Leeuwenhoekland. Zo noemden we het gebouw aan de Van Leeuwenhoekstraat, dat George had geregeld als ateliercomplex voor de autonome richting Schilderen en Tekenen. Niet alleen volgden we hier onze lessen; we kregen er ook alle ruimte om onze werken te maken, op onderzoek uit te gaan en te experimenteren met allerhande media. Ik heb daar ontzettend veel van geleerd. Dat is ook wel nodig; als je klaar bent met de kunstacademie denk je dat je alles weet. Maar eigenlijk begint het dan pas. Voor mij was het dan ook fijn dat ik aansluitend de masteropleiding Schilderen aan het Frank Mohr Institute kon doen. Pas daarna had ik het gevoel dat ik echt klaar was voor het kunstenaarschap.’
kunstenaar: Berndnaut Smilde student Academie Minerva: 1997-2001 student Frank Mohr Institute: 2003-’05 begeleider: Ton Mars titel: ICONOCLOUDS /Karl Lagerfeld jaar: 2013 techniek: Lambda-print op Dibond afmeting: 120 x 169 cm collectie: Jan des Bouvrie
d’Olle Grieze (1997)
Over Minerva
Frits Hesseling ‘Ik heb de zeefdruk destijds op verzoek van Ann’s Art gemaakt. Deze Groningse galerie heeft destijds een aantal jaren achtereen een zogenaamde ‘Martinprent’ uitgegeven, die gemaakt zijn door verschillende grafische kunstenaars. De opdracht luidde steeds dat de stad Groningen en zijn Martinitoren centraal moesten staan. Werken in opdracht doe ik vaker, ook op andere gebieden in de beeldende kunst en in de vormgeving. Het is altijd weer een interessant proces om je autonomie te bewaren in zo’n situatie. Ik heb deze prent voor de tentoonstelling gekozen omdat die staat voor een periode waarin de traditionele grafiek als zelfstandig medium een andere, meer nadrukkelijke rol binnen de opleiding en in de beeldende kunst vervulde dan nu. En bovenal omdat ik de prent als herinnering meegeef aan George. We hebben het er samen regelmatig over gehad. Daarnaast past hij goed bij de oorspronkelijke werktitel van de tentoonstelling: ‘Hier ga ik weg’.
‘Toen ik in 1969 als student aan Academie Minerva begon, belandde ik in een turbulente periode vol opstand en stakingen. Deze hadden als doel om het onderwijsinstituut en haar verschillende onderwijsvormen te democratiseren. Een van de belangrijkste ontwikkelingen die daar voor de academie uit voortkwam, was het keuzerooster. Anders dan voorheen kon de student voortaan - binnen bepaalde kaders zijn eigen vakkenpakket samenstellen. Toen ik in 1984 als docent op Minerva terugkeerde, waren een heleboel zaken waar destijds hard voor was gestreden in de praktijk doorgevoerd. Een deel daarvan is nog steeds in tact. Zo bestaat er tot op de dag van vandaag een soort van keuzerooster. Ook staat de individuele ontwikkeling van de student nog steeds centraal. Academie Minerva stelt niet alleen studenten in staat zich te ontwikkelen, maar ook de mensen die er werken. Oorspronkelijk als zeefdrukdocent binnen gekomen, kreeg ik de kans om ook op andere terreinen binnen en buiten het instituut kennis en ervaring op te doen. Het is een bijzonder boeiende en inspirerende werkomgeving, waarin ik nog altijd leer van en geïnspireerd wordt door mijn collega’s en de studenten.’ Tekst geschreven door Frits Hesseling.
kunstenaar: Frits Hesseling student Academie Minerva: 1969-’74 begeleider: Ruud Anthonio – Diederik Kraaijpoel docent Academie Minerva: 1984-heden titel: d’Olle Grieze jaar: 1997 techniek: zeefdruk afmeting: 80 x 50 cm foto: Jelle de Groot collectie: kunstenaar
Tekst geschreven door Annemarie Busschers.
Annemarie Busschers koos voor een opleiding als illustrator. Omdat Illustratie destijds (1991) in het eerste jaar nog geen zelfstandige discipline was, werd ze op Minerva bij de autonome richting, in haar geval: tekenen/schilderen, en grafiek ondergebracht. De techniek beviel heel goed, maar ze had veel moeite met de wijze van denken, omdat ze autonoom werd opgeleid maar juist toegepast wilde werken. Vanaf het derde jaar startte de opleiding Illustratie. Maar door de voorafgaande ‘autonome jaren’ wilde ze zich niet meer in dat keurslijf laten dwingen. In de zomer na haar derde jaar kwam ze in gesprek met Frits Hesseling*. Hij overtuigde haar om de academie af te maken in de door haar gekozen richting en door haar gekozen docenten als Gouke Notebomer** en Wim Jonkman***. Teksten hielpen haar (en nog steeds) om tot onderwerpen te komen. Ze pakte de draad weer op en studeerde na twee jaar uiteindelijk in 1996 af in beide autonome disciplines. Aan die laatste periode op Minerva denkt ze met veel plezier terug.
Academie Minerva
Annemarie Busschers Agony (2014) Gedurende de afgelopen honderd jaar heeft de plastische chirurgie een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Specialisering en samenwerking met verschillende disciplines, maken het mogelijk om grote (gezichts)reconstructies bij verminkte patiënten toe te passen. Oorlogsslachtoffers (vanaf de Eerste Wereldoorlog) en kankerpatiënten brengen een schat aan ervaringen op het gebied van de reconstructieve chirurgie. Grote wonden, verminkingen en gezwellen kunnen tot op zekere hoogte door middel van chirurgische ingrepen gecorrigeerd worden. Daarmee streeft men naast een herstel van functie vooral naar een onopvallend gezicht, zodat de patiënt na behandeling weer de ‘gewenste, normale’ rol in de maatschappij kan vervullen. Gaandeweg heeft de reconstructieve chirurgie zich ook verplaatst naar een vorm van wensgeneeskunde: borstvergroting, liposuctie en dergelijke worden tegenwoordig ingezet om het gewenste, cultuurbepaalde, uiterlijk te verkrijgen. Het is normaal om te snijden in borsten en billen en het wordt steeds abnormaler om je ‘mankementen’ te laten zien. Men kan zich dus afvragen wát nog normaal is. Dit portret van een patiënt voor reconstructie, toont diens normale gezicht. * Frits Hesseling, Docent Autonome Beeldende Kunst (1984-heden) ** Gouke Notebomer, Docent schilderen (1984-2009) *** Wim Jonkman, Docent Grafiek (1978-2010)
kunstenaar: Annemarie Busschers student Academie Minerva: 1991-’96 begeleider: Frits Hesseling - Gouke Notebomer - Wim Jonkman titel: Agony jaar: 2014 techniek: grafietpotlood, acrylverf, oliepastel op karton afmeting: 90 x 120 cm collectie: kunstenaar
Roland Schimmel Untiteld (2012)
Academie Minerva
‘Net iets boven het centrum van het midden zie je een zwarte stip, met daaromheen een prismatische uitwaaiering van kleuren. De wisselwerking tussen de naar het centrum toe en af gaande krachten creëert nabeelden op het netvlies. Hierdoor verliest de beschouwer zichzelf volledig in hetgeen hij waarneemt. Om te zien wat er werkelijk op het doek gebeurt, moet hij zich keer op keer opnieuw concentreren. Untitled (2012) gaat over de fundamentele processen van het waarnemen. De zwarte stip fungeert als oriëntatiepunt, die de aandacht en de blik stuurt. Tegelijkertijd is het een krachtcentrum dat - vrij geïnterpreteerd naar het tantrische begrip Bindu (stip, red.) - staat voor pure potentialiteit. Dit beginsel van energie en opperste concentratie wilde ik in dit schilderij scherp stellen. Untitled is een van mijn lievelingsschilderijen.’
‘In 1996 ben ik op Minerva begonnen als gastdocent, op uitnodiging van Ton Mars*. Geleidelijk aan heeft dit zich uitgebreid naar een aantal vaste uren. Het contact met de studenten ben ik in de loop der jaren steeds meer gaan waarderen. Het dwingt me om de vinger aan de pols van de actualiteit te houden. Als docent op de kunstacademie is het je plicht om te weten wat er zich binnen de kunstwereld afspeelt, om continu de dialoog met de eigen tijd aan te gaan. De uitwisseling met de studenten helpt me om deze ontwikkelingen beter te begrijpen. Zij zijn immers veel jonger dan ik, opgegroeid in de wereld van computer en internet. De meerwaarde van het kunstonderwijs is volgens mij dat het je leert om de wereld van binnen, zowel die in jezelf ligt als die van het atelier, in samenhang en samenklank te brengen met de wereld van daarbuiten. Als dat je niet lukt, snapt niemand iets van je werk en is je bestaan als kunstenaar zinloos.’ * Ton Mars, Docent Schilderen (1980-heden)
kunstenaar: Roland Schimmel docent Academie Minerva: 1996-heden titel: Untitled jaar: 2012 techniek: acryl op linnen afmeting: 125 x 250 cm collectie: kunstenaar
Hans Hoekstra De Treinreis (2013)
Academie Minerva
‘Op een zondagmiddag zat ik in de trein van Groningen naar Amsterdam. Schuin tegenover me zat een jong stel. Het felle licht dat van buiten kwam, weerkaatste op hun gezichten. Ze staarden naar mijn idee raadselachtig voor zich uit. Ik heb er toen een tekening van gemaakt en dat later uitgewerkt tot een schilderij. Zo gaat het meestal bij mij: wat ik maak zijn een soort gedichten van de dingen om mij heen. Ik noem dat het fraseren van wat je ziet: “Op een zondagmiddag in de trein”. Ik heb ook geen bedoeling met mijn werk, behalve het verlangen om te tonen. Dat ‘gewoon’ tonen is trouwens nog best een heidens karwei. Ik probeer op zo’n moment mijn ego een beetje in bedwang te houden door hem niet op de voorgrond te laten treden. In het beste werk verdwijnt de maker. Je kunt het vergelijken met het dansen van de tango. Als de leider daarin te veel zelf wil schitteren, komt de volger niet tot uiting. De leider moet dus altijd naar de volger luisteren.’
‘Minerva was voor mij een vruchtbare tijd, waarin ik veel heb uitgeprobeerd. Als ik erop terugkijk, zie ik het als één grote proeftuin waarin je eindeloos mocht experimenteren met wat er allemaal is en wat er allemaal kan. Al die boeiende mensen die ik heb ontmoet, de inspirerende excursies die we hebben gemaakt. Zoals met Wim Jonkman*, die in 2004 een busje huurde om met ons naar Emden te gaan, voor een prachtige tentoonstelling van Edvard Munch. Dat heeft me enorm geïnspireerd. Ik was al wat ouder toen ik naar de academie ging. Ik had daarvoor een MBO-opleiding reclame gedaan. Dat had zijn voordelen, zoals dat ik al iets over kleur en vorm had geleerd. Op die opleiding voelde ik me echter niet gelukkig. Ik vond het veel te commercieel. De vrijheid van Minerva paste in die zin veel beter bij mij.’ * Wim Jonkman, Docent Grafiek (1978-2010)
kunstenaar: Hans Hoekstra student Academie Minerva: 2003-’07 begeleider: Roland Schimmel - Geurt van Dijk - Frank Lisser titel: De Treinreis jaar: 2013 techniek: acryl op doek afmeting: 140 x 200 cm collectie: kunstenaar
Tryntsje Nauta Oranjekoek (2013)
Academie Minerva
‘Dat ik met Oranjekoek alle lagen van de bevolking aanspreek, maakt dit project voor mij van grote meerwaarde. Het idee voor deze serie ontstond in 2012 aan de keukentafel van Marijke van Ruiten, een vriendin van Minerva. Op dat moment spraken we over de Friese identiteit, iets waar de oranjekoek deel van uitmaakt. Het is fascinerend om te zien hoeveel variaties er van deze koek zijn. Hij kent net zoveel nuances als de Friese cultuur. Door dit als een soort encyclopedie van de oranjekoek in kaart te brengen, probeer ik de aandacht te vestigen op een stuk Fries culinair erfgoed dat langzaam aan diversiteit inboet. De patronen op de oranjekoeken zijn vaak van generatie op generatie overgegaan. Soms zijn ze ontsproten aan de fantasie van de maker. Alle 176 foto’s tezamen laten zien dat dé oranjekoek niet bestaat. In het najaar van 2014 komt er een boek over de serie uit (Oranjekoek, uitgeverij Bornmeer, red.).’
‘Ik heb ontzettend veel aan mijn tijd op Minerva gehad. Voor mij was het een gevoel van thuiskomen om daar te studeren. Ik zat tussen allemaal gelijkgestemden, kreeg alle ruimte om te ontdekken wat ik leuk vond. Voor Minerva heb ik de pabo gedaan. Tijdens die opleiding volgde ik een cursus fotografie. Dat beviel zo goed, dat ik daar meer mee wilde doen. Ik besloot naar de kunstacademie te gaan. De energie die ik op Minerva voelde, motiveerde me om zelf ook aan de slag te gaan. ’s Ochtends was ik de eerste die voor de deur van de academie stond, ’s avonds moesten ze me het gebouw uitgooien. Vier jaar lang heb ik de vrijheid gevoeld om mijzelf te ontwikkelen. Daar pluk ik tot op de dag van vandaag de vruchten van.’
kunstenaar: Tryntsje Nauta student Academie Minerva: 2002-‘06 begeleider: Frits Hesseling - Andrea Stultiens - Sarah Blokland titel: Oranjekoek, Ameland Nes Bakkerij de Jong, creme Oranjekoek, Bitgummole Bakkerij Friso, creme Oranjekoek, Minnertsga Bakkerij Plat, creme Oranjekoek, Tzum de Schiffart, creme jaar: 2013 techniek: foto op Dibond afmeting: 4 x 100 x 100 cm collectie: kunstenaar
‘Het is niet zo dat we van jongs af aan wisten dat we kunstenaar wilden worden. En ook niet dat we per se in het buitenlanden wilden studeren. Het was een mix van omstandigheden en keuzes die ons uiteindelijk naar Minerva heeft gebracht. Aan deze periode bewaren we goede herinneringen. Net als aan de vele bijzondere mensen die we hebben ontmoet. Het leven, studeren en werken in Groningen heeft ons een betere kijk op de Nederlandse cultuur gegeven dan in de Randstad mogelijk was geweest. Ook hebben we de Nederlandse taal hierdoor sneller geleerd. Na de academie zijn we samen naar het Frank Mohr Institute gegaan. Halverwege deze opleiding besloten we om samen te werken. Omdat we ook een relatie hadden, voelden onze docenten hier aanvankelijk weinig voor. Als voorbeeld haalden ze de dramatische beëindiging van de relatie tussen Marina Abramovi´c en Ulay aan. Dat heeft geen invloed op ons gehad. Tot op de dag van vandaag werken we samen. Ook onze relatie bestaat nog steeds.’
Academie Minerva
Libia Castro & Ólafur Ólafsson Il Tuo Paese Non Esiste (Your country doesn´t exist) (2011) ‘De muziekvideo Il Tuo Paese Non Esiste (Your Country Doesn´t Exist) maakt onderdeel uit van Your Country Doesn´t Exist. Dit project zijn we in Istanbul in 2003 begonnen, en loopt tot op de dag van vandaag door. Het begin van 2003 werd gemarkeerd door de invasie van Irak, door de Verenigde Staten en haar bondgenoten, als volgende stap in de War on Terror. Als reactie hierop werden er wereldwijd anti-oorlogsmanifestaties georganiseerd. Hoewel deze protesten tot de grootste en meest omvangrijke in de geschiedenis behoren, legden vrijwel alle regeringen deze signalen klakkeloos naast zich neer. Met Your Country Doesn´t Exist willen we mensen uitdagen om over het ontstaan en het bestaan van naties na te denken, alsmede de positie die burgers daarbinnen innemen. Ook vraagstukken over het kapitalisme en de onderlinge verhoudingen op het politieke wereldtoneel komen aan bod. Zo hopen we de discussie te starten over eigenaarschap, eigendom, vrijheid en het recht op een eervol leven.’
kunstenaar: Libia Castro & Ólafur Ólafsson studenten Academie Minerva: 1996-’97 studenten Frank Mohr Institute: 1997-’99 begeleider: Ton Mars titel: Il Tuo Paese Non Esiste (Your country doesn´t exist) jaar: 2011 techniek: video, HD, kleur, geluid (16 min.) Languages English, Icelandic, Spanish, German, Dutch, Bosnian, Italian, French. collectie: kunstenaar
Matthijs Röling Fritzi (1981)
Academie Minerva
‘Dit schilderij is een van de weinige doeken die ik nog heb. Bijna alles heb ik verkocht. AOW en pensioen zijn nu eenmaal karig en de kachel moet toch branden. Ik heb er Fritzi (ten Harmsen van der Beek, red.) op afgebeeld, mijn verloofde voor bijna twaalf jaar. Voor mijn doen is het een gewaagde compositie. Daarvoor schilderde ik veel conventioneler. Omdat ik destijds begon te kwakkelen met mijn hand, moest ik noodgedwongen mijn techniek veranderen. Ik heb allerlei dingen gebruikt die van de Anthony van Dycken en de Rembrandts van deze wereld niet mogen: Fritzi zit uit het midden, haar hand valt buiten het kader en ze is in een paar schetsmatige streken weergegeven. Als beginnend kunstenaar ben je onzeker. Om toch tot een kunstwerk te komen, spiegel je je aan de grote voorbeelden. Pas gaandeweg ontwikkel je een eigen stijl. Bij mij speelde ook mee dat mijn hand steeds minder krachtig werd (door Polyneuropathie, red.). Hierdoor moest ik keer op keer mijn stijl aanpassen. Sinds een jaar of vijf kan ik helemaal niet meer schilderen. Vreselijk vind ik dat. Je krijgt daardoor toch een ander bestaan.’
‘Lesgeven heb ik altijd prachtig gevonden, net als het contact met andere docenten in het kunstonderwijs. Je beconcurreert elkaar niet, komt door de onderlinge gesprekken juist tot nieuwe inzichten en technieken. Tijdens een lunchpauze in de jaren tachtig met Piet Pijn*, Jouke Wouda**, Ger Siks*** en Wout Muller**** kwamen we bijvoorbeeld op het idee om een collectief kunstwerk te maken. Omdat iedereen zo enthousiast was, bestelde ik gelijk een doek van twee bij vijf meter, dat ik bij Warmold Brouwer***** aan de Lage der A neerzette. Daar hadden we de ruimte om samen te schilderen. Toen puntje bij paaltje kwam, durfde niemand meer mee te doen. Je moet op zo’n moment toch met de billen bloot. Alleen Wout wilde nog wel. Ik had niet gedacht dat uit die samenwerking iets goeds zou komen. Zijn aanpak was zo anders dan die van mij. Ik schilder bijvoorbeeld nat-in-nat, hij laag over laag. Ik vond dat altijd veel te lang duren, totdat ik met Wout ging werken. Snel dat hij was, snel. Het doek dat we destijds hebben gemaakt, is later door Minerva aangekocht. Uiteindelijk hebben Wout en ik ongeveer tien jaar samengewerkt. Toen was de koek op.’ * ** *** **** *****
Piet Pijn, docent schilderen (1963-‘84) Jouke Wouda, docent schilderen (1964-‘96) Ger Siks, docent tekenen en schilderen (1970-‘93) Wout Muller, docent schilderen (1979-’91) Warmolt Brouwer, docent vakdidaktiek/kunsten architectuurgeschiedenis (1972-‘84)
kunstenaar: Matthijs Röling docent Academie Minerva: 1972 - 2008 titel: Fritzi jaar: 1981 techniek: olieverf op paneel afmeting: 45 – 45 cm foto: Jelle de Groot collectie: kunstenaar
Wout Muller Newton (1998)
kunstenaar: Wout Muller docent Academie Minerva: 1979-’90 titel: Newton jaar: 1988 techniek: brons, hout, bladgoud afmeting: 20 x 22 x 59 cm collectie: Collectie Harms Rolde
COLOFON De tentoonstelling Alles komt goed is voortgekomen uit een idee van George Herfkens, van 1980 tot 2014 Floormanager en Coördinator Mediawerkplaats (tot 2007) bij Academie Minerva en het Frank Mohr Institute in Groningen.
Tentoonstelling Idee en concept George Herfkens Coördinatie George Herfkens, Lottie Herfkens Inrichting Frits Hesseling, Ton Mars Logistiek PS Koerier
Catalogus Samenstelling George Herfkens Eindredactie en interviews Lottie Herfkens Portret George Herfkens Tryntsje Nauta Vormgeving Rudo Menge Foto’s kunstwerken Copyright kunstenaar, tenzij anders vermeld.
Met dank aan: Martin Bartels, Jan des Bouvrie, Jelle de Groot, Collectie Harms Rolde, Facilitaire Dienst Minerva, Trijneke Herfkens, Zwaan Ipema, Grytsje de Jong, Petri Leijdekkers, Robert Mulder, LIMA Amsterdam, Martin Meeldijk, Dorothea van der Meulen, Liesbeth van Pelt, John Stoel, Marcel Vermeulen, Albert Van Der Weide, Jacoba Wijk, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. © Academie Minerva, Groningen 2014. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
George Herfkens Afscheid na 34 jaar Academie Minerva Opening: donderdag 2 oktober 2014, 16.00 uur
2 t/m 23 oktober 2014 opening: donderdag 2 oktober! 16.00 uuR
Alles komt goed 2 t/m 23 oktober 2014
Bij de tentoonstelling verschijnt een publicatie waarin de deelnemende kunstenaars vertellen over hun eigen werk en hoe ze hun periode op Academie Minerva hebben ervaren. U bent van harte welkom!
Met de expositie ‘Alles komt goed’ neemt George Herfkens na 34 jaar afscheid van Academie Minerva, Hanzehogeschool Groningen.
Locatie Academie Minerva Praediniussingel 59, Groningen
Openingstijden maandag t/m vrijdag 9.00 - 18.00 uur
Opening donderdag 2 oktober, 16.00 uur
Na jarenlang docenten en studenten te hebben ondersteund bij exposities in het binnen- en buitenland, staat George nu zelf in het middelpunt van de belangstelling. Voor zijn afscheid heeft hij een bijzondere tentoonstelling samengesteld met werken van een aantal van hen. De tentoonstelling biedt een caleidoscopisch beeld van Academie Minerva met werk uit de periode van 1980 tot 2014.
Matthijs Röling Herman van Hoogdalem Wout Muller Tiddo Nieboer Wia van Dijk Bert Schutter Martin Borchert Piek/ Selby Gildemacher Rob Nypels Daan Brand Marrigje de Maar Martin Tissing Ruud Venekamp Ton Mars Sarianne Breuker Annegret Kellner Berndnaut Smilde Libia Castro & Ólafur Ólafsson Frits Hesseling Annemarie Busscher Tryntsje Nauta ax710 Lu Xinjian René Bosma/Arno Coenen Roland Schimmel Hans Hoekstra
Matthijs Röling Herman van Hoogdalem Wout Muller Tiddo Nieboer Wia van Dijk Bert Schutter Martin Borchert Piek/ Selby Gildemacher Rob Nypels Daan Brand Marrigje de Maar Martin Tissing Ruud Venekamp Ton Mars Sarianne Breuker Annegret Kellner Berndnaut Smilde Libia Castro & Ólafur Ólafsson Frits Hesseling Annemarie Busscher Tryntsje Nauta ax710 Lu Xinjian René Bosma/Arno Coenen Roland Schimmel Hans Hoekstra
2 t/m 23 oktober 2014
Matthijs Röling Herman van Hoogdalem Wout Muller Tiddo Nieboer Wia van Dijk Bert Schutter Martin Borchert Piek/ Selby Gildemacher Rob Nypels Daan Brand Marrigje de Maar Martin Tissing Ruud Venekamp Ton Mars Sarianne Breuker Annegret Kellner Berndnaut Smilde Libia Castro & Ólafur Ólafsson Frits Hesseling Annemarie Busscher Tryntsje Nauta ax710 Lu Xinjian René Bosma/Arno Coenen Roland Schimmel Hans Hoekstra George Herfkens Afscheid na 34 jaar Academie Minerva Opening: donderdag 2 oktober 2014, 16.00 uur Met de expositie ‘Alles komt goed’ neemt George Herfkens na 34 jaar afscheid van Academie Minerva, Hanzehogeschool Groningen. Alles komt goed 2 t/m 23 oktober 2014
Opening donderdag 2 oktober, 16.00 uur Openingstijden maandag t/m vrijdag 9.00 - 18.00 uur Locatie Academie Minerva Praediniussingel 59 Groningen
2 t/m 23 oktober 2014 opening: donderdag 2 oktober! 16.00 uuR
George Herfkens Afscheid na 34 jaar Academie Minerva Opening: donderdag 2 oktober 2014, 16.00 uur Met de expositie ‘Alles komt goed’ neemt George Herfkens na 34 jaar afscheid van Academie Minerva, Hanzehogeschool Groningen. Na jarenlang docenten en studenten te hebben ondersteund bij exposities in het binnen- en buitenland, staat George nu zelf in het middelpunt van de belangstelling. Voor zijn afscheid heeft hij een bijzondere tentoonstelling samengesteld met werken van een aantal van hen. De tentoonstelling biedt een caleidoscopisch beeld van Academie Minerva met werk uit de periode van 1980 tot 2014.
Bij de tentoonstelling verschijnt een publicatie waarin de deelnemende kunstenaars vertellen over hun eigen werk en hoe ze hun periode op Academie Minerva hebben ervaren. U bent van harte welkom! Alles komt goed 2 t/m 23 oktober 2014 Opening donderdag 2 oktober, 16.00 uur Openingstijden maandag t/m vrijdag 9.00 - 18.00 uur Locatie Academie Minerva Praediniussingel 59, Groningen
Foto: Tryntsje Nauta
Matthijs Röling Herman van Hoogdalem Wout Muller Tiddo Nieboer Wia van Dijk Bert Schutter Martin Borchert Piek/ Selby Gildemacher Rob Nypels Daan Brand Marrigje de Maar Martin Tissing Ruud Venekamp Ton Mars Sarianne Breuker Annegret Kellner Berndnaut Smilde Libia Castro & Ólafur Ólafsson Frits Hesseling Annemarie Busscher Tryntsje Nauta ax710 Lu Xinjian René Bosma/Arno Coenen Roland Schimmel Hans Hoekstra
Matthijs Röling Herman van Hoogdalem Wout Muller Tiddo Nieboer Wia van Dijk Bert Schutter Martin Borchert Piek/ Selby Gildemacher Rob Nypels Daan Brand Marrigje de Maar Martin Tissing Ruud Venekamp Ton Mars Sarianne Breuker Annegret Kellner Berndnaut Smilde Libia Castro & Ólafur Ólafsson Frits Hesseling Annemarie Busscher Tryntsje Nauta ax710 Lu Xinjian René Bosma/Arno Coenen Roland Schimmel Hans Hoekstra
2 t/m 23 oktober 2014 Matthijs Röling Herman van Hoogdalem Wout Muller Tiddo Nieboer Wia van Dijk Bert Schutter Martin Borchert Piek/ Selby Gildemacher Rob Nypels Daan Brand Marrigje de Maar Martin Tissing Ruud Venekamp Ton Mars Sarianne Breuker Annegret Kellner Berndnaut Smilde Libia Castro & Ólafur Ólafsson Frits Hesseling Annemarie Busscher Tryntsje Nauta ax710 Lu Xinjian René Bosma/Arno Coenen Roland Schimmel Hans Hoekstra
George Herfkens Afscheid na 34 jaar Academie Minerva
Openingstijden maandag t/m vrijdag 9.00 - 18.00 uur
Locatie Academie Minerva Praediniussingel 59, GN Foto: Tryntsje Nauta