Agendapunt 6
Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Groningen 3 juli 2015
ONTWIKKELINGEN BON
Inleiding Zoals bekend is in 2014 een noordelijke Stuurgroep ingesteld met het oog op de huidige en toekomstige organisatie van het brandweeronderwijs. Namens Groningen heeft de heer Van de Nadort zitting in de stuurgroep. De stuurgroep heeft vanuit het uitgangspunt dat vakbekwaamheid brandweerpersoneel primair de verantwoordelijkheid is van de commandant geconcludeerd dat een bestuurlijke vertegenwoordiging in het bestuur van de Stichting BON niet noodzakelijk is. Tevens is geconcludeerd dat een scheiding tussen bestuur Stichting BON (tevens enig aandeelhouder van BON Holding BV) en directeur/bestuurder BON Holding BV het mogelijk maakt de verantwoordelijkheden scherper te duiden. Een en ander uiteraard in relatie met een duidelijker positionering van de aandeelhouder in de statuten. Tenslotte is geconcludeerd dat de financiële positie van de BON dermate sterk is verbeterd dat volledige aflossing van eerder verstrekte leningen mogelijk is. Hiermee wordt in de ogen van de Stuurgroep het beeld dat het slecht gaat met de BON bijgesteld aan de huidige situatie. De doorontwikkeling van vakbekwaamheid brandweerpersoneel kan volgens de stuurgroep primair worden belegd bij de regionale commandanten van de brandweer. De stuurgroep blijft bestaan voor een eerste bestuurlijke toetsing van de ontwikkelde voorstellen. Dit voorstel wordt voorgelegd aan de besturen van de veiligheidsregio Groningen, Fryslân en Drenthe. Daarnaast ligt dit voorstel ter besluitvorming voor aan het bestuur van de BON. Het Algemeen Bestuur besluit: 1. In te stemmen met de vernieuwing van de vakbekwaamheidsorganisatie Noord-Nederland onder de aansturing van de drie regionaal commandanten brandweer; 2. gezamenlijk eventuele transitiekosten samenhangend met beslispunt 1 te dragen; 3. In te stemmen met de vereenvoudiging van de juridische structuur van BON Holding; 4. In te stemmen met de aflossingen van de leningen door de BON.
Aan het DB van de VR Groningen Postbus 66 9700 AB Groningen
Zuidbroek Betreft
27 mei 2015 voorstellen stuurgroep “transitie BON”
Geacht bestuur,
Op 16 oktober 2014 stuurden we u een brief met daarin een tweetal voorstellen ter besluitvorming: 1. Verzoek tot instemming met het starten van een gemeenschappelijk project, waarbij onderzocht wordt welk organisatiemodel het meest geschikt is om de verbinding/inbedding van vakbekwaam worden en –blijven binnen de brandweer Noord Nederland te optimaliseren. Tevens verzoeken wij u om een bestuurder af te vaardigen voor de hierna genoemde stuurgroep. 2. Verzoek tot toestemming voor het reserveren van 50% van de verstrekte leningen aan BON voor transitiekosten. Uw regio vaardigde de heer Van de Nadort af voor deelname in de stuurgroep. De stuurgroep vergaderde op 1 oktober 2014 en 13 april 2015. De stuurgroep heeft de huidige situatie van de BON bekeken in bredere context van de ontwikkeling van vakbekwaamheid. Op basis daarvan doet de stuurgroep BON aan de besturen van de veiligheidsregio’s en het BON bestuur de navolgende vier voorstellen. Voorstel 1 - Vernieuwing van de vakbekwaamheidsorganisatie in Noord Nederland onder aansturing van de drie regionaal commandanten Ontwikkeling vakbekwaamheid naar de toekomst Er zijn op hoofdlijnen twee ontwikkelingen te onderscheiden die aanleiding geven om het vakbekwaam worden en –blijven van brandweerpersoneel op een andere manier te organiseren, te weten: Regionale ontwikkelingen Vanaf 1 januari 2014 zijn de brandweerorganisaties georganiseerd op het schaalniveau van de veiligheidsregio’s. Dit betekent dat vakbekwaamheid geen lokale verantwoordelijkheid meer is maar een regionale verantwoordelijkheid. De drie Noordelijke Veiligheidsregio’s hebben een gezamenlijke opvatting dat een gemeenschappelijk onderdeel/voorziening van de drie veiligheidsregio’s voor vakbekwaamheid wenselijk is. De huidige wijze van organiseren van BON sluit nog niet aan op dit nieuwe perspectief.
Landelijke ontwikkelingen: Gelijktijdig is een landelijke ontwikkeling in gang gezet om te komen tot de vorming van één landelijk opleidingsorganisatie met daarbinnen (inter)regionale vestigingen. De drie veiligheidsregio’s in Noord Nederland hebben de ambitie om samen één vestiging op Noord Nederlandse schaal te organiseren. Daarmee: leveren zij een actieve bijdrage aan de vorming van één samenhangend Brandweeronderwijs in Nederland creëren zij daarmee meer verbinding tussen vakbekwaam worden en blijven. (initieel en postinitieel onderwijs) vereenvoudigen zij de doorontwikkeling van de vakbekwaamheidsorganisatie. De stuurgroep wil invulling geven aan de ambitie om de samenwerking op Noord Nederlandse schaal vorm te geven. Daarbij is de verantwoordelijkheid voor de doorontwikkeling primair een zaak van de regionaal brandweercommandanten. Ook de taken die nu in de BON zijn belegd vallen onder de verantwoordelijkheid van de regionaal commandanten. Gezien de omvang van dit traject hebben de regionaal brandweercommandanten aangegeven dit traject projectmatig te benaderen en een projectleider te benoemen. De stuurgroep ‘doorontwikkeling vakbekwaamheid’ blijft in stand. Mogelijke organisatiemodellen Vanuit de procesbenadering - wat moet er worden georganiseerd en welke ondersteunende processen zijn daarvoor nodig - wordt gekeken welke organisatievorm het beste past bij de samenwerking op Noord Nederlandse schaal. Daarbij zullen o.a. de volgende organisatievormen worden beschouwd: Aparte eenheid, geleid door een directeur/bestuurder en aansturing via aandeelhouderschap (zoals BON). Aparte eenheid, geleid door een afdelingshoofd die verantwoording aflegt aan de drie samenwerkende veiligheidsregio’s (3Noord); daarbij is het ook denkbaar dat de eenheid is ondergebracht bij de drie regio’s. Beheersorganisatie waarbij één VR het beheer heeft en verantwoording aflegt aan de drie samenwerkende veiligheidsregio’s 3Noord) Een gemeenschappelijke servicevoorziening ingebed in de drie veiligheidsregio’s en onder aansturing van de drie samenwerkende veiligheidsregio’s (3Noord) In hoeverre deze opsomming volledig is en hoe deze modellen op ‘het werk’ passen en of er voor opleiden en oefenen een ander voorkeursmodel geldt, wordt nader bekeken. Met betrekking tot de exploitatie van de oefencentra is een onderzoeksopdracht uitgezet waarbij ook wordt gekeken naar mogelijkheden voor publiek private samenwerking en landelijke ontwikkelingen. Voorstel 2 - Vereenvoudiging juridische structuur De BON Holding kent nu feitelijk twee bestuursorganen, nl. het bestuur van de stichting BON de heer Bouman als directeur/bestuurder. Beide zijn ingeschreven als bestuurder bij de Kamer van Koophandel en daarmee aansprakelijk. Vooral het risico in de exploitatie van het oefencentrum door de levering aan derden speelt hierbij een rol. Naast de bestuurdersrol is de stichting BON ook de enige aandeelhouder van de holding en de daaronder gelegen werkmaatschappijen met een geplaatst nominaal aandelenkapitaal van (4.287 aandelen a € 100) € 428.700,=. De burgemeesters zijn tot op heden betrokken als vertegenwoordiger van de 62 gemeenten in het huidige stichtingsbestuur. Met de regionalisering is de individuele verantwoordelijkheid van gemeenten met betrekking tot de brandweer beëindigd en overgedragen aan de Veiligheidsregio’s. Met betrekking tot de uitvoering zijn de regionaal commandanten nu verantwoordelijk. Daarmee is de noodzaak voor bestuurlijke aansturing van de brandweeropleidingen afgenomen.
De stuurgroep stelt voor om: De stichting laten aftreden als bestuurder van de BON Holding BV en dus uitschrijven bij de Kamer van Koophandel. Hiermee is de stichting alleen aandeelhouder van de BON Holding BV; De directeur BON handhaven als statutair bestuurder van de BON Holding BV; De stichting stuurt de bestuurder van BON Holding als aandeelhouder via in statuten vastgelegde afspraken; De drie regionaal commandanten (RC) nemen op persoonlijke titel zitting in het bestuur van de stichting. In de statuten wordt vastgelegd dat alleen regionaal commandanten uit Groningen, Friesland en Drenthe in het bestuur zitting kunnen nemen. Met de aanpassing van de juridische structuur is het financieel risico beperkt tot het aandelenkapitaal en is de bestuurdersaansprakelijk van de stichting vervallen. Het af laten treden van het bestuur van de stichting is een besluit dat door het BON bestuur moet worden genomen. Gezien de verantwoordelijkheid van het bestuur van de veiligheidsregio’s en de aansturing van de regionaal commandanten is het goed dat de besturen van de veiligheidsregio’s deze keuze ondersteunen. Voorstel 3 - Aflossing leningen In 2011 kwam BON in financieel zwaar weer . De veiligheidsregio’s verstrekten een lening van € 400.000,00 om BON ‘in de benen te houden’. De leningen zijn verstrekt voor de duur van 1 jaar, deze termijn is telkens verlengd met 1 jaar. De BON heeft een bedrag van € 200.000 terugbetaald aan de veiligheidsregio’s. Inmiddels is de financiële situatie sterk verbeterd. De lening is niet langer noodzakelijk om het voortbestaan van de BON te garanderen. De stuurgroep heeft geconcludeerd dat de het goed zou zijn om de oude situatie af te ronden en daarbij ook de lening die de veiligheidsregio’s hebben verstrekt terug te betalen. Het beeld dat het slecht met BON gaat kan daarmee worden bijgesteld aan de huidige situatie. Voorstel 4 – Project- en transitiekosten gezamenlijk dragen Doorontwikkeling betekent dat er ook kosten worden gemaakt. Enerzijds zijn dit projectkosten en anderzijds zijn dit mogelijk transitiekosten. Deze kosten zullen door alle vier partijen (drie Noordelijke VR en BON) gedragen moeten worden. De kosten zijn nu nog niet in beeld. De stuurgroep heeft echter op basis van de thans beschikbare informatie de stellige overtuiging dat deze transitie meer doelmatigheid en doeltreffendheid zal opleveren voor de Veiligheidsregio’s, waarmee de verwachting gerechtvaardigd is dat eventuele initiële kosten voor de structurele baten zullen uitgaan.
Samengevat Samengevat vraagt de stuurgroep aan de veiligheidsregio’s en het bestuur BON om in te stemmen met: 1. de vernieuwing van de vakbekwaamheidsorganisatie in Noord Nederland onder aansturing van de drie regionaal commandanten; 2. de vereenvoudiging van de juridische structuur; 3. de aflossing van de leningen; 4. het gezamenlijk dragen van project- en transitiekosten. Wij vragen u in ons in kennis te stellen van de besluitvorming daaromtrent, Wij vertrouwen erop u met bovenstaande voldoende te hebben geïnformeerd. Mocht u naar aanleiding van dit schrijven meer informatie wensen of vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met de heer B.J. Bouwmeester, voorzitter van de Stuurgroep. Contactgegevens
[email protected] of 0524 598738.
Hoogachtend, Namens de Stuurgroep Transitie BON
B.J. Bouwmeester - voorzitter -