AGENDAPUNT
NR:
2009.0.028.638
Concernstaf Bureau Gemeentesecretaris
6 april 2009
Pagina 1 van 15
Collegenota Aan burgemeester en wethouders Datum Documentnummer
2009.0.028.638
Zaaknummer
2009-03-02823
Datum
26-03-2009
Vertrouwelijk
Nee
Dienst
Inwonerszaken
In DT
Ambtenaar
Anton Nova/Johannes Kon
In college
Telefoonnummer
06 52 51 36 03
Voorstel in raadscommissie
Ja
Onderwerp
Kwaliteit van de Arnhemse ATC's. (Arbeidtrainingcentrum)
Voorstel in raad
Nee
Genoemde data fataal
Nee
Portefeuillehouder Weeda
Nee 14-04-2009
Beslispunten 1. Kennis te nemen van bijgaand memo “De uitspraak in de zaak B. en de kwaliteit van de Arnhemse ATC's”. 2. Het memo door te geleiden naar de raadscommissie CEESS.
Korte toelichting / samenvatting In allerhande publicaties en opvattingen wordt voorbijgegaan aan de impact van de gerechtelijke uitspraak van 8 oktober 2008 in de zaak van (de v.m. Wwb-klant) de heer B. De invloed van die misvattingen bemoeilijkt het werken in en met een ATC als een – ook door de rechter als een mogelijk adequaat bestempeld – Arnhems arbeidsmarktinstrument. In bijgaand memo wordt nogmaals de gerechtelijke uitspraak uiteengezet alsmede de arbeidsomstandigheden c.a. van de ATC’s. In een bijlage wordt het Arnhemse re-integratiebeleid, de huidige aanpak en de rol van het ATC daarin en de doorontwikkeling van de ATC’s geschetst. Het memo ware ter informatie door te geleiden naar de raadscommissie CEESS.
Pagina 2 van 15
1
Te kopiëren stukken voor het college
Ter inzage te leggen stukken voor het college
Memo “De uitspraak in de zaak B. en de kwaliteit van de Arnhemse ATC’s”.
Te kopiëren stukken voor raadscommissie of gemeenteraad:
Ter inzage te leggen stukken voor raadscommissie of gemeenteraad:
Memo “De uitspraak in de zaak B. en de kwaliteit van de Arnhemse ATC’s”.
Pagina 3 van 15
2
Toelichting op het voorstel 1. Aanleiding / Probleemstelling De rechter deed op 8 oktober 2008 uitspraak in de zaak van de heer B. tegen de gemeente Arnhem. Deze zaak is bekend gewoorden als de affaire van de “schoffelweigeraar” en ging o.a. over vermeend opgelegde “dwangarbeid”. De uitspraak wordt niet door iedereen eenduidig opgevat en er leven hier en daar nogal wat misverstanden over. 2. Doel Het is zaak achtergrond en uitkomst van de gerechtelijke uitspraak helder te belichten om te voorkomen, dat er onjuiste opvattingen over deze zaak (blijven) ontstaan en als feiten gepresenteerd worden. Bijgaand memo zet alle ter zake doende feiten en beleidsuitgangspunten en verdere ontwikkelingen m.b.t. het Arnhemse arbeidsmarktinstrumentarium op een rij. 3. Argumenten In de uitspraak wordt niet de aanpak in het ATC bestreden. De uitspraak wijst slechts op de onvoldoende onderbouwde motivatie om betrokkene naar het ATC te verwijzen.. Letterlijk: ‘Uit het opgestelde klantprofiel van eiser, dat is opgesteld door de gemeente, blijkt niet op welke gronden dit traject noodzakelijk is om eiser te laten re-integreren in de arbeidsmarkt’. 4. Financiën N.v.t. 5. Risico’s N.v.t. 6. Uitvoering en evaluatie N.v.t.
Pagina 4 van 15
3
Communicatieparagraaf Heeft er al communicatie plaatsgevonden? Zo ja, met wie en hoe? De Klantenraad Wwb is bijgepraat over de ontwikkelingen in de Arnhemse ATC’s en heeft er in het recente verleden bezoeken gebracht evenals enkele gemeenteraadsfracties / - leden. Zijn er direct belanghebbenden die geïnformeerd moeten worden, voordat de media worden geïnformeerd? Zo ja, hoe gebeurt dit? Met de ATC’s bestaat permanent overleg om dit instrument adequaat te blijven benutten. De aldaar gestationeerde case managers van de dienst Inwonerszaken hebben daarin een grote rol. Is er naast openbaarmaking in het persgesprek ook een persbericht nodig? (Zo ja, bijvoegen) N.v.t. Is naast het persgesprek en persbericht nog een andere wijze van bekendmaking nodig? Zo ja, waaruit bestaat die? N.v.t. Is er een communicatieplan over dit onderwerp? N.v.t.
Pagina 5 van 15
4
De gemeenteraad
Datum
: 14 april 2009
Uw kenmerk
:
Ons kenmerk
:
Contactpersoon : Johannes Kon Doorkiesnr.
Onderwerp:
: 026-377 3232
Memo ATC
Geachte voorzitter en leden, Wij brengen u op de hoogte van ons besluit van 14 april 2009 om bijgaand memo aan u door te geleiden. Aanleiding / Probleemstelling De rechter deed op 8 oktober 2008 uitspraak in de zaak van de heer B. tegen de gemeente Arnhem. Deze zaak is bekend gewoorden als de affaire van de “schoffelweigeraar” en ging o.a. over vermeend opgelegde “dwangarbeid”. Deze uitspraak wordt niet door iedereen eenduidig opgevat en er leven hier en daar nogal wat misverstanden over. Doel Het is zaak achtergrond en uitkomst van de gerechtelijke uitspraak helder te belichten om te voorkomen, dat er onjuiste opvattingen over deze zaak (blijven) ontstaan en als feiten gepresenteerd worden. Bijgaand memo zet alle ter zake doende feiten en beleidsuitgangspunten en verdere ontwikkelingen m.b.t. het Arnhemse arbeidsmarktinstrumentarium op een rij. Argumenten In de uitspraak wordt niet de aanpak in het ATC bestreden. De uitspraak wijst slechts op de onvoldoende onderbouwde motivatie om betrokkene naar het ATC te verwijzen. Letterlijk: ‘Uit het opgestelde klantprofiel van eiser, dat is opgesteld door de gemeente, blijkt niet op welke gronden dit traject noodzakelijk is om eiser te laten reïntegreren in de arbeidsmarkt’. Financiën N.v.t. Risico’s N.v.t. Uitvoering en evaluatie De Klantenraad Wwb is bijgepraat over de ontwikkelingen in de Arnhemse ATC’s en heeft er in het recente verleden bezoeken gebracht evenals enkele gemeenteraadsfracties / - leden.Met de ATC’s bestaat permanent overleg om dit instrument adequaat te blijven benutten. De aldaar gestationeerde case managers van de dienst Inwonerszaken hebben daarin een grote rol. Hoogachtend, het college van burgemeester en wethouders van Arnhem,
de secretaris,
de burgemeester,
Eusebiusbuitensingel 53 • Postbus 59 • 6800 LK ARNHEM Telefoon 026 - 3773390 • Fax 026 - 3773765 • E-mail:
[email protected]
Pagina M.I.V. 20 MEI 2008 IS HET BEZOEKADRES GEWIJZIGD
6 van 15
DIENST INWONERSZAKEN
Zaaknummer 2009-03-02823 Documentnummer 2009.0.028.915
MEMO
Datum
:
26 maart 2009
Aan
:
De gemeenteraad
Van
:
College van B&W
Betreft
:
De uitspraak in de zaak B. en de kwaliteit Arnhemse ATC ‘s
Inleiding 1. Uitspraak in de zaak B. Op 8 oktober 2008 deed de rechtbank uitspraak in de zaak B. - de man die inmiddels bekend staat als “de schoffelweigeraar”. De nadere analyse van die uitspraak staat hierachter. Bij die uitspraak is niet ter discussie gesteld de noodzaak van het stellen van een voorafgaande diagnose en evenmin de aanpak in een Arbeidtrainingcentrum (ATC), immers de gemeente Arnhem stuurt geen bijstandsgerechtigden standaard (d.w.z. zonder voorafgaande diagnose) naar een ATC; ook stond niet ter discusssie dat iemand eenmaal in een ATC beland, geen passend werk zou worden aangeboden. De toelichting in paragraaf 1 van dit memo is bedoeld om een correct beeld te geven van de inhoud en impact van de gerechtelijke uitspraak . 2. Arbeidsomstandigheden en bejegening van cliënten in de ATC’s In recente publicaties in de media over de Arnhemse aanpak bij de re-integratie van bijstandsgerechtigden wordt ten onrechte een bepaald beeld opgeroepen over de bejegening van cliënten, de arbeidsomstandigheden in de ATC’s en vermeend winstoogmerk. In paragraaf 2 wordt uiteengezet wat de feitelijke gang van zaken is. Bijlage: De huidige aanpak door de gemeente Arnhem In de bijlage bij dit memo wordt toegelicht wat algemeen geaccepteerde arbeid inhoudt, wat het Arnhemse beleid is, hoe de ATC’s daarin passen en welke ontwikkelingen in de aanpak hebben plaatsgevonden sinds de periode waarin “de schoffelweigeraar” naar het ATC werd verwezen. Daarbij wordt tevens duidelijk, dat de uitspraak in de zaak B. wel degelijk meegenomen wordt in een kritische reflectie op de huidige werkprocessen.
Pagina 7 van 15
DIENST INWONERSZAKEN
Zaaknummer 2009-03-02823 Documentnummer 2009.0.028.915
MEMO
1. Wat heeft de rechtbank geoordeeld in de zaak B. ? Op het moment dat de heer B. een beroep deed op de WWB, had hij met een korte onderbreking, al enige jaren een WW-uitkering. Ondanks zijn langdurige werkloosheid stond echter nog in zijn dossier vermeld, dat hij geen afstand tot de arbeidsmarkt zou hebben. Zijn werkloosheid was op grond van deze informatie volgens de rechter niet “arbeidmarkttechnisch” van aard (onvoldoende werkervaring of opleiding om weer aan de slag te kunnen komen) maar veroorzaakt door “persoonlijke omstandigheden”. De advocaat van de heer B. had ook ingebracht dat er sprake zou zijn van dwangarbeid of verplichte arbeid. 1.1 Geen re-integratietraject, maar zo snel mogelijk aan het werk Op het punt van de vermeende dwangarbeid heeft de rechtbank geconcludeerd dat daar géén sprake van is, aangezien de dreiging met een maatregel niet zo zwaar is, dat daardoor (psychische) dwang ontstaat om het werk te blijven verrichten. Het ATC is in de visie van de rechtbank een binnen de democratische rechtsorde passend re-integratie-instrument. Er is ook geen sprake van verplichte arbeid, aangezien de heer B. niet gedurende langere tijd werkzaamheden had moeten verrichten, waarvan volstrekt duidelijk was dat deze voor hem geen enkele positieve invloed op re-integratie in het reguliere arbeidsproces zouden kunnen hebben. De rechtbank heeft ten aanzien van de opgelegde maatregel geconcludeerd, dat deze ten onrechte is opgelegd. De rechtbank leidt uit de Memorie van Toelichting (bij de totstandkoming van de WWB) af, dat bijstandsgerechtigden niet zonder meer naar het ATC kunnen worden verwezen zonder dat naar hun individuele situatie is gekeken. Aangezien uit het klantprofiel van de heer B. niet is gebleken, op welke gronden het ATC noodzakelijk is om hem te laten re-integreren, had de gemeente ten aanzien van de maatregel niet zonder nadere motivering het standpunt kunnen innemen dat de weigering om mee te werken aan het ATC verwijtbaar is. Het beroep is op dit punt dan ook gegrond verklaard en de rechter heeft daarbij bepaald, dat er een nieuw besluit (op bezwaar) moet worden genomen met inachtneming van deze uitspraak. De volgende redenering werd dus door de rechtbank toegepast: volgens informatie uit zijn dossier had de heer B. geen afstand tot de arbeidsmarkt. Arnhem had kunnen volstaan met de eis om zo snel mogelijk algemeen geaccepteerde arbeid1 te aanvaarden. Een verwijzing naar ondersteuning bij re-integratie (zoals het ATC) was daarmee voor betrokkene niet zonder meer passend bij zijn situatie. Hij had meteen kunnen gaan werken, waarbij iedere vorm van gangbare arbeid acceptabel is om uit de bijstand te blijven. De noodzaak van een re-integratietraject voor de heer B. werd niet op individuele gronden door de gemeente gemotiveerd en de weigering om deel te nemen aan het aangeboden traject, was daardoor juridisch beschouwd geen maatregelwaardig gedrag.
1
Zie bijlage
Pagina 8 van 15
DIENST INWONERSZAKEN
Zaaknummer 2009-03-02823 Documentnummer 2009.0.028.915
MEMO
1.2 Wat zegt de rechtbank nu eigenlijk over het ATC? De indruk die is ontstaan dat de rechtbank in de zaak B. ook de aanpak in het ATC veroordeeld heeft, kan wellicht het best worden weggenomen met twee letterlijke citaten uit de uitspraak: “De rechtbank acht voorts van betekenis dat doel en strekking van het traject bij [Trainingscentrum] is om mensen die een aanzienlijke afstand tot de arbeidsmarkt hebben, elementaire vaardigheden bij te brengen teneinde hun kansen op de reguliere arbeidsmarkt te vergroten. [Trainingscentrum] is daarmee in beginsel een redelijk binnen de democratische rechtsorde passend re-integratie-instrument.” Na vastgesteld hebben dat de noodzaak van het ATC voor de heer B. onvoldoende was gemotiveerd, gaat de rechtbank nog verder met de volgende toelichting: “Niettemin kan naar het oordeel van de rechtbank niet op voorhand gezegd worden dat het volstrekt uitgesloten was dat deelname aan het traject voor eiser enig voordeel zou kunnen hebben. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat het traject bij het [Trainingscentrum] mede gericht was op het behouden dan wel verkrijgen van arbeidsritme, een factor die naar het oordeel van de rechtbank los moet worden gezien van de aard van de aangeboden werkzaamheden. Daarnaast is van belang, […] dat het traject is bedoeld om in de praktijk een beeld te krijgen van de capaciteiten en tekortkomingen van betrokkene. Wanneer in de eerste drie maanden na aanvang van het traject blijkt dat de afstand tot de arbeidsmarkt heel klein is of dat er geen werknemersvaardigheden te ontwikkelen zijn, kan het traject een ander karakter krijgen en gericht worden op snelle uitstroom of bemiddeling naar betaald werk. Naar het oordeel van de rechtbank kan dan ook niet geheel worden uitgesloten dat voortgezette deelname aan het traject voor eiser enig voordeel had kunnen hebben, in die zin dat hij wellicht sneller zou kunnen worden bemiddeld naar betaald werk.” 1.3 Nadere toelichting door de betreffende rechter Mr. Klein Egelink die de rechter was in de zaak B., heeft als onderdeel van een cursus2 voor juristen en andere belangstellenden recent toegelicht, waarop het oordeel van de rechtbank destijds was gebaseerd. In die cursus heeft hij nog eens benadrukt, dat de rechtbank geen veroordeling heeft uitgesproken over de werkwijze van het ATC, maar alleen heeft vastgesteld dat de verplichte deelname aan dit reintegratietraject voor de heer B. onvoldoende door de gemeente was gemotiveerd.
2
OSR, juridische opleidingen, Utrecht
Pagina 9 van 15
DIENST INWONERSZAKEN
Zaaknummer 2009-03-02823 Documentnummer 2009.0.028.915
MEMO
2. Arbeidsomstandigheden, bejegening en winstoogmerk in het ATC De ATC’s vallen onder het toezicht van de Arbeidsinspectie en worden ook geregeld door die instantie bezocht en goed beoordeeld. Nog onlangs (in december 2008) kreeg het ATC Fourstar bijvoorbeeld een positief rapport op basis van de bevindingen van de Arbeidsinspectie. Er is de gemeente Arnhem veel aan gelegen dat, naast de fysieke omstandigheden waaronder gewerkt moet worden, ook de bejegening van de deelnemers correct is. Aangezien de gemeentelijke casemanagers dagelijks op de locaties aanwezig zijn, heeft de gemeente daar een goed beeld van. Dat beeld geeft geen aanleiding tot ongerustheid of nadere acties op dit gebied. Mochten er evenwel klachten zijn, dan staan voor de deelnemers meerdere wegen open om hun ongenoegen kenbaar te maken. 2.1 Klachten- en bezwaarprocedures Op de eerste plaats beschikken de beide ATC’s over een eigen klachtenprocedure. Daarnaast is het voor iedere deelnemer mogelijk (en gewenst!) om de eigen IZ-casemanager in te lichten over eventuele onoirbare praktijken of onacceptabele omstandigheden. De eigen casemanager heeft als primaire taak om de vereiste ondersteuning op weg naar economische zelfstandigheid te bieden en daarbij uitdrukkelijk het belang van de klant te behartigen. Wanneer een ATC-deelnemer van mening is langs deze weg onvoldoende gehoord of geholpen te worden, dan staan de klachten- en bezwaarprocedures van de gemeente ter beschikking. Het indienen van klachten of bezwaren leidt uitdrukkelijk niet tot het opleggen van maatregelen, zoals soms wordt gesuggereerd. De gemeente Arnhem stelt vast dat klachten of bezwaren, op een enkel incidenteel geval na, eigenlijk niet zijn ingediend in de periode dat er met ATC’s gewerkt wordt (vanaf oktober 2006). 2.2 Geen oneigenlijk gebruik van arbeidskrachten In tegenstelling tot het beeld dat bij een aantal mensen is ontstaan, wordt er door de Arnhemse ATC’s niet verdiend op de werkzaamheden die zij in het kader van hun re-integratie uitvoeren. Die activiteiten worden namelijk tegen kostprijs aangenomen, kennen geen deadlines en zijn uitsluitend bedoeld als middel voor arbeidsimulatie. De ATC’s verdienen dus niet aan het werk, dat zij acquireren ten behoeve van de arbeidstraining. De verdiensten van de Arnhemse ATC’s zijn uitsluitend gebaseerd op de vergoedingen die de gemeente, conform de contracten met de ATC’s, betaalt uit het Participatiebudget. Deze contracten zijn met de ATC’s aangegaan op grond van een volledig transparante Europese aanbesteding, waarbij prijs, kwaliteit en levertijd tot de belangrijke gunningscriteria behoren.
Pagina 10 van 15
DIENST INWONERSZAKEN
Zaaknummer 2009-03-02823 Documentnummer 2009.0.028.915
MEMO
Bijlage: Arnhems beleid, overzicht van activiteiten in het ATC en de verdere doorontwikkeling sinds de zaak B.
Pagina 11 van 15
DIENST INWONERSZAKEN
Zaaknummer 2009-03-02823 Documentnummer 2009.0.028.915
MEMO
Bijlage: Arnhems beleid, huidige aanpak en door ontwikkeling ATC’s sinds de zaak B. Wat is algemeen geaccepteerde arbeid? Algemeen geaccepteerde arbeid kan elk type werk betreffen. De WWB stelt namelijk voorop dat iedereen die dat kan, zo snel mogelijk in zijn of haar eigen levensonderhoud dient te voorzien. Het aanvaarden van eenvoudig productie- of schoonmaakwerk, ook voor mensen met een hoger opleidingsniveau, is een prima manier om uit de bijstand te blijven of te geraken. De veronderstelling bij sommigen dat de gemeente de “schoffelweigeraar” werk of re-integratie passend bij zijn niveau had moeten aanbieden, staat dan ook haaks op de Wet Werk en Bijstand en komt voort uit onbekendheid met deze materie. Het Arnhemse re-integratiebeleid en de rol van het ATC De verplichting om zo snel mogelijk algemeen geaccepteerde arbeid te aanvaarden neemt niet weg, dat de gemeente Arnhem mensen in de bijstand graag de kans wil bieden om werk te vinden dat (als het maar even haalbaar is) zo goed mogelijk aansluit bij de eigen ambities, competenties en belangstelling. Een maand lang hulp via ‘bemiddeling aan de poort’ door het eigen Matchingsteam, gericht op nieuwe klanten die zich melden op het Werkplein (voormalig CWI) is daarvoor bedoeld. Maar ook aanbodgerichte bemiddeling met hulp van individuele plaatsingssubsidies (IP), Opstapbanen en ondersteuning door middel van een re-integratietraject vormen onderdeel van de Arnhemse re-integratieaanpak. Inspelen op signalen van werkgevers Uit de ervaringen die het Matchingsteam van de gemeente dagelijks opdoet, blijkt dat werkgevers het gebrek aan scholing of werkervaring, zeker voor werk op laag scholingsniveau, geen onoverkomelijk bezwaar vinden: “dat leren wij hen zelf wel”. De gemeente Arnhem speelt op die bereidheid in met de regeling Opstapbanen. De werkgever kan daarmee een jaar lang kostenloos een werkervaringsplaats aanbieden tegen minimumloon, inclusief begeleiding en scholing van de werknemer. Training van werknemersvaardigheden vaak noodzakelijk Uit de bemiddelingspraktijk blijkt echter ook dat werkgevers in veel gevallen ervaren dat werknemers die vanuit de bijstand bij hen aan de slag gaan, over onvoldoende elementaire werknemersvaardigheden beschikken. Dat staat dan zelfs de mogelijkheid van een volledig kostenloze werkervaringsplaats in de weg. Werkgevers vragen de gemeente om voorafgaande aan de bemiddeling mensen te toetsen op de elementaire vaardigheden die noodzakelijk zijn om op een werkplek te kunnen functioneren en om die te trainen. Het gaat dan vooral om: werkritme, verzuimgedrag, omgaan met regels, opdrachten, collega’s en leidinggevenden. Deze vormen van diagnose en arbeidstraining worden aangeboden in de vorm van “werksimulatie” en zijn een onderdeel van het ATC naast andere belangrijke activiteiten zoals: oriëntatie op je eigen talenten en ambities of het oefenen van sollicitatievaardigheden3. 3
Zie onderstaand overzicht
Pagina 12 van 15
DIENST INWONERSZAKEN
Zaaknummer 2009-03-02823 Documentnummer 2009.0.028.915
MEMO
Differentiatie binnen het ATC en resultaten van de aanpak De periode in het ATC is zo kort mogelijk, maar maximaal 3 maanden, behoudens heel specifieke uitzonderingen. Voor kandidaten voor wie bij bemiddeling aan de poort of in de diagnoseperiode wordt vastgesteld, dat de betreffende werknemersvaardigheden op orde zijn, ligt de nadruk binnen het ATC niet op arbeidstraining maar op stages of andere vormen van oriëntatie op werk, sollicitatievaardigheden en het zoeken naar (al dan niet gesubsidieerd) werk, waar nodig met hulp van het Matchingsteam. Van de werkzoekenden die worden doorverwezen naar het ATC, vindt 35% al in de eerste maanden werk. Daarbovenop vindt nog eens 15% aansluitend werk via intensieve bemiddeling en het toepassen van plaatsingssubsidies, zoals de Opstapbaan. Bij elkaar stroomt via deze aanpak dus 50% van de deelnemers in ongeveer 4 maanden uit naar betaalde arbeid4. De klanten die al eerder “aan de poort” bemiddeld werden, zijn daarin nog niet meegerekend. Als betaald werk op afzienbare termijn niet tot de mogelijkheden lijkt te behoren, wordt zinvol werk met behoud van uitkering (Werken voor de Stad) aangeboden. Wanneer uit arbeidsmedisch onderzoek blijkt, dat werk helemaal niet mogelijk is, wordt de deelnemer overgedragen aan een medewerker van de dienst Inwonerszaken die een zorgtraject inzet. Overzicht van activiteiten en overige diensten in en rond het ATC • • • • • • • • • • • • •
4
het stellen van een goede diagnose (max. 6 weken), het testen van competenties, een training van gedragsaspecten en persoonlijk advies daarover aan deelnemer en medewerkers, stages buiten de deur (bij leerwerkbedrijven) onderzoek door een bedrijfsarts, of indien daarvan sprake lijkt te zijn: onderzoek door arbeidmedische specialisten (naar mogelijke lichamelijke of psychische arbeidsongeschiktheid), hulp bij het opstellen van een CV, training van sollicitatievaardigheden (vacatures zoeken, brieven schrijven, sollicitatiegesprek voorbereiden), sport, informatie over budgetbeheer en schuldhulpverlening (door het BAC), de dienstverlening van de Formulierenbrigade (mensen helpen toeslagen of andere financiële voordelen te verkrijgen waar ze recht op hebben), ondersteuning bij het regelen van kinderopvang, bemiddeling naar regulier werk (al dan niet in leerwerkverband), bemiddeling naar een werkervaringsplaats bij een echt bedrijf, d.m.v. een Opstapbaan, o.a. met een taalcomponent of andere vormen van scholing, waaronder AKA, of een ervaringscertificaat,
zie jaarrapportage 2008. Ter vergelijking: trajecten van een jaar leverden in het verleden slechts een score van 20% op.
Pagina 13 van 15
DIENST INWONERSZAKEN
Zaaknummer 2009-03-02823 Documentnummer 2009.0.028.915
MEMO
•
bemiddeling naar zinvol werk met behoud van uitkering (als regulier werk niet lukt)
Stages, werkervaring, scholing en taalonderwijs Als iemand geen gebruik wenst te maken van de andere mogelijkheden of diensten die in het ATC worden aangeboden, kan het hoofdmenu bestaan uit eenvoudig werk ter training van werknemersvaardigheden en uit het verbeteren van de sollicitatievaardigheden, gericht op het snel verwerven van (algemeen geaccepteerde) arbeid. Mensen die ambitie tonen, kunnen doorgaans sneller (al tijdens de ATC-periode) naar een stageplek, een werkervaringsplaats of een reguliere baan worden bemiddeld. Bij die constructies wordt, als het maar even mogelijk is, ook scholing aangeboden. Vanwege het gegeven dat veel deelnemers een laag opleidingsniveau hebben, begint dat vaak met een AKA opleiding, een traject naar een EVC (ervaringscertificaat) of andere vormen van functiegerichte training. Maar ook scholing tot het niveau van een startkwalificatie is mogelijk, mits gekoppeld aan een werkplek (duaal dus). Dat kan zijn een Opstapbaan of een IP-gesubsidieerde baan, maar ook (voor degenen die nog niet tegen loon aan de slag kunnen) een baan in het kader van Werken voor de Stad; met behoud van uitkering dus. Voor werkzoekenden met een taalachterstand zijn er speciale Opstapbanen met een taalcomponent beschikbaar. Op deze werkervaringsplaatsen kan taalonderwijs (ook op de werkvloer) op maat worden gecombineerd met de werkzaamheden, die worden verricht om tot een betere arbeidsmarktkwalificatie te komen. Ondernemerschap Ook begeleiding naar zelfstandig ondernemerschap is een mogelijkheid die op het ATC aan de orde komt. Wie hiervoor in aanmerking wil komen, kan na een haalbaarheidsonderzoek verder worden ondersteund door het Bureau Zelfstandigen. Doorontwikkeling van de ATC’s na de uitspraak in de zaak B. Na de zaak B. hebben de ontwikkelingen in Arnhem niet stilgestaan. Daarbij staat de gedachte centraal dat het ATC een prima instrument kan zijn, mits de activiteiten daar doel- en probleemgericht worden ingezet. De ATC's in Arnhem beschikken inmiddels al over een veel genuanceerder en gerichter aanbod aan activiteiten dan in 2006 toen er mee begonnen werd (zie bovenstaand overzicht) maar de ontwikkeling staat niet stil. Door de komst van de Opstapbanen is er al veel meer mogelijk op het gebied van snelle door- en uitstroom naar betaald werk, maar er is nog ruimte voor verdere verbetering. Daarbij zijn de belangrijkste inhoudelijke aandachtspunten: 1. Het aanbod op ATC’s nog beter toesnijden op de individuele probleemstelling.
Pagina 14 van 15
DIENST INWONERSZAKEN
Zaaknummer 2009-03-02823 Documentnummer 2009.0.028.915
MEMO
2. Het doel van de activiteiten waaraan klanten in het ATC (gaan) deelnemen, moet goed met hen worden gecommuniceerd. Ook in tussentijdse evaluaties met de deelnemer moet duidelijk worden, wat inmiddels is bereikt en hoe de volgende periode ingevuld wordt. 3. Een breder scala aan oefenmogelijkheden op gedifferentieerd niveau kan tot meer gerichte trajecten leiden. Het is interessant om daar ook werkgevers bij te betrekken. 4. Werken vanuit de doelstelling om zo snel mogelijk te bemiddelen, waarbij het verblijf in het ATC tot het allernoodzakelijkste beperkt wordt. 5. De wensen van de deelnemers als uitgangspunt nemen, maar hen tegelijkertijd efficiënt en doelgericht laten toewerken naar de reële mogelijkheden die de regionale arbeidsmarkt en zijzelf te bieden hebben. Arnhem werkt daarbij met zogenoemde "focusvacatures" die de wens van de deelnemer toespitsen op de realiteit van de arbeidsmarkt. 6. Een oplossing vinden waardoor de sfeer op het ATC niet bepaald wordt door de deelnemers met een weifelende houding ten aanzien van werk. Lering trekken uit het verleden (ter illustratie…) De gemeente en de ATC’s hebben naar aanleiding van de zaak B. al de nodige aanpassingen doorgevoerd. Dit kan goed geïllustreerd worden aan de hand van onderstaande passage uit: Kwartaalrapportage re-integratie en activering, periode: t/m 4e kwartaal 2008. De uitspraak van de rechter inzake de klant die weigerde deel te nemen aan het ATC heeft geleid tot aanpassingen in het werkproces. Er wordt zowel schriftelijk als mondeling toegelicht waarom de betreffende activiteiten noodzakelijk worden geacht . Ook heeft de noodzaak tot maatwerk leveren geleid tot intensiever gebruik van het Jobcentre.
Uit de kwartaalrapportage van maart 2009, Arnhem, dienst Inwonerszaken, sector Werk & Inkomen
= ii =
Pagina 15 van 15
DIENST INWONERSZAKEN