AGENDAPUNT
NR:
2009.0.071.903
Concernstaf Bureau Gemeentesecretaris
15 september 2009
Pagina 1 van 9
Collegenota Aan burgemeester en wethouders Datum Documentnummer
2009.0.071.903
Zaaknummer
2009-08-00863
Datum
8 september 2009
Vertrouwelijk
nee
Portefeuillehouder Krikke Jansen
Dienst
Stadsbeheer
In DT
Ambtenaar
J. Hindriks
In college
Telefoonnummer
4416
Voorstel in raadscommissie
Ja
05-10-2009
Onderwerp
raadsvoorstel wijziging bepaling over toezichthouders APV
Voorstel in raad
Ja
19-10-2009
Genoemde data fataal
Nee
Nee 22-09-2009
Beslispunten 1. De raad voor te stellen de Algemene plaatselijke verordening voor Arnhem te wijzigen, conform bijgevoegd voorstel.
Korte toelichting / samenvatting De politie trekt zich terug op haar kerntaken. Het houden van toezicht op de exploitatie van horecainrichtingen beschouwt zij niet meer als haar primaire taak, maar als een taak van de gemeente. Afgesproken is dat de milieuhandhavers van het cluster Openbare Ruimte van de afdeling Handhaving deze taak gaan uitvoeren. Om dit mogelijk te maken dient dit expliciet in de APV te worden bepaald. Tot dusverre was dit uitgezonderd, omdat de politie dit toezicht uitoefende. Omdat de functie van de milieuhandhavers waarschijnlijk eind dit jaar wordt gewijzigd in integraal toezichthouder is ook deze functie in het voorstel opgenomen. Door de wijziging zijn zowel de milieuhandhavers als ook de politie toezichthouder. Hierdoor kan de politie in voorkomende gevallen nog wel ondersteuning bieden aan de gemeentelijke toezichthouders en kan zij toezicht (blijven) houden op bv. de coffeeshops. Daarnaast is het de bedoeling dat ook door de medewerkers van de afdeling Toezich & Preventie toezicht wordt gehouden op de APV, met name op de bepalingen over het gebruik van de openbare ruimte (b.v. hondenpoep). Deze medewerkers werken op basis van de Wet werk en bijstand. Een aantal van hen beschikt over het diploma buitengewoon opsporingsambtenaar. Door hen specifiek als toezichthouder in de APV aan te wijzen, zijn zij hiervoor tevens buitengewoon opsporingsambtenaar. Het toezicht op de horeca wordt, gelet op hun opleiding en achtergrond, uitgezonderd. De verordeningencommissie heeft geen opmerkingen.
Pagina 2 van 9
1
Te kopiëren stukken voor het college
Ter inzage te leggen stukken voor het college
raadsvoorstel met bijlage
Te kopiëren stukken voor raadscommissie of gemeenteraad:
Ter inzage te leggen stukken voor raadscommissie of gemeenteraad:
raadsvoorstel met bijlage
Pagina 3 van 9
2
Toelichting op het voorstel 1. Aanleiding / Probleemstelling zie raadsvoorstel 2. Doel zie raadsvoorstel 3. Argumenten zie raadsvoorstel 4. Financiën zie raadsvoorstel 5. Risico’s zie raadsvoorstel 6. Uitvoering en evaluatie zie raadsvoorstel
Pagina 4 van 9
3
Communicatieparagraaf Heeft er al communicatie plaatsgevonden? Zo ja, met wie en hoe? Intern (afdelingen Toezicht & Preventie, Handhaving, OSJA, Kabinet) Zijn er direct belanghebbenden die geïnformeerd moeten worden, voordat de media worden geïnformeerd? Zo ja, hoe gebeurt dit? nee Is er naast openbaarmaking in het persgesprek ook een persbericht nodig? (Zo ja, bijvoegen) nee Is naast het persgesprek en persbericht nog een andere wijze van bekendmaking nodig? Zo ja, waaruit bestaat die? nee Is er een communicatieplan over dit onderwerp? nee
Pagina 5 van 9
4
Raadsvoorstel Voor de gemeenteraadsvergadering d.d.
19 oktober 2009
Documentnummer :
2009.0.071.910
Zaaknummer:
2009-08-00863
Advies van de raadscommissie:
Raadscommissie Volkshuisvesting, Verkeer, RO en Milieu
Onderwerp:
Wijziging toezichthoudersbepaling in de APV
Aan de gemeenteraad.
Arnhem, 22 september 2009
VOORSTEL
1.
AANLEIDING / PROBLEEMSTELLING
Op grond van het bepaalde in artikel 142, eerste lid, aanhef en sub c, van het Wetboek van Strafvordering moeten, voorzover het de Algemene plaatselijke verordening voor Arnhem (APV) betreft, toezichthouders die tevens buitengewoon opsporingsambtenaar zijn bij verordening worden aangewezen. In artikel 6.2 APV zijn daarom in het eerste lid gemeentelijke buitengewoon opsporingsambtenaren als toezichthouder aangewezen. Daarbij was het toezicht op de exploitatie van horeca-inrichtingen uitgezonderd, omdat het toezicht daarop werd uitgeoefend door de politie. Dit was geregeld in het tweede lid. De politie richt zich de laatste jaren steeds meer op haar kerntaken, en stoot daarom andere taken af. Dit heeft ook gevolgen voor het toezicht op de exploitatie van horeca-inrichtingen. Zij beschouwt dit primair als een taak van de gemeente, enkel in bijzondere gevallen wil zij dit toezicht nog uitoefenen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het toezicht op coffeeshops of het bieden van ondersteuning. Om de toezichthoudende taak door de gemeente naar behoren te kunnen laten uitvoeren is het gewenst ook de buitengewoon opsporingsambtenaren van de gemeente dit toezicht te laten uitoefenen. Daarvoor is het noodzakelijk hen als zodanig aan te wijzen en de eerdere opgenomen uitzondering te schrappen. Het betreft de milieuhandhavers van het cluster Openbare Ruimte van de afdeling Handhaving. Hun functie wordt waarschijnlijk eind dit jaar veranderd in integraal handhaver, vandaar dat beide functies in het gewijzigde artikellid zijn opgenomen. De uitzondering blijft uiteraard wel bestaan voor de faunabeheerder. Daarnaast is het ook de bedoeling om degenen bij de afdeling Toezicht & Preventie, die in het bezit zijn van het diploma buitengewoon opsporingsambtenaar, ook als toezichthouder voor de APV aan te wijzen, met name voor datgene dat zich in de openbare ruimte afspeelt (hondenpoep e.d.). De medewerkers van deze afdeling werken op basis van de Wet werk en bijstand. Van het toezicht op de horeca worden zij, gelet op hun opleiding en achtergrond, uitgezonderd. 2.
DOEL
Het doel van het voorstel is de milieuhandhavers van de gemeente ook het toezicht op de exploitatie van horeca-inrichtingen te kunnen laten uitoefenen. Ook is het de bedoeling de medewerkers van de afdeling
Pagina 6 van 9
Toezicht & Preventie die in het bezit zijn van het diploma buitengewoon opsporingsambtenaar, aan te wijzen als toezichthouder voor de APV, met uitzondering van de exploitatie van horeca-inrichtingen. 3.
ARGUMENTEN
Zie hiervoor onder Aanleiding/Probleemstelling. 4.
FINANCIËN
Voor het uitoefenen van toezicht op de exploitatie van horeca-inrichtingen door de milieuhandhavers is reeds rekening gehouden bij het opstellen van de begroting voor 2008. Ook de aanwijzing van de medewerkers Toezicht & Preventie zorgen niet voor extra kosten. 5.
RISICO’S
Het aanwijzen als toezichthouder brengt geen financiële of juridische risico’s met zich mee. Het niet-aanwijzen daarentegen wel voor het toezicht op de horeca-inrichtingen, omdat de politie heeft aangegeven dit niet meer als haar (primaire) taak te beschouwen. Hierdoor kan er een lacune in het toezicht ontstaan. 6.
UITVOERING EN EVALUATIE
Na vaststelling zal het besluit bekend worden gemaakt. De Raadscommissie Volkshuisvesting, Verkeer, RO en Milieu zal over dit voorstel advies uitbrengen. Het advies van deze commissie wordt u separaat voorgelegd. Wij geven U in overweging bijgaand ontwerp-besluit vast te stellen.
Hoogachtend het college van burgemeester en wethouders van Arnhem, de secretaris,
de burgemeester,
Bijlage(n) Het huidige artikel 6.2 APV
Pagina 7 van 9
Besluit van:
19 oktober 2009
Documentnummer
2009.0.071.910
Zaaknummer
2009-08-00863
DE RAAD VAN DE GEMEENTE ARNHEM; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 september 2009, Stadsbeheer nummer 2009.0.071.903; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 142, eerste lid, aanhef en onder c, van het wetboek van Strafvordering; besluit: vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening voor Arnhem Artikel I De Algemene plaatselijke verordening voor Arnhem wordt gewijzigd als volgt: Artikel 6.2, eerste lid, komt als volgt te luiden: 1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast: a. de personen benoemd in de functie van milieuhandhaver of integraal handhaver bij het cluster Openbare Ruimte van de afdeling Handhaving ; b. de personen benoemd in de functie van faunabeheerder, met uitzondering van het bepaalde bij of krachtens hoofdstuk 2, Afdeling 3; c.
de personen werkzaam bij de afdeling Toezicht & Preventie die in het bezit zijn van het diploma buitengewoon opsporingsambtenaar, met uitzondering van het bepaalde bij of krachtens hoofdstuk 2, Afdeling 3.
Artikel II Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.
De griffier,
De voorzitter,
Pagina 8 van 9
Huidig artikel met toelichting Artikel 6.2
Toezichthouders
1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening - met uitzondering van de in het tweede lid genoemde onderwerpen - zijn belast de personen werkzaam bij de gemeente Arnhem, die zijn benoemd in de volgende functies: a. milieuhandhaver en gemeentelijk opsporingsambtenaar bij het cluster Openbare Ruimte van de afdeling Handhaving; b. faunabeheerder. 2. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens Hoofdstuk 2, Afdeling 3 (met uitzondering van de artikelen 2.3.1.12 en 2.3.1.13), zijn belast ambtenaren van politie, werkzaam bij de Afdeling Bijzondere Wetten van de politieregio Gelderland Midden. 3. Voorts zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening belast de door het college dan wel de burgemeester aangewezen personen.
Toelichting Artikel 6.2 Toezichthouders Zie voor een omschrijving van het begrip ‘toezichthouder’, de legitimatieplicht en de bevoegdheden die aan een toezichthouder toekomen Afdeling 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht.
Van ‘toezichthouden’ op de naleving van wettelijke voorschriften – een bestuursrechtelijke aangelegenheid – dient goed te worden onderscheiden het ‘opsporen’ van overtredingen van wettelijke voorschriften, een strafrechtelijke aangelegenheid. In dit verband is van belang dat ingevolge artikel 142, eerste lid, aanhef en sub c, van het Wetboek van Strafvordering de volgende voor de APV relevante - personen bijzondere opsporingsbevoegdheid hebben: -
personen die bij bijzondere wetten met de opsporing van de daarin bedoelde strafbare feiten worden belast, en;
-
personen die bij verordening zijn belast met het toezicht op de naleving van die verordening, een en ander voor zover het die feiten betreft en die personen zijn beëdigd.
Tot de eerste groep behoren bijvoorbeeld ambtenaren van bouw- en woningtoezicht waarvoor de grondslag van de opsporingsbevoegdheid is gelegd in de Woningwet. De tweede groep betreft de toezichthouders die in de gemeentelijke verordeningen als zodanig worden aangewezen. Daar artikel 142, eerste lid, sub c, Wetboek van Strafvordering spreekt over personen die bij verordening zijn aangewezen (en niet bij of krachtens), is het noodzakelijk om toezichthouders die tegelijkertijd bijzonder opsporingsambtenaar moeten zijn, bij verordening aan te wijzen. Vandaar het bepaalde in het eerste lid.
In het derde lid krijgen het college en de burgemeester de bevoegdheid om op een later moment bij afzonderlijk besluit toezichthouders aan te wijzen. Gelet op het voorgaande zullen deze toezichthouders niet tevens buitengewoon opsporingsambtenaar kunnen zijn.
Pagina 9 van 9