Advies van WMO raad inzake doelgroepenvervoer Datum: 9 december 2015.
Geacht college van Burgemeester en Wethouders, Aan de hand van de aan ons voorgelegde stukken over de bundeling van het doelgroepenvervoer in de gemeente Druten (in samenwerking met andere gemeenten) zijn wij na uitvoerige bestudering, ruggenspraak met betrokkenen en intern overleg met de wethouder tot het volgende advies gekomen. Het advies beperkt zich tot de aandachtspunten met betrekking tot de bundeling van doelgroepenvervoer.
Programma van Eisen In het jaarverslag 2014 van GAR (Gebruikersadviesraad Stadsregiotaxi Arnhem Nijmegen) staat op pagina 8 onder punt i het Programma van Eisen. Deze punten (zie bijlage) zijn naar onze mening een goed uitgangspunt om mee te nemen in de besluitvorming.
Aanbesteding vervoer Bij de toekenning van de aanbesteding, dient een goede controle op de prijs/kwaliteit verhouding plaats te vinden. Er moet gewogen worden, zodat het niet per definitie de goedkoopste is, die de aanbesteding wint. In de uitvoering zullen overigens meerdere vervoerders operationeel zijn.
1
Regie Deze komt in handen van een private onderneming, die bekend is met de materie. Dit moet naar onze mening een onafhankelijke partij zijn, die ervaring heeft met ritaanname, ritplanning en het versturen van informatie naar voertuigen en die bovendien in staat is mee te denken en als partner met de regio het systeem verder wil ontwikkelen. Omdat dit de partij is, die ook letterlijk geld kan besparen voor de deelnemende gemeenten moeten hierover duidelijke afspraken gemaakt worden. De besparingen moeten vervolgens o.i. ten goede komen aan de deelnemende gemeenten en niet aan de private onderneming. Bovendien moet er een “trigger” zijn op basis waarvan deze regiecentrale altijd zal proberen een zo efficiënt (goedkoop) mogelijke oplossing te vinden (binnen het pakket van eisen) voor een vervoersvraag. Enkel het in het vooruitzicht stellen van contractverlenging lijkt ons niet voldoende. Gedacht zou kunnen worden aan het ten goede laten komen aan de private onderneming van een percentage van de gerealiseerde besparingen, als een soort bonus. Beheer/toezicht. Dit komt in handen van een regionale (beheer) organisatie, waarin de deelnemende gemeenten zitting hebben. Bovendien is dit de organisatie die de portemonnee beheert. Het is van belang, dat de gemeente Druten er “kort” op zit, om tijdig te kunnen bijsturen indien er sprake zou zijn van calamiteiten of budgetoverschrijdingen. Hiervoor zouden duidelijke afspraken gemaakt moeten worden. Een periodieke rapportage in de eerstvolgende maand na afloop van een kwartaal (bij 4 periodes) of maand (bij 12 periodes) achten wij van groot belang. De spelregels zullen periodiek bijgesteld moeten worden, omdat door het opbouwen van historie inzichtelijk wordt waar knelpunten zitten en waar nog geld bespaard kan worden. Op dit moment is er nog een te groot grijs gebied.
2
Geldstromen Vraag WMO Raad: Hoe lopen de geldstromen in dit systeem? Antwoord van Eric Reintjes, Programmamanager doelgroepenvervoer regio Arnhem/Nijmegen. De grote stromen in principe alleen via contractrelaties: Via gemeenten naar beheerorganisatie. En via de beheerorganisatie naar regiecentrale en vervoerders. En van klanten naar vervoerders bij contante betaling van de eigen bijdrage. Of van klanten naar de regiecentrale bij automatische incasso of rijden op rekening. (!) Hieruit blijkt, dat ook de regiecentrale een rol heeft in de geldstromen. Dit is onwenselijk. De regiecentrale plant de rit en krijgt de terugkoppeling, dat de rit is uitgevoerd en kan derhalve daarmee ook de declaratie van de rit goedkeuren. Betaling kan dan rechtstreeks door de beheerorganisatie aan de vervoerder plaatsvinden. Uiteraard moet de regiecentrale (private onderneming!) betaald krijgen voor haar diensten vanuit de beheerorganisatie, maar om ook het geld voor de vervoerders hierlangs te laten lopen is onverstandig. De geldstroom van het rijden op rekening of de automatische incasso van klanten zouden dan ook naar de beheerorganisatie moeten gaan en niet naar de regiecentrale, zoals Eric Reintjes het heeft voorgesteld. Aanbesteding vervoer Hoe wordt het vervoer aanbesteed? Per regio, per doelgroep of anders? Er is namelijk gezegd, dat er meerdere vervoerders zullen zijn in dit systeem. Naar verwachting per basispunt. Dit kan een gemeente zijn maar ook meerdere gemeenten. Maar het is ook mogelijk meerdere vervoerders per basispunt te contracteren. Navraag bij Eric Reintjes over het begrip basispunt heeft het volgende antwoord opgeleverd: Een basispunt is in feite een fictief punt/gebied waarvandaan een chauffeur met voertuig zijn dienst begint en eindigt. Het wordt gebruikt om de capaciteit goed over de regio te kunnen verdelen om
3
kwaliteit te kunnen borgen en tegen zo laag mogelijke extra exploitatiekosten vanwege lange aanrijdtijden en dergelijke.
Maximale wachttijd en reistijd. Dit mag niet meer dan 15 minuten zijn voor of na de afgesproken ophaaltijd. De duur van de rit mag ook niet langer duren dan de directe reistijd plus 15 minuten bij 1 zone en bij meerdere zones 1,5 maal de directe reistijd. Het registreren van het ophalen en afmelden van een cliënt/gebruiker wordt door de regiecentrale gedaan, zodat daar ook een duidelijk kwaliteitscontrole kan worden uitgevoerd. Per vervoerder kan worden bekeken of men zich aan de afspraken houdt. Een overzicht hiervan zou periodiek gepresenteerd moeten worden aan de betrokken partijen zoals beheerorganisaties, gebruikers en vervoerders. Mochten in de uitvoering hierover of anderszins klachten komen, dan moet de gebruiker dit ergens kwijt kunnen en moet er een controle zijn wat er met de klachten wordt gedaan en of en hoe er naar de gebruiker wordt teruggekoppeld. Hier moeten duidelijke afspraken en regels worden gemaakt, die ook voor de gebruiker vanaf het begin duidelijk zijn. Ook zou bij een overschrijding van de tijdslimiet een compensatie moeten staan van kosten als die daardoor zijn ontstaan. (Voorbeeld: het missen van een afspraak, waarvoor kosten in rekening worden gebracht door een specialist) Zones In de stukken die wij ontvangen hebben over doelgroepenvervoer wordt over zones gesproken. Waarschijnlijk gaat men werken met kilometers. Dit is overigens vergelijkbaar met zones, waarbij elke zone ongeveer 4,25 kilometer is. De zones die de gebruiker toegewezen krijgt zijn afhankelijk van de indicatie en de kortste afstand tot de instelling waar naartoe gereisd moet worden voor behandeling. Iemand in Druten moet bijvoorbeeld meer zones krijgen voor dezelfde indicatie als iemand in Nijmegen, vanwege de reisafstand in het geval
4
dat behandeling bijvoorbeeld alleen in CWZ Nijmegen kan plaatsvinden. Dit eerlijke uitgangspunt onderstrepen wij van harte.
Combinatieritten Alle reizigers krijgen een reizigersprofiel op basis waarvan ritten geboekt en gepland kunnen worden. Het format voor het reizigersprofiel wordt regionaal afgestemd. De vulling daarvan gebeurt door gemeenten zelf in overleg met gebruikers. Onderdeel van het reizigersprofiel is of gebruikers wel of niet gecombineerd kunnen worden en onder welke condities eventueel gecombineerd kan worden. Hierop moet toezicht worden gehouden. Calamiteiten moeten gemeld kunnen worden door vervoerders of gebruikers bij de regiecentrale, die hierop moet kunnen bijsturen voor de toekomst. Ook moet duidelijk zijn voor gebruikers en vervoerders waar zij terecht kunnen bij het niet goed functioneren van de regiecentrale.
Klachtenprocedure We missen een duidelijke procedure voor het melden van klachten! Ook vinden wij dat er controle mogelijk moet zijn van de opvolging en afhandeling van klachten. Het kunnen klachten zijn over de vervoerders, maar ook over de regiecentrale of over de betalingen (beheerorganisatie).
Evaluatie In het bestek is opgenomen dat er gestructureerd overleg plaats gaat vinden tussen regiecentrale en gebruikers, aangevuld met opdrachtgever en vervoerder indien noodzakelijk. Wij zijn van mening dat de beheerorganisatie hier aan moet worden toegevoegd. Tenslotte beheren zij het geld. Ook missen wij nog de wijze waarop de gebruikers worden vertegenwoordigd in dit overleg. Wij adviseren om daarvoor een Gebruikersraad in het leven te roepen.
5
Schema Om het systeem duidelijk weer te geven hebben wij bijgaand schema opgesteld. Het is niet bevestigd, dat het zo gaat werken, maar uit alle documentatie kunnen wij niets anders opmaken. Voor een goed begrip van hoe het werkt is dit schema naar onze mening onmisbaar in de communicatie met alle betrokkenen (inclusief de gebruikers). Wij vertrouwen erop hiermee voldoende aandachtspunten te hebben gegeven, die bij de besluitvorming kunnen worden meegenomen.
WMO Raad Druten
Bijlagen: Programma van Eisen (pagina 8, jaarverslag 2014 GAR) Organisatieschema Doelgroepenvervoer Vastgesteld in de WMO-raadvergadering van 9-12-2015. Namens de raad ondertekend door: Dhr. H. A. J. Ketels, voorzitter;
Mw. K. Thomasse, secretaris;
6