Advies Beleidsplan WMO 2015-2018
Vastgesteld in Wmo-raadsvergadering d.d. 14-08-2014
INHOUDSOPGAVE 1. Adviesaanvraag............................................................................................................................... 2 2. Onderwerp van advies (adviesvragen) ............................................................................................ 2 3. Samenvatting .................................................................................................................................. 2 4. Advies ............................................................................................................................................. 2 5. Slotopmerkingen ............................................................................................................................. 3
1
1. Adviesaanvraag Op 26 juni 2014 heeft H. Fokkes, namens B en W van de gemeente Hoogeveen, de Wmo-raad formeel om advies gevraagd met betrekking tot het “Beleidsplan Wmo “en de bijbehorende verordening. Bij de aanvraag zijn de volgende documenten meegestuurd. Wmo-raad adviesaanvraag Beleidsplannen 2015 d.d. 26-06-2014. E-mail H. Fokkes d.d. 26-06-2914. Beleidsplan WMO 2015-2018 Definitief (juni) 2014. Conceptverordening versie 25 juni (ongedateerd)
2. Onderwerp van advies (adviesvragen) Passen de beleidsplannen binnen de in de visie op het sociaal domein geformuleerde uitgangspunten en in de kadernota genoemde kaders? Zo nee, waar sluit het volgens uw raad niet aan. Kunt u instemmen met de voorgestelde beleidskeuzes? Welke overige aanbevelingen wilt u meegeven? 3. Samenvatting De Wmo-raad is van oordeel dat de beleidsplannen passen binnen de visie op het sociaal domein geformuleerde uitgangspunten en in de kadernota genoemde kaders. De Wmo-raad kan op hoofdlijnen instemmen met de voorgestelde beleidskeuzes, voor gedetailleerde opmerkingen, zie onder.
4. Advies De Wmo-raad is van mening dat de beleidsnota een inhoudelijk goed beleid weergeeft, echter zijn er wel kanttekeningen die van belang zijn om mee te nemen in het rapport: In het algemeen leiden de beleidsvoorstellen niet tot kwantificeerbare doelstellingen, niet in meetbare getallen en zijn ze niet gebonden in een tijdsframe. Hierdoor is het onmogelijk per jaar met name na de beleidsperiode (2018) aan te geven in hoeverre de doelstellingen gehaald zijn. De Wmo-raad pleit voor een in alle opzichten periodieke controle op de uitvoering van het beleid zodat direct bijgestuurd kan worden om te voldoen aan de kwaliteitseisen van de zorg. De Wmo-raad komt tot de volgende adviezen, per bladzijde aangegeven: blz. 3/punt 3) De gemeente kan er in haar beleid niet van uitgaan dat er vanzelfsprekend mantelzorgers zijn. Ook in die situatie moet de gemeente voorzien in passende oplossingen (zorg). blz. 9 De Wmo-raad adviseert om duidelijk/concreet te beschrijven wat de gemeente aan het einde van de beleidsperiode bereikt wil hebben: resultaatgericht sturen vanuit de Wmo. Derhalve adviseert de Wmo-raad kwantificeerbare doelstellingen vast te stellen, voor zowel mantelzorgers als sociale samenhang. Het doel moet zijn dat mantelzorgers continueren met het verlenen van mantelzorg, en dat ze het kunnen volhouden. Kwantificeerbaar is: hoe men de steun ervaart vanuit de gemeente. blz. 12, 4e alinea De Wmo-raad is van mening dat het doel niet efficiencywinst moet zijn, maar dat het doel moet zijn: kwaliteitsverbetering. blz. 12, punt 12 "Het stimuleren" is te vrijblijvend. De Wmo-raad adviseert een concreter doel. Namelijk het daadwerkelijk ondersteunen.
2
blz. 15
Het beleidsvoorstel is erg onduidelijk en ongrijpbaar omschreven. Geadviseerd wordt hier een duidelijk statement te plaatsen. blz. 19 De verschillende vormen van HH (HH1 t/m HH4) moeten duidelijk omschreven worden. De huishoudelijke hulp, die ook de ondersteuning doet bij de regievoering en signalering moet hiervoor deskundig zijn. De Wmo-raad verzoekt kaders te stellen aan medewerkers HH, die in principe deze kundigheid in zich hebben. Hetzelfde geldt voor de gespreksvoerders aan het 'keukentafelgesprek' blz.20 De signaleringskans is minder door het verminderen van uren. De Wmo-raad benadrukt dat er voldoende ruimte moet overblijven om signalen op te vangen. blz. 21/alinea 4 Voor maatschappelijke opvang en beschermd wonen is er de centrumgemeente Assen; voor vrouwenopvang en opvang van dak-/thuislozen is er de gemeente Emmen. De Wmo-raad vraagt wat er geregeld is voor mannenopvang en hoe de gemeente Hoogeveen een vinger aan de pols houdt als deze vormen van zorg bovenlokaal georganiseerd worden. blz. 22 Wanneer dak-/thuislozen uit de gemeente Hoogeveen ondergebracht worden bij De Breehof in NIeuw-Amsterdam, wie betaalt dan deze kosten? Wanneer de gemeente Hoogeveen deze kosten betaalt, in hoeverre heeft de gemeente dan invloed op de uitgaven? Uit welk budget worden dan deze kosten betaald? Tevens vragen wij hoe de gemeente Hoogeveen de kwaliteit van de opvang bewaakt. NB. De Breehof is in beheer bij het Leger des Heils. De Wmo-raad weet niet van een alternatief hiervoor en vraagt zich af of het kwetsbaar is dat alleen dit opvangpunt beschikbaar is, mede gezien de achtergrond en principes van het Leger.
blz. 25/alinea 5 blz. 25/alinea 6 blz. 25/alinea 6 blz. 26/alinea 2 blz. 27/punt 8
De Wmo-raad adviseert in Hoogeveen een crisiscontactpunt te houden voor slachtoffers van huiselijk geweld en kindermishandeling, als voorportaal voor de opvang in Emmen. De Wmo-raad adviseert toe te voegen aan de beleidsnota dat het toezicht uitgevoerd wordt door een onafhankelijke, deskundig persoon/instituut die objectief adviseert. De Wmo-raad vraagt of de gemeente Hoogeveen een ombudsman heeft of aanstelt. Als er sprake is geweest van een mediation traject, dan dient dit altijd geregistreerd te worden als klacht, ongeacht de uitkomst van de mediation. Financiële tegemoetkomingen: De Wmo-raad verzoekt om een advies te geven over de nieuwe regeling alvorens deze door de gemeenteraad wordt behandeld. De Wmo-raad adviseert de klachtenprocedure laagdrempelig en gebruiksvriendelijk in te richten. De invulformulieren dienen een eenvoudige opzet te hebben. Klachten kunnen ook de beleving van de zorgnemer zijn.
5. Slotopmerkingen
3
a)
We vragen aandacht voor een beleid voor inwoners die verhuizen naar een andere gemeente en een hulpmiddel hebben, hoe dit overgeheveld wordt naar een andere gemeente.
b)
De Wmo-raad benadrukt dat het de verantwoordelijkheid is van de gemeente om een goede regeling te treffen ter bescherming van vrijwilligers, mantelzorgers en vooral jonge mantelzorgers. Voor mantelzorgers en vooral jonge mantelzorgers moet er een goede balans zijn tussen het geven van zorg en de aandacht voor henzelf. Een stevig beleid ter bescherming van de vrijwilligers en (jonge) mantelzorgers is absoluut noodzakelijk.
De Wmo-raad vraagt of er een onafhankelijke organisatie is die een operationele en kwalitatieve audit uitvoert en zo nee, dan acht de Wmo-raad het verstandig deze in te schakelen. (bijvoorbeeld een externe accountant of een rekenkamer)
Hoogeveen, 31 juli 2014
4
Verordening Wmo-beleid Na het bestuderen van het concept "verordening Wmo-beleid", komt de Wmo-raad tot de volgende adviezen, per bladzijde aangegeven: art.4/punt 1
"zo spoedig mogelijk" is te vrijblijvend. We verzoeken hierbij een concreet tijdsframe te benoemen. art.5 opmerking: De mantelzorg en hulp vanuit het sociaal netwerk van de cliënt is Boven gebruikelijk en Vrijwillig van aard en de te verlenen hulp kan niet verplicht worden gesteld. art.5/e We verzoeken de gemeente om expliciet in te gaan op de mogelijkheden, en grenzen aan de belastbaarheid, van mantelzorgers, naast hun ondersteuningsbehoefte. art.5/i De cliënt is niet verplicht om gegevens over de financiële positie te overleggen. art.8/punt 3 In geval van discussie verzoekt de Wmo-raad een onafhankelijk cliëntondersteuner te faciliteren. art.9 Het college kan een door hem daartoe aangewezen adviesinstantie benaderen voor advies. Wij adviseren hier een onafhankelijke adviesinstantie van te maken zowel voor de cliënt als voor de gemeente, om belangenverstrengelingen te voorkomen. art.21/punt 2 toevoegen na " ….. terreinen" Het college stelt ingezetenen vroegtijdig in de gelegenheid voorstellen voor het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning te doen en gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen. ------
Hoogeveen, 31 juli 2014
5