JAARVERSLAG 2012
Naam van de toegelaten instelling
:
Stichting Vestia
Statutaire Vestigingsplaats
:
Rotterdam
Adres en vestigingsplaats hoofdkantoor
:
Kruisplein 15c te Rotterdam
Postadres
:
Postbus 1431, 3000 BK Rotterdam
Telefoonnummer
:
088 1242424
E-mail adres
:
[email protected]
Internetsite
:
www.vestia.nl
Kamer van Koophandel
:
Rotterdam, nummer 29034021
Jaarverslag Stichting Vestia
2
Inhoudsopgave 1.
Algemeen .............................................................................................................................................. 4 1.1. Verslag van de Raad van Bestuur ................................................................................................. 4 1.2. Verslag van de Raad van Commissarissen ................................................................................. 10 1.3. Samenstelling en beloning van de Raad van Commissarissen................................................... 16 1.4. Personeel en Organisatie ........................................................................................................... 20 1.5. Governancecode ........................................................................................................................ 23 1.6. Ondernemingsraad .................................................................................................................... 23
2.
Volkshuisvestingsverslag .................................................................................................................... 24 2.1 Bij voorrang huisvesten van de doelgroep ................................................................................ 24 2.2 Zorgdragen voor de kwaliteit van de woongelegenheden ........................................................ 28 2.3 Betrekken van bewoners bij het beleid en het beheer ............................................................. 31 2.4 Activiteiten op het gebied van de leefbaarheid (inclusief sponsoring) ..................................... 32 2.5 Wonen en zorg 2012 .................................................................................................................. 35 2.6 Waarborgen van de financiële continuïteit ............................................................................... 37 2.7 Overige werkzaamheden ........................................................................................................... 45 2.8 Verbindingen .............................................................................................................................. 46 2.9 Activiteiten in de krachtwijken .................................................................................................. 51 2.10 Werkzaam in het belang van de volkshuisvesting ..................................................................... 61
Jaarverslag Stichting Vestia
3
1. Algemeen 1.1.
Verslag van de Raad van Bestuur
Inleiding Voor u ligt het jaarverslag inclusief de jaarrekening van Stichting Vestia (Vestia). Dit jaarverslag is tevens op onze internetsite, www.vestia.nl geplaatst. De verschijningsdatum van dit jaarverslag heeft de normale publicatiedatum, uiterlijk 30 juni 2013, ruimschoots overschreden. Dit heeft alles te maken met de ongekende omvang van de financiële problematiek waar Vestia in is geraakt. De voormalige accountant heeft eind april 2012 zijn afgegeven verklaring bij de jaarrekening 2010 niet langer gehandhaafd en - nadat het interim Bestuur een klacht had ingediend bij de Accountantskamer - zijn controle van het boekjaar 2011 gestaakt. Vestia heeft eind 2012 BDO bereid gevonden deze werkzaamheden over te nemen. Dit heeft tot de nodige vertraging geleid. Eerst op 15 juli 2013 is de controle van de jaarrekening 2011 afgerond. Daarna heeft het nog enige maanden gekost om de jaarrekening 2012 op te maken. Oplossen van de financiële problemen Vestia is eind 2011 in grote financiële problemen gekomen als gevolg van de zeer omvangrijke en risicovolle derivatenportefeuille en de dalende rente. Vestia moest hierdoor zekerheden verstrekken in de vorm van betalingen van zogeheten margin calls. Er waren onvoldoende middelen aanwezig en Vestia dreigde daardoor failliet te gaan. Uiteindelijk is eind 2011 additionele financiering verkregen met borging door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Vestia kwam in die tijd onder verscherpt toezicht van het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) te staan. Het CFV en het WSW gaven Vestia opdracht een Verbeterplan op te stellen en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (ministerie van BZK) voerde stevige gesprekken met de voormalige bestuurder en de voormalige Raad van Commissarissen (RvC). Dit leidde er toe dat de voormalige bestuurder per 1 februari 2012 ontslag nam en de heren Erents en Thielen werden benoemd als interim bestuurders. De eerste prioriteit van het interim Bestuur lag bij het oplossen van de derivatenproblematiek. In maart 2012 heeft een doorzak van derivaten in bestaande leningen plaatsgevonden tot een totaal van € 1,7 miljard, waardoor het liquiditeitsbeslag met € 550 miljoen verbeterde. Doordat de rente verder bleef dalen, was het interim Bestuur genoodzaakt om drastischer maatregelen te treffen. Vanaf april 2012 zijn door het interim Bestuur met behulp van het CFV, WSW en ministerie van BZK intensieve onderhandelingen gevoerd met de banken. Doel van deze onderhandelingen was het zoveel mogelijk beperken van de risico's die verbonden waren aan de derivatenportefeuille en het voorkomen van Vestia's faillissement. Met het oog daarop zag Vestia zich genoodzaakt in juni 2012 een akkoord te sluiten met de banken waarbij Vestia de derivaten voor bijna € 2 miljard heeft afgekocht. Credit Suisse ging niet akkoord en heeft Vestia voor de rechter gedaagd. Deze zaak loopt nog steeds. Vestia kon de afkoopsom van bijna € 2 miljard niet zelf opbrengen, daarvoor moest een beroep op het CFV worden gedaan. In augustus 2012 is door het CFV besloten Vestia saneringssteun te verlenen ter grootte van vooreerst € 674 miljoen aangevuld met bijkomende rente, zijnde het totaal van de inmiddels door de derivatenbanken verstrekte leningen en een uit eigen middelen voorgefinancierd bedrag van € 101 miljoen. Het CFV zal de saneringsheffing financieren door een saneringsheffing op te leggen bij de Jaarverslag Stichting Vestia
4
andere woningcorporaties. Indien duidelijk is welk bedrag met de mogelijke afkoop van de derivaten van Credit Suisse is gemoeid, zal het saneringsbedrag evenredig worden verhoogd. Het CFV sluit overigens een tweede saneringsronde op termijn niet uit, omdat het Verbeterplan van Vestia sterk is geënt op verkopen, welke in de huidige markt zeer onzeker zijn. In het zoeken naar oplossingen voor de ontstane problemen bij Vestia, hebben ook na het besluit tot saneringssteun veel varianten de revue gepasseerd. Opsplitsen in kleinere delen, het geheel onderbrengen bij andere corporaties en allerlei tussenvarianten zijn onderzocht. Uiteindelijk is daar niets concreets uitgekomen en resteert het Verbeterplan waarin Vestia zoveel mogelijk op eigen kracht de problemen oplost. Onderzoeken Om meer inzicht te krijgen in de achtergronden van de gebeurtenissen heeft Vestia diverse onderzoeken laten uitvoeren. De onderzoeken zijn inmiddels afgerond en vormen de basis voor een aantal juridische procedures en vervolgonderzoeken. Bijstellen Verbeterplan Parallel aan het oplossen van de financiële problemen is het interim bestuur slagvaardig aan het werk gegaan met het Verbeterplan. Eind 2011 was er reeds een eerste aanzet voor een herstelplan. Dat was in de ogen van de externe toezichthouders CFV en WSW onvoldoende vergaand. In maart 2012 is om die reden een bijgestelde versie vervaardigd. Ook deze werd onvoldoende bevonden, omdat de maatregelen nog onvoldoende uitgekristalliseerd waren. In het uiteindelijke Verbeterplan van 6 september 2012 was dit in de ogen van het interim bestuur en RvC wel zo. Het CFV, WSW en ministerie van BZK gaven ook aan dit Verbeterplan geen goedkeuring, maar gaven wel aan dat Vestia hier voortvarend mee aan de slag moest gaan. De werkzaamheden verliepen volgens de volgende lijnen: verbeteren van de governance, versterken financiële functie, afbouw projectenportefeuille, verhogen van de huren, verkoop van bezit en inkrimping van de organisatie. Onderstaand gaan wij nader in op deze werkzaamheden. Verbeteren van de governance Er is in 2012 goede voortgang geboekt met het verbeteren van de governance. Om te beginnen is gekozen voor twee bestuurders, in plaats van één. Verder is het aantal commissarissen per 1 maart 2012 uitgebreid van vijf naar zeven, door de aanstelling van twee commissarissen met een gedegen achtergrond in de financiële wereld. Tevens is het Reglement van de Raad van Commissarissen begin 2012 aangepast en zijn een Auditcommissie en een Selectie- en Renumeratiecommissie ingesteld. Gedurende 2012 hebben op verschillende tijdstippen de Leden van de RvC, die ook in 2011 actief waren als Lid, hun ontslag aangeboden. Inmiddels beschikt Vestia over een bestuursreglement, waarin onder andere verantwoorde limieten zijn gesteld aan projecten en desinvesteringen, die het Bestuur zonder goedkeuring van de RvC mag nemen. De honorering van het interim Bestuur en de RvC is in overeenstemming gebracht met de gangbare regels daaromtrent. Ook het in 2013 aangestelde reguliere Bestuur wordt gehonoreerd volgens de inmiddels wettelijke bepalingen daaromtrent. Tenslotte is het overleg met de huurders ingrijpend herijkt. Tot 2012 bestond met overleg met de huurders hoofdzakelijk uit lokaal overleg tussen een woonbedrijf en een huurdersplatform. Het overleg met de Landelijke
Jaarverslag Stichting Vestia
5
Huurdersraad van Vestia (LHV) is in 2012 geïntensiveerd met bijna maandelijks een bespreking met het interim bestuur en er is op 30 maart 2012 een samenwerkingsovereenkomst getekend. Versterken financiële functie De financiële functie is versterkt door een externe treasurer in te huren, die korte periode naast de interne treasurer actief is geweest. De interne treasurer is in maart 2012 ontslagen, toen bleek dat het Openbaar Ministerie (OM) een strafrechtelijk onderzoek was gestart naar zijn functioneren. Samen met het gespecialiseerde bedrijf Cardano is de lening- en derivatenportefeuille inzichtelijk gemaakt en op een verantwoorde wijze geadministreerd. Ten slotte is de administratieve organisatie verbeterd en is het treasurystatuut aangepast. De aanpassingen houden in dat er een uitgebreide beschrijving van taken en bevoegdheden van de diverse gremia binnen Vestia is toegevoegd, het risicobeleid nader is uitgeschreven, de gehanteerde limieten zijn aangescherpt en nader ingevuld en de toegestane instrumenten (o.m. derivaten) verder zijn beperkt. Afbouw projectenportefeuille Vestia had in de begroting 2012 en meerjarenramingen een enorme bouwprojectenportefeuille. Deze besloeg voor de periode 2012 - 2016 bijna € 1,9 miljard. Het betrof jaarlijkse investeringen voor zo’n 1.500 nieuwe huur- en koopwoningen en de nodige investeringen in maatschappelijk en bedrijfsonroerend goed. Door de financiële positie was Vestia niet langer in staat deze ten uitvoer te brengen. Het interim Bestuur heeft geïnventariseerd welke projecten zonder schadeclaims konden worden stopgezet. Waar nodig is juridisch advies ingewonnen. Aan het ministerie van BZK en de besturen van de betrokken gemeenten, is een lijst van projecten gestuurd die Vestia noodgedwongen moest stopzetten. Daarbij is aangegeven dat Vestia alle medewerking verleend bij het alsnog realiseren van de bouwprojecten door derden. Met de gemeenten Den Haag, Rotterdam, Delft en Zoetermeer zijn nadere afspraken gemaakt. Met een aantal bouwbedrijven en projectontwikkelaars zijn vaststellingsovereenkomsten gesloten. Verhogen van de huren Tot 2012 had Vestia het beleid om de huren bij mutatie te harmoniseren tot gemiddeld 87% van maximaal redelijk. In het kader van de benodigde opbrengsten maximalisatie is er in 2012 voor gekozen om deze percentages te verhogen. Vanaf 2012 worden de huren bij mutatie geharmoniseerd tot gemiddeld 92% van maximaal redelijk. Vanaf 2013 tot gemiddeld 94%. Deze percentages geven slechts zeer beperkt ruimte voor afwegingen in het kader van markthuren, de staat van de woning en betaalbaarheid. Verkoop van bezit Vestia was altijd terughoudend met de verkoop van bestaande woningen. Jaarlijks werden tussen de 80 en 100 huurwoningen verkocht. De bevordering van het eigen woningbezit vond plaats door nieuwbouw en dan met name in wijken met een eenzijdige bevolkingsopbouw, zoals Spoorwijk en Duindorp in Den Haag en Zuidwijk en Hoogvliet in Rotterdam. Dit beleid was als gevolg van de financiële situatie niet langer vol te houden. Volgens het Verbeterplan moeten in 10 jaar 16.000 woningen worden verkocht. In de eerste helft van 2012 is daarom een inventarisatie uitgevoerd naar de verkoopmogelijkheden. Geconcludeerd is dat het aanbieden van eengezinswoningen aan zittende huurders succesvol kon zijn, het afstoten van delen van bezit aan andere corporaties of beleggers werd eveneens tot de
Jaarverslag Stichting Vestia
6
mogelijkheden gerekend en als laatste zouden meergezinswoningen aan zittende huurders of bij mutatie kansrijk zijn. Met name de verkoop aan zittende huurders van eengezinswoningen bleek succesvol. Zie verder in dit verslag voor de resultaten. De verkoop aan andere corporaties bleek in 2012 maar moeizaam op gang te komen. Er zijn wel veel gesprekken gevoerd, maar de biedingen waren veelal te laag. Pas in 2013 is dit voor delen van het bezit wel succesvol gebleken (DUWO heeft 876 eenheden van het bezit in Den Haag overgenomen en SSH Utrecht heeft 1.422 Short Stay eenheden in Rotterdam overgenomen). Ook is begin 2013 door het interim Bestuur, na bemiddeling van het CFV en WSW op een verantwoorde wijze afscheid genomen van de deelneming in de Stichting Woonformatie Ypenburg. Deze deelneming is overgenomen door Staedion. Inkrimping van de organisatie In 2012 zijn de voorbereidingen gestart voor een ingrijpend reorganisatie als gevolg van de gewijzigde ambitie van ontwikkelaar en beheerder naar beheerder van het bezit. Uitgangspunt is afslanking en besparing op de overige bedrijfslasten en verdergaande centralisatie om op die wijze een bedrage te leveren aan de doelstellingen uit het Verbeterplan. Voor de reorganisatie bestond Vestia uit vijftien min of meer zelfstandig opererende woonbedrijven en een viertal vakbedrijven. Na de reorganisatie bestaat Vestia uit één bedrijf met een viertal directies. Hierdoor zijn een aantal operationele taken gestroomlijnd en is een aanzienlijke kostenbesparing mogelijk. Door tijdig een vacaturestop van kracht te laten zijn, met medewerkers vaststellingsovereenkomsten te sluiten bij een vrijwillig vertrek en door natuurlijk verloop is de reorganisatie zo min mogelijk gepaard gegaan met gedwongen ontslagen. In 2012 is niettemin een reductie bereikt van 240 FTE. Na de opstart van de nieuwe organisatie zijn we helaas geconfronteerd met een aantal kinderziektes en een terugslag in de dienstverlening. Er zijn diverse acties uitgezet om de knelpunten inzichtelijk te maken en oplossingen aan te dragen en te implementeren. Het eerste verbeterjaar Het eerste jaar van het Verbeterplan is in juni 2013 afgerond met een evaluatie die is vastgelegd in de notitie “Evaluatie en actualisatie Verbeterplan Stichting Vestia” (hierna Geactualiseerd Verbeterplan genoemd). Het interim Bestuur concludeert hierin dat de uitvoering van het Verbeterplan van 6 september 2012 op schema ligt. Op grond van de voortgang van de herstelmaatregelen en de hierin op basis van reële uitgangspunten gepresenteerde cijfers, verwacht het interim Bestuur dat Vestia de resterende negen jaar van het Verbeterplan nog nodig heeft om financieel te herstellen, daarbij ervan uitgaand dat de saneringsbijdrage van het CFV geheel wordt uitbetaald, de rechtszaak tegen Credit Suisse en de lopende onderzoeken niet voor onaangename verrassingen zorgen en het economische klimaat niet verder verslechtert. Na deze negen jaar moet het weer mogelijk zijn de noodzakelijke volkshuisvestelijke opgaven in volle omvang te realiseren, al past daar wel de kanttekening bij dat, gedurende deze periode binnen de kaders van het Verbeterplan de noodzakelijke uitgaven voor onderhoud en in beperkte mate renovaties zullen worden gedaan. Daarnaast zal Vestia als gevolg van het regeringsbeleid, net als andere corporaties, haar investeringsinspanningen noodgedwongen moeten beperken. Een terugkeer naar het niveau van de investeringen van voor het financieel debacle, is een illusie. Het Geactualiseerd Verbeterplan is op 12 juli 2013 aan het CFV en WSW aangeboden. Gevolgd door het Addendum bij evaluatie en actualisatie Verbeterplan, financiën op basis van de bedrijfswaardevariant d.d. 30 juli 2013. Wij onderschrijven voorgaande conclusie van het interim Bestuur dat de uitvoering van het Verbeterplan op schema ligt en zijn van mening dat Vestia daarmee een goede prestatie heeft geleverd.
Jaarverslag Stichting Vestia
7
Volkshuisvestelijk Het zou geen recht doen aan het totaalbeeld van Vestia om alleen de aandacht te vestigen op de financiële problemen. Vestia heeft de afgelopen jaren een stevige bijdrage geleverd voor de volkshuisvesting. Bij de totstandkoming van het Verbeterplan heeft het interim Bestuur bewust gekozen het onderhoud en de leefbaarheidsinspanningen zo veel mogelijk te ontzien. Vestia heeft ook in 2012 een forse inspanning verricht in de zes krachtwijken in Den Haag en Rotterdam, waar zij actief is. Op veel andere plaatsen, juist ook in minder florerende wijken, kon op Vestia een beroep worden gedaan ten faveure van de leefbaarheid of ter verhoging van de woonkwaliteit, extra te investeren. De met de gemeenten daaromtrent gemaakte afspraken zijn nagekomen. In 2012 zijn toch nog 1.644 wooneenheden opgeleverd (1.387 huur- en 257 koopwoningen. Het betrof veelal projecten waarvan de bouw reeds was gestart of waar vergaande juridische verplichten waren aangegaan. In 2011 werden overigens nog 1.506 wooneenheden opgeleverd (1.224 huur- en 282 koopwoningen). Een andere prestatie betreft de toewijzing van woningen aan huishoudens met de laagste inkomens. In 2012 is voor het zesde achtereenvolgende jaar 70% van de vrijgekomen woningen aan die doelgroep toegewezen. In 2012 is ook ruimschoots aan de nieuwe toewijzingsregels voldaan; 95% van de toewijzingen geschiedde aan huishoudens met een inkomen tot € 33.614. Tot slot Het acute faillissementsrisico van Vestia in 2012 is afgewend. De derivatenportefeuille is deels "doorgezakt" in bestaande leningen en voor het restant nagenoeg geheel afgekocht. En het saneringsbesluit is genomen. De gevolgen hiervan zullen echter nog jaren merkbaar zijn: De huurders van Vestia zullen merken dat maximaal gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheden om de huur te verhogen. Bij mutatie zullen de huren tot gemiddeld 94% maximaal redelijke huurprijs worden opgetrokken; Veel gemeenten worden geconfronteerd met een drastische beperking van het investeringsplannen van Vestia en zien een deel van de voorraad huurwoningen omgezet naar verkoop; De collega-corporaties zullen via de heffing van het CFV moeten bijdragen aan het weer gezond maken van Vestia; Bouwbedrijven hebben hun omzet zien afnemen met alle consequenties daarvan. Wij betreuren dat zeer! Dit vraagt van Vestia de komende jaren de nodige bescheidenheid. Ook binnen Vestia zullen de gevolgen nog jaren zichtbaar zijn. Als saneringscorporatie is Vestia primair financieel gestuurd en zal veel aandacht gaan naar het realiseren van de verkopen, de herstructurering van de leningenportefeuille en het verlagen van de bedrijfsvoeringkosten. Binnen deze kaders blijft Vestia echter een volkshuisvester met de opgave om de nog beschikbare schaarse middelen zo optimaal mogelijk in te zetten voor haar huurders en de dorpen en steden waarin zij werkzaam is. Dit vraagt een andere manier van denken, maar het blijft een boeiende opgave. Om hier richting aan te geven gaat het nieuwe Bestuur aan de slag met een nieuw ondernemingsplan en een nieuwe portefeuillestrategie op basis van waardesturing. Daarnaast zal de afronding van de reorganisatie, de optimalisering van de bedrijfsvoering en invoering van stevig risicomanagement de komende jaren nog veel inzet van de medewerkers vragen. Het jaar 2012 heeft veel gevraagd van de medewerkers, het interim Bestuur en de RvC. Wij zijn van mening dat in de gegeven omstandigheden een topprestatie is geleverd.
Jaarverslag Stichting Vestia
8
We betreuren het dat wij afgelopen jaar afscheid hebben moeten nemen van een aantal medewerkers. Wij bedanken alle medewerkers voor hun inzet tijdens 2012. Wij vertrouwen op hen en hun inzet voor de komende periode, waarin aan een nieuwe toekomst moet worden gebouwd. Een bijzondere vermelding verdient de Ondernemingsraad (OR), welke door haar kritische houding en constructieve opstelling een zeer belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de begin 2013 vormgegeven reorganisatie. De belangen van de medewerkers en Vestia zijn mede hierdoor op een evenwichtige wijze vormgegeven. Wij bedanken het Bestuur van de LHV voor zijn adviezen en kritische houding. Tot slot bedanken we Gerard Erents en Jacques Thielen voor hun inzet als interim bestuurders van Vestia en voor de door hen behaalde resultaten.
Rotterdam, 27 november 2013
A.J.M. Schakenbos
W.F. de Mooij
Voorzitter Raad van Bestuur
Lid Raad van Bestuur
Jaarverslag Stichting Vestia
9
1.2.
Verslag van de Raad van Commissarissen
Inleiding Met het aftreden van de laatste twee leden uit de oude RvC per 31 december 2012, is de RvC inmiddels geheel vernieuwd. Doordat begin 2013 twee nieuwe leden zijn benoemd, bestaat de RvC inmiddels uit zeven leden. Financiële problematiek In de loop van 2011 werd het voortbestaan van Vestia acuut bedreigd als gevolg van het verwezenlijken van de risico’s verbonden aan de omvangrijke en risicovolle derivaten portefeuille. Meer en meer werd de druk op de liquiditeit en de financierbaarheid gevoeld. In 2011 is met werkzaamheden tot verbetering gestart waarbij later in het jaar bleek dat op eigen kracht geen doorbraak kon worden bewerkstelligd. Ook de druk van het externe toezicht, WSW, CFV en het ministerie van BZK nam sterk toe. De ontwikkelingen hebben ertoe geleid dat de tot dan toe fungerend bestuurder per 1 februari 2012 ontslag heeft genomen en dat per diezelfde datum een tweetal interim bestuurders zijn benoemd. De treasurer is in maart 2012 op non-actief gesteld en vervolgens ontslagen. Ook is tegen hem door het OM een strafrechtelijk onderzoek ingesteld. De ontwikkelingen hebben tot een herbeoordeling van de verantwoording van de tot dan toe overeengekomen derivatentransacties in de voorgaande jaarrekeningen geleid. Eind april 2012 heeft de controlerend accountant aangegeven de op 31 mei 2011 bij de jaarrekening 2010 afgegeven verklaring niet langer te kunnen handhaven. Op initiatief van Vestia zijn forensische onderzoeken gestart naar onroerend goed transacties, het ontstaan van de derivatenportefeuille en de arbeidsvoorwaarden inclusief pensioenregeling van de voormalig bestuurder. Tevens is gekeken naar het functioneren van de RvC. Deze onderzoeken kosten veel tijd door hun uitgebreidheid en de zorgvuldigheid die in acht genomen moet worden. Het is duidelijk dat de derivatenportefeuille de continuïteit van Vestia ernstig heeft bedreigd. Dankzij een herstructurering en grote saneringsbijdragen hebben we deze bedreiging overleefd. We moeten vaststellen dat naast andere oorzaken, het interne toezicht in het begin van 2012 nog niet op het gewenste niveau was. Onder aanvoering van de interim bestuurders en de RvC is gestaag gewerkt aan verbeteringen van de positie van Vestia en zijn majeure resultaten geboekt. Te noemen zijn:
Doorzak van derivaten in nieuwe leningen voor € 1,7 miljard waarmee het liquiditeitsbeslag met € 550 miljoen verbeterde. Deze actie is in maart 2012 afgerond; Afkoop van nagenoeg alle overige derivaten in juni 2012 voor bijna € 2 miljard. Hiermee is weliswaar een verlies ineens geaccepteerd maar zijn onacceptabele verdere liquiditeitsrisico’s uitgesloten; Saneringssteun van het CFV, gefinancierd door de sector, vooreerst voor € 674 miljoen, zoals in augustus 2012 is besloten; Het Verbeterplan van 5 september 2012 zoals dat formeel bij het CFV is ingediend en waarvan de uitvoering voortvarend ter hand is genomen; Een grootscheepse interne en operationele reorganisatie van het bedrijf met nadruk op het efficiënt beheer van verhuur bestaande woningbestand, afbouw van het ontwikkel bedrijf, centralisering van daartoe geëigende functies en verbeterde verantwoordelijkheidsstructuur;
Jaarverslag Stichting Vestia
10
Gedegen samenwerking met regelgevende en toezichthoudende partijen: CFV, WSW, BZK en relevante (koepel)organisaties, te weten: de Vereniging Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW)en Aedes; Benoeming van een nieuw permanent tweehoofdig Bestuur.
De reddingsoperatie van Vestia vraagt offers van veel stakeholders. Te noemen zijn de gehele Nederlandse corporatiesector op wie via het CFV een fors financieel beroep wordt gedaan, maar ook huurders die een hogere huur moeten betalen en waarvoor minder woningen worden gebouwd. Verder worden de gemeenten geconfronteerd met de inperking van de investeringen door Vestia. En niet in de laatste plaats de medewerkers van Vestia die hun organisatie ingrijpend zien veranderen en inkrimpen met als gevolg een forse vermindering van het aantal arbeidsplaatsen. Het verleden kan niet meer worden teruggedraaid. Met elkaar staan we er nu primair voor aan onze huurders een passende prestatie te leveren met de middelen die ons daarvoor ter beschikking staan. Naar de inhoud daarvan hebben wij vertrouwen. Ook in 2012 heeft Vestia immers goede prestaties op het volkshuisvestelijke vlak geleverd; wij verwijzen daarvoor naar het vervolg van het jaarverslag. Wij zijn alle medewerkers erkentelijk voor hun inzet in deze moeilijke tijd. Zoals eerder aangegeven betreft de in het vervolg van dit verslag weergegeven activiteiten deels een RvC die qua samenstelling inmiddels volledig is gewijzigd. Activiteiten en besluiten in 2012 Bij de aanvang van 2012 beschikte de RvC voor de toezichttaken over de volgende, zelf opgelegde, kaders dan wel doelstellingen:
Het meerjarenbeleid zoals jaarlijks in de meerjarenbegroting is verwoord, met kaderstelling voor: - Solvabiliteit: tussen 10 en 20% waarbij het vastgoed is gewaardeerd op de historische kostprijs verminderd met afschrijvingen; - Exploitatieresultaat van verhuuractiviteiten c.a.: minimaal kostendekkend; - Jaarlijkse bouwproductie: 1.500 woningen (huur en koop); - Toewijzen van woningen aan de primaire doelgroep: minimaal 70% van het vrijkomend aanbod; - Toewijzen van nieuw gebouwde woningen met een huurprijsniveau tot de aftoppingsgrens: minimaal 35% t.b.v. jongeren tot 27 jaar; - Idem: minimaal 150 t.b.v. bijzondere doelgroepen; - Klanttevredenheid: gemiddeld minimaal 7,5; - Gemiddelde leeftijd medewerkers: maximaal 43 jaar; - Ziekteverzuim: maximaal 5%; - Verkoop van huurwoningen: terughoudend verkoopbeleid. Integrale visie “Wonen en zorg”; De besturingsfilosofie, laatstelijk geactualiseerd in het najaar van 2010; Het treasurystatuut, in februari 2012 aangepast; en uiteraard De statuten van Vestia en het reglement van de RvC, ook gewijzigd in februari 2012.
Jaarverslag Stichting Vestia
11
De operationalisering van kaders en doelstellingen is vastgelegd in de begroting 2012 inclusief het meerjarenperspectief voor een periode van 10 jaar. Deze begroting is in november 2011 door de voormalige bestuurder vastgesteld en door de voormalige RvC goedgekeurd. Gedurende 2012 zijn diverse versies van het Verbeterplan opgesteld, voor het laatst in september. Hieruit vloeide nieuwe doelstellingen en kaders voort met betrekking tot het investeringsbeleid, risico beperking, kosten verlaging, huur verhogingen en verbeteringen van de liquiditeit en solvabiliteit door de verkoop van onroerend goed. Toetsing geschiedt historisch aan de hand van:
Kwartaalverslagen, inclusief treasury (vier keer per jaar); Uitgebreid Treasuryverslag (een keer per jaar); Projectrapportages (een keer per jaar); Reguliere en bijzondere rapportages CFV; Prestatie- en oordeelsbrief BZK (jaarlijks); en Circa 5-6 RvC vergaderingen per jaar
In 2012 werd dit uitgebreid met:
Gedetailleerde rapportage met betrekking tot de derivaten portefeuille (wekelijks, later maandelijkse); Gedetailleerde rapportage met betrekking tot de liquiditeitspositie en verwachtingen (wekelijks); Frequente rapportage met betrekking tot (voorgenomen) verkopen van onroerend goed; Bestuursverslagen; Uitgebreide Treasuryverslagen per kwartaal Sterk verhoogde vergaderfrequentie van de RvC en de instelling van een Auditcommissie.
Op personeelsgebied overlegt een vertegenwoordiging van de RvC in beginsel vier keer per jaar met (een vertegenwoordiging van) de OR. Met het Bestuur van de LHV overlegt een vertegenwoordiging van de RvC twee keer per jaar. Activiteiten en besluiten 2012 De RvC kwam in 2012 19 maal bijeen, de Auditcommissie die in 2012 is ingesteld, kwam vijf maal bijeen en de Selectie- en Remuneratiecommissie, die ook in 2012 is ingesteld, kwam meerdere malen formeel en informeel bijeen. In 2012 heeft de RvC diverse malen besluiten buiten vergadering om genomen ingegeven door de hectiek van dat jaar. Buiten deze formele bijeenkomsten hebben vertegenwoordigers van de RvC bijeenkomsten gehad met CFV, WSW, BZK, OR, de externe accountants, (landelijke) huurdersverenigingen, belangrijke Vestia functionarissen en andere belanghebbenden. Gegeven de bijzondere problematiek volgt hier een weergave van meer dan routinematige besluiten en gebeurtenissen in 2012.
Jaarverslag Stichting Vestia
12
In de vergadering van 5 januari 2012 werd het eerste Verbeterplan goedgekeurd. In de vergadering van 30 januari 2012 werd het ontslag van de heer Staal, Bestuurder van Vestia sinds 1992, per 1 februari 2012 geaccepteerd en werden de heren Erents en Thielen tot statutair bestuurders ad interim benoemd, met ingang van 1 februari 2012; de heer Erents vervult de functie van Voorzitter van het Bestuur. In de vergadering van 29 februari 2012 werd de voorgenomen reductie van het investeringsprogramma en de bedrijfslasten, zowel als de start van het verkoopprogramma, goedgekeurd. Tevens werd het aangeboden ontslag uit de RvC van de heren Kolthek en Dijkhuizen per 1 maart 2012 geaccepteerd en werden de heren Teschmacher en Raué tot lid van de RvC ingaande 1 maart 2012 voor een periode van 4 jaar, benoemd. Een nieuw treasurystatuut werd vastgesteld alsmede vernieuwde reglementen voor de RvC en haar commissies. Op 26 maart 2012 werden de heren Raué en Teschmacher tot lid van de recentelijk ingestelde Auditcommissie benoemd en werden de heer Molenaar en mevrouw Kaulingfreks tot lid van de recentelijk ingestelde Selectie- en Remuneratiecommissie benoemd. Ook werd de tweede versie van het Verbeterplan goedgekeurd. Vanaf deze vergadering wordt ook elke keer de liquiditeitsprognose besproken en een keer per kwartaal het treasuryverslag. In april 2012 werd de heer Raué tot Voorzitter van de RvC per 1 mei 2012 benoemd; de heer Molenaar treedt vanaf die datum weer op als Lid van de RvC. In de vergadering van 15 mei 2012 werd goedkeuring verleend aan het besluit om aan het WSW het recht van eerste hypotheek te verlenen op een groot deel van het bezit. In deze en volgende vergaderingen werd ook uitgebreid aandacht gegeven aan de voorgenomen ontbinding van de derivatenportefeuille. Rond 11 juni 2012 werden de heer Teschmacher tot Voorzitter en mevrouw Baart als Lid van de Auditcommissie benoemd; Ook werden mevrouw Kaulingfreks tot Voorzitter en de heer Raué als Lid van de Selectie- en Remuneratiecommissie benoemd; de heer Molenaar is uit deze commissie getreden. Tot verlenging van de aanstelling van de heren Erents en Thielen als statutair bestuurders a.i. tot 1 februari 2013 werd besloten. In de vergadering van 25 juli 2012 keurde de RvC het werkdocument actualisering Verbeterplan goed en werd het aantrekken van additionele financiering goedgekeurd evenals het aanvullend verzoek voor saneringssteun; de RvC benoemde mevrouw Cooijmans en de heer Van der Vlist tot Leden van de RvC met ingang van 15 augustus 2012, voor een periode van vier jaar waarmee het aantal Leden van de RvC tot zeven is uitgebreid. De RvC onthield goedkeuring aan het voorstel van het Bestuur om de verdere deelneming aan het Sportquadrant te Den Haag voort te zetten; ook werd besloten Leden van de RvC en het Bestuur geen bijzondere vrijwaringen te verlenen. Medio augustus 2012 keurde de RvC het besluit om aan het WSW het recht van eerste hypotheek te verlenen op het resterende deel van het bezit goed; ook werd het aangeboden ontslag per 15 augustus van mevrouw Baart als Lid en Secretaris van de RvC geaccepteerd en de benoeming, op bindende
Jaarverslag Stichting Vestia
13
voordracht van de Huurdersorganisaties Haaglanden, van de heer Bartlema tot Lid van de RvC per 15 augustus 2012 voor een periode van vier jaar goedgekeurd. In de vergadering van 29 augustus 2012 werd het door het Bestuur ingediende reorganisatievoorstel goedgekeurd; Tevens werden mevrouw Cooijmans en de heer Van der Vlist tot Lid van de Auditcommissie en de heer Bartlema tot Lid van de Selectie- en Renumeratie- commissie benoemd. De RvC stemde in met een jaarlijks overleg van de RvC met de LHV en halfjaarlijkse overleggen van de op voordracht van de huurdersorganisaties benoemde commissarissen met respectievelijk de Huurdersorganisatie Haaglanden en de LHV. Op 4 en 5 oktober 2012 trok de RvC zich terug om zich te bezinnen op strategische zaken zoals de organisatie, profielen en rekrutering van het Bestuur zowel als de structuur, functies, rolverdeling, ondersteuning en informatievoorziening van de RvC. Ook werd het concept- onderzoeksrapport rond de remuneratie van de voormalige bestuurder besproken. Op 31 oktober 2012 besprak de RvC onder andere de status van het Verbeterplan, de vervanging en opvolging van de externe accountant, het verkoopprogramma en de stand van zaken met betrekking tot de diverse onderzoeken. Tevens werd het terugtreden van de heer Molenaar als Lid van de RvC per 31 december 2012 geaccepteerd. Op 21 november 2012 benoemde de RvC BDO als nieuwe externe accountant met betrekking tot de jaren 2011 – 2014, werden essentiële onderdelen van de concept-jaarrekening 2011 besproken (zoals de waardering van het onroerend goed en de derivatenportefeuille) en werden de eerste acties geaccordeerd die zouden moeten leiden tot o.a. de terugvordering van de betaling bij vertrek van circa € 3,5 miljoen aan de voormalige bestuurder. Op 12 december 2012 kwam de totstandkoming van jaarrekeningen 2011 en 2012 ter tafel en alsmede de begroting 2013. De afwikkeling van Vestia’s participatie en terugtrekken uit SWY werd ook behandeld. Tevens werd het terugtreden van de mevrouw Kaulingfreks als Voorzitter van de Selectie- en Remuneratie commissie en als Lid van de RvC per 31 december 2012 geaccepteerd en de gang van zaken met betrekking tot de rekrutering en benoeming van twee nieuwe leden van de RvC besproken. De Auditcommissie die in 2012 is ingesteld, kwam vijf maal bijeen, voor het eerst in augustus 2012. De Auditcommissie heeft geen eigen beslissingsbevoegdheden; waar nodig adviseert zij de RvC. De Auditcommissie gaf aandacht aan de interne en externe (financiële) verslaggeving, begroting, liquiditeitsen treasurybeheer en verslaggeving, risicobeheer, relatie met de externe accountant en de prestaties ten opzichte van het Verbeterplan. De Selectie- en Remuneratiecommissie, die ook in 2012 is ingesteld, kwam meerdere malen formeel en informeel bijeen en in verband met de volgende activiteiten: uitbreiding RvC van vijf naar zeven leden; werving van een huurdercommissaris Haaglanden op voordracht van de LHV; werving van een Lid RvC op voordracht van de OR en de aanvang van de werving van het nieuwe Bestuur van Vestia en vervanging van twee Leden van de RvC in verband met aftreden per 31 december 2012 van twee Leden.
Jaarverslag Stichting Vestia
14
Activiteiten en besluiten 2013 In 2013 zijn twee nieuwe leden tot de RvC toegetreden. Tevens is zijn twee nieuwe bestuurders benoemd. Op 8 februari 2013 werd besloten mevrouw de Groot te benoemen tot Lid van de RvC voor een periode van 4 jaar. Op 13 maart 2013 werd besloten een nieuw, tweehoofdig Bestuur te benoemen. Mevrouw De Mooij en de heer Schakenbos treden aan op 1 juli 2013. Op 24 april 2013 werd besloten de heer Van der Toorn Vrijthoff te benoemen tot Lid van de RvC per 1 mei 2013 voor een periode van 4 jaar. Werving en selectie De Leden van de RvC zijn benoemd op grond van actuele profielen en voeren hun taken uit conform de aanbevelingen van de vereniging voor toezichthouders van woningcorporaties (VTW). De rol en de positie van de RvC zijn jaarlijks onderwerp van gesprek. Twee Leden zijn benoemd op bindende voordracht van huurdersorganisaties en één Lid is benoemd op bindende voordracht van de OR. Integriteit In het reglement van de RvC zijn regels opgenomen die belangenverstrengeling tegengaan. De RvC heeft kennisgenomen van de integriteitscode die vanaf medio 2006 van kracht is. Ook heeft de RvC kennis genomen van de Klokkenluidersregeling, die sinds 2009 van kracht is. De RvC is van mening dat de Leden hun taken in onafhankelijkheid hebben verricht. De voormalige externe accountant heeft kennisgenomen van de maatregelen om de frauderisico’s te beperken en deze in 2011 nog als adequaat gekwalificeerd. Als gevolg van ons eigen onderzoek en het onderzoek van het Openbaar Ministerie naar mogelijk fraude, kan het Bestuur en de RvC een dergelijke kwalificatie met betrekking tot het begin van 2012 niet langer gestand doen. Remuneratie van het Bestuur Per 1 februari 2012 vertrok de voormalige bestuurder. Buiten zijn reguliere salaris en toeslagen werd hem bij zijn vertrek een eenmalige uitkering van € 3.528.332 gedaan, welke in voorgaande jaren reeds was gereserveerd ten laste van het resultaat, onder goedkeuring van de toenmalige RvC, ter genoegdoening van vermeende pensioen- en andere rechten. Inmiddels is een uitgebreid onderzoek ingesteld naar de beloning van de voormalige bestuurder. Onder andere op basis van dit onderzoek is de huidige RvC van mening dat de eenmalige uitkering onterecht plaats heeft gevonden en zijn er acties opgestart om deze uitkering terug te vorderen. Per 1 februari 2012 trad het nieuwe, tweehoofdige, Bestuur aan op basis van een tijdelijk contract. De beloning is vastgesteld op het maximaal toegelaten niveau voor tijdelijk bestuurders onder de relevante gedragscode zoals vastgesteld door de VTW.
Jaarverslag Stichting Vestia
15
Per 1 juli 2013 traden de heer A.J.M Schakenbos en mevrouw W.F. de Mooij aan als bestuurders, na werving door een openbare selectieprocedure. Beide bestuurders hebben de nodige ervaring in de corporatiesector respectievelijk als bestuurder en financieel directeur. De bestuurders zijn geselecteerd op basis van vooraf vastgestelde functieprofielen. De arbeidsvoorwaarden passen binnen de wetgeving dienaangaande.
1.3.
Samenstelling en beloning van de Raad van Commissarissen
Begin 2012 was de samenstelling van de RvC als volgt: Leden S. Kolthek Voorzitter, later Lid N.M. Dijkhuizen Lid S. Baart Lid, later Secretaris F.A Molenaar Secretaris, later Voorzitter A.C.M Kaulingfreks Lid
M/V Natio- Geb. naliteit Jaar M NL 1940
Benoemd
Aftreden Commissie
2005
2014
M
NL
1947
2005
2014
V
NL
1954
2010
2014
M
NL
1958
2011
2015
V
NL
1949
2011
2015
Kernraad
Kernraad
In 2012 hebben veel mutaties plaatsgevonden, zijn de reguliere commissies ingesteld en is de RvC van vijf tot zeven leden uitgebreid. Het begrip “Kernraad” werd afgeschaft. Vanaf 15 augustus 2012 tot 31 december 2012 is de samenstelling van de RvC als volgt: Leden F.A. Molenaar Lid A.C.M. Kaulingfreks Lid H.H. Raué Voorzitter C.H. Teschmacher Lid M.P.M Cooijmans Lid J. van der Vlist Lid E.P. Bartlema Lid
Jaarverslag Stichting Vestia
M/V Natio- Geb. naliteit jaar M NL 1958
Benoemd
Aftreden Commissie
2011
2015
V
NL
1949
2011
2015
M
NL
1951
2012
2016
M
NL
1956
2012
2016
V
NL
1964
2012
2016
Voorzitter Selectie- en Remuneratiecommissie Lid Selectie- en Remuneratiecommissie Voorzitter Auditcommissie Lid Auditcommissie
M
NL
1947
2012
2016
Lid Auditcommissie
M
NL
1959
2012
2016
Lid Selectie- en Remuneratiecommissie
16
Per 31 december 2012 zijn de heer Molenaar en mevrouw Kaulingfreks, de laatste twee RvC Leden die zitting hadden in de periode waarin de heer Staal Vestia bestuurde, afgetreden. Vanaf 1 mei 2013 is de samenstelling van de RvC als volgt: Leden H.H. Raué Voorzitter C.H. Teschmacher Lid M.P.M Cooijmans Lid J. van der Vlist Lid E.P. Bartlema Lid A.E. de Groot Lid W. van der Toorn Vrijthoff Lid
M/V Natio- Geb. naliteit jaar M NL 1951
Benoemd
Aftreden Commissie
2012
2016
M
NL
1956
2012
2016
V
NL
1964
2012
2016
M
NL
1947
2012
2016
M
NL
1959
2012
2016
V
NL
1961
2013
2017
M
NL
1948
2013
2017
Lid Selectie- en Remuneratiecommissie Voorzitter Auditcommissie Lid Audit- Selectie- en Remuneratiecommissie Lid Auditcommissie Voorzitter Selectie- en Remuneratiecommissie Lid Selectie- en Remuneratiecommissie
Niet alle vergaderingen konden door alle leden van de RvC, dan wel de Audit-, respectievelijk de Selectieen remuneratiecommissie bijgewoond worden maar er was geen sprake van frequente afwezigheid. De specificatie van de hoofd- en nevenfuncties van de (voormalige) leden van de RvC luidt als volgt: Leden S. Kolthek
Hoofdfunctie Zelfstandig Consultant
N.M. Dijkhuizen
S. Baart
F. A. Molenaar
Nevenfunctie Voorzitter Stichting Architectuur Instituut te Rotterdam (AIR) Lid RvT Berlage Instituut te Rotterdam Adviseur Kunst en Bedrijf b.v. te Amsterdam Bestuurslid Van der Leeuwkring te Rotterdam Lid Bestuur Viering Gedenkdagen te Scheveningen Voorzitter Stichting Heelweg te Den Haag Parttime-docent Luzac te Den Haag Lid RvC Woonpartners te Helmond Lid RvT Stichting Scholengemeenschap ZuidWest te Den Haag Bestuurslid IKW te Den Haag Voorzitter RvB Ronald MacDonaldhuis te Den Haag
Zelfstandig Ondernemer
A.C.M. Kaulingfreks Zelfstandig Ondernemer
Jaarverslag Stichting Vestia
Directeur/eigenaar Motus Ludens BV Loopbaantrainer/loopbaanconsulent FNV Bondgenoten
17
H.H. Raué
C.H. Teschmacher
M.P.M Cooijmans
Directeur Odyssey Hotel Group
J. van der Vlist
E.P. Bartlema
Manager Alliantie
A.E. de Groot
Directeur/eigenaar Laergo BV
W. van der Toorn Vrijthoff
Universitair hoofddocent vastgoedbeheer & ontwikkeling TU Delft
Lid RvC Stichting Woonvast Lid RvC Yarden Holding/ verzekeringsmaatschappij Lid RvC CZ ziektekostenverzekeringen Lid RvC VGA Lid RvC Triodos Groenfonds Lid RvA, bestuurder Nolet Groep Voorzitter RvC UBS Investment Bank Nederland Partner Marc O’ City Apartments te Amersfoort Voorzitter bestuur Theater Filmhuis Grand Café De Lieve Vrouw te Amersfoort Plv.voorzitter bij de Commissie voor de milieueffectrapportage. Lid RvT stichting Platform 31 Bewindvoerder Bestuur Openbaar Onderwijs te Rotterdam (stichting BOOR) Lid RvT stichting Natuur en Milieu Voorzitter RvC NV Slibverwerking-Noord Brabant Eigenaar-directeur Bartlema Werkt Voorzitter bestuur stichting “Effe bij moeder an” (huiskamer voor ex-psychiatrische patiënten) te Amsterdam Voorzitter RvT van Bevolkingsonderzoek ZuidWest te Rotterdam Vice voorzitter RvT Woonzorg Unie Veluwe te Elburg Lid RvC Maasdelta
Vergoeding leden Raad van Commissarissen De uitbetaalde vergoeding aan de leden van de RvC bedraagt in 2012 in totaal € 96.749 (een nadere toelichting is weergegeven in de jaarrekening paragraaf 10.2.5); in 2011 was dat € 57.272. De verhoging hangt samen met de uitbreiding van vijf naar zeven leden, de reguliere aanpassing aan de CAO voor medewerkers en aan de heren Raué en Teschmacher is in 2012 een eenmalige bijzondere vergoeding toegekend van € 12.000, in verband met de vele extra werkzaamheden in het kader van de forensische onderzoeken.
Jaarverslag Stichting Vestia
18
Ingaande 2012 is de jaarvergoeding voor leden van de RvC geheel in lijn met de richtlijnen van de VTW gebracht. Per functie luidt de specificatie per 1 juli 2012, omgerekend naar een heel jaar, als volgt: Functie Voorzitter Secretaris Lid
2012 € 17.381 € 14.200 € 12.415
2011 € 21.818 € 16.363 € 8.182
Rotterdam, 27 november 2013.
H.H. Raué Voorzitter Raad van Commissarissen
Jaarverslag Stichting Vestia
19
1.4.
Personeel en Organisatie
In onderstaand organigram is de in 2012 vigerende organisatiestructuur weergegeven. Het gaat om 15 lokale woonbedrijven en 4 vakbedrijven.
Jaarverslag Stichting Vestia
20
Integriteit Vanaf 2005 is het onderwerp integriteit een terugkerend thema. De afgelopen jaren is dat ingevuld door: 1. Het in samenwerking met de medewerkers ontwikkelen van de gereedschapskist “De kunst van het kiezen”; 2. De vaststelling van het integriteitsprotocol; 3. De discussies over het thema integriteit en dilemmatrainingen; 4. De vaststelling (na overleg met de betrokken medewerkers) van competenties voor de diverse functies waarbij de competentie “integriteit” veelvuldig een rol speelt; 5. De verankering van het thema integriteit in onze merkwaarden (BIPO). In 2009 is een klokkenluidersregeling vastgesteld, inmiddels een algemeen aanvaarde professionele norm om medewerkers de mogelijkheid te geven (vermeende) misstanden aan de kaak te stellen. Hiertoe is een onafhankelijk externe vertrouwenspersoon aangesteld. In 2011 is een nieuw instrument op het terrein van de integriteit geïntroduceerd. Het gaat om de zogenaamde integriteitspiegel die op intranet ter beschikking is gesteld. De integriteitspiegel biedt medewerkers, via het invullen van een vragenlijst, de mogelijkheid om een beeld te krijgen van hun eigen positie en die van de directe werkomgeving (collega’s en management) ten opzichte van het thema integriteit. Regulier P&O-werk De aandacht op P&O-terrein ging in 2012 in het bijzonder uit naar de beheersing en preventie van het ziekteverzuim, conflictbemiddeling en de ontwikkeling van een P&O-monitor met stuur- en kengetallen. Verder is het reorganisatietraject intensief begeleidt. P&O data
Norm
Gemiddelde leeftijd medewerkers Ziekteverzuim Formatie ultimo jaar in fte Bezetting ultimo jaar in fte
42 jaar 5% Nvt Zie formatie
Realisatie 2012 43,5 jaar 4,9% 1148,6 914,0
Realisatie 2011 43,4 jaar 4,3% 1.154,1 1.095,5
Reorganisatie Onderdeel van het Verbeterplan van Vestia is een ingrijpende reorganisatie, gericht op kostenbesparing en een nieuw besturingsmodel. In het voorjaar zijn door het Bestuur van Vestia vijf werkgroepen ingesteld die alternatieve organisatiestructuren hebben onderzocht. Deze werkgroepen werden geleid door directieleden van Vestia en extern ondersteund. De OR is vanaf de start als toehoorder bij de vergaderingen van de werkgroepen aanwezig geweest. Parallel aan de activiteiten van de werkgroepen werd in juli 2012 een sociaal plan afgesloten met de vakbonden. De rapportages van de werkgroepen zijn begin juli voorgelegd aan en vervolgens beoordeeld door het Bestuur. Het Bestuur heeft op basis van de rapportages van de werkgroepen een eigen voorkeursmodel geformuleerd na overleg met de RvC. Dit voorkeursmodel, genaamd “de houtskoolschets”, is door de beide bestuurders in bedrijfsbijeenkomsten aan alle Jaarverslag Stichting Vestia
21
medewerkers van Vestia voorgelegd en toegelicht en op 12 september 2012 aan de OR aangeboden. De OR heeft op 7 november 2012 groen licht gegeven om deze houtskoolschets verder uit te werken, met in acht name van een aantal nadere voorwaarden en adviezen. Eind oktober zijn door het Bestuur acht kwartiermakers en twee projectleiders benoemd die de opdracht kregen de houtskoolschets verder uit te werken. Randvoorwaarde bij deze uitwerking was dat het nieuwe Vestia per 1 mei 2013 operationeel diende te zijn. Er werd voor gekozen de werk- en projectgroepen uit eigen medewerkers te laten bestaan, met beperkte externe ondersteuning. Het hele proces kwam vanaf dat moment onder leiding te staan van een (interne) coördinerend projectleider voor de reorganisatie. De uitwerking van de houtskoolschets heeft geleid tot een inrichtingsvoorstel voor de nieuwe organisatie, waarin alle relevante onderdelen zijn opgenomen zoals omvang van de formatie, (nieuwe) functies, functieomschrijvingen, functiewaarderingen, etc.). Dit inrichtingsvoorstel is op 21 februari 2013 aan de OR voorgelegd, tezamen met een aantal andere relevante onderdelen van de bedrijfsvoering, zoals besturings- en dienstverleningsmodel, missie-visie-kernwaarden, huisvesting, ICT, enzovoort. Op 28 maart 2013 en 16 april 2013 heeft de OR positief geadviseerd op respectievelijk het inrichtingsvoorstel en het huisvestingsvoorstel. Het nieuwe Vestia bestaat uit een (nieuwe) RvC, een (nieuw) tweehoofdig Bestuur, vier directies (Bedrijfsvoering & Control, Wonen, Vastgoed, Onderhoud & Ontwikkeling) en 4 stafafdelingen ter ondersteuning van het Bestuur (Interne Beheersing, Strategisch Beleid en Communicatie, Personeel en Organisatie, Bestuursondersteuning). Uitvoering van het huisvestingsvoorstel betekent dat in totaal 4 bestaande kantoorpanden zullen worden afgestoten. De nieuwe organisatie is in juni 2013 van start gegaan. Klantevredenheid De uitkomsten van de in 2012 verrichte kwaliteitsmetingen (USP/Telan) luiden als volgt: USP-meetonderdelen dienstverlening nieuwe huurders vertrekkende bewoners Nieuwbouwwoning reparatieverzoeken planmatig onderhoud Totaalgemiddelde
2012 7,5 7,4 7,6 7,5 7,2 7,4
2011 7,6 7,5 7,6 7,5 7,5 7,5
De cijfers dienstverlening zijn licht gedaald tot een totaalgemiddelde van 7,4. Het planmatig onderhoud is de voornaamste reden. Gelet op de situatie waarin Vestia zich bevindt en de uitstroom, die hier mee gepaard gaat, blijven de cijfers op een acceptabel niveau. De tevredenheidscijfers voor de woning en woonomgeving liggen nog steeds onder de norm van 7,5.
Jaarverslag Stichting Vestia
22
Telefonische bereikbaarheid en kwaliteit gespreksvoering is als apart element van onze dienstverlening gemeten door Bureau Telan. Met een gemiddeld rapportcijfer van een 7,8 is ruimschoots voldaan aan de norm van 7,0. Alle woonbedrijven voldeden aan de norm.
1.5.
Governancecode
Vestia volgt de governancecode, behalve op het punt van de visitatie. Vooralsnog is daar als gevolg van de saneringsstatus en de reorganisatie geen prioriteit aan gegeven. De volkshuisvestelijke en financiële doelstellingen, de strategie en randvoorwaarde staan beschreven in de begroting, welke door de RvC is goedgekeurd. Vestia beschikt over een bestuursreglement. Er hebben geen transacties plaatsgevonden in 2012 waarbij sprake is van belangenverstrengeling van Bestuur of leden RvC. Het Bestuur legt majeure transacties in verbindingen ter goedkeuring voor aan de RvC. Deze hebben zich in 2012 niet voorgedaan. Na balansdatum zijn Vestia OHW B.V. (directe deelneming) en Aardwarme Den Haag VOF(middellijke deelneming) failliet verklaard. Dit is uitgebreid besproken met de RvC.
1.6.
Ondernemingsraad
In 2012 is de OR van Vestia vijf keer met de bestuurder tot een overlegvergadering gekomen. De OR heeft zich in de verslagperiode hoofdzakelijk bezig gehouden met de medezeggenschapsaspecten van de bij Vestia ontstane situatie. Daarnaast zijn alle reguliere medezeggenschapszaken in de loop van het jaar behandeld. In eigen verband heeft de OR de vergaderfrequentie tijdelijk verhoogd naar eens in de twee weken, in verband met de vele werkzaamheden die voortvloeien uit de actualiteiten binnen de organisatie. Het dagelijks bestuur van de OR heeft vanaf februari 2012 iedere week een gesprek met de interim bestuurders gehad en zeven keer een gesprek met (een vertegenwoordiger van) de RvC. In het laatste kwartaal van 2012 is de OR begonnen met de werving van een commissaris, die op voordracht van de OR zitting zal hebben in de RvC van Vestia. Ook heeft de OR in het laatste kwartaal zijn advies gegeven op de hoofdlijnen van de organisatie-aanpassingen die voor 2013 bij Vestia gepland zijn.
Jaarverslag Stichting Vestia
23
2. Volkshuisvestingsverslag In dit hoofdstuk legt Vestia verantwoording af over de geleverde prestaties op de zes verantwoordingsvelden van het Besluit beheer sociale huursector. Voorts komen de overige werkzaamheden (paragraaf 7), de verbindingen (paragraaf 8) en de verklaring dat de werkzaamheden op het gebied van de volkshuisvesting zijn verricht (paragraaf 9), aan de orde.
2.1
Bij voorrang huisvesten van de doelgroep
Woonruimteverdeling algemeen Vestia is een sociaal betrokken onderneming met een breed scala aan wonen gerelateerde diensten en producten. Het huisvesten van lagere inkomensgroepen en bijzondere doelgroepen is een van de volkshuisvestelijke speerpunten. Uitgangspunt daarbij is dat huurders zelf kunnen kiezen voor een woning. Op dit moment is de keuzevrijheid van huurders nog beperkt door de grote druk op de woningmarkt. Vestia is één van de gangmakers van de regionale woonruimteverdeling. Een ongedeelde stad in een ongedeelde regio is hierbij ons uitgangspunt. Het succesvolle model in Haaglanden is inmiddels ook in de Stadsregio Rotterdam ingevoerd. Dit resulteert in hogere slaagkansen voor lagere inkomens in de regiogemeenten en ruimere toegang voor middeninkomens in de centrale stad. Via een regionaal woningbouwscenario wordt dit ook via het vastgoed ondersteund. Voor de regio betekent dit minder sloop/verkoop en meer sociale woningbouw; in de centrale stad gaat het om meer sloop/verkoop en meer duurdere woningbouw. Voor de toewijzing gelden de volgende doelstellingen: Toewijzing Toewijzen aan BBSH-doelgroep van vrijkomend aanbod Idem tot aftoppingsgrens Idem van nieuwbouw tot aftoppingsgrens Toewijzen aan jongeren tot 27 jaar Toewijzen aan bijzondere doelgroepen
Norm Minimaal 70% Minimaal 80% Minimaal 90% Minimaal 35% Minimaal 150
Jongerenhuisvesting Jongeren hebben het niet altijd makkelijk op de woningmarkt. Wanneer Vestia de woningen verdeelt op basis van inschrijvingsduur – inschrijving mag pas vanaf je 18e verjaardag – dan ben je de eerste jaren daarna niet in het voordeel. Uit analyses bleek een jaar of vijf geleden dat de slaagkansen van jongeren in veel gemeenten ver achterbleven bij die van andere groepen. Vóór 2005 werden slechts rond de 20% van de woningen aan jongeren onder de 27 jaar toegewezen. In 2006 is het beleid gewijzigd. Als streefcijfer is toen 35% opgenomen; per woonbedrijf kan dit verschillen als gevolg van verschillen in de samenstelling van het woningbestand. Er zijn twee manieren om een hoger percentage te halen: enerzijds het toevoegen van nieuwbouw speciaal voor jongeren, anderzijds het toewijzen van meer bestaande woningen aan jongeren. Ook in de bestaande voorraad is het aanbod aan woningen voor jongeren vergroot. Sommige woonbedrijven hebben extra woningen voorzien van het label 'tot 27 jaar'.
Jaarverslag Stichting Vestia
24
In enkele gevallen heeft een beleidsherziening geleid tot het aanwijzen van een complex tot jongerencomplex waar eerst aan sloop/nieuwbouw werd gedacht. Ook waar sloop nog wel op de planning staat verhuren we in veel gevallen tijdelijk aan jongeren. Door al deze inspanningen laat het percentage toewijzingen aan jongeren een duidelijk stijgende lijn zien. In 2011 is door de fusie met Stadswonen de doelstelling ruimschoots gehaald (39,7%). In 2012 zijn we uitgekomen op 45,8%. Begeleid wonen voor jongeren Vestia spant zich ook in voor jongeren die om een of andere reden niet goed zelfstandig kunnen wonen. Daarbij wordt nauw samengewerkt met verschillende welzijn- of onderwijsinstellingen. Zo is 2009 een samenwerkingsverband getekend met stichting Jeugdformaat, een instelling die in de regio Haaglanden actief is bij de opvang en begeleiding van jongeren die al dan niet tijdelijk, niet meer thuis kunnen wonen. Huisvesting bijzondere doelgroepen In het verlengde van wonen en zorg is ook ‘maatschappelijk herstel’ een bedrijfsbreed aandachtspunt. Maatschappelijk herstel heeft veel raakvlakken met wonen en zorg. Het gaat om kwetsbare groepen zoals dak- en thuislozen en (ex)verslaafden. Kenmerkend zijn de meervoudige problemen van de doelgroep. Men kan (tijdelijk) niet zelfstandig functioneren op meerdere facetten van het leven. De oorzaken zijn uiteenlopend. Het kan samenhangen met een psychische of verstandelijke beperking, gevolg van een verslaving, maar ook mensen met tegenslag kunnen in een situatie raken waar zij op eigen kracht niet uitkomen. Vestia helpt deze doelgroep in het reguliere verhuurtraject en in speciaal opgezette woonprojecten. Met het beschikbaar stellen van 111 woongelegenheden is in 2012 niet voldaan aan de taakstelling in de betreffende gemeenten (norm minimaal 150). In 2011 lag dit aantal op 141, terwijl in 2010 nog 243 woningen aan bijzondere doelgroepen werden toegewezen. Het lage aantal in 2012 is negatief beïnvloed door het ontbreken van een aantal nieuwe woonvoorzieningen voor deze doelgroep. Preventie huisuitzettingen Het is beleid om al bij een kleine huurachterstand persoonlijk contact met de bewoner te zoeken. In alle fasen van het traject gaat het om een combinatie van ‘de helpende hand bieden’ en duidelijkheid; de huur moet wel worden betaald. De aanpak van betalingsachterstanden is geen gemakkelijk traject. Vaak is sprake van grote, complexe schulden en tal van andere problemen. Mensen zijn in eerste instantie geneigd de problemen te ontkennen en denken dat het wel goed komt. Pas in het laatste stadium, als het ontruimingsvonnis er is, beseft men de ernst van de situatie. Het beleid beoogt mensen met achterstand zo snel mogelijk te bewegen een betalingsregeling te treffen en zo nodig hulp te accepteren, zowel op financieel als op maatschappelijk gebied. Dit vraagt om een goede en snel werkende ‘achtervang’ van hulpverlening, zonder wachtlijsten. Om zo’n achtervang te realiseren is een goed samenspel nodig tussen corporaties en gemeentelijke instanties, met name de Gemeentelijke Kredietbank, de Sociale Diensten en andere op dit terrein werkzame instellingen. In Den Haag, Rotterdam, Delft en Zoetermeer zijn convenanten afgesloten om de samenwerking te structureren of te verbeteren. In 2012 deden zich 468 ontruimingen voor tegen 363 in 2011. Helaas een stijging met 28%. Een deel van de stijging hangt samen met de fusie met Stadswonen. Het wordt echter duidelijk dat de economische crisis ook onze huurders raakt.
Jaarverslag Stichting Vestia
25
Woonfraude Bij onrechtmatige bewoning onderneemt Vestia actie met behulp van wettelijke mogelijkheden. Die actie beperkt zich in principe tot de woning waarop de melding/klacht betrekking heeft. Wanneer duidelijke aanleidingen bestaan, bijvoorbeeld als uit een complex met enige regelmaat signalen komen van overlast of andere onrechtmatigheden, kan een heel complex of hele straat worden onderzocht. Bij die aanpak maken we aan de huurders duidelijk dat het in het belang van de leefbaarheid is en dat huurders die te goeder trouw zijn niets te vrezen hebben. Aanpak op een hoger schaalniveau dan complex of straat acht Vestia niet wenselijk. Wanneer wij constateren dat sprake is van onderhuur van een deel van de woning zonder dat daar vooraf toestemming voor is gevraagd, verlenen we alsnog toestemming volgens dezelfde criteria als wanneer er vooraf toestemming was gevraagd (huurder heeft zijn hoofdverblijf in het gehuurde en er is geen overbewoning). Dit geldt niet wanneer de onderhuur gepaard gaat met overlast. Wanneer de huurder zijn hoofdverblijf elders heeft, maken we altijd een einde aan de huurovereenkomst en aan de onderhuur. Hiervan wijken we slechts in uitzonderingssituaties en om humanitaire redenen af. Wij tolereren geen overbewoning, ongeacht of die vooraf of achteraf wordt geconstateerd. In een gezinssituatie kijken we welke mogelijkheden er voor de huurder en zijn gezin zijn om andere (grotere) huisvesting te vinden. De omkering van de bewijslast (de huurder moet desgevraagd kunnen bewijzen dat hij zijn hoofdverblijf heeft in de woning en niet illegaal onderverhuurt) is opgenomen in de Algemene Huurvoorwaarden. Mutaties In 2012 heeft de Vestia in totaal 10.978 woningen (opnieuw) verhuurd. In 2011 waren dat 9.404 woningen. Het aantal mutaties is gestegen doordat in 2012 ook de mutaties zijn meegerekend van woningen en onzelfstandige eenheden, die door derden werden verhuurd en het opnieuw verhuren van woningen, die op de nominatie stonden gesloopt te worden. In 2012 zijn 1.387 nieuwe huurwoningen opgeleverd en in 2011 waren dat 1.224. In deze cijfers zijn ook de tijdelijke verhuringen van woningen, die we op termijn gaan slopen, opgenomen. De mutatiegraad, ofwel het aantal nieuwe verhuringen over 2012 ten opzichte van het totaal aantal woningen per 1 januari 2013, bedraagt 12,9 % (in 2011 was dit 11,1%). In dit cijfer zijn ook de verhuur van nieuw opgeleverde woningen begrepen. Woningtoewijzing In 2012 is 76,0% van de gemuteerde woningen (nieuwbouw en bestaand) toegewezen aan eenpersoonshuishoudens. Dit is hoger dan in 2011 (70,0%). Voor een belangrijk deel wordt dit verklaard door de verhuur aan jongeren (in 2012 45,8%). Van de vrijgekomen en nieuwe woningen in 2012 is 7,9% toegewezen aan huishoudens die bestaan uit drie en meer personen (in 2011 10,6%). Een uitsplitsing van de toewijzing naar leeftijd laat zien, dat het aandeel ouderen bij de nieuwe verhuringen licht is gestegen. En wel van 9,9% in 2011 naar 10,1% in 2012. Dit lage percentage valt voor een deel te verklaren door de lagere verhuisgeneigdheid van ouderen. Het merendeel van de in 2012 gemuteerde en nieuw opgeleverde woningen is toegewezen aan huishoudens met een laag inkomen, namelijk 77,6% (in 2011: 74,4%). De definitie voor laag inkomen is gebaseerd op het BBSH. Dit percentage ligt ruim boven de norm van 70%. In 2012 passen wij dit streefpercentage aan conform de prestatieafspraken die we in een fors aantal gemeenten hebben gemaakt. Vanaf dat moment geldt het percentage van 70% niet meer van alle verhuringen, maar alleen van het aantal mutaties in het sociale segment (onder de huurtoeslaggrens). Reden is dat steeds meer verhuringen in het geliberaliseerde segment plaatsvinden,
Jaarverslag Stichting Vestia
26
waarbinnen de doelgroep niet kan huren. Daarmee zakte jaarlijks het toewijzingspercentage, terwijl het toewijzingsbeleid in het sociale segment gelijk bleef. Het aandeel van de vrijgekomen goedkope en betaalbare huurwoningen dat is toegewezen aan huishoudens met een laag inkomen bedraagt 89,2%. In 2011 was dat 85,4%. Dit betekent, dat 10,8% van de goedkope en betaalbare huurwoningen is terechtgekomen bij huishoudens met een inkomen boven de inkomensgrenzen uit het BBSH. Dit komt mede door het feit dat in Haaglanden afspraken zijn gemaakt om in wijken met een eenzijdig goedkoop woningbezit niet te labelen op het BBSH-inkomensmaximum. In deze wijken geldt een hoger maximaal inkomen. Veelal gaat het overigens om mensen die een inkomen hebben dat net boven de maximum BBSH-inkomensgrens ligt. In de Stadsregio Rotterdam gelden voor de toewijzing van de betaalbare huurwoningen geen inkomensgrenzen meer, behoudens de grens van € 33.614. Huurbeleid Vestia heeft in haar begroting gerekend met een reguliere huurstijging van 2,0%. In 2012 is een gemiddelde huurstijging van 2,3% toegepast, gelijk aan de gemiddelde inflatie in 2011. Bij mutatie van de bestaande woningen is in 2012 in de regel uitgegaan van 92% maximaal redelijke huur (harmonisatie), tenzij de marktomstandigheden dit niet toestonden. Dit laatste heeft zich in zeer beperkte mate voorgedaan. Als gevolg van de wijziging in de Huurtoeslagwetgeving hebben we het aanvangshuurbeleid (eerste verhuur) wel herijkt. Niet langer gaan we als regel uit van de aftoppingsgrens bij bereikbare woningen, maar hanteren we de huurtoeslaggrens, tenzij het woningwaarderingsstelsel zich daartegen verzet of we harde afspraken hebben met de gemeente in de gronduitgifte-voorwaarden. Huurders ontvangen nog steeds huurtoeslag en vanwege de goede isolatie bij nieuwbouw, blijven de woonlasten, inclusief kosten energie, betaalbaar. Naar huurprijsniveau luidt de specificatie van de zelfstandige huurwoningen en onzelfstandige woongelegenheden als volgt: Huurprijsklasse Goedkoop, over 2012 tot € 366 per maand Betaalbaar, over 2012 van € 366 tot € 561 per maand Duur, over 2012 van € 561 tot € 664 per maand Duur, over 2012 vanaf € 664 per maand Onzelfstandige eenheden en studentenwoningen Totaal
31-12-2012 18.378 47.506 9.128 3.693 10.134 88.839
31-12-2011 18.973 47.761 8.706 3.323 9.828 88.591
Leegstand De spanning op de woningmarkt is zodanig, dat over het algemeen geen sprake is van structurele leegstand van enige betekenis. Uitzondering hierop is een aantal complexen bij Vestia Noord Nederland. De leegstand daar is boven gemiddeld. Als gevolg van herstructureringsplannen staan er wel woningen leeg. Het gaat hierbij om woningen, die op korte termijn voor sloop in aanmerking komen. Veel van deze woningen verhuren we tijdelijk aan jongeren.
Jaarverslag Stichting Vestia
27
Huuropbrengst De gerealiseerde huuropbrengst over 2012 komt uit op € 514,8 miljoen. De huurderving als gevolg van leegstand bedraagt over 2012 ongeveer € 10,6 miljoen, dit is ongeveer 2,0% van de geprognosticeerde huuropbrengst (€ 532,3 miljoen). Over 2011 bedroeg de huurderving als gevolg van leegstand € 10,8 miljoen. De huurderving omvat naast frictie- ook sloop- en renovatieleegstand. Huurachterstand De huurachterstand (van huren en servicecontracten) bedroeg circa € 9,5 miljoen ofwel 2% van de te ontvangen huren en vergoedingen voor servicecontracten (2011 1,84%).
2.2
Zorgdragen voor de kwaliteit van de woongelegenheden
De specificatie van het bezit in exploitatie luidt als volgt: Categorie Huurwoningen Eenheden verzorgingshuizen Overige woongelegenheden: - Onzelfstandige woningen, waaronder voor studenten - Eenheden bijzondere woonvormen - Woonwagens Totaal aantal woongelegenheden Bedrijfsruimten/winkels (incl. MOG) Parkeerplaatsen/Garages Parkeergarage Medimall Overige bezit Totaal niet woongelegenheden
31-12-2012 78.705 3.539
31-12-2011 78.127 3.539
5.560 1.024 11 88.839
6.079 835 11 88.591
3.343 3.123 1.800 4.881 13.147
2.615 3.420 1.800 3.875 11.710
Totaal generaal* 101.986 100.301 * In de aantallen is in 2012 het bezit van de dochters Cité, SGBB Vastgoedexploitatie en Vestia Monumenten B.V niet meegenomen en in 2011 wel. Het gaat om circa 500 verhuureenheden. In de jaarrekening zijn voor de bepaling van de marktwaarde een aantal eenheden uit de categorie ‘niet woongelegenheden’ (bijvoorbeeld bergingen en scootmobielplaatsen) niet meegenomen. In de marktwaarde zijn 99.910 eenheden meegerekend. Strategisch voorraadbeleid Alle Vestia-bedrijven beschikken over een strategisch voorraadbeleid gebaseerd op lokale en regionale woningmarktonderzoeken en prestatieafspraken met stadsgewest of gemeenten. De nadruk kwam noodgedwongen te liggen op het verkopen van bezit en het afblazen van projecten, die nog niet gestart waren en waar geen juridische verplichting bestond om met de projecten te starten. Uitzondering hierop was het uitvoeren van noodzakelijk planmatig onderhoud en woningverbetering, waar noodzakelijk.
Jaarverslag Stichting Vestia
28
Aankoop In 2012 zijn geen aankopen gedaan. Verkoop In het kader van het Verbeterplan heeft Vestia in 2012 haar verkoopprogramma ingrijpend moeten herzien. Was daarvoor het uitgangspunt terughoudendheid bij de verkopen, vanaf medio 2012 is met voortvarendheid gewerkt aan het opvoeren van het verkoopprogramma. Zo zijn in diverse gemeenten zittende huurders van eengezinswoningen benaderd hun woning aan te kopen. Dit heeft geresulteerd in de verkoop van 652 bestaande woningen in 2012, waarvan er 479 ook daadwerkelijk zijn gepasseerd bij de notaris. In een aantal gemeenten, zoals in de gemeente Den Haag was verkoop nog niet mogelijk, vanwege een aantal belemmerende bepalingen zoals erfpacht en de noodzaak tot splitsing over te gaan. Verder zijn diverse gesprekken gevoerd met collega-corporaties en zorginstellingen over de verkoop van complexen, gronden en soms zelfs hele woonbedrijven. Dit heeft geresulteerd in de verkoop van 229 woongelegenheden, waarvan 15 woongelegenheden in 2012 zijn gepasseerd en waar bij 214 woongelegenheden de daadwerkelijke overdracht eerst in 2013 plaats vindt. Vestia draagt verder bij aan de bevordering van het eigen woningbezit door in het kader van de revitalisering van de steden na sloop een groot deel van de nieuwbouw in de vorm van koopwoningen te realiseren. In 2012 bedroeg dat aantal 257 (2011: 282). In 2012 zijn 45 onverkochte nieuwbouwkoopwoningen omgezet naar huurwoningen In 2012 zijn bij bestaande of nieuwe woningen geen startersleningen verstrekt of andere verkoopconstructies, zoals maatschappelijk gebonden eigendom of koopgarant, toegepast. Bij de verkoop aan zittende huurders is een korting verstrekt van ongeveer 5% tot 10% van de WOZ- of taxatiewaarde. Sloop en nieuwbouw In de begroting 2012 was de sloop voorzien van 882 woningen, de bouw van 1.465 huurwoningen en de bouw van 191 koopwoningen. In het kader van het Verbeterplan zijn uiteindelijk in 2012 slechts 162 woningen gesloopt. In 2012 zijn 1.644 nieuwe woongelegenheden opgeleverd, waarvan 1.387 in de huursector en 257 in de koopsector. Een deel van de nieuw gebouwde huurwoningen is zorggerelateerd in het kader van de samenwerking met zorginstellingen. Het hiervoor genoemde aantal nieuwbouwwoningen is exclusief Stichting Woonformatie Ypenburg (SWY). In 2012 zijn door SWY geen woningen opgeleverd. Eind 2012 bedraagt het aantal woningen van SWY 2.574. De huurwoningen van SWY waren tot 1 mei 2013 in beheer bij Vestia Nootdorp. Van de huurwoningen hebben er 250 een aanschafprijs die hoger is dan € 200.000, te weten: 117 woningen in Eindhoven (Meerrijk), 122 woningen in Groesbeek (Herstelhotel) en 11 woningen in Den Haag (Gondelstaat). In overwegende mate zijn deze woningen gebouwd om gemengde wijken te krijgen en/of omdat het aanbod op die manier beter aansloot op de vraag. Van de koopwoningen hebben er 139 een aanschafprijs die hoger is dan € 200.000 te weten: 32 woningen in Rotterdam (Zuiderspoor) en 107 woningen in Westland (Hoogenaald en Hoogeland).
Jaarverslag Stichting Vestia
29
Woontechnisch programma van eisen In het kader van het projectenprotocol is ten behoeve van de ontwikkeling van nieuwbouwprojecten een checklist voor het woontechnisch programma van eisen opgesteld. Dit programma van eisen doet dienst bij elk nieuwbouwproject om vroegtijdig de uitgangspunten te inventariseren en vast te leggen. Duurzaamheid en duurzaam bouwen Vestia heeft duurzaamheid al jaren hoog in het vaandel staan. Bij alle nieuwbouwprojecten zijn de energienormeringen (EnergiePrestatieNorm en Nationaal Pakket Duurzaam en Energiezuinig Bouwen) uitgangspunt. Naast het integreren van milieuaspecten neemt Vestia de eisen van het handboek Woonkeur als leidraad. Daar waar project en locatie zich ervoor lenen, zijn de ingrediënten van de verschillende keurmerken zoals het Politie Keurmerk Veilig Wonen, het Seniorenlabel en het keurmerk Aanpasbaar Bouwen toegepast. In de nieuwbouw maken we gebruik van FSC-hout. Sinds 2008 zijn ruim 4.000 nieuwe huur- en koopwoningen voorzien van energiezuinige verwarming en koeling op basis van warmtepompen. Ook in 2012 zijn 743 huur en koopwoningen opgeleverd met dergelijke energiesystemen. Bij projecten in Den Haag betreffen dit woningen die zijn uitgerust met een pomp die warmte uit de grond haalt (in de winter) en weer teruggeeft (in de zomer). In Scheveningen (Duindorp) gebruiken we een zeewaterwarmtecentrale voor de warmtevoorziening. In Zoetermeer (Oosterheem) maken we gebruik van warmte-installaties waarbij gebruik wordt gemaakt van het grondwater. In het Westland gaan we een nieuwe wijk (Hoogeland) aansluiten op kassenwarmte. Dit leidt tot een label a+++, waarbij een reductie van CO2 uitstoot wordt bereikt van circa 35 à 40% ten opzichte van een reguliere nieuwbouwwoning. Verder zijn in Rotterdam 363 nieuwe huur- en koopwoningen aangesloten op stadsverwarming, die gebruik maakt van restwarmte uit de Botlek. Ook de nieuwe MBO-school op de Unielocatie in Rotterdam-Zuid is hier op aangesloten. Bij de bestaande voorraad is de CO2 uitstoot verminderd 0,69% in 2012. Het gemiddeld per woning is met 1,39% gedaald in 2012 als gevolg van mutaties in de voorraad en renovatie en onderhoud. Nieuwbouw niet zijnde woongelegenheden In 2012 is ruim 38.300 m2 aan bedrijfsruimten en winkels gebouwd. Voor het overgrote deel gaat het om de Mbo-scholen in Rotterdam (Unielocatie), zorggerelateerde bedrijfsruimten en maatschappelijk onroerend goed en commerciële ruimten in onder meer Westland, Groesbeek, Rotterdam en Zoetermeer. Onderhoud De volgende kengetallen geven inzicht in de uitvoering van onderhoud in de verschillende vormen: Soort onderhoud Reparatieonderhoud Mutatieonderhoud Contractonderhoud Planmatig onderhoud Overig onderhoud Totaal Jaarverslag Stichting Vestia
Per verhuureenheid 2012 € 225 € 205 € 116 € 391 € 85 € 1.022
Per verhuureenheid 2011 € 216 € 237 € 125 € 526 € 90 € 1.194
Mutatie in procenten 4% -13% -7% -26% -6% -14%
30
In bovenstaande cijfers zijn loonkosten begrepen van Vestia Onderhoudsdiensten. Dit Vestia-bedrijf houdt zich enkel bezig met reparatie- en mutatieonderhoud. Voor 2012 betreft dat een totaal van € 5.881.000 en voor 2011 was dat € 5.636.000. Er is per verhuureenheid in 2012 19% minder uitgegeven aan onderhoud. Dit is met name veroorzaakt door minder planmatig onderhoud. Deels heeft dit te maken met lagere Btw-tarieven op arbeidsloon. De onderhoudscijfers zijn ook voordelig beïnvloed door effecten als slimmer en gunstiger aanbesteden (meer combinaties van projecten, schilderwerk meer in rustiger tijden). Het Project Onderhoud Schil (POS) heeft geleid tot lagere uitgaven bij het planmatig onderhoud, doordat kritischer is gekeken (met behulp van gespecialiseerde bureaus als het Verfadviescentrum) naar de noodzaak en mogelijkheden tot uitstel. De woningverbeteringen hebben geleid tot waardevermeerdering van het betreffende vastgoed, om reden waarvan de hiermee gemoeide uitgaven zijn geactiveerd. In 2012 was hiermee in totaal ruim € 30 miljoen gemoeid; in 2011 was dat € 40 miljoen.
2.3
Betrekken van bewoners bij het beleid en het beheer
Overleg Het betrekken van bewoners bij het beleid en het beheer staat hoog in het vaandel. Reeds vanaf 1992 kennen de statuten artikelen omtrent participatie huurdersorganisaties en bewoners. Het betrekken van bewoners bij beleid en beheer vindt op diverse niveaus plaats. Op het niveau van Vestia is de invloed reeds jaren verankerd door het recht van voordracht van huurdersorganisaties voor twee leden van de RvC. De nieuwe bevoegdheden, die de in 2008 gewijzigde Wet op het overleg huurders en verhuurder aan de bewoners geeft, zijn met de huurdersplatforms en organisaties besproken en in de reglementen opgenomen. Maar overleg over de wettelijk verplichte onderwerpen vindt Vestia niet voldoende. Bewoners zien wij als onze bondgenoten. Het is belangrijk dat onze huurders de beheerplannen, waarin wij – onder meer – de leefbaarheidsprojecten en activiteiten regelen, ten volle ondersteunen. Bewoners hebben voor de leefbaarheid in het gebied waar zij wonen ook verantwoordelijkheid. Als zij niet meedoen, komt er niets van de grond. Op bedrijfsniveau fungeren bij de meeste bedrijven actieve huurdersorganisaties. Dit sluit ook aan bij de lokale verankering van de bedrijven. Daarnaast zijn op wijkniveau bewonerscommissies gesprekspartner. Met name nieuwbouw, herstructurering, wijkbeheer en leefbaarheid zijn onderwerpen, die op dat niveau volop in de belangstelling staan. Ook op complexniveau wordt regelmatig overlegd met vertegenwoordigers van huurders. Onderwerpen die daarbij aan de orde komen zijn veelal complexgebonden, zoals groot onderhoud, woningverbetering, het servicepakket en de servicekosten. Het betrekken van bewoners bij beleid en beheer wordt bij Vestia Zuid-Nederland enerzijds ingevuld door de jaarlijkse organisatie van regioavonden in verschillende plaatsen in het land en anderzijds door het faciliteren van bewonerscommissies in woningcomplexen. Voor de regioavonden zijn alle bewoners via de bewonersnieuwsbrief uitgenodigd. Vestia Zuid-Nederland gaat op deze avonden in op het beleid op hoofdlijnen. Bewoners kunnen diverse zaken aankaarten. Bewonerscommissies zijn werkzaam op niveau van één complex of enkele bij elkaar gelegen complexen. Doorgaans vindt eenmaal per jaar overleg plaats over alle zaken die in het complex spelen en die voor de bewoners van belang zijn. Vestia Noord Nederland (voorheen SGBB) heeft een zeer actieve huurdervertegenwoordiging in de vorm van SHBB.
Jaarverslag Stichting Vestia
31
Eind 2009 heeft de LHV zich aangediend. De behoefte om een aantal zaken rechtstreeks met de bestuurder te bespreken was voor de bestaande huurdersorganisaties in Den Haag, Zoetermeer, Westland, Rotterdam en Zuidplas de aanleiding. In 2012 hebben zich nog een aantal bewonersorganisaties bij de LHV aangemeld. Het Bestuur heeft begin 2012 een samenwerkingsovereenkomst met de LHV ondertekend. Vanaf februari 2012 heeft het Bestuur maandelijks overleg gevoerd met de LHV over onder meer de voorstellen uit het Verbeterplan (stoppen met nieuwbouwprojecten, waar geen juridische verplichting bestond, omvangrijk verkoopprogramma, beperken bedrijfslasten, reorganisatie en verbeteren governance). Ook is de LHV gevraagd deel te nemen in de selectieadviescommissie nieuwe bestuurders en betrokken bij de bindende voordracht van nieuwe commissarissen door de huurders. Nieuwe vormen van bewonersparticipatie Ook in 2012 is volop gewerkt met nieuwe vormen van bewonersparticipatie. Met nieuwe participatievormen, van portiekgesprekken en straatinterviews tot speeddaten, krijgen we een breed scala van meningen en wensen op tafel, ook van de huurders die niet in de gelegenheid zijn via bewonerscommissies of huurderplatforms hun mening te geven. Aanvankelijk stelden de huurdervertegenwoordigers zich terughoudend op bij de nieuwe bewonersraadpleging, maar gaandeweg wordt men enthousiast. Het levert ook voor hen belangrijke informatie op. Ook via internet peilen we de mening van de huurders in de vorm van eenmalige enquêtes en een digitaal klantenpanel. Het digitale klantenpanel is in 2012 wederom uitgebreid. Maximaal negen keer per jaar krijgen de deelnemers via e-mail vragen voorgelegd over hun woning, de woonomgeving of de dienstverlening van Vestia. De respons is hoog want zonder veel tijdsbeslag kunnen huurders van zich laten horen en Vestia krijgt informatie van huurders die bij de traditionele participatievormen niet in beeld komen. In Den Haag heeft de Stedelijke Huurderraad het initiatief genomen voor het in het leven roepen van een Klankbordgroep. Inmiddels hebben ruim 50 bewonerscommissies zich aangemeld en leveren zij een actieve bijdrage aan de bewonersparticipatie in Den Haag. Geschillencommissies Klanten kunnen een klacht indienen wanneer zij vinden niet juist door Vestia-bedrijven te zijn behandeld. De Vestia-bedrijven behandelen de klacht eerst. Is de huurder het niet eens met de uitkomst, dan staat de weg voor de klager open naar een onafhankelijke geschillencommissie. De bedrijven in Den Haag, Zoetermeer, Delft, Nootdorp en Rotterdam en Vestia Zuid Nederland en Vestia Noord Nederland zijn aangesloten bij de Geschillencommissie Sociale Huursector. In 2012 zijn bij deze geschillencommissie door huurders diverse klachten ingediend. Een beperkt aantal klachten is door de Geschillencommissie gegrond verklaard en de Vestia-bedrijven hebben de bindende adviezen opgevolgd.
2.4
Activiteiten op het gebied van de leefbaarheid (inclusief sponsoring)
Voor het succes van het leefbaarheidsbeleid van Vestia is blijvend resultaat een belangrijke graadmeter. Wijken, buurten en straten waarin mensen zich thuis voelen is het einddoel. Sociaal beheer staat vooral in het teken van schoon, heel en veilig. Vestia realiseert dit binnen het kader ‘meer voor minder’, wat beperkingen met zich meebrengt, maar zeker ook kansen en creativiteit biedt. Dit uit zich in kleinschalige
Jaarverslag Stichting Vestia
32
acties, projecten en activiteiten waarbij we vaak zelf uitvoerend betrokken zijn en waar weinig tot geen financiële middelen voor worden ingezet. De centrale beleidsthema's voor de leefbaarheidsaanpak zijn: Emancipatie en participatie van de bewoners; Versterken van de sociale samenhang in het gebied; Veiligheid en aanpak van overlast; De straat staat centraal; Een voorzieningenniveau dat aansluit bij het 'profiel' van de wijkbewoners; inspelen op en benadrukken van bijzondere kenmerken van het gebied. Vestia is actief in het brede netwerk van organisaties en instellingen, dat verantwoordelijk is voor de leefbaarheid in een wijk, samen met gemeentelijke diensten, collega-corporaties, instellingen, het bedrijfsleven en vele andere partners. Als het gaat om het woon- en leefklimaat blijvend te verbeteren, is samenwerking onontbeerlijk. Onze belangrijkste bondgenoten in leefbaarheid zijn en blijven echter de bewoners. Hun inzet is onmisbaar voor blijvend resultaat. Vestia investeert in leefbaarheid in en buiten de krachtwijken. In hoofdstuk 2.9 “Investeringen in de krachtwijken” gaan we apart in op de activiteiten aldaar. Schoon, heel en veilig We zetten in op activiteiten die de leefomgeving schoon, heel en veilig maken. Bewoners worden actief benaderd om een schoonmaakcontract in het portiek af te sluiten. We nemen maatregelen voor extra schoonmaakacties, zorgen dat zwerfvuil wordt opgeruimd en letten op onjuist aangeboden huisvuil en grofvuil. Bewoners spreken we aan om in de gemeenschappelijke ruimten in de portieken geen goederen neer te zetten en vuil te laten slingeren, maar deze schoon en vrij te houden. Veel portieken krijgen een schilderbeurt en graffiti laten we verwijderen. In meerdere wijken draait Vestia actief mee met projecten tegen duivenoverlast. Ook hebben we ons schotelantennebeleid verscherpt. Beheerconsulenten ondernemen actie op onrechtmatig wonen en woonfraude en het terugdringen van hennepoverlast. Door het plaatsen van camera’s in de portieken pakken we in samenwerking met de politie vandalisme aan. Om het veiligheidsgevoel van de huurders te vergroten hebben we in sommige portieken de verlichting verbeterd. Voor een veilig gevoel zijn fysiek maatregelen niet voldoende, de rol van huismeesters en buurtconciërges als de ‘oren en ogen’ in de wijk blijft noodzakelijk. We adviseren bewoners over het thema luchten en ventileren om vocht in huis te verminderen en daarmee de groei van schimmels en huisstofmijt tegen te gaan. Ook doen we huisbezoeken waarbij we bewoners attenderen op brandveiligheid in de woning. Verder vraagt het tuinonderhoud van de zittende bewoner aandacht. We verwachten van onze huurders dat zij in ieder geval zorgdragen voor het minimale onderhoud. Regelmatig ‘schouwen’ we de tuinen en spreken we bewoners aan. Ook hebben we diverse tuinenprojecten opgestart waarbij bewoners hulp bij tuinwerkzaamheden ontvangen en men tuinadvies kan inwinnen. Tot slot pakken we de bestrating, het groenonderhoud en de verlichting in de openbare ruimte aan. Lik-op-stuk-beleid Het lik-op-stuk-beleid begint met het opstellen van leef- en gedragsregels, samen met de bewoners. Enkele jaren geleden zijn we hiermee begonnen en in steeds meer gebieden geven leefregels aan wat bewoners van elkaar mogen verwachten. Het invoeren en handhaven van leefregels wordt meer en Jaarverslag Stichting Vestia
33
meer een onderdeel van onze reguliere beheerwerkzaamheden. Lopende lik-op-stuk-activiteiten hebben we vorig jaar opnieuw uitgebreid. De uitbreiding is niet alleen gebieds- of complexgewijs, maar ook naar thema. Een essentieel onderdeel van het lik-op-stuk-beleid is handhaving. De buurtconciërge of huismeester controleert regelmatig of ieder zich aan de afspraken houdt. Wie de regels – ook na een waarschuwing – overtreedt, krijgt een acceptgiro in de bus voor de verwijderingskosten. De campagnes worden daarnaast aangevuld met andere acties en maatregelen. Bij het verwelkomen van nieuwe bewoners krijgen de huisregels speciale aandacht, maar bijvoorbeeld ook de wijze van afvalverwijdering in de buurt. Elkaar ontmoeten Hoewel mensen een groot deel van hun tijd spenderen buiten de woning en woonomgeving is het altijd belangrijk dat buurtbewoners elkaar kennen. Men voelt zich prettiger en veiliger. Maar mensen moeten elkaar ook leren kennen. Voor Vestia zijn ontmoetingsmogelijkheden een essentiële voorziening in de buurt. Inzet voor jongeren Naast de huisvesting zet Vestia zich ook in voor onderwijs, werkervaring en de jongerencultuur. Vestia heeft, net als in de afgelopen jaren, geïnvesteerd in het aangaan van samenwerkingsrelaties met onderwijsinstellingen. Meest vergaand zijn de samenwerkingsovereenkomsten met de grote MBOinstellingen Mondriaan (Den Haag/Delft) en Zadkine (Rotterdam). In 2012 is met ROC Mondriaan in de regio Haaglanden het project Pimp Your House, na eerder gebleken succes, voortgezet. In het kader van Pimp Your House krijgen leerlingen van Mondriaan de kans om hun vaardigheden te oefenen in echte woningen. Dit levert natuurlijk veel meer motivatie op dan oefenen op school. Op deze manier hopen Vestia Groep en Mondriaan het bouwkundig onderwijs aantrekkelijker te maken voor jongeren en schooluitval terug te dringen. Vestia stelt leegkomende mutatiewoningen ter beschikking aan Mondriaan. Vanuit de opleiding maken eerst enkele MBO niveau-4 leerlingen een technisch ontwerp (bestektekeningen, lijst van benodigde materialen, etc.), waarna MBO niveau-2 leerlingen de daadwerkelijke uitvoering ter hand nemen. Dit jaar zijn er drie woningen opgeleverd, in Den Haag, Delft en Westland, daar zijn onder andere plafonds en deuren vervangen, een badkamer van plaats veranderd, muren betegeld en is veel klein onderhoud gepleegd. Vestia wil niet alleen leerervaringsmogelijkheden bieden aan voltijds leerlingen ("BOL") maar ook een rol spelen in leerlingen die de voorkeur geven aan een combinatie van leren en werken ("BBL"). Veelal gaat het hier om leerlingen die om persoonlijke redenen geen diploma gehaald hebben (bijvoorbeeld tienermoeders). Vestia biedt een aantal van hen de kans om alsnog een startkwalificatie te halen. Na twee positief geëvalueerde pilots is in mei 2009 besloten dat alle woonbedrijven een zogenaamd Grijp je Kans plek gaan creëren. Een dergelijke plek biedt een arbeidscontract voor twee keer een jaar voor vier dagen per week, op voorwaarde dat de betreffende persoon op de vijfde dag terug gaat naar school en daar in twee jaar tijd alsnog een diploma haalt. Ook bij dit project werken we nauw samen met de ROC's. Dit project is succesvol voortgezet. Leefbaarheidsactiviteiten, acties en evenementen Vaste onderdelen van onze inzet voor leefbaarheid zijn de ontvangst en introductie van nieuwe bewoners en buurtbemiddeling. Daarbij sturen we op een actieve bijdrage van de bewoners in de vorm de oprichting van werkgroepen van bewoners die samen activiteiten organiseren. Voor de actieve huurders organiseren we jaarlijks een bedankdag. Ook doen we mee met de jaarlijkse burendag. Een aantal woonbedrijven heeft deelgenomen aan de landelijke vrijwilligersdag Nederland Doet, waarbij
Jaarverslag Stichting Vestia
34
medewerkers zich onder andere hebben ingezet voor ouderen en klusjes hebben gedaan op scholen. Samen met ADO Den Haag in de Maatschappij, partner van Vestia, zijn er diverse activiteiten georganiseerd voor kinderen in de wijk. Zoals bijvoorbeeld een voetbaldag en een sportmiddag. Daarbij hebben spelers van ADO lessen gegeven op scholen over pesten, discriminatie en zinloos geweld. Ook heeft ADO in de Maatschappij een bijdrage geleverd aan de opening van het Buitensportseizoen. Sponsoring Vestia realiseert zich dat het bij sponsoring of donaties gaat om geld dat door de huurders is opgebracht. Vestia gaat daarom terughoudend om met sponsoring en donaties. Bij sponsoring en donatie houden we duidelijk voor ogen dat naamsbekendheid op zich geen doel is. Vestia sponsort uitsluitend projecten die te maken hebben met het werkgebied (de wijken en buurten) van de corporaties, waarbij nadrukkelijk de aandacht uit gaat naar evenementen en projecten die een positieve associatie oproepen bij de huurders van Vestia. Vestia heeft een aantal criteria geformuleerd waaraan een evenement/project moet voldoen om eventueel in aanmerking te komen voor sponsoring. Het evenement of project staat in het teken van het bevorderen van de samenlevingsopbouw, sociale cohesie en leefbaarheid in de wijk/buurt en stad, het bevorderen van de volkshuisvesting/wonen in het algemeen, wonen & zorg en huisvesting van jongeren. Verder houden we rekening met het volgende. Het evenement/project komt ten goede aan het woonplezier van onze klanten, het evenement/project heeft geen commercieel oogmerk, het evenement/project straalt kwaliteit en betrouwbaarheid uit en het evenement/project biedt mogelijkheden voor interactie met de doelgroep. Met sponsering was in 2012 een bedrag van € 296.000 gemoeid. Dit is bijna €3 per woning. Uitgaven en investeringen Met leefbaarheid was in 2012 een bedrag gemoeid van circa € 14,5 miljoen, inclusief (extra) onderhoudslasten en personeelskosten. Het gaat bij dit laatste bijvoorbeeld om buurtconciërges, leefbaarheidscoördinatoren en wijkopzichters. De uitgaven hebben zowel betrekking op de krachtwijken als de niet-krachtwijken.
2.5
Wonen en zorg 2012
Prestatieveld Zoals bekend is wonen en zorg een in het BBSH vastgelegd prestatieveld. Corporaties bieden huisvesting aan mensen die zorg nodig hebben: ouderen, mensen met een beperking en bijzondere doelgroepen. Vrijwel altijd wordt dit gedaan in samenwerking met zorgpartijen. Zo’n 7.000 huurovereenkomsten heeft Vestia met diverse zorginstellingen. Hieronder vallen zelfstandige woningen, die de zorgpartij weer met een zorgovereenkomst ter beschikking worden gesteld aan hun cliënten, maar ook kleinschalige woonvoorzieningen en een dertigtal verzorgings- en verpleegtehuizen. In het algemeen betekent de huisvesting met een zo groot mogelijke zelfstandigheid en het bevorderen van keuzemogelijkheden, ook al heb je een beperking.
Jaarverslag Stichting Vestia
35
Scheiden wonen & zorg Na jarenlange discussie werd bij de ondertekening van het Lente-akkoord duidelijk dat de politiek nu echt op korte termijn werk gaat maken van het scheiden van wonen & zorg. Dit houdt in dat een bepaalde groep mensen straks geen indicatie meer krijgt voor het verzorgingshuis, deze groep wordt geacht thuis te blijven wonen of in ieder geval zelf in hun huisvesting te kunnen voorzien. De ouderen die nog wel in aanmerking komen voor een plaats in een verzorgings- of verpleegtehuis moeten daar huur voor gaan betalen, met een aparte zorgovereenkomst. De achterliggende gedachte is dat je als cliënt meer keuzevrijheid hebt: gedwongen winkelnering van wonen en zorg behoort tot het verleden. Het kent echter zijn grenzen omdat er niet meer aanbod komt, noch van wonen, noch van zorg. Bovendien is er een groep mensen met een zware zorgvraag, tot en met wilsonbekwamen waarbij het de vraag is wat je ermee opschiet om de huur apart te laten betalen. Uitdagingen voor zorginstellingen Zorginstellingen gaan er verschillend mee om, sommige verleggen hun markt naar zwaardere zorgvragen, veranderen van doelgroep, beëindigen de huurovereenkomst of bouwen de woonvoorziening om naar zelfstandige appartementen. Alle scenario’s doen zich voor binnen Vestia, inclusief sloop en verkoop. Vestia beheert circa 200 complexen onder de noemer Wonen en Zorg. Het gaat daarbij om een scala lopend van verouderde traditionele verzorgingstehuizen tot nieuwbouw van recente jaren (Ruim 3.700 eenheden) en ruim 120 Thomashuizen en Herbergiers (ruim 1.000 eenheden). In deze zorgsector worden wij geconfronteerd met ingrijpende beleidswijzigingen. Het streven mensen zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen, begint zijn repercussies te krijgen in afnemende verhuurbaarheid van aanleunwoningen, leegstand in verzorgings- en verpleegtehuizen en concrete huuropzeggingen van zorginstellingen. Begin december 2012 heeft het Bestuur een strategisch beleidskader vastgesteld waarbij was geïnventariseerd welke vragen vanuit de zorg op ons afkomen en hoe we daar, vooral ook gelet op de zeer beperkte investeringsruimte bij Vestia, daar mee om te gaan. De Drie Notenboomen Eind 2011 verliep de samenwerkingsovereenkomst met De Drie Notenboomen BV (DDN). Op basis van die overeenkomst met deze franchisehoudersorganisatie heeft Vestia, in exclusiviteit, jaarlijks in 20 Thomashuizen en 5 Herbergiers geïnvesteerd. Thomashuizen zijn kleinschalige woonvormen voor maximaal acht mensen met een verstandelijke beperking die worden geleid door zorgondernemers die zelf in of bij het huis wonen. Herbergiers zijn gebaseerd op dezelfde formule maar richten zich op mensen met geheugenproblemen en tellen rond de 16 bewoners. Door de landelijke werking van zowel Vestia Groep als DDN kon expertise worden opgebouwd en productie worden gerealiseerd. In 2012 werd het 100e Thomashuis aangekocht en werd gestart met de verbouw. De samenwerkingsovereenkomst is niet verlengd, In goed overleg met DDN werd besloten de exclusiviteit van Vestia op te heffen en de organisatie ook in staat te stellen met andere corporaties projecten te realiseren. De eerste daarvan zijn in 2012 in uitvoering gekomen. Middels een tweetal bestuursbesluiten werd in de loop van het jaar alsnog opdracht gegeven tot realisatie van 9 Thomashuizen, 4 Herbergiers en 2 gecombineerde projecten waarbij zowel een Thomashuis als een Herbergier wordt gerealiseerd. In alle situaties ging het om reeds aangekocht bezit, waarbij Vestia in enigerlei vorm gehouden was de projecten te realiseren. Nieuwe aankopen zijn of worden niet meer gedaan. Alle lopende projecten worden medio 2013 opgeleverd.
Jaarverslag Stichting Vestia
36
Sinds 2009 heeft Vestia Groep een 33,3 % belang in de DDN, evenals de initiatiefnemer. Het resterende aandelenpakket valt onder de failliete boedel van het Meavita concern. Het aandeel is inmiddels verpand en het eigendom wordt over 5 jaar overgedragen. Huisvesten bijzondere doelgroepen In Den Haag is de afspraak gemaakt voor 23 woningen voor bijzondere doelgroepen, aan te leveren door RIBW, Parnassia, Brijder, AntonConstandse, Re-Enetry en Remise. Er zijn er 8 geleverd, het verschil werd vooral veroorzaakt omdat kandidaten zich na aanbieding terugtrokken. Verder is er een afspraak gemaakt voor de regio Haaglanden met Jeugdformaat dat er zeven woningen beschikbaar zijn, stromen de bewoners door naar en reguliere woning of anderszins dan kan Jeugdformaat weer een nieuwe kandidaat voordragen. Diverse projecten In de gemeente Zoetermeer werd de eerste fase van de Zorgcampus opgeleverd, een groot woon en dienstencentrum, waarin zelfstandig wonen, maatschappelijke functies en zorgwoningen zijn opgenomen. Voor Vestia Den Haag Zuid West kwamen zelfstandige woningen voor Middin gereed, voorheen Steinmetz/ De Compaan, een regionaal werkende zorginstelling voor met name mensen met een verstandelijke beperking. In Groesbeek is de eerste fase opgeleverd voor de ZZG zorggroep in Mariëndaal. De volgende fasen in Dekkerswald en Groesbeek zijn ook in aanbouw genomen omdat een en ander deel uit maakte van een meerjarige samenwerkingsovereenkomst. Ook een tweetal projecten voor de Parnassia Bavo groep aan de Monsterseweg in Den Haag en in Castricum werden in aanbouw genomen c.q. opgeleverd. In Castricum betrof het de transformatie van een voormalig klooster tot een eigentijds zorggebouw. In Den Haag is in het wooncomplex aan de Dorpersdreef een containerruimte vrijgekomen. Het bleek mogelijk de ruimte met beperkte middelen geschikt te maken voor 13 scootmobielen. Bij het Drentheplantsoen, eveneens in den Haag, werd scootmobielstalling in het openbare gebied gerealiseerd waarbij de gemeente de investering voor haar rekening nam.
2.6
Waarborgen van de financiële continuïteit
Algemeen Vestia begon 2012 met zware financiële problemen en eindigde het jaar als saneringscorporatie. In de tussenliggende periode is veel gebeurd. De aard en omvang van de derivaten bracht de continuïteit van Vestia ernstig in gevaar. Tegen de achtergrond van het lage renteniveau, de collateralverplichting en het financieringsplafond volgden de ontwikkelingen elkaar in een snel tempo op. Al in het verslag van het Bestuur is van die ontwikkelingen een schets gegeven die in relatie tot het voorgaande hier puntsgewijs wordt samengevat:
Steeds meer negatieve marktwaardeontwikkeling van derivaten met daaraan gekoppeld een toenemend beslag op de financiële middelen als onderpand (collateral); de excessieve uitslagen zijn het gevolg van volume en aard van de derivaten en de almaar dalende marktrente; Eerste versie Verbeterplan; Aanstellen van externe deskundigen voor monitoring van de schuldpositie en de ontwikkeling van de derivaten;
Jaarverslag Stichting Vestia
37
Uiteindelijk additionele financiering eind 2011 van € 1,6 miljard met een tot begin 2012 uitgestelde storting van € 550 miljoen; Terugtreden van de tot dan toe fungerend bestuurder per 1 februari 2012 onder gelijktijdige aanstelling van de heren Erents en Thielen als Bestuur ad interim; Bijgesteld Verbeterplan in maart 2012; Doorzak van derivaten in nieuwe leningen tot een totaal van € 1,7 miljard, waardoor het liquiditeitsbeslag met € 550 miljoen verbeterde; Strafrechtelijk onderzoek van het OM naar het functioneren van de inmiddels ontslagen treasurer; Afkoop van welhaast de gehele derivatenportefeuille voor € 2 miljard; alleen Credit Suisse wilde niet tot afkoop overgaan tegen het voorgestelde totaal van € 59 miljoen. De realisatie van deze afkoop kan Vestia niet geheel op eigen kracht opbrengen; daartoe is vooreerst een beroep op de banken gedaan voor 10 jarige financiering ad € 573 miljoen met aflossing ingaande het derde jaar in 8 gelijke termijnen; Saneringsaanvraag ingediend bij het CFV en toegekend voor € 674 miljoen aangevuld met bijkomende rente, zijnde het totaal van de inmiddels door de derivaatbanken verstrekte leningen en een uit eigen middelen voorgefinancierd bedrag van € 101 miljoen. Eerst bij daadwerkelijke afronding van het geschil met Credit Suisse verkrijgt Vestia ook daarvoor saneringsbijdrage, geheel in lijn met het hiervoor beschrevene; Sterk verbeteren governance gedurende 2012 en 2013 door aanstellen tweehoofdig Bestuur, vervanging gehele RvC en uitbreiding RvC van 5 naar 7 leden, instellen Auditcommissie en Renumeratie- en Selectiecommissie, opstellen bestuursreglement en aanpassen RvC-reglement en aanpassen treasurystatuut en instellen stafafdeling Interne beheersing.
Het Verbeterplan in definitieve vorm is bij het CFV en het WSW ingediend op 6 september 2012. Het Verbeterplan is niet goedgekeurd, wel is aangegeven dat er mee kan worden gewerkt. Het Verbeterplan bevat de elementen die noodzakelijk zijn om van Vestia in tien jaar weer een financieel gezond bedrijf te maken. Vestia was tot voor kort vooral gericht op het ontwikkelen van nieuwe sociale huisvesting en op groei. In huidige strategie richt Vestia zich voornamelijk op haar beheertaken. Een deel van het vastgoed wordt afgestoten. De hernieuwde strategie heeft als belangrijkste doel om tezamen met de sanering de financiële positie te verbeteren zodat Vestia in de toekomst weer op eigen benen alle volkshuisvestelijke taken kan uitvoeren. De maatregelen houden in het verkopen van woningen, het aanscherpen van het huurbeleid, het beperken van het investeringsprogramma en besparingen op de bedrijfslasten van de organisatie. Vestia gaat zich meer richten op haar kerntaak: betaalbare woonruimte voor lagere inkomensgroepen. Onderhoudsprogramma’s zullen zoveel mogelijk worden ontzien, want fatsoenlijk wonen voor een betaalbare prijs blijft nodig. Ook dienstverlening aan de klant mag niet onder de saneringstaakstelling lijden. Vermogenspositie De vermogenspositie op basis van de geconsolideerde balans per 31 december 2012 (marktwaarde) laat een solvabiliteit zien van afgerond 17%. Het CFV als toezichthouder stuurt echter niet op marktwaarde, maar op het volkshuisvestelijk vermogen berekent op voorgeschreven parameters. Op basis van de bedrijfswaarde op CFV parameters bedraagt de solvabiliteit ultimo 2012 circa 10% negatief, berekend op basis van de balans zoals opgesteld door Vestia bij de actualisatie van het verbeterplan ten behoeve van het CFV. Dit is uiteraard onvoldoende. Doel van het Verbeterplan is dan ook om stapsgewijs met de verschillende te treffen maatregelen in 10 jaar te komen tot een positief volkshuisvestelijk vermogen ultimo 2022. Jaarverslag Stichting Vestia
38
Liquiditeit Ook na de afwikkeling van de derivatenportefeuille blijft de liquiditeit voor Vestia de komende jaren een belangrijk aandachtspunt. Het streven is om een zekere liquiditeitsbuffer aan te houden. Deze buffer zal gerealiseerd moeten worden door relatief hoge complexgewijze verkopen in de eerste jaren van het Verbeterplan. Om (eventueel onverwachte) liquiditeitsschommelingen naar de negatieve kant op te vangen staat Vestia een aantal bronnen van liquiditeit ter beschikking zoals een rekening courant faciliteit ad € 130 miljoen bij de BNG en voor 2013 goedgekeurde borgingsruimte van € 200 miljoen. Naast een middellange termijnplanning worden de kasstromen wekelijks gemonitord voor een periode van 6 maanden vooruit. Leningen, rentedekkingsgraad en borgingsruimte Eind 2012 beschikt Vestia over een leningenportefeuille met een schuldrestant van nominaal € 6.599,3 miljoen. In vergelijking met de marktwaarde van het bezit ad € 7.937,7 miljoen is dit fors. De leningen zijn ook gedeeltelijk aangewend ter financiering van overige vaste activa en werkkapitaal. Doel van het Verbeterplan is dan ook om de leningportefeuille terug te dringen. Om te kunnen beoordelen of de renteverplichting betaald kan worden uit de operationele kasstromen, wordt gekeken naar de rentedekkingsgraad of te wel de Interest Coverage Ratio. Vanwege de negatieve kasstroom voldoet de ICR niet aan de WSW minimumnorm van 1,3. Voor het bepalen van de borgingsruimte hanteert het WSW het uitgangspunt dat maximaal 50% van de WOZ-waarde van het bezit kan worden geborgd. Voor zorgcomplexen is dat 95% van de bedrijfswaarde. De WOZ-waarde exclusief zorgcomplexen is eind 2012 € 11.097,9 miljoen. De bedrijfswaarde voor de zorgcomplexen is € 445,8 miljoen. De borgingsgrens komt daarmee uit € 5.972,4 miljoen. Vestia heeft geborgde leningen ter grootte van € 6.573,1 miljoen en zijn leningen met een waarde van € 26,3 miljoen ongeborgd. Vestia benut dus eind 2012 110,1% van de borgingsruimte. In het kader van het verscherpt toezicht heeft het WSW gekozen om de vinger strak aan de pols te houden. Wel is voor 2013 een borgingsruimte van € 250 miljoen vrijgegeven. Jaarresultaat Het jaar 2012 sluit met een negatief jaarresultaat van € 52,3 miljoen; het jaarresultaat over 2011 bedroeg € 1.875,9 miljoen nadelig. Het verschil ad € 1.823,6 miljoen is als volgt te specificeren (bedragen x € 1 miljoen). Het jaarresultaat is in 2011 en 2012 in belangrijke mate bepaald door de effecten die te maken hebben met de derivaten en de afwikkeling daarvan, de saneringsbijdrage en de afboekingen van projecten, die geen doorgang vinden. Deze effecten worden hier als eerste toegelicht onder het kopje Bijzondere effecten. Daarna volgt een toelichting van de reguliere baten en lasten.
Jaarverslag Stichting Vestia
39
Bijzondere effecten Minder lasten Lasten derivaten Bedrijfslasten Meer lasten Extra rentelasten Donatie/vrijval voorzieningen
1.272,7 26,7 1.299,4 58,3 61,5 -119,8
Meer baten Overheidsbijdrage Totaal bijzondere effecten
674,3 1.853,9
Reguliere bedrijfsvoering Meer lasten Lasten servicecontracten Niet gerealiseerde waardeverandering vastgoedportefeuille Overige bedrijfslasten Meer baten Huur en servicecontracten Netto verkoop resultaat vastgoedportefeuille Overige bedrijfsopbrengsten Overige financiële baten Opbrengst nieuwbouw en geactiveerde productie
1,4 198,0 9,2 -208,6 29,1 5,4 0,5 7,0 2,5 44,5
Minder lasten Afschrijvingen Overige waardeveranderingen Lonen en Salarissen, sociale lasten en pensioenlasten Onderhoudslasten en leefbaarheid Deelnemingen Belastingen
1,1 84,3 2,5 15,6 1,5 28,8 133,8
Totaal reguliere bedrijfsvoering Totaal effect
-30,3 1.823,6
Toelichting bijzondere effecten
In 2011 zijn de derivaten op reële waarde gewaardeerd. Dit heeft geleid tot een fors verlies op de post derivaten van € 1,7 miljard. In 2012 zien we een last van € 449,7 miljoen. Dit leidt ertoe dat het resultaat in 2012 ten opzichte van 2011 met € 1.272,7 miljoen minder slecht is.
Jaarverslag Stichting Vestia
40
De bijzondere bedrijfslasten zijn in 2012 lager als gevolg van minder afboekingen op grondposities en projecten. De rentelasten over 2012 zijn hoger dan in 2011. Dit heeft te maken met de toename van de schulden. In 2011 heeft een forse vrijval van voorzieningen plaatsgevonden vanwege het stopzetten van projecten waarvoor een voorziening was opgenomen. Bij de overheidsbijdrage is de saneringsbijdrage van € 674 miljoen van het CFV opgenomen in 2012.
Toelichting reguliere bedrijfsvoering De belangrijkste verschillen zijn: De niet gerealiseerde waardeverandering van de vastgoedportefeuille hangt samen met de algemene daling van de marktwaarde van vastgoed in Nederland; De belangrijkste oorzaak van de hogere huurontvangst is de huurverhoging (in 2012 2,3%; in 2011 was dat 1,3%); Het saldo rente op overige vorderingen is t.o.v. 2011 hoger, omdat in 2012 de rentebaten op het gestort collateral over 2012 verantwoord is: In 2011 heeft een forse afboeking plaatsgevonden op vastgoed in ontwikkeling in verband met het stoppen van de projecten; De onderhoudslasten t.o.v. 2011 zijn gedaald, vooral als gevolg van minder planmatig cyclisch onderhoud. Verder speelt de verlaging van de BTW op arbeidsloon een rol; De uitgaven voor leefbaarheid zijn gedaald in 2012 ten opzichte van 2011. Dit is mede veroorzaakt door scherper te letten op de uitgaven sponsering en dergelijke. De uitgaven voor leefbaarheid uit de personeelslasten (huismeesters, leefbaarheidscoördinatoren en wijkopzichters) zijn niet gedaald; Het negatieve resultaat deelnemingen is lager, mede als gevolg van extra afboekingen in 2011. Bij de belastingen was in 2011 sprake van een vrijval van de belastinglatentie van € 28,8 miljoen naar nihil. Toelichting verkoopresultaten In 2012 zijn 179 nieuw gebouwde woningen verkocht. In 2011 waren er dat 221. Het over 2012 behaalde resultaat bedraagt batig € 1,8 miljoen ofwel € 10.056 per woning. Het resultaat over 2011 bedroeg € 6,7 miljoen batig ofwel € 30.317 per woning. Ultimo 2012 zijn er 100 woningen nog niet verkochte koopwoningen met een bruto waarde van € 25,1 miljoen; daarop is € 6,8 miljoen voorzien. Ultimo 2011 bedroeg de voorraad 67 woningen met een bruto waarde van € 22,6 miljoen; de voorziening bedroeg toen € 9,0 miljoen. In 2012 zijn 494 woningen uit het huurbestand verkocht tegen 100 in 2011. Het gemiddelde verkoopresultaat bedroeg in 2012 € 32.154 per woning. Bij het resultaat per woning is uitgegaan van marktwaarde. Verkoop van woningen aan zittende huurders geschiedt steeds tegen de WOZ-waarde of getaxeerde waarde met een korting van 5 tot 10% (conform circulaire MG 2011-04). Leegkomende woningen na mutatie worden in de verkoop genomen tegen de taxatiewaarde. De betreffende taxatierapporten zijn niet ouder dan 1 jaar in relatie tot de datum passeren bij de notaris.
Jaarverslag Stichting Vestia
41
Toelichting onderhoudslasten Soort
2012 x 1 miljoen
2012 € per vhe
2011 x 1 miljoen
2011 € per vhe
Reparatieonderhoud Mutatieonderhoud Contractonderhoud
€ 22,5 20,5 11,7 -------- -€ 54,7 39,1 8,5 -------- -€ 102,3
€ 225 205 117 -------- -€ 547 391 85 -------- -€ 1.023
€ 21,0 23,1 12,2 ---------- € 56,3 51,2 8,8 ---------- € 116,3
€ 216 237 125 --------€ 578 526 90 --------€ 1.194
5,9 ---------€ 96,4
59 ---------€ 964
5,6 ---------€ 110,7
57 ---------€ 1.137
Totaal niet planmatig onderhoud Planmatig cyclisch onderhoud Overig onderhoud Subtotaal Waarvan loonkosten onderhoudsdienst Totaal Zie voor toelichting pagina 31.
Vastgoedwaarde De bedrijfswaarde is gebaseerd op de toekomstige kastromen en afhankelijk van de gekozen parameters. Vestia heeft voor de bedrijfswaarde 2012 de parameters van het CFV gebruikt. Deze zijn in de jaarrekening nader toegelicht. De bedrijfswaarde eind 2012 bedraagt € 4.902,0 miljoen. De marktwaarde is eveneens gebaseerd op toekomstige kasstromen, maar met een maximum van 15 jaar en een exit yield. De marktwaarde bedraagt in 2012 € 7.937,7 miljoen. Daarvan is € 6.895,1 miljoen sociaal en € 1.042,7 miljoen commercieel onroerend goed. Waar in de bedrijfswaarde de verhuurdersheffing is ingerekend, is dat bij de marktwaarde niet het geval. De waarde onroerende zaken (WOZ-waarde) weerspiegelt per object de zogenaamde waarde in het economisch verkeer, vrij van huur. Het WSW gebruikt de WOZ-waarde, meer bijzonder 50% daarvan, als plafond voor de borging van financieringen. Uitzondering betreft het zorggerelateerde vastgoed; daarvoor bedraagt het borgingsplafond 95% van de betreffende bedrijfswaarde. Zonder onderscheid tussen het DAEB- en het Niet-DAEB bezit bedraagt de WOZ-waarde per 1 januari 2013 (peildatum 1 januari 2012):
Woongelegenheden Niet-woningen Zorggerelateerd vastgoed Kantoren
Subtotaal Stichtingskosten activa in ontwikkeling Totaal Jaarverslag Stichting Vestia
€ 10.597,0 miljoen € 495,6 miljoen € 288,0 miljoen € 5,3 miljoen -----------€ 11.385,9 miljoen € 167,7 miljoen -----------€ 11.553,6 miljoen
42
Fiscale positie Belastingen over de resultaten omvatten de over de verslagperiode verschuldigde en verrekenbare winstbelastingen en latente belastingen. De belastingen worden in de winst- en verliesrekening opgenomen, behoudens voor zover deze betrekking hebben op posten die rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen, in welk geval de belastingen in het eigen vermogen wordt verwerkt. De over het boekjaar verschuldigde en verrekenbare belasting is de naar verwachting te betalen belasting over de belastbare winst over het boekjaar, rekening houdend met de fiscale faciliteiten en de vaststellingsovereenkomst (VSO), berekend aan de hand van belasting tarieven die zijn vastgesteld op verslagdatum, dan wel waartoe materieel al op verslagdatum is besloten, en eventuele correcties op de over voorgaande jaren verschuldigde belasting. De verwachting van Vestia is dat de komende periode geen uitzicht bestaat op een fiscale winst, zodat ook geen actieve latenties gevormd hoeven te worden. (een nadere toelichting is weergegeven in de jaarrekening paragraaf 4.6) Risicoparagraaf In deze paragraaf zal allereerst ingegaan worden op de specifieke risico’s van het Verbeterplan. Daarna zullen een aantal risico’s worden behandeld die meer in het algemeen gelden voor woningcorporaties, zie paragraaf 4.2.5 van de jaarrekening.
Verkopen mede in relatie tot de vervalkalender leningenportefeuille; Rentelasten; Regelgeving; Aard van het bezit.
Verkopen mede in relatie tot de vervalkalender van de leningenportefeuille Mede vanwege de beperkte borgingsruimte en de liquiditeitspositie dient Vestia contractueel overeengekomen reguliere aflossingen uit de opbrengsten uit verkopen te voldoen. De mate waarin Vestia in staat is tijdig voldoende woningen te verkopen vormt daarom eveneens een belangrijk risico, zeker gezien de huidige marktomstandigheden. In het eerste jaar van het Verbeterplan zijn echter voldoende woningen verkocht. Rentelasten Vestia heeft mede als gevolg van de doorzak van derivaten in reguliere leningen een hoge schuld per woning, de rentelasten per woning zijn hierdoor ook hoger dan bij andere corporaties. Vestia is daardoor extra gevoelig voor risico’s van rentestijgingen in de toekomst. Het huidige rentepercentage is circa 3,8% en daarmee vergelijkbaar met wat de referentiecorporaties betalen. Ten opzichte van voorgaande jaren is het rentepercentage bij Vestia echter belangrijk hoger, mede door de opslag, die betaald is bij de doorzakoperatie van derivaten in reguliere leningen. Het niveau van de kapitaalmarktrente is historisch uitzonderlijk laag. Voor een deel van de leningenportefeuille waar een variabele rentevergoeding wordt betaald staat Vestia bloot aan renterisico. Voor de basisrenteleningen geldt dat de banken in de toekomst de mogelijkheid hebben om de opslag die Vestia betaalt voor haar kredietwaardigheid, te verhogen.
Jaarverslag Stichting Vestia
43
Regelgeving De herziening van de Woningwet is nog niet afgerond. Hierdoor blijft de nodige onzekerheid bestaan. In het regeerakkoord van de op 5 november 2012 aangetreden nieuwe kabinet is opgenomen dat woningcorporaties weer dienstbaar moeten worden aan het publiek belang en hun werkgebied. Hun taak wordt teruggebracht tot het bouwen, verhuren en beheren van sociale huurwoningen en het daaraan ondergeschikte direct verbonden maatschappelijk vastgoed. De minister van Wonen en Rijksdienst heeft aangekondigd met een novelle te komen, waarin de in het regeerakkoord opgenomen maatregelen nader zijn uitgewerkt. De novelle wordt rond de komende maanden verwacht. Inmiddels heeft de minister met Aedes afspraken gemaakt, welke in de novelle worden uitgewerkt. In het Aedesakkoord is afgesproken dat corporaties zich niet langer zullen verzetten tegen de verhuurdersheffing ingaande 2013 stijgend tot € 1,7 miljard vanaf 2017. Ter dekking van die extreme heffing is besloten tot een reguliere huurstijging van 1,5% boven inflatie (in 2011 2,5%) en over additionele huurstijgingen van 0,5% tot 2,5%, al naar gelang het inkomen hoger is dan dat van de Daebdoelgroep (€ 34.085) of hoger dan € 43.000. Verder vervalt de integratieheffing BTW en komen er in 2018 en 2019 extra middelen beschikbaar voor energiebesparende maatregelen door verhuurders in de sociale huursector. Ook is afgesproken dat corporaties de keus hebben voor een administratieve of juridische scheiding als het gaat om de Daeb en niet-Daeb activiteiten. Tevens is van belang dat nietDaeb activiteiten zijn toegestaan voor zover ze ten dienste staan van Daeb-activiteiten, zoals het realiseren van herstructurering in achterstandswijken en stads- en dorpsvernieuwing. Ook dient de gemeente de activiteiten noodzakelijk te vinden en is voorwaarde dat er geen commerciële aanbieders in de markt te vinden zijn voor deze activiteiten (te toetsen door de gemeente). Als derde element is afgesproken dat de saneringsrol bij het WSW komt te liggen. Hoofdlijn is dat sanering/publiekrechtelijk ingrijpen is gericht op het continueren van de Daeb-activiteiten en niet op continuering van de instelling. De keus voor administratieve of juridische scheiding van het Daeb en niet-Daeb bezit dient nog gemaakt te worden. Het voornemen van de minister corporaties alleen nog maar toe te staan te investering in de woningmarktregio, waar zij het meeste bezit heeft, is voor Vestia een mogelijk knelpunt, aangezien Vestia landelijk opereert. Aard van het bezit Het bezit van Vestia is overwegend stedelijk van aard en is in grote mate geconcentreerd in Zuid-Holland. Het aandeel meergezinswoningen/hoogbouw is fors, meer dan 70%, en ruim 45% van het bezit dateert van vóór 1970. Deze kenmerken hebben invloed op de onderhoudsactiviteiten en indiceren ook de noodzaak tot renovaties. Door de voorgenomen verkopen in het kader van het Verbeterplan zal het aandeel meergezinswoningen/hoogbouw toenemen. Meer eenvormigheid en stedelijk karakter houden een zekere kwetsbaarheid in. Die kwetsbaarheid wordt nog eens versterkt door de waardeontwikkeling zoals die de afgelopen jaren is opgetreden en ook voor de komende jaren wordt verwacht. Uit oogpunt van kwaliteit zijn vanaf 2014 in de meerjarenbegroting bij het herstelplan voor renovaties ingerekend voor € 24 miljoen per jaar. Dit is gezien de omvang van Vestia een beperkt bedrag. Er zullen keuzes moeten worden gemaakt. Met name door het afstel van projecten beschikt Vestia nog over enkele grondposities. Concreet betreft dat 49 kavels in stedelijk gebied van projecten, die geen doorgang vinden en enkele grondposities in het
Jaarverslag Stichting Vestia
44
landelijk gebied. Ultimo 2012 zijn deze kavels voor in totaal € 65,1 miljoen in de balans opgenomen. Onderzocht wordt of de posities kunnen worden verkocht. In 2013 worden de grondposities getaxeerd. Vanuit het verleden en uit 2012 is ook nog sprake van een voorraad woningen die direct voor de verkoop zijn gebouwd. Ultimo 2012 betreft dat 100 woningen met stichtingskosten van € 25,1 miljoen, die voor € 18,3 miljoen ( i.c. bijna € 183.000 per woning) in de balans zijn opgenomen. Ultimo 2012 beschikt Vestia over ruim 3.700 eenheden in verzorgingshuizen en ruim 1.000 eenheden bijzondere woonvormen. Ook het bedrijfsmatig vastgoed kan eenheden met een zorggerelateerde functie bevatten, afhankelijk van het feitelijk gebruik. In 2012 is een onderzoek gestart naar feitelijk gebruik en status (al dan niet te beschouwen als DAEB-bezit). De uitkomsten van dit onderzoek zijn deels al in de jaarrekening 2012 en zullen voor het andere deel in de volgende jaarrekening worden verwerkt.
2.7
Overige werkzaamheden
Vestia verricht met ingang van 2012 geen overige werkzaamheden meer.
Jaarverslag Stichting Vestia
45
2.8
Verbindingen
Vestia kent verbindingen met diverse rechtspersonen. De specificatie per 31 december 2012 luidt als volgt: Naam Stichting Woonformatie Ypenburg Stichting Woonwagenlocaties Den Haag Stichting Woonwagenzaken Zoetermeer Verantwoord Wonen B.V. Stichting Gebouwenstichting Ontwikkelingscombinatie Leyenburg B.V. Stadsherstel Historisch Rotterdam N.V. Stadsherstel Den Haag en Omgeving N.V. Hofbogen B.V. VOM Delft B.V. B.V. Kleiwarenfabrieken Guillaume de Leeuw Steenfabriek Boudewijn B.V. Vestia Monumenten B.V. Vestia OHW B.V. Vestia Holding B.V. De Drie Notenboomen B.V. Zorgboulevard Rotterdam B.V. Aardwarmte Den Haag vof SWY projecten B.V. SGBB projectontwikkeling B.V SGBB vastgoed B.V. Cité CV Kennis en energie B.V. Flexwonen Holland B.V. Cruise Port The Hague Holland B.V. VOF Pompenburg Vestia Diensten B.V.
Omvang participatie 40,03% 22,20% 33,33% 100% 100% 50,00% 0,16% 1% 50% 50% 100% 100% 100% 100% 100% 33,33% 33,33% 16,67% 40,03% 100% 100% 25% 100% 100% 33,33% 25% 100%
Statutair Vermogen in € Nihil Nihil Nihil 18.152 Nihil 18.000 10.051.542 14.386.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000 Nihil 18.000 18.000 18.000 18.000 18.000
De meeste verbindingen zijn directe verbindingen. De volgende verbindingen zijn middellijke verbinddingen, tussen haakjes is de directe verbinding vermeld. - SWY projecten B.V. (Stichting Woonformatie Ypenburg) - Vestia Monumenten B.V. (Vestia Holding B.V.) - Aardwarmte Den Haag vof (Vestia OHW B.V.)
Jaarverslag Stichting Vestia
46
Stichting Woonformatie Ypenburg (SWY) SWY is een toegelaten instelling die de bouw en het beheer van de woningen op de VINEX-locatie Ypenburg voor haar rekening neemt. Naast de Vestia kent SWY de volgende participanten: Staedion, Vidomes en Rijswijk Wonen. De participanten zijn voor hun aandeel gerechtigd tot het vermogen. Conform de afspraak tussen de participanten dient het eigen vermogen te allen tijde ten minste 5% te zijn van de schulden op lange termijn. De accountantscontrole over het jaar 2012 is afgerond. De jaarrekening is voorzien van een goedkeurende accountantsverklaring. Het aandeel van Vestia in het nadelig jaarresultaat van 2012 bedraagt € 49.000 miljoen negatief; in 2011 was dat € 3,1 miljoen negatief. Het aandeel in het vermogen van SWY bedraagt bijna nihil (2011: € 2,1 miljoen). De verwevenheid met SWY was stevig. Vestia Nootdorp verzorgde het beheer van al het bezit van SWY. De directeur Vestia Nootdorp participeerde in het overleg financiële managers van SWY en hield daarmee toezicht op de gehele financiële verantwoording. De bestuurder van Vestia was benoemd als één van de bestuurders van SWY. Een van de leden van de RvC van Vestia was benoemd als de voorzitter van de Raad van Commissarissen van SWY. De participatie in SWY is begin 2013 afgestoten. Stichting Woonwagenlocaties Den Haag De participanten van deze stichting zijn: Vestia, HaagWonen en Staedion. De stichting beheert, ontwikkelt en exploiteert namens de drie corporaties woonwagenstandplaatsen in Den Haag. Vestia is een van de bestuurders van de stichting. Voor deze verbinding is destijds gekozen om te benadrukken dat de werkzaamheden een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van de betrokken toegelaten instellingen zijn. Het erfpachtrecht van de standplaatsen is in het bezit van de afzonderlijke corporaties. Van kapitaalinbreng of verstrekte leningen is geen sprake. Stichting Woonwagenzaken Zoetermeer In deze stichting participeren Vestia, Vidomes en De Goede Woning. De stichting beheert en ontwikkelt de woonwagens en standplaatsen. Voor deze verbinding is gekozen om te benadrukken dat de werkzaamheden een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van de betrokken toegelaten instellingen zijn. Het eigendom van de standplaatsen en de huurwoonwagens is wel in handen van de afzonderlijke corporaties. Verantwoord Wonen B.V. De activiteiten van deze vennootschap beperkten zich tot september 2003 tot de exploitatie van het kantoor in Zuidplas. In het kader van de wijzigingen in het BBSH heeft Vestia op 16 september 2003 de ontwikkelrechten van nieuwbouwprojecten ondergebracht in Verantwoord Wonen B.V. Als financiering van de ontwikkelrechten heeft Vestia een lening verstrekt aan de vennootschap. Deze lening kent een rente van 6%. Als zekerheid voor de terugbetaling van de lening gelden de ingebrachte ontwikkelrechten. Alle activiteiten van Vestia met betrekking tot koopwoningen zijn met ingang van 2003 verantwoord in deze deelneming. Het resultaat over 2012 bedraagt € 11,709 miljoen negatief (2011: € 4.722.000 positief). Vestia vormt het Bestuur van de vennootschap. Stichting Gebouwenstichting In deze stichting is het kantoor van Vestia Westland ondergebracht. Vestia heeft een lening verstrekt van € 2,5 miljoen. De rente bedraagt 6%. Aflossing van de lening is niet verplicht. Als zekerheid voor de terugbetaling van de lening dient het betreffende kantoorpand. De meest recente jaarrekening van de Gebouwenstichting dateert van 2012. Vestia vormt het Bestuur van de Gebouwenstichting.
Jaarverslag Stichting Vestia
47
Ontwikkelingscombinatie Leyenburg B.V. Vestia heeft samen met Proper Stok Woningen B.V. met het oog op de herontwikkeling van het terrein van het HagaZiekenhuis (voorheen Ziekenhuis Leyenburg) in Den Haag en de aangrenzende Kas-inlocatie de Ontwikkelingscombinatie Leyenburg B.V. opgericht. Vestia heeft binnen deze vennootschap een zeggenschap van 50%. Vestia heeft aan de vennootschap een uitgestelde lening toegezegd van € 4.375.000 tegen een optievergoeding van 4%. In 2013 is met de gemeente Den Haag afgesproken dat zij de grondpositie of de aandelen van de B.V. overneemt van Vestia en Proper Stok Woningen B.V. Tegen een bedrag van € 4,5 miljoen. Stadsherstel Historisch Rotterdam N.V. Vestia heeft een minimale participatie in Stadsherstel Historisch Rotterdam N.V. Het risico is te verwaarlozen. Stadsherstel Den Haag en Omgeving N.V. Vestia heeft in 2005 2.500 aandelen gekocht in deze N.V. voor een bedrag van € 115.000. De N.V. houdt zich bezig met aankoop, renovatie en beheer van monumenten en stadsbeeldbepalende panden in Den Haag en omgeving. Het belang van Vestia is dermate klein dat het risico te verwaarlozen is. Hofbogen B.V. Eind 2005 heeft Vestia samen met Com.Wonen, PWS (samen gefuseerd tot Havensteder), Stadswonen Hofbogen B.V. opgericht. Doel hiervan is te komen tot intensiever beheer van 149 (kleine) bedrijfsruimten met in totaal 12.920 m2 verhuurbaar oppervlak onder het tracé van de Hofpleinlijn. Met dit intensieve beheer beoogt Vestia een positieve uitstraling te krijgen op het woningbezit dat zich langs het tracé bevindt. Met de investering van de aankoop is voor Vestia € 1 miljoen gemoeid. De vestigingsmanager Vestia Goudsesingel is gemandateerd om namens Vestia te participeren in het Bestuur. Over 2012 bedraagt het jaarresultaat € 1.859.000 negatief; over 2011 was dat € 335.000 negatief. In 2010 heeft Vestia deze verbinding al tot nihil afgewaardeerd. VOM Delft B.V. De VOM Delft B.V. is in juni 2006 opgericht om in het oude centrum van Delft zo nodig vrijkomende winkelpanden op te kopen met het doel de leefbaarheid en de kwaliteit van het winkelaanbod op peil te kunnen houden. In 2007 heeft de aankoop van enkele bedrijfspanden met bovengelegen woningen plaatsgevonden. Vestia participeert voor 50% in deze vennootschap. De bedrijfsdirecteur van Vestia Delft is lid van de Raad van Commissarissen van deze verbinding. Vestia staat voor een periode van vijf jaar garant voor de negatieve exploitatieresultaten. De positieve verkoopresultaten komen ten gunste van Vestia ter dekking van de eerder behaalde negatieve exploitatieresultaten. Het resultaat was in 2012 nihil (2011: € 705.000 negatief). B.V. Kleiwarenfabrieken Guillaume de Leeuw en Steenfabriek Boudewijn B.V. Vestia heeft per 30 augustus 2006 alle aandelen Steenfabriek Boudewijn B.V. en B.V. Kleiwarenfabrieken Guillaume de Leeuw overgenomen van de Xella groep / De Nijs. Vastgoed B.V. Beide vennootschappen waren leeg met als enig bezit terreinen in de gemeente Woensdrecht (Ossendrecht). Vestia heeft de terreinen verworven om er op termijn woningbouw op te kunnen plegen. De gemeente Ossendrecht staat achter deze aankoop en de plannen voor woningbouw. Het overnamebedrag van beide vennootschappen bedroeg € 8,5 miljoen. Bij B.V. Kleiwarenfabrieken Guillaume de Leeuw is in 2012 een resultaat behaald van € 15.000 negatief en Steenfabriek Boudewijn B.V. € 4.000 negatief. Vestia vormt het Bestuur van deze beide verbindingen.
Jaarverslag Stichting Vestia
48
Vestia Monumenten B.V. Vestia Monumenten B.V. is in 2007 opgericht als Vestia Ontwikkel B.V. in het kader van de partiële vennootschapsbelasting in 2006 en 2007. Vestia bezit 100% van de aandelen. In 2008 is deze vennootschap omgebouwd tot Vestia Monumenten B.V. en kwalificeerde zich daarmee als een vennootschap die monumenten kon aankopen vrij van de heffing van overdrachtsbelasting. In de loop van het jaar is de aankoop van het HAKA-pand in Rotterdam (rijksmonument), de aankoop van de Boerderij Nooitgedacht in Zuidplas en een Thomashuis in Emmen en één in Piershil door deze B.V. verricht. Bij Vestia Monumenten B.V. is in 2012 een verlies genomen van € 10,6 miljoen. Vestia vormt het Bestuur van deze deelneming. Vestia OHW B.V. Vestia OHW B.V. is in 2007 opgericht in het kader van de partiële vennootschapsbelasting in 2006 en 2007. Vestia bezit 100% van de aandelen. Deze vennootschap is in 2009 in de plaats getreden van Vestia Ontwikkel B.V. als vennoot in Aardwarmte Den Haag V.O.F. Vestia OHW B.V. werkte hierin samen met dochters van HaagWonen, Staedion, de gemeente Den Haag en Eneco en Eon aan de realisatie van duurzame energie ten behoeve van de gebouwde omgeving, waaronder woningen. Op 27 augustus 2013 heeft de rechtbank het faillissement uitgesproken van Aardwarmte Den Haag V.O.F. en haar vennoten, waaronder Vestia OHW B.V. Vestia Holding B.V. In 2012 heeft de vennootschap geen activiteiten verricht. De Drie Notenboomen B.V. Vestia heeft in 2009 een derde van de aandelen van deze franchisemaatschappij Thomashuizen en Herbergiers verworven. De Drie Notenboomen heeft in 2012 een resultaat behaald van € 112.000 positief. Vestia maakt deel uit van het Bestuur van de B.V. In juli 2013 heeft Vestia de aandelen voor een periode van 5 jaar verpand aan een zorgondernemer. Na deze periode wordt het eigendom van de aandelen overgedragen aan deze zorgondernemer. Zorgboulevard Rotterdam BV Samen met Maasstad ziekenhuis en Vitaal Zorgvast is Vestia voor 33% eigenaar van deze BV. De BV heeft in 2012 geen activiteiten verricht. Het resultaat in 2012 bedraag € 2.000. Aardwarmte Den Haag V.O.F. . Vestia participeerde met haar dochter Vestia OHW B.V. in deze vennootschap onder firma samen met Eon, Eneco, de gemeente Den Haag, Staedion en HaagWonen. De V.O.F. f zou in Den Haag Zuidwest een geothermieproject realiseren (gebruik van aardwarmte). De V.O.F. . is in 2007 opgericht en ontplooit daadwerkelijk activiteiten vanaf 2008. In mei 2013 hebben de drie corporaties besloten uit te treden uit de VOF. Reden hiervoor is dat de woningbouw sterk is teruggelopen en het geothermieproject sterk vertraagd is en het onzeker is of het project tot daadwerkelijke warmtelevering leidt tegen aanvaardbare kosten binnen afzienbare tijd. De overige partners hebben onderzocht of zij het project gezamenlijk doorzetten. Dat is niet het geval. Op 27 augustus 2013 is daarom faillissement aangevraagd en door de rechter uitgesproken. Het resultaat in 2012 bedraagt € 2.746.000 negatief. SGBB projectontwikkeling B.V. Deze voormalige dochter van SGBB is een 100% dochter van Vestia. De BV heeft in 2012 geen activiteiten verricht en zal worden opgeheven.
Jaarverslag Stichting Vestia
49
SGBB Vastgoedexploitatie B.V. In deze voormalige dochter van SGBB is een 100% dochter van Vestia. In de BV zijn enkele BOG-panden en een 10-tal zogeheten verzilverd Wonen ondergebracht. Het onderbrengen was onder voorbehoud van toestemming van het WSW. De toestemming is geweigerd. In 2013 vindt terug levering plaats en daarna wordt de BV opgeheven. Het jaarresultaat bedroeg in 2012 € 934.000 negatief. SWY projecten B.V. Deze 100%-dochter van SWY is in het leven geroepen in verband met de partiële vennootschapsbelasting. In 2007 en 2008 zijn in deze B.V. de dure huurwoningen, het bedrijfsonroerend goed en de bouw van koopwoningen ondergebracht. De resultaten zijn geconsolideerd bij SWY. Met de beëindiging van de participatie in SWY in 2013 is ook een einde aan het verband met deze projecten B.V. gekomen. Cité C.V. Doelstelling van Cité C.V. is het ontwikkelen, realiseren en exploiteren van woongebouw Cité (494 wooneenheden en bedrijfsruimten) op de Kop van zuid in Rotterdam. Vestia Rotterdam Stadswonen verzorgt de exploitatie. In Cité CV participeren naast Vestia als beherend vennoot, drie Zeeuwse corporaties als commanditaire vennoten. Het gestort kapitaal bedraagt € 20 miljoen, waarvan afgerond € 7,3 miljoen is geplaatst en gestort. Het jaarresultaat voor Vestia in 2012 was € 4.894.000 negatief (2011: € 564.000 negatief). Het voornemen bestaat dat in 2013 de commanditaire vennoten uittreden. Kennis en Energie B.V. In de B.V. zijn de huidige en toekomstige investeringen van het voormalige Stadswonen ondergebracht. Het gaat onder meer om de WKO-installatie voor het gebouw Cité en Hogeschool INHolland. Vestia is bestuurder van de BV. Het resultaat was in 2012 € 42.000 positief. Flexwonen Holland B.V. Flexwonen Holland BV is een 100% dochter van Vestia. Deze BV brengt vraag en aanbod in de regio Rotterdam via een virtuele etalage op eenvoudige en snelle wijze bijeen en is een alternatief voor de zogenaamde ‘anti-kraak’ bewoning. Vestia vormt het Bestuur van de B.V. Het resultaat was in 2012 € 13.000 negatief. Cruise Port The Hague Holland B.V. In deze verbinding werkten AM, Zurich Dublin en Vestia samen aan een project in Den Haag Scheveningen voor de realisatie van een cruise port tezamen met woningen, kantoren en winkels. Vestia zou de woningen voor haar rekening nemen. Vestia bezit 33,3% van de aandelen van de B.V. Het bestuur van de gemeente Den Haag werkte mee aan het plan, maar de gemeenteraad kon er niet mee instemmen. De werkzaamheden zijn inmiddels gestaakt en de verbinding wordt in 2013 opgeheven. VOF Pompenburg In deze VOF werken Havensteder, Van Eesteren, Dura Vermeer en Vestia samen een de planontwikkeling rond het station Hofplein. De VOF is al jaren in oprichting en in juni 2012 daadwerkelijk opgericht om de grondpositie richting gemeente veilig te stellen en als verhuurder van een terrein aan de RET op te kunnen treden. Van projecten is voorlopig geen sprake, gelet op de economische situatie. Vestia heeft tot op heden € 311.000 aan plankosten en het verwerven van gronden uitgegeven. Vestia Diensten B.V Deze 100% dochter heeft in 2012 geen activiteiten verricht en is in 2012 geliquideerd.
Jaarverslag Stichting Vestia
50
VVE’s VVE’s zijn ook verbindingen. Vestia is eind 2012 met tal van woningen betrokken in VVE’s. Het financieel belang van Vestia behelst voornamelijk het aandeel in de onderhoudsvoorzieningen. Vestia is lid van diverse organisaties op het gebied van het wonen. Genoemd worden: Vereniging Sociale Verhuurders Haaglanden, Maaskoepel, Stichting Woonmarkt Rijnstreek, Platvorm 31, de Vereniging Deltametropool en Vernieuwde Stad.
2.9
Activiteiten in de krachtwijken
Vestia investeert de komende jaren in een zestal krachtwijken: Stationsbuurt en Zuid-West in Den Haag en Bergpolder, Oude Westen, Oud-Zuid en Zuidwijk in Rotterdam. In 2012 zijn de volgende activiteiten verricht c.q. is met de voorbereiding gestart. Het gaat om zogeheten investeringen en lumpsum uitgaven ten behoeve van bijvoorbeeld extra leefbaarheidsinspanningen. Stationsbuurt Den Haag Sigmalocatie Dit project betreft een verdichtingslocatie op het talud van de spoorlijn en een verouderd kantoorgebouw (Sigma) naast station Hollands Spoor in de Stationsbuurt in Den Haag. Het project is gelegen tussen gebouw het Strijkijzer op het Rijswijkseplein en station Den Haag Hollands Spoor. Het Strijkijzer is geen gebouw dat op zichzelf moet staan. De gemeente heeft de relatie met de omgeving in de 'Gebiedsvisie Hollands Spoor en omgeving' uit juni 2008 verder uitgewerkt. In de visie speelt de bebouwing van de Sigmalocatie en het spoortalud een belangrijke rol. Het project moet bijdragen aan een internationale entree voor Den Haag. Er komt een combinatie van woningen en commerciële ruimten. Het woongedeelte bestaat uit 108 sociale huurwoningen voor jongeren/studenten en 58 duurdere huurappartementen. Bovendien komen er 146 gebouwde parkeerplaatsen, waarvan het grootste deel bestemd is voor de woningen. Het programma wordt gecompleteerd met ongeveer 1.500 m² bedrijfsruimte. In het voorjaar van 2011 is het verouderde kantoorgebouw gesloopt. De oplevering wordt verwacht in de loop van 2014. Vestia heeft voor het jaar 2012 een bedrag van € 116.800 aan bijzondere projectsteun ontvangen. De subsidie wordt aangewend ter bestrijding van het financiële tekort op dit project. Zuid-West Den Haag Gebiedsontwikkeling Raden De Raden is een gebiedsontwikkeling in Den Haag Zuidwest. Het betreft een vernieuwing die betrekking heeft op 650 woningen. (458 woningen door sloop-nieuwbouw en 192 woningen renovatie). In de gebiedsontwikkeling wordt naast het woningbezit ook de openbare ruimte vernieuwd. De kosten die zijn gemaakt hebben enerzijds betrekking op het Atrium (een gedeelte van de gebiedsontwikkeling) en anderzijds op de herinrichting van de openbare ruimte. Vestia investeert in deze gebiedsontwikkeling vanaf 2008 een bedrag van € 14.493.418 waarvan € 3.048.524 onrendabel. In 2008, 2009 en 2010 is hiervoor bijzondere projectsteun gevraagd, telkens voor 1/5 deel en in 2011 voor 1/8 deel. Voor 2012 is € 542.000 aan bijzondere projectsteun als bijdrage in de onrendabele investering in de sociale huurwoningen ontvangen.
Jaarverslag Stichting Vestia
51
Bergpolder Rotterdam Maatwerkaanpak oudbouw In Bergpolder staan vele gedateerde woningen. Wanneer deze woningen van huurder wisselen wordt er veel geïnvesteerd om deze woningen weer de kwaliteit van deze tijd te geven. Tegenover deze ingrepen staat nagenoeg geen huurverhoging. De onrendabele investering bedraagt voor 2012 € 400.000 Vraag: krijgen we hier nog geld voor terug vanuit WWI Wijkbeheerder Met ingang van 1 januari 2012 loopt er een wijkbeheerder in Bergpolder. De wijkbeheerder vormt de ogen en oren in de wijk. Hij draait spreekuur en is eerste aanspreekpunt van zaken met betrekking tot de woonomgeving. Iedere nieuwe huurder betaalt een kleine bijdrage, de voormalige huismeester complexen hebben geen huismeester meer maar een wijkbeheerder. Omdat veel bewoners nog niet betalen voor deze dienst (het is een ingroei model bij mutatie) zijn de kosten voor deze wijkbeheerder (minus de opbrengsten) opgenomen als out of pocket kosten, ad € 53.717. Sponsoring In Bergpolder sponsoren we diverse projecten die de integratie en sociale samenhang verbeteren. De projecten zijn: Een sinds 2010 terugkerend sportfestijn voor en met bewoners uit Bergpolder (Wielerronde Bergpolder), het welkom heten van nieuwe bewoners in Bergpolder (Welkom in Noord) en wat kleinere sponsorprojecten waarbij de jeugd betrokken is. De totale sponsorkosten bedragen € 20.000. Tuinaanpak De tuin als samenwerkingsproject en de tuin als ontmoetingsplaats. Het schuttingenproject en de groen opruimactie in het complex Grand Pre en de aanpak van de tuin voor en met bewoners in de Insulindepoort zijn projecten waar € 23.000 in 2012 naar toe is gegaan. Aanpak Buurtcentrum Het buurtcentrum heeft zijn locatie in 2 bogen van de Hofbogen. Dit jaar betalen wij de huur voor de locatie, de gemeente subsidieert het programma, de bewoners doen de rest. De locatie moet verbouwd worden. Totale bijdrage van Vestia is € 16.840. Bijdrage Energiehoef Voor en met bewoners ontwikkelt de deelgemeente een binnenhof: de Energiehof. Deze te ontwikkelen binnentuin levert een groene bijdrage aan de buurt en de nieuw te ontwikkelde gevelwand verbetert het aanzicht van dit deel van de wijk aanzienlijk. Bijdrage van Vestia is € 10.000. Kunstproject Met de bewoners van een te ontwikkelen locatie is een kunstproject bedacht en uitgevoerd. Bijdrage Vestia is € 1.000. Overige projecten Vestia investeert in buurtbemiddeling in Bergpolder. Buurtbemiddeling richt zich op herstel van communicatie en op (het ontwikkelen van) de kracht van mensen om zelf hun conflicten op te lossen. Specifiek voor Bergpolder zijn burenboekjes besteld en heeft de introductie van de wijkbeheerder plaatsgevonden. Tot slot heeft Vestia ook een bijdrage geleverd aan stichting Socrea die activiteiten ontwikkeld in de ouderensoos van de Sophiahof. De totale kosten bedragen € 20.840.
Jaarverslag Stichting Vestia
52
Oude Westen Stuurgroep Coolhaveneiland Tezamen met onder andere Woonbron en OBR/Deelgemeente wordt geprobeerd om Coolhaveneiland nog meer als een Creatief Cluster op de kaart te zetten waardoor dit stadsdeel aantrekkelijker wordt voor de vestiging van met name Jong Creatieven. Dit moet vervolgens leiden tot verdere gentrification en sociale verbetering. Dit traject beslaat meerdere jaren. Voor de inspanningen in 2008 tot en met 2011 is Bijzondere Projectsteun aangevraagd en verkregen. Het bedrag van € 15.000 voor 2012 is gebaseerd op ons aandeel in de werkelijke kosten Oud Zuid Bloemfontein Op de Bloemfonteinlocatie is de sloop van 134 bestaande huurwoningen gestart. Op deze locatie zijn plannen ontwikkeld voor de bouw van 71 koop- en 86 huurwoningen (inclusief parkeerplaatsen). De investering voor de 86 huur woningen (inclusief 86 parkeerplaatsen) bedraagt € 22.031.214, waarvan een bedrag van € 13.582.792 onrendabel is. Hiervan is € 10.482.792 al opgenomen in 2010 en wordt € 3.100.000 opgenomen in 2012. Bij de berekening hiervan is rekening gehouden met een huurprijs van € 598 per woning (incl. € 50 voor de parkeerplaats) met een exploitatietermijn van 50 jaar. We gaan de woningen verhuren in de sociale sector. Schone leefomgeving De aanpak schone leefomgeving is wijkgericht (dus het complex overstijgend) en heeft betrekking op de wijken in Afrikaanderwijk, Charlois, en Bloemhof. In deze wijken hebben we 80 complexen. In het kader van een schone leefomgeving zijn de volgende extra activiteiten uitgevoerd en opgenomen in de aanvraag 2012. Met diverse schoonmaakbedrijven zijn contracten gesloten voor het uitvoeren van extra schoonmaakwerkzaamheden in onze complexen. Het gaat hierbij om werkzaamheden in de algemene ruimtes en portieken. In de tweede helft van 2011 heeft de afdeling woondiensten in het Tweedbiosblok huisbezoeken afgelegd. Ter sprake kwam dat sommige portieken wel een extra schoonmaakbeurt nodig hadden. Verder zijn extra kosten gemaakt in het kader van graffiti-, vandalisme- en ongediertebestrijding. Aan alle bovengenoemde extra activiteiten is in 2012 een bedrag besteed van € 144.500. Veiligheid Aan de volgende activiteiten op het terrein van veiligheid is in 2012 een totaalbedrag van € 186.775 uitgegeven. Het nieuwe Plan van Aanpak buurtbemiddeling heeft in 2011 geleid tot verder toenemende doorverwijzingen. Tevens is de frequentie van de terugkoppeling over de voortgang van de lopende zaken verder toegenomen. Er kan nu sneller worden gereageerd wanneer zaken om een of andere reden stagneren. Het streven voor 2012 is om het aantal doorverwijzingen nog verder te laten toenemen. Er vindt met de samenwerkende partijen een evaluatie plaats over de voortgang van de buurtbemiddeling in deelgemeente Charlois. In samenwerking met de deelgemeente Charlois, Woonstad en buurtbewoners zijn plannen ontwikkeld voor de uitvoering van de 2e fase Gouwplein (openbaar gebied Frans Bekkerstraat/Schilperoortstraat). Met deze herinrichting en het plaatsen van een ontmoetingsbank (in de vorm van 33) is een bijdrage geleverd aan een prettige en veilige woonomgeving. In het complex Toermalijn is overlast in de binnentuin, de entree en op de galerij van spelende kinderen en hangjongeren. De overlast is wel iets verminderd met de komst van het Digiplein. Bewoners van het eerste uur voelen zich niet meer thuis. We nemen maatregelen om het gebruik en het gevoel van veiligheid in de gemeenschappelijke ruimten te verbeteren. In het complex Poort van Parkstad is al
Jaarverslag Stichting Vestia
53
enige tijd overlast van vandalisme, vervuiling en graffiti. Het plaatsen van camera’s en inzet beveiliging levert deels resultaat op. De garagedeur is aangepast en er is geïnvesteerd in de entree. In het complex Nadal spelen regelmatig incidenten met jongeren en/of zwervers, overlast van kinderen en jongeren in portieken en op de galerij. We hebben geïnvesteerd in de contacten met bewoners. Verschillende huurders geven al enige tijd aan dat zij graag cameratoezicht zouden willen in de flats. Er is vanuit ons voldoende aanleiding voor: veel vervuiling, vandalisme, diefstal van materialen en niet gebruiken van bergingen vanwege beleving onveiligheid. Zowel het beveiligingsbedrijf als de wijkbeheerders als de politie en de huurders weten meestal niet wie de veroorzakers zijn van deze problemen. Het ophangen van camera’s heeft alleen plaatsgevonden als ook de meerderheid van de complex bewoners 70% een bijdrage in de investering voor hun rekening neemt. Extra beveiliging in de wijken is noodzakelijk. We zetten beveiliging tijdelijk, flexibel en voor een beperkt aantal complexen in. Wijksurveillance is ingezet om de jongeren die wonen in de Zuiderster te coachen naar beter gedrag en waar nodig te handhaven op schoon, heel en veilig. De extra inzet door Vestia en Flexus Jeugdplein valt vooral buiten reguliere kantooruren en leidt tot extra kosten. Inmiddels is de inzet verlegd naar de volledige Hillekopbuurt met de focus en standplaats op de Zuiderster. Na een vandalismegolf in de zomer van 2008 rondom het Afrikaanderplein waar met name het gebouw African Inn van te lijden had, laat Vestia via een beveiligingsbedrijf extra surveilleren in nachten en weekenden om het veiligheidsgevoel van de bewoners (meest short stay studenten) te verhogen. Vanaf medio 2010 staat een deel van het gebouw leeg, in afwachting van onderhoud en verbouwing, waardoor beveiliging van het restant extra noodzakelijk is. De inzet in 2012 is gebaseerd op de door het beveiligingsbedrijf in rekening te brengen uren en rondes. Wijkbeheerders De hoofdtaken van de wijkbeheerders bestaan uit wijkbeheer en sociale en toezichthoudende taken. Aan de extra inzet van onze 10 wijkbeheerders is in 2012 een bedrag besteed van € 370.000. We krijgen geen subsidie meer van de deelgemeente. Er is een deel doorbelast in de servicekosten. Dit is uiteraard in mindering gebracht op voornoemd bedrag. Watch Out Wij werken nu een aantal jaren met Watch Out. Het is een organisatie die beveiliging met opleiding en ervaring voor scholieren combineert. De contacten/afstemming met de wijkteams verloopt goed. Inzet is om de samenwerking met Watch Out in 2012 verder te professionaliseren en hen ook in te zetten voor bijvoorbeeld het aflezen van camerabeelden. Met dit project is voor 2012 een bedrag gemoeid van € 68.000. Verbinding Kindercampus/Wijk In Bloemhof is geïnvesteerd in de realisatie van de kindercampus (deze voorziening bestaat uit de nieuwbouw van basisschool de Sleutel, een sportzaal en collectieve voorzieningen). In het ‘Huis op Zuid’ wordt, samen met een bundeling aan (sportvoorzieningen en een basisschool gerealiseerd. Naast deze fysieke ontwikkelingen wordt sterk ingezet op een programma dat de scholen met elkaar en met de wijk verbindt. Dit programma is sturend richting de fysieke ontwikkelingen en zet het kind centraal. Doel is een breed ontwikkelperspectief voor kinderen (en jongeren), maar ook hun ouders te realiseren. Programmatisch door het verbinden en faciliteren van een netwerk rondom de volle breedte van het opgroeiende kind. Fysiek door het realiseren van kwalitatieve schoolgebouwen en voorzieningen die knooppunten zijn in dat netwerk. School en wijk vinden elkaar en versterken elkaar wederkerig. Vestia vraagt aan partners het nodige in de samenwerking. Met dit project is in 2012 een bedrag gemoeid van € 5.000.
Jaarverslag Stichting Vestia
54
Eat & Meet In het kader van het thema Eat & Meet zijn de volgende activiteiten uitgevoerd en opgenomen in de aanvraag 2012. We zoeken naar andere manieren om contact te maken. AFF – Afrikaander Fotofestivalis hier een voorbeeld van. AFF! laat foto’s en verhalen zien, maakt bewoners zichtbaar en trots. We focussen nu op Bloemfontein en Leeuwenkuil. De ontwikkeling marktplein is vooral niet gericht op commerciële marktactiviteiten maar op de ontwikkeling van het Afrikaanderplein (=tevens marktplein). Het Afrikaanderplein is letterlijk het hart van de wijk waar Vestia voor circa 90% eigenaar is. De markt, met zijn ruim 2 miljoen bezoekers per jaar, is sterk bepalend voor de identiteit (hoe ziet de wijk er echt uit) en het imago (wat is het beeld dat mensen hebben) van de wijk. Onze visie is dat de markt de komende jaren de plaats voor 'leisure', weekend- en vrijetijdsverblijf wordt. Cruciaal voor de economische ontwikkeling van de wijk is de kwaliteitsimpuls van de Afrikaandermarkt en het plein in samenhang met de directe omgeving. De kosten in 2012 voor alle activiteiten die onder dit thema vallen bedragen € 60.000. Freehouse Samen met Freehouse slagen we erin de sociale activering in, met name Afrikaanderwijk, te stimuleren. Naast de tientallen mensen die daadwerkelijk (betaald) actief zijn geworden, heeft de samenwerking met Freehouse een ‘gentrificerende’ en promotionele werking voor de Afrikaanderwijk. Freehouse is een belangrijke samenwerkingspartner gebleken bij het verwezenlijken van onze doelstellingen op het thema werken. Freehouse levert haar bijdrage aan de vernieuwing van de markt en draagt bij aan de sociale activering in de wijken. Freehouse streeft naar het opzetten van ruimtes waar jongeren en kunstenaars/ontwerpers samen kunnen komen om kennis, ervaring en ideeën uit te wisselen. Aan dit project is in 2012 een bedrag van € 25.000 besteed. Ontwikkeling Maatschappelijk Onroerend Goed Vorig jaar stond Vestia voor de vraag om een toekomstvisie te ontwikkelen voor het Maatschappelijk Onroerend Goed (MOG) voor diverse locaties in Bloemhof en de Afrikaanderwijk. Vestia wil haar Maatschappelijk Onroerend Goed inzetten om de niet geringe sociale, economische en culturele achterstand in de Afrikaanderwijk weg te werken. Vestia heeft aan bureau Labyrinth gevraagd enkele workshops te begeleiden. Doel van deze workshops is geweest dat Vestia en haar stakeholders samen tot een maatschappelijk verantwoorde visie voor bovenvermelde locaties komen. Er is samengewerkt met de deelgemeente en de gemeente op het gebied van branchering en invulling van het gebied Pretorialaan – Paul Krugerstraat. Deze samenwerking is in 2012 voortgezet. Twee jaar programmeren in het Gemaal laat zien hoe belangrijk het is om bewoners blijvend (bij de programmering) te betrekken. Het profiel dient echter nog scherper te zijn. In 2012 zal er een accentverschuiving komen bij de programmering van het Gemaal. Het komt neer op minder tentoonstellingen en meer ruimte voor presentaties, ontmoetingen en werkplaats voor projecten. Met het Gemaal spelen we voor de toekomst in op (nog meer) investeren in jongeren. Aan beide activiteiten is in totaal een bedrag van € 20.000 besteed. Stages Voor de reguliere stages hebben wij contacten met ROC Zadkine, ROC Albeda en VMBO Nieuw Zuid. Leerlingen die moeilijk stageplekken vinden, laten we waar mogelijk werkervaring opdoen binnen ons eigen bedrijf. Op jaarbasis stellen we minimaal tien stageplekken beschikbaar. Met het Project “Grijp je kans” geeft Vestia kansarme jongeren de mogelijkheid om werkervaring op te doen. Vanaf het schooljaar 2009-2010 is Vestia Rotterdam Feijenoord met dit project gestart in nauwe samenwerking met Zadkine/Albeda. De kosten voor deze activiteiten bedragen in 2012 € 35.000.
Jaarverslag Stichting Vestia
55
Bewonersinitiatieven Het onderdeel bewonersinitiatieven valt uiteen in enkele extra activiteiten voor 2012.Kracht in de wijk op vraag gestuurde wijze aanboren, blootleggen en versterken door o.a. inzet op het zelforganiserend vermogen van (groepen) bewoners. Van de bewoner als participant, naar de bewoner als drager. Wij hebben al veel contacten in de wijk met individuele bewoners en bewonersgroepen. Zoals groepen rond activiteiten in buurthuizen, zelforganisaties en moedergroepen op scholen. Deze bewoners en groepen zoeken wij zelf actief op. Door contacten te onderhouden en uit te wisselen wil Vestia ambities en projecten vanuit de plannen en wensen en de reacties en ideeën vanuit bewoners goed op elkaar afstemmen en zo de plannen beter maken. We merken dat bewoners het prettig vinden dat Vestia de moeite neemt om zelf te komen en interesse toont. De buurtouders in Bloemhof functioneren al een aantal jaren naar tevredenheid. Wij willen hier graag mee door gaan. In 2012 willen de buurtouders zich verder ontplooien en een belangrijke spilfunctie tussen jongeren realiseren. De bedoeling is jongeren te motiveren een schoolopleiding te volgen en deze af te ronden. Tevens willen de buurtouders jongeren benaderen die geen werk hebben en hen naar werk leiden. De kosten voor dit project zijn in 2012 € 21.650. Buurtgerichte activiteiten Maatschappelijke, huurders- en zelforganisaties hebben een belangrijke wijkfunctie. Zij dragen bij aan de sociale cohesie in de wijk en hebben een signalerende functie. Vestia faciliteert initiatieven die door bovenstaande organisaties uitgevoerd worden. De medewerkers maatschappelijk herstel nemen actief deel aan het drugspanden- en woonlastoverleg. Hierin zitten de buurtagenten, de coördinator van het interventieteam en Woonstad. Uit het overleg kunnen acties volgen die door het gemeentelijke interventieteam worden opgepakt. Vestia maakt geen deel uit van het interventieteam maar legt op verzoek wel huisbezoeken af en levert gegevens aan. In de wijk Oud Charlois hebben wij meegewerkt aan een bestandvergelijking tussen ons systeem en de GBA administratie om woonfraude aan te pakken. Deze pilot kwam voort uit de door Vestia ondertekende overeenkomst ‘Gegevensuitwisseling GBA en woningcorporaties’. Hierdoor krijgen wij inzicht in de GBA gegevens en de gemeente inzicht in onze gegevens. Bij een mismatch gaat de gemeente op veldonderzoek uit en geeft haar constateringen aan ons door. Wij ondernemen daarop actie. Voor eind van het jaar beslissen wij of wij de pilot uitbreiden naar andere wijken. In 2012 hebben we regelmatig een Grand café (werknaam) georganiseerd waar op een luchtige manier uitwisseling plaatsvindt over projecten. Actieve bewoners, professionals, ondernemers en andere partners kunnen zich op de hoogte stellen van verschillende projecten, elkaar leren kennen, informatie uitwisselen. Het Grand café is laagdrempelig, toegankelijk en openbaar. De kosten voor 2012 voor de activiteiten die onder dit thema vallen, bedragen € 67.500. Inrichten slooplocaties Naast de reguliere participatie met de bewonersgroepen en participatie rondom de complexbeheerplannen speelt hier ook de participatie met omwonenden van de nieuwbouwlocatie Voornse hof. De bewonerswerkgroep Voornse Hof richt zich vooral op het tijdelijk inrichten van het braakliggend terrein tot er gestart wordt met de nieuwbouw. Met dit project is in 2012 een bedrag van € 3.000 gemoeid. Oleander Bloeit aanpak In 2011 zagen we hoe direct de impact van de politiek kan zijn op een buurt als de Oleanderbuurt. Het heeft stevige lobby gevergd om Oleander Bloeit en de kernprincipes van het vraag gestuurd werken overeind te houden. Na een schietincident en wisseling van de wacht bij stadsmarinier en (deel)gemeentebestuur werd de inzet van beide partners nadrukkelijk repressief. Het budget werd teruggeschroefd, we namen afscheid van bureau Werken aan de Stad en vonden een alternatief in een
Jaarverslag Stichting Vestia
56
voormalig opbouwwerker. Inmiddels zien zowel deelgemeentebestuur als de nieuwe stadsmarinier het belang en de waarde van sociaal bouwen voor de lange termijn. De bezuinigingen raken de Oleanderbuurt hard. Welzijnswerk moet een aantal locaties sluiten, mensen moeten werken voor hun uitkering maar er is geen geld voor ondersteuning, scholen moeten inleveren op hun VDA (zes uur extra les in kwetsbare wijken) en ook de cultuursector heeft een knauw gekregen. Ondanks dit alles gaat het duidelijk beter in de wijk. Het wordt er langzaam maar zeker groener, er ontstaan meer verbindingen tussen mensen en er is meer leven op straat. Dankzij Oleander Bloeit en het feit dat we als Vestia nog dichter met onze voelsprieten in de wijk zitten, zijn het afgelopen jaar ook een aantal pijnpunten blootgelegd. Oleander Bloeit heeft zich ontpopt tot activeringsmachine. We zien bewoners die actief worden, hun talenten ontdekken en hun leven anders willen inrichten. En vervolgens lopen we aan tegen de aanbodsgerichte benadering vanuit de gemeente en dan in het bijzonder SoZaWe. We zien gezinnen met veel leed achter de voordeur en worden vervolgens bij een integrale portiekaanpak geconfronteerd met een log, hiërarchisch en ineffectief hulpverleningsapparaat. We zien buurtvaders die inmiddels zover zijn dat ze ‘hun jongeren’ graag verder willen helpen maar geconfronteerd worden met de kloof tussen vraag en aanbod en het onvermogen van professionals om die brug te slaan. Een nationaal programma is voor de Oleanderbuurt dan ook een waardevolle kans. Een kans op minder strikte regelgeving, kansen voor kinderen op goed onderwijs en dankzij doorlopende leer/werklijnen uitzicht op een baan. Dit past bijzonder goed bij Oleander Bloeit, waar talentontwikkeling speerpunt is en blijft. Kijkend naar 2012 en de jaren erna betekent dit een verdieping van onze samenwerking met bewoners en scholen. Aandacht voor een duurzaam sociaal leefklimaat. De kindercampus (zie hoofdstuk 4, scholenconcessie) is bij uitstek een kans om de netwerken rondom het kind te borgen en ontwikkelingskansen te vergroten. De verbinding tussen de scholen en de buurt is dan ook een hele wezenlijke; verbindingen tussen Oleander Bloeit en de scholen worden dan ook programmatisch en fysiek uitgebouwd. In 2011 zijn we gestart met een portiekaanpak waarbij we vraag gestuurd en integraal te werk gaan. Samenwerking is gezocht met SoZaWe (koppeling naar werk) en partners die inzet kunnen plegen in geval van multi-probleemgezinnen (GGD, CJG etc.). Dit ging niet zonder slag of stoot. In 2012 willen we wel met deze aanpak verder. We investeren in problematische portieken, mits we kunnen borgen dat ook dringende zaken ‘achter de voordeur’ worden opgelost. Wat betekent dit voor de toekomst van het buurtmanagement? Duidelijk is dat het nu te vroeg is om los te laten. De buurtmanager speelt een cruciale rol, niet enkel bij het verbinden van het professioneel uitvoerend netwerk maar juist ook bij het losweken van vragen bij bewoners en het maken van koppelingen naar formele organisaties. Het vertrouwen van bewoners groeit, maar blijft fragiel. Wel werken we op een dusdanige wijze dat we het buurtmanagement kunnen afbouwen. Dit betekent: Vervlechten Oleander Bloeit met scholen, programmatisch en fysiek. Kwalitatieve impuls initiatieven Oleander Bloeit, waarmee ze autonoom worden en waarde behouden voor de wijk. Aandacht voor achter de voordeur: sturing op sluitende sociale infrastructuur rondom kinderen en gezinnen met o.a. portiekaanpak en samenwerking met sociale teams en GGD. Netwerken in toenemende mate centreren rondom de kindercampus en bijbehorende satellieten/ontmoetingsplekken in de wijk. Met dit project is voor 2012 een bedrag van € 131.700 gemoeid. Ecowijken (voorheen Stadsfloriade) In 2012 zijn Vestia en dS+V doorgegaan met inzet op Stadsfloriade of Ecowijken (Creatief Beheer) in zowel de Afrikaanderwijk als Bloemhof. Tegelijkertijd is de inzet wel om de budgetten af te bouwen. Nadrukkelijke opdracht aan Creatief Beheer is andere financiers te vinden. Via de deelgemeente worden KIWI (Kindvriendelijke Wijken) geïnvesteerd. We zien dat vergroening en contact van grote betekenis zijn voor bewoners en zetten daarom graag dit project door. Samen met Creatief Beheer is bepaald dat de
Jaarverslag Stichting Vestia
57
nadruk wordt gelegd op enkele locaties met veel potentie (markante plek, betekenisvolle ontmoetingsplek). Dit varieert van openbare binnentuinen en (school)pleinen tot geveltuinen. Creatief Beheer richt zich op vergroening van de stenige wijken in combinatie met contact maken met bewoners en samen optrekken/uitvoeren. De wijkbeheerders gaan zich nog intensiever met de controle van tuinen bezighouden. Daar waar bewoners niet in staat zijn hun tuin te onderhouden, zal Vestia in samenwerking met Startblok (was Home Sweet Home) de tuin eenmalig schoon maken. Daarbij wordt gekeken of de opgeknapte tuin in het vervolg verder kan worden onderhouden door een kleine betaling via Pameijer of een jongeren zakgeldproject. Het project Startblok (Home Sweet Home) houdt in dat ex dak -en thuislozen ingezet worden in de wijken voor werkzaamheden variërend van het leeghalen van bergingsgangen tot het opknappen van tuinen. Voor de ex dak –en thuislozen is het een opstap naar een betaalde baan. Woonstad en Vestia trekken hierin qua inzet en vergoeding gelijk op. Aan het totale project is in 2012 een bedrag besteed van € 64.500. Gebiedsontwikkeling/Profilering - 1e gedeelte 2012 Voor 2011 en verder is in het kader van de vernieuwing van de Afrikaanderwijk een Plan van Aanpak Participatie gemaakt met verschillende speerpunten. Behalve de participatie rond het herstructureringsgebied, het Noordelijke deel van de Afrikaanderwijk, zijn nadrukkelijk ook andere locaties en thema’s benoemd om zo ook bewoners uit de overige delen van de wijk te betrekken. De echte doorbraak ‘op Zuid’ ligt op sociaaleconomisch gebied. Om onze wijken op dit terrein te versterken blijven stimuleringsmaatregelen nodig. Vorig jaar hebben we scherpere keuzes gemaakt welke projecten we wel en niet ondersteunen. Deze kritische lijn blijven we volgen. Uitgangspunt is en blijft dat wij uitgaan van onze primaire taak en van daar uit onze rol op de gebieden leren, werken en zorgen vorm geven. Hierbij is altijd sprake van cofinanciering. De projecten hebben een directe invloed op de bewoners/omwonenden. Om deze groep mensen goed op de hoogte te houden, zullen we veel gebruik maken van direct mail en bouwborden. De komende jaren wordt de wijkvisie steeds meer uitgerold en daarmee zichtbaar binnen en buiten de wijk. Grote billboards op A-locaties nemen passanten en (toekomstige) bewoners en ondernemers mee in de vernieuwing. De website NieuwZuid.nl wordt verder uitgebouwd. Door ondernemers nauw te betrekken bij de campagne zullen ook zij zich steeds meer verbonden voelen bij de vernieuwing van wijk. Aan bovengenoemde activiteiten is in 2012 een bedrag van € 57.500 besteed. Gebiedsontwikkeling 2e fase De Afrikaanderwijk zit middenin een grootscheepse transformatie. Dankzij tal van sociaal- economische en fysieke investeringen wordt de wijk aantrekkelijk voor nieuwe en huidige bewoners. Bij de integrale aanpak wordt geput uit de kracht van de Afrikaanderwijk, die in grote mate aanwezig is. Er wordt nadrukkelijk geïnvesteerd in het opgroeiende kind dat alle kansen krijgt om zich te ontplooien en een betere positie te bemachtigen dan zijn ouders. Afrikaanderwijk, the nieuwste wijk is de belofte van een wijk waar dromen werkelijkheid worden. De plannen liegen er niet om; de opgave is groot. En daarmee zijn we er nog niet. Het imago van de wijk behoeft net zo hard een boost. Juist nu het economisch minder gaat, is het cruciaal dat we een instrument hebben om het imago - de waarde die huidige en potentiële bewoners en ondernemers toekennen aan het gebied - te verbeteren. Dankzij een imagocampagne die de Afrikaanderwijk op de kaart zet, weten nieuwe doelgroepen straks dat dit een kindvriendelijke wijk is en kiezen zij bewust voor deze wijk aan de rand van de stad waar je ruimtelijk kunt wonen met alle denkbare voorzieningen en bovenal goede scholen binnen handbereik. Bovenstaande maakt duidelijk dat het doel van gebiedscampagne tweeledig is; enerzijds heeft zij een commerciële component, namelijk het aantrekken van nieuwe bewoners. Daarnaast heeft zij een participatief element namelijk het actief betrekken van bewoners bij de ontwikkeling en het creëren van draagvlak. Vorig jaar is een stevige basis gelegd om de campagne bekend te maken in de wijk. We
Jaarverslag Stichting Vestia
58
signaleren dat veel bewoners de campagne inmiddels omarmen, allereerst dankzij de modellen voor de campagnebeelden die niet zomaar gecast zijn maar echt uit de wijk komen. Dit leidt tot herkenning en erkenning. Het is opvallend om te zien hoe mensen reageren wanneer zij hun buren mooi en trots zien deel uitmaken van iets dat bedoeld is om de positieve beeldvorming van de wijk ten goede te laten komen. Zij identificeren zich hierdoor duidelijk met de campagne. Ze herkennen de bokser, de tweeling en daardoor wordt duidelijk dat de vernieuwing niet iets is van anderen maar van henzelf. Met dit project, in samenwerking met Deelgemeente en Stadsontwikkeling, is voor Vestia een bedrag van € 65.000 gemoeid. Wijkbeheerplannen Centraal staat het contact maken met bewoners van de betreffende complexen/gebieden om hen vervolgens te betrekken bij de aanpak. Naast de beheerplannen voor doorlopende complexen uit 2011 voegen we het Hillekopgebied als geheel toe. Wij merken dat ons initiatief goed aanslaat. Bewoners ervaren de hernieuwde kennismaking als prettig. Zij geven aan waar ze tegen aan lopen en wat hun wensen en ideeën van de toekomst zijn. Een goede basis om te komen tot een bewonerscommissie. Aan de beheerplannen voor doorlopende complexen uit 2011 voegen we de Verboomstraat toe. De woningen hebben een statige, bouwkundige uitstraling, maar zijn erg verouderd. Over plannen om de Verboomstraat projectmatig te verbeteren is in het verleden al eens gesproken. Met een beheerplan willen wij samen met de bewoners kleine verbeterpunten aan het woongebouw en woonomgeving realiseren, zodat de bewoners de komende jaren in de Verboomstraat willen blijven wonen. Aan het totale project is in 2012 een bedrag besteed van € 20.000. Sponsoring Vestia sponsort projecten met terughoudendheid. De projecten zijn nadrukkelijk gerelateerd aan de thema’s leefbare wijken en talentontwikkeling, en direct gericht op onze eigen klanten. Elk jaar viert de Oranjeschool in Bloemhof het Kinderfeest met allerlei activiteiten voor kinderen en buurtbewoners. Hiermee geven zij gestalte aan het multiculturele karakter van de school en de buurt. Ook wordt talentontwikkeling (fysieke, cognitieve- en vrijetijdsontwikkeling) van de kinderen bevorderd. Stichting Blommenfesteijn organiseert jaarlijks de evenementen Blommenfesteijn, Jazz in Charlois en de Charloisse Kerstmarkt. De stichting zet Oud Charlois op de kaart, legt verbindingen tussen bewoners en bevordert de integratie van bewoners. Het Oorlogsmuseum is een kleinschalig initiatief van een bewoner uit de Afrikaanderwijk. Het museum zet zich in voor bewustwording en educatie over de Tweede Wereldoorlog. Het is een kenniscentrum waar niet alleen basisscholen, maar ook andere bezoekers uit de wijk, dankbaar gebruik van maken. Met dit project is een bedrag van € 7.500 gemoeid. Rotterdam Zuidwijk Wonen Voor de verbetering van de algemene ruimten zoals de centrale toegangsdeuren, portieken, bergingsgangen en kelderdeuren is in 2012 een bedrag van € 166.000 besteed. Het gaat hierbij om maatregelen die de uitstraling verbeteren naast o.a. verbetering van de kwaliteit van bv. kelderdeuren, het omdraaien van de draairichting van die deuren e.d. waardoor ze minder inbraakgevoelig worden. Schoon, heel en veilig Naast de reguliere middelen om een wijk, straat of complex schoon te houden, moet er in 2012 extra geïnvesteerd worden door het uitstel van renovatieprojecten met in totaal 400 woningen. Het gaat hierbij om kosten van het langduriger ( en dus degelijker) dichtzetten van de woningen, bijhouden van de begroeiing rondom deze complexen, inzet extra beveiliging. Verder wordt er geld uitgegeven aan
Jaarverslag Stichting Vestia
59
extra schoonmaakbeurten wanneer een portiek sterk vervuild is. Indien er een dader bij ons bekend is, dan worden de kosten verhaald, maar dit is niet altijd het geval. Daarnaast worden er kosten gemaakt voor de bestrijding van ongedierte en het verwijderen van graffiti. Voor schoon, heel en veilig is in 2012 € 120.000 uitgegeven. Buurtconciërges Buurtconciërges vervullen een belangrijke functie in het private en semiopenbare gebied. De buurtconciërges zijn de “ogen en oren‟ in de wijk voor Vestia en dragen positief bij aan de leefbaarheid in de wijk. In de Zuidelijke Tuinsteden zijn in 2012 4 buurtconciërges actief. Met dit project is een bedrag gemoeid van € 150.000. Jongeren en participatie jongeren Een groot deel van het budget wordt besteed aan het project Watch Out. Door middel van dit project worden jongeren te werk gesteld als toezichthouder in de wijk. Daarnaast volgen de jongeren de opleiding van Beveiliger II. Na een jaar zijn de jongeren klaar om de arbeidsmarkt op te gaan. De totale kosten zijn € 50.000 Participatie en ondersteuning bewoners Het participatiebudget wordt ingezet voor 2 doeleinden. In de eerste plaats om te kunnen voldoen aan de verantwoordlijkheden van Vestia in het kader van de Overlegwet. Daarnaast wordt het budget besteed aan activiteiten voor- en door bewoners met als belangrijkste doel het “ontmoeten”. Ontmoeting op een positieve manier draagt bij aan de kwalijke gevolgen van “onbekend maakt onbemind”. Met dit project is in 2012 een bedrag gemoeid van € 35.000. Tijdelijke leefbaarheidsprojecten herstructurering De vernieuwing van de buurten de Velden en de Lo’s is in volle gang. Bewoners worden uitverhuisd en woningen worden dichtgezet of tijdelijk verhuurd. Op het moment dat zo’n proces in gang wordt gezet, is het zaak om de leefbaarheid in de buurt op peil te houden. Dit doen we onder meer door het vieren van opleveringen, het houden van extra plantenacties of het tijdelijk opsieren van portieken waar nog wel huurders wonen. Daarnaast is extra inzet gepleegd voor huurders zonder netwerk die bv. een extra handje kunnen gebruiken bij de verhuizing. De kosten zijn € 10.000. Sociale leefbaarheidsprojecten Door middel van samenwerking met professionals uit het welzijnswerk wordt gewerkt aan de verbetering van de (sociale) leefbaarheid in een complex of buurt. Bepalen waar inzet van Leefbaarheidsprojecten het meest noodzakelijk is, gebeurt op basis van de beschikbare PPC scores van het COS van de Gemeente Rotterdam. Het gaat hierbij om inzet bovenop de reguliere inzet die reeds wordt gefinancierd door de Deelgemeente. Vestia heeft voor € 50.000 bijgedragen in de kosten.
Jaarverslag Stichting Vestia
60
2.10 Werkzaam in het belang van de volkshuisvesting Hiervoor is ingegaan op de taakvelden, zoals die in het BBSH zijn beschreven. De Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen zijn van mening dat in 2012 op het volkshuisvestelijk vlak goede prestaties zijn verricht. Afgezien van de middelen die zijn besteed aan het afwenden van het faillissement, zijn alle middelen besteed in het belang van de volkshuisvesting. In dit kader heeft het Bestuur besloten de verklaring zoals bedoeld in BBSH artikel 26 lid 2 onder n, namelijk dat de middelen uitsluitend zijn besteed in het belang van de volkshuisvesting, niet te ondertekenen. Rotterdam, 29 november 2013 Raad van Bestuur
Raad van Commissarissen
wg A.J.M Schakenbos Voorzitter Bestuur
wg H.H. Raué, voorzitter
wg W.F. de Mooij Bestuurder
wg E.P. Bartlema
wg M.P.M. Cooijmans
wg A.E. de Groot
wg C.H. Teschmacher
wg W. van der Toorn Vrijthoff
wg J. van der Vlist
Jaarverslag Stichting Vestia
61