1
ADEL – Plan van aanpak voor Armhoede Duurzaam Energie Landschap Inhoudsopgave: A. Gebiedsdefinitie B. Hoofddoelstelling C. Nulmeting TAUW en GEAS D. Projectorganisatie E. Onderzoeksvragen F. Planning A. Gebiedsdefinitie Armhoede Als gebiedsomgrenzing is voorgesteld de hele buurt langs de Grote Drijfweg en landgoed Ampsen. Het gaat om in totaal 15 agrarische bedrijven en 37 woningen. Binnen het gebied bevindt zich een landgoed met een groot aantal hectares bos. Tevens is er een voormalige vuilstortplaats op het terrein.
Bron: Nulmeting TAUW april 2011 De agrarische bedrijven in het begrensde gebied zijn vooral veebedrijven. Het aantal niet-‐ agrarische huishoudens is met 37 beperkt.
2
B. Hoofddoelstelling Het gebied Armhoede moet in 2030 ‘klimaatneutraal’ zijn. Hieronder wordt verstaan dat er in 2030 per saldo geen overschot van emissies CO2, lachgas en methaan meer is. De aanname hierbij is, dat CO2 en lachgas emissies uiteindelijk kunnen worden vermeden en dat methaan uiteindelijk sterk kan worden verminderd. C. Nulmetingen TAUW en GEAS Aan het begin van het project ADEL zijn door TAUW en door GEAS een aantal nulmetingen gedaan. Deze nulmetingen vormen de basis voor de vervolgaanpak en zijn als uitgangspunt gehanteerd bij de formulering van de onderzoeksvragen. De belangrijkste uitkomsten over het energieverbruik uit het rapport van TAUW zijn:
3
Binnen Armhoede vertegenwoordigt het afgevoerde hout een groot potentieel aan energie. Het gaat hierbij dan om de takken en het hout dat als brandhout wordt afgevoerd uit Armhoede. Dit hout vertegenwoordigt een hoeveelheid energie van ruim 2.400.000 kWh/jaar en is daarmee groter dan het totale energieverbruik van de huishoudens en het landgoed Ampsen! Een andere potentiële energiebron is het stortgas op de voormalige stortplaats in Armhoede. Dit stortgas bevat gemiddeld 60% methaan (CH4) en is een goede brandstof. De verbrandingswaarde hiervan bedraagt meer dan 3.000.000 kWh/jaar! Deze twee energiebronnen hebben derhalve de (theoretische) potentie om aan de volledige -‐ huidige – energievraag binnen Armhoede te voldoen (!). De uitstoot van broeikasgassen binnen het gebied is als volgt:
4
De belangrijkste aanbevelingen uit het rapport van TAUW zijn: Energieverbruik: Het energieverbruik binnen Armhoede wordt vooral veroorzaakt door het gebruik van fossiele brandstoffen (diesel, aardgas), elektriciteit en door de energie die benodigd is voor de productie van krachtvoer en kunstmest. Er zijn verschillende mogelijkheden om het energieverbruik te verminderen. De volgende mogelijkheden verdienen aanbeveling om nader onderzocht te worden: -‐ een betere benutting van het stortgas, waarmee elektriciteit en warmte geproduceerd kunnen worden -‐ brandhout en de takken van landgoed Ampsen kunnen goed gebruikt worden als brandstof binnen Armhoede waardoor de vraag naar fossiele brandstoffen daalt -‐ de vergisting van dierlijke mest en biomassa stromen uit Armhoede is niet interessant omdat er in het gebied nauwelijks vergistbare stromen beschikbaar zijn -‐ door zonnepanelen te plaatsen op de daken van stallen en op de voormalige stortplaats kan Armhoede een netto energie leverancier worden en wordt de uitstoot van broeikasgassen sterk gereduceerd. Broeikasgassen: Broeikasgassen komen vooral vrij als gevolg van de methaan uitstoot van het melkvee. Andere processen waarbij veel broeikasgassen vrijkomen zijn de verbranding van fossiele brandstoffen en de productie van kunstmest en krachtvoer. Mogelijkheden om de uitstoot van broeikasgassen in Armhoede te verminderen zijn: -‐ het gebruik van hout als brandstof levert een reductie van broeikasgassen op omdat er bij de verbranding van biomassa alleen kort cyclische CO2 vrijkomt die deel uitmaakt van de natuurlijke CO2 kringloop -‐ bij een biologische bedrijfsvoering is er geen krachtvoer en kunstmest nodig waardoor de uitstoot van broeikasgassen vermindert -‐ het is twijfelachtig of dichte vloeren leiden tot een broeikasgasreductie (vanuit het perspectief van dierenwelzijn is het geen gewenste ontwikkeling omdat de kans op uitglijden en ander pootletsel toeneemt) -‐ nader onderzoek moet uitwijzen welke mogelijkheden er beschikbaar zijn om de uitstoot van bedrijfsgerelateerde broeikasgassen te verminderen en in welke mate deze toepasbaar zijn binnen Armhoede
5
Voorbeelden van maatregelen om het energieverbruik te verbeteren: a. isolatie gevelspouw of steensgevel b. vervangen glas door HR+/HR++ glas c. zonnepanelen d. dak-‐ en/of vloerisolatie e. kierdichting f. cv vervangen en/of warmtepomp plaatsen De Nulmetingen van TAUW en GEAS liggen ter inzage bij het Bestuur van de vereniging. D. Projectorganisatie
De rolverdeling tussen de verschillende partijen is als volgt: a. Gemeente: opdrachtgever & budgethouder b. Bestuur: ondersteunen van de themagroepen: bijstaan ‘met raad & daad’, stimuleren, faciliteren, enthousiasmeren, alsmede schakelen tussen gemeente en themagroepen: aanvragen budgetten, verzorgen rapportages, begeleiden communicatie, deelnemen in themagroepen
6
c. Themagroepen: verantwoordelijk voor het uitwerken van de onderzoekvragen, het opstellen van plannen van aanpak (inclusief businesscases) en het komen met voorstellen voor activiteiten
Daarnaast zijn er bepaalde rollen voor externe experts: a. Procesbegeleiders: vaste begeleiding, ondersteuning bij agenda en verslag, aangeven van spelregels, diversiteit binnen teams stimuleren en ondersteunen, samenwerking begeleiden en voortgang bewaken b. Inhoudelijke Experts: inhuur op basis van specifieke vragen Tussen de Gemeente Lochem en de bewoners van ADEL zijn in november 2010 tevens de navolgende afspraken officieel vastgelegd: 1. Uitgangspunt is dat de Projectgroep en de gemeente Lochem gezamenlijk optrekken in het vormgeven van het projectplan ADEL doch ieder binnen zijn eigen rol, zoals wordt vastgelegd in het nog op te stellen werkdocument. 2. De Projectgroep is verantwoordelijk voor het tot stand brengen van een projectplan waarmee voor het gebied Armhoede een duurzaam energie landschap kan worden gerealiseerd. 3. De gemeente ondersteunt de Projectgroep door het “ter beschikking stellen” van budget, de besteding van de verkregen IKS-‐subsidie te verantwoorden en daar waar mogelijk anderszins ondersteuning te verlenen. 4. Gemeente en Projectgroep stellen beiden een contactpersoon aan verantwoordelijk voor een efficiënte en effectieve communicatie en doorgeleiding van vragen, stukken en opdrachten van partijen. 5. Leidend in de uitvoering van het gebiedsproces is het werkdocument, dat na vaststelling door het college en de projectgroep integraal deel gaat uitmaken van deze samenwerkingsovereenkomst. 6. Gemeente en Projectgroep maken in onderling overleg afspraken over welke opdrachten, tegen welke kostprijs en/of andere voorwaarden, extern worden uitgezet ter realisering van het Projectplan. Even zozeer maken zij afspraken over de marges waarbinnen de projectgroep zelf externe deskundigheid kan betrekken zonder voorafgaande instemming van de gemeente. 7. De Belangenvereniging Armhoede/Ampsen vertegenwoordigt de inwoners van het buurtschap Armhoede en Ampsen. Wanneer blijkt dat deze vereniging niet representatief is voor het gedachtegoed van en de samenwerking met de inwoners van Ampsen en Armhoede, bijvoorbeeld door een te beperkt aantal leden, komt deze overeenkomst te vervallen. 8. Deze samenwerkingsovereenkomst komt te vervallen als één van beide partijen besluit zich terug te trekken. Partijen verbinden zich in dat geval in onderling overleg afspraken te maken over de afronding van het project en van de eerder gemaakte afspraken. Hiermee is binnen de het project ADEL ook nadrukkelijk vormgegeven aan de wens om niet alleen tot inhoudelijke “systeem’ innovatie te komen, maar om tevens procesinnovatie te
7
realiseren! Bewoners en Gemeente werken binnen ADEL op een unieke, gelijkwaardige wijze samen. Wie kunnen deelnemen en meedoen? Alle bewoners van het gebied, die in dialoog en samenwerking mee willen denken over het realiseren van de hoofddoelstelling: Armhoede klimaatneutraal in 2030, en lid zijn van de Belangenvereniging. In principe worden er vier Themagroepen gevormd: 1. Energie (huishoudens) 2. Water 3. Landschap en Verkaveling 4. Bedrijfsvoering Iedere Themagroep zal bestaan uit minimaal vijf mensen. met een voorzitter/ambassadeur bij voorkeur uit hun midden (niet zijnde een lid van het Bestuur) en externe procesbegeleider. Inhoudelijke uitgangspunten bij de vormgeving van het project Armhoede: 1) Werken volgens afgewogen, gebalanceerde aandacht voor de verbetering van het leefklimaat, (“People”) de verlaging van de milieudruk (“Planet”) en de verlaging van kosten en verhoging van rendement (“Profit”) 2) Werken volgens de zogenaamde “Trias Energetica”: a) Energiebesparing b) Opwekken van (lokale) duurzame energie c) Zo efficiënt mogelijk gebruik van onvermijdbaar (fossiel) energiegebruik 3) De nulmetingen van TAUW en GEAS gelden als uitgangspunt bij de start: de basis voor de in de komende jaren uit te werken onderzoekvragen is de in voorjaar 2011 uitgevoerde “nulmeting” voor het gebied 4) Themagroepen beantwoorden geformuleerde vragen, inclusief bijbehorende businesscases E. Onderzoeksvragen ADEL Voor iedere themagroep zijn een of meer hoofdvragen met nadere toelichting geformuleerd. Hoofdvraag thema Energie Huishoudens Hoe kan de uitstoot van broeikasgassen in Armhoede worden verminderd of vermeden door consequente toepassing van 1. Energiebesparing 2. Opwekken van (lokale) duurzame energie 3. Zo efficiënt mogelijk gebruik van onvermijdbaar (fossiel) energiegebruik
8
Denk hierbij aan: a. energiebesparende maatregelen in de huishoudens op basis van GEAS advies b. duurzame energieopwekking: in hoeverre kunnen de huishoudens in Armhoede zelf in hun energieopwekking voorzien (‘zelf aan de knoppen draaien’)? c. mogelijkheden die er zijn voor de benutting van stortgas en hout/biomassa d. welke mogelijkheden zijn er voor hergebruik van plastic Hoofdvraag thema Water Hoe kunnen bewoners besparen op het gebruik van drinkwater en welke mogelijkheden zijn er voor duurzaam hergebruik van afvalwater? Welke verbetering van het leefklimaat en welke verlaging van de milieudruk kan hiermee worden gerealiseerd?Welke energiebesparing kan zo worden gerealiseerd? Denk hierbij aan: a. Welke verbetering van het leefklimaat, verlaging van de milieudruk en energiebesparingen kunnen worden gerealiseerd? b. Zie hiervoor bijvoorbeeld ook de publicatie(s) van het Innovatienetwerk – Grensverleggend in Agro en Groen: ondermeer “Nieuwe Nuts”: geld verdienen en energie besparen met plassen en poepen Hoofdvraag thema Landschap en Verkaveling Hoe kan een passende inrichting van het landschap in Armhoede worden gerealiseerd waarbij de mogelijkheden worden onderzocht voor meer efficiënte en effectieve bedrijfsvoering en voor de verbetering van het leefklimaat? Denk hierbij aan: a. herstel van biodiversiteit en recreatiemogelijkheden b. mogelijkheden voor opwek groene energie via onderhoud houtwallen en houtsingels – zie publicatie(s) Innovatienetwerk –Grensverleggend in Agro en Groen –”Nieuwe Nuts” c. Welke belemmeringen zijn er voor “vlotte” verkaveling in de huidige situatie? Hoofdvraag thema Bedrijfsvoering Hoe kunnen de bedrijven de rendementen verbeteren, zodat zij optimaal bijdragen aan de klimaatneutraliteit van Armhoede in 2030 en aan de kwaliteit van leven ? Wat betekent dit voor de verschillende soorten bedrijven? Maak onderscheid tussen biologische en gangbare bedrijven, tussen intensieve en extensieve bedrijven?
9
Denk hierbij aan: a. Hoe kunnen rendementen worden verbeterd, kan de milieudruk worden verlaagd en kan de kwaliteit van leven worden gediend vanuit de huidige filosofie van de bedrijfsvoering? b. Dienen in het licht van rendementsverbetering de wettelijke kaders als ‘maximum’ doelstellingen te worden gezien of leveren meer ambitieuze posities juist hogere rendementen op? c. Mogelijkheden voor verbetering van bodemvruchtbaarheid en biodiversiteit d. Mogelijkheden voor meer CO2 opname in de bodem e. Inrichting van stallen in kader van reductie lachgas f. De rol van voeding in kader van reductie methaangas g. Bedrijfsgerelateerde energiebesparing en groene energieopwekking h. Vermindering van vervoersstromen i. De suggesties van minisymposium van 12 mei Fasering van de onderzoeksvragen: Voor de bedrijven: -‐Wat betekent de 2030 doelstelling in 2020? -‐Wat betekent dat in de komende jaren tot 2015? -‐Wat betekent dat voor de investeringen nu? -‐Wat betekent dat bij nieuwe investeringsrondes? Voor de huishoudens: -‐Hoe kunnen we jaarlijks dichterbij de doelstelling van 2030 komen?
Waar moeten we staan in 2015?
Waar moeten we staan in 2020?
Wat is het eindplaatje in 2030?
10
F. Planning Op hoofdlijnen ziet de projectplanning er als volgt uit
Start Themagroepen mei 2011
1e Plannen van aanpak gereed november 2011
Uitwerking Plannen mei 2012
In de komende maanden zullen de Themagroepen hun planningen nader uitwerken samen met de externe procesbegeleiders. Vanuit het Bestuur zal een voorzet worden gedaan voor een algemeen planningsraamwerk, zodat de verschillende themagroepen op de hoogte zijn van elkaars verschillende activiteiten. Dit algemene planning raamwerk wordt binnenkort gepubliceerd op http://www.adellochem.nl
11