MAART 2007
AARDEWERK
Bestuur AWN Flevoland - afdeling 21 Voorzitter: Jan Boes, Normandieplein 6, 8303 HA Emmeloord, tel.: 0527-699113, e-mail:
[email protected] Secretaris: Maartje de Boer, Luttekepoortstraat 31, 3841 AW Harderwijk, tel.: 0341-470013, e-mail:
[email protected] Penningmeester: Henk van den Berg, Koraal 32, 3893 EJ Zeewolde, tel.: 036-5222492, e-mail:
[email protected] Veldcoördinator: Tineke Heise, Ringdijk 288, 8244 BR Lelystad, tel.: 0320-262720, e-mail:
[email protected] Bestuursleden algemeen: Astrid Doppert, Gondel 11-43, 8243 BV Lelystad, tel.: 0320-227803, e-mail:
[email protected] Jaap Eelman, Schoener 42-01, 8243 VW Lelystad, tel.: 0320-251969, e-mail:
[email protected]
Ondersteunende leden ( geen bestuurslid): André Kerkhoven, provinciaal archeoloog, Harderwijkstraat 178, 8244 DL Lelystad, e-mail:
[email protected] Dick Velthuizen, archeologisch medewerker Nieuw Land Erfgoedcentrum (NLE), Archeologisch Depot, Oostvaardersdijk 01-13, 8242 PA Lelystad, tel.: 0320-225939, tel.: mobiel 06-13243987, e-mail:
[email protected] Bank: Postbank, rekeningnummer 4481928 t.n.v. AWN Afd. Flevoland, Zeewolde E-mailadres AWN Flevoland – afdeling 21: awn@nieuwlanderfgoedcentrum Website: www.awnflevoland.nl Aardewerk Aardewerk is het verenigingsorgaan van AWN Flevoland - afdeling 21. Mits de bron wordt vermeld, is overname van artikelen toegestaan. Een exemplaar van het betreffende medium gelieve dan aan de redactie te worden gestuurd. Ruilabonnementen kunnen schriftelijk worden aangevraagd bij de redactie. Kopij, reacties e.d. te zenden aan Henk van den Berg of Saskia Thijsse; bij voorkeur aanleveren via e-mail of per diskette in Times New Roman 11. Sluitingsdatum kopij is 1 februari, 1 mei, 1 augustus en 1 november.
Redactie Henk van den Berg, Koraal 32, 3893 EJ Zeewolde, tel.: 036-5222492, e-mail:
[email protected] Saskia Thijsse, Karveel 44-20, 8231 DW Lelystad, tel.: 0320-240120 Dick Velthuizen, archeologisch medewerker NLE, Archeologisch Depot, Oostvaardersdijk 01-13, 8242 PA Lelystad, tel.: 0320-225939, tel.: mobiel 06-13243987, e-mail:
[email protected].
___________________________________________________________________________ Regiocoördinator Landelijke Werkgroep Archeologie Onder Water (LWAOW) Hans Bruggeman, Roer 16, 8032 GG Zwolle, tel.: 038-4546192, e-mail:
[email protected]
_____________________________________________________________________ Foto omslag: Booronderzoek op kavel J 126 - Noordoostpolder (foto: Hans Veenhuis)
© Copyright AWN Flevoland / maart 2007
ISSN: 1570-582X
Van de redactie Het is lastig aan een buitenstaander uit te leggen wat archeologie in verenigingsverband is. Wat we precies doen. Opgraven? Dat begrijpt men wel. Vondsten sorteren? Gaat ook nog wel. Maar dan het verhaal er omheen. Excursies, cursussen, lezingen en verenigingswerk. Eigenlijk datgene waarin zoveel tijd gaat zitten. Die buitenstaander zou je de jaarstukken ten behoeve van de Algemene Ledenvergadering, die in dit nummer geplaatst zijn, in de handen moeten drukken. Op die manier zou hij of zij volledig inzicht krijgen in het complete activiteitenprogramma van de vereniging. In ieder geval kunt u, als lid, een toelichting krijgen op vragen naar aanleiding van die stukken. Kom daarom naar de ALV die op 24 maart aanstaande in het Nieuw Land Erfgoedcentrum vanaf 12.30 uur zal worden gehouden. Bijzonderheden die u opvallen kunt u daar bespreken. Wij hopen op een grote opkomst. In het vorige nummer van Aardewerk hebben we verteld over de activiteiten voor Westerheem die ons staan te wachten. Voor wie dat is ontgaan: Westerheem heeft onze vereniging gevraagd een jubileumnummer te willen verzorgen. De AWN Flevoland viert namelijk in 2008 haar 30-jarig bestaan. Dus is er een projectgroepje gevormd dat op zoek is gegaan naar auteurs. In verband met het vele werk dat hieraan verbonden is, heeft Ben van Rosmalen aangegeven dat hij gedurende 2007 niet in de redactie van Aardewerk zal zitten. Het verzamelen van kopij voor ons jubileumnummer van Westerheem lukt aardig. Maar we hebben nog niet elk verenigingslid benaderd. Toch willen we graag dat elk lid weet dat een bijdrage van haar of hem op hoge prijs wordt gesteld. Het dient te gaan over een archeologisch onderwerp binnen het werkgebied van onze afdeling en, laten we zeggen, twee of meer pagina’s te bevatten inclusief foto’s. De keuze van het onderwerp wordt volledig overgelaten aan het verenigingslid. In een later stadium bekijken we hoe de bijdragen op elkaar zullen worden afgestemd. Als we teveel kopij hebben plaatsen we het in Aardewerk of sturen het toe aan de redactie van Westerheem voor een volgend nummer. Na lang wikken en wegen is nu eindelijk de ‘Wet op de archeologische monumentenzorg’ aangenomen door de Eerste Kamer. Maar er zal op diverse punten nog aan gesleuteld gaan worden. Het eigendom van vondsten schijnt nog niet goed geregeld te zijn. Wordt uiteindelijk de gemeente, de provincie of de staat de eigenaar? En hoe zit het met het recht van eigendom van de (amateur)-vinder? Een kleine omissie maar met grote gevolgen. Uitvoeringsopdrachten voor het opgraven kunnen gegund worden aan zowel overheidsdiensten als aan particuliere bedrijven. Het begrip ‘particuliere bedrijven’ roept bij ons gelijk vragen op; vormen 3 AWN-ers bij elkaar dan ook een ‘particuliere’ bedrijfsvorm? Even langs de Kamer van Koophandel en het is geregeld. Waar de professionals (lees de beroepsarcheologen) aangeraden wordt om media-training te volgen, themadagen bij te wonen om aan te horen wie hun ‘breed publiek’ nu eigenlijk is en wat dat publiek wil horen, communicatie management kursussen te ondergaan en nog veel meer, staat de amateur-archeoloog de hierboven genoemde professionele kwaliteiten al jaren lang toe te passen. Onze doelgroep is bekend: iedereen van jong tot oud. Onze doelgroep wil alles horen, als het maar leuk verteld wordt. Communicatie is toch laten zien en laten ‘voelen’? Wij duwen de doelgroep wel de musea in. Kom maar kijken tijdens het nationaal museumweekend op 14 en 15 april a.s. Veel leesplezier. De redactie.
AARDEWERK maart 2007
1
Bestuursmededelingen Algemene Ledenvergadering 2007 De algemene ledenvergadering van onze afdeling wordt op zaterdag 24 maart 2007 van 12.00 tot 16.00 uur in de Zuiderzee-zaal van het Nieuw Land Erfgoedcentrum te Lelystad gehouden. Noteer deze datum in uw agenda. Stukken ten behoeve van deze vergadering zijn los bijgevoegd in dit nummer van Aardewerk. Een belangrijk agendapunt is de behandeling en vaststelling van het Beleidsplan 2007 – 2011. HERHAALDE OPROEP Gezocht: algemeen bestuurslid Vorig jaar hebben twee bestuursleden (Ellen en Wies) het bestuur om persoonlijke redenen verlaten. Het bestuur is nog steeds op zoek naar een nieuw bestuurslid dat de ontstane vacature kan invullen en een aantal taken op zich wil nemen. Eén van die taken is Public relations. Dit omvat het onderhouden van contact met de media en andere instellingen over de activiteiten en doelstellingen van onze vereniging. Belangrijk is vaardigheid in het in begrijpelijke taal communiceren, schriftelijk zowel als mondeling. Gezocht: penningmeester In april 2007 wil de huidige penningmeester zijn functie neerleggen. Hoewel er dus nog even tijd is, wordt met het oog op een soepele overdracht het op prijs gesteld als zich nu reeds gegadigden zouden melden. Voor een nadere toelichting over deze vacatures kunt u contact opnemen met Jan Boes, email:
[email protected], tel.: 0527-699113, of Maartje de Boer, e-mail
[email protected], tel. 0341-470013, of één van de andere bestuursleden. Promotieactiviteiten Op allerlei evenementen waar verenigingen zich aan een breed publiek kunnen voorstellen, zijn wij met een informatiestand aanwezig. In een aantal gevallen combineren we dit met een ‘archeologische grabbelton’ voor kinderen of met andere activiteiten. Het streven is om in de diverse regio’s binnen de provincie jaarlijks minimaal éénmaal vertegenwoordigd te zijn. Daarvoor willen we vaste teams voor de verschillende regio’s samenstellen. We kunnen nog steeds een aantal enthousiaste leden gebruiken die mee willen helpen om onze afdeling (en de archeologie in Flevoland) op deze manier te promoten. Mocht u hiervoor belangstelling hebben dan kunt u zich aanmelden bij Astrid Doppert, e-mail:
[email protected], of telefoon (ná 19.00 uur): 0320-227803. Cursussen Voor de voorbereiding van cursussen is het voor ons nuttig te weten waar de belangstelling van leden naar uitgaat. Daarom verzoeken wij u uw voorkeur voor bepaalde onderwerpen op te geven aan Astrid Doppert.
2
AARDEWERK maart 2007
Planning doedagen en veldactiviteiten 2007 Maartje de Boer Net als in voorgaande jaren gaan we ook in 2007 verder met onze inmiddels beroemde doedagen. Dit zijn dagen waarop je actief kunt deelnemen aan vondstverwerking (in onze werkruimte) of veldactiviteiten. De volgende zaterdagen zijn hiervoor gepland (de oneven weken): - 3 maart - 17 maart - 31 maart - 14 april - 28 april - 12 mei - 26 mei - 9 juni - 4 augustus - 18 augustus - 1 september - 15 september - 29 september - 13 oktober - 27 oktober - 10 november - 24 november - 8 december We hebben bij deze planning rekening gehouden met de jaarlijkse veldcursus die in de 2e helft van juni en juli plaatsvindt. Je kunt op de aangegeven zaterdagen van 12.00 tot 16.00 uur terecht in onze werkruimte in het NLE voor vondstverwerking, uitwerking van onderzoeken en dergelijke. Je hoeft je niet van tevoren op te geven hiervoor. Meld je alleen wel even aan bij de receptie van het NLE zodat zij weten wie binnen zijn. Op een aantal van deze dagen zullen we ook het veld in gaan om onderzoek uit te voeren. Welke dagen dat zijn is nu nog niet bekend, meestal weten we dat pas kort van tevoren. Zodra een veldactiviteit gepland is, wordt hier apart over gecommuniceerd per e-mail. Voor zover mogelijk worden veldactiviteiten ook van tevoren op onze website gezet.
AARDEWERK maart 2007
3
Open dag Hanzelijn Wies Kreukniet In Hattemmerbroek, gelegen tussen Wezep en Zwolle, werd zaterdag 10 februari een open dag gehouden op de archeologische opgravingen naar aanleiding van de aanleg van de Hanzelijn tussen Lelystad en Zwolle. Een klein berichtje daarover had mijn nieuwsgierigheid gewekt. In een tent aan de Oostersedijk in Hattemerbroek werden aan het publiek de vondsten getoond. Belangstellenden konden die dag ook een kijkje nemen in de opgravingsputten, waar archeologen vertelden en lieten zien hoe opgravingen als deze in hun werk gingen. Er stond een fel oostenwindje. Eerst zijn we naar de grote witte tent gegaan die opgesteld stond voor informatie. Hier hoorden we dat de omgeving van Hattem vanaf circa 2000 vC intensief was bewoond en bewerkt. Buiten in het veld waren 2 putten met grondsporen van voornamelijk haardkuilen en paalsporen (van afrastering).
Haardkuilen (foto: Wies Kreukniet) Tijdens een gesprekje met één van de medewerkers vroeg ik of er nog sporen van graven waren gevonden. Dit bleek niet het geval te zijn. Wél vertelde hij dat kortgeleden ploegsporen waren gevonden. Toen ik zei dat het jammer was dat ze dát niet lieten zien, stapte hij in de put waarna hij met de schep wat ploegsporen blootlegde.
4
AARDEWERK maart 2007
Ploegsporen (foto: Wies Kreukniet) Daarna zijn we naar de andere put gegaan. Daar was één haardkuil te zien en wat kleine paalsporen. In de volgende week zou aan de overkant van de Zuiderzeestraatweg verder worden gegraven. De archeologen verwachten daar een boerderij te vinden. Thuisgekomen was door dit alles mijn nieuwsgierigheid gewekt en ben ik op internet gaan zoeken. Daar vond ik een dik rapport van de opgravingen. Voor diegenen die nieuwsgierig worden en er meer van willen weten, kijk op ‘www.hanzelijn.nl’ of op ‘www.edna.itor.org’, de site van het Depot Nederlandse Archeologie. Op deze laatstgenoemde site staat nog veel meer informatie. Noot van de redactie: Op de website van onze afdeling staan nog meer foto’s, genomen tijdens deze open dag.
AARDEWERK maart 2007
5
Steentijddag: Randgebeuren Ben H. van Rosmalen Het zit me niet mee, deze keer. Het wordt een column met een stuitligging. Normaal gesproken is het schrijven van een stukje nog wel te doen. In columns kan je zaken namelijk een beetje overbelichten. Ik dacht na over de activiteiten van afgelopen maanden. Mijn hoofd bleef leeg. Juist op tijd schoot me de Steentijddag in Leiden te binnen. Op die dag gebeurt altijd wel iets. Voor niet-ingewijden: dat is een jaarlijks symposium in februari voor iedereen die in de steentijd geïnteresseerd is. De lezingen laat ik, op één na, voor wat ze waren. Er trad namelijk een spreker op die zijn geruite jas niet had aangetrokken, zijn pijpje niet in de mond had genomen en ook zijn slimme, pluizige raadgever niet had meegenomen. Maar hij wàs het wél. We doorzagen het gelijk. randgebeuren Voor, tussen en na de lezingen deden we Erg Belangrijke Dingen. Want Saskia en ik moesten auteurs werven voor ons jubileumnummer van Westerheem. Dat komt volgend jaar uit. Want dan bestaat onze AWN vereniging dertig jaar. Het ligt voor de hand naast auteurs uit de vereniging ook anderen van naam en faam te zoeken. Op de steentijddag is het puikje van de Vaderlandse archeologie in Leiden aanwezig. Dus smeedden we het ijzer toen het heet was. Saskia en ik schoten authors to be aan. Praatten indringend met ze. Kregen soms halve, meest hele toezeggingen. Evalueerden de zaak met voorzitter Jan. Maakten afspraken. (Het doet me genoegen te kunnen vertellen dat Izabel D haar medewerking toezegde. U kent mijn zwakte). Zo komt een dag als deze tot een eind. Maar het mooiste stond nog te gebeuren. Wij drinken als deelnemers namelijk na afloop altijd een borrel in het Museum voor Oudheden op het Rapenburg. De lichten gingen juist aan. Bij die gelegenheid leggen we een bodempje voor de volgende onderneming. Wij gaan dan als AWN-ers eten in een door ons geadopteerd eetcafé in Leiden. groepsgebeuren Een groep als de onze weet zich ontdaan van de intellectuele arbeid, die op een dag als vandaag wordt gevergd. En laat de remmen lekker los. We zijn toch ver van huis. Zo komt het dat mijn vriend C en ik sommetjes maken over energie op de achterkant van een menu. Een paar stoelen verder hoorde ik gesprekken die over alles, maar niet over de steentijd gingen. We weten ons enigszins geborgen onder de vleugels van koning alcohol. De stemmen zwellen aan. Onder het eten weten we het zeker. We zijn van elkaar gaan houden. (’s Andere daags pik je de leden die hebben meegetafeld er zo uit. Die zijn hees). Gelukkig, en licht in het hoofd stapten we giechelig richting station. Eén groep vertrok met de trein richting Almere. Geroerd nemen we afscheid van elkaar. De rest, waaronder ikzelf, reisden met BOB Boes richting Dronten en Emmeloord. As ik u was, zou ik ook maar eens meegaan. Wel eens van teambuilding gehoord?
6
AARDEWERK maart 2007
Geologisch booronderzoek op kavel J 126 - Noordoostpolder Tineke P.A.Heise en Cees C. Groothoff Aanleiding De geulen en kreken van de ‘oer-Vecht’ ten noordwesten van Schokland zijn na de drooglegging van de Noordoostpolder in de bodemkaarten opgetekend. In de tachtiger jaren van de twintigste eeuw heeft J.W.H. Hogestijn verkennend onderzoek verricht aan de flankerende oeverwallen en rivierduintjes. Dit onderzoek toonde het archeologisch belang van het terrein aan. Archeologisch medewerker van Nieuw Land Erfgoedcentrum, D.E.P. (Dick) Velthuizen, heeft met zijn collega dr. Peeters van het RACM in de loop van 2006 het rivierduintje, dat de kavels J 125 en J 126 doorkruist, nader onderzocht. Kavel J 126 kon toen wegens het aanwezige gewas slechts tussen de voren worden bekeken. Een echte AWN ‘Doedag’ bracht op 2 september 2006 zo’n tien leden op de J 126 kavel voor een veldverkenning, met als oogst enkele honderden stukjes vuursteen, afslagen en werktuigjes. Bij iedere vondstplaats werd een geel staafje in de grond gezet zodat op een gegeven moment te zien was waar het meeste materiaal te vinden was. Hiermee was de locatie van de duintop globaal in kaart gebracht. Het was duidelijk: J 126 is een kleine mesolithische vindplaats met beloften, echter zeer verstoord. Geologisch booronderzoek met Vrienden van Schokland Het is een goede gewoonte om eenmaal per jaar de Vrienden van Schokland uit te nodigen om aan een AWN-activiteit mee te doen. Op 14 oktober 2006 voegden zo’n acht Vrienden van Schokland zich bij de acht AWN-ers op kavel J 126. Er stond nog geen gewas op het land en agrariër J.W. Bos had toestemming gegeven voor de gezamenlijke activiteit. Onder leiding van Dick Velthuizen zijn er ongeveer twee en twintig boringen gezet en de maaiveldhoogte ten opzichte van een vast punt bepaald. Het doel was het in kaart brengen van het verloop van het zandduintje in de ondergrond. Ook de pers gaf acte de présence (zie foto Hans Veenhuis) en gaf later correcte verslagen in de Flevopost en de Stentor. Bij het uitwerken van de meetgegevens bleek dat er zich heel duidelijk een afgetopt duintje aftekende. Om het beeld compleet te maken, zijn er op 18 november nog een dozijn geologische boringen gezet door drie AWN-ers. Er moest voorzichting worden gewerkt omdat er inmiddels was gezaaid en het gewas al was opgekomen. Resultaten Enkele resultaten van de metingen zijn in figuren 1 en 2 opgenomen. Hierin zijn de meetwaarden (figuur 1) en het geprojecteerde verloop van het zandniveau (figuur 2) aangegeven. Op de originele boorstaten zijn ook nog de eventueel tussen maaiveld en zandlaag in de boorkernen aangetroffen klei- en veenlagen en dergelijke aangegeven. Een goede indicatie van de plaats van het rivierduintje werd zo verkregen. Te bedenken valt echter dat ook aan de andere kant van de sloot, op kavel J 125, het duintje zal doorlopen.
AARDEWERK maart 2007
7
Figuur 1. J 126 : overzicht meetwaarden oktober en november 2006
Figuur 2. J 126 : geprojecteerd verloop van het zandniveau
8
AARDEWERK maart 2007
Links Ben van Rosmalen, midden een lid van de ‘Vrienden van Schokland’, rechts Dick Velthuizen (foto: Hans Veenhuis)
Algemene Ledenvergadering 2007 De algemene ledenvergadering van onze afdeling wordt op zaterdag 24 maart 2007 van 12.00 tot 16.00 uur in de Zuiderzee-zaal van het Nieuw Land Erfgoedcentrum te Lelystad gehouden. Noteer deze datum in uw agenda. Stukken ten behoeve van deze vergadering zijn zowel los bijgevoegd in dit nummer van Aardewerk als op de volgende bladzijden te vinden. Zie : - Jaarverslag 2006 van de secretaris - Verslag van de doedagen 2006 - Verslag van de veldcoördinator 2006 - Verslag promotie en educatie / deskundigheidbevordering 2006 Een belangrijk agendapunt is de behandeling en vaststelling van het Beleidsplan 2007 – 2011.
AARDEWERK maart 2007
9
Jaarverslag 2006 van de secretaris 2006 was een jaar waarin we zijn doorgegaan op de in 2005 ingeslagen weg. Veel van onze activiteiten zijn ook in 2006 weer mogelijk gemaakt door de subsidie die we van de provincie hebben mogen ontvangen. Hiermee waren we in staat om een aantal workshops en excursies te organiseren voor onze leden, met het doel onze inhoudelijk archeologische kennis verder te ontwikkelen. Het aantal aanmeldingen voor de excursies die in 2006 door het bestuur waren georganiseerd, viel echter tegen. De excursies naar Vollenhove en het bezoek aan AWN afdeling ZuidVeluwe en Oost-Gelderland moesten hierdoor zelfs worden afgezegd! Gezien de grote hoeveelheid werk die het organiseren van een excursie met zich meebrengt, heeft het bestuur daarom besloten om deze taak in 2007 niet meer bij één bestuurslid te leggen. Per excursie of idee wordt voortaan gekeken wie dit gaat organiseren. Naast deze inhoudelijke ontwikkeling hebben we ons in het afgelopen jaar als vereniging ook weer naar buiten toe geprofileerd. Niet alleen middels de bekende promotiedagen (zie het verslag van de promotiedagen), maar ook door ons promotiemateriaal verder uit te breiden. De in 2005 ontwikkelde website is uitgebreid en gevuld én blijkt goed bezocht te worden, niet alleen door de leden maar ook door anderen. Uit statistische gegevens blijkt dat onze website gemiddeld zo’n 100 keer per maand wordt bezocht. Verder is een informatiemap voor de jeugd ontwikkeld die is gebaseerd op het lesmateriaal van de SNA en zijn de vaste actieve leden van onze vereniging voorzien van een AWN tshirt. Hiermee vergroten we de herkenbaarheid van onze vereniging tijdens opgravingen, promotiedagen en andere activiteiten. Voor 2007 is opnieuw subsidie aangevraagd bij de provincie. Indien de aanvraag wordt gehonoreerd, zal de subsidie ook dit jaar weer worden besteed aan activiteiten die gericht zijn op het bevorderen van de deskundigheid van onze leden en het verder ontwikkelen van promotiemateriaal. Zo zijn we bijvoorbeeld van plan om een aantal kleine boekjes/folders te maken over verschillende inhoudelijke thema’s die te maken hebben met de Flevolandse archeologie. De omvang van de afdeling is in 2006 iets toegenomen; eind 2006 telde onze vereniging 58 leden (er zijn 5 leden bijgekomen en 2 leden hebben opgezegd). In 2006 hebben de nodige bestuurswijzigingen plaatsgevonden: tijdens de ALV van 2006 zijn Ellen van Galen Last en Wies Kreukniet afgetreden als bestuurslid. Ellen heeft daarbij ook haar rol als veldcoördinator neergelegd. Tijdens deze ALV is ervoor gekozen om verder te gaan met één veldcoördinator. Bestuurslid Tineke Heise heeft deze taak op zich genomen en wordt hierbij waar nodig ondersteund of vervangen door de overige bestuursleden. Verder is uitdrukkelijk aangegeven dat het wel van belang is dat de leden een signalerende functie blijven vervullen in het veld. Dat wil zeggen: het signaleren van fenomenen die kunnen duiden op de aanwezigheid van archeologische resten, maar ook van grondverstoringen die schadelijk kunnen zijn voor eventuele archeologische resten. We vragen de leden om hier op te letten en eventuele zaken te melden bij Tineke Heise of Dick Velthuizen. Een potentieel knelpunt is het dreigende tekort aan bestuursleden. Herhaalde oproepen in de Aardewerk en de persoonlijke benadering van een aantal leden heeft tot nu toe geen nieuwe bestuursleden opgeleverd. Vooral voor het penningmeesterschap dreigt dit een probleem te worden. Het bestuur zal hier in 2007 extra aandacht aan besteden.
10
AARDEWERK maart 2007
Verslag van de doedagen 2006 Voor 2006 waren aanvankelijk 11 zaterdagen gepland voor een doedag en/of veldactiviteit, ongeveer één per maand. In juni 2006 is deze frequentie verhoogd omdat we met dit kleine aantal van geplande dagen te weinig aan vondstverwerking toekwamen. Een aantal van de doedagen werd namelijk gebruikt voor een veldactiviteit (zie hiervoor het verslag van de veldcoördinator) of een workshop, waardoor er minder tijd overbleef voor het uitwerken van de veldonderzoeken en het vondstmateriaal. Daarom is besloten om voortaan om de week een doedag te plannen en op deze dagen de werkruimte vrij toegankelijk te laten zijn voor een ieder die aan de slag wil gaan. Van tevoren aanmelden voor een doedag hoeft dus niet meer. In combinatie met de al eerder ingezette koers dat leden de vrije keus hebben om op een doedag mee te werken aan een veldactiviteit óf binnen aan de slag kunnen gaan, heeft dit geleid tot een frequenter bezoek van de doedagen. Maar, net als in 2005, is ook in het afgelopen jaar de vaste groep van leden die zich op de vrijdagen met vondstverwerking bezig hield, onmisbaar gebleken. Dankzij hen is o.a. in februari 2007 de uitwerking van het zeefmateriaal van het Swifterbant onderzoek van 2005 (S4) afgerond!! Om een idee te geven van wat we in 2006 zoal gedaan hebben op deze vrijdagen en de doedagen, volgt hieronder een beknopt overzicht: AWN rapportages opgesteld: o rapport 2006-1, Urk wijk 5-74 (onderzoek november 2005); o rapport 2006-2, Urk wijk 4-46 (onderzoek januari 2006); o rapport 2006-3, ‘Toon ons wat u vond in de poldergrond’- vergelijking van vondstendia’s uit 1977, 1978 en 1980 van VVS met collectie in het depot en afbeeldingen in ‘steden in scherven’; o booronderzoek E170 (onderzoek oktober 2005 en februari 2006), rapport moet nog afgerond worden. Sorteren / uitwerken vondstmateriaal: o zeefmateriaal gesorteerd van het Swifterbant onderzoek 2005. Dit is op 16 februari 2007 afgerond; o vondsten van de diverse veldverkenningen op E170 en E171 verwerkt: gewassen, uitgezocht en geregistreerd. De vuursteenvondsten van E171 zijn gedetermineerd door Veronique van Betuw; o boringen van J126 (onderzoek op 14 oktober 2006) uitgewerkt; o oud vondstmateriaal van Kuinre verwerkt: aardewerk uitgezocht en gelijmd, ijzervondsten schoongemaakt; o aardewerk van L76 gesorteerd en geteld; o vondstmateriaal van P14 gesorteerd; o veldtekeningen van de veldcursus te Zwaanpad (2003) geïnkt.
Plannen voor 2007 Het al eerder ontstane idee om in de werkruimte een map neer te leggen met daarin een overzicht van lopende projecten en een toelichting, wordt in 2007 alsnog uitgewerkt. Hiermee wordt het makkelijker voor leden om zelf aan de gang te gaan met een lopend onderzoek of project. Denk bijvoorbeeld aan het opzetten van de vergelijkingscollectie, waar we ook zeker het komende jaar een slag mee willen maken. Verder zullen we een serie artikelen gaan maken voor de Aardewerk over dit soort activiteiten, zodat alle leden een idee krijgen van wat dit inhoudt.
AARDEWERK maart 2007
11
Verslag van de veldcoördinator 2006 Overzicht van de veldactiviteiten in 2006. Noordoostpolder Urk wijk 4 – 46 4-1-2006: ontgronding Naar aanleiding van een melding over graafwerk in de oude dorpskern van Urk ten behoeve van nieuwbouw is door Dick Velthuizen van het NLE met Kees Groothoff, Rinus Verboon en Harry van Betuw van de AWN op 4 januari 2006 een waarneming uitgevoerd. Het betrof een kelderuitgraving. Enig materiaal van archeologisch belang werd niet aangetroffen. Er is een verslag gemaakt (rapport 2006-2 door Dick Velthuizen). E 170 14-1-2006 en 7-4-200: veldverkenning 11-2-2006: booronderzoek Er is weer een veldverkenning geweest op kavel E 170 bij Schokland. Zoals gebruikelijk is het terrein van 2500 m2, dat ieder jaar belopen wordt, weer uitgezet en in vakken van 5 x 5 m verdeeld. 40 vakken zijn op 14 januari belopen, de resterende vakken op 7 april. De vondstspreiding is in kaart gebracht. Op 11 februari is aanvullend booronderzoek gedaan in aansluiting op het booronderzoek van 29 oktober 2005. Het aanvullend booronderzoek heeft een goed beeld opgeleverd over de relatie tussen de diepteligging van de vondstenlaag en het voorkomen van vondsten in de bouwvoor. Naar aanleiding van de veldverkenningen van de AWN heeft de RACM samen met het NLE en de AWN een onderzoek gedaan naar de verstoring. Er is een uitgebreid booronderzoek gedaan over de volledige lengte van het duin. Vervolgens zijn aan de hand van de verzamelde gegevens een tweetal proefputten gegraven. De putten van elk een vierkante meter zijn gegraven om monsters te kunnen nemen van de profielen. Er zijn monsters voor slijpplatenonderzoek en pollenonderzoek verzameld. Put 1 is in 4 vakken van 50 x 50 cm per 5 cm diepte opgegraven. De grond is verzameld en vervolgens in het depot in Lelystad gespoeld en gedroogd. Het residu is gesorteerd. De uitgesplitste monsters zijn overgebracht naar het RACM in Amersfoort voor verder onderzoek. E 171 11-2-2006: veldverkenning Na het booronderzoek op kavel E 170 is een terrein uitgezet aan de overkant van de kavelsloot op kavel E171. Er is een vak uitgezet van 50 x 50 m in het verlengde van het vak op kavel E 170. Dit omdat het duin doorloopt op deze kavel. Er werd veel bewerkt en onbewerkt vuursteen gevonden, waaronder 18 schrabbers. Verder werden een aantal aardewerk fragmenten gevonden, waaronder een bijzonder mooie Potbekerscherf. J 126 2-9-2006: veldverkenning 14-10-2006 en 18-11-2006: booronderzoek Op J 125 is een onderzoek gedaan door de RACM en Dick Velthuizen van het NLE. Er is booronderzoek gedaan en een proefputje gegraven. Tijdens dit onderzoek viel het oog op het vele materiaal in de bouwvoor op kavel J 126. Het gaat hier om een duin dat zowel op kavel J 125 als ook op kavel J 126 ligt. Nadat de oogst van het veld was, is op 2 september door de AWN een veldverkenning uitgevoerd op kavel J 126. De omvang van de vondstverspreiding is in kaart gebracht. Vervolgens is op 14 oktober een booronderzoek uitgevoerd, samen met de Vrienden van Schokland, om de bodem en de omvang van het duin in kaart te brengen.
12
AARDEWERK maart 2007
Op 18 november zijn als aanvulling nog een aantal boringen gezet. De vondstspreiding en ligging van het duin zijn inmiddels in kaart gebracht door Kees Groothoff. Een volledig rapport is in de maak. Oostelijk Flevoland. Swifterbant S4: veldcursus De jaarlijkse veldcursus van de AWN is van 26 juni tot en met 21 juli 2006 weer gehouden in Swifterbant, en wel op dezelfde locatie als in 2005. Zoals voorgaande jaren werd ook weer aangesloten bij het onderzoek van het Groninger Instituut voor Archeologie (GIA) onder leiding van Prof. Dr. D. Raemaekers. De AWN-ers werden door Dick Velthuizen, archeologisch medewerker van het Nieuw Land Erfgoedcentrum, begeleid. Het onderzoek van 2006 was een direct vervolg van de opgraving van 2005 met dezelfde onderzoeksvragen met betrekking tot het landschapsgebruik. Zoals de vraag of de geul gebruikt was om vis te vangen met fuiken en weren, en of er akkerbouw was te Swifterbant. De samenwerking verliep uiteraard weer uitstekend. Op 15 juli was een open dag, die een flink aantal bezoekers heeft getrokken. De veldcursus is op 21 juli afgesloten met het traditionele etentje in het Turks restaurant Istanbul in Lelystad. Zuidelijk Flevoland Plangebied Polderwijk: proefsleuven onderzoek Samen met de RUG, RACM en NLE is op 23 oktober begonnen met een proefsleuven onderzoek in het plangebied Polderwijk in de gemeente Zeewolde. Het onderzoek had als doel om door middel van proefsleuven inzicht te verkrijgen in de waarde van booronderzoek. In het gebied was in een eerdere fase uitvoerig booronderzoek verricht. Aan de hand van dat onderzoek werden een aantal locaties gekozen. De bedoeling was om op boorpunten waar geen archeologische indicator was aangetroffen, een vlak aan te leggen en een klein gebied rond het boorpunt in vakjes op te graven en de grond te zeven. Helaas is het onderzoek voortijdig afgebroken wegens de overvloedige hoeveelheid regen. Dit onderzoek was onderdeel van het promotie onderzoek van Drs. Inger Woltinge van de RUG. In Aardewerk van december 2006 deed Inger reeds verslag.
Verslag promotie en educatie / deskundigheidbevordering 2006 Deskundigheidbevordering In 2006 heeft AWN Flevoland in het kader van deskundigheidbevordering van de leden de volgende workshops gegeven in het Nieuw Land Erfgoedcentrum: Workshop veldsignalering - Cursusleider de heer Dick Velthuizen - 4 maart 2006 Vervolg op de workshop veldsignalering van vorig jaar. Nadere uitleg over het lokaliseren van een bodemverstoring: hoe breng je een verstoring die je in het veld hebt gezien over naar een kaart, en vice versa. De workshop bestond uit een theorie- en een praktijkgedeelte, inclusief een veldexcursie. Aantal cursisten 5 Workshop Prehistorisch aardewerk - Cursusleider mevrouw Simone Bloo van Archeo Specialisten - 4 november 2006 Behandeld werden: vormtechniek, baksel, glazuur, determinering van vorm en afmeting, herkennen van soorten van aardewerk en in de tijd plaatsen. Gevolgd door een praktijkdeel met aandacht voor tekenen van aardewerk. Aantal cursisten 9
AARDEWERK maart 2007
13
Samenwerkingsproject Op 19 mei 2006 werden door het Nieuw Land Erfgoedcentrum en AWN Flevoland markeringspalen geplaatst bij vindplaatsen van schepen. Doel van dit samenwerkingsproject is het in beeld brengen van de vele plaatsen in de provincie waar schepen zijn gevonden. Naar aanleiding van dit project is door Nieuw Land Erfgoedcentrum een kaart uitgebracht. Excursies Op 15 maart 2006 werd een excursie naar Groningen georganiseerd. ‘s Morgens werd in het Groninger Museum de expositie ‘Van Giffen en het geheim van de Wierden’ bezocht. Na de lunch werd een bezoek gebracht aan het Zadenlaboratorium van het Groninger Instituut voor Archeologie, waar door de heer Cappers een nadere uiteenzetting werd gedaan over de aan het Zwaanspad te Almere gevonden zaden. De op 3 juni 2006 geplande excursie naar Vollenhove en omgeving is helaas niet doorgegaan door geringe belangstelling. Ondanks een gevarieerd programma met erin een bezoek aan de expositie van allerlei historische werktuigen, schepen en voertuigen, een bezoek aan landgoed Oldruitenborg met de ruïne van kasteel Toutenburg en Sint Jansklooster en een boottocht over De Wieden. Ook het bezoek aan AWN afdeling 17 (Arnhem) op 27 oktober 2006, een stadswandeling door Arnhem met een bezoek aan de middeleeuwse kelders, is niet doorgegaan vanwege geringe belangstelling. Promotie In 2006 was AWN Flevoland vertegenwoordigd bij de volgende evenementen: 9 april 2006: De afdeling heeft een uitnodiging geaccepteerd om tijdens het Museumweekend in het museum Schokland (Emmeloord) aanwezig te zijn. Tijdens deze gelegenheid is voor het eerst gebruik gemaakt van de determinatiekaart uit de leskist. Het succes bleek al snel. De kinderen kwamen later langs met botten die zij bij een schuur op het museumterrein hadden gevonden. Ook zag je kinderen met de ouders praten over de vondsten die zij uit de graafbak hadden opgegraven en die ze met de determinatiekaart konden dateren. 17 april 2006: Opendag van Staatsbosbeheer in het Kuinderbos. Hier heeft onze afdeling samen met het Nieuw Land Erfgoedcentrum een kraam bemand. Er zijn veel bezoekers geweest. 19 april 2006: Twee leden van onze afdeling hebben een lezing gehouden voor de afdeling Almere van de ‘Vrouwen van Nu’. 27 augustus 2006: Dag van de Archeologie te Almere met als thema ‘Kinderen in het verleden’. Deze dag is druk bezocht. De kraam kon niet goed worden ingericht omdat bij aankomst al kinderen langs kwamen. Ook hier is gebruik gemaakt van het materiaal uit de leskist. 22 september 2006: Verenigingsmarkt te Lelystad. Hier is met veel enthousiasme aan de belangstellenden verteld wat de AWN al zo doet. 24 september 2006: Dick Velthuizen en Maartje de Boer vertegenwoordigden AWN Flevoland met een promotiestand op een actiedag van het Flevolandschap in de Kamperhoek. Bibliotheek De afdeling krijgt in het studiecentrum van het Nieuw Land Erfgoedcentrum de mogelijkheid om daar boeken te plaatsen. Ook dit is een samenwerkingsproject. De boekenlijst is door een enthousiast lid voorzien van de codering die het Nieuw Land Erfgoedcentrum gebruikt. Het bestuur zal uit deze lijst een keuze maken welke boeken in het studiecentrum worden geplaatst en welke als naslagwerken in de werkruimte beschikbaar blijven. Aangekochte boeken R.T.J. Cappers, R.M. Bakker en J.E.A. Jans, Digitale zadenatlas van Nederland.
14
AARDEWERK maart 2007
Eruit gezeefd: de bijl Jaap Eelman De bijl is al millennia bij de mens bekend: als gereedschap, wapen en ceremonieel voorwerp. Ook in onze taal duikt de bijl regelmatig op. Het bijltje er bij neerleggen, voor de bijl gaan, met hetzelfde (of een ander) bijltje hakken, met de botte bijl tekeer gaan, de strijdbijl begraven (of opgraven), de bijl aan de wortel leggen en hij is het bijltje kwijt. Verder in woorden als bijltjesdag (dag van de waarheid / afrekening), beulsbijl, valbijl en bijlbrief (verklaring van een scheepsbouwmeester dat een schip door hem is gebouwd). Onderscheid is ook mogelijk tussen ongesteelde bijlen (vuistbijlen) en de bijlen met steel, waarbij door de hefboomwerking van de steel de bijl veel krachtiger gebruikt kan worden. Als onderscheid kan ook het materiaal van het bijlblad worden gebruikt: steen of metaal.
In Londen gevonden vuistbijl van ongeveer 300.000 jaar oud Vroege mensachtigen in Oost-Afrika (Ethiopië, Kenia, Tanzania) maakten waarschijnlijk al meer dan 1 ½ miljoen jaar geleden eenvoudige hak-, schraap- en snijgereedschappen van steen, waaronder vuistbijlen. Uit het Acheuleen (ongeveer 1,5-0,2 miljoen jaar geleden) zijn puntige vuistbijlen en bijlen met vlakke randen bekend. Vuistbijlen kunnen prima worden ingezet als gereedschap met een meervoudige gebruiksfunctie, bijvoorbeeld bij het slachten van dieren. In het Mousterien ontstaan tweezijdig bewerkte werktuigen en in het jonge Paleolithicum wordt het gebruik van vuursteenknollen steeds efficiënter en wordt silex echt ontgonnen. De eerste microlieten duiken op. Uit het Mesolithicum zijn in hertshoorn geschachte silexbijlen bekend uit Noord-Duitsland en Noord-Nederland, terwijl in het Neolithicum hardstenen gepolijste bijlen steeds meer voorkomen.
Neolithische bijl van basalt, Cyprus
AARDEWERK maart 2007
15
Als de mens de metaalbewerking onder de knie krijgt, verschijnen er achtereenvolgens koperen, bronzen en ijzeren bijlen.
Bronzen bijl uit Exeter, UK Datering 1350-1050 v.Chr
Een beroemd geworden bijl is die van Ötzi, de ijsmummie uit het Ötztal. Uniek is dat deze koperen bijl (99,7% zuiver) compleet met de steel van Taxushout (een zeer taaie en veerkrachtige houtsoort, ook veel gebruikt voor bogen) en schachtomwikkeling van smalle repen leer of huid is gevonden. Bij deze bijl is verder tussen hout en metaal nog een dun laagje berkenteer aangebracht, wat voor een extra stevige bevestiging zorgt.
De bijl van Ötzi In zijn lezing op de 17e Steentijddag gaf Karsten Wentink een zeer interessant betoog over zijn onderzoek naar Neolithische bijldeposities in Noord-Nederland. Hij stelde daarin dat een bijl die groter is dan 21 cm, niet functioneel is en dus waarschijnlijk een rituele / ceremoniële functie had. Deze theorie wordt volgens hem mede ondersteund door de grote mate van vakmanschap waarmee de ceremoniële bijlen zijn gemaakt, de gaafheid van de bijlen (geen gebruikssporen die op bijvoorbeeld een kapfunctie wijzen), de aanwezigheid van oker en in- en uitpaksporen (speciale glans) gevonden op sommigen van deze bijlen. Omdat deze bijlen met, voor de mensen uit die tijd, een bijna bovenmenselijk vakmanschap lijken te zijn gemaakt werden ze mogelijk als magisch verbonden gezien met de krachten van goden of voorouders en werden zo tot sacrale objecten voor de hele samenleving. Als laatste wil ik nog even kijken naar de mogelijke rituele / ceremoniële functie van enige bijlen uit het verleden. Uit Egypte is de prachtig versierde bijl van koper en steen van Farao Ahmose (1539-1514 vChr) overgebleven, die zowel als strijdbijl en als ceremoniële bijl wordt omschreven. Ook van Farao Ramses II is een afbeelding met bijl bekend, waarop hij zijn vijanden bij de haren vast heeft en mogelijk een kopje kleiner gaat maken. Hierbij is de bijl als symbool van macht over zijn vijanden.
16
AARDEWERK maart 2007
Bijl van Farao Ahmose
Ramses II met zijn vijanden In Zweden zijn er rotstekeningen uit de Bronstijd met afbeeldingen van krijgers met bijlen en fallus, waarbij dus waarschijnlijk een verbinding gelegd kan worden met vruchtbaarheid.
AARDEWERK maart 2007
17
In de Romeinse tijd werden de magistraten vooraf gegaan door de lictoren die een bundel roeden met een bijl in het midden droegen (fasces et secures), het woord fascisme is hiervan afgeleid!
Romeinse roedenbundel met bijl
In sommige streken van Nederland waren er vroeger bepaalde volksgebruiken waar de bijl een rol bij speelde. Het kappen in een blok hout met een versierde bijl werd gedaan als offer aan de beschermgeesten van het huis of als afweerritus. Ook werd er na het huwelijk soms een roos op het hakblok gelegd en moest deze roos met een bijl worden getroffen. Als dit goed was gegaan zou er binnen het jaar een zoon worden geboren.
Neolithische vuursteenbijl, Norfolk, UK
Zo, mijn bijl is inmiddels wel wat bot geworden, dus leg ik hem er even bij neer.
18
AARDEWERK maart 2007
Kort Verslag van het Symposium “Neanderthalers in de Lage Landen”, Drents Museum Assen 7 oktober 2006 Saskia M.S.C. Thijsse In haar welkomstwoord vertelde mevrouw dr. B. Mater-Koopstra dat Neanderthalers gemiddeld 50 jaar zijn geworden. Prospectie van Pleistocene beekdalen en erosiedalen in lössgroeven bij Maastricht. Ir. J.P. (Jean Pierre) de Warrimont Sinds 1981 wordt in grote lössgroeven ten noorden en westen van Maastricht prospectie onderzoek uitgevoerd. Dit geologisch onderzoek en prospectie zijn uitgevoerd in samenwerking met de disciplines Geologie, Bodemkunde, Mollusken, Paleontologie en Archeologie. Hierbij zijn meer dan twintig Midden-Paleolithische vindplaatsen ontdekt met een ouderdom van 50.000 tot 300.000 jaar, waaronder Op de Schans (NL) van 230.000-300.000, Maastricht Belvédère (NL) van 200.000-250.000 en Veldwezelt-Hezerwater (B) van 100.000-130.000 jaar oud. Het betreft ‘high and low density sites’ met artefactconcentraties uit vuursteen, beenderen van Pleistocene zoogdieren en resten van vuur. Er zijn veel verstoorde vindplaatsen. Tot nu toe zijn er géén basiskampen gevonden. In de Hezerwatergroeve is een brandhaard van 1 m2 met een houtskoollaag van 5 cm dikte gevonden in de Alleröd-laag. In de site VLB zijn houtskoolbrokken, aslaagjes, verbrand leem en vuursteen aangetroffen in een circa 10 cm dikke laag. Van de archeologische vindplaatsen is circa 45% vuur veroorzaakt door menselijk handelen. Bij circa 90% van de fauna (dier) concentraties werden artefacten aangetroffen. Eruit springt Site N van Maastricht-Belvédère, waar overblijfselen van Bos Taurus, Bison en Paard met héél veel artefacten werden gevonden.
Zeven Neanderthalersites in een lössbodem sequentie te Veldwezelt-Hezerwater, Limburg, België. Dr. P. (Patrick) M.M.A. Bringmans Tussen 1995 en 2003 werd door het Laboratorium voor Prehistorie aan de Katholieke Universiteit Leuven een geo-archeologisch project opgestart om in de lössgroeven van Limburg-Haspengouw naar sporen van de Pleistocene mens te zoeken. Zeven van de in totaal 24 opgegraven plaatsen met archeologische vondsten te Veldwezelt-Hezerwater konden als volwaardig Midden-Paleolithische sites geïnterpreteerd worden. Deze sites waren duidelijk aan het hydrografisch netwerk verbonden. De Hezerwater vallei vormde naar de Jeker vallei één van de belangrijkste natuurlijke verbindingswegen tussen het Maasdal en het hoger gelegen Haspengouw. Beiden worden gekenmerkt door een eigen biotoop met rijke voedsel- en grondstoffenbronnen. Deze twee erg verschillende milieus met het iets verder gelegen grottenlandschap van de Maasvallei boden uitstekende gelegenheden aan de MiddenPaleolithische mensen van Veldwezelt-Hezerwater om in hun dagelijks onderhoud te kunnen voorzien. Een opmerkelijke en voor de hedendaagse mens geruststellende ontdekking is het feit dat in alle voorafgaande miljoenen jaren de zeespiegel nóóit hoger is geweest dan 5 m ten opzichte van het hedendaagse niveau! Sinds de laatste één miljoen jaar is er elke 100.000 jaar een tussenijstijd geweest. Daarvóór was er elke 40.000 jaar een tussenijstijd
AARDEWERK maart 2007
19
Er zijn geen aanwijzingen gevonden voor bewoning tijdens de Eem-periode (een extreme warme periode). Vanaf 50.000 jaar geleden zijn géén Neanderthalervondsten in België meer gedaan. Artefacten zijn altijd verbonden met perioden van gematigd klimaat. Vuursteenklingen zijn er al vanaf 200.000 jaar geleden. Bewoningssporen zijn aangetoond van 133.000 jaar geleden alsmede van 85.000 jaar geleden. Deze laatste dateren uit de VBLB site met ‘refits’ van Levalloisafslagen. De stelling is dat vanaf 50.000 jaar geleden in België géén Neanderthalers meer woonden, deze waren afgezakt naar Zuid Europa. Wel verbleef de moderne mens vanaf 50.000 jaar geleden in België omdat deze (beter) was aangepast aan de koude. Conclusie: de Midden-Paleolithische mens kon door middel van kennis en technologie op een gepaste en actieve manier reageren op veranderingen en onregelmatigheden in zijn leefomstandigheden.
Neanderthaler leefgebied. Op bovenstaand kaartje zien we de situatie ten tijde van het laat-Pleistoceen, zo'n 50.000 jaar geleden. Deze periode valt midden in de Würm ijstijd en de gemiddelde temperatuur ligt wel 6 graden Celsius onder het huidige gemiddelde.
Neanderthaler-kinderen en hun vuurstenen. Dr. D. (Dick) Stapert (Groninger Instituut voor Archeologie) Kinderen vormen ongeveer de helft van de meer dan 500 Neanderthaler individuen waarvan skeletresten zijn gevonden. Daar kinderresten gevoelig zijn voor verval zou het kunnen zijn dat in werkelijkheid deze 50% eerder circa 75% dient te bedragen. De kindersterfte moet hoog geweest zijn. In België is een 3 à 4 jarig kind met rachitus gevonden. Bovendien kenden de Neanderthalers een kortere kindertijd dan wij. Sporen van activiteiten van kinderen op kampementen zijn schaars maar de studie van vuurstenen artefacten kan aanwijzingen geven voor hun aanwezigheid. Zo zouden ‘miniatuur werktuigen’, te klein om functioneel te zijn, speelgoed geweest kunnen zijn. Mini-artefacten zouden ook opgevat kunnen worden als ‘oefenstukken’. In Nederland bij Rhenen is uit riviergrind een micro ‘pick’, een micro Levallois afslag van 2 cm en een micro vuistbijl van 4 cm lengte gevonden van circa 250.000 BP. Kinderen moeten vele afslagen en artefacten hebben geproduceerd tijdens de periode waarin ze leerden om vuursteen te bewerken. Dat leerproces zal jaren in beslag hebben genomen.
20
AARDEWERK maart 2007
Hun producten zijn te herkennen aan een reeks technische mankementen die vaak in combinatie optreden. Een Amerikaanse archeoloog heeft jarenlang van leerlingen al het afval bewaard en met name een groep van 11 leerlingen jarenlang gevolgd. Hij heeft daardoor de beginnersfouten op een systematische wijze kunnen ordenen. Uit afval is derhalve op te maken of dat van leerlingen afkomstig is of van ervaren vuursteenbewerkers (Shelley 1990). Ook refitting studies waarbij kernen worden gereconstrueerd door passende artefacten weer samen te voegen, kunnen helpen bij het herkennen van leerlingen in de kunst van het vuursteen bewerken, zoals eerder al bleek uit onderzoek van jongpaleolithische sites. Op zowel Belgische als Franse vindplaatsen hebben kinderen geoefend op door volwassenen weggegooid kernafval. Op Oldeholterwolde (NL) van circa 11.650 BP is aan de hand van refitting gereconstrueerd dat een ervaren volwassenen met 2 kinderen (leerlingen) heeft geoefend (groep 72) en op een andere plek 1 volwassenen met 3 kinderen (groep 50). Op een Nederlandse Belvédèresite zijn silexbrokken van zo’n 40 cm in 8 stukken geslagen. Op acht verschillende plekken is afval gevonden vol fouten zoals hinges, steps, stack steps, face battering. Hier zouden dus acht verschillende leerlingen hebben kunnen oefenen. Volgens Peregrin bestaat op de Franse site Rock de Comes 30% van de vuursteenbewerkers uit kinderen. Energieke Neanderthalers: waarom Neanderthalers zich anders gedragen. Dr. A. (Alexander) Verpoorte De laatste decennia is veel onderzoek verricht naar de anatomische kenmerken van Neanderthalers: hun ‘arctische’ lichaamsproporties, de robuuste bouw van de ledematen, de zware spieraanhechtingen enzovoort. De eerste Europese hominiden zijn gevonden in Engeland te Pakefield, met een datering van circa 700.000 BP. In West Europa weegt de Neanderthaler man tussen de 72 en 85 kg, de vrouw tussen de 62 en 71 kg. In de Levant is dit voor de man 58-80 kg en voor de vrouw 59-63 kg. De spiermassa ten opzichte van de moderne mens is veel groter om warmte te produceren en te behouden. Het onderhoud van zo’n lichaam vereist veel energie. Hoe kouder de omgeving, hoe groter het torso, maar met kortere botten (op te maken uit de verhouding bovenbeen versus onderbeen). De lichaamsbouw is meer als die van de Inuit en de Lap. De lichaamsbeharing van de Neanderthalers is conform die van moderne mensen. Groei van de hersenen is nadelig voor groei van andere organen, lees het lichaam. De biologie van de Neanderthaler kost veel energie; ze aten meer voedsel dan ‘moderne’ jagers kunnen produceren. De behoefte van een Neanderthaler vrouw is 4000 – 6000 Kcal per dag; die van de man 4500 – 6500 Kcal per dag. In onze moderne tijd is dit voor een 25 jarige vrouw 2000 Kcal, voor een 25 jarige man 2500 Kcal, voor een 55 jarige vrouw 1800 Kcal en voor een 55 jarige man 2200 Kcal per dag. Om 4000 Kcal per dag binnen te krijgen moet men het volgende eten: 40 kg sla + 5 kg vruchten of 1,5 kg doorregen rundervlees + 0,5 kg reuzel! Het voedsel van Neanderthalers bestond voornamelijk uit vlees. Tot zijn 15e jaar was een Neanderthaler voor zijn eten afhankelijk van ouderen. Van zijn 15e tot zijn 50e jaar moest hij enorm bijdragen aan het verkrijgen van voedsel ten behoeve van de andere familie- en stamleden. Vanuit het kamp werd de omgeving geëxploiteerd. Veel locaties werden vrij kort gebruikt; de omgeving werd gestript van voedsel waarna men naar een nieuwe plaats moest verhuizen. De laatste Neanderthalers in Europa zijn aangetroffen in Frankrijk te Saint-Cesaire, te dateren rond 36.000 BP, in Kroatië te Vidfya rond 30.000 BP en in Zuid Spanje te Zafarraya rond 28.000 BP.
AARDEWERK maart 2007
21
Tentoonstellingen / lezingen / symposia / wetenswaardigheden Saskia M.S.C. Thijsse Tentoonstellingen Het geheim van de Kelten Nog t/m 14 mei a.s. in het RMO te Leiden. Ruim 250 topstukken uit musea in Nederland, België en Duitsland en vondsten van recente opgravingen komen regelrecht uit het leven van de Kelten van circa 2500 jaar geleden. Te zien zijn onder andere een breed scala aan zwaarden, dolken, rijke goudschatten, grafvondsten van edelmetaal, offers en bijzondere gezichtsmaskers van aardewerk. Bezoekers kunnen op de foto met een levensgrote reconstructie van de meer dan 2500 jaar oude ‘Vorst van Oss’. De rijke grafinventaris van deze ‘vorst’ is ook te zien. Asterix en de Romeinen 8 februari – 28 oktober 2007 in het RMO te Leiden. De tentoonstelling laat u kennis maken met de wereld van de strip maar ook met de werkelijke wereld van toen. Bijzonderheden uit de Gallische en Romeinse wereld worden met levensgrote reconstructies van scènes uit de stripverhalen, spellen, interactive programma’s en authentieke voorwerpen tot leven gebracht. Hoe klonk Gallische muziek? Wat is het luxe servies van Romeinse officieren? Wat is het ritueel van schildverheffing? Archeologische voorwerpen van de Galliërs laten de sieraden van de elite zien, de producten van de hoefsmid en de vishaken van de visboer. Michiel de Ruyter en de 7 Provinciën Vanaf 28 maart 2007 op de Bataviawerf te Lelystad. Expositie ter gelegenheid van 400 jaar Michiel Adriaansz de Ruyter.
22
AARDEWERK maart 2007
Lezingen Kelten en de Lage Landen: Drank en wagens Door Herman Clerinx, beheerder Belgisch Genootschap voor Keltische Studies. De Kelten spreken nog steeds tot de verbeelding. Samen met de oude Grieken, Romeinen en Germanen stonden ze aan de wieg van de westerse beschaving. Maar haast niemand weet wie ze waren of (nog belangrijker) wat er van de Keltische cultuur is overgebleven. Met ‘drank en wagens’ schetst Clerinx een beeld van het ontstaan en de groei van de Keltische cultuur en haar invloed op de Lage Landen. Dinsdag 13 maart 2007, RMO te Leiden. Verdere informatie op www.rmo.nl Keltisch in Nederland, ofwel: zijn wij niet allen nog een beetje Kelt? Door Prof.dr. Peter Schrijver, hoogleraar Keltische talen en cultuur, Universiteit Utrecht. Dat de taal van de Kelten invloed heeft gehad op de Nederlandse taal, en dat dit tot op de dag van vandaag nog te merken is, is bij niet veel mensen bekend. Nog minder bekend is dat de uitspraak van vrijwel elke Nederlandse zin kenmerken bevat die uiteindelijk zijn terug te voeren op een Keltische taal die ongeveer tweeduizend jaar geleden in onze streken werd gesproken. Dinsdag 10 april 2007, RMO te Leiden. Verdere informatie op www.rmo.nl De Kelten, het traditionele beeld en enkele vragen. Door Lauran Toorians, keltoloog. Hij doet onder meer onderzoek naar het Keltisch in Nederland. Het min of meer traditionele beeld dat archeologen van ‘de Kelten’ hebben staat in de archeologie ter discussie. Ook vanuit de Keltische studies zijn er kanttekeningen bij te plaatsen. Het zoeken is naar een begrip van ‘de Kelten’ waarmee zowel archeologen als keltologen kunnen werken. Dinsdag 8 mei 2007, RMO te Leiden. Verdere informatie op www.rmo.nl
Symposia Derde Jaarlijkse Internationale Ename Colloquium .DE TOEKOMST VAN ERFGOED Veranderende visies, houdingen en contexten in de 21ste eeuw Gent, België, 21-24 maart 2007 Dit colloquium biedt een uniek wereldforum waarop gediscussieerd zal worden over welke rol erfgoed tijdens de komende decennia in onze samenleving zal spelen. Op zaterdag 24 maart is een rondleiding in Gent voor diegenen die geïnteresseerd zijn in een bezoekje aan deze unieke stad. Dit evenement wordt georganiseerd door: Het Ename Expertisecentrum voor Erfgoedontsluiting vzw http://www.enamecenter.org Abdijstraat 13-15 B-9700 Oudenaarde, België Meer informatie op http://www.enamecenter.org/content/view/140/71/lang,nl/. En op http://www.enamecenter.org/content/view/153/71/lang,nl/. Studiedag: Onderzoek aan het menselijk skelet. Bot bekeken? Skeletten vertellen. Op zondag 25 maart a.s. is er een archeologische studiedag te Boxtel met het bovenstaande thema. Organisatie: De Archeologische Sectie van het Noordbrabants Genootschap in samenwerking met het Brabants Heem. Programma: Prof. dr. G. Maat: De eerste Nassau's in Nederland. Identificatie en paleopathologie van de voorouders van Willem de Zwijger, begraven in de Onze Lieve Vrouwe Kerk te Breda. Drs. S. Baetsen: Zin en onzin van grootschalig skeletonderzoek. Middeleeuwse en Nieuwtijdse menselijke botresten in en rond de Catharinakerk te Eindhoven. AARDEWERK maart 2007
23
Drs. E. Altena: Oud-DNA onderzoek en de Catharinakerk opgraving te Eindhoven. Drs. M. d'Hollosy: Steentijdmensen in het ziekenhuis. Gezichtsreconstructies in de archeologie. Ontvangst vanaf 10.00 uur, opening 10.30 uur. Sluiting omstreeks 16.00 uur. Plaats: Café-zaal Fellenoord, Fellenoord 6, 5281 CB Boxtel (0411-672451). Kosten: e 17,50, bij aankomst te voldoen. Hierbij inbegrepen zijn een consumptie en de lunch. Opgeven (liefst voor 18 maart): schriftelijk bij Het Noordbrabants Genootschap, Postbus 1104, 5200 BD 's-Hertogenbosch of per e-mail mailto:
[email protected] Internationale ICOM-WOAM conferentie De RACM organiseert van 11 tot en met 15 september 2007 de 10e internationale ICOMWOAM conferentie in Amsterdam. Het ICOM-WOAM congres is een internationale conferentie over aantasting en behoud (zowel in situ als ex situ) van organisch archeologisch materiaal. Een belangrijk deel van de presentaties zal gaan over archeologisch hout (bijvoorbeeld scheepswrakken), en in situ behoud en monitoring van archeologische sites, maar er zal ook specifieke aandacht zijn voor andere organische materiaalsoorten zoals leer, textiel en zelfs papier. Het congres wordt afgesloten met een 1-daagse excursie naar Lelystad. Men verwacht minimaal 120 specialisten uit verschillende landen; niet alleen uit Europa maar ook uit de VS, Australië en Japan. De deadline voor deelname is 10 juni 2007. Voor meer informatie of aanmelding: zie de website www.woam2007.nl Informatie is ook te verkrijgen bij Hans Huisman:
[email protected] Wetenswaardgheden Nationale Onderzoeksagenda Archeologie De NOaA is weer een hoofdstuk rijker. Hoofdstuk 16: ‘De Middeleeuwen en vroegmoderne tijd in West Nederland’ geschreven door Epko Bult (gemeente Delft, Midden-Delfland, Pijnacker-Nootdorp), Arnold Carmiggelt (gemeente Rotterdam, BOOR), Petra van Dam (VU), Menno Dijkstra (AAC) en Daan Hallewas (ROB). Het hoofdstuk is te vinden op de NoaA website: www.noaa.nl en te downloaden in PDF-formaat. Inmiddels zijn 18 van de 25 hoofdstukken gereed en gepubliceerd. De resterende hoofdstukken komen naar verwachting uiterlijk medio 2007 op de website beschikbaar. Provinciaal archeologisch monument in Bakkum en Uitgeest Gedeputeerde Staten van Noord-Holland hebben besloten om twee terreinen, in Bakkum en Uitgeest, aan te wijzen als provinciaal archeologisch monument. Noord-Holland is de enige provincie in Nederland die provinciale archeologische monumenten heeft; in totaal nu drie. De terreinen in Bakkum (Bleumerweg) en Uitgeest (Uitgeesterbroek) bevatten unieke informatie over episoden uit de Noord-Hollandse geschiedenis waarover bijna geen geschreven bronnen bestaan. Om deze geschiedenis te behouden moet er voorzichtig worden omgegaan met de weilanden. De provincie heeft met de agrariërs een financiële regeling getroffen en afspraken gemaakt over het gebruik / beheer van de terreinen. Deze afspraken zijn uniek in Nederland. De provinciale monumenten zijn de enige terreinen van Nederland waar ploegen verboden is! Het Rijk kent ook archeologische monumenten maar die worden niet beschermd tegen agrarische bewerking.
24
AARDEWERK maart 2007
Inhoudsopgave Van de redactie ------------------------------------------------------------------------------------------1 Bestuursmededelingen----------------------------------------------------------------------------------2 Planning doedagen en veldactiviteiten 2007--------------------------------------------------------3 Maartje de Boer Open dag Hanzelijn--------------------------------------------------------------------------------------4 Wies Kreukniet Steentijddag: Randgebeuren---------------------------------------------------------------------------6 Ben H. van Rosmalen Geologisch booronderzoek op kavel J 126 - Noordoostpolder----------------------------------7 Tineke P.A.Heise en Cees C. Groothoff
Jaarverslag 2006 van de secretaris --------------------------------------------------------10 Verslag van de doedagen 2006--------------------------------------------------------------11 Verslag van de veldcoördinator 2006---------------------------------------------------------------12 Verslag promotie en educatie / deskundigheidbevordering 2006 ----------------------------13 Eruit gezeefd: de bijl-----------------------------------------------------------------------------------15 Jaap Eelman Kort verslag van het Symposium “Neanderthalers in de Lage Landen”, Drents Museum Assen 7 oktober 2006--------------------------------------------------------------19 Saskia M.S.C. Thijsse Tentoonstellingen / lezingen / symposia / wetenswaardigheden-------------------------------22 Saskia M.S.C. Thijsse
ISSN: 1570-582X
AARDEWERK maart 2007
AARDEWERK maart 2007
25