1 Aan de leden van de Algemene Commissie voor Immigratie, Integratie en Asiel
Utrecht, 24 oktober 2012
Onderwerp: begrotingsbehandeling Binnenlandse Zaken, onderdeel Immigratie, Integratie en Asiel
Geachte heer, mevrouw, Ten behoeve van de behandeling van de begroting van Binnenlandse Zaken 2013, onderdeel Immigratie, Integratie en Asiel vraagt de Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF (hierna: UAF)1 graag uw bijzondere aandacht voor de volgende punten: 1. 2. 3.
het recht op studiefinanciering voor vluchtelingstudenten ouder dan 30 jaar; de gevolgen van de gewijzigde Wet Inburgering voor vluchtelingstudenten; en het recht op stage voor studenten zonder rechtmatig verblijf in Nederland.
Het UAF meent dat met de onmogelijkheid voor vluchtelingstudenten ouder dan 30 jaar om in aanmerking te kunnen komen voor studiefinanciering en met de gewijzigde Wet Inburgering geen recht wordt gedaan aan de bijzondere positie waarin vluchtelingen zich bevinden. Deze bijzondere positie komt onder meer tot uitdrukking in artikel 34 van het Vluchtelingenverdrag en artikel 33 van de Definitierichtlijn2. Wij vragen u er dan ook bij de regering op aan te dringen dat voor vluchtelingen, gelet op hun bijzondere positie, zowel in de Wet op de Studiefinanciering als in de Wet Inburgering uitzonderingsbepalingen worden opgenomen. Ook vragen wij u bij de regering te bevorderen dat studenten zonder rechtmatig verblijf in Nederland in verband met de voltooiing van hun beroepsopleiding stage kunnen lopen.
1
De stichting voor Vluchteling‐Studenten UAF stelt zich ten doel hoger opgeleide vluchtelingen (vanaf mbo niveau 3) te ondersteunen bij het verwerven van een passende maatschappelijke positie door hen te steunen bij het realiseren van hun studieplannen en bij het verwerven van een plaats op de arbeidsmarkt die aansluit bij hun opleiding en capaciteiten. Het UAF treedt daarbij tevens op als belangenbehartiger voor de vluchtelingen. Zie voor meer informatie: www.uaf.nl. 2 Zie UNHCR, Opmerkingen van het Hoog Commissariaat van de Verenigde Naties voor de Vluchtelingen (UNHCR) over het wetsvoorstel betreffende de ‘Regels inzake inburgering in de Nederlandse samenleving (Wet inburgering)’, juni 2006: “UNHCR is echter van mening dat rekening gehouden moet worden met de bijzondere situatie van vluchtelingen. Deze personen hebben hun land immers niet uit vrije keuze verlaten en kunnen evenmin naar hun land van herkomst terugkeren. In het bijzonder moet rekening gehouden worden met de traumatische ervaringen die menig asielmigrant heeft meegemaakt voor zijn gedwongen vertrek uit zijn land van herkomst of tijdens zijn vlucht. Bovendien kunnen voor vluchtelingen het ontbreken van een netwerk, het ontbreken van financiële middelen, een beperkte opleiding en beperkte taalvaardigheden belemmerende factoren zijn bij het opbouwen van een nieuw bestaan. (…)”. Brief begrotingsbehandeling IIA - 24-10-2012 –
[email protected] Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF - Wilhelminapark 38 - 3581 NJ Utrecht - www.uaf.nl
2 1. Recht op studiefinanciering voor de vluchtelingstudent ouder dan 30 jaar Op grond van de Wet op de Studiefinanciering hebben (aspirant-)studenten die ouder zijn dan 30 jaar geen recht op studiefinanciering. Het UAF ondersteunt een groot aantal hoogopgeleide vluchtelingstudenten dat ouder is dan 30 jaar en niet in aanmerking komt voor studiefinanciering. Doorgaans kunnen deze vluchtelingstudenten geen voltijdopleiding volgen. Veel gemeenten staan immers niet toe dat vluchtelingen die een uitkering ontvangen op grond van de Wet Werk en Bijstand een voltijdopleiding volgen, aangezien zij beschikbaar moeten zijn voor de arbeidsmarkt. Hierbij is van belang dat het voor vluchtelingstudenten vaak ook een probleem is om een deeltijdopleiding te kunnen volgen, aangezien zij in het kader van hun opleiding passend werk moeten vinden, hetgeen zonder Nederlandse startkwalificaties bijzonder moeilijk is. Dit betekent dat, zo al mogelijk, (hoogopgeleide) vluchtelingstudenten gedwongen worden een andere of lagere opleiding te kiezen dan waar hun talenten liggen. Verder benadrukt het UAF dat vrijwel alle vluchtelingen na toelating tot Nederland niet onmiddellijk kunnen starten met een studie. Zo dienen zij allereerst de tijdelijke achterstand in de beheersing van de Nederlandse taal in te lopen.3 Daarnaast hebben de vluchtelingen die bij het UAF bekend zijn een tijdelijke achterstand in hun vooropleiding omdat zij niet in het bezit zijn van in Nederland erkende diploma's. Vluchtelingen hebben dan ook extra tijd nodig om die achterstand in te lopen. Zo zien wij in de praktijk dat het voor vluchtelingen die bijvoorbeeld 28 of 29 jaar zijn en een studie willen volgen aan een hogeschool of universiteit nauwelijks mogelijk is die achterstand voor hun dertigste jaar in te lopen. De omstandigheid dat gemeenten vaak geen toestemming geven om een schakeljaar4 te kunnen volgen vormt daarbij een extra belemmering. Hierdoor duurt het voor de vluchtelingstudent nog langer voordat dat hij met een studie kan beginnen. Het UAF vindt dat in de huidige regelgeving geen recht wordt gedaan aan de bijzondere positie waarin vluchtelingen zich bevinden. Wij pleiten er dan ook voor dat voor vluchtelingen een uitzonderingsbepaling wordt opgenomen in de Wet op de Studiefinanciering. Het UAF vindt dat het recht op studiefinanciering voor vluchtelingen niet langer gekoppeld moet zijn aan een leeftijdsbeperking. Ook vluchtelingen ouder dan 30 jaar moeten recht krijgen op studiefinanciering. Er dient immers rekening te worden gehouden met de achterstand die vluchtelingen moeten inlopen.
3
Vluchtelingen dienen om aan hun opleiding te kunnen beginnen de Nederlandse taal minimaal op B1 of B2 niveau te beheersen. Zij moeten daarvoor het NT2 Staatsexamen programma I of programma II behalen. 4 In het schakeljaar wordt de vluchtelingstudent voorbereid op een studie aan een hogeschool of universiteit. Brief begrotingsbehandeling IIA - 24-10-2012 –
[email protected] Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF - Wilhelminapark 38 - 3581 NJ Utrecht - www.uaf.nl
3 2. Gevolgen gewijzigde Wet Inburgering voor vluchtelingstudenten De gewijzigde Wet Inburgering zal per 1 januari 2013 in werking treden. Met de gewijzigde Wet Inburgering wordt de vluchteling volledig verantwoordelijk voor de deelname en financiering van de inburgering. Voor niet-draagkrachtigen is een vangnet in de vorm van een sociaal leenstelsel bij DUO voorhanden. Het UAF maakt zich zorgen dat vluchtelingen zich nog meer in de schulden zullen steken om aan de inburgeringsplicht te kunnen voldoen.5 Een vangnet in de vorm van een sociaal leenstelsel bij DUO biedt daarbij geen oplossing. Veel vluchtelingen gaan immers al leningen aan bij gemeenten. VluchtelingenWerk Nederland geeft in de Integratiebarometer van 2012 aan dat 30% van de vluchtelingen in Nederland onder de armoedegrens leeft.6 Ook het UAF constateert dat de inkomenspositie van vluchtelingen slecht is. Regelmatig wordt de organisatie gevraagd een bijdrage te leveren in het levensonderhoud van de vluchtelingstudent. Zoals de ACVZ terecht in haar advies aangeeft, zal het voor vluchtelingen moeilijker en duurder worden om aan de verplichtingen voor inburgering en naturalisatie te kunnen voldoen.7 Verder vrezen wij dat met de (financiële) verantwoordelijkheid die bij de vluchteling wordt gelegd nog meer obstakels ontstaan om een studie te gaan volgen, hetgeen zeer onwenselijk is. Naar de mening van het UAF komt de gewijzigde Wet Inburgering niet tegemoet aan hetgeen in artikel 34 van het Vluchtelingenverdrag is bepaald: “De Verdragsluitende Staten zullen, voor zover mogelijk, de assimilatie en naturalisatie van vluchtelingen vergemakkelijken. Zij zullen in het bijzonder ernaar streven de naturalisatieprocedure te bespoedigen en de tarieven en kosten van deze procedure zoveel mogelijk te verminderen.” Evenmin komt naar ons idee de gewijzigde Wet Inburgering tegemoet aan hetgeen artikel 33 van de Definitierichtlijn8 vereist. Ingevolge deze bepaling is de toegang tot integratievoorzieningen voor vluchtelingen geborgd: “Teneinde de integratie van de vluchtelingen in de samenleving te vergemakkelijken, voorzien de lidstaten in integratieprogramma's welke zij passend achten of zorgen zij voor de omstandigheden waaronder de toegang tot dergelijke programma's gewaarborgd is.”9
5
Eerder hebben andere organisaties zoals VluchtelingenWerk Nederland en de VNG hun zorgen geuit over de gewijzigde Wet Inburgering. 6 VluchtelingenWerk Integratiebarometer 2012. De barometer is gebaseerd op cijfers van het CBS. 7 ACVZ, Advies inzake het concept wetsvoorstel tot wijziging van de Wet Inburgering, de Wet participatiebudget en de Wet educatie en beroepsonderwijs (versterking eigen verantwoordelijkheid inburgeringsplichtige), 16 mei 2011, kenmerk: ACVZ/ADV/2011/018. 8 Idem. 9 Idem. Brief begrotingsbehandeling IIA - 24-10-2012 –
[email protected] Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF - Wilhelminapark 38 - 3581 NJ Utrecht - www.uaf.nl
4 Het UAF wijst hierbij in het bijzonder ook op de groep uitgenodigde vluchtelingen: weliswaar nodigt Nederland deze vluchtelingen uit, maar faciliteert hun inburgering niet. Het UAF vindt dat de overheid de inburgering voor vluchtelingen dient te faciliteren en onderschrijft het voorstel van de ACVZ om een uitzonderingsbepaling op te nemen voor vluchtelingen.10 Het UAF is van mening dat de overheid inburgering voor vluchtelingen dient te faciliteren zoals dat in het Vluchtelingenverdrag en in de Definitierichtlijn is neergelegd. 3. Het recht op stage voor studenten zonder rechtmatig verblijf Op 2 mei jongstleden heeft de rechtbank Den Haag11 geoordeeld dat de Nederlandse Staat een onrechtmatige daad pleegt door een meerderjarige mbo-leerling zonder verblijfstitel geen mogelijkheid te bieden in het kader van zijn beroepsopleiding stage te kunnen lopen. Anders dan de minister is de rechtbank van oordeel dat (in het onderhavige geval) de onmogelijkheid van het kunnen volgen van een stage het recht op onderwijs in het hart treft. Van een effectief recht op onderwijs kan derhalve niet worden gesproken als het gevolgde onderwijs niet kan worden afgesloten met een diploma. Het voorgaande is in strijd met het recht op onderwijs in de zin van artikel 2, eerste lid, van het Eerste Protocol bij het EVRM12, aldus de rechtbank. De Staat is tegen deze uitspraak in hoger beroep gegaan. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft niettemin toegezegd dat in ieder geval gedurende het hoger beroep de Inspectie SZW geen gerichte onderzoeken zal verrichten naar het stage lopen door jongeren die illegaal in Nederland verblijven.13 Het UAF is van mening dat studenten die onrechtmatig in Nederland verblijven, zoals de rechtbank oordeelt, het recht op onderwijs moeten kunnen effectueren; het behalen van een diploma is daarbij van wezenlijk belang. Verder is het behalen van een startkwalificatie (diploma) van belang om op enig moment in Nederland of bij terugkeer in het land van herkomst een baan te kunnen vinden. Studenten die zonder rechtmatig verblijf in Nederland verblijven dienen om hun beroepsopleiding te kunnen voltooien stage te kunnen lopen.
10
Idem. Uitspraak rechtbank Den Haag, 2 mei 2012, zaaknummer: 403618/ HA ZA 11‐2443, LJN: BW4736. 12 Artikel 2, eerste lid van het Eerste Protocol bij het EVRM luidt als volgt: “No person shall be denied the right to education. In the excersise of any functions which it assumes in relation to education and teaching, the State shall respect the right of parents to ensure such eduaction and teaching in conformity with their own religious and philosophical convictions.” 13 Zie Kamerstuk 32 144, nummer 16. 11
Brief begrotingsbehandeling IIA - 24-10-2012 –
[email protected] Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF - Wilhelminapark 38 - 3581 NJ Utrecht - www.uaf.nl
5 Tot slot: asielbescherming Het UAF deelt de zorgen van onder andere VluchtelingenWerk Nederland en Amnesty International, dat door het komen te vervallen van het categoriaal beschermingsbeleid en het traumatabeleid asielzoekers die bescherming nodig hebben die bescherming wordt onthouden. Wij vinden dan ook dat deze nationale asielgronden gehandhaafd dienen te blijven. Wij hopen dat u bovenstaande opmerkingen wilt betrekken bij uw inbreng tijdens de behandeling van de begroting van Binnenlandse Zaken, onderdeel Immigratie, Integratie en Asiel. Mocht u naar aanleiding van deze brief nog vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met Angelina van Kampen, studentenbegeleider en juridisch medewerker bij het UAF. Zij is telefonisch bereikbaar op 030-2520835. U kunt ook mailen naar
[email protected]. Met vriendelijke groet,
André Wilbers Waarnemend directeur Cc: de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel
Brief begrotingsbehandeling IIA - 24-10-2012 –
[email protected] Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF - Wilhelminapark 38 - 3581 NJ Utrecht - www.uaf.nl