Aan de Gemeenteraad. Raadsvergadering Nummer Commissie Portefeuillehouder Afdeling Opsteller Productiedatum Vaststellingsdatum b&w Fatale datum Registratienummer Reg.nrs(s) bijlage(n) Onderwerp
: : : : : : : : : : : :
22 april 2010 8 Commissie Bestuur en Middelen burgemeester R.Th.M. Nederveen III-Publiekszaken P.S.M. Eichhorn 18 februari 2010 2 maart 2010 n.v.t. 2010002754 2010003123 Bestuurlijke strafbeschikking en de bestuurlijke boete Korte inhoud voorstel
Met de bestuurlijke boete dan wel de bestuurlijke strafbeschikking hebben de gemeenten vanaf 2009 nieuwe handhavinginstrumenten waarmee zij de kleine ergernissen in de openbare ruimte zelf kunnen aanpakken. Voor het eerst krijgen de gemeenten met deze twee instrumenten en de vergoedingsregeling voor fout parkeren inkomsten uit de door hen opgelegde boetes. De gemeente moet een keuze maken uit de bestuurlijke boete en de bestuurlijke strafbeschikking, omdat deze instrumenten niet naast elkaar mogen worden gebruikt. Uit pragmatische overwegingen stelt het college voor om de bestuurlijke strafbeschikking in te voeren. De bestuurlijke strafbeschikking die per 1 september 2010 in het arrondissement Haarlem (Kennemerland en ZaanstreekWaterland) ingevoerd kan worden, maakt geen eigen inning- en bezwaarapparaat nodig. Bovendien zorgt de strafbeschikking door eenduidigheid in de handhaving en in nauwe samenwerking met de andere partners in de handhavingketen, voor een meer effectief en aantrekkelijk instrument dan de bestuurlijke boete.
1.
Aanleiding
In de optiek van veel gemeenten laten politie en Openbaar Ministerie (OM) belangrijke zaken liggen als het gaat om de lokale handhavingsproblematiek. Politie en Openbaar Ministerie treden onvoldoende handhavend op tegen “kleine ergernissen” en lichte verkeersovertredingen. In het licht van de regierol van de gemeente bij het lokale veiligheidsbeleid werd de mogelijkheid een boete op te leggen gemist. In 2008 zijn er twee wetten aangenomen, de ‘wet bestuurlijke overlast in de openbare ruimte’ (bestuurlijke boete) en de ‘wet OM-afdoening’ (bestuurlijke strafbeschikking). Beide wetten geven aan gemeentebesturen de mogelijkheid zelf boetes op te leggen bij overtredingen in de openbare ruimte. De bestuurlijke strafbeschikking kan worden toegepast voor overtredingen van feiten die vermeld staan op de ‘feitenlijst strafbeschikking overlast’. (zie bijlage 2010003123) Gemeenten krijgen zo zelf meer bevoegdheden, maar wél altijd in samenwerking met de politie. De nieuwe aanpak past in een effectief handhavingsbeleid van gemeenten.
-2-
Zo komt een schone, prettige en veilige leefomgeving toch weer een stapje dichterbij. Gemeenten hebben de keuze voor het invoeren van één van beide instrumenten, een keuze voor beide instrumenten is niet mogelijk. Ook kan de gemeente er voor kiezen géén van beide instrumententen in te voeren. De Minister van Justitie heeft besloten dat de vier grootste steden (G4) per 1 januari 2009 konden starten met de bestuurlijke strafbeschikking. Rotterdam, Den Haag en Utrecht en Amsterdam zijn inmiddels gestart met uitvoering van de bestuurlijke strafbeschikking. Om de toepassing van de bestuurlijke strafbeschikking beheersbaar te houden, heeft de Minister van Justitie besloten dat voor andere gemeenten dan de G4, de invoering vanaf 1 januari 2010, gefaseerd plaatsvindt. Vanwege eenduidigheid naar de burgers is gekozen voor een uitrol per arrondissement. Het arrondissement Haarlem (Kennemerland en Zaanstreek Waterland) mag 1 september 2010 van start gaan met de bestuurlijke strafbeschikking. Op 2 maart 2010 heeft ons college voor de bestuurlijke strafbeschikking gekozen.
2.
Probleem- en doelstelling/oplossingen/effecten
Een schone, prettige en veilige leefomgeving, is een doel van elk gemeentebestuur. Maar helaas, dat lijkt voor veel gemeenten een brug te ver. Er zijn nu eenmaal mensen die het niet zo nauw nemen met de regels: wildplassers bijvoorbeeld of mensen die vuil op straat achterlaten. Dat is vervelend, want voor de burger zijn het juist dit soort overtredingen die tot ergernis leiden en een gevoel van onveiligheid geven. In sommige gemeenten blijken de bestaande middelen onvoldoende om tegen deze overtredingen op te kunnen treden. Zo legt de aanpak van deze vormen van overtredingen een groot beslag op de politie. En die heeft het druk met zijn (kern)taken. Om er voor te zorgen dat je als gemeente effectief kunt optreden tegen deze overtreders, zijn er nieuwe instrumenten ontwikkeld: de bestuurlijke boete en de bestuurlijke strafbeschikking. De nieuwe instrumenten van de bestuurlijke boete en de strafbeschikking zijn gelijkwaardig en zijn beide geschikt om voor gemeenten in aanmerking te komen voor de handhaving van veel voorkomende en overlastgevende overtredingen in de publieke ruimte. De introductie van de instrumenten geeft de gemeente de gelegenheid om het huidige handhavingsbeleid met betrekking tot de overlast in de publieke ruimte, te heroverwegen, met als uiteindelijke vraag welk instrument de gemeente zal gaan inzetten. De instrumenten strafbeschikking en bestuurlijke boete kunnen niet beide door gemeentelijke buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) worden ingezet voor dezelfde feiten. Effectiviteit van het instrument, evenals de consequenties van de keuze voor één van de instrumenten zijn bepalend geweest voor de uiteindelijke keuze. Bij invoering van één van beide instrumenten krijgt het gemeentebestuur het primaat bij de handhaving van de overlastfeiten en neemt de rol van de politie af. Bij de keuze voor de bestuurlijke boete zal de politie niet stelselmatig aandacht besteden aan overlast in de openbare ruimte en het bestuur zal 24 uur per dag de verantwoorde-
-3-
lijkheid dragen voor de handhaving op dit terrein. Consequentie is dat de gemeente na invoering van de bestuurlijke boete in beginsel geen beroep kan doen op inzet van het regionale politiekorps en de politie niet verplicht is om als achtervang te fungeren (bijvoorbeeld ’s nachts en in het weekend). Daarentegen is bij de keuze voor de strafbeschikking voor de handhaving van overlast weliswaar de gemeente primair verantwoordelijk, maar dan geschiedt dit, anders dan bij de bestuurlijke boete wel samen met de politie, in de strafrechtelijke kolom. De bestuurlijke strafbeschikking komt beschikbaar voor alle feiten uit de Algemene Plaatselijke Verordening en de Afvalstoffenverordening, minus een aantal feiten die gevaarzettend zijn. De volgende APV-feiten zijn vooralsnog uitgezonderd: samenscholing en ongeregeldheden, betogingen op openbare plaatsen, vechten op straat, meevoeren van steekwapens, hinderlijk drankgebruik, bedelen, heling van goederen, het gebruik van verdovende middelen en drugshandel op straat. De bestuurlijke strafbeschikking geeft, vanwege het hanteren van een positieve lijst (zie bijlage ‘feitenlijst strafbeschikking overlast’), meer ruimte voor toekomstige uitbreiding. Daar komt bij dat voor de bestuurlijke strafbeschikking ‘sterkere’ boa’s kunnen worden ingezet. Boa’s die de bestuurlijke strafbeschikking opleggen, kunnen doorpakken op overtreders die hun Identiteitsbewijs niet willen tonen, wederspannig worden of beledigen en bedreigen. Handhavingsprogramma In een nog op te stellen handhavingsprogramma komen doelstellingen te staan die met de toegewezen opsporingsbevoegdheid moeten worden bereikt. Het handhavingsprogramma omvat meer dan enkel de strafrechtelijke aanpak en geeft weer hoe het totaal van de handhaving in een gemeente er uitziet. In het jaarlijkse handhavingsbeleid komt onder meer tot uiting met welk doel de inzet van buitengewoon opsporingsambtenaren komend jaar plaatsvindt. Het aantal boa’s, de hoeveelheid en het type proces-verbaal, de aard van de inzet (acties, permanent), de tijdstippen (data, periode in het jaar) en de plaats van de controles worden vermeld. Verder beschrijft het jaarplan op welke wijze de processen-verbaal binnen de gemeente worden verwerkt en geregistreerd en hoe de verbalen aan het openbaar ministerie/CJIB worden aangeleverd (elektronisch of op papier, met welke frequentie en met welke kwaliteitseisen). Uit het verslag blijkt in hoeverre te beleidsdoelstellingen en resultaten bereikt zijn. Het jaarverslag kan hiervoor ingaan op: de mate waarin doelstellingen zijn bereik, geweldsmeldingen, het aantal boa’s, assistentieverzoeken politie, aantal dagen dat medewerkers als boa’s hebben opgetreden, aantal overige incidenten zoals: vernielingen, mishandelingen, aantal controles dat is uitgevoerd, aantal klachten tegen boa’s; incidenten van geweld tegen boa’s;, aantal trainingen/opleidingen van boa’s, en het aantal processen-verbaal.
-4-
Keuze strafbeschikking Voordelen van de bestuurlijke strafbeschikking t.o.v. de bestuurlijke boete zijn: •
De afhandeling van de bestuurlijke strafbeschikking lijkt het meest op de huidige strafrechtelijke afhandeling. Dat is zowel voor de burgers als voor de uitvoerende handhavers een herkenbare werkwijze.
•
Voor de invoering van de bestuurlijke strafbeschikking is het niet noodzakelijk om wijzigingen aan te brengen in de handelwijze van de boa’s zoals die op dit moment plaatsvindt.
•
Met de beboetbare overlastfeiten kan een breed scala aan overtredingen in de openbare ruimte worden aangepakt (vergelijkbaar met de bestuurlijke boete overlast). Omdat de feitenlijst een zogenaamde positieve lijst is, biedt de bestuurlijke strafbeschikking meer ruimte voor toekomstige uitbreiding van feiten (zoals fout parkeren en andere kleine verkeersovertredingen). Indien de keuze voor de bestuurlijke boete wordt gemaakt dan moet dat bij verordening. Voor de bestuurlijke strafbeschikking is een Algemene Maatregel van Bestuur opgesteld
•
•
Er hoeven geen investeringen te worden gedaan voor het inrichten van gemeenschappelijke voorzieningen voor de inning en invordering van de boete en de behandeling van bezwaar en beroep.
•
De afhandeling van de opgelegde beschikking (boete) wordt verzorgd door het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB). De eventuele daaruit voortvloeiende verzetzaken worden door het Openbaar Ministerie afgedaan. Voor iedere uitgeschreven beschikking (boete) door gemeentelijke boa’s, krijgt de gemeente een vergoeding. Dit geldt ook voor het fout parkeren (Wet Mulder), die op termijn worden toegevoegd aan de bestuurlijke strafbeschikking.
•
In de huidige situatie worden voor dezelfde feiten processen-verbaal opgemaakt waar geen vergoeding tegenover staat. Zowel de bestuurlijke boete als de strafbeschikking zijn interventies die een sterk lik op stuk karakter kennen. Een gemeentelijke boa overhandigt op straat bij beide instrumenten direct na de constatering van de overtreding de aankondiging dat er een geldboete wordt opgelegd. Zowel bij de bestuurlijke boete als de strafbeschikking is het van belang de juridische kwaliteit te bewaken. De middelen bestuurlijke boete en strafbeschikking passen vooral binnen de handhavingsstijlen van “afschrikken” en “principieel”. De manier waarop deze interventies in combinatie met andere middelen ingezet worden, is bepalend voor de totale effectiviteit.
3.
Financiële aspecten/risico’s
De opbrengsten van bestuurlijke boete mogen gemeenten zelf houden. Daar staat tegenover dat de kosten voor het innen en (dwang)invorderen van de boetes en voor het afhandelen van bezwaarschriften, verzetszaken en (hoger) beroepszaken voor rekening van de gemeenten zijn. Het is niet bekend hoeveel een eventuele invoering van de bestuurlijke boete voor kleine ergernissen zou opbrengen en hoeveel de kosten zouden bedragen. Berekeningen van het ministerie van Justitie onder een aantal geselecteerde gemeenten laten zien dat ook de bestuurlijke boete in sommige gevallen netto-opbrengsten kan genereren, maar dat er ook gemeenten zijn die forse tekorten
-5-
zouden hebben. In ieder geval is het nettoresultaat nooit meer dan de € 40 die de gemeente als vergoeding voor de bestuurlijke strafbeschikking krijgt. Er is dus geen financieel argument om voor de bestuurlijke boete te kiezen. De aansluiting op het CJIB zal door middel van een internetapplicatie verlopen. Hieraan zijn buiten de aanschaf van de hardware geen kosten verbonden. Het CJIB stelt de software kosteloos ter beschikking. 4.
Voorstel
Op basis van dit voorstel stellen we u voor in te stemmen met de invoering van de bestuurlijke strafbeschikking voor de handhaving op de kleine ergernissen en niet te kiezen voor de bestuurlijke boete.
5.
Uitvoering
Het gemeentebestuur is zelf bevoegd en verantwoordelijk voor de uitvoering van de handhaving. Dat betekent dat de kosten en vergoedingen van de bestuurlijke strafbeschikking ook hier liggen. Voor iedere uitgeschreven beschikking (boete) door gemeentelijke boa’s, krijgt de gemeente een vergoeding van de €40 voor overlastfeiten en €25 voor fout parkeren (Wet Mulder). Omdat de werkzaamheden nu ook al gebeuren, zijn er geen extra kosten verbonden aan de invoering van de bestuurlijke strafbeschikking. Het proces van tenuitvoerlegging van de met de strafbeschikking opgelegde boete, is in handen van het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB). Indien de bestrafte het niet eens is met de strafbeschikking moet hij verzet aantekenen bij het OM. Met deze samenwerking tussen verschillende overheidsinstanties is een strafrechtelijke keten georganiseerd, die efficiënte handhaving bewerkstelligt. Tot het moment dat de boa’s hun processen-verbaal, via internet, direct bij het CJIB kunnen aanleveren, dienen de processen-verbaal zelf verwerkt te worden en via de Centrale Verwerkingseenheid (CVE) van de politie te worden verstuurd. Dit houdt in dat de processen-verbaal een kwaliteitscontrole dienen te ondergaan en moeten worden geregistreerd -door de werkgever- van de boa. De werkgever van de boa is verantwoordelijk voor het tijdig aanleveren van de processen-verbaal aan het CVE. Processenverbaal die buiten de aangegeven datum worden aangeleverd, worden mogelijk niet meer behandeld door het CJIB. Bij de invoering van de bestuurlijke strafbeschikking dient een keuze gemaakt te worden of de boa’s hun strafbeschikkingen met de hand uitschrijven of dat zij gebruik gaan maken van zogenaamde handheld pc’s (PDA). Het voordeel van een PDA is dat deze de informatie (bonnen etc.) direct kan uploaden in het back office systeem. Dit back office systeem verstuurt dan de informatie naar het CJIB. Als de keuze wordt gemaakt dat de BOA de strafbeschikkingen handmatig invult op een bonnenboekje moet er rekening mee worden gehouden dat de bonnen bij terugkomst op het kantoor handmatig moeten worden ingevoerd in het back office systeem. Momenteel vindt een onderzoek plaats om tot een juiste keuze te kunnen komen.
-6-
Burgemeester en wethouders van Bloemendaal,
R.Th.M. Nederveen
, burgemeester.
A.Ph. van der Wees
, secretaris.
Advies Commissie De commissie adviseert positief over het voorstel en stelt voor de voordracht te agenderen als hamerpunt voor de raad van 22 april 2010. De commissie merkt op dat wellicht RIJK iets kan betekenen in deze.
De raad van de gemeente Bloemendaal; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 maart 2010; en het advies van de commissie B&M;
b e s l u i t:
in te stemmen met de invoering van de bestuurlijke strafbeschikking.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bloemendaal, gehouden op 22 april 2010.
, voorzitter
, griffier