Aan de leden van de commissie Economie en Mobiliteit
Nr.: 2006-17.002/40/A.17, EZ
Groningen, 6 oktober 2006
Behandeld door Telefoonnummer Antwoord op Bijlage
: Hermse, J. : (050) 3164371 : : 1
Onderwerp
: Stand van zaken uitvoering nota "Werken aan economische groei beleidsagenda economie 2004-2008-"
Geachte dames en heren,
Tijdens de dag van de verantwoording van de Programmarekening 2005 (24 mei jl.) is aan uw commissie een schriftelijke reactie met betrekking tot de stand van zaken uitvoering nota "Werken aan economische groei -beleidsagenda economie 2004-2008-" toegezegd. Via deze brief geven wij u de gevraagde informatie. De beleidsagenda is eind september 2004 door ons college vastgesteld. Bespreking en accordering door uw statencommissie en Provinciale Staten heeft in december 2004 plaatsgehad. Begin 2005 is de gedrukte nota en een samenvattende brochure verspreid. In 2005 is tevens gestart met de concrete uitvoering van de agenda. Als activiteiten kunnen o.a. genoemd worden het houden van bijeenkomsten met de diverse sectoren, het inbrengen van het speerpuntsectorenbeleid in SNN nota's, het bouwen en onderhouden van netwerken, het actief participeren in sector- en netwerkorganisaties, het waar nodig opzetten van netwerkorganisaties, het verwerven van projecten en projectideeën en het meeontwikkelen en subsidiegereed maken van de projecten. Doel van deze aanpak is het faciliteren en stimuleren van innovatie en de verdere ontwikkeling van een zestal speerpuntsectoren, zijnde Energy Valley, Life Sciences, Chemie, ICT, Agrobusiness en Scheepsbouw. Achterliggend doel is uitbreiding danwel behoud van werkgelegenheid in deze speerpuntsectoren en, minstens zo belangrijk, de daaraan gelieerde toeleverende bedrijven. De nota "Werken aan economische groei" heeft op SNN niveau inmiddels duidelijk zijn doorwerking gehad. In de "Strategische agenda voor Noord-Nederland 2007-2013" (SNN, januari 2005) en de nota "De koers verlegd" (SNN, mei 2005) zijn onze speerpuntsectoren opgenomen. Dit geldt ook voor het Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland 2007-2013 (OP EFRO), dat binnenkort in Brussel
wordt ingediend. Wij verwachten dat de speerpuntsectoren ook in het Transitieprogramma (uitwerking Pieken in de Delta voor Noord-Nederland) en het ZZL transitiealternatief opgenomen worden. In het algemeen kan gesteld worden dat de voorgenomen activiteiten conform planning (of zelfs voortvarender) zijn verlopen. Er zijn diverse sectorbijeenkomsten gehouden, er is volop sprake van netwerkparticipatie, netwerkorganisaties zijn opgericht (Energy Valley, Maritiem Platform) of in oprichting (Life Sciences) en het projectenwerk loopt goed. Onderstaand zullen wij per sector kort een beschrijving van de uitgevoerde en nog te ondernemen activiteiten weergeven. In de bijlage treft u een overzicht van reeds gecommitteerde projecten tot 1-9-2006 aan. De belangrijkste subsidiebronnen zijn, naast diverse provinciale kredieten en budgetten, het Kompas en het Innovatief Actieprogramma Groningen (IAG). Deze laatste 2 programma's worden in 2007 opgevolgd door het OP EFRO en het Transitieprogramma.
Energy Valley Doel van Energy Valley is, zoals u weet, economische structuurversterking door de uitbouw en concentratie van energiegerelateerde activiteiten in het Noorden van Nederland. Beoogd wordt voortbouwend op bestaande posities / potenties en gebruikmakend van marktkansen - de noordelijke energiesector te laten uitgroeien tot een economische trekker van nationale en internationale betekenis. In 2005 is de hiertoe in het leven geroepen Stichting Energy Valley gereorganiseerd en van vervolgfinanciering voorzien. Dhr Alders is voorzitter van de nieuwe Raad van Toezicht geworden. Daarnaast zijn de 4 O's (ondernemingen, overheden, onderwijs en onderzoek) vertegenwoordigd in de Raad van Toezicht. Naast de Raad van Toezicht wordt een participantenplatform opgericht. Het participantenplatform beoogt een arena te bieden aan de samenwerkingspartijen die bij Energy Valley betrokken zijn. Het coördinatiebureau verricht de dagelijkse werkzaamheden die noodzakelijk zijn om de doelstellingen van Energy Valley te bereiken en richt zich hierbij primair op het initiëren en aanjagen van nieuwe ontwikkelingen. De vier (ook Noord-Holland) verantwoordelijke gedeputeerden voor Energy Valley nemen een bijzondere positie in. De gedeputeerden beoordelen het werkplan van Energy Valley. Financiering van Energy Valley door de provincies is afhankelijk van de beoordeling van dit werkplan. In totaal zijn in de periode 1/1 2005 tot 1/9 2006 17 concrete projecten op het terrein van Energy Valley in gang gezet en (mede) gefinancierd door de provincie (waarvan 11 in 2005). Het betreft projecten die zijn gefinancierd uit o.a. het Energy Valley Krediet en het Innovatief Actieprogramma Groningen. De 17 projecten zijn: 1. Bijdrage laatste fase UFO Oosterhorn 2. Haalbaarheidsstudie Energie-projecten Aldel 3. Smart Power System 4. Grounds for Change 5. Vervolgfinanciering Laddermolen 6. Costa Due 7. Alternatieve verwerking slachtbijproducten 8. Energiecongres RUG/Ederec 9. Energy Valley II 10. Biogas in het Westerkwartier 11. Ontwikkelingsstudie Biomassa Expertisecentrum 12. Puur dierlijke olie 13. Hanze Passage Sustainable Energy Management 14. Bareau (nieuwe vergistingstechnologie) 15. Glutanol/ bioethanolfabriek 16. Biocon (Biomassaconversiereactor) 17. Clean Energy Systems Noord-Nederland (CES-NN)
2
Daarnaast werd aan een groot aantal concrete projecten op het terrein van Energy Valley een inhoudelijke (niet-financiële) bijdrage geleverd. Belangrijk voorbeeld is onze inspanning voor het behoud van de energie-intensieve industrie in het Eemsmondgebied, kortom de problematiek van Aldel, Kollo, Akzo en Methanor. Deze problematiek zal ook de komende periode onze aandacht blijven vragen. In de afgelopen twee jaren is Energy Valley nationaal op de kaart gezet en zijn belangrijke projecten gestart of is daar een aanzet toe gegeven. In de komende periode zal verdere invulling aan Energy Valley worden gegeven en zal m.n. gewerkt worden aan de realisering van concrete projecten in Noord-Nederland en specifiek in onze provincie. De provincie zal daartoe de ontwikkeling en uitvoering van Groningse energieprojecten in het kader van Energy Valley faciliteren met menskracht en middelen. Als voorbeelden van te ontwikkelen projecten zijn te noemen de bio-ethanolfabriek en pulpvergistingsfabriek van Suikerunie/CSM, het energietransitiepark Eemsmond, Bio-energie Noord Nederland en Grasp (Gas Research en Sustainability Program).
Life Sciences De stad Groningen neemt een belangrijke plaats in op het gebied van Life Sciences in Nederland. Wanneer alleen de zogenaamde dedicated life sciences bedrijven (kennisintensieve, in biotechnologie gespecialiseerde bedrijven die actief zijn in Research en Development en de toepassing hiervan in processen, producten en diensten) in beschouwing worden genomen, is Groningen na Leiden het belangrijkste centrum binnen Nederland. Life Sciences is zowel nationaal als in SNN en provinciaal verband als speerpuntsector aangemerkt. Tevens is deze sector als één van de drie thema's uit het Innovatief Actieprogramma Groningen (IAG) benoemd. Binnen het IAG is voor de life sciences ongeveer € 1.3 mln gereserveerd. Begin 2005 is een survey paper over de sector opgesteld ("Inventarisatie en analyse van de Groningse situatie life sciences sector"). Daarnaast hebben we een bijeenkomst voor de sector (bedrijven, kennisinstellingen en intermediairs) georganiseerd, waarin o.a. de situatie en toekomstverwachtingen in de sector, opvattingen over de vorming van een clusterorganisatie en een presentatie over subsidiemogelijkheden aan de orde zijn geweest. Tevens werd een oproep gedaan tot het aanbrengen van projecten en projectideeën. Dit heeft inmiddels geleid tot de nodige gehonoreerde en in ontwikkeling zijnde projecten. In 2005 zijn de volgende projecten gecommitteerd: • Buitengewone Biokatalysatoren • Life Lines • Kenniskaart Life Sciences • Katalysator + In 2006 zijn tot aan 1 september de volgende projecten gecommitteerd: • Industriële toepassingen van cytochroom P450 enzymen • Huid, optische diagnose en receptuur gelaatsprothese • Flexibele GMP faciliteit Ook de komende periode zal de nadruk liggen op het ontwikkelen en subsidiegereed maken van projecten. Pijplijnprojecten zijn o.a. ontwikkeling groeimedium (onderzoek naar de mogelijkheden om de groei van zoogdiercellen te stimuleren m.b.v. een extract uit koolzaadkoek) en bioactieve stents. Daarnaast zal getracht worden een organisatorische structuur op te zetten waarin de 4 O's (ondernemingen, overheden, onderwijs en onderzoek) zijn samengebracht, dit om contacten met en binnen de sector te onderhouden en de projectontwikkeling te stimuleren. In juli 2006 zijn daartoe twee bijeenkomsten georganiseerd: één met een aantal bedrijven uit de sector en één over de mogelijke clusterstructuur met als voorbeeld BioFlanders. De huidige stuurgroep (provincie,
3
gemeente, NOM) uitgebreid met kennisinstellingen (RUG, UMCG) en bedrijfsleven, kan worden beschouwd als de eerste opstap richting die structuur.
Chemische sector in Delfzijl Veel bedrijven binnen het chemiepark in Delfzijl gebruiken chloor of daarvan afgeleide producten. De beschikbaarheid van chloor in Delfzijl is gewaarborgd door de recent gebouwde chloorfabriek in Delfzijl door Akzo Nobel, die binnenkort operationeel zal zijn. Gedurende het lokatiekeuzeproces hebben wij de nodige inspanningen geleverd om Delfzijl in beeld te brengen. Het afgelopen jaar hebben wij ons, zoals u weet, met name in de lobbysfeer ingespannen om hoge gasprijzen voor energieintensieve industrie te voorkomen, danwel te compenseren. Onze activiteiten beperken zich met name tot lobby, aangezien financiële ondersteuning niet kan vanwege de staatssteunregels. Overigens zullen onze activiteiten in dezen ook de komende maanden nog doorlopen. Voorbeelden op dit terrein zijn onze inspanningen voor de waterstoffabriek van FMC, waarvoor de investeringen inmiddels zijn gestart en daarnaast de doorstart van Methanor. Eind augustus is bekend gemaakt dat de fabriek met nieuwe eigenaren een doorstart zal maken, waardoor de werkgelegenheid grotendeels behouden zal blijven. De grootste uitdaging voor de toekomstige ontwikkeling van de chemiesector in Delfzijl is het beschikbaar krijgen van ethyleen. Ethyleen in combinatie met chloor levert de mogelijkheid om in de toekomst kunststoffen waaronder p.v.c. te produceren. De meest aantrekkelijke optie is de bouw van een ethyleenfabriek in Delfzijl, waarbij ethyleen geproduceerd kan worden uit condensaat van aardgas in combinatie met een pijplijn. Potentiële investeerders zijn onder voorwaarden bereid om een dergelijke fabriek te bouwen. Een ethyleenfabriek in Delfzijl kan alleen functioneren als de fabriek aangesloten wordt op het nationale/internationale ethyleen-netwerk. In Duitsland bestaan er vergevorderde plannen om een ethyleenleiding aan te leggen van Gelsenkirchen naar Wilhelmshaven. Voor Delfzijl biedt dat de mogelijkheid om een pijplijn-verbinding te maken naar Wilhelmshaven en zodoende aan te sluiten op het Europese ethyleen-net.
Informatie en Communicatietechnologie Zoals u weet is de provincie in 2003 gestart met het project Provincie-ring. Doel van het project was en is het aan laten leggen door marktpartijen van een open, breedbandige en toekomstvaste ICTinfrastructuur (netwerk van glasvezel) in de provincie. Hiertoe hebben wij samenwerking gezocht met de gemeenten, overige (semi-)overheidsorganisaties en onderwijsinstellingen in de provincie, die als startklanten kunnen fungeren. Nadat de glasvezelring is aangelegd, is het voor marktpartijen ook rendabel geworden om nieuwe toetreders tegen marktconforme tarieven aan te sluiten. Daarnaast zorgt het open karakter van het netwerk voor keuzemogelijkheden uit alle aanbieders, hetgeen door concurrentie lagere prijzen oplevert. Het project Provincie-ring bestaat zoals u weet uit de aanleg van vijf deelringen. Het Reitdieptracé Het Reitdieptracé is reeds aangelegd door KPN, dit na europese aanbesteding. Binnen deze ring zijn de gemeenten, onze bruggen aan het Reitdiep, bedrijventerreinen en het CWI in Winsum aangesloten op glasvezel. De Veenkoloniën De aanleg van de glasvezelring in de Veenkoloniën is gegund aan Essent. Met de start van de werkzaamheden zal zo spoedig mogelijk worden begonnen. In de Veenkoloniën werken wij samen
4
met de provincie Drenthe, Astron Lofar, alle Groningse en Drentse gemeenten in de Veenkoloniën en 145 scholen voor basisonderwijs in de Veenkoloniën. Eemsdelta en Gorecht De aanleg van deze 2 glasvezelringen (Eemsmondgebied en Gorechtgebied) is gegund aan KPN. KPN is onlangs gestart met de werkzaamheden. Bij deze 2 deelringen werken wij samen met de gemeenten in het Eemsmondgebied en in het Gorechtgebied. Verder worden ook de bruggen aan het Eemskanaal en het Winschoterdiep aangesloten op glasvezel. Dit maakt het bedienen van bruggen op afstand mogelijk. Oost-Groningen De laatste ring zal een ring van glasvezel in Oost-Groningen zijn. Ambtelijk zijn de voorbereidingen voor de aanbesteding van deze glasvezelring gestart. De voorstellen voor de colleges van Burgemeester en Wethouders zijn in voorbereiding. Een breedbandige ICT infrastructuur maakt nieuwe ICT ontwikkelingen mogelijk. De voorgenomen vestiging van een datahotel in de Eemshaven is hiervan een goed voorbeeld. Verder zien wij dat het voor marktpartijen door de aanleg van de glasvezelringen mogelijk is de uitrol van breedband naar bedrijven en instellingen in onze provincie zelf ter hand te nemen. Voor de provincie is hierin voorlopig geen actieve rol weggelegd. Wel willen wij op dezelfde wijze (als initiator en stimulator) betrokken blijven bij toekomstige vraagbundelingsinitiatieven, maar dan vooral op het terrein van dienstontwikkeling. Want de nieuwe hoogwaardige infrastructuur biedt niet alleen bedrijven, maar ook ons als overheid nieuwe kansen, met name rond vraagstukken in de sectoren onderwijs en zorg. Door de combinatie van aanwezige ICT kennis bij ICT bedrijven met de kennis in de genoemde sectoren is dit goed mogelijk. Samen met onderwijsaanbieders en vertegenwoordigers van scholen in onze provincie worden voorstellen uitgewerkt voor nieuw breedbandig onderwijsaanbod. Voor ICT in de zorg zijn via het IAG reeds 3 innovatieve projecten gecommitteerd. Het gaat hier om de volgende projecten: • "Telemedicine in de Hartfalenzorg" • "Gaming in de Zorg" • "Digitaal vraag- verhelderingsinstrument in INVIS". Er lopen daarnaast nog de nodige initiatieven die mogelijk zullen leiden tot nieuwe IAG aanvragen. Het gaat hierbij o.a. om het regionaal zorgportaal (basis voor een electronisch patientendossier) en het project care-ring (digitalisering van foto's, verwijsbrieven en diagnoses).
Agrobusiness De agrobusiness is een belangrijke sector in de provincie Groningen. Sterke subsectoren zijn de pooten zetmeelaardappelen, graan, suiker en zuivel. Daarnaast zijn ook slachterijen en vleesverwerking fors vertegenwoordigd. Met name de primaire landbouwsector staat onder druk als gevolg van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van de EU (o.a. afbouw steunmaatregelen), uitbreiding EU, globalisering van markten, schaalvergroting etc. Doelstelling van het beleid is dan ook op korte termijn behoud van de sector en op middellange termijn het faciliteren van de transitie naar een 'Biobased Economy', waardoor er kansen zijn voor economische structuurversterking en waardetoevoeging. Voor de transitie van de sector moet er naast (technologische) verbetering van de kostenefficiëntie – nodig om een positie op bestaande markten te behouden en zo mogelijk nieuwe markten te openen -, ingezet worden op innovatiemogelijkheden voor waardecreatie door nieuwe marktgerichte, kennisintensieve toepassingen van huidige grondstoffen en halffabrikaten. Vanuit het economische programma ligt het aangrijpingspunt bij de verwerkende bedrijven, maar via verticale en horizontale ketenintegratie heeft dit ook doorwerking naar andere schakels in de keten en naar andere productieketens.
5
Om de doelstelling te behalen is het voor de primaire sector van belang te streven naar ontwikkeling van grootschalige landbouw in die gebieden waar dat past binnen de landschappelijke randvoorwaarden. Daarnaast zal gestreefd moeten worden naar het actief bevorderen van landbouwstructuurveranderingen, het faciliteren van kennisuitwisseling en van innovaties in teelten en bedrijfsvoering. Bijzondere aandacht is er daarnaast nog voor de glastuinbouw. Nabij de Eemshaven wordt in dit kader een gebied voor grootschalige industriële glastuinbouw ontwikkeld. Ook voor de verwerkende industrie geldt dat vraaggestuurde kennisontwikkeling, kennistoepassing en kennisvalorisatie noodzakelijk is. Verder zal een fundering gelegd moeten worden voor een ‘Biobased Economy’, waarbij biomassa via bioraffinage wordt gescheiden in groene grondstoffen en in reststromen die benut worden als bronnen van duurzame energie. De processen en technieken hiervoor kunnen nog veel verder worden verfijnd en meer toepassingsgericht worden ontwikkeld. Vanwege de risico’s investeert het bedrijfsleven maar in beperkte mate in dit soort innovatietrajecten. Ook is sprake van versnipperde inspanningen. De overheid kan hierbij in de beginfase faciliteren door kennisinstellingen en bedrijven bij elkaar te brengen om tot verbeterde kennisuitwisseling en nieuwe netwerken te komen. Dit kan bijdragen aan het maken van innovatieve stappen op het gebied van scheiding, conversie en toepassing van biomassa. Het vergt de ontwikkeling en opschaling van veel nieuwe processen en technieken, wat op zichzelf weer tal van kansen biedt voor spin-off bedrijven die zich toeleggen op kennis, technieken en materialen ten behoeve van deze processen. In de afgelopen periode zijn m.n vanuit het IAG diverse biomassaprojecten gecommitteerd, die reeds bij Energy Valley genoemd zijn. Projecten welke nu worden ontwikkeld zijn o.a. het uitbouwen van een kenniscentrum Koolhydraten (Carbon Hydrate Centre) en diverse projecten rond de suikerindustrie.
Scheepsbouw Vorig jaar hebben wij samen met de provincie Friesland het Maritiem Platform (bestaande uit het maritiem bedrijfsleven en NOM) in het leven geroepen. Doel van het platform is de samenwerking tussen de noordelijke scheepsbouwers, toeleveranciers en rederijen te verinnerlijken en samen te komen tot de ontwikkeling van nieuwe technieken, processen en werkwijzen. Mits passend binnen de Brusselse regels en Kompascriteria (clusterprojecten zonder staatssteunproblemen) kunnen innovatieve projecten op scheepsbouwterrein vanuit Kompas gefinancierd worden. Eind 2005 werd gestart met het project 'staalbouwproces Noord-Nederlandse scheepsbouw'. Dit project is gefinancierd vanuit Kompas en de provincies Groningen en Friesland. Het project betreft een doorlichting van het (staalbouw)-productieproces bij scheepsbouwbedrijven en toeleveranciers, welke leidt tot een inventarisatie van implementeerbare verbeterpunten. Getracht zal worden een deel van deze verbeterpunten om te vormen tot projecten die Kompasgeschikt zijn. Los hiervan zijn er al enkele projectvoorstellen ontwikkeld die moeten leiden tot een versterking van de concurrentiepositie van de sector. Er heeft overleg plaatsgevonden tussen de provincies, het Maritiem Platform en het SNN over de haalbaarheid van de voorstellen. Dit alles heeft er toe geleid dat zeer recent 5 projecten zijn ingediend voor subsidie. Voorbeelden hiervan zijn de projecten 'productieautomatisering' en 'integraal samenwerken'. Deze beide projecten zijn voortgekomen uit eerdergenoemde doorlichting van het staalbouwproductieproces in de Noord-Nederlandse scheepsbouw. De overige projectideeën zullen verder ontwikkeld worden voor de nieuwe programma's.
Wij gaan er vanuit u hiermede voldoende geïnformeerd te hebben over de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de nota "Werken aan economische groei". Hoogachtend,
6
Gedeputeerde Staten der provincie Groningen:
, voorzitter.
, secretaris.
7