A0326 – A0327 – A0328 Acties binnen de vereniging SPOOR FOBVBP01 VOORAF: de vereniging SPOOR De vereniging SPOOR staat voor “Samenwerking rond Preventie in het kader van Opvoeding en Onderwijs Regio Brugge” en is opgericht door: -
het OCMW van Brugge het stadsbestuur van Brugge de vzw SWOB (Samenwerkingsverband Welzijns- en Onderwijsvoorzieningen Brugge)
De vereniging is ondertussen uitgegroeid tot een samenwerkingsverband tussen de stad Brugge, het OCMW Brugge, het OCMW Blankenberge, de stad Blankenberge en verschillende welzijns- en onderwijsorganisaties (verenigd in de vzw SWOB: scholen, CLB’s, instellingen voor bijzondere jeugdzorg, CAW, LOP). De vereniging heeft als doelstelling kinderen/jongeren maximale kansen te bieden in hun ontwikkeling: -
projecten aanbieden en/of ontwikkelen met een tijdelijk onderwijsondersteunend aanbod voor jongeren, die zich in een problematische opvoedings- en onderwijssituatie bevinden opvoedingsondersteuning bieden aan opvoeders en ouders, die daar om vragen via de realisatie van een opvoedingswinkel aanbieden van vormingen aan en in scholen in het kader van preventie en informatie rond sociale problematieken en sociale dienstverlening1
De onderstaande projecten/activiteiten vallen op heden onder de vereniging SPOOR: -
Blink! (time-outproject / A0326) ’t Scharnier (studie-ondersteuning aan huis / A0327) De Opvoedingswinkel Regio Brugge (A0328) Het loket kinderopvang
De vereniging richt zich naar de Brugse bevolking en kinderen/jongeren die in Brugge school lopen (en hun ouders), tenzij in het kader van een erkenning of subsidiëring een groter werkingsgebied moet bediend worden (bv. de Opvoedingswinkel). Wel kunnen er samenwerkingsakkoorden afgesloten worden met andere OCMW’s en gemeenten (bv. Blankenberge), mits een financiële bijdrage, die vastgelegd wordt door de algemene vergadering en die in verhouding staat tot het aantal inwoners van deze gemeente. De vereniging fungeert bovendien als denktank/motor/katalysator voor evoluties en nieuwe noden/vragen in Brugge m.b.t. onderwijs en opvoeding, maximale en gelijke ontwikkelingskansen
1
Zie ook ARB136 binnen beleidsitem 088000 (een concreet voorbeeld: “vorming rond armoede” voor scholen: gedeelde financiering OCMW – Stad (vereniging SPOOR) en LOP)
1
voor kinderen/jongeren, … Vanuit de vereniging SPOOR worden nieuwe ideeën, projecten, acties, … uitgewerkt en geconcretiseerd, bv.: -
-
project Leerrecht2: wordt vanaf 2014 binnen de vereniging SPOOR opgestart + er wordt een halftijdse medewerker aangeworven (FOBVBP01 werd uiteraard ook aan deze actie gekoppeld) versterken schoolloopbaan jongeren onderzoeken mogelijkheid systeem ‘onderwijscheques’ in Brugge …
Ontvankelijkheidsvoorwaarden: extra verduidelijking bij A0326 – A0327 – A0328 i.k.v. FOBVBP01 1) School- en netoverstijgend A0326 – A0327 en A0328 zijn duidelijk school- en netoverstijgend. Bij deze acties worden alle scholen/netten/CLB’s betrokken, alle scholen/netten/CLB’s kunnen er aanspraak op maken. 2) Doelstellingen A0326 richt zich rechtstreeks(R) of onrechtstreeks(OR) op onderstaande doelstellingen (FOBVBP01): - gelijke onderwijskansen (R) - spijbelen (OR) - probleemgedrag op school (R) - ongekwalificeerde uitstroom + schoolmoeheid (R) - betrokkenheid van ouders (OR) - samenwerking tussen onderwijs en welzijn (R)
A0327 richt zich rechtstreeks(R) of onrechtstreeks(OR) op onderstaande doelstellingen (FOBVBP01): - gelijke onderwijskansen (R) - kleuterparticipatie (R) - spijbelen (OR) - probleemgedrag op school (R) - ongekwalificeerde uitstroom + schoolmoeheid (R) - taalstimulering Standaardnederlands (soms / R of OR) - betrokkenheid van ouders (R) - samenwerking tussen onderwijs en welzijn (R) - doorstroming en oriëntering (R) - geletterdheid (OR)
A0328 richt zich rechtstreeks(R) of onrechtstreeks(OR) op onderstaande doelstellingen (FOBVBP01): - gelijke (onderwijs)kansen (OR) - kleuterparticipatie (R) - spijbelen (R of OR) - probleemgedrag op school (R of OR) - betrokkenheid van ouders (R) - samenwerking tussen onderwijs en welzijn (R) - doorstroming en oriëntering (OR) 2
Voorlopig onder BDS12 – AP049 – A0184 / voorstel werd gedaan dit onder te brengen onder BDS 15
2
3) Manier van samenwerking/overleg De stad Brugge maakt deel uit van de verschillende beleidsorganen van de vereniging SPOOR (Raad van Beheer, Algemene Vergadering, dagelijks bestuur, stuurgroepen, werkgroepen, …) en de onderwijsdeskundige (dienst lokaal onderwijsbeleid) is heel nauw betrokken bij/neemt actief deel aan alle overlegmomenten. Momenteel wordt het bestaande organigram van de vereniging SPOOR geëvalueerd (en eventueel bijgestuurd) met het oog op een zo efficiënt mogelijke manier van samenwerken, overleggen. In de projecten – maar ook daarbuiten (cf. SPOOR fungeert ook als denktank/motor/katalysator voor evoluties en nieuwe noden/vragen in Brugge m.b.t. onderwijs en opvoeding, maximale en gelijke ontwikkelingskansen voor kinderen/jongeren, … ) – is er een voortdurend(e) samenwerking/overleg tussen welzijns- en onderwijspartners. In de verschillende beleidsorganen zijn dan ook steeds afgevaardigden van de scholen, CLB’s, LOP’s, … vertegenwoordigd (cf. bv. inhoudelijke eindrapporten van de projecten in het verleden).
4) Effecten / Indicatoren A0326: Blink! Meetindicatoren aanbod - soort: lange time-out, korte time-out, klasversterkende activiteiten, hergo, schoolondersteunend werken (bijwonen klassenraden, klasgesprekken), gezinsondersteunend werken (gesprekken met ouders) - frequentie bereik - aantal jongeren - onderwijsniveau - onderwijsvorm attestering school (bij aanmelding / eind juni / september) meerwaarde voor de jongere (gemeten vanuit een aantal sociale kaders, bv. onderwijskundig/sociaal-emotioneel/sociaal-maatschappelijk) meerwaarde voor de ouders/school/leerkrachten/medeleerlingen (gemeten vanuit een aantal sociale kaders) organisatie van de samenwerking - op niveau van de jongere/op schoolniveau: overlegmomenten (individueel, klassenraden/klasgesprekken/… = partners + frequentie + inhoud) - binnen de vereniging SPOOR (zie3) resultaten van de samenwerking tevredenheid van de verschillende partners (jongere, school, CLB, ouders, klasgenoten, …) ( de evaluatieformulieren die hiervoor gebruikt worden kunnen opgevraagd worden via de dienst lokaal onderwijsbeleid)
3
Effecten: op niveau van de jongere op niveau van klas/school op organisatieniveau Opmerking: effecten meten/in kaart brengen is niet altijd eenvoudig (bv. ook omwille van het feit dat de jongere soms nog in andere hulpverlening zit en “hét effect” van time-out op zich dus niet altijd te meten is). Maar op basis van de samenwerking, bevragingen, … en uiteraard ook zichtbare “feiten” (bv. opnieuw starten in dezelfde school) kunnen uiteraard wel een aantal effecten in kaart worden gebracht. Kwantitatief: m.b.t. het project zelf kunnen de cijfers steeds bekeken worden ten opzichte van de voorbije jaren (aangezien het project niet nieuw is) op het niveau van de jongere zelf/de klas wordt het effect bekeken ten opzichte van de beginsituatie (bij instap in het project) Kwalitatief: op het niveau van de jongere: evaluatie d.m.v. bevraging van de verschillende partners (scholen en CLB’s, de jongere, de ouders van de jongere) op het niveau van de organisatie: het project wordt geëvalueerd door het projectteam, de stuurgroep, de algemene vergadering en raad van beheer van SPOOR, … (terug te vinden in de verslaggeving) methodieken: bevraging, gesprekken, overleg
A0327: ‘t Scharnier Meetindicatoren aanbod: frequentie (= aantal) bereik - aantal gezinnen (= maatschappelijk kwetsbare gezinnen, die voldoen aan één of meerdere criteria3) - aantal gezinnen met kleuters - onderwijsniveau/onderwijsvorm - aantal anderstaligen - woonplaats - aantal scholen versterken van de schoolloopbaan - vaststellingen door het gezin (zie effectenmeting) - vaststellingen door de school (zie effectenmeting) organisatie van de samenwerking - op niveau van het kind/de jongere/op schoolniveau: schoolbezoeken, huisbezoeken, rondetafelgesprekken
3
1. generatiearmoede / 2. a. werkloosheid ouder(s); b. ziekte-uitkering; c. leefloon / 3. zwakke financiële situatie van het gezin / 4. verzwakt familiaal en sociaal netwerk / 5. Eenoudergezin / 6. slechte huisvesting, wonen in een kansarme buurt / 7. lage scholingsgraad ouders / 8. anderstaligheid 4
- op niveau van het project (team + studenten, o.a. terugkommomenten, overleg met de hogescholen) - binnen de vereniging SPOOR (zie3) resultaten van de samenwerking m.b.t. de studenten: - aantal - hogeschool - afstudeerrichting - tevredenheidsenquête Effecten: op niveau van het kind/de jongere/het gezin: per periode van studie-ondersteuning wordt een effectenmeting afgenomen, waarbij onderstaande elementen aan bod komen: - ons kind gaat met meer plezier naar school; - ons kind maakt vlotter zijn taken en opdrachten; - ons kind leert met meer plezier zijn lessen; - ons kind kan zich beter concentreren; - het lukt ons beter ons kind te helpen met zijn schoolwerk; - wij begrijpen beter de schooltaal; - wij hebben een beter contact met de school. de documenten die gebruikt worden voor deze effectenmeting kunnen opgevraagd worden via de dienst lokaal onderwijsbeleid op niveau van de klas/school: per periode van studie-ondersteuning wordt een effectenmeting afgenomen, waarbij onderstaande elementen aan bod komen: - toename van het welbevinden van de leerling; - grotere betrokkenheid van de leerling; - de leerling ontplooit meer zijn talenten; - de leerling is meer in orde met zijn huiswerk; - de leerling volgt regelmatiger de lessen; - de leerling is meer in orde met zijn materiaal (boekentas, mappen, …); - de leerling presteert meer volgens zijn mogelijkheden; - de leerling kan zelfstandiger werken; - het contact met de ouders verloopt vlotter; - de schoolse resultaten zijn verbeterd. de documenten die gebruikt worden voor deze effectenmeting kunnen opgevraagd worden via de dienst lokaal onderwijsbeleid op niveau van de student (stage): - de studenten ervaren de stage als een verrijking van hun opleiding; - de studenten zien de stage als een meerwaarde met het oog op hun toekomstig beroepsleven; - de studenten krijgen meer zich op de betekenis van kansarmoede; - de stage heeft een invloed op het persoonlijk leven van de studenten op emotioneel, intellectueel en sociaal vlak; - de studenten zouden medestudenten aanraden en motiveren om stage te lopen in ’t Scharnier. de bevraging zelf “Tevredenheidsenquête studenten” kan opgevraagd worden via de dienst lokaal onderwijsbeleid
5
Kwantitatief: m.b.t. het project zelf kunnen de cijfers steeds bekeken worden ten opzichte van de voorbije jaren (aangezien het project niet nieuw is) op het niveau van het kind/het gezin/de klas/school wordt het effect bekeken ten opzichte van de beginsituatie (bij instap in het project) Kwalitatief: door de school- en huisbezoeken is er een constante kwaliteitsbewaking op het niveau van het kind/het gezin/ de klas/school: evaluatie d.m.v. effectenmeting op het niveau van het project: evaluatie door verschillende vertegenwoordigers van de stuurgroep (scholen, hogescholen, CLB’s, LOP, stad, OCMW, armenorganisaties, …) en via de algemene vergadering en raad van beheer van SPOOR (terug te vinden in de verslaggeving) op het niveau van de studenten: evaluatie van de stage d.m.v. tevredenheidsenquête methodieken: bevraging, gesprekken, overleg
6